Studeerwijzer Academie voor toerisme: duaal traject FBTR bachelorfase LA 38-39: Ontwikkeling beroepsvaardigheden/competenties op de werkplek 2012-2013 NHTV internationaal hoger onderwijs Breda Opleiding FBTR Mgr. Hopmanstraat 15 Postbus 3917 4800 DX Breda tel. 076 - 5332203 http://www.nhtv.nl © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 1 van 25
VOORWOORD
Binnen de duale onderwijstrajecten van de Academie voor toerisme, heeft het bedrijfsleven een rol in het leren op de werkplek door studenten. Daarnaast zal het werkveld daar waar mogelijk een bijdrage leveren voor wat betreft het opleidingsprogramma op NHTV. De hogeschool blijft echter verantwoordelijk voor het totale opleidingsprogramma en dus ook verantwoordelijk voor het beoordelen van de leerwerkzaamheden op de werkplek. Integratie van theorie en praktijk garandeert dat leeractiviteiten gebaseerd zijn op de beroepspraktijk. Het is daarom belangrijk dat studenten op de werkplek de gelegenheid krijgen zich binnen het takenpakket op de werkplek te verbreden, verrijken en verdiepen, anders is er geen sprake van competentieontwikkeling. Duaal onderwijs biedt de mogelijkheid voor de student/werknemer om onder begeleiding meer expertise te verwerven, meer expert te worden. Studenten/werknemers worden binnen duaal onderwijs in het bijzonder in situaties gebracht en met vraagstukken geconfronteerd die hen aanmoedigen om zelf kennis en vaardigheden te verwerven: Leren te leren. Het is de taak van de Studieloopbaan coach (SLC)/de begeleidende docent om ze tijdens de studie te helpen en te begeleiden deze kennis en vaardigheden te verwerven en te laten groeien naar beroepsbeoefenaar op bachelor niveau. Basis voor de duale opleiding, is de vormgeving van het onderwijs in leerarrangementen, geïntegreerde eenheden rondom een kritisch thema vanuit het bedrijfsleven. Deze studeerwijzer geeft aan hoe je werkt aan het verwerven van competenties op de werkplek, hoe we dit begeleiden.
Veel plezier en succes!
NHTV Academie voor toerisme, opleidingsteam duaal FBTR – MTT& MRO Breda, september 2012
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 2 van 25
INHOUDSOPGAVE
PAGINA
Voorwoord
1.
Inleiding
4
2.
Het traject: leren op de werkplek uitgewerkt
4
3.
Inhoud en toetsing binnen deze leerarrangementen & Literatuur
8
4.
Activiteitenoverzicht
10
Bijlagen: Bijlage 1 A en 1 B bevat het overzicht waarin de BBA competenties en FBTR competentiematrix gekoppeld zijn aan het onderwijsprogramma. Bijlage 2 STARR-methodiek
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 3 van 25
1
INLEIDING
Tijdens het leren op de werkplek, wat onderdeel is van het duaal opleidingstraject, staat jouw persoonlijke ontwikkeling en verdere professionalisering als manager in het toeristisch- recreatief werkveld centraal. De studiepunten die gereserveerd zijn voor dit leren op de werkplek in de fase na het behalen van het Ad-diploma tot het behalen van het bachelordiploma, betreffen competenties op het strategisch en beleidsmatig niveau. Je coach helpt je te: • •
werken op je werkplek aan de tien BBA competenties (zie hoofdstuk 2). Keuzes te maken met betrekking tot het afstuderen.
In deze studeerwijzer is in hoofdstuk twee uitgewerkt om welke competenties het gaat. In hoofdstuk drie staan de eisen met betrekking tot de toetsing nader uitgelegd. In hoofdstuk vier is het activiteitenoverzicht voor dit collegejaar opgenomen.
2.
HET TRAJECT: ONTWIKKELING BEROEPSVAARDIGHEDEN/COMPETENTIES OP DE WERKPLEK UITGEWERKT
2.1
Competenties BBA (Bachelor of Business Administration)
Elke opleiding van een hogeschool heeft vastgelegd wat een afgestudeerde van die opleiding moet kennen en kunnen. Daarnaast hebben de hogescholen afgesproken om voor elke opleiding die door meer hogescholen wordt aangeboden, een landelijk opleidingsprofiel op te stellen. De bijbehorende documenten dragen namen als 'opleidingsprofiel', 'opleidingskwalificaties' of 'domeincompetenties'. Opleidingen, die wat betreft inhoud en werkveld veel verwantschap hebben, kunnen een 'domein' vormen en een overkoepelend landelijk opleidingsoverleg hebben. Dit laatste is het geval bij de opleidingen van de Academie voor toerisme. De opleidingen kennen een opleidingsprofiel met hierbij horende opleidingskwalificaties en competenties welke zijn neergelegd in een competentiematrix. Deze competenties zijn getoetst aan de landelijk vastgestelde domeincompetenties zoals door de HBO-raad vastgesteld. De domeincompetenties BBA in Tourism Management zijn als volgt gedefinieerd en komen overeen met de domeincompetenties zoals door de HBO-raad vastgesteld: 1. Ontwikkelen van een visie op veranderingen en trends in de externe omgeving en ontwikkelen van relaties, netwerken en ketens. 2. Analyseren en implementeren van de financiële en juridische aspecten, 3. Toepassen van human resource management (HRM) in het licht van de strategie van de organisatie. 4. Inrichten, beheersen, analyseren en verbeteren van bedrijf- of organisatieprocessen. 5. Analyseren van beleidsvraagstukken, vertalen in beleidsdoelstellingen en –alternatieven en voorbereiden van besluitvorming 6. Ontwikkelen, implementeren en evalueren van een veranderingsproces. 7. Sociale en communicatieve competentie (interpersoonlijk, organisatie). 8. Zelfsturende competentie (intrapersoonlijk, beroepsbeoefenaar of professional) 9. Balanceren tussen People Planet Profit. © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 4 van 25
10. Initiëren, creëren en vermarkten van producten en diensten, zelfstandig en ondernemend.
In het duaal traject van de Academie voor toerisme staan de afstudeerrichtingen manager recreatieonderneming en manager travel trade centraal. In bijlagen 1A en 1B kun je de competentiekoppeling aan de BBA competenties en het onderwijsprogramma vinden. In de fase na het behalen van het Addiploma staan de competenties op het niveau van strategisch en beleidsmatig handelen centraal.
2.2
Waar gaat het ook om bij het verwerven van competenties op de werkplek en het coaching-traject?
Naast het werken aan de tien competenties zoals bij 2.1 genoemd gaat het ook om competenties op het gebied van het leervermogen. Competenties bestaan uit een combinatie van kennis, houding en gedrag in relatie tot de context (dit is in jullie geval de werkomgeving toerisme en recreatie). Om te bepalen in hoeverre je de competenties hebt ontwikkeld, sta je regelmatig stil bij je ervaringen. De competenties die hierop betrekking hebben, de competenties 7 en 8, zijn in onderstaand overzicht nader uitgewerkt in subcompetenties en indicatoren.
SUBCOMPETENTIES De student ontwikkelt zelfkennis/ heeft inzicht in de eigen persoonlijkheid (2.1)
INDICATOREN Inzicht in eigen kwaliteiten Inzicht in samenwerken Inzicht in het effect van het eigen gedrag op het gedrag van anderen Kan concreet formuleren wat van anderen verwacht wordt
De student is zelfverantwoordelijk (kan ‘leidinggeven’ aan zichzelf) (2.2)
• • •
Kan leerdoelen bepalen en op basis hiervan sturing geven aan het eigen leerproces Tracht de eigen werkwijze permanent te verbeteren Toont zich kritisch ten aanzien van eigen prestaties Staat open voor feedback van anderen op het eigen functioneren
De student kan systematisch en methodisch werken en het eigen werk organiseren (2.3)
• • •
Kan de resultaten toetsen Neemt tijdig de nodige beslissingen om tot een goed resultaat te komen Kan onder druk werken
De student toont leervermogen (2.4)
• • • •
Is leergierig en nieuwsgierig en staat positief ten opzichte van permanent leren Kan doelgericht informatie verzamelen Integreert kennis in bestaande kennis Is in staat zich nieuwe methoden en systemen eigen te maken, zoals computersystemen, internet, zoekmachines
De student kan plannen en organiseren (2.5)
• • • • •
Kan samenwerken Organiseert de samenwerking in een plan van aanpak en kan dit implementeren Stelt concrete doelen voor zichzelf en anderen Is resultaatgericht en kritisch ten opzichte van te behalen resultaten Evalueert en stelt bij
De student beschikt over prestatiemotivatie (2.6)
• •
Stelt hoge kwaliteitseisen aan eigen functioneren en dat van anderen Streeft zo hoog mogelijke resultaten/ prestaties na
2.3
Werken aan competentieverwerving, de rol van de ELO hierbij en de coaching
Competentieverwerving is het centrale thema binnen de duale opleidingen. Het traject van leren op de werkplek heeft als doel aan te tonen dat de student in het kader van het bachelor-traject de competenties op strategisch en beleidsmatig niveau bezit. De student doet dit door op de werkplek werkzaamheden te verrichten welke tot competentieverwerving leiden. Maar ook door het werken aan de opdrachten die onderdeel zijn van de toetsing binnen de opleiding. © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 5 van 25
Op de werkplek gaat de student zelfstandig aan de slag om de competenties te verwerven en wordt gecoacht op de werkplek door het bedrijf bijvoorbeeld de direct leidinggevende van de student. De student maakt hierover afspraken met de coach vanuit de opleiding en draagt vanuit de werkplek stukken aan in het portfolio welke de competentiegroei bewijzen. Deze bewijzen vormen samen met de toetsing per leerarrangement het bewijs van competentiegroei. Taken van je coach Kort samengevat zijn dit de belangrijkste taken van je coach • • • • •
Het begeleiden van het proces m.b.t. de persoonlijke groei van individuele studenten; Het adviseren van studenten ten aanzien van de competenties op het gebied van het leervermogen. Het beoordelen van de competentieontwikkeling op de werkplek. Het samen met de student bewaken van de studievoortgang van de student Het vormen van een eerste aanspreekpunt binnen de opleiding m.b.t. de competentieverwerving op de werkplek, voor de student;
Daarnaast bespreek je met je coach regelmatig je studievoortgang en je keuzes m.b.t. het afstuderen. 2.4
Starr-beschrijving bij iedere competentie
Het is de bedoeling dat je ten aanzien van ieder product dat je inbrengt in je portfolio ter onderbouwing van je competentie een zgn. Starr-beschrijving opneemt ( zie bijlage 2 bij deze studeerwijzer). Dit doe je als volgt:
STARR beschrijving bij document: Situatie heeft plaatsgevonden, waar, op: (plaats, datum, bedrijf etc. aangeven) S T A R R
2.5
Situatie Taak Actie Resultaat Reflectie
CV, functiebeschrijving en kopie arbeidsovereenkomst
Indien je dit nog niet eerder deed in je portfolio, dan start je met het invullen van een CV, functiebeschrijving en een kopie van de arbeidsovereenkomst, en zet je de eerste stap in het maken van je persoonlijke portfolio. Je CV geeft een feitelijk beeld van je levensloop. Naast de gebruikelijke informatie over studie en werk biedt het je ook de gelegenheid ervaringen daarbuiten aan te stippen die van belang geweest kunnen zijn voor de persoon die je nu bent. Je houding en interesse, de door jou opgedane kennis en vaardigheden, kortom in hoeverre je jezelf hebt bekwaamd in bepaalde competenties. In het eerste individuele gesprek met je coach, komt in ieder geval het volgende ter sprake: - de wijze van feedback ontvangen en de mate waarin - een afspraak over welke competenties je als deelnemer wilt laten certificeren - een datum afspraak over een tussentijdse evaluatie van het portfolio - het werken met een digitaal portfolio binnen n@tschool De wijze van feedback ontvangen Je dient met jouw begeleider af te stemmen hoe, hoe vaak en wat nodig is om de begeleiding voor beide partijen zo prettig en efficiënt mogelijk te laten verlopen. Het kan goed zijn om in het begin wat meer tijd te steken in het krijgen van feedback op het beschrijven van STARR situaties of toelichting © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 6 van 25
competenties. Dit kan eventueel telefonisch of via mail, spreek dit wel af met je coach. Soms vindt een begeleider het noodzakelijk voor zijn/haar eigen beeldvorming een bezoek te brengen aan de organisatie en de plek waar je werkt. De begeleidingstijd is gelimiteerd. De begeleider zal dus keuzes maken in wat nodig is voor begeleiding van jou als deelnemer. Soms is meer inhoudelijke feedback op een portfolio voor je belangrijker dan een werkplekbezoek. Wij adviseren je zelfsturend op te treden. Je kunt ook zelf aangeven waarin je begeleid wilt worden. Tip: Laat aan je begeleider via email weten als je iets in het portfolio geplaatst hebt, zodat de begeleider vervolgens je kan laten weten wanneer hij/zij feedback zal geven.
2.6
Portfoliobegeleidingsfase
Je begeleider coacht je bij het optimaal samenstellen van je portfolio dat ten grondslag ligt aan het assessment. In deze fase helpt de begeleider je met het volgende: - Wegwijs maken in de competenties en helpen de vertaalslag te maken naar concrete werksituaties en beroepsproducten. - Ondersteunen in het optimaal samenstellen en verzamelen van bewijslast van beroepsproducten voor het portfolio - Ondersteunen bij het beschrijven van situaties naar aanleiding van bewijslast aan de hand van de STARR methode(zie bijlage 2 bij deze studeerwijzer) - Controleren of je de feedback begrijpt en toepast. Je richt het portfolio zelf in aan de hand van 10 BBA competenties. Feitelijk dien je bewijslast aan te dragen waaruit de mate en het niveau blijkt waarin je jezelf in een bepaalde competentie hebt bekwaamd. Hiervoor dien je ook bij alle bewijslast situatiebeschrijvingen toe te voegen waarin je aan de hand van de STARR methode aangeeft wat jouw rol en taak is geweest, wat het resultaat was van die actie en wat de reflectie van de deelnemer is geweest. De assessor en niet de begeleider geeft de beoordeling op competenties op drie niveaus: Niveau 1 staat voor beginners niveau HBO Niveau 2 staat voor gevorderd niveau HBO Niveau 3 staat voor startbekwaam niveau HBO De assessor stelt ook vast op welk niveau de competentie behaald of niet behaald is. Om inzicht te krijgen in de niveaus kun je gebruik maken van de competentiematrix die is terug te vinden in bijlage 1A en 1B, verder kan je coach je hiermee verder helpen. Het is dus niet de taak van de begeleider om tijdens het begeleidingsproces een beoordeling te geven. Met andere woorden de begeleider probeert de juiste bewijslast te herkennen en op waarde (niveau) in te schatten samen met jou. Het is de taak van de assessoren om de bewijslast te erkennen en de waarde hiervan vast te stellen. Er is niet van te voren vastgesteld hoeveel bewijslast je als deelnemer moet indienen. De bewijslast wordt naast niveau bepaling ook beoordeeld aan de hand van de volgende criteria: - hoeveelheid - variatie - actualiteit - relevantie - betrouwbaarheid De begeleider geeft je bij voorkeur kwalitatieve feedback, waarbij vooral de laatste drie criteria van belang zijn in deze fase van het traject leren op de werkplek. De eerste twee criteria zijn van belang in de tussentijdse besprekingen van je portfolio. De begeleider kan wel mogelijk fungeren als tweede assessor ten tijde van het afsluitende assessment. Bewijslast kan een zelf geproduceerd document zijn bijvoorbeeld een communicatieplan, maar kan ook een document zijn je hebt moeten gebruiken bij de uitoefening van jouw functie bijvoorbeeld een begroting van de afdeling financiën. Ook producten die gebruikt zijn bij voorlichtingen zoals een © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 7 van 25
PowerPoint presentatie kan als bewijslast opgevoerd worden. In overleg met je coach kun je ook het afstuderen nog gebruiken om je competenties te verwerven. De volgende opsomming geeft wat houvast: • Verslagen en rapporten van brainstormsessies en werk(groep)overleggen • Beleids-, communicatie-, actie- en verkoopplannen • Onderzoeksrapporten en enquête(uitslagen) • Jaarverslagen en begrotingen • Interne en externe correspondentie • Presentaties, voorlichtingen, publiciteitsmateriaal • Bezettingsplannen, roosters en werkinstructies • Persoonlijke ontwikkelplannen, functionering- en beoordelingsrapportages.
2.7
Voorbereiden op het afstuderen
De coach zal in de loop van het jaar met je spreken over de keuze van een afstudeeronderwerp volgend collegejaar. Het is ook mogelijk indien een van de competenties niet te bereiken is via de werkgever dit op te nemen in het afstudeerproject.
3. INHOUD EN TOETSING BINNEN HET TRAJECT: WERKEN AAN COMPETENTIES OP DE WERKPLEK & LITERATUUR In dit hoofdstuk kun je de toetsinhoud vinden. a. Toetsinhoud Of je voldoet aan de eisen van het traject leren op de werkplek wordt eenmaal per collegejaar beoordeeld. Het eerste toetsmoment staat gepland voor week 26 in 2013. Je mag ten alle tijden deelnemen aan dit toetsmoment. Je begeleider geeft voorafgaand aan dit toetsmoment geen oordeel over je portfolio, je bepaalt zelf of je het portfolio optimaal genoeg vindt om deel te nemen aan het toetsmoment. De inhoud van de toetsing m.b.t. het traject leren op de werkplek is: 1. 2. 3.
Per competentie zijn de bewijsstukken opgenomen in je portfolio en voorzien van een STARR formulier, en als dossier verzonden aan de assessoren via de elo Het portfolio is volledig up to date aan het einde van het collegejaar. Het portfolio voldoet aan de eisen en wordt tijdens het afsluitende assessment getoetst en gewaardeerd als voldoende.
Het resultaat wordt uitgedrukt in een cijfer waarbij het cijfer 5.5 als voldoende wordt aangemerkt. Bij een onvoldoende of gemiste kans vindt aan het einde van het jaar een herkansing plaats. De waardering voor het traject leren op de werkplek betreft 10 ECTS. Indien het cijfer 5.5 of meer is worden de studiepunten vrijgegeven.
Ad.6 Het afsluitende assessment Je hebt het portfolio ingericht aan de hand van 10 BBA competenties. Je hebt bewijslast aangedragen waaruit de mate en het niveau blijkt waarin je je hebt bekwaamd in een bepaalde competentie. Bij alle bewijslast zijn ook situatiebeschrijvingen toegevoegd die volgens de STARR methodiek geformuleerd zijn. De assessor geeft een beoordeling op competenties op drie niveaus: Niveau 1 staat voor beginners niveau HBO Niveau 2 staat voor gevorderd niveau HBO Niveau 3 staat voor startbekwaam niveau HBO De assessoren interpreteren en waarderen de activiteiten die verband houden met de vereiste competenties. Dit doen zij op basis van je portfolio, voorafgaand aan het assessment. © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 8 van 25
De assessoren stellen vast op welk niveau de competentie behaald is/wordt. De eis voor het Bachelor niveau is dat van de 10 competenties er zeven op startbekwaam niveau aangemerkt worden, er twee op gevorderd niveau gewaardeerd worden en maximaal een competentie op niveau 1 gewaardeerd wordt. Tijdens het afsluitende assessment hebben de assessoren de gelegenheid studenten om toelichting te vragen met betrekking tot de uitwerking van het portfolio. Tijdens het afsluitende assessment wordt aan de hand van de onderstaande criteria het uiteindelijke niveau van de competentie en daarmee het cijfer bepaald: - hoeveelheid - variatie - actualiteit - relevantie - betrouwbaarheid Tijdens het afsluitende assessment, waaraan ook twee assessoren deelnemen is de procedure als volgt: Het gesprek neemt een uur in beslag en is als volgt ingedeeld: - Vijftien minuten voorbereiding door de assessoren. - 30 minuten gesprek met jou als deelnemer. - Tien minuten nabespreking tussen de assessoren onderling, bepaling resultaat van het assessment. - Vijf minuten nabespreking tussen de assessoren en jij als deelnemer.
b. Herkansing Herkansing vindt plaats aan het einde van het collegejaar, in week 35 in 2013. De inhoud van de herkansing wordt door de coach bepaald en is gerelateerd aan de ontstane omissie en de oorzaak van het feit dat je portfolio ten tijde van een eerste kans nog onvoldoende was, of vanwege het feit dat je niet hebt deelgenomen aan een eerdere tentamenmogelijkheid. Bij het niet positief afsluiten van deze herkansing volgen twee herkansingsmomenten volgend collegejaar.
c. Literatuur Er is geen specifieke literatuur voor deze leerarrangementen.
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 9 van 25
4.
ACTIVITEITENOVERZICHT COLLEGEJAAR 2011-2012 • •
Het collegejaar start met een klassikale uitleg van het traject dit collegejaar op donderdag 13 september 2012. Gesprekscyclus: Je maakt individueel met je coach een aantal afspraken dit collegejaar over het aanleveren van materiaal in je portfolio en de bespreking hiervan.
4
Eerste tentamenkans week 26 juni 2013
5
Tweede tentamenkans week 35 augustus 2013
Lever je portfolio in bij je coach en de coördinator maatwerk. Lever je portfolio in bij je coach en de coördinator maatwerk.
Inhoud portfolio/showdossier eind collegejaar 1. persoonsgegevens. 2. per competentie de uitwerking van de competentie en de bijbehorende producten en STARR-formulier.
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 10 van 25
Bijlage 1A bij studeerwijzer LA 16 t/m 18. Ten behoeve van MRO afstudeerrichting. Koppeling domeincompetenties Bachelor of Business Administration (BBA) in Tourism Management aan de FBTR competenties en opleidingsinhoud FBTR en Ad-FBTR MRO BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
1. Ontwikkelen van een visie op veranderingen en trends in de externe omgeving en ontwikkelen van relaties, netwerken en ketens.
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie beleidsmatig handelen is geformuleerd:
(BBA1)
FBTR SUBCOMPETENTIES
3.3 Kan een operationeel uitvoeringsplan, zoals een marketing-, salesen pr-plan, opstellen en implementeren. 4.1 Is innovatief. 4.2 Kan een visie op Geeft richting en de toekomst van het sturing aan een toeristisch organisatie om deze recreatieve werkveld optimaal in de markt formuleren en te positioneren en uitdragen. speelt daarbij pro4.12 Kan een voor actief in op de functie relevant internationale netwerk opbouwen ontwikkelingen in de en onderhouden. economische en 4.13 Speelt het politieke omgeving politiek spel van o.a. van de organisatie procedures, en actuele trends in inspraak, plannen het werkveld en indienen en lobbyen. beleveniseconomie.
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MRO. AD FBTR FBTR LA01 De Branche 1
LA16 t/m 18 STAGE 4 t/m 6
LA02 De beleving 1 LA08 De investering 1(mag)
LA 33 Onderneminsgplan 2 LA34 Concurrenten 2
LA25 De Branche 2 LA26 De beleving 2 LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3 LA 42 Strategische productontwikkeling (RS2)
LA35 De memorabele pres 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA 46 Expansie (RS6) LA 48 Lobby is mijn hobby (onderzoekstechnieken) (RS8) LA19 t/m 24 afstuderen
2. Analyseren en implementeren van de financiële en juridische aspecten. (BBA2)
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie strategisch handelen is geformuleerd: Toont ondernemerschap en bepaalt de doelstellingen voor een (eigen) bedrijf, vestiging of afdeling in de sector, en weegt de maatschappelijke ontwikkelingen en behoeften, de financiële belangen en de interne ontwikkeling van de organisatie resultaatgericht tegen elkaar af.
2.14 kan de bedrijfsadministratie aansturen. 3.2 Kan in een beperkte periode te midden van veel onzekerheden komen tot een strategische visie met het oogmerk voordeel voor organisatie en klant te behalen en dit vertalen in een ondernemingsplan 3.4 Kan het financiële proces aansturen. 4.11 Kan beleid en wet-en regelgeving begrijpen en interpreteren naar de eigen situatie. 4.12 Kan een voor de functie relevant netwerk opbouwen en onderhouden. 4.13 Speelt het politieke spel van o.a. procedures, inspraak, plannen indienen en lobbyen.
LA09 Financieel overzicht 1
LA16 t/m 18 STAGE 4 t/m 6
LA07 Het ondernemingsplan 1
LA30 De ondernemer 2 Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) en recht.
LA08 De investering 1(mag) LA09 Het financiële overzicht 1 LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3 LA 42 Strategische productontwikkeling (RS2) LA44 Onderhoud, inrichting en organisatie (RS 4)
LA31 De investering 2 LA32 Financieel overzicht 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig.
LA19 t/m 24 afstuderen
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 11 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
3. Toepassen van human resource management (HRM) in het licht van de strategie van de organisatie.
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie tactisch handelen is geformuleerd:
2.10 Kan leiding geven aan het personeel. 2.11 Zorgt voor een efficiënte interne organisatie.
(BBA3)
(BBA4)
LA05 Het personeelsbeleid 1
LA28 De bedrijfsorganisatie
LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3
LA29 Personeelsbeleid LA19 t/m 24 afstuderen
Geeft leiding aan de dagelijkse gang van zaken en stuurt daarbij mensen, middelen en processen doelgericht en planmatig aan.
4. Inrichten, beheersen, analyseren en verbeteren van bedrijfs- of organisatieprocessen.
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MRO. LA04 De LA16 t/m 18 STAGE 4 bedrijfsorganisatie 1 t/m 6
LA41 Hospitality ( RS1)
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie tactisch handelen is geformuleerd:
1.10 Kan alle activiteiten met betrekking tot beheer en onderhoud van terreinen en gebouwen, installaties en Geeft leiding aan de inventaris, ( techniek dagelijkse gang van en groen), receptie zaken en stuurt en beveiligingstaken daarbij mensen, (ontvangst en middelen en veiligheid) en horeca processen ( voedsel bereiden doelgericht en en bedienen), planmatig aan. detailhandelverkoop, recreatie en vermaak, schoonmaak en logistiek uitvoeren.
LA04 De bedrijfsorganisatie 1
LA16 t/m 18 STAGE 4 t/m 6
LA41 Hospitality ( RS1)
LA33 Onderneminsgplan 2
LA44 Onderhoud, inrichting en organisatie (RS4)
LA34 Concurrenten 2
LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3
LA35 De memorabele pres 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA19 t/m 24 afstuderen
2.11 zorgt voor een efficiënte interne organisatie 2.12 organiseert de communicatie 2.13 optimaliseert interne en externe dienstverlening
5. Analyseren van beleidsvraagstukken, vertalen in beleidsdoelstellingen en alternatieven en voorbereiden van besluitvorming (BBA5)
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie operationeel en tactisch handelen is geformuleerd Echter ook de competentie op het niveau van beleidsmatig handelen is feite in zijn totaliteit hier op gericht. Operationeel: Zorgt voor de dagelijkse bedrijfsvoering in
4.1 Is innovatief LA13 t/m 15 STAGE 1 4.2 Kan een visie op t/m 3 de toekomst van het toeristisch recreatieve werkveld formuleren en uitdragen 4.10 Kan – op basis van de eigen visie – een voor de doelgroep memorabele ervaring ontwikkelen en deze in de markt zetten. 4.11 Kan beleid en wet- en regelgeving begrijpen en interpreteren naar de eigen situatie.
LA16 t/m 18 STAGE 4 t/m 6 LA33 Onderneminsgplan 2 LA34 Concurrenten 2 LA35 De memorabele pres 2 LA 46 Expansie (RS6) LA 48 Lobby is mijn hobby (onderzoekstechnieken) (RS8) LA38-39-40 Persoonlijk profiel:
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 12 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
een onderneming en voert operationele werkzaamheden klantgericht en met een hands-on mentaliteit uit, binnen de kaders van relevante weten regelgeving.
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MRO. Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA19 t/m 24 afstuderen
Tactisch: Geeft leiding aan de dagelijkse gang van zaken en stuurt daarbij mensen, middelen en processen doelgericht en planmatig aan. Beleidsmatig: Geeft richting en sturing aan een organisatie om deze optimaal in de markt te positioneren en speelt daarbij proactief in op internationale ontwikkelingen in de economische en politieke omgeving van de organisatie en actuele trends in het werkveld en beleveniseconomie
6. Ontwikkelen, implementeren en evalueren van een veranderingsproces. (BBA6)
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie strategisch handelen is geformuleerd: Toont ondernemerschap en bepaalt de doelstellingen voor een (eigen) bedrijf, vestiging of afdeling in de sector, en weegt de maatschappelijke ontwikkelingen en behoeften, de financiële belangen en de interne ontwikkeling van de organisatie resultaatgericht tegen elkaar af.
7.
Sociale en
Het eerste deel van
3.2 Kan in een beperkte periode te midden van veel onzekerheden komen tot een strategische visie met het oogmerk voordeel voor organisatie en klant te behalen en dit vertalen in een ondernemingsplan 3.3 Kan een operationeel uitvoeringsplan, zoals een marketing-, salesen pr-plan, opstellen en implementeren. 3.4 Kan het financiële proces aansturen.
LA45 Kwaliteit en marktonderzoek plattelandstoerisme (RS 5)
1.1 Kan mondeling
LA03 De communicatie
LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3 LA28 De bedrijfsorganisatie
LA16 t/m 18 STAGE 4 t/m 6 LA33 Onderneminsgplan 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA47 Managementgame ( RS7) LA19 t/m 24 afstuderen
LA16 t/m 18 STAGE 4
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 13 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
communicatieve competentie (interpersoonlijk, organisatie).
de sociale en communicatieve domeincompetentie is bij FBTR op verschillende niveaus terug te vinden: op het operationele niveau als het gaat om klantgerichtheid Op het tactische niveau als het gaat om samenwerken en communiceren. Het “meedenken” bevindt zich ook op het tactische niveau (het doelgericht en planmatig aansturen van mensen, middelen en processen).
communiceren. 1.2 Zet zich in voor optimale klanttevredenheid. 1.4 Kan klachten afhandelen 1.6 Kan onderhandelen en overtuigen. 1.11 Kan goed omgaan met consumenten en zakelijke contacten uit de meest gangbare Europese herkomstlanden. (Moderne Vreemde Talen)
(BBA7)
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MRO. 1 t/m 6 LA12 De studiereis 1 LA41 Richtingsspecifiek ( MRO: Hospitality1) LA36 Persoonlijke groei. Schriftelijke communicatie (MRO) LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3
LA27 Communicatie 2 Medialandschap en mediaevents, PR ( MRO) LA35 De memorabele pres 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig.
Studieloopbaancoaching LA48 Lobby is mijn hobby onderzoekstechnieken ( RS8)
2.1 Kan schriftelijk/digitaal communiceren. 2.4 kan samenwerken. 2.5 Beschikt over prestatiemotivatie 2.10 Kan op dagelijkse basis leiding geven aan het personeel van een onderneming.
LA19 t/m 24 afstuderen
3.1 Kan presenteren.
8. Zelfsturende competentie (intrapersoonlijk, beroepsbeoefenaar of professional) (BBA8)
Deze algemene domeincompetentie, die grotendeels met de Dublin descriptor learning skills overeenkomt, is wat betreft de eerste 2 onderdelen bij FBTR terug te op het niveau van het tactisch handelen: Kan leiding geven aan de dagelijkse gang van zaken in een onderneming in de toeristisch recreatieve branche en stuurt daarbij mensen, middelen en processen doelgericht en planmatig aan.
2.2 Is zelfsturend (kan ‘leidinggeven’ aan zichzelf) 2.3 Toont leervermogen 2.4 Kan samenwerken 2.5 Beschikt over prestatiemotivatie
LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3
LA16 t/m 18 STAGE 4 t/m 6
LA12 De studiereis 1
LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig.
LA37 Persoonlijk profiel operationeel niveau.
Studieloopbaancoaching Studieloopbaancoaching LA19 t/m 24 afstuderen
4.1 is innovatief. 4.12 Kan een voor de functie relevant netwerk opbouwen en onderhouden.
Het laatste aandachtspunt is te plaatsen op het niveau van beleidsmatig handelen: Geeft richting en sturing aan een organisatie om deze © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 14 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MRO.
optimaal in de markt te positioneren en speelt daarbij proactief in op internationale ontwikkelingen in de economische en politieke omgeving van de organisatie en actuele trends in het werkveld en beleveniseconomie
9. Balanceren tussen People Planet Profit.
Deze competentie is binnen FBTR te positioneren op het niveau van beleidsmatig handelen:
4.1 Is innovatief. 4.2 Kan een visie op de toekomst van het toeristisch recreatieve werkveld formuleren en uitdragen Geeft richting en 4.12 Kan een voor sturing aan een de functie relevant organisatie om deze netwerk opbouwen optimaal in de markt en onderhouden. te positioneren en 4.13 Speelt het speelt daarbij propolitieke spel van actief in op o.a. procedures, internationale inspraak, plannen ontwikkelingen in de indienen en lobbyen. economische en politieke omgeving van de organisatie en actuele trends in het werkveld en beleveniseconomie
LA10 De concurrenten 1 LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3 LA45 Kwaliteit en marktonderzoek plattelandstoerisme (RS 5)
LA16 t/m 18 STAGE 4 t/m 6 LA30 De ondernemer 2 Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) en recht. LA33 Onderneminsgplan 2 LA34 Concurrenten 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA46 Expansie (RS6) LA48 Lobby is mijn hobby onderzoekstechnieken ( RS8) LA19 t/m 24 afstuderen
10. Initiëren, creëren en vermarkten van producten en diensten, zelfstandig en ondernemend.
Deze competentie is binnen FBTR te positioneren op het niveau van operationeel handelen en het niveau van beleidsmatig handelen. Operationeel: Zorgt voor de dagelijkse bedrijfsvoering in een onderneming en voert operationele werkzaamheden klantgericht en met een hands-on mentaliteit uit, binnen de kaders van relevante weten regelgeving.
Op operationeel niveau gaat het om de competenties: 1.12 Kan commercieel denken en handelen. 1.13 Heeft kennis en inzicht van de toeristisch recreatieve Branche. 3.2 Kan in een beperkte periode te midden van veel onzekerheden komen tot een strategische visie met het oogmerk voordeel voor organisatie en klant te behalen en dit vertalen in een ondernemingsplan.
LA06 De ondernemer 1 LA11 De memorabele excursie 1
LA 16 t/m 18 STAGE 4 t/m 6
LA42 Strategische productontwikkeling (RS2)
LA30 De ondernemer 2 Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) en recht.
LA43 Digital Marketing (RS 3)
LA33 Onderneminsgplan 2
LA37 Persoonlijk profiel operationeel niveau.
LA34 Concurrenten 2
LA13 t/m 15 STAGE 1 t/m 3
LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA47 Managementgame ( RS7) LA19 t/m 24 afstuderen
4.1 Is innovatief. © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 15 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
Beleidsmatig: Geeft richting en sturing aan een organisatie om deze optimaal in de markt te positioneren en speelt daarbij proactief in op internationale ontwikkelingen in de economische en politieke omgeving van de organisatie en actuele trends in het werkveld en beleveniseconomie
4.10 Kan – op basis van de eigen visie – een voor de doelgroep memorabele ervaring ontwikkelen en deze in de markt zetten.
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MRO.
Deze competentie is ook te positioneren op het niveau van strategisch handelen: Toont ondernemerschap en bepaalt de doelstellingen voor een (eigen) bedrijf, vestiging of afdeling in de sector, en weegt de maatschappelijke ontwikkelingen en behoeften, de financiële belangen en de interne ontwikkeling van de organisatie resultaatgericht tegen elkaar af.
Het bovenstaande schema geeft aan, dat FBTR MRO in ruime mate aandacht besteedt aan de domeinspecifieke eisen voor de BBA, zoals geformuleerd door de HBO-raad.
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 16 van 25
Bijlage 1B bij studeerwijzer LA 16 t/m 18. Ten behoeve van MTT afstudeerrichting. Koppeling domeincompetenties Bachelor of Business Administration (BBA) in TourismManagement aan de FBTR competenties en opleidingsinhoud FBTR en Ad-FBTR MTT BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
1. Ontwikkelen van een visie op veranderingen en trends in de externe omgeving en ontwikkelen van relaties, netwerken en ketens.
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie beleidsmatig handelen is geformuleerd:
(BBA1)
FBTR SUBCOMPETENTIES
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MTT. AD FBTR en FBTR propedeuse LA13 t/m 18 STAGE LA01 De Branche 1 LA26 De beleving 2 LA02 De beleving 1 LA33 Onderneminsgplan 2 LA08 De investering 1 LA34 Concurrenten 2 (management-game)
3.3 Kan een operationeel uitvoeringsplan, zoals een marketing-, salesen pr-plan, opstellen en implementeren. 4.1 Is innovatief. 4.2 Kan een visie op de Geeft richting en sturing toekomst van het aan een organisatie in toeristisch recreatieve LA25 De Branche 2 de reiswereld om deze werkveld formuleren en optimaal in de markt te uitdragen. LA13 t/m 18 STAGE positioneren en speelt 4.32 Kan –op basis van daarbij pro-actief in op de eigen visie- een voor internationale de doelgroep ontwikkelingen in de memorabele ervaring economische en ontwikkelen en deze in politieke omgeving van de markt zetten. de organisatie en 4.32 Kan een voor de actuele trends in het functie relevant netwerk werkveld en opbouwen en beleveniseconomie. onderhouden.
LA35 De memorabele pres 2 LA36 Web 2.0 en Sociale Media (MTT) LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA46 Onderzoek (RS6) LA48 Project Travel Trade - DTO (RS8) LA19 t/m 24 afstuderen
2. Analyseren en implementeren van de financiële en juridische aspecten. (BBA2)
3. Toepassen van human resource management (HRM) in het licht van de strategie van de organisatie.
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie strategisch handelen is geformuleerd:
2.34 kan ten behoeve van een organisatie in de reiswereld de bedrijfsadministra tie aansturen. 3.2 Kan in een beperkte periode te midden van veel onzekerheden Toont komen tot een ondernemerschap en is strategische visie met in staat de het oogmerk voordeel doelstellingen voor een voor organisatie en (eigen) bedrijf, vestiging klant te behalen en dit of afdeling te bepalen, vertalen in een waarbij de Manager ondernemingsplan Travel Trade 3.4 Kan het financiële maatschappelijke proces aansturen. ontwikkelingen en 4.30 Kan – op basis behoeften, de financiële van de eigen visie – belangen en de interne een voor de doelgroep ontwikkeling van de memorabele ervaring organisatie ontwikkelen en deze in resultaatgericht tegen de markt zetten. elkaar afweegt. 4.32 Kan een voor de functie relevant netwerk opbouwen en onderhouden.
LA07 Het ondernemingsplan 1
LA13 t/m 18 STAGE STAGE
LA08 De investering 1 (management game)
LA31 De investering 2
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie tactisch handelen is
LA04 De bedrijfsorganisatie 1
2.30 Kan op dagelijkse basis leiding geven aan het personeel in de reisindustrie. 2.11 Zorgt voor een efficiënte interne
LA09 Het financiële overzicht 1 LA13 t/m 18 STAGE LA41 Toeristische Productontwikkeling (RS4) LA43 Toeristische Mobiliteit (RS3)
LA32 Financieel overzicht 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA47 Reisrecht (RS7) LA48 Project Travel Trade – DTO (RS8) LA19 t/m 24 afstuderen
LA05 Het personeelsbeleid 1
LA13 t/m 18 STAGE LA28 De bedrijfsorganisatie 2 LA29 Personeelsbeleid 2
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 17 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
geformuleerd:
organisatie.
(BBA3) Geeft leiding aan de dagelijkse gang van zaken in de reisindustrie en stuurt daarbij mensen, middelen en processen doelgericht en planmatig aan.
4. Inrichten, beheersen, analyseren en verbeteren van bedrijfs- of organisatieprocesse n. (BBA4)
Operationeel: De Manager Travel Trade is in staat tot de dagelijkse bedrijfsvoering in de reisindustrie en voert operationele werkzaamheden hands-on uit, waarbij commercieel resultaat en klanttevredenheid voorop staat.
1.33 Heeft kennis en inzicht van de toeristisch recreatieve branche. 2.31 zorgt voor een efficiënte interne organisatie 2.32 organiseert de communicatie 2.33 optimaliseert interne en externe dienstverlening
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie tactisch handelen is geformuleerd:
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MTT. LA08 De investering 1 (management LA33 Onderneminsgplan 2 game) LA34 Concurrenten 2 LA13 t/m 18 STAGE LA19 t/m 24 afstuderen
LA04 De bedrijfsorganisatie 1 LA41 Toeristische Productontwikkeling (RS4) LA42 Toeristische Distributie (RS2) LA43 Toeristische Mobiliteit (RS3) LA44 Commerciële vaardigheden 1 (RS5) LA 45 Commerciële vaardigheden (RS1)
LA13 t/m 18 STAGE LA28 De bedrijfsorganisatie LA33 Onderneminsgplan 2 LA34 Concurrenten 2 LA35 De memorabele pres 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA19 t/m 24 afstuderen
LA13 t/m 18 STAGE
Geeft leiding aan de dagelijkse gang van zaken in de reisindustrie en stuurt daarbij mensen, middelen en processen doelgericht en planmatig aan.
5. Analyseren van beleidsvraagstukken , vertalen in beleidsdoelstellingen en alternatieven en voorbereiden van besluitvorming (BBA5)
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie operationeel en tactisch handelen is geformuleerd Echter ook de competentie op het niveau van beleidsmatig handelen is feite in zijn totaliteit hier op gericht.
Tactisch: Geeft leiding aan de dagelijkse gang van zaken in de reisindustrie en stuurt daarbij mensen, middelen en processen doelgericht en planmatig aan.
4.1 Is innovatief 4.2 Kan een visie op de toekomst van het toeristisch recreatieve werkveld formuleren en uitdragen 4.30 Kan – op basis van de eigen visie – een voor de doelgroep memorabele ervaring ontwikkelen en deze in de markt zetten.
LA13 t/m 18 STAGE
LA13 t/m 18 STAGE LA30 De ondernemer 2 Marktonderzoek LA33 Onderneminsgplan 2 LA34 Concurrenten 2 LA35 De memorabele pres 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA 46 Onderzoek (RS6) LA 48 Project Travel Trade (RS8) LA19 t/m 24 afstuderen
Beleidsmatig: © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 18 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MTT.
De manager Travel Trade geeft richting en sturing aan een organisatie in de reisindustrie om deze optimaal in de markt te positioneren en speelt daarbij pro-actief in op internationale ontwikkelingen in de economische en politieke omgeving van de organisatie en actuele trends in het werkveld en beleveniseconomie
6. Ontwikkelen, implementeren en evalueren van een veranderingsproces. (BBA6)
7. Sociale en communicatieve competentie (interpersoonlijk, organisatie). (BBA7)
Deze competentie komt overeen met datgene wat bij FBTR op het niveau van de competentie strategisch handelen is geformuleerd:
3.2 Kan in een beperkte periode te midden van veel onzekerheden komen tot een strategische visie met het oogmerk voordeel voor organisatie en klant te behalen en dit vertalen in een Toont ondernemerschap en is ondernemingsplan 3.3 Kan een in staat de doelstellingen voor een operationeel (eigen) bedrijf, vestiging uitvoeringsplan, zoals een marketing-, salesof afdeling te bepalen, en pr-plan, opstellen en waarbij de Manager implementeren. Travel Trade 3.4 Kan het financiële maatschappelijke proces aansturen. ontwikkelingen en behoeften, de financiële belangen en de interne ontwikkeling van de organisatie resultaatgericht tegen elkaar afweegt.
LA13 t/m 18 STAGE
LA13 t/m 18 STAGE
LA41 Toeristische Productontwikkeling (RS4)
LA28 De bedrijfsorganisatie
Het eerste deel van de sociale en communicatieve domeincompetentie is bij FBTR op verschillende niveaus terug te vinden: Op het operationele niveau als het gaat om klantgerichtheid Op het tactische niveau als het gaat om samenwerken en communiceren. Het “meedenken” bevindt zich ook op het tactische niveau (het doelgericht en planmatig aansturen van mensen, middelen en processen).
1.1 Kan mondeling communiceren. 1.2 Zet zich in voor optimale klanttevredenheid. 1.4 Kan klachten afhandelen 1.6 Kan onderhandelen en overtuigen. 1.11 Kan goed omgaan met consumenten en zakelijke contacten uit andere culturen.
LA03 De communicatie 1
2.1 Kan schriftelijk/digitaal communiceren. 2.4 kan samenwerken. 2.5 Beschikt over prestatiemotivatie 2.10 Kan op dagelijkse basis leiding geven aan het personeel van een organisatie in de reisindustrie.
LA33 Onderneminsgplan 2 LA34 Concurrenten 2 LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA46 Onderzoek (RS6) LA48 Project Travel Trade - DTO (RS8) LA19 t/m 24 afstuderen
LA13 t/m 18 STAGE LA26 Beleving 2
LA12 De studiereis 1 LA27 Communicatie 2 LA13 t/m 18 STAGE LA29 Personeelsbeleid 2 LA41 Toeristische Productontwikkeling (RS4)
LA35 De memorabele pres 2
LA44 Commerciële vaardigheden 1 (RS5)
LA36 Web 2.0 en Sociale Media (MTT)
LA45 Commerciële vaardigheden (RS1)
LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig.
Studieloopbaancoachin g
LA19 t/m 24 afstuderen
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 19 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MTT.
3.1 Kan presenteren. 4.32 Kan een voor de functie relevant netwerk opbouwen en onderhouden.
8. Zelfsturende competentie (intrapersoonlijk, beroepsbeoefenaar of professional) (BBA8)
Deze algemene domeincompetentie, die grotendeels met de Dublin descriptor learning skills overeenkomt, is wat betreft de eerste 2 onderdelen bij FBTR terug te op het niveau van het tactisch handelen: Kan leiding geven aan de dagelijkse gang van zaken in de reisindustrie en stuurt daarbij mensen, middelen en processen doelgericht en planmatig aan.
2.5 Is zelfsturend (kan ‘leidinggeven’ aan zichzelf) 2.6 Toont leervermogen 2.7 Kan samenwerken 2.6 Beschikt over prestatie-motivatie
LA12 De studiereis 1
LA13 t/m 18 STAGE
LA13 t/m 18 STAGE
LA37 Persoonlijk profiel operationeel niveau.
LA44 Commerciële vaardigheden 1 (RS5)
LA26 Beleving 2
LA45 Commerciële vaardigheden (RS1)
LA36 Web 2.0 en Sociale Media (MTT)
Studieloopbaancoachin g
LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig.
4.1 is innovatief.
Studieloopbaancoaching LA19 t/m 24 afstuderen
Het laatste aandachtspunt is te plaatsen op het niveau van beleidsmatig handelen: De manager Travel Trade geeft richting en sturing aan een organisatie in de reisindustrie om deze optimaal in de markt te positioneren en speelt daarbij pro-actief in op internationale ontwikkelingen in de economische en politieke omgeving van de organisatie en actuele trends in het werkveld en beleveniseconomie.
9. Balanceren tussen People Planet Profit.
Deze competentie is binnen FBTR te positioneren op het niveau van beleidsmatig handelen: De manager Travel Trade geeft richting en sturing aan een organisatie in de reisindustrie om deze optimaal in de markt te positioneren en speelt daarbij pro-actief in op internationale ontwikkelingen in de economische en
4.1 Is innovatief. 4.2 Kan een visie op de toekomst van het toeristisch recreatieve werkveld formuleren en uitdragen 4.32 Kan een voor de functie relevant netwerk opbouwen en onderhouden.
LA10 De concurrenten 1
LA13 t/m 18 STAGE LA33 Onderneminsgplan 2
LA13 t/m 18 STAGE LA34 Concurrenten 2 LA41 Toeristische Productontwikkeling (RS4)
LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA19 t/m 24 afstuderen LA46 Onderzoek RS6) LA48 Project Travel Trade - DTO ( RS8)
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 20 van 25
BBA IN MANAGER TOERISME & RECREATIE ZIE BOP MT&R 2009
FBTR COMPETENTIES
FBTR SUBCOMPETENTIES
ONDERWIJSPROGRAMMA IN LEERARRANGEMENTEN IN DE OPLEIDING FBTR EN DAAR WAAR HET GAAT OM SPECIFIEKE LEERARRANGEMENTEN BETREFT HET DE AFSTUDEERRICHTING MTT.
Op operationeel niveau gaat het om de competenties: 1.30 Kan commercieel adviseren, denken en handelen.
LA06 De ondernemer 1
LA 13 t/m 18 STAGE
LA11 De memorabele excursie 1
LA26 Beleving 2
3.2 Kan in een beperkte periode te midden van veel onzekerheden komen tot een strategische visie met het oogmerk voordeel voor organisatie en klant te behalen en dit vertalen in een ondernemingsplan.
LA41 Toeristische Productontwikkeling (RS4)
LA33 Onderneminsgplan 2
LA42 Toeristische Distributie (RS2)
LA36 Web 2.0 en Sociale Media (MTT)
LA43 Toeristische Mobiliteit (RS3)
LA37 Persoonlijk profiel operationeel niveau.
politieke omgeving van de organisatie en actuele trends in het werkveld en beleveniseconomie.
10. Initiëren, creëren en vermarkten van producten en diensten, zelfstandig en ondernemend.
Deze competentie is binnen FBTR te positioneren op het niveau van operationeel handelen en het niveau van beleidsmatig handelen. Operationeel: De Manager Travel Trade is in staat tot de dagelijkse bedrijfsvoering in de reisindustrie en voert operationele werkzaamheden hands-on uit, waarbij commercieel resultaat en klanttevredenheid voorop staat. Beleidsmatig: De manager Travel Trade geeft richting en sturing aan een organisatie in de reisindustrie om deze optimaal in de markt te positioneren en speelt daarbij pro-actief in op internationale ontwikkelingen in de economische en politieke omgeving van de organisatie en actuele trends in het werkveld en beleveniseconomie.
4.1 Is innovatief. 4.10 Kan – op basis van de eigen visie – een voor de doelgroep memorabele ervaring ontwikkelen en deze in de markt zetten.
LA13 t/m 18 STAGE
LA30 De ondernemer 2 Marktonderzoek
LA34 Concurrenten 2
LA38-39-40 Persoonlijk profiel: Tactisch, strategische en beleidsmatig. LA48 Project Travel Trade - DTO (RS8) LA19 t/m 24 afstuderen
Deze competentie is ook te positioneren op het niveau van strategisch handelen: Toont ondernemerschap en is in staat de doelstellingen voor een (eigen) bedrijf, vestiging of afdeling te bepalen, waarbij de Manager Travel Trade maatschappelijke ontwikkelingen en behoeften, de financiële belangen en de interne ontwikkeling van de organisatie resultaatgericht tegen elkaar afweegt. © NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 21 van 25
Het bovenstaande schema geeft aan, dat FBTR MTT in ruime mate aandacht besteedt aan de domeinspecifieke eisen voor de BBA, zoals geformuleerd door de HBO-raad.
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 22 van 25
Bijlage 2 Uitleg STARR Methode
STARR methode Uitleg STARR methode De bewijslast die u aandraagt in het portfolio dient te worden voorzien van situatiebeschrijvingen, hierna ook STARR beschrijving genoemd. In deze situatiebeschrijvingen geeft u aan de hand van de STARR methode aan wat uw rol en taak is geweest, wat het resultaat was van die actie en wat uw reflectie van deelnemer is geweest. Daarnaast kan het zich voordoen dat u voor bepaalde ervaringen geen bewijslast kunt laten zien, ook hiervoor kunt u gebruik maken van de STARR methode en formulieren om de beoordelaar inzicht te geven in uw bekwaamheid van een bepaalde competentie. In dit hoofdstuk zullen we uitleg geven over de STARR methode en daarbij ook een voorbeeld geven. TIP Voor het invullen van een STARR beschrijving vindt u een standaard formulier in het digitale portfolio.
STARR wordt door NHTV uitgelegd in de volgende onderdelen: • Situatie • Taak • Actie • Resultaat • Reflectie Met het gebruik van de STARR methode geeft u het EVC centrum op een gestructureerde manier een zo betrouwbaar mogelijk inzicht in uw gedrag en professioneel handelen. Via de structuur Situatie, Taak (of doel), Actie, Resultaat en Reflectie worden voorbeelden van gedrag verzameld, waaruit naar voren komt hoe u als werknemer opereert, welke capaciteiten al aanwezig zijn voor de uit te voeren taken en welke nog verder ontwikkeld kunnen worden.
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 23 van 25
Via het STARR model komen de volgende aspecten aan de orde: S
Situatie
T
Taak
A
Actie
R
Resultaat
R
Reflectie
U beschrijft een bepaalde situatie, waarin een bepaalde competentie werd verlangd. De functie van de vraag is de context en complexiteit van de situatie in beeld te krijgen. U beschrijft welke taak of rol u hierbij had. U kunt hier achterhalen welke doelen de kandidaat zich gesteld heeft en welke verantwoordelijkheid de kandidaat had. U beschrijft welke actie u ondernomen hebt. Dit beschrijft hij in concrete gedragingen. Dit is de meest belangrijke vraag. Let op antwoorden in de "wij"-vorm i.p.v. de "ik"-vorm. Het gaat nl. om de actie van de kandidaat zelf. Stuur dus op de "ik"vorm. U beschrijft wat het resultaat was. Deze vraag geeft aan hoe effectief de actie van de kandidaat was. U beschrijft hoe u hierop terugkijkt? En eventueel of u het gegeven voorbeeld kan verplaatsen naar een andere situatie / context: de transfer. Deze vraag geeft aan of de kandidaat kan leren van zijn handelen.
Voorbeelden van hulpvragen zijn:
S
Situatie
T
Taak
A
Actie
R
Resultaat
R
Reflectie
Wat ging eraan vooraf? Wanneer speelde dit voorval? Wie waren erbij betrokken? Met wie werkte u hieraan samen? Waar speelde het? Wat was uw rol in de organisatie? Wat was uw functie? Waarom moest juist u dit doen? Welke doelen had u op de langere termijn? Voor wie was dit nog meer belangrijk? Welke plaats nam u in het gehele proces in? Wat deed u toen? Hoe reageerde u? Waarom pakte u het op die manier aan? Wat deed u eerst, wat kwam daarna? Wat was het resultaat van uw actie? Hoe reageerden de anderen in uw voorbeeld hierop? Hoe is het afgelopen? Zijn er nog vervolgacties aan vastgeknoopt, en zo ja welke? Wordt hier nog altijd gebruik van gemaakt? Zijn de problemen later nog teruggekeerd? Zou u een zelfde probleem volgende keer weer zo aanpakken? Wat zou u een volgende keer anders doen? Hebt u daarna een vergelijkbare situatie meegemaakt? Zo ja wat heeft u toen anders gedaan? Kunt u een voorbeeld geven waarin een dergelijke actie verkeerd uitpakte?
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 24 van 25
Voorbeeld STARR-methode Een voorkomend onderdeel is de vraag hoe u reageert op bepaalde situaties. Hoe ga je om met iemand in je team die aan het free-riden is? Situatie – Hoe was de situatie? Tijdens mijn studie heb ik opdrachten moeten maken in groepsverband. Een van de groepsleden zette zich aanzienlijk minder in dan de rest van de leden. Taken – Wat was in deze situatie uw taak? Tijdens de groepsopdracht had ik de rol van voorzitter en diende ik de vergadering voor te zitten, nieuwe ideeën te lanceren en mensen te leiden. Actie – Welke acties heeft u ondernomen? De free-rider apart genomen en aangesproken op zijn gedrag. Daarnaast hebben we zijn planning doorgenomen en harde deadlines gesteld. Tot slot heb ik er op toegezien dat hij zijn deadlines haalde. Resultaat – Wat is het behaalde resultaat? Door de free-rider aan te spreken op zijn gedrag en deadlines op te stellen, werd hij zich bewust van de situatie en heeft hij zich aangepast aan de rest van de groep. Het freeride probleem was verholpen. Reflectie – Wat geeft dit aan over uw vaardigheden en ontwikkelpunten? Wat zou u de volgende keer hetzelfde en/of anders doen? Het ongewenste gedrag heeft zich niet meer, of in mindere mate, voorgedaan. Dit had een positief effect op mijn aanzien ten opzichte van mijn vaardigheden om iemand aan te spreken op zijn gedrag. De volgende keer zal ik een situatie als deze sneller signaleren en hierdoor sneller kunnen ingrijpen dan in het geschetste geval gebeurd is. Voor verschillende scenario’s kunt u de STARR methode voor uzelf toepassen.
© NHTV opleiding FBTR- versie september 2012 Alle rechten voorbehouden; niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder schriftelijke toestemming van de auteurs Studeerwijzer LA duaal onderwijs Ontwikkeling beroepsvaardigheden op de werkplek. Academie voor toerisme, FBTR bachelorfase , pagina 25 van 25