Competentieprofiel Teamleider Scouting Lambertus Reuver

Competentieprofiel Teamleider Scouting Lambertus Reuver

Leeswijzer Voor je ligt het competentieprofiel van de teamleider. Het profiel beschrijft wat er van een goed functionerende teamleider wordt verwacht. Het is (zeer) waarschijnlijk dat je al over een groot deel van de competenties beschikt. Toch leer je elke dag weer iets nieuws. Zo kan het ook zijn dat je jezelf (verder) kunt ontwikkelen in de functie van teamleider. Dit profiel kan je hierbij ondersteunen.

Begrip Competentie Voor Scouting Lambertus Reuver wordt voor een competentie de volgende benadering gehanteerd: Een competentie is de omschrijving van kennis, vaardigheid of persoonskarakteristiek waardoor de effectieve medewerker zich onderscheidt van een minder of niet effectieve medewerker (Guiver- Freeman, 2006).

Werkwijze Zoals hierboven beschreven bestaat een competentie uit drie componenten. Daarom is er voor gekozen om het competentieprofiel te beschrijven in drie clusters, te weten: Kennis: Dit component omvat alle kennis die je hebt opgedaan door scholing, ervaring en die je weet. Kortom: Dit deel zit in je geheugen en kun daar waar mogelijk toepassen. (Bijvoorbeeld: Een activiteit plannen, een probleem oplossen) Vaardigheid: Dit component omvat alle vaardigheden die je hebt opgedaan door scholing, ervaring en die je (veelal) doet met jouw handen. (Bijvoorbeeld: een tent kunnen opbouwen, kunnen sjorren) Persoonskarakteristiek: Dit component omvat de houding/ gedrag welke past bij de functie. Deze bezit je vaak door opvoeding en wat je voor jezelf belangrijk vindt. Dit component is moeilijker te ontwikkelen, maar wel erg belangrijk voor het goed functioneren. (Bijvoorbeeld: nauwkeurig zijn, kunnen samenwerken)

Begrip indicatoren Een indicator is een aanwijzing die je kunt gebruiken bij de ontwikkeling van jouw competenties. Daarnaast zijn indicatoren een handig hulpmiddel om het in meer of mindere mate bezitten van een competentie te evalueren.

De teamleider De teamleider van een speltak heeft de eindverantwoordelijkheid binnen het team. Hij/ zij is verantwoordelijk voor het organiseren en leiden van het teamoverleg; naast de groepsbegeleider is hij/ zij ook verantwoordelijk voor de opvang, begeleiding en functioneren van (nieuwe) stafleden. De teamleider is tevens eindverantwoordelijk voor het organiseren van activiteiten en begeleiding van de aan de speltak toevertrouwde jeugdleden.

2

Cluster: Kennis Competentie: Organisatie bewustzijn Indicatoren:  Weten hoe de Scouting Lambertus georganiseerd is.  Weten welke functies en taken er binnen de speltak zijn en hoe hieraan invulling gegeven dient te worden. Competentie: Technische kennis Indicatoren:  Weten hoe om te gaan met kinderen van een bepaalde leeftijdscategorie.  Weten hoe om te gaan met kinderen met een gedragsstoornis dan wel verstandelijke/lichamelijke beperking  Kennis hebben van verschillend spelaanbod. Competentie: Plannen en organiseren Indicatoren:  Opstellen van een jaarrooster, i.o.m stafteam, met activiteiten die passen bij de leeftijdsgroep.  Op tijd aanvragen van materialen, locaties en gelden.  Zorgen voor het bijeenkomen van het stafteam om de voortgang te bespreken.

Competentie: Commerciële gerichtheid Indicatoren:  Aanpassen van de keuze van activiteiten en hulpmiddelen op het beschikbare budget.

* Ik zou kiezen voor leeftijdsgroep of leeftijdscategorie.

Cluster: Vaardigheden Competentie: Communicatief vaardig zijn Indicatoren:  Op de hoogte stellen van de ouders van activiteiten (mondeling en per mail of schrijven).  Op de hoogte te stellen van ouders in geval van bijzonderheden en/ of problemen.  Op begrijpelijke wijze uitleggen van het programma aan jeugdleden.  Op één lijn communiceren met het stafteam.  To the point de stand van zaken van de speltak terugkoppelen aan de groepsbegeleider. Competentie: Ontwikkelen van anderen Indicatoren:  Begeleiden en ondersteunen van de overige stafleden in het team.  Begeleiden en ondersteunen van de kinderen in de speltak.  Aanvragen van opleidingen en trainingen voor hem/haar zelf en de overige stafleden in het team. Competentie: Leidinggeven Indicatoren:  Leiding geven aan stafleden en kinderen in speltak.  Taken delegeren voorafgaande aan activiteiten. 3

 

Tijdens de uitvoering van activiteiten de planning bewaken en daar waar nodig het plan (bij) te sturen. Houden van een gestructureerde evaluatie na afloop van een activiteit. Kunnen alle teamleiders via een bepaalde structuur evalueren? Als je dit erin zet zul je de teamleiders moeten vertellen hoe ze dit kunnen doen. Je kunt bijvoorbeeld het volgende schema gebruiken: Wat ging er goed? Wat ging er anders dan verwacht? Hoe kan het de volgende keer beter?

Competentie: Probleemanalyse en probleemoplossing Indicatoren:  Nauwkeurig bekijken van via stafleden uit het team verzamelde informatie om aan de hand daarvan, op basis van grondige argumenten een conclusie te kunnen trekken.  Oplossingen voor vraagstukken binnen de groep vinden die het beste passen bij het stafteam.  Oplossingen aandragen bij betrokken partijen in geval van conflicten/ problemen. Competentie: Opbouwen en in standhouden van relaties Indicatoren:  Bezoeken van ouders als daar, in het belang van het kind of stafleden, behoefte aan is.  Bemiddelen in conflictsituaties binnen het stafteam.  Contact onderhouden met andere teamleiders. Competentie: Motiveren van anderen Indicatoren:  Zichzelf opstellen als persoon met een voorbeeldfunctie..  Creëren van een goede sfeer binnen het stafteam.  Door jeugdleden plezier te laten hebben in de uitvoering van de activiteiten.  Door elkaar aan te spreken op elkaars gedrag en houding, in zowel positieve als negatieve zin.

* Negatief veranderen in kritiek/ kritische feedback, klinkt misschien iets duidelijker als elkaar aanspreken in 'negatieve zin'.

Cluster: Persoonskarakteristieken Competentie: Integer zijn Indicatoren:  Open en eerlijk communiceren met mede stafleden binnen en buiten het eigen stafteam.  Open en eerlijk te communiceren met de groepsbegeleider.  Optreden in conflicten tussen partijen als neutrale gesprekspartner.  Opbouwen van vertrouwen bij ouders richting het stafteam. Competentie: Nauwkeurig zijn Indicatoren:  Zorgen dat de veiligheid van de kinderen tijdens de groep gewaarborgd is en blijft.  Controleren van de aanwezigheid van kinderen en stafleden.  Klaar hebben van wekelijks gedetailleerde programma’s voor de kinderen. Competentie: Samenwerken in teamverband Indicatoren:  Actief deelnemen aan de organisatie van activiteiten van de eigen speltak en periodieke groepsactiviteiten. 4

   

Actief deelnemen aan stafvergaderingen. Zorgen voor actieve bijdrage binnen stafteam. Samen met andere stafleden zorg dragen voor reilen en zeilen binnen stafteam. Tijdig afmelden voor groepsbijeenkomsten en andere activiteiten.

* Misschien kun je reilen en zeilen anders verwoorden, dit is nog niet concreet, je kunt bijvoorbeeld schrijven: Samen met andere stafleden zorg dragen voor de speltak gerelateerde activiteiten binnen stafteam (bijvoorbeeld overvliegen, ouderavond, installatie weekenden, kamp en groepsavonden).

Gewenste (voor) opleidingen en/ of ervaring Het is wenselijk dat je voor het functioneren als teamleider een aantal opleidingen volgt of hebt gevolgd. Hieronder tref je een opsomming aan van (voor)opleidingen en cursussen die kunnen bijdragen aan het goed uitvoeren van je functie. Ervaring in één van de opgesomde (voor)opleidingen kan natuurlijk ook bijdragen aan het goed functioneren      

Minimaal MBO denkniveau; Verklaring goed gedrag; Ervaring in leidinggeven; Interne opleidingen/cursussen Scouting Lambertus; EHBO incl. AED opleiding; Staflid zijn van Scouting Lambertus.

5