Colofon Opdrachtgever Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland mevrouw T. Vis Postbus 87 2160 AB LISSE Opdrachtnemer Route IV bv, raadgevers voor vrije tijd, toerisme en mobiliteit Bezoekadres: van Trieststraat 1b, Nijmegen Postadres: Postbus 1159 6501 BD Nijmegen Telefoon: 024 - 360 20 13 Fax: 024 - 360 50 29 E-mail:
[email protected] Website: www.route4.nl Contactpersonen drs. Rob van Ham drs. Sjoerd Zegers Projectnummer: 506 Nijmegen, maart 2006
Inhoud Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 1.2 1.3 1.4
Achtergrond Doelstelling Werkwijze Leeswijzer
1 1 2 2 2
Hoofdstuk 2 Varen 2.1 Bestaande situatie 2.2 Ontwikkelingspotenties 2.3 Concrete knelpunten en maatregelen
3 3 4 5
Hoofdstuk 3 Fietsen 3.1 Bestaande situatie 3.2 Ontwikkelingspotenties 3.3 Concrete knelpunten en maatregelen
9 9 9 10
Hoofdstuk 4 Wandelen 4.1 Bestaande situatie 4.2 Ontwikkelingspotenties 4.3 Concrete knelpunten en maatregelen
13 13 14 15
Hoofdstuk 5 Conclusies en aanbevelingen 5.1 Inleiding 5.2 Thematische aanknopingspunten Bijlage 1 Literatuurlijst Bijlage 2 Deelnemerslijst workshop
17 17 17
1
Inleiding 1.1
Achtergrond
Het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland is bezig met het opstellen van een Uitvoeringsprogramma Toerisme, waar fysieke verbindingen een van de onderwerpen is. RouteIV is gevraagd een bijdrage en onderbouwing te leveren aan het Uitvoeringsprogramma. De werkzaamheden die daartoe moeten worden uitgevoerd bestaan uit het inventariseren en benoemen van potenties voor: varen (kleine en grote watersport), met aandacht voor Staande Mastroute Noordzee – Katwijk - vaarwater in achterland, mogelijkheden voor routes in de Bollenstreek, de Trekvaart; de Kagerplassen en “Waterstad Leiden”. wandelen, denk hierbij onder meer aan Land van Wijk en wouden, Stad-Kaag-Braassem en landgoederenzone bij Voorschoten. Daar waar mogelijk worden concrete voorstellen gedaan (voornamelijk gebaseerd op bestaande plannen zoals het Bonte Loperplan). fietsen, denk hierbij aan een kritische analyse van het conceptplan Fietsknooppuntensysteem. inventariseren en benoemen potenties voor cultuur- en agrotoerisme, onder meer in relatie tot verbindingen, wat zijn de higlights, hoe kun je potenties van de Bollen benutten. Het kaartbeeld hiernaast geeft een overzicht van de gemeenten binnen het samenwerkingverband Holland Rijnland.
1
Binnen Holland Rijnland kunnen bovendien een aantal deelregio’s worden onderscheiden die ieder hun eigen karakteristiek hebben. Ze worden in het onderstaande kaartbeeld weergegeven.
1.2
Doelstelling
Doel van de rapportage is het geven van een overzicht van ontwikkelingspotenties en concreet benodigde (fysieke) maatregelen voor het varen, fietsen en wandelen in de regio Holland Rijnland. 1.3
Werkwijze
De werkwijze die is gehanteerd bestaat uit deskresearch (zie Bijlage 1 voor overzicht geraadpleegde literatuur), (telefonische) interviews met diverse betrokkenen en het organiseren van een werkbijeenkomst over fysieke verbindingen in Holland Rijnland (zie Bijlage 2 voor de lijst van deelnemers). In deze workshop zijn ontwikkelingskansen, concrete maatregelen en knelpunten geïnventariseerd voor varen, fietsen en wandelen. 1.4
Leeswijzer
In de volgende hoofdstukken wordt achtereenvolgens ingegaan op het varen (hoofdstuk 2), het fietsen (hoofdstuk 3) en het wandelen (hoofdstuk 4). In hoofdstuk 5 worden tenslotte conclusies en aanbevelingen gegeven
2
2
Varen 2.1 Bestaande situatie
De regio Holland Rijnland omvat zeer uiteenlopende watersportgebieden. De kern van het gebied wordt gevormd door de Kagerplassen (wateroppervlakte 445 ha.) en het Braassemmermeer en de Wijde Aa (521 ha.). De regio bevat verder een groot aantal vaarwegen voor de toervaart. Deze vaarwegen kunnen op basis van de Beleidsvisie Recreatie Toervaart Nederland (BRTN) worden geclassificeerd tot zeilrespectievelijk motorbootroutes in de A, B (verbindingswateren) en C, D (ontsluitingswateren) categorie1. Voor iedere categorie is een vrije doorvaarthoogte gesteld. De volgende vaarwegen in het gebied Holland Rijnland zijn van (boven)lokale betekenis: • Verbindingswateren categorie A (BRTN): Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder, Oude Wetering, Heimans- of Woudwetering, Oude Rijn, Zijl, Warmonder Leede en Groote Sloot • Verbindingswateren categorie B (BRTN): Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder, Rijn-Schiekanaal en Drecht • Ontsluitingswateren categorie C (BRTN): Oude Rijn (inclusief vaarmogelijkheden Leiden) en Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder • Ontsluitingswateren categorie D (BRTN): Oegstgeesterkanaal, Haarlemmertrekvaart, Dwarswetering, Does, Zilkvaart en Leidse Vaart
Voor het varen kan een onderscheid worden gemaakt in de kleine watersport en de grote watersport. De kleine watersport vindt vooral langs de oevers en met kleinere vaartuigen plaats, zoals surfplanken, kano’s, roeiboten en kleine open zeilbootjes. Bij de grote watersport gaat het om de grotere open zeilboten, kajuitzeilboten en motorboten.
1
3
Categorie Categorie Categorie Categorie
A: masthoogte 30,00 m en diepgang 2,10 m B: masthoogte 30,00 m en diepgang 1,90 m C: opbouwhoogte min. 3,40 m en diepgang 1,50 m D: opbouwhoogte min. 2,75 m en diepgang 1,50 m
•
Overige vaarwateren: Ringvaart Hemmeerpolder, Zijp, Boekhorstvaart, Zevenhuizervaart, Achtergat, Stingsloot, Zuidzijdervaart, Zomersloot, Rijpwetering en Wijde Aa, Hillegommerbeek, Vaarsloot, Sassenheimervaart, Maandagse Watering en Wassenaarse- of Zijlwatering,
De regio Holland Rijnland biedt ook uiteenlopende mogelijkheden voor de kleine watersport. Voor het (kite)surfen op zee en brandingvaren zijn de badplaatsen Noordwijk en Katwijk aantrekkelijke bestemmingen. Van betekenis voor het surfen op zoetwater zijn vooral de kleinere plassen zoals het Valkenburgsemeer (40 ha.) en de Klinckenbergerplas (25 ha.). De belangstelling voor het surfen op zoetwater neemt echter af. Ook voor het kanoën biedt Holland Rijnland met de vele vaarten en plassen een aantrekkelijke omgeving. De knelpunten voor kanoën liggen vooral bij duikers en te lage bruggen. De waterwegen die ontsloten worden voor kanoën kunnen ook voor het schaatsen worden gebruikt. Bestaande routes Hieronder volgt een beperkte greep uit de bestaande routes voor de watersport.
2.2 Ontwikkelingspotenties
Toervaart • De Staandemast Route • Schielandroute (Groene Hart Vaarplanner) • Kanalenroute (Groene Hart Vaarplanner) • Natuurplassenroute (Groene Hart Vaarplanner) • Klein en veenroute (Groene Hart Vaarplanner) • Ringvaartroute (Groene Hart Vaarplanner) • Amstelveenourte (Groene Hart Vaarplanner)
Holland Rijnland als bestemmingsgebied Binnen de toervaart is de regio Holland Rijnland op dit moment vooral in trek als doorgangsgebied. De regio heeft echter de potentie om zich meer te ontwikkelen tot een bestemmingsgebied voor de recreatietoervaart, waardoor meer bestedingen kunnen worden gegenereerd. De belangrijkste aanknopingspunten voor een ontwikkeling als bestemmingsgebied voor de toervaart liggen bij Leiden, dat zich als waterstad wil positioneren, en het Hollandse Plassengebied met de Kagerplassen (Warmond, Sassenheim) en het Braassemmermeer (Oude Wetering). Hierbij moet worden ingezet op het realiseren van aantrekkelijke land-water knooppunten, die goed bereikbaar zijn voor de watersporter en het interessant en eenvoudiger maken om attracties, voorzieningen en routes op het vasteland te gebruiken en te
Sloepen • 66 bruggenroute • Kaag Brasem route
4
bezoeken. Ook zal er in brede zin meer aandacht moeten komen voor de promotie van Holland Rijnland als aantrekkelijk bestemmingsgebied voor de toervaart. Holland Rijnland verbinden met zee Het realiseren van een zeejachthaven bij Katwijk kan een belangrijke impuls geven aan de recreatietoervaart in Holland Rijnland. Zeker wanneer dit gecombineerd wordt met een versterking van de kustverdediging en het creëren van een doorvaartmogelijkheid. Hierdoor wordt een belangrijke nieuwe oost-west verbinding tussen Noordzee en het achterland gerealiseerd. Voor zeewaardige boten in het Hollandse plassengebied onstaat een nieuwe verbinding met de Noordzee. Ook worden alternatieve rondjes tussen Noordzee en waterwegen in het achterland mogelijk (bijvoorbeeld een rondje Katwijk – Kaag – Haarlem – IJmuiden – Katwijk). Naast realisatie van een zeejachthaven en doorvaartmogelijkheid zal ook heel nadrukkelijk naar doorvaartmogelijkheden in het achterland gekeken moeten worden. Uitbreiden van routestructuren voor kano’s en sloepen tussen Leiden-Kaag en Bollenstreek De populariteit van het varen met sloepen neemt toe. Leiden is een echte sloepen-stad. Hier wordt gewerkt aan het optimaliseren van de ontsluiting van de stad voor sloepen. Ook wordt ingezet op het bewegwijzeren van bestaande sloepenroutes tussen Leiden en de Kaag en in het Kaaggebied zelf. Ook de Vliet (Rijn-Schiekanaal) is geschikt voor sloepen met mogelijkheden voor een route via Vlietlanden. Mogelijkheden voor de ontwikkeling van routes voor zowel sloepen als kano’s zijn er in de Bollenstreek, waarbij de Haarlemse trekvaart en verbindingen met kernen als Lisse, Hillegom en Sassenheim wenselijk zijn. Ook kunnen de ontwikkelingsmogelijkheden voor kanoroutes in de Duivenvoortsepolder worden afgetast, waarbij nadrukkelijk rekening moet worden gehouden met de aanwezige natuurwaarden (bijvoorbeeld door kanoroutes enkel buiten het broedseizoen te openen).
2.3 Concrete knelpunten en maatregelen In de verschillende watersportgebieden en onderlinge verbindingen komen ongeveer dezelfde soort problemen voor, te weten tekorten aan aanlegplaatsen, te lage bruggen, onvoldoende diepgang et cetera. Hieronder volgt een overzicht van knelpunten en concrete maatregelen: • De bediening van de bruggen over de Ringvaart van de Haarlemmermeer (Westelijk deel). Deze bruggen worden in het weekend en vooral op zondagen zeer beperkt bediend. Dit is vooral een financiële kwestie en door invoering van afstandsbediening op te heffen. Ook moeten de start- en einddata van het vaarseizoen in Noord-Holland (1 april – 1 november) en Zuid-Holland (16 april – 15 oktober) op elkaar worden afgestemd.
5
• Voor een belangrijke verbinding is een vaarvergunning van Rijnland nodig. Dit hoogheemraadschap heeft motorvaart verboden in de Drecht. Er mag alleen met vergunning gevaren worden. Oplossing: afschaffen van de vergunning of overname van deze belangrijke vaarweg door de provincie.
• Leiden wil aan de oostzijde van de stad de locatie Zijlpoort verder ontwikkelen tot land-waterknooppunt door nieuwe aanmeermogelijkheden te realiseren voor charters (de ‘Bruine Vloot’), door uitbreiding van de passantenplaatsen bij bruggen in de nabijheid van de Zijlpoort, door het realiseren van meer aanmeermogelijkheden voor sloepen en het realiseren van een café/restaurant bij de Zijlpoort.
• Bij bruggen en sluizen moeten afmeermogelijkheden gerealiseerd worden. Bijvoorbeeld een wachtvoorziening bij de spoorbrug te Sassenheim en de verkeersbrug A4.
• Leiden is bezig met het ontwikkelen van afmeervoorzieningen voor rondvaartboten bij de musea in de stad. Hieraan is mede behoefte omdat het aantal rondvaartbedrijven in leiden de afgelopen jaren stevig is gegroeid.
• Voor de bereikbaarheid van de westzijde van Leiden ligt een knelpunt bij de spoorbrug Leiden-Utrecht. Hier is het vooral de bediening door de Spoorwegen die een knelpunt oplevert. Een overdracht van de bediening naar de provincie Zuid-Holland of de gemeente Leiden kan een oplossing bieden.
• Leiden is goed toegankelijk voor sloepen. Om deze bereikbaarheid voor sloepen te optimaliseren worden diverse samenhangende voorzieningen gerealiseerd, zoals bewegwijzering aan het water naar en door de stad, borden met gedragsregels voor sloepen, informatieborden bij de aanmeerplaatsen, verwijzingsborden bij bezienswaardigheden met daaraan gekoppeld een brochure/waterkaart met aanvullende toeristische informatie. Deze brochure/waterkaart is op diverse punten verkrijgbaar en te downloaden via een ‘web-portal’. • Voor de lange termijn wil Leiden mogelijk de Lange Mare uitdiepen als nieuwe verbinding tussen de Haarlemmertrekvaart en het stadshart. • Ontwikkelen van land-waterknooppunten voor de toervaart bij de passantenhavens in Leiden en Warmond. Naast aanmeermogelijkheden moet daarbij ook rekening worden gehouden met bewegwijzering naar de stad en met de promotie van het geheel. • Linken van kanoroutes vanuit de Rijnstreek met kanoroutes vanuit de Bollenstreek.
6
• Realiseren van sloepenroutes tussen Leiden en Kaag.
• Ontwikkelen van kanoroute rondom Poelpolder.
• Realiseren van aanlegplaatsen voor kano’s bij de Kagerplassen
• Realiseren van kano/schaatsverbinding van ringvaart Haarlemmermeer door Hillegom en over Hillegommerbeek naar Leidse Trekvaart. Knelpunt meteen ten noorden van het spoor.
• Realiseren van kanoroute via Ringsloot van de Hemmeerpolder. Knelpunt: lage brug in toegangsweg naar de Hemmeerpolder (Wasbeeklaan). • Kooisloot geschikt maken voor kano’s. Knelpunt dam met duiker ter hoogte van de Eeendenkooi. • Realiseren van aanlegplaatsen voor toervaart bij Hoogmade en Koudekerk aan de Rijn. Realiseren van drijvende steigers en een pier bij het Braassemermeer. • Realiseren van doorvaart via Zandsloot tussen Kagerplassen en Leidsevaart. Knelpunten: twee lage bruggetjes in zandvaart en nieuwe (ophaal)brug. • Doorvaart via Sassenheimervaart naar Ringvaart Lisserpolder. • Oplossen van knelpunt in bestaande route bij Meerbrug door het plaatsen van een nieuwe brug. • Mogelijke realisatie van een ‘boerenjachthaven’ aan de zuidwest zijde van de Kaag voor ca. 200 boten op de grens van Warmond en Sassenheim bij de hoek Zandsloot kade. • Verplaatsen en/of uitplaasten van jachthavens (één zeker en mogelijk twee) in de Kaag. • Realiseren van kanonetwerk ten noorden van Keukenhof door gebruik te maken van zandvaarten. • Ontwikkelen van toeristische trekschuit van en naar de Keukenhof met rondvaarten door de Bollenstreek.
7
8
3
Fietsen Zuid-Holland. Voor de invoering van het fietsknooppuntensysteem in het gehele Groene Hart is een subsidieaanvraag gedaan bij de Kwaliteitsimpuls Groene Hart. Regionaal wordt veel belang gehecht aan de invoering van een dergelijk eenvormig en herkenbaar systeem. Ook is het van belang dat in aansluiting op het knooppuntensysteem gezocht wordt naar wissel- of knooppunten om van fietsen naar wandelen en/of naar varen over te stappen.
3.1 Bestaande situatie De regio Holland Rijnland biedt een aantrekkelijke en vooral gevarieerde omgeving. Naast historische steden en dorpen bieden de uiteenlopende natuurgebieden en landschappen in het buitengebied een prachtig decor voor fietsroutes. De gebieden die onderscheiden kunnen worden zijn: het Duingebied, de Bollenstreek, het Plassengebied, het Land van Wijk en Wouden en de Landgoederenzone. Belangrijke barrières voor de fietsverbindingen in de regio worden gevormd door de grootschalige infrastructuur van de HSL, A44 en A4. Aan het (fysieke) fietsnetwerk is in de afgelopen jaren reeds hard getrokken. Hierin zijn ter verbetering nog wel diverse knelpunten en fysieke maatregelen mogelijk. Op dit moment is er vooral behoefte aan een daadkrachtige promotie, ontwikkeling van arrangementen en promotie van de routes. 3.2 Ontwikkelingspotenties Invoering van het fiets knooppuntensysteem Voor de regio’s Bollenstreek, Holland Rijnland en Leidse Regio is een concept fietsroutenetwerk opgesteld (25 november 2004) voor ANWB bewegwijzering, dat bestaat uit 552 kilometer fietsroute en 130 knooppunten. Tweeëntwintig gemeenten in de regio hebben hun medewerking toegezegd, mits de kosten binnen hun budgetten passen. Financieel wordt daarbij een bijdrage verwacht van Leader+ en de provincie
9
Verknopen van het fietsnetwerk met toeristische voorzieningen Het is van belang dat het fietsnetwerk toeristisch ontsloten wordt door aansluiting te zoeken bij (agro)toeristische voorzieningen, bezienswaardigheden, pleisterplaatsen (horeca), verkooppunten van streekproducten en overnachtingmogelijkheden (campings, trekkersplaatsen, fietshotels, overnachtingen bij de boer, bed and breakfast e.d.) in de regio. Ook is het van belang dat in aansluiting op het fietsnetwerk aanvullende voorzieningen zoals fietsverhuur, picknickplaatsen en informatievoorzieningen worden gerealiseerd. Op deze wijze wordt het mogelijk toeristische fietsarrangementen te ontwikkelen voor de regio Holland Rijnland. Uiteraard zullen zowel het gehele fietsnetwerk als de mogelijke arrangementen regionaal vermarkt en gepromoot moeten worden. Ook evenementen, zoals wielerrondes of fiets 4-daagsen, kunnen hieraan een bijdrage leveren.
3.3 Concrete knelpunten en maatregelen • Er zijn maar weinig mogelijkheden om de Oude Rijn per fiets over te steken. Oplossingen kunnen gezocht worden in pontjes (hoge toeristische waarde), bruggen (automatische fietsbrug) en tunnels. Fietsbrug Valkenburg (ipv pontje) wordt uitgevoerd. • Het centrum van Leiden is een ontbrekende schakel in het voorgestelde knooppuntensysteem en moet nadrukkelijker worden opgenomen in het knooppuntensysteem. • Regionale afstemming van vaarseizoen pontjes. Vanuit het Uitvoeringsplan Stad-Kaag-Brasem wordt momenteel gezocht naar de wenselijkheid van één beheersvorm voor recreatieve pontjes door particulier initiatief. De pontjes in dit gebied hebben uiteenlopende vaartijden, tarieven en ontvangen niet allen subsidie. • Een aantrekkelijk fietsroute/pad realiseren tussen Leiden en Katwijk langs de Oude Rijn. De Oude Rijn biedt een aantrekkelijke omgeving voor het relaiseren van een fietsroute. • Ontbrekende paden: fietsroute Leiden – Leiderdorp – Kaag (nieuwe infra fietspad, betere benutting pontjes). • Realiseren van nieuwe fietsinfrastructuur tussen Zijdijk en Kaagsociëteit in Sweilandpolder. • Versterken van Tengnagel als recreatief knooppunt door het realiseren van een ‘Bronstijd-huis’ als cultuurhistorische attractie. Ook moet de oversteek voor het fietsen bij Tengnagel kwalitatief verbeterd worden. • Rondje rond de Kaag / nieuw pad van Persijn / Klinkenbergerplas is knelpunt.
10
• Realiseren van twee nieuwe fietspaden bij Noordwijkerhout.
• Verbinding strand – achterland is knelpunt (in Bollenstreek zijn verbeteringen in kwaliteit en kwantiteit mogelijk (oostwest).
• Fietspad Westerbaan moet nog uitgevoerd worden.
• Ontwikkeling van fietspaden/-routes in Aadegebied. In dit gebied is veel vraag naar routes, maar weinig aanbod. Het gebied bestaat grotendeels uit boerenland. Wensen zijn ingebracht bij de ruilverkaveling API Aade-gebied.
• Ontwikkelen van skeelerroutes over fietspaden (veiligheid) vanuit Leiden (noordkant) naar Bollenstreek. • Leiden heeft te weinig schakels met buitengebied voor wandelen en fietsen.
• In het kader van het project Verbinding Oegstgeestkanaal ontwikkelen van een doorgaande recreatieve route langs het Oegstgeestkanaal (in combinatie met aanleg natuurvriendelijke oevers en vergroten waterbergings- en afvoercapaciteit). Concreet: aanbrengen ontbrekende fietsschakels.
• Verbeteren van de fietsverbindingen tussen strand en achterland. • Realiseren van fietspaden: langs Ringvaart tussen Lisse en Hillegom; langs Lisserbeek in het verlengde van de Heereweg naar Loosterweg-Noord en haaks hierop langs Keukenhof; op westelijke dijk langs de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder tussen de Randmeerstraat en Rooverbroekweg.
• Landgoed Poelmeer. Uitbouw regionaal knooppunt van routes, waterwegen en groengebieden. Concreet onderdeel: aanleggen fietspad. • Fietspad Rhijngeest. Doortrekken fietspad vanaf landgoed Endegeest via Rhijngeest naar nieuw landgoed Rijnfort.
• Realiseren van fietspaden: tussen Kraaierslaan en Duinschoten; langs de Duinsloot tussen Schulpweg en Duinweg; haaks op Duinsloot en Westeinde; over landgoed via De Halle naar Leidsevaart en door naar Voorhout.
• Routes Valkenburgse Meer. Aanleg van een groene verbinding tussen de landgoederenzone van Wassenaar en de landgoederen ten noorden van de Oude Rijn, via Valkenburgse Meer, in combinatie met de versterking van de ecologische functies van het meer in de reeks duinenGroene Hart. Concreet: aanleg fietspad en recreatiezone langs noordoever Valkenburgse Meer. • Doortrekken fietspad ten westen van Ter Wadding ter verbetering van de regionale fietspadenstructuur. • Papenwegpassage. Aanleg van een ecologische zone in combinatie met wandelpadenstructuur en een fietsroute, inclusief twee fiets-/ecopassages, tussen Landgoed Duivenvoorde en het Valkenburgse Meer.
11
12
4
Wandelen 4.1 Bestaande situatie Een belangrijke prioriteit ligt bij het koesteren en goed onderhouden van de bestaande routes. Men moet zich niet blindstaren op het ontwikkelen van nieuwe routes en paden. Hieronder wordt voor een vijftal deelgebieden zowel de bestaande situatie als de ontwikkelingsmogelijkheden weergegeven. Land van Wijk en Wouden Het Land van Wijk en Wouden is voor wat betreft wandelroutes en -paden in ontwikkeling en heeft voldoende ambitie. In het “Uitvoeringsprogramma Land van Wijk en Wouden 2003-2007” uit 2003 van de Gebiedscommissie Land van Wijk en Wouden zijn enkele wandelprojecten benoemd, zoals het realiseren van de wandelroute Westvaart en het wandelpad Grote Polder. Er is een nieuw initiatief voor de ontwikkeling van vijf wandelroutes over boerenland. Hiervoor ontbreekt echter de benodigde financiering.
mogelijk te groot, maar vanuit diverse kanten wordt het als een ambitie gezien. Er zijn ca. 35 bestaande wandelroutes. De routes in het bollengebied zijn vooral bekend bij de lokale bevolking. Ze zijn echter niet goed bewegwijzerd en worden onvoldoende in de markt gezet. Het thema bollen is interessant voor de toerist in de zomer, maar biedt ook kansen voor seizoensverlenging. Verder zijn er momenteel nog geen duidelijke startpunten. Ingezet kan worden op het ontwikkelen van enkele grotere routes en een 10-tal kleine routes. Aandachtspunt is het ontwikkelen van oost-west verbindingen tussen het Duin- en Bollengebied.
Plassengebied In het Plassengebied wordt gewerkt aan uitbreiding van de wandelroutes. Hier is verbetering mogelijk. Bollengebied In het Bollengebied zijn de wandelroutes nog onderontwikkeld. Hier moet voor de paden worden ingezet op goede noord-zuid verbindingen en wellicht enkele oost-west verbindingen. De afstand voor oost-west verbindingen in de wandelpaden tussen de dorpen Hillegom, Lisse en Sassenheim en het duingebied is
13
• Keukenhof verder ontwikkelen tot recreatief start- en knooppunt voor wandelen, fietsen en kanoën. Ook mogelijkheden als vertrekpunt voor toeristische tochtjes op trekschuiten. • VVV’s (reeds ontwikkeld). • Vuurbaak Katwijk (reeds ontwikkeld). • Gemeentehuizen (reeds ontwikkeld). • Recreatiebedrijven. • Tankstations langs snelweg (goed bereikbaar en parkeervoorziening aanwezig). • NS stations.
Kust/duingebied In het kust/duingebied is verbetering mogelijk van de paden in noord–zuid richting. Bij Katwijk moet men bijvoorbeeld een lang stuk over het fietspad wandelen. In het gebied van de Amsterdamse Waterleidingduinen zijn volop wandelmogelijkhden met voldoende paden en routes. In het gebied Oost Duinsemeer kunnen routes en paden verbeterd worden. In deze deelregio is het wandelen redelijk goed ontwikkeld, er zijn veel routes aanwezig en er zijn voldoende startpunten, maar het ontbreekt vooral aan afstemming en structuur. Het Romeinse thema kan beter ontwikkeld worden en ook worden evenementen op wandelgebied als kansrijk gezien. Leiden/Katwijk In dit gebied wordt een wandelroute route langs de Oude Rijn gemist. Ook hier is de Limes een mogelijk kansrijk thema. Verder heeft de stad Leiden momenteel nog te weinig schakels met het buitengebied. 4.3 Ontwikkelingspotenties Ontwikkelen van startpunten Voor de wandelroutes is het vooral belangrijk dat goed herkenbare en strategisch gelegen startpunten (goed bereikbaar, voldoende parkeervoorzieningen bij horeca en/of voorzieningen) worden ontwikkeld. Vervolgens moet bekeken worden, welke wandelroutes vanuit deze startpunten kunnen worden ontwikkeld. Kansrijke locaties zijn: • HSL-informatiecentrum. Dit centrum wordt in de toekomst, wanneer de werkzaamheden aan de HSL gereed zijn, mogelijk tot “Groene Hart Informatiecentrum” omgevormd. • De stad Warmond is een belangrijk start- en knooppunt voor wandelen, fietsen en varen. Hier zijn echter onvoldoende parkeermogelijkheden, waardoor een bereikbaarheidsprobleem speelt. • Stad Leiden (reeds ontwikkeld voor stadswandelingen)
14
inclusief twee fiets-/ecopassages, tussen Landgoed Duivenvoorde en het Valkenburgse Meer.
4.4 Concrete knelpunten en maatregelen • Ontwikkelen van een wandelroute tussen Katwijk en Leiden, bij voorkeur langs de Oude Rijn met de Romeinse historie (Limes) als thema. Bijvoorbeeld mede door het realiseren van een doorgaand ‘jaagpad’ voor wandelaars langs de Oude Rijn.
• Aanleg voetpad ten zuiden van het spoor tussen jachthaven van Sassenheim en de Ringvaart. • Realiseren van voetpad langs noordwestrand van Warmond, achterlangs Mariënhaven, Oostergeest en Overbos.
• Bij het Landgoed Keukenhof worden diverse wandelroute ontwikkeld.
• Ontwikkeling van wandelmogelijkheden in het Aade-gebied.
• In het kader van het project Kerkenpad Warmond: aanleg van wandelpad (en ecologische verbinding en nieuwe buitenplaats) tussen Huys te Warmont en de Klinkenbergerplas, met een extra fiets-/ecotunnel onder de spoorlijn.
• Realiseren van voetpaden bij Reigerbos. • Verbinden van wandelnetwerken Keukenhof en Poelpolder.
• Verbinding Oegstgeestkanaal Ontwikkeling van een doorgaande recreatieve route langs het Oegstgeestkanaal (in combinatie met aanleg natuurvriendelijke oevers en vergroten waterbergings- en afvoercapaciteit). Concreet onderdeel: aanleggen extra wandelpaden. • Landgoed Poelmeer. Uitbouw regionaal knooppunt van routes, waterwegen en groengebieden. Concreet onderdeel: aanleggen wandelroutes. • Routes Valkenburgse Meer. Aanleg van een groene verbinding tussen de landgoederenzone van Wassenaar en de landgoederen ten noorden van de Oude Rijn, via Valkenburgse Meer, in combinatie met de versterking van de ecologische functies van het meer in de reeks duinenGroene Hart. Concreet: aanleg bos, wandelpaden en recreatieve attractie op de voormalige stortplaats in Wassenaar. • Papenwegpassage. Aanleg van een ecologische zone in combinatie met wandelpadenstructuur en een fietsroute,
15
16
5
Aanbevelingen • Geschiedenis van het bollenlandschap met bijvoorbeeld bollenschuren. • Agrotoerisme, met routes langs agrotoeristische pleisterplaatsen. • Monumenten, met routes langs bijzondere monumenten (bijvoorbeeld molens). • Pontjes, routes via pontjes door het plassengebied. • Zuid-Holland, met voor het toervaren een tocht tussen de historische steden Leiden, Delft en Gouda.
5.1 Concrete aanbevelingen Op basis van de resultaten uit de inventarisatie en workshop worden de volgende aanbevelingen gegeven: • Maken van inventarisatiekaarten met cultuurhistorische bezienswaardigheden, pontjes, agrotoeristische voorzieningen e.d. • Verbeteren van de regionale afstemming tussen de verschillende plannen en projecten op het gebied van fysieke verbindingen, maar vooral inzetten op betere samenwerking in de marketing en promotie van de routes en de koppeling van de routes aan het toeristisch product. • Maken van een inventarisatiekaart met alle bestaande en geplande routes, paden en vaarwegen (een basiskaart). 5.2 Thematische aanknopingspunten Bij de verdere ontwikkeling van het routenetwerk voor varen, fietsen en wandelen kunnen diverse thema’s gebruikt worden. Hieronder volgt een overzicht van kansrijke, vooral cultuurhistorische, thema’s voor de regio Holland Rijnland. • Schilderkunst, met onder andere Rembrandt en Jan Steen. • Trekvaarten, met bijvoorbeeld de Haarlemse Trekvaart (op dit moment loopt het project 350 jaar Haarlemse Trekvaart). • Romeins, met de Limes (oude Romeinse rijksgrens aan de Oude Rijn) als rode draad.
17
18
Bijlage 1 •
“Een stad zonder water heeft geen vroeger of later… “ Concept-Beleidsvisie Watertoerisme Leiden 2000 – 2020, gemeente Leiden, juli 2000
•
Projectenoverzicht Toerisme en Recreatie REO, Rijn- en Bollenstreek, mei 2002
•
Masterplan Aaneenschakeling Landgoederen, door Vista Landscape and urban design in opdracht van Samenwerkingsorgaan Duin en Bollenstreek en Samenwerkingsorgaan Ruimtelijke ordening en Volkshuisvesting Leidse Regio, juli 2004
Literatuurlijst Bij het opstellen van het voorliggende inventarisatie zijn de volgende literatuurbronnen geraadpleegd: •
Land van Wijk en Wouden, Uitvoeringsprogramma 2003 2007, door Accanto in opdracht van Provincie Zuid-Holland namens Gebiedscommissie Land van Wijk en Wouden, november 3003
•
Bonte Loperplan, recreatief routenetwerk voor de Duin- en Bollenstreek, door Lopende Zaken in opdracht van de Stichting Duin- en Bollenstreek ‘Hou het Bloeiend’, 2001
•
Voorontwerp Fietsplan 2000 Provincie Zuid-Holland, door Provincie Zuid-Holland, 2000
•
Actieplan Vrijetijdsbesteding Stad / Kaag / Braassem, ‘voortgezette actie’, door Broekmeulen’s Projectbureau, in opdracht van de gemeenten Alkemade, Jacobswoude, Leiden, Leiderdorp en Warmond en de provincie ZuidHolland, bureau recreatie, 2005
•
Uitvoeringsprogramma Stad / Kaag / Braassem 2005, stand van zaken en Uitvoeringsprogramma 2006, voorstel
•
Cultuurtoeristische en Recreatieve Benutting van het Varend Erfgoed in Zuid-Holland, Zuid-Hollandsbureau voor Toerisme, oktober 2002
19
20
Bijlage 2 Deelnemerslijst workshop ‘fysieke verbindingen’ op 21 februari 2006 in Leiderdorp Hans Cornelissen Patrick Kerkvliet Jaap Mels Herman Amptmeijer Ines Wesselingh-van Vliet Joke Timmers Peter Nijhof Ineke de Haan Jan Oerlemans Kees de Mooy Pieter van Vrie Ko Droogers Bianca Diebels Sander-Jan Harting Ivette van der Wiel Ilonka Bodt Heleen Zwanenburg Frank van Leeuwen Henny Dekker Tanja Vis
Zuid Hollands Landschap Olympia Charters BV Te Voet / Wandelplatform Te Voet / Wandelplatform Rijnstreekberaad Gemeente Zoeterwoude Project Herbestemming Bollenschuren, Zwarte Tulp Lisse, CHG Duin- en Bollenstreek Gemeene Hillegom, afdeling EZ Gemeente Alkemade Gemeente Leiden, afdeling EZ CHG Duin en Bollenstreek ANWB HISWA vereniging Gemeente Noordwijkerhout Gemeente Leiderdorp Gemeente Teylingen Gemeente Katwijk VVV Holland-Rijnland Nederlandsche Kano Bond Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
21
22