09 De fiscale en boekhoudkundige verplichtingen Startersgids | 119
1.
Fiscale verplichtingen Als ondernemer zullen verschillende belastingen op u van toepassing zijn. We maken hier een onderscheid tussen:
1.1.
◆◆
Directe belastingen (personenbelasting en vennootschapsbelasting)
◆◆
Indirecte belastingen (BTW en registratierechten)
◆◆
Andere belastingen (successierechten, milieuheffingen, gemeentelijke belastingen,…)
Directe belastingen: personenbelasting en vennootschapsbelasting Als ondernemer staat u voor de keuze. Moet u uw bedrijf in eigen naam uitbaten of de vorm van een vennootschap aannemen? Eén van de elementen die uw keuze hierbij kunnen beïnvloeden is de fiscaliteit. De belastbare winst van een vennootschap wordt nagenoeg op dezelfde manier bepaald als die van een éénmanszaak. De tarieven zijn echter verschillend. In de personenbelasting kan het tarief oplopen tot 50%, terwijl het tarief van de vennootschapsbelasting maximaal 33,99% bedraagt. In bepaalde gevallen kan dit tarief daarenboven nog verlaagd worden. Vaak zal de vennootschapsvorm dan ook fiscaal interessanter zijn bij belangrijke winsten.
Personenbelasting Wie is aan de personenbelasting onderworpen? Als rijksinwoner bent U aan de personenbelasting onderworpen. Rijksinwoners zijn de personen die in België hun domicilie of de zetel van hun fortuin hebben. Tot bewijs van het tegendeel worden alle natuurlijke personen die in het rijksregister zijn ingeschreven als rijksinwoner beschouwd. Welke inkomsten zijn belastbaar in de personenbelasting? Uw in de personenbelasting belastbare inkomsten worden in vier categorieën onderverdeeld: Onroerende inkomsten Het belastbaar bedrag wordt bepaald, naargelang van het geval, op basis van het kadastraal inkomen of van de huuropbrengst. Vervolgens wordt het nettobedrag verkregen door de interesten van leningen af te trekken.
◆◆
Roerende inkomsten ◆◆ Er bestaan drie grote categorieën roerende inkomsten:
120 | De fiscale en boekhoudkundige verplichtingen
◆◆
inkomsten waarvan de aangifte in de personenbelasting niet verplicht is omwille van het feit dat bij hun inning een bevrijdende roerende voorheffing werd ingehouden (bijvoorbeeld inkomsten uit dividenden, kasbons, obligaties, enz.).
◆◆
inkomsten waarvan de aangifte verplicht is omdat bij hun inning geen roerende voorheffing werd ingehouden (bijvoorbeeld inkomsten van buitenlandse oorsprong).
◆◆
inkomsten die niet belastbaar zijn zoals de eerste schijf van 1.730 € (in 2010) per gezin van de inkomsten uit gewone spaarboekjes.
Roerende inkomsten zijn belastbaar ten belope van hun brutobedrag, dat wil zeggen vóór inhouding van de roerende voorheffing en vóór aftrek van de inningsen bewaringskosten. Diverse inkomsten Deze derde categorie belastbare inkomsten hebben als gemeenschappelijk kenmerk dat ze worden verkregen buiten de uitoefening van een beroepswerkzaamheid (bijvoorbeeld toevallige winsten en baten, prijzen, meerwaarden op onroerende goederen, enz.). Met uitzondering van de onderhoudsuitkeringen, worden de diverse inkomsten in principe belast aan een afzonderlijk tarief in plaats van aan het progressief tarief van de personenbelasting. Beroepsinkomsten Men kan zes categorieën beroepsinkomsten onderscheiden:
◆◆ ◆◆
bezoldigingen van werknemers;
◆◆
bezoldigingen van bedrijfsleiders;
◆◆
landbouw-, nijverheids- en handelswinsten;
◆◆
baten van vrije beroepen;
◆◆
winsten en baten in verband met een voorheen uitgeoefende beroepswerkzaamheid;
◆◆
vervangingsinkomsten: pensioenen, brugpensioenen, werkloosheidsuitkeringen, ziekte- en invaliditeitsvergoedingen, enz.
Uitgaven die recht geven op een belastingvoordeel Van het totale netto-inkomen kunt u bijzondere uitgaven aftrekken.
Deze uitgaven zijn gegroepeerd in twee categorieën: enerzijds de aftrekken die betrekking hebben op het langetermijnsparen en op onroerende investeringen (pensioensparen, levensverzekeringspremies, hypothecaire leningen, enz.), anderzijds de aftrekken in verband met de andere soorten uitgaven (giften, kinderopvangkosten, enz.).
Startersgids | 121
Welk belastingtarief is van toepassing in de personenbelasting? Voor het aanslagjaar 2010 (inkomsten 2009) zijn de tarieven personenbelasting als volgt vastgesteld: De eerste 7.900 €
25%
Van 7.900 € tot 11.240 €
30%
Van 11.240 € tot 18.730 €
40%
Van 18.730 € tot 34.330 €
45%
Vanaf 34.330 €
50%
Vóór de berekening van de belasting wordt een belastingvrije som berekend. Deze belastingvrije som moet aangerekend worden op de laagste inkomensschijf. Zij bedraagt voor het aanslagjaar 2010 (inkomsten 2009): 6.430 €. Boven op de personenbelasting moet U gemeentelijke opcentiemen betalen. Het percentage verschilt naargelang van de gemeente waar U woont.
Vennootschapsbelasting Wie is aan de vennootschapsbelasting onderworpen? Indien U een vennootschap opricht voor de uitoefening van uw activiteiten, dan zal deze in principe onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting. Aan de vennootschapsbelasting zijn onderworpen: alle vennootschappen, verenigingen, inrichtingen of instellingen die: ◆◆
rechtspersoonlijkheid bezitten;
◆◆
in België hun maatschappelijke zetel, hun voornaamste inrichting of hun zetel van bestuur of beheer hebben;
◆◆
en die zich met een exploitatie of met verrichtingen van winstgevende aard bezighouden.
Verenigingen zonder winstoogmerk zijn niet aan de vennootschapsbelasting onderworpen, voor zover hun activiteiten niet in strijd zijn met hun juridische vorm. Het statuut van vzw bindt de fiscale administratie niet automatisch en deze laatste kan een vzw die daadwerkelijk winst nastreeft aan de vennootschapsbelasting onderwerpen. Welke inkomsten zijn belastbaar in de vennootschapsbelasting? Het stelsel van de vennootschapsbelasting gaat ervan uit dat alle inkomsten van uw vennootschap bedrijfsinkomsten zijn. Het begrip “fiscale winst” heeft een totaal andere inhoud dan wat wordt verstaan onder “boekhoudkundige winst”. De boekhoudkundige winst vormt weliswaar de basis voor de berekening van het belastbaar inkomen maar dient op tal van punten te worden aangepast: ◆◆
bepaalde winsten worden vrijgesteld
122 | De fiscale en boekhoudkundige verplichtingen
◆◆
bepaalde lasten die het boekhoudkundig resultaat hebben bezwaard, zijn fiscaal niet aftrekbaar (“verworpen uitgaven”)
◆◆
de fiscaal aanvaarde afschrijvingen stemmen niet noodzakelijk overeen met de boekhoudkundige afschrijvingen
◆◆
activa kunnen ondergewaardeerd en passiva overgewaardeerd zijn.
Aan deze eerste reeks verschillen moeten de verschillen afkomstig van specifiek fiscale aftrekken worden toegevoegd. Die correcties en aftrekken, die van de boekhoudkundige winst naar de fiscale nettowinst leiden, worden gewoonlijk gegroepeerd in de volgende “acht bewerkingen”: ◆◆
de optelling van de drie bestanddelen van de fiscale winst: reserves, verworpen uitgaven en uitgekeerde winsten;
◆◆
de splitsing van de winsten volgens de Belgische of de buitenlandse oorsprong ervan;
◆◆
de aftrek van de niet-belastbare bestanddelen;
◆◆
de aftrek voor definitief belaste inkomsten (DBI) en voor vrijgestelde roerende inkomsten (VRI);
◆◆
de aftrek voor octrooi-inkomsten;
◆◆
de aftrek voor risicokapitaal;
◆◆
de aftrek van de vroegere verliezen;
◆◆
de investeringsaftrek.
De aldus vastgestelde nettowinst is gezamenlijk belastbaar. Hoeveel bedraagt het tarief in de vennootschapsbelasting? Het tarief vennootschapsbelasting bedraagt 33,99% (met inbegrip van de aanvullende (crisisbijdrage van 3%). Voor vennootschappen met een belastbaar inkomen van niet meer dan 322.500 € bestaat een verlaagd opklimmend tarief. Om het verlaagd tarief te genieten, moet uw vennootschap voldoen aan de volgende voorwaarden: ◆◆
De uitgekeerde winst van de vennootschap mag niet hoger zijn dan 13% van het gestorte kapitaal bij het begin van het boekjaar.
◆◆
De participaties van de vennootschap mogen niet meer bedragen dan 50% van haar gestort kapitaal, verhoogd met de belastbare reserves en geboekte meerwaarden.
◆◆
De vennootschap moet voor het aanslagjaar 2008 aan minimum één bedrijfsleider een bezoldiging van ten minste 36.000 € toegekend hebben. Wanneer het belastbaar inkomen lager is dan 36.000 €, moet de vennootschap aan ten minste één bedrijfsleider een bezoldiging toekennen die niet lager is dan haar belastbaar inkomen.
Startersgids | 123
◆◆
De vennootschap mag geen deel uitmaken van een groep die een coördinatiecentrum heeft.
◆◆
De aandelen mogen niet voor minstens 50% in handen zijn van andere vennootschappen.
◆◆
Het belastbaar inkomen mag niet meer bedragen dan 322.500 €.
De verlaagde tarieven (met inbegrip van de aanvullende crisisbijdrage) bedragen: Belastbaar inkomen
Aanslagvoet
1 tot 25.000 €
24,98%
25.000 € tot 90.000 €
31,93%
90.000 € tot 322.500 €
35,54%
Opgelet... Zowel in het kader van de vennootschapsbelasting als van de personenbelasting moet u voorafbetalingen doen. Doet u dat niet, dan wordt de verschuldigde belasting verhoogd. Het aangifteformulier, alsook alle andere formulieren die hieraan toegevoegd moeten worden, kan u downloaden van de website van de Federale Overheidsdienst Financiën www.minfin.fgov.be. Deze electronische dienstverlening heet FINFORM. 1.2.
Indirecte belastingen: BTW en registratierechten BTW (Belasting over de Toegevoegde Waarde) Levert u op regelmatige basis goederen of diensten, dan bent u in principe onderworpen aan de BTW. De BTW is een verbruikersbelasting die doorgeschoven wordt naar de eindverbruiker, dit is de consument die het goed of de dienst ontvangt. De BTW wordt stapsgewijs geïnd, namelijk bij elke transactie in het productie- en distributieproces. Welke handelingen zijn met btw belastbaar? De drie grote categorieën van belastbare handelingen zijn: 1. de leveringen van goederen en diensten die door een btw-belastingplichtige onder bezwarende titel worden verricht, wanneer deze leveringen en diensten in België plaatsvinden; 2. de invoer van goederen, door wie ook, in België. Men spreekt alleen van invoer als de goederen uit een niet-EU-Lidstaat komen; 3. de intracommunautaire verwervingen van goederen, welke in België geschieden en onder bezwarende titel plaatsvinden. Het betreft hier goederen uit de andere EU-Lidstaten.
124 | De fiscale en boekhoudkundige verplichtingen
Waarop moet de btw berekend worden? Meestal is het zo dat de handeling die de btw verschuldigd maakt tegen een tegenprestatie wordt verricht. In principe wordt de btw berekend op alles wat uw leverancier of dienstverlener als tegenprestatie ontvangt. Welk btw-tarief is van toepassing? Het toepasselijk btw-tarief hangt af van de aard van de activiteit die U uitoefent. Het normale tarief bedraagt 21%. De wet heeft echter een aantal categorieën van goederen en diensten gedefinieerd waarop voordeliger tarieven van 6% en 12% van toepassing zijn. Op de levering van de volgende goederen is een tarief van 6% van toepassing: ◆◆
levende dieren;
◆◆
plantaardige producten;
◆◆
voedingswaren (behalve o.a. margarine, kaviaar, bepaalde schaal-, schelp- en weekdieren);
◆◆
waterdistributie;
◆◆
farmaceutische producten;
◆◆
boeken en bepaalde tijdschriften;
◆◆
originele kunstwerken, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten (enkel voor invoer van bepaalde nader omschreven kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten alsmede voor sommige leveringen en intracommunautaire verwervingen van nader omschreven kunstvoorwerpen onder bepaalde voorwaarden);
◆◆
automobielen voor personenvervoer voor invaliden;
◆◆
doodskisten;
◆◆
bepaalde medische toestellen en hulpmiddelen;
◆◆
leveringen van goederen door instellingen met sociaal oogmerk;
alsmede op de volgende diensten: ◆◆
landbouwdiensten;
◆◆
personenvervoer;
◆◆
onderhoud en herstelling van bepaalde goederen hierboven vermeld;
◆◆
inrichtingen voor cultuur, sport of vermaak;
◆◆
auteursrechten, uitvoeren van concerten en voorstellingen;
◆◆
hotels;
◆◆
campings;
◆◆
diensten van begrafenisondernemingen;
◆◆
bepaalde handelingen m.b.t. privé-woningen van minstens 15 jaar oud;
Startersgids | 125
◆◆
bepaalde handelingen m.b.t. privé-woningen voor gehandicapten en m.b.t. instellingen voor gehandicapten;
◆◆
diensten verricht door instellingen met sociaal oogmerk;
◆◆
enige andere diensten.
Het tarief van 6% is tijdelijk van toepassing op: ◆◆
werk in onroerende staat en bepaalde handelingen met betrekking tot privéwoningen van minstens 5 jaar oud (onder bepaalde voorwaarden);
◆◆
herstelling van fietsen;
◆◆
herstelling van schoeisel en lederwaren;
◆◆
herstelling en vermaken van kleding en huishoudlinnen.
De levering van fytofarmacie, margarine, banden en binnenbanden voor wielen van landbouwmachines en -tractors, bepaalde vaste brandstoffen (o.a. steenkool, bruinkool en cokes), betaaltelevisie en sociale huisvesting zijn handelingen onderworpen aan het tarief van 12%. Zijn er handelingen vrijgesteld van btw? Onder bepaalde voorwaarden kunnen de activiteiten die U verricht vrijgesteld zijn van btw. De vrijstellingen kunnen in twee groepen worden onderverdeeld. Enerzijds zijn er de activiteiten die vrijgesteld zijn van de btw, maar die aan degenen die deze activiteiten verrichten niet het recht ontzeggen om de btw op de aan hen geleverde goederen en diensten, in aftrek te brengen (bijvoorbeeld bij uitvoer). Anderzijds zijn er de vrijgestelde activiteiten, waarvan de vrijstellingen hoofdzakelijk gesteund zijn op culturele en sociale overwegingen en die degenen die deze activiteiten verrichten, wel het recht ontzeggen op aftrek van de btw op de aan hen geleverde goederen en diensten (bijvoorbeeld diensten verricht door notarissen, advocaten, ziekenhuizen, onderwijsinstellingen, enz.). Wanneer moet de btw-aangifte worden ingediend? In principe moet U als btw-belastingplichtige maandaangiften indienen. Indien uw jaaromzet 1.000.000 € niet overschrijdt, mag U evenwel opteren voor het indienen van kwartaalaangiften. U moet uw BTW-aangifte via het internet indienen. Hiervoor surft u naar de website van de Federale Overheidsdienst Financiën www.minfin.fgov.be., rubriek INTERVAT. Registratierechten Een aantal akten of geschriften moeten door de ontvanger van de registratie in een daartoe bestemd register vermeld worden. Daarop wordt een registratierecht geheven. De belangrijkste zijn:
126 | De fiscale en boekhoudkundige verplichtingen
◆◆
Verkoop onroerende goederen (12,5%) Voor de verkoop, de ruil en alle andere overeenkomsten onder bezwarende titel, betreffende de overdracht van eigendom of vruchtgebruik van onroerende goederen bent u in principe een registratierecht van 12,5% verschuldigd. Het registratierecht wordt geheven op de overeengekomen waarde van het onroerend goed. Onder bepaalde voorwaarden kan u een gebouw onder toepassing van de btw overdragen. In dit geval zijn geen registratierechten verschuldigd. Eén van deze voorwaarden is dat het gebouw nieuw moet zijn. Voor de toepassing van de btw is een gebouw nieuw tot 31 december van het tweede jaar dat volgt op het jaar van de eerste ingebruikneming of de eerste inbezitneming. De btw op de vervreemding van een gebouw bedraagt in principe 21%. Bij de vervreemding van een gebouw zonder de btw bedraagt het evenredig registratierecht 12,5%. Op het eerste zicht lijkt de vervreemding van een gebouw met btw nadelig. Niettemin kan de vervreemding van een gebouw met btw zowel voor de koper als voor de verkoper voordeliger zijn. Bij de vervreemding van een gebouw met betaling van registratierechten heeft de verkoper immers geen recht op de aftrek van de btw geheven op de aankoop- of oprichtingskosten.
1.3.
◆◆
Hypotheek op onroerend goed (1%)
◆◆
Huurcontracten (0,2%), tenzij uitsluitend bestemd voor huisvesting.
Andere belastingen Er bestaan nog een hele reeks andere belastingen die op uw bedrijf van toepassing kunnen zijn. We denken hierbij bijvoorbeeld aan de successierechten bij de overname van een bedrijf, milieuheffingen op de uitoefening van bepaalde activiteiten en de belastingen die geheven worden door de gemeentelijke en regionale overheden (bijv. belastingen op kantooroppervlakten, op lichtreclames…). De medewerkers van het BAO kunnen u hieromtrent meer gedetailleerde inlichtingen geven.
1.4.
Fiscale stimuli Vindt u dat deze lasten zwaar doorwegen op uw onderneming? Dan zal het u zeker interesseren te weten dat het in bepaalde gevallen mogelijk is een belastingvermindering te bekomen. Deze fiscale stimuli kunnen diverse vormen aannemen. Zo kunnen ze bijvoorbeeld de vorm aannemen van een effectief belastingskrediet. Het kan echter ook gaan om een ruling, waarbij een soort van raamakkoord bereikt wordt. In bepaalde gevallen is het mogelijk een deel van de aankoopprijs van uw investeringen fiscaal af te trekken. In het vakjargon spreken we hier van de investeringsaftrek.
Startersgids | 127
Wilt u meer weten over de fiscale stimuli waarop uw bedrijf beroep kan doen, raadpleeg dan onze databank Inzake, steun en begeleiding voor Brusselse bedrijven (www.ecosubsibru.be). Deze databank laat u toe, op basis van uw specifiek profiel, een overzicht te hebben van de voor u toegankelijke tegemoetkomingen. Natuurlijk kan u ook gewoon een afspraak maken met één van de adviseurs van het Brussels Agentschap voor de Onderneming: zij bepalen samen met u of u al dan niet van deze stimuli kan genieten (tel 18190).
2.
De boekhoudkundige verplichtingen Eerst en vooral wensen wij het belang van de taak van de boekhouder te benadrukken. Wij menen dat een goede boekhouder de beste partner is voor een efficiënte ontwikkeling van uw activiteiten. Te veel jonge starters falen door een slecht beheer, een gebrek aan kennis over de op hen toepasselijke wetgeving en omdat ze de tussenkomst van een derde in hun persoonlijke zaken willen vermijden. Uw boekhoudkundige verplichtingen kunnen variëren volgens de rechtsvorm van uw onderneming, de sector waartoe uw activiteiten behoren, uw omzet, uw balanstotaal en het aantal personeelsleden dat u tewerkstelt. Wat de omvang betreft moet een onderscheid worden gemaakt tussen kleinhandelaars, kleine, middelgrote en grote ondernemingen.
2.1.
Kleinhandelaars U wordt als een kleinhandelaar beschouwd, indien u cumulatief aan de volgende voorwaarden beantwoordt: ◆◆
u bent een natuurlijke persoon die koopman is, een vennootschap onder firma of een gewone commanditaire vennootschap;
◆◆
de omzet, exclusief BTW, over het laatste boekjaar mag niet meer bedragen dan 500.000 € of 620.000 € voor de kleinhandelaars in koolwaterstof.
Kleinhandelaars kunnen een vereenvoudigde boekhouding voeren, voor zover alle verrichtingen in ten minste drie dagboeken worden geregistreerd (een financieel dagboek, een inkoopdagboek, een verkoopdagboek). Deze ondernemingen zijn er tevens toe verplicht ten minste eens per jaar een inventaris op te maken, dewelke niet enkel de bezittingen maar ook de schulden en verplichtingen omvat. Op basis van deze inventaris moeten de jaarrekeningen worden opgemaakt, evenwel niet volgens een door de wet bepaald schema.
128 | De fiscale en boekhoudkundige verplichtingen
2.2.
Kleine en middelgrote ondernemingen Dit zijn ondernemingen met rechtspersoonlijkheid, die voor het laatste afgesloten boekjaar niet meer dan 100 personen tewerkstellen (jaarlijks gemiddelde) en niet meer dan één van de volgende drempels overschrijden: ◆◆
jaargemiddelde personeelsbestand: 50 personeelsleden;
◆◆
jaaromzet exclusief de belasting over de toegevoegde waarde van 7.300.000 €;
◆◆
balanstotaal van 3.650.000 €.
Als KMO moet U een volledige boekhouding voeren en dit door middel van een stelsel van boeken en rekeningen volgens de gebruikelijke regels van het dubbel boekhouden. De geopende rekeningen worden ondergebracht in een voor het bedrijf van de onderneming passend rekeningenstelsel, aangepast aan de aard van de bedrijfsactiviteit. De hier bedoelde ondernemingen dienen ten minste eens per jaar een inventaris op te maken. Als KMO kan U een verkorte jaarrekening indienen en moet U geen beheersverslag opmaken. 2.3.
Grote ondernemingen Dit zijn ondernemingen die hetzij gemiddeld meer dan 100 personen per jaar tewerkstellen, hetzij meer dan een van de volgende drie criteria overschrijden: ◆◆
jaargemiddelde personeelsbestand: 50 personeelsleden;
◆◆
jaaromzet exclusief de belasting over de toegevoegde waarde van 7.300.000 €;
◆◆
balanstotaal van 3.650.000 €.
Als grote onderneming moet U een volledige boekhouding voeren en dit door middel van een stelsel van boeken en rekeningen volgens de gebruikelijke regels van het dubbel boekhouden. De geopende rekeningen worden ondergebracht in een voor het bedrijf van de onderneming passend rekeningenstelsel, aangepast aan de aard van de bedrijfsactiviteit. De grote ondernemingen moeten eveneens ten minste eens per jaar een inventaris opmaken. Grote ondernemingen zijn verplicht hun jaarrekening op te maken volgens het volledig schema. Samen met de jaarrekening moeten een aantal bijzondere verslagen worden neergelegd. Formulieren met volledige en verkorte schema’s, opgesteld door de Nationale Bank van België, zijn beschikbaar bij de verschillende zetels van de Nationale Bank van België (www.nbb.be).
Startersgids | 129
Bent u op zoek naar een boekhouder in uw buurt of wenst u meer gedetailleerde informatie, dan raden wij u aan contact op te nemen met één van de volgende instellingen: ◆◆
Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten (BIBF) – www.bibf.be. Interessante informatie vindt u er ondermeer in de rubriek “De boekhouder”.
◆◆
Instituut van de Accountants en Belastingconsulenten (IAB) – www.iec-iab.be
◆◆
Instituut der Bedrijfsrevisoren (IBR) – www.ibr-ire.be.
130 | De fiscale en boekhoudkundige verplichtingen