(CONCEPT) VOORSTEL AAN DE RAAD: VERGADERING 26 maart 2013 Agendapunt
Onderwerp: Evaluatie speelruimtebeleid
Raadsvoorstelnummer
Voorstel: 1. Vasthouden aan de bestaande beleidsvoornemens voor de ontwikkeling en het onderhouden van de bestaande openbare speelruimte. 2. Het budget ad. € 45.000 voor vervanging van speeltoestellen handhaven voor 2014 en volgende jaren. 3. Het overschot op de onderhoudskosten ad. € 10.000 in 2013 en volgende jaren inzetten voor het opwaarderen van de speelruimte in het centrum van de kern Nederweert en de uitwerking van de aanbevelingen uit de kadernota Sport en Beweging op het gebied van beweging voor ouderen.
Burgemeester en wethouders van Nederweert, De secretaris, De burgemeester,
Mw. D.J.E. Noppers
H.F.M. Evers
Portefeuillehouder Datum
: Wethouder Mackus : 26 februari 2013
Bijlage(n)
:1
Afdeling Auteur Doorkiesnr.
: ORS : B. Thijssen : (0495) 677226
Gevolgen naar aanleiding van voorstel Financieel Juridisch Inkoop/aanbesteding Dereguleringstoets
: : : :
financiële paragraaf opgenomen in voorstel geen n.v.t. n.v.t.
1/7
Rapportage bij Raadsvoorstel d.d. 26 maart 2013 Inleiding In 2008 heeft u nieuw speelruimtebeleid voor de gemeente Nederweert vastgesteld. Het raadsvoorstel van de raadsvergadering van 25 maart 2008 is als bijlage toegevoegd. In het voorstel zijn 9 beleidsvoornemens opgenomen die de basis vormen voor het behouden, onderhouden en ontwikkelen van de openbare speelruimte in Nederweert. In aanvulling op dit raadsvoorstel zijn bij de behandeling van de kadernota voor 2009 de (extra) budgetten voor investeringen (€ 56.730,-) en onderhoud ( € 10.000,-) beschikbaar gesteld. Het budget voor investeringen is in principe voor de periode tot en met 2013 beschikbaar gesteld. De verhoging voor het onderhoudsbudget was structureel. In het raadvoorstel is opgenomen dat er in 2013 een nieuwe doorkijk gemaakt zou worden om te kijken of het nodig en wenselijk is om het budget voor vervanging en investering bij te stellen. Deze toezegging vormt de basis voor dit raadsvoorstel. We willen deze evaluatie ook aangrijpen om te kijken op welke wijze er invulling gegeven is aan de beleidsvoornemens. Hoe worden deze in de praktijk toegepast? Daarnaast is er in de raadsvergadering van 6 november 2012 tijdens de begrotingsbehandeling 2013 een motie ingediend door de CDA fractie over het speelruimtebeleid. Aanleiding van de motie is het, volgens inwoners, ontbreken van kwalitatief goede, veilige en groen speelruimte in de kern van Nederweert. Doel van dit voorstel is het evalueren en waar nodig aanpassen van de beleidsvoornemens en het evalueren en waar nodig bijstellen van beschikbare budgetten. De motie van 6 november 2012 wordt in deze evaluatie meegnomen zoals ook is aangegeven in de termijnagenda. Voorstel 1. Vasthouden aan de bestaande beleidsvoornemens voor de ontwikkeling en het onderhouden van de bestaande openbare speelruimte. 2. Het budget ad. € 45.000 voor vervanging van speeltoestellen handhaven voor 2014 en volgende jaren. 3. Het overschot op de onderhoudskosten ad. € 10.000 in 2013 en volgende jaren inzetten voor het opwaarderen van de speelruimte in het centrum van de kern Nederweert en de uitwerking van de aanbevelingen uit de kadernota Sport en Beweging op het gebied van beweging voor ouderen. Overwegingen In 2008 is het huidige speelruimtebeleid opgesteld. In het kader van het opstellen van dit beleid is door Speeltuinwerk Limburg een adviesrapport opgesteld voor de herziening van het speelruimtebeleid. Op basis van dit rapport zijn negen beleidsvoornemens opgesteld die de basis vormen voor alle ontwikkelingen op het gebied van speelruimte. Zowel bij onderhoud, vervanging en nieuwe aanleg. Hieronder wordt per voornemen een korte evaluatie geschetst en waar nodig een aanpassing of aanbeveling gedaan. •
•
•
•
Streven naar de normen minimale hoeveelheid informele speelruimte. Over het algemeen beschikken we over een redelijke hoeveelheid informele speelruimte. Informele speelruimte is in principe elke stukje openbare ruimte waar kinderen iets kunnen ondernemen, m.u.v. wegen met een drukkere verkeersfunctie. Denk hierbij aan groengebieden, (verharde) binnenplaatsen maar ook een woonwijk. Niet overal zal de norm gehaald worden. Binnen de bestaande openbare ruimte is het moeilijk om zonder grote investeringen aanpassingen te doen om de informele speelruimte te vergroten. Bij nieuwbouwwijken wordt dit punt wel meegenomen. Streven naar de normen voor minimale hoeveelheid formele speelruimte. Over het algemeen beschikt de gemeente Nederweert over voldoende formele speelruimte. In sommige delen van de gemeente kan er een knelpunt zitten. Voorbeeld hiervan is het centrumgedeelte van de kern Nederweert. Dit is ook de aanleiding van de motie die is ingediend. Waar mogelijk worden de knelpunten opgelost. Door beperking in de beschikbare ruimte of te hoge investeringen zijn niet alle knelpunten op te lossen. Het knelpunt in het centrum van Nederweert wordt verderop in dit raadsvoorstel besproken. Als norm voor speelruimte bij nieuwbouwprojecten uitgaan van 20% openbaar groen van het totale oppervlak waarvan ¼ dus 5% bestemd is voor formele en informele speelruimte. Deze norm wordt als standaard ingebracht bij alle nieuwbouwplannen die worden ontwikkeld. Bij de projecten die nu in ontwikkeling zijn (Hoebenakker, Leiverse Velden, Tiskesweij en Merenveld) wordt deze norm gehaald. Binnen deze wijken worden de normen aan informele en formele speelruimte, zoals hierboven beschreven gerealiseerd. Dit beleidsvoornemen blijft de basis vormen voor alle toekomstige ontwikkelingen. Bij (her)inrichting woonwijken/straten toetsen in hoeverre de bespeelbaarheid kan worden vergroot (bespeelbaarheid groen en verharding) 2/7
•
•
•
•
•
Sinds de vaststelling van dit beleid in 2008 zijn er geen grote renovaties van bestaande wijken meer uitgevoerd. Er is niet direct uitvoering gegeven aan dit beleidsvoornemen. Dit beleidsvoornemen wel handhaven en toepassen waar mogelijk. Zo veel mogelijk combineren van leeftijdsgroepen op speelvelden, als er voldoende ruimte beschikbaar is. Dit beleidsvoornemen is erop gericht om kinderen te leren rekening met elkaar te houden. Het is voor de hand liggend om speelplekken voor jongeren kinderen en oudere kinderen te scheiden. Door deze samen te voegen leert men echter rekening te houden met elkaar. Op verschillende locaties is uitvoering gegeven aan dit principe. Goed voorbeeld hiervan zijn de speelveldjes aan de Waatskampzijweg in Ospel en aan de Nieuwe Baan in Ospeldijk. Het betreft redelijk grote speelvelden waar speelvoorzieningen zijn voor alle leeftijdscategorieën. Door een lichte verhoging in het terrein wordt er wel een beperkte scheiding gecreëerd tussen bijvoorbeeld het trapveldje en de speeltoestellen. De ervaring tot nu toe is dat dit goed verloopt en er veel gebruik wordt gemaakt van deze veldjes door alle doelgroepen. Dit voornemen blijven we dan ook hanteren. Bij (her)inrichting speelruimte rekening houden met geschiktheid voor gehandicapten. Dit beleidsvoornemen heeft wel aandacht, maar hier is nog maar beperkt invulling aan gegeven. Op verschillende plaatsen staan vogelnest schommels die ook gebruikt kunnen worden door mensen met een lichamelijke of geestelijke handicap. Dit zijn echter maar beperkte maatregelen. Een speelveld geschikt en bruikbaar maken voor gehandicapten gaat verder dan alleen dergelijke schommels plaatsen. Dit punt wordt wel altijd ingebracht tijdens overleg met betrokken, maar er is nooit specifiek gevraagd om extra voorzieningen voor gehandicapten. De vraag is dus ook in hoeverre behoefte bestaat aan deze invulling. Dit blijft wel een belangrijk aandachtspunt om in te brengen bij ontwikkelingen. Als er ergens behoefte ligt op dit gebied moet hier wel invulling aan gegeven worden. Streven naar het openbaar maken van schoolspeelpleinen (in overleg met scholen mogelijkheden en haalbaarheid onderzoeken). Tot op dit moment is er nog maar één schoolplein dat openbaar gebruikt kan worden na schooltijd. Dit betreft basisschool de Tweesprong in Nederweert-Eind. Dit schoolplein is in 2009 gerenoveerd door de school in samenwerking met particuliere sponsoren en de gemeente. Deze renovatie is aanleiding geweest om het speelplein ook buiten schooltijd als openbaar speelterrein te gebruiken. Hiervoor is er tussen de gemeente en de school een overeenkomst gesloten. De ervaringen zijn positief. De meeste scholen reageren terughoudend op het idee om schoolpleinen openbaar te maken. In de meeste gevallen is angst voor vandalisme de belangrijkste reden. Hierdoor zijn er verder nog geen acties ondernomen op dit gebied. In verband met de aanleg van het woongebied Leiverse Velden is er een speelplek gesitueerd achter de Zonnehof in Leveroy tegen hun speelplein aan. In een eerder gesprek met de school is besproken om hier ook te gaan kijken naar de mogelijkheid om beide speelvoorzieningen te koppelen en het schoolplein ook openbaar te maken. Gezien de voortgang in de realisatie van de woonwijk is hier nog geen concreet vervolg gegeven. Beleidsvoornemen blijft wel gehandhaafd en waar mogelijk wordt hier invulling aan gegeven. Burger betrekken bij inrichting en onderhoud openbare speelruimte. In het raadsvoorstel van 25 maart 2008 zijn drie varianten (A,B en C) uitgewerkt om vorm te geven aan burgerparticipatie. Bij variant A ligt het initiatief tot inrichting en onderhoud volledig bij de burger, bij variant C ligt dit initiatief bij de gemeente in overleg met de burger. Variant B is een compromis tussen beide. Op basis van initiatieven en overleggen zou op basis van de beleidsnotitie gekeken worden waar de behoefte van de burger ligt. Uit ervaring is gebleken dat het in de praktijk meestal uitdraait op variant C. De gemeente is verantwoordelijk voor de inrichting en het onderhoud van de speelruimte en voert dit uit in overleg met de bewoners. In een enkel geval is geprobeerd om ook bewoners te betrekken bij de aanleg van speelveldjes. In Ospeldijk heeft de dorpsraad samen met bewoners onderdelen van het aanlegwerk voor rekening genomen. In Leveroy (Concordiastraat) is hierover ook gesproken, maar dit is uiteindelijk niet van de grond gekomen. In de regel blijft de betrokkenheid van de burger beperkt tot meedenken bij het opstellen van een inrichtingsplan. Dit is in principe dan ook het uitgangspunt als we van start gaan met het (her)inrichting van een speelveldje. Als uit gesprekken blijkt dat er meer betrokkenheid is vanuit de bewoners wordt dit natuurlijk gestimuleerd. Burgerparticipatie is vooral gericht op consulteren. Bij (her)inrichting openbare speelruimte samenwerking zoeken met derden (woningvereniging) In de afgelopen 5 jaar zijn er geen concrete initiatieven op dit gebied opgepakt. De woningvereniging heeft geen grootschalige renovatieprojecten meer gehad in de nabijheid van speelruimte zoals in het verleden in het gebied Eikenstraat/ Geenestraat. Momenteel zijn enkele bewoners uit Ospel, omgeving speelveld Waatskampzijweg bezig om het bestaande trapveldje aan te laten passen. Dit mogelijk in overleg met externe sponsoring of subsidie vanuit de diverse fondsen. Deze plannen verkeren echter nog in de initiatieffase. De gemeente kan geen gebruik maken van fondsen en is ook niet de partij om extern sponsoring te zoeken. Hiervoor zijn we vooral afhankelijk van betrokkenheid van de bewoners. Wel kunnen we zelf actiever kijken naar samenwerking met bijvoorbeeld een woningverenging. 3/7
In het kader van de regierol is dit wel een aspect wat we meer aandacht moeten geven en nader moeten uitwerken. Concluderend kunnen we stellen dat de bovenstaande beleidsvoornemens nog actueel zijn. Het ene beleidsvoornemen is makkelijker toe te passen als het ander. Dit is sterk afhankelijk van de kansen en mogelijkheden die er liggen. De beleidsvoornemens passen nog wel in de huidige visie en kunnen de basis blijven vormen voor de ontwikkelingen binnen de openbare speelruimte. Motie CDA In de motie van het CDA wordt aangegeven dat vooral in het centrum van de kern Nederweert een gebrek is aan kwalitatief goede, veilige en groen speelruimte. Dit gebrek wordt erkend. In het gebied grofweg begrensd door de Mgr. kreijelmansstraat (noordelijk), Lindenstraat/Loverstraat (westelijk), Randweg Zuid (zuidelijk) en de Zuid Willemsvaart (oostelijk) is maar zeer beperkte speelruimte. Op Staat ligt een klein speelveldje en op het St. Antoniusplein staan enkele speeltoestellen. De speelwaarde/aanleiding van het St. Antoniusplein is echter beperkt. En op beide locaties is ook de ruimte beperkt. De vraag naar meer en kwalitatief betere speelruimte in dit gebied is begrijpelijk. De ruimte in het centrumgebied is echter zeer beperkt. Dit is ook een van de redenen dat er weinig speelveldjes zijn. De voorgestelde optie om eventueel braakliggende terreinen voor woningbouw tijdelijk in te richten als speelruimte is een mogelijkheid om (tijdelijk) extra speelruimte te creëren. Ook het opwaarderen van het speelveldje op het St. Antoniusplein kan de speelwaarde van het centrumgebied verhogen. De mogelijkheden zijn beperkt en vergen mogelijk extra investeringen die niet in de reguliere vervangingskosten zijn opgenomen. Voorgsteld wordt om de speelruimte aan het St. Antoniusplein in 2013 op te pakken. Daarnaast wordt in overleg met de woningvereniging of andere externe partij bekeken of tijdelijk braakliggende terrein met beperkte middelen geschikt gemaakt kunnen worden als openbare speelruimte. Uit een eerste navraag bij de Woningvereniging blijkt dat men hier positief tegenover staat. Budget Jaarlijks worden de speeltoestellen door een externe partij geïnspecteerd op diverse veiligheidsaspecten. Dit is een verplichte inspectie. Tijdens de laatste inspectie in december 2012 is de huidige toestand van het speeltoestellenbestand in beeld gebracht op het gebied van resterend levensduur en onderhoudskosten. Door de externe inspecteur is per toestel bekeken wat de resterende levensduur en dus het te verwachten vervangingsjaar is (vervangingsplan). Verder zijn per toestel ook de jaarlijkse onderhoudskosten in beeld gebracht. Deze gegevens vormen de basis voor de herziening van de beschikbare budgetten. Op dit moment is er jaarlijks een bedrag van € 45.000 (van het totale budget voor openbare speelruimte) beschikbaar voor vervanging en vernieuwing van bestaande speeltoestellen. Op basis van de inspectie eind 2012 blijkt dat er in de komende 5 jaar gemiddeld € 8.000 nodig is voor noodzakelijke vervanging van speeltoestellen. In jaar 6 (2018) is dit bedrag echter € 155.500,-. Dit is te verklaren door het feit dat er in de jaren 1999-2004 op grote schaal vervanging van speeltoestellen heeft plaatsgevonden. Uitgaande van een gemiddelde levensduur van ruim 15 jaar kom je in 2018 en volgende jaren uit op grootschalige vervanging. In de jaren 6 t/m 10 is er gemiddeld € 90.000 per jaar nodig voor de noodzakelijke vervangingen. Gemiddeld genomen is er over de komende 10 jaar jaarlijks € 48.800 nodig voor vervanging van speeltoestellen. Bij de bepaling van het vervangingsjaar is puur gekeken naar de huidige onderhoudstoestand en het materiaal gebruik. Geschiktheid van de speeltoestellen voor de aanwezige jeugd is hierin niet meegenomen. Het is belangrijk dat de speelruimte gebruikt wordt dus ook de aansluiting bij de doelgroep is belangrijk en ook wisseling van toestellen bevorderd het gebruik. Hiermee moet dus ook rekening gehouden worden bij bepaling van het vervangingsjaar. Op basis van het bovenstaande wordt voorgesteld om het huidige budget (€ 45.000) voor vervanging van speeltoestellen te handhaven. De vervanging van speeltoestellen evenredig verdelen over de komende jaren. In de eerste 5 jaar wordt er dus meer vervangen dan gepland. Enerzijds om de vervangingsinvestering in 2018 en volgende jaren te spreiden over meerdere jaren en anderzijds om beter in te kunnen spelen op aansluiting bij de doelgroep en bevorderen van het gebruik van speeltoestellen. In 2008 is besloten om het onderhoudsbudget met € 10.000,- te verhogen. In de afgelopen 5 jaar zijn er veel verouderde speeltoestellen vervangen. Logisch gevolg hiervan is dat ook de onderhoudskosten afnemen. Nieuwe toestellen vergen minder onderhoud en door het huidige materiaal gebruik worden toestellen ook steeds onderhoudsvriendelijker. Op basis van de inspectie van Repcon is er gemiddeld € 12.000 nodig voor het onderhoud aan de speeltoestellen. Dit sluit aan bij de werkelijk kosten die in de laatste twee jaar zijn gemaakt. Daarnaast worden er nog kosten gemaakt voor het onderhoud van valbodems en de verplichte veiligheidsinspectie van speeltoestellenen en enkele kleine overige kosten (totaal € 11.000). 4/7
Per saldo is er een overschot van € 10.000 op het onderhoudsbudget. Voorgesteld wordt echter om dit bedrag in 2013 te gebruiken om de knelpunten op het gebied van speelruimte in het centrum op te pakken. Daarnaast is in de kadernota Sport en Bewegen eveneens op meerdere plaatsen een relatie gelegd met het speelruimtebeleid. Daarbij is o.a. aangegeven dat het van toenemend belang is dat ook senioren via specifieke voorzieningen in de openbare ruimte hun beweeglijkheid op peil kunnen houden. In de kadernota Sport en Bewegen is vermeld dat het speelruimtebeleid voorziet in (beweeg)voorzieningen voor de jeugd in de nabijheid van huis en school en voor specifieke voorzieningen voor senioren. Als mogelijke financiering is het budget voor speelruimtebeleid vermeld. (zie bijlage 2). Mede in relatie tot het lagere benodigde onderhoudsbedrag bij speelruimtebeleid, ontstaan nu wellicht mogelijkheden om samen met de Netwerkgroep Nederweert Beweegt te onderzoeken welke voorzieningen nodig zijn en waar die het beste aangebracht kunnen worden. Voorgesteld wordt dan ook om het overschot voor 2014 en volgende jaren voorlopig te behouden. Dit budget wordt dan ingezet om de aanbevelingen uit de kadernota sport en bewegen in relatie tot het speelruimtebeleid te realiseren. Kanttekening Door akkoord te gaan met dit voorstel wordt een mogelijke besparing op onderhoudskosten in 2013 en volgende jaren ingezet om extra maatregelen te treffen op het gebied van speelruimte. Hiermee wordt besloten een besparing op onderhoudskosten ad. € 10.000 niet te realiseren. Uitvoering ste Als de raad instemt met dit voorstel zal op korte termijn (1 helft 2013) in overleg met omwonende, dorpsraad Nederweert en de Woningverenging Nederweert een oplossing gezocht worden om de kwaliteit van de speelruimte in het centrum van de kern Nederweert op te waarderen. Daarnaast zal op basis van de beleidsvoornemens en het vervangingsplan uitvoering worden gegeven aan het op peil houden van de kwaliteit van het speeltoestellenbestand en wordt invulling gegeven aan de aanbevelingen uit de kadernota Sport en Bewegen. Over 5 jaar zal een nieuwe evaluatie en financiële doorkijk plaatsvinden. Financiële gevolgen Totale budget speel en trapveldjes 2013 Interne uren en kapitaallasten € 43.000 Vervanging en onderhoud € 78.400 € 121.400 Noodzakelijke kosten voor vervanging en onderhoud in 2013 en volgend jaren Vervanging speeltoestellen € 45.000 Onderhoud speeltoestellen € 12.000 Onderhoud valbodems, veiligheidsinspectie en overige kosten € 11.000 € 68.000 Het overschot aan budget in verband met de lagere onderhoudskosten wordt in 2013 ingezet voor het oplossen van de knelpunten in het centrum van de kern Nederweert. Dit naar aanleiding van de motie van het CDA die is aangenomen tijdens de begrotingsbehandeling op 6 november 2012. Daarnaast wordt dit budget vanaf 2014 ingezet om de aanbeveling vanuit de kadernota Sport en Bewegen op het gebied van beweging voor ouderen te realiseren.
5/7
Relatie met programmabegroting Programma/Paragraaf/ Deelprogramma
Indicator / Resultaat
Functie
Programma 1: Fysieke leefomgeving
Omschrijving functie
Openbaar groen en openluchtrecreatie
560
(Bedragen in €)
Financieel Grootboeknummer
Budget volgens begroting
Reeds uitgegeven
Verplichtingen
Bedrag opgenomen in voorstel
Restant cq nog te realiseren
Begrotingsmutatie
2013
-
-
-
-
-
-
2014
-
2015
-
2016
Toelichting dekking en/of relatie met bezuinigingsnummer
-
Bijlagen 1. Raadsvoorstel 25 maart 2008 2. Passage kadernota Sport en bewegen over inzet speelruimtebudget voor voorzieningen voor ouderen
6/7
Concept raadsbesluit
De raad van de gemeente Nederweert
Overwegende dat er in de raadsvergadering van 25 maart 2008 speelruimtebeleid is vastgesteld waarbij is aangegeven dat er in 2013 een nieuwe doorkijk van de budgettering zou plaatsvinden. Gezien het voorstel nr. van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 februari 2013 Gelet op de motie van de CDA fractie (onderwerp: Invulling openbare ruimte en speelruimte in Nederweert dorp) welke is ingediend en aangenomen tijdens de raadsvergadering van 6 november 2012.
Besluit 1. Vasthouden aan de bestaande beleidsvoornemens voor de ontwikkeling en het onderhouden van de bestaande openbare speelruimte. 2. Het budget ad. € 45.000 voor vervanging van speeltoestellen handhaven voor 2014 en volgende jaren. 3. Het overschot op de onderhoudskosten ad. € 10.000 in 2013 en volgende jaren inzetten voor het opwaarderen van de speelruimte in het centrum van de kern Nederweert en de uitwerking van de aanbevelingen uit de kadernota Sport en Beweging op het gebied van beweging voor ouderen.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 26 maart 2013, De raadsgriffier,
De voorzitter,
W.A. Ernes
H.F.M. Evers
7/7