1
De Bijbel, aangepast aan de ideeën van de moderne mens Het onderstaande bericht ontlenen wij aan Trouw van 2 september. We nemen het precies zo over, als het in deze krant is verschenen. NEW YORK (Reuter) - Over tien dagen verschijnt bij Oxford university press - een belangrijke uitgever van bijbelvertalingen - de langverwachte nieuwe vrouwvriendelijke, anti-autoritaire en op voorhand al ‘politiek correct’ genoemde Engelse vertaling van het Nieuwe Testament. ‘God de Vader’ zal men daarin niet meer aantreffen zonder de toevoeging ‘-Moeder’ en de ‘Zoon des Mensen’ is omgedoopt in ‘De Menselijke’. Beschuldigingen dat joden Christus hebben gedood zijn geschrapt en in de nieuwe vertaling hoeven kinderen hun ouders niet meer te ‘gehoorzamen’, maar is het voldoende dat zij ‘aandacht besteden’ aan hun vaders en moeders. Vrouwen zijn niet langer ‘onderworpen’ aan hun echtgenoten maar aan hen ‘toevertrouwd’. De duisternis wordt niet meer gelijkgesteld aan het kwaad, wegens de racistische implicaties die dat heeft en het gebed ‘Onze Vader’ begint nu met ‘Onze Vader-Moeder die in de hemelen zijt’. Verwijzingen naar de ‘rechterhand’ van God zijn ook weggelaten, om linkshandigen niet in verlegenheid te brengen. Rechterhand wordt nu vervangen door Gods ‘machtige’ hand. De uitgevers van ‘Het Nieuwe Testament en de Psalmen: een inclusieve vertaling’ ontkennen overigens dat ze de laatste vijf jaar hebben besteed aan het produceren van een ‘politiek correcte’ bijbel, maar geven toe dat een legioen traditiegetrouwen in de coulissen staat te wachten om ‘de eerste steen te werpen’ en een van de grootste bijbeldebatten in jaren te ontketenen. Sommige critici hebben de uitgevers er al van beschuldigd dat zij de bijbel hebben gecensureerd om hem op één lijn te brengen met de heersende politieke trends. De uitgevers zelf zeggen over hun jongste project dat ‘deze vertaling is bedoeld voor kerken en christenen voor wie het een zorg is dat de bijbel iedereen omvat. Ik denk’, zei Susan Brooks Thistlethwaite van het theologisch seminarie in Chicago - zij is een van de zes uitgevers - ‘dat politieke correctheid een ongunstige uitdrukking is van mensen die willen dat de bijbel gehoorzaamheid tot gevolg heeft in plaats van zorgzaamheid’. Thistlethwaite zei ook dat de uitgevers trots zijn op de wijze waarop zij zijn omgegaan met de antisemitische implicaties van het Nieuwe Testament. Zij hebben bij voorbeeld alle verwijzingen naar de joden als moordenaars van Jezus verwijderd uit de eerste brief van de apostel Paulus aan de Thessalonicenzen. In paragraaf 2, vers 14 en 15 van deze brief staat volgens traditionele vertalingen het volgende: ‘... want jullie hebben van je eigen medeburgers hetzelfde geleden als zij van de joden die zowel de Here Jezus doodden als de profeten’. In de nieuwe ‘inclusieve’ vertaling staat het zo: ‘... want jullie hebben van je eigen medeburgers hetzelfde geleden als zij van degenen die de Here Jezus doodden en de profeten’. Thistlehwaite gelooft dat zij en haar mede-uitgevers de eerste bijbelvertaling hebben gemaakt die het onderwerp antisemitisme oppakt. ‘Het Nieuwe Testament bestaat uit joden die tot joden spreken. Zij zeggen niet ‘de joden zijn slecht’ maar zij zeggen ‘wij joden van hier zijn het oneens met jullie joden daar’. Als Johannes over joden spreekt bedoelt hij joodse leiders.’ Ook de toevoeging ‘Heer’, als het gaat om God, is zoveel mogelijk vermeden, omdat de ‘heren’ als heersende klasse zijn verdwenen. Zo verandert in psalm 23 de aanhef ‘De Heer is mijn herder’ in ‘God is mijn herder’. Het woord ‘slaven’ komt ook niet meer voor, maar is veranderd in ‘mensen die tot slaaf zijn gemaakt’. En ‘blinden’ zijn ‘mensen’ geworden ‘die blind zijn’. Aldus het bericht in Trouw.
2
Inclusivisme Hier zien we een zeer duidelijk voorbeeld hoe het Woord van God door middel van een vertaling wordt vervalst, om het maar aan te passen aan de opvattingen van deze tijd, tot in het absurde toe. Wie zou er ooit aan denken dat linkshandige mensen er zich aan zouden stoten, wanneer in de Bijbel over Gods rechterhand gesproken wordt! De geschiedenis wordt vervalst, door het weglaten van zogenaamde ‘antisemitische beschuldigingen’. Moet het dan voor de zoveelste maal weer eens uitgelegd worden, dat de Bijbel, geschreven door Joden, totaal niet ‘antisemitisch’ is? Dat Jodenhaters bepaalde bijbelteksten uit hun verband gerukt en voor hun goddeloze doelen misbruikt hebben, kan toch geen reden zijn om die teksten te veranderen? Men mag niet meer spreken van God als Vader en als Heere; kinderen hoeven hun ouders niet meer te gehoorzamen. Het zijn maar enkele voorbeelden hoe deze ‘vertalers’ het bestaan hebben, Gods Woord te corrigeren. De Bijbel is daarmee nu een ‘politiek correct’ boek geworden. Men moet maar durven! Ongetwijfeld zullen feministen, emancipatiedrijvers en dergelijke vermeend progressieve groeperingen blij zijn met een dergelijke nieuwe ‘vertaling’, een herschreven Bijbel, geheel aangepast aan hun wensen en opvattingen. Veelzeggend is de naam van deze publicatie: ‘Het Nieuwe Testament en de Psalmen: een inclusieve vertaling’. De voorbeelden maken duidelijk, wat er met dat woord ‘inclusief’ bedoeld wordt. Het is de Bijbel van het inclusieve denken, dat iedereen insluit. Het is de Bijbel van de alverzoening. Het is niet de Bijbel van de God Die Zijn eeuwige raad en soeverein welbehagen openbaart in Zijn daden in de tijd. Het is de Bijbel van en voor alle mensen, tenminste voor diegenen die ook ‘politiek correct’ zijn, dus zeker niet voor diegenen die nog geloven dat de Heere in Zijn soevereine majesteit een verkiezend en verwerpend God is. Nog iets staat voor ons vast. Degenen die aan de vertaling, uitgave en verbreiding van een dergelijk boek meewerken, geloven er niets van dat ze hier te doen hebben met de Heilige Schrift, Gods onfeilbaar Woord. Ze geloven er niets van dat dit Woord ‘voortijds niet is voortgebracht door de wil eens mensen, maar de heilige mensen Gods, van de Heilige Geest gedreven zijnde, hebben ze gesproken’ (2 Petr. 1:21). Hoe nodig is het, te midden van alle afval en goddeloosheid en de brutaliteit waarmee men zich vergrijpt aan het heilige, een klaar getuigenis te laten horen aangaande het Goddelijk karakter van de Bijbel. Hier past geen enkel compromis met de geest van afval. Het behoort tot de taak van de Gereformeerde Bijbelstichting, in de middellijke weg ervoor te zorgen, dat Gods Woord in een zuivere vertaling beschikbaar mag blijven. Kunnen nu onze critici wat beter begrijpen, waarom de GBS met nadruk spreekt van de noodzaak van een zuivere vertaling? Maar niet minder is het de taak van de GBS, onze (kleine en zwakke) krachten in te zetten tot een helder getuigenis tegen alles wat afvoert van de zuiverheid van dat Woord, wat zich verheft tegen de Goddelijke autoriteit van des Heeren Woord, en eraan meewerkt dat de reine redenen des Heeren van de mensen worden weggenomen. Grote NBG-dag Wij zouden mogen verwachten, dat alle organisaties die zich de bijbelverspreiding tot doel stellen, een eenparig getuigenis zouden laten horen tegen deze geest uit de afgrond. Helaas, de werkelijkheid is anders. Drie weken na de verschijning van bovenstaand krantenbericht, op zaterdag 23 september, hield het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG) in Harderwijk zijn ‘Grote NBG-dag’, zeg maar de jaarlijkse toogdag van het NBG. We citeren uit de verslagen in het Nederlands Dagblad, het Reformatorisch Dagblad en Trouw van 25 september, het volgende:
3
Lompen De Bijbel is niet waar. Dat wil zeggen, de Bijbel is mensenwerk. Toch zijn het zeker niet alleen de gelovigen van ‘zwarte kousen-kerken’ die de Bijbel nog steeds van kaft tot kaft, woord voor woord geloven. Ook in zogenaamd progressieve kringen ontkomen ze niet aan die behoefte. Dat zei dr. H. Veldhuis, hervormd predikant in Culemborg, op de algemene vergadering van het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG) in Harderwijk. Vaak proberen progressieven met nieuwe vormen van bijbeluitleg - of die nu ‘historischkritisch’, ‘structuralistisch’ of ‘feministisch’ heten - de bijbeltekst te redden. Alle nieuwe uitlegmethoden hebben hun eigen waarde. Maar zo gauw ze proberen de Bijbel ‘te redden als volmaakt boek, als unieke tekst van kaft tot kaft die overal gelijk heeft, brengen ze ons een nieuwe vorm van biblicisme met een nieuwe onvrijheid’, zo meende de Culemborger predikant. Tegen die ‘onvrije en krampachtige’ houding wilde hij waarschuwen. Hij zei, dat ‘iedereen dat op grond van nieuw bijbelonderzoek allang kon weten. Toch dringt die boodschap kennelijk tot veel christenen maar heel moeilijk door.’ De Bijbel is gewoon een menselijk boek, mooi of gebrekkig, zoals talrijke andere boeken, literair en historisch verre van volmaakt of onfeilbaar, zo constateerde ds. Veldhuis. Hij is historisch en moreel lang niet altijd betrouwbaar, en sommige teksten zijn niet te verteren. De menselijke gestalte van de Schrift achtte hij geen tekort of gebrek, ‘maar is juist als een teken dat God bij ons wonen en tot ons wil spreken in gebrekkige en menselijke gestalte.’ Diezelfde Bijbel bevat namelijk een unieke boodschap, een eeuwige actualiteit: de liefde en gerechtigheid die God openbaart aan Israël en de volken. Het komt eropaan, een vrijheid te hebben ten opzichte van de Bijbel als boek, maar niet ten opzichte van de zaak. Die vrijheid maakt het mogelijk ons te binden aan de centrale boodschap, namelijk ‘het ja van God tegen het leven van ons allen. Het ja van God, dat wij met elkaar mogen delen’. Er is niets actueler dan dat. Die liefde maakt vrij van elke angst, ‘ook de angst dat we de Bijbel zouden verliezen’. De Bijbel is volgens ds. Veldhuis te vergelijken met de lompen waarmee Jeremía uit de kuil werd getrokken. De vraag is daarom, of wij ons met een reeks aan elkaar geknoopte lompen uit de put willen laten trekken, naar het licht. In dat verband noemde hij het NBG een ‘voddenboer’. Vrouw-onvriendelijk Ook de feministische theologe dr. Riet Bons-Storm, hoogleraar namens de Nederlandse Hervormde Kerk aan de theologische faculteit van de Rijksuniversiteit te Groningen, benadrukte de menselijkheid van de lange tijd Goddelijk geachte bijbelteksten. Vooral vrouwen weten dat inmiddels al te goed, zei zij. Zij ervaren aan den lijve dat het boek uit een tijd stamt waarin de man alles voor het zeggen had. ‘God staat aan de kant van de mannen, wenst als man en vader gekend te worden.’ Voor mevrouw Bons vormen de lompen van de Bijbel de vrouw-onvriendelijke passages (‘de vrouw - denk aan de hoer - staat in de teksten model voor het kwaad’). Richteren 19:23-24 kan volgens haar onmogelijk Gods Woord weerspiegelen of bevatten. Veel vrouwen raken in verwarring bij het lezen van de Bijbel, meer dan mannen. Veel feministisch ingestelde vrouwen verlaten de kerk. ‘Voor hen is de Bijbel passé. Waarom zouden ze zich toevertrouwen aan een God Die hun vrouw-zijn van weinig waarde acht?’ Toch wordt er ook nog in de Vrouw en Geloof-groepen ‘hard gestudeerd’ op de Bijbel, dat boek van ‘man-middelpuntheid’. Vrouwen komen tot het inzicht dat de bijbelse teksten het product zijn van menselijke activiteit. Maar de Bijbel is toch geïnspireerd door Gods Geest? Riet Bons: ‘Gods inspiratie mag je
4
gelovig vermoeden achter de teksten, maar je moet altijd argwanend zijn ten opzichte van wat in feite geschreven staat. De teksten zijn opgeschreven, doorgegeven, vertaald en verkondigd door feilbare, zondige mensen. In hun tijd beïnvloed door de tijdgeest van hun tijd, schreven mensen - in feite enkel mannen - op, wat zij ervoeren en beschouwden als Godsopenbaring.’ Professor Bons kwam tot het inzicht dat ook de vrouw naar Gods beeld is geschapen. ‘God heeft dus kennelijk evenzeer een vrouwelijke als een mannelijke kant. Ook zij wordt behouden uit genade, omdat God haar, evenzeer als de man, haar zonden volledig vergeeft.’ Het criterium van het omgaan met de Bijbel is, volgens Riet Bons, ‘niet: Staat het in de Bijbel? Maar: Komt het overeen met wat ik heb leren zien als horend bij het wezen van God: Haar verlangen dat alle mensen met Haar op de weg van heil en vrede willen lopen, daarbij ten volle alle talenten gebruikend, naast elkaar?’ Al met al blijft de Bijbel voor mevrouw Bons ‘manna voor elke dag’. Een vrouwvriendelijke tekst, waaraan zij zich vooral optrekt, is Jeremía 31:22 (over een van de kenmerken van het vrederijk van God): Want de Heere schept iets nieuws op aarde: de vrouw zal de man omvangen. Wachtkamer De derde spreker was ds. Douwe N. Wouters, die veel werkt onder verslaafden, aidspatiënten en andere mensen in de marge van de maatschappij in Amsterdam. Hij deed verslag van zijn eigen omgang met de Bijbel in zijn leven. De Bijbel van zijn jeugd was ‘klassiekgereformeerd’. Nadat hij zich had losgemaakt van de ‘krampachtigheid’ van deze Bijbel, die menselijke factoren geheel miskende, kreeg hij zijn tweede Bijbel via de evangelicals in Engeland (te vergelijken met de evangelische richting in Nederland) aangereikt. Daar was meer openheid en een directere omgang met de Schrift. De derde Bijbel werd vervolgens de Bijbel van Buber (een Joodse geleerde in Duitsland, die veel aandacht gaf aan wat er letterlijk staat, meer dan of het ook zo letterlijk gebeurd is), maar die Bijbel bleek volgens ds. Wouters, ‘pas een bloementuin te kunnen zijn als een Filippus beschikbaar was om de teksten uit te leggen’. Wouters vierde Bijbel werd de zogenaamde therapeutische Bijbel. Door zijn werk onder de ‘uitgestotenen’ in Amsterdam kwam hij tot het inzicht dat de Bijbel een therapeutisch boek is, gericht op het herstel van de relatie met God en met elkaar, op de genezing van ons menszijn in zijn verschillende dimensies, psychisch, sociaal, fysiek. Samenvattend: vroeger zag ds. Wouters de Bijbel als een solide gebouw met een perfecte indeling en opbouw, maar nu meer als ‘een wachtkamer, een braambos, ergens in een woestijn van onvruchtbaarheid, waarin Gods stem te horen is. Vandaar loopt de weg rechtstreeks naar Egypte, land van lijden, waar slaven wachten op bevrijding.’ Onrust Deze ‘Grote NBG-dag’ en nog meer de krantenverslagen ervan die we hierboven hebben samengevat, hebben veel onrust teweeggebracht onder de 370.000 leden van het NBG. Vooral het beeld van de Bijbel als een verzameling lompen en het NBG als een lorrenboer kwam erg negatief over. Zo was het natuurlijk niet bedoeld. Wij begrijpen de bedoeling van het NBG wel. Men heeft de Bijbel niet verachtelijk neer willen zetten als iets dat uit de tijd is en van geen waarde meer is. Wie bovenstaande samenvatting met aandacht leest, kan die conclusie niet trekken. Toch moeten we hartgrondig neen zeggen tegen deze manier om de Bijbel weer onder de aandacht van de moderne, van kerk en Bijbel vervreemde mens te willen brengen. De drie sprekers hebben elk op hun manier het belang en de actualiteit van de Bijbel willen beklemtonen. Toch hebben zij de plank daarbij alle drie misgeslagen.
5
Geestdrijverij Dr. Veldhuis zal misschien zelf wel gedacht hebben, dat hij een rake vergelijking maakte, toen hij de Bijbel vergeleek met de lompen waarmee Jeremía uit de kuil werd getrokken. Het klinkt nog zelfs een beetje dierbaar en bevindelijk. Trouwens, het beeld had hij ook ontleend aan een ‘oude schrijver’, een Duitse lutheraan weliswaar, Johann Georg Hamann, een bekende piëtist uit de achttiende eeuw. Het klinkt dierbaar, maar het is niet dierbaar. In de Bijbel zelf zal men dergelijke uitspraken niet kunnen vinden. 2 Samuël 22:31 - De rede des HEEREN is doorlouterd; Hij is een Schild allen die op Hem betrouwen. Psalm 12:7 - De redenen des HEEREN zijn reine redenen, zilver, gelouterd in een aarden smeltkroes, gezuiverd zevenmaal. Psalm 19:8 en 9 - De wet des HEEREN is volmaakt, bekerende de ziel; de getuigenis des HEEREN is gewis, den slechte wijsheid gevende. De bevelen des HEEREN zijn recht, verblijdende het hart; het gebod des HEEREN is zuiver, verlichtende de ogen. Psalm 119:96 - In alle volmaaktheid heb ik een einde gezien, maar Uw gebod is zeer wijd. Psalm 119:140 - Uw woord is zeer gelouterd, en Uw knecht heeft het lief. Spreuken 30:5 - Alle rede Gods is doorlouterd; Hij is een Schild dengenen die op Hem betrouwen. Dat is andere taal dan spreken van een verzameling lompen. Dr. Veldhuis sprak van een schat in aarden vaten. Maar ook zo spreekt de Bijbel zelf niet. Wanneer Paulus het heeft over een schat in aarden vaten (2 Kor. 4:1), bedoelt hij daarmee zichzelf en al Gods knechten, aarden vaten, broze mensen, die er weet van hebben dat dit ganse leven is als een gestadige dood, als gevolg van de zonde, gelijk alle mensen. Maar zo is het met Gods Woord niet! Onze val in Adam heeft dat Woord niet gebrekkig gemaakt! Hamann behoorde tot die mensen, van wie ds. Kersten zo kernachtig kon spreken als van ‘op de dool geraakte mystieken’, geestdrijvers die zo tot een dergelijke typering van Gods Woord konden komen. Karl Barth Trouwens, ook Karl Barth, de Duitse theoloog die in het midden van deze eeuw zo’n grote invloed had, ook in Nederland, heeft op dergelijke wijze over de Heilige Schrift gesproken. Hij vergeleek de Bijbel met de kribbe van Bethlehem. Waar gaat het om in Bethlehems stal? Toch niet om de kribbe, maar om Christus! Wie Christus mag zien, bekommert zich niet meer om de doeken en windselen, zei Barth. De Bijbel is als die doeken van de kribbe. Maar het gaat om Christus alleen! Het lijkt allemaal erg vroom. Maar het is het helemaal niet. Het gaat om de Christus der Schriften. Wat niet is naar dat Woord, zal geen dageraad hebben. Men kan nog zulke vrome en verheven gedachten over Christus hebben, misschien nog wel gegrond op hemelse gezichten en visioenen of profetieën die men meent ontvangen te hebben. Maar het is allemaal minder dan niet en ijdelheid, als het niet gegrond is in het Woord. Wat de sprekers naar voren brachten, lijkt allemaal erg modern, maar het is het helemaal niet. Het eerste het beste meisje of jongen onder de StandVastig-lezers, die een beetje onthouden heeft wat hij of zij op de catechisatie leerde, heeft onder het lezen al kunnen zien welke oude dwaling met veel verve weer als nieuw naar voren werd gebracht. Jullie hebben op de catechisatie toch wel geleerd, dat er mensen zijn geweest die zeiden: ‘Gods Woord is in de Bijbel.’ Ze bedoelden daarmee, dat er in de Bijbel gedachten zijn te vinden die door God Zelf
6
zijn geopenbaard door middel van de bijbelschrijvers. Zij gaven daarmee tegelijk te kennen, dat de Bijbel niet in zijn geheel Gods Woord genoemd mocht worden. Die zogenaamde ethischen zijn als aparte richting in de Hervormde Kerk uitgestorven, maar hun ideeën zijn nog springlevend. Feminisme Het is niet mogelijk, om in het bestek van dit artikel in te gaan op de dwaasheden die professor Bons als ‘feministische theologe’ te berde bracht. Haar ideologische vooringenomenheid heeft haar volledig blind gemaakt voor het lezen van de Schrift. Het was voor haar een ontdekking, toen zij blijkbaar door het ijverige studeren van de vrouwen in de vrouwengroepen tot het inzicht kwam, dat ook de vrouw naar Gods beeld is geschapen. Dat inzicht was haar naar het schijnt eerder door die vrouw-onvriendelijke Bijbel onthouden. Zo zien we een duidelijk voorbeeld, hoe dingen voor de wijzen en verstandigen verborgen kunnen blijven, die het onedele der wereld en het verachte zonder enige moeite altijd uit Gods Woord heeft geweten. Zonder enige feministische theologie en zonder ‘Vrouw en Geloof-groepen’ weet elke vrouw onder onze StandVastig-lezers wat deze mevrouw niet wist. Want het majesteitelijke Woord van God is tegelijk toch zo eenvoudig: ‘En God zeide: Laat Ons mensen (niet: mannen) maken, naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis.’ ‘En God schiep den mens naar Zijn beeld; naar het beeld Gods schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen’ (Gen. 1:26, 27). ‘Ten aanzien van de heiligheid en gerechtigheid is de vrouw zowel naar het beeld Gods geschapen als de man’ (kanttekening op 1 Kor. 11:7). Ervaring De sprekers wilden de blijvende actualiteit van de Bijbel laten zien voor de moderne van de Bijbel vervreemde mens. Maar ieder bedacht zijn eigen actualiteit, zonder God in Zijn Woord te laten spreken en daarin de volle raad Gods te verkondigen. Heel stuitend was daarbij wel wat professor Bons als richtsnoer voor het omgaan met de Bijbel stelde. Dat mag volgens haar niet zijn of het in de Bijbel staat. En dan volgt er een zin waarvan men eerst denkt, dat de krant daar een paar keer verkeerd een hoofdletter gezet heeft, maar neen, mevrouw Bons spreekt daar niet over zichzelf, maar over God, Die zij met ‘Haar’ aanduidt. Het criterium van het omgaan met de Bijbel is volgens mevrouw Bons: ‘Komt het overeen met wat ik heb leren zien als horend bij het wezen van God: Haar verlangen dat alle mensen met Haar op de weg van heil en vrede willen lopen, daarbij ten volle alle talenten gebruikend, naast elkaar.’ De godin die mevrouw Bons hier beschrijft is niet de God Die Zich in Zijn Woord heeft geopenbaard. Op huiveringwekkende wijze komt hier de moderne afgoderij openbaar. De achttiende-eeuwse geestdrijver Hamann, Karl Barth, de ethischen. In alle drie de toespraken op de ‘Grote NBG-dag’ was ook professor H.M. Kuitert aanwezig, met diens bekende stelling: ‘Alles wat over boven wordt gezegd, komt van beneden.’ De Bijbel is mensenwerk, gewoon een menselijk boek, product van menselijke activiteit, zo klonk het in verschillende toonaarden. De Bijbel als boek, is niet een boek ván God, maar óver God; als boek is het van mensen. Die mensen kunnen zeer godzalig en zeer begenadigd zijn geweest (ze kunnen ook zeer slecht, want mannen zijn geweest, volgens mevrouw Bons), maar het bleven feilbare, zondige mensen; zij konden alleen maar schrijven zoals zij het goddelijke van boven dachten, en zoals zij het ervaren hadden, en werden daarin beïnvloed door de tijdgeest van hun tijd. Dus is ook de Bijbel een gebrekkig, feilbaar boek. Dat was de boodschap van de Grote NBGdag 1995.
7
Openbaring Kuiterts stelling is een leugen. Het is niet waar dat ‘alles wat over boven gezegd wordt, van beneden komt’. Het is beneden opgetekend, dat is waar. Maar wat in deze stelling vergeten wordt, is de Goddelijke openbaring die tot de bijbelschrijvers kwam. Zij hebben daarvan telkens weer gesproken. Éxodus 17:14 - Toen zeide de HEERE tot Mozes: Schrijf dit ter gedachtenis in een boek. Éxodus 34:27 - Verder zeide de HEERE tot Mozes: Schrijf u deze woorden. Jesaja 8:1 - Verder zeide de HEERE tot mij: Neem u een grote rol; en schrijf daarop met eens mensen griffie. Jesaja 30:8 - Nu dan, ga heen, schrijf voor hen op een tafel en teken het in een boek, opdat het blijve tot den laatsten dag, voor altoos, tot in eeuwigheid. Jeremía 30:2 - Zo spreekt de HEERE, de God Israëls, zeggende: Schrijf u al de woorden die Ik tot u gesproken heb, in een boek. Jeremía 36:2 - Neem u een rol des boeks en schrijf daarop al de woorden die Ik tot u gesproken heb over Israël en over Juda en over al de volken, van den dag aan dat Ik tot u gesproken heb, van de dagen van Josía aan, tot op dezen dag. Ezechiël 43:11 - En schrijf het voor hun ogen, opdat zij zijn gansen vorm en al zijn ordinantiën bewaren en dezelve doen. Hábakuk 2:2 - Toen antwoordde mij de HEERE en zeide: Schrijf het gezicht, en stel het duidelijk op tafelen, opdat daarin leze die voorbijloopt. Openbaring 1:11 - Zeggende: Ik ben de Alfa en de Omega, de Eerste en de Laatste; en: Hetgeen gij ziet, schrijf dat in een boek. Openbaring 1:19 - Schrijf hetgeen gij gezien hebt, en hetgeen is, en hetgeen geschieden zal na dezen. Openbaring 2:1, 8, 12, 18; 3:1, 7, 14 - Schrijf aan den engel der gemeente. Openbaring 14:13 - En ik hoorde een stem uit den hemel, die tot mij zeide: Schrijf. Openbaring 19:9 - En hij zeide tot mij: Schrijf. Openbaring 21:5 - En Die op den troon zat, zeide: Zie, Ik maak alle dingen nieuw. En Hij zeide tot mij: Schrijf, want deze woorden zijn waarachtig en getrouw. Met de Goddelijke openbaring die de bijbelschrijvers ten deel viel, wordt niet gerekend. Wat overblijft, is de ervaring. De ervaring van de bijbelschrijvers, die echter feilbaar waren, beïnvloed door de tijdgeest van hun tijd. En de ervaring van de mens van nu. Het criterium van mevrouw Bons is of het overeenkomt met wat zij heeft leren zien als horend bij het wezen van God. Puur mystieke geestdrijverij. Er ligt direct verband tussen het inclusivisme van de Engelse nieuwe vertaling waarmee wij dit artikel begonnen, en de dwalingen van de Grote NBG-dag 1995, het duidelijkst in de uitspraak van mevrouw Bons over haar godin. De menselijke geest maakt in deze visie uit wat het wezen van de religie is. De moderne autonomie van de individuele mens eist, dat slechts dat in de Bijbel als een betrouwbaar en gezaghebbend woord van God erkend wordt, door welks waarheid en gezag wij innerlijk overwonnen zijn. De Bijbel wordt daarmee onderworpen aan de maatstaf van de ervaring. Zo bepaalt de mens in hoeverre de Bijbel voor hem betrouwbaar is en gezag heeft. Maar als de Schrift geen absoluut gezag meer heeft, en het subjectieve (de willekeur) gaat overheersen, gaat ook de absolute noodzakelijkheid en de onmisbaarheid van de Schrift verloren. Dan worden de fundamenten van het christelijk geloof wankelbaar gesteld.
8
Verderfelijk Wij belijden: ‘Al de Schrift is van God ingegeven’ (2 Tim. 3:16). Voor het gezag van de ganse Schrift als het geïnspireerde en onfeilbare Woord van God moet onvoorwaardelijk worden gebogen. Niet de geestelijke ervaring kan het fundament zijn. De vaste grondslag kan alleen maar liggen in de openbaring Gods zoals zij in de Heilige Schrift tot ons komt. Alleen de Schrift kan het criterium zijn van de waarheid Gods. Wie die vaste grondslag verlaat en de Goddelijke taal des Woords meer en meer inruilt voor de subjectieve taal van de moderne mens, waarbij de een zich meer richt op ‘het moderne levensgevoel’, de ander op ‘de huidige wetenschap’ enz., komt er in de praktijk toe, de ene Goddelijke waarheid na de andere prijs te geven. Dat gebeurt dan ook thans, op een aangrijpende wijze. Deze bijbelopvatting is ronduit verderfelijk. Zij doet tekort aan de absolute autoriteit van het Woord Gods en dus ook aan het gezag van de allerhoogste majesteit en soevereiniteit Gods. Zij randt de eer aan van het onbedrieglijk getuigenis des Heeren en dus ook van de God der waarheid Die niet liegen kan. Zij opent de deur voor allerhande geestdrijverijen, die in onze dagen een legitieme plaats binnen de christelijke kerken opeisen en arme zielen op dwaalsporen leiden. Zij ondermijnt de vastigheid der zaligheid en de zekerheid des geloofs, die alleen hun onwrikbare grond kunnen vinden in het rotsvaste, onveranderlijke Woord des Heeren, hetwelk is de Heilige Schrift. Het lijkt zo vroom, te zeggen dat de liefde Gods vrijmaakt van elke angst, ‘ook de angst dat we de Bijbel zouden verliezen’, maar vergeten wordt dat wij die liefde alleen maar kunnen kennen door diezelfde Bijbel. Vragen De Grote NBG-dag heeft grote vragen opgeroepen met betrekking tot het werk van het Nederlands Bijbelgenootschap tot vertaling en verbreiding van Gods Woord. Het NBG mag dan wel zeggen, dat de meningen van de sprekers niet noodzakelijk de meningen van het NBG zijn; dat zal waar zijn. In elk geval wordt de mening van deze drie legitiem geacht in het NBG-koor. En zou dit geen gevolgen hebben voor het vertaalwerk? Wij menen dat het een groot verschil uitmaakt, of men bezig is met de vertaling van een gebrekkig, feilbaar mensenwerk, of dat men ervan doordrongen is, dat men te doen heeft met de onfeilbare woorden van de hoge God. Gezien de ruimte die aan deze sprekers gegeven is, moeten we het ergste vrezen. De GBS is een zwakke organisatie, met kleine krachten, lang niet in staat om te doen wat er allemaal zo noodzakelijk te doen is met betrekking tot het Woord van God in deze tijd. Wij worden gedurig gewaar: in ons is geen kracht tegen deze grote menigte. Wat de GBS nodig heeft, zijn bidders die de Heere mochten smeken om licht en wijsheid, opdat wij openingen, wegen en middelen zouden mogen vinden en gebruiken om het getuigenis aangaande de Goddelijkheid van Zijn Woord uit te dragen te midden van het rumoer van de vermeende wijsheid der hedendaagse schriftgeleerden. Maar ook wij zelf worden belaagd door de vorst der duisternis die ons de vastigheid van Gods Woord probeert te ontnemen met zijn verleidelijke taal ‘Is het ook dat God gezegd heeft?’ Daarom willen wij dit artikel eindigen met twee Schriftwoorden, een woord van liefderijke onderwijzing en een woord van ernstige vermaning: 2 Petrus 1:19, 20, 21 - En wij hebben het profetische Woord, dat zeer vast is, en gij doet wel dat gij daarop acht hebt, als op een licht schijnende in een duistere plaats, totdat de dag aanlichte en de Morgenster opga in uw harten; dit eerst wetende, dat geen profetie der Schrift is van eigen uitlegging; want de profetie is voortijds niet voortgebracht door de wil eens mensen, maar de heilige mensen Gods, van den Heiligen Geest gedreven zijnde, hebben ze
9
gesproken. Openbaring 22:18, 19 - Want Ik betuig aan een iegelijk die de woorden der profetie dezes boeks hoort: Indien iemand tot deze dingen toedoet, God zal over hem toedoen de plagen die in dit boek geschreven zijn; en indien iemand afdoet van de woorden des boeks dezer profetie, God zal zijn deel afdoen uit het boek des levens, en uit de heilige stad, en uit hetgeen in dit boek geschreven is. L.M.P. Scholten (StandVastig december 1995, p. 7-12)
10
Jeremía 31:22 (kadertekst) Neen, prof. dr. R. Bons-Storm, in Jeremía 31:22 vindt u niet uw feministisch manna (zie het artikel hierboven). Het gaat in deze profetie om de jonkvrouw Israëls (zie vers 21), de bruid, de kerk van het Oude en Nieuwe Testament. Er zijn verschillende verklaringen van. Dat hangt er allereerst vanaf, hoe men het woord ‘omvangen’ opvat. Beschouwd als een vijandig omvangen (‘omsingelen’), kan het zien op de overwinning van het volk Gods over zijn vijanden. Maar wanneer het ziet op een omvangen in liefde, dan verklaren vele uitleggers deze tekst als een profetie van de komst van de Middelaar en Diens wondervolle menswording, als Jesaja 7:14. Luther zegt: Ik werp de opvatting der ouden niet weg, die zeggen dat Christus de Man is, door Maria omgeven. Zijn ontvangenis van de Heilige Geest is dan het nieuwe, dat de Heere scheppen zou. En dan zien deze woorden er verder ook op, hoe de jonkvrouw Israëls, de bruid geleid mag worden tot de verborgen geloofsvereniging met Christus. Dat is het nieuwe, dat de HEERE belooft te zullen scheppen: hoe zij Hem met de armen des geloofs zal mogen aangrijpen en omhelzen als haar Man. Zie ook de kanttekening op deze tekst, waar al deze uitlegmogelijkheden eveneens genoemd worden. L.M.P. Scholten (StandVastig december 1995, p. 9)