S O S Wat e r m a r k t
Wie de stand van de economie wil meten, kijkt naar het mkb. Krimp, recessie, dubbele dip: verrassend genoeg doen de kleine en middelgrote bedrijven in de watersector het helemaal niet slecht. Vooral ontwikkelaars van hoogwaardige technologie boeken goede resultaten, helemaal al zij zich op de internationaal opkomende markten begeven. Ondernemers die het van de thuismarkt moeten hebben, voelen de malaise wel. Ze zijn financieel kwetsbaar, maar hun flexibiliteit kan hun redding zijn.
Mkb laat als economische graadmeter nog goede resultaten zien in watersector
‘Crisis?
Dat woord kennen we niet’
Door Adriaan van Hooijdonk
Het is helemaal niet zo eenvoudig om een goed overzicht te krijgen van de stand van zaken in het midden- en kleinbedrijf (mkb) in de Nederlandse watersector. Harde, recente cijfers over bijvoorbeeld het aantal mkb-bedrijven, de werkgelegenheid, het aandeel in het bruto binnenlands product (bbp) en de economische prestaties ontbreken momenteel. Reden waarom het NWP samen met Grontmij en BBO (Bureau Beleidsonderzoek) en met steun vanuit de programma’s Partners voor Water en het Innovatiebureau Watertechnologie in januari een studie is gestart naar de economische betekenis en de internationale positionering van de Nederlandse watertechnologiesector. Het onderzoek moet in april gereed zijn en meer inzicht bieden in de versnipperde watersector van ons land.
Meiny Prins (Priva): ‘Overheden in Europa hebben geldkraan dichtgedraaid’
16
Wisselend beeld Tijd voor een rondje langs de mkb’ers. Ofschoon exacte cijfers ontbreken, is duidelijk dat de deltasectie en de maritieme kant van de watersector het domein zijn van de ‘grote jongens’ en dat het mkb met name in de watertechnologie een voorname rol speelt. We komen dus vooral uit in die laatste hoek. Het beeld dat naar voren komt, is wisselend. Neem directeur Meiny Prins van Priva, tevens bestuurslid van ondernemersorganisatie FME en vertegenwoordiger van het mkb in het topteam Water. Op basis van gesprekken met collega-mkb’ers stelt zij dat de omzet van de meeste bedrijven niet meer zo hard groeit als in voorgaande jaren, maar dat de sector het over het algemeen niet slecht doet. Dat geldt volgens haar vooral voor bedrijven die internationaal actief zijn met hoogwaardige technologische toepassingen. “Bedrijven die echter vooral van overheidsopdrachten afhankelijk zijn, hebben het veel moeilijker. Overheden hebben de geldkraan niet alleen in Nederland, maar ook in de rest van Europa dichtgedraaid”, aldus Prins. Het beeld dat zij schetst, komt overeen met de observaties van hoogleraar Nick van de Giesen van de afdeling Watermanagement van de faculteit Civil Engineering & Geosciences van de TU Delft. Van de Giesen maakte als vertegenwoordiger van de wetenschap eveneens deel uit van het topteam Water. “De
S O S Wat e r m a r k t
Enkele jaren geleden heeft Priva bewust voor een internationalere koers gekozen
Priva I n t e r n at io n a le st r at e g i e “We groeien iets minder hard dan voorheen, maar het gaat nog steeds goed. Bovendien kunnen we behoorlijk in innovatie investeren”, stelt directeur Meiny Prins van Priva in De Lier. Het bedrijf levert producten en diensten voor klimaatbeheersing en productoptimalisatie in de tuinbouw en de bebouwde omgeving. Door de MKB+-regeling die in januari van start is gegaan, kunnen bedrijven die meer dan 250 werknemers tellen, nu ook een beroep doen op de innovatiekredieten van AgentschapNL. “Dat is een hele vooruitgang voor een bedrijf als Priva dat ruim 420 medewerkers telt.” Volgens Prins heeft de onderneming een aantal jaren geleden er bewust voor gekozen om internationaler te gaan ondernemen. “Dat heeft zich vertaald in een aangepaste productlijn, waar mede door investeringen in R&D dit jaar nieuwe producten op de markt komen. Zo testen wij momenteel in het open veld sensoren in hoogwaardige gewassen. Een krop sla kan daardoor zelf de waterbehoefte aangeven. Het werkt goed waardoor flinke waterbesparingen mogelijk zijn.”
bedrijven met een meer traditionele dienstverlening en producten hebben het een stuk lastiger in vergelijking met hun hightechcollega’s die ondanks de crisis in research & development zijn blijven investeren.”
Nick van de Giesen ( TU Delft): ‘ABP en Rabobank zouden integratoren kunnen zijn’
‘Integratoren’ De internationale watermarkt mag dan jaarlijks met 10% groeien, volgens de hoogleraar is hier voor het Nederlandse bedrijfsleven maar weinig eer aan te behalen. “Het grootste gedeelte van deze groei komt doordat miljoenen mensen wereldwijd op de waterleiding en de riolering moeten worden aangesloten. Daarbij gaat het om bestaande technologie die een lokale partij
Tomatenkwekerij (foto: Priva)
net zo goed kan uitvoeren. Wij moeten het vooral hebben van hoogwaardige technologie, zoals geavanceerde membranen en ‘remote sensing’ waarbij de status van dijken met sensoren in de gaten wordt gehouden.’ De sector zou volgens hem een voorbeeld kunnen nemen aan de Japanners. Die slagen er vaker in om grote internationale projecten binnen te halen, omdat zij beter georganiseerd zijn in de hele keten van haalbaarheidstudie tot en met aanleg en onderhoud. Van de Giesen stelt dat het in ons land aan ‘integratoren’ ontbreekt die de bonte verzameling aan goede nichespelers kunnen verzamelen en binden om daarmee grotere buitenlandse projecten binnen te kunnen halen. “Denk bijvoorbeeld aan een pensioenfonds als ABP of aan Rabobank. Die kunnen zo hun maatschappelijk belang onderstrepen.” Over de vraag of het mkb kwetsbaarder is voor de crisis, of juist flexibeler en daardoor beter bestand is tegen pieken en dalen, moet Van de Giesen even nadenken. ‘Ik ben geen econoom, maar het lijkt mij financieel moeilijker voor het mkb, omdat het niet zulke diepe reserves heeft. Het kan in het algemeen wel sneller schakelen en zo ook op korte termijn beter presteren, ook in tijden van crisis.” Verder is de hoogleraar van mening dat er nog steeds veel innovatie in het mkb plaatsvindt. “Daar kan dat ook makkelijker dan binnen de grotere bedrijven. Als het mkb die functie niet
17
S O S Wat e r m a r k t
Logisticon blijft een aanzienlijk bedrag in R&D investeren en dat beleid betaalt zich al terug en de omzet groeit nog steeds
Logisticon C o n sta n t e g r o e i “Crisis? Dat woord ken ik niet”, roept business developer Pieter van Staveren van Logisticon Waterbehandeling en Verhuur in Groot-Ammers. Het bedrijf heeft de verkoop en verhuur van mobiele waterzuiveringsinstallaties de afgelopen jaren constant zien toenemen. “Bovendien hebben wij een unieke positie in vergelijking met andere bedrijven. Wij hebben namelijk alle kennis in huis om installaties niet alleen te ontwerpen, maar ook te bouwen in onze werkplaats. Door onze brede oriëntatie kunnen wij snel leveren, zoals proefinstallaties aan de chemische- en voedingsmiddelenindustrie, die vervolgens een definitieve installatie nodig hebben. Deze twee sectoren laten een behoorlijke groei zien en daar profiteren wij van”, aldus Van Staveren. “Sommige collega-bedrijven hebben het moeilijker en duiken dan met de prijs. Daardoor lopen we wel eens een opdracht mis, maar dat maken we op andere manieren ruimschoots weer goed.”
langer kan vervullen, zal de watersector als geheel op termijn in de problemen komen. Ik zie dat echter nog niet zo één-twee-drie gebeuren.” Hij betwijfelt ook of het in de sector tot spontane consolidatie zal komen. “Regelmatig zullen kleine, veelbelovende bedrijven door grotere buitenlandse bedrijven worden overgenomen. Zolang om het intellectueel eigendom gaat, dat toch vooral in het brein van de mensen zit, is dat in mijn ogen niet per se goed of slecht.”
Pieter van Staveren (Logisticon): ‘We zijn steeds gegroeid in omzet en personeel’
18
Kritischer op kosten Volgens directeur Aleid Diepeveen van het Innovatiebureau Watertechnologie van het Netherlands Water Partnership (NWP)
Demiwaterinstallatie DWP in Botlek (foto: Logisticon)
bestaat er geen eenduidig beeld van de gevolgen van de crisis voor het mkb. “Ik hoor verschillende verhalen in de sector. Bedrijven die bijvoorbeeld in de bouw actief zijn, merken dat er veel minder nieuwe projecten worden opgestart. Aan de andere kant heeft de crisis juist weer positieve gevolgen voor bedrijven die zich meer richten op onderhoud en verhuur van bijvoorbeeld mobiele waterzuiveringsinstallaties.” Business developer Pieter van Staveren van Logisticon Waterbehandeling en Verhuur in Groot-Ammers kan dit beamen. Het bedrijf verkoopt niet alleen waterzuivering- en behandelingscomponenten, maar is naar eigen zeggen ook de grootste verhuurder in Europa. Van Staveren heeft de afgelopen maanden zowel de verkoop als de verhuur zien toenemen. “Klanten kijken wel steeds kritischer naar de kosten, maar maken vaker gebruik van verhuur voor onderzoek naar nieuwe technologieën die hun kostprijs verlagen. Dit heeft vervolgens weer invloed op de verkoop van installaties. Door onze operationele kennis vanuit de verhuur kunnen we de klant beter adviseren over risico’s en alternatieven en vervolgens over zijn ‘total cost of ownership.’ Verder hebben we in huis een aantal nieuwe pilotinstallaties gebouwd, die vooral in de chemie en de voedingsmiddelenindustrie gretig aftrek vinden. Intern kijken we overigens wel naar manieren waarop we geld kunnen besparen en efficiënter kunnen werken, bijvoorbeeld
S O S Wat e r m a r k t
In de strategie van RWB speelt samenwerking met andere partijen als kennisinstellingen, eindgebruikers en leveranciers een belangrijke rol
RWB Water Services Wa a r d e va n o n d e r z o e k “Er gaan meer offertes de deur uit en het duurt langer voor er investeringsbeslissingen worden genomen. Meer onderhouds- en vervangingswerkzaamheden voor onze serviceafdeling maken dit maar deels goed”, zegt directeur André Reigersman van waterzuiveraar RWB Water Services in Almelo. “Het is voor ons belangrijk om continu te verbeteren, in onze bedrijfsprocessen en in technologie. Samenwerking met andere partijen, zoals universiteiten, kennisinstellingen, eindgebruikers en leveranciers, speelt een belangrijke rol in onze strategie. Momenteel werken wij aan meerdere onderzoeksprojecten, die mogelijk zijn dankzij Nederlandse en Europese stimuleringsregelingen. We kijken daarbij onder meer of we van keramische microfiltratiemembranen ook ultrafiltratie of nanofiltratiemembranen kunnen maken. In het buitenland is daarvoor volop belangstelling. Door continu te investeren in R&D kun je als bedrijf je toegevoegde waarde laten zien. Die strategie levert nu de eerste resultaten.”
door meer gebruik te maken van videoconferencing. Maar we blijven een aanzienlijk bedrag investeren in R&D en dat begint zich nu terug te betalen. Wij zijn namelijk de afgelopen jaren nog steeds gegroeid in omzet en personeel.” Over de bühne Marketing & sales-directeur Bert Welkers van International Membrane Technologies (IMT) in Zeewolde levert voornamelijk aan klanten in Azië, het Midden-Oosten en India. “Daar zijn de effecten van de crisis zoals we die in Europa ervaren niet zo groot. Momenteel zijn wij bezig met een project van honderden miljoenen euro’s in het Midden-Oosten. Als membraanleverancier hebben wij daar een relatief klein aandeel in, maar het illustreert wel dat er in sommige delen van de wereld nog steeds flink wordt geïnvesteerd.” Volgens Welkers is met name de delta- en maritieme technologie erg succesvol in het buitenland. De watertechnologiesector heeft het in zijn ogen een stuk zwaarder. “Wij hebben briljante ideeën, maar hebben moeite om die in het buitenland over de bühne te brengen. De sector is versnipperd en bestaat uit kleine bedrijven die niet in staat zijn om grote, internationale projecten binnen te halen. We trekken te weinig samen op, het is ieder voor zich. Daar komt bij dat het soms aan referenties ontbreekt. Ik zou
Demo-installatie bij PUB in Singapore (foto: RWB)
bijvoorbeeld graag zien dat toonaangevende Nederlandse waterbedrijven vaker onze technologie gebruiken, zodat ik daarmee in het buitenland meer opdrachten kan verwerven.”
André Reigersman (RWB): ‘Prijzen liggen aanzienlijk lager dan paar jaar terug’
Lagere prijzen Waterzuiveraar RWB Water Services in Almelo voelt de negatieve effecten van de crisis eveneens, zegt directeur André Reigersman. “Het aantal opdrachten is zeker niet gestegen, er gaan meer offertes de deur uit en het duurt langer voordat er investeringsbeslissingen worden genomen. De concurrentie is toegenomen en de prijzen liggen aanzienlijk lager dan enkele jaren geleden. Tegelijkertijd voeren we meer onderhoudswerkzaamheden uit omdat
19
S O S Wat e r m a r k t
Specialist microLAN behaalt het leeuwendeel van zijn omzet met het online meetsysteem voor waterkwaliteit TOXcontrol
m ic r oL a n O nli n e wat e r k wa l i t e i t sy st e e m Het Waalwijkse bedrijf microLAN haalt volgens directeur Joep Appels tegenwoordig ruim 90% van de omzet uit de TOXcontrol. Bepaalde lichtgevende bacteriën reageren direct op verontreinigingen: bij een vervuiling van het water geven zij minder licht. Hoe zwakker de bacterie oplicht, des te meer is het water verontreinigd. “Aangezien de waterkwaliteit in de Nederlandse rivieren de afgelopen jaren fors is verbeterd, passen we deze technologie voornamelijk in het buitenland toe”, zegt Appels. Zo is de TOXcontrol geselecteerd voor een project in Roemenië om de waterkwaliteit in de rivieren Moldova en Prut te meten. Daar is de TOXcontrol inmiddels toegepast in één pompstation. Lozingen van afvalwaterzuiveringen en gewasbeschermingsmiddelen in deze rivieren kunnen negatieve gevolgen hebben voor de lokale drinkwatervoorziening.” De TOXcontrol meet volgens Appels iedere dertig minuten de toxiciteit, terwijl de ‘s::can’-sensor iedere twee minuten een aantal parameters, zoals TOC, turbiditeit etc. in kaart brengt. “Als de concentraties te hoog zijn, gaat er een alarm en kunnen de lokale mensen meteen maatregelen nemen.”
installaties langer in gebruik moeten blijven. Verder zie ik dat sommige waterbedrijven toch heel behoorlijk blijven investeren, zoals bijvoorbeeld Brabant Water in centrale waterontharding. Daarnaast zijn wij met een aantal grote innovatieve projecten bezig, zoals de nieuwe waterzuiveringsinstallatie Andijk-III van PWN Technologies, waar we langdurig werk aan hebben. Onze aandacht voor samenwerking in R&D resulteert nu in kansen voor de toekomst.” Vraag uit Azië Volgens Reigersman is het mkb wendbaarder in deze tijden in vergelijking met grotere bedrijven. “Wij zijn vele malen kleiner, maar werken aan mooie opdrachten die vaak te klein of te prak-
Joep Appels (microLAN): ‘Bij banken hoef je momenteel niet aan te kloppen’
Online controle (foto: microLAN)
tisch zijn voor de grotere ingenieursbureaus zijn.” De grote vraag naar geavanceerde westerse watertechnologie in Azië speelt een bedrijf als microLAN uit Waalwijk in deze crisistijden in de kaart. Volgens directeur Joep Appels is het met name in Europa en de Verenigde Staten ‘slap’, omdat overheden stevig bezuinigen. Verder is de omzet van de producent van bioassays (testen waarmee het effect van stoffen op levend materiaal wordt gemeten) afgenomen, omdat de waterkwaliteit in de Europese rivieren de afgelopen jaren sterk is verbeterd. “Van onze omzet komt 90% tegenwoordig uit onze zogenaamde TOXcontrol, waarmee we online de waterkwaliteit kunnen meten. Vooral China investeert fors in de drinkwaterproductie. Daar behalen we momenteel de meeste omzet en hebben we ook een kantoor geopend.” Doorzettingsvermogen en samenwerkingsverbanden zijn volgens hem essentieel om de crisis door te komen. “Bij de banken hoef je momenteel niet aan te kloppen voor financiering. Daarom praten wij veel met onze klanten over hun innovatiebehoeftes die we vervolgens met andere partijen verder uitwerken. Zo hebben we een nieuwe aandeelhouder gevonden in Fytagoras op het Biosciencepark in Leiden. Dat bedrijf gaat voor ons de sensorontwikkeling verzorgen, waardoor innovaties in gang worden gezet, zoals de ontwikkeling van ‘concentrator’ voor de TOXcontrol en een algensensor.”
21
S O S Wat e r m a r k t
Voor veel bedrijven blijkt het lastig om kapitaal te vinden. Banken hebben de kredietkraan flink dichtgedraaid. Maar wie een nieuw product wil opzetten, wil uitbreiden, een concurrent wil inlijven of simpelweg nieuwe apparatuur moet aanschaffen, moet verder kijken dan de bank. Al heeft de regering flink gesneden in subsidies, de overheid kan nog vaak soelaas bieden, zeker voor water als ‘topsector’. Maar er zijn nog meer opties voor alternatieve financiering.
Ondernemers verkennen alternatieve vormen van financiering
Bank of business angel
Door Adriaan van Hooijdonk
Hoe vergroot ik mijn kansen op een succesvolle kredietaanvraag bij een bank? Uit de Financieringsmonitor 2011 van het EIM in opdracht van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie blijkt dat banken steeds vaker een gestandaardiseerde wijze van kredietverstrekking gebruiken om hun kosten te beperken. Zeker het mkb was gewend om op persoonlijke voet met de bankier te staan. De relatie is veel zakelijker geworden en de transactie staat nu centraal. Het is daarom cruciaal dat de juiste informatie wordt aangeleverd bij de financieringsaanvraag. Vooral kleinere bedrijven willen nog wel eens een kredietgesprek ingaan zonder de cijfers die de bank graag wil zien. Verdiep u daar vooraf in, laat u eventueel adviseren en kom met een verhaal waarmee u de bank in één keer kunt overtuigen. Wat te doen als mijn bank mijn aanvraag toch afwijst? Ondernemers die zich ten onrechte afgewezen voelen, kunnen dit melden op www.ondernemerskredietdesk.nl. MKB Nederland heeft deze website speciaal opgezet nadat eind 2011 afspraken zijn gemaakt met ABN-Amro, ING en Rabobank om de slagingskans van financieringsaanvragen van mkbondernemers te vergroten. De banken hebben toegezegd elke klacht serieus te nemen. Als uw bedrijf geen onderpand kan bieden, zou de bank u kunnen helpen door bij de overheid een beroep te doen op de Borgstelling MKB-kredieten. Die borg geldt overigens niet voor de financiering van projecten.
Ik werk aan een innovatie. Op welke regelingen kan ik een beroep doen? Om vernieuwende ondernemers sneller aan financiering te helpen, is per 1 januari het Innovatiefonds MKB+ van start gegaan. Het fonds bouwt voort op bestaande financieringsinstrumenten, zoals het Innovatiekrediet. Tot en met 2015 is er in totaal 500 miljoen euro beschikbaar. Het fonds werkt met kredieten die rechtstreeks aan ondernemingen worden verstrekt, maar ondersteunt ook investeringsfondsen die risicokapitaal in dergelijke vernieuwende ondernemingen steken. Een innovatiekrediet betreft directe financiering tot maximaal een derde van de kosten die met ontwikkeling van vernieuwde producten en diensten gepaard gaat. Als het project tijdens de ontwikkelingsfase mislukt, wordt het krediet omgezet in een subsidie. Het fonds stelt voor 2012 95 miljoen euro aan innovatiekredieten beschikbaar. De aanvraag kunt u indienen bij AgentschapNL. En voor research? Een andere mogelijkheid is de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO). Daarmee kunt u uw loonkosten voor speur- en ontwikkelingswerk (S&O, vergelijkbaar met R&D) verlagen. De WBSO is bedoeld voor iedere ondernemer in Nederland die R&D verricht, ook voor het mkb. Het budget voor de WBSO is in 2012 864 miljoen euro. Aanvragen kunt u indienen via AgentschapNL.
23
S O S Wat e r m a r k t
A fsp r a k e n m e t b a n k e n
De meeste Nederlandse banken hebben hun goedkeuringscriteria voor leningen aan zowel grote als kleine bedrijven gehandhaafd in het vierde kwartaal vorig jaar. Een klein gedeelte (14%) verscherpte de voorwaarden. Dat blijkt uit de driemaandelijkse ‘Bank Lending Survey’ van de Europese Centrale Bank die begin februari werd gepubliceerd. Volgens een woordvoerster van MKB Nederland blijkt het in de praktijk echter nog steeds erg lastig om financiering te krijgen. ‘De banken lenen elkaar steeds minder geld uit omdat ze hun eigen balans op orde moeten krijgen. De voorwaardes om krediet te krijgen zijn in onze ogen zeker verscherpt.’ MKB Nederland heeft daarom eind 2011 afspraken gemaakt met ABN-Amro, ING en Rabobank om de afhandeling van kredietaanvragen van mkb-ondernemers te verduidelijken en te verbeteren. Ook is er een klachtenregeling voor mkb’ers die vinden dat hun aanvraag onterecht is afgewezen. MKB Nederland wil zo de slagingskans van financieringsaanvragen van mkb-ondernemers vergroten.
N u t t i g e w e bsi t e s www.agentschapnl.nl www.antwoordvoorbedrijven.nl www.partnersvoorwater.nl www.nwp.nl www.mkbnederland.nl www.bannederland.nl (business angels netwerk)
Zijn er nog specifieke regelingen voor de watersector? Voor de ontwikkeling van watertechnologie was er altijd de InnoWator-regeling met subsidies en een garantiefaciliteit, maar in november 2011 is daarvoor de laatste indieningstermijn gesloten. Nu is het wachten op de regelingen voor de Topsector water, een van de zeven topsectoren die het ministerie van ELI heeft onderscheiden. Veel van de stimuleringsregelingen zullen via het belastingformulier gaan en minder via directe subsidies. Ik zie met collega-ondernemers grote kansen op een buitenlandse markt. Toch lukt het niet zonder hulp van de overheid een gewenste marktpositie te verwerven. Wat zijn de mogelijkheden? Het nieuwe programma Internationaal Ondernemen van AgentschapNL is bedoeld voor ondernemers die nieuwe markten willen ‘veroveren’. Denk hierbij aan de inzet van collectieve promotie (Holland Branding), overheid-tot-overheid activiteiten (G2G), diplomatieke postennetwerk van Nederland (economische diplomatie), missies (bijvoorbeeld o.l.v. een minister of staatssecretaris) of kennisuitwisselingsprojecten. Voor water heeft het programma Partners voor Water de subsidieregeling ‘Wereldwijd werken met water’ voor vernieuwende
waterprojecten in een van de partnerlanden voor ontwikkelingssamenwerking. De eerste ronde voor 2012 is net gesloten, maar in september kunt u zich inschrijven voor de nieuwe tender. Welke andere wegen kan ik bewandelen als ik bij de bank en de overheid nul op het rekest krijg? Zoek een ‘business angel’. Een particulier kan als informele investeerder geld in uw zaak steken. Als u een starter bent, kan uw reddende engel zelfs een heffingskorting op zijn inkomstenbelasting voor zijn hulp krijgen. Bekende zakenfamilies en oud-ondernemers kunnen wellicht interessante partijen voor u zijn om vreemd vermogen aan te trekken. Vaak hebben zij hiervoor speciale investeringsfondsen opgericht. Voordeel is dat het ondernemers zijn: ze spreken uw taal. Vaak geven zij u ook meer tijd en ruimte dan een bank om te kunnen slagen. U hoeft zeker geen meerderheidsbelang uit handen te geven. Grote financiële betrokkenheid van de zittende directie wordt vaak juist op prijs gesteld om de prestaties te verhogen. Maar pas wel op dat uw engeltje geen duivel blijkt te zijn, die zijn grote beloften niet kan nakomen, of die eigenlijk op uw bedrijf of product uit is. Zoek dus goed uit met wie u in zee gaat.
25
S O S Wat e r m a r k t
De klappen zijn in 2011 hard aangekomen in de advies- en ingenieursbranche: kelderende omzetten, een krimpende werkvoorraad en lage winstverwachtingen. Eigenlijk is het opmerkelijk dat bijna 70% van de bureaus nog zwarte cijfers schreef. Dat zijn dan wel de bureaus die óf een groot deel van hun omzet in het buitenland halen, óf actief zijn in een specifieke niche, óf in meer sectoren actief zijn dan enkel de bouw. Maar zij kunnen nog niet achteroverleunen: ook 2012 belooft een uiterst mager jaar te worden. Houden de ingenieurs het hoofd boven water?
Water blijft belangrijke inkomstenbron voor ingenieursbureaus
Donkere wolken, nog
Door Jeroen Bezem
26
Marktanalisten verwachten op zijn vroegst een licht herstel in de tweede helft van 2013, dus voor veel advies- en ingenieursbureaus blijven het spannende tijden. Ook in de watersector nemen de bestedingen verder af. Waar de afgelopen jaren de pijn van de conjuncturele dip nog enigszins werd verzacht doordat verschillende overheden hun investeringen naar voren haalden (onder meer in het kader van de Crisis- en Herstelwet), daar moeten diezelfde overheden nu fors bezuinigen. De bureaus die een groot deel van hun omzet halen uit bouw- en infraprojecten zullen dat zeker gaan voelen. Volgens het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) nemen in 2012 de beschikbare middelen voor de totale infrastructuur met circa 5 procent af ten opzichte van 2011. Deze afname betreft vooral waterkeringen. Daar staat tegenover dat de uitgaven aan vaarwegen en rivierprojecten in 2012 vrij sterk toenemen, aldus het MIRT. Die ‘rivierprojecten’ zijn met name het tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma en het programma Ruimte voor de Rivier. Er wordt dus nog wel degelijk geld gereserveerd voor waterprojecten, maar het ene bureau profiteert daar kennelijk beter van dan het andere. De concurrentie is groot en dat
verklaart waarschijnlijk dat sommige bureaus niet veel kwijt willen over hun strategie of over hun resultaten. Groeipijnen In het najaar van 2011 publiceerde de Rabobank een marktanalyse van de Nederlandse advies- en ingenieurssector, getiteld ‘Groeipijnen in een globaliserende wereld’. Daarin wordt een aantal trends en ontwikkelingen geschetst. Zo blijkt dat het trage herstel van de binnenlandse markt – dat bovendien wordt gehinderd door de bestaande overcapaciteit – bureaus dwingt om zich te richten op landen buiten West-Europa. De concurrentie komt in toenemende mate van grote, mondiaal opererende bureaus, waardoor ook veel Nederlandse spelers op de internationale markt nadrukkelijk zoeken naar fusie- en overnamekandidaten. De watersector zal voor de ingenieursbureaus altijd belangrijk blijven: dankzij de klimaatverandering en de stijgende zeespiegel zullen zowel waterveiligheid als waterkwaliteit hoog op de agenda blijven staan. Om te overleven in deze markt zullen de bureaus zich moeten richten op innovatie, stelt het rapport. Waar in het verleden de nadruk lag op technische kennis en expertise, daar is het nu zaak dat de bureaus de verschil-
S O S Wat e r m a r k t
weinig rode cijfers lende soorten kennis intern koppelen en op de markt als ‘totaaloplossingen’ verkopen. Dat lijkt precies de kern van de reorganisatie die Royal Haskoning vorig jaar is gestart. “We hebben het aantal divisies verminderd”, zegt Harrie Laboyrie, directeur Strategic Business Development Water. “De elf divisies, die waren toegespitst op een inhoudelijk thema, zijn nu vijf marktgerichte ‘business lines’. Daaraan koppelen we een keuze voor hoogwaardige dienstverlening. Dat betekent ook dat we ons uit bepaalde markten terugtrekken: sommige markten zijn op dit moment echte prijsvechtersmarkten. Bureaus die moeite hebben om hun gekwalificeerde personeel vast te houden, leveren op die deelmarkten ‘makkelijke’ diensten tegen dumpprijzen, enkel om hun bankzitters aan het werk te houden. Van dergelijke markten willen we wegblijven.” De reorganisatie ging gepaard met het snijden in het personeelsbestand, maar Laboyrie sluit niet uit dat dit jaar al weer nieuwe mensen worden aangenomen: “Doordat we ons meer gaan richten op complexe, integrale ‘high-end’ projecten en ook de blik meer verschuiven naar de private markt, hebben we behalve de technische expertise ook financiële en strategische kennis nodig. Die mensen moeten we van elders halen.”
De ‘regelkraan’ bij Hondsbroeksche Pleij die bij hoogwater de stroom kan verdelen tussen Nederrijn en IJssel. De uitvoering van het programma ‘Ruimte voor de Rivier’ levert de komende jaren nog veel werk op voor ingenieursbureaus (foto: Ruimte voor de Rivier)
Ook Arcadis is momenteel op zoek naar ingenieurs. “We hebben in 2011 nog mensen aangenomen, tegen de landelijke trend in”, zegt René Hoeijmakers, directeur Water bij Arcadis, wereldwijd het vijfde ingenieurs- en adviesbureau. “En nu zijn er ook nog vacatures.” Alle marktanalisten noemen Arcadis als een uitzonderlijk goed presterend bureau, dat zich lijkt te onttrekken aan de economische malaise. Dat heeft volgens Hoeijmakers alles te maken met de verscheidenheid aan markten waarop zijn bureau actief is: “Op de binnenlandse watermarkt zijn wij een relatief kleine speler. De meeste omzet halen we in het buitenland en in veel delen van de wereld is er geen sprake van crisis. De laatste anderhalf jaar zijn we daarom gegroeid. Ook de vooruitzichten voor 2012 lijken goed. Maar we merken wel degelijk dat in West-Europa de tarieven onder druk staan. Al onze projecties ronden we daarom aan de veilige kant af.” Arcadis lijkt de uitzondering die de regel bevestigt. Want uit de conjunctuurenquête van brancheorganisatie NLingenieurs blijkt dat 2011 een zeer zwaar jaar is geweest. “Gedurende het jaar hebben we gezien dat steeds meer bedrijven lagere omzetten behaalden”, schrijft NLingenieurs in haar rapport. “Voor het eerste kwartaal van 2012 verwachten weinig bedrijven een verbetering. Een derde
27
S O S Wat e r m a r k t
Top 5 o m a r mt wat e r
De grote adviesbureaus richten zich minder specifiek op de (technische) markt van bouw en industrie. De top 5 – Arcadis, DHV, Grontmij, Royal Haskoning en Oranjewoud – heeft water en milieu als nieuwe groeimarkt omarmt. Deze bureaus halen een relatief groot deel van hun omzet uit grote infrastructuurprogramma’s.
Ac t i v i t e i t e n top 5 a dv i e sb u r e a u s
Overig 8% Milieu 32%
Infra 24%
Water 13%
Bouw & industrie 23%
Bron: Bedrijfsjaarverslagen
van de leden verwacht zelfs een verdere daling van de omzet. 2012 wordt sowieso een zwaar jaar. De verwachting is dat de omzetten over dit jaar lager zullen uitpakken dan over 2011.”
28
Bankzitters De zwaarste klappen vallen weliswaar in de (utiliteits) bouw, maar ook in de watersector neemt de gemiddelde werkvoorraad af. NLingenieurs maakt zich grote zorgen over het behoud van hoogwaardig technisch personeel in de branche. Talentvolle medewerkers die om bedrijfseconomische redenen niet langer in dienst kunnen worden gehouden, zijn over een aantal jaren weer hard nodig om de grote uitdagingen (waaronder klimaatverandering en waterbeheer) het hoofd te kunnen bieden, stelt de brancheorganisatie. Marktanalisten denken dat hier vooral een uitdaging ligt voor de grotere ingenieursbureaus. Zij hebben in 2011 immers veel van hun, dure, bankzitters – en vaak ook een deel van het vaste personeel – moeten wegsaneren en moeten nu een andere manier zien te vinden om de kennis vast te houden. De bureaus vestigen hun hoop op het Topteam Water, en dan met name de door het Topteam
G e e n d u bb e le ci jf e r s
De grote ingenieursbureaus boekten in 2008 nog een spectaculaire verkoopgroei van 17%. In 2009 maakten de verkoopcijfers een vrije val en gingen zelfs in de min. In 2010 herstelde de groei zich bij een aantal bureaus. Andere bleven het moeilijk houden, waardoor hun groeigemiddelde over 2008-2010 negatief was. De groeicijfers van Arcadis, Grontmij en Oranjewoud zijn mede beïnvloed door tussentijdse overnames. Marktanalisten voorspellen dat de komende jaren de dubbele cijfers voorlopig uit beeld blijven in de ingenieurs- en adviessector.
V e r k oopo n t wi k k e l i n g i n g e n i e u r sb u r e a u s Totale verkoop Bedrijf € mln Fugro 2,280 Arcadis 2,003 Grontmij 922 DHV 496 Royal Haskoning 335 Oranjewoud 437 Tebodin(BAM) 210 Kema 245 Movares 169 Tauw 117 Witteveen+Bos 105 Gemiddeld
Verkoopgroei 2008-2010 (%) 2,9% 7,3% 4,4% 0,1% -5,2% 9,7% -4,8% 4,0% -0,9% 2,7% 3,9% 2,2%
Aantal werknemers 13,463 14,590 9,898 5,331 3,293 3,148 2,669 1,528 1,515 1,156 869 5,224
Bron: Bedrijfsjaarverslagen
bepleite investeringen in kennisprogramma’s van wetenschapsinstellingen. In het uiterste geval zal er bij een weer aantrekkende markt zelfs kennis uit het buitenland moeten worden gehaald. Een andere manier om de expertise te behouden of te vergroten, is door fusies en consolidaties. Veel middelgrote en kleinere bureaus hebben het momenteel erg moeilijk en kunnen daardoor aantrekkelijke overnamepartners zijn voor grotere firma’s, Nederlandse én buitenlandse. En via buitenlandse overnames kunnen de Nederlandse bureaus snel een marktpositie veroveren in andere delen van de wereld. “We zijn er nog niet actief mee bezig, maar we sluiten overnames niet uit”, geeft Harrie Laboyrie (Royal Haskoning) toe. “Op zich is de tijd rijp daarvoor. Maar met een fusie of overname haal je niet alleen kennis en expertise binnen, ook een andere cultuur. Het kost vaak jaren om dat weer glad te trekken.” Nieuwe markten zoeken Zonder overnames zal Royal Haskoning waarschijnlijk zijn doelen niet halen. Want die zijn ambitieus: binnen enkele jaren wil het op de beide thuismarkten – Nederland en Groot-Brittannië – marktleider zijn en bovendien wil het
S O S Wat e r m a r k t
P r i jz e n o n d e r d r u k
In de eerste jaren van dit millennium verwachtten de ingenieurs- en adviesbureau een voortdurende stijging van de prijzen in de sector. Halverwege 2008, bij het uitbreken van de financiële crisis, nam de verwachte prijsstijging snel af. Het voortschrijdend gemiddelde van de Nederlandse ingenieursbureaus vertoonde een scherpe lijn naar beneden. Vanaf eind 2009 rekenden de bureaus zelfs op een daling van de prijzen, 2011 toont een licht herstel in de verwachte prijsontwikkeling, maar de lijn schommelt rond de 0.
P r i j so n t wi k k e li n g i n g e n i e u r sb u r e a u s Voortschrijdende gemiddelde van de verwachte prijsontwikkeling (%, per kwartaal) 30 25 20 15 10
Veranderend landschap
Of het nu met ‘ontspannen waakzaamheid' (Timmermans, Movares) gebeurt, met ‘veilig afgeronde projecties’ (Hoeijmakers, Arcadis) of met het idee dat ‘we nog even door 2012 heen moeten’ (Laboyrie, Royal Haskoning), de drie heren zijn het erover eens dat er ook weer betere tijden aanbreken. Maar het is zeer wel mogelijk dat het landschap van de advies- en ingenieursbureaus er dan heel anders uitziet. De toptien van de Nederlandse bureaus zal zeker overleven, verwachten de analisten, maar ónder die toptien zitten vooral kleinere bureaus en die zullen het zwaar hebben. Het gros van de kleinere bureaus is bovendien afhankelijk van bouw en infra en daarvoor zijn de verwachtingen – ook voor de langere termijn – veel minder gunstig dan voor de watersector. Voor de kleinere bureaus is er slechts één advies: richt de blik op een specifieke groep klanten of marktsegment.
5
juli - 11
jan - 11
juli - 10
jan - 10
juli - 09
juli - 08
jan - 09
jan - 08
juli - 07
jan - 07
juli - 06
juli - 05
jan - 06
juli - 04
jan - 05
-5
jan - 04
0
-10
Bron: Bedrijfsjaarverslagen
over anderhalf jaar de helft van zijn omzet uit het buitenland halen. De goede posities in Azië en West-Afrika moeten worden uitgebouwd en het bedrijf wil daarnaast de markt op in Zuid-Amerika, Zuid-Afrika en Australië. Voor Movares geldt een ander verhaal. Dit bureau opereert vooral op van de Nederlandse markt en voelt de Europese crisis daarom veel sterker dan bijvoorbeeld Arcadis. “Maar ook wij hebben 2011 positief afgesloten”, meldt Ferdi Timmermans, hoofd Movares Water. Toch heeft 2011 bij Movares ook zijn gevolgen gehad. “We hebben in 2011 qua personeel een deel van onze ‘flexibele schil’ moeten afstoten. Voor dit jaar hopen we de uitstroom van personeel zoveel mogelijk te beperken. Je kunt ook té diep snijden en dat is niet gezond. Kundig personeel is immers de belangrijkste asset, het ‘human capital’. De kennis is het goud dat je in handen hebt.” Faire prijs “Het komt in 2012 voor ons dus op aan om succesvolle aanbiedingen te doen”, zegt Timmermans. Hij wijst wel op de risico’s van een prijzenslag: “Het is ook in het belang van de opdrachtgevers om een faire prijs te betalen. Ze kunnen op korte termijn wel denken ‘ha, we pakken
ons voordeel!’, maar op de langere termijn betalen ze daarvoor alsnog de prijs: goedkoop is vaak duurkoop” Hij plaatst ook een kanttekening bij de raamovereenkomsten die een aantal waterschappen momenteel in de markt hebben gezet. “Ze geven een verwachting van een bepaalde hoeveelheid werk, die dan in de praktijk veel minder blijkt te zijn. Dat is een zorgelijke ontwikkeling, want wij investeren in onze aanbiedingen en baseren ons op de ramingen van het waterschap. We anticiperen op een bepaalde hoeveelheid projecten en vervolgens blijkt die portefeuille ineens veel dunner.” Timmermans vermoedt dat de waterschappen, gedwongen door begrotingen en budgetten, aan het schuiven zijn met de prioritering van projecten en dat daardoor dit probleem is ontstaan. Weerbaarder “Gelukkig zit Movares ook in de nodige infraprojecten met een langere looptijd. Daardoor ben je iets weerbaarder tijdens een conjuncturele dip. We volgen de economische ontwikkelingen eigenlijk met een soort ‘ontspannen waakzaamheid’. Volgens mij komt dat begrip van de Dalai Lama”, lacht Timmermans.
29