Rapporteurs: R.A.A. Hartman, Bouwcentrum Advies B.V. te Maarssen ir. M. Vercammen, Adviesbureau Peutz & Associés BV te Nijmegen ir. PH Heringa, Adviesbureau Peutz & Associés BV te Nijmegen
©Copyright SBR, Rotterdam
stichting
Het Bouwbes/uit en de geluidwering von woningen
Rotterdam, 1991 ©Copyright SBR, Rotterdam
De stichting stelt zich ten doel: a.
in de bouwnijverheid produktiviteit en kwaliteit te verhogen en de continuïteit in de werkgelegenheid te bevorderen;
b.
de kennis op het terrein van de bouwnijverheid te vergroten en te verspreiden naar en binnen alle organisaties waarmede de stichting een relatie onderhoudt;
c. voorts al hetgeen dat met een en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin des woords. De stichting en degenen die aan deze publikatie hebben meegewerkt, hebben een zo groot mogelijke zorgvuldigheid betracht bij het verwerkenvolgens de huidige stand van de wetenschap en techniek - van de in deze publikatie vervatte gegevens. Nochtans moet de mogelijkheid dat zich onjuistheden in deze publikatie kunnen bevinden niet worden uitgesloten. Degene die van deze publikatie gebruik maakt aanvaardt daarvoor het risico. De stichting sluit, mede ten behoeve van degenen die aan deze publikatie hebben meegewerkt, iedere aansprakelijkheid uit voor schade die mocht voortvloeien uit het gebruik van informatie in deze publikatie.
ISBN 90-5367 -036-X
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Stichting Bouwresearch. No part of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm, stored in a database or retrieval system, or any other. means without written permission from the Stichting Bouwresearch.
©Copyright SBR, Rotterdam
INHOUD WOORD VOORAF
................................................................................... 4
SAMENVATTING
................................................................................... 5
SUMMARV
.............. ;.................................................................... 8
1.
INLEIDING
................................................................................. 10
2.
VRIJE INDEELBAARHElD EN DE VERSCHILLENDE AKOESTISCHE EIGENSCHAPPEN VAN DE WONING ................................ 12
3.
PRESTATIEGROOTHEDEN ........................................................... 13 3.1 Luchtgeluidisolatie tussen ruimten ....................................... 13 3.2 Contactgeluidisolatie tussen ruimten ................................... 14 3.3 Geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies .......... 14 3.4 Geluidniveaus veroorzaakt door installaties ......................... 16
4.
PRESTATIE-EISEN EN DE CONSEQUENTIES VOOR DE BOUWPRAKTIJK ............................................................................ 17 4.1 Minimale beschermingsniveau ............................................. 17 4.2 Luchtgeluidisolatie tussen ruimten ....................................... 17 4.2.1 Naast elkaar gesitueerde ruimten ............................ 18 4.2.2 Boven elkaar gesitueerde ruimten ........................... 18 4.2.3 Gevolgen voor de bouwpraktijk ................................ 18 4.3 Contactgeluidisolatie tussen ruimten ................................... 22 4.4 Geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies .......... 22 4.5 Geluidniveaus veroorzaakt door installaties ......................... 24
5.
BEPALINGSMETHODEN NEN 5077 .............................................. 27 5.1 Algemeen .................. '............................................................ 27 5.2 Geluidisolatie tussen ruimten ............................................... 27 5.3 Geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies .......... 27 5.4 Geluidniveaus veroorzaakt door installaties ......................... 28
6.
PRAKTIJKRICHTLIJNEN ................................................................ 29 6.1 Geluidisolatie tussen ruimten ............................................... 29 6.2· Geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies .......... 29 6.3 Geluidniveaus veroorzaakt door installaties ......................... 30
7.
KOSTENCONSEQUENTIES ........................................................... 31 7.1 Bouwkundige constructies (exclusief de uitwendige scheidi ngsconstructies) ........................................................ 31 7.2 Installaties ....................................... .................................... 32 7.3 Uitwendige scheidingsconstructies ................................... 32 7.4 Conclusie kostenconsequenties geluidwerende aspecten ... 33
8.
CONSEQUENTIES VOOR DE BESTAANDE WONINGVOORRAAD .................................................................... 34
9.
CONCLUSIES ................................................................................. 35
LITERATUUR BIJLAGE 1
................................................................................. 36 Enkele begripsbepalingen .................................................... 38
Stichting Bouwresearch
3
©Copyright SBR, Rotterdam
WOORD VOORAF
Bij de voorbereiding tot de invoering is de verwachting gewekt dat de kostengevolgen voor de bouwpraktijk gering zouden zijn. Het Bouwbesluit gaat immers uit van bestaande minimumeisen, waardoor invoering kostenneutraal zou kunnen plaatsvinden. Echter, al enige tijd bestonden er in kringen van onderzoekers en andere betrokkenen ernstige vermoedens dat dit speciaal voor wat betreft het deelaspect geluidwering wel eens niet haalbaar zou kunnen blijken. Het bleek namelijk dat, door de nieuw gedefinieerde prestatiegrootheden, de prestatie-eisen volgens het Bouwbesluit in het algemeen strenger uitkomen dan die in de bestaande voorschriften. Gezien de marginale geluidweringsprestaties van sommige veel toegepaste constructies was dit voor de Stichting Bouwresearch reden om Bouwcentrum-Advies BV op te dragen de gevolgen van de nieuwe regelgeving nader te onderzoeken. Het onderzoek werd uitgevoerd door R.A.A.Hartman (BC-A) in samenwerking met ir. M.Vercammen en ir. P.H.Heringa (Adviesbureau Peutz & Ass. BV). De rapportage van dit onderzoek is met de grootst mogelijke zorg getoetst in een z.g. zware proefleesronde waaraan naast deskundigen op het terrein van akoestiek ook mensen uit de bouwpraktijk hebben deelgenomen. Deze publikatie is bedoeld om de bouwparticipanten ten aanzien van de verschillende geluidaspecten inzicht te geven in de consequenties van het Bouwbesluit voor de bouwpraktijk. Daarbij wordt vooruitgelopen op de officiële publikatie van de tekst van het Bouwbesluit. Hoewel de hoofdlijnen van de desbetreffende artikelen en de nieuwe norm NEN 5077: 1991 vaststaan, blijven wijzigingen op het laatste moment uiteraard mogelijk.
Leeswijzer: Inde smalle kolom is de tekst van deze publikatie in korte tekstblokjes samengevat. Om snel een indruk te krijgen van de inhoud van deze publikatie kunt u volstaan met het lezen van deze korte teksten.
4
©Copyright SBR, Rotterdam
SAMENVATTING
Bij de voorbereiding tot de invoering van het Bouwbesluit is de verwachting gewekt dat de gevolgen voor de bouwpraktijk gering zouden zijn. Het Bouwbesluit zou immers gebaseerd zijn op de bestaande minimumeisen en de invoering zou dus kostenneutraal moeten kunnen zijn. In deze publikatie komt naar voren dat die verwachting niet uitkomt voor wat betreft het deelaspect geluidwering. Door de nieuw gedefinieerde prestatiegrootheden zijn de prestatie-eisen volgens het Bouwbesluit in het algemeen strenger dan die in de bestaande voorschriften. Dit heeft tot gevolg dat de toepassing van een aantal gangbare bouwmethoden en bouwmaterialen onder druk komt te staan en dat aanvullende voorzieningen getroffen moeten worden. Een en ander heeft een kostenverhogend effect op de stichtingskosten van de woning. De vrije indeelbaarheid van een woning is een beginsel dat in het Bouwbesluit is doorgevoerd. Bestaande begrippen zoals woonkamer, slaapkamers of keukens vallen volgens de filosofie van het Bouwbesluit onder het begrip verblijfsruimten die deel uitmaken van een verblijfsgebied. Door het beginsel van vrije indeelbaarheid en de nieuwe begrippen moesten de bestaande prestatiegrootheden worden omgewerkt tot karakteristieke prestatiegrootheden die onafhankelijk zijn van de situatie. Een en ander is uitgewerkt in een nieuwe norm NEN 5077:1991. De nieuw gedefinieerde prestatiegrootheden werken ook door op de in het Bouwbesluit vermelde prestatie-eisen. In deze publiaktie komen de consequenties voor de bouwpraktijk aan de orde. Voor de verschillende geluidaspecten kunnen de consequenties in het kort als volgt worden samengevat:
Vaste indeling plattegrond
Vrije indeling plattegrond
Figuur 1 Vrije indeelbaarheid van een woning is een beginsel dat in het Bouwbesluit is doorgevoerd.
luchtgeluidisolatie tussen ruimten De minimumeis van -15 dB voor de isolatie-index voor luchtgeluid (llu) tussen de hoofdwoonkamer en een andere kamer binnen dezelfde woning is komen te vervallen; er geldt één algemene minimum-eis van -20 dB. . . Voor de gebruikelijke plattegronden en afmetingen van naast elkaar gesitueerde woonkamers zal de overgang van Ilu naar Iluk een verzwaring van 2 à 3 dB ten opzichte van de huidige eis (0 dB) met zich meebrengen (zie figuur 2 en 3). Er zijn weliswaar ook situaties aan te wijzen waar de invoering van het Bouwbesluit leidt tot een geringe versoepeling van de eisen, doch het netto resultaat zal voor dit onderdeel zeker niet kostenneutraal zijn .
. Contactgeluidisolatie tussen ruimten De huidige prestatiegrootheid is onveranderd leo gebleven. Het Bouwbesluit stelt dezelfde prestatie-eisen tussen ruimten van verschillende woningen. De eis tussen verblijfsruimten binnen een woning lco ;;:: -15 dB is versoepeld tot leo ;;:: -20 dB.
Geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies Het Bouwbesluit stelt prestatie-eisen voor zowel het verblijfsgebied als voor een verblijfsruimte. Een en ander betekent een uitbreiding van de eisen omdat andere ruimten zoals een hal, een overloop (geldt niet voor gemeenschappelijke verStichting Bouwresearch
5
©Copyright SBR, Rotterdam
2
keersruimten) of een keuken kleiner dan 11 m volgens het Bouwbesluit ook tot de verblijfsgebieden worden gerekend. De huidige voorschriften stellen alleen eisen voor geluidgevoelige ruimten; daar horen hal, overloop en keuken kleiner dan 11 m2 niet bij. Voor een woonkamer van 9,5 m diepte treedt er een verzwaring op van ca. 5 dB! Ook voor het aspectgeluidwering van uitwendige scheidingsconstructies zijn situaties aan te wijzen waar de prestatie-eisen volgens het Bouwbesluit lagere eisen stelt aan de geluidisolatie van bouwdelen, doch het netto resultaat zal zeker niet kostenneutraal zijn.
Consequenties voor bouwmethoden en bouwmaterialen Een verzwaring van de luchtgeluidisolatie met 2 á 3 dB voor naast elkaar gesitueerde woonkamers betekent dat massieve woningscheidende constructies zwaarder, c.q. dikker uitgevoerd moeten worden. Uit een SBR-onderzoek naar de geluidisolatie van een veel toegepaste bouwmethode (stapelbouwwijze) blijkt het volgende: Van de onderzochte eengezinshuizen met massieve bouwmuren van kalkzandsteen (dikte 265 mm), in combinatie met de gebruikelijke lichte thermisch isolerende begane-grond vloeren en verdiepingsvloeren van kanaalplaatvloeren of massieve betonvloeren, voldoet ca. 30% niet aan de eisen (volgens de huidige voorschriften). Onder het regime van het Bouwbesluit zou ca. 80% niet hebben voldaan. Als de verbetering alleen in de wand wordt gezocht, dan zou zo'n wand van kalkzandsteen ca. 300 mm dik moeten worden. Voor gietbouw en grote-elementenbouw is het noodzakelijk de huidige dikte van 200 mm op 230 mm te brengen om zo aan de eisen van het Bouwbesluit te voldoen. Minder dikke enkelvoudige wanden zijn wellicht mogelijk, maar dan wel in combinatie met aansluitende constructies die optimaal op de prestatie-eisen van het Bouwbesluit zijn afgestemd. Onderzoek zal nog moeten uitwijzen of dergelijke geoptimaliseerde bouwsystemen ook rendabel zijn.
woning
Men zou ook kunnen overwegen om voor eengezinshuizen meteen de stap te doen naar ankerloze spouwmuren. Deze constructie, voorzien van goede details, beschikt immers over een ruimere geluidisolatie-marge vergeleken met die van massieve wanden. Voor meergezinshuizen zal verzwaren van de scheidingsconstructies in het algemeen meer voor de hand liggen. De gevolgen van de nieuwe prestatie-eisen werken niet alleen door op de woningscheidende wanden en vloeren, maar ook op de opbouw van de gevel, de keuze van dakplaten en binnenwanden, e.d.
Geluidniveaus van installaties
Figuur 2 Bestaande minimum eisen hu.
Het Bouwbesluit stelt prestatie-eisen voor zowel het verblijfsgebied als voor een verblijfsruimte. is het aantal installaties waaraan geluideisen worden gesteld uitgebreid. Dit is vooral van belang voor hoogbouw, waarbij sprake is van gemeenschappelijke voorzieningen zoals liften, mechanische ventilatie, e.d. In deze situaties zijn aanvullende voorzieningen noodzakelijk. De meetmethode (bepalingsmethode) voor het vaststellen van de prestatiegrootheid volgens de norm NEN 5077:1991 is dermate ingewikkeld en omslachtig geworden, dat gevreesd moet worden dat de geleverde prestatie in de praktijk zelden door metingen geverifieerd zal worden.
6
©Copyright SBR, Rotterdam
Praktijkrichtlijnen De in aanmerking komende praktijkrichtlijnen (NPR's) zijn aangepast en afgestemd op de prestatie-eisen volgens het Bouwbesluit. In deze praktijkrichtlijnen worden voorbeelden gegeven van bouwkundige oplossingen en installaties waarmee naar verwachting aan de eisen kan worden voldaan. Op het moment van verschijnen van deze publiaktie was het nog niet precies bekend welke aanpassingen in de praktijkrichtlijn NPR 5070:1991 zijn doorgevoerd en of deze aanpassingen voldoende zekerheid bieden om daarmee aan de nieuwe prestatie-eisen te voldoen.
Kostenconsequenties Zoals uit het voorgaande blijkt, moet er ten aanzien van verschillende geluidaspecten rekening worden gehouden met een verzwaring van de eisen, ondermeer door het effect van de vrije indeelbaarheid. Op onderdelen zal er pok een versoepeling ten opzichte van de huidige eisen optreden . . Het netto resultaat zal voor de deelaspecten geluid, naar het zich thans laat aanzien, niet kosten neutraal zijn. Voor het doen van betrouwbare schattingen voor de kostenconsequenties is meer onderzoek nodig. Uitgegaan van berekeningen aan referentiewoningen en andere kostenramingen kan globaal worden gesteld dat door de nieuwe prestatie-eisen aan lucht- en contactgeluidisolatie volgens het Bouwbesluit de stichtingskosten van een eengezinswoning gemiddeld met f.l.600,- en van een meergezinswoning met f.l .200,- worden verhoogd. De extra kosten voor de geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies op bouwlocaties met een geluidbelasting 55 dB(A) zijn hierbij nog buiten beschouwing gelaten. Vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat deze kosten buiten de stichtingskosten vallen.
Bestaande woningvoorraad Het beginsel van vrije indeelbaarheid is niet van toepassing op de bestaande woningvoorraad. De voor nieuwbouw geldende voorschriften zijn dan ook niet zondermeer van toepassing. Hoe men in de praktijk bij de verificatie van de prestatie-eisen te werk zal gaan is vooralsnog niet duidelijk.
woning
Conclusie Uit het voorgaande kan de conclusie worden getrokken dat wellicht voor het Bouwbesluit als geheel de uitgangspunten 'Huidige beschermingsniveau' en 'Kostenneutraal' opgaan, maar dat d it voor de akoestische paragrafen n iet opgaat. De participanten in het bouwproces dienen zich bewust te zijn van de bouwtechnische consequenties en kostenconsequenties die door invoering van het Bouwbesluit optreden. Zij dienen zich hierop voor te bereiden. Dit geldt voor ontwerpers, constructèurs, akoestisch adviseurs, toeleveranciers en uitvoerenden.
woning
Figuur 3 Minimum prestatie-eisen volgens Bouwbesluit "uk. Stichting Bouwresearch
7
©Copyright SBR, Rotterdam
SUMMARY
Building decree and control in dwellings
Vaste indeling plattegrond
During the preparation ofthe Building Decree its effectthe building industry was expected to be very smalI. In addition since it was being based on existing minimum requirements it was thougth th at the overall effects on casts would be negligible, either way. As shown in the present publication however this is not the case for noise control. In fact with the newly defined performance quantities given in the Building Decree, the quantities are stricter than those prescribed at present. As a result a number of current building methods and materials are under scrutiny and supplementary provisions must be made. In one way or another this will increase the building costs of houses. A principle presented in the Building Decree is that the layout of a house can be freely adapted. According to this philosphy existing concepts such as living rooms, bed rooms and kitchens can be classed as dwelling spaces which make up parts of a dwelling area. Existing performance quantities must be rethought for the free layout principle and the new concepts in new quantities which are independent of the situation. These new quantities are worked out in the new Dutch Standard NEN 5077:1991 and also appear in the performance requirements given in the Building Decree. The consequences of these changes for the building industry form the subject of the present publication. The consequences for various aspects of noise control are summarized below.
Vrije indeling plattegrond
Air-born sound between dwelling spa ces Figuur 4 A principle presented in the Building Oecree is that the layout of a house can be freely adapted.
The mimimum value of -15 dB for hu, the insulation index, between the main living room and other rooms in the same house has been reduced and now there is a single general minimum requirement of -20 dB. For adjacent living rooms with typical areas and dimensions the change from the old performance index Ilu to the newly defined Iluk involves an average increase on present requirements of 2 to 3 dB. This means that, forfamily houses built with single walls of sand-lime brick, the percentage which does not satisfy the requirements (30% based on present quantities) will rise to about 80% (based on the Building Decree). As a result new construction methods and/or materials will be required. There are some situations where the Building Decree will lead to a slight relaxation in requirements but the nett result for costs for this aspect will not be zero.
Impact sound between dwelling spa ces The present performance index, l co, is maintained. The Building Decr"ee sets the same requirements for dwelling spaces irrespective of the type of house. The requirement for impact sound between dwelling spaces inside a house, Ico -15 dB, is reduced to Ico -20 dB.
8
©Copyright SBR, Rotterdam