Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Aan deze rapportage werkten mee: Dhr. drs. R.J. Houwen Dhr. drs. E.W.B. Ruitenberg Dhr. M.R. Struikman (projectleider)
R03/17, september 2003 ISSN 1383-8733 ISBN 90-5079-065-8
2
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Voorwoord De Inspectie Werk en Inkomen houdt naast toezicht op uitvoeringsinstanties op het gebied van sociale zekerheid, ook toezicht op certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden en productveiligheid. De rapportage die voor u ligt, is de eerste integrale rapportage van de inspectie die dit toezichtonderdeel belicht. De rapportage geeft u inzicht in activiteiten van certificatie- en keuringsinstellingen in 2002 en het oordeel van de inspectie over bepaalde onderdelen daarvan. In het oordeel van de inspectie over de verantwoordingsinformatie zijn de instellingen niet met naam en toenaam genoemd. Daarom is dit oordeel niet voor hoor en wederhoor aan de certificatie- en keuringsinstellingen voorgelegd. Bij de twee in het rapport vermelde onderzoeken over de rechtmatige uitvoering is dit wel gebeurd. Als zelfstandig bestuursorgaan draagt elke certificatie- en keuringsinstelling een belangrijke eigen verantwoordelijkheid dat zij naar behoren functioneert conform de gestelde regels. De inspectie ziet erop toe dat de instellingen deze verantwoordelijkheid daadwerkelijk waarmaken. Het toezicht van de inspectie op certificatie- en keuringsinstellingen is in ontwikkeling. In de afgelopen jaren, dus ook in 2002, was het toezicht voornamelijk gericht op de kwaliteit van de jaarverantwoordingen van de instellingen. In de komende jaren zal de inspectie het toezicht op de kwaliteit van de uitvoering meer aandacht gaan geven. Voor het toezicht op de uitvoering door certificatie- en keuringsinstellingen zijn geschatte of manifest geworden risico’s bepalend. Aan klachten of praktijksignalen, die voor de uitvoering risico’s inhouden, besteedt de inspectie in het bijzonder aandacht. Bevindingen van de Arbeidsinspectie en de Raad voor Accreditatie betrekt de inspectie zo veel mogelijk bij haar toezichtoordeel.
Mr. L.H.J. Kokhuis Inspecteur-generaal Werk en Inkomen
3
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
4
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Inhoud Samenvatting
7
1
Toezicht op certificatie- en keuringsinstellingen
9
2 2.1 2.2 2.3
Oordeel over certificatie- en keuringsinstellingen Kwantitatieve gegevens Oordeel Signalen
11 11 11 12
3 3.1 3.2 3.3 3.4
Productcertificatie en -keuring Introductie Kwantitatieve gegevens Oordeel Signalen
13 13 13 14 14
4 4.1 4.2 4.3 4.4
Persoonscertificatie Introductie Kwantitatieve gegevens Oordeel Signalen
17 17 17 17 18
5 5.1 5.2 5.3 5.4
Certificeren Arbodiensten (Systeemcertificatie) Introductie Kwantitatieve gegevens Oordeel Signalen
19 19 19 20 20
6 6.1 6.2 6.3 6.4
Gebruik van accreditatie voor het toezicht Introductie Specifieke accreditatie Stand van zaken bij de accreditatie van CKI’s Afwijkingen geconstateerd door de Raad voor Accreditatie
21 21 21 21 22
Lijst van afkortingen
23
Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
1: 2: 3: 4: 5:
Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht
CKI's CKI's productcertificatie en -keuring CKI's persoonscertificatie CKI's systeemcertificatie specifieke accreditaties CKI's
Publicaties van de Inspectie Werk en Inkomen
5
Inspectie Werk en Inkomen
25 27 29 31 33 35
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
6
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Samenvatting De Inspectie Werk en Inkomen (IWI) houdt toezicht op de certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden en productveiligheid (CKI’s) om vast te stellen of ze hun taak rechtmatig en doeltreffend uitvoeren. Voorbeelden zijn instellingen die toezichthouders op asbestsloop certificeren, keuringsinstellingen voor liften of kranen en certificerende instellingen voor Arbodiensten. In Nederland waren er in 2002 24 CKI’s die op de wettelijke werkvelden samen een omzet van 19,5 miljoen euro hebben behaald. In 2001 was dat nog ruim 13 miljoen. De meeste instellingen zijn werkzaam op het gebied van productcertificatie en -keuring. Op dit gebied wordt ook het grootste aantal certificaten afgegeven en ook de grootste omzet behaald. De CKI’s gaven ruim zestigduizend certificaten af, waarvan ruim 56.000 op het gebied van productcertificatie en -keuring. De CKI’s moeten zich elk jaar voor 1 maart verantwoorden over hun wettelijke activiteiten in het voorgaande kalenderjaar. De inspectie heeft deze jaarverantwoordingen 2002 van de CKI’s beoordeeld op kwaliteit en tijdige aanlevering. Tevens heeft de inspectie in 2002 twee onderzoeken uitgevoerd naar aanleiding van signalen over een niet-rechtmatige uitvoering. Bij één van de onderzoeken werd onrechtmatig handelen aangetoond bij het afgeven van certificaten van vakbekwaamheid. De betrokken CKI heeft de onrechtmatigheden gecorrigeerd en maatregelen genomen om in de toekomst rechtmatig te functioneren. De inspectie zal dit in 2003 verifiëren. Bij het andere onderzoek werden geen onrechtmatigheden geconstateerd. In deze fase van de ontwikkeling van het toezicht op CKI’s, heeft de inspectie geen representatief onderzoek gedaan naar de uitvoering op de aspecten rechtmatigheid en doeltreffendheid. Er zijn geen indicaties vanuit de Arbeidsinspectie of de CKI’s zelf dat de uitvoering door de instellingen onrechtmatig of ondoeltreffend is geweest. Ook de bevindingen van de onderzoeken en controles, die de Raad voor Accreditatie bij een aantal van de CKI’s heeft uitgevoerd, geven daarvoor geen indicatie. Het toezicht op de financiële rechtmatigheid van de uitvoering is beperkt. De inspectie controleert of de aangewezen instellingen het wettelijk vastgestelde maximum uurtarief niet overschrijden. Een groot deel van de CKI’s is geaccrediteerd door de Raad van Accreditatie. Als een accreditatie specifiek is voor het werkterrein waarvoor CKI’s zijn aangewezen, is er een basis gelegd voor het behoorlijk functioneren van de instellingen op dat wettelijke terrein. Oordeel De inspectie is van oordeel dat verbetering nodig is in de kwaliteit en in de tijdige aanlevering van de jaarverantwoordingen van de CKI’s. Van de 24 CKI’s heeft de helft hun jaarverantwoording over 2002 tijdig aangeleverd, dus voor 1 maart 2003. Bij veertien van de 24 CKI’s voldeed de jaarverantwoording direct aan de gestelde kwaliteitseisen. In de gevallen waarin de kwaliteit van de jaarverantwoordingen tekortschoot, heeft de inspectie de CKI’s daarop gewezen. Dit heeft ertoe geleid dat de jaarverantwoordingen over 2002 inmiddels alle voldoen aan de vereisten. Gelet op de door CKI’s verstrekte informatie over hun maximum uurtarieven in 2002 concludeert de inspectie dat de CKI’s het maximum wettelijk uurtarief in dat jaar niet overschreden. Signalen De instellingen hebben de inspectie op de hoogte gebracht van hun ervaringen en knelpunten bij de uitvoering van hun wettelijke taak op de verschillende werkvelden. Dit is één van de onderwerpen waarover CKI’s verplicht moeten rapporteren. Voor zover deze signalen een risico kunnen inhouden voor de uitvoering door de CKI’s, zal de inspectie deze opnemen in haar toezichtsprogrammering voor de komende jaren. Een aantal voorbeelden van die ervaringen en knelpunten zijn in deze rapportage opgenomen.
7
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
8
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
1
1 De Wet op de gevaarlijke werktuigen is op 1 september 2003 geintegreerd in de Warenwet.
Toezicht op certificatie- en keuringsinstellingen Certificatie- en keuringsinstellingen De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) wijst private instellingen aan die gerechtigd zijn om op te treden als certificatie- en keuringsinstelling (CKI) op het gebied van arbeidsomstandigheden of productveiligheid. De Inspectie Werk en Inkomen houdt toezicht op deze CKI’s. In de aanwijzingsbeschikking stelt de minister van SZW eisen aan het functioneren van de CKI’s. Verder moet een CKI de voorschriften naleven die zijn opgenomen in de Arbeidsomstandighedenwet of de Wet op de gevaarlijke werktuigen.1 Sommige van die eisen zijn afgeleid van Europese richtlijnen die de veiligheid van producten als machines, liften en drukapparatuur regelen. De CKI’s leveren met hun certificaten en keuringen een bijdrage aan het voorkomen en verminderen van gezondheids- en veiligheidsrisico’s. Een gezonde en veilige werkomgeving draagt in belangrijke mate bij aan het voorkomen van uitval en verzuim (onder andere de beperking van de WAO-instroom en beperking van maatschappelijke kosten en inactiviteit van zieke medewerkers). De CKI’s zijn werkzaam op drie gebieden: • productcertificatie en -keuring, bijvoorbeeld keuring en certificatie van personenliften en drukapparatuur; • persoonscertificatie, bijvoorbeeld certificatie vakbekwaamheid asbestslopers en certificatie van kraanmachinisten; • systeemcertificatie, te weten certificatie van arbodiensten. In 2002 waren er 24 CKI’s die deze wettelijke taken uitvoerden, in 2001 waren dat er nog 22. In de bijlagen 1 tot en met 4 zijn de CKI’s en de werkvelden, waarop ze werkzaam zijn, opgesomd. Veel instellingen zijn werkzaam op meer dan één werkveld.
2 Dit toezicht vindt plaats ingevolge artikel 25 van de Arbeidsomstandighedenwet en artikel 7b van de Warenwet (vanaf 1 september 2003). In de Wet op de gevaarlijke werktuigen ontbrak een specifieke bepaling. 3 De EN 45000-normenserie bevat Europese normen, waaraan certificatie- en keuringsinstellingen moeten voldoen op het gebied van productkeuring, productcertificatie, persoonscertificatie en systeemcertificatie. De normen hebben een privaat karakter. De na te leven criteria hebben onder meer betrekking op de onafhankelijkheid, integriteit en competentie (waaronder deskundigheid) van de instellingen en hun personeel.
Doel en werkwijze van het toezicht De inspectie houdt toezicht op de CKI’s om vast te stellen of ze hun taak rechtmatig en doeltreffend uitvoeren.2 In 2002 heeft de inspectie beoordeeld of de jaarverantwoordingen van de CKI’s voldoende kwaliteit hadden, aan de wettelijke normen voldeden en tijdig opgestuurd waren. Een groot deel van de CKI’s is geaccrediteerd door de Raad van Accreditatie. Voor het toezicht op de uitvoering baseert de inspectie zich mede op de bevindingen van de Raad voor Accreditatie. Accreditatie geeft vertrouwen dat een instelling volgens de toegepaste normen kan functioneren en ook functioneert. Dat zijn in elk geval de internationale normen voor kwaliteitszorg.3 Met veel CKI’s is bij hun aanwijzing de afspraak gemaakt dat ze zich specifiek voor het betreffende werkterrein volgens wettelijke normen zouden laten accrediteren. De wettelijke normen zijn dan vastgelegd in zogeheten wetgevingspecifieke certificatie- of accreditatieschema’s. Als een accreditatie specifiek is, is er een basis gelegd voor het behoorlijk functioneren van de betrokken instelling op het wettelijke terrein. Daarnaast heeft de inspectie de uitvoering in 2002 beoordeeld naar aanleiding van twee signalen over niet-rechtmatige uitvoering. Het toezicht op de financiële rechtmatige uitvoering is beperkt. De inspectie toetst of de aangewezen instellingen het wettelijk vastgestelde uurtarief niet overschrijden. Overigens oefent de inspectie geen controle uit op het nakomen van de certificaatverplichtingen door werkgevers, werknemers en fabrikanten. Deze handhavende taak op het gebied van arbeidsomstandigheden voert de Arbeidsinspectie uit. Leeswijzer In hoofdstuk twee geeft de inspectie een (samenvattend) oordeel over alle CKI’s. De hoofdstukken drie, vier en vijf bevatten afzonderlijke oordelen over de CKI’s per werkgebied.
9
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Hoofdstuk zes gaat in op het gebruik van accreditatie voor het toezicht door de inspectie. Door het rapport heen zijn voorbeelden gegeven van ervaringen en knelpunten, zoals de CKI’s die aan de inspectie hebben gerapporteerd.
10
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
2
Oordeel over certificatie- en keuringsinstellingen
2.1
Kwantitatieve gegevens
4 De totaalomzet over 2002 wijkt af van die in het jaarverslag 2002 van IWI, omdat enkele CKI’s sinds de verschijning van dit jaarverslag exactere omzetgegevens ter beschikking hebben gesteld.
2.2
De CKI’s hebben in 2002 een totale omzet van 192 miljoen euro behaald ten opzichte van ruim 188 miljoen in 2001.4 De omzet in 2002 op de wettelijke werkvelden was 19,5 miljoen euro. In 2001 was dat ruim dertien miljoen euro. De meeste instellingen zijn werkzaam op het gebied van productcertificatie en -keuring. Op dit gebied wordt ook het grootste aantal certificaten afgegeven en ook de grootste omzet behaald. De CKI’s gaven ruim zestigduizend certificaten af, waarvan ruim 56.000 op het gebied van productcertificatie en -keuring. Verder deden de instellingen in 2002 ruim zestigduizend keuringen, ten opzichte van bijna 54.000 in het jaar daarvoor. In vergelijking met 2001 zijn in 2002 zowel de totaalomzet van de CKI’s als de omzet op de wettelijke werkvelden toegenomen. De omzetstijging van 50 procent op het wettelijke terrein is voor een belangrijk deel te verklaren, omdat er in 2002 voor drukapparatuur meer keuringen zijn verricht en certificaten zijn afgegeven. Gelet op de gegevens die de CKI’s verstrekken en de wettelijke normstelling, hanteerden de CKI’s zowel in 2002 als in 2001 een maximum uurtarief dat beneden het maximum wettelijke uurtarief ligt.
Oordeel Kwaliteit van de verantwoordingsinformatie De CKI’s moeten zich elk jaar voor 1 maart verantwoorden over hun wettelijke activiteiten in het voorgaande kalenderjaar. De onderwerpen van deze rapportage zijn wettelijk vastgelegd in het Arbeidsomstandighedenbesluit en in aanwijzingsbeschikkingen van de CKI’s. De inspectie heeft getoetst of de jaarverantwoording tijdig is afgegeven en met voldoende kwaliteit. Van de 24 CKI’s heeft de helft hun jaarverantwoording over 2002 tijdig aangeleverd, dus voor 1 maart 2003. Dit is een verbetering ten opzichte van 2001 toen negen van de 22 CKI’s op tijd waren. De jaarverantwoordingen van de CKI’s moeten voldoen aan de vereisten van de wetgeving, dat wil zeggen dat de verantwoording volledig en voor de ontvanger begrijpelijk moet zijn. Bij veertien van de 24 CKI’s voldeed de jaarverantwoording over 2002 direct aan deze kwaliteitseisen. Dit is een verbetering ten opzichte van 2001 toen de verantwoording zeven van de 22 CKI’s direct aan de wettelijke vereisten voldeden. In de gevallen waarin de kwaliteit van de jaarverantwoordingen tekortschoot, heeft de inspectie de CKI’s daarop gewezen. Dit heeft ertoe geleid dat de jaarverantwoordingen over 2001 en 2002 inmiddels allemaal voldoen aan alle vereisten. De inspectie is van oordeel dat verbetering nodig is in de tijdige aanlevering en in de kwaliteit van de jaarverantwoordingen van de CKI’s. Kwaliteit van de uitvoering De inspectie heeft in 2002 twee onderzoeken uitgevoerd naar aanleiding van signalen over een mogelijk niet-rechtmatige uitvoering. In één geval was er sprake van onrechtmatig handelen, in het andere geval niet. In de hoofdstukken drie en vier is op deze onderzoeken ingegaan. In deze fase van de opbouw van het toezicht op CKI’s, heeft de inspectie daarnaast geen representatief onderzoek gedaan naar de uitvoering op de aspecten rechtmatigheid en doeltreffendheid. Er zijn geen indicaties vanuit de Arbeidsinspectie of de CKI’s zelf dat de uitvoering door de instellingen onrechtmatig of ondoeltreffend is geweest. Ook de bevindingen van de onderzoeken en controles, die de Raad voor Accreditatie bij een aantal van de CKI’s heeft uitgevoerd, geven daarvoor geen indicatie. In hoofdstuk zes wordt gerapporteerd over de bevindingen van de Raad voor Accreditatie.
11
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
2.3
Signalen In hun verantwoordingsinformatie hebben de CKI’s de inspectie op de hoogte gebracht van hun ervaringen en knelpunten bij de uitvoering van hun wettelijke taak. Dit is één van de onderwerpen waarover CKI’s verplicht moeten rapporteren. Voor zover deze signalen een risico kunnen inhouden voor de uitvoering door de CKI’s, zal de inspectie deze opnemen in haar toezichtsprogrammering voor de komende jaren. De signalen hebben grotendeels betrekking op de wettelijk stelsels en op de werking daarvan. Twee signalen van algemene aard zijn hierna als voorbeeld opgenomen. De hoofdstukken drie, vier en vijf bevatten voor de verschillende werkgebieden enkele signalen.
5 De ongewenste effecten doen zich vooral voor op werkvelden waarop vroeger concurrentie ontbrak. Om de effecten op de kwaliteit van de uitvoering van keuringen na te gaan, heeft de inspectie een onderzoek gepland.
12
Marktwerking Verschillende CKI’s wijzen op ongewenste effecten van marktwerking op hun werkgebied. Oneerlijke werving van klanten, te lage tarieven en verschillen in certificatie of keuring leiden volgens deze CKI’s tot oneerlijke concurrentie.5 Specifieke accreditaties Een CKI vindt de toegevoegde waarde van de accreditatie die SZW verlangt, in geen verhouding staan tot de daarvoor te maken kosten. Deze kosten worden in het buitenland niet gemaakt. Meerdere CKI’s ondervinden capaciteitsproblemen bij de Raad voor Accreditatie om tot een afronding te komen van de specifieke accreditaties die zij aanvragen.
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
3
Productcertificatie en -keuring
3.1
Introductie Vanouds rekent het Ministerie van SZW het tot zijn taak veiligheids- en gezondheidseisen te stellen aan producten en arbeidsmiddelen die tijdens het werk worden gebruikt. Gebleken is dat veilige producten en arbeidsmiddelen een bijdrage leveren aan kwalitatief goede arbeidsomstandigheden en daarmee aan de voorkoming van uitval van werknemers. De veiligheids- en gezondheidseisen voor producten en arbeidsmiddelen zijn opgenomen in de Wet op de gevaarlijke werktuigen en de Arbeidsomstandighedenwet. De producten en arbeidsmiddelen die de grootste risico’s kunnen opleveren, zoals een personenlift of een drukapparaat, moeten worden gekeurd of gecertificeerd door een certificatie- of keuringsinstelling, die door de minister van SZW is aangewezen. De aangewezen CKI’s, die deze certificaten mogen afgeven, staan onder toezicht van de inspectie.
6 Een CE-markering is geen keurmerk, maar een ‘paspoort’ tot vrij handelsverkeer. Een CE-markiering wordt op een product aangebracht door de fabrikant/leverancier. Met deze markering verklaart deze dat hij heeft voldaan aan de Europese eisen.
3.2
Productcertificatie en -keuring hebben ten doel vast te stellen of een product voldoet aan vooraf gestelde eisen ter bescherming van de veiligheid en gezondheid van personen die met dit product werken of het gebruiken. Productcertificatie en -keuring gebeuren in beginsel in alle fasen van de technische levensduur van een product. Als belangrijkste fasen worden onderscheiden de fase van fabricage en verhandelen en de fase van ingebruikname en gebruik van het product. In de fase van fabricage en verhandelen zijn de certificatie- en keuringsverplichtingen een gevolg van Europese productveiligheidsrichtlijnen voor liften, machines, drukapparatuur, explosieveilig materieel en persoonlijke beschermingsmiddelen. Doel van deze richtlijnen is om handelsbelemmeringen op te heffen binnen de Europese Unie en tegelijkertijd essentiële veiligheids- en gezondheidsvoorschriften voor producten vast te leggen. De naleving van deze voorschriften rust primair op de fabrikant of zijn leverancier. Een product dat aan de Europese voorschriften voldoet is herkenbaar aan een CE-markering.6 In de fase van ingebruikname en gebruik zijn de keuring- en certificatieverplichtingen van nationale oorsprong. De naleving van de verplichtingen in deze fase is de verantwoordelijkheid van eigenaren, zoals werkgevers en liftbeheerders.
Kwantitatieve gegevens Bijlage 2 geeft een overzicht van de CKI’s op het gebied van productcertificatie en -keuring en van de specifieke werkvelden waarvoor zij zijn aangewezen. In 2002 waren deze zestien CKI’s werkzaam op acht werkvelden zoals het keuren en certificeren van hijskranen. In 2001 bedroeg het aantal CKI’s veertien, die op zeven werkvelden werkten. Negen CKI’s waren in 2002 werkzaam op meer dan één werkveld onder productcertificatie en -keuring. De betrokken CKI’s hebben zowel in 2002 als in 2001 een totale omzet van ruim 148 miljoen euro gemaakt. De omzet op de werkvelden was 18,4 miljoen euro. In 2001 was dat bijna 12 miljoen euro. De instellingen gaven in 2002 ruim 56.000 certificaten af, terwijl in 2001 dit aantal nog 49.000 was. Verder verrichten de instellingen in 2002 bijna 61.000 keuringen, ten opzichte van bijna 54.000 in het jaar daarvoor. Bij een nagenoeg gelijkblijvende totaalomzet van de CKI’s is in 2002 de omzet op de wettelijke werkvelden toegenomen. De omzetstijging in 2002 voor productkeuring en -certificatie is voor een belangrijk deel te verklaren door een toename van het aantal certificaten en keuringen op het gebied van drukapparatuur. Gelet op de gegevens die de CKI’s verstrekten, hanteerden de CKI’s zowel in 2002 als in 2001 een maximum uurtarief dat beneden het wettelijke uurtarief van maximaal 160 euro ligt.7 7 Er gelden afwijkende wettelijke maximum uurtarieven voor twee werkvelden: de EG-richtlijn persoonlijke beschermingsmiddelen en het nationaal keuringsregime voor mobiele kranen en torenkranen. Deze uurtarieven bedragen respectievelijk maximaal 205 en maximaal 182 euro. De maximum uurtarieven van de CKI’s lagen in 2001 en 2002 ook op die werkvelden onder de wettelijke tarieven.
13
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
3.3
Oordeel Kwaliteit van de verantwoordingsinformatie Van de zestien CKI’s heeft de helft hun jaarverantwoording over 2002 tijdig, dat wil zeggen voor 1 maart 2003, aangeleverd. Dit is een gelijk resultaat als in 2001 toen zeven van de veertien CKI’s op tijd waren. De jaarverantwoordingen van de CKI’s moeten voldoen aan de vereisten van de wetgeving, dat wil zeggen dat de verantwoording volledig en voor de ontvanger begrijpelijk moet zijn. Bij de helft van de zestien CKI’s voldeed de jaarverantwoording over 2002 direct aan deze kwaliteitseisen. Dit is een verbetering ten opzichte van 2001 toen de verantwoording vijf van de veertien CKI’s direct aan de wettelijke vereisten voldeden. In de gevallen waarin de kwaliteit van de jaarverantwoordingen tekortschoot, heeft de inspectie de CKI’s daarop gewezen. Dit heeft ertoe geleid dat de jaarverantwoordingen over 2001 en 2002 inmiddels voldoen aan alle vereisten. De inspectie is van oordeel dat verbetering nodig is in de tijdige aanlevering en in de kwaliteit van de jaarverantwoordingen van de CKI’s. Kwaliteit van de uitvoering In 2002 heeft de inspectie op het gebied van productcertificatie en -keuring één onderzoek ingesteld en wel op het terrein van keuring en certificatie van liften. Het onderzoek betrof een klacht van Bureau Veritas Quality International B.V. over het vermoedelijk onrechtmatig handelen (en daarmee een concurrentievoordeel bereiken) van een andere CKI, het Nederlands Instituut voor de Lifttechniek. IWI constateerde echter geen onrechtmatig handelen. De inspectie heeft bij de CKI’s die op het betreffende werkveld in concurrentie werkzaam zijn (vijf instellingen) erop aangedrongen regelmatig met elkaar te overleggen, zoals ook in de wet is vastgelegd. In deze fase van de ontwikkeling van het toezicht op CKI’s, heeft de inspectie daarnaast geen representatief onderzoek gedaan naar de uitvoering op de aspecten rechtmatigheid en doeltreffendheid. Er waren geen indicaties vanuit de Arbeidsinspectie, de CKI’s of de Raad voor Accreditatie dat de uitvoering door de instellingen onrechtmatig of ondoeltreffend is geweest.
3.4
Signalen De CKI’s hebben de inspectie op de hoogte gebracht van hun ervaringen en knelpunten bij de uitvoering van hun wettelijke taak. Hieronder zijn enkele signalen vermeld over het stelsel van productcertificatie en -keuring. Signalen van algemene aard zijn opgenomen in hoofdstuk twee. Afstemming tussen Europese CKI’s (notified bodies) Het grootste, algemene knelpunt op de werkvelden blijft het grote aantal notified bodies in Europa en het (nog) ontbreken van voldoende technische maatstaven en/of interpretaties hierop. Bij hun activiteiten hanteren de Europese notified bodies lang niet allemaal dezelfde normen en maatstaven. Certificeren en keuren van drukapparatuur Volgens verschillende CKI’s bestaat er kennisachterstand bij veel fabrikanten, gebruikers en belanghebbenden (regionale overheden) over de impact van het nieuwe Besluit drukapparatuur dat sinds 1 januari 2002 van kracht is. Ook ontbreekt het aan de bereidheid om het Besluit drukapparatuur na te leven. Vooral fabrikanten in de koeltechnische branche hebben veel extra aandacht en uitleg nodig omdat die niet gewend zijn om ontwerp- en fabricagegegevens te documenteren. Certificeren en keuren van liften Liftenfabrikanten/-installateurs zijn volgens een CKI fel gekant tegen de wettelijke voorgeschreven ingebruikname-keuringen en willen dat deze keuring wordt afgeschaft. Deze CKI heeft als ervaring dat bij circa vijftig procent van de ingebruiknamekeuringen tekortkomingen worden geconstateerd. Veel voorkomende tekortkomingen zijn: het ontbreken van een werkende spreek-luisterverbinding, slechte afwerking van vloeren en kozijnen, water in de put, gebreken aan de verlichting, onvolledige of onjuiste documentatie.
14
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
EG-richtlijn machines De Richtlijn machines schrijft voor dat het technisch constructiedossier van een machine, die valt onder bijlage IV van de richtlijn en die geheel voldoet aan de geharmoniseerde Europese normen, bij een Europese CKI in bewaring moet worden gegeven. De ervaring van één van de Nederlandse CKI’s is dat fabrikanten niet bekend zijn met deze eis van de richtlijn en dat velen van hen dan ook niet aan deze verplichting voldoen.
15
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
16
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
4
Persoonscertificatie
4.1
Introductie Om een vak goed te kunnen uitoefenen, zijn kennis en kunde op het werkgebied onontbeerlijk. Dat geldt in het algemeen, maar zeker als er op het werk grote veiligheids- of gezondheidsrisico’s aan de orde zijn. Als bijvoorbeeld een torenkraanmachinist of een asbestverwijderaar ondeskundig handelt, kan dat ernstig ongevallen of gezondheidsschade tot gevolg hebben. De wetgever is zich daarvan bewust. Volgens de Arbeidsomstandighedenwet mogen daarom tal van risicovolle werkzaamheden slechts worden verricht door vakkundige personen, die in het bezit zijn van een certificaat van vakbekwaamheid. De aangewezen CKI’s op het gebied van persoonscertificatie, die deze certificaten mogen afgeven, staan onder toezicht van IWI. Persoonscertificatie heeft als doel ervoor te zorgen dat een persoon blijvend voldoet aan vooraf gestelde vakbekwaamheidseisen (de zogeheten eind- en toetstermen), in dit geval ter bescherming van de veiligheid en gezondheid van personen in een arbeidssituatie. Een certificaat van vakbekwaamheid wordt afgegeven, nadat betrokkene op een examen of op een andere wijze heeft aangetoond dat hij aan de gestelde eisen voldoet. Belangrijk onderdeel van het stelsel is, dat de CKI periodiek controleert of een certificaathouder competent blijft. Certificaten van vakbekwaamheid hebben daarom een beperkte geldigheid. Na afloop van de geldigheidstermijn moet betrokkene tijdens het herexamen of door een registratie van praktijkervaring aantonen, dat hij nog steeds aan de eisen voldoet. Indien dat zo is, krijgt betrokkene opnieuw een certificaat (hercertificatie). De naleving van de certificatieverplichtingen is in de Arbeidsomstandighedenwet een verantwoordelijkheid van werknemers en werkgevers.
4.2
Kwantitatieve gegevens Bijlage 3 geeft een overzicht van de CKI’s op het gebied van persoonscertificatie en van de specifieke werkvelden waarvoor zij zijn aangewezen. In 2002 waren acht CKI’s werkzaam op acht werkvelden. In 2001 bedroeg het aantal CKI’s ook acht, maar op zeven werkvelden. Drie CKI’s waren in 2002 werkzaam op meer dan één van de werkvelden onder persoonscertificatie. De CKI’s hebben in 2002 een totale omzet van 55,3 miljoen euro behaald, ten opzichte van ruim 50,8 miljoen euro in 2001. De omzet op de wettelijke werkvelden in 2002 bedroeg ruim 730.000 euro. In 2001 was dat 938.000 euro. De instellingen gaven 4.186 certificaten af, terwijl in 2001 dit aantal nog 3.521 was. De kleinere omzet van de CKI’s op de wettelijke werkvelden wordt vrijwel geheel veroorzaakt door een omzetdaling op het werkveld ‘Certificeren vakbekwaamheid toezichthouder asbestverwijdering’. Het aantal certificaten is toegenomen, omdat op het gebied van het certificeren van machinisten van mobiele kranen, torenkranen en mobiele hei-installaties ruim 1100 certificaten meer zijn afgegeven dan in 2001 het geval was. Gelet op de gegevens die de CKI’s verstrekten, hanteerden de CKI’s zowel in 2002 als in 2001 een maximum uurtarief dat beneden het wettelijke uurtarief van maximaal 182 euro ligt. Een CKI gaf aan in de praktijk niet met een uurtarief te werken. Deze CKI is erop gewezen dat zij deze informatie alsnog dient te verstrekken.
4.3
Oordeel Kwaliteit van de verantwoordingsinformatie Van de acht CKI’s heeft de helft hun jaarverantwoording over 2002 tijdig, dat wil zeggen voor 1 maart 2003, aangeleverd. Dit is een verbetering ten opzichte van 2001 toen drie van de acht CKI’s op tijd waren. De jaarverantwoordingen van de CKI’s moeten voldoen aan de vereisten van de wetgeving, dat wil zeggen dat de verantwoording volledig en voor de ontvanger begrij-
17
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
pelijk moet zijn. Bij zeven van de acht CKI’s voldeed de jaarverantwoording over 2002 direct aan de wettelijke kwaliteitseisen. Dit is een belangrijke verbetering ten opzichte van 2001 toen de verantwoording van slechts één CKI’s direct aan de wettelijke vereisten voldeed. In de gevallen waarin de kwaliteit van de jaarverantwoordingen tekortschoot, heeft de inspectie de CKI’s daarop gewezen. Dit heeft ertoe geleid dat de jaarverantwoordingen over 2001 en 2002 inmiddels voldoen aan alle vereisten. De inspectie is van oordeel dat verbetering nodig is in de tijdige aanlevering en in de kwaliteit van de jaarverantwoordingen van de CKI’s. Kwaliteit van de uitvoering In 2002 heeft de inspectie op het gebied van persoonscertificatie één onderzoek ingesteld. Het onderzoek betrof het al dan niet rechtmatig afgeven van certificaten van vakbekwaamheid Deskundig Toezichthouder Asbestsloop. Geconstateerd is dat Intron Certificatie B.V. enkele certificaten Deskundig Toezichthouder Asbestsloop onterecht heeft verleend. Ook bleek dat op veertig certificaten een afgiftedatum was vermeld die verwees naar een tijdstip waarop de betrokken CKI nog niet gerechtigd was het certificaat te verstrekken. De CKI heeft de onrechtmatigheden opgelost en maatregelen getroffen om herhaling te voorkomen. De inspectie heeft vastgesteld dat met deze maatregelen de onrechtmatigheden, op één uitzondering na, zijn opgeheven. Eén onterecht verstrekt certificaat kon de CKI niet innemen, omdat de certificaathouder niet meer was te achterhalen. De Arbeidsinspectie is daarvan op de hoogte gesteld. De certificatieprocedure die de CKI hanteert, voldoet aan de eisen. Deze bevindingen geven vertrouwen dat de CKI in de toekomst rechtmatig zal kunnen functioneren. De inspectie zal dit in 2003 verifiëren. In deze fase van de opbouw van het toezicht op CKI’s, heeft de inspectie daarnaast geen representatief onderzoek gedaan naar de uitvoering op de aspecten rechtmatigheid en doeltreffendheid. Er waren geen indicaties vanuit de Arbeidsinspectie, de CKI’s of de Raad voor Accreditatie dat de uitvoering door de instellingen onrechtmatig of ondoeltreffend is geweest.
4.4
Signalen De CKI’s hebben de inspectie op de hoogte gebracht van hun ervaringen en knelpunten bij de uitvoering van hun wettelijke taak. Hieronder zijn enkele signalen vermeld over het stelsel van persoonscertificatie. Signalen van algemene aard zijn opgenomen in hoofdstuk twee. Persoonscertificatie Eén van de CKI’s heeft erop gewezen, dat er reglementering ontbreekt voor het sanctioneren van certificaathouders die in de praktijk onjuist handelen. Certificeren van de vakbekwaamheid van ‘kleine’ beroepsgroepen De geringe omvang van de beroepsgroepen ‘gasdeskundigen tankschepen’ en ‘springmeesters (Slopen met springstoffen)’ is een bron van voortdurende zorg. Continuering van de desbetreffende certificatiesystemen is niet vanzelfsprekend. Certificeren vakbekwaamheid deskundigen professioneel vuurwerk Een relatief groot deel van de branche is zeer afwachtend geweest met het volgen van de opleiding en het aanvragen van het certificaat. Dit heeft geleid tot een inhaalslag in begin 2003. Het begrip certificatie was relatief nieuw voor de branche en heeft geleid tot veel (telefonische) communicatie en toelichting. Dit heeft de CKI veel tijd en inspanning gekost.
18
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
5
Certificeren Arbodiensten (Systeemcertificatie)
5.1
Introductie
• • • •
Volgens de Arbeidsomstandighedenwet moet de werkgever zich laten bijstaan door een Arbodienst voor de volgende diensten: het verlenen van medewerking aan het opstellen van een risico-inventarisatie en -evaluatie waaronder het toetsen ervan en het adviseren daarover; de bijstand bij de begeleiding van werknemers die door ziekte niet in staat zijn hun arbeid te verrichten; het uitvoeren van het arbeidsgezondheidskundig onderzoek en de aanstellingskeuring, indien de werkgever deze laat verrichten; het houden van een arbeidsomstandighedenspreekuur. Een groot aantal factoren zijn bepalend voor de kwaliteit van de diensten, die worden verleend. Wettelijke certificatie wordt gebruikt als instrument om de competentie en kwaliteit van de dienstverlening van Arbodiensten te borgen. De certificaten Arbodiensten worden verleend door certificatie-instellingen die door de minister van SZW zijn aangewezen. De aangewezen CKI’s, die Arbodiensten mogen certificeren, staan onder toezicht van IWI. De minister van SZW wijst op grond van artikel 20 van de Arbeidsomstandighedenwet instellingen aan, die certificaten aan Arbodiensten mogen afgeven. Deze CKI’s zijn ook bevoegd om certificaten weer in te trekken. Aan een aanwijzing verbindt de minister voorwaarden. Het private toezicht op de aangewezen instelling wordt uitgeoefend door de Raad voor Accreditatie. De Raad toetst of het kwaliteitssysteem van een certificatie-instelling aan de norm EN 45012 voldoet en specifiek of de CKI voldoet aan het wettelijke voorgeschreven ‘Reglement certificatie Arbodiensten’. Bij een positief resultaat geeft de Raad een accreditatie af, die wetgevingspecifiek is. Het Reglement Arbodiensten wordt beheerd door een College van Deskundigen met als rechtspersoon de Stichting Beheer Certificatie Arbodiensten (SBCA). Het toezicht op de Arbodiensten wordt uitgeoefend door de CKI’s. De CKI moet daartoe gebruik maken van de voorgeschreven Richtlijn Arbodiensten, waarin is vastgelegd aan welke normen de Arbodienst moet voldoen en hoe dat wordt getoetst. De Arbeidsinspectie houdt toezicht op de naleving door werkgevers van de wet- en regelgeving op het gebied van arbeidsomstandigheden en verstrekt informatie ten behoeve van het SZWbeleid. De Arbeidsinspectie houdt geen toezicht op Arbodiensten, omdat die taak door de CKI’s wordt verricht.
5.2
Kwantitatieve gegevens In bijlage 4 is opgave gedaan van de CKI’s op het gebied van het certificeren van Arbodiensten zijn aangewezen. Zowel in 2002 als in 2001 waren er zes CKI’s werkzaam het werkveld. De betreffende CKI’s hebben in 2002 een totale omzet van bijna 117 miljoen euro behaald, ten opzichte van 118 miljoen euro in 2001. De omzet voor het certificeren van Arbodiensten bedroeg in 2002 bijna 420.000 euro. In 2001 was deze omzet van dezelfde orde van grootte, namelijk ruim 407.000 euro. De instellingen rapporteerden dat zij 36 certificaten in 2002 hebben afgegeven, terwijl dit aantal in 2001 nog 125 was. Verder controleerden de CKI’s in 2002 het kwaliteitssysteem van de Arbodiensten 64 keer ten opzichte van 42 keer in 2001. Gelet op de gegevens die de CKI’s verstrekten, hanteerden de CKI’s zowel in 2002 als in 2001 een maximum uurtarief dat beneden het wettelijke uurtarief van maximaal 182 euro ligt.
19
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
5.3
Oordeel Kwaliteit van de verantwoordingsinformatie Van de zes CKI’s hebben er twee hun jaarverantwoording over 2002 tijdig, dat wil zeggen voor 1 maart 2003, aangeleverd. Dit is een verbetering ten opzichte van 2001 toen geen enkele CKI op tijd was. De jaarverantwoordingen van de CKI’s moeten voldoen aan de vereisten van de wetgeving, dat wil zeggen dat de verantwoording volledig en voor de ontvanger begrijpelijk moet zijn. Bij vier van de zes CKI’s voldeed de jaarverantwoording over 2002 direct aan deze kwaliteitseisen. Ook dit is een verbetering ten opzichte van 2001 toen de verantwoording twee van de zes CKI’s direct aan de wettelijke vereisten voldeden. In de gevallen waarin de kwaliteit van de jaarverantwoordingen tekortschoot, heeft de inspectie de CKI’s daarop gewezen. Dit heeft ertoe geleid dat de jaarverantwoordingen over 2001 en 2002 inmiddels voldoen aan alle vereisten. De inspectie is van oordeel dat verbetering nodig is in de tijdige aanlevering en in de kwaliteit van de jaarverantwoordingen van de CKI’s. Kwaliteit van de uitvoering In deze fase van de ontwikkeling van het toezicht op CKI’s, heeft de inspectie geen (representatief) onderzoek gedaan naar de uitvoering op de aspecten rechtmatigheid en doeltreffendheid. Er waren geen indicaties vanuit de Arbeidsinspectie, de CKI’s of Raad voor Accreditatie dat de uitvoering door de instellingen onrechtmatig of ondoeltreffend is geweest.
5.4
Signalen De CKI’s hebben de inspectie op de hoogte gebracht van hun ervaringen en knelpunten bij de uitvoering van hun wettelijke taak. Hieronder is een signaal vermeld over de certificering van Arbodiensten. Signalen van algemene aard zijn opgenomen in hoofdstuk twee. Wet verbetering poortwachter Tijdens de onderzoeken heeft een CKI aandacht besteed aan de implementatie van de Wet verbetering poortwachter (Wvp). Vastgesteld is dat alle arbodiensten (de grotere intensiever dan de kleine) daar tijdig op hebben ingespeeld. Interne diensten geven steeds aan dat hun afhandeling in grote lijnen al overeenkwam met de Wvp. Arbodiensten ervaren de wijzigingen als een extra (vooral papieren) belasting. Dit geldt tevens voor de standaard informatie die naar het Uitvoeringsinstituut voor Werknemersverzekeringen moet worden gestuurd. Een verbeterslag in de papieren afhandeling zou een goede stap zijn. Een andere CKI bericht dat Arbodiensten IT-systemen ontwikkelen onder andere om het implementeren van de Wvp te vereenvoudigen.
20
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
6
Gebruik van accreditatie voor het toezicht
6.1
Introductie De minister van SZW streeft ernaar dat de CKI’s zijn geaccrediteerd, liefst specifiek voor de wettelijke werkterreinen. Dit is conform een besluit van de ministerraad uit 1991 en de aanbevelingen van de Europese Commissie. De Europese Commissie beschouwt accreditatie als een van de belangrijkste manieren om de competentie te bewijzen (qua transparantie, geloofwaardigheid en het beoordelingssysteem voor conformiteit). Indien CKI’s, die Europese richtlijnen uitvoeren, niet zijn geaccrediteerd, moet de lidstaat aan de Europese Commissie aantonen op welke andere wijze de betreffende instantie is beoordeeld. In Nederland is accreditatie een puur private aangelegenheid. Instellingen laten zich accrediteren door de Raad voor Accreditatie. Het systeem van accreditatie en certificatie is gericht op een continue verbetering van kwaliteit, door het toepassen van normen en door het leren van fouten. De minister van SZW maakt sinds 1992 meer en meer gebruik van de diensten van dit private systeem.
6.2
Specifieke accreditatie Voor de accreditatie van CKI’s is de Europese normenserie EN 45000 beschikbaar. Deze normen zijn echter niet specifiek genoeg en niet volledig wanneer beoordeeld moet worden of CKI’s ook aan wettelijke eisen voldoen. Met het oog hierop zijn wetgeving specifieke certificatie- en accreditatieschema’s ontwikkeld. Deze wetgeving-specifieke schema’s bevatten de nodige specificaties en aanvullingen ten opzichte van de EN 45000-normen en worden bij het accreditatieproces toegepast in combinatie met deze normen. De resulterende accreditatie is wetgevingsspecifiek, dat wil zeggen dat de accreditatie ook de competentie en het functioneren van de instellingen ten behoeve van de uitvoering van de wetgeving betreft. Wanneer de accreditatie van een CKI wetgevingsspecifiek is voor het werkveld waarvoor de CKI is aangewezen, is, is er een basis gelegd voor het behoorlijk functioneren van de betrokken instelling op het wettelijke terrein. Om die reden is met de meeste CKI’s afgesproken dat ze zich specifiek laten accrediteren. Dit kan echter alleen wanneer voor een werkterrein een specifiek schema bestaat. De Raad voor Accreditatie beoordeelt de competentie van de CKI’s en steekproefsgewijs de uitvoering. Het oordeel van de inspectie over de uitvoering door de CKI’s is mede gebaseerd op de bevindingen van de Raad van Accreditatie.
6.3
Stand van zaken bij de accreditatie van CKI’s In 2002 waren er 24 CKI’s werkzaam op basis van 52 afzonderlijke ministeriële aanwijzingen op verschillende werkvelden Bij vijftig aanwijzingen zijn de CKI’s geaccrediteerd of bestaan afspraken dat zij zich nog zullen laten accrediteren. Met de twee CKI’s, die duikcertificaten verstrekken, is geen afspraak over accreditatie gemaakt. Bij 29 van de vijftig aanwijzingen zijn de CKI’s wetgevingspecifiek geaccrediteerd.8 Van zeven aanwijzingen is bij IWI bekend dat de betrokken instellingen een specifieke accreditatie hebben aangevraagd.
8 Voor de EG-richtlijnen explosieveilige apparatuur (ATEX), machines en persoonlijke beschermingsmiddelen bestaan er geen door SZW vastgestelde specifieke schema’s. Accreditaties voor deze richtlijnen zijn wel gerekend bij de specifieke accreditaties omdat zowel SZW (bij de aanwijzing) als de Raad voor Accreditatie (bij de accreditatie) certificatieschema’s van betrokken CKI’s hebben goedgevonden, die in overeenstemming met de wetgeving zijn.
21
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
De Raad voor Accreditatie heeft, na 1 januari 2002, zeventien onderzoeken bij de CKI’s gedaan die van wetgevingspecifieke aard zijn. De inspectie heeft nagegaan of de onderzoeksbevindingen van de Raad voor Accreditatie bij specifieke accreditaties eindoordelen bevatten, die duiden op onrechtmatig of ondoeltreffend functioneren. Dit bleek niet het geval te zijn. In bijlage 5 staat een overzicht van de instellingen en de werkvelden waarop ze specifiek zijn geaccrediteerd.
6.4
Afwijkingen geconstateerd door de Raad voor Accreditatie Ter illustratie van de verbeteringen die ten gevolge van accreditatie door (kandidaat) CKI’s zijn doorgevoerd, zijn hier enkele voorbeelden gegeven van afwijkingen die door de Raad zijn geconstateerd en door de CKI’s zijn hersteld. Omdat de gegevens vertrouwelijk zijn, worden ze niet per instelling gespecificeerd. Afwijkingen bij persoonscertificatie In het examen, dat een kandidaat-certificaathouder moet doen, bestaat te weinig diversiteit in de praktijkopdrachten. Afkijken is mogelijk. In het examenprotocol is de beoordeling van een examenopdracht niet duidelijk. De beoordelingen van leden van de examencommissie zijn niet individueel traceerbaar. Het formulier van het proces-verbaal van het examen was niet correct. Bij de gecommitteerde ontbreekt een lijst van leden van de examencommissie. Afwijkingen bij productcertificatie De procedure voor inwerken van de inspecteurs, is te globaal. Van een gebruikte drukmeter kon de kalibratie (de ijking) conform de internationale norm niet worden aangetoond. Sommige inspecteurs hebben ook consultancy als taak, waardoor de onafhankelijkheid bij het keuren in twijfel kan worden getrokken. Niet van alle ingehuurde krachten waren er geheimhoudingsverklaringen beschikbaar. Over belangrijke organisatiewijzigingen is de Raad voor Accreditatie niet geïnformeerd. De instelling kan de integriteit van de elektronische data niet aantonen. Afwijkingen certificatie arbodiensten In de kwartaalrapportages aan de Stichting Beheer Certificatieregeling Arbodiensten worden ingetrokken certificaten en interne beoordelingen niet vermeld. Er is geen bewakingssysteem voor de afhandeling van afwijkingen door Arbodiensten. Lijst van afkortingen
22
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Lijst van afkortingen CE CKI EG IT IWI RvA SZW WAO Wvp
23
Conformité Européenne Certificatie- of keuringsinstelling op het gebied van arbeidsomstandigheden of productveiligheid. Europese Gemeenschap(pen) Informatietechnologie Inspectie Werk en Inkomen Raad voor Accreditatie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering Wet verbetering poortwachter
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
24
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Bijlage 1
Overzicht CKI’s
25
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Productcertificatie en -keuring EG-richtlijn
explosieve apparatuur (ATEX)
drukapparatuur
liften
Nationaal Keuringsrgime
machines
persoonlijke beschermingsmiddelen
drukapparatuur (m.i.v. 2002) liften
mobiele kranen en torenkranen
Vakbekwaamheid
arbeids- en organisatiedeskundigen
AA Certificatie Instituut B.V.
deskundig toezichthouder asbestverwijdering (DTA-A)
X
AIB-Vinçotte Nederland BV
X
Bureau Veritas Quality International B.V.
X
X
X
machinisten mobiele kraan, torenkraan en mobiele springheistelling meesters
veiligheidsdeskundigen
X X
X X
X
DNV Certification B.V.
X X
X
X
X
Intron Certificatie B.V.
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
KPMG Certification B.V. X
X X
SGS Technische Inspecties B.V.
X
Stoomwezen B.V.
X
St. Certificatie Vakbekwaamheid (SKO)
X
X X X
St. Examenbureau Vervoer & Logistiek (EVL) X
St. Nationaal Duikcentrum
TÜV Nederland QA B.V. TNO Certification B.V. Veturo B.V.
X X
St. Keuringsbureau Hout
St. Nederlands Instituut voor Lifttechniek
X X
Lloyd's Register Quality Assurance Ltd.
St. Nederlands Instituut voor Lastechniek
Certificering arbodiensten
X
Energie Consult Holland B.V.
KW2 Metingen en Inspecties B.V.
deskundigen professioneel vuurwerk (m.i.v. 2002)
X
Duik- en demonteerschool Koninklijke Marine
Kiwa N.V. Cerificatie en Keuringen
gasdesduikarbeid en kundigen duik-medische tankbegeleiding schepen
X
Aboma + Keboma B.V.
Kema Quality B.V.
Systeem certificatie
Persoonscertificatie
X X X
X
X
X
X X X
X
Bijlage 2
Overzicht CKI’s productcertificatie en keuring
27
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Productcertificatie en -keuring
Explosieve apparatuur (ATEX) Druk-apparatuur X X
Aboma + Keboma B.V.
X X
AIB-Vinçotte Nederland BV Bureau Veritas Quality International B.V. X
Energie Consult Holland B.V. Kema Quality B.V. X
Kiwa N.V. Cerificatie en Keuringen KW2 Metingen en Inspecties B.V.
X
X
X
SGS Technische Inspecties B.V. St. Certificatie Vakbekwaamheid (SKO) St. Keuringsbureau Hout St. Nederlands Instituut voor Lastechniek St. Nederlands Instituut voor Lifttechniek Stoomwezen B.V. TNO Certification B.V. Veturo B.V.
TÜV Nederland QA B.V.
Machines
EG-richtlijn
Liften X
X
X
X
X
X
X
X
X
Persoonlijke Beschermings-middelen
X
X
Mobiele kranen en torenkranen
X
X
X
Liften
X
X
X
Nationaal keuringsregime Drukapparatuur (m.i.v. 2002) X
X X X
X
X
Bijlage 3
Overzicht CKI’s persoonscertificatie
29
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Persoonscertificatie AA Certificatie Intituut B.V. DNV Certification B.V. Duik- en demonteerschool Koninklijke Marine Intron Certificatie B.V. Kiwa N.V. Cerificatie en Keuringen Stichting Certificatie Vakbekwaamheid (SKO) Stichting Examenbureau Vervoer & Logistiek (EVL) Stichting Nationaal Duikcentrum
Arbeids- en organisatiedeskundigen
X
X
Deskundig toezichthouder asbestverwijde-ring (DTA-A) X
X X
X
X
X
Vakbekwaamheid Machinisten mobiele kraan, torenkraan en mobiele heistelling
X
Duikarbeid en duikmedische Gasdeskundigen begeleiding tankschepen
X
X
X
X
Deskundigen professioneel vuurwerk Springmeesters Veiligheids-deskundigen (m.i.v. 2002)
X
Bijlage 4
Overzicht CKI’s certificeren van Arbodiensten (Systeemcertificatie) • • • • • •
31
Bureau Veritas Quality International B.V. DNV Certification B.V. KEMA Quality B.V. Kiwa NV Certificatie en Keuringen KPMG Certification B.V. Lloyd's Register Quality Assurance Ltd.
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
32
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Bijlage 5
Overzicht specifieke accreditaties CKI’s Naam CKI
33
Werkveld
Accre-
Nr.
ditatie
accre-
NEN-EN
ditatie
AA Certificatie Instituut B.V.
Deskundig Toezichthouder asbest
45013
C 303
Aboma + Keboma B.V.
EG-richtlijn Machines
45011
C 075
Aboma + Keboma B.V.
Keuren+certificeren van kranen
45011
C 232
AIB-Vinçotte Nederland B.V.
Keuren+certificeren van kranen
45004
I 006
Bureau Veritas Quality International B.V.
Certificeren van Arbodiensten
45012
C 248
DNV Certification B.V.
Certificeren van Arbodiensten
45012
C 024
DNV Certification B.V.
Deskundig Toezichthouder asbest
45013
C 124
Energie Consult Holland B.V.
Drukapparatuur (nationaal)
45004
I 128A
Energie Consult Holland B.V.
EG-richtlijn Drukapparatuur
45004
I 128A
Intron Certificatie B.V.
Deskundig Toezichthouder asbest
45013
C 363
KEMA Quality B.V.
Certificeren van Arbodiensten
45012
C 013
KEMA Quality B.V.
EG-richtlijn ATEX
45011 (12)
C 001
KEMA Quality B.V.
EG-richtlijn Machines
45011
C 001
Kiwa NV Certificatie en Keuringen
Certificeren van Arbodiensten
45012
C 025
Kiwa NV Certificatie en Keuringen
Deskundig Toezichthouder asbest
45013
C 277
KPMG Certification B.V.
Certificeren van Arbodiensten
45012
C122
Lloyd's Register Quality Assurance Ltd.
Certificeren van Arbodiensten
45012
C 10
SGS Technische Inspecties B.V.
EG-richtlijn Machines
45011
C 221
SGS Technische Inspecties B.V.
Keuren+certificeren van kranen
45004
I 022
Stichting Certificatie Vakbekwaamheid (SKO)
EG-Drukapparatuur: NDO-personeel
45013
C 043
Stichting Certificatie Vakbekwaamheid (SKO)
Gasdeskundige tankschepen
45013
C 043
Stichting Certificatie Vakbekwaamheid (SKO)
Springmeesters
45013
C 043
Stichting Certificatie Vakbekwaamheid (SKO)
Veiligheidskundigen
45013
C 043
Stichting Examenbureau Vervoer & Logistiek (EVL)
Kraan- en heimachinist
45013
C 093
Stichting Keuringsbureau Hout SKH
EG-richtlijn Machines
45011
C 019
Stichting Nederlands Instituut voor Lifttechniek
Liften (nationaal)
45004
I 154
Stichting Nederlands Instituut voor Lifttechniek
EG-richtlijn Liften
45004
I 155
Stichting Nederlands Instituut voor Lifttechniek
EG-richtlijn Machines
45004
I 156
Stoomwezen B.V.
EG-richtlijn Drukapparatuur
45004 A
I 081
TÜV Nederland QA B.V.
Keuren+certificeren van kranen
45004 A
I 167
TNO Certification B.V.
EG-richtlijn PBM
45011
C 078
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
34
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
Publicaties van de Inspectie Werk en Inkomen 2003 R03/17
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002 R03/16 Elfde tot en met dertiende voortgangsrapportage inzake de realisatie bestuurlijke afspraken met Amsterdam R03/15 Afspraken Centra voor Werk en Inkomen met de gemeenten Hoorn en Zaanstad R03/14 De inschakeling van een private partij bij de uitvoering van de Algemene bijstands wet door de gemeente Maarssen Eindrapportage Jaarplan 2004 R03/13 Indicatiestelling sociale werkvoorziening Een onderzoek naar de kwaliteit van het indicatiestellingproces R03/12 Afhandeling openstaande posten Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Eindrapport R03/11 Gemeentelijke eindejaarsuitkeringen aan minima in 2002 R03/10 Gemeentelijk beleid en handhaving van de bijstandswetgeving bij woonwagenbewoners Loenen en de intake van bijstandsaanvragen R03/09 Facetten van handhaving van de Algemene bijstandswet Monitor van bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik door gemeenten 2001 R03/08 De decentrale aansturing van de Sociale Verzekeringsbank R03/07 Debiteurenbeheer collecterend proces Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Jaarverslag 2002 R03/06 De uitvoering van de Algemene bijstandswet in Amsterdam Stand van zaken eerste kwartaal 2003 R03/05 De uitvoering van onderzoeken in het kader van de Algemene bijstandswet door de gemeente Rotterdam in 2002 Toetsingskader instellingen persoonscertificatie in het kader van de Arbeidsomstandighedenwet en enkele andere wetten R03/04 De uitvoering van de Algemene bijstandswet door gemeenten in 2001 Quick scan R03/03 Opzet financieel beheer Centrale organisatie werk en inkomen Review van het KPMG-rapport 'Risicoanalyse financieel beheer CWI' R03/02 Onderzoek toepassing Werkloosheidswet bij SHB Havenpool Rotterdam BV R03/01 De ketens van werk en inkomen Een verkennend onderzoek naar de keten van werk en inkomen vanuit cliëntperspectief 2002 R02/29
R02/28 R02/27 R02/26
35
De praktijk van het aanbesteden Een onderzoek naar de uitvoering van de aanbestedingsprocedure reïntegratiecontracten 2002 van UWV Rechtmatigheidsverklaring AWBZ-geldstromen en uitvoeringskosten Bijzondere bijstand in geval van detentie Onderzoek naar beleid en uitvoering van gemeenten in 2001 De Sociale Verzekeringsbank in verandering Tussenrapportage over de voortgang van de reorganisatie van het hoofdkantoor en de veranderingen in het systeem van sturing en beheersing
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
R02/25
De inschakeling van een private partij bij de uitvoering van de Algemene bijstands wet door de gemeente Maarssen Nulmeting R02/24 De uitvoering van de Algemene bijstandswet door de gemeente Haarlem R02/23 Toetreding van sociale werkvoorzieningsbedrijven tot de reïntegratiemarkt R02/22 Debiteuren in de Algemene bijstandswet Een onderzoek naar de gemeentelijke uitvoering R02/21 Vormgeving van cliëntenparticipatie: een tussenbalans R02/20 Betrouwbaarheid samenloopapplicatie Vervolgrapportage R02/19 Rechtmatigheidsverklaring Wsw-besparingen 2001 R02/18 Jaarrekening Ctsv 2001 R02/17 CWI en ontslagzaken De toets aan de herplaatsingsverplichting van werkgevers bij ontslagvergunningvoor oudere werknemers R02/16 Rechtmatigheidsverklaring ontvangsten betreffende de premies Ziekenfondswet 2001 R02/15 Gemeentelijk ontheffingenbeleid Een onderzoek naar de uitvoeringspraktijk van gemeenten rond het verlenen van ontheffingen van arbeidsverplichtingen aan bijstandsgerechtigden R02/14 De uitvoering van de Algemene bijstandswet door de gemeente Almelo Verdiepend onderzoek R02/13 CWIntake Onderzoek naar de beëindiging van het CWI-automatiseringsproject R02/12 Vrijlatingsbepalingen en premiebeleid Een onderzoek naar de verordeningen inzake vrijlatingsbepalingen en premiebeleid van vijftig gemeenten R02/11 Het functioneren van de samenloopapplicatie Een inventariserend onderzoek naar de betrouwbaarheid van de samenloopapplica tie van het Inlichtingenbureau medio 2002 R02/10 Alles op tafel De samenwerking tussen opsporingsdiensten voor de sociale verzekeringen en het Openbaar Ministerie R02/09 Afhandeling openstaande posten UWV Gak Eindrapport R02/08 Jaarverslag toezicht gemeenten en zelfstandige bestuursorganen 2001 Meerjarenplan 2002-2005 en Jaarplan 2003 Jaarplan 2002 R02/07 De sociale verzekeringen in 2001 Naast dit rapport is een aantal katernen uitgebracht die dieper ingaan op de behandelde toezichtthema’s - Handhaving werknemers- en volksverzekeringen - ICT werknemers- en volksverzekeringen - Financiële rechtmatigheid en verbetertraject werknemersverzekeringen - Sociaal medisch handelen werknemersverzekeringen - Werkbelasting werknemersverzekeringen - Volksverzekeringen R02/06 Financiële scheiding publiek en privaat bij uitvoeringsinstellingen Zesde vervolgrapportage ontvlechting R02/05 Geschikt of ongeschikt De rol van arbeidsdeskundigen bij de WAO-beoordeling R02/04 Invoering van de euro bij uitvoeringsorganisaties sociale verzekeringen Eindrapportage R02/03 Gegevensbeheer 2000 R02/02 Uitvoering werknemersverzekeringen Stand van zaken rechtmatigheid eerste halfjaar 2001 R02/01 Implementatie wet SUWI bij gemeenten Tweede onderzoek naar de gemeentelijke voorbereidingen op de nieuwe Structuur Werk en Inkomen 36
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002
U kunt deze publicaties opvragen bij: Afdeling Communicatie
[email protected] www.iwiweb.nl Prinses Beatrixlaan 82 2595 AL Den Haag Postbus 11563 2502 AN Den Haag Telefoon (070) 304 44 44 Fax (070) 304 44 45
37
Inspectie Werk en Inkomen
Certificatie- en keuringsinstellingen op het gebied van arbeidsomstandigheden in 2002