Correctie van de grote teen Hallux valgus
Albert Schweitzer ziekenhuis februari 2015 pavo 1123
Inleiding U wordt binnenkort in het Albert Schweitzer Ziekenhuis opgenomen voor een operatie aan uw grote teen.
De voet De voet bestaat uit drie gebieden. De voorvoet, de middenvoet en de achtervoet. De voet heeft een stevige structuur om het hele lichaam te kunnen dragen.
Hallux valgus Een hallux valgus is een aandoening, waarbij aan de binnenzijde van de voorvoet een knok uitsteekt en uw grote teen scheef staat. Dit veroorzaakt pijn en irritatie van de huid. Dit treedt met name op bij het dragen van dichte (nauwe) schoenen. Deze afwijking ontstaat in de loop van jaren en verergert langzaam. Later kan ook er ook slijtage ontstaan in het gewricht van de grote teen. Er wordt een standscorrectie gedaan om het probleem te verhelpen. Bij de standscorrectie wordt het eerste middenvoetsbeentje (op één of twee plaatsen) doorgezaagd en in een betere stand gebracht. Daarna wordt het bot weer aan elkaar vastgemaakt. Dit kan gedaan worden met een pennetje dat door de huid naar buiten steekt of met schroeven.
De voorbereiding We raden u aan om enkele weken voorafgaand aan de operatie tot aan enkele weken na de operatie niet te roken. De reden hiervoor is dat roken de wond- en botgenezing vertraagd.
1 van 6
De screening Om er zeker van te zijn dat u de operatie lichamelijk aankunt, vindt een aantal vooronderzoeken plaats. Dit wordt de pré-operatieve screening genoemd. U wordt gebeld om deze afspraken te maken. U heeft een gesprek met de anesthesioloog. De anesthesioloog bespreekt met u de vorm van anesthesie en de pijnbestrijding na de operatie. Afhankelijk van uw lichamelijke conditie wordt verder lichamelijk onderzoek gedaan. Dit onderzoek kan bestaan uit bloedafname, een longfoto, een hartfilmpje (e.c.g.). Zo nodig wordt ook een afspraak gemaakt bij een andere specialist bijvoorbeeld de internist, cardioloog of longarts. Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, bespreekt de anesthesioloog met u hoeveel dagen vóór de operatie u moet stoppen met deze medicijnen. Als dit niet met u besproken is, belt u dan met de polikliniek Anesthesiologie. Voorbereidingen in huis Na de operatie mag u een aantal weken niet op uw geopereerde voet staan. We raden u aan om voor de operatie al een paar krukken te regelen. Deze kunt u kopen of huren. We raden u aan om al voor de opname thuis een aantal kleine aanpassingen te doen: Als er kleedjes los op de vloer liggen, raden wij u aan deze weg te halen. U kunt daar namelijk makkelijk over struikelen als u met krukken loopt. Voor de operatie oefent u thuis een keer in het lopen met krukken. U kunt dan zien of de meubels ook zo staan dat u er eenvoudig met de krukken langs kunt lopen. Ook moet u een stevige stoel met armleuningen hebben. Hierdoor heeft u meer steun bij het gaan zitten en opstaan. Als u niet zo’n stoel heeft, kunt u een comfortabele tuinstoel in de woonkamer plaatsen. Na de operatie mag u, als de wond droog is, douchen. We raden u aan dit zittend te doen. U kunt een plastic tuinstoel onder de douche zetten waarop u zittend kunt douchen. Als u een bad heeft, kunt u bij het uitleenpunt voor hulpmiddelen een badplank lenen waarmee u boven uw bad, zittend, kunt douchen.
2 van 6
Bellen voor tijdstip van de opname U belt één werkdag voor de operatie tussen 15.00-16.00 uur naar de verpleegafdeling waar u opgenomen wordt. U hoort dan het tijdstip van de operatie en het tijdstip waarop u opgenomen wordt. Als u op maandag wordt opgenomen belt u de vrijdag ervoor. Vervoer regelen Het is in verband met de verdoving die u tijdens de operatie krijgt, niet toegestaan om de eerste 24 uur na de operatie zelf een voertuig te besturen. We raden u aan om voor vervoer naar huis te zorgen. Nuchter zijn Voor de operatie moet u nuchter zijn. Hoe lang u van tevoren nuchter moet zijn is afhankelijk van het tijdstip van de operatie. De regels rondom nuchter zijn staan beschreven in de folder ‘preoperatieve screening en de gang van zaken rondom de operatie’.
De dag van de opname Alle medicijnen die u gebruikt neemt u, in originele verpakking, mee naar het ziekenhuis. De verpleegkundige maakt met u afspraken over het innemen van deze medicijnen. Verder neemt u uw elleboogkrukken mee naar het ziekenhuis. U wordt meestal op de dag van de operatie opgenomen. Een afdelingsverpleegkundige legt u de gang van zaken op de afdeling uit. Vervolgens wordt u lichamelijk voorbereid op de operatie. U krijgt een operatiejasje aan. Sieraden, piercings, nagellak en make-up moet u afdoen. Als u een gebitsprothese draagt, moet u deze ook uitdoen. Ook mag u geen kunstnagels dragen. Voor of tijdens de operatie krijgt u via een infuusnaaldje antibiotica toegediend.
3 van 6
Ongeveer een half uur voor de operatie krijgt u een injectie of tablet waar u rustig of slaperig van wordt. De verpleegkundige brengt u naar de operatiekamer.
De operatie Op de operatieafdeling wordt een infuus in uw arm ingebracht. De anesthesioloog heeft u de verdoving die met u besproken is. Voordat de operatie begint wordt er bewakingsapparatuur aangesloten om uw bloeddruk, hartslag en ademhaling tijdens de operatie goed in de gaten te houden. De operatiewond loopt aan de binnenzijde over de knok of aan de bovenzijde naast de strekpees van de grote teen. Afhankelijk van de mate van de afwijking en uw leeftijd kan de operatiemethode verschillend zijn. De orthopeed heeft dit vooraf met u besproken. Na de operatie gaat u naar de verkoeverkamer. Hier worden uw hartslag, bloeddruk en wond regelmatig gecontroleerd. Zodra de controles stabiel zijn wordt u naar de verpleegafdeling gebracht. Op de verpleegafdeling krijgt u medicijnen tegen de pijn en eventueel medicijnen tegen de misselijkheid. De fysiotherapeut komt langs om u te leren lopen met krukken. U mag de eerste twee weken niet op de voet staan. Het kan zijn dat u gips krijgt. Dit is afhankelijk van welke orthopeed u opereert. Dit heeft de orthopeed van te voren met u besproken. Meestal kunt u een aantal uren na de operatie weer naar huis.
Nabehandeling De huisarts krijgt een ontslagbrief, zodat hij/zij weet wat er gebeurd is. Ongeveer twee weken na de operatie wordt u verwacht op de polikliniek orthopedie. U krijgt hiervoor een afspraak mee. Het kan zijn dat u gips krijgt. Dit is van te voren met u besproken.
4 van 6
Het is belangrijk om thuis uw voet goed hoog te houden. Zorg daarbij ook voor ondersteuning van uw knie. U kunt paracetamol gebruiken voor de pijn.
Complicaties Na de operatie kan een nabloeding ontstaan. U heeft dan veel bloedverlies uit de wond. Ook kan een ontsteking ontstaan. De wond is dan rood, warm, opgezwollen en eventueel kan de wond ook lekken (wondvocht, bloed). U heeft mogelijk koorts of verhoging. Als u last heeft van een nabloeding of een ontsteking, belt u tijdens kantooruren met de polikliniek Orthopedie. Buiten kantooruren belt u met de afdeling Spoedeisende Hulp. Bij een hallux valgus kan de scheefstand na verloop van tijd weer terugkomen. Een tweede operatie kan dan nodig zijn. De pijn moet na een aantal dagen tot weken afnemen. Sommige mensen houden pijnklachten aan de voet.
Werk en werkhervatting U kunt met de orthopeed bespreken welke consequenties deze behandeling heeft voor uw werk. De orthopeed kan informatie over uw behandeling uitwisselen met de bedrijfsarts. Om uw privacy te beschermen is uw toestemming nodig voor overleg tussen de orthopeed en de bedrijfsarts. De bedrijfsarts begeleidt de terugkeer naar uw werk. Daarom is het belangrijk dat uw bedrijfsarts op de hoogte is van uw aandoening en behandeling. Afspraken over uw werk zullen vaak soepeler verlopen als u de bedrijfsarts al voor de operatie informeert.
5 van 6
U kunt een afspraak maken met de bedrijfsarts van het bedrijf of de organisatie waar u werkt. U kunt ook een afspraak maken met de bedrijfsarts als u niet ziek gemeld bent. De bedrijfsarts kan u informeren over de mogelijke gevolgen die uw aandoening en behandeling voor uw werk kunnen hebben.
Belangrijk De schroefjes en/of het plaatje die zijn gebruikt om uw bot aan elkaar te zetten zijn van metaal. Een bacterie kan bij de schroefjes en het plaatje terechtkomen. Infecties in het lichaam moeten zoveel mogelijk worden voorkomen. Als u een infectie krijgt, dan moet dit direct behandeld worden. Het is verstandig contact op te nemen met uw huisarts als u bijvoorbeeld last krijgt van griep, long-, keel-, of blaasontsteking. Neemt u ook contact op als u een steenpuist heeft, of als er zich mond- of gebitsproblemen voordoen. U moet uw huisarts, tandarts en specialist informeren dat u schroefjes en een plaatje in uw been heeft. Tijdens ingrepen moet u namelijk beschermd worden met antibiotica om de kans op een infectie te verminderen.
Vragen Als u nog vragen heeft, kunt u bellen naar de polikliniek Orthopedie, tel. (078) 652 32 70. Buiten kantooruren kunt u voor dringende vragen of problemen bellen met de spoedeisende hulp van locatie Dordwijk, tel. (078) 652 32 10.
6 van 6