Controle in concurrentie. Uitvoering periodieke keuring en certificatie van kranen en liften

Controle in concurrentie Uitvoering periodieke keuring en certificatie van kranen en liften

Controle in concurrentie Uitvoering periodieke keuring en certificatie van kranen en liften

Inspectie Werk en Inkomen

Controle in concurrentie

R 06/04, maart 2006 ISSN 1383-8733 ISBN-10: 90-5079-149-2 ISBN-13: 978-90-5079-149-6

2



Voorwoord Certificatie- en keuringsinstellingen opereren steeds vaker in een concurrerende markt. In 2004 heeft de Inspectie Werk en Inkomen gerapporteerd over risico’s die zich voordoen bij de periodieke controle van kranen en liften. In dit rapport is een vergelijking gemaakt van de wijze waarop de certificatie- en keuringsinstellingen in de praktijk keuren en certificeren. Een keuring kan tot resultaat hebben dat de lift of kraan niet voldoet aan de eisen. In dat geval kan pas een certificaat worden verstrekt als de opdrachtgever voor die keuring de tekortkomingen oplost. In het onderzoek is nagegaan hoe de afwikkeling van tekortkomingen plaatsvindt. De Inspectie Werk en Inkomen heeft waardering voor de wijze waarop de Arbeidsinspectie en de brancheorganisaties hebben bijgedragen aan dit onderzoek. Daarnaast bedankt de inspectie SBW Opleidingen voor haar bijdrage en het ter beschikking stellen van twee kranen. De resultaten van dit onderzoek zijn voor de inspectie aanleiding voor een vervolgonderzoek naar de deskundigheid van de inspecteurs van de certificatie- en keuringsinstellingen op de werkvelden waar de inspectie risico’s ziet. Dat onderzoek zal in ieder geval het werkveld kranen betreffen.

Mr. L.H.J. Kokhuis Inspecteur-generaal

3



4



Inhoud

5

1 1.1 1.2

Inleiding Aanleiding van het onderzoek Doel onderzoek en onderzoeksopzet

2 2.1 2.2 2.3

Certificatie- en keuringsinstelling en klant Uitvoering keuringen door cki Toetsing schriftelijke afmelding Naleving

9 9 10 11

3

Oordeel

13

4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5

Reacties betrokken certificatie- en keuringsinstellingen Aboma + Keboma B.V. HHC/DRS Inspecties B.V. Liftinstituut Veturo B.V. Reactie IWI

15 15 15 15 15 16

Begrippenkader

17

Lijst van afkortingen

18

Bijlagen: Reactie Aboma + Keboma B.V. Reactie HHC/DRS Inspecties B.V. Reactie Liftinstituut B.V. Reactie Veturo B.V.

19

Publicaties van de Inspectie Werk en Inkomen

29



7 8 8

6



1

Inleiding De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) maakt op een aantal terreinen gebruik van private instellingen die certificaten afgeven. Deze certificaten zijn wettelijk verplicht gesteld. Bij de verplichte certificatie zijn verschillende partijen betrokken. De minister van SZW wijst instellingen aan die deze certificaten mogen verstrekken. De aanwijzing betekent dat de certificatie- en keuringsinstelling (cki) de taak namens de minister mag uitvoeren. De Inspectie Werk en Inkomen (IWI) houdt toezicht op de cki’s. Daarbij wordt getoetst of de cki’s (blijven) voldoen aan de aanwijzingscriteria.

1 Eigenaren, beheerders, verhuurders, opdrachtgevers, etc. worden in het rapport aangeduid met ‘klant’.

Dit rapport gaat in op verplichte periodieke certificatie van kranen en liften. De eigenaren van kranen en liften hebben de verantwoordelijkheid om deze elke anderhalf jaar of twee jaar te laten keuren door een cki.1 De cki geeft in het keuringsrapport aan of de lift of kraan tekortkomingen heeft. In dat geval kan de eigenaar beslissen om de tekortkomingen te verhelpen of de kraan of lift niet meer te gebruiken. Als de eigenaar aangeeft dat de tekortkomingen zijn verholpen, beslist de cki of tot certificaatverlening kan worden overgegaan (of dat een nieuwe keuring nodig is). Een lift of kraan mag alleen in gebruik zijn als er een geldig ‘certificaat van goedkeuring’ is. De toetsing hiervan is onderdeel van het takenpakket van de Arbeidsinspectie (AI). Een ongeval met een kraan of lift zonder geldig certificaat kan er toe leiden dat de klant financieel aansprakelijk wordt gesteld door het slachtoffer. Daarnaast kan de Arbeidsinspectie een boete opleggen. IWI en de AI toetsen namens de overheid of de cki en de klant aan de wettelijke eisen voldoen. Conform de Algemene wet bestuursrecht kan een klant bezwaar maken tegen een beslissing van de cki. Handelt de cki dat bezwaar niet goed af, dan kan de klant zich tot de Nationale Ombudsman wenden. Ook kan de klant, ingeval van financiële schade, naar de rechter stappen, bijvoorbeeld als een cki de lift of kraan ten onrechte heeft goedgekeurd. Overigens blijkt uit de gegevens van de cki’s dat klanten nauwelijks bezwaar aantekenen tegen een beslissing van een cki. Doordat geen gebruik wordt gemaakt van de bezwaarmogelijkheid speelt het nauwelijks een rol in het stelsel. Figuur 1 Actoren bij wettelijk verplichte keuringen en certificatie

Schets van het werkveld De markt van keuringen is, onder invloed van Europese regelgeving zowel op het terrein van liften als van kranen, geliberaliseerd. Tot de liberalisering was er per werkveld één cki aangewezen, zodat er sprake was van een monopoliepositie. In 1997 is het werkveld kranen en in 2001 het werkveld liften opengesteld voor meerdere aanbieders van periodieke keuringen.

7



Voor de periodieke keuring van liften waren op het moment van het onderzoek vier cki’s actief. Vanaf 1 januari 2006 zijn dat er zes. De cki’s hebben een verschillend marktaandeel. Jaarlijks vinden circa 50.000 wettelijke periodieke liftkeuringen plaats. Op het werkveld kranen zijn zeven cki’s actief. Er worden jaarlijks ongeveer 2.200 kranen wettelijk gekeurd.

1.1

2 Inspectie Werk en Inkomen, 2004, ‘Hoog Spel’. 3 Inspectie Werk en Inkomen, 2004, ‘Onafhankelijkheid bij periodieke liftkeuringen’.

1.2

Aanleiding van het onderzoek De inspectie heeft in 2004 gerapporteerd over het effect van marktwerking op de cki’s die periodiek liften en kranen certificeren.2 De inspectie heeft toen aangegeven dat de rechtmatigheid en de kwaliteit van de uitvoering op deze werkvelden onder druk staan. In een tweede rapportage heeft zij aangegeven dat de cki’s voor hun opdrachten voor liftkeuringen steeds meer afhankelijk worden van enkele klanten met een groot marktaandeel.3 Een te grote (financiële) afhankelijkheid van enkele partijen houdt een risico in voor onafhankelijke en een kwalitatief goede uitvoering van de periodieke liftkeuringen. In het Algemeen Overleg van de vaste kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid op 8 juni 2005 zijn beide rapporten behandeld. In een brief aan de Tweede Kamer en in het Algemeen Overleg heeft de staatssecretaris aangekondigd dat de Inspectie Werk en Inkomen de kwaliteit van keuringen zal onderzoeken.

Doel onderzoek en onderzoeksopzet Het doel van dit onderzoek was een oordeel te geven over de bijdrage die cki’s leveren aan het bereiken van het beleidsdoel. Het beleid heeft als doel dat alleen kranen en liften worden gebruikt die aan de veiligheidseisen voldoen. De bijdrage van de cki is in het onderzoek opgedeeld in (a) de keuring en (b) de afhandeling van de keuring (resulterend in de beslissing of het certificaat wordt verleend). In het onderzoek besteedt de inspectie ook aandacht aan de relatie tussen de klant en de cki. De klant van de cki moet de gerapporteerde tekortkomingen verhelpen (of een afgekeurde kraan of lift niet meer gebruiken). Een goede keuring door de cki en naleving door de klant zijn beide nodig om het beleidsdoel te bereiken. De inspectie heeft voor de toetsing van de keuringen van de cki’s nieuwe methoden ontwikkeld. Op het werkveld liften is steeds een recent gekeurde lift opnieuw gekeurd door twee andere cki’s. Op het werkveld kranen is deels een andere werkwijze gevolgd. Er zijn bij twee kranen tekortkomingen aangebracht. Deze kranen zijn vervolgens door de cki’s gekeurd. De cki’s waren er niet van op de hoogte dat de kranen geprepareerd waren. De inspectie heeft bij de cki’s dossiers geraadpleegd om te inventariseren wat de reactie van de klanten waren bij geconstateerde tekortkomingen. Vervolgens heeft IWI een vragenlijst uitgezet bij de klanten van de cki’s met vragen over de naleving door de klanten. Het onderzoek is uitgevoerd in de periode maart 2005 tot en met oktober 2005.

8



2

Certificatie- en keuringsinstelling en klant

2.1

Uitvoering keuringen door cki Cki’s kunnen bij een keuring verschillende soorten tekortkomingen vaststellen. De typering van de tekortkoming is van invloed op de afhandeling ervan. Voor kranen geldt dat bij een tekortkoming met een direct gevaar voor de veiligheid, de eigenaar op dit onderdeel ook direct een voorziening moet treffen. Bij liften kan de Arbeidsinspectie op verzoek van een cki een lift met direct gevaar verzegelen. Op het werkveld kranen kunnen tekortkomingen op verzoek van de cki ‘schriftelijk worden afgemeld’. Op het werkveld liften gebeurt dit ook, overigens niet door alle cki’s. De cki kan besluiten om na afmelding nog ter plaatse te toetsen (‘na-controle’/ ‘herkeuring’) of de lift of kraan voldoet. Bij de keuring kan de inspecteur van de cki ook aandachtspunten naar voren brengen. Een ‘opmerking’ hierover in het rapport betekent dat er geen ‘schriftelijke afmelding’ of ‘na-controle’ plaatsvindt.

4 Twee cki’s zijn aangewezen om alleen mobiele kranen te keuren. Vijf cki’s hebben een aanwijzing om zowel mobiele kranen als mobiele torenkranen te keuren.

Veel te grote verschillen in keuringsresultaten van kranen De inspectie heeft de kwaliteit van keuringen onderzocht door de cki’s vier kranen (opnieuw) te laten keuren. De inspectie heeft een experiment opgezet door twee kranen te huren en bij elke kraan zes gebreken aan te brengen. Alle cki’s die voor dit type kraan zijn aangewezen, hebben deze twee geprepareerde kranen gekeurd.4 Daarnaast zijn twee andere kranen opnieuw gekeurd direct na een reguliere keuring. Deze keuringen werden uitgevoerd door drie andere cki’s. De keuringen zouden hetzelfde resultaat moeten opleveren, omdat elke cki de kraan volgens dezelfde normen toetst. De cki’s hanteren bovendien dezelfde checklist. Er blijken echter verschillen in aantal en soort tekortkomingen te zijn. De ene cki rapporteert bijvoorbeeld (bij een niet geprepareerde kraan) 10 tekortkomingen, terwijl de andere cki over dezelfde kraan 22 tekortkomingen rapporteert. Daarbij is er slechts een gedeeltelijke overlap in de gerapporteerde tekortkomingen. In het onderzoek valt verder op dat cki’s bij dezelfde kraan dezelfde tekortkomingen verschillend wegen. De ene cki weegt een tekortkoming bijvoorbeeld als ‘opmerking’, terwijl de andere cki een ‘schriftelijke afmelding’ verlangt voordat het certificaat wordt verstrekt. De inspectie vindt het opvallend dat bij één cki structureel veel ‘opmerkingen’ worden gerapporteerd. Uit het experiment met de twee geprepareerde kranen blijkt ook dat de cki’s niet alle geprepareerde tekortkomingen rapporteren. Tabel 1 Resultaten met betrekking tot de zes geprepareerde tekortkomingen Geprepareerde kranen Cki 1 Cki 2 Cki 3 Cki 4 Kraan 1 Kraan 2 * geen aanwijzing voor dit type kraan

5 3

6 2

3 3

* 2

Cki 5

Cki 6

Cki 7

3 3

2 3

* 2

Bij de eerste kraan vermeldt één cki alle zes de tekortkomingen en één cki vijf van de zes aangebrachte tekortkomingen. Bij de tweede kraan melden alle cki’s slechts twee of drie van de zes tekortkomingen. De inspectie is van mening dat de totaalscores van de cki’s onvoldoende zijn. Ook valt op dat de cki’s die bij de eerste kraan een hoge score hebben, dit bij de tweede kraan niet hebben. De inspectie constateert niet alleen verschillen in keuringsresultaten tussen de cki’s, maar ook binnen een cki. Dit wijst erop dat een keuring afhankelijk is van de medewerker. Dit wordt bevestigd door de keuringsresultaten van niet-geprepareerde kranen. De inspectie vindt het daarnaast opvallend dat één cki over de gehele linie substantieel minder tekortkomingen rapporteert.

9



De inspectie is van oordeel dat de verschillen in keuringsresultaten van cki’s veel te groot zijn. Deze verschillen beschadigen het vertrouwen in de kwaliteit van de cki en daarmee de waarde van het certificaat. De inspectie verwacht dat de cki’s maatregelen zullen treffen om de keuringen te verbeteren. De inspectie zal een vervolgonderzoek uitvoeren naar de deskundigheid van inspecteurs op het werkveld kranen. Kwaliteit van periodieke keuringen van liften voldoende Met betrekking tot liften zijn in opdracht van de inspectie twaalf liften opnieuw gekeurd. De lift is na de reguliere keuring steeds door twee andere cki’s opnieuw gekeurd. Aanvankelijk bleek uit de keuringsresultaten dat de cki’s bij vijf op de twaalf liften een verschillend oordeel hadden. Dit betekent bijvoorbeeld dat de ene cki wel een certificaat verstrekt en de andere cki niet. Nadere analyse wees uit dat het in vier gevallen plausibel was. In twee gevallen was een tekortkoming naar aanleiding van de eerste keuring gerepareerd. Daarnaast was er sprake van een klein verschil in beoordeling. Het gebrek viel volgens de inspecteur van de ene cki net wel en volgens de inspecteur van een andere cki net niet binnen de toegestane marge. De inspectie acht dit plausibel, maar plaatst hierbij de kanttekening dat de marges niet te groot moeten worden. De inspectie is van oordeel dat de kwaliteit van de periodieke keuringen van de vier aangewezen cki’s voldoende garantie biedt dat de periodiek gekeurde liften aan de veiligheidseisen voldoen.

2.2

5 Centraal College van Deskundigen vertegenwoordigt de belangen van de cki’s. In sommige gevallen stelt zij hiertoe een certificatieschema op.

Toetsing schriftelijke afmelding Verholpen tekortkomingen aan kranen en liften kunnen schriftelijk worden afgemeld aan de cki. Na deze afmelding kan de cki beslissen het certificaat alsnog te verlenen (eventueel na een nieuwe keuring). Beide werkvelden kennen normen die zijn uitgewerkt in een certificatieschema door het Centraal College van Deskundigen.5 Daarbij valt op dat in het certificatieschema voor kranen uitgebreider beschreven wordt op welke manier tekortkomingen afgehandeld moeten worden dan bij liften, daar is de beschrijving summier. Een nieuw certificatieschema voor liften is in ontwikkeling. Toetsing schriftelijk afmelden soms te vrijblijvend bij zowel liften als kranen Bij liftkeuringen valt op dat twee cki’s in verhouding veel tekortkomingen schriftelijk laten afmelden door de eigenaar. Het komt ook voor dat de onderhoudsfirma de afmelding voor zijn rekening neemt. Hierbij vindt geen beoordeling plaats van onderliggende documenten. Eén cki laat niet schriftelijk afmelden, maar voert in principe altijd een herkeuring uit. Bij kranen beoordelen enkele cki’s wel de onderliggende bewijsstukken bij de schriftelijke afmelding. Andere cki’s vinden de melding van de klant voldoende (dit betekent een paraaf van de klant). De cki’s geven aan dat zij de afgemelde tekortkomingen toetsen in de volgende periodieke keuring. Dit is echter minimaal twaalf maanden later. Een cki op het werkveld kranen geeft aan: "Er vindt in principe geen toets plaats op de reparaties die zijn uitgevoerd. Ook niet wanneer onderliggende bewijsstukken ontbreken, bijvoorbeeld een rapport van de onderhoudsfirma of een certificaat bij een vervangen onderdeel. Door de schriftelijke afmelding neemt de opdrachtgever de verantwoordelijkheid voor de staat van de kraan". In het eerste half jaar van 2005 zijn tekortkomingen bij kranen voornamelijk schriftelijk afgemeld. De inspectie heeft geconstateerd dat enkele cki’s genoegen nemen met een afmelding van tekortkomingen zonder onderliggende bewijsstukken. De inspectie verwacht dat de cki, ten minste steekproefsgewijs, de juistheid van de afmelding beoordeelt voordat tot afgifte van het certificaat wordt overgegaan. De inspectie is van oordeel dat de cki’s in gebreke blijven als zij de schriftelijke afmelding door de klant niet op juistheid toetsen voordat het certificaat wordt verleend. Deze handelwijze

10



druist in tegen de taak van de cki, onafhankelijk vaststellen of de kraan of lift voldoet. Daarnaast moet gewaarborgd worden dat elke klant eenzelfde inspanning levert om het certificaat te verkrijgen.

2.3

Naleving Actieve rol cki draagt bij aan betere naleving door klanten Nadat de keuring heeft plaatsgevonden, rapporteert de cki aan de klant de eventuele tekortkomingen. De cki geeft daarbij aan hoe de klant de cki moet informeren over de afhandeling van de tekortkoming. Een cki heeft geen bevoegdheden om op eigen initiatief bij de klant de kraan of lift te onderzoeken, dat kan alleen op verzoek van de klant. Uit het dossieronderzoek blijkt dat ongeveer 40 procent van de klanten in het werkveld kranen na zes maanden de tekortkomingen nog niet heeft opgelost. Bij liften is dit zelfs 57 procent van de klanten. De meeste cki’s wijzen in die situatie hun klanten niet op hun aansprakelijkheid. Enkele cki’s melden soms gevaarlijke situaties aan de Arbeidsinspectie hoewel zij hiertoe niet verplicht zijn. De inspectie stelt vast dat de cki’s in het werkveld kranen hun klanten benaderen zoals voorgeschreven in het certificatieschema. Een aantal cki’s rappelleert de klant echter ook bij het uitblijven van een bericht over de reparatie. Een actieve rol van de cki’s heeft in de meeste gevallen een positief effect op de afhandeling(stermijn) van de klant. Deze benaderingswijze is echter niet verplicht. De inspectie waardeert het dat enkele cki’s de klanten actief benaderen waardoor zij tekortkomingen (sneller) afhandelen. De inspectie constateert dat deze meer controlerende taak van de cki effect heeft. De inspectie acht het daarom noodzakelijk deze taak te stimuleren. Nalevingsrisico bij klant Een deel van zowel lift- als kraaneigenaren lost tekortkomingen die tijdens de keuring zijn geconstateerd niet of pas laat op. Dit betekent dat een lift of kraan niet voldoet aan de eisen die hieraan zijn gesteld. Dit acht de inspectie zorgwekkend aangezien een keuring plaatsvindt aan het eind van de geldigheidsduur van het certificaat. Als het oplossen van de tekortkomingen zo lang op zich laat wachten, betekent dit dat de eigenaar geen geldig certificaat meer heeft. Dit heeft tot gevolg dat de klant de kraan of lift niet mag gebruiken. Een kwart van de eigenaren/ verhuurders van kranen (23 van de 100) heeft in de enquête inderdaad aangegeven soms gebruik te maken van een kraan zonder geldig certificaat. Bij liften geven slechts enkele eigenaren aan gebruik te maken van een lift zonder geldig certificaat. De inspectie twijfelt aan deze enquêteresultaten. Lifteigenaren blijken minder betrokken te zijn bij de lift(keuring). Het initiatief voor de liftkeuring ligt bijvoorbeeld bij de cki of de onderhoudsfirma. Uit dossiers van de cki’s blijkt dat veel tekortkomingen na zes maanden nog niet zijn opgelost. Dit betekent dat de geldigheid van het certificaat inmiddels verlopen is. Vermoedelijk heeft de lifteigenaar een lift in gebruik zonder geldig certificaat. De inspectie verwacht dan ook dat in de praktijk meer liften zonder certificaat in gebruik zijn (met tekortkomingen). De inspectie ziet risico’s in het doelbereik van het stelsel aangezien een aanzienlijk deel van de klanten de tekortkomingen niet of (te) laat afhandelt.

11



12



3

Oordeel Een lift of kraan mag alleen in gebruik zijn als er een geldig ‘certificaat van goedkeuring’ is. Eigenaren hiervan hebben de verantwoordelijkheid de lift of kraan periodiek te laten keuren door een cki. De cki geeft in het keuringsrapport aan of de lift of kraan tekortkomingen heeft. In dat geval kan de eigenaar beslissen om de tekortkomingen te verhelpen of de kraan of lift niet te gebruiken. Als de eigenaar aangeeft dat de tekortkomingen zijn verholpen, beslist de cki of tot certificaatverlening kan worden overgegaan of een nieuwe keuring nodig is. De inspectie verwacht van cki’s dat zij liften en kranen uniform keuren. De inspectie heeft voldoende vertrouwen in de kwaliteit van liftkeuringen, maar onvoldoende vertrouwen in de kwaliteit van kraankeuringen. Op het werkveld kranen is sprake van te grote verschillen in de keuringsresultaten. De cki’s geven aan dat de verschillen deels verminderd kunnen worden door het certificatieschema verder te verduidelijken. Aangezien een keuring plaatsvindt aan het eind van de geldigheidsduur van het certificaat is het belangrijk dat liften kraaneigenaren tekortkomingen snel oplossen. Voor beide werkvelden geldt dat een groot aantal klanten traag of niet reageert op het afhandelen van tekortkomingen. Uit de enquête van de inspectie blijkt ook dat een aanzienlijk deel van de klanten de kraan gebruikt zonder geldig certificaat. De inspectie vermoedt dat dit bij liften eveneens het geval is. De inspectie is daarom van mening dat er een nalevingsrisico is. Enkele cki’s benaderen klanten actief waardoor zij tekortkomingen (sneller) afhandelen. Deze meer controlerende taak van de cki heeft effect op de naleving van de klant. De inspectie acht het daarom noodzakelijk deze taak te stimuleren. Zowel op het werkveld liften als op het werkveld kranen kunnen klanten tekortkomingen schriftelijk afmelden aan de cki. De inspectie is van oordeel dat de cki’s in gebreke blijven als zij de schriftelijke afmelding door de klant niet feitelijk toetsen voordat het certificaat wordt verleend. Samenvattend ziet de inspectie risico’s in het doelbereik van het stelsel, omdat de verschillen in keuringsresultaten op het werkveld kranen te groot zijn, een aanzienlijk deel van de klanten tekortkomingen op beide werkvelden niet of (te) laat afhandelt en de schriftelijke afmelding van tekortkomingen veelal gebeurt zonder beoordeling van onderliggende documenten. Hieruit blijkt dat de impact van het niet verlenen van een certificaat door de cki bij de klant gering is. De Inspectie Werk en Inkomen is van mening dat hierdoor het vertrouwen in de kwaliteit van de cki wordt beschadigd en daarmee de waarde van het certificaat.

13



14



4

6 Twee cki’s zijn zowel werkzaam op het werkveld kranen als op het werkveld liften.

4.1

Reacties betrokken certificatie- en keuringsinstellingen De inspectie heeft de conceptrapportage voor een bestuurlijke reactie voorgelegd aan de negen betrokken cki’s.6 In dit hoofdstuk staat de kern van deze reacties en een reactie van de inspectie. De volledige reactie van de vier cki’s die gereageerd hebben, zijn opgenomen als bijlage.

Aboma + Keboma B.V. Aboma + Keboma onderschrijft het oordeel van de inspectie dat de verschillen in keuringsresultaten te groot zijn op het werkveld kranen. De inspectie geeft in het rapport aan dat cki’s in gebreke blijven als zij schriftelijke afmelding niet op juistheid toetsen. Aboma + Keboma vraagt zich af hoe dit oordeel zich verhoudt tot de constatering in de nota van bevindingen dat het aan de certificaatvrager is om de tekortkomingen op te heffen. Aboma + Keboma onderschrijven de aankondiging van de inspectie dat een vervolgonderzoek gestart zal worden naar de deskundigheid van de inspecteurs op het werkveld kranen.

4.2

HHC/DRS Inspecties B.V. HHC/DRS onderschrijft de betooglijn, de conclusies en het oordeel van de inspectie. Naar de mening van HHC/DRS kunnen er twee soorten verbetermaatregelen worden geformuleerd: 1. Afstemming door de gezamenlijke cki’s op het werkveld kranen leidend tot het dichter bij elkaar brengen van de resultaten en beslissingen van deze cki’s. 2. Een duidelijk en actief regiem van controle en toezicht op de cki’s en certificaathouders door een terzake deskundige IWI en door de Arbeidsinspectie zou moeten leiden tot vermindering van ten onrechte afgegeven certificaten. HHC/DRS merkt hierbij op dat het toezicht momenteel onvoldoende is en los moet worden gezien van de toetsing door de Raad voor Accreditatie. Tevens geeft HHC/DRS aan dat de verbetermaatregelen meerdere malen naar voren zijn gebracht en dat zowel overheid als cki hierin een taak hebben.

4.3

Liftinstituut B.V. Het Liftinstituut wijst er in zijn reactie op dat het rapport twee verschillende typen werkvelden omvat. Het Liftinstituut geeft enkele suggesties en een toelichting om de rapportage over het werkveld liften te verduidelijken. In haar reactie wijst het Liftinstituut op het belang van de onderhoudsbedrijven bij de uitkomst van de keuring. Het Liftinstituut geeft tevens aan dat de verlaging van het werken denkniveau van de liftinspecteur een grote bedreiging is voor de kwaliteit van de keuringen.

4.4

Veturo B.V. Veturo geeft aan geen inhoudelijke bezwaren te hebben tegen het rapport.

15



4.5

Reactie IWI De inspectie constateert dat de cki’s in hun reacties de conclusies en het oordeel van de inspectie onderschrijven. Aboma + Keboma wijst op de verantwoordelijkheid van de certificaatvrager. De inspectie is van mening dat die verantwoordelijkheid onverlet laat dat de cki moet toetsen of de lift of kraan aan de eisen voldoet. Het is aan de cki om te beoordelen of volstaan kan worden met de onderliggende bewijsstukken of dat een nieuwe controle moet worden uitgevoerd.

7 Inspectie Werk en Inkomen, 2005, ‘Werken aan samenwerking’.

8 Inspectie Werk en Inkomen, 2004, ‘Hoog Spel’ en ‘Onafhankelijkheid bij periodieke liftkeuringen’.

16

De inspectie onderschrijft de constatering van HHC/DRS en het Liftinstituut dat verbeteracties ook hun uitwerking hebben op toezicht en handhaving. De inspectie zal nagaan op welke wijze hier invulling aan kan worden gegeven. De inspectie heeft in recent onderzoek7 geconstateerd dat op veel werkvelden de samenwerking tussen de cki’s in voldoende mate gericht is op een juiste en zoveel mogelijk uniforme toepassing van relevante (certificatie)procedures, normen, en dergelijke. Op het werkveld kranen bleek de samenwerking echter onvoldoende. De inspectie gaat er van uit dat het huidige rapport de cki’s voldoende aanleiding geeft om de samenwerking en afstemming te verbeteren. De reactie van het Liftinstituut geeft aan dat zij het in eerdere inspectierapportages geschetste beeld8 nog steeds actueel achten. De inspectie heeft naar aanleiding van de reacties van de cki’s de tekst in het rapport op een aantal punten verduidelijkt.



Begrippenkader Geprepareerde kraan: kraan waaraan in het kader van dit onderzoek van de inspectie bewust tekortkomingen zijn aangebracht. Klant: de persoon die een kraan of lift in eigendom of beheer heeft, dan wel de kraan verhuurt. Naleving: de mate waarin de klant van de cki aan wettelijke eisen ten aanzien van het gebruik van de lift of kraan voldoet. Periodieke keuring / vervolgkeuring: een keuring die één keer in een bepaalde periode moet plaatsvinden. Bij liften is dat elke anderhalf jaar, bij kranen elk jaar (waarvan één keer in de twee jaar door een cki). Tekortkoming: gebrek waardoor de lift of kraan (op een bepaald onderdeel) niet voldoet aan de wettelijke norm die hiervoor gesteld is.

17



Lijst van afkortingen IWI SZW Cki Zbo CCvD

18

Inspectie Werk en Inkomen Sociale Zaken en Werkgelegenheid Certificatie- en keuringsinstelling Zelfstandig bestuursorgaan Centraal College van Deskundigen



Bijlagen Reactie Reactie Reactie Reactie

19

Aboma + Keboma B.V. HHC/DRS Inspecties B.V. Liftinstituut Veturo B.V.



20



28



Publicaties van de Inspectie Werk en Inkomen 2006 R06/04 R06/03 R06/02 R06/01

Controle in concurrentie Uitvoering periodieke keuring en certificatie van kranen en liften Samen dienstverlenen Onderzoek naar de dienstverlening aan klanten met meerdere uitkeringen De controleschakel Onderzoek naar de werking van de controleschakel in de handhavingsketen Doelbinding en beveiliging in de keten van werk en inkomen De beveiliging van Suwinet en de privacy van de burger

2005 R05/24

UWV en Walvis Vierde rapportage R05/23 Tussen oordeel en advies Uitvoering van het deskundigenoordeel 'geschiktheid tot werken' door UWV R05/22 De kortste weg naar werk Een onderzoek naar reïntegratiecoaching WW bij UWV R05/21 Gezocht: werklozen Activiteiten van CWI, UWV en gemeenten om werklozen aan het werk te krijgen in moeilijk vervulbare vacatures voor laag- en ongeschoolde arbeid R05/20 Vangnet of springplank? De reïntegratie van zieke werknemers zonder dienstverband door UWV R05/19 Informatie: aantoonbaar betrouwbaar? Een onderzoek naar de kwaliteit van de niet-financiële informatievoorziening in het SUWI-domein R05/18 Opnieuw beoordeeld R05/17 Zicht op kansen? Onderzoek naar systematische kennisopbouw over bijstandsgerechtigden door gemeenten R05/16 Werken aan samenwerking Een onderzoek naar de invulling van de overlegverplichting van certificatie- en keuringsinstellingen R05/15 De gevolgen van selectie bij reïntegratietrajecten voor WW-gerechtigden R05/14 Invloed van WW-gerechtigden op hun reïntegratietraject R05/13 Beëindiging van dienstbetrekkingen Wsw bij arbeidsongeschiktheid R05/12 Handhaving door de Sociale Verzekeringsbank in 2004 Toezicht op de Wet kinderopvang R05/11 Kiezen en delen De selectie door gemeenten voor reïntegratietrajecten/Casestudies bij acht gemeenten R05/10 Vuurwerk meester Een onderzoek naar de certificering van vakbekwaamheid vuurwerk Jaarplan 2006 Meerjarenplan 2006-2009 R05/09 Pensioen bewaakt Een onderzoek naar het risicogericht toezicht van De Nederlandsche Bank op pensioenfondsen R05/08 Ontwikkeling van het handhavingsbeleid binnen UWV R05/07 UWV en Walvis Derde rapportage R05/06 Intake en beoordeling bij de bijstand

22 29



R05/05

ICT als verbindende schakel Keteninformatisering in het stelsel van werk en inkomen R05/04 Afgesproken? Gemeenten en CWI-vestigingen over onderlinge afspraken in het kader van de uitkeringsintake voor de WWB Jaarverslag 2004 R05/03 Kwaliteit van arbeid: een kwestie van zorg Een onderzoek naar gemeentelijk beleid en sturing op zorg voor kwaliteit van arbeid in de sociale werkvoorziening R05/02 Gebruikswaarde Suwinet-Inkijk R05/01 De certificatie van deskundig toezichthouders verwijdering asbest en crocidoliet

U kunt deze publicaties opvragen bij: Inspectie Werk en Inkomen Afdeling Strategie en communicatie [email protected] www.iwiweb.nl Telefoon (070) 304 44 44 Fax (070) 304 44 45 Prinses Beatrixlaan 82 2595 AL Den Haag Postbus 11563 2502 AN Den Haag

23 30



Controle in concurrentie. Uitvoering periodieke keuring en certificatie van kranen en liften

Recommend Documents