Competente officieren Universitair niveau Open voor de wereld Respect voor waarden
N E D R O W R E OFFICI
Militaire e k j i l k n i Kon School
Welkom in de Koninklijke Militaire School
Wat ook de redenen mogen zijn voor uw belangstelling voor de KMS, wij zullen u helpen ontdekken wat er schuilgaat achter de muren
van deze instelling die niets meer weg heeft van een kazerne. Het is altijd de opdracht van de KMS geweest om officieren op te leiden en hun een degelijke intellectuele bagage te verschaffen waardoor ze verantwoordelijkheden kunnen dragen en leiding kunnen geven. Onze structuren en onze werking worden dan ook voortdurend bijgestuurd om voeling te houden met de samenleving. Vandaag is de KMS een militaire instelling voor universitair onderwijs die bachelor-, master- en doctortitels verleent conform het Bolognaproces. Daarnaast legt de school zich ook toe op hoogstaand wetenschappelijk onderzoek in domeinen die van belang zijn voor Defensie en stelt ze haar expertise ter beschikking van Defensie en van de burgermaatschappij. In overeenstemming met haar hoofdopdracht besteedt de KMS ook bijzondere aandacht aan de militaire en fysieke opleiding én aan karaktervorming. Dankzij die polyvalente vorming kunnen onze afgestudeerden hun leiderstaak in de eenheden en als manager bij Defensie voluit opnemen. Wij wensen u alvast een aangename ontdekkingsreis. Henk ROBBERECHT, Ir Generaal-majoor Commandant van de Koninklijke Militaire School
De hoofdopdracht van de Koninklijke Militaire school is het vormen van officieren. Officieren zijn mannen of vrouwen van eer die mensen kunnen leiden. Ze werken in een lokale, nationale of internationale structuur. Om hun opdracht uit te voeren beschikken ze over materiële middelen, maar vooral “human resources”. Officieren moeten complexe situaties correct kunnen inschatten, de juiste beslissingen kunnen nemen om hun doelstellingen te bereiken, gezag kunnen uitoefenen door bevelen te geven, aandacht hebben voor hun omgeving en hun personeel en respect kunnen afdwingen.
Het beroep van officier
Het komt zelden voor dat iemand al deze competenties van nature uit bezit. Daarom wil de KMS deze competenties bij de leerlingen ontwikkelen en oefenen zodat ze uitgroeien tot de militaire chefs die de strijdkrachten nodig hebben. De KMS is er trots op jonge officieren te kunnen vormen die na hun opleiding klaar staan om in dienst van de nationale en internationale gemeenschap manschappen te bevelen en opdrachten uit te voeren in diverse, complexe en uitzonderlijke omstandigheden.
Een voortdurend veranderend beroep
Natuurlijk volstaat een basisvorming niet om een volledige loopbaan uit te bouwen. Om bij te blijven en voeling te houden met de snelle ontwikkelingen in de huidige maatschappij, moet elk kaderlid zijn kennis voortdurend bijwerken en zijn competenties uitbreiden. Dat geldt ook voor Defensie. Daarom verstrekt de Koninklijke Militaire School ook een voortgezette algemene en professionele vorming die officieren in staat stelt om staffuncties te bekleden of het bevel te voeren in nationaal en internationaal verband. Naast verschillende bevorderingscursussen organiseert de KMS ook hogere opleidingen waarmee een bijkomend masterdiploma en zelfs een doctoraat kan worden behaald. Ten slotte verzorgt de KMS regelmatig specifieke opleidingen in domeinen als overheidsopdrachten of het recht van gewapende conflicten. Officieren kunnen zulke opleidingen volgen in de loop van hun carrière. Heel wat cursussen en opleidingen zijn niet uitsluitend bestemd voor officieren of burgerpersoneel van Defensie, maar richten zich ook tot geïnteresseerden uit de burgersector.
In 2009 vierde de Koninklijke Militaire School haar 175-jarig bestaan. Ze werd in 1834 opgericht om de toekomstige kaderleden van het piepjonge Belgische leger op te leiden, in het bijzonder officieren-ingenieurs voor de artillerie en de genie.
180 jaar ten dienste van de natie
De leiding werd toevertrouwd aan de Franse luitenantkolonel Chapelié. Hij moest de structuur van de school en de opleiding van kandidaat-officieren baseren op het model van de Franse Grandes Ecoles en in het bijzonder op dat van de befaamde Ecole Polytechnique.
De traditie en het respect voor de ontstaansgeschiedenis zijn bewaard gebleven. Daarom worden de kandidaat-bachelors die nu aan de KMS opgeleid worden, nog steeds leerling-officieren genoemd en de kandidaat-masters officieren-leerlingen. Sinds de oprichting is de school echter voortdurend geëvolueerd. Zo sluiten de opleidingen aan bij de behoeften van de strijdkrachten en blijft het onderwijs op universitair niveau.
De campus: honderd jaar oud en toch modern Aanvankelijk was de Koninklijke Militaire School ondergebracht in een gebouw aan de Naamsestraat, net achter het Koninklijk Paleis
van Brussel. Algauw werd dat gebouw te krap en in 1874 verhuisde de KMS naar de abdij van Terkameren. Toen ze bleef groeien, moest ze voor de derde keer in haar 75-jarig bestaan op zoek gaan naar een nieuw onderkomen. Die nieuwe locatie werd een rustige groene zone langs het Jubelpark. In diezelfde buurt zouden later belangrijke instellingen komen die van Brussel de hoofdstad van Europa maakten. De gebouwen werden vanaf 1909 in gebruik genomen en beantwoordden aan de criteria van die tijd. Het complex was niet alleen functioneel, maar paste ook perfect bij de architectuur van een wijk in volle expansie. Door de snelle ontwikkeling van de maatschappij en door de evolutie van de school tot een instelling van universitair niveau werd een nieuwe verhuizing of een grondige renovatie onvermijdelijk. Er werd gekozen voor de laatste oplossing, waardoor u vandaag ontvangen wordt op een campus die weliswaar honderd jaar oud is, maar helemaal gerenoveerd en gemoderniseerd werd.
In de Verklaring van de Sorbonne van 1998 werd er voor het eerst formeel gewezen op de behoefte om nauwer samen te werken op het gebied van het hoger onderwijs in Europa. Om de vele goedbedoelde principeverklaringen die toen werden afgelegd te concretiseren werd er in 1999 een tweede conferentie belegd in Bologna.
De Akkoorden van Bologna
29 landen zochten er naar een gemeenschappelijk antwoord op bepaalde Europese problemen en bleken bereid hun instellingen voor hoger onderwijs zo te hervormen dat ze in één Europees kader ondergebracht zouden kunnen worden.
Door de Akkoorden van Bologna heeft de KMS zich aangepast aan het universitaire model. Ze paste de curricula van de “bachelors” en “masters” aan, maakte doctoraatsopleidingen mogelijk en integreerde de voortgezette opleidingen, die tot 2006 door het toenmalige Koninklijk Hoger Instituut voor Defensie werden verstrekt. De onderwijsprogramma’s zijn verspreid over drie cycli. De eerste cyclus, die drie jaar duurt en 180 ECTS omvat, leidt tot het behalen van een bachelordiploma, de tweede cyclus mondt uit in het masterdiploma en de derde omvat doctoraten (PhD). Sinds ze daar eind 2004 toe gemachtigd werd, heeft de KMS tientallen doctoraten uitgereikt in samenwerking met andere binnen- en buitenlandse universiteiten.
Accreditatie van de opleidingen: een feit!
De hervorming van het hoger onderwijs in de Europese Unie brengt bepaalde kwaliteitseisen mee. De kwaliteit van het onderwijs is absoluut noodzakelijk om in de geest van het Bolognaproces de mobiliteit van studenten en onderwijzend personeel in uitwisselingsprojecten te bevorderen. Daarom moet er nagegaan worden of universiteiten en hogescholen de principes van het Europees Hoger Onderwijskader toepassen. Alleen instellingen die (officieel) geaccrediteerd zijn, kunnen als betrouwbare partners beschouwd worden in het kader van samenwerkingsakkoorden. Zo kreeg de KMS in 2009 voor de eerste keer het bezoek van een accreditatiecommissie voor de Bacheloren Masteropleidingen. Op 17 juni 2009 werden beide Ba-Ma opleidingen van de KMS positief beoordeeld door de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) en de Commission des Titres d’Ingénieur (CTI). De accreditatie liep vanaf het begin van het academiejaar 2009-2010 tot het academiejaar 2014-2015. In 2013 werd er begonnen met de voorbereiding van een nieuwe accreditatie (2015-2021).
Vanzelfsprekend gaat de meeste tijd uit naar het academisch onderwijs. Dat wordt verstrekt door de docenten van de twee faculteiten van de Koninklijke Militaire School: de Faculteit Polytechniek (POL) en de Faculteit Sociale en Militaire Wetenschappen (SSMW).
De academische vorming
Onze faculteiten hangen af van de directeur van de academische vorming, onder wiens verantwoordelijkheid ook het Taalcentrum van de KMS, de universitaire bibliotheek van Defensie en de dienst beheer van het wetenschappelijk onderzoek van de KMS vallen.
Een belangrijk kenmerk van onze school is het multidisciplinaire aspect van de vorming. Om dat doel te bereiken en om de kandidaat-officieren beter op hun toekomstige taken voor te bereiden, volgen de leerlingen bepaalde faculteitsoverschrijdende lessen. Een kandidaat-ingenieur krijgt dus ook cursussen gedragswetenschappen, terwijl een master in de Sociale en Militaire Wetenschappen een stevige technische vorming krijgt. Omdat onze school niet afhangt van de gemeenschappen, maar van de federale overheid, zijn de programma’s voor beide taalstelsels identiek. Meestal worden de cursussen door dezelfde docenten in het Frans en in het Nederlands gegeven. Dat is een niet te versmaden troef voor onze school, die geïntegreerd is in de academische en wetenschappelijke wereld van zowel het noorden, het centrum als het zuiden van het land.Ten slotte kunnen de leerlingen één of meer jaren van hun opleiding in het andere taalstelsel volgen en zo de grondige kennis van de andere landstaal behalen. In de masterjaren (en dit vooral in de Faculteit Polytechniek) worden heel wat cursussen in het Engels gedoceerd. Op het einde van de opleiding wordt van alle leerlingen trouwens een behoorlijke kennis van het Engels verwacht.
“The sky is not the limit”
We hebben brigadegeneraal – vlieger Frank De Winne, een van onze beroemde oudleerlingen die twee keer in het internationale ruimtestation ISS verbleef, enkele vragen gesteld over zijn buitengewone avontuur en zijn studies burgerlijk ingenieur aan de Koninklijke Militaire School. Q : Bent u tevreden over de vorming die u aan de KMS hebt gekregen? FDW : Ik maakte deel uit van de 134ste promotie Polytechniek en ben uitermate tevreden over de vorming die ik genoten heb aan de Koninklijke Militaire School. Ze heeft me een breed algemeen inzicht verschaft in de ingenieurswetenschappen. Ik maak vandaag nog altijd gebruik van bepaalde concepten die ik toen heb meegekregen. Ik denk hierbij o.a. aan de cursussen aerodynamica, materiaalkunde, bouwkunde en telecommunicatie. Q :Wat valt u op als u de studies van uw zoon aan een burgeruniversiteit vergelijkt met de uwe? FDW : Dat het in mijn tijd aan de KMS toch een stuk zwaarder was, vooral op het gebied van time management. De combinatie van de ingenieursstudies met het militaire en sportieve aspect zorgt voor een extra belasting. Ik pluk echter vandaag nog de vruchten van dat werk en van die specifieke vorming. Q : We danken u van harte voor dit interview. FDW : Graag gedaan!
Toen de school in 1834 werd opgericht, was het doel kandidaat-officieren een opleiding tot ingenieur te verschaffen voor de “technische” wapens uit die tijd, namelijk de artillerie en de genie. Artilleristen moesten schootsbanen kunnen berekenen door rekening te houden met verschillende parameters, zoals het terrein of het weer, iets wat tegenwoordig door computers gedaan wordt. Genieofficieren moesten berekeningen kunnen maken voor zowel de constructie als de vernieling van gebouwen, wegen of bruggen.
De Faculteit Polytechniek
De opleiding is echter geëvolueerd en heeft achtereenvolgens geleid tot de oprichting van de Divisie Polytechniek en later van
de Faculteit Polytechniek. Vandaag studeren de polytechnici van de KMS na een vorming van 5 jaar af als master in de ingenieurswetenschappen. Naar gelang van de beroepskeuze en de interesses specialiseren de leerlingen zich in de masterjaren in een van de volgende richtingen: wapensystemen, bouwkunde, mechanica of telecommunicatie. Wie meer details wil over opleidingen en cursussen in de verschillende departementen van de faculteit (Communicatie, Informatiesystemen en sensoren; Wapensystemen en ballistiek; Bouwkunde en materialen; Wiskunde; Fysica; Chemie en Mechanica), vindt alle nuttige informatie over het cursussenpakket op de internetsite van de school (www.rma.ac.be). .
De Faculteit Sociale en Militaire Wetenschappen Naast de officieren van de sectie artillerie-
genie leidt de KMS sinds 1849 ook de officieren van de andere wapens op.
Die aanvankelijk praktische opleiding veranderde samen met de manier van bevelvoeren. Bevelvoerders doen vandaag namelijk veel meer dan louter bevelen geven. Zo moeten ze telkens weer openstaan voor veranderende omstandigheden en voortdurend aandachtig en beschikbaar zijn. De opleiding werd vanaf 1949 “Alle Wapens” genoemd, maar evolueerde later naar een vorming op universitair niveau in de Faculteit Sociale en Militaire Wetenschappen. De studies duren vijf jaar en leveren een masterdiploma in de Sociale en Militaire Wetenschappen op. Op het programma staan niet alleen gedragswetenschappen (recht, filosofie, psychologie of sociologie), maar ook specifiek militaire vakken (militaire technologie, krijgsgeschiedenis, leiderschap en defensieproblemen). Daar komen nog vakken bij zoals wiskunde, statistiek, informatica, economie en management. Zo kunnen officieren op het einde van hun opleiding hoogtechnologische wapensystemen doeltreffend en efficiënt beheren of snel ingezet worden in een complexe internationale context.
De Speciale Divisie zorgt voor de opleiding, de begeleiding en het beheer van studenten die “extra muros” studeren. Defensie kan namelijk om economische en kwaliteitsredenen niet alle opleidingen verstrekken die het leger nodig heeft.
De Speciale Divisie
Daarom volgen bepaalde kandidaat-officieren cursussen aan burgeruniversiteiten of -hogescholen. Tijdens diverse periodes (gedurende het jaar) krijgen ze daarbovenop hun militaire, fysieke en karakteriële vorming, en worden ze voorbereid op het wettelijke taalexamen.
Op het einde van hun studies behalen die officieren de titel master in de Industriële Wetenschappen; master in de Geneeskunde, de Diergeneeskunde of de Tandheelkunde; master in de Farmaceutische Wetenschappen of master in de Nautische Wetenschappen (Hogere Zeevaartschool Antwerpen). Defensie bepaalt jaarlijks voor elke specialiteit de behoeften en stelt daarvoor bij de rekrutering een aantal plaatsen open. De kandidaatofficieren die hiervoor tot de KMS toegelaten worden, studeren dan als volwaardige militairen aan een burgerinstelling.
Het Centrum voor Taalonderwijs
Talenstudie is niet weg te denken uit de academische vorming aan de KMS.
Op de toelatingsexamens wordt de grondige kennis van de eerste taal en een elementaire kennis van de tweede taal getest, maar tijdens hun studies volgen de leerlingen les in hun moedertaal. Om aangesteld te kunnen worden tot de laagste officiersrang (onderluitenant of vaandrig-ter-zee tweede klasse voor de Marine), moeten ze echter slagen voor een wettelijk examen over de wezenlijke kennis van de tweede taal. De taallessen die hen voorbereiden op dat examen, maken deel uit van de bacheloropleiding. Op het programma staan ook lessen Engels, die officieren voorbereiden op een baan in een internationale context. Zowel in de faculteit Polytechniek als in de faculteit Sociale en Militaire Wetenschappen worden tijdens de masterjaren steeds meer lessen alleen in het Engels gegeven. Het Centrum voor Taalonderwijs brengt de studenten de nodige taalvaardigheid bij die nodig is om hun studies en examens tot een goed einde te brengen en die onmisbaar is voor hun toekomstige loopbaan. Het Centrum speelt ook een rol in de voortgezette vorming van officieren. Het organiseert voorbereidingscursussen voor het examen tweede taal dat kandidaat-majoors en kandidaat-korvetkapiteins (Marine) moeten afleggen en bereidt kandidaten voor op het examen over de grondige kennis van de tweede taal. Ten slotte geeft het Taalcentrum ook lessen Duits aan studenten die reeds een grondige kennis van het Engels hebben.
Het Koninklijk Hoger Instituut voor Defensie, dat zich op dezelfde campus als de KMS bevindt, is verantwoordelijk voor het beheer van een onderzoeksprogramma dat aansluit bij het strategisch beslissingsproces van Defensie.
Wetenschappelijk onderzoek
Defensie heeft een beperkt aantal onderzoekscentra opgericht die research verrichten in technologische domeinen waarin Defensie zich internationaal wil profileren (bv. ontmijning). Daarnaast zijn er enkele kleinere onderzoekskernen die specifieke veiligheids- en defensieproblemen bestuderen.
De concentratie van onderzoekscentra in de Koninklijke Militaire School illustreert de nauwe relatie tussen academische vorming en wetenschappelijk onderzoek, en de belangrijke rol die de KMS speelt als studiecentrum van Defensie. Via de KMS neemt Defensie deel aan prestigieuze internationale onderzoeksprogramma’s en werkt ze samen met andere universiteiten en Europese partners.
De internationale samenwerking
Als militaire school én als universitaire instelling heeft de KMS een ruim netwerk van internationale samenwerking opgebouwd. De bachelor- en masteropleiding wordt gevolgd door kandidaat-officieren die afkomstig zijn uit het GrootHertogdom Luxemburg en uit een tiental Afrikaanse landen. Tijdens de voortgezette vorming komen de internationale stagiairs uit meer dan 15 landen van alle continenten. Op academisch vlak is de KMS actief in een internationale context die prioritair naar Europa, de NAVO en CentraalAfrika gericht is. Ze heeft partnerschaps- en samenwerkingsakkoorden (waar mogelijk van het type Erasmus) gesloten met een groot aantal militaire en burgerinstellingen voor hoger onderwijs, vooral in Europa en NoordAfrika. Sinds augustus 2007 heeft de KMS zich aangesloten bij het Erasmus Handvest voor Universiteiten. Ze heeft zich dan ook geëngageerd om leerlingen en professoren uit te wisselen. In navolging daarvan kunnen ook jonge officieren aan uitwisselingsprogramma’s deelnemen. Tot slot zijn alle doctoraten van de KMS het resultaat van medepromotorschap en verwelkomen de faculteiten talrijke internationale doctorandi en postdoctorale onderzoekers van over de hele wereld.
De basisvorming tot officier aan de KMS biedt de kandidaat-officieren een efficiënte opleiding volgens de principes “Just in time” en “Just as needed”. Het gaat om een geïntegreerde vorming omdat ze academische, militaire en sportvakken met elkaar combineert en gericht is op de ontwikkeling van de persoonlijkheid.
De basisvorming aan de KMS
De vorming is progressief. Ze past haar les- en evaluatievormen aan de leerontwikkeling van de kandidaten aan, ze streeft ernaar kandidaat-officieren te motiveren om de organisatie te dienen en past zich aan de behoeften van elke component van Defensie aan.
Ze zorgt voor de ontwikkeling van: - de competenties die elke officier nodig heeft om goed te kunnen functioneren; - de beroepscompetenties die vereist zijn voor de uitoefening van een eerste functie in een van de vier componenten. Hierbij wordt er aandacht besteed aan de tradities en de basiswaarden van onze organisatie: zelfdiscipline, eergevoel, inzet, moed en respect. Bij het beëindigen van de basisvorming aan de KMS behalen de officieren een masterdiploma. Ze hebben dan de vereiste karakteriële en professionele capaciteiten ontwikkeld voor de uitoefening van hun eerste functie en zijn klaar om aan hun gespecialiseerde vorming te beginnen. De kandidaat-piloten en -luchtverkeersleiders van het hulpkader van de Luchtcomponent krijgen een specifieke academische en militaire opleiding van een aantal maanden in de KMS.
De militaire vorming aan de KMS
Tijdens de militaire opleiding aan de KMS ontwikkelen kandidaten de karakteriële en professionele eigenschappen die een jong officier moet bezitten om één van de leiders te worden die Defensie nodig heeft. Het eerste jaar aan de KMS begint in augustus met een kamp van vijf weken. Het doel daarvan is de militaire integratie van de kandidaten en de ontwikkeling van de minimale kwaliteiten die onmisbaar zijn om als militair te dienen. Aangezien de leerlingen onder militair regime en in een militair milieu leven, is de militaire vorming een constant gegeven. Toch concentreert ze zich voornamelijk op twee kampperiodes per academiejaar. Deze kampperiodes, waarvan minstens een in het buitenland, vinden telkens na een examensessie plaats. Tijdens de kampen worden alle vakgebieden geëvalueerd die nodig zijn om bepaalde vaardigheden te ontwikkelen en het karakter te vormen, zoals bevelvoerings- en overschrijdingstechnieken, schiettechnieken, parachutespringen en overlevingstechnieken. De evaluatie is doorslaggevend voor het resultaat van het academiejaar. Op het eind van hun opleiding moeten de kersverse officieren tijdens een zomerkamp leiding geven aan jongere leerlingen. Zo kunnen ze ervaring in bevelvoering opdoen voor ze de grote stap zetten naar het beroepsleven.
De sportopleiding aan de KMS is essentieel om de juiste gedragscompetenties te ontwikkelen die nodig zijn voor een toekomstig officier. Tijdens de sportlessen (vijf uur per week) kan beoordeeld worden of de kandidaten gedisciplineerd trainen, of ze zich willen inzetten om een concreet doel te bereiken en of ze voldoende moed hebben om hindernissen te overwinnen.
De fysieke opleiding en sport aan de KMS
Het doel van de lessen is om elke kandidaat het vereiste niveau te doen behalen. Een ploeg van een vijftiental ervaren monitoren begeleidt de kandidaten en stelt individuele trainingsprogramma’s op voor zwakkere leerlingen. De sterksten
mogen zich specialiseren in een sporttak van hun keuze. Door deel te nemen aan diverse interne en externe competities ontwikkelen de leerlingen een groepsgeest en leren ze zich inzetten voor hun promotie in het bijzonder en voor de KMS in het algemeen. Net zoals voor andere domeinen bestaat er ook voor sport geen geheim recept. Men moet zich persoonlijk engageren en de wil hebben om te slagen.
De begeleiding
Zonder de hiërarchische weg te moeten volgen, kunnen de leerlingen op ieder ogenblik een beroep doen op de Cel Begeleiding, die pedagogische en psychosociale ondersteuning biedt. Deze ondersteuning kan op vrijwillige basis gebeuren of opgelegd worden als de academische resultaten tegenvallen of als een leerling met moeilijkheden kampt. Er is zowel individuele als collectieve ondersteuning mogelijk. De Cel Begeleiding biedt de leerlingen de nodige ondersteuning om hen te helpen slagen in hun vorming aan de KMS. De leerlingen moeten zich bewust worden van de manier waarop ze functioneren en nadenken over hun werkmethode, hun planning en hun tekorten. Zo komen er zwakke punten aan het licht die met de juiste aanpak verholpen kunnen worden. Leerlingen worden begeleid tot ze de nodige technieken hebben verworven om momenten van twijfel of ontmoediging te overwinnen. Dankzij de waardevolle contacten tussen de Cel Begeleiding en het professorenkorps kan er een efficiënt en actief begeleidingsprogramma worden uitgewerkt. Iedere leerling die moeilijkheden ondervindt met het begrijpen of instuderen van de leerstof, kan hulp vragen aan repetitoren. Om andere moeilijkheden te overwinnen (integratie, discipline, persoonlijke problemen…) onderhoudt de Cel Begeleiding nauwe contacten met de promotiecommandanten. Ze kan ook een beroep doen op andere personeelsleden van de school (vertrouwenspersonen, medisch personeel, …) of op hulp van buitenaf (Centrum Geestelijke Gezondheid). De Cel Begeleiding wil een luisterend oor zijn voor alle studenten die tijdens hun studies twijfelen aan hun mogelijkheden, hun motivatie verliezen of te kampen hebben met persoonlijke moeilijkheden.
Het Defensiecollege zorgt voor de voortgezette vorming van de officieren van Defensie. Het college verstrekt academische en professionele voortgezette vormingen die de officieren in staat stellen hun commando- en staffuncties optimaal te vervullen in een nationale en internationale omgeving.
De voortgezette (professionele) vorming
Door een doelgerichte en efficiënte postuniversitaire volwassenenopleiding met een multinationale en multidisciplinaire inbreng te verschaffen, wil het Defensiecollege bekwame officieren, toekomstige bevelhebbers en managers afleveren.
Er worden twee voortgezette vormingen aangeboden: - De “Basisstafvorming” duurt zes weken en heeft tot doel officieren de nodige vaardigheden bij te brengen om lagere staffuncties uit te voeren. - De “Vorming voor Kandidaat – Hoofdofficier” duurt negen maanden. Ze heeft als doel officieren de nodige vaardigheden aan te leren om commando- en staffuncties uit te oefenen. Deze vorming is ook een voorbereiding op de professionele proeven voor de bevordering tot de graad van majoor (of korvetkapitein voor de Marine).
De hogere opleidingen en de aanvullende masters De “Hogere Stafopleiding” bereidt officieren
voor op de uitoefening van hogere commando- en staffuncties in een nationaal en internationaal kader en brengt hun de vereiste competenties bij in de domeinen “operaties”, “management en leiderschap” en “veiligheid en defensie”. De Koning verleent het Hoger Stafbrevet (SBH) aan de Belgische officieren die de opleiding succesvol hebben afgerond. Bovendien is de Hogere Stafopleiding erkend als universitaire opleiding van de tweede cyclus en kan ze worden bekroond met het diploma “master na master in de Politieke en Militaire Wetenschappen”. De “Hogere Opleiding voor Militair Administrateur” bereidt de hoofdofficieren voor op de uitoefening van hogere commando- en staffuncties in een nationaal en internationaal kader en ontwikkelt bij hen de vereiste competenties in de domeinen “begroting, financiën en overheidsopdrachten” en “recht en statuten”. Het Hoger Brevet voor Militair Administrateur (MAB) wordt door de Koning toegekend aan officieren die de cursus met succes hebben afgerond. Daarnaast is de Hogere Cursus voor Militair Administrateur erkend als een universitaire opleiding van de tweede cyclus en kan hij worden bekroond met de graad “master na master in de Openbare en Militaire Administratie”. Andere opleidingen zijn: de voortgezette vorming voor reserveofficieren, de cursus “Contract manager” en “Lokale Aankopen”, seminaries voor toekomstige korpsoversten en de cursus “Raadgever in het Recht van de Gewapende Conflicten”.
Het leven in de Koninklijke Militaire School
De KMS is een internaat. In principe logeren de leerlingen van de eerste drie jaar van de basisopleiding in tweepersoonskamers. Vanaf het derde jaar krijgen ze een eenpersoonskamer. De kamers zijn comfortabel ingericht met een bed, een kast, een ruim bureau en een internetverbinding die de leerlingen gratis mogen gebruiken. Die verandering weerspiegelt de wil van de KMS om met haar tijd mee te gaan en is voor de leerlingen een stap vooruit op het gebied van persoonlijke vrijheid. Niet alle leerlingen verblijven de hele week in de KMS. Wie getrouwd is of samenwoont, mag ’s avonds naar huis. Dat statuut van “living out” wordt alleen toegekend als de studieresultaten goed zijn.
Internaat is geen synoniem van gevangenis. Zo krijgen de leerlingen van de KMS ruimschoots de kans een normaal sociaal leven te leiden. Buiten de kampperiodes (twee weken in januari en de hele maand juli) en de militaire initiatiefase van vijf weken, mogen de eerstejaarsleerlingen een avond per week uitgaan. Op vrijdagavond gaan ze naar huis en ze worden pas zondagavond weer op school verwacht. “De muur doen” hoeft dus echt niet meer… In het tweede jaar versoepelt het regime en vanaf het vierde jaar mogen de officieren-leerlingen de school verlaten in hun vrije tijd, natuurlijk op voorwaarde dat hun resultaten goed zijn. In geval van mislukking of ongepast gedrag kunnen restrictieve maatregelen worden opgelegd. Leerlingen die in de KMS logeren, beschikken over talrijke ontspanningsmogelijkheden, vooral op sportgebied. Zo staan er onder andere een zwembad, een sportzaal en een ultramoderne fitnesszaal gratis ter beschikking. Ook de Music Band, het Sailing Team en de twee leerlingenkringen (Omega en Polytechniek) zorgen ervoor dat de groepsgeest in stand gehouden wordt.
Leerling én militair
In tegenstelling tot de meeste universiteiten opteert de KMS ervoor de leerlingen permanent en van nabij te volgen. De leerlingen moeten elke les bijwonen en aan elke activiteit deelnemen. Daar komt nog bij dat hun vorderingen regelmatig gecontroleerd worden, waardoor eventuele problemen vroegtijdig opgespoord kunnen worden. Een leerling met problemen kan voor meer uitleg of bijkomende oefeningen steeds op het academisch en militair personeel rekenen. Aan de KMS is de verhouding tussen het aantal leerlingen en de kaderleden bij wie ze terechtkunnen, overigens bijzonder gunstig. Uit het voorgaande blijkt dat de school voor een klimaat zorgt dat buitengewoon gunstig is voor de slaagkansen… en voor de vorming van officieren van hoog niveau. Ten slotte nog dit. De studies aan de KMS zijn gratis en de leerlingen krijgen zelfs een wedde tijdens hun studies. Dat impliceert echter rechten en plichten. Zo kan, conform de wettelijke bepalingen, een gedeelte van de wedde teruggevorderd worden van wie Defensie vroegtijdig verlaat om andere redenen dan medische ongeschiktheid.
Om officier te worden via de Koninklijke Militaire School moet je eerst voor de selectieproeven van de KMS slagen én batig gerangschikt zijn, want Defensie stelt jaarlijks slechts een beperkt aantal plaatsen open volgens haar behoeften. Om je in te schrijven kan je terecht in een Informatiecentrum, waar je de nodige informatie krijgt en de administratieve formaliteiten vervult. Daarna word je verwacht op de Dienst Onthaal en Oriëntatie en in het Militair Hospitaal in Neder-OverHeembeek voor de psychotechnische proeven, de sporttesten, Ik wil officier worden een uitgebreid medisch onderzoek en een interview bij een psycholoog. Als je voor de algemene selectieproeven geslaagd bent, moet je je in de KMS aanbieden voor de academische examens. In principe vinden die eind juni of begin juli plaats, vlak na de eindexamens van de humaniora, waarvoor je geslaagd moet zijn. De stof die je moet kennen en de omschrijving van de proeven staan in detail op onze website (www.rma.ac.be). Bovendien vind je vragen van de voorgaande jaren op de website van de KMS. Na de laatste examens wordt het klassement opgesteld, waarbij er rekening gehouden wordt met de resultaten en de keuze van de kandidaten (per taalstelsel, per discipline, per component of per oriëntatiegroep). De toelatingsexamens kunnen in de drie landstalen afgelegd worden, maar de lessen zelf worden enkel in het Nederlands of het Frans gegeven. (Pas vanaf de masterjaren worden bepaalde cursussen in het Engels gegeven). De kandidaten kunnen de KMS op verschillende manieren leren kennen. Naast onze internetsite en onze Facebookpagina is een bezoek ter plaatse mogelijk tijdens de verkenningsdagen (voor jongeren uit het laatste jaar middelbaar onderwijs of hoger; mits inschrijving via onze website) of tijdens onze jaarlijkse Open Campus Day (open voor iedereen).
Toelatingsvoorwaarden
Als je je wil inschrijven, moet je de Belgische nationaliteit hebben of EU-burger zijn.
Wie een universitair diploma heeft, kan officier worden via de “speciale werving”. Om aan de opleiding te mogen beginnen, moeten je resultaten van de selectieproeven voldoen aan de verschillende uitsluitingsdrempels en moet je batig gerangschikt zijn. Defensie biedt je trouwens ook de mogelijkeid om één jaar voorbereiding te volgen op de vormingen aan de KMS. Deze voorbereiding wordt georganiseerd door het Departement Voorbereidende Divisie tot de KMS van de Campus Saffraanberg. De maximumleeftijd en de detailvoorwaarden hangen af van je keuze (zie website).
Koninklijke Militaire School Renaissancelaan 30, 1000 Brussel www.rma.ac.be www.facebook.com/ERM.KMS Verantwoordelijke uitgever: Generaal-majoor H. Robberecht, Ir