COLOFON
Opdrachtgever B12 Leidseveer 2 3511 SB Utrecht
Opdrachtnemer Stichting IKL Schoolstraat 9 6118 AT Nieuwstadt Contactgegevens IKL Website E-mail Telefoon Contactpersoon
www.ikl-limburg.nl
[email protected] 046-3030530 Frans Blezer
Dossiergegevens Onze referentie Status rapport
00-000-OV-505 Eindrapportage
Bedrijfsgegevens KvK nr.:
41076923
INHOUDSOPGAVE
1.
INLEIDING
5
2.
AFBAKENING OPDRACHT EN WERKWIJZE
6
3.
ALGEMENE AANBEVELINGEN
8
4.
AANBEVELINGEN PER BEHEERPAKKET
13
BIJLAGEN A.
KOSTPRIJSBLADEN
B.
LIJST VAN DEELNEMERS
C.
WORKSHOP
D.
FORUM en ENQUETES
E.
RASTERS
VOORWOORD Van juli tot november 2015 heeft stichting IKL in opdracht van BIJ12 de vergoedingen van natuur- en landschapsbeheer geëvalueerd. Dit hebben wij niet alleen gedaan. IKL heeft middels een digitaal platform en een workshop zoveel mogelijk ook deskundigen uit de vakwereld betrokken. Wij danken alle deelnemers voor hun inbreng, een bijzonder woord van dank gaat uit naar Carlo Braat van het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap. Hij heeft veel kennis geleverd over de totstandkoming en methodiek van de kostprijsbladen.
1.
INLEIDING 2
Een heg knippen van € 2,72 per meter, een fruitboom snoeien voor € 16,18, hakhoutbeheer uitvoeren in een bosje voor € 0,07 per m ? Dit zijn de vergoedingen die je jaarlijks kunt ontvangen voor het beheer van landschapselementen via het subsidiestelsel natuur en landschap (SNL) Vanaf eind jaren zeventig wordt er al betaald voor onderhoud aan het landschap. Gaandeweg zijn de beheermaatregelen aangescherpt en de vergoedingen verfijnd. Soms gebaseerd op tijdstudies maar ook op ervaringen van deskundigen. De beheer- en vergoedingenboom is daardoor stevig gegroeid en is toe aan een snoeibeurt… of toch niet? De Taakgroep index SNL en BIJ12 onderzoeken iedere vijf jaar of de standaardkostprijzen op orde zijn. Stichting IKL heeft opdracht gekregen de evaluatie van de standaardkostprijzen voor landschap voor 2015 te doen. Samen met deskundigen uit de vakwereld zijn de kostprijzen onder de loep genomen. De bevindingen van bureau ZET (Evaluatief vooronderzoek Standaardkostprijzen SNL,11 februari 2015, bijlage 7.2) vormden de basis van dit onderzoek. Zij concludeerden namelijk dat voor het onderdeel landschapsbeheer de kostprijzen geactualiseerd dienden te worden. Daarbij gaven ze aan speciale aandacht te willen besteden aan de frequentiefactoren en bewerkingspercentages van de elementen. Vraagtekens werden geplaatst bijvoorbeeld waarom raster automatisch zijn meegenomen in de subsidieaanvraag. Bovendien werd ook extra aandacht gevraagd voor de opbouw van de kostprijsbladen voor de beheertypen Bossingel en bosje (L01.04), Struweelhaag (L01.06), Knotbomen (L01.08) en Hoogstamboomgaard (L01.09). Dit rapport beschrijft zo kort en bondig mogelijk de resultaten van deze evaluatie. In hoofdstuk twee is de afbakening en werkwijze van de opdracht verder toegelicht. Hoofdstuk drie beschrijft de algemene aanbevelingen op de standaardkostprijzen en in hoofdstuk vier komen de aanbevelingen per beheerpakket aan bod. In de bijlagen zijn de aanbevelingen per onderzoeksmethode verder uitgewerkt: Bijlage C: workshops, D: Forum en Enquêtes. Verder zijn in de bijlagen de kostprijsbladen (Bijlage A) opgenomen waarin nogmaals de conclusies uit hoofdstuk drie en vier zijn verwerkt. De lijst van deelnemers en organisaties van deze evaluatie is terug te vinden in bijlage B. Tot slot, in bijlage E de vaststelling van het aandeel rasters in beheerpakketten.
2.
AFBAKENING EN WERKWIJZE EVALUATIE
Een subsidiestelsel is gebaat bij breed geaccepteerde standaardkostprijzen. Kostprijzen die aansluiten bij de praktijk van goed beheer en bovendien draagvlak hebben. Dit geeft rust bij de uitvoering waardoor de focus geheel kan liggen op het behalen van zoveel mogelijk kwalitatieve verbetering van het landschap. In het evaluatief vooronderzoek Standaardkostprijzen SNL (Bureau Zet, 11 februari 2015) wordt aanbevolen de SKP´s voor landschapsbeheertypen in hun geheel te herijken. Dit vormde de aanleiding voor de opdracht. Concreet stonden de volgende vragen centraal: 1. Stel de normbedragen voor alle kostenbestanddelen bij naar de huidige markt en geef een onderbouwing. 2. Geef concrete voorstellen voor het schrappen en of opnemen van kostenbestanddelen binnen het SKP en geef een onderbouwing. 3. Geef oplossingen voor specifieke knelpunten zoals rekenfouten, raster, bossingel en bosje, struweelhaag, knotbomen en hoogstamboomgaarden. 4. Vindt draagvlak binnen het vakgebied tijdens het proces. Om antwoord te vinden op bovenstaande vragen zijn drie werkwijzen toe gepast. Allereerst is een besloten digitaal discussieplatform opgericht voor deskundigen in landschapsbeheer. Middels dit platform hebben zij hun ervaring en kennis op dit gebied kunnen delen. Daarnaast hebben we via twee enquêtes onderzoek gedaan. Tot slot is op 6 oktober 2015 een workshop georganiseerd. Bijna 130 personen, die werkzaam zijn of banden onderhouden met het vakgebied zijn uitgenodigd deel te nemen aan het digitale forum. Dit waren onder meer: de agrarische collectieven, LandschappenNL (de provinciale organisaties Landschapsbeheer en de 12 provinciale Landschappen), de terreinbeherende organisaties (Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten) en diverse grotere particuliere beheerders (Landgoed Twickel, ‘t Koninklijk rentmeesterkantoor 't Schoutenhuis B.V.), Vereniging ANLB Rijn & Gouwe Wiericke en Landgoed Den-Treek-Henschoten). Aan het digitale platform hebben 41 mensen deelgenomen. Dit is inclusief de werknemers van BIJ12 (opdrachtgever) en IKL (opdrachtnemer). In totaal waren er 34 externe deelnemers en 7 interne deelnemers. Verschillende organisaties met kennis en ervaring van landschapsbeheer waren vertegenwoordigd, te weten: agrarische natuurverenigingen, agrarische collectieven voor natuur- en landschapsbeheer, de 12 provinciale Landschappen, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Vereniging Nederlands Cultuurlandschap, specialist hoogstamboomgaarden, Coöperatie Bosgroepen, provinciale medewerkers en provinciale organisaties Landschapsbeheer, In bijlage B is de lijst van deelnemers en de organisaties opgenomen. In totaal zijn ruim 60 reacties geplaatst op het forum, dit is inclusief de reacties van de websitebeheerder en de antwoorden van de stichting IKL. Via twee enquêtes zijn 46 vragen gesteld (gesloten en open vragen). Ruim 30% van de forumleden heeft deelgenomen aan een of beide enquêtes. Hierdoor is er een input ontstaan van meer dan 500 reacties op de beheerpakketten afkomstig uit het forum en de enquêtes. Uitgebreide informatie van de reacties van de forumleden en de enquêtes zijn beschreven in de bijlagen E en F.
Naast de forumleden zijn ook deskundigen benaderd zoals medewerkers van de LandschappenNL (Landschapsbeheer Groningen, Friesland, Brabant, Noord-Holland en de stichting IKL), Groenaannemers en Staatsbosbeheer. Binnen deze opdracht worden de beschrijvingen en vergoedingen van alle (zo nodig uitgesplitste) beheerpakketten beoordeeld. De opdracht beperkt zich tot de landschapsbeheertypen binnen de natuurterreinen. De totstandkoming van de overheadkosten zijn niet verder onderzocht, zoals de juistheid van de btw en de diverse toeslagen. De bedrijfseconomische onderdelen worden onderzocht door Bureau ZET. Tot slot wordt opgemerkt dat de vergoedingen voor de beheerpakketten binnen natuurterreinen en op landbouwgronden verschillen. Voor landschapsbeheerpakketten binnen natuurterreinen is de kostprijsberekening gebaseerd op een gemiddelde en voor beheerpakketten op landbouwgronden op een uitgesplitste berekening. Binnen deze opdracht worden de beschrijvingen en vergoedingen van alle uitgesplitste beheerpakketten beoordeeld en niet de gemiddelde vergoeding. Ook de wijze van berekening van de gemiddelde vergoeding vormt geen onderdeel van deze opdracht.
3.
ALGEMENE AANBEVELINGEN
Werkwijze en maatregelen. Veel van de in de kostprijsbladen opgevoerde werkwijzen zijn nog gebruikelijk, bijvoorbeeld hakhoutbeheer is nog het best te doen met hulp van een motorzaag. Het is efficiënt en levert een goed eindresultaat. Uiteraard hebben, sinds het opmaken van de kostprijsbladen, de ontwikkelingen niet stilgestaan. Aanbevolen wordt om voor de volgende beheertypen aanpassingen door te voeren voor het te gebruiken materieel: L01.01 (Poel en klein historisch water), L01.05 (Knip- en scheerheg), en L01.06 (Struweelhaag). 3.1 Frequentie De frequentie van beheer is van invloed op de hoogte van de kostprijs. De in de kostprijsbladen opgevoerde ritmen van beheer gaan uit van gemiddelden en van gewenste, vaak ecologische, eindbeelden. De algemene indrukken en reacties van de deelnemers zijn dat de beheercycli op orde zijn om een goed ontwikkeld landschapselement te krijgen. Uiteraard zijn er regionale verschillen en wensen, maar gemiddeld worden de frequenties van het beheer aan het landschapselement breed ondersteund. Uitzonderingen zijn er ook, aanbevolen wordt om frequenties voor een of meerdere beheermaatregelen aan te passen bij de beheertypen L01.01 (Poel en klein historisch water), L01.08 (Knotbomen), L01.09 (Hoogstamboomgaard), L01.10 (Struweelrand), L01.11 (Hakhoutbosje), L01.14 (Rietzoom en klein rietperceel) en L04.01 (Wandelpad over boerenland). 3.2 Bewerkingspercentages Het onderdeel bewerkingspercentages kan vragen oproepen. De kostprijsbladen zijn daarin helder, het kost echter tijd om ze te doorgronden. Voor alle beheerpakketten gaan de berekeningen ervan uit dat het element in één keer wordt beheerd. Deze methode van werken wordt ook gemeld door de forumleden. De ecologisch waardevolle variatie in leeftijdsopbouw en structuur wordt bereikt door gefaseerd beheer uit te voeren binnen een regio. Zo ontstaan er in hetzelfde gebied net afgezette houtwallen naast volledig, oude, uitgegroeide houtwallen. Een uitzondering hierop is het element Poel en kleine historisch water groter dan 175m² (L01.01.01b). De grote poelen worden gemiddeld eenmaal in de tien jaar uitgebaggerd en dan voor maximaal 75 procent. Fasering is wel van toepassing op onderdelen zoals het maaien van overhangende bramen, bermen, oevers en het onderhoud van boomkasten. De ervaringen zijn hierin doorslaggevend, bij het beheerpakket L01.02.01 (Houtwallen en houtsingel) is de ervaring dat het jaarlijks maaien van overhangende bramen en distels over de helft van de randlengte voldoende is om het probleem te beheersen. Voor het pakket L01.01.02 de Hoge houtwal is de ervaring dat dit elk jaar over de gehele lengte dient te gebeuren. De deelnemers aan de evaluatie zagen geen aanleiding om hierin wijzigingen aan te brengen, aanbevolen wordt om deze conclusie over te nemen. De in de kostprijsbladen genoemde kolom ‘% te bewerken lengte’ kan verwarring veroorzaken. De te beheren lengte wordt in de kolom weggezet als een percentage. Aanbevolen wordt om een kolom ’te beheren lengt/oppervlakte’ toe te voegen aan de kostprijsbladen. In deze kolom dient de te beheren
lengtemaat of oppervlakte opgenomen te worden. In de kolom ‘% te bewerken lengte/oppervlakte’ komt dan het bewerkingspercentage te staan. Bijvoorbeeld bij het beheerpakket L01.01.01a (Poel en klein historisch water <175m²) wordt maaien oever 36% gewijzigd in: jaarlijks maaien 36 meter met een percentage van 100%. De toevoeging van de extra kolom is ook nodig voor de kostprijsbladen waarin de onderdelen maaien perceelranden en onderhoud raster zijn opgenomen. Aanpassingen zijn door te voeren in alle kostprijsbladen.
3.3 Rasters In het rapport van Bureau ZET wordt opgemerkt dat rasters ten onrechte automatisch zijn opgenomen en beter als een toeslag of als een apart pakket kunnen worden toegevoegd. De deelnemers aan de evaluatie merken op dat dit onderwerp een lange geschiedenis kent. In het verleden was er namelijk een apart pakket voor rasters. Vanwege de hoge administratieve kosten voor het intekenen en de vele foutmeldingen bij controles, is toen besloten om rasters standaard toe te voegen aan de kostprijsbladen. Aangezien landschapselementen niet mogen worden beweid, is de aanname dat alle elementen die liggen in weilanden voorzien zijn van een beschermend raster. Vervolgens is bij het Planbureau voor de Leefomgeving de verhouding tussen akker- en graslanden uitgezocht (zie het tabblad Uitgangspunten in de kostprijsbladen, bijlage A). Het percentage weiland is gebruikt als maat voor de aanwezigheid van de rasters. De algemene mening van de deelnemers is dat de aannames op orde zijn. Het voorstel om een apart pakket of toeslag toe te kennen werd van de hand gewezen vanwege de hoge administratieve lasten voor zowel de beheerder als de uitvoerende en controlerende organisatie. De huidige verhouding tussen akker- en weilanden is door IKL opnieuw onderzocht bij het Centraal Bureau van Statistiek. Gevolg is dat voor ongeveer de helft van de beheerpakketten grotere en kleinere aanpassingen doorberekend dienen te worden in de kostprijsbladen. Het CBS maakt geen onderverdeling meer in de gehanteerde landschapsbeheertypen zoals genoemd in de kostprijsbladen. Momenteel is er een verdeling naar vooral landbouwgebieden zoals de diverse veehouderijgebieden, weidegronden, rivierengebied en Lösslandschap zie: http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=80780NED&D1=2-6,401-409&D2=0,17-30&D3=l&HDR=G2,T&STB=G1&VW=T). Er is voor gekozen om de bestaande onderverdeling zoals beschreven in het kostprijsblad te handhaven. Door gebruik te maken van de informatie van www.geologievannederland.nl is het mogelijk de landschapstypen en de landbouwgebieden op elkaar af te stemmen. In bijlage E is een nadere toelichting en uitwerking opgenomen. Aanbevolen wordt om de recente gegevens over te nemen. Het genoemde onderdeel jaarlijks onderhoud raster kan tot verwarring leiden. Bedoeld is extra aanvullend werk als gevolg van de jaarlijkse werkzaamheden aan het landschapselement. Het betreft onder meer het periodiek en tijdelijk verwijderen van de rasterdraden bij het beheer van het landschapselement en extra onderhoud aan het raster in verband met vallende en overhangende takken en bramen. Aanbevolen wordt om de kostprijsbepaling voor het onderdeel rasters te handhaven in de kostprijsbladen. De deelnemers ervaren bij de meeste beheertypen de uitgangspunten als gangbare praktijk Uitzondering is L01.12. (Griendje), hier dient het jaarlijks onderhoud voor het raster afgevoerd te worden. Er zijn namelijk geen beheerwerkzaamheden die beschadigingen aan het raster veroorzaken. Bovendien wordt aanbevolen grotere en kleinere wijzigingen bij het onderdeel rasters (frequentie en afstemming op beheer) door te voeren bij de Beheertypen L01.01 (Poel en klein historisch water), L01.02 (Houtwal en houtsingel), L01.04 (Bosje en bossingel), L01.05 (Knip- en scheerheg), L01.06 (Struweelheg) en L01.11 (Hakhoutbosje),
3.4 Bestrijding exoten Ongewenste houtsoorten (exoten) worden nog steeds bestreden - zoals is opgenomen in de kostprijsbladen door afzagen en insmeren met een toegestaan bestrijdingsmiddel. De beschreven frequentie (1 x in de 5 jaar), de bedekkingsgraad, (minder dan 5 procent) en de hoogte van de struiken( 1-2 meter) passen naar mening van de deelnemers nog in het huidige beheer. 3.5 Inboeten In de enquêtes en de workshop is dieper ingegaan of inboeten en de daarmee samengaande vergoeding in bosachtige elementen als bosjes en singels wel een zinvolle maatregel is. Door het inboeten niet op te nemen kunnen er gaten ontstaan die een hogere ecologische waarde geven aan het element. De algemene mening is dat de vergoeding van het inboeten gehandhaafd dient te blijven. De beheerder plant in het algemeen inheemse of autochtone, soorten terug als dat nodig is door het afsterven van struiken of als gevolg van het verwijderen van ongewenste soorten. Bovendien is het eenvoudiger om gericht open plekken te ontwikkelen via beheer. In de kostprijsbladen is gerekend met een gemiddelde inboet 10 planten per are per 25 jaar bij de bosachtige landschapstypen zoals bosjes en houtsingels. De deelnemers melden dat dit een aanvaardbare norm is. Als gemiddelde prijs is € 0,72 per struik aangehouden ( prijspeil 2012, SBB). Deze post is verder niet benoemd in het tabblad Invoer Tarieven (bijlage A). In de diverse kostprijsbladen is de eenheidsprijs handmatig ingevoerd. Het advies is om de gemiddelde prijs op te nemen in het tabblad Invoer Tarieven en aan te passen naar het huidige tarief. In deze rapportage is op advies van Staatsbosbeheer een prijs aangehouden van € 0,75 per stuk (indexering € 0,72). De kostprijs dient geactualiseerd te worden door een onafhankelijke organisatie (Alterra). Bureau ZET merkt in haar rapportage op dat inboet ontbreekt voor het beheertype L01.09 (Hoogstamboomgaard). Eigenlijk ontbreekt een vergoeding voor inboet voor alle niet bosachtige beheertypen zoals knip- en scheerheggen, struweelheggen, lanen en knotbomen. Dit is op zich discutabel. Tijdens de workshopbijeenkomst is dit onderwerp besproken. Het voorstel van de stichting IKL om hiervoor standaard 2% op te nemen werd afgewezen. De extra kosten en inspanningen om dit onderdeel toe te voegen aan de standaardkostprijsbladen wegen niet op tegen de geringe extra vergoeding. Het advies is om de huidige werkwijze te handhaven. 3.6 Verwerking vrijkomend takhout De verwerking van het vrijkomend takhout is breed besproken in onder andere de workshop. Het blijkt dat oude en nieuwe methoden door elkaar worden gebruikt, de manier van verwerken is afhankelijk van de bereikbaarheid van de locatie en van de hoeveelheden vrijkomend hout (zowel in aantallen als in dikte). Als landschapselementen slecht bereikbaar zijn en de hoeveelheden vrijkomend hout laag is, wordt gebruik gemaakt van de traditionele manier van verwerken zoals verbranden of het hout op takhopen of -rillen leggen. In sommige delen van Nederland wordt geëxperimenteerd met nieuwere methoden, hierbij staat vooral verchippen van het hout in de belangstelling. De chips worden vervolgens gratis afgevoerd naar energiecentrales of verbrandingsovens. De meest gebruikte methode blijft echter versnipperen en afvoeren. Voorgesteld wordt om deze werkwijze aan te houden als berekening in de kostprijsbladen voor alle beheertypen waarbij hout vrijkomt.
3.7 Gebruikte normen Bij een paar beheerpakketten werd de opmerking gemaakt dat de berekende tijdsbesteding erg hoog ‘aanvoelt’. Bijvoorbeeld bij het beheerpakket Laan (L01.07.01b) is de norm dat ruim 11 uur nodig is voor het snoeien en versnipperen van takhout voor 100 meter laan (25 bomen). Omgerekend is dit 45 minuten per boom. De berekeningen zijn afkomstig van de tijdnormen van IMAG (RAW-systematiek). Binnen de opdracht is het niet mogelijk om te controleren of de vaststelling van de normen correct zijn gedaan, dit wordt als een gegeven beschouwd. De meeste deelnemers merkten overigens op dat de gebruikte tijdnorm voor de laan correct is. 3.8 Materieel In diverse pakketten worden standaard hetzelfde materieel opgevoerd voor de vaststelling van de prijzen per uur. Dit is soms gedaan omdat er voor de gebruikte machines geen tijdstudies bekend zijn. Het gebruik van een wallenfrees is zo’n voorbeeld, voor poelen is dit geen gebruikelijk in te zetten machine. Een ander voorbeeld zijn de knip- en struweelheggen, het in te zetten materieel is ondertussen verschoven van grotendeels via de motorheggenschaar naar mulchers, messenbalken en hydraulische knipscharen. Het advies is om tijdstudies/metingen uit te voeren voor de andere werkmethoden waar dit van toepassing is. Aanbevolen wordt om materieel aan te passen in de kostprijsbladen L01.01 (Poel en klein historisch water), L01.05 (Knip- en scheerheg) en L01.06 (Struweelheg), L01. 3.9 Betalen per stuk of per hectare? Discussie is gevoerd over uitbetaling per stuk en de nu gebruikte methodiek, een gemiddeld bedrag per lengte of oppervlakte. Voorbeelden zijn de beheertypen Laan (L01.07), Hoogstamboomgaard (L01.09) en Bomenrij/solitaire boom (L01.13). Deelnemers van het forum en de enquêtes zijn voorstander om uit te betalen per stuk. In de workshop was de mening andersom, een voorkeur voor uitbetaling per lengte of oppervlakte. De argumentatie van de workshopdeelnemers is dat door het invoeren van stuks, onnodige hoge administratieve lasten ontstaan als gevolg van registratie, intekening en controles. Gezien de verwachting dat de administratieve kosten toenemen is het advies om inderdaad niet over te gaan naar een berekeningssysteem per stuk. 3.10 Te handhaven beheertypen Tijdens de workshop zijn alle landschapsbeheertypen die opengesteld zijn binnen natuurterreinen uitvoerig doorgesproken. Discussie ontstond over de alleen voor agrarisch natuurbeheer opengestelde landschapsbeheertypen L01.11 (Hakhoutbosje), L01.12 (Griendje), L01.13 (Bomenrijen en solitaire boom), L01.14 (Rietzoom en klein rietperceel), L01.15 (Natuurvriendelijke oever) en L04.01.01 (Wandelpad over boerenland). Aanbevolen wordt om, op het moment dat de nog lopende beschikkingen zijn uitgediend bij agrarisch natuurbeheer, deze landschapsbeheertypen uit de index te halen bij het onderdeel landschap 3.11 Algemene aanbevelingen Bureau ZET gaat ook kort in op het inzichtelijk maken hoe en op welke manier de uiteindelijke subsidie per beheertype tot stand is gekomen (hoofdstuk 4.7). Geadviseerd door bureau ZET is om de kostprijsbladen, en daardoor de opbouw en achtergronden, te delen via de openbare media. Hoewel dit onderwerp
geen onderdeel vormt van de opdracht adviseren we de aanbeveling van bureau ZET over te nemen. Door te zorgen voor transparantie kunnen toekomstige deelnemers aan de regeling zien hoe de berekeningen zijn samengesteld en hierop reageren, er ontstaat een voortdurende evaluatie. De berekeningen in de kostprijsbladen zijn samengesteld door of onderzoek of door ervaringscijfers van de grootste gebruiker. Aanbevolen wordt om over te gaan de vergoedingen vast te stellen via tijdstudie door een onafhankelijke partij. Hierdoor is er minder discussie over de juistheid van de cijfers. Bovendien, in combinatie met de aanbeveling om de kostprijsbladen te delen, kunnen de nieuwste ontwikkelingen op een gestandaarde methode bijgewerkt worden. In bijlage A (Kostprijsbladen) zijn de berekeningen die betrekking hebben op ervaringscijfers doormiddel van een kleurcode zichtbaar gemaakt. Aanbevolen wordt om tijdstudie-onderzoek uit te voeren voor de beheertypen L01.02 (Houtwal en houtsingel), L01.03 (Elzensingel), L01.05 (Knip- en scheerheg), L01.06 (Struweelhaag), L01.07 (Laan), L01.09 (Hoogstamboomgaard) en L01.14 (Rietzoom en klein rietperceel). De ziekte bacterievuur kan economische schade veroorzaken aan de export van bijvoorbeeld appels, peren, rozen en boomkwekers. Een andere voor de ziekte gevoelig waardplant is de voor landschap en natuur belangrijke soort meidoorn. In de zogenaamde bufferzones voor bacterievuur dienen aangetaste planten verwijderd te worden en is de aanplant van waardplanten niet toegestaan. Dit is nadelig voor de beheertypen L01.05 (Knip- en scheerheg) en L01.06 (Struweelheg). Deze elementen bestaan van oudsher uit meidoorn. Voor het beheerpakket L01.05.01b (Knip- en scheerheg, eenmaal snoeien in de 2 of 3 jaar) is zelfs de voorwaarde dat dit element voor 50% dient te bestaan uit meidoorn. Het verplicht stellen van een hoog aandeel meidoorn kan op termijn ervoor zorgen dat dit element verdwijnt uit de gebieden die zijn aangewezen als bufferzone. Aanbevolen wordt om de soortensamenstelling te verruimen met landschappelijk geschikte soorten die niet gevoelig zijn voor de ziekte bacterievuur. De Vereniging voor bos- en natuureigenaren (VBNE) heeft in de laatste zogenaamde Beheerdersdag van 25 september 2015 een lezing verzorgd over de visuele boomcontrole (VTA). In de kostprijsbladen is de VTA doorberekend voor het beheertype L01.07 (Laan). Een van de meldingen van de VBNE was dat bij een gemiddeld risico een quick-scan eens in de 4 tot 6 jaar gebruikelijk is. Alterra meldt in haar onderzoek (Jong J.J. de & J.K van Raffe, 2015. Kostennormen SNL 2011-2014. Wageningen, Alterra Wageningen UR (University & Research centre) dat de VTA mogelijk anders uitgevoerd kan worden. Alterra meldt vervolgens dat de subwerkgroep normkosten nog geen keuze heeft gemaakt door onduidelijkheden over de inhoud van de uit te voeren activiteiten. Geadviseerd wordt om de kostprijsbladen aan te passen zodra besluiten genomen zijn. Het beheertype L01.04 (Bossingel en bosje) staat onder druk. Bureau Zet maakt in haar rapportage melding dat handhaving van dit landschapstype discutabel is, vooral veroorzaakt door de relatief hoge vergoeding ten opzichte van de diverse natuurdoeltypen bos. Het verschil van de kosten wordt vooral veroorzaakt door het relatief hoge aandeel randen in vergelijking met bossen die groter zijn dan 1 ha. Hierdoor zijn er meer werkzaamheden nodig voor het wegzagen van overhangende takken en het onderhoud aan rasters. Een aparte status voor dit beheertype is echter discutabel. Het element bossingel is ook goed onder te brengen in het landschapstype L01.02 (Houtwal en singel) en het bosje kan ondergebracht worden bij het landschapstype L01.11 (Hakhoutbosje). Aanbevolen wordt om het Landschapstype L01.04 op te heffen en onder te brengen bij L01.02 en L01.011.
4.
AANBEVELINGEN PER BEHEERPAKKET
Hierna volgt een beschrijving per beheerpakket. In eerste instantie is een samenvatting opgenomen. Hierin zijn alle aanbevelingen verwerkt. Daarna volgt het gedeelte met een uitvoerige beschrijving per beheerpakket.
Samenvatting. beheerpakket Tabblad Invoer tarieven
Onderdeel
Tabblad Uitgangspunten
Percentage beheerpakket dat gelegen is langs een grasland voorzien van een raster….
Toelichting beheer
L01.01.01a Poel en klein historisch water (< 175m²) Omschrijving werkzaamheden
Originele beschrijving
De poel wordt eenmaal per 10 jaar geschoond De bagger verspreiden met een wallenfrees Frequentie opschonen poel: 0.1 (1x10 jaar) Verspreiden bagger met wallenfrees met een frequentie van 0.1 (1x10 jaar) Tijdelijk opbreken raster ….: Frequentie 0.1 (1x10 jaar) Bevestigen draad na…: Frequentie 0.1 (1x 10
Aanbeveling Toegevoegd: Bosplantsoen. Advies: stuksprijs laten actualiseren door onafhankelijk onderzoek Percentage aanpassen bij: L01.02.01+02, L01.04.01, L01.05.01a+b, L01.06.01a+b, L01.09.01, L01.1101a+b, L01.12.01, L01.13.01a+b+c De poel wordt eenmaal per 5 jaar geschoond De bagger afvoeren en verspreiden binnen 500 meter Frequentie opschonen poel: 0.2 (1x5 jaar) Afvoeren bagger met trekker en dumper. Frequentie 0.2 (1x5 jaar) Frequentie 0.2 (1x5 jaar)
Frequentie 0.2 (1x 5 jaar)
Toelichting beheer
L01.01.01b Poel en klein historisch water (> 175m²) Omschrijving werkzaamheden
jaar) De oever en het natte oppervlakte van de poel wordt eenmaal per 5 jaar gemaaid met een maaikorf . Het maaisel (4,5 ton per hectare)… Baggeren met gesloten bak: % te bewerken opp.: 100% Verspreiden bagger met een wallenfrees: % te bewerken opp.: 100% Jaarlijks onderhoud raster: Frequentie: 0.1 en % te bewerken opp.: 36%
Hoeveelheid, 4,5 ton is discutabel. Onderzoeken laten.
% te bewerken opp.: 75%
Afvoeren bagger met trekker en dumper: % te bewerken opp.: 75% Frequentie: 0.2 en % te bewerken opp.: 93%
Opruimen en verwerken snoeihout via verbranden. Inboet….: de formule is handmatig ingevoerd met als stuksprijs € 0,72 Omschrijving werkzaamheden L01.02.01 Houtwal en houtsingel
Toelichting arbeidsen machine uren
Omschrijving werkzaamheden L01.02.02 Hoge houtwal
Inboet….: de formule is handmatig ingevoerd met als stuksprijs € 0,72
Aankoop bosplantsoen € 0,72/stuk Toelichting arbeidsen machine uren
L01.02.03 Holle weg en graft
Tijdelijk opbreken raster ….: % te bewerken opp.: 60% Jaarlijks onderhoud raster: % te bewerken opp.: 60% Verbranden snoeihout 75 st/are: RAW-code 51.42.74.en Aankoop bosplantsoen € 0,72/stuk
Omschrijving werkzaamheden
Herprofileren greppel aan voet houtwal. Norm ontleend aan…: groot bestek… Inboet….: de formule is handmatig ingevoerd met als stuksprijs € 0,72
Opruimen en verwerken snoeihout door trekker en versnipperaar. formule aanpassen naar systematiek overige cellen. Stuksprijs laten vaststellen door onafhankelijk onderzoek. % te bewerken opp.: 78% % te bewerken opp.: 39% Versnipperen takhout diameter 10 cm: RAWcode 51.01.12dl stuksprijs door onafhankelijk onderzoek laten vaststellen. formule aanpassen naar systematiek overige cellen. Stuksprijs laten vaststellen door onafhankelijk onderzoek. stuksprijs door onafhankelijk onderzoek laten vaststellen. Normering vaststellen door tijdstudie onderzoek formule aanpassen naar systematiek overige cellen. Stuksprijs laten vaststellen door
Toelichting arbeidsen machine uren
Jaarlijks onderhoud raster: % te bewerken opp.: 52% Aankoop bosplantsoen € 0,72/stuk
onafhankelijk onderzoek. % te bewerken opp.: 26% stuksprijs door onafhankelijk onderzoek laten vaststellen.
Omschrijving werkzaamheden L01.03.01c Elzensingel bedekking > 75%
Eindkap, vellen, snoeien en korten stamhout…: Normbedrag per 100 m… Inboet….: de formule is handmatig ingevoerd met als stuksprijs € 0,72
Aankoop bosplantsoen € 0,72/stuk Toelichting arbeidsen machine uren
L01.03.01a Elzensingel bedekking >50-75%
Toelichting berekening
L01.03.01b Elzensingel bedekking 30-50%
Toelichting berekening
Herprofileren greppel. Norm ontleend aan bestek …. Voor elzensingels met een bedekking van 5075% (gemiddeld 62,5%) is de kostprijs 45% Voor elzensingels met een bedekking van 5075% (gemiddeld 62,5%) is de kostprijs 71%
L01.04 Beheertype Bossingel en bosje
L01.04.01 Bossingel en bosje
Omschrijving werkzaamheden
Vellen, snoeien en korten stamhout ..: % te bewerken opp.: 100% Inboet….: de formule is handmatig ingevoerd met als stuksprijs € 0,72
Jaarlijks onderhoud
Formule naar cel handgereedschap herstellen formule aanpassen naar systematiek overige cellen. Stuksprijs laten vaststellen door onafhankelijk onderzoek. stuksprijs door onafhankelijk onderzoek laten vaststellen. Normering vaststellen door tijdstudie onderzoek Aanpassen naar: ..is de kostprijs 71%
Aanpassen naar: ..is de kostprijs 45%
Het beheertype laten vervallen. Bossingel onderbrengen bij L01.02 en bosje bij L0.11 % te bewerken opp.: 20% formule aanpassen naar systematiek overige cellen. Stuksprijs laten vaststellen door onafhankelijk onderzoek. % te bewerken opp.:
Toelichting arbeidsen machine uren
raster: % te bewerken opp.: 78% Aankoop bosplantsoen € 0,72/stuk
50% stuksprijs door onafhankelijk onderzoek laten vaststellen.
Toelichting beheer
Toelichting berekening
Omschrijving werkzaamheden L01.05.01a Knip- en scheerheg jaarlijkse cyclus
Toelichting arbeidsen machine uren
L01.05.01b Knip en scheerheg 2-3 jaarlijkse cyclus
Omschrijving werkzaamheden
Op basis van praktijkervaring in ZuidLimburg…: 60% en 40% Op basis van jarenlange ervaring…: norm met 50% verhoogd Knippen heg met motorheggenschaar: % te bewerken lengte: 60% Trekker met maaibalk: % te bewerken lengte: 40%
Maaien voet heg: % te bewerken lengte: 100% Jaarlijks onderhoud raster: % te bewerken lengte: 40%
Knippen haag met motorheggenschaar: Norm met 200% verhoogd.. Knippen heg met trekker en maaibalk: Norm verhoogd met 50% ..
Scheren met trekker en klepelmaaier Trekker met maaibalk: % te bewerken lengte:
75% en 25%
Verhoging laten vervallen % te bewerken lengte: 25% Knippen met trekker en mulcher of messenbalk: % te bewerken lengte: 75%. + Norm laten onderzoeken % te bewerken lengte: 25% % te bewerken lengte: 52% + Normering laten onderzoeken Toevoegen Afvoeren en storten snoeisel. Normering laten onderzoeken. Normering laten onderzoeken
Knippen met mulcher of messenbalk. Norm laten onderzoeken Toevoegen; Afvoeren en storten snoeisel. Normering laten onderzoeken. Scheren met trekker en messenbalk Knippen met trekker en mulcher of messenbalk:
40%
Opruimen en nabewerken heg: Normbedrag per 100 m…. extra onderhoud raster: % te bewerken lengte: 90%
Toelichting arbeidsen machine uren
Omschrijving werkzaamheden L01.06.01a Struweelhaag cyclus 5-7 jaar
L01.06.01b Struweelhaag cyclus > 12 jaar
Toelichting arbeidsen machine uren
Omschrijving werkzaamheden
Scheren haag met klepelmaaier. Praktijkervaring Maasheggengebied Noord-Brabant
% te bewerken lengte: 75%. + Norm laten onderzoeken Formule naar cel handgereedschap herstellen .. te bewerken lengte: 87% Toevoegen; Afvoeren en storten snoeisel. Inzet materiaal en normering laten onderzoeken .
Toevoegen; Afvoeren en storten snoeisel. Normering laten onderzoeken. afzetten struweelhaag en takhout afvoeren: Arbeid per 100 meter …: 12.60 uur Jaarlijks onderhoud raster: % te bewerken lengte: 90% knippen haag met wielkraan en knipschaar en afvoeren takhout: Praktijkervaring Maasheggengebied… afzetten struweelhaag en takhout afvoeren: Arbeid per 100 meter …: 2.63 uur
Opvallend groot verschil met pakket b. Nader onderzoek geadviseerd. te bewerken lengte: 87% + Normering laten onderzoeken Normering laten onderzoeken
Opvallend groot verschil met pakket b. Nader onderzoek geadviseerd.
Toelichting arbeidsen machine uren
L01.07.01b Laan stamdiameter 20-60 cm L01.07.0c Laan stamdiameter > 60 cm
L01.08.01a Knotboom stamdiameter < 20 cm
Toelichting arbeidsen machine uren
afzetten struweelhaag en takhout afvoeren: % te bewerken lengte: 1001% maaien perceelsrand overhangende bramen en distels ..: Normbedrag per 100 m.. Jaarlijks onderhoud raster: % te bewerken lengte: 90% knippen haag met wielkraan en knipschaar en afvoeren takhout. Praktijkervaring Maasheggengebied… VTA-controle
Toelichting arbeidsen machine uren
VTA-controle
Toelichting beheer
De bomen worden gemiddeld eenmaal per 5 jaar geknot. diameter stam < 20 cm…: Afvoeren en verwerken vrijkomend snoeihout: 0.18uur diameter stam < 20 cm Knotten…: Frequentie per jaar: 0.2 onderhoud raster na snoeibeurt: Frequentie per jaar: 0.2 Toegevoegd: opruimen en verwerken snoeihout (versnipperen)
Omschrijving werkzaamheden
Aanpassen naar 100%
Formule naar cel handgereedschap herstellen % te bewerken lengte: 87% Normering laten onderzoeken
Normering aanpassen als bestaand onderzoek Alterra is afgerond Normering aanpassen als bestaand onderzoek Alterra is afgerond … gemiddeld eenmaal per 4 jaar geknot. .. 0 uur (wordt versnipperen)
Frequentie per jaar: 0.25
Frequentie per jaar: 0.25
L01.08.01b Knotboom stamdiameter 20 cm – 60 cm
Omschrijving werkzaamheden
Omschrijving werkzaamheden L01.08.01c Knotboom stamdiameter > 60 cm
diameter stam 20 – 60 cm…: Afvoeren en verwerken vrijkomend snoeihout: 0.53 uur diameter stam 20 cm – 60 cm. Knotten…: Frequentie per jaar: 0.2 onderhoud raster na snoeibeurt: Frequentie per jaar: 0.2 diameter stam > 60 cm…: Afvoeren en verwerken vrijkomend snoeihout: 0.70 uur diameter stam > 60 cm. Knotten…: Frequentie per jaar: 0.2 onderhoud raster na snoeibeurt: Frequentie per jaar: 0.2
Toelichting arbeidsen machine-uren
Beheervoorschriften
L01.09.01 Hoogstamboomgaard
L01.10.01
Omschrijving werkzaamheden
Toelichting arbeidsen machine-uren Toelichting beheer
Appel en peer 1 x in de 2 jaar snoeien Onderhoud boomkorven: Frequentie per jaar: 1 Onderhoud boomkorven: % te bewerken opp.: 25% Extra onderhoud boomkorf De struweelzone wordt
.. 0 uur (wordt versnipperen)
Frequentie per jaar 0.25
Frequentie per jaar: 0.25
.. 0 uur (wordt versnipperen)
Frequentie per jaar 0.25
Frequentie per jaar 0.25
Toegevoegd Knotten boom. Tijdnorm RBON 1997 + Versnipperen takhout diameter 10 cm. RAWcode 51.01.12.dl Wijzigen in: Alle soorten 1 x in de 2 jaar snoeien (uitgezonderd walnoot). Frequentie per jaar: 0.5
% te bewerken opp.: 10%. + Normering laten onderzoeken Normering laten onderzoeken … per 5 jaar afgezet.
Struweelrand
Omschrijving werkzaamheden
Toelichting arbeidsen machine-uren
gemiddeld eenmaal per 10 jaar afgezet. vellen, snoeien en verbranden/versnippere n takhout…: Frequentie per jaar: 0.1 opruimen/versnipperen takhout. Arbeid per are ..: 2.86 uur (door verbranden) Verbranden takhout 100-150 stammen per are takhout diameter 5 cm RAW-code 51.42.71.ef
Frequentie per jaar: 0.2
…Arbeid per are 1.31 uur (versnipperen)
Versnipperen takhout diameter 5 cm. RAWcode 51.01.12.dk
Toelichting berekening
L01.11.01a Hakhoutbosje met dominantie van langzaamgroeiende soorten
Als uitgangspunt is genomen dat de kosten voor het afvoer van het hout en de snippers worden vergoed door de opbrengsten van het hout. Takhout op rillen leggen. Inboet….: de formule is handmatig ingevoerd met als stuksprijs € 0,72
Omschrijving werkzaamheden Extra onderhoud raster: Frequentie per jaar: 1 Extra onderhoud raster: % te bewerken opp.: 60% takhout handmatig op rillen leggen Toelichting arbeidsen machine-uren
Aankoop bosplantsoen € 0,72/stuk Takhout op rillen leggen.
L01.11.01b Hakhoutbosje met dominantie van snelgroeiende soorten
Omschrijving werkzaamheden
Inboet….: de formule is handmatig ingevoerd met als stuksprijs € 0,72
Extra onderhoud raster: Frequentie per jaar: 1
Onderdeel laten vervallen. Het vrijkomend hout wordt versnipperd en afgevoerd.
Opruimen door versnipperen. formule aanpassen naar systematiek overige cellen. Stuksprijs laten vaststellen door onafhankelijk onderzoek. Frequentie per jaar: 0,066 % te bewerken opp.: 78% Wijzigen in: versnipperen takhout diameter 10 cm. RAWcode 51.01.12.dl stuksprijs door onafhankelijk onderzoek laten vaststellen. Opruimen door te versnipperen. Inboet….: formule aanpassen naar systematiek overige cellen. Stuksprijs laten vaststellen door onafhankelijk onderzoek. Frequentie per jaar: 0,1
Extra onderhoud raster: % te bewerken opp.: 90% takhout handmatig op rillen leggen Toelichting arbeidsen machine-uren
L01.12.01 Griendje L01.13.01a+b+c Bomenrijen
Omschrijving werkzaamheden Toelichting arbeidsen machine-uren Omschrijving werkzaamheden
Aankoop bosplantsoen € 0,72/stuk Jaarlijks onderhoud raster. Extra onderhoud raster onderhoud raster na snoeibeurt: Frequentie: 60%
% te bewerken opp.: 86% Wijzigen in: versnipperen takhout diameter 10 cm. RAWcode 51.01.12.dl stuksprijs door onafhankelijk onderzoek laten vaststellen. Vervalt Vervalt Frequentie: 78%
L01.14. Rietzoom en klein rietperceel
Omschrijving werkzaamheden L01.15.01 Natuurvriendelijke oever Toelichting arbeidsen machine-uren
Toelichting beheer L01.01.01 Wandelpad over boerenland Omschrijving werkzaamheden
Maaien oever. Arbeid per 100 m…: Tijdnorm: 25 Opruimen maaisel. Arbeid per 100 m…
Maaien oever en slootbodem…: RAWcode 51.31.05.bw Maaien oever en slootbodem…: Norm verhoogd met 50% in verband met rietbegroeiing Het wandelpad heeft een gemiddelde breedte van 3 meter en wordt gemiddeld tweemaal per jaar gemaaid…. Maaien wandelpad. Frequentie per jaar: 2
De kostenberekening van dit beheertype geheel opnieuw vaststellen door onafhankelijk onderzoek. Tijdnorm aangepast naar 35 Door aanpassing onderdeel maaien oever veranderd deze berekening automatisch mee RAW-code wijzigen in 51.31.05.ad Zin van ophoging 50% afvoeren. Het is niet van toepassing en ook niet doorberekend. Wijzigen in: …gemiddeld driemaal per jaar gemaaid
Frequentie per jaar: 3
In de volgende bladzijden zijn de bevindingen en aanbevelingen per beheerpakket opgenomen. In het eerste deel van de tabel is het in groen gearceerde deel een samenvatting gemaakt van de huidige voorwaarden voor het beheer (2014) zoals deze te vinden zijn op www.portaalnatuurenlandschap.nl. In het tweede deel is een samenvatting gemaakt van hoe de kostprijzen zijn samengesteld, onder het kopje Samenvatting standaardkostprijsbladen (lichtblauwe gearceerd)
L01.01.01a poel en klein historisch water: <175m². Huidige Minimaal de helft van de natte oppervlakte bestaat in de lente uit open water voorwaarden beheer Periodiek schonen Bij vee: minstens de helft van de poel voorzien van een raster Maaisel en bagger niet verwerken in de poel Uitvoering: 1 september-15 oktober Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddelde oppervlakte kleine poel: 100m² Gemiddelde oeverlengte: 36 meter Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Maaien oever en natte oppervlakte Opruimen en afvoeren maaisel (4,5 ton/ha) Jaarlijks onderhoud raster 1x in de 10 jaar
Eenmaal in de 10 jaar schonen Verspreiden bagger
Ingezette machines Wielkraan met maaikorf Trekker en dumper Handgereedschap + trekker en kar Wielkraan met gesloten bak Trekker met wallenfrees
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Aanpassen (1) Aanpassen (2)
Tot slot, in het laatste gedeelte, in een blauw lettertype, zijn de reacties van de deelnemers en de uiteindelijke aanbevelingen benoemd. Waar nodig zijn aanvullende opmerkingen beschreven door IKL als het onderzoek van de kostprijsbladen hiervoor aanleiding gaven.
Opbreken raster en oprollen draad Bevestigen draad na opschonen
Handgereedschap Handgereedschap
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1. De deelnemers melden een frequentie voor onderhoud tussen de 5 en 6 jaar. Alterra bevestigd het beeld dat poelen gemiddeld 1 keer in de 5 jaar worden geschoond (Jong J.J. de & J.K van Raffe, 2015. Kostennormen SNL 2011-2014. Wageningen, Alterra Wageningen UR (University & Research centre). Aanbevolen wordt om de vergoeding voor de frequentie van het onderhoud te verhogen naar eens in de 5 jaar. 2. Het overgrote deel van de deelnemers meldt dat de bagger en afgestorven plantenresten niet meer verspreid worden rondom de poel met een wallenfrees. Gebruikelijk is om de natte massa te laten inklinken en daarna af te voeren met een trekker met kar. De massa wordt als meststof verspreid binnen het perceel of in de directe omgeving. Aanbevolen wordt om het kostprijsblad hierop aan te passen. Overige opmerkingen: De gemiddelde oppervlakte van een kleine poel (100m²) wordt als een goed gemiddelde ervaren. Kleine poelen worden doorgaans in één keer geheel geschoond (100%).
L01.01.01b poel en klein historisch water: >175m². Huidige Minimaal de helft van de natte oppervlakte bestaat in de lente uit open water voorwaarden beheer Periodiek schonen Bij vee: minstens de helft van de poel voorzien van een raster Maaisel en bagger niet verwerken in de poel Uitvoering: 1 september-15 oktober Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddelde oppervlakte grote poel: 700m² Gemiddelde oeverlengte: 93 meter Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud raster 1 x in de 5 jaar
1x in de 10 jaar
Maaien oever en natte oppervlakte Opruimen en afvoeren maaisel (4,5 ton/ha) (Aanpassen 4) Opbreken raster en oprollen draad Bevestigen draad (ook na schonen) Eenmaal in de 10 jaar schonen Verspreiden bagger
Ingezette machines Handgereedschap + trekker en kar Wielkraan met maaikorf Trekker en dumper Handgereedschap Handgereedschap
Resultaten evaluatie Aanpassen (1)
Wielkraan met gesloten bak Trekker met wallenfrees
Aanpassen (2) Aanpassen (3)
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1. In het kostprijsblad staat in de kolom te bewerken lengte/oppervlakte 36%, dit is onjuist. Wijzigen naar 93% (de gemiddelde oeverlengte). Bovendien is in de kolom Frequentie per jaar opgevoerd dat het onderhoud elk jaar plaatsvind (1,000). Met het jaarlijks onderhoud is bedoeld de extra inspanningen aan het raster als gevolg van beheerwerkzaamheden. Voor dit element zijn dat de maaiwerkzaamheden aan de oever die elke 5 jaar plaatsvinden. Aanbevolen wordt om de frequentie voor het raster te wijzigen naar het ritme van het maaien (0,200). 2. De deelnemers melden dat grote poelen doorgaans voor maximaal 75 procent worden geschoond. De reden hiervoor is het behoud van de aanwezige ecologische waarden voor de poel. Het kostprijsblad dient hierop aangepast te worden. 3. Het overgrote deel van de deelnemers meldt dat de bagger en afgestorven plantenresten niet meer verspreid worden rondom de poel met een wallenfrees. Gebruikelijk is om de natte massa te laten inklinken en daarna af te voeren met een trekker met kar. De massa wordt als meststof verspreid binnen het perceel of in de directe omgeving. Aanpassing van het kostprijsblad wordt aanbevolen. 4. De te maaien hoeveelheid, 4,5 ton per hectare eenmaal in de 5 jaar, is discutabel. Het is dezelfde hoeveelheid als bij jaarlijks maaien. Dit is nagevraagd bij het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap (C. Braat mede samensteller kostprijsbladen). Vanwege het ontbreken van voldoende gegevens is dezelfde hoeveelheid aangehouden als bij beheerpakket L01.01.01a (poel < 175m²). Het is aannemelijk dat de hoeveelheid hoger ligt. Normen of ervaringscijfers zijn hiervoor echter niet terug te vinden. Aanbevolen wordt om de te maaien hoeveelheid vast te stellen via onafhankelijk onderzoek. Overige opmerkingen: De gemiddelde oppervlakte (700m²) wordt als een goed gemiddelde ervaren.
In cel D36 van het kostprijsblad staat een verkeerde verwijzing voor de berekening. Dit dient hersteld te worden naar cel B22 (Prijs per uur voor handgereedschap).
L01.02.01 houtwal en singel. Huidige Minimaal voor 75 % hakhoutbeheer uitvoeren voorwaarden beheer Frequentie: 1 x 6-15 jaar afzetten Snoeihout mag op stapels of rillen verwerkt worden binnen het element Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober – 15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld: 5m breed en 40m randlengte per are Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud raster 50% van de perceelrand en overhangende bramen en distels maaien 1 x in de 5 jaar Bestrijden exoten 1 x in de 10 jaar Vellen, uitsnoeien, korten en uitdragen Opruimen snoeihout (verbranden) Opbreken raster en oprollen draad en bevestigen draad in 25 jaar Inboeten, 10 stuks per are
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Bosmaaier
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) Gebruikelijke methode
Handgereedschap Motorzaag Handgereedschap Handgereedschap Handgereedschap
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Aanpassen (2) Gebruikelijke methode Aanpassen (3)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1. In de kolom % te bewerken opp. is voor jaarlijks onderhoud de volle lengte opgenomen. Het jaarlijks onderhoud is echter in relatie met de post wegmaaien perceelrand en overhangende bramen en distels. Jaarlijks wordt 50% van de rand gemaaid, het te herstellen raster is dan ook 50% van de totale lengte. Aanbevolen wordt het kostprijsblad hierop aan te passen. 2. Afhankelijk van de bereikbaarheid van de houtwal wordt vrijkomend snoeihout inderdaad nog op plekken verbrand of op rillen en hopen gezet. In sommige regio’s wordt ook geëxperimenteerd met het verchippen van hout, de chips worden daarna afgevoerd naar verbrandingsinstallaties. De meest gebruikelijke manier van werken is echter het versnipperen van het hout en daarna afvoeren. Dit onderdeel dient daarom gewijzigd te worden in het standaardkostprijsblad als versnipperen en afvoeren. 3. De frequentie en aantallen van het inboeten worden door de deelnemers als gebruikelijk ervaren. In de kostprijsbladen wordt echter uitgegaan van een stuksprijs van € 0,72 per stuk, dit is nog de prijs uit 2012. Het kostprijsblad dient hierop nog geactualiseerd te worden via een onafhankelijke organisatie (Alterra). Bovendien is het advies om de formule van de cel voor inboeten aan te passen naar de systematiek van de overige formules. Overige opmerkingen: In de workshop is gemeld dat het verwijderen van overhangende takken niet is opgenomen. Hierover is navraag is gedaan bij het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap. De standaardkostprijzen zijn gebaseerd op een onderhoudsritme van eenmaal in de 10 jaar afzetten Deze frequentie is voldoende om overlast door overhangende takken te voorkomen. Het advies is daarom dan ook om dit onderdeel niet toe te voegen aan dit kostprijsblad.
L01.02.02 hoge houtwal. Huidige Minimaal voor 75 % hakhoutbeheer uitvoeren voorwaarden Frequentie: 1 x 21-25 jaar afzetten beheer Snoeihout mag op stapels of rillen verwerkt worden binnen het element Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober – 15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld: 5m breed en 40m randlengte per are Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud raster 100% van de perceelrand en overhangende bramen en distels maaien 1 x in de 5 jaar Bestrijden exoten 1 x in de 7 jaar Afzetten overhangende takken Opruimen en verwerken snoeihout 1 x in de 14 jaar Vellen (vellen, uitsnoeien en uitdragen) Opruimen en verwerken takhout 1 x in de 25 jaar Afzetten (eindkap: vellen en uitsnoeien)) Opruimen snoeihout Herprofilering greppel aan beide zijden van het element grond verspreiden Opbreken raster en oprollen draad en bevestigen draad in 25 jaar Inboeten, 10 stuks per are
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Bosmaaier
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Handgereedschap Motorzaag Handgereedschap Motorzaag Handgereedschap Motorzaag+ handgereedschap + trekker + versnipperraar Wielkraan + trekker + wallenfrees
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Handgereedschap Handgereedschap
Gebruikelijke methode Aanpassen (1)
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1. De frequentie en aantallen van het inboeten worden door de deelnemers als gebruikelijk ervaren. In de kostprijsbladen wordt echter uitgegaan van een stuksprijs van € 0,72 per stuk, dit is nog de prijs uit 2012. Het kostprijsblad dient hierop nog geactualiseerd te worden door een onafhankelijke organisatie (Alterra). Bovendien is het advies om de formule in de cel voor inboeten aan te passen naar de systematiek van de overige formules. Overige opmerkingen: De rekenmethode en de uitgangspunten, onder andere het materieel, de frequentie, af te zetten stammen en de fasering, is nog steeds gangbaar. Anders als voor andere pakketten beschreven, is de inzet van een wallenfrees gebruikelijk voor de herprofilering van de greppel bij de hoge houtwal.
L01.02.03 holle weg en graft. Huidige Minimaal voor 75 % hakhoutbeheer uitvoeren voorwaarden beheer Frequentie: 1 x 15 jaar afzetten Snoeihout mag op stapels of rillen verwerkt worden binnen het element Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober – 15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld: 5m breed en 40m randlengte per are Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud raster 50% van de perceelrand en overhangende bramen en distels maaien 1 x in de 5 jaar Bestrijden exoten 1 x in de 8 jaar Afzetten (eindkap: vellen, uitsnoeien, korten en uitdragen) Opruimen snoeihout Opbreken raster en oprollen draad en bevestigen draad in 25 jaar
Inboeten, 10 stuks per are
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Bosmaaier
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) Gebruikelijke methode
Handgereedschap Motorzaag+ handgereedschap + trekker + versnipperraar Handgereedschap
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Handgereedschap
Aanpassen (2)
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1. In de kolom % te bewerken opp. is voor jaarlijks onderhoud de volle lengte opgenomen. Het jaarlijks onderhoud is echter in relatie met de post wegmaaien perceelrand en overhangende bramen en distels. Jaarlijks gemaaid wordt 50% van de rand, het te herstellen raster is dan ook 50% van de totale lengte en dient aangepast te worden in het kostprijsblad. 2. De frequentie en aantallen van het inboeten worden door de deelnemers als gebruikelijk ervaren. In de kostprijsbladen wordt echter uitgegaan van een stuksprijs van € 0,72 per stuk, dit is nog de prijs uit 2012. Het kostprijsblad dient hierop nog geactualiseerd te worden via een onafhankelijke organisatie (Alterra). Bovendien is het advies om de formule in de cel voor inboeten aan te passen naar de systematiek van de overige formules. Overige opmerkingen: Dit element komt nagenoeg alleen in Limburg voor. Volgens de stichting IKL zijn alle andere uitgangspunten op orde.
L01.03.01c: elzensingel bedekking > 75%. Huidige Minimaal voor 75 % hakhoutbeheer uitvoeren voorwaarden beheer Frequentie: 1 x 6 -21 jaar afzetten Snoeihout niet verwerken in het element Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober – 15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Frequentie Jaarlijks
1 x in de 7 jaar 1 x in de 14 jaar 1 x in de 21 jaar
Omschrijving werkzaamheden Onderhoud raster 100% van de perceelrand en overhangende bramen en distels maaien Bestrijden exoten Afzetten en opruimen overhangende takken Afzetten en opruimen overhangende takken Opruimen en verwerken snoeihout Afzetten (eindkap) + opruimen snoeihout
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Bosmaaier
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Handgereedschap Motorzaag Motorzaag Handgereedschap Motorzaag+ handgereedschap + trekker + versnipperraar Wielkraan + trekker + wallenfrees Handgereedschap
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Herprofileren sloot tussen 2 singels Opbreken raster en oprollen draad en bevestigen draad e e e (7 , 14 en 21 jaar) In 21 jaar Inboeten, 25 planten per 100 meter Handgereedschap L01.03.01b: elzensingel bedekking >50- 75%: kostprijs 45 % van L01.03.01c Aanpassen (2) L01.03.01a: elzensingel bedekking 30-50%: kostprijs 71% van L01.03.01c Aanpassen (2)
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Aanpassen (1)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 De frequentie en aantallen van het inboeten worden door de deelnemers als gebruikelijk ervaren. In de kostprijsbladen wordt echter uitgegaan van een stuksprijs van € 0,72 per stuk, dit is nog de prijs uit 2012. Het kostprijsblad dient hierop nog geactualiseerd te worden via een onafhankelijke organisatie (Alterra). Bovendien is het advies om de formule in de cel voor inboeten aan te passen naar de systematiek van de overige formules. 2 De kostprijsberekening voor de pakketten a en b dienen omgedraaid te worden. De vergoeding voor beheerpakket L01.03.01a dient 45% te zijn en beheerpakket L01.03.01b is 71%. Het kostprijsblad dient hierop aangepast te worden. Overige opmerkingen: De reacties uit Friesland zijn maatgevend voor de advisering. In deze provincie komt het grootste aandeel beschikte elzensingels voor (ruim 80%). Landschapsbeheer Groningen meldt dat er jaarlijks overhangende bramen en distels worden verwijderd, bovendien ook jaarlijks overhangende takken in verband met de bereikbaarheid van het perceel en voor het raster. Landschapsbeheer Friesland en de terreinbeheerders melden dit niet. Het is aannemelijk dat bij het jaarlijks beheer aan het raster en het maaien van de overhangende bramen en distels de overhangende, vaak dunne takken, gelijk worden meegenomen. Het advies is om de fasering hierin niet aan te passen.
Landschapsbeheer Groningen meldt dat alleen beheerpakketten worden opengesteld voor elzensingels die meer dan75 procent bedekking hebben. Deze methode wordt niet gedeeld door de deelnemers aan de workshop, openstelling van de drie varianten blijft zinvol. Elk jaar worden overhangende bramen en distels gemaaid, de ervaring is ook dat de verhoging van de norm gerechtvaardigd is. ste Bij de deelnemers van de workshop bestond de indruk dat een tikfout staat bij het onderdeel eindkap (21 jaar) voor het afzetten en opruimen snoeihout. Voor 100 meter is ruim 20 uur aangeduid. Landschapsbeheer Friesland, die een groot aandeel heeft in het beheren van de elzensingels, vindt de norm echter aanvaardbaar, veel stammen (meer dan 170 per 100 meter) die ook nog eens sterk met elkaar verweven zijn. De arbeidsbehoefte is correct gebaseerd op de tijdnormen van IMAG (Het Groene Boek). e
e
ste
Tijdens de workshop zijn vragen gesteld over de inboet voor het 7 , 14 en 21 jaar. Dit wijkt namelijk af van de gebruikelijke methode bij de andere beheerpakketten. Dit is nagevraagd bij het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap (C. Braat mede samensteller kostprijsbladen). Inboeten gebeurd inderdaad in de genoemde jaren, echter het zijn niet meer dan 25 stuks voor de volledige 21 jaar en per 100 meter. Dit komt overeen met de ervaringen uit Friesland. Het kostprijsblad hoeft niet te worden aangepast. In cel L35 van het kostprijsblad staat een verkeerde verwijzing voor de berekening. Dit dient hersteld te worden naar cel B30 (Prijs per uur voor handgereedschap).
L01.04.01 bossingel en bosje. Huidige Beheren als bos met hoog opgaande bomen voorwaarden beheer Periodiek dunnen Randen mogen als hakhout beheerd worden Snoeihout mag op stapels of rillen verwerkt worden binnen het element Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober – 15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Bossingel: gemiddeld 5m breed, <20% hakhoutbeheer Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud raster 50% van de perceelrand en overhangende bramen en distels maaien 1 x in de 5 jaar Bestrijden exoten 1 x in de 15 jaar Snoeien overhangende takken, hakhoutbeheer (vellen snoeien en korten stamhout) en opruimen.
in 25 jaar
Opbreken raster en oprollen draad en bevestigen draad Inboeten, 10 stuks per are
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Bosmaaier
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) (bossingel) Gebruikelijke methode (bossingel)
Handgereedschap Motorzaag + handgereedschap + trekker + versnipperraar
Gebruikelijke methode (bossingel) Aanpassen (2) (bossingel)
Handgereedschap
Gebruikelijke methode (bossingel)
Handgereedschap
Aanpassen (3) (bossingel)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 In de kolom % te bewerken opp. is voor jaarlijks onderhoud de volle lengte opgenomen. Het jaarlijks onderhoud is echter in relatie met de post wegmaaien perceelrand en overhangende bramen en distels. Jaarlijks gemaaid wordt 50% van de rand, het te herstellen raster is dan ook 50% van de totale lengte en dient aangepast te worden in het kostprijsblad. 2 In het kostprijsblad is voor hakhoutbeheer een te bewerken oppervlakte aangehouden van 100%. Dit dient echter maximaal 20% te zijn, dit percentage wordt genoemd in het onderdeel toelichting beheer van het kostprijsblad (een beperkte oppervlakte van het element (<20%) kent een hakhoutbeheer). Het kostprijsblad dient hierop aangepast te worden. 3 De frequentie en aantallen van het inboeten worden door de deelnemers als gebruikelijk ervaren. In de kostprijsbladen wordt echter uitgegaan van een stuksprijs van € 0,72 per stuk, dit is nog de prijs uit 2012. Het kostprijsblad dient hierop nog geactualiseerd te worden via Een onafhankelijke organisatie (Alterra). Bovendien is het advies om de formule in de cel voor inboeten aan te passen naar de systematiek van de overige formules. Bij de deelnemers aan de workshop was discussie over handhaving of opheffing van het beheerpakket. Het rapport van bureau ZET maakt ook melding van de twijfel van dit pakket. De relatief hoge kosten voor het beheer ontstaan door het onderhoud aan het raster, het weghalen van overhangende takken en het maaien van de perceelranden. De relatief hoge vergoeding voor vooral het bosje (€ 1.943, - per hectare) ten opzichte van bossen die groter zijn dan 1 hectare zoals opgenomen in de Natuurdoeltypenlijst, is opvallend groot. De vergoeding voor groter bos is minder dan € 100, - per hectare (afhankelijk van het beheertype).
De relatief hoge kosten voor dit beheerpakket vinden hun oorzaak in het hoge aandeel randen dat bij zulke kleine elementen nou eenmaal aanwezig is ten opzichte van grotere bossen. Daarnaast gaan de berekeningen uit van de langgerekte bossingel, hierdoor wordt randlengte maximaal. De twee landschapselementen passen eigenlijk niet bij elkaar binnen hetzelfde pakket. Een aparte status voor het beheertype Bosje en bossingel is discutabel. Het element bossingel is ook goed te plaatsten in het landschapstype L01.02 (Houtwal en singel) en het bosje kan ondergebracht worden bij het landschapstype L01.11 (Hakhoutbosje). Aanbevolen wordt om het Landschapstype L01.04 op te heffen en onder te brengen bij L01.02 en L01.11. De omschreven werkzaamheden en vergoedingen voor de bossingel worden als gangbaar en correct ervaren. Dit is niet het geval voor het bosje, het advies is om de kosten voor het bosje nader te onderzoeken door een onafhankelijke partij (Alterra). In het rapport van bureau Zet wordt ook melding gemaakt dat de eenheid voor de berekening te klein is. Gebruikt voor de berekening is 1 are, opgemerkt in de rapportage wordt terecht dat een uitgegroeide boom al 1 are beslaat. De berekening is echter juist weergegeven, de eenheid are is opgevoerd om eenduidigheid te houden met andere vergelijkbare beheertypen. Aanpassingen zijn daarom niet nodig.
L01.05.01a knip- of scheerheg: Jaarlijks snoeien. Huidige Jaarlijks snoeien heg, snoeimateriaal mag blijven liggen voorwaarden beheer Vlechten heg is toegestaan Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juni -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 1m hoog en 0,4 m breed (2,4m²/meter) Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Knippen haag Opruimen en naknippen heg Maaien voet heg Onderhoud raster
Ingezette machines Motorheggenschaar (60%) + trekker en maaibalk (40%) Handgereedschap bosmaaier Handgereedschap + trekker met kar
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) Aanpassen (1) Aanpassen (1) Aanpassen (2) Onduidelijk (3)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 Het merendeel van de knip- en scheerheggen liggen in Limburg (400 kilometer, ruim 75 % van de beschikkingen), het beheer vindt hoofdzakelijk plaats via: Maaien met een trekker met vingerbalk, het snoeisel wordt handmatig verwijderd. Snoeien met een motorheggenschaar. het snoeisel wordt handmatig verwijderd. Snoeien met een trekker met messenbalk, Het snoeisel wordt opgezogen en in een aanhangende bak gestort. Maaien met trekker met mulcher, het snoeimateriaal wordt verpulverd en direct in een aanhangende kar getransporteerd. Daar waar de hagen bijeenkomen en een hoek vormen, wordt handmatig gesnoeid met een motorheggenschaar. De huidige verhouding tussen machinaal en handmatig snoeien in Limburg is ongeveer 70% - 30 % (IKL) en 75% – 25 %( groenaannemer, inclusief de hoeken bij de methode trekker met mulcher). Landschapsbeheer Groningen meldt een verhouding tussen de 80% en 20%. Snoeien met een mulcher is in opkomst, een groenaannemer beheert op deze manier ongeveer 20 kilometer heggen. De kostprijs voor het snoeien van de heggen met een mulcher, inclusief opruimen, is afgerond € 220 per 100 meter (prijsopgave oktober 2015, inclusief btw). Een andere groenaannemer berekent bijna € 110 per 100 meter voor beheer met een messenbalk (prijsopgave oktober 2015, inclusief btw). Natuurmonumenten meldt dat op landgoederen het gebruikelijk is om het beheer vooral uit te voeren met een motorheggenschaar, dit in verband met de kwetsbare percelen Het advies is om de verhouding 75 % - 25 % aan te houden voor het machinaal snoeien versus onderhoud met hulp van de motorheggenschaar aangezien het grootste aandeel van de heggen machinaal beheerd kan worden. Bovendien om onderzoek te laten doen door Alterra voor snoeien met een mulcher en voor beheer door een messenbalk. 2.
3.
De situatie in Limburg voor het maaien van de voet van de heg is gewijzigd. Ook als gevolg van de inzet van de mulcher en de messenbalk. In het standaardkostprijsblad is voor het maaien van de voet 100 procent opgenomen. De ervaring is dat dit nu nog op 25% van de heggen van toepassing is. Het standaardkostprijsblad dient hierop aangepast te worden. Nagenoeg alle jaarlijks te snoeien hagen zijn voorzien van één raster, bij ongeveer 25% is er sprake van een tweezijdig raster (ervaring IKL). Afhankelijk van de snoeimethode is het niet altijd nodig de draad te herstellen na het onderhoud. Aanbevolen wordt om dit onderdeel ook te laten onderzoeken door Alterra.
.Overige opmerkingen Niet opgenomen zijn de stortkosten, deze dienen toegevoegd te worden in het kostprijsblad. Tijdens het onderzoek van Alterra kan gelijk de hoeveelheid bepaald worden.
L01.05.01b knip- of scheerheg: snoeien 1x 2-3 jaar. Huidige 1 x 2 of 3 jaar scheren en minimaal 50% meidoorn voorwaarden beheer Vlechten heg is toegestaan Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juni -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 1m hoog en 0,8 m breed (2,8m²/meter) Frequentie Omschrijving werkzaamheden 1 x 2-3 jaar Scheren haag Opruimen en nabewerking heg Onderhoud raster
Ingezette machines trekker en klepelmaaier motorzaag Handgereedschap + trekker met kar
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 Dit berekeningen en werkmethoden in het kostprijsblad zijn vooral afkomstig uit de ervaringen die opgedaan zijn in het Maasheggengebied te Brabant. Tijdens de workshop is discussie gevoerd of klepelen van een haag de beste methode is, Dit in verband met de verdenking dat geklepelde heggen meer kans hebben op de voor fruitteelt en boomkwekerijen economisch nadelige ziekte bacterievuur. Als gevolg hiervan is het voorstel om in het kostprijsblad een ander type werktuig op te nemen. Voor een snoeicyclus van 2-3 jaar zijn geen tijdnormen opgenomen in het Groene Boek (IMAG). Bovendien zijn de meer recentere machines niet beschreven. Informatie over de inzet van ander materieel is onder andere opgevraagd bij een groenaannemer met ervaring van het beheer van struweelheggen. Voor het beheer van dit type haag worden trekkers met messenbalken ingezet (zaagbladen). De afgezaagde takken worden handmatig verzameld en afgevoerd. De groenaannemer begroot een meter prijs van afgerond € 275 per 100 meter, inclusief btw).In het kostprijsblad ontbreekt het onderdeel handmatig verzamelen en afvoeren voor het snoeimateriaal. Bij het Brabants Landschap is navraag gedaan naar recente ervaringscijfers. Gegevens werden aangeleverd die afkomstig zijn van SBB en de gemeente Boxmeer, per 100 meter bedragen de kosten € 237 (SBB) en € 325 (gemeente Boxmeer, gemiddelde prijs voor snoeien eenmaal in de 2 en 3 jaar). Geadviseerd wordt om de prijskostberekening van het beheerpakket L01.05.01b opnieuw vast te stellen via tijdstudies door Alterra voor het beheren met een trekker met messenbalk en het opruimen van het snoeimateriaal. Overige opmerkingen: In cel E70 van het kostprijsblad staat een verkeerde verwijzing voor de berekening. Dit dient hersteld te worden naar cel B65 (Prijs per uur voor het onderdeel handgereedschap). In het kostprijsblad is voor het noodzakelijk beheer aan het raster als gevolg van het onderhoud van de heg een jaarlijks frequentie opgenomen. De frequentie dient aangepast te worden naar de beheerfrequentie van de haag (eenmaal in gemiddeld 2,5 jaar). In de beheervoorwaarden is opgenomen dat heggen minimaal uit 50 procent meidoorn mogen bestaan. In een aantal gebieden (bufferzones) is echter de aanplant van meidoorn verboden in verband met de economisch nadelige ziekte bacterievuur. Bovendien worden aangetaste meidoorns gerooid en kunnen vervangen worden door voor de ziekte ongevoelige struiken. Op termijn kan dit als gevolg hebben dat er in de bufferzones voor dit pakket geen beschikkingen meer kunnen worden afgesloten vanwege de soortensamenstelling. Het advies is om aan de soortensamenstelling geen voorwaarden te stellen aan het aandeel meidoorn. Overigens is het wel aan te bevelen om maxima in te stellen voor landschappelijk ongewenste struiken, zoals het voorkomen van heggen die voor 100 procent uit (haag)beuk bestaan.
L01.06.01a struweelheg: snoeien 1x 5-7 jaar. Huidige 1 x 5 of 7 jaar afzetten (1 m x 0.80 m na uitvoering) voorwaarden beheer Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld 3m breed Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud raster 100% van de perceelrand en overhangende bramen en distels maaien 1x 6 jaar Afzetten heg Snoeihout afvoeren
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Bosmaaier Wielkraan met knipschaar Vrachtwagen
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Aanpassen (1)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 De methode van het beheer (knipmachine) en de berekening van de normen zijn afkomstig van de ervaringscijfers uit het Maasheggengebied te Boxmeer. Voor de normering van de wielkraan met knipschaar is de norm aangehouden van de wielkraan met maaikorf. Dit als gevolg van het ontbreken voor de knipschaar. De frequentie, beheerwerkzaamheden en het beschreven materieel (knipschaar) worden nog steeds ingezet. Opvallend is het verschil met de normering voor de inzet van een wielkraan met knipschaar tussen de beheerpakketten a en b (a: ruim 12 uur per 100 meter en b: ruim 2 uur per 100 meter). Hierover is navraag gedaan bij het Brabants Landschap, het verschil kon niet verklaard worden. Wel werden recente ervaringscijfers gedeeld die afkomstig zijn van SBB en de gemeente Boxmeer. De verschillen in prijs zijn groot voor pakket L01.06.01a per 100 meter € 200, - (SBB) en € 975, - (gemeente Boxmeer). Informatie is ook opgevraagd bij een groenaannemer die uitgebreide ervaring heeft met het afzetten van struweelheggen. Bij deze groenaannemer wordt gewerkt met een trekker met messenbalk (zaagbladen). Zij voeren het werk uit voor een bedrag op van afgerond € 855, - per 100 meter. Het advies is om een aanvullende tijdnormenstudie te laten uitvoeren door Alterra voor het onderdeel wielkraan en knipschaar en een trekker met messenbalk. Overige opmerkingen: Landschapsbeheer Zeeland meldt de extra inspanning die nodig is voor controle en bestrijding van bacterievuur. Struweelheggen met meidoornstruiken zijn gevoeliger voor aantastingen met bacterievuur. Hoofdzakelijk wordt de grotere kans op besmetting veroorzaakt doordat de bacterie gemakkelijker indringt via bloesem en jonge scheuten, beiden zijn meer aanwezig in struweelheggen. In de workshop is dit onderwerp besproken, de conclusie was dat dit werk onderdeel is van de Goede Landbouw Praktijk. Alleen extra kosten mogen vergoed worden, controleren en verwijderen van aangetaste struiken vallen volgens de deelnemers niet onder een extra inspanning. Het advies is om dit onderdeel niet toe te voegen aan het kostprijsblad.
L01.06.01b struweelheg: snoeien > 12 jaar. Huidige 1 x 12 of 25 jaar afzetten voorwaarden beheer Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld 5m breed Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud raster 100% van de perceelrand en overhangende bramen en distels maaien 1x 12 jaar Afzetten heg Snoeihout afvoeren Opbreken raster en oprollen draad +bevestigen draad
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Bosmaaier Wielkraan met knipschaar Vrachtwagen Handgereedschap
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Aanpassen (1) Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 De methode van het beheer (knipmachine) en de berekening van de normen zijn afkomstig van de ervaringscijfers uit het Maasheggengebied te Boxmeer. Voor de normering van de wielkraan met knipschaar is de norm aangehouden van de wielkraan met maaikorf. Dit als gevolg van het ontbreken voor de knipschaar. Opvallend is het verschil met de normering voor de inzet van een wielkraan met knipschaar tussen de beheerpakketten a en b (a: ruim 12 uur per 100 meter en bij b ruim 2 uur per 100 meter. Hierover is navraag gedaan bij het Brabants Landschap, gemeld werden de ervaringscijfers van gemeente Boxmeer, € 975 per 100 meter. Zie ook de opmerkingen bij het beheerpakket L01.06.01a. Het advies is om een aanvullende tijdnormenstudie te laten uitvoeren door Alterra voor het onderdeel wielkraan en knipschaar en voor trekker met messenbalk. Overige opmerkingen: Landschapsbeheer Zeeland meldt de extra inspanning die nodig is voor controle en bestrijding van bacterievuur. Struweelheggen met meidoornstruiken zijn gevoeliger voor aantastingen met bacterievuur. Hoofdzakelijk wordt de grotere kans op besmetting veroorzaakt doordat de bacterie gemakkelijker indringt via bloesem en jonge scheuten, beiden zijn meer aanwezig in struweelheggen. In de workshop is dit onderwerp besproken, de conclusie was dat dit werk onderdeel is van de Goede Landbouw Praktijk. Alleen extra kosten mogen vergoed worden, controleren en verwijderen van aangetaste struiken vallen volgens de deelnemers niet onder een extra inspanning. Het advies is om dit onderdeel niet toe te voegen aan het kostprijsblad. In cel E68 van het kostprijsblad staat een verkeerde verwijzing voor de berekening. Dit dient hersteld te worden naar cel B62 (Prijs per uur voor het onderdeel handgereedschap).
L01.07.01a laan: stamdiameter < 20 cm ø. Huidige Periodiek snoeien voorwaarden beheer Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juli -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 25 bomen / 100 meter; de laan is gemiddeld 10m breed Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Maaien berm (braam en grassen) maximaal 50% van de opp. (maaisel blijft liggen) 1x 5 jaar Begeleidingssnoei bomen Onderhoud raster na snoeibeurt
Ingezette machines Trekker + schotelmaaier
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode
Stokzaag
Gebruikelijke methode
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Het gemiddeld aantal bomen, 25 stuk per 100 meter, wordt als een normaal aantal beschouwd. De extra werkzaamheden aan het raster, onderhoud na het snoeien, zijn uitgebreid besproken. Navraag is ook gedaan bij het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap (C. Braat mede samensteller kostprijsbladen).Gemeld wordt dat het werk noodzakelijk is na het snoeien doordat het raster altijd licht beschadigd wordt door de snoeiwerkzaamheden. Het advies is om dit onderdeel te handhaven in het kostprijsblad.
L01.07.01b laan: stamdiameter 20 - 60 cm ø Huidige Periodiek snoeien voorwaarden beheer Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juli -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 25 bomen / 100 meter; de laan is gemiddeld 10m breed Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Maaien berm (braam en grassen) maximaal 50% van de opp. (maaisel blijft liggen) 1 x 4 jaar Visuele boomcontrole (VTA) 1x 5 jaar Snoeien + en versnipperen takhout Onderhoud raster na snoeibeurt
Ingezette machines Trekker + schotelmaaier
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode
Motorzaag en hoogwerker Trekker + versnipperraar
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Het gemiddeld aantal bomen, 25 stuk per 100 meter, wordt als een normaal ervaren. De extra werkzaamheden aan het raster, onderhoud na het snoeien, zijn uitgebreid besproken. Navraag is ook gedaan bij het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap (C. Braat mede samensteller kostprijsbladen).Gemeld wordt dat het werk noodzakelijk is na het snoeien doordat het raster altijd licht beschadigd wordt door de snoeiwerkzaamheden. Het advies is om dit onderdeel te handhaven in het kostprijsblad. In de enquête meldt de meerderheid dat een visuele boomcontrole (VTA) noodzakelijk is om eenmaal uit te voeren in de vier jaar. De Vereniging voor bos- en natuureigenaren (VBNE) heeft in de laatste zogenaamde Beheerdersdag van 25 september 2015 over dit onderwerp een lezing verzorgd. Een van de meldingen was dat bij een gemiddeld risico een quick-scan eens in de 4 tot 6 jaar gebruikelijk is. Alterra gaat ook in op de VTA-controle (Jong J.J. de & J.K van Raffe, 2015. Kostennormen SNL 2011-2014. Wageningen, Alterra Wageningen UR (University & Research centre). Dit onderzoek heeft echter geen lanen beoordeeld. Als referentiepunt is dezelfde bron gebruikt als bij de kostprijsbladen voor landschap, dit zijn de ervaringscijfers van de Unie van Bosgroepen (25 bomen per uur). In het rapport wordt ook beschreven dat de subwerkgroep normkosten nog geen keuze heeft gemaakt door onduidelijkheden over de inhoud van de uit te voeren activiteiten. In het uitgebreide overzicht van Staatsbosbeheer (Standaardkostprijs directe werkzaamheden Terreinbeheer voor gezamenlijke TBO’s, 28 mei 2015) wordt ook de norm van de Unie van Bosgroepen aangehouden (25 bomen per uur). Het advies is om voorlopig in de kostprijsbladen voor landschap de opgevoerde normering van een VTA eens in de 4 jaar en 25 bomen per uur aan te houden en aan te passen als het onderzoek van Alterra hiervoor aanleiding geeft.
L01.07.01c laan: stamdiameter > 60 cm ø Huidige Periodiek snoeien voorwaarden beheer Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juli -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 25 bomen / 100 meter; de laan is gemiddeld 10m breed Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Maaien berm (braam en grassen) maximaal 50% van de opp. (maaisel blijft liggen) 1 x 2 jaar Visuele boomcontrole 1x 5 jaar Snoeien + versnipperen takhout Onderhoud raster na snoeibeurt
Ingezette machines Trekker + schotelmaaier
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode
Motorzaag en hoogwerker Trekker + versnipperraar
Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Het gemiddeld aantal bomen, 25 stuk per 100 meter, wordt als een normaal ervaren. De extra werkzaamheden aan het raster, onderhoud na het snoeien, zijn uitgebreid besproken. Navraag is ook gedaan bij het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap (C. Braat mede samensteller kostprijsbladen).Gemeld wordt dat het werk noodzakelijk is na het snoeien doordat het raster altijd licht beschadigd wordt door de snoeiwerkzaamheden. Het advies is om dit onderdeel te handhaven in het kostprijsblad. Voor de VTA-controle: zie de uitgebreide beschrijving bij L01.07.01B (laan 20 – 60 cm ø) Een deelnemer in de workshop heeft vraagtekens gezet over de tijdsbesteding voor het eenmaal in de vijf jaar snoeien en versnipperen van het takhout, ruim 1 uur per boom. De anderen deelnemers deelden deze mening niet. De berekening is afkomstig uit het normenboek van IMAG (Het groene Boek). Bij Staatsbosbeheer is navraag gedaan of het aantal te snoeien takken, 6 tot 10 stuks per 5 jaar, gebruikelijk is. Dit werd bevestigd per mail (12 -102015, afdeling Landschap en Cultuurhistorie).
L01.08.01a Knotboom: stamdiameter < 20 cm ø Huidige Wilgen, els, es en populier: 1 x 3 -8 jaar snoeien voorwaarden beheer Eiken en haagbeuken: 1 x 15 jaar snoeien Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 10 telgen per boom Frequentie Omschrijving werkzaamheden 1x 5 jaar Aanpassen Knotten (afvoer hout is gratis) (2) Onderhoud raster na snoeibeurt
Ingezette machines Motorzaag + handgereedschap
Resultaten evaluatie Aanpassen (1)
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 Als algemene werkwijze is in de workshop besproken dat alle vrijkomend hout versnipperd en afgevoerd dient te worden. Dit onderdeel ontbreekt bij de knotbomen en dient daarom toegevoegd te worden aan het kostprijsblad. 2 De deelnemers van de workshop melden dat het knotbomenbestand gedomineerd wordt door wilgen, de inschatting is dat de wilg 90 procent van het totale bestand uitmaakt. Alleen al in Utrecht is ervaring opgedaan met 16.000 te knotten bomen, Staatsbosbeheer bevestigt dit beeld per mail (12 -10-2015, afdeling Landschap en Cultuurhistorie).De deelnemers melden dat voor wilgen een knotfrequentie van 4 jaar gebruikelijk is. Het kostprijsblad dient aangepast te worden naar eenmaal knotten in de 4 jaar. Overige opmerkingen: Naar aanleiding van de aanbevelingen van het rapport van bureau ZET zijn de werkzaamheden aan het raster, 5 meter per boom onderhouden na het snoeien, uitgebreid besproken. Navraag is ook gedaan bij het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap (C. Braat mede samensteller kostprijsbladen). Het is noodzakelijk het raster in de directe omgeving van de knotboom te herstellen nadat de bomen geknot zijn. Dit als gevolg van (lichte) beschadigingen veroorzaakt door het werken aan de bomen. Het advies is om dit onderdeel te handhaven in het kostprijsblad. In de diverse provincies wordt geëxperimenteerd met andere vormen van knotten, zoals de inzet van een knipmachine. Uit de ervaringen (workshop) blijkt dat de beschreven methodes in de kostprijsbladen nog steeds de meest gebruikte en efficiëntste zijn (motorzaag). Het aantal telgen per knotboom wordt door de deelnemers grotendeels als aanvaardbaar gevonden.
L01.08.01b Knotboom: stamdiameter 20 - 60 cm ø. Huidige Wilgen, els, es en populier: 1 x 3 -8 jaar snoeien voorwaarden beheer Eiken en haagbeuken: 1 x 15 jaar snoeien Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 30 telgen per boom Frequentie Omschrijving werkzaamheden 1x 5 jaar Aanpassen Knotten (afvoer hout is gratis) (2) Onderhoud raster na snoeibeurt Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Zie bij L01.08.01a (knotboom < 20 cm ø)
Ingezette machines Motorzaag + handgereedschap
Resultaten evaluatie Aanpassen (1)
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
L01.08.01c Knotboom: stamdiameter > 60 cm ø Huidige Wilgen, els, es en populier: 1 x 3 -8 jaar snoeien voorwaarden beheer Eiken en haagbeuken: 1 x 15 jaar snoeien Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 40 telgen per boom Frequentie Omschrijving werkzaamheden 1x 5 jaar Aanpassen Knotten (afvoer hout is gratis) (2) Onderhoud raster na snoeibeurt Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Zie bij L01.08.01a (knotboom < 20 cm ø)
Ingezette machines Motorzaag + handgereedschap
Resultaten evaluatie Aanpassen (1)
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
L01.09.01 hoogstamboomgaard. Huidige Appel en peer 1 x in de 2 jaar snoeien voorwaarden beheer Kers, pruim en walnoot vormsnoei indien nodig Aanpassen (2) Grasvegetatie jaarlijks maaien en afvoeren of beweiden Beschadiging door vee voorkomen, jonge bomen beschermen met boomkasten Uitvoering: hele jaar Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld staan er 100 bomen per hectare Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud boomkorven (25% van het totaal) 1x 2 jaar Snoeien alle bomen + snoeihout afvoeren
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Handgereedschap
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 In Limburg is in de laatste decennia veel gedaan aan het herstel van de boomgaarden. Deels door achterstanden van de snoei weg te werken en deels door te planten. Hierdoor zijn ruim 80.000 hoogstamfruitbomen in beeld bij IKL. Ongeveer 50 procent van de bomen zijn voorzien van een boomkast. Bescherming van de bomen is afhankelijk van de leeftijd van de boom, de soort en de aard van de veebezetting. Door het relatieve grote aandeel jonge bomen en de verschuivingen in de veebezetting, meer schapen en paarden, is het aandeel boomkasten sterk gestegen. Geadviseerd wordt om het percentage boomkasten in het kostprijsblad te verhogen van 25% naar 50%. Als frequentie is jaarlijks onderhoud opgevoerd, dit dient in overeenstemming te zijn met de frequentie van het beheer. Het kostprijsblad dient hierop aangepast te worden (eenmaal in de 2 jaar). Voor het onderhoud aan boomkasten zijn geen normkosten gevonden. De ervaringen van IKL komen overeen met het opgevoerde half uur per boomkast. Eventueel kan voor dit onderdeel onderzoek worden gedaan door Alterra. 2 De beheervoorschriften schrijven voor dat appel- en perenbomen eenmaal in de 2 jaar gesnoeid dienen te worden. Voor de overige fruitbomen staat dat snoeien kan indien nodig. Het standaardkostprijsblad gaat uit van het snoeien van alle fruitbomen eenmaal in de 2 jaar. In de workshop is dit onderwerp behandeld. Bovendien is navraag gedaan bij deskundigen van de stichting IKL, gebruikelijk is om nagenoeg alle bomen in de twee jaar te snoeien, uitgezonderd walnoten die een te verwaarlozen aandeel hebben in het geheel. De intensiteit verschilt weliswaar per soort, maar het advies is om in de beheervoorschriften op te nemen dat alle bomen elke 2 jaar gesnoeid dienen te worden. Overige opmerkingen: In de workshop is het advies van Bureau ZET¹ om jaarlijks maaien op te voeren in de kostenberekening, niet gedragen. In het overgrote deel van de percelen is (van oudsher) beweiding gebruikelijk. Indien maaien toch noodzakelijk is, kan het maaisel als hooi verkocht worden. Extra kosten als gevolg van maaien zijn er niet door de, weliswaar geringe, opbrengsten van het hooi. Het advies is om het kostprijsblad hiervoor niet aan te passen. ¹ Evaluatief vooronderzoek Standaardkostprijzen SNL,11 februari 2015
L01.10.01 struweelrand Huidige 50% periodiek maaien ruigtezone maximaal 1 x 5 jaar, het maaisel afvoeren. Uitvoeringsperiode 15 juli – 15 maart voorwaarden beheer Periodiek de houtopslag afzetten, het hout mag verwerkt worden in het element. Uitvoeringsperiode 1 nov – 15 maart
Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld 5 meter breed; 33%: ruigte, braam en struiken Frequentie Omschrijving werkzaamheden jaarlijks Bestrijden ongewenste soorten (distels e.d. op 5% van de opp.) 1x 3 jaar Maaien en opruimen (handkracht) en afvoeren maaisel 1X 10 jaar Vellen opslag en exoten + verbranden
Ingezette machines Bosmaaier Bosmaaier + Handgereedschap, trekker en kar Motorzaag en handgereedschap
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Aanpassen (1)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 In de enquête wordt gemeld dat de frequentie van eenmaal afzetten in de 10 jaar te weinig is. De reacties variëren van een frequentie tussen eenmaal in de 3 jaar tot 5 jaar. Bij de overige kostprijsbladenlandschap voor de bosachtige elementen zijn frequenties aangehouden van 5 jaar. Een uitzondering hierop is het beheertype Elzensingel, hier wordt een frequentie aangehouden van 7 jaar, dit is in overeenstemming met het beheerritme. In het uitgebreide overzicht van Staatsbosbeheer (Standaardkostprijs directe werkzaamheden Terreinbeheer voor gezamenlijke TBO’s, 28 mei 2015) wordt een frequentie van 4 jaar aangehouden voor de natuurtypen bossen en 5 jaar bij grootschalige, dynamische natuur. Het advies is om de frequentie in het kostprijsblad aan te passen naar eenmaal in de 5 jaar. Afhankelijk van de bereikbaarheid van het element wordt vrijkomend snoeihout inderdaad nog op plekken verbrand of op rillen en hopen gezet. In sommige regio’s wordt ook geëxperimenteerd met het verchippen van hout, de chips worden daarna afgevoerd naar verbrandingsinstallaties. De meest gebruikelijke manier van werken is echter het versnipperen van het hout en daarna afvoeren. Dit onderdeel dient daarom gewijzigd te worden in het standaardkostprijsblad naar versnipperen en afvoeren.
L01.11.01a: Droog hakhoutbosje (zomereik). Huidige Minimaal voor 80 % hakhoutbeheer uitvoeren voorwaarden beheer Frequentie: 1 x 6- 25 jaar afzetten Snoeihout mag op stapels of rillen verwerkt worden binnen het element Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober – 15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Frequentie Jaarlijks 1 x in de 5 jaar 1 x in de 15 jaar in 25 jaar
Omschrijving werkzaamheden Onderhoud raster Bestrijden exoten Afzetten (vellen, snoeien en korten) Opruimen snoeihout (op rillen leggen) Inboeten, 10 stuks per are
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Handgereedschap Motorzaag + handgereedschap Handgereedschap Handgereedschap
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Aanpassen (2) Aanpassen (3)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 Extra jaarlijks onderhoud aan het raster is niet aannemelijk. De frequentie dient in overeenstemming te zijn met het beheer. Het voorstel is om het kostprijsblad aan te passen naar eenmaal in de 15 jaar. 2 Afhankelijk van de bereikbaarheid van het element wordt vrijkomend snoeihout inderdaad nog verbrand of op rillen en hopen gezet. In sommige regio’s wordt ook geëxperimenteerd met het verchippen van hout, de chips worden daarna afgevoerd naar verbrandingsinstallaties. De meest gebruikelijke manier van werken is echter het versnipperen van het hout en daarna afvoeren. Dit onderdeel dient gewijzigd te worden in het standaardkostprijsblad als versnipperen en afvoeren. 3 De frequentie en aantallen van het inboeten worden door de deelnemers als gebruikelijk ervaren. In de kostprijsbladen wordt echter uitgegaan van een stuksprijs van € 0,72 per stuk, dit is nog de prijs uit 2012. Het kostprijsblad dient hierop nog geactualiseerd te worden door Een onafhankelijke organisatie (Alterra). Bovendien is het advies om de formule in de cel voor aan te passen naar de systematiek van de overige formules. Overige opmerkingen: Het overgrote deel van de deelnemers aan de enquête vinden een frequentie van eenmaal afzetten in de 15 jaar gangbaar.
L01.11.01b: Vochtig tot nat hakhoutbosje (zwarte els en/of gewone es). Huidige Minimaal voor 80 % hakhoutbeheer uitvoeren voorwaarden beheer Frequentie: 1 x 6- 25 jaar afzetten Snoeihout mag op stapels of rillen verwerkt worden binnen het element Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober – 15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Frequentie Jaarlijks 1 x in de 5 jaar 1 x in de 10 jaar in 25 jaar
Omschrijving werkzaamheden Onderhoud raster Bestrijden exoten Afzetten Opruimen snoeihout (op rillen leggen) Inboeten, 10 stuks per are
Ingezette machines Handgereedschap + trekker met kar Handgereedschap Motorzaag + handgereedschap Handgereedschap Handgereedschap
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode Aanpassen (2) Aanpassen (3)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Voor dit landschapselement zijn geen reacties binnengekomen. Het is overigens niet aannemelijk dat de ervaringen afwijkingen zoals beschreven bij het pakket L01.11.01b (droog hakhoutbos). 1 2
3
Extra jaarlijks onderhoud aan het raster is niet aannemelijk. De frequentie dient in overeenstemming te zijn met het beheer. Het voorstel is om het aanvullend onderhoud van het raster als gevolg van het beheer in het kostprijsblad aan te passen naar eenmaal in de 10 jaar. Afhankelijk van de bereikbaarheid van het element wordt vrijkomend snoeihout inderdaad nog verbrand of op rillen en hopen gezet. In sommige regio’s wordt ook geëxperimenteerd met het verchippen van hout, de chips worden daarna afgevoerd naar verbrandingsinstallaties. De meest gebruikelijke manier van werken is echter het versnipperen van het hout en daarna afvoeren. Dit onderdeel dient daarom gewijzigd te worden in het standaardkostprijsblad als versnipperen en afvoeren. De frequentie en aantallen van het inboeten worden door de deelnemers als gebruikelijk ervaren. In de kostprijsbladen wordt echter uitgegaan van een stuksprijs van € 0,72 per stuk, dit is nog de prijs uit 2012. Het kostprijsblad dient hierop nog geactualiseerd te worden door Een onafhankelijke organisatie (Alterra). Bovendien is het advies om de formule in de cel voor aan te passen naar de systematiek van de overige formules.
L01.12.01 Griendje. Huidige voorwaarden beheer
Machinaal maaien wilgen is niet toegestaan. Hakhoutbeheer: minimaal 1 x 5 jaar afzetten Snoeihout mag verwerkt worden binnen het element (stapels en rillen). Snippers dienen te worden afgevoerd. Overhangende takken mogen teruggesnoeid worden. Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober -15 maart
Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld aantal stobben: 4.000 stuks per ha Frequentie Omschrijving werkzaamheden Jaarlijks Onderhoud raster 1x 4 jaar Afzetten griend en takhout tot schelven zetten
Ingezette machines Handgereedschap Handgereedschap + trekker met kar
Resultaten evaluatie Aanpassen (1) Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: De geënquêteerden melden dat de frequentie, eenmaal afzetten in de 3- 4 jaar, gebruikelijk is. Ook het aantal stobben is op orde, hoewel één deelnemer meldt dat de aantallen afnemen naarmate de stobben ouder worden (enquête). Het voorstel is om de kostprijsbladen verder hierop niet aan te passen. Opmerking IKL: 1 Een vergoeding voor het onderhoud aan het raster is discutabel. Er worden geen noodzakelijke jaarlijkse werkzaamheden gedaan die jaarlijks extra onderhoud aan het raster rechtvaardigen. Het advies is om dit onderdeel af te voeren uit het kostprijsblad.
L01.13.01a bomenrij/solitaire boom: stamdiameter < 20 cm ø Huidige Periodiek snoeien: jonge bomen 1x 5 jaar voorwaarden beheer Na de snoei dient de kroon minimaal 2/3 deel van de totale boomlengte te zijn. Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juli -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 100 meter heeft gemiddeld 12 bomen Frequentie Omschrijving werkzaamheden 1x 5 jaar Snoeien bomen (begeleidingssnoei) en opruimen takhout Onderhoud raster na snoeibeurt
Ingezette machines Stokzaag
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Via de enquête geeft de meerderheid aan dat de frequentie van het snoeien eenmaal in de 5 jaar, op orde is. Voor het beheerpakket laan (L01.07.01a) is de snoei voor jonge bomen besproken tijdens de workshop en is de frequentie ook op orde bevonden. Een persoon meldt het gebruik van een motorstokzaag. Hierover is ook overleg geweest met het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap. De algemene ervaring is dat zowel de motorstokzaag als de stokzaag gebruikelijk zijn in het beheer. Het voorstel is om geen wijzigingen aan te brengen in het kostprijsblad.
L01.13.01b bomenrij/solitaire boom: stamdiameter 20 – 60 cm ø: Vergoeding jaarlijks per: 100 m: € 37,26 (rij) en per stuk: ¢ 5,96 (solitaire) Huidige Periodiek snoeien: 1x 10 jaar voorwaarden beheer Na de snoei dient de kroon minimaal 2/3 deel van de totale boomlengte te zijn. Beperken tot weghalen dood hout is toegestaan Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juli -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 100 meter heeft gemiddeld 12 bomen Frequentie Omschrijving werkzaamheden 1x 7 jaar Snoeien bomen 1- 5 takken/boom en opruimen takhout Onderhoud raster na snoeibeurt
Ingezette machines Motorzaag met hoogwerker (<10m) Trekker en versnipperraar
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Het merendeel van de geënquêteerden vult in dat de frequentie van snoeien, eenmaal in de 7 jaar, op orde is.
L01.13.01c bomenrij/solitaire boom: stamdiameter > 60 cm ø: Vergoeding jaarlijks per: 100 m: € 56,38 (rij) en per stuk: ¢ 9,02 (solitaire) Huidige Periodiek snoeien 1x 10 jaar voorwaarden beheer Na de snoei dient de kroon minimaal 2/3 deel van de totale boomlengte te zijn. Beperken tot weghalen dood hout is toegestaan Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juli -15 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen 100 meter heeft gemiddeld 12 bomen Frequentie Omschrijving werkzaamheden 1x 10 jaar Snoeien bomen 6-10 takken/boom en opruimen takhout Onderhoud raster na snoeibeurt
Ingezette machines Motorzaag met hoogwerker (>10m) Trekker en versnipperraar
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Handgereedschap + trekker met kar
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Het merendeel van de geënquêteerden vult in dat de frequentie van snoeien, eenmaal in de 10 jaar, op orde is. .
L01.14.01a smalle rietzoom (<5 meter). Huidige Maximaal 20% is struweel. voorwaarden beheer Periodiek maaien, 1 x 2 - 4 jaar Snoeihout mag verwerkt worden binnen het element (stapels en rillen). Snippers dienen te worden afgevoerd. Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober -1 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld is de rietzoom 2,5 meter breed Frequentie Omschrijving werkzaamheden 1x 2 jaar Gefaseerd maaien Opruimen maaisel Afvoeren en verwerken riet (storten)
Ingezette machines Trekker met maaikorf Trekker met kar
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Geen materieel berekend (alleen stortkosten) Gebruik wordt gemaakt van de trekker en kar die ingezet worden bij het onderdeel maaien.
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Via de enquête wordt de frequentie van eenmaal maaien in de twee jaar bevestigd. Natuurlijke Zaken van Landschap Noord-Holland meldt dat een normprijs moeilijk te geven is. Het beheer valt in Noord-Holland uiteen in drie onderdelen: het riet boomvrij houden, het riet jaarlijks platmaaien zonder op te ruimen en jaarlijks maaien met opruimen. Afhankelijk van de toegankelijkheid is de prijsindicatie: van enkele honderden euro’s tot € 2.500 per hectare. Alterra meldt in haar onderzoeksrapport Kostennormen SNL 2011-2014 (Jong J.J. de & J.K van Raffe, 2015. Wageningen, Alterra Wageningen UR (University & Research centre)), dat de normkosten voor het maaien en verwerken van riet aangepast dienen te worden door nieuwe berekeningsmethodes. De uitwerkingen in het rapport hebben betrekking op grotere aaneengesloten oppervlakten en zijn niet vertaalbaar naar de beheerpakketten L01.14.01a en b. Gezien de reactie van Noord Holland en de conclusies van Alterra is het advies is om de kostprijsbladen voor het beheertype rietzoom en klein rietperceel (L01.14) aan te passen. Geadviseerd wordt om beide pakketten opnieuw vast te stellen via normenonderzoek door Alterra. Opmerkingen IKL: In het kostprijsblad is voor het maaien van het riet bij het onderdeel Toelichting arbeids- en machine-uren opgenomen maaien oever en slootbodem (< 5 meter) met trekker en maaikorf. Als RAW-code is gemeld 51.31.05.bw. De RAW-code verwijst naar ander materieel met een andere tijdnorm. Het kostprijsblad dient aangepast te worden met de juiste RAW-code: 51.31.05.ad. De tijdnorm voor trekker met maaikorf is 35 minuten per 100 meter. In cel C22 is gerekend met 25 minuten per 100 meter, het kostprijsblad dient hierop aangepast te worden.
L01.14.01b brede rietzoom en klein rietperceel(>5 meter). Huidige Maximaal 20% is struweel. voorwaarden beheer Periodiek maaien, 1 x 2 - 4 jaar Maaisel afvoeren Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 1 oktober -1 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld is de rietzoom breder dan 5 meter Frequentie Omschrijving werkzaamheden Afmetingen 1x 3 jaar Gefaseerd maaien Opruimen maaisel Afvoeren en verwerken riet (storten)
Materiaal/materieel Ingezette machines
Hoeveelheden Resultaten evaluatie
1-assige trekker met maaibalk Geen materiaal berekend
Gebruikelijke methode Aanpassen (1)
Geen materiaal berekent (alleen stortkosten).
Aanpassen (1)
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 Voor het opruimen en afvoeren van het riet is geen materieel beschreven. Het kostprijsblad hierop aanpassen. Er zijn relatief weinig reacties geweest via de enquête voor dit pakket, gemeld werd dat eenmaal maaien in de 3 jaar onvoldoende is om verruiging tegen te gaan. Voorgesteld wordt om het kostprijsblad aan te passen en als frequentie eenmaal in de 2 jaar aan te houden. Natuurlijke Zaken van Landschap Noord-Holland meldt dat een normprijs moeilijk te geven is. Het beheer valt in Noord-Holland uiteen in drie onderdelen: het riet boomvrij houden, het riet jaarlijks platmaaien zonder op te ruimen en jaarlijks maaien met opruimen. Afhankelijk van de toegankelijkheid is de prijsindicatie: van enkele honderden euro’s tot € 2.500. Alterra meldt in haar onderzoeksrapport Kostennormen SNL 2011-2014 (Jong J.J. de & J.K van Raffe, 2015. Wageningen, Alterra Wageningen UR (University & Research centre)), dat de normkosten voor het maaien en verwerken van riet aangepast dienen te worden door nieuwe berekeningsmethodes. De uitwerkingen in het rapport hebben betrekking op grotere aaneengesloten oppervlakten en zijn niet vertaalbaar naar de beheerpakketten L01.14.01a en b. Gezien de reactie van Noord-Holland en de conclusies van Alterra is het advies is om de kostprijsbladen voor het beheertype rietzoom en klein rietperceel (L01.14) aan te passen. Geadviseerd wordt om beide pakketten opnieuw vast te stellen via normenonderzoek door Alterra.
L01.15.01 natuurvriendelijke oever. Huidige Periodiek maaien, minimaal 1 x 2 jaar en maximaal 1 x per jaar. voorwaarden beheer De breedte is minimaal 3 meter en maximaal 10 meter breed. Maaisel afvoeren Beweiding is niet toegestaan Uitvoering: 15 juli-1 maart Samenvatting standaardkostprijsbladen Gemiddeld is de oever 3 meter breed Frequentie Omschrijving werkzaamheden jaarlijks Maaien Opruimen maaisel
Ingezette machines trekker met maaikorf trekker en kar
Afvoeren en verwerken maaisel (storten)
Resultaten evaluatie Gebruikelijke methode Gebruikelijke methode
Gebruik wordt gemaakt van trekker en kar die nodig is bij het maaien.
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: Op dit beheerpakket zijn geen reacties geplaatst. Gezien de aard van de werkzaamheden zijn er ook geen opmerkingen te verwachten. Opmerkingen IKL: In het kostprijsblad is opgenomen dat de norm bij het maaien met 50 procent is verhoogd in verband met de aanwezigheid van hoog riet. Navraag is gedaan bij het Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap (C. Braat mede samensteller kostprijsbladen). Hier is sprake van een foutieve vermelding. In de kostprijsberekening is overigens de 50% verhoging niet doorberekend. Het advies is om de regel te verwijderen. In het kostprijsblad is voor het maaien van het riet bij het onderdeel Toelichting arbeids- en machine-uren opgenomen maaien oever en slootbodem (< 5 meter) met trekker en maaikorf. Als RAW-code is gemeld 51.31.05.bw. De RAW-code verwijst naar ander materieel met een andere tijdnorm. Het kostprijsblad dient aangepast te worden met de juiste RAW-code: 51.31.05.ad. De tijdnorm voor trekker met maaikorf is 35 minuten per 100 meter. In cel C22 is gerekend met 25 minuten per 100 meter, ook hiervoor dient het kostprijsblad aangepast te worden.
L04.01.01 wandelpad over boerenland: Vergoeding jaarlijks per 100 meter: € 84,32 Huidige Het wandelpad is onverhard, goed begaanbaar en de voorzieningen goed bruikbaar. voorwaarden beheer Samenvatting standaardkostprijsbladen Het wandelpad is gemiddeld 3 meter breed Frequentie Omschrijving werkzaamheden jaarlijks 2 x maaien (maaisel laten liggen)
Controleren op onvolkomenheden en herstellen eventuele voorzieningen (toegangen, informatieborden en dergelijke)
Ingezette machines 2-assige trekker met cyclomaaier of weilandbloter.
Resultaten evaluatie Aanpassen (1)
Handgereedschap
Gebruikelijke methode
Reacties deelnemers forum, workshop en enquêtes: 1 Het merendeel van de geënquêteerden meldt dat tweemaal maaien te weinig is. De ervaringen variëren tussen de vier- en zesmaal maaien per jaar. In Limburg is de ervaring dat nauwelijks gemaaid hoeft te worden, dit doordat de kerkpaadjes vaak door begraasde weilanden lopen. Gezien de reacties is het aannemelijk om de frequentie van het maaien te verhogen naar driemaal per jaar. Het kostprijsblad dient hierop aangepast te worden.