De familiekamer en de jeugdkamer in het hof van beroep te Antwerpen

Hof van beroep Antwerpen

De familiekamer en de jeugdkamer in het hof van beroep te Antwerpen Vanaf 1 september 2014 wordt de wet betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank (zoals gerepareerd en gecoördineerd) van kracht. Ten gevolge daarvan komen er in het hof van beroep te Antwerpen 4 (sub)kamers: 3, 3bis, 3ter en 3quater, die samen de familiekamer vormen. Er is eveneens een jeugdkamer die bestaat uit de 16de en de 16bis kamer. Het schema van de zittingen, wordt bijgevoegd als bijlage 1.

De familiekamer Codes ‘aard van de zaak’ Ingevolge de wetswijzigingen en de nieuwe bevoegdheidsverdeling werden deze codes aangepast (zie bijlage 2). Zoals in het verleden worden de advocaten dringend gevraagd op de inleidende akte de code van de aard van de zaak te vermelden, zodat de zaak meteen naar de juiste kamer en/of zitting kan worden geleid. De vorderingen met betrekking tot minderjarige kinderen (de vroegere kortgedingen art. 1280 Ger.W. (A.2.a) en de burgerlijke jeugdzaken (B.1, B.2 etc)) staan nu onder een nieuwe code A.31. Wanneer een zaak verschillende vorderingen bevat, krijgt ze toch slechts 1 code, met name die van de voornaamste vordering. Zo heeft de vordering met betrekking tot de minderjarige kinderen altijd voorrang op de rest: vb vorderingen met betrekking tot de verblijfsregeling van de kinderen en een vordering van onderhoudsgeld door mevrouw is code A.31.a. Soorten zaken te behandelen door de familiekamer        

ADRES: WEBSITE:

staat van personen (A.1) * echtscheiding/samenwonenden (A.2) familiaal vermogensrecht (A.5) erfenissen, schenkingen, testamenten (A.6) ouderlijk gezag, persoonlijk contact etc. (A.31) voorlopige maatregelen tijdens huwelijk zuivere alimentatiegeschillen kortgedingen art. 584 Ger.W. in familiezaken

Waalsekaai 35A, 2000 Antwerpen www.juridat.be/beroep/antwerpen

vroeger 3de kamer vroeger 3de kamer en 3bis vroeger 3de kamer en 3bis vroeger 1ste kamer vroeger 16bis kamer vroeger vrederechter vroeger vrederechter vroeger 8ste kamer

* A1 met inbegrip van ‘nationaliteit’, materie die in de wet niet toegewezen wordt aan de familiekamer. In die zaken zal de 3de kamer zetelen als gewone burgerlijke kamer. Verdeling van de zaken Voor inleidingen met inleidingszitting vanaf 01/09/2014:  kamer 3 (collegiaal) en 3bis (alleenzetelend): alle bovengenoemde familiale zaken, behoudens deze met betrekking tot minderjarige kinderen of kinderalimentatie (A.31)  kamer 3ter (alleenzetelend, met mogelijkheid ook collegiaal te zetelen indien nodig): de zaken met betrekking tot minderjarige kinderen, kinderalimentatie en de samenhangende vorderingen (A.31)  kamer 3quater (alleenzetelend): de kamer voor minnelijke schikking Overgangsregeling Alle zaken die vanaf 01/09/2014 reeds vastgesteld zijn op de kamers 3 en 3bis worden door een algemene beschikking toegewezen aan de familiekamer. Al deze zaken (dus ook de zaken met kinderen) blijven in principe vastgesteld op dezelfde dag en hetzelfde uur als voorheen en zullen behandeld worden in dezelfde zittingzaal als voorheen. Hiervan worden geen nieuwe berichten verzonden. In het kader van een herverdeling van de werklast binnen de familiekamer kunnen evenwel bepaalde van deze zaken overgeheveld worden van de 3de kamer of de 3bis kamer naar de 3ter kamer. Van deze eventuele wijziging wordt tijdig een bericht gezonden. Hetzelfde geldt voor de zaken die vanaf 01/09/2014 reeds vastgesteld zijn op de kamer 16bis (burgerlijk). Deze zaken zullen behandeld worden door de familiekamer (kamer 3ter) maar wel in principe op dezelfde dag en uur en in dezelfde zittingzaal, zoals thans vastgesteld. Inleidingen De nieuwe zaken bestemd voor de kamers 3 en 3bis worden vanaf 01/09/2014, zoals voorheen, ingeleid op de zitting van dinsdagmorgen om 9.00 uur. De nieuwe zaken bestemd voor de kamer 3ter, zijn zaken waarin partijen verplicht in persoon moeten verschijnen, ook op de inleidingszitting (zie art. 1253ter/2 Ger.W.). Deze zaken zullen vanaf 01/09/2014 eveneens op dinsdag vanaf 9.00 uur voor inleiding vastgesteld worden per 4 zaken in blokken van een uur (4 zaken om 9.00 uur, 4 zaken om 10.00 uur en 4 zaken om 11.00 uur), zo nodig ook verder in de namiddag. Deze zittingen zullen doorgaan in de nieuwe zittingzaal M (1ste verdieping tegenover zittingzaal L). Er is ook een wachtruimte voorzien.

Hof van beroep Antwerpen, Familiekamer

2/11

Bedoeling is van bij de inleiding de mogelijkheden van bemiddeling of schikking te onderzoeken, na te kijken of nog onderzoeksmaatregelen nodig zijn en de kleine en/of dringende betwistingen snel op te lossen. Deze kamer zal in staat zijn de zaken op korte tijd uit te stellen voor verdere behandeling. De kamer voor minnelijke schikking in familiale zaken (3quater) kan gevat worden op initiatief van partijen (door een gezamenlijk verzoek) of door verwijzing vanuit de inleidingskamer of een pleitkamer (door vermelding op het zittingsblad).

De jeugdkamer De 16de kamer (collegiaal) = de bijzondere jeugdkamer: behandelt de zaken na uithandengeving. De 16bis kamer (alleenzetelend): behandelt de protectionele zaken. Zittingsdagen en zalen blijven hetzelfde als voorheen.

Bijlagen: 1. 2. 3. 4.

schema van de zittingen codes aard van de zaak codes bij de materies van de familiekamer uittreksels uit de nieuwe wetgeving


3/11

Bijlage 1 MAANDAG VM zaal M

DINSDAG VM zaal E

familiekamer DINSDAG VM DINSDAG VM zaal J zaal M

3ter kamer

3de kamer

3bis kamer

3ter kamer

3de kamer

3quater kamer

16bis kamer

vastgestelde jeugdzaken burgerlijk

vastgestelde zaken

vastgestelde zaken

inleiding nieuwe zaken met kinderen

vastgestelde zaken

kamer voor minnelijke schikking

jeugdzaken protectioneel

vastgestelde zaken met kinderen MAANDAG NM zaal M

inl. en behandeling zaken zonder kinderen DINSDAG NM zaal E

inl. en behandeling zaken zonder kinderen DINSDAG NM zaal M

WOENSDAG NM zaal M

DONDERDAG NM zaal I

3ter kamer

3de kamer

3ter kamer

3ter kamer

16bis kamer


vastgestelde zaken

inleiding en uitgestelde nieuwe zaken met kinderen


jeugdzaken protectioneel

vastgestelde zaken met kinderen

zaken zonder kinderen


WOENSDAG VM zaal F

WOENSDAG VM zaal M

jeugdkamer DONDERDAG VM zaal I

zaken zonder kinderen

vastgestelde zaken met kinderen

4/11

Bijlage 2

LIJST ‘CODES AARD VAN DE ZAAK’ IN FAMILIEZAKEN A.1 a b c d e f j k m n z A.2 b c d e f g h z A.5 a b d z A.6 a b c d e f g z A.31 a b c d

STAAT VAN PERSONEN afwezigheid van personen adoptie meerderjarigen homologatie adoptie nietigverklaring huwelijk / wettelijke samenwoning verzet tegen huwelijk / wettelijke samenwoning afstamming nationaliteit akte burgerlijke stand staatloze geslachtsverandering andere ECHTSCHEIDING / SAMENWONENDEN echtscheiding / scheiding van tafel en bed (oude wet) echtscheiding onderlinge toestemming vereffening en verdeling na echtscheiding / wettelijke samenwoning uitkering na echtscheiding onherstelbare ontwrichting (echtscheiding nieuwe wet) voorlopige maatregelen (rechten / goederen) vereffening en verdeling na feitelijke samenwoning andere FAMILIAAL VERMOGENSRECHT wijziging huwelijksvermogensstelsel nietigverklaring handelingen echtgenoot vermogensrechtelijke betwistingen tussen echtgenoten / wettelijk samenwonenden andere ERFENISSEN, SCHENKINGEN EN TESTAMENTEN vereffening en verdeling nalatenschap inbreng in nalatenschap homologatie vereffeningsstaat notaris testament schenkingen kleine nalatenschappen onbeheerde nalatenschappen andere VORDERINGEN T.A.V. MINDERJARIGE KINDEREN ouderlijk gezag en verblijfsregelingen uitvoering verblijfsregelingen (387ter) onderhoudsbijdrage persoonlijk contact met grootouders of derden


*

5/11

e f g h i j z

toestemming huwelijk adoptie minderjarigen homologatie adoptie pleegvoogdij bescherming grensoverschrijdend hoede- / bezoekrecht uitkering levensonderhoud (tegen verwekker) andere

* Deze materie behoort tot de bevoegdheid van de 3e kamer die in dit geval niet zetelt als familiekamer.


6/11

Bijlage 3

Codes bij de materies van de familiekamers Art. 572bis Onverminderd de bijzondere bevoegdheden die zijn toegekend aan de vrederechter en de bijzondere wetgevingen, neemt de familierechtbank kennis van: 1° vorderingen betreffende de staat van personen; 2° vorderingen tot nietigverklaring van de wettelijke samenwoning 2 [en de beroepen tegen de weigering van de ambtenaar van de burgerlijke stand om de akte van verklaring van wettelijke samenwoning op te maken]2, onverminderd de bevoegdheid die aan de strafrechter wordt toegekend bij artikel 391octies van het Strafwetboek en artikel 79quater van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 3° vorderingen tussen echtgenoten en wettelijk samenwonenden betreffende de uitoefening van hun rechten of betreffende hun goederen, alsook de voorlopige maatregelen die daarop betrekking hebben; 2

4° [vorderingen betreffende de uitoefening van het ouderlijk gezag, de verblijfsregeling of het recht op persoonlijk contact ten aanzien van minderjarige kinderen;]2

A.1

A.1.d A.1.e

A.5.d

A.2.g A.31.a

5° de vaststelling van de voortdurende onmogelijkheid om het ouderlijk gezag uit te oefenen bedoeld in artikel 389 van het Burgerlijk Wetboek;

A.31.a

6° vorderingen bedoeld in de artikelen 1322bis en 1322decies;

A.31.i

7° vorderingen met betrekking tot onderhoudsverplichtingen, met uitzondering van

A.2.g (onderhoudsgeld als voorlopige maatregel) A.2.e (uitkering na echtscheiding)


7/11

die welke betrekking hebben op het leefloon;

A.31.c (onderhoudsbijdrage t.a.v. minderjarigen)

8° geschillen met betrekking tot het aanwijzen van de 2[bijslagtrekkende(n)]2 van de kinderbijslag voor de kinderen indien de ouders niet meer samenwonen, en het verzoek tegen de uitbetaling aan de 2[bijslagtrekkende]2;

A.31.c

9° vorderingen met betrekking tot het huwelijksvermogensrecht, de erfopvolging, schenkingen onder levenden of testamenten;

A.5

10° vorderingen tot verdeling;

A.2.d (na echtscheiding / wett. samenw.) A.2.h (na feitelijke samenwoning) A.6.a (nalatenschap) A.2.g

11° vorderingen tot tijdelijk huisverbod als bedoeld in de wet van 15 mei 2012 betreffende het tijdelijk huisverbod in geval van huiselijk geweld;

A.6

12° het verzet van de persoon die het ouderlijk gezag uitoefent tegen de uitoefening van de rechten van de niet-ontvoogde minderjarige om de op diens spaarboekje ingeschreven sommen op te vragen;

A.31.z

13° de vorderingen ingesteld met toepassing van artikel 220, § 3, van het Burgerlijk Wetboek;

A.1.a

14° het verzet tegen de uitbetaling van de gezinsbijslag aan de bijslagtrekkende bedoeld in artikel 69, § 3, van de wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders gecoördineerd op 19 december 1939, tenzij een vordering bij de jeugdrechtbank aanhangig werd gemaakt op grond van artikel 29 van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade, en tenzij de vrederechter bevoegd is krachtens artikel 594, 8°;

A.31.z

15° het verzet tegen de uitbetaling aan de bijslagtrekkende van de gezinsbijslag voor zelfstandigen, bedoeld in artikel 31, § 3, van het

A.31.z


8/11

koninklijk besluit van 8 april 1976 houdende regeling van de gezinsbijslag ten voordele van de zelfstandigen, tenzij een vordering bij de jeugdrechtbank aanhangig werd gemaakt op grond van artikel 29 van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade, en tenzij de vrederechter bevoegd is krachtens artikel 594, 9°.samenwoning op te maken]2, onverminderd de bevoegdheid die aan de strafrechter wordt toegekend bij artikel 391octies van het Strafwetboek en artikel 79quater van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;


9/11

Bijlage 4

Art. 109bis §1 Ger.W. Aan de kamers met één raadsheer worden toegewezen: … 1/1° het hoger beroep tegen beslissingen gewezen door de familierechtbank aangaande de uitoefening van het ouderlijk gezag, de verblijfsregeling, het recht op persoonlijk contact, de ontvoogding, de opheffing van het verbod op het huwelijk tussen minderjarigen, de pleegvoogdij en de onderhoudsverplichtingen ten aanzien van minderjarigen. … 4° de minnelijke schikking

Art. 1253ter/4 §2 Ger.W. Worden geacht spoedeisend te zijn… de zaken met betrekking tot: 1° de afzonderlijke verblijfplaatsen 2° het ouderlijk gezag 3° de verblijfsregeling en het recht op persoonlijk contact met een minderjarig kind 4° de onderhoudsverplichtingen 5° het grensoverschrijdend hoederecht en bezoekrecht… 6° de machtigingen om een huwelijk aan te gaan als bedoeld in art. 167 BW en de weigering van wettelijke samenwoning als bedoeld in art. 1476quater BW 7° de voorlopige maatregelen die bevolen worden op grond van art. 1253ter/5

Art. 1253ter/2 Ger.W. In alle zaken bedoeld in art. 1253ter/4, §2, 1° tot 4°, dienen de partijen in persoon te verschijnen op de inleidingszitting. In afwijking van het eerste lid dienen de partijen in alle zaken die betrekking hebben op minderjarige kinderen in persoon te verschijnen op de inleidingszitting, de zitting waarop de vragen aangaande de kinderen worden bespreken en de pleitzittingen.


10/11

Art. 1253ter/5 Ger.W. … kan de rechtbank de volgende voorlopige maatregelen nemen: 1° alle maatregelen betreffende de uitoefening van het ouderlijk gezag, de organisatie van de verblijfsregeling en het recht op persoonlijk contact bevelen of aanpassen 2° tot 7° (uitkeringen tot levensonderhoud, vervreemdingsverbod, gebruik roerende goederen, bevoegdheden 221, verblijfplaats etc)


11/11

De familiekamer en de jeugdkamer in het hof van beroep te Antwerpen

Recommend Documents