College Sociale Wetenschappen
ANTROPOLOGIE
ALUMNI van de opleiding Culturele antropologie & Ontwikkelingssociologie
OVER HUN CARRIÈRE 1
Colofon De Carrièrekrant is een uitgave van UvA/College voor Sociale Wetenschappen Opleiding Culture antropologie & Ontwikkelingssociologie Redactie: Claudia van den Aardweg, Sacha Buisman, Claire Brandts, Leonie Cosijnse, Janay Creton, Branka Dasovic, Nienke van Dongen, Rose Doolan, Nadya Ensing, Kiki Collot d’Escury, Merhawi Fessehazion, Maaike Happel, Ellen Hell, Mariette Henschen, Nick van Kampen, Nishi Kesharie, Charlotte van der Klauw, Maxine Kuijt, Guinevere Leen, Maartje Martens, Ruby Monde, Iris Muller, Maurice van Oosten, Monique den Ouden, Jasmijn Post, David Riupassa, Willemijn Rooijmans, Nienke Roorda, Laura van Santen, Nienke Schlette, Lucia Slot, Annemarie Sterk, Afke Tangenbergh, Ariane Timmermans, Karin Vesseur, Nienke Woudstra Eindredactie: Jurian Glas, Lieve de Coninck, Reyna Veldhuis Concept: Reyna Veldhuis Tel: 20 525 5823 E-mail:
[email protected] Lay Out/ vormgeving: Joos Mooi Cover foto: Jan Stammes Covermodel: Lucia Slot Locatie coverfoto: Showroom van Kenngott Trappen www.kenngott.nl Fotografie: C. Baumann , Roy Borghouts, Fatima Bouhouti, Ruben Bouwens, Camille Renée Devid, Els Duran, Dien Faasen, Merhawi Fessehazion, Ruby Monde, Wineke Onstwedder, Alfons van Schijndel, Jan Stammes, Timur Topuz, Isabel Lara Vega, Jerry van der Weert Drukwerk: Wilco-Amersfoort Drukwerkbegeleiding: AUP - Amsterdam
UvA/College Sociale Wetenschappen/ Graduate School of Social Sciences/ Culturele antropologie & Ontwikkelingssociologie I Website studiekeuze: http://www.studeren.uva.nl/antropologie Website: http://www.fmg.uva.nl/sociologie_en_ antropologie Opleidingsdirecteur Ba/Ma: Alex Strating E-mail:
[email protected] Onderwijscoördinator: Bart Beenen E-mail:
[email protected] Studieadviseur Ba: Gezina Oorthuys Tel.: 020-5252131 E-mail:
[email protected] Programme manager Ma: Marieke Brand E-mail:
[email protected] Graduate School of Social Sciences:
[email protected] Onderwijssecretariaat en Onderwijsadministratie: Ine Koomen en Jurian Glas Tel.: 020-5252960 E-mail:
[email protected] Website: http://www.student.uva.nl/ca
Carrière voor een antropoloog Door: Oskar Verkaaik ‘En wat kun je zoal met een diploma
maar ook bij grassroots organisaties in dorpen of
Antropologie?’ Op elke voorlichtings-
arme stadswijken.
bijeenkomst wordt vroeg of laat deze vraag
Dat klinkt mooi, die diversiteit en de wijde
gesteld. En terecht. De meeste studenten die
horizon, maar je moet als afgestudeerde
voor Antropologie kiezen doen dat primair
antropoloog wel sterk in je schoenen staan om
vanuit pure interesse voor het vak, en dat
die keuzevrijheid aan te kunnen. De verhalen in
blijkt telkens weer de beste motivatie te
deze uitgave laten zien dat het soms enige jaren
zijn, maar je moet na je studie wel je brood
duurt eer iemand zijn of haar draai gevonden
kunnen verdienen. ‘Leidt Antropologie op tot
heeft. Dat komt weer omdat Antropologie geen
werkloosheid?’, wordt er dan gevraagd. Dat
beroepsopleiding is, maar een opleiding die je
idee bestaat bij veel mensen, maar deze uitgave
leert om op een bepaalde manier te kijken naar
laat zien dat het niet waar is.
zowel een andere samenleving als naar de eigen
Natuurlijk, je komt op de arbeidsmarkt
samenleving. Een opleiding waarin je je oefent
nauwelijks een baan tegen waarin geadverteerd
in bepaalde vaardigheden, en die je een flinke
wordt voor een antropoloog. Recentelijk
dosis kennis bijbrengt. Hoe je dat vertaalt naar
publiceerden Masja Cohen en Esther Sarphatie,
de arbeidsmarkt, hangt van jezelf af. Sommige
twee alumni Antropologie van de Universiteit
alumni die in deze uitgave aan het woord komen
van Amsterdam, een boek getiteld ‘Gezocht
hebben hun baan zelf gecreëerd.
Antropoloog M/V’, juist om aan te geven dat je
Dit blad is geschreven door studenten van de
die advertentie zelden in de kranten of op het
opleiding Antropologie aan de Universiteit van
internet ziet staan. In die zin is Antropologie
Amsterdam. Als onderdeel van hun oriëntatie
iets anders dan Tandheelkunde; als je dat
op de arbeidsmarkt hebben zij afgestudeerde
gestudeerd hebt word je automatisch tandarts.
antropologen geïnterviewd. Niet alleen over
Maar als je Antropologie gestudeerd hebt,
hun huidige baan en het verloop van hun
wat word je dan? Alumni van de opleiding
loopbaan, maar ook over hun idealisme en
Antropologie geven hierop antwoord door te
hun specifieke competenties als antropoloog.
laten zien hoe divers de beroepen zijn waar zij
De meeste antropologen blijken te werken
als afgestudeerde antropologen in terecht zijn
en te leven vanuit een bepaalde vorm van
gekomen. Als Tandheelkunde het voordeel heeft
sociaal engagement. En daar zijn ze goed in,
dat je beroepsperspectief volstrekt duidelijk is,
ze hebben geleerd naar anderen te luisteren
dan heeft Antropologie het voordeel dat er na je
en zich in anderen te verplaatsen. Dat maakt
studie nog een wereld voor je open ligt.
van hen goede connectors en communicators.
Een aantal velden komt in deze uitgave
En antropologen blijken vaak te gaan voor de
het duidelijkst naar voren. Zo zien we
inhoud van hun baan en minder voor het salaris
dat antropologen succesvol zijn in de
en het prestige. Hoewel sommigen van de ge-
journalistiek, in de museumwereld, in film en
interviewden heel behoorlijk verdienen, is dat
documentaires, bij de politie, bij de overheid
nooit hun belangrijkste drijfveer geweest.
als beleidsmedewerkers, in de culturele sector,
Wat de inhoud van deze uitgave duidelijk
in de reis- en toerismebranche, in allerlei ideële
maakt, is dat er niet alleen plek is voor
NGO’s, in verslavingszorg en psychiatrie, in
antropologen op de arbeidsmarkt, maar ook
het onderwijs, in diverse onderzoekbanen, in
behoefte. Juist in een wereld waar mensen
ontwikkelingswerk. Maar daarbij blijft het niet.
en groepen met een verschillende culturele
Antropologen werken op veel meer terreinen.
achtergrond met elkaar te maken krijgen,
In de diplomatie bijvoorbeeld of in het
kunnen antropologen een cruciale rol spelen om
bedrijfsleven. Zo zijn antropologen succesvol
het onbegrip dat soms ontstaat weg te nemen.
in het ontwikkelen van producten in de sfeer
Je hoeft daarvoor niet direct de wereld te willen
van lifestyle omdat zij geleerd hebben zich te
verbeteren. Ook op scholen, in de media, in
verplaatsen in de wensen van anderen. Daarbij
het bedrijfsleven, op de universiteit en bij
werken antropologen vaak ver over de grens,
overheden blijken de culturele competentie van
bij internationale organisaties en ambassades,
antropologen van grote waarde.
Foto: Jan Stammes
I Culturele antropologie en Sociologie der niet-westerse samenlevingen is de oude naam van de opleiding. Tegenwoordig wordt de opleiding ‘Culturele antropologie & Ontwikkelingssociologie’ genoemd.
<
2
de UVA. Daar werd Lieve na haar sollicitatie aangenomen als studieadviseur. Vastomlijnde plannen voor de toekomst heeft Lieve niet zo direct, ze beziet het van project tot project. Misschien gaat ze verder binnen de UVA, een andere mogelijkheid is om via de NGO waar ze werkte bij één van de buitenlandse kantoren terecht te komen en zich dan bezig te houden met óf veldwerk, of beleid, of projectmanagement; maar wel iets dat inhoudelijker is dan haar vorige functies.
Foto: Timur Topuz
Als projectmanager aan het werk bij een NGO
Lieve in Tanzania Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Lieve de Coninck Culturele antropologie en Ontwikkelingssociologie aan de Universiteit van Amsterdam Consumptie, Identiteit en Zuid-Afrika 2009 Studieadviseur
Van student tot manager Door: Leonie Cosijnse Lieve de Coninck heeft zowel haar bachelor als haar master Antropologie aan de UVA afgerond. In eerste instantie richtte zij zich voornamelijk op het ‘religie-pad’, maar over het vak Massaconsumptie en Materiele cultuur, was ze zo enthousiast dat ze er uiteindelijk ook voor koos in deze richting haar bachelor scriptie te schrijven. Tijdens haar master is ze naar Kaapstad gereisd om daar onderzoek te doen naar consumptie en identiteit. Na de studie is Lieve’s loopbaan, naar eigen zeggen, grillig verlopen omdat ze geen vastomlijnd plan had. Vanuit haar stage bij de gemeente is ze doorgerold in een contract voor een projectmanagementfunctie. Nadat haar contract wederzijds niet verlengd werd, heeft ze als freelancer verschillende onderzoekklussen gedaan. Zo heeft Lieve acht maanden bij een NGO1 gewerkt als projectcoördinator. Nadat dit afliep, wees iemand haar via LinkedIn op een vacature bij
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
De NGO Habitat for Humanity is een organisatie die huizen bouwt voor mensen die geen toegang hebben tot een hypotheek. Huiseigenaren en vrijwilligers bouwen samen aan deze huizen. Binnen het project dat Lieve begeleidde gingen vierhonderd mensen van een bouwbedrijf voor hun jubileum op ‘bouwreis’ naar vier verschillende landen. Het bedrijf koos voor het doen van ‘iets goeds’ voor de samenleving in plaats van het geven van een feest. Lieve is in haar functie als projectmanager met alle aspecten van het project bezig geweest; met de PR van het bedrijf zelf, de organisatie van de reis, de voorbereiding en de informatieverschaffing over de landen waar de vrijwilligers heen gingen. Dat laatste vond ze persoonlijk het meest interessant. ‘Vooral om van de vrijwilligers verhalen terug te krijgen over hoe de reis door hen beleefd werd. Hoe reageerden zij op armoede, andere culturen en verhoudingen binnen deze samenlevingen?’ Vanuit deze vraag heeft Lieve zich ook veel bezig gehouden met interculturele communicatie. Enige morele worstelingen had Lieve wel met het project. Om het project uit te kunnen voeren moesten er sponsors geworven worden, en om de sponsors over de streep te trekken moest ze de slechte situatie in de verschillende landen benadrukken. Het voelde alsof ze armoede verkocht. ‘Je wilt wat doen aan ongelijkheid, maar ondertussen buit je diezelfde ongelijkheid uit.’ Het dilemma werd vergroot door het besef dat de kwestie heel gecompliceerd was maar dat het verhaal simpel overgebracht moest worden. Terugkijkend is Lieve echter vooral positief over haar functie: ze vond het werk bij Habitat for Humanity leuk, en zou het zo nog een keer willen doen. Een leuk aspect bijvoorbeeld vond Lieve de verantwoordelijkheid over enorm veel geld: het gaf haar een kick. Lieve is gestopt bij de NGO omdat haar contract afliep. Dat is volgens haar uiteindelijk ook het lastige aan projectmanagement: dat het veelal tijdelijk is. Wat ze dan weer leuk vindt aan projectmanagement is dat het een kunst op zich is en dat je er behoorlijk in kan doorgroeien.
De competenties van antropologiestudenten Van haarzelf was Lieve altijd al proactief, initiatiefrijk, empatisch en analytisch ingesteld. Deze kwaliteiten werden door haar studie versterkt. De competenties uit Antropologie die Lieve in haar managementfuncties mee kon nemen, waren het opzetten van een project, zelfstandigheid, interculturele communicatie, inleven in anderen en reflectief zijn. Ook heeft ze veel gehad aan de schrijfvakken, hier leer je de dingen die je denkt ook gestructureerd weer te geven. Tijdens haar loopbaan heeft Lieve geleerd hoe het er aan toe gaat op een kantoor, wat de verhoudingen en etiquette zijn en hoe je omgaat met hiërarchie en geld. Een vaardigheid die ze tijdens haar baan heeft verworven, is het samenwerken op de werkvloer. Graag zou Lieve echter nog meer resultaatgericht te werk gaan. In veel organisaties is er namelijk weinig ruimte voor analytisch denken en reflectie. Om te kunnen blijven groeien in haar carrière zal ze het leidinggeven beter moeten leren, vertelt Lieve. ‘Leidinggeven, daar zijn vooral het hebben van verantwoordelijkheid en het uiten van een visie belangrijk in.’ In een manager acht Lieve zelf belangrijk dat hij of zij open staat voor kritiek op hem of haar zelf. Voorzichtig zegt Lieve dat macht corrumpeert en dat een goede manager ervoor zorgt dat die macht ingedamd wordt. Bijvoorbeeld door te luisteren naar medewerkers en oog te hebben voor hun persoonlijke groei. Een manager moet ook beslissingen kunnen nemen, iets waar Lieve zich nog verder in zou willen bekwamen. De uitdaging ligt voor Lieve dan ook in het ontwikkelen en combineren van deze twee tegenstrijdige competenties. Enerzijds snel kunnen beslissen, anderzijds de tijd nemen om genuanceerd te analyseren en te reflecteren.
Vragen stellen Lieve’s tip voor de studie is dit jaar gerealiseerd; met het vak Antropologie & Arbeidsmarkt. Een dergelijk vak heeft ze zelf in haar studie gemist. Om wat meer over de arbeidsmarkt te weten te komen kun je volgens Lieve het beste met iedereen praten. Vooral ook met oudere mensen, je kunt ze vragen waarom ze dingen hebben gekozen en hoe ze dit hebben aangepakt. Lieve zegt dat ervaring opdoen belangrijk is. ‘Op lager niveau beginnen is niet erg, zo ontwikkel je competenties waar je weer verder mee komt. Ook is een tweede studie naast Antropologie niet noodzakelijk, wél moet je in en naast je werk blijven leren.’ Tips voor studenten die richting projectmanagement willen heeft ze ook: ‘ Doe veldwerk tijdens je master, doe naast je studie iets organisatorisch, of een stage.’ 1
NGO – Niet-gouvernementele organisatie
<
Karin Wesselink School voor Journalistiek en Culturele antropologie en Sociologie der niet-westerse samenlevingen aan de Universiteit van Amsterdam Gender, Religie, West- Europa 2002 Freelance journalist, onderzoekster, schrijfster non-fictie boek ‘21 STRALEN’.
‘Antropologie is een levensinstelling’ Door: Annemarie Sterk en Jasmijn Post ‘Antropologie en journalistiek gaan heel goed samen,’ vertelt Karin. ‘Wat je doet, qua technieken, is eigenlijk hetzelfde, maar het heeft een andere uitwerking. Een journalist
hoort te weten hoe hij vragen moet stellen, maar door mijn achtergrond als antropoloog weet ik beter hoe ik vragen kan stellen over onderwerpen die misschien gevoelig liggen. En
3
daardoor ben ik me misschien ook meer bewust van iemands persoonlijke grenzen en probeer ik die als journalist altijd te respecteren. Ik vind die eigenlijk nog belangrijker dan dat >
het Bonger Instituut, dat zich bezig houdt met leefstijlen en criminaliteit. ‘Daardoor heb ik mijzelf wat ruimte gegeven. In die tijd heb ik een goed netwerk opgebouwd en tegen de tijd dat ik klaar was met studeren kon ik via dat netwerk aan opdrachten komen.’ Momenteel is Karin interim hoofdredacteur voor een populair wetenschappelijk kindertijdschrift. ‘Voor kinderen schrijven is eigenlijk altijd al mijn passie geweest,’ vertelt ze. ‘Het vergt creativiteit om je in te leven in een doelgroep, die toch vrij ver van je afstaat. En dat is wat de antropoloog eigenlijk ook doet: inleven in de ander. Dat vind ik de leukste kant van het werk. Eigenlijk ben ik zelf nooit volwassen geworden. Dat is een houding van waaruit je je kunt blijven verbazen. Vanuit die gedachte heb ik ook mijn opdrachten gekozen. Zo werk ik ook voor Samsam, een tijdschrift voor kinderen over kinderen in ontwikkelingslanden. Ook schrijf ik voor tijdschriften als onzeWereld en Internationale Samenwerking die nu zijn samengegaan in One World en schreef ik veel voor Contrast en Colorfull Magazine, allemaal bladen met een multicultureel tintje.’
Foto: Wineke Onstwedder
Antropoloog - journalist
Karin tijdens een interview met Afrikaanse jongeren
Foto: Ruby Monde
ik met een opzienbarende quote zal scoren.’ Een harde journalist wil Karin zich daarom niet noemen. ‘Ik zie nogal wat journalisten die respectloos omgaan met mensen. Er lijkt weinig echte aandacht voor de ander, het gaat er vooral om dat er wordt gescoord. Hypes voeren de boventoon en het draait allemaal om problemen. Dat is niet de journalistiek die ik wil bedrijven. Ik voel mij niet zo thuis in de manier waarop de media zich ontwikkelen. Als journalist moet je je blijven verbazen, maar in het huidige medialandschap gebeurt dat nauwelijks. Ook mis ik het besef bij journalisten dat ze niet volledig objectief kunnen zijn. In transparantie en zelfreflectie vind ik antropologen beter. Die weten: je bent niet objectief, je kunt je kleur niet uitwissen, er is altijd een referentiekader dat bepaalt hoe je iets benadert of welke insteek je kiest. En het lijkt wel eens alsof de media mensen willen indelen in hokjes en stereotypes. Daar voel ik me vooral niet bij thuis.’
Sylvia Veer
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidige beroep:
‘Ik had haast en wilde hard werken’ Karin vertelt over haar keuze om Antropologie te gaan studeren. ‘Ik had mijn vak eigenlijk al gevonden. Ik had al een studie journalistiek achter de rug, maar zocht nog een intellectuele uitdaging. Antropologie zag ik in eerste instantie als een soort intellectuele vrijetijdsbesteding. Ik had haast en wilde snel aan het werk. Gaandeweg vond ik de studie echter steeds interessanter en heb ik besloten het helemaal af te maken. Mijn scriptie heb ik over drugsgebruik van jonge vrouwen in de uitgaansscène geschreven. Daarin ben ik tot de conclusie gekomen dat het gebruiken van drugs bij hen een overgangsrite is. Zij experimenteerden ermee in een veranderingsfase: bijvoorbeeld als een relatie net uit is, of bij de verhuizing van een dorp naar de grote stad. Over mijn scriptie heb ik drie maanden gedaan, relatief kort eigenlijk.’ Tijdens haar studie bouwde Karin al een freelance bestaan op en deed ze onderzoek voor
Sylvia Veer Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam Integratie 2003 Beleidsadviseur op het gebied van inburgering bij de gemeente Amsterdam - Centrum
Werken met buitenlanders Door: Ruby Monde, Nienke van Dongen, Mariette Henschen en Branka Dasovic
4
Eind 2011 gaf Karin in eigen beheer het door haar geschreven boek ’21 STRALEN’ uit. ‘In mijn boek komen de twee vakgebieden die ik interessant vind samen: Journalistiek en Antropologie. Niet alleen komen er twee vakgebieden samen, het boek past ook heel erg bij wie ik ben.’ 21 STRALEN gaat over Goli Abduhraman, een Koerdische vrouw uit Amsterdam. In het boek vertelt ze over haar jeugd in Iran en Irak maar vooral over haar strijd tegen borstkanker. Onder veel allochtone vrouwen is praten over deze ernstige ziekte nog steeds taboe en juist daarom wilde Goli haar verhaal kwijt. Karin werkte ruim drie jaar intensief met Goli samen. In die samenwerking, zo vertelt Karin, kwam haar antropologische achtergrond goed van pas. ‘Goli vertelde me vrij snel dat ik haar dingen vroeg die andere Nederlanders nog nooit aan haar gevraagd hadden. Goli spreekt goed Nederlands, maar had soms moeite met precies onder woorden brengen wat ze kwijt wilde. Ik was me zeer bewust van hoe de taal een barrière vormde. Vragen heb ik daarom nooit maar één keer gesteld maar soms wel tien keer, op verschillende manieren en in verschillende settings. Dat doe je trouwens ook als journalist als je intuïtie zegt dat er nog meer uit een vraag te halen valt. Antropologie heeft mij een bepaalde levensinstelling meegegeven. Als ik ergens geweest ben waar ik het niet zo leuk vond, zeg ik op weg naar huis altijd tegen mijn vriend: “Antropologisch gezien was het heel interessant.”’ Meer weten over 21 STRALEN? www.penacenter.com
<
Sylvia Veer mag zich sinds 2003 afgestudeerd antropologe noemen. Na de middelbare school was haar grootste interesse geschiedenis. Een enthousiaste leraar op haar middelbare school focuste op verbanden met, en de invloed van de geschiedenis, op de actualiteit. Toen zij zich ging verdiepen in de universitaire studie Geschiedenis leek deze haar toch te veel gericht op het verleden. Haar interesse ging meer uit naar hoe sociaal economische verbanden het hedendaagse leven beïnvloeden. Vanuit deze interesse wees iemand haar op de studie Culturele antropologie. >
Post-it Na haar afstuderen heeft Sylvia eerst nog een jaar her en der in de horeca gewerkt, omdat er geen passend werk was. Haar carrière pad begon ongeveer een jaar later op de dag dat ze zich inschreef bij een uitzendbureau dat veel personeel naar de gemeente detacheerde. Toen zij bij het uitzendbureau uitlegde wat antropologie inhoudt, werd dit opgevat als: ‘ze wil graag met buitenlanders werken.’ Haar eerste baan bij de gemeente bestond uit het opnemen van de telefoon op de afdeling Armoedebestrijding. ‘Ik leek een geschikte persoon voor die afdeling want in dat team zaten heel erg veel buitenlandse mensen.’ Duidelijk niet de functie waar ze direct naar op zoek was, maar de huur moest betaald worden. Eenmaal op de afdeling bleek vanzelf dat ze meer kon. Uiteindelijk is ze doorgegroeid naar behandelaar, vervolgens coördinator en daarna kreeg ze een contract voor haar huidige functie. In deze functie is zij terecht gekomen doordat iemand haar naam, vanwege haar actieve houding, op een post-it had genoteerd. Toen er een plek vrijkwam bij beleid werd zij daardoor direct gebeld. Ook haar ervaring met integratie werd bij deze functie in acht genomen en uiteindelijk is zij nu werkzaam op het gebied van beleid.
De vertaalslag maken
Haar huidige functie beschrijft Sylvia als volgt: ‘Als beleidsadviseur maak je aan de ene kant nieuw beleid en aan de andere kant zorg je ervoor dat het bestaande beleid, dat door het rijk bepaald is, wordt uitgevoerd.’ De wet inburgering is bijvoorbeeld vrij globaal opgesteld. Hoe de uitvoering van deze wet er in de praktijk uit gaat zien, wordt bepaald door beleidsadviseurs als Sylvia. Er wordt dus een vertaalslag gemaakt tussen de verschillende niveaus van beleidsvoering en uitoefening. Ook zorgen Sylvia en haar collega’s ervoor dat het beleid bekendheid krijgt, op het inter- en intranet staat, en dat het op de juiste manier bij de juiste mensen terecht komt. Elke dag kijken zij naar hoe het beter kan, waar er nog veranderingen in aangebracht moeten worden en in deze tijden van crisis, uiteraard ook naar hoe het goedkoper kan.
De antropologische beleidsmedewerkster Op de vraag of Antropologie nuttig is in haar huidige functie verwijst ze naar een specifiek vak dat ze gevolgd heeft tijdens haar studie over ontwikkelingsprojecten. De bedoeling was destijds dat alle stakeholders met al hun belangen in kaart gebracht werden. Ze merkt dat dit ook terugkomt in haar huidige werk. ‘Het rijk wil eigenlijk dat, de wethouder wil eigenlijk dit, en ik heb ook nog een manager die wat anders wil. Dat je die verbanden kunt leggen is wel iets wat ik eerder heb gezien
tijdens mijn studie. Maar het is niet zo dat ik denk van ‘óh dit is typisch Levi-Strauss 1. Daarnaast is de werkwijze ook Antropologisch of in ieder geval academisch te noemen. Kwaliteiten als goed lezen en luisteren, de verschillende belangen in kaart brengen en de communicatie met verschillende culturele doelgroepen vallen daar onder.’ De antropoloog in zichzelf herkent ze duidelijk in haar manier van denken, waarin ze vaak op zoek is naar nuance. ‘Om een voorbeeld te geven: we kregen vorige week kamervragen doorgemaild. Er was een PVV-er die riep: “7 van de 10 Marokkanen valt uit op school”. Dat wordt een gespreksonderwerp en mijn reactie is dan: Ja, maar wat versta je onder een Marokkaan? Is dat iemand die in Marokko is geboren of is dat iemand wiens ouders daar zijn geboren? Over welke periode is dit gemeten? En gaat dit alleen over jongens of gaat het ook over meisjes? Kortom, ik blijf uiteindelijk altijd wel achter met de vraag: wat bedoel je er nou eigenlijk mee?’ Het niet klakkeloos aannemen van dit soort uitspraken lijkt Sylvia een gevolg te zijn van antropologisch denken.
Camille Renée Devid
Tijdens haar studie specialiseerde zij zich niet in één onderwerp, maar volgde gewoon de vakken die haar leuk leken. Haar interesse voor integratie werd aangewakkerd tijdens veldwerk in het kader van haar studie. Dit veldwerk vond plaats op een Noors eiland waar veel Nederlanders wonen. In eerste instantie wilde ze begrijpen: ‘waarom mensen in godsnaam op een kale rots gingen wonen.’ Maar toen ze daar eenmaal was, ontkwam ze er niet aan om zich ook te richten op de integratie van deze Nederlanders in de Noorse gemeenschap. Van tevoren had zij dus geen duidelijk doel voor ogen. ‘Het grappige is, dat als ik nu tegen mensen vertel dat ik Antropologie heb gestudeerd, ben afgestudeerd op integratie en nu bij inburgering werk, dat mensen denken, dat klinkt allemaal hartstikke logisch!’
Benadruk jezelf! Nooit heeft Sylvia spijt gehad van haar studie. Haar huidige functie is er één waarin ze veel kan nadenken en op haar eigen niveau kan functioneren. Toch was ze na haar afstuderen een beetje naïef door te denken dat ze gelijk bij het Tropeninstituut of bij Amnesty International kon gaan werken. ‘Als toekomstige antropologen dat willen, moeten ze al vroeg beginnen met vrijwilligerswerk om relevante werkervaring op te doen,’ geeft zij als tip mee. Ook benadrukt zij dat je altijd heel duidelijk moet zijn in wat je wilt en wat je kan. ‘Met een beetje mazzel zorg je ervoor dat je naam bij de juiste persoon op het juiste moment op een post- it komt te staan!’ Levi-Strauss (1908 - 2009) was een Frans Cultureel antropoloog die werd beschouwd als een van de grote denkers van de twintigste eeuw. < 1
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Francio Guadeloupe Francio Guadeloupe Culturele antropologie & Ontwikkelingssociologie, en Culturele Maatschappelijke Vorming Nationalisme, media, religie en etnische categorisering 1999 Radboud Universiteit Nijmegen, 2006 PhD Universiteit van Amsterdam Universitair docent aan de Universiteit van Amsterdam
Van activiteitenbegeleider naar docent Antropologie Door: Nadya Ensing, Nienke Woudstra & Monique den Ouden
Francio Guadeloupe zou liegen als hij tijdens zijn studie zijn carrière al helemaal uitgestippeld had. Hij typeert zijn loopbaantraject namelijk als een samenloop van toevalligheden en de plek waar hij nu zit had hij tijdens studie nooit voorzien. Zijn carrière begon in de muziek en een ruzie met een platenlabel was de aanleiding om te beginnen met de opleiding Culturele antropologie en Ontwikkelingssociologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en de opleiding Cultureel Maatschappelijke Vorming. Inmiddels werkt hij als docent Antropologie aan de UvA. Dat lijkt een logische stap na zijn studie Antropologie, maar toch is hier een hoop aan vooraf gegaan.
De onbekende weg van antropologie Guadeloupe behaalde zijn master in ontwikkelingsstudies en richtte zijn onderzoek op de AfroBraziliaanse religies Candomblé and Umbanda in Rio de Janeiro en Salvador da Bahia. Nadat hij zijn studie had afgerond, moest hij goed nadenken wat hij nu eigenlijk wilde. Hij stuitte op de vacature: zorg en activiteitenbegeleider voor demente ouderen. Zonder enige werkervaring solliciteerde Guadeloupe op deze functie en gebruikte bij zijn sollicitatie antropologische theorieën over ouderdom en de dood. Hij beargumenteerde dat zijn antropologische kennis over ouderdom hem tot een uitermate geschikte kandidaat zou maken voor die functie, omdat hij deze kennis kon toepassen in zijn werkveld. Op miraculeuze wijze werd hij aangenomen en merkte hij tijdens zijn werk dat de kennis en competenties die hij bij de opleiding antropologie had opgedaan, heeft geholpen om met demente ouderen te werken. De methoden van cultureel relativisme kon hij in zijn werkveld goed >
5
Begrip door participerende observatie Zijn twee studies zijn van groot belang geweest in Guadeloupe’s tweede baan als jongerenwerker en opbouwwerker in Rotterdam. Door de maatschappelijke stages die hij moest vervullen voor zijn opleiding Cultureel Maatschappelijke Vorming, had hij al enige werkervaring als jongerenwerker kunnen opdoen. Dit pakte voordelig uit bij zijn sollicitatie. Desalniettemin geeft Guadeloupe duidelijk aan dat hij zijn antropologische kennis in zijn werkveld nog altijd inzet. Hij maakte namelijk gebruik van de theorieën van Victor Turner1 over de liminele fase om het gedrag van de jongeren beter te begrijpen. Ook gebruikte hij de ideeën van de marxistische theorie om bewoners bewust te maken van hun economische situatie. Bovendien komen de opgedane competenties, zoals participerende observatie, inlevingsvermogen, zelfreflectie en sterk analytisch vermogen in zijn werkveld goed van pas. Als jongerenwerker heeft hij gebruik gemaakt van deze competenties en dit leidde tot nieuwe inzichten, waar hij tot op de dag van vandaag nog over schrijft. Zijn ondervinding was dat cultuur niet gereduceerd moet worden tot etniciteit, maar de levensstijl veel bepalender is ter verklaring van het gedrag van jongeren. Guadeloupe heeft de jongerencultuur beschreven als: ‘religion of the urban cool’: een jongerencultuur, waarin de consumptiegerichte ethiek van de Amerikaanse hiphopcultuur naar voren komt: ‘get rich quick or die trying.’ Zijn werk met jongeren was een vruchtbare grond om antropologisch onderzoek te doen. Echter keerde het tij en Guadeloupe kreeg een baan aangeboden om voor een milieuorganisatie te werken. Hij kreeg hierbij de mogelijkheid om voor de VN te werken, maar sloeg deze af. Zijn voorkeur ging uit om een PhD te doen, en toen deze kans zich voordeed greep hij deze met beide handen aan. In 2006 promoveerde hij in Sociale en Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam en heeft zijn plek aan de UvA uiteindelijk niet meer verlaten.
Inspiratiebronnen Guadeloupe is nu universitair docent aan de UvA en combineert het lesgeven en antropologisch onderzoek. Zijn kantoor is gevestigd in het Spinhuis en hier is hij dan ook vaak te vinden. Eén van zijn inspiratiebronnen is het werk van Paul Gilroy2. Gilroy´s postkoloniale studies heeft Guadeloupe geïnspireerd in zijn kijk naar de sociale werkelijkheid. Guadeloupe verzet zich, net als Gilroy, tegen etnische categorieën, die we vaak gebruiken om naar de sociale werkelijkheid te kijken. Hij publiceerde onder meer: Zo zijn onze manieren... visies op multiculturaliteit in Nederland (2007, samen met Vincent de Rooij), Chanting down the New Jerusalem. Calypso, Christianity, and Capitalism in the Caribbean (2009) en Adieu aan de Nikkers, Koelies en Makambas. Een pleidooi voor de deconstructie van rasdenken binnen de Nederlandse Caraïbistiek (2010). Momenteel schrijft hij een boek over de rol van conspiracy theories in de Nederlandse samenleving.
Passie voor het vak Hoewel Guadeloupe tijdens zijn studie niet nadacht over zijn toekomstige carrière, stelt hij wel dat zijn stages, vrijwilligerswerk, opleiding en een vleugje geluk hebben geholpen om zijn loopbaantraject succesvol te kunnen doorlopen. ‘Antropologie is een studie, waarbij kennis wordt verworven over de wereld. Het is een studie, waarin je kritisch nadenkt over jezelf en de samenleving.’ Wanneer men kiest om deze
opleiding te volgen, kun je deze studie volgens hem op twee manieren invullen. ‘Enerzijds kan de opleiding zo gestructureerd worden dat deze aansluit op de arbeidsmarkt. Anderzijds kun je tijdens je opleiding experimenteren en ontdekken waar je interesses liggen en kritisch leren nadenken.’ Zelf koos Guadeloupe voor de tweede optie. ‘Natuurlijk kan er altijd een link gemaakt worden met de arbeidsmarkt, maar deze moet niet belemmerend zijn voor andere interesses die men op kan doen binnen de studie,’ aldus Guadeloupe. De allerbeste tip die hij geeft is: ‘volg je passie!’
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Victor Turner, 1920 - 1983, was een Schots cultureel antropoloog. Hij is bekend geworden door zijn onderzoek naar symbolen, rituelen en rites de passage. Daardoor behoort hij tot de stroming symbolische antropologie.
1
Paul Gilroy, 1956, is professor aan de London School of Economics en gespecialiseerd in Cultural Studies en Black Atlantic diaspora culture met belangen in de talloze uitingen van zwarte Britse cultuur. < 2
Marianne Lamers Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam Ontwikkelingssamenwerking 2005 Freelance journalist
Foto: Jerry van der Weert
inzetten en tijdens gesprekken met deze ouderen kwamen onderwerpen van religie en dood veel aan bod. Het was een leuke baan, maar na verloop van tijd wilde hij wat anders.
‘Journalistiek gaat over dingen aan de kaak stellen’ Door: Jasmijn Post & Annemarie Sterk
‘Na mijn afstuderen heb ik samen met een paar vrienden in Kriterion een feest georganiseerd, “Het zwarte gat.” Dat feest was uiteraard grappig bedoeld, maar eigenlijk was dat wel precies de situatie waarin wij ons bevonden. Ik had geen flauw benul wat ik wilde doen,’ vertelt Marianne. ‘Ik had altijd gedacht vanuit Antropologie in de ontwikkelingssamenwerking te eindigen. Dat was wat mij aantrok in antropologie en tijdens mijn studie hetgene dat mij het meest interesseerde. Gaandeweg werd ik steeds kritischer over ontwikkelingshulp, ook door mijn eigen ervaringen. In Benin deed ik mijn masteronderzoek en ik heb daar met eigen ogen gezien dat ontwikkelingshulp vaak averechts werkt: elk sprankje ondernemingszin wordt bij mensen de nek omgedraaid. Ook lopen er ontwikkelingswerkers rond die zich gedragen als een soort moeder Theresa. Die mensen doen het niet vanuit de verkeerde intenties, maar het is frustrerend om te zien dat er van veel niets terecht komt.’ Na haar afstuderen had Marianne verschillende baantjes. Ze was vrijwilliger bij Fair Food en werkte achter de balie bij de Universiteitsbibliotheek. ‘Uiteindelijk ben ik naar een loopbaancoach gegaan. Die wees me op mijn passie voor schrijven en raadde Journalistiek aan. Tijdens mijn studie had ik daar eigenlijk nooit serieus over nagedacht.’ Marianne begint haar journalistieke carrière als stagiaire bij Het Parool. ‘Dat was geweldig, want ik stond vanaf dag twee in de krant. De erkenning voor de moeite van het schrijven van een stuk was ook fijn. Bij Het Parool heb ik uiteindelijk een jaar als wijkcorrespondent gewerkt. Als antropoloog-zijnde werd ik altijd naar de ‘rare mannetjes’ gestuurd. Ik had het gevoel steeds weer hetzelfde trucje uit te moeten halen: lead, opening, middenstuk, uitsmijter. Ik wilde het vak graag echt onder
6
Marianne Lamers
de knie krijgen, les krijgen van ervaren en gevierde journalisten, kijken hoe ze het bij Wall Street Journal of de Herald Tribune deden.’ Daarom begon ze aan de master Journalisitek en Media aan de UvA, waar ze les kreeg van de ‘oude rotten’ in het vak.
Zenuwen of nieuwsgierigheid? Inmiddels is Marianne succesvol freelance journalist, onder meer voor NRC Handelsblad, Het Parool en Ode Magazine. Marianne houdt van schrijven.‘Het is vrij en creatief: je bouwt echt aan een stuk.’ Verder vindt ze het ook geweldig om journalist te zijn. ‘Het is de leukste baan van de wereld. Je ontmoet iedereen, het is avontuurlijk en creatief.’ Ze herinnert zich de eerste keer dat ze voor Het Parool naar een interview ging, op van de zenuwen. ‘Maar dan vroeg ik me af: wat overheerst er meer: de zenuwen of de nieuwsgierigheid? Dat was toch de nieuwsgierigheid.’ Wat ze verder leuk vindt is de afwisseling die het bestaan als freelance journalist biedt. ‘Full-time op de redactie van de NRC lijkt me niets. Ik hou ervan om alleen en onafhankelijk te werken.’
Nietszeggende BN-ers op de voorpagina Marianne heeft wel wat aan te merken op het huidige journalistieke klimaat. ‘Als een blanke, jonge journalist onaangekondigd bij een jongerenkeet vol jonge Marokkanen binnenstapt en letterlijk opschrijft wat ze zeggen en niet doorvraagt, dan is dat makkelijk scoren. Je kunt niet alles zomaar opschrijven. Verhalen hebben tijd, aandacht en een beetje mensenkennis nodig.’ Dat is iets dat ze tijdens haar studie Antropologie heeft geleerd, vertelt Marianne. ‘Antropologen kijken beter, ze nemen meer tijd en oordelen niet zo snel. Dat lijkt tegenwoordig steeds moeilijker te >
Gewoon doen ‘Een tip die ik studenten zou willen meegeven is: gewoon doen. En, niet opgeven, ook al hoor je honderd keer nee. Doorzettingsvermogen is echt belangrijk. Toen ik zelf net klaar was met mijn master journalistiek dacht ik: laat het werk maar beginnen. Vervolgens gebeurde er helemaal niets. Het Parool, waar ik al als freelancer werkte, moest bezuinigen en als eerste werd er op alle freelancers gekort. Ook andere opdrachtgevers waren moeilijk te vinden. Ik heb toen een kantoor gehuurd in een ruimte waar onder andere radiomakers, televisiemakers en journalisten zaten. Zij hielpen me met tips en stelden me gerust door me te vertellen dat zij ook een moeilijke tijd achter de rug hadden die ze als journalist toch overleefd hadden. Het was geen gemakkelijke tijd, maar wel stimulerend om met anderen te werken. Ik heb in die tijd veel afwijzingen gekregen en maar iets van drie keer ‘ja’. Vanuit die drie toezeggingen heb ik echter wel steeds meer opdrachten kunnen krijgen. Het is dus een kwestie van doorzetten en ergens daadwerkelijk voor gaan.’ Inmiddels werkt Marianne weer thuis. ‘Ik merkte dat ik als ik een deadline had steeds vaker thuis ging zitten. Dus heb ik uiteindelijk mijn kantoorplek opgezegd en dat bevalt eigenlijk heel goed.’ <
Naam: Studie: Afgestudeerd: Specialisatie: Huidig beroep:
Anke de Vrieze Culturele antropologie (Bachelor) aan de Universiteit van Amsterdam. 2004 Urban Farming en Stadslandbouw Onderzoekster bij Farming the City
Foto: Merhawi Fessehazion
worden.’ Waar ze zich dan ook boos over kan maken, is een journalistieke glossy als ‘Park’, die zij ‘De Wereld Draait Door’ op papier noemt. ‘Ons kent ons: BN-ers die elkaar complimenteren en voor de helft gevuld met beauty en lifestyle. Zelfs op de voorpagina van de NRC op zaterdag staan nu nietszeggende quotes van BN-ers. Er zijn zoveel mooie verhalen en dan lees je alleen interviews die nergens op slaan. Dat is niet waar journalistiek om gaat. Journalistiek gaat voor mij ook om dingen aan de kaak stellen.’ Zelf doet Marianne dat dan ook met het beeld- en tekstbureau Rafel, dat ze samen met fotograaf Jerry van der Weert oprichtte. In eigen beheer brengen ze fotoboeken uit. Met Rafel bedrijft ze het soort journalistiek dat ze graag ziet. ‘We hebben voor ons eerste boek drie mensen gevolgd en zijn deelgenoot geworden van hun leven. Ik denk dat verhalen beter worden als je betrokken bent.’ Marianne heeft bijvoorbeeld een hiv-patiënt gevolgd en het boek was voor hem een tweede coming out. Ook heeft ze een hartpatiënt gevolgd die uiteindelijk een nieuw hart kreeg. Door zijn verhaal te vertellen heeft ze het donorsysteem aan de kaak kunnen stellen. Het volgende project gaat over de werkstraf in Nederland, dat gepubliceerd zal worden in Het Parool en de NRC en gefinancierd is door het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten.
Farming in Amsterdam Door: Maaike Happel, Merhawi Fessehazion en Nienke Schlette
Anke de Vrieze is afgestudeerd aan de UvA met een bachelor in Culturele antropologie. Daarnaast heeft ze ook een diploma in de Biologische Landbouw. Anke werkt momenteel voor Farming the City, een project in Amsterdam dat zich bezighoudt met productie, verwerking, transport, consumptie van stadslandbouw producten. Daarnaast zijn ze binnen het project ook bezig met de afvalverwerking van voedsel in en rondom Amsterdam. Op dit moment werkt ze aan een project over duurzame logistiek. Anke is Culturele antropologie gaan studeren vanuit haar eigen interesse, en niet perse vanwege de mogelijkheden op de arbeidsmarkt. ‘Nadat ik de UvA had verlaten, werd mij duidelijk dat de studie mij te abstract was. Ik vond het erg interessant, maar ik wilde graag iets praktisch doen. Ik wilde letterlijk met mijn handen in de aarde.’ Na een omzwerving via Ierland is ze Biologische landbouw gaan studeren. Tijdens haar studie vond ze het fenomeen ‘stadslandbouw’ al erg interessant, maar dat was vooral groot in Amerika en het leek ver weg van Amsterdam. Anke werkte daarna veel op verschillende landbouwbedrijven en ze stond op verschillende markten, maar op een gegeven moment begon het weer te kriebelen en wilde ze graag meer cognitieve uitdaging. Ze wilde een volgende stap zetten en werd daarbij geholpen door een loopbaanadviseur. ‘Deze adviseur raadde mij aan om te gaan netwerken, om te gaan praten met mensen die iets doen wat jij leuk vindt.’ Hoewel Anke het idee netwerken in eerste instantie eng vond, bleek het nu ineens heel erg leuk en handig. Tijdens de gesprekken kwam Anke erachter dat stadslandbouw nog steeds haar interesse had en het fenomeen werd nu steeds populairder in Amsterdam. Anke besloot dat haar volgende stap richting de stadslandbouw moest zijn. ‘Op de arbeidsmarkt profileerde ik me niet per se als antropoloog, maar vooral als iemand die een opleiding in de biologische landbouw heeft gedaan en interesse in stadslandbouw heeft.’ Via haar netwerk is Anke aan haar huidige baan bij Farming the City gekomen. ‘Francesca Miazzo, mijn werkgeefster, zocht iemand die haar kon helpen met het afnemen van interviews. Een gemeenschappelijke kennis bracht ons in contact, en zo ben ik erin gerold.’
Anke de Vrieze
Producten bezorgen op de bakfiets In eerste instantie werd Anke voor de duur van het project aangenomen, met de voorwaarde dat wanneer de samenwerking niet goed verliep, het contract van beide kanten opgezegd kon worden. Gelukkig verliep de samenwerking erg goed en Anke mocht blijven om meerdere projecten voor Farming the City te doen. ‘Op dit moment houden we ons bezig met een project over duurzame logistiek in Amsterdam.’ Lokale boeren, horeca en transport worden bij het project betrokken en met elkaar in contact gebracht. ‘Zo hebben wij bijvoorbeeld contact met een jongen die biologische producten met een bakfiets bij klanten thuis bezorgt en zijn wij in gesprek met iemand die goederen vervoerd met een elektrische boot. Amsterdam heeft een mooie infrastructuur wat betreft water – en fietswegen. We zouden daar veel meer gebruik van moeten maken!’ Op de vraag of Antropologie haar helpt in haar dagelijkse werk, zegt ze: ‘Ik vind het lastig om precies te zeggen hoe Antropologie mij nu helpt bij dit project. Ik denk vooral aan mijn technische antropologische vaardigheden als onderzoeker en interviewer. En schrijven, dat komt van pas bij het maken van een projectvoorstel.’ Al pratende komen er meer vaardigheden in haar op die ze toepast. Anke noemt hoe haar achtergrond in de Antropologie haar helpt bij het analyseren van verschillende data, luisteren, open te staan voor nieuwe dingen, te observeren, zaken vanuit verschillende perspectieven te bekijken en een bruggenbouwer kunnen zijn tussen verschillende mensen.
Verplaatsen in de ander
Anke haalt een gesprek dat ze ooit eens had met een horeca ondernemer aan als een voorbeeld van haar competentie als bruggenbouwer. ‘Hij vertelde dat een horeca ondernemer gewend is om 24 uur per dag, zeven dagen per week, allerlei producten te kunnen bestellen en deze de volgende ochtend al in huis te hebben. Dat is een luxe die een systeem waarin lokale seizoens producten worden gebruikt niet kan bieden. Een overgang naar zo’n systeem vraagt om een verandering in het gedrag van de ondernemer.’ Haar antropologische vaardigheden helpen haar zich te verplaatsen in de ondernemer. >
7
‘Wanneer ik hem wil inspireren om biologische en lokale seizoens producten te gaan gebruiken, is het handig te weten dat hij een grote stap moet nemen om de luxe (van een 24-uurs levering) op te geven.’ Over haar antropologische vaardigheden merkt Anke op: ‘Ik vraag me soms wel af in hoeverre deze vaardigheden intrinsiek zijn aan mijn persoon, of dat ik deze competenties tijdens mijn studie heb vergaard? Misschien was het wel een beetje van beide. De vaardigheden in mij zorgden ervoor dat ik Antropologie ben gaan studeren, maar de studie heeft in ieder geval deze vaardigheden in mij verder ontwikkeld.’
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Netwerken is niet eng! Wat Anke antropologiestudenten wil meegeven, is dat netwerken niet eng is. ‘Kom in contact met mensen in jouw interessegebied en praat vanuit je eigen enthousiasme. Een stage kan je hierbij helpen. Het is belangrijk om binnen het veld praktisch bezig te zijn, om zo mensen beter te leren kennen in het veld, en de praktische waarde van je antropologische vaardigheden te leren kennen.’ Meer weten over Farming the City? www.farmingthecity.net
<
Patricia van der Does Culturele antropologie, Film- & Televisiewetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam Visuele antropologie 1992 Zelfstandig documentairemaker, docent film bij CMV aan de HvA
Hoe beeld een andere wereld zichtbaar weet te maken
Patricia van der Does
Door: Lucia Slot
Patricia is zelfstandig ondernemer en documentairemaakster en heeft in haar carrière als filmmaker verscheidene projecten gedaan voor onder andere stichting Vluchtelingenwerk en filmprojecten met kinderen in AmsterdamOost. Ze maakte nieuwsitems voor Volkskranttv en werkte daarnaast als producent en researcher. Op dit moment werkt zij aan een documentaire over dak- en thuislozen in de Staatsliedenbuurt en geeft ze les in film maken bij de opleiding Culturele Maatschappelijke Vorming. Vanuit de gedachte dat beeldtaal van groot belang is voor de samenleving werkt ze als cultureel intermediair om inzicht te bieden in de wereld van de ander. Patricia filmt haar documentaires zonder een vaste story-line. Zo blijft de werkelijkheid beter in stand, en poogt ze de subjectiviteit van de maker van het beeld als visueel antropoloog te beperken. Ze gebruikt film als een methode om mensen te bewegen en veel van haar projecten zijn doorweven met haar antropologische achtergrond.
Visuele antropologie Tijdens haar studie Antropologie en Filmen Televisiewetenschappen heeft Patricia technische vaardigheden opgedaan bij verscheidene cursussen. Maar tijdens haar specialisatie Visuele antropologie heeft ze leren filmen. Zo maakte ze van haar afstudeerproject over moderne hekserij een film. Voor haar studie Film- en Televisiewetenschappen onderzocht zij het documentaire beleid in Nederland. Hierdoor kreeg zij meer zicht op het beroepsbeeld als filmmaker. ‘Want altijd werk hebben als documentaire maker is niet altijd makkelijk, je bent met zoveel in een kleine vijver,’ aldus Patricia. Antropologie bracht haar een bepaalde manier van kijken en met name de filmmethodes die ze tijdens haar studie leerde zijn erg belangrijk geweest voor haar werk. Zo gebruikt ze toegepaste Antropologie in haar research, documentaire stijl en bij lessen op de Hogeschool van Amsterdam. Patricia houdt van jongs af aan al erg van reizen en kan door haar documentaires door
Amsterdam reizen, ‘maar dan op een andere manier.’ Zij wilde haar focus dichter bij huis leggen en in haar eigen omgeving op zoek gaan naar andere culturen.
Werk met passie Patricia begon haar carrière als researcher bij een onafhankelijk documentaire bedrijf. Aan de hand van haar eerste baan als researcher begon ze een duidelijker beeld van de filmwereld te krijgen. Onderhand is ze nu al ongeveer twintig jaar met film bezig. Als freelancer werkt ze aan uiteenlopende projecten met een breed scala aan onderwerpen. Door van haar hobby haar werk te maken, werkt Patricia met passie en enthousiasme. Zij vindt het heerlijk zich telkens weer op een nieuw onderwerp te storten, ‘waardoor er steeds weer een nieuw stukje van de wereld word onthuld,’ aldus Patricia. ‘Toch moet je als zelfstandig documentairemaker wel een lange adem hebben,’ zegt ze. ‘Doorzetten en je passie blijven volgen helpen hierbij. Haal je eigen passie eruit en volg je eigen pas binnen de antropologie,’ adviseert Patricia de studenten antropologie. ‘Als die passie groot genoeg is dan kom je er wel.’
Schreeuw om antropologen Patricia denkt dat Antropologie van belang is, zeker in deze tijd. ‘Ik denk dat mensen een volkomen misplaatst beeld van antropologen hebben. Antropologie blijft onbekend, dat is erg jammer, aangezien de huidige samenleving schreeuwt om antropologen, die inzicht geven, uitleggen en bemiddelen.’ <
Patricia legt uit hoe de camera werkt
8
Ruth van Zorge Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Ruth van Zorge Bachelor Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam Medische antropologie 1996 Planning, Monitoring & Evaluation coördinator, afdeling Internationaal Onderzoek bij Rutgers WPF
De kracht van de medisch antropoloog Door: Guinevere Leen en Maartje Martens Ruth van Zorge heeft in 1996 de master Medical Anthropology afgerond aan de UvA na de bachelor Culturele antropologie en vakken in Voorlichtingskunde en Milieukunde. Ze heeft tijdens haar studie in totaal achttien maanden veldwerk gedaan en heeft twee jaar aan de UvA gewerkt. Ook heeft ze voor verschillende organisaties gewerkt zoals Artsen Zonder Grenzen, War Child en Plan Nederland. Momenteel werkt Ruth bij Rutgers WPF, een kenniscentrum op het gebied van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. Ruth vertelt hoe haar studie heeft bijgedragen aan haar carrière als medisch antropoloog.
Van student tot medisch antropoloog Na de middelbare school heeft Ruth eerst twee jaar gereisd door Sri Lanka en India. Daarna wist ze zeker dat ze Culturele antropologie wilde studeren. Haar van huis uit idealistische instelling speelde daarin een rol. ‘Mijn moeder was vrijwilliger bij Amnesty International en als kind ging ik vaak mee.’ Over haar keuze voor Medische antropologie vertelt ze: ‘Op
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: ` Huidig beroep:
Merel Louter Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam Ontwikkelingsstudies 2007 Beleidsadviseur bij de gemeente Amsterdam
Bruggen slaan tussen beleid en praktijk Door: Ruby Monde, Nienke van Dongen, Mariette Henschen en Branka Dasovic
de middelbare school vond ik Biologie al erg interessant en mijn specialisatie binnen Antropologie werd dan ook al snel Medische antropologie.’ Nog voordat Ruth de master Medical Anthropology ging volgen aan de UvA heeft ze Voorlichtingskunde in Wageningen gestudeerd, want zoals de meeste medische antropologen is ze praktisch ingesteld en wilde ze wat kunnen doen met de opgedane theorie. Door de studie Voorlichtingskunde kwam ze in contact met een programma in Leiden gericht op Milieukunde. Haar onderzoek deed ze op de Filippijnen waar ze de verschillende disciplines combineerde met veel raakvlakken met Medische antropologie. Tijdens haar master Medical Anthropology koos ze als specialisatie het thema reproductieve gezondheid dat begin jaren negentig een “hot” onderwerp was vanwege de HIV/AIDS epidemie en waar veel onderzoek naar werd gedaan. Naast haar studie is Ruth ook actief geweest op het gebied van (vrouwen)rechten; ze heeft voor Amnesty International les gegeven op middelbare scholen en de Internationale Vrouwendag georganiseerd.
De antropologische blik Voordat Ruth werd gevraagd om te solliciteren bij Rutgers WPF, was ze twee jaar werkzaam op de UvA en heeft ze nog tien jaar onder anderen voor Artsen zonder Grenzen, War Child en Plan Nederland gewerkt. Voor Artsen Zonder grenzen deed ze onderzoek in Soedan en Burundi. Bij War Child vroegen ze specifiek naar een antropoloog om vanuit een andere blik naar bepaalde situaties te kijken. Eerder werden hier voornamelijk psychologen en creatief therapeuten voor ingezet. Wat ze leuk vindt aan haar huidige baan is dat het onderzoek dat ze doet wordt ingezet om verandering te laten zien die de programma’s van Rutgers WPF in het buitenland teweeg brengen. De uitdaging daarbij is om draagvlak voor verandering te creëren bij buitenlandse partnerorganisaties door middel van trainingen en goede communicatie. Ruth heeft veel aan haar studie gehad in haar carrière. Als antropoloog leer je volgens haar vanuit een empatisch of emic1 perspectief te denken. Je kunt bijvoorbeeld denken vanuit een target group of vanuit een partnerorganisatie zoals ze dat nu bij Rutgers WPF doet. ‘Ook ontwikkel je interculturele communicatievaardigheden en leer je reflectief te zijn door je eigen rol in een onderzoek te analyseren.’ Daarnaast vindt ze het goed dat je als antropoloog kritisch leert kijken vanaf een afstand. Daardoor blijf je je constant afvragen waar je mee bezig bent, wat het doel is en of je eventueel van koers moet wijzigen. Het heeft volgens haar ook te maken met karakter. ‘Studenten die voor Culturele antropologie
Merel Louter is in 2002 begonnen aan haar studie Antropologie. Na haar bachelor heeft ze erg getwijfeld tussen de Master Antropologie en de Master Internationale ontwikkelingsstudies, waar ze ook een minor in heeft gevolgd en nog een aantal keuzevakken, maar ze bleef toch bij de Antropologie. De ontwikkelingshulp bleef echter wel altijd een plekje in haar hart houden, dus wilde Merel na haar studie graag aan de slag in ontwikkelingssamenwerking. Dat bleek echter geen makkelijke opgave want de banen zijn erg gewild en er zijn altijd kandidaten die meer werkervaring hebben. Maar er moest toch
9
kiezen zijn vaak al nieuwsgierige personen.’ Het veldwerk in het buitenland is volgens Ruth het waardevolste aspect geweest van haar studie. ‘Door mijn langdurige onderzoek in het buitenland heb ik werkgevers kunnen aantonen dat ik onafhankelijk kan werken, een project kan opzetten en afronden, uithoudingsvermogen heb en niet bang ben.’ Deze eigenschappen zijn belangrijk voor een organisatie als Rutgers WPF en het is dan ook geen wonder dat er meerdere antropologen werkzaam zijn.
Promoveren versus buitenland Soms denkt Ruth er nog wel eens aan om te promoveren, maar het langdurig werken in het buitenland trekt haar uiteindelijk toch het meest. Haar partner werkt momenteel veel in Tanzania en samen hebben ze een kind waardoor een baan of langdurig onderzoek in het buitenland op het moment niet praktisch is, maar wie weet nog eens in de toekomst. Ze voelt zich nu in ieder geval erg op haar plek bij Rutgers WPF en ze haalt veel voldoening uit haar werk. Vanuit haar huidige functie werkt ze vooral vanuit het kantoor van Rutgers WPF in Utrecht, maar ze maakt af en toe ook reizen naar het buitenland om partnerorganisaties te ontmoeten.
Tips voor studenten Ruth ervaart dat het in haar voordeel heeft gewerkt dat ze verschillende vakken aan verschillende universiteiten heeft gevolgd en niet een standaard traject heeft afgelopen. ‘Daarmee heb ik duidelijk kunnen laten zien dat ik een brede interesse heb, actief ben geweest en goed om me heen heb gekeken. Ik heb veel tijd in het buitenland doorgebracht en ben daar al tijdens mijn studie mee begonnen door in totaal achttien maanden onderzoek te doen. Die veldwerkervaring hebben de meeste studenten niet en dit is dan ook een voordeel op de arbeidsmarkt. Langdurig onderzoek in het buitenland laat zien dat je proactief, onafhankelijk en een doorzetter bent. Door fondsen aan te schrijven kun je er als je student voor zorgen dat je langer onderzoek in het buitenland kunt doen.’ Wat Ruth achteraf wel jammer vindt is dat ze geen tweede taal heeft geleerd tijdens haar studie. ‘Ik zou dan voor Arabisch hebben gekozen vanuit mijn eigen interesse en bovendien heb ik ervaren dat het een absolute pre is als je in de Arabische wereld aan de slag wilt. Ik raad studenten dan ook sterk aan om een taal te leren tijdens hun studie omdat je daar echt wat aan hebt in je verdere carrière.’ Een emic perspectief is een perspectief ‘van binnenuit’, dus de zienswijze van de groep die de antropoloog onderzoekt. < 1
brood op de plank komen. ‘Zo kwam het dat ik via een advertentie solliciteerde op een vacature voor medewerker bij een taalaanbieder.’ Deze taalaanbieders zijn bureaus in Amsterdam die zich bezig houden met de inburgertrajecten die nieuwkomers al dan niet verplicht moeten afleggen. Het was voor Merel geen droombaan. ‘Het was eigenlijk een baan die onder mijn niveau lag en er waren ook geen doorgroei mogelijkheden, maar ik moest toch ergens beginnen.’
De vertaalslag maken Merel heeft een aantal jaar bij deze
>
Bruggen slaan en nuance aanbrengen
‘Er zullen zich altijd nieuwe kansen voordoen’ Merel vond Antropologie altijd een ontzettend leuke studie, maar ze heeft ook zeker haar twijfels gehad over haar keuze. ‘Ik heb een vriendin die fiscaal recht heeft gestudeerd, en haar werk is eigenlijk best wel leuk en ze verdient echt veel. Ze kon al bij bedrijven aangenomen worden voordat ze überhaupt haar diploma had afgerond.’ Als ze dat hoort denk ze wel eens: ‘Waarom heb ik Antropologie gedaan?’ Maar aan de andere kant was dit wel de juiste keuze voor haar omdat ze ontzettend van haar studie heeft genoten. Bovendien moet je ook veel geluk hebben met het vinden van een goede baan, dat hangt niet alleen van je studiekeuze af. Antropologie is een studie waarbij je niet altijd na het afronden op de plek komt die je zou willen. Maar er zullen zich altijd deuren openen en zich nieuwe kansen voordoen. Zo is dat ook bij Merel gegaan. Ze is tevreden met de plek waar ze terecht is gekomen. Als tip zou ze aan de huidige Antropologiestudenten willen
Merel op haar werkplek in het Gemeentehuis van Amsterdam.
meegeven: ‘Blijf altijd doen wat je leuk vindt. Zo zal je uiteindelijk ook op een plek komen die je leuk vindt. Maar vooral: wees geduldig! Heb geduld en het komt uiteindelijk allemaal wel goed!’ <
Foto: Fatima Bouhouti
De manier waarop Merel heeft leren kijken, schrijven en lezen tijdens haar studie, is erg belangrijk in haar huidige functie. Ook de manier waarop ze communiceert met verschillende partijen is iets dat Merel tijdens haar studie heeft geleerd. Ze brengt verschillende belangen in kaart en deze bemiddelende positie is haar tijdens de studie Antropologie aangeleerd. Kennis uit haar studie past ze niet direct toe, maar vooral de manier van denken en praktische vaardigheden als goed kunnen lezen en schrijven heeft ze meegenomen uit haar studie. ‘Als beleidsmedewerker is het hoofdzakelijke doel om bruggen te slaan tussen het bestaande beleid dat vanuit het rijk wordt geschreven en hoe dat in de praktijk moet worden toegepast. Bruggen slaan is een van de belangrijkste kwaliteiten van de antropoloog.’
Als antropologe is Merel altijd op zoek naar nuance. Hoe politiek tegenwoordig wordt bedreven vindt ze nogal plat. ‘Politici doen regelmatig hele grove uitspraken waar een wereld van nuance achter zit. Het komt vaak genoeg voor dat een hele afdeling van de gemeente ergens mee bezig is en dat dit dan resulteert in een praatje van de wethouder van vijf minuten. ’Merel snapt wel dat niet elk detail in de politiek besproken kan worden, maar dit is toch een onderdeel van haar werk dat ze minder leuk vindt.
Foto: Ruby Monde
vertaalaanbieder gewerkt. De banen die daarop volgden heeft ze niet gevonden via advertenties, maar via haar netwerk. ‘Ik heb verschillende banen gehad op het gebied van de integratie en kwam uiteindelijk terecht bij mijn huidige baan; beleidsadviseur bij de gemeente Amsterdam.’ Haar taak bij de gemeente is voorzien in de vertaalslag tussen het beleid van de overheid en de mensen die het beleid moeten uitvoeren zoals bijvoorbeeld de Taalwijzers. Vaak is het beleid dat door het rijk wordt geschreven nog erg abstract en kunnen de mensen die het beleid moeten uitvoeren er niet zo veel mee. Merel zet abstracte beleidsplannen om naar concretere plannen, waarbij ze rekening moet houden met de belangen van alle betrokken partijen.
Humera Alam. Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Humera Alam Culturele antropologie en Sociologie der niet-westerse samenlevingen aan de Universiteit van Amsterdam Ontwikkelingssamenwerking 2010 Projectleider bij COC Nederland
Antropologie en ontwikkelingssamenwerking Door: Nick van Kampen, Maxine Kuijt en Nienke Roorda
10
Al sinds haar vierde levensjaar weet Humera Alam dat zij een positieve bijdrage wil leveren aan de wereld. Op jonge leeftijd was zij diep geraakt door onderwerpen als ongelijkheid, armoede en onrecht. Vastbesloten hier iets aan te doen, wist Humera dat zij zich bezig wilde gaan houden met ontwikkelingssamenwerking. In eerste instantie volgde Humera een studie HBO rechten, hopend hulpmiddelen te krijgen om het onrecht in de wereld te bestrijden. Deze hulpmiddelen kreeg zij naar haar zin onvoldoende. De opleiding was voor haar te oppervlakkig. Humera ging op zoek naar een studie met meer diepgang, een studie die probeert te verklaren waarom mensen bepaald gedrag vertonen en waarom sommige mensen arm zijn en anderen rijk. Een studie die de oorzaken van armoede, onrecht en ongelijkheid tracht te achterhalen en aan het licht brengt. Humera kwam uit bij Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam.
Heeft ontwikkelingshulp wel zin? ‘Antropologie is als een soort religie geweest,’ vertelt Humera. De studie gaf haar de middelen om haar onderbuik gevoel over ongelijkheid, armoede en onrecht duidelijk te benoemen en te begrijpen. Tijdens haar studie heeft ze in haar vrije keuzeruimte dan ook bewust voor vakken gekozen die betrekking hadden op het veld van ontwikkeling. Door deze vakken is Humera, zo stelt zij, ‘helaas’ anders gaan kijken naar ontwikkelingshulp. Eén van de vakken was volgens haar erg gericht op het bekritiseren van ontwikkelingshulp. ‘Het vak leerde je vooral om extreme kritiek te leveren op de wijze waarop ontwikkelingsorganisaties te werk gaan. Je kon bijna niet anders dan denken: heeft ontwikkelingshulp nog wel >
Een passende baan vinden Na haar studie heeft Humera enkele maanden geprobeerd een passende baan te vinden. Sollicitaties werden keer op keer negatief beantwoord. Ze heeft toen, zoals ze zelf zegt, ‘de stoute schoenen aangetrokken’ en is gaan solliciteren bij COC Nederland, de Nederlandse vereniging tot integratie van homoseksualiteit. Dit omdat ze haar bacheloronderzoek had gedaan naar homoseksuele moslims en de manier waarop
‘Vroeger vond ik mensen die luidruchtig deden in de tram irritant, en nu vind ik ze interessant. Nu kijk ik naar wat er gebeurt, en hoe mensen daarop reageren. Dat observeren van mensen, dat is wel erg leuk.’ Wendy ontdekte na drie maanden Antropologie te hebben gestudeerd aan de UvA dat er ook zoiets bestond als Visuele antropologie. In het eerste jaar werd het haar niet duidelijk wat je nu precies kon doen met Antropologie, dus besloot ze zich op Visuele antropologie te oriënteren en films te maken. ‘Tijdens mijn studie heb ik een lange film gemaakt over de bouw van een viool; “de ideale klank”. Deze film is heel goed ontvangen; bij het programma Zomergasten zijn fragmenten vertoond en hij was zelfs in de bioscoop te zien tijdens de Documentairesalon in Rialto(Bioscoop in Amsterdam). Dat vond ik allemaal hartstikke leuk, dus toen dacht ik, hier ga ik mee door.’ Voor Wendy was het dus al vrij snel duidelijk geworden waar haar passie lag; bij het maken van films en tijdens haar studie heeft ze hier al haar werk van gemaakt. Zo heeft ze met aangevraagd geld een film gemaakt over schaakgrootmeesters en is zij met dit budget haar eigen bedrijf begonnen. Naast haar studie heeft ze aan verschillende films gewerkt en is ze steeds meer gaan filmen. ‘In 1999 begon ik aan de opnames over de vioolmaker, die was in 2000 klaar was . Aan het einde van mijn studie was ik eigenlijk al vier jaar bezig met films maken omdat dat het leukste is wat er bestaat. Mijn afstudeerproject vond plaats in de Filippijnen, tijdens mijn verblijf daar heb ik ook een film gemaakt. Ook werkte ik tijdens mijn studie al als editor en zo is het eigenlijk gegroeid en ben ik verder gegaan met het maken van films en documentaires, onder andere ook voor musea. Inmiddels heb ik al elf jaar mijn eigen bedrijf.’
Films over van alles Naast eigen projecten neemt ze uiteraard ook betaalde projecten aan om in haar inkomsten
homoseksualiteit wordt ervaren binnen ‘de islamitische gemeenschap’ in Nederland. De sollicitatie was erg spannend. Volgens Humera is het in ieder geval belangrijk om bij jezelf te blijven. ‘Presenteer je niet alsof je een ’expert’ bent, maar erken dat je een beginneling bent. Hierdoor kom je juist sterk over in een sollicitatiegesprek.’ Humera werd aangenomen als projectmedewerker, maar heeft eigenlijk het gehele project geleid. ‘Ik had het voor een groot deel aan Antropologie te danken dat ik als projectmedewerker werd aangenomen bij deze organisatie,’ aldus Humera. Het project dat Humera leidde bij COC was gericht op het bespreekbaar maken van homoseksualiteit binnen enkele islamitische gemeenschappen. Voor het project heeft Humera subsidie weten te verkrijgen van E-Motive (Oxfam Novib), waarvoor ze zelfs is afgereisd naar ZuidAfrika. De subsidie was bedoeld om NGO’s uit ontwikkelingslanden een podium te geven en als Nederlandse organisatie te leren van hun ervaring en expertise. Deze aanpak wordt ook wel ‘omgekeerde ontwikkeling’ genoemd en rekent af met controversiële opvattingen dat ‘wij’ in het westen verlichting en kennis moeten brengen naar ontwikkelingslanden. De Zuid-Afrikaanse NGO The Inner Circle bijvoorbeeld, is een islamitische homobelangenorganisatie. Hun werk is leidend
te kunnen voorzien. Zo maakt ze bijvoorbeeld films voor musea als het Amsterdams Historisch Museum. ‘De afgelopen zeven jaar heb ik voor ongeveer alle tentoonstellingen de films gemaakt. Dat gaat over van alles, van modepaleizen tot buurtwinkels. Het meeste geld verdien ik als editor voor een grote consultant die internationaal heel veel doet voor topbedrijven. Daarbij monteer ik video interviews op inhoud. Qua beeld zijn deze films niet heel interessant, maar inhoudelijk wel. Het is meer wetenschappelijk. Hoe meer je doet, hoe meer je groeit. Je kunt niet meteen verwachten dat als je iets gaat doen dat je veel geld gaat verdienen, dat duurt wel tien jaar en dat is ook niet erg.’ Dat deze baan geen stabiel inkomen verzorgt, vindt Wendy niet erg. ‘Ik heb nooit een vaste baan geambieerd, maar dat is natuurlijk een keuze.’ De laatste film die Wendy heeft gemaakt gaat over een molenrestauratie, een lange documentaire, waarin het antropologische perspectief terug komt. ‘Bij deze film is dat interessant, want het gaat over ambacht. Het is etnografisch: hoe wordt iets gemaakt? Het meningsverschil tussen de ambachtsman en het bestuur komt in de film terug. Als antropoloog volg ik de gebeurtenissen zoals ze zich voor mij ontvouwen. Daardoor heb ik laten zien dat er verschillende meningen bestaan over wat “authentiek restaureren” is. En dat maakt de film ook interessant.’
De perfecte combinatie Ze maakt haar films voornamelijk voor zichzelf. ‘Larouche1 heeft dit ooit gezegd: “ik maak films in eerste instantie voor mezelf, in tweede instantie voor de hoofdpersonen, en pas in derde instantie voor het publiek”. Natuurlijk is het leuk als je goede reacties krijgt, maar het liefst maak ik mijn films zo, dat ik er zelf tevreden over ben. En dan is het natuurlijk fijn als andere mensen het ook leuk vinden. Het maken van filmbeelden in combinatie met Antropologie heeft me erg geholpen. Ook
op het gebied van het bespreekbaar maken van de islamitische discours ten aanzien van homoseksualiteit.
Gelukkig geen afgestudeerd rechtenstudent Volgens Humera is Culturele antropologie niet alleen van toegevoegde waarde op de arbeidsmarkt, maar is het ook voor je persoonlijke ontwikkeling van substantiële waarde. Wel vindt zij dat het antropologen nog sterker zal maken - als wereldverbeteraars en ook op de arbeidsmarkt – wanneer er in de opleiding meer aandacht besteed wordt aan het denken in oplossingen. Dit zodat antropologen hun kritisch denkvermogen sneller in kunnen zetten om werkzaamheden, waar dan ook ter wereld, te verbeteren. Volgens Humera hoeven antropologen niet bang te zijn dat zij het moeilijk zullen krijgen op de arbeidsmarkt. Zolang je maar dicht bij jezelf blijft, je onzekerheden durft te noemen en last but not least je eigen kwaliteiten goed kan benoemen. Zoals Humera zelf met een knipoog zegt: ‘Wees maar blij dat je niet tussen al die hordes rechtenstudenten loopt. Zij hebben het pas echt moeilijk. Zij moeten zichzelf exclusief proberen neer te zetten op de arbeidsmarkt. Ik vraag mij af hoeveel rechtenstudenten bij topkantoren eindigen. Dat zijn er niet zo veel hoor.’ <
Alfons van Schijndel
zin?’ Volgens Humera hebben een aantal van haar studiegenoten de hoop om de wereld via een ontwikkelingsorganisatie te verbeteren, inmiddels laten varen. Humera was blij met de ‘kritische blik’ die bij Antropologie op het ontwikkelingswerk werd gegeven, maar constructief was het niet. ‘De studie Antropologie is van onschatbare waarde geweest voor mijn studieloopbaan,’ aldus Humera. Verbeterpunten zijn er natuurlijk ook: hoewel het erg lastig is om concrete oplossingen te bedenken voor de gebreken van ontwikkelingssamenwerking, vindt ze dat daar toch meer aandacht aan besteed zou kunnen worden binnen de opleiding. ‘Als er een studie is, die deze gebreken kan verbeteren, is het wel Antropologie.’
Wendy in actie met de filmcamera.
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Wendy van Wilgenburg Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam Visuele antropologie 2003 Visueel antropologe, antropologisch filmmaakster
Wees trots op je vak Door: Karin Vesseur voor het museum was het feit dat ik antropoloog ben de reden om met mij te gaan werken. Ik zeg ook altijd overal dat ik antropoloog ben, omdat ik vind dat heel veel antropologen daar best trots op mogen zijn. Ik ben visueel antropoloog en filmmaker, maar wel een antropologische filmmaker en dat is een heel belangrijk verschil.’ Als tip voor studenten geeft ze mee dat je vooral je eigen keuze moet maken en daarvoor gaan. ‘Maak een keuze van wat je echt leuk vindt en waar je passie ligt in combinatie met Antropologie. Dat je echt denkt “dit is het”. Bij mij gebeurde dat pas heel laat. Ik wilde iets creatiefs doen en iets met wetenschap, daarom was Visuele antropologie voor mij de perfecte combinatie.’ Christian Larouche, Canadese filmproducent. <
1
11
Foto: Els Duran
Els Duran Naam: Studie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Els Duran Culturele antropologie aan de Universiteit van Anmsterdam 2006 Research journalist/mediamaker
‘Doe alleen wat jij leuk vindt, daar haal je het meeste uit!’ Door: Iris Muller ‘Ik weet niet of ik nou de geschikte persoon ben voor de carrièrekrant, zegt Els. ‘Ik doe voornamelijk wat ik nu leuk vind en plan niet vooruit. Als freelancer heb ik alle vrijheid om te kiezen wat ik wil doen, maar daardoor zit ik ook wel eens in onzekerheid: heb ik over twee maanden nog voldoende geld? ‘ Dat Els echter wel een geschikte persoon is voor de carrièrekrant staat als een paal boven water. Ze is al zes jaar actief op de arbeidsmarkt en heeft gewerkt voor verschillende omroepen zoals IKON, HUMAN, VPRO en Dahl TV. Als researcher werkte ze mee
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Boris Dongelmans Culturele antropologie & Sociologie van niet- westerse samenlevingen aan de Universiteit van Amsterdam, diploma in de Chinese taal en cultuur aan de Xiamen University (China) Antropologie van China en Organisatie antropologie 1997 Eigenaar van Lucid Cube Consulting
‘De kracht van de antropoloog ligt in het doen van goed onderzoek’ Door: Willemijn Rooijmans
12
aan documentaires voor radio en televisie zoals Letters From My Child (IKON) en ‘De Keuringsdienst van Waarde’ (Dahl TV). Op dit moment is ze bezig met een eigen project over statenloosheid, waarin ze samen met een bevriende collega op antropologische en journalistieke wijze in verschillende landen informatie verzamelt over mensen die niet tot het bewuste land behoren. Els is ook aangesloten bij het freelancercollectief ‘Mediaridders’, waar ze een kantoor deelt met nog tien andere mediamakers. Kortom, Els laat ons zien dat je met voldoende nieuwsgierigheid, leergierigheid en een flinke dosis enthousiasme makkelijk kunt overleven als freelance research journalist! ‘Dat ik Antropologie wilde gaan studeren wist ik al toen ik vrij jong was,’ vertelt Els. ‘Op mijn vijftiende zat ik met mijn moeder op de bank naar een documentaire te kijken over een volk in Afrika. Ik werd erdoor gegrepen en mijn moeder vertelde mij toen over een vriend van haar die Antropologie had gestudeerd. Mijn interesse was gewekt en al gauw ontdekte ik, leergierig als ik was, dat dit een studie was waar je heel veel leerde, over heel veel. Mijn droomstudie, zo dacht ik. In mijn eerste jaar kwam ik voor een teleurstelling te staan. De boeken in het Engels waren zwaar, ik wenste veel meer college dan die twaalf uur per week en ik had bovendien nog weinig kennis van mezelf en de wereld. Zo besloot ik na het eerste jaar te stoppen en me te oriënteren op iets anders. Na een jaar werken en twijfelen over alle mogelijke richtingen kwam ik toch weer bij Antropologie uit; ik bleef dat de leukste studie vinden. In het tweede jaar ben ik weer ingestroomd en ben nog steeds ontzettend blij met die keuze. Ik vond het fantastisch!’
Antropologie komt in alles terug Op de vraag wat ze aan haar opleiding heeft gehad in haar huidige werkomgeving, zegt ze lachend: ‘Wat niet? In mijn huidige baan als research journalist en mediamaker ben ik voornamelijk bezig met kijken, informatie verzamelen en dit tot uiting brengen. Zo heb ik voor mijn laatste project als redacteur voor het televisieprogramma De Keuringsdienst van Waarde ontzettend veel research werk verricht, alleen wel in een kort tijdsbestek. Samen met nog iemand ging ik voor dit programma op zoek naar producten die mogelijke onderwerpen konden vormen voor afleveringen. Grappige producten, of producten die vragen bij je oproepen. Zoals een deodorant die achtenveertig uur werkt (dat kan toch helemaal niet?). Vervolgens maak je een lijst met mogelijke thema’s, waarover je in korte tijd informatie vergaart om er achter te komen
‘Ik heb nog geen enkele keer in mijn carrière gesolliciteerd. Dat klinkt misschien een beetje vreemd, maar ik ben altijd gevraagd voor een baan. Ik heb verschillende banen gehad; mijn eerste baan was bij de ambassade in Beijing. Daar werkte ik op het gebied van financiën, mijn functie hield o.a. in het besteden en het investeren van het Nederlandse geld. In mijn latere carrière heb ik met een partner in Nederland projecten ontwikkeld op het gebied van Clean Development Mechanism (CDM) in Cambodja. Het CDM is een artikel uit het Kyoto-Protocol waarbij er projecten worden ontwikkeld zoals het inzetten van (meer) zonnepanelen of efficiëntere boilers. Maar helaas waren deze projecten nog veel
of het geschikt is voor in het programma. Dit betekent heel veel mensen bellen, interviews houden, research doen. Eenmaal besloten welk onderwerp het wordt ga je op zoek naar “keyinformanten” die het verhaal gaan vertellen. Je verzint scènes en zoekt de personages bij elkaar. Het is de kunst om in weinig tijd veel van een onderwerp te weten en de juiste personen te regelen.’ Het observeren, deconstrueren en de informatie vervolgens in een verhaal gieten ontwikkel je volgens Els gedurende de studie. ‘Bij Antropologie wordt alles gedeconstrueerd en leer je dat je niet alles direct kunt aannemen, het is altijd anders dan je in eerste instantie dacht. Je leert goed te luisteren naar wat iemand zegt, maar tegelijkertijd leer je ook te letten op hoe iemand iets zegt door te kijken naar bijvoorbeeld lichaamstaal en taalgebruik. Bovendien wordt je getraind in het observeren van de leefomgeving van een persoon, de kleine handelingen. Antropologie reikt je eigenlijk enorm veel handvatten aan om een mens, een object of een verhaal te benaderen. Naast deze vaardigheden en de theoretische kant van de studie leer je ook hoe je dit vervolgens in een verhaal moet gieten. Alle monografieën, hoe saai ze soms kunnen zijn, zijn eigenlijk voorbeelden van informatie omzetten in verhalen. Het mooiste aan de opleiding vind ik het onderzoek doen. En dat gebeurde naar mijn mening veel te weinig.’
Wat meer onderzoek mag wel Dit laatste vindt Els ook meteen een verbeterpunt voor de opleiding. ‘Je kunt nooit genoeg onderzoekservaring opdoen. Interviews doen, participerende observatie; deze vaardigheden kun je alleen ontwikkelen in de praktijk. Bovendien maakt het je betrokken bij je studie. De meeste vakken gaan over landen ver weg, maar door er een observatieopdracht of een interview in eigen omgeving aan vast te knopen, kom je erachter dat de theoretische kennis en theorieën vaak ook spelen voor fenomenen dichtbij huis. Die brug slaan naar het thuisveld is dus belangrijk voor de student.’ Of ze nog meer tips heeft voor studenten? ‘Ja’, glimlacht Els, ‘dit gaat misschien toch een beetje tegen de regels in, maar ik adviseer het toch: doe alleen wat jij leuk vindt. Volg alleen de vakken die jij interessant vindt, kies niet strategisch want als iets jou niet boeit dan haal je er niets uit. Door mijn nieuwsgierigheid, leergierigheid en eigenwijsheid sta ik waar ik nu sta en geniet ik ontzettend van mijn werk!’
Meer weten over Els? www.mediaridders.net
<
te vroeg voor Cambodja omdat het land hier, op het gebied van beleid, nog niet klaar voor was. Vervolgens werd ik consultant op het gebied van ontwikkelingsprojecten. Een consultant zijn betekent eigenlijk dat mensen of organisaties jou kunnen inhuren als raadgever of adviseur. Elk land heeft een potje voor ontwikkelingssamenwerking. Een deel van dit potje gaat naar medefinancieringsorganisaties zoals bijvoorbeeld Oxfam Novib of Amnesty International, een ander deel gaat naar NGO’s die in relatie staan met overheden zoals de Verenigde Naties. Dan heb je ook nog NGO’s zoals de Wereldbank en the Asian Development Bank. Deze instituties maken (niet veel) winst en richten zich op investeren. Er zijn dus >
Fotograaf: C. Baumann
allemaal velden waarin je kunt werken op het gebied van ontwikkelingssamenwerking. Consultant zijn wil niet zeggen dat ik bij of voor NGO’s werk, maar dat NGO’s mij in kunnen huren. Je kunt als persoon worden ingehuurd, maar voor sommige contracten moet je een bedrijf hebben om ingehuurd te kunnen worden. Dit is de reden dat ik een eigen bedrijf heb opgezet, Lucid Cube Consulting. Ik werk mee aan uiteenlopende projecten bij verschillende bedrijven. Een voorbeeld van een NGO waarvoor ik heb gewerkt is The Asian Foundation (TAF), een NGO die zich bezig houdt met sociale bescherming in Cambodja. TAF biedt vrouwen die het gevaar lopen om de vrouwenhandel in te gaan, alternatieve oplossingen om geld te verdienen. Want vaak zijn financiële problemen de oorzaak van vrouwenhandel. Ik help in zo’n geval mee met het opzetten en bedenken van projecten. Ook kan ik ingehuurd worden om onderzoek te doen. Als er een NGO is die waterputten heeft gebouwd in een ontwikkelingsland wil men een evaluatie over bijvoorbeeld hoeveel minder ziektegevallen er nu zijn.’
‘Toen ik ging studeren wilde ik het liefst Communicatiewetenschappen gaan doen maar dat was toen nog geen volledige studie. Omdat ik wel met een sociale wetenschap wilde beginnen, koos ik ervoor om Antropologie te gaan studeren. Doordat ik altijd al geïnteresseerd was in Azië, China in het bijzonder, wist ik al snel waarin ik mij wilde specialiseren. Ik heb verschillende vakken gevolgd tijdens mijn studie, zoals Visuele antropologie, Organisatie antropologie en een vak over China. De specifieke kennis die ik door het volgen van die vakken heb geleerd
Wat als? ‘Ik weet niet wat er was gebeurd als ik een andere studie had gedaan. Ik denk wel dat ik hetzelfde werk had kunnen doen maar ik denk dat Antropologie met betrekking tot onderzoek doen en vanuit verschillende perspectieven dingen bestuderen mij enorm geholpen heeft. Consulting gaat niet zozeer over hele specifieke vraagstukken maar wel over wat mensen motiveert. Bij armoedebestrijding is het interessant dat je meer aandacht besteedt aan het culturele en sociale aspect van hoe mensen met economie omgaan. Je kijkt naar aspecten waar bijvoorbeeld een econoom niet bij zou stil staan. De kracht van de antropoloog zit hem uiteindelijk in goed onderzoek doen. Verder kan je verschillende perspectieven inbrengen, verbanden leggen die andere mensen niet zien en goed samenvatten. Ja, dit zijn kernpunten van een antropoloog die in ontwikkelingssamenwerking werkt.’ <
foto: Isabel Lara Vega
Boris Dongelmans in Udaipur, India
Boris & Antropologie
mensen aan elkaar koppelen en vooral ook mensen op de hoogte houden waar je mee bezig bent. Je moet je studie zien als een training. Het is daarbij handig om je te realiseren welke vaardigheden je al hebt, welke je hebt geleerd dankzij je studie en welke je nog wilt verbeteren. Voorbeelden hiervan zijn schrijven of analyseren. Ik ben zelf zo dyslectisch als een konijn met vier rode ogen dus in die zin was Antropologie niet de beste keuze voor me maar ik schrijf nu wel rapporten van tachtig pagina’s dik. Dit is te danken aan wat ik heb geleerd tijdens mijn studie. Bij studeren gaat het niet zozeer om het onderwerp zoals ‘ik ben geïnteresseerd in West-Afrika’, maar over welke vaardigheden je beschikt. Het is belangrijk om een duidelijk profiel te hebben, voor jezelf maar vooral ook voor je werkgever.’
was nuttig maar wat ik echt van de studie Antropologie heb geleerd is meer een houding en een manier van kijken. Je krijgt een zekere discipline in je denken. Tegelijkertijd is dat ook een zwakte van de antropoloog. Je hebt soms de neiging om een te relativistisch standpunt in te nemen, terwijl in de realiteit een duidelijke kritische blik soms echt nodig is. Daarom is het ook goed om de kracht van andere wetenschappen te begrijpen en te gebruiken. Binnen de ontwikkelingssamenwerking heb je te maken met enorm veel thema’s: water, landbouw, bestuur, public financing, economie, gezondheid, etc. Het is dus een enorm breed veld. Economie is een erg belangrijke wetenschap, ook binnen de ontwikkelingssamenwerking. Antropologiestudenten zouden eigenlijk basiskennis van die discipline moeten bezitten. Vaak hebben mensen net te weinig kennis om er over mee te praten. Je moet al die verschillende wetenschappen niet zien als onderling in strijd met elkaar, maar je moet weten hoe ze elkaar aanvullen. Verder is het goed om aan je cv te blijven werken en hier al mee te beginnen als je nog studeert. Je zou vrijwilligerswerk of een stage kunnen doen. Er zijn best veel stage-mogelijkheden op het gebied van ontwikkeling. Bijvoorbeeld op de site van ‘One World’ staat een lijst met betaalde opdrachten, een enorme rits van stages die je kunt doen en opties voor vrijwilligerswerk. Ik heb zelf nooit stage gelopen, maar wel onderzoek gedaan bij verschillende bedrijven, o.a. in China bij Shell. Dankzij iemand die ik tijdens mijn onderzoek in China heb ontmoet, ben ik aan mijn eerste baan gekomen, de eerder genoemde functie bij de Nederlandse ambassade in Beijing. Het opbouwen van een netwerk is dus cruciaal. Wat netwerken is? Kaartjes verzamelen, een linkedIn account aanmaken,
Saskia in Sinai –Egypte Naam: Studie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Saskia Griep Antropologie en Sociologie van niet-westerse samenlevingen aan de Universiteit van Amsterdam 1992 Operation and Responsible Tourism, Manager bij Sawadee Reizen
Verantwoord reizen Door: Sacha Buisman, Maurice van Oosten en Charlotte van der Klauw
Na een HBO Toerisme opleiding te hebben voltooid, besloot Saskia Griep een jaar te gaan reizen door Latijns Amerika. Voor haar vertrek had ze zich al ingeschreven voor een studie Bedrijfseconomie in Groningen, maar na haar reis bleek de studie Culturele antropologie toch te zijn wat ze echt wilde. Tijdens haar studie heeft ze een jaar in China gestudeerd, waar ze de Chinese taal en cultuur leerde. Haar eindscriptie, die goed bleek te zijn voor een
13
KPMG/Unicef prijs, ging over straatkinderen in Colombia. Een brede interesse dus, waardoor Saskia niet een bepaalde specialisatie heeft gekozen tijdens haar studie. Na het winnen van de prijs ging Saskia werken bij Unicef in Colombia maar ze kwam er hier snel achter dat NGO’s niet de instellingen waren waarvoor ze lang wilde werken. Het feit dat NGO’s constant bezig zijn met het aankloppen bij instanties om geld los te peuteren om ‘iets’ gedaan te kunnen krijgen stoorde haar omdat er vaak uiteindelijk te weinig gebeurde. Terug in Nederland bleek het moeilijk te zijn om werk te vinden. Ze ging werken voor VluchtelingenWerk Nederland en ze nam er op zaterdag een baantje bij op het reisbureau Sawadee als salesmanager, waar ze vanwege haar afgeronde studie HBO toerisme aan de slag kon. Wat begon als een bijbaantje blijkt nu, 18 jaar later, een baan te zijn waar een antropologische achtergrond een toegevoegde waarde heeft en ze het gevoel heeft meer te kunnen betekenen voor de wereld dan wanneer ze werkzaam zou zijn voor een NGO.
Duurzame reizen Na de functie als salesmanager ging Saskia zich binnen Sawadee bezig houden met het ontwikkelen en samenstellen van reizen. Hierbij kwam haar antropologische schrijfvaardigheid goed van pas bij het opmaken van reisbeschrijvingen. In haar huidige functie is Saskia verantwoordelijk voor MVO: het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Ze is bezig met het duurzaam maken van reizen en ze bestudeert hoe een reis lokale ontwikkelingen teweeg kan brengen. >
Een functie waarin haar antropologische achtergrond volledig tot haar recht komt en een grote meerwaarde heeft. Ze houdt zich bezig met vragen als: ‘Hoe kan ontwikkeling of hulp aangeboden worden, waar is vraag naar en hoe kan er, in samenwerking met de lokale bevolking, gekeken worden naar mogelijkheden die tot verbetering leiden?’ Saskia heeft reizen georganiseerd naar Tanzania, in samenwerking met Hivos, waar fairtrade koffieplantages bezocht werden. De kennis en de inzichten voor de toerist van wat fairtrade nu precies is zorgen voor een eventuele verandering in iemands leefpatroon. Ook vindt ze het prettig dat de financiële hulp direct terechtkomt bij de boer. Tijdens dit samenspel van duurzaam reizen en lokale ontwikkeling staat wederzijds begrip centraal.
Als voorbeeld vertelt Saskia over de problematiek in Zanzibar op dit moment waar het toerisme booming is. ‘Vrouwelijke toeristen dragen korte rokjes, wat binnen deze moslimcultuur niet gewaardeerd wordt. Door uit te leggen hoe in een samenleving op een bepaalde manier gedacht wordt, kan er voor begrip gezorgd worden wat leidt tot inzicht in elkaars wereld en meer begrip tussen culturen. Een reisbegeleider die een antropologische achtergrond heeft, en dus openstaat voor andere culturen, zal hier uitermate geschikt voor zijn’.
Netwerken geblazen! Saskia adviseert: ‘LinkedIn is een absolute must voor elke toetreder van de arbeidsmarkt. Gebruik maken en verstand hebben van de sociale media biedt vele mogelijkheden en
Culturele antropologie in Nijmegen, wat nu overeen zou komen met de masterscriptie, werden de studenten helemaal vrijgelaten. Erica besloot om onderzoek te doen naar zwangerschapsverlies in Kameroen, geïnspireerd door een boek dat ze had gelezen. Ze verbleef vervolgens gedurende vier en een halve maand in Oost-Kameroen. Haar scriptie werd uiteindelijk 150 pagina’s dik, terwijl de limiet eigenlijk 70 pagina’s was. Haar begeleidster raadde haar toen aan om op dit onderwerp te promoveren. Aanvankelijk wilde ze dit niet, ze vond zichzelf te jong en onervaren. Daarom begon ze aan de destijds nieuwe research master African Studies in Leiden. Ze verwachtte op deze manier intensief met onderzoek bezig te zijn, maar toen dit echter niet het geval bleek is ze na een jaar gestopt.
Erica met twee informanten. Het kleine meisje op de foto is naar Erica genoemd, omdat ze bij de bevalling aanwezig was. Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Erica van der Sijpt Culturele antropologie aan de Universiteit van Nijmegen Medische antropologie, reproductieve gezondheid 2005, PhD in 2011 aan de Universiteit van Amsterdam Docent en organisator van verschillende vakken op de UvA, in afwachting van een functie voor postdoctoraal onderzoek
‘Doen, lezen, schrijven, kletsen en een beetje geluk’ Door: Laura van Santen
Erica van der Sijpt is in 2001 begonnen met Culturele antropologie. Zodra ze ontdekt had wat Antropologie inhield, wist ze dat dit de studie voor haar was. Tegenwoordig is ze werkzaam als docent en onderzoekster aan de UvA. Nadat ze haar PhD onderzoek naar zwangerschapsverlies in Kameroen afgelopen november heeft verdedigd, diende ze haar aanvraag voor een postdoctoraal onderzoek in. Nu geeft ze met veel plezier les op onze universiteit. Erica organiseert bijvoorbeeld het vak Sexuality, Reproduction and Health. De rode draad in haar carrière is het volgen van haar passie.
Van student tot antropoloog In de keuze van het onderwerp van het ‘leeronderzoek’ in het vierde jaar van de studie
14
De studie Antropologie is van groot belang geweest voor haar carrière. Zonder deze opleiding zou ze nooit antropoloog zijn geworden en ze betwijfelt of ze in een ander vakgebied even succesvol geweest zou zijn. Door deze opleiding word je volgens Erica een bepaald soort mens. Antropologie heeft haar dan ook de mens gemaakt die ze nu is. ‘Antropologen zijn geïnteresseerd in andere mensen en kijken op een specifieke manier naar de wereld. Als antropoloog leer je bepaalde sociale vaardigheden die je helpen om goed veldwerk te verrichten, naar mensen te luisteren en dingen op te schrijven, maar ook om goed les te kunnen geven en een sociale intuïtie voor je publiek te hebben.’ Verder heeft Antropologie haar geleerd open te staan voor de reacties, ideeën en inzichten van anderen en dat ziet zij als een kracht. ‘Zeker als je onderzoek doet naar reproductieve gezondheidszorg of gezondheidsproblemen, zaken die intiem zijn,’ zegt Erica. ‘Met deze sociale vaardigheden kun je met mensen over dergelijke zaken spreken en hun geheimen begrijpen en delen.’ Hoewel dit elke student wordt aangeleerd, wordt volgens Erica niet elke student een goede antropoloog. ‘Daar moet je gevoel voor hebben.’
Carrière Na een jaar in Leiden te zijn geweest voor de researchmaster besloot ze op onder meer aandringen van haar begeleidster een onderzoeksvoorstel voor haar PhD in te dienen bij de ASSR (nu AISSR). Uiteindelijk was ze, na een langdurige selectie, één van de vijf gelukkigen. Toch was ze nog steeds bang dat ze niet goed genoeg was, maar ze vond
heeft een prominente rol in het hedendaagse netwerken. Daarnaast is het van belang altijd iets te doen met je interesses en bezig te zijn met leren.’ Saskia heeft zelf recentelijk nog een studie Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen aan de Radboud Universiteit in Nijmegen afgerond en zo blijft ze zichzelf ontwikkelen. Verder vindt ze dat een student breed inzetbaar moet zijn. ‘Een student die veel interesses heeft en hiermee bezig is, oftewel gedreven is, maakt zichzelf aantrekkelijker voor een werknemer. Ten slotte zou een antropoloog zich toch enigszins moeten conformeren aan datgene wat er gevraagd wordt. Net zoals NGO’s en commerciële bedrijven soms moeite doen om de handen ineen te kunnen slaan, moet ook de antropoloog een weg zoeken in het proberen hoe zijn of haar idealen geuit kunnen worden binnen de structuur van een bedrijf.’ <
wat ze deed wel heel leuk en interessant, daar wilde ze echt mee door. Passie is naar haar mening dan ook van groot belang om succes te hebben, want passie helpt je om hard werken vol te houden. Bovendien had Erica het voordeel dat ze al in Kameroen was geweest, daar mensen kende en de situatie al enigszins begreep. Zij had haar voorstel en methoden dan ook redelijk snel klaar en wist al snel wat ze wilde gaan doen. Na de veldwerkperiodes heeft ze geanalyseerd en geschreven tot ze het onderzoek in de zomer af had. November 2011 heeft ze haar onderzoek cum laude verdedigd.
Toekomst Nu is ze in afwachting van de uitslag van een aanvraag voor een postdocproject. Haar plan is om onderzoek te doen in Roemenië rondom dezelfde thematiek, namelijk abortussen, zwangerschap en reproductieve gezondheid. Ze zit wederom in een selectieprocedure waarbij er bij elke stap mensen afvallen. Als ze afvalt, moet ze opnieuw kijken wat ze gaat doen. Tijdens het wachten geeft ze les op de UvA. Lesgeven is iets wat ze, naast onderzoek doen, ontzettend leuk vindt. Aanvankelijk begon ze daarmee omdat het een verplicht onderdeel was van haar PhD. Het lijkt haar geweldig om in de academische wereld te blijven zodat ze onderzoek en lesgeven kan blijven combineren, maar het hangt sterk af van wat het aanbod is. ‘Dat is het nadeel van dit werk, je werkt in de academische wereld projectgewijs. Je hebt steeds een contract van een paar jaar en dan ben je weer contractloos dus je weet nooit wat er komen gaat, maar ik heb vertrouwen in de toekomst.’
Volg je passie Uit Erica’s verhaal blijkt dat het van groot belang is om je passie te volgen. Ze raadt aan jezelf af te vragen of je meer theoretisch of praktisch aangelegd bent. Verder adviseert zij studenten hun ideeën met zoveel mogelijk mensen te delen, alleen al voor de input. Vraag experts of ze mee willen denken en ga de dialoog aan. Vervolgens stelt zij dat in de praktijk oefenen de manier is om echt iets te leren. ‘Die ervaring moet je hebben als je als antropoloog aan de slag wil. Zoals eerder gezegd maakt Antropologie je een bepaald persoon, maar dat wordt je vooral door te doen.’ Ze wijst erop dat je geen antropoloog wordt door alleen maar in de boeken te zitten snuffelen. Zoals ze zelf mooi samenvatte: ‘doen, lezen, schrijven, kletsen en een beetje geluk, dan kom je er wel.’ <
Naam: Studie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Masja Cohen Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam 1997 Projectleider & adviseur bij de Gemeente Amsterdam
Antropoloog gezocht! Door: Nishi Kesharie en Claudia van den Aardweg
Masja Cohen
Masja Cohen is niet eenduidig in haar beroep. Sinds haar studie heeft ze al verschillende delen van de arbeidsmarkt verkend. Van de wereld van internationale en nationale nongouvermentele organisaties tot aan de gemeente Amsterdam, waar ze nu werkt als projectleider en adviseur. ‘Ik ben er van overtuigd dat antropologen belangrijke kwaliteiten hebben waarmee ze zich onderscheiden van andere sociale wetenschappen. Antropologen zijn ontzettend waardevol en dat mogen ze best laten zien!’, zegt Masja. Om die reden schreef Masja samen met Ester Sarphatie het boek Gezocht: Antropoloog M/V (2007), waarin ze alle aspecten van antropologische toepassingen op de arbeidsmarkt laat zien.
Van activiste tot gemeenteadviseur Na een lezing van een Pakistaanse activist over mensenrechten tijdens haar studie Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam wist Masja wat ze wilde worden: mensenrechtenactivist. Terwijl ze haar scriptie afrondde tijdens het laatste jaar van haar studie
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig Beroep:
Wendele van der Wiele Bachelor Culturele antropologie en Ontwikkelingssociologie Master in Latijns-Amerikaanse studies aan de Universiteit van Amsterdam Nederlandse Antillen, gender, seksuele gezondheid, armoede, HIV/AIDS en welzijnsbeleid 2010 Rijkstrainee Ministerie van Binnenlandse Zaken & Koninkrijksrelaties Nederlandse Rijksoverheid
Veldwerk: de ultieme kennisvergaring Door: Claire Brandts
besloot ze vrijwilliger te worden bij Amnesty International. Zodoende ging ze drie dagen per week aan de slag als landenspecialist voor West-Afrika en Sierra Leone. Om de benodigde kennis over deze regio te krijgen ging Masja op de antropologische manier te werk. ‘Ik zocht verschillende (West-)Afrikaanse organisaties op in Amsterdam en ging met hen in gesprek om meer over de cultuur te weten te komen. Zo leerde ik niet alleen over West-Afrika, maar ook over Afrikanen in Nederland en hun visie op Amnesty International.’ Na haar vrijwilligerswerk bij Amnesty International werd ze door de organisatie gevraagd de functie van persvoorlichter te vervullen. De organisatorische en communicatieve taken die hierbij kwamen kijken volbracht Masja met veel plezier. Na afsluiting van deze periode kwam ze al gauw bij andere organisaties terecht. Ze werkte bij nongouvernementele organisaties die gefinancierd worden door de overheid, zoals het Universitair Asiel Fonds, VluchtelingenWerk Nederland en Meldpunt Discriminatie Amsterdam. Ook tijdens de functies die ze bij deze organisaties had heeft ze veel gehad aan haar studie Culturele antropologie. ‘Doordat je als antropoloog vanuit andermans ogen leert kijken, kon ik mij beter inleven in de asielzoekers en zo mijn beleid er op aan passen.’ Inmiddels is ze gestopt bij de nongouvernementele organisaties om te gaan werken voor de Gemeente Amsterdam. Dit was niet zozeer een bewuste keuze, maar vooral een logisch vervolg van haar wens om werk te verrichten ten behoeve van vluchtelingen. Tegenwoordig is deze specifieke doelgroep aangepast en werkt zij voor ‘de Amsterdamse burger in de Amsterdamse samenleving.’ Als beleidsadviseur en projectleider bij de Gemeente Amsterdam kwam ze erachter op welke gebieden de antropoloog zich van andere sociale wetenschappers onderscheid. Zo ziet Masja de antropoloog als een bruggenbouwer tussen een organisatie en de doelgroep. Dit heeft voornamelijk te maken met de betrokkenheid van antropologen bij de doelgroep. Deze betrokkenheid ontstaat veelal tijdens het verwerven van inzichten in de groep door middel van het uitvoeren van verschillende onderzoekstechnieken. Daarnaast hebben antropologen, in tegenstelling tot andere wetenschappers, een holistisch en cultuurrelativerend perspectief dat in verschillende beroepsvelden verrijkend kan zijn.
De zwakte maar tegelijk ook de kracht van de studie Antropologie is dat een student niet direct wordt opgeleid voor het uitoefenen van een specifiek vak. Wel leert een Antropologiestudent tijdens zijn of haar studie veel vaardigheden. Veldwerk door middel van participerende observatie is een van die vaardigheden. Deze methode geeft je de mogelijkheid een situatie van alle kanten, standpunten en perspectieven te bestuderen en is daarom uniek. Net als de antropoloog zelf die door het gebruik van onder andere deze methode breed inzetbaar is en zo goed als overal aan de slag kan. Wendele van der Wiele kan hierover meepraten!
Van Curaçao naar de Nederlandse overheid Wendele van der Wiele studeerde in 2008 af op haar bachelor Culturele antropologie en Ontwikkelingssociologie. Direct daarna is ze begonnen aan de master Latijns-Amerikaanse studies aan het CEDLA1 in Amsterdam. In
15
Nog vele mogelijkheden in de toekomst Hoewel ze al sinds 2003 met plezier bij de Gemeente Amsterdam werkt, kijkt Masja uit naar nieuwe carrièremogelijkheden. ‘Veel collega’s verliezen het menselijke aspect van het werk uit het oog. Ik zie mijzelf om die reden misschien wel weer terug gaan naar Nietgouvernmentele organisaties. Maar ik kijk ook niet gek op als ik over een jaar les geef op een middelbare school, of de politiek in zou gaan. Als antropoloog ben je zo veelzijdig.’ <
haar master deed Wendele onderzoek naar de verspreiding van HIV/AIDS onder vrouwen. Ze verbleef hiervoor drie-en- een-halve maand op Curaçao en richtte zich tijdens dit verblijf met name op de sociale, culturele en economische factoren die ervoor zorgen dat vrouwen het risico lopen besmet te raken met HIV. Zo interviewde ze mensen die zich bezighielden met HIV/AIDS vanuit een beleidsmatig of medisch oogpunt en daarnaast voerde ze gesprekken met Curaçaose vrouwen over hun levenswijze. Na een succesvolle afronding van haar universitaire master aan het CEDLA in januari 2010 heeft Wendele anderhalf jaar als zelfstandig onderzoeker en beleidsadviseur gewerkt. Naar aanleiding van haar masterscriptie over de seksuele gezondheid van vrouwen op Curaçao werden er kamervragen over dit onderwerp gesteld. Haar onderzoek fungeerde namelijk als uitgangspunt voor het ontwikkelen van interventies gericht op HIV/AIDS en soapreventie. ‘Dit leidde kort na mijn afstuderen >
tot een aantal bijzonder leuke en interessante opdrachten, op en over de eilanden van de (voormalig) Nederlandse Antillen,’ laat Wendele weten. Deze opdrachten hadden volgens Wendele zeker raakvlakken met haar opleiding Antropologie. In opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, heeft ze en nulmeting uitgevoerd naar abortus op Bonaire, Saba en Sint Eustatius. Door het onderzoek dat ze uitvoerde kreeg Wendele vervolgens de publicatie ‘Abortus provocatus op de BES-eilanden - Een nulmeting’ op haar naam. Tijdens haar periode als zelfstandig onderzoeker heeft ze veel aan haar antropologische studie gehad. Methoden van onderzoek, veldwerkervaring en de inhoudelijke kennis die ze tijdens haar afstudeeronderzoek heeft opgedaan hebben haar enorm geholpen in haar verdere onderzoekswerk.
Blijven leren… Hoewel ze dit werk met veel plezier gedaan heeft, vond ze het geen juist begin van haar carrière. Ze wilde niet direct als zelfstandige aan het werk maar wilde zich eerst verder ontwikkelen binnen het werkveld van onderzoek en beleid. Zo zocht ze een omgeving waarin ze hierover meer kon leren en die omgeving heeft ze gevonden. Ze solliciteerde namelijk voor het Rijkstraineeship van de Rijksoverheid waar ze uiteindelijk ook voor werd aangenomen. In dit traineeship, waarin ze wordt opgeleid tot beleidsmedewerker bij de Nederlandse Rijksoverheid, is volgens Wendele veel aandacht voor de professionele en persoonlijke ontwikkeling van een beginnend werknemer. ‘Je leert de overheidssector goed kennen en daarnaast word je geconfronteerd met jezelf. Je leert ook jezelf goed kennen door samen te werken met mensen vanuit een andere vakkundige achtergrond.’ Op dit moment werkt Wendele aan beleidsontwikkeling op het gebied van grote ICT- projecten van de Rijksoverheid. De algemene werkzaamheden van trainees bestaan veelal uit het verkennen en het analyseren van maatschappelijke problemen en het evalueren van het huidige beleid. Daarbij wordt
veelvuldig overleg gevoerd met verschillende instanties, overheden en belangenorganisaties. Dit vormt vervolgens de basis waarop de trainees beleidsvoorstellen schrijven en besluitvorming begeleiden. In de praktijk houdt dit in dat de trainees deelnemen aan verschillende projectgroepen, bijeenkomsten organiseren, werkgroepen leiden, en (voorstel) nota’s schrijven. Het Rijkstrainee programma is zo ingericht dat je binnen twee jaar op drie verschillende werkplekken binnen de Rijksoverheid aan de slag gaat. Het kan dus zijn dat je niet altijd direct bezig bent vanuit je eigen achtergrond omdat je juist breed wordt opgeleid. Daarom zegt Wendele weinig van haar antropologische achtergrond gebruik te maken in haar huidige werk. Echter er zijn wel bepaalde competenties nodig voor het kunnen doen van haar werkzaamheden en deze heeft zij ontwikkeld tijdens haar studie Antropologie. ‘Denk maar eens aan sociale souplesse, het snel overzicht verwerven over brede terreinen, schrijfvaardigheid, het in verband kunnen brengen van verschillende disciplines en maatschappelijk deelgebieden en als laatste het kwantitatief en kwalitatief analyseren van data en gegevens.’ Toch wil Wendele ook meer inhoudelijk bezig zijn met Antropologie en ze wil er dan ook voor zorgen dat haar toekomstige opdracht wel inhoudelijke raakvlakken gaat hebben met haar eerdere masteronderzoek en de maatschappelijke zaken of problemen op de eilanden van de (voormalige) Nederlandse Antillen. Antropologie is volgens haar zeker van meerwaarde binnen het beleidswerk van de overheid. Wendele vindt dan ook dat de praktische toegevoegde waarde van antropologisch onderzoek voor bijvoorbeeld beleidsontwikkeling onderbelicht is. ‘Veldwerk is een uitstekende methode om aan kennis en inzichten te komen die je op een andere manier niet kunt opdoen.’
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de werkplek van Wendele
zijn dat veel mensen de studie inhoudelijk niet kennen.’ Wendele adviseert dan ook alle Antropologiestudenten vooral veel naast hun studie te doen. Dit kan zijn in de vorm van veel reizen en het opdoen van buitenlandervaring of kennis opdoen binnen bestuursfuncties bij bijvoorbeeld een studentenvereniging. ‘Je moet laten zien dat je naast je studie nog veel meer in je mars hebt. Je moet jezelf als het ware onderscheiden van de rest en daarom is het ook erg belangrijk vroegtijdig een specialisatie te kiezen binnen je opleiding. Op deze manier word je specialist van een klein afgebakend gebied en wordt jouw meerwaarde in het vakgebied veel duidelijker.’ Daarnaast vindt Wendele dat doelgericht studeren gewoon een stuk gemakkelijker is. Specifieke plannen voor de toekomst heeft Wendele nog niet. Ze werkt het komende anderhalf jaar nog voor de Rijksoverheid en wat de volgende carrièrestap is weet ze nog niet. ‘Er zijn namelijk zoveel mogelijkheden.’ Daarom houdt ze haar opties graag open. CEDLA : Centrum voor studie en documentatie van Latijns Amerika www.cedla.uva.nl < 1
Onderscheid jezelf, houd je opties open ‘We hoeven als Antropologiestudenten dan ook niet bang te zijn dat we nooit aan het werk komen maar we moeten ons er wel van bewust
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Geja Roosjen Culturele antropologie aan de Universiteit van Amsterdam Senegalese vissers en hun natuurlijke en sociaaleconomische omgeving 2005 Projectmanager IVN International
Een antropoloog als internationaal projectmanager Door: Ariane Timmermans
Geja Roosjen .
Van 1994 tot 1998 heeft Geja Roosjen Culturele antropologie gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam, maar toen ze haar scriptie ging schrijven bleken de data die ze had opgedaan in haar onderzoek niet toereikend. Na een lange tijd aan haar scriptie gewerkt te hebben, heeft ze deze toen niet kunnen voltooien. In 2005 ging ze terug naar de universiteit en is opnieuw onderzoek gaan doen. Ditmaal deed ze in Senegal onderzoek naar de relatie van de vissersgemeenschapYoff met hun natuurlijke en sociaaleconomische omgeving. Ze bestudeerde de problematiek die heerste rond de visserij en keek in haar onderzoek naar een manier waarop
16
het vissen duurzamer kon. Op dit onderwerp is ze afgestudeerd. ‘Mijn interesse voor de relatie tussen cultuur en natuur werd hierdoor aangesterkt en ik was nog meer gemotiveerd om hier mijn carrière van te maken.’
Van secretaresse tot projectmedewerker Geja kon niet direct aan het werk in het soort baan dat ze wilde, omdat haar studie in eerste instantie niet afgerond was. Ze wist wel dat ze geïnteresseerd was in een baan als projectmanager voor een non-profitorganisatie en heeft daarom tussen 1998 en 2005 >
verschillende banen gehad bij non-profit organisaties. Vaak werkte ze als secretaresse en droeg ze op deze manier bij aan de projecten die deze organisaties uitvoerden. Op deze plek leerde ze veel over de praktische kant van de projecten. Deze ervaring kon ze optimaal inzetten toen ze na haar afstuderen de kans kreeg om projectmedewerker te worden bij IVN International1. IVN is een organisatie die zich bezig met educatie over natuur en milieu. De organisatie heeft als doelstelling om door middel van educatie de relatie tussen mens en natuur te verbeteren, want dit leidt volgens hen tot een duurzamere samenleving. Toen Geja er begon, was IVN International een nieuw opgezet onderdeel van de werkzaamheden van IVN. Waar de educatieprojecten van IVN zelf zich focussen op Nederland, gaat IVN International over de grens en zet projecten op in het kader van natuur en milieueducatie in het buitenland. Een kennis die bij IVN werkte raadde Geja aan om te solliciteren naar een stageplek bij IVN International, omdat de doelstelling van de organisatie direct aansloot op haar interessegebied. De plek kreeg ze, en Geja ging aan de slag als projectmedewerker.
Nu als projectmanager Werkend als projectmedewerker had Geja al een aantal veranderingen meegemaakt in het team waarmee ze in eerste instantie
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
mee begonnen was. Na twee jaar te hebben gewerkt in deze functie, werd haar de functie van projectmanager aangeboden. ‘Ik had niet verwacht dat dat zo snel zou gebeuren, maar ik vond het wel heel erg leuk.’ Ze greep de kans met beide handen aan. De twee belangrijkste projecten waarmee ze zich op dit moment bezig houdt zijn projecten die trainingen opzetten in verschillende Europese landen en in Marokko. Haar functie houdt in dat ze de projecten bedenkt, voorstelt en de uitvoering ervan begeleidt. ‘Ik houd me bezig met de manier waarop de projecten worden uitgevoerd, maar ik bewaak ook de kwaliteit van de inhoud. Ik breng bovendien een paar keer per jaar bezoeken aan de plekken waar de projecten werkelijkheid worden om daar zelf een bijdrage te leveren en de uitvoerders te begeleiden.’
Begrijpen wat mensen drijft Geja merkt dat de studie Culturele antropologie haar een belangrijke basis heeft gegeven. ‘Als ik opnieuw zou mogen kiezen, zou ik weer voor Antropologie kiezen.’ Zo heeft ze door Antropologie, met name door haar veldwerk, een goed inzicht in hoe mensen dingen doen en hoe je hen het beste kunt begeleiden. Ze merkt dat het in haar functie heel belangrijk is dat ze weet hoe ze zich in mensen kan verdiepen en begrijpen wat hen drijft. Tijdens de projecten past ze dit telkens toe door voor iedere groep mensen de juiste
manier van training te ontwikkelen. ‘Veel voordeel heb ik van het feit dat ik dankzij Antropologie nu goed kan schrijven. Dat kan zeker niet iedereen waarmee ik werk.’ Ook heeft Antropologie haar interesse voor andere landen en culturen versterkt. Hierdoor zal ze, als ze in de toekomst op zoek is naar een andere baan, zich op een functie met een internationaal component blijven richten. Wellicht het belangrijkst vindt Geja dat ze tijdens haar studie goed logisch heeft leren denken. Dit is elke dag weer van belang in haar baan. De vaardigheden die ze naast haar competenties als antropologe nodig had om een goed projectmanager te zijn heeft ze al doende opgedaan. Allereerst tijdens haar werk als secretaresse bij non-profit organisaties. Daarnaast leerde ze veel terwijl ze werkte. Voor haar twee belangrijkste projecten heeft ze alles zelf uitgezocht en opgezet, waar de uitvoering logischerwijs uit volgde. Geja heeft zich met haar basis in Antropologie en haar persoonlijke kwaliteiten en ervaring kunnen ontwikkelen tot een succesvol projectmanager.
IVN International zet in verschillende landen projecten op die natuur en milieueducatie lokaal bevorderen. IVN biedt af en toe interessante stageplaatsen aan voor antropologen: www.IVN.nl <
1
Ellen Bakker Culturele antropologie en Sociologie van niet-westerse samenlevingen aan de Universiteit van Amsterdam Medische antropologie 2004 Kerndocent bij de Masteropleiding ANP (Advanced Nursing Practice) en onderzoeker bij het Kenniscentrum Zorginnovatie aan de Hogeschool Rotterdam
De antropologische blik binnen gezondheidszorgonderwijs Vanuit Ellens interesse voor de culturele aspecten van gezondheid, ziekte en haar wens ontwikkelingswerk te gaan doen, ontvouwde zich haar passie voor Antropologie. Ze werkte als projectmedewerker bij Amsterdam Thuiszorg (nu Cordaan) en later als innovatiemedewerker en junioronderzoeker bij het voormalig Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn, het NIZW (nu ondergebracht in o.a. Vilans, Movisie en het Expertisecentrum Mantelzorg ). Na haar afstuderen werd ze projectleider en beleidsmedewerker bij Markant (Steunpunt Mantelzorg Amsterdam en Diemen) en op dit moment werkt ze als kerndocent aan de Hogeschool Rotterdam voor de master opleiding. Daarnaast werkt ze als onderzoeker voor de onderzoeksafdeling van de hogeschool. Kun je daar Antropologie voor gebruiken? ‘Jazeker!’
Intrigerende migrantenpatiënt ‘Na een periode als HBO verpleegkundige in een ziekenhuis en in de wijkverpleging gewerkt te hebben ging de beperkte visie
op patiëntenzorg van mijn collega’s mij tegenstaan. Eén gebeurtenis kan ik me nog goed herinneren: tijdens een nachtdienst in een academisch ziekenhuis waar ik als uitzendkracht een week werkte, bemerkte ik dat een Surinaamse patiënte niet serieus genomen werd in haar klachten. “Besteed maar niet te veel aandacht aan haar; ze simuleert,” werd mij medegedeeld door één van de verpleegkundigen. Mijn intuïtie vertelde mij haar juist in de gaten te houden. Ik bleek gelijk te hebben: deze mevrouw werd nog diezelfde avond, nadat ik haar bewusteloos vond, verplaatst naar de Intensive Care. Daarbij vond ik dat deze patiënte, al zou ze simuleren, net zoveel recht had op zorg en aandacht als andere patiënten. Dit incident heeft mede bijgedragen aan mijn keuze om Culturele antropologie te gaan studeren. Ook als wijkverpleegkundige merkte ik dat de zorg aan migrantenpatiënten vaak schraler was, dat deze patiënten meer tijd vergden omdat de communicatie en de sociaaleconomische omstandigheden complexer lagen. En dat veel collega’s zich
Foto: Roy Borghouts
Door: Afke Tangenbergh
Ellen Bakker (links) met collega’s, Ada ter Maten-Speksnijder (met boek), Krista Coppoolse (rechts) en Henk Vermeulen, hogeschooldocent. onmachtig voelden bij deze groep cliënten. Ik denk dat elk gedrag vanuit de beleving van de patiënt rationeel is, maar dat het achterhalen van iemands drijfveren de uitdaging is. Ik wilde graag tools hebben om dit te kunnen. En dan niet alleen het gedrag en de beleving van patiënten maar ook die van hulpverleners zelf.’ >
17
‘Ik studeerde vanuit mijn interesse en passie, dat was voor mij belangrijker dan hoge verwachtingen van een carrière of salaris. Tijdens mijn studie heb ik de verpleging vaarwel gezegd en vond ik een baan als projectmedewerker bij het landelijk Steunpunt Gespecialiseerde Verzorging, daar kon ik veel meer creativiteit in kwijt. Daarna ben ik gevraagd voor de functie van junioronderzoeker bij Vilans, het voormalig NIZW, waarbij we onderzoek deden naar thuiszorgpatiënten met psychische problematiek. Na twee jaar solliciteerde ik bij Markant (Steunpunt Mantelzorg Amsterdam en Diemen), voor de baan als projectcoördinator van Markant in de buurt!, een project dat gericht was op het opzetten van een lokale structuur voor en het diversifiëren van het aanbod mantelzorgondersteuning in het multiculturele stadsdeel AmsterdamZuidoost. Op dit moment werk ik als kerndocent en onderzoeker aan de Hogeschool te Rotterdam bij de Masteropleiding Advanced Nursing Practice. Ook voor deze functie ben ik gevraagd, zo werkt dat dan. Ik heb best veel banen gehad omdat ik steeds iets nieuws wilde leren, en dan bouw je ook een netwerk op, zodat mensen aan je denken bij een vacature. Voor mij werkt het dus het beste via via.’
Antropologische blik op de gezondheidszorg ‘Mijn werkzaamheden zijn onder meer de uitvoering en ontwikkeling van het onderwijs op het gebied van informele zorg, transculturele zorg, internationalisering, patiënten- en gezondheidsvoorlichting, projectmanagement, academische
vaardigheden en kwalitatieve onderzoeks vaardigheden. Ook het coachen en begeleiden van studenten bij het uitvoeren van praktijkgericht verpleegkundig onderzoek en het schrijven van de mastertheses hoort daarbij. Een praktisch voorbeeld van wat ik doe is het begeleiden van studenten bij het schrijven van een casestudy. Hierin gaan studenten het eigen handelen onderzoeken aan de hand van een woordelijk en zintuiglijk uitgeschreven dialoog met een patiënt die zij begeleiden. Daarbij is mijn antropologische blik zeer bruikbaar, ik kan goed zien dat gezondheidszorg een systeem is met bepaalde regels en dat het niet waardevrij is. Zo kijk ik er ook naar met de studenten die ik coach, ik laat ze zien dat ze in een politiek krachtenveld terecht komen, waarin er verschillende (soms tegenstrijdige) belangen spelen en dat het helpt om die drijfveren duidelijk te krijgen.’
Vertrouw op je eigen inzichten ‘Dit werk had ik niet kunnen doen zonder mijn studie Antropologie, sowieso moet je voor deze baan een master hebben gedaan. De meeste collega’s zijn verplegingswetenschappers, maar er werkt ook nog een andere medisch antropoloog in ons team. Tijdens mijn studie was de boodschap dat je aan kwantitatief onderzoek weinig had. Dit maakte mij als wetenschapper onzeker omdat ik in mijn werk wel veel samenwerkte met kwantitatief geschoolde onderzoekers. Het is goed om te horen dat het huidige curriculum veranderd is, en er veel meer aandacht is voor kwantitatief onderzoek. Ik voel meer voor mixed methods omdat dit betere onderzoeksresultaten oplevert, vooral in het type onderzoek waar ik mee te maken heb, namelijk het praktijkgerichte onderzoek. Ik heb tijdens mijn studie goed
Naam: Indra Trautwein Studie: Culturele antropologie Specialisatie: Podiumkunst en Latijns Amerika Afgestudeerd: 2005 Huidig beroep: Educator bij het Scheepvaartmuseum
‘De uitdaging is kennis vanuit de Antropologie concreet te maken’ Door: David Riupassa en Janay Creton
Het vernieuwde Scheepvaartmuseum is sinds enkele maanden weer open voor het publiek. Ruim elf maanden is Indra Trautwein hier werkzaam als educator. Een gewilde positie, maar haar ervaring bleek doorslaggevend bij de sollicitatie. Tijdens haar studie begon Indra al aan haar loopbaan binnen de museale wereld. Door zich te richten op praktische vaardigheden tijdens en na de studie heeft zij een goede combinatie kunnen vinden met de kennis die zij heeft opgedaan bij haar studie Antropologie.
18
leren interviewen, puzzelen met data vanuit verschillende bronnen, die naast elkaar zetten en daar een lijn in zien. Ook heb ik geleerd vanuit verschillende perspectieven te kijken, daar heb ik nu veel aan in mijn werk, bij de casestudies kan ik mijn studenten leren dit ook te doen. Verder pluk ik nog steeds de vruchten van het schrijfpracticum, dat was heel inspirerend. Voor mijn afstudeeronderzoek heb ik veldwerk gedaan binnen een home based care AIDS-project in Malawi. Ik deed onderzoek naar de bespreekbaarheid van HIV/AIDS binnen het project en de invloed hiervan op coping strategieën. Ik heb geleerd geheel zelfstandig te werk te gaan, ik was in een gebied zonder voorzieningen en heb alles zelf moeten organiseren om mijn onderzoek te kunnen doen. De masterthesis zie ik als een meesterproef, echt een initiatie. Ik denk er nu ook over om een promotievoucher aan te vragen. In het HBO-onderwijs kun je met subsidie twee dagen per week betaald werken aan een proefschrift. Ik heb een interessant onderwerp en ook al een promotor gevraagd, nu nog de tijd vinden om een voorstel te schrijven. Mijn advies aan studenten is te vertrouwen op je eigen inzichten en ideeën, als je dat niet kunt, kan je dit werk ook niet doen.’ Websites http://www.kenniscentrumzorginnovatie. nl/home/ http://hogeschoolrotterdam.nl/ opleidingen/master-advanced-nursing practice/duaal http://www. werkenbijhogeschoolrotterdam.nl/ http://www.vilans.nl/ http://www.movisie.nl/ http://www.mezzo.nl/ http://www.cordaan.nl/ http://www.markant.org/ <
Zoeken naar iets concreets ‘Ik heb vóór mijn studie Antropologie een tijdje in Spanje gewoond om Spaans te leren. Dit leek mij een goede investering.’ Deze kennis kwam inderdaad goed van pas tijdens Indra’s latere scriptie voor het doctoraal. Zij deed tijdens haar veldwerk in Peru onderzoek naar Afro-Peruaanse podiumkunst. Het onderwerp kwam niet uit de lucht vallen. ‘Tijdens de studie staan veel vakken vast. Waar mogelijk probeerde ik podiumkunst als thema te integreren in mijn opdrachten. Het onderwerp sprak mij aan omdat ik van presentaties houd; om zelf te geven maar ook om te ontwikkelen en mensen te leren hoe zij zelf presentaties kunnen geven. Daarnaast had ik als hobby dansen, ook een creatieve vorm van vertellen. Je schrijft veel voor de studie, maar het zit er bij mij in om verhalen ook op een andere manier te vertellen. Met dit afstudeeronderwerp kon ik mijn ei helemaal kwijt.’ Daarnaast koos Indra in het derde jaar voor het keuzevak Didactiek en Communicatie (aan het ILO). Dit was de eerste aanleiding tot Indra’s latere loopbaan in de museale wereld. ‘Je moest een snuffelstage doen van acht dagen bij een school of educatieve instelling. Als kind kwam ik al graag bij het Tropenmuseum. Vandaar dat ik voor deze plek koos. De mensen waren heel toegankelijk en ik kon er direct
Ruben Bouwens
Carrièreperspectief minder belangrijk
Indra tijdens haar danstraining . een plekje krijgen. Op deze plek kwam ik in aanraking met de praktijk en kon ik in plaats van schrijven ook echt producten ontwikkelen die fysiek tastbaar zijn.’ Behalve een stage geeft Indra ook aan hoe belangrijk het is om al richting te geven aan je vaardigheden en de thema’s die je interessant vindt. ‘Dit maakt je studie concreet en bovendien maak je ook jezelf interessant voor een werkgever. Ik wist niet wat ik later precies wilde worden, maar was wel altijd bewust van het gegeven dat je >
jezelf interessant moet maken. Hierdoor heb ik wel vertrouwen gehad in mijn loopbaan. Ik wist, hoewel misschien een beetje naïef, dat ik wel goed terecht zou komen.’ Indra beaamt dat dit bij veel studenten nog ontbreekt. ‘Vakken zijn vaak erg breed en analytisch. Ik kan me voorstellen dat het dan best moeilijk kan zijn om keuzes te maken en praktische vaardigheden te ontwikkelen.’
Vanaf haar stage bij het Tropenmuseum begon het balletje te rollen. De stage liep uit op een functie als gids en museumdocent en uiteindelijk na de studie op een fulltime baan. ‘Het was een stukje geluk dat de functie er kwam, maar tegelijkertijd was ik er ook heel enthousiast over. Dat hielp zeker. Ze wisten dankzij de stage wat ze aan mij hadden.’ Na haar functie als rondleidster ging ze programma’s ontwikkelen voor het basisonderwijs en weer later werd ze medewerker bij speciale evenementen. Indra heeft dus bij het Tropenmuseum aardig wat ervaring opgedaan. Het werk bleek goed aan te sluiten bij haar studie. Voor een project over Caraïbisch carnaval ging ze naar de Caraïben om onderzoek te doen. ‘Ik mocht betaald veldwerk doen, dat was natuurlijk een droom die uitkwam! Ik zocht materialen en sprak een hoop mensen. Ik voelde me als een vis in het water.’ Na ruim vijf jaar bij het Tropenmuseum besloot Indra om een switch te maken. Ze ging aan het werk als freelance presentatrice. Om als presentatrice aan het werk te gaan bleek moeilijker dan gedacht. ‘Uiteindelijk beviel het mij niet. Ik vond het toch leuker om zelf programma’s te maken. Plus, vind maar eens een vaste baan als presentatrice, dat is heel moeilijk. Ik wilde het liefst in de educatie-hoek aan het werk, dus ik besloot opnieuw te gaan solliciteren.’ Dat Indra in Het Scheepvaartmuseum terecht kwam was voornamelijk te danken aan de rijke ervaring die zij had opgedaan in het Tropenmuseum. Makkelijk was het echter niet. ‘Er zijn veel mensen die dit werk willen doen,’ vertelt ze. ‘Ik had geen netwerk of ingang binnen het museum. Ik heb gewoon op een advertentie gereageerd, een brief geschreven en gesolliciteerd.’ Wel was Indra tijdens de sollicitatie zeker van haar capaciteiten. ‘De vereisten in de advertentie sloten perfect aan op hetgeen ik had gedaan in het Tropenmuseum.’ Bovendien is Het Scheepvaartmuseum gericht op maritieme cultuur, ook een onderwerp dat te vinden is binnen de Antropologie. Als educator ontwikkelt zij nu rondleidingen, schoolprogramma’s en werft en traint ze museumdocenten. De pedagogische aspecten van het ontwikkelen van de programma’s heeft ze in de praktijk geleerd. Voornamelijk in de voorbereiding van educatieve programma’s blijkt ze ook veel te hebben aan haar studie Antropologie. ‘Als ik moet onderzoeken, moet je een duidelijk beeld hebben van het onderwerp, de doelgroep en de mensen die je daarbij nodig hebt. Ook de juiste vragen stellen en informatie kunnen selecteren zijn vaardigheden die daarbij nodig zijn. Het medium is echter anders. Je wilt de kennis uitdrukken in korte educatieve teksten, beelden of materialen en niet in lange academische artikelen. Voor mij is dat een uitdaging: de kennis van Antropologie concreet maken en op deze manier toepassen.’ <
Foto: Dien Faasen
Groeien en verkennen
De crew in Indonesië voor de documentaire Tuan Papa v.l.n.r. Annegriet Wietsma (regie), Jean Hellwig (producent, geluid), Ratih Prebatasari (camera)
De interesse voor Visuele antropologie heeft Jean tijdens zijn studie opgedaan. Een docent Antropologie bracht hem in contact met antropologische films en hij was onmiddellijk verkocht: ‘Ik dacht meteen: dat wil ik ook. En dat kan ik niet alleen, dat kan ik nog wel beter ook.’ Gemotiveerd als hij was, studeerde hij af met de combinatie van een film en een scriptie, richtte het bedrijf ‘Hellwig Productions’ op en twijfelde vooral niet te veel over het succes van zijn toekomstige carrière. Hoewel Jean een duidelijk doel voor ogen had, had ook hij tijd nodig om er achter te komen wat hij precies wilde. Deze tijd nam hij gedurende zijn studie. Hij specialiseerde zich in het Midden Oosten, studeerde een half jaar in Leiden om Indonesisch te leren, vertrok voor een jaar naar Indonesië om te studeren aan de dans en muziek academie en ontwikkelde zijn liefde voor antropologische films. Gedurende deze jaren ontdekte hij niet alleen wat hij interessant vond, maar leerde hij ook zichzelf kennen. ‘Ik ben echt blij dat ik de tijd had om zelf een beetje te rijpen, ook binnen de studie; die tijd blijkt gewoon nodig,’ aldus Jean.
Carrière als documentaire maker Antropologie is het startpunt geweest voor het maken van documentaires en speelt nog steeds een belangrijke rol in de onderwerpen die Jean kiest voor zijn documentaires. ‘Mijn interesse en focus in mijn werk en daarbuiten blijft gericht op dingen die te maken hebben met cultuuruitwisseling, internationale samenwerking of interculturele ontmoetingen.’ Deze culturele en antropologische interesse dreef hem na zijn studie tot het organiseren van een filmfestival voor wereldmuziek en hiermee was de eerste stap richting zijn carrière als regisseur en producent gezet. Naast de invloed die de studie Antropologie heeft op de onderwerpen die Jean behandelt in zijn documentaires, komen ook veel antropologische kwaliteiten van pas in het werk dat hij doet. Schrijven is bijvoorbeeld heel belangrijk. ‘Al gaat het alleen al om het eruit persen van een jaarverslag.’ Ook heeft Antropologie hem leren kijken naar cultuur, wat heel belangrijk is als je een cultuur in beeld wil brengen. Antropologie heeft inzicht
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Jean Hellwig Culturele antropologie en Ontwikkelingssociologie aan de Universiteit van Amsterdam Midden Oosten, Indonesië en Visuele antropologie 1990 Regisseur en filmproducent, eigenaar ‘Hellwig Productions’, CEO Vista Far Reaching Visuals en docent
‘Doe nooit wat je niet leuk vindt’ Door: Rose Doolan
geboden in de invloed van cultuur op een individu. ‘Dat bepaalt voor een groot deel hoe je communiceert met anderen. Antropologie is eigenlijk in alles van invloed geweest, want het antropologische gedachtegoed neem je altijd met je mee.’ Toch viel er als beginnend documentairemaker nog een hoop te leren. ‘Ik had eigenlijk helemaal geen idee van hoe de wereld rond documentaires in elkaar zit.’ Deze onbekwaamheid hield hem echter niet tegen in het diepe te springen. ‘Ik heb natuurlijk wel heel erg veel geleerd van het gewoon doen. Door het organiseren van filmfestivals en het maken van films in opdracht heb ik veel werkervaring opgedaan die mij hielpen in mijn carrière.’ Antropologie is dus niet de basis voor alles in zijn carrière, ook werkervaring heeft een belangrijke rol gespeeld.
Waar een wil is, is een weg Het bedrijf dat Jean na zijn studie oprichtte heeft hij nog steeds en ondertussen is hij ook directeur van stichting Vista Far Reaching Visuals. Zijn aanvankelijke plan succesvol documentairemaker te worden bleek dus niet onrealistisch, want tegenwoordig mag hij zichzelf wel zo noemen. Hoewel hij tevreden is over wat hij heeft bereikt, ging dit niet zonder slag of stoot. ‘Het is wel gewoon een constante strijd. En iedere meter moet bevochten worden. Dat is niet altijd leuk. Maar ik denk dat dit overal zo is, of overal zo zou moeten zijn, anders ben je niet bezig met uitdagingen.’ Het werk lijkt hem op het lijf geschreven, maar daar heeft hij dan ook zelf hard voor gewerkt. >
19
Jean werkt zelfstandig en onafhankelijk als regisseur en filmproducent, en houdt zich daarin voornamelijk bezig met antropologische onderwerpen. Zijn affiniteit met Antropologie
komt voort uit zijn gemengde afkomst; Indonesisch en Nederlands. Van jongs af aan reisde hij – mede door zijn roots – veel en kwam hij in aanraking met verschillende culturen.
Naam: Studie: Specialisatie: Afgestudeerd: Huidig beroep:
Vanuit deze basis begon hij zijn carrière als antropoloog en filmmaker. Voor meer informatie: http://hellwig.home.xs4all.nl/
<
Lieve van Kessel Culturele antropologie en Sociologie der niet-westerse samenlevingen aan de Universiteit van Amsterdam Visuele antropologie 2006 Freelance Project-Ontwikkelaar bij Elance
De kracht van doorzettingsvermogen Door: Kiki Collot d’Escury en Ellen Hell
Lieve van Kessel Oud hockey-international Lieve van Kessel was al van jongs af aan met hockey bezig. Haar hockeycarrière begon bij Hilversum (HMHC) en in 1999 verruilde ze haar eerste hockeyclub voor Hockeyclub ’s-Hertogenbosch, waarmee ze vijf keer de nationale landstitel en vijf keer de Europa Cup 1 veroverde. Vanaf 2002 maakte ze deel uit van de nationale selectie en in 2004 deed ze mee aan de Olympische Spelen in Athene, waar het Nederlands elftal een zilveren plak mee naar huis nam. De verloren finale was het einde van haar carrière als international. Lieve besloot zich daarna meteen te storten op haar studie, die ze tijdens de voorbereidingen op de Olympische Spelen op een lager pitje had gezet.
Meteen aan de slag ‘Tijdens mijn studie wilde ik het liefst hardcore antropoloog worden en onderzoek doen aan de universiteit was altijd mijn droom. Na mijn afstuderen heb ik even gekeken of ik daarin verder kon, maar ik heb deze droom nooit echt concreet nagejaagd.’ De combinatie van topsport en studie zorgde ervoor dat Lieve langer deed over haar afstuderen. Om deze reden besloot ze, nadat ze haar studie had afgerond, meteen op zoek te gaan naar een baan. ‘Ik wilde gewoon werken, ik was klaar met mijn studie.’ Haar interesse lag zeker in het derde en laatste jaar in de ontwikkelingssector. Die focus veranderde gedurende de studie van ontwikkeling naar gender studies en Visuele antropologie. Uiteindelijk was Visuele antropologie het hoofdonderwerp waarover zij haar afstudeerscriptie schreef. Lieve’s veldwerk vond plaats in Georgië, waar ze bronnenonderzoek deed naar het werk van de Georgische fotograaf Dimitri Jermakov. ‘Door mijn veldwerk had ik wat contacten binnen de museumwereld en zo kwam ik terecht bij een bureau (een multimediabedrijf, red.) als researcher. Dit bureau maakte tentoonstellingen voor musea en daarbij was fotografie erg toepasselijk. Het kwam dus niet
20
uit de lucht vallen maar of ik mijn opleiding als antropoloog hier echt bij gebruikte? Nou nee, eigenlijk niet. Van onderzoeker veranderde mijn rol gaandeweg naar projectmanager. Ik begon mijzelf een beetje kwijt te raken. Het was allemaal erg creatief, aan de ene kant wel interessant, maar ik kwam erachter dat het toch niet helemaal mijn ding was.’ In deze functie als projectmanager kon ze haar affiniteit met Antropologie niet kwijt en geen research doen, wat ze erg jammer vond. Na drie-en-een-half jaar besloot ze dan ook weg te gaan bij het multimediabedrijf.
De volgende stap Momenteel werkt Lieve in Amsterdam-West als freelance project manager bij stichting Elance, een bedrijf dat zich richt op maatschappelijke innovatie en ontwikkeling. Daarnaast geeft ze ook nog hockeytraining. Bij Elance werkt Lieve gedeeltelijk betaald en gedeeltelijk op vrijwillige basis. ‘Op dit moment zijn we bezig met twee projecten en een derde is in de voorbereidings face. Eén van deze projecten is een theaterproductie Betwixt and Between… Het project heeft als doel jonge meisjes afkomstig uit etnische minderheidsgroepen tussen de leeftijd van 13 tot 24 zichtbaarder te maken buiten de omgeving waarin zij leven. Ze zitten nu namelijk tussen twee culturen, thuis en op straat. De meisjes maken in samenwerking met een jonge theatermaakster en een choreograaf een persoonlijk stuk dat voor velen herkenbaar zal zijn. Het tweede project, “Meiden Maatjes” richt zich op meisjes tussen de 12 en 18 jaar en heeft tot doel deze groep meiden sterker en zekerder te maken in hun zelfbeeld en multiculturele identiteit. Meisjes die lastig meekomen op school of problemen ondervinden in het dagelijks leven, worden gekoppeld aan een maatje. Ze krijgen extra aandacht in de vorm van steun, vriendschap en advies. De maatjes zijn studenten en deze worden weer trapsgewijs door ons gecoacht. De studenten nemen de eerste stap om deze meisjes een beetje plek te geven en uit hun isolement te halen, wat heel moeilijk is.’
Het nut van de studie Alhoewel Lieve nog niet het idee heeft dat ze haar antropologische oog verder heeft kunnen ontwikkelen, komt haar affiniteit met gender en cultuurverschillen wél sterk naar voren in haar huidige baan. ‘Wat ik heel erg heb meegekregen en wat altijd in mijn achterhoofd zat tijdens mijn studie, is dat mensen dingen doen vanuit hetgeen hen is aangeleerd (nurture or culture,
red.).’ Het niet-veroordelen en het aanbrengen van nuances zijn ook twee belangrijke lessen die ze heeft meegenomen vanuit haar studie.
Sport en studie omzetten in werk Tot nu toe heeft Lieve de combinatie van studie en haar ervaring als topsporter nog niet om kunnen zetten naar haar professionele werk. Dit is echter wel een grote wens. ‘Ik ben nu in contact met Sciandri, een bureau dat zich richt op sportief-maatschappelijke oplossingen op het gebied van sociale, pedagogische en welzijnsvraagstukken. Op operationeel, tactisch en strategisch niveau werken zij samen met instanties en bedrijven. Dan kom je vooral terecht bij project- en beleidsmatig werk. Bij Sciandri vinden ze mij vooral interessant door mijn sportervaring. De affiniteit die ik zelf heb met sport kan ik verbinden met mijn studie Antropologie.’ De ervaring als topsporter heeft voor Lieve ook veel voordelen gehad met betrekking tot de werkvloer. ‘Sport heeft mij heel veel gebracht; het samenwerken in teamverband, discipline, doelen stellen en resultaten behalen op hoog niveau, zijn eigenschappen die ik heb ontwikkeld als topsporter en die ik heb kunnen, en nog steeds kan, toepassen in mijn werk. Bijvoorbeeld het kunnen omgaan met stress: het verliezen van de Olympische finale van Athene in 2004 en de aanloop ernaartoe was een van de meest stressvolle gebeurtenissen in mijn leven. Naast de geboorte van mijn twee dochters, zoals alle moeders natuurlijk kunnen beamen. Hierdoor ben ik erg stressbestendig geworden, een eigenschap die zeer van pas komt op de werkvloer. Topsport is hard werk, je moet altijd tot het gaatje gaan.’
Op zoek naar een baan Volgens Lieve moet je met een studie als Antropologie op zak ook creatief zijn tijdens het zoeken naar een baan, het zelf opzoeken en misschien wel creëren. ‘Werken is iets anders dan studeren, het is een zoektocht. Je wordt pragmatisch. Daarnaast word je ook gestuurd door andere gebeurtenissen in je leven. Dat is helemaal niet erg, dat hoort er ook bij. Ik denk dat het belangrijk is dat je zorgt dat je in die sector terecht komt waar je het meeste affiniteit mee hebt.’ Over de vraag of ze haar carrière een andere draai wil geven antwoordt Lieve: ‘Ik heb wel het idee dat ik hier op m’n plek ben. Onderzoek doen hoef ik niet meer, veel te romantisch!’ www.stichtingelance.nl www.sciandri.nl
<