jaap ekhart
De bouwkeramiek van Anno Smith
Gedurende de wederopbouwperiode (1945-1965) werden veel panden gedecoreerd met mozaïeken, reliëfs en tegeltableaus. Eén van de productiefste decorateurs was de Groningse keramist Anno Smith. Verspreid over heel NoordNederland zijn honderden werken van hem bewaard gebleven. Smith legde zich vooral toe op het maken van kleurrijk geglazuurd terracotta, een vorm van bouwkeramiek waarin hij zich gespecialiseerd had. Anno Ferdinand Smith, zoon van Ferdinand Smith en Antje de Haan, werd geboren op 7 april 1915 in de stad Groningen. Het gezin, dat in 1914 van Aduard naar Groningen verhuisde, telde al vijf kinderen: drie dochters en twee zoons. De ouders van Anno dreven een kruidenierswinkel. Anno Smith bezocht de ambachtsschool om daar opgeleid te worden tot meubelmaker. In de avonduren volgde hij een cursus meubeltekenen. Op advies van tekenleraar J.A. Boer1 ging hij vervolgens naar de Kunstnijverheidsschool waar hij zijn diploma behaalde in 1937. Vrij snel daarop, in 1938-1939, had Smith een verkooptentoonstelling in Pictura. Alle kannen, schalen en vazen werden verkocht.
Anno Smith (1915-1990) In 1942 trouwde Smith met Ebetha Zibena (Bea) Jager die als telefoniste in dienst was bij de PTT. In hetzelfde jaar nam Bea ontslag bij haar werkgever om Anno bij te staan in zijn atelier. Het echtpaar woonde en werkte vele jaren aan de Veenweg, de oude verbindingsweg tussen Groningen en Paterswolde. Tijdens de bezettingsjaren werd Smith lid van de zogeheten snertclub. Deze club bestond uit kunstenaars en architecten die, onder genot van kommen snert, filosofeerden over het werk dat hen ná de bezetting te wachten stond. Tot de architecten behoorden onder onderen: Bügel, Hoekstra (van architecten-
50
historisch jaarboek groningen 2008
de bouwkeramiek van anno smith
Anno Smith (1915-1990). Foto uit een privécollectie.
bureau Kuiler & Drewes), Klein, Olsmeijer, Van Loo en Van Wissen. Door de snertclub leerde Anno architecten persoonlijk kennen, en dat kwam hem na de oorlog goed van pas. Smith’s eerste bouwkeramiek, een afbeelding van Alkmaarse kaasdragers, werd kort na de oorlog geplaatst in de voorgevel van een kaaspakhuis aan de Westerkade in de stad Groningen. Het werk sprak aan en de opdrachten stroomden binnen, vele jaren achtereen. Smith zette de productie van schalen en vazen op een lager pitje en richtte zich op het maken van bouwkeramiek. Het echtpaar Smith kreeg één kind, dochter Simone Gertrude, geboren in 1946. Drie jaar later, in 1949, werden Anno en Bea lid van de vrijmetselarij. Voor het afbeelden van wederopbouwwerkzaamheden gebruikte de keramist regelmatig aan de vrijmetselarij ontleende symbolen: winkelhaken, passers, troffels, bouwstenen, tekens van de dierenriem, sterren, zon en maan. Vanaf 1960 kreeg de keramist minder opdrachten omdat hij buiten de Beeldende Kunstenaars Regeling (BKR) viel. Gelukkig had hij talent als leraar. En zo werd Smith op latere leeftijd docent pottenbakken aan de School voor Handenarbeid in Groningen. Ook verzorgde hij, als keramist, arbeidstherapie binnen twee instellingen: de Van Mesdagkliniek in Groningen en Hoog-Hullen, een kliniek voor alcoholisten in Eelde. In 1977 begonnen Anno en Bea een LAT-relatie; het huwelijk werd nooit ontbonden. Anno Smith overleed op 14 januari 1990 aan de gevolgen van een hartstilstaand. Hij stierf tijdens een bezoek aan Bea.
De Alkmaarse kaasdragers Met de afbeelding van de Alkmaarse kaasdragers aan de Westerkade gaf Smith een visitekaartje af dat hem op slag bekend maakte in de bouwwereld. Het toeval wilde namelijk dat in de directe nabijheid van het kaaspakhuis het Bureau voor
historisch jaarboek groningen 2008
51
jaap ekhart
De Alkmaarse kaasdragers. Foto Rudmer Nijman.
Wederopbouw was gevestigd. Veel personen die bij de wederopbouw waren betrokken, zagen op weg naar het bureau de afbeelding van de kaasdragers en waren gecharmeerd. Om kort te gaan, Smith werd bedolven onder opdrachten. Volgens Bea werkte hij zo’n twintig jaar dag en nacht om aan de vraag te voldoen. De keramist decoreerde diverse typen gebouwen: huur- en koopwoningen, scholen, gymlokalen, brandweerkazernes, kerken, fabrieken, gemeentehuizen, enzovoorts. In heel Noord-Nederland liet hij, letterlijk en figuurlijk, zijn sporen na. Veel panden met bouwkeramiek van Smith zijn de afgelopen jaren gerenoveerd, gesloopt of hebben een andere functie gekregen. Vaak ondernamen werknemers, bewoners en omwonenden actie om de decoraties te behouden. Ze eisten herplaatsing of opslag, de werken mochten hoe dan ook niet verloren gaan. Daaruit valt te concluderen dat Smith’s bouwkeramiek tegenwoordig nog steeds een breed publiek aanspreekt. Veel bovengenoemde werknemers, bewoners en omwonenden beschouwen het oeuvre van de keramist als cultureel erfgoed, als een representant van de wederopbouwjaren. Een kenmerk van de Nederlandse wederopbouwarchitectuur is dat volop uiting wordt gegeven aan gemeenschapszin, optimisme, aan het geloof in een betere toekomst. Smith’s bouwkeramiek getuigt van hetzelfde elan. De voorstellingen van plant- en diermotieven, spelende kinderen en werkende bouwvakkers stralen altijd een positief wereldbeeld uit.
Openbare lagere school Centrum, Kerkstraat, Peize Smith maakte talrijke decoraties voor schoolgebouwen. Meestal verbeeldde hij spelende kinderen óf jongeren met dieren. De keramist verkreeg, al experimenterend, geheel eigen kleurstellingen. Er kan dan ook gesproken worden van Smithgroen, -geel en -blauw. Wie de kleuren een paar keer heeft gezien, zal ze voortaan altijd herkennen.
52
historisch jaarboek groningen 2008
de bouwkeramiek van anno smith
Smith’s kleurstellingen zijn terug te voeren op het levendige en heldere kleurgebruik van de Della Robbia’s, een Italiaanse keramistendynastie die leefde en werkte in de 15de en 16de eeuw. Evenals deze dynastie gebruikte Smith veelvuldig afbeeldingen van bloemen en vruchten. In een interview, in 1986, verklaarde de Groningse keramist dat de Della Robbia’s zijn belangrijkste inspiratiebron vormden.2
Openbare lagere school Centrum, Kerkstraat, Peize. Foto Rudmer Nijman. Luca della Robbia, ‘Madonna met kind en engelen’, 1475/1480, Firenze, Museo del Bargello; già Sant’ Onofrio delle Cappuccin. Foto Rudmer Nijman. Geveldecoratie woonblok, Grunobuurt, Groningen. Foto Rudmer Nijman.
Geveldecoratie woonblok, Grunobuurt, Groningen Smith had enkele modellen binnen handbereik. Dochter Simone herinnert zich dat zij en haar vrienden en vriendinnen vaak poseerden. ‘We moesten dan touwspringen, knikkeren en spelen met ballen. Ik was trots op mijn creatieve vader, maar vond het niet altijd even leuk om op commando te spelen’.3 Met een inhoud van 1 kubieke meter had Smith een behoorlijk grote oven. Toch was deze te klein voor de grote werken die hij maakte. Hij moest daarom de totale voorstelling in kleine stukken opdelen. Die werden genummerd, afzonderlijk gebakken en vervolgens weer samengevoegd tot een geheel. De werkwijze valt te vergelijken met het uit elkaar halen en daarna weer in elkaar zetten van een legpuzzel. Smith’s manier van werken was óók noodzakelijk
historisch jaarboek groningen 2008
53
jaap ekhart
omdat grote stukken klei kromtrekken tijdens het bakproces. Vaak sluiten de puzzelstukjes op sublieme wijze op elkaar aan. Daarvan getuigen de rok van het meisje en de bal die ze in haar handen houdt. Opmerkelijk is dat de metselvoegen een essentieel onderdeel vormen van de compositie, net als de grijze loodstrippen in glas-in-loodramen. De keramist hechtte veel waarde aan licht- en schaduwwerking, daarom werkte hij altijd in reliëf. Met zijn eigen kleurstellingen en zijn legpuzzelachtige voorstellingen in reliëf wist Smith een eigen handelsmerk te creëren.
Portiekversieringen, Surinamestraat, West-Indische Buurt, Groningen In de jaren ’50 begon woningbouwvereniging Volkshuisvesting met de bouw van de West-Indische Buurt. Corporatiedirecteur L. Molenberg vroeg Smith de afzonderlijke portieken te decoreren met verschillende voorstellingen. Molenberg wilde variatie om daarmee ieder portiek in de langgerekte, enigszins monotone woonblokken een geheel eigen karakter te geven. Bij het zien van de papegaai moesten bewoners het idee krijgen ‘dat is nou mijn huis, het portiek met de papegaai’. Ook wilde Molenberg met de decoraties de bewoners enig gevoel voor schoonheid meegeven.4
Portiekversieringen, Surinamestraat, West-Indische Buurt, Groningen. Foto’s Rudmer Nijman.
54
historisch jaarboek groningen 2008
de bouwkeramiek van anno smith
Voor de Surinamestraat maakte Smith voorstellingen van planten en dieren die hij associeerde met West-Indië: een bloeiende cactus, een papegaai, een tropische vis, een ananas, een flamingo. De weergave van de ananas had heel wat voeten in aarde. Smith vertelde daarover: ‘Ik had die vrucht nog nooit gezien, want ze waren toentertijd niet verkrijgbaar in Groningen. Daarom moest ik me behelpen met foto’s en tekeningen’.5
Gevelversiering woonblok Soendastraat, Groningen (oorspronkelijk in de voorgevel, na sloop inpandig herplaatst in de nieuwbouw). Foto Rudmer Nijman.
Gevelversiering woonblok, Soendastraat, Groningen Ook dit werk is gemaakt in opdracht van Volkshuisvesting. In de voorstelling zijn stad en provincie bijeen gebracht. Het symbool van de stad, de Martinitoren, is centraal weergegeven. Zee en platteland zijn vertegenwoordigd in de vorm van een visser en een boer. De bakstenen tussen beide figuren symboliseren ongetwijfeld de wederopbouwactiviteiten van de woningbouwvereniging. Rechtsonder, achter het rechterbeen van de boer, heeft Smith een molen op een berg afgebeeld. De afbeelding is een ludieke toespeling op de naam van de corporatiedirecteur, L. Molenberg.
historisch jaarboek groningen 2008
55
jaap ekhart
Gedenksteen, Wilhelminalaan, Zuidbroek
Gedenksteen, Wilhelminalaan, Zuidbroek (het woonblok is gesloopt in 2005, het werk van Smith is opgeslagen door de woningcorporatie). Foto’s Rudmer Nijman.
In 1950 ontwierp de Ulrumse burgemeester H. Ottevanger, samen met Piet Hoekstra van architectenbureau Kuiler & Drewes, een gedegen woningtype dat toentertijd tevens het goedkoopst was. Het ontwerp werd gepresenteerd onder de klinkende naam ‘Het 1000-woningenplan’. Bij een bijzonder project hoorde natuurlijk een gedenksteen en daarvoor werd Smith benaderd. De keramist ontwierp een plaat met de wapens van de 31 deelnemende Groningse gemeentes. Al die gemeentes kregen vervolgens een exemplaar cadeau. Veel zogeheten Ottevanger-woningen zijn de afgelopen jaren gesloopt. Gewoonweg omdat ze niet meer voldoen aan de eisen die bewoners tegenwoordig stellen. Smith’s werk in Zuidbroek krijgt te zijner tijd een plaats in een nieuwbouwproject. De gedenkstenen in Ulrum en Leek zijn nog steeds te bewonderen in hun originele context.
Portiekversieringen Merwede- en Schelde straat, Groningen. Foto’s Rudmer Nijman.
56
historisch jaarboek groningen 2008
de bouwkeramiek van anno smith
Portiekversieringen Merwede- en Scheldestraat, Groningen De in 1954 gebouwde etagewoningen in de Merwede- en Scheldestraat vallen onder de categorie beeldbepalende panden. Terecht, want de door architect Broos ontworpen woningen zijn werkelijk oogstrelend. Hetzelfde geldt voor de 31 portiekversieringen die Smith maakte. De versieringen, eigenlijk zijn het beeldjes, stellen diverse beroepen voor. Verpleegster, schilder, bakker, fotograaf en vele andere maatschappelijke werkkringen zijn op treffende wijze weergegeven. In de jaren ’50 van de vorige eeuw was het maken van een foto een hele klus. De toentertijd gangbare platencamera woog maar liefst 45 kilo en had een zeer lange belichtingstijd. Vanwege het gewicht en de lange belichtingstijd werd de camera op een driepoot gezet. Het doek over het hoofd van de fotograaf was nodig voor een exacte scherpstelling van het beeld. Personen die werden gefotografeerd hadden het ook niet gemakkelijk, ze moesten geruime tijd een doodstille houding aannemen.
Gevelversiering (voormalige) sporthal, Westergast, Zuidhorn
Gevelversiering
Smith maakte voor de in 1953 gebouwd sporthal een afbeelding van rennende jongens. Uit de wapperende haardossen blijkt dat ze al behoorlijk op snelheid zijn gekomen. Opmerkelijk is de asymmetrische vorm van het geheel. De onderkant is beduidend smaller dan de bovenkant en rechts verspringt de versiering in een driehoek. Smith koos waarschijnlijk voor deze driehoek om de loopbewegingen van de jongens extra te accentueren. Volgens Bea bakte haar echtgenoot altijd op 1240 graden, een hoge temperatuur waarmee zeer hard keramiek wordt verkregen. Smith keek er persoonlijk op toe dat het grondig geglazuurde werk goed werd ingemetseld. Door al deze factoren leverde de keramist kwaliteitsproducten die weersbestendig waren. In tegenstelling tot veel andere keramisten werkte Smith altijd in reliëf en hanteerde hij een gevarieerd kleurenpalet. Anders gezegd, voor de opdrachtge-
historisch jaarboek groningen 2008
57
(voormalige) sporthal, Westergast, Zuidhorn. Foto’s Rudmer Nijman.
jaap ekhart
vers en het publiek waren Smith’s voorstellingen beduidend levendiger en daarmee aantrekkelijker dan de afbeeldingen van veel concurrenten. De keramist werkte voor een zacht prijsje, bang als hij was dat hij anders geen opdrachten meer zou krijgen. Volgens Bea was haar echtgenoot veelgevraagd omdat hij én kwaliteitsproducten leverde én levendige, kleurrijke voorstellingen maakte én tegen een lage prijs werkte.6
Wapen Vereniging De Harmonie, Kreupelstraat, Groningen
Wapen Vereniging De Harmonie, Kreupelstraat, Groningen. Foto’s Rudmer Nijman.
De akoestiek van de concertzaal in het Harmoniegebouw genoot internationale faam. Toch werd het gebouw in de Oude Kijk in ’t Jatstraat grotendeels gesloopt in 1973. De vereniging was in 1967 al verhuisd naar de Kreupelstraat. Het nieuwe onderkomen moest natuurlijk een duidelijk herkenningsteken krijgen. Smith gaf het wapen van de vereniging weer. De lier verbeeldt de vele muziekuitvoeringen die worden gegeven. Een met klimop en wijngaardranken omwonden staf, met bovenaan een dennenappel, symboliseert vreugde en feest. De fakkel staat voor vriendschap en verbondenheid. En de ster, helemaal boven, stelt de ideale schoonheid voor. Kortom, Smith’s werk bestaat uit een reeks symbolen die de kernactiviteiten weergeven van De Harmonie. De objecten, vooral de lier, zijn enigszins gestileerd afgebeeld. Aanvankelijk werkte Smith zo natuurgetrouw mogelijk. Later in zijn carrière -het Harmoniewapen moet omstreeks 1967 zijn gemaakt- ging hij vaker figuren en objecten in gestileerde vormen weergeven. In de Camphuysenstraat’, in de Groningse wijk De Wijert, bevinden zich 24 abstracte voorstellingen van Smith. Ze zijn uitzonderlijk in het oeuvre van de keramist omdat hij maar zeer weinig nonfiguratief werk heeft gemaakt. In 1986 zei Smith, terugblikkend op zijn leven: ‘Ik mocht bijna altijd zelf de onderwerpen bepalen, als het maar figuratief was. Graag had ik meer abstract werk gemaakt, want dat lag me wel. Non-figuratief Islamitisch keramiek bijvoorbeeld, heeft me altijd aangesproken’.7
58
historisch jaarboek groningen 2008
de bouwkeramiek van anno smith
Terug naar de Alkmaarse kaasdragers. In 1993 blijken ze opeens verdwenen. Navraag leert dat de eigenaar van het pand het werk heeft laten weghalen om plaats te maken voor een raamopening. Een nogal ondoordachte actie want het voormalige kaaspakhuis, en daarmee ook Smith’s werk, staat al jaren te boek als monument. De gemeente Groningen eist dat de kaasdragers terug komen in de voor gevel. ‘Het kan misschien nog even duren, maar uiteindelijk gaat dat gebeuren’, verzekert betreffende ambtenaar van Monumentenzorg.8 C’ est la céramique qui fait la musique (lijfspreuk van keramist Anno Smith) Noten 1 Johannes Albertus Boer (1895-1971) is tegenwoordig vooral bekend als architect. In de stad Groningen staat een fiks aantal gerenommeerde projecten, waaronder: de bebouwing rondom het Bernoulliplein, het (voormalige) Noorderbad en het zogeheten Pythagorascomplex. 2 De auteur interviewde Anno Smith in 1986. 3 Enkele jaren geleden interviewde de auteur Simone Gertrude Smith telefonisch. 4 Interview 1986. 5 Interview 1986. 6 De auteur sprak vele malen met Ebetha Zibena Jager (Bea Smith) 7 Interview 1986. 8 Betreffend ambtenaar deed zijn uitspraak in het vroege voorjaar van 2008. Bronnen (schriftelijk) • Gezins- en persoonskaarten (aanwezig in de Groninger Archieven) (mondeling) • Anno Ferdinand Smith (Anno Smith) • Ebetha Zibena Jager (Bea Smith), weduwe van Anno Smith • Simone Gertrude Smith, dochter van Anno Smith
historisch jaarboek groningen 2008
59
Abstract werk van Anno Smith. Foto’s Rudmer Nijman.