Specificaties
Onderwijsassistent Titel:
Communiceren met de doelgroep voor OA en PW Kinderopvang
Soort:
Training
Werksituatie:
Kinderdagverblijf, BSO of basisschool
Eindproduct:
Demonstratie
Niveau:
4
KD:
Onderwijsassistent 2012-2013
Kerntaak:
1. Assisteren bij het uitvoeren van onderdelen van het primaire proces 2. Uitvoeren van taken rondom het primaire proces 3. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
Werkproces:
1.4 Begeleidt de leerlingen/deelnemers bij de uitvoering van programmaonderdelen 2.4 Houdt toezicht en begeleidt buiten het primaire proces 3.4 Evalueert en rapporteert ervaringen en bevindingen
Competenties:
A Beslissen en activiteiten initiëren B Aansturen C Begeleiden D Aandacht en begrip tonen F Ethisch en integer handelen J Formuleren en rapporteren K Vakdeskundigheid toepassen T Instructies en procedures opvolgen U Omgaan met verandering en aanpassen V Met druk en tegenslag omgaan
Kernwoorden:
Gordon, communicatie, feedback, win-winsituatie, beoordelingsgesprek, actief luisteren, functioneringsgesprek, informatiegevend gesprek
Korte inhoud:
In deze training ga je oefenen met communiceren op basis van de methode van Gordon. Ook ga je aan de slag met actief luisteren en oefen je verschillende gespreksvormen die van belang zijn in je toekomstige werkveld.
Tijdsduur:
40 SBU
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
1
Prestatie-indicatoren Werkproces 1.4 Begeleiden De onderwijsassistent stimuleert de leerlingen/deelnemers om kritisch naar zichzelf te kijken, zet ze aan om zelf naar mogelijke oplossingen te zoeken, motiveert de leerlingen/deelnemers om hun best te doen, helpt ze hun doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan en biedt als zodanig ondersteuning bij het leren en ontwikkelen.
Aandacht en begrip tonen De onderwijsassistent toont betrokkenheid bij de leervragen van leerlingen/deelnemers, laat zien naar de leerlingen/deelnemers te luisteren door te spiegelen en door te vragen, geeft aandacht aan de zorg die door de leerlingen/deelnemers wordt geuit en biedt de gewenste en mogelijke ondersteuning, waarmee de onderwijsassistent een bijdrage levert aan de begeleiding van leerlingen/deelnemers bij de uitvoering van programmaonderdelen. Ethisch en integer handelen De onderwijsassistent handelt consequent binnen de afgesproken lijn in de school/in de klas/m.b.t. de leerling/deelnemer, houdt zich aan de geldende waarden en normen en aan de gemaakte afspraken over de begeleiding van de leerling(en)/deelnemer(s) en toont zich tevens aan de leerlingen/deelnemers als betrouwbaar persoon, waarbij ze ook nog handelt vanuit het principe van gelijkheid in het onderwijs. Vakdeskundigheid toepassen De onderwijsassistent schakelt snel tussen de verschillende leerlingen/deelnemers en van de individuele leerling/deelnemer naar de groep gericht op de voortgang van de leeractiviteit. Omgaan met verandering en aanpassen De onderwijsassistent reageert flexibel op veranderingen en communiceert ook in onduidelijke en onzekere situaties helder en eenduidig naar de leerlingen/deelnemers met het oog op een optimaal verloop van de leeractiviteiten, daarnaast richt de onderwijsassistent zich op verschillen qua leerstijl en leerbehoefte van de individuele leerling/deelnemer, handelt daarbij met respect voor de eigenheid van een individu en past daarbij de begeleiding aan de (veranderende) leerbehoefte aan, zodat tijdens de begeleiding aansluiting bij de leerbehoefte gegarandeerd blijft. Met druk en tegenslag omgaan De onderwijsassistent kan eigen gevoelens functioneel hanteren en geeft gecontroleerd uiting aan gevoelens en emoties, gericht op de begeleiding van leerlingen/deelnemers tijdens leeractiviteiten.
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
2
Werkproces 2.4 Beslissen en activiteiten initiëren De onderwijsassistent handelt, binnen de verantwoordelijkheid van haar functie, op eigen initiatief en neemt bij veranderingen en conflicten zodanig praktische en pedagogische beslissingen gericht op een goed verloop van de dagelijkse gang van zaken in en om de school. Aansturen De onderwijsassistent toont tijdens het toezicht houden overwicht op de leerlingen/deelnemers, zodat zij luisteren en de aanwijzingen opvolgen. Begeleiden De onderwijsassistent spreekt de leerlingen op positieve wijze op hun gedrag aan en laat zelf voorbeeldgedrag zien, waarmee zij de leerlingen/deelnemers motiveert om een bijdrage leveren aan een goed verloop van de dagelijkse gang van zaken in en om de school. Aandacht en begrip tonen De onderwijsassistent luistert naar de leerlingen/deelnemers, toont belangstelling voor hun ideeën en standpunten en toont betrokkenheid bij en reflecteert op hun problemen en vragen, zodat de leerlingen/deelnemers zich gehoord en betrokken voelen bij de dagelijkse gang van zaken in en om de school en waarbij zij buiten het primaire proces een bijdrage levert aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen/deelnemers. Ethisch en integer handelen De onderwijsassistent hanteert tijdens het toezicht houden consequent de voor de school geldende waarden en normen, respecteert vertrouwelijkheid van leerlingen/deelnemers en behandelt alle leerlingen/deelnemers rechtvaardig, gericht op het kenbaar maken van grenzen en het serieus nemen van de leerling/deelnemer als individu. Instructies en procedures opvolgen De onderwijsassistent ziet toe op de veiligheid van leerlingen/deelnemers in ongestructureerde situaties, gericht op het voorkomen van onveilige situaties. Omgaan met verandering en aanpassen De onderwijsassistent toont ook in onzekere en onduidelijke situaties zelfvertrouwen en is gericht op een goed verloop van de dagelijkse gang van zaken in en om de school, daarnaast kan de onderwijsassistent in de begeleiding goed omgaan met leerlingen/deelnemers die verschillen qua achtergrond en cultuur en handelt daarbij met respect voor de eigenheid van elk individu.
Werkproces 3.4 Aandacht en begrip tonen De onderwijsassistent luistert vraagt betrokkenen naar hun ervaringen, ideeën en gevoelens over de geboden ondersteuning; luistert aandachtig naar wat anderen naar voren brengen en reflecteert door te verwoorden wat de effecten van haar eigen gedrag kunnen zijn op het gedrag de leerlingen/deelnemers, zodat zij hier bewuster mee om kan (leren) gaan. Formuleren en rapporteren De onderwijsassistent formuleert haar ervaringen en bevindingen scherp en kernachtig en schetst zodoende een beeld van haar ervaringen en bevindingen.
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
3
Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang
Titel:
Communiceren met de doelgroep OA en PW KO
Soort:
Training
Werksituatie:
Kinderdagverblijf, BSO of basisschool
Eindproduct:
Demonstratie
Niveau:
3
KD:
Pedagogisch Werk 2012-2013
Kerntaak:
2. Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de jongere 3. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
Werkproces:
2.1 Biedt het kind/de jongere opvang 2.2 Biedt het kind/de jongere persoonlijke verzorging 2.4 Biedt het kind/de jongere ontwikkelingsgerichte activiteiten aan 3.8 Evalueert de werkzaamheden
Competenties:
C Begeleiden D Aandacht en begrip tonen F Ethisch en integer handelen J Formuleren en rapporteren K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en midden inzetten M Analyseren Q Plannen en organiseren R Op behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten T Instructies en procedures opvolgen
Kernwoorden:
Gordon, communicatie, feedback, win-winsituatie, beoordelingsgesprek, actief luisteren, functioneringsgesprek, informatiegevend gesprek
Korte inhoud:
In deze training ga je oefenen met communiceren op basis van de methode van Gordon. Ook ga je aan de slag met actief luisteren en oefen je verschillende gespreksvormen die van belang zijn in je toekomstige werkveld.
Tijdsduur:
40 SBU
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
4
Prestatie-indicatoren Werkproces 2.1 Aandacht en begrip tonen De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang toont betrokkenheid bij het kind en de ouders/vervangende opvoeders en luistert actief en herkent wanneer het kind het moeilijk heeft, zodat ze de nodige ondersteuning kan bieden.
Werkproces 2.2 Begeleiden De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang adviseert het kind over de persoonlijke verzorging, zodat het kind hier inzicht in krijgt en dit (zo veel mogelijk) zelfstandig kan uitvoeren. Ethisch en integer handelen De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang gaat discreet om met lichaamscontact tijdens de persoonlijke verzorging en respecteert vertrouwelijkheid, zodat het kind zich op zijn gemak voelt. Vakdeskundigheid toepassen De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang herkent de dynamiek van (met name) baby's en jonge kinderen en is daar continu alert op, zodat ze tijdig en adequaat reageert en daarmee ongelukken voorkomt. Op behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang geeft het kind een op de persoon toegesneden verzorging, zodat aan de behoeften van het kind wordt voldaan. Instructies en procedures opvolgen De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang houdt zich bij de verzorging en bij ziekte en ongevallen aan de procedures en richtlijnen, zodat de veiligheid van het kind steeds gewaarborgd is.
Werkproces 2.4 Begeleiden De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang motiveert het kind om zijn best te doen, uitdagingen aan te gaan en doelen te bereiken, zodat het kind in zijn ontwikkeling gestimuleerd wordt. Materialen en middelen inzetten De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang kiest sport-, spel- en speelmaterialen die aansluiten bij de behoeften en ontwikkeling van het kind en gebruikt deze --- eventueel in overleg met betrokkenen --- effectief en vindingrijk, zodat de ontwikkeling van het kind gestimuleerd wordt. Plannen en organiseren De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang regelt ruim van tevoren activiteiten en schat de benodigde tijd in, ze houdt rekening met onvoorziene omstandigheden en houdt de voortgang in de gaten, zodat het activiteitenprogramma zoveel mogelijk volgens plan uitgevoerd wordt.
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
5
Werkproces 3.8 Aandacht en begrip tonen De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang vraagt het kind en andere betrokkenen naar hun ervaringen, ideeën en gevoelens over de geboden opvang en begeleiding en luistert aandachtig, zodat ze deze informatie kan meenemen/inbrengen bij de evaluatie. Formuleren en rapporteren De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang verwerkt en registreert zorgvuldig alle benodigde gegevens en scheidt de hoofd- en bijzaken, zodat rapportages en evaluaties kernachtig, volledig en inzichtelijk zijn. Analyseren De pedagogisch medewerker 3 kinderopvang haalt uit alle gegevens die ze verzamelt (gesprekken, observaties) de belangrijkste informatie, concludeert op basis hiervan of de geboden opvang en begeleiding voldoen en of er voldoende voortgang is en komt zonodig met haalbare oplossingen, zodat indien nodig de opvang en begeleiding (in overleg) bijgesteld kunnen worden.
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
6
Gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang
Titel:
Communiceren met de doelgroep OA en PW KO
Soort:
Training
Werksituatie:
Kinderdagverblijf, BSO of basisschool
Eindproduct:
Demonstratie
Niveau:
4
KD:
Pedagogisch Werk 2012-2013
Kerntaak:
2. Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de jongere 3. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
Werkproces:
2.1 Biedt het kind/de jongere opvang 2.2 Biedt het kind/de jongere persoonlijke verzorging 2.4 Biedt het kind/de jongere ontwikkelingsgerichte activiteiten aan 3.8 Evalueert de werkzaamheden
Competenties:
B Aansturen C Begeleiden D Aandacht en begrip tonen E Samenwerken en overleggen F Ethisch en integer handelen J Formuleren en rapporteren K Vakdeskundigheid toepassen M Analyseren R Op behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten T Instructies en procedures opvolgen U Omgaan met verandering en aanpassen
Kernwoorden:
Gordon, communicatie, feedback, win-winsituatie, beoordelingsgesprek, actief luisteren, functioneringsgesprek, informatiegevend gesprek
Korte inhoud:
In deze training ga je oefenen met communiceren op basis van de methode van Gordon. Ook ga je aan de slag met actief luisteren en oefen je verschillende gespreksvormen die van belang zijn in je toekomstige werkveld.
Tijdsduur:
40 SBU
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
7
Prestatie-indicatoren Werkproces 2.1 Aansturen De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang toont overwicht bij het handhaven van afspraken en regels, zodat het het kind en de groep duidelijk is welke grenzen er zijn en dat deze niet overschreden mogen worden. Begeleiden De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang geeft het kind heldere, eerlijke en constructieve feedback en stimuleert om alternatieven uit te proberen, zodat het functioneren van het kind wordt versterkt. Aandacht en begrip tonen De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang toont betrokkenheid bij het kind en de ouders/vervangende opvoeders en luistert actief en herkent wanneer het kind het moeilijk heeft, zodat ze de nodige ondersteuning kan bieden. Samenwerken en overleggen De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang informeert de ouders/vervangende opvoeders over de gang van zaken in de opvang en over de sociaalemotionele ontwikkeling van het kind en deelt met hen kennis, ervaring en inzichten met betrekking tot de opvoeding van het kind, zodat de ouders/vervangende opvoeders steeds op de hoogte zijn van de gang van zaken in de opvang en van de ontwikkeling van hun kind en bij opvoedingsvraagstukken kunnen profiteren van de kennis en ervaring die de gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang met hen deelt. Omgaan met verandering en aanpassen De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang toont respect voor verschillende achtergronden van kinderen (en ouders/vervangende opvoeders) en is in staat om vragen of problemen vanuit diverse gezichtspunten te bekijken, zodat de eigenheid van het kind (en ouders/vervangende opvoeders) gerespecteerd wordt.
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
8
Werkproces 2.2 Begeleiden De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang adviseert het kind over de persoonlijke verzorging, zodat het kind hier inzicht in krijgt en dit (zo veel mogelijk) zelfstandig kan uitvoeren. Ethisch en integer handelen De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang gaat discreet om met lichaamscontact tijdens de persoonlijke verzorging en respecteert vertrouwelijkheid, zodat het kind zich op zijn gemak voelt. Vakdeskundigheid toepassen De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang herkent de dynamiek van (met name) baby's en jonge kinderen en is daar continu alert op, zodat ze tijdig en adequaat reageert en daarmee ongelukken voorkomt. Op behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang geeft het kind een op de persoon toegesneden verzorging, zodat aan de behoeften van het kind wordt voldaan. Instructies en procedures opvolgen De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang houdt zich bij de verzorging en bij ziekte en ongevallen aan de procedures en richtlijnen, zodat de veiligheid van het kind steeds gewaarborgd is.
Werkproces 2.4 Begeleiden De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang motiveert het kind om zijn best te doen, uitdagingen aan te gaan en doelen te bereiken, zodat het kind in zijn ontwikkeling gestimuleerd wordt.
Werkproces 3.8 Aandacht en begrip tonen De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang vraagt het kind en andere betrokkenen naar hun ervaringen, ideeën en gevoelens over de geboden opvang en begeleiding en luistert aandachtig, zodat ze deze informatie kan meenemen/inbrengen bij de evaluatie. Formuleren en rapporteren De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang verwerkt en registreert zorgvuldig alle benodigde gegevens en scheidt de hoofd- en bijzaken, zodat rapportages en evaluaties kernachtig, volledig en inzichtelijk zijn. Analyseren De gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang analyseert beschikbare (cijfermatige, mondelinge) gegevens grondig en concludeert of de geboden opvang en begeleiding en de uitgevoerde coördinerende, beleidsmatige, beheertaken en netwerkcontacten voldoen en of er voldoende voortgang is en komt met haalbare oplossingen, zodat ze indien nodig (in overleg) de uitvoering van haar werkzaamheden kan bijstellen.
Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
9