Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie (BSc) Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 20122013
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
I
Inhoudsopgave
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 1 Bachelor Maatschappijwetenschappen jaar 1 Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2
1 1 2
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 verplichte vakken
2
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 keuzevakken 1
2
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 keuzevakken 2
2
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 3
3
Honours Programme
3
Honours Programme Profileringsruimte bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie Universiteitsminoren
3 4 4
Minor Brain and Mind
4
Minor Sport, Bewegen en Gezondheid
5
Minor Geschiedenis van het Nederlands Protestantisme
5
Minor American Studies
6
Minor Inleiding in de West-Europese archeologie
7
Minor Aan de slag met Literatuur
7
Minor Psychologie en het Brein
8
Minor Development Studies
9
Minor Entrepreneurship
9
Minor Frontiers of Multicultural Societies
9
Minor Goede doelen, filantropie en non-profits
10
Minor International Security
10
Minor Netwerken in de informatiemaatschappij
10
Minor Organizational Culture
11
Minor Ethiek en sociale filosofie
11
Minor Wetenschap ter discussie: historische controverses en filosofische dilemma's
12
Minor Web Science
12
Keuzevakken FSW
13
Minor Communicatiewetenschap
15
Minor Politicologie
15
Vak: Academische kern: Wetenschapsfilosofie I (Periode 1)
15
Vak: American Literature 1900-present (Periode 2+3)
16
Vak: Analyselab (Periode 3)
18
Vak: Anthropology of Religion (Periode 1)
19
Vak: Antieke numismatiek (Periode 2)
20
Vak: Bachelorpaper antropologie (Periode 3)
21
Vak: Bachelorthesis culturele antropologie en ontwikkelingssociologie (Periode 5+6)
22
Vak: Bachelorwerkgroep culturele antropologie en ontwikkelingssociologie 1 (Periode 1)
23
Vak: Bachelorwerkgroep culturele antropologie en ontwikkelingssociologie 2 (Periode 2+3+4+5+6)
24
Vak: Bachelorwerkgroep maatschappijwetenschappen 1 (Periode 1)
25
Vak: Bachelorwerkgroep maatschappijwetenschappen 2 (Periode 2+3)
26
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
II
Vak: Bachelorwerkgroep maatschappijwetenschappen 3 (Periode 4+5+6, Zomerperiode)
27
Vak: Bachelorwerkgroep politicologie 2 (Periode 2+3)
28
Vak: Beleid en besluitvorming (Periode 1)
28
Vak: Beschrijvende en inferentiële statistiek (Periode 4)
29
Vak: Besturen van de samenleving (Periode 4)
31
Vak: Bestuur, politiek en samenleving (Periode 2)
32
Vak: Bestuurs- en organisatiewetenschap praktijkproblemen (Periode 4)
32
Vak: Biologische Psychologie (UM) (Periode 1)
34
Vak: Business Anthropology (Periode 1)
35
Vak: Changing Identities in Southeast Asia (Periode 4)
36
Vak: Civil Society (Periode 2)
37
Vak: Cognitive Neuroscience (Periode 1)
38
Vak: Cognitive Neuroscience and Neuropsychology (UM) (Periode 2)
39
Vak: Communicatieklassiekers (Periode 3)
39
Vak: Communicatiewetenschap (Periode 1)
40
Vak: Comparative Political Research (Periode 2)
41
Vak: Creative Writing (Periode 2)
42
Vak: Culture and Citizenship (Periode 2)
44
Vak: Cultuur en nieuwe media (Periode 4)
45
Vak: Cultuur, macht en diversiteit (Periode 2)
46
Vak: De netwerksamenleving (Periode 1)
47
Vak: De stad als merk (in Europa en de VS) (Periode 2)
48
Vak: De virtuele organisatie (Periode 2)
49
Vak: Decision Making and Institutional Development (Periode 6)
50
Vak: Democratie 2.0 (Periode 2)
51
Vak: Development and Globalization (Periode 1)
52
Vak: Development from an Interdisciplinary Viewpoint (Periode 3)
53
Vak: Economie, markt en overheid (Periode 5)
54
Vak: Enterprising Regions (Periode 2)
55
Vak: Entrepreneuring in Amsterdam (Periode 3)
57
Vak: Entrepreneurship and Networks (Periode 2)
58
Vak: Entrepreneurship Industry (Periode 1)
60
Vak: Environment and Development (Periode 1)
61
Vak: Ethics and Integrity of Governance (Periode 2)
62
Vak: Ethnographic monographs (Periode 5)
63
Vak: EU Governance in an International Context (Periode 4)
64
Vak: Europe and the Pax Americana (Periode 2)
65
Vak: Evolutionary Psychology (UM) (Periode 2)
66
Vak: Filosofie van management en organisatie (Periode 5)
67
Vak: Filosofische ethiek I (Periode 2)
68
Vak: Gedrag en communicatie in organisaties (Periode 4)
69
Vak: Geschiedenis van de filantropie (Periode 1)
70
Vak: Global Political Economy (Periode 2)
71
Vak: Global Religion and Local Diversity (Periode 2)
72
Vak: Het verhaal van een opgraving (Periode 1)
73
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
III
Vak: Het Zuiden van de Verenigde Staten ()
74
Vak: History and Theory of Anthropology (Periode 3)
75
Vak: History of Political Thought (Periode 1)
76
Vak: HP Ethnographic Monographs (Periode 5)
77
Vak: HP Individual Project in Sociology (Ac. Jaar (september))
78
Vak: HP Part of Research Practical in Anthropology (Periode 6)
79
Vak: HP Part of the Bachelor Thesis in PAOS (Periode 5+6)
79
Vak: HP Part of the Bachelor Thesis in Political Science (Periode 5+6)
80
Vak: HP Part of the Bachelor Thesis in Sociology (Periode 5+6)
81
Vak: HP Part of the Bachelor's Thesis in Anthropology (Periode 5+6)
82
Vak: HP Research Colloquium in Political Science (Periode 4+5+6)
82
Vak: HP Research project in Communication Science (Periode 4+5+6)
83
Vak: HP Research Project in PAOS (Periode 4+5+6)
84
Vak: HP Research Seminar Evolutionary Approaches in Sociology (Ac. Jaar (september))
85
Vak: HP Research Seminar Sociology (Ac. Jaar (september))
85
Vak: HP Research Seminar Sociology of Social Problems (Periode 2)
86
Vak: Identity and Diversity in Organizations (Periode 2)
87
Vak: Identity, Ethnicity and Nationalism (Periode 2)
88
Vak: Impact van het Romeinse leger op de grensstreken van het Romeinse Rijk (Periode 2+3)
89
Vak: Inleiding editiewetenschap (Periode 1+2)
90
Vak: Inleiding Filantropie (Periode 1)
91
Vak: Inleiding Inspanningsfysiologie (Periode 1)
92
Vak: Inleiding Psychologie (UM) (Periode 1)
94
Vak: Instituties (Periode 5)
94
Vak: Intercultural Communication (Periode 1)
95
Vak: International Relations and Global Governance (Periode 4)
96
Vak: Interpersoonlijke communicatie (Periode 2)
97
Vak: Introduction Entrepreneurship (Periode 1)
98
Vak: Introduction to American Studies (Periode 1)
99
Vak: Kernthema's organisatiewetenschappen (Periode 1)
100
Vak: Kernthema's van de antropologie (Periode 1)
101
Vak: Kwantitatieve onderzoeksmethoden (Periode 2)
102
Vak: Law of International Security (Periode 2)
103
Vak: Literaire kritiek (Periode 1+2)
104
Vak: Marketing en persuasieve communicatie (Periode 1)
105
Vak: Marketingcommunicatie 2.0 (Periode 4)
106
Vak: Mechanisms of Brain Diseases (Periode 2)
107
Vak: Media and the Individual (Periode 4)
108
Vak: Media Entertainment (Periode 2)
109
Vak: Media in het publieke domein (Periode 4)
111
Vak: Meesterwerken uit de wereldliteratuur (Periode 1+2+3)
112
Vak: Methoden en technieken van kwalitatief onderzoek (Periode 4)
113
Vak: Methoden en technieken van kwalitatief organisatieonderzoek (Periode 2)
114
Vak: Methodologie van sociaal-wetenschappelijk onderzoek (Periode 2)
115
Vak: Mind and Machine (Periode 3)
117
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
IV
Vak: Minor these (afsluitend werkstuk) (Periode 3)
118
Vak: Moderne samenlevingen (Periode 1)
118
Vak: Mondiale geschiedenis (Periode 5)
119
Vak: Multiculturele samenlevingen (Periode 4)
120
Vak: Multivariate Analyse (BSc) (Periode 4)
121
Vak: Nature versus Nurture (Periode 1)
122
Vak: Neuro- en Revalidatiepsychologie (Periode 3)
123
Vak: Nieuws en journalistiek (Periode 5)
124
Vak: Non-Profit en Charity Marketing (Periode 2)
126
Vak: Oefening bestuur, beleid en organisatie (Periode 6)
127
Vak: Onderzoekspracticum filantropie (Periode 3)
128
Vak: Onderzoekspracticum kwalitatief (Periode 6)
129
Vak: Onderzoekspracticum kwantitatief (BSc) (Periode 1)
130
Vak: Organization Politics (Periode 2)
131
Vak: Organizational Culture and Change (Periode 4)
132
Vak: Organizational Discourse and Narrative Analysis (Periode 3)
133
Vak: Organizations in the 21st Century (Periode 4)
134
Vak: Political Analysis (Periode 6)
135
Vak: Politics of International Security (Periode 1)
137
Vak: Prehistorie van Nederland (Periode 1)
137
Vak: Professionele en thematische oriëntatie antropologie (Periode 4)
138
Vak: Professionele en thematische oriëntatie sociologie (Periode 4)
139
Vak: Public Management (Periode 1)
140
Vak: Public Relations and Reputation Management (Periode 5)
142
Vak: Radicalization and Conflict (Periode 1)
143
Vak: Recht van overheid en bedrijf (Periode 4)
144
Vak: Religieuze boekcultuur (Periode 2)
145
Vak: Religieuze regimes (Periode 1)
146
Vak: Research Paper International Security (Periode 3)
147
Vak: Research toolbox (UM) (Periode 3)
147
Vak: Reuzen van de sociologie (Periode 2)
148
Vak: Revalidatie (Periode 1)
149
Vak: Romeins Gallië en de Germaanse provincies (Periode 2+3)
150
Vak: Schrijvershuisbezoeken (Periode 2+3)
151
Vak: Security and Policing (Periode 1)
152
Vak: Seminar publieke opinie en communicatie (Periode 3)
153
Vak: Social Capital and Networks (Periode 2)
154
Vak: Social Inequalities and the Welfare State (Periode 4)
155
Vak: Social Structure and Political Mobilization (Periode 5)
156
Vak: Sociale en culturele filosofie (Periode 1)
157
Vak: Sociale en politieke filosofie (Periode 2)
159
Vak: Sociale geschiedenis van de Verenigde Staten (Periode 1)
160
Vak: Sociale media (Periode 1)
161
Vak: Sociologie van de 21e eeuw (Periode 3)
162
Vak: Sociology of Globalization and Multiculturalism (Periode 1)
163
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
V
Vak: Sportpsychologie (Periode 1)
164
Vak: State, Power and Conflict (Periode 1)
165
Vak: Strategie en besluitvorming (Periode 4)
166
Vak: Talent en Talentontwikkeling (Periode 3)
166
Vak: The Developing Brain (Periode 2)
167
Vak: The Senses and the Emotions: Working with Anthropology and History (Periode 5)
168
Vak: Theologische Tradities (Periode 1)
169
Vak: Theorie en empirisch onderzoek (Periode 4)
170
Vak: Toegepaste Inspanningsfysiologie (Periode 2)
171
Vak: Urban Struggle (Periode 3)
172
Vak: Verklaringen voor prosociaal gedrag (Periode 2)
173
Vak: Web Analysis (Periode 2)
174
Vak: Web Information (Periode 1)
175
Vak: Web Science (Periode 3)
176
Vak: Web Society (Periode 2)
177
Vak: Web Technology (Periode 1)
178
Vak: Wetenschapsfilosofie (Periode 5)
179
Vak: Wetenschapsfilosofie II (Periode 2)
181
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
VI
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 1 Opleidingsdelen: - Bachelor Maatschappijwetenschappen jaar 1 Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Bachelorpaper antropologie Periode 3
6.0
S_BPAPA
Bachelorwerkgroep culturele Periode 1 antropologie en ontwikkelingssociologie 1
6.0
S_BWcao1
Bachelorwerkgroep culturele Periode 2+3+4+5+6 antropologie en ontwikkelingssociologie 2
6.0
S_BWcao2
Beschrijvende en inferentiële statistiek
Periode 4
6.0
S_BIS
Cultuur, macht en diversiteit Periode 2
6.0
S_CMD
Instituties
Periode 5
6.0
S_I
Kernthema's van de antropologie
Periode 1
6.0
S_KA
Methodologie van sociaal- Periode 2 wetenschappelijk onderzoek
6.0
S_MTSWO
Mondiale geschiedenis
Periode 5
6.0
S_MG
Multiculturele samenlevingen
Periode 4
6.0
S_MCS
Bachelor Maatschappijwetenschappen jaar 1 Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Bachelorwerkgroep Periode 1 maatschappijwetenschappe n1
6.0
S_BWmsw1
Bachelorwerkgroep Periode 2+3 maatschappijwetenschappe n2
6.0
S_BWmsw2
Bachelorwerkgroep Periode 4+5+6, maatschappijwetenschappe Zomerperiode n3
6.0
S_BWmsw3
Beschrijvende en inferentiële statistiek
Periode 4
6.0
S_BIS
Cultuur, macht en diversiteit Periode 2
6.0
S_CMD
Instituties
6.0
S_I
Periode 5
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 1 van 181
International Relations and Global Governance
Periode 4
6.0
S_IRGG
Methodologie van sociaal- Periode 2 wetenschappelijk onderzoek
6.0
S_MTSWO
Moderne samenlevingen
Periode 1
6.0
S_MDS
Mondiale geschiedenis
Periode 5
6.0
S_MG
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 Opleidingsdelen: - Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 verplichte vakken - Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 keuzevakken 1 - Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 keuzevakken 2
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 verplichte vakken Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Cultuur en nieuwe media
Periode 4
6.0
S_CNM
Ethnographic monographs
Periode 5
6.0
S_ETHMO
History and Theory of Anthropology
Periode 3
6.0
S_HTA
Methoden en technieken van kwalitatief onderzoek
Periode 4
6.0
S_MTKOZ
Onderzoekspracticum kwalitatief
Periode 6
6.0
S_OPKL
Reuzen van de sociologie
Periode 2
6.0
S_RS
State, Power and Conflict
Periode 1
6.0
S_SPC
Wetenschapsfilosofie
Periode 5
6.0
S_WF
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 keuzevakken 1 Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Anthropology of Religion
Periode 1
6.0
S_AR
Development and Globalization
Periode 1
6.0
S_DG
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 2 keuzevakken 2 Vakken:
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 2 van 181
Naam
Periode
Credits
Code
Culture and Citizenship
Periode 2
6.0
S_CC
Identity, Ethnicity and Nationalism
Periode 2
6.0
S_IEN
Bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie jaar 3 Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Bachelorthesis culturele antropologie en ontwikkelingssociologie
Periode 5+6
18.0
S_BTcao
Professionele en thematische oriëntatie antropologie
Periode 4
6.0
S_PTOant
Social Inequalities and the Welfare State
Periode 4
6.0
S_SIWS
Naam
Periode
Credits
Code
HP Ethnographic Monographs
Periode 5
6.0
S_HPEM
HP Individual Project in Sociology
Ac. Jaar (september)
6.0
S_HPIPS
HP Part of Research Practical in Anthropology
Periode 6
6.0
S_HPRPant
HP Part of the Bachelor Thesis in PAOS
Periode 5+6
12.0
S_HPBTao
HP Part of the Bachelor Thesis in Political Science
Periode 5+6
6.0
S_HPBTps
HP Part of the Bachelor Thesis in Sociology
Periode 5+6
6.0
S_HPBTsoc
HP Part of the Bachelor's Thesis in Anthropology
Periode 5+6
6.0
S_HPBTant
6.0
S_HPRCps
Honours Programme Opleidingsdelen: - Honours Programme
Honours Programme Vakken:
HP Research Colloquium in Periode 4+5+6 Political Science
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 3 van 181
HP Research project in Communication Science
Periode 4+5+6
12.0
S_HPRPcw
HP Research Project in PAOS
Periode 4+5+6
12.0
S_HPRPao
HP Research Seminar Ac. Jaar (september) Evolutionary Approaches in Sociology
6.0
S_HPPEAS
HP Research Seminar Sociology
Ac. Jaar (september)
6.0
S_HPRSS
HP Research Seminar Sociology of Social Problems
Periode 2
6.0
S_HPSSP
Profileringsruimte bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie Opleidingsdelen: -
Universiteitsminoren Keuzevakken FSW Minor Communicatiewetenschap Minor Politicologie
Universiteitsminoren Opleidingsdelen: -
Minor Brain and Mind Minor Sport, Bewegen en Gezondheid Minor Geschiedenis van het Nederlands Protestantisme Minor American Studies Minor Inleiding in de West-Europese archeologie Minor Aan de slag met Literatuur Minor Psychologie en het Brein Minor Development Studies Minor Entrepreneurship Minor Frontiers of Multicultural Societies Minor Goede doelen, filantropie en non-profits Minor International Security Minor Netwerken in de informatiemaatschappij Minor Organizational Culture Minor Ethiek en sociale filosofie Minor Wetenschap ter discussie: historische controverses en filosofische dilemma's Minor Web Science
Minor Brain and Mind The minor Brain and Mind is offered by the Faculty of Earth and Life Sciences in collaboration with other leading centres both in the Netherlands and abroad, including the FC Donders Centre in Nijmegen, University of Amsterdam, The University of North Carolina Chapel Hill and the State University of New York. The student will gain insight into the latest knowledge of how the brain works and also how this knowledge can be used to understand Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 4 van 181
cognitive processes, social interactions between individuals, antisocial behavior as well as different brain diseases, such as depression, addictions, attention, or eating disorders. The nature-nurture debate will be discussed as well as recent updates in human genome research. In addition, the minor provides an introduction into the fields of neuroeconomics (decision making) and gaming behavior as well as into recent scientific technological advances in brain-machine interfaces, deep brain stimulation, and robotics. Integration between disciplines The integration between disciplines, such as biology, psychology, sociology and genetics plays a central role in this minor. Students learn to think critically about how knowledge of the brain and the human genome can be applied to deal with societal issues. Target population: Third year BSc students alpha and gamma topics (sociology, psychology, economics, law etc.) and students from Life sciences (Biology, Biomedical sciences, Health & Life) with a broad interest. Students in the life sciences that plan to pursue a career in Neuroscience may also follow a more specialised minor in Cell- and Neuroscience. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Cognitive Neuroscience
Periode 1
6.0
AB_1056
Mechanisms of Brain Diseases
Periode 2
6.0
AB_1058
Mind and Machine
Periode 3
6.0
AB_1060
Nature versus Nurture
Periode 1
6.0
AB_1057
The Developing Brain
Periode 2
6.0
AB_1059
Minor Sport, Bewegen en Gezondheid Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Inleiding Inspanningsfysiologie
Periode 1
6.0
B_IF
Neuro- en Revalidatiepsychologie
Periode 3
6.0
B_NEURREVPSY
Revalidatie
Periode 1
6.0
B_REVAL
Sportpsychologie
Periode 1
6.0
B_SPORTPSY
Talent en Talentontwikkeling Periode 3
6.0
B_TALENT
Toegepaste Inspanningsfysiologie
6.0
B_TIF
Periode 2
Minor Geschiedenis van het Nederlands Protestantisme Deze ‘verbredende’ minor is bedoeld voor studenten (kerk)geschiedenis die zich willen oriënteren op de religieuze ontwikkelingen in Nederland Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 5 van 181
sinds de 16e-eeuwse reformatie binnen het christendom. Daarbij valt de focus op het protestantisme vanwege de publieke functie van deze richting ten tijde van de Republiek en de grote maatschappelijke betekenis in de moderne natiestaat. Het accent ligt op kennismaking met de belangrijkste thema’s en problemen in dit onderzoeksveld en een oefening in bronnenonderzoek. De minor is met name bedoeld voor derdejaars bachelorstudenten Theologie of Geschiedenis, hetzij aan de VU, hetzij aan een andere universiteit, maar staat ook open voor andere studenten. Deelnemers dienen 90 ECTS te hebben behaald. Aanbevolen voor (research) masters kerkgeschiedenis (GGL) resp. Geschiedenis (LET). Excursies Historisch Documentatiecentrum VU en Universiteitsbibliotheek VU (Studiecentrum voor Protestantse Boekcultuur). Excursies Museum Het Catharijneconvent en het Meertens Instituut. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Civil Society
Periode 2
6.0
G_CIVSOC
Religieuze boekcultuur
Periode 2
6.0
G_RELBOEK
Religieuze regimes
Periode 1
6.0
L_GNBAALG001
Theologische Tradities
Periode 1
6.0
G_THETRAD
Minor American Studies De minor Amerikanistiek is bedoeld voor studenten met een brede interesse in Amerikaanse cultuur, literatuur en geschiedenis, of studenten die dat complexe land beter willen doorgronden. Een overzicht van Amerikaanse literatuur en geschiedenis vormen de hoofdmoot van de minor, maar een aantal vakken zijn ook interdisciplinair of kijken meer specifiek naar een bepaalde regio of specifiek object. De modules 'Europa en de Pax Americana' en 'Het zuiden van de Verenigde Staten' worden om het jaar aangeboden. In 2012-13 wordt 'Europa en de Pax Americana' aangeboden. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
American Literature 1900present
Periode 2+3
6.0
L_ELBAELK207
De stad als merk (in Europa Periode 2 en de VS)
6.0
L_GEBAALG004
Europe and the Pax Americana
6.0
L_GEBAGES306
6.0
L_GEBAALG005
6.0
L_ELBAELK206
Periode 2
Het Zuiden van de Verenigde Staten Introduction to American Studies
Periode 1
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 6 van 181
Sociale geschiedenis van de Periode 1 Verenigde Staten
6.0
L_GEBAALG003
Minor Inleiding in de West-Europese archeologie Deze verbredende minor is bedoeld voor studenten Oudheidkunde, Keltische studies (UU) en alle studenten die een interesse hebben in de archeologie van de Keltisch-Germaanse samenlevingen op het breukvlak van geschiedenis en prehistorie. De minor bestaat uit de verplichte onderdelen Prehistorie van Nederland, Romeins Gallië en de Germaanse provincies, Impact van het Romeinse leger op de grensstreken van het Romeinse rijk, Verhaal van een opgraving en Antieke numismatiek. Voor deze minor geldt als ingangseis dat deelnemers bij aanvang tenminste 90 studiepunten hebben behaald. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Antieke numismatiek
Periode 2
6.0
L_BEBAALG004
Het verhaal van een opgraving
Periode 1
6.0
L_BEBAARC103
Impact van het Romeinse leger op de grensstreken van het Romeinse Rijk
Periode 2+3
6.0
L_BEBAALG006
Prehistorie van Nederland
Periode 1
6.0
L_BEBAARC207
Romeins Gallië en de Germaanse provincies
Periode 2+3
6.0
L_BEBAARC208
Minor Aan de slag met Literatuur In de minor Aan de slag met Literatuur (30 stp), die zowel bestemd is voor studenten uit de letterenfaculteit als studenten uit andere faculteiten, wordt de literatuur vanuit verschillende invalshoeken bestudeerd. In een voornamelijk historisch georiënteerd hoorcollege, getiteld Meesterwerken uit de wereldliteratuur (collega A), passeren ´big books´ uit de wereldliteratuur van de middeleeuwen tot heden de revue. Tijdens de colleges Literaire kritiek (B1) nemen de studenten de rol van recensent op zich door zich de trainen in schrijven van een (aantrekkelijke) recensie. Wie voor Editiewetenschap kiest (B2), wordt vertrouwd gemaakt met de aard en opzet van een moderne wetenschappelijke teksteditie. Bij Schrijvershuisbezoeken (C1) gaan studenten samen met hun docent op bezoek bij een aantal schrijvers en verdiepen zij zich in hun werk en literatuuropvattingen. Het college Creative Writing (C2) ten slotte leert studenten nadenken over het schrijverschap en moedigt hen aan zelf de pen op papier te zetten. Wie durft? Ben je gefascineerd door literatuur, het literaire leven en het Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 7 van 181
schrijverschap? Ambieer je een culturele baan? Wil je het (literaire) onderwijs in? Dan kan deze samenhangende minor voor jou inzichtgevend zijn! De minor bestaat uit één verplicht onderdeel A (12 stp): het college ‘Meesterwerken uit de wereldliteratuur’ Vervolgens maken geïnteresseerde studenten een keuze uit de B-colleges: Literaire Kritiek (12 stp) of Editiewetenschap (12 stp) Tot slot kiezen ze één van de twee C-colleges: Schrijvershuisbezoeken (6 stp) of Creative Writing (6 stp) Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Creative Writing
Periode 2
6.0
L_NNBAALG001
Inleiding editiewetenschap
Periode 1+2
12.0
L_AABAALG025
Literaire kritiek
Periode 1+2
12.0
L_AABAALG026
Meesterwerken uit de wereldliteratuur
Periode 1+2+3
12.0
L_AABAALG020
Schrijvershuisbezoeken
Periode 2+3
6.0
L_NNBAALG002
Minor Psychologie en het Brein De kennis over de psyche en ons brein groeit snel. Wekelijks verschijnen er artikelen en boeken met baanbrekende inzichten over de werking van onze hersenen en het effect hiervan op ons gedrag. Deze kennis verandert de wereld, met steeds sterk wordende effecten op marketing, rechtspraak, technologie, computers, onze voeding en de economie. Het geeft ons inzichten in waarin en waarom we van elkaar verschillen, en helpt ons bepaalde groepsprocessen in de maatschappij te verklaren. Kennis over de psychologie en ons brein zijn een must voor iedereen die wil begrijpen waarom we doen wat we doen. De minor Psychologie en het brein laat studenten kennismaken met de vakgebieden die gedrag en brein onderzoeken. Studenten krijgen in de minor een overzicht van de psychologie en de cognitieve neurowetenschappen, en worden vervolgens geïntroduceerd in de manier van onderzoek doen in deze velden. De doelstellingen hierbij zijn bij de student: a. de kennis aan te brengen om met verstand te oordelen over claims die zowel binnen als buiten de wetenschap over psyche en brein worden gemaakt, b. de vaardigheden bij te brengen om zelf onderzoek te doen naar psyche en brein. Doelgroep: De minor is aantrekkelijk voor studenten met een algemene interesse in psychologie en de hersenen, met voorkennis van statistiek (zoals aangeboden in bachelors in de sociale wetenschappen, economie, exacte en biomedische wetenschappen). Ingangseisen: -Minstens 90 EC behaald binnen één bachelorprogramma. -Minstens 6 EC behaald aan statistische vakken. Er geldt een maximum van dertig studenten per jaar, die op basis van First come First serve worden gekozen. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 8 van 181
Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Biologische Psychologie (UM)
Periode 1
6.0
P_UBIOPSY
Cognitive Neuroscience and Periode 2 Neuropsychology (UM)
6.0
P_UCNNPSY
Evolutionary Psychology (UM)
Periode 2
6.0
P_UEVOLPS
Inleiding Psychologie (UM)
Periode 1
6.0
P_UINLPSY
Research toolbox (UM)
Periode 3
6.0
P_URESTBX
Minor Development Studies Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Culture and Citizenship
Periode 2
6.0
S_CC
Development and Globalization
Periode 1
6.0
S_DG
Development from an Interdisciplinary Viewpoint
Periode 3
6.0
S_DIV
Environment and Development
Periode 1
6.0
S_ED
Global Political Economy
Periode 2
6.0
S_GPE
Minor Entrepreneurship Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Enterprising Regions
Periode 2
6.0
S_ER
Entrepreneuring in Amsterdam
Periode 3
6.0
S_EA
Entrepreneurship and Networks
Periode 2
6.0
S_EN
Entrepreneurship Industry
Periode 1
6.0
S_EI
Introduction Entrepreneurship
Periode 1
6.0
S_INTROE
Minor Frontiers of Multicultural Societies Vakken:
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 9 van 181
Naam
Periode
Credits
Code
Global Religion and Local Diversity
Periode 2
6.0
S_GRLD
Identity and Diversity in Organizations
Periode 2
6.0
S_IDO
Radicalization and Conflict
Periode 1
6.0
S_RC
Sociology of Globalization and Multiculturalism
Periode 1
6.0
S_SGM
Urban Struggle
Periode 3
6.0
S_US
Minor Goede doelen, filantropie en non-profits Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Geschiedenis van de filantropie
Periode 1
6.0
S_GF
Inleiding Filantropie
Periode 1
6.0
S_IF
Non-Profit en Charity Marketing
Periode 2
6.0
S_NPCM
Onderzoekspracticum filantropie
Periode 3
6.0
S_OPfil
Verklaringen voor prosociaal Periode 2 gedrag
6.0
S_VPG
Minor International Security Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Ethics and Integrity of Governance
Periode 2
6.0
S_EIG
Law of International Security Periode 2
6.0
R_LIS
Politics of International Security
Periode 1
6.0
S_PISC
Research Paper International Security
Periode 3
6.0
S_RPIS
Security and Policing
Periode 1
6.0
S_SP
Minor Netwerken in de informatiemaatschappij Vakken:
Naam
Periode
Credits
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
Code
29-9-2015 - Pagina 10 van 181
Analyselab
Periode 3
6.0
S_AL
De netwerksamenleving
Periode 1
6.0
S_DNWS
De virtuele organisatie
Periode 2
6.0
S_DVO
Democratie 2.0
Periode 2
6.0
S_DM20
Sociale media
Periode 1
6.0
S_SLM
Minor Organizational Culture Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Business Anthropology
Periode 1
6.0
S_BA
Identity and Diversity in Organizations
Periode 2
6.0
S_IDO
Intercultural Communication Periode 1
6.0
S_IC
Organization Politics
Periode 2
6.0
S_OP
Organizational Discourse and Narrative Analysis
Periode 3
6.0
S_ODNA
Minor Ethiek en sociale filosofie Deze minor is gericht op reflectie op en analyse van maatschappelijke thema’s, zoals sociale rechtvaardigheid en de relatie tussen wetenschap en technologie. De minor biedt een inleiding in belangrijke denkers en stromingen in de Praktische Filosofie en wetenschapsfilosofie. Het overzicht aan filosofen dat behandeld wordt, stelt je in staat om verscheidene maatschappelijke ontwikkelingen te benoemen en op verschillende manieren te analyseren. De minor bestaat uit vakken Sociaal-culturele filosofie, Wetenschapsfilosofie, Ethiek en Sociaalpolitieke filosofie. Je sluit de minor af met een paper over een onderwerp dat aansluit bij een van behandelde thema’s. Bekijk voor meer informatie over de vakken het programma in de studiegids. Deze minor is bedoeld voor niet-Wijsbegeerte studenten. Zij moeten deze minor gevolgd hebben om in te kunnen stromen bij de track Philosophy, Bioethics and Health van de Master Philosophy (2 years). Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Academische kern: Wetenschapsfilosofie I
Periode 1
6.0
W_BA_WETF1
Filosofische ethiek I
Periode 2
6.0
W_BA_ETH1
Minor these (afsluitend werkstuk)
Periode 3
6.0
W_MIN_TH
Sociale en culturele filosofie Periode 1
6.0
W_BA_SCF
Sociale en politieke filosofie Periode 2
6.0
W_BA_SPF
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 11 van 181
Minor Wetenschap ter discussie: historische controverses en filosofische dilemma's Stel jij - als aankomend wetenschapper - wel eens vragen bij wetenschap? Bijvoorbeeld hoe de wetenschap zich heeft kunnen ontwikkelen tot zo’n factor van betekenis? Of in hoeverre de huidige wetenschap de waarheid in pacht heeft? Dan is de minor Wetenschap ter Discussie iets voor jou. In deze minor bestudeer je de geschiedenis en filosofie van wetenschap om daarmee een beter beeld te krijgen van wat wetenschap is (en wat het niet is). Voorbeelden van vragen die in deze minor aan de orde komen: Is er een scherpe grens tussen wetenschap en andere kennis? Hoe beïnvloedt de moderne wetenschap ons wereldbeeld? Is er nog plaats voor religie en levensbeschouwing in een wetenschappelijke samenleving? Bekijk voor meer informatie over de vakken het programma. De minor Wetenschap ter Discussie is bedoeld voor iedere (bachelor) student die kritisch wil nadenken over de aard en ontwikkeling van wetenschap en de wederzijdse beïnvloeding van wetenschap en samenleving. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Academische kern: Wetenschapsfilosofie I
Periode 1
6.0
W_BA_WETF1
Wetenschapsfilosofie II
Periode 2
6.0
W_BA_WETF2
Minor Web Science The World Wide Web is a phenomenon. It is now a central component to social, organizational, governmental and business life. Thus, understanding the Web from both a social and technical perspective is essential to a wide variety of disciplines and careers.
In the minor Web Science, you will learn about the Web from its foundations up. You will gain a broad understanding of the intricate workings of the worlds biggest network. From there you will explore the effects of the Web on society, from the flow of information to the social implications of a connected world.
You will learn a set of powerful tools to research the Web and its effects on the world from your own field of interest. Whether you are a law student interested in jurisdiction in online environments, a social scientist interested in the social effect of the web or a geologist interested in the ramifications of the Web's infrastructure on the physical world, the tools and techniques you need to study the Web are found here. Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Web Analysis
Periode 2
6.0
X_401065
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 12 van 181
Web Information
Periode 1
6.0
X_401063
Web Science
Periode 3
6.0
X_401064
Web Society
Periode 2
6.0
X_401083
Web Technology
Periode 1
6.0
X_401066
Naam
Periode
Credits
Code
Anthropology of Religion
Periode 1
6.0
S_AR
Beleid en besluitvorming
Periode 1
6.0
S_BLB
Besturen van de samenleving
Periode 4
6.0
S_BS
Bestuurs- en organisatiewetenschap praktijkproblemen
Periode 4
6.0
S_BOP
Changing Identities in Southeast Asia
Periode 4
6.0
S_CISEA
Comparative Political Research
Periode 2
6.0
S_CPR
Culture and Citizenship
Periode 2
6.0
S_CC
Cultuur en nieuwe media
Periode 4
6.0
S_CNM
Decision Making and Institutional Development
Periode 6
6.0
S_DMID
Development and Globalization
Periode 1
6.0
S_DG
Development from an Interdisciplinary Viewpoint
Periode 3
6.0
S_DIV
Economie, markt en overheid
Periode 5
6.0
S_EMO
Ethnographic monographs
Periode 5
6.0
S_ETHMO
EU Governance in an International Context
Periode 4
6.0
S_EUGIC
Filosofie van management en organisatie
Periode 5
6.0
S_FMO
Gedrag en communicatie in Periode 4 organisaties
6.0
S_GCO
Global Political Economy
Periode 2
6.0
S_GPE
History and Theory of Anthropology
Periode 3
6.0
S_HTA
History of Political Thought
Periode 1
6.0
S_HPT
Identity, Ethnicity and Nationalism
Periode 2
6.0
S_IEN
Instituties
Periode 5
6.0
S_I
Intercultural Communication Periode 1
6.0
S_IC
Keuzevakken FSW Vakken:
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 13 van 181
International Relations and Global Governance
Periode 4
6.0
S_IRGG
Kernthema's organisatiewetenschappen
Periode 1
6.0
S_KO
Kwantitatieve onderzoeksmethoden
Periode 2
6.0
S_KWOM
Marketing en persuasieve communicatie
Periode 1
6.0
S_MPC
Marketingcommunicatie 2.0 Periode 4
6.0
S_MCOM2
Media and the Individual
Periode 4
6.0
S_MI
Media Entertainment
Periode 2
6.0
S_ME
Media in het publieke domein
Periode 4
6.0
S_MPD
Methoden en technieken van kwalitatief onderzoek
Periode 4
6.0
S_MTKOZ
Methoden en technieken van kwalitatief organisatieonderzoek
Periode 2
6.0
S_MTKOORG
Moderne samenlevingen
Periode 1
6.0
S_MDS
Multiculturele samenlevingen
Periode 4
6.0
S_MCS
Multivariate Analyse (BSc)
Periode 4
6.0
S_MVAba
Nieuws en journalistiek
Periode 5
6.0
S_NJ
Oefening bestuur, beleid en Periode 6 organisatie
6.0
S_OBBO
Onderzoekspracticum kwalitatief
Periode 6
6.0
S_OPKL
Onderzoekspracticum kwantitatief (BSc)
Periode 1
6.0
S_OPKWba
Organizational Culture and Change
Periode 4
6.0
S_OCC
Organizations in the 21st Century
Periode 4
6.0
S_O21C
Political Analysis
Periode 6
6.0
S_PA
Professionele en thematische oriëntatie antropologie
Periode 4
6.0
S_PTOant
Professionele en thematische oriëntatie sociologie
Periode 4
6.0
S_PTOsoc
Public Management
Periode 1
6.0
S_PM
Public Relations and Reputation Management
Periode 5
6.0
S_PRRM
Recht van overheid en bedrijf
Periode 4
6.0
S_ROB
Reuzen van de sociologie
Periode 2
6.0
S_RS
Seminar publieke opinie en communicatie
Periode 3
6.0
S_SPOC
Social Capital and Networks Periode 2
6.0
S_SCN
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 14 van 181
Social Inequalities and the Welfare State
Periode 4
6.0
S_SIWS
Social Structure and Political Mobilization
Periode 5
6.0
S_SSPM
Sociologie van de 21e eeuw Periode 3
6.0
S_S21
State, Power and Conflict
Periode 1
6.0
S_SPC
Strategie en besluitvorming Periode 4
6.0
S_SB
The Senses and the Emotions: Working with Anthropology and History
Periode 5
6.0
S_SEWAH
Theorie en empirisch onderzoek
Periode 4
6.0
S_TEO
Wetenschapsfilosofie
Periode 5
6.0
S_WF
Minor Communicatiewetenschap Vakken:
Naam
Periode
Credits
Code
Communicatieklassiekers
Periode 3
6.0
S_CK
Communicatiewetenschap
Periode 1
6.0
S_CW
Interpersoonlijke communicatie
Periode 2
6.0
S_IPC
Marketing en persuasieve communicatie
Periode 1
6.0
S_MPC
Media Entertainment
Periode 2
6.0
S_ME
Naam
Periode
Credits
Code
Bachelorwerkgroep politicologie 2
Periode 2+3
6.0
S_BWpol2
Bestuur, politiek en samenleving
Periode 2
6.0
S_BPS
Global Political Economy
Periode 2
6.0
S_GPE
History of Political Thought
Periode 1
6.0
S_HPT
State, Power and Conflict
Periode 1
6.0
S_SPC
Minor Politicologie Vakken:
Academische kern: Wetenschapsfilosofie I Vakcode
W_BA_WETF1 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 15 van 181
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Wijsbegeerte
Coördinator
prof. dr. J.A. Radder
Docent(en)
prof. dr. J.A. Radder
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Op een inleidend niveau kennis van en inzicht in de belangrijkste stromingen en problemen verwerven in de hedendaagse wetenschapsfilosofie. Dit impliceert ook kennis en inzicht ten aanzien van de verwevenheid van wetenschap en technologie en de ethische en maatschappelijke vragen die deze oproept. Inhoud vak De volgende onderwerpen komen in zes achtereenvolgende weken aan de orde: - De klassieke wetenschapsfilosofie (logisch positivisme en Popper); - Historisch en sociologisch wetenschapsonderzoek (Kuhn, Latour e.a.); - De problematiek van realisme en reductionisme; - Filosofie van de sociale en menswetenschappen; - De relaties tussen wetenschap en technologie; - Maatschappelijke en ethische vragen rond wetenschap en technologie (de rol van gender; wetenschap en commercie). Onderwijsvorm In de colleges worden eerst de centrale aspecten van het betreffende onderwerp behandeld. De resterende tijd wordt besteed aan discussie, opdrachten, oefening e.d. Toetsvorm Een tussentoets in de vorm van een paper en een eindtoets in de vorm van een schriftelijk tentamen over alle literatuur en collegestof. Literatuur De verplichte literatuur bestaat, ten eerste, uit een inleidend boek (namelijk: Gerard de Vries, De ontwikkeling van wetenschap. Groningen: Noordhoff; alleen de 3e of hogere druk) en, ten tweede, uit een aantal verdiepende en aanvullende teksten die via de studiehandleiding op blackboard bekend gemaakt zullen worden. Aanbevolen voorkennis Een globale bekendheid met systematische of historische problemen uit de filosofie strekt tot aanbeveling.
American Literature 1900-present Vakcode
L_ELBAELK207 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. B. Boter
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 16 van 181
Docent(en)
dr. B. Boter
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
200
Doel vak This course introduces students to American texts (prose, poetry, and drama) to provide a literary-historical overview of the most significant themes and developments of these bodies of literature from 1900 to 2000. Students are asked to analyse how American literature has developed in this period and especially how literature reflects history and how history has influenced literary styles and themes. The written exam tests the students' insights into the most prominent themes discussed during class. For the essay students are asked to write a coherent and independent analysis of one or more aspects of twentieth-century literature. Students will be assessed on the ability to write, originally and with clarity, on both details and overarching themes in their chosen texts. Inhoud vak The twentieth century is often referred to as ‘the American Century’. This course focuses on the question of how the United States coped with this success and what the flipside of this success was. We wil focus on the emancipation of women and of African Americans, but also on the Cold War as represented in literature. Onderwijsvorm The course is taught in seven seminars. Students are expected to have prepared the text(s) before class and should be ready to discuss them with their peers and instructor. Students can choose their own topic for the essay as long as it is related to one of the authors and/or texts discussed in class. Toetsvorm Exam at the end of periode 2 (40 percent); an essay (40 percent); participation/attendance/blackboard discussions (20 percent). Literatuur Primary literature: Margaret Atwood, Surfacing (Anchor); Peter Barry, Beginning Theory (Manchester UP); William Faulkner, As I Lay Dying (Vintage); F. Scott Fitzgerald, The Great Gatsby (Penguin); J.D. Salinger, The Catcher in the Rye (Penguin); Toni Morrison, Song of Solomon (Vintage). Secondary literature: Students need to find appropriate secondary sources for their essay themselves. Vereiste voorkennis Ordinarily students will have to have finished all the first-year courses. Please contact the instructor if you do not fulfill this requirement and want to follow this course anyway. Doelgroep Second-year students of Literatures in English; premaster-students of English; exchange students; students following the American Studies minor; optional course for third-year students of Literary Studies. Overige informatie This course is taught in English; attendance is compulsory; exchange students need to contact the lecturer before registering for this
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 17 van 181
course. This course is part of the transition program of third year English Literature.
Analyselab Vakcode
S_AL ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
ing. D. Nikoloski, A. Honari, M.T. Jacobs MSc
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - vanuit een gegeven inhoudelijk probleem hypothesen opstellen en toetsen; - gangbare analysetechnieken in netwerkonderzoek toepassen; - resultaten interpreteren en onderzoeksbevindingen duidelijk rapporteren. Inhoud vak Het Analyselab is een intensieve afsluiting van de minor ‘Netwerken in de Informatiesamenleving’ waar de analyse van sociale online en offline netwerken centraal staat. Het analyselab is een intensief vak waar studenten (deels in groepjes) vier volle weken werken aan een verslag dat aansluit bij een van de kernthema’s van de minor en waarin een relatie wordt gelegd met online en/of offline netwerken. Tijdens het lab worden onder begeleiding de benodigde analysetechnieken geleerd en toegepast. Er wordt vooral geoefend met het analyseren van netwerkdata die deels door de studenten zelf zijn verzameld gedurende de minor. Onderwijsvorm Hoorcollege, werkgroep en practicum. Toetsvorm De verslagen worden gepresenteerd tijdens een afsluitende bijeenkomst, waarbij elke student tevens optreedt als reviewer van een ander verslag. Tijdens de werkcolleges wordt een streng schema van deadlines gehanteerd. Aanwezigheid tijdens de bijeenkomsten is verplicht. De analyseopdrachten, het verslag en de presentatie is in duo’s, het schrijven van een review gebeurt individueel. Als participatie en presentatie als voldoende worden beoordeeld wordt het eindcijfer bepaald door het eindverslag (90%) en review (10%). De analyseopdrachten worden gemaakt als onderdeel van het eindverslag. Vereiste voorkennis Deelname aan de vier inhoudelijke vakken van de minor 'Netwerken in de informatiesamenleving' is voorwaardelijk voor deelname aan het analyselab. Aanbevolen voorkennis
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 18 van 181
Basale kennis over methodologie en statistiek wordt verwacht.
Anthropology of Religion Vakcode
S_AR ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
prof. dr. M.P.J. van de Port
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak This course offers an introduction to classical and contemporary anthropological approaches and theories of religion, and highlights the role of religion in processes of identity construction in various settings (from subcultures to fundamentalist movements, from possession cults to new public rituals). Students become acquainted with central concepts such as myth, ritual, symbol and embodiment and will be able to apply these concepts to interpret contemporary religious phenomena. Inhoud vak Starting point for this course is the thoroughly anthropological thought that an investigation of religion should begin with the concrete forms in which religion presents itself to us in a research setting; then to come to an idea as to what kind of questions can be asked about this phenomenon. Six phenomenological dimensions of religion will be pondered: spaces, words, objects, performances, groups and bodies. We will discuss how these phenomena are inscribed in religious practices, and how religious practices are grounded in these phenomena. From the understanding of these very concrete manifestations of religion we will work towards the larger issues and debates in the anthropology of religion: how to conceptualize ‘religion’ and its role and meaning in the life of people? Onderwijsvorm Lectures and tutorial Toetsvorm Assignments (30%) and exam (70%) Literatuur - Lambek, M. (ed) (2007) A Reader in the Anthropology of Religion. Oxford: Blackwell. - Additional texts, to be announced. Doelgroep Elective course for students in 2nd year of BSc CAO; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students of the Exchange Programme and of Bachelor’s programmes in the Netherlands. Overige informatie This course is open to students from various disciplines who have completed their first year of their Bachelor programme. Students are
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 19 van 181
invited to participate in discussions in class. Attendance of lectures and classes is obligatory.
Antieke numismatiek Vakcode
L_BEBAALG004 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. J.G. Aarts
Docent(en)
dr. J.G. Aarts
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Excursie
Niveau
300
Doel vak Het college heeft als doel: inzicht te krijgen in de verschijningsvormen van Griekse, Keltische en met name Romeinse munten (materiaalkennis); kennismaking met determinatie van Romeinse munten; het verwerven van kennis met betrekking tot de volgende onderwerpen: geschiedenis van het geld in de Griekse, Keltische en Romeinse wereld; functie en karakter van geld in de Oudheid; de rol van geld in macro-economische theorieën m.b.t. het Romeinse rijk; actuele onderzoeksthema's uit het Romeinse archeologisch-numismatisch veld; kwantitatieve methoden en technieken in numismatisch onderzoek. Inhoud vak College 1: inleiding. wat is antieke numismatiek? wat is het verschil tussen munten en geld? Hoe werden munten gemaakt? Stempels en stempelkoppeling. College 2: Geschiedenis van het geld in Europa en West-Azië: de oorsprong van geld; geld in de griekse wereld; college 3: Geschiedenis van het geld in Europa en West-Azië: geld in de keltische en romeinse wereld. College 4: practicum determineren (Romeinse) munten. College 5: inleiding in archeologisch-numismatisch onderzoek; verschillende onderzoeksniveau's; de analyse van muntvondsten op siteniveau. College 6: inleiding in archeologisch-numismatisch onderzoek; de analyse van muntvondsten op site-niveau (vervolg); regionale en supraregionale perspectieven; munten en de oud-historicus; belasting en lange-afstands-handel. College 7: inleiding in archeologischnumismatisch onderzoek; het antropologisch perspectief; geld en de morele economie. Onderwijsvorm Hoorcollege; excursie. Toetsvorm Tentamen (80%); opdrachten (20%). Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur Aarts, J., 2000: Coins or money. Exploring the monetization and functions of Roman coinage in Belgic Gaul and Lower Germany 50 BC-AD 450, 235-244. Dissertatie VU. Aarts, J.G., 2003: Monetization and army recruitment in the Dutch river area in the early 1st Century AD, in: Grünewald & S. Seibel (eds), Kontinuität und Diskontinuität, Germania inferior am Beginn und am Ende der Römischen Herrschaft, Berlin/NY, 162Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 20 van 181
180. Burnett, A. 1987: Coinage in the Roman World, London, 17-140. Carradice, I. & M. Price, 1988: Coinage in the Greek World, London, 928, 48-63, 89-103. Crawford, 1970: 'Money and exchange in the Roman World' in: Journal of Roman Studies 60, 40-48. Duncan-Jones, R.P. 1990: Structure and Scale in the Roman Economy, Cambridge, hoofdstuk 12, 30-47 en 187-198. Hopkins, K., 1980: 'Taxes and trade in the Roman empire (200 BC-AD 400)', in: Journal of Roman Studies, 70, 101-125. Howgego, C., 1994: 'Coin circulation and the integration of the Roman economy', in: Journal of Roman Archaeology, 7, 5-21. Von Reden, S., 202: Money in the ancient economy: A survey of recent research, in: Klio 84-1 (2002), 141174. Reece, R.M., 1988: 'Interpreting Roman hoards' in: World Archaeology 20 (vol. 2), 261-269. Doelgroep In 2011-2012 eenmalig verplicht in het overgangsprogramma voor 3e jaars studenten Archeologie; als keuzeonderdeel voor 3e jaars studenten Oudheidkunde, Geschiedenis, GLTC en studenten van andere opleidingen met belangstelling voor numismatiek. Overige informatie Alleen als deel van het minoraanbod.
Bachelorpaper antropologie Vakcode
S_BPAPA ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
drs. B.G. Keuper
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak In vervolg op het vak Bachelorwerkgroep CAO 1 ontwikkelen studenten verdergaande vaardigheden in het schrijven van academisch teksten, in dit geval een academisch paper. Inhoud vak Op basis van het de verworven vaardigheden in het schrijven van een parafrase en een essay in de Bachelorwerkgroep CAO 1 en de ‘kleine etnografie’ in het vak Cultuur, macht en diversiteit, wordt in deze cursus geoefend in het schrijven van een academisch paper. Dit paper is uitsluitend gebaseerd op literatuurstudie; de literatuur daarvoor wordt deels aangereikt door de begeleidend docent en deels zelf opgezocht en geselecteerd door de student. Studenten maken op deze wijze kennis met het format van een academisch artikel en het belang van het formuleren van een passende probleemstelling en een helder betoog. Daarnaast breiden zij hun vaardigheid uit in het zoeken, selecteren en ordenen van wetenschappelijke literatuur, het bestuderen en analyseren daarvan, het combineren van verschillende bronnen en het correct vormgeven van literatuurverwijzingen. Onderwijsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 21 van 181
Werkcollege Toetsvorm Paper Literatuur Studenten kiezen een basisboek uit een aangeboden lijst van literatuur en gebruiken daarnaast aanvullende keuzeliteratuur. Aanbevolen voorkennis Deelgenomen hebben aan het vak Bachelorwerkgroep CAO 1. Doelgroep Verplicht vak voor 1e jaars BSc CAO
Bachelorthesis culturele antropologie en ontwikkelingssociologie Vakcode
S_BTcao ()
Periode
Periode 5+6
Credits
18.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B.G. Keuper
Docent(en)
drs. B.G. Keuper
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Studenten demonstreren met de bachelorthesis dat zij in staat zijn tot het zelfstandig ontwerpen van een (literatuur)onderzoek en het schrijven van een substantieel werkstuk. Zij kunnen kritisch reflecteren op theoretische literatuur en empirische gegevens daaraan koppelen. Inhoud vak In dit laatste vak van de opleiding leggen de studenten een proeve van bekwaamheid af, waarbij zij eerder verworven kennis, vaardigheden en attitudes integreren. Studenten kiezen binnen bepaalde marges een onderwerp, formuleren een probleemstelling, zetten een onderzoek op, voeren dat uit en doen daarvan verslag. Het onderzoek zal grotendeels bestaan uit literatuurstudie, maar maakt daarnaast ook gebruik van data uit een eigen beperkt empirisch onderzoek, zoals enkele (diepte) interviews of (participerende) observaties. Indien de thesis over een onderwerp buiten Nederland gaat wordt niet veldwerk als eis gesteld, maar zal wetenschappelijk ongestructureerde informatie verwerkt worden, zoals krantenartikelen, jaarverslagen van organisaties, websites van actiegroepen of instellingen, documentaires, romans, egodocumenten, interviews met deskundigen of migranten uit regio’s die object van onderzoek zijn, foto’s, archieven, enzovoort. De bachelorthesis moet voldoen aan alle vereisten van een wetenschappelijke tekst: een coherent betoog met voldoende diepgang en blijk gevend van kennis van de ter zake doende literatuur, een heldere structuur van de tekst en een correcte vormgeving, ook van de literatuurlijst. De normomvang is 10.000 woorden ofwel 25 pagina's A4.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 22 van 181
Onderwijsvorm Werkcollege en individuele begeleiding. Studenten werken zelfstandig aan hun thesis maar worden daarbij ondersteund in de wekelijkse bijeenkomsten van het thesisatelier waar methodologische, ethische en retorische kwesties worden besproken. Daarnaast krijgen de studenten een individuele begeleider toegewezen voor het onderzoek en het schrijfproces. De coördinator ziet toe op tijdige afronding van de thesis. Toetsvorm Bachelorthesis Literatuur Keuzeliteratuur afhankelijk van het onderwerp. Vereiste voorkennis 108 EC van de bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie is behaald. Aanbevolen voorkennis Bij dit laatste onderdeel van de studie, wordt van studenten verwacht dat zij alle vakken van de bacheloropleiding Culturele Antropologie en Ontwikkelingssociologie alsook de profileringsruimte hebben afgerond. Doelgroep 3e jaars BSc CAO
Bachelorwerkgroep culturele antropologie en ontwikkelingssociologie 1 Vakcode
S_BWcao1 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak Studenten ontwikkelen vaardigheden in het schrijven van academisch teksten (parafrase, essay) en in het mondeling presenteren. Inhoud vak In een serie opdrachten met oplopende moeilijkheidsgraad oefenen studenten in het bestuderen en analyseren van wetenschappelijke teksten, zoals het herkennen van probleemstelling, onderzoeksmethode en argumentatie. Ze gebruiken deze oefeningen ter voorbereiding op het schrijven van een parafrase en houden een mondelinge presentatie over een van de teksten. In het tweede gedeelte oefenen studenten met het schrijven van een essay waarin een standpunt wordt ingenomen over de koppeling van twee antropologische artikelen aan verschillende genres in etnografisch schrijven. Ook leren studenten hoe literatuur te zoeken in de UBVU en het correct vormgeven van literatuurverwijzingen. Onderwijsvorm Werkcollege
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 23 van 181
Toetsvorm Diverse kleinere opdrachten (10%), mondelinge presentatie (10%), parafrase (40%), essay (40%). Daarnaast is aanwezigheid in tenminste 90% van de zittingen en voldaan hebben aan de toets Informatievaardigheden A en aan de Taaltoets Nederlands een vereiste voor het verkrijgen van een cijfer. Literatuur Spradley, J. & D.W. McCurdy (2008). Conformity and Conflict. Readings to Accompany Miller, Cultural Anthropology. Boston etc.: Pearson Higher Education (€ 35). Dit is een verkorte editie van Spradley J. and D.W. McCurdy (2008) Conformity and Conflict. Readings in Cultural Anthropology. Eerdere edities of de editie van 2011 zijn gedeeltelijk ook bruikbaar. Van Maanen, J. (2011). Tales of the Field. On Writing Ethnography. Chicago: University of Chicago Press (rond € 15,00). De eerste editie van 1988 is ook goed te gebruiken. Doelgroep 1e jaars in de BSc CAO Overige informatie Naast de bijeenkomsten met een docent is er wekelijks een bijeenkomst onder begeleiding van een student-mentor.
Bachelorwerkgroep culturele antropologie en ontwikkelingssociologie 2 Vakcode
S_BWcao2 ()
Periode
Periode 2+3+4+5+6
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
dr. M.C. de Regt
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
100
Doel vak Versterken van de binding van de studenten met hun jaargenoten en met de studie; uitbreiden van hun ervaring met verschillende stijlen van schrijven en het houden van mondelinge presentaties; eerste ervaring opdoen met het doen van veldonderzoek. Inhoud vak In de Bachelorwerkgroep 2 werken studenten in de perioden 2, 4, 5 en 6 individueel en in subgroepsverband aan verschillende opdrachten, zoals het bestuderen en analyseren van verschillende soorten teksten en het zelf schrijven daarvan, zoals een krantenartikel, opiniestuk, verslag van een museumbezoek, webtekst, boekrecensie, executive summary en een populair-wetenschappelijke tekst. Ook doen zij een beperkt veldonderzoek (observeren, interviewen) en schrijven zij per subgroep in periode 6 een onderzoeksrapport over al de voorgaande activiteiten en presenteren dit mondeling in een slotbijeenkomst van alle subgroepen.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 24 van 181
Onderwijsvorm Practicum Toetsvorm Diverse kleinere individuele opdrachten (40%), groepswerkstuk (40%), mondelinge presentatie (20%). Daarnaast is aanwezigheid in tenminste 90% van de zittingen en het voldaan hebben aan de toets Informatievaardigheden B een vereiste voor het verkrijgen van een cijfer. Dit vak is een practicum en kent geen herkansing. Literatuur Wordt bij aanvang van het college bekend gemaakt. Aanbevolen voorkennis Deelname aan Bachelorwerkgroep 1. Doelgroep 1e jaars BSc CAO Overige informatie In de perioden 2, 4 en 5 komen studenten één maal per week samen; in periode 6 zijn er meerdere bijeenkomsten per week in subgroepverband en als plenaire groep.
Bachelorwerkgroep maatschappijwetenschappen 1 Vakcode
S_BWmsw1 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B.G. Keuper
Docent(en)
dr. L.A. Brouwer, drs. B.G. Keuper
Lesmethode(n)
Werkcollege, Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak Studenten ontwikkelen vaardigheden in het schrijven van academisch teksten (parafrase, essay) en in het mondeling presenteren. Inhoud vak In een serie opdrachten met oplopende moeilijkheidsgraad oefenen studenten in het bestuderen en analyseren van wetenschappelijke teksten, zoals het herkennen van probleemstelling, onderzoeksmethode en argumentatie. Ze gebruiken deze oefeningen ter voorbereiding op het schrijven van een parafrase en houden een mondelinge presentatie over een van de teksten. In het tweede gedeelte oefenen studenten met het schrijven van een essay. Ook leren studenten hoe literatuur te zoeken in de UBVU en het correct vormgeven van literatuurverwijzingen. Onderwijsvorm Werkcollege Toetsvorm Diverse kleinere opdrachten (10%), mondelinge presentatie (10%), parafrase (40%), essay (40%). Daarnaast is aanwezigheid in tenminste 90%
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 25 van 181
van de zittingen en voldaan hebben aan bibliotheekinstructie A en aan de Taaltoets Nederlands een vereiste voor het verkrijgen van een cijfer. Literatuur Wordt bij aanvang van het vak bekend gemaakt. Doelgroep 1e jaars bachelorstudenten afstudeerrichting Maatschappijwetenschappen Overige informatie Naast twee bijeenkomsten met een docent is er wekelijks een bijeenkomst onder begeleiding van een student-mentor.
Bachelorwerkgroep maatschappijwetenschappen 2 Vakcode
S_BWmsw2 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B. Slijper
Docent(en)
drs. B. Slijper
Lesmethode(n)
Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak 1. Oefenen van schrijfvaardigheden: paper. 2. Zelf literatuur zoeken en verwerken rond een groepsthema op het terrein van Maatschappijwetenschappen. 3. Oefenen van samenwerken in groepen: peer review en bespreken van elkaars werk. Inhoud vak In de tweede bachelorwerkgroep Maatschappijwetenschappen gaan studenten zelf een paper schrijven rond een thema : ontwikkelen van een probleemstelling met deelvragen, opzoeken en bespreken van relevante theoretische literatuur en uitkomsten van onderzoek, en formuleren van afgewogen conclusies. In een groep die is geformeerd rond een gemeenschappelijk thema werken studenten samen in het literatuuronderzoek en geven ze commentaar op elkaars werk. Naast groepsbijeenkomsten en individuele feedback van de docent zijn er regelmatig plenaire bijeenkomsten waarin gemeenschappelijke onderwerpen worden behandeld, zoals het schrijven van een probleemstelling of een kort overzicht van belangrijke literatuur op de terreinen van Globalisering en Welvaartsstaat en participatie. Onderwijsvorm Hoor- en Werkcolleges Toetsvorm Individueel paper Literatuur Wordt t.z.t. bekendgemaakt
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 26 van 181
Doelgroep 1e jaars bachelorstudenten afstudeerrichting Maatschappijwetenschappen. Overige informatie Eén bijeenkomst per week gedurende P2; in P3 wordt het vak geïntensiveerd.
Bachelorwerkgroep maatschappijwetenschappen 3 Vakcode
S_BWmsw3 ()
Periode
Periode 4+5+6, Zomerperiode
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. N.A. de Graaff
Docent(en)
dr. N.A. de Graaff
Lesmethode(n)
Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak - Analyseren van actuele internationale vraagstukken tegen een historische en theoretische achtergrond. - Samenwerken in groepen. - Oefenen van presentatie- en debatvaardigheden. Inhoud vak Deze werkgroep dient voor het oefenen en het verdiepen van de kennis van internationale politieke en sociale verhoudingen. In de periodes P4 en P5 wordt daarvoor aangesloten bij de materie die wordt behandeld in de vakken ‘International Relations and Global Governance’ en ‘Mondiale Geschiedenis’. Voor het toepassen van de kennis wordt gefocust op één actueel internationaal vraagstuk dat vanuit uiteenlopende perspectieven zal worden belicht. Hierbij wordt gebruikgemaakt van uiteenlopende bronnen en werkvormen: academische literatuur, beleidsdocumenten, presentaties en debatten. In P6 mondt dit uit in een onderhandelingsspel (‘Model United Nations’) dat wordt afgerond met een tweedaagse ‘conferentie’. Onderwijsvorm Werkgroep Toetsvorm Schrijfopdrachten en participatie. Dit vak is een practicum en wordt slechts 1 maal per jaar getoetst. Literatuur Wordt nader bekend gemaakt. Doelgroep 1e jaars bachelorstudenten afstudeerrichting Maatschappijwetenschappen. Overige informatie Één bijeenkomst per week gedurende P4 en P5; in P6 wordt het vak geïntensiveerd. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 27 van 181
Bachelorwerkgroep politicologie 2 Vakcode
S_BWpol2 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J.J. Woldendorp
Docent(en)
dr. J.J. Woldendorp
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
100
Doel vak Schrijven van een wetenschappelijk paper, waarin de student blijk geeft van een kritische en analytische kijk op de geformuleerde onderzoeksvraag. Inhoud vak Te leren vaardigheden: - samenvatten van wetenschappelijke literatuur; - parafraseren van wetenschappelijke literatuur; - zoeken naar aanvullende en verwante literatuur, onder andere in de bibliotheek en op internet; - formuleren van een onderzoeksvraag; - uitwerken van een onderzoeksopzet; - vervaardigen van een uitgewerkte inhoudsopgave (opzet) van het eindpaper; - schrijven van een wetenschappelijk paper. Onderwijsvorm - Werkgroep. - Minor studenten individueel leesprogramma. Toetsvorm - Voor bachelor politicologie studenten een paper van 5-6.000 woorden (exclusief titelblad, inhoudsopgave, bibliografie, enzovoorts). - Studenten die de Minor politicologie volgen kiezen een leespakket van minimaal 750 pagina’s waarover een werkstuk van minstens 2.500 woorden geschreven dient te worden (exclusief titelblad, inhoudsopgave, bibliografie, enzovoorts). Het werkstuk dient te voldoen aan de vormeisen van de Schrijfwijzer FSW. Literatuur - Op basis van onderwerp eindpaper plus Schrijfwijzer FSW (beschikbaar via Blackboard). - Voor Minor studenten keuze uit leespakket politicologische klassieken. Doelgroep - Eerste jaars bachelor Politicologie studenten. - Studenten minor Politicologie.
Beleid en besluitvorming
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 28 van 181
Vakcode
S_BLB ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. D.B.D. Bannink
Docent(en)
dr. F.P. Wagenaar, dr. K.M. Lasthuizen, prof. dr. L.W.J.C. Huberts, dr. D.B.D. Bannink
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Doel van de cursus is om studenten vertrouwd te maken met klassieke en recente normatieve en empirische theorievorming over beleidsvoering en besluitvorming in bureaucratieën. Inhoud vak Beleid pakt zelden zo uit als het beleidsmakers voor ogen stond. In dit vak analyseren we enkele mechanismen die vaak tussen droom en daad blijken te staan. Verschillende docenten vertellen over hun ‘lievelingsmechanisme’ en illustreren de causale werking ervan aan de hand van concrete casus. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Tentamen Literatuur E-reader Doelgroep 2e jaars Bachelor B&O
Beschrijvende en inferentiële statistiek Vakcode
S_BIS ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
A.H. den Hamer MSc
Docent(en)
A.H. den Hamer MSc, dr. J.C. Muis
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum
Niveau
100
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - elementaire beschrijvende statistische technieken onderscheiden en de juiste techniek toepassen gegeven de beschikbare data in SPSS; - een elementaire tabelelaboratie uitvoeren; - diverse statistische technieken om verschillen tussen groepen te
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 29 van 181
testen (i.c. t-toets) en samenhangen tussen variabelen te testen (i.c. correlatie- en regressieanalyse) onderscheiden, en juiste toets toepassen gegeven de geformuleerde hypothese; - de genoemde toetsen toepassen in SPSS op beschikbare data; - een tabel opstellen en een gegeven tabel met statistische gegevens lezen. Inhoud vak Het vak biedt allereerst een overzicht van technieken om verzamelde kwantitatieve gegevens te beschrijven. Onderwerpen die aan bod komen zijn ondermeer gemiddelde en variantie, correlatie en regressie. Aan de hand van kruistabelelaboratie wordt de samenhang tussen drie variabelen beschreven en geïnterpreteerd. Diverse vormen komen aan bod zoals moderatie en mediatie. Daarnaast biedt het vak een overzicht van technieken om verzamelde gegevens te analyseren en hypothesen te toetsen. Na afloop van dit vak is een student in staat hypothesen op te stellen en te toetsen en van daaruit de juiste conclusies te trekken, de relatie te leggen tussen significantieniveaus, overschrijdingskansen en het onderscheidingsvermogen, de juiste statistische toets in een gegeven probleemsituatie toe te passen en verschillen tussen groepen te toetsen. Er wordt gebruik gemaakt van MyStatLab, een online leeromgeving waarbinnen al het genoemde geoefend kan worden en testjes kunnen worden gemaakt. Tijdens practica SPSS worden de genoemde analysetechnieken toegepast. Ook bij het opstellen van tabellen voorzien van de gebruikelijke informatie en het kunnen ‘lezen’ van tabellen wordt kort stilgestaan. Onderwijsvorm Hoorcollege en practica (verplichte aanwezigheid) Toetsvorm Schriftelijk tentamen (multiple choice) (ongeveer 70%), online Statlabopdrachten (ongeveer 15%) en SPSS-opdracht(en) (ongeveer 15%). De opdrachten kunnen niet worden herkanst. De herkansing is een mc-tentamen en bevat onderdelen (in de juiste verhouding) van het schriftelijk tentamen en de Statlab- en SPSS-opdrachten. Literatuur - Gerhard G. van de Bunt (compiler). Descriptive and Inferential Statistics in the Social Sciences (2011). Pearson Custom Publishing. - Grotenhuis & Matthijsen. Basiscursus SPSS. Koninklijke Van Gorcum. - Software-pakket SPSS, bijvoorbeeld via Surfspot (https://www.surfspot.nl/). Het is altijd mogelijk SPSS in de practicumzalen te gebruiken, maar deze ruimte is beperkt en er wordt vaak onderwijs gegeven. SPSS is dan niet te gebruiken. - Aanbevolen literatuur: Grotenhuis & Visscher. SPSS met syntax. Koninklijke Van Gorcum. Doelgroep BSc 1, PMC CW, PMC BK, PMC PS Overige informatie - Het tentamen mag na afloop van afname NIET worden meegenomen. - Het is absoluut noodzakelijk om ‘Descriptive and Inferential Statistics’ aan te schaffen en SPSS op je eigen PC te intalleren. Bij dit boek wordt een code geleverd, die nodig is om de opdrachten te maken en gebruik te maken van de online leeromgeving die gebruikt zal worden tijdens de colleges. De opgaven uit het boek en de practicumopgaven vereisen vaak het gebruik van SPSS. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 30 van 181
- ‘Descriptive and Inferential Statistics’ is alleen te verkrijgen via de VU-boekhandel. Bij andere boekhandels is het boek niet te koop.
Besturen van de samenleving Vakcode
S_BS ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. F.P. Wagenaar
Docent(en)
dr. F.P. Wagenaar, dr. D.B.D. Bannink, drs. J. Rodenberg MSc
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak We zullen beargumenteren dat de manier waarop onze samenleving bestuurd wordt niet tijdloos is, maar juist iets zegt over de tijd waarin wij leven, en dat sommige manieren van besturen misschien nieuw lijken, maar in feite al eeuwen oud zijn. Daarmee hopen we de vernieuwingen in het besturen van de samenleving begrijpelijk te maken. Wat voor ontwikkeling maakt ons bestuur nu precies door, en hoe verhoudt die zich tot de ontstaansgeschiedenis van het bestuur in Nederland? Met het antwoord op die vraag hopen we uiteindelijk iets te kunnen zeggen over de bestuurbaarheid en maakbaarheid van de Nederlandse samenleving. Inhoud vak Governance, netwerksturing, marktwerking, laatmoderniteit: woorden die te maken hebben met de nieuwe manieren waarop de Nederlandse samenleving bestuurd wordt. Maar zijn die manieren wel zo nieuw als ze lijken? En wat is er dan vernieuwd? Als we de veranderingen in de manier van besturen willen duiden, dan moeten we eerst begrijpen hoe het bestuur van onze samenleving zich in de loop van de tijd ontwikkeld heeft. Wat voor zin heeft het bijvoorbeeld om te praten over ‘laatmoderniteit’ als we niet weten wat ‘moderniteit’ inhoudt? In Besturen van de Samenleving proberen we te ontdekken welke ontwikkelingen er achter de hypes en labels schuilgaan. Is ‘governance’ alleen maar een nieuw woord, of betekent het echt iets anders dan ‘government’? En wanneer is netwerksturing eigenlijk uitgevonden? Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur - Wagenaar, P., T. Kerkhoff & M. Rutgers (red.) (2011). Duizend jaar openbaar bestuur in Nederland: Van patrimoniaal bestuur naar waarborgstaat. Bussum: Coutinho. ISBN 9789046902127. Prijs: €32,50. - Artikelen (n.t.b.) Doelgroep
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 31 van 181
Studenten bachelor B&O afstudeerrichting Bestuurswetenschap
Bestuur, politiek en samenleving Vakcode
S_BPS ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J.J. Woldendorp
Docent(en)
dr. J.J. Woldendorp
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak Studenten vertrouwd maken met basiskennis vergelijkende politieke wetenschap, met daarbij bijzondere aandacht voor het belang van politiek voor bestuurlijke, beleidsmatige en organisatorische processen. Inhoud vak In dit vak worden uiteenlopende politieke systemen, instituties en processen geanalyseerd op hun implicaties voor bestuur, beleid en organisatie. Politiek geeft richting aan de samenleving en is van groot belang voor het functioneren van de publieke sector. Bestuurlijke activiteiten, zoals beleid maken en/of het leiding geven aan publieke organisaties, vinden doorgaans plaats binnen een context waarin democratische politieke instituties en besluitvormingsprocessen het speelveld bepalen. Op welke wijze politieke systemen en processen doorwerken in de wereld van bestuur en beleid, en hoe dit gevolgen heeft voor de manier waarop maatschappelijke problemen worden aangepakt, vormen de thema’s van dit vak. Daarbij zal een vergelijkende invalshoek worden gehanteerd, waarbij de volgende vragen centraal staan. Welke politieke systemen worden in de literatuur van elkaar onderscheiden? Hoe verschillen deze systemen onderling op punten als institutionele inrichting, besluitvorming en legitimiteit? En wat maakt, ten slotte, dat besturen en beleid maken onder wisselende politieke omstandigheden steeds andere vormen aannemen? Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Schriftelijke tentaminering Literatuur - Rod Hague, Martin Harrop, Comparative Politics and Government, 8th edition, Palgrave - Enkele aanvullende artikelen (via BB). Doelgroep Eerstejaarsstudenten B&O en Politicologie; Pre-Master studenten Political Science
Bestuurs- en organisatiewetenschap praktijkproblemen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 32 van 181
Vakcode
S_BOP ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
dr. mr. W.J. Kortleven, drs. J. Rodenberg MSc, M. Mulder
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak De student verwerft kennis en inzicht over de te nemen stappen tussen de constatering van een sociaalwetenschappelijk probleem dat zich in de praktijk voordoet en het uiteindelijk opleveren van een onderzoeksrapport of onderzoeksadvies van academisch niveau. Na afloop van praktijkproblemen kan de student de in de studie opgedane onderzoeksvaardigheden (waaronder rapportagevaardigheden, theoretische inzichten, methoden van onderzoek, et cetera) op een adequate manier in de praktijk toe passen. Hieronder vallen onder andere 1) het identificeren van een sociaal wetenschappelijk probleem; 2) het probleem vertalen naar een relevante onderzoekbare onderzoeksvraag op basis van theoretische en methodologische inzichten, 3) de juiste onderzoeksmethoden selecteren; 4) randvoorwaarden vaststellen waarbinnen het antwoord wordt gegeven op de onderzoeksvraag; 5) voldoen aan ethische, methodologische, en praktische randvoorwaarden; 6) de onderzoeksbevindingen op een praktische en wetenschappelijke (APA style) manier beschrijven. Inhoud vak Het vak behandelt de door studenten/onderzoekers/adviseurs te nemen stappen tussen 'constatering van een praktijkprobleem' en 'presentatie van een onderzoeksrapport/advies'. Hierin valt goedbeschouwd het aan onderzoeks- en rapportagevaardigheden die de studenten in hun werkzame leven nodig zullen hebben. Het vak vormt zo ook een voorbereiding op de Bachelorthesis. De theorie rond onderzoeks- en rapportagevaardigheden die in Bachelorthesis nodig is, komt in een praktijkprobleem aan de orde. De schil waarin dit gebeurt is die van een onderzoeksaanbesteding. De volgende inhoud komt in het vak aan de orde: 1) Een offerteverzoek van een organisatie die een onderzoeksvraag via een aanbesteding onder de aandacht wil brengen van aanbieders van onderzoek vormt het startpunt van de cursus. In zo'n offerteverzoek bevindt zich een praktijkprobleem in een compacte, enigszins voorgestructureerde vorm. Dat praktijkprobleem is geformuleerd door de onderzoeksvrager. Het is dan ook niet per se zo dat dit - geredeneerd vanuit de inhoudelijke en theoretische kennis - een adequate formulering van het praktijkprobleem is. De eerste te nemen stap is daarom die van reflectie op de in de aanbesteding geformuleerde onderzoeksvraag: is de praktische onderzoeksvraag relevant en in de juiste termen geformuleerd, gezien de bestaande wetenschappelijke inzichten? 2) Herformulering van de onderzoeksvraag: van praktijkprobleem naar onderzoekbare vraagstelling. Identificatie van relevante variabelen en relaties op basis van bestudering van relevante literatuur. 3) Vaststellen indicatoren, operationalisatie, methoden van dataverzameling, selectie van cases, model van analyse. Hierbij is aandacht voor zowel kwalitatieve als kwantitatieve methoden. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 33 van 181
4) Onderzoeksuitvoering: onderzoekspraktijk en -ethiek. Vinden van draagvlak/toegang, beheersing van kosten en tijdsbeslag, voldoen aan methodologische vereisten onder praktische randvoorwaarden. 5) Onderzoeksrapportage: vormvereisten (APA), academisch schrijven van wetenschappelijk manuscript en voor onderzoeksvrager bestemd onderzoeksrapport (onderscheid tussen beide), verwerking van en reageren op kritiek (response letter; reactie op begeleidingscommissie onderzoek), schrijven van wetenschappelijk abstract en praktische managementrapportage. Onderwijsvorm Hoorcolleges en practica Toetsvorm Tentamen met open en multiple choice vragen Literatuur 1. Studiehandleiding B&O Praktijkproblemen 2012-2013 (via Blackboard) 2. Buunk, A.P. & Veen, P. (2008). Sociale psychologie. Praktijkproblemen. Van probleem naar oplossing. 2e herziene druk. Houten/Diegem: Bohn Stafleu van Loghum. (1e druk 1995) ong. 35 euro 3. Publication Manual of the American Psychological Association, 6th edition, 2010. Washington DC: APA. ong. 35 euro 4. Informatie over de concrete casus en aanvullend artikelen (via Blackboard) 5. Aanvullende M&T literatuur (wordt nog bekend gemaakt) Doelgroep Bachelorstudenten B&O (3e jaars) Overige informatie Het vak ‘Praktijkproblemen’ bereidt studenten voor op het vak ‘Bachelorthesis’ en wordt als noodzakelijk gezien om succesvol te kunnen deelnemen aan Bachelorthesis.
Biologische Psychologie (UM) Vakcode
P_UBIOPSY ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Psychologie en Pedagogiek
Coördinator
dr. D. van t Ent
Docent(en)
dr. D. van t Ent
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Inzicht verwerven in de structuur en functie van het zenuwstelsel en de rol van het zenuwstelsel in (ab)normaal gedrag. Inhoud vak Begrippen uit de biologie aansluitend bij de processen die men in de psychologie bestudeert. Aan de orde komen structuur en organisatie van het centrale en perifere zenuwstelsel, neurotransmissie, psychofarmaca Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 34 van 181
en de biologische mechanismen achter waarnemen, motoriek, emoties en de hogere cognitieve functies (geheugen, spraak, bewustzijn). Tijdens de colleges wordt tevens ingegaan op neurologische stoornissen (Parkinson, Broca's afasie, Alzheimer etc. ) en de biologie van gedragstoornissen (slaapstoornissen, psychosen, angstigheid, depressie, verslaving). Toetsvorm Twee deeltentamens. De deelcijfers tellen voor het eindcijfer mee in de verhouding deeltentamen 1= 1, deeltentamen 2 = 1. Indien het eindcijfer lager is dan 1.0 wordt het cijfer 1.0 gegeven. De deelcijfers zijn alleen geldig in het huidige studiejaar. Literatuur - Carlson, N.R. (2009), Physiology of behavior (10th edition). Allyn & Bacon: Boston. - Voor het college is een uitgebreide studiehandleiding beschikbaar (vanaf augustus; zie Blackboard).
Business Anthropology Vakcode
S_BA ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. A.H. van Marrewijk
Docent(en)
prof. dr. A.H. van Marrewijk
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Important goals in this module are: - Understand which anthropological theories and methods can contribute to organization and business perspectives. - Identify the different fields in which business anthropologists are hired. - Identify roles anthropology has to play in business as well as how anthropologists work within a business context. Inhoud vak This seminar explores how anthropological theories and methods have made significant contributions to the business world. Business anthropology is defined as applying anthropological theories and practices to the needs of private sector organizations, especially industrial business firms. Increasingly business anthropologists are hired in corporations in the fields of: - marketing and consumer behavior, - product design, - international business, - intercultural management, - cross cultural cooperation, - organizational cultural change. The seminar discusses these fields and the possibilities of organization anthropologists to acquire work and assignments as business anthropology is gaining importance and prestige in the business sector. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 35 van 181
Onderwijsvorm Lectures and discussion groups (70%-30%). 12 lectures deal with most important fields of business anthropologists. Students will prepare and discuss two assignments. Toetsvorm Students have to hand in the two assignments (20%) before permitted for the final exam (80%). Literatuur Tian, Robert G., Lillis, Michael P., and Van Marrewijk, Alfons H. (2010). General Business Anthropology. Miami, FL: North American Business Press. 580pp. Doelgroep Bachelor students Overige informatie Presence in discussion groups is obligatory.
Changing Identities in Southeast Asia Vakcode
S_CISEA ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. H.G.C. Schulte Nordholt
Docent(en)
prof. dr. H.G.C. Schulte Nordholt
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Students learn that ethnicity is not a fixed 'thing' that naturally belongs to certain groups but the outcome of historical processes and dynamic socio-political interactions. Inhoud vak In this course we look at (ethnic) identity politics in Southeast Asia. Referring to a general article by Cooper and Brubaker and using a historical perspective we investigate how colonial governments have reformulated and institutionalized ethnic identities. We then trace how post-colonial regimes treated ethnic minorities and outbrakes of communal violence. Finally we aks how citizenship is related to ethnic identities. Onderwijsvorm Lectures and class discussions Toetsvorm Pesentations (40%), literature reports and book review (60%). Literatuur
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 36 van 181
Cooper R. & Brubaker, R. (2002). Identity. In Cooper, F. (ed.), Colonialism in Question: Theory, Knowledge, History (pp.59-90). Berkeley: University of California Press. Klinken, G. van (2003). Ethnicity in Indonesia. In Mackerras, C. (ed.) Ethnicity in Asia (pp. 64-87). London: Routledge,. Other articles and books to be announced. Doelgroep Optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students, students Exchange programme and of various Bachelor’s programmes in the Netherlands, especially in history, political sciences, sociology and anthropology. Overige informatie Attendance in all lectures is obligatory. Students are required to read literature for each session.
Civil Society Vakcode
G_CIVSOC ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Godgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. G. Harinck
Docent(en)
drs. W.P. Beekers
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Inzicht geven in de ontwikkeling van het protestantse middenveld in de 19e en 20e eeuw als onderdeel van de Nederlandse civil society; ervaring opdoen met archiefonderzoek. Inhoud vak Vanaf het midden van de 19e eeuw kwam een Nederlandse civil society tot bloei. Protestantse initiatieven (bijvoorbeeld op het gebied van de zending, onderwijs, volkshuisvesting, armenhulp, vormden er een belangrijk onderdeel van. Dit protestantse maatschappelijk middenveld groeide verder na grondwettelijke verankering van de godsdienstvrijheid en het ontstaan van een verzuilde 'strijd om de moderniteit'. Ter inleiding op dit werkcollege komen verschillende perspectieven op deze periode aan de orde. Daarna gaan studenten aan de slag met de archief van een protestantise organisatie of beweging (te vinden in het Historisch Documentatiecentrum van de VU). Op het programma staat ook een excursie naar vroegere protestantse woonwijken in Amsterdam. Onderwijsvorm Hoorcollege, praktijkopdracht in archief, excursie. Toetsvorm Aanwezigheidsplicht. Beoordeling paper met cijfer (0-10).
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 37 van 181
Literatuur Peter van Dam, Staat van verzuiling. Over een Nederlandse mythe (Amsterdam 2011); aanvullende artikelen. Vereiste voorkennis 90 EC. Doelgroep Deze module maakt deel uit van de universiteitsminor Geschiedenis van het Nederlands Protestantisme. Met name bestemd voor derdejaarsstudenten geschiedenis of theologie, maar open voor andere studenten.
Cognitive Neuroscience Vakcode
AB_1056 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coördinator
dr. S. van der Sluis
Lesmethode(n)
Practicum, Computerpracticum, Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Introduction to the field of cognitive neuroscience: understanding the biological mechanisms underlying cognitive processes such as learning and memory, discussing recent developments in the field with leading scientists, and acquiring knowledge on how the brain and cognitive abilities are measured. Inhoud vak In the kick-off of this Minor, you will learn the basics of cognitive neuroscience through a series of introductory lectures on brain function and (dysfunctional) cognitive behaviour. More specifically, we will teach you the structure and function of the major building blocks of the brain ranging from single cells to neuronal networks and from emotion to motor control. We combine workshops and keynote lectures to discuss recent advances in the field of learning and memory, sleep, cognition and consciousness. Finally, you will experience various technical approaches to measure the brain (e.g., MRI, EEG, histology) and cognitive behaviour in hands-on practicals. Onderwijsvorm Lectures, practicals, workgroups, student presentations Toetsvorm Written exercises and exam. The final result is equal to the exam result, with a possible extra half point to be earned by the exercises. The exercises need to be passed in order to be allowed to take the exam. Literatuur "Foundations Of Behavioral Neuroscience" by N.R. Carlson (Pearson Education (US)), 8th edition.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 38 van 181
Doelgroep Open to students from all educational backgrounds (e.g., exact, social, life and economic sciences) with an interest in the brain and mind. Overige informatie Co-ordinators: Sophie van der Sluis and Christiaan de Kock. No special requirements to be met. Part of minor Brain and Mind. This minor course requires a minimum of 25 participants to take place.
Cognitive Neuroscience and Neuropsychology (UM) Vakcode
P_UCNNPSY ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Psychologie en Pedagogiek
Coördinator
dr. D.J. Heslenfeld
Docent(en)
dr. D.J. Heslenfeld
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak To introduce students to the multidisciplinary area of cognitive, social, and clinical neuroscience. Inhoud vak The course will treat modern techniques and recent data that relate mental processes to brain functions. Techniques that will be covered are EEG, MEG, fMRI, lesions. Mental functions that will be studied include perception, memory, language, emotion, and social cognition. The level of the course is introductory, the aim is to provide a basis for the master program. Onderwijsvorm Lectures and literature study. Toetsvorm Written examination, multiple choice questions. Overige informatie Language: tuition in English.
Communicatieklassiekers Vakcode
S_CK ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. T. Hartmann
Docent(en)
prof. dr. J. Kleinnijenhuis, dr. T. Hartmann
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 39 van 181
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak Na afloop van de cursus heeft de student: - uitgebreide kennis van theorieën die centraal staan binnen de communicatiewetenschap (zoals cultivatie, agenda setting, zwijgspiraal). - kennis over de historische en filosofische oorsprong van grondbeginselen van communicatiewetenschap op basis van werken van “grote denkers” (zoals Machiavelli, de Tocqueville, Wittgenstein). " Inhoud vak In deze cursus word theorieën of onderwerpen elke keer besproken aan de hand van twee teksten: 1) de originele tekst waarin de theorie wordt geïntroduceerd door de bedenker(s) (zoals MccCombs & Shaw deden voor de theorie over agenda setting), en 2) een recent overzicht waarin een goed beeld geschapen wordt van de kern van het idée, de ontwikkelingen, de beperkingen en de empirische ondersteuning. Op enkele colleges worden ook nog teksten uit een verder verleden besproken (in het geval van de theorie over agenda setting bijvoorbeeld boekhoofdstukken van Walter Lippmann). Onderwijsvorm Hoor-, en werkcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen en tussentijdse toets. Tussentijdse toets op basis van actieve deelname en papers. Beide delen moeten voldoende worden afgerond. Literatuur De complete literatuurlijst zal voor aanvang van de cursus op de Blackboard pagina van het vak worden geplaatst. Voor teksten waar copyright op rust, zal een reader worden verstrekt (kosten vermoedelijk onder A list of hyperlinks to the exam literature will be available from Blac35 Euro + kosten voor het printen van electronisch materiaal). Doelgroep 1e jaars studenten CW
Communicatiewetenschap Vakcode
S_CW ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. P. Kerkhof
Docent(en)
prof. dr. P. Kerkhof
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 40 van 181
Doel vak Na afloop van de cursus heeft de student een gedegen introductie op de studie Communicatiewetenschap gehad. Hij/zij heeft kennisgemaakt met de belangrijkste begrippen, theorieën en mechanismen waar communicatiewetenschappers mee werken en kennisgemaakt met media- en communicatiebeleid. Bovendien heeft de student leren kijken naar communicatie vanuit een onderzoeksperspectief in plaats van vanuit een consumenten perspectief. Inhoud vak Welke rol spelen media in onze beeldvorming van de realiteit? Tot nu toe heb je communicatie vooral ervaren als “consument” – door te kijken naar televisie, te surfen op het web, en te praten met je vrienden – maar nu ga communicatie benaderen vanuit het onderzoeksperspectief. Je maakt kennis met vragen die onderzoekers stellen over communicatievormen die jij elke dag in de praktijk tegenkomt; met de begrippen, theorieën en mechanismen waar communicatiewetenschappers mee werken. Aan de hand van recente voorbeelden uit de dagelijkse praktijk maak je kennis met thema’s als informatieoverdracht, beeldvorming, agendavorming, propaganda, attitudeverandering, en functies van de media. Daarnaast leer je meer over het mediabeleid van de overheid en over de werking van communicatiemarkten. In dit vak kijk je vanuit de alledaagse praktijk en je eigen ervaring naar communicatie(problemen) en leer je hierover na te denken in de begrippen en theorieën die communicatiewetenschap eigen zijn. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur Wordt nog bekend gemaakt. Doelgroep 1e jaars Bachelor CW studenten
Comparative Political Research Vakcode
S_CPR ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. B. Vis
Docent(en)
prof. dr. B. Vis, B.H. Neudorfer
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak - This course teaches students the basic skills of doing comparative research across a number of political systems (or cases, often countries). - To this end, it introduces students to key issues of research designs, Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 41 van 181
such as conceptualization, case-selection, working with “mixed-data” (qualitative and quantitative) and “mixed methods” (e.g. statistical, descriptive, historical and inferential logic). - Teaches students core topics of comparative politics by learning to interpret comparative differences and similarities of political and social actors in institutional settings; - And offers students hands-on experience in applying their knowledge to those topics. Inhoud vak - The course is structured by introducing the substance and methods of comparative political science and presenting and discussing a series of topics. Specifically, the first two weeks serve to provide the students with basic knowledge about the field of comparative political research, particularly the methodology regarding analyzing institutions, actors and policymaking in a comparative perspective. - After the students have been familiarized with comparative methodology, we turn to the substantive topics, including regime types (autocracy vs. democracy), patterns of democracy, and electoral and party systems. - The lecturer will introduce and elaborate the topic; the students are instructed and work individually and in small groups on the topic. By doing so, students practice the basics of doing comparative research. Onderwijsvorm One lecture and one tutorial per week. Toetsvorm Written assignments and written exam. Literatuur - Landman, T. (2008). Issues and Methods in Comparative Politics: An Introduction (3rd edition). London and New York: Routledge. - Lijphart, A. (2008) Thinking about Democracy. Power sharing and majority rule in theory and Practice, London and New York: Routledge. - Additional literature: downloadable (via JStore, E-book or provided thru BlackBoard). Doelgroep Bachelor students Political Science and students of the Pre-Master Political Science. Overige informatie Each week one lecture and one tutorial.
Creative Writing Vakcode
L_NNBAALG001 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
A. Storm
Docent(en)
A. Storm
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
200
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 42 van 181
Doel vak Het vak Creatief schrijven wordt voor het eerst in Nederland aangeboden op universitair niveau. Het streven is studenten inzicht te geven in literaire technieken zodat ze zelf fictie leren schrijven van een behoorlijk technisch niveau. Het gaat hierbij om scheppend proza. Aan het eind hebben de studenten een afgeronde fictionele tekst geschreven, hetzij een kort verhaal, hetzij een afgerond romanfragment. Studenten krijgen inzicht in hoe fictie werkt vanuit het perspectief van de maker, zodat ze zich kunnen bekwamen in het vak en de kunst van het schrijven. Inhoud vak In een reeks colleges wordt de student uitleg gegeven van verschillende technieken die in fictionele teksten worden aangewend. Dat gebeurt aan de hand van de opgegeven literatuur; verder door middel van oefeningen; en tot slot door middel van het zelf schrijven van een fictionele tekst die elke week in omvang groeit. Er wordt uitleg gegeven over en geoefend met essentiële literaire technieken en tactieken. De aandachtspunten zijn daarbij: - literair taalgebruik: wat is dat en hoe werkt dat; wat maakt een metafoor succesvol; hoe zijn verschillende taalregisters (bijvoorbeeld het schakelen van meer verheven taalgebruik naar volkstaal en terug) van invloed op de inhoud van wat wordt verteld; - literaire details: wat voor details (observaties) zijn effectief in een literaire tekst en hoe werkt dat precies; - perspectief: wat is dat en hoe werkt het; hoe maakt een schrijver de keuze tussen de ik-vorm en de hij-vorm of waarom kiest hij eventueel voor een ander perspectief; - het schrijven van dialogen; - het schrijven van monologen in proza: de monologue intérieur en de stream of consciousness; - de opbouw van een plot; en tot slot: - wat is een literair personage eigenlijk. Onderwijsvorm De docent geeft gedetailleerde toelichting bij de bovengenoemde onderwerpen. De kennis die de student zo verkrijgt, zal moeten worden toegepast in het verhaal of het romanfragment waaraan de student werkt. De student krijgt feedback op zijn tekst. Er zijn zestien bijeenkomsten. De eerste bijeenkomst is inleidend en informerend, tijdens de laatste bijeenkomst worden de verhalen en romanfragmenten ingeleverd (die deadline is onverbiddelijk) en wordt er een tentamen afgenomen. De helft van de overblijvende werkgroepbijeenkomsten zal theoretisch van aard zijn en in de andere helft zal praktisch worden ingegaan op de groeiende teksten. Bovendien zullen er tijdens de bijeenkomsten oefeningen worden gedaan op het gebied van de schrijftechniek en zullen er literaire fragmenten worden gelezen, besproken en toegelicht. Bovendien vindt er een excursie plaats naar een literaire uitgeverij. Toetsvorm 1) Actieve participatie en volledige aanwezigheid; de student moet mee kunnen discussiëren en er blijk van geven dat hij met inzicht kan praten over de in de oefeningen behandelde schrijftechnieken. Onder actieve participatie wordt ook verstaan dat de student zich aan de opgegeven deadlines houdt. 2) Een afgeronde fictionele tekst van ongeveer drieduizend woorden; ook als er sprake is van een romanfragment moet er worden getoond dat er naar een zekere afronding kan worden toegewerkt.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 43 van 181
3) Een tentamen waarin fictietechnieken moeten kunnen worden herkend, benoemd en toegepast. De verdeelsleutel bij het toekennen van het eindcijfer zal zijn: 1) veertig procent; 2) veertig procent; 3) twintig procent. Literatuur Verplicht: James Wood, How Fiction Works (Jonathan Cape, London, 2008); zelf aan te schaffen. Verder zullen (fragmenten uit) andere boeken worden aangeraden in de loop van de bijeenkomsten; voor titels, zie hoofdstuk een uit het bovenstaande boek. Gestreefd wordt naar aanwezigheid van de boeken in de VU-bibliotheek. Vereiste voorkennis Geen, maar het college Meesterwerken uit de wereldliteratuur dient tegelijkertijd gevolgd te worden. Doelgroep De minor staat open voor alle studenten. Overige informatie Volledige aanwezigheid en actieve deelname zijn verplicht.
Culture and Citizenship Vakcode
S_CC ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. A.J. Salman
Docent(en)
dr. A.J. Salman
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Students gain knowledge of and insight in the differences in perceptions of citizenship and human rights and democracy, both based on ethnography and in the setting of the contemporary celebration of the right to cultural difference. Additionally, they reflect on the dilemmas contained in today's controversies on, on the one hand, fostering and respecting cultural difference, and on the other hand the struggle for human rights universals. Inhoud vak It is, some claim, the cultural right of an ethnic or religious community to administer internal justice in accordance with its traditions. It is however also the ‘universal’ right of any accused to be held innocent until proven guilty, to physical integrity and to a lawyer of one's choice. In these conflicting claims, the theme of this course is summarized. In this course we will reflect upon the uneasy merger of the vocabulary of the judiciary, ‘rights’ and universal ethics on the one hand, with the idiom of cultural traditions and identities on the other. First, we will look into different 'cultured' perceptions of notions such as (human, citizen) rights, 'good' politics and politicians, and we will give special attention to the notion of Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 44 van 181
democratic rule as a universal value – or not. The cases will illustrate that no such thing as a shared interpretation exists on what rights and democracy exactly mean. Next, we will look into current cultural and ethnic pleas to be entitled to different views and practices with regard to (individual) freedoms and political rule. Finally, we will reflect upon the consequences of these findings for the universalist claim with regard to democracy and individual human and citizen rights. The course will be anthropological in approach, not anchored in political sciences or law studies. The regional emphasis in this course will be on Latin America. Onderwijsvorm Lectures, guest lectures and class discussions. Toetsvorm Two written assignments during the course (25%), final take home exam (75%). Literatuur A compilation of book chapters and articles; most of which will be digitally available. Doelgroep Obligatory course in Minor Development Studies; elective course for students in PMC SCA; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and the Exchange Programme. Overige informatie This course is open to students from various disciplines who have completed their first year of their Bachelor programme. Students are invited to participate in discussions in class.
Cultuur en nieuwe media Vakcode
S_CNM ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. M.P.J. van de Port
Docent(en)
prof. dr. M.P.J. van de Port
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Studenten leren zich te verbazen over wat ze als vanzelfsprekend aannemen over media, om vanuit die verbazing tot nieuwe vragen en inzichten te komen. Inhoud vak Drie grondvragen vormen de leidraad voor deze cursus. De vraag ‘wat is een medium’ is een vraag naar sociaal-culturele inbedding van de ‘hardware’ van ‘mediation’: hoe moeten we de wisselwerking begrijpen tussen media technologie, media formats en media stijlen en de ‘boodschap’ die tot uitdrukking wordt gebracht? De vraag ‘wat is Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 45 van 181
mediation’ richt de focus op codering en decodering van media boodschappen als sociaal proces, en de dimensies van cultuur en macht die daarin altijd opspelen. De vraag ‘wat zijn media worlds’ richt zich op de volstrekte vervlechting van media en alledaagse leefwerelden; wat zegt de cultus rond ‘celebrities’ – of het geboortekaartje dat er uit ziet als de aankondiging van een nieuwe film met een nieuwe ster – over de plaats van media in ons bestaan. Klassieke teksten van media deskundigen zullen worden afgewisseld met etnografische analyses van media praktijken; en filosofische ondervragingen van het fenomeen ‘mediation’ zullen worden gecontrasteerd met een sociaalwetenschappelijk perspectief. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Tentamen Literatuur Wordt bij aanvang van het vak bekend gemaakt. Doelgroep Verplicht vak voor 2e jaars BSc CAO en 2e jaars BSc CW.
Cultuur, macht en diversiteit Vakcode
S_CMD ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. M.C. de Regt
Docent(en)
dr. M.C. de Regt, dr. M. Sahin
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
100
Doel vak Studenten verwerven kennis van en inzicht in een aantal deelthema’s van de antropologie; zij kunnen deze deelthema’s beschrijven in een werkstuk dat de vorm heeft van een ‘mini-etnografie’. Inhoud vak In deze cursus wordt het begrip cultuur gerelateerd aan macht en diversiteit en uitgediept aan de hand van verschillende etnografische voorbeelden uit Azië, Afrika, Latijns Amerika en de multiculturele samenleving in Nederland. Begrippen die daarbij aan bod komen zijn globalisering en lokale cultuur, familie en verwantschap, ritueel, religie, etniciteit en identiteit. In dit vak is er speciaal aandacht voor het aspect van gender, de sociaal-culturele constructies van de verschillen tussen mannen en vrouwen. Om de etnografische onderzoeksmethode te oefenen krijgen studenten de opdracht de in het college behandelde begrippen te toetsen aan de praktijk van alledag. Daartoe kiezen zij een afgebakende sociale groep in de eigen leefomgeving (bijv. studentenvereniging, de eigen familie of de woonbuurt) en schrijven daarover werkstukken die gebundeld worden in een Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 46 van 181
‘mini-etnografie’. In de werkgroepbijeenkomsten houden zij een mondelinge presentatie over een van de werkstukken. Onderwijsvorm Hoorcolleges en werkgroepen Toetsvorm Schriftelijke opdracht (mini-etnografie, 30%), mondelinge presentatie (20%) en take-home tentamen (50%). Literatuur Literatuur wordt voor aanvang van het college bekend gemaakt. Doelgroep Verplicht vak voor 1e jaars BSc CAO en 1e jaars van de afstudeerrichting Maatschappijwetenschappen; keuzevak voor andere belangstellenden. Overige informatie Deelname aan hoorcolleges en werkgroep is verplicht.
De netwerksamenleving Vakcode
S_DNWS ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. M.E. Boekkooi
Docent(en)
dr. G.C.F. Thomese, prof. dr. T.G. van Tilburg, dr. M.E. Boekkooi
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Het doel van het vak is studenten bekend maken met het netwerkkarakter van de moderne samenleving en de rol die moderne communicatietechnologie hierin speelt. Na afronding van dit vak kennen studenten de belangrijkste kenmerken van de netwerksamenleving en hebben zij inzicht in de manier waarop moderne communicatietechnologie ingrijpt op belangrijke sociale terreinen. Studenten hebben kennis en inzicht in de theoretische benaderingen in de sociaal-wetenschappelijke studie van de netwerksamenleving en kunnen aan de hand hiervan zelfstandig een relevante onderzoeksvraag over de netwerksamenleving formuleren en theoretisch onderbouwen in het licht van wetenschappelijke literatuur. Inhoud vak We behandelen de opkomst van informatietechnologie en de groeiende betekenis van netwerken daarbinnen. We bestuderen verschillende theorieën en opvattingen over de manier waarop (communicatie)netwerken sociale, economische, culturele en organisatieprocessen vormen. De studenten bereiden zich voor op het analyselab door aan de hand van de opgedane theoretische inzichten zelf een relevante onderzoeksvraag te bedenken en deze met behulp van wetenschappelijke literatuur uit te werken.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 47 van 181
Onderwijsvorm Hoorcollege en werkcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen (60%) en opdrachten (40%) Literatuur Van Dijk, J. A. G. M. (2012). The network society: Third edition. London: Sage.ISBN 978-1-4462-4896-6 (paperback); ISBN 978-1-4462-4895-9. Aanvullende literatuur wordt bekend gemaakt via Blackboard. Doelgroep Studenten Minor “Netwerken in de informatiemaatschappij” (bachelor) Overige informatie Zowel tentamen als opdrachten dienen voldoende te zijn.
De stad als merk (in Europa en de VS) Vakcode
L_GEBAALG004 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. C.A. Davids
Docent(en)
prof. dr. C.A. Davids
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
300
Doel vak Studenten van verschillende opleidingen van de VU die de minor Amerikanistiek of minor Stadsgeschiedenis/Historisch Amsterdam willen volgen Inhoud vak Elke stad die zichzelf respecteert, probeert zich tegenwoordig met een bepaald ‘image’ aan de buitenwereld te verkopen om investeerders en toeristen aan te trekken. Zo presenteert Den Haag zich als de stad van Vrede, Recht & Veiligheid, wil Rotterdam de stad van Duurzaamheid worden en verkoopt Amsterdam gewoon Zichzelf. Europese steden vechten steeds weer een hevige concurrentiestrijd uit om een jaar lang Culturele Hoofdstad van Europa te mogen worden. Amerikaanse steden kennen zulke 'city branding' al langer. Steden willen zich onder bepaalde omstandigheden kennelijk graag als `merk’ onderscheiden. Hoe komt zo'n zelfpresentatie tot stand? Welke groepen en processen zitten daarachter? In hoeverre heeft 'city branding' te maken met globalisering (economisch, politiek, cultureel)? Vergelijkend onderzoek naar literatuur en bronnen over een wat langere periode (19e-21e eeuw) en over verschillende delen van de wereld (Verenigde Staten, Europa) kan op zulke vragen een antwoord geven. Onderwijsvorm Werkcollege
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 48 van 181
Toetsvorm Mondelinge presentatie van onderzoeksresultaten (20 %), deelname aan discussie (10 %), werkstuk (70 %); beoordeling in cijfers 0-10 Literatuur Literatuur wordt deels door docent opgegeven, deels door studenten zelf gezocht Vereiste voorkennis Basiskennis van de geschiedenis van de 20e eeuw Doelgroep Studenten van verschillende opleidingen die de minor Amerikanistiek of minor Stadsgeschiedenis/Historisch Amsterdam willen volgen Overige informatie English on demand
De virtuele organisatie Vakcode
S_DVO ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
J.J. Wolbers MSc
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak 1. Conceptualiseren van virtuele organisaties. 2. Problematiseren van virtualiseringsprocessen. 3. Begrijpen van de consequenties van virtuele organisatieverbanden. 4. Bestudering van netwerkeffecten in relatie tot virtualisering. Inhoud vak Iedere organisatie heeft tegenwoordig wel te maken met digitale technologie, zoals email, datasystemen, intranet, mobiele telefonie, helpdesks etc. We kunnen ons een organisatie eigenlijk steeds moeilijker voorstellen zonder de virtuele “interfaces” en “backbones”. Als digitale technologieën een overheersende rol spelen dan spreken we veelal van virtuele organisaties, maar in ieder organisatieverband is wel sprake van enige virtualisering. Het debat richt zich dan vooral op het spanningsveld tussen de vaak hooggespannen verwachtingen die aan digitale technologie gesteld worden, versus het alledaagse gebruik dat leden van een organisatie ervan maken, alsmede de hoge kosten, de ingrijpende problemen en de onbedoelde gevolgen die soms met de invoering van digitale technologie samen gaan. Digitale technologie is dus niet alleen veelbelovende technologie maar evenzeer veeleisende technologie. Dit roept belangrijke vragen op over de manier waarop de netwerken, de cultuur, de identiteit, de werkprocessen en de machtsverhoudingen binnen en tussen organisaties veranderen, over de veranderende betekenis van tijd en ruimte en over het impliciete beeld van organisaties dat in de technologie besloten ligt. Het leidt zelfs
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 49 van 181
tot fundamentele vragen over het wezen van organisaties die als zodanig steeds vluchtiger, veranderlijker en moeilijker herkenbaar lijken te worden. Paradoxaal is bijvoorbeeld dat virtualisering tegelijkertijd leidt tot een hernieuwde belangstelling voor de materiële kant van organisaties, zoals onder meer naar voren komt in discussies over “paperless offices” en het “flexibele werken”. Dit vak kent een thematische opzet. Themas die aan de orde komen zijn: de conceptualisering van virtuele organisaties; digitale organisatie technologieen; consequenties voor management en werkprocessen; netwerkverbanden en netwerkeffecten; collectieve gegevensverzameling tbv het vervolgvak analyselab is mogelijk onderdeel van dit blok. Onderwijsvorm Hoorcollege en opdracht Toetsvorm Tentamen + opdracht Literatuur Nog niet bekend Doelgroep 3e jaar bachelorstudenten van de FSW. Ook studenten van andere faculteiten en universiteiten kunnen zich inschrijven. Overige informatie Dit vak is onderdeel van de Minor Netwerken in de Informatiesamenleving. Deelname aan dit vak is mogelijk zonder de gehele minor te volgen.
Decision Making and Institutional Development Vakcode
S_DMID ()
Periode
Periode 6
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. A.C. Hemerijck
Docent(en)
prof. dr. A.C. Hemerijck
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
300
Doel vak This course is designed for advanced bachelor students to help them better understand processes of decision-making in politics, economics, and society, and particularly to enlighten them on how decision-making is structured by institutions. In four lectures the basic factors shaping decision-making processes in economic, organizational and political contexts are being surveyed. Meanwhile, students are obliged to work on an essay of a particular case of decision-making that serves as the basis for the written essay of 5,000 words that has to be delivered at the end of the course. This assignment (80% of the final grade), in conjunction with classparticipation (20% of the final grade), is the basis of the overall grade. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 50 van 181
Inhoud vak Most often decision-making is studied in terms of a rational (costbenefit) calculus between competing alternative strategies, whereby after a short process of consistent deliberation the least costly, most efficient, alternative is chosen. This is not ‘how decisions happen’ in the real world. Decisions are made in the context of: 1. Institutions, rules of procedure that structure decision-making processes. 2. Preferences of decision-makers are in important ways shaped by their identities (loyalties) and by prevailing environmental conditions. 3. As a consequence, the outcomes of decisions making cannot be solely attributed to the action of individuals (leadership); they are the outcomes of interaction processes among individuals, organizations, and societies. 4. Finally, institutional processes of decision-making are not merely important for understanding (and making) decisions; beyond the outcomes concerned they also give meaning to decision-making actors which help create, sustain, change, and give meaning to institutions. Onderwijsvorm Students and professor meet twice once a week on Friday mornings. Generally, the first 45 minutes will be reserved for a lecture followed by 30 minutes questions and discussion. A separate date will be scheduled for feedback on individual research papers. Each week students prepare for the Friday lecture by reading the literature related to the topic of that week. During and after the lecture a discussion about the issues raised in the lecture and literature will take place. In the second part of the course they will adopt a country or policy topic for intense study, to be elaborated in a final research paper and presentation. We hope to take advantage of the cross-cultural learning environment of VU University and encourage that students will actively engage in comparison of ‘their’ adopted case(s). The course will end with one-day when feedback is given on individual research papers. Literatuur Albert O. Hirschman (1970), Exit, Voice and Loyalty: Responses to Decline in Firms Organizations and State, Harvard University Press, Cambridge, Mass. James G. March (1994), A Primer of Decision Making: How Decisions Happen, The Free Press, New York.
Democratie 2.0 Vakcode
S_DM20 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B. Slijper
Docent(en)
drs. B. Slijper
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 51 van 181
Doel vak 1. De student is bekend met de klassieke theorieën over de praktijk en theorie van politieke participatie; 2. De student is bekend met de recente ontwikkelingen en veranderingen in de politieke participatie van burgers als gevolg van de opkomst van communicatietechnologie; 3. De student is in staat te beoordelen in welke mate deze veranderingen een aanpassing van de ‘klassieke’ theorieën nodig maken; 4. Voorbereiding van het analyselab. Inhoud vak Al vanaf het prille begin van de informatie- en communicatierevolutie waren er veel verwachtingen van de mogelijkheden van met name internet voor de politieke participatie van ‘gewone’ burgers. Zo zouden voorheen uitgesloten groepen nu veel beter hun weg naar het publieke debat kunnen vinden, moeilijk bereikbare groepen weer bij de publieke zaak betrokken kunnen worden, de kloof tussen burgers en politici zou kunnen worden gedicht, de toegankelijkheid en diversiteit van relevante informatie zou worden vergroot, en de verschillende interactieve mogelijkheden zouden het mogelijk maken veel meer burgers dan voorheen te betrekken bij allerlei publieke discussies en wellicht zelfs vormen van beleidsvorming. Kortom, internet zou de kwaliteit van democratische samenleving ten goede veranderen. Inmiddels is het enthousiasme enigszins getemperd. Zo deed de term digitale tweedeling haar intrede, is internet behalve een vrijplaats nu ook het terrein van verregaande vormen van censuur, worden fora als GeenStijl beschuldigd van vervuiling van de publieke meningsvorming, en worden beroemde klokkeluiders-sites als WikiLeaks van ‘digitaal terrorisme’ beschuldigd. Is internet nu een vloek of zegen voor de democratische samenleving? In deze cursus zullen we een stand-van-zaken van dit debat proberen te geven aan de hand van een zestal actuele cases. Daarbij staat telkens, naast de sociologische vragen naar de aard en omvang van de geschetse casus, ook de vraag centraal welke betekenis deze heeft voor de klassieke normen van de democratische samenleving. Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Opdrachten (40%) en Schriftelijk tentamen (60%) Literatuur Wordt t.z.t. bekendgemaakt Doelgroep Bachelorstudenten Overige informatie Dit vak is onderdeel van de Minor Netwerken in de Informatiesamenleving. Deelname aan dit vak is mogelijk zonder de gehele minor te volgen.
Development and Globalization Vakcode
S_DG ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 52 van 181
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. F. Colombijn
Docent(en)
dr. F. Colombijn, prof. dr. G.J. Abbink
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak The aim of this course is to foster students’ insight into issues of poverty, global inequality and development. Students will develop an anthropological perspective on developmental issues in the Global South. Inhoud vak The development of a capitalist economy in the North and the ongoing, global restructuring of the economy have impacted on economic and social development of the global South. Policies of states, supranational development agencies, and local NGOs to raise the standard of living in the so-called less developed countries have not attained the success levels hoped for. In fact, growth-oriented policies may have negative side effects, such as increased inequality, both within and between states, and ecological degradation. In this course, we analyse the interactions between (inter)national stakeholders and local populations, substantiating how particularly the so-called “poor” people experience inequality and poverty. We also highlight potential and experienced gaps between intentions and outcomes of development policies and look at what anthropology can contribute to ‘development’ debates and policy implementation. Onderwijsvorm Lectures and tutorial Toetsvorm Assignments (25%) and exam (75%) Literatuur McCann, Gerard & McCloskey, Stephen (eds.) (2009). From the local to the global. Key issues in development studies [2nd edition]. London: Pluto Press. ISBN 978-0-7453-2842-3. Willis, Katie (2011). Theories and practices of development [2nd edition]. London and New York: Routledge. ISBN 978-0-415-59071-6. Some additional articles. Doelgroep Obligatory course for students in the minor Development Studies; elective course for students in 2nd year of BSc CAO; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and students of the Exchange Programme. Overige informatie This course is open to students from various disciplines who have completed their first year of their Bachelor programme. Students are invited to participate in discussion in class.
Development from an Interdisciplinary Viewpoint Vakcode
S_DIV ()
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 53 van 181
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
prof. dr. H.W. Overbeek
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Students understand the complexity of the poverty and development issue as discussed in various scientific disciplines and can describe some topics in each field. They also have knowledge of current theoretical debates and of various policies of (inter)national governmental and nongovernmental institutions and other actors. Inhoud vak The course consists of lectures by highly qualified experts from a variety of faculties of VU University or working elsewhere. Students learn that each discipline operates on specific topics and fields, and by doing so contributes to the debate on poverty, inequality and development in the Global South. By learning from these various perspectives and approaches, students will enrich their knowledge and become more aware of the complexity of development issues. Onderwijsvorm Lectures Toetsvorm Written examination Literatuur Hopper, P. (2012). Understanding Development. Issues and Debates. Cambridge, UK: Polity. Various articles, to be announced. Doelgroep Obligatory course for students in the minor Development Studies. Optional course for 2nd and 3rd year Bachelor's students and students of the Exchange Programme. The course is also open for participants who only attend the lectures and don’t need credits. Overige informatie This course is open to 2nd and 3rd year Bachelor's students in various disciplines. Students are invited to participate in discussions in class; participants with experience in development work or related activities are especially invited to do so.
Economie, markt en overheid Vakcode
S_EMO ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 54 van 181
Coördinator
drs. P.J. de Vries
Docent(en)
drs. P.J. de Vries
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Het verwerven van kennis van en inzicht in de verhouding tussen overheid, markt en non-profitsector, positieve en normatieve theorieën over ordening van en interventies in markten door de staat. Inhoud vak Het onderwerp van dit blok betreft de afbakening van het publieke domein, de ordening van markten en de mogelijkheden voor en effecten van overheidsinterventies in markten. De invalshoek is vooral een microeconomische, in die zin dat de welvaartseffecten van verschillende taakverdelingen, ordeningen en interventies steeds het oriëntatiepunt vormen. Vragen die aan de orde komen zijn onder meer: Welke taken horen in het publieke domein thuis? Wanneer en hoe dient de overheid zich met de ordening van markten te bemoeien? Wat zijn de effecten van verschillende typen van interventies van overheden in marktprocessen? Op de genoemde vragen worden zowel positieve/empirische antwoorden gezocht - wat is de feitelijke rol van de overheid en hoe kunnen wij die verklaren - als normatieve - wat zou de rol van de overheid moeten en kunnen zijn als we een maximale bevrediging van maatschappelijke behoeften willen nastreven? In het blok is onder meer aandacht voor de theorie van de collectieve goederen, principal-agent theorie, de public choice benadering en transactiekostentheorie. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Schriftelijke opdrachten en een afsluitend schriftelijk tentamen Literatuur Uitgewerkt collegedictaat (ca. 300 pp) en geselecteerde artikelen. Alles wordt via blackboard ter beschikking gesteld. Doelgroep 2e jaars bachelorstudenten die kiezen voor de bestuurskundevariant, premasterclass-studenten bestuurskunde.
Enterprising Regions Vakcode
S_ER ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
dr. M.J. Spierenburg, dr. P.C. van der Sijde
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 55 van 181
Doel vak After following the course students are/have: 1. Familiar with different scientific theories and approaches of entrepreneurship from an embeddedness perspective. 2. Developed different theoretical perspectives on the principle of embeddedness, regional development and globalizations within the process of entrepreneurship. 3. Capable in scientifically discussing and critically analyzing the concepts, both their interconnectedness and differences. In terms of development of skills, after following this course students can/ are able to: 4. Name, analyze and apply the theoretical knowledge within two different empirical case studies of a) regional development and b) globalization within entrepreneurial regions . 5. Present their individual results and conclusions to a public demonstrating their insights into the matters. Inhoud vak Entrepreneurship is not an isolated process instigated and executed by individuals but occurs between social actors within heterogenic communities and the social context. This relation is often described as the ‘embeddedness’ perspective. The concept of embeddedness, wherein economical systems are considered to be embedded in social relationships, is the theoretical perspective through which we study and explore two empirical areas under discussion within the field of entrepreneurship: a) regional development and b) globalization. In this course we focus on how the societal, cultural, institutional and geographical embeddedness influence the processes of individual entrepreneurs, entrepreneurial communities, regional clusters and even national systems. In this course students develop specific theoretical as well as empirical knowledge about the socio-cultural and structural embeddedness of entrepreneurs and their regions. The focus in this course is on the embeddedness of the entrepreneur/enterprise and the regional (societal) context. Key questions addressed in this course are why some regions are more entrepreneurial than others?; how different forms of entrepreneurship are associated with pressures towards localization and regionalization? Equally we look into and compare, the development and exploitation of entrepreneurship and entrepreneurial processes in regions of Europe, South-East Asia and Africa. Onderwijsvorm Interactive lectures, “Fieldwork” Toetsvorm Students’ knowledge and insight will be tested through a case study project in which they study a specific entrepreneurial region on the basis of both academic literature, archival records and interviews with relevant players. Individual assignments consisting of - A two-page review of a scholarly publication relevant for the development of the theoretical chapter of the group case study report (10%, no resit possible). - A five-page summary of the findings of students contribution to the
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 56 van 181
data collection and analysis (this could either be a report of an interview with an entrepreneur or a policy maker, a summary of a policy report or analysis of statistical information about the region under investigation) (20% resit possible). - An individual discussion and conclusion chapter to the group case study report (20%, resit possible). A group case study report in which a region is analyzed with regard to its enterprising activities in terms of one or more of the theoretical approached discussed in the course. This case study report will has to consist of an introduction and problem statement, theoretical framework (based on an integration of the individual contributions), method, description of the case, results of the analysis. (50% resit possible) Both the combined grades for the individual assignments and the grade for the the group report have to be sufficient in order to pass the course. Vereiste voorkennis Participation in Introduction to Entrepreneurship (S_INTROE) is prerequisite. Aanbevolen voorkennis Entrepreneurship Industry (S_EI) and Entrepreneurship and Networks (S_EN) are highly recommended. Doelgroep Students of Minor Entrepreneurship, exchange students
Entrepreneuring in Amsterdam Vakcode
S_EA ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
dr. P.C. van der Sijde, N.J. Wetzels MA MSc.
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak The aim of the course Entrepreneuring in Amsterdam is to intergrate knowledge and insights accumulated in the preceding courses and apply these to the study of a local entrepreneurial initiative that is initiated or supported by local policy makers and various players in the civil society. Inhoud vak The focus in this course is on entrepreneuring in Amsterdam. Students will be acquainted with entrepreneurship (policy) issues in the context of a large city. The key question addressed in this course is how policy makers and key players in the civil society stimulate specific forms of entrepreneurship such as urban entrepreneurship, social entrepreneurship and green / environmental entrepreneurship in order to address and cope with comtemporary social challenges.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 57 van 181
Onderwijsvorm Introductory lecture, guest lectures, workgroups/ feedback sessions and fieldwork. Toetsvorm Project report including policy recommendations (group assigment; 60%) Individual reflection report (individual assignment; 30%) Presentation of the results (group assignment; 10%) Students have to receive a sufficient grade for both the group report and the individual reflection report in order to pass the course. Literatuur Although in principle no new literature will be dealt with in this course, articles of interest and for use in the assignments will announced on BlackBoard. Vereiste voorkennis Participation in Introduction Entrepreneurship (S_INTROE) is prerequisite. Aanbevolen voorkennis Entrepreneurship Industry (S_EI), Entrepreneurship and Networks (S_EN) and Entreprising Regions (S_ER) are highly recommended. Doelgroep 3rd year students
Entrepreneurship and Networks Vakcode
S_EN ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. ir. M.P.J. van der Gaag
Docent(en)
dr. I.A.M. Wakkee, dr. ir. M.P.J. van der Gaag, drs. A.M.C.E. Stam
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak After participating in this course students: - Have developed knowledge and insight on the role and use of social networks for entrepreneurs throughout the entrepreneurial process. - Have knowledge a are familiar with key concepts of social network theory. - Be able to recognize relevant network relations for given entrepreneurial roles and tasks. - Are able to conduct a small network analysis for an entrepreneur and provide basic advice to the entrepreneur on the basis of their insight into network theory.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 58 van 181
Inhoud vak The focus in this course is on the role and dynamics of social networks in the entrepreneurial process. The relevant theories are discussed (strong ties/weak times, embeddedness, generation legitimacy) and their effect on the recognition of opportunities, the building of a resource base and the generation of legimacy for novice and experienced entrepreneurs. The concept social capital will be discussed in terms of both positive and negative effects for the entrepreneur. Using such knowledge students will be challenged to conduct an ego-network analysis for an entrepreneur. Onderwijsvorm Lectures, practical instructions, workgroups. Students are required to be present at all meetings. Absence may have to be compensated via an additional assignment related to the meeting’s topic. Toetsvorm After five weeks students have to take a written exam to assess their understanding of the literature and key theories. Furthermore students work in pair on a larger research assignment consisting of an egonetwork analysis of an entrepreneur to be finished with a written report at the end of the course. Literatuur 1. Birley, S. (1985) The role of networks in the entrepreneurial process. Journal of Business Venturing 1:107–117. 2. Borgatti, S., & Foster, P. (2003) The Network Paradigm in Organizational Research: A Review and Typology. Journal of Management, 29 (6) 991-1013. 3. Burt, R. (2000) The Network Entrepreneur, Entrepreneurship, The Social Science View. Edited by R. Swedberg p. 281-307. 4. Cross. R. & Thomas R. (2008) How Top Talent Uses Networks and Where Rising Stars Get Trapped. Organizational Dynamics 37(2) : 165-180. 5. Elfring, T. en Hulsink, W. (2003) Networks in entrepreneurship - the case of high technology firms. Small Business Economics 21: 409-422. 6. Gargiulo M, & Benassi M. (2000) Trapped in your own net? Network Cohesion, Structural Holes and the Adaptation of Social Capital. Organization Science 11(2)183-196. 7. Granovetter, M.(1973) The Strength of Weak Ties. American Journal of Sociology. 78:1360–1380. 8. Greve, A. (1995) 'Networks and Entrepreneurship – an Analysis of Social Relations, Occupational Background and Use of Contacts during the Establishment Process'. Scandinavian Journal of Management, 11(1)1–24. 9. Hoang, H.& Antoncic, B.(2003). Network-Based Research in Entrepreneurship: a Critical Review. Journal of Business Venturing, 18:165–187. 10. Hogan, B., Carrasco, J., & Wellman, B. (2007) Visualizing Personal Networks: Working with Participant-Aided Sociograms. Field Methods, 19 (2)116-144. 11. Larson, A. & Starr, J. (1993) A Network Model of Organization Formation. Entrepreneurship Theory & Practice. 17:6-15. 12. Uzzi, B., (1997) Social Structure and Competition in Interfirm Networks: the Paradox of Embeddedness. Administrative Science Quarterly. 42:5–47. Vereiste voorkennis Participation in Introduction in Entrepreneurship (S_INTROE).
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 59 van 181
Doelgroep 3rd year students
Entrepreneurship Industry Vakcode
S_EI ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. P.C. van der Sijde
Docent(en)
dr. P.C. van der Sijde
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak During this course students will be challenged to think about the relationship between the topic of their “Major” (e.g. IT, Medicine, Law, Business Administration) and the domain of entrepreneurship and develop an understanding of how individuals trained in their disciplinary field can contribute to the development of a better entrepreneurial climate in a specific region or sector. As such they learn: - About the role and function of specific actors (“professionals”) in the entrepreneurship industry and how they se can stimulate and facilitate entrepreneurs and the development of an entrepreneurial climate. - To interpret and analyze entrepreneurial activities from a social science perspective. - To reflect on their own potential role in the entrepreneurship industry given their disciplinary background and knowledge. And they develop: - An interest in entrepreneurs and entrepreneurial behavior in a variety of contexts. - A more entrepreneurial mindset. - Intellectual integrity and self-reflexivity. Inhoud vak The focus in the course is on topics of entrepreneurship and innovation that professionals encounter in their day-to-day encounters with entrepreneurs, enterprises and entrepreneurship (e.g. business of science, commercialisation, (open) innnovation, intrapreneurship, policy issues). Onderwijsvorm Lectures, workshops Toetsvorm Term paper; practical assigments; active participation in workshops Literatuur
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 60 van 181
Series of article and cases, to be announced on BlackBoard. Vereiste voorkennis Participation in Introduction in Entrepreneurship (S_INTROE). Doelgroep Students of the Minor Entrepreneurship, exchange students
Environment and Development Vakcode
S_ED ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B.G. Keuper
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak This course aims to help the student to examine and critically reflect on the relationships between economic and social development, and the environment. Inhoud vak What do we mean by the concepts of environment and development and how are the two related? Is sustainable development, with its notions of environmental 'friendliness', really achievable? How can smallholder farmers in the developing world adapt to climate change? Can organic agriculture help feeding the world? Are biofuels the solution for our energy needs of tomorrow? These and many other questions will be discussed during this interdisciplinary course. After the introductory overview the course will discuss two overall aspects of the international E&D framework: (1) Global Issues - which considers the links between development on the one hand and environment, trade and poverty on the other. (2) Local Issues which focuses on the increasingly serious issues of land degradation, deforestation and growing water shortages, and asks key questions of how these are related to aspects of human development in poor countries especially within the agricultural (and off-farm) sectors. Various illustrated case studies provide the basis for teaching. Through this course students learn to recognise and analyse the current and potential impact of the major international environmental concerns; to appreciate the complexities of environmental issues related to development at a global level; and learn lessons from case studies drawn from over 20 developing countries. Onderwijsvorm Lectures and tutorial Toetsvorm Group presentations (40%) and paper (60%).
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 61 van 181
Literatuur Clap, J., & Dauvergne, P. (2011, 2nd edition) Paths to a Green World: the political economy of the global environment. Cambridge: MIT Press. Doelgroep Obligatory course for students in the minor Development Studies. Optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and students of the Exchange Programme. Overige informatie Some comments from students who attended the E&D course in 2011: “I liked the broadness of the course. I really have an overview now of the main environmental issues. The experience of the tutors is great too, they really know a lot, are enthusiastic and can slow lots of examples.” “I appreciated the well-balanced provision of facts and information and the emphasis on the micro-level.” “I loved the course and will recommend it to everyone, I might follow some more courses on this topic. Keep the spirit alive!” This course is open to students from various disciplines who have completed their first year of their Bachelor programme. Students are invited to participate in discussions in class.
Ethics and Integrity of Governance Vakcode
S_EIG ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. G. de Graaf
Docent(en)
dr. G. de Graaf, H.L. Paanakker MSc
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak The aim of the program is to familiarize the student with the conceptual framework on organizational ethics and integrity, and the state of the art of our knowledge on corruption, integrity violations and integrity management of public organizations in general and security organizations in particular. The student will be helped and stimulated to formulate own moral intuitions and opinions on these subjects. The course goals are as follows: 1. Students are able to name and explain the main concepts en theories on ethics and integrity of governance. 2. Students are able to apply the main concepts en theories on ethics and integrity of governance to ethical dilemmas in the form of concrete organizational cases and societal matters that concern security. 3. Students are able to reflect on the main concepts and theories of ethics and integrity of governance by formulating (theoretical and practical) shortcomings and by connecting the different concepts and theories to each other. 4. Students are able to recognize moral aspects of and formulate own moral opinions on concrete organizational cases and societal matters Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 62 van 181
that concern security, in terms of the main concepts and theories of ethics and integrity of governance. Inhoud vak Usually when an organization is on the front-page, something went terribly wrong with its integrity. Think of Enron or the private security company Blackwater. Because negative press can be devastating for the marketing and strategy of any business, nowadays no company can afford to design a strategy, without paying attention to (business) ethics. Similarly, integrity is of vital importance in every governmental policy: public trust in the integrity of government is crucial for its legitimacy and effectiveness. It is no wonder therefore that subjects such as public corruption, integrity and ethics have gained importance in the fields of public and private administration, political science, law and economics. This is ever more true when it concerns security. Because of their monopoly on the use of force, we expect security organizations, either public or private ones, to act with integrity. The organization and execution of security is faced with increasing demands to adhere to moral principles and to account for missteps or downright scandals. The former limited focus on 'corruption' and what is morally wrong is changing in the direction of integrity, ethics and what is morally good. The ‘Ethics and Integrity of Governance’ course will discuss conceptual and theoretical developments, paying particular attention to security organizations such as the police and the military. It also takes into account the role of government and other types of organizations in managing ethics and security. We will concentrate on understanding the role and meaning of integrity in these organizations, as well as on integrity strategies and institutions (integrity management) and their effects on integrity. In the course and in the lectures, we will actively discuss practical cases and 'current affairs’. Onderwijsvorm Seminar Toetsvorm Written exam Literatuur - Book: to be announced. - And 6 (journal) articles, listed on Blackboard. Doelgroep Students of the minor in International Security
Ethnographic monographs Vakcode
S_ETHMO ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B.G. Keuper
Docent(en)
drs. B.G. Keuper
Lesmethode(n)
Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
300
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 63 van 181
Doel vak Students will gain knowledge of ethnographic monographs within their historical and theoretical context. They will be assessed on their ability to present this knowledge in written work and in an oral presentation. Inhoud vak This course offers students the opportunity to read and analyse ethnographies of more or less famous anthropologists; a classical and a contemporary one. Tools for analysis and comprehension will be provided. Students submit a written review of one classical and one contemporary monograph, which includes a critical summary of the book and an analysis of the theoretical and methodological choices made by the author. To enlarge the knowledge of anthropological monographs, students also write twice a critical comment on a review of a fellow student. Added to that reviews are presented to the class in oral (group) presentations. Onderwijsvorm Tutorial Toetsvorm Two book reviews (80%) and two peer reviews (20%). All assignments must have a pass. Literatuur Gay y Blasco, P., & Wardle, H. (2007) How to Read Ethnography. London/New York: Routledge. A classical monograph (before 1970) and a contemporary monograph (after 1970); both selected from a list. Some additional articles, in relation to the books selected. Doelgroep Obligatory course for students in the 2nd year of BSc CAO; optional course for students in the Exchange Programme. Overige informatie Basic knowledge of the social sciences is required. A background in cultural and social anthropology would be beneficial.
EU Governance in an International Context Vakcode
S_EUGIC ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J.R. Hulst
Docent(en)
dr. J.R. Hulst, prof. dr. B.J.J. Crum, prof. dr. W.M. Wagner
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak - Gain a basic knowledge of the history of European integration, of the institutional structure of the European Union, and of the key issues in Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 64 van 181
the most important policy fields. - Introduction to the key approaches to European integration and their application to an understanding of the history and contemporary themes of European Union politics and governance. - Gain insight into how the European Union affects domestic politics, whilst at the same time being situated in a global context. Inhoud vak The European Union has an ever growing influence on political decisionmaking and policy-making in Europe and its nation-states. This course introduces students to the way the EU operates, its institutional architecture, its history, and its modes of decision-making. The course highlights how EU decision-making affects domestic politics, whilst it is at the same time situated in a broader, international context. Besides attention for the main characteristics of EU decision-making, the course familiarizes students with key theories of European integration (more intergovernmental versus more supranational approaches) and with the interaction between different levels of governance (Multilevel Governance, Europeanisation). These insights are applied in a number of selected policy domains that touch both upon the EU’s internal politics (e.g. competition, social policy, migration) as well as upon its engagement in the global realm (e.g. the WTO, climate negotiations). Onderwijsvorm Lecture Toetsvorm Exam and written assignment. Literatuur M. Cini & N. Pérez-Solórzano Borragán (eds.) (2010), European UnionPolitics. Third Edition, Oxford: Oxford University Press + articles. Doelgroep 2nd year Bachelor students Politicologie and Bestuur & Organisatie (Afstudeerrichting Bestuurswetenschappen); Exchange students.
Europe and the Pax Americana Vakcode
L_GEBAGES306 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. S.W. Verstegen
Docent(en)
dr. S.W. Verstegen
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
300
Doel vak Students will study some of the most relevant historical studies of the history of the European Union and the relatioship with the United States after the second World War Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 65 van 181
Inhoud vak We will study subjects like the Marshall Plan, NATO, the history of GATT and the European Common Markket. The focus will be on the late forties and fifties of the 20th century Toetsvorm assignments and essays Literatuur Alan S. Milward, The European Rescue of the Nation State (Routledge 2005); D. Unwin, A political history of Western Europesince 1945; chapters from H. van der Wee, Prosperity and upheaval. The world economy 1945-1980 (Penquin 1987) Doelgroep Students following the minor American studies Overige informatie Will not be teached in 2013-2014
Evolutionary Psychology (UM) Vakcode
P_UEVOLPS ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Psychologie en Pedagogiek
Coördinator
L. van der Meij
Docent(en)
L. van der Meij
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak The aim of this course is to introduce and familiarize students with theories, concepts and research from evolutionary psychology, help them develop evolutionary psychology hypotheses and show them how to design lab and field studies to test these hypotheses. Inhoud vak The course will introduce students to the main concepts, theories and studies in the growing discipline of evolutionary psychology. The goal is to give students insight into topics central in psychology from an evolutionary point of view. Central in this course is whether certain behaviors could be the results of an evolved adaptation to solve problems that our ancestors faced. Possible costs and benefits of these suspected adaptations will then be discussed. During the course we will provide some insights into the following questions: - Why do we have such big brains? - Why do men want to have sex sooner than women? - Why do we help others? - Why do we make war? Onderwijsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 66 van 181
- Lecture - Literature survey Toetsvorm Your mark will be based on a concise research proposal about a topic in evolutionary psychology. You are free to choose any topic you wish as long as it is related to evolutionary psychology. The research proposal has to be written as the introduction and methods of a scientific article. The introduction includes a concise literature review and ends with your hypotheses (+/- 1500 words). In the method section you will explain the methodological details of your proposed study (+/- 750 words). You do not run your proposed study, it is a theoretical exercise only. Each student will receive personal feedback once on his or her manuscript before handing in his or her final version. Full attendance at all lectures is required. Literatuur -Buss, D. M. (2011). Evolutionary Psychology: The New Science of the Mind. US: Pearson Education. - Eight scientific articles (will be announced during lectures)
Filosofie van management en organisatie Vakcode
S_FMO ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J. van Diest
Docent(en)
dr. J. van Diest, dr. J.M. Halsema
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak - Kennis van enige elementen die het ambigue karakter van hedendaagse organisaties bepalen. - Kennis van een filosofisch kader waarbinnen organisatieprocessen en activiteiten begrepen kunnen worden. - Kennis van enige ethische criteria ten behoeve van de beoordeling van organisatieprocessen. - Kennis van centrale begrippen van een aantal hedendaagse filosofen die relevant zijn voor bestuurs- en organisatiewetenschappen. - Inzicht in de toepassing van die begrippen op de bestuurs- en organisatiewetenschappen. Inhoud vak In dit vak staat een aantal grondbegrippen centraal van diverse theorieën van management en organisatie. Er blijkt een spanning te bestaan tussen een aantal van hen. Enerzijds spelen begrippen als functionaliteit, effectiviteit en (economische en organisatorische) rationaliteit een doorslaggevende rol in het discours van de organisatiewetenschappen, terwijl anderzijds ook een beroep gedaan wordt op zaken als identiteit, intersubjectiviteit en creativiteit. Beide typen van begrippen blijken echter niet zonder meer met elkaar verenigbaar te zijn. In de cursus wordt aan de hand van een overzicht Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 67 van 181
van de organisatietheorie bovengenoemde spanning concreet zichtbaar gemaakt. Gewezen wordt op ontwikkelingen binnen de organisatietheorie waarin de ‘menselijke factor’ meer centraal is komen te staan. Dit gegeven leidt echter tot de genoemde spanning. Via Hannah Arendt’s theorie van het handelen wordt een perspectief of kader geboden van waaruit de betekenis van die ‘menselijke factor’ verduidelijkt zal worden. Ook zal enige aandacht besteed worden aan ethische criteria die relevant (kunnen) zijn voor de beoordeling van deze ontwikkelingen en de hierin aanwezige spanning. Vervolgens wordt deze spanning uitgediept door op een aantal thema’s specifiek in te gaan, aan de hand van het begrippenkader dat hedendaagse filosofen aanbieden. Met behulp van het gedachtegoed van Michel Foucault en Judith Butler worden de thema’s macht, disciplinering en performativiteit uitgewerkt. Deze begrippen worden toegepast op Human Resource Management. Aangezien binnen dit perspectief juist de geringe ruimte wordt benadrukt voor het individu, gaan we vervolgens met behulp van de narratieve benadering onderzoeken of die meer perspectief biedt om de identiteit van het individu binnen organisaties te begrijpen. Ten slotte wordt de thematiek van identiteit binnen organisaties zelf nader uitgediept , zowel op het niveau van het individu als dat van de organisatie. Onderwijsvorm Wekelijks een hoor- en responsiecollege. Tijdens de responsiecolleges worden vragen en opdrachten behandeld die betrekking hebben op de verplichte literatuur en collegestof. Toetsvorm Tentamen met gesloten vragen. Literatuur Wordt via Blackboard bekend gemaakt. Doelgroep Studenten bestuurs- en organisatiewetenschap.
Filosofische ethiek I Vakcode
W_BA_ETH1 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Wijsbegeerte
Coördinator
dr. A.C.M. Roothaan
Docent(en)
dr. A.C.M. Roothaan
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak - Je maakt kennis met de belangrijkste ethische begrippen en theorieën; - Je leert hoe vanuit deze theorieën tegen ethische casus (meervoud) kan worden aangekeken; - Je doet ervaring op met het moreel argumenteren over ethische kwesties.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 68 van 181
Inhoud vak Tijdens dit college bespreken we, aan de hand van het boek en een selectie van primaire teksten, verschillende manieren om tegen de vraag naar het goede leven aan te kijken: zijn we goed wanneer we goed handelen (handelingsgerichte ethiek) of door een goed karakter aan te kweken (deugdethiek)? Wat heeft goed leven te maken met zorg om anderen? En wat met rechtvaardigheid? Wat zijn morele problemen, en hoe kunnen we ermee omgaan? Het gaat bij al deze vragen vooral om het wijsgerige aspect: om het doordenken van wat het ethische eigenlijk is, om wat voor domein van de menselijke ervaring het hier gaat. Onderwijsvorm Hoorcollege, gesteund en aangevuld door zelfstandige bestudering van de literatuur, maar ook bespreking hiervan door en met de docent; het maken van opdrachten. Toetsvorm Tussentijdse opdracht, tentamen met essay-vragen. Literatuur - G. den Hartogh, F. Jacobs, Th. Van Willigenburg Inleiding Ethiek, Boekenplan, Maastricht, 2010. - Selectie van primaire teksten.
Gedrag en communicatie in organisaties Vakcode
S_GCO ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J.W. Ouwerkerk
Docent(en)
dr. A.T.M. van Nistelrooij, dr. J.W. Ouwerkerk, dr. E.P. Sleebos
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak Na afloop van de cursus hebben studenten (a) kennis van algemene organisatie- en communicatiewetenschappelijke perspectieven voor het verklaren van gedrag in organisaties, (b) een overzicht van specifieke theorieën en modellen voor het verklaren van gedrag en attitudes op het niveau van individuen, groepen en de organisatie als geheel, (c) kennis over de rol van communicatie bij relevante onderwerpen zoals motivatie, groepsprocessen, leiderschap, conflict, organisatiestructuur, organisatiecultuur en organisatieverandering, en (d) ervaring met het toepassen van deze kennis op relevante casussen uit de praktijk. Inhoud vak Na een introductie van algemene organisatie- en communicatiewetenschappelijke perspectieven voor het verklaren van gedrag in organisaties, worden specifieke theorieën en modellen gepresenteerd voor het verklaren van gedrag en attitudes op het niveau van individuen, groepen en de organisatie als geheel. Hierbij wordt Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 69 van 181
inzicht verkregen in de rol van communicatie bij relevante onderwerpen zoals motivatie, groepsprocessen, leiderschap, conflict, organisatiestructuur, organisatiecultuur en organisatieverandering. In de bijbehorende werkcolleges wordt in groepsverband gewerkt aan de uitwerking van een aantal casussen. Onderwijsvorm Hoor-, en werkcolleges Toetsvorm Schriftelijk tentamen en tussentijdse toets. Literatuur Electronische reader met wetenschappelijke artikelen (wordt bekend gemaakt via Blackboard pagina van het vak) en een boek: - Shockley-Zalabak, P. S. (2011). Fundamentals of organizational communication: knowledge, sensitivity, skills, values (eighth edition). Pearson Education. ISBN: 9780205082797 (prijs 58 euro). -De complete literatuurlijst zal voor aanvang van de cursus op de Blackboard pagina van het vak worden geplaatst. Doelgroep Bachelor studenten CW en B&O Overige informatie Aanwezigheid werkcolleges verplicht.
Geschiedenis van de filantropie Vakcode
S_GF ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
L.K. Hoolwerf MSc
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
200
Doel vak Kennis van en inzicht in de Geschiedenis van de Filantropie, met inbegrip van bronnen, werkwijze en debatten. Inhoud vak Het college schetst de historische ontwikkelingsgang van de Nederlandse filantropie. Er is aandacht voor zowel continuïteiten als discontinuïteiten in de ontwikkeling, voor onderliggende algemene problemen en hun tijdgebonden oplossingen, evenals voor feitelijke informatie. Daarnaast is er enige aandacht voor met de filantropie vergelijkbare of 'concurrerende' regelingen, in de zin van functionele equivalenten. Het gaat hierbij om het verkrijgen van inzicht in de 'mixed economy of welfare'. Tenslotte gaat het om het verwerven van inzicht in de historisch-sociologische bestudering van de filantropie. Onderwijsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 70 van 181
Hoor en werk-college Toetsvorm Opdracht en tentamen Literatuur Tijdens de cursus zal gebruik worden gemaakt van een reader Doelgroep Bachelorstudenten en overig geïnteresseerden Overige informatie Alle studenten lezen voorafgaande aan de bijeenkomst de verplichte literatuur grondig. Tijdens de colleges wordt van alle deelnemers verwacht dat zij deze literatuur beheersen en erover kunnen discussiëren. De docent gaat dit na, beantwoordt vragen over de literatuur, en brengt de discussie zo nodig op gang. Hij verschaft waar nodig ook achtergrondinformatie. De informatie in de verplichte literatuur en de mondelinge informatie in het college vormen de tentamenstof. Daarnaast houdt elke student tijdens het college een presentatie over een onderwerp uit de geschiedenis van de filantropie.
Global Political Economy Vakcode
S_GPE ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. H.W. Overbeek
Docent(en)
prof. dr. H.W. Overbeek, dr. N.A. de Graaff
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak - Acquiring knowledge of and insight into the contemporary global political economy, in particular how the contradictory process of globalization reshapes the relationship between states and markets; - Introduction to and an understanding of rival concepts and theories within International Political Economy and their application to issues in contemporary global political economy; - Learning how to work in groups and enhance presentation skills. Inhoud vak This course offers students an introduction to the subject of International Political Economy (IPE). Throughout, the course will be guided by the question to which extent, and how, the current process of globalization is changing the relationship between states and markets, between public regulation and the private economy, between state and capital. Traditionally IPE studies the relationship between ‘the economic’ and ‘political’ within the interaction of – patterns of cooperation and conflict between – national states. If anything, the global financial and economic crisis of 2008 has made clear that this state-centric perspective is no longer adequate. With processes of globalization and transnationalization national economies have become so Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 71 van 181
much integrated, and their governance at various levels so much enmeshed, that what is properly called the global political economy is about much more than just states and their interests but also about private actors such as transnational corporations, NGOs and all of their different relations across and transcending national borders. At the same time the crisis has also shown that states, although apparently vulnerable in the face of global market forces, are also crucial when it comes to protecting the workings of global capitalism. This shows that indeed the relationship between states and markets is not a one-way street. In other words, politics and policies are shaped by economic globalization but the latter is also driven by politics, and shaped (indeed enabled) by the policy choices that states make. It is from this perspective that this course will examine first how the contemporary global political economy has evolved historically, and how we have moved from previous waves of internationalization and globalization to the current one. We will then proceed by analysing the current globalization of trade, finance, and production, as well as their global governance through transnational regimes and the role of International Organizations such as the IMF and the WTO within those regimes. We will furthermore do so through various theoretical lenses that discipline of IPE has to offer. Onderwijsvorm Lectures and class discussions Toetsvorm Written Exam (75%) + Participation (partly based on reflection sheets for every class) (25%) Literatuur To be announced
Global Religion and Local Diversity Vakcode
S_GRLD ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. J.T. Sunier
Docent(en)
prof. dr. J.T. Sunier
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Students are able to describe and interpret the role of religion under global conditions. They understand the complex interrelationship between religion on a global scale due to the role of modern mass media on the one hand and local diversification of religious practices and phenomena. They see the role of religion in processes of identity construction in various settings and understand central concepts and theories in the study of religion. Inhoud vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 72 van 181
Whether we like it or not, religion has become one of the main political and social issues of our time. Religion has become a major factor in a wide variety of global developments and processes. The place of religion in the contemporary societies cannot be properly understood without taking into account the fact that religions have become globalized. In the first place due to migration processes across the world, religions have traveled too. As a consequence local religious diversity has increased tremendously. Globalization has also brought about homogenization tendencies in all spheres of life. Paradoxically, however, the homogenizing tendencies of globalization at the same time reinforce processes of cultural heterogeneity and diversification. Globalization has also brought about anxieties about the disruption of local cultures and communities and thus triggered a process of ‘social closure’. Modern nation states attempt to domesticate global flows, particularly when they are said to jeopardize the national political, social and cultural status quo. Events taking place on the other side of the world exert direct influence, at least bear relevance to the production of religious knowledge and processes of community building. We cannot understand for example experiences of young Muslims in Western cities without taking into account what happens in Afghanistan. Modern mass media have made local religious leaders into world celebrities. The prominence of the Dalai Lama, leader of the Tibetan Buddhists, has turned Buddhism into a world religion. Pentecostal churches are the fastest growing religious movements in the world today. At the beginning of the 21st century religion has become a strong social and cultural force that is crucial to the politics of belonging on a global scale. This course explores a broad range of past and contemporary studies in Western and non-Western societies. It focuses not only on institutionalized religious traditions, but on all modalities and expressions of religiosity. Onderwijsvorm Lectures and tutorial Toetsvorm Written examination (60%) and assignments (40 %) Literatuur A compilation of book chapters and articles; most of which will be digitally available. Doelgroep Obligatory course for students in the minor Frontiers in Multicultural Societies; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and students of the Exchange Programme. Overige informatie Basic knowledge in the social sciences is requested.
Het verhaal van een opgraving Vakcode
L_BEBAARC103 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 73 van 181
Coördinator
dr. A.M.J. Derks
Docent(en)
dr. J.G. Aarts, dr. A.M.J. Derks
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Excursie, Werkcollege
Niveau
100
Doel vak Het doel van deze collegereeks is inzicht te verwerven in de organisatorische, technische en interpretatieve aspecten van een opgraving. De student maakt kennis met de brede kaders van vraaggestuurde onderzoeksprojecten en de kennisvormingsprocedures van een opgraving. Hij leert begrijpen hoe strategische keuzes in het veld kunnen worden verantwoord. Tijdens de werkcolleges leert hij in groepsverband opgravingsdocumentatie lezen en interpreteren en tijdens de excursie verwerft hij inzicht in de werkwijze van de archeoloog in het veld en in de beperkingen die door personele en financiële middelen aan de uitvoering worden opgelegd. Daarnaast verwerft hij basiskennis over rurale nederzettingen in Romeins Nederland. Inhoud vak Aan de hand van het concrete voorbeeld van de opgravingen van een Romeinse nederzetting en begraafplaats bij Tiel leren de cursisten hoe de archeoloog via het lezen, analyseren en interpreteren van grondsporen en mobilia tot een historisch verhaal over een kleine gemeenschap in het Romeinse rijk kan komen. Onderwijsvorm Hoorcollege met opdrachten/werkcollege. Tijdens de werkcolleges wordt in groepsverband aan het opstellen van een structuurrapport van een huis en een graf gewerkt. Tijdens de cursus vindt ook een dagexcursie plaats. Voor het college en de excursie geldt een aanwezigheidsplicht. Toetsvorm Schriftelijke opdrachten (20%) en schriftelijk tentamen (80%). Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur Roymans, N., T. Derks, S. Heeren (eds. ), 2007: ; Een Bataafse gemeenschap in de wereld van het Romeinse rijk. Opgravingen te TielPassewaaij, Utrecht. Aanvullende literatuur wordt op college bekendgemaakt Doelgroep 1e jaars studenten Archeologie; geïnteresseerde studenten Oudheidkunde, GLTC.
Het Zuiden van de Verenigde Staten Vakcode
L_GEBAALG005 ()
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. S.W. Verstegen
Docent(en)
dr. S.W. Verstegen, K. Lurvink MA
Lesmethode(n)
Werkcollege
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 74 van 181
Niveau
300
Doel vak Inzicht verwerven in het eigen karakter van het Zuiden van de VS en de betekenis daarvan voor de binnenlands-politieke ontwikkelingen van het land. Inhoud vak Onze visie op de Verenigde Staten wordt sterk beïnvloed door de dominante, politiek liberale en van oorsprong Puriteinse elite van de rijke en geürbaniseerde oostkust. Hierdoor is onze kennis van het veel armere en agrarische zuiden gering gebleven en sterk aan clichés onderhevig. In het werkcollege onderzoeken we de vraag hoe het zuiden zijn eigen sociale en culturele karakter heeft ontwikkeld. Hierbij wordt onder andere aandacht besteed aan de plantagehouders, slaven en kleine boeren, het baptisme, de burgeroorlog, rassensegregatie en de betekenis van de New Deal voor de ontwikkeling van het zuiden. Onderwijsvorm werkcollege Toetsvorm Opdrachten en werkstuk Literatuur W.J. Cooper jr. and Tom E. Terril, The American South: a history, Vol. I en II, 4e druk (2008/2009). Vereiste voorkennis Voor wie het vak volgt als 3e jaars hoofdvak: afronding 1e jaar Global History of Contemporaine Geschiedenis Doelgroep 3e jaars studenten geschiedenis, sociale wetenschappen, Engelse/Amerikaanse Letterkunde en Transatlantische Studies
History and Theory of Anthropology Vakcode
S_HTA ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. F. Colombijn
Docent(en)
dr. F. Colombijn
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak Students are able to describe the range of theoretical and methodological perspectives in social and cultural anthropology, their historical development, their philosophical grounding and their relevance for contemporary theory. Students also get a better understanding of the dynamics of paradigmatic change.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 75 van 181
Inhoud vak The course presents an overview of the main theoretical developments in the discipline of anthropology. Attention will be paid to the epistemological groundings of anthropological statements. Anthropological knowledge is always a product of a certain era and a certain historical situation; there is no eternal, and perhaps even no cumulative knowledge. Students will read seminal texts of famous anthropologists (Tylor, Mauss, Malinowski, Mead, Geertz, and others), which were often highly controversial at the time they were first published, and nowadays constitute the anthropological canon. By studying these texts in the context of their respective times, students will learn about the intentions, assumptions and styles of the authors and not least about the characteristics of the era. Onderwijsvorm Lecture and class discussions Toetsvorm Written exam (75%) and short essay (25%) Literatuur McGee, R.J., & Warms, R.L. (eds) (2012). Anthropological Theory: An Introductory History (5th revised edition). Boston: McGraw-Hill Education, (appr. 67 euro). Some additional texts, to be announced. Doelgroep Obligatory course for students in the 2nd year of BSc CAO and of PMC SCA; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and students of the Exchange Programme. Overige informatie Basic knowledge in the social sciences is requested.
History of Political Thought Vakcode
S_HPT ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
T.J. Bogers MA
Docent(en)
prof. dr. B.J.J. Crum
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak - Provide an understanding of basic concepts in political theory, like democracy, legitimacy, liberty and justice; - Give insight in the history of political thought and the relation between political theories and the historical contexts in which they have arisen; - Familiarize students with the different approaches in political theory: historical, descriptive-analytical and normative; Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 76 van 181
- Demonstrate the contemporary relevance of the history of political thought; - Analyse historical texts carefully and respectfully and to report on that in a clear and articulate way. Inhoud vak Political thought is about ideas and concepts and the influence they exert on political practice. Led by a selection of key political concepts and thinkers, this course traces the social and historical roots of these concepts and their underlying logic. The main focus of attention is the concept of ‘democracy’ and the many conceptions of democracy that exist and have existed. Other key concepts to be analyzed besides democracy are justice, liberty, equality and legitimacy. The course literature consists of excerpts from classical texts as well as secondary literature that serves to understand these texts and to position them in relation to each other. In the written assignment students are to report on the close analysis of selected texts and to articulate their findings in their own words. Onderwijsvorm Two lectures per week + one reflection class (that is to stimulate further reflect upon the two preceding lectures through various format and for which no additional literature is required). Toetsvorm Written exam (66.6%) and a written assignment (33.3%) Literatuur - Held, David (2006), Models of Democracy, 3rd Edition, Cambridge: Polity Press. - Additional texts to be made available on Blackboard. Doelgroep 2nd year Bachelor Politicologie students; Minor Politicologie students; Exchange students.
HP Ethnographic Monographs Vakcode
S_HPEM ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B.G. Keuper
Niveau
300
Doel vak Students enlarge their knowledge of ethnographic monographs within their historical and theoretical context and are able to present this knowledge in written form. Inhoud vak This course is an extension of the parallel course Ethnographic Monographs. Students seize the opportunity to broaden their knowledge of classical and contemporary monographs by reading and reviewing two more books. They also write a comment on two book reviews submitted in the Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 77 van 181
parallel class of Ethnographic Monographs. Onderwijsvorm Tutorial Toetsvorm Two book reviews (80%) and two peer reviews (20%) Literatuur A classical monograph (before 1970) and a contemporary monograph (after 1970); both selected from a list or in consultation with the tutor. Two book reviews of fellow students in the course Ethnographic Monographs. Doelgroep Honours programme students in the 2nd year of BSc CAO. Overige informatie - This course is only available for students in the honours programma of the BSc CAO. - This course can only be taken next to or after the course Ethnographic Monographs.
HP Individual Project in Sociology Vakcode
S_HPIPS ()
Periode
Ac. Jaar (september)
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. G.C.F. Thomese
Niveau
300
Doel vak Advanced knowledge or understanding of a specific substantive field, methodological or scinetific skill or orther relevant field of interest. Inhoud vak You can put forward your own proposal for how you would like to fulfill a part of the Honours requirement for Sociology. Such a proposal could take the form of an individualized study assignment, conducting a particular sociological experiment or making a sociologically relevant video documentary. In order to personalize your Honours programme in this way, you must submit a substantiated proposal to theSociology Education Manager. This proposal must address subject matter, working method, supervision, planning and reporting. Onderwijsvorm To be determined with the teacher. Toetsvorm To be determined with the teacher. Literatuur To be determined with the teacher.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 78 van 181
Doelgroep Honour's students
HP Part of Research Practical in Anthropology Vakcode
S_HPRPant ()
Periode
Periode 6
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B.G. Keuper
Niveau
300
Doel vak Students enlarge their training and experience in conducting qualitative research and are able to present this in written form. Inhoud vak This course is an extension of the parallel course Onderzoekspracticum kwalitatief. Students seize the opportunity to broaden their experience in doing empirical research and reading literature by extending the research project of Onderzoekspracticum kwalitatief they are participating in or by taking up an extra research problem. Onderwijsvorm Practical Toetsvorm Written report Literatuur Students will select the extra literature in consultation with the supervisor. Doelgroep Honours programme students in the 2nd year of BSc CAO. Overige informatie - This course is only available for students in the honours programma of BSc CAO. - This course can only be taken next to or after the course Onderzoekspracticum kwalitatief.
HP Part of the Bachelor Thesis in PAOS Vakcode
S_HPBTao ()
Periode
Periode 5+6
Credits
12.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. D.B.D. Bannink
Niveau
300
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 79 van 181
Doel vak The Bachelor thesis concludes the B&O curriculum. It is aimed at the reinforcement of students' research and other academic competencies. In the course a strong connection is made between the theory and practice of research and literature review. Inhoud vak In the Bachelor’s programme for Public Administration and Organization, the Bachelor’s thesis (18 EC) is timetabled in the second semester of the third year. The course includes a literature review and a research component. Honours students will do additional work for both components. The literature review component allows students to formulate their own themes and research questions, and is supplemented by a methodological survey, resulting in a concrete translation of the findings in terms of research methods. In the extended research component, students will use a wider range of methods, more advanced methods or more extensive data triangulation. The extended bachelor's thesis of the honours programme will have 30 EC. If there are sufficient numbers of Honours students, a separate Honours working group can be organised. In this group, the student’s own subject-related profile will be leading. Each student will demonstrate the ability to independently set up, conduct and report on a small-scale research study. This research can be both theoretical and empirical (literature review, data analysis, addressing secondary questions from a more extensive study in greater detail). Supervision is carried out by an experienced member of the research and teaching staff according to a master-apprentice model. Onderwijsvorm Lectures and workgroup sessions Toetsvorm Thesis Doelgroep Honours programme students bachelor B&O Overige informatie 12 EC's are added through the individual extension of the Bachelor's thesis or - when a sufficient number of students takes part - through a seperate research project.
HP Part of the Bachelor Thesis in Political Science Vakcode
S_HPBTps ()
Periode
Periode 5+6
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J.J. Woldendorp
Niveau
300
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 80 van 181
Doel vak With the Honours Bachelor Thesis, honours students are to demonstrate their ability to successfully conduct an individual research project within political science and to report on the findings of the research in a thesis that meets all the requirements of good academic writing. Inhoud vak A Honours Bachelor thesis is to distinguish itself by the application of at least two different research techniques and the use of an additional 2,000 words. Onderwijsvorm Tutor groups (students will participate in one of the Bachelor Tutor groups, see Bachelor-thesis Politicologie), and will have an individual meeting with their supervisor to discuss both their research design (week 4) and their extensive outline of the thesis (week 8). Toetsvorm Assessment and grading is based on participation and a mark for the thesis. Participation is compulsory, students may miss a maximum of 2 sessions. The marks for the thesis range from 1 (completely failed) to 10 (excellent). Literatuur Literature depends on the topics. Style Guide FSW (available on Blackboard). Vereiste voorkennis Having attained at least 90EC of the Bachelor Political Science (excl optional courses). Doelgroep 3rd year students in the Honours Programme of the Bachelor Politicologie.
HP Part of the Bachelor Thesis in Sociology Vakcode
S_HPBTsoc ()
Periode
Periode 5+6
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. G.C.F. Thomese
Niveau
300
Doel vak Extension of the Bachelor's thesis in scope and empirical funding; ability to conduct and report empirical research. Inhoud vak An Honours thesis in Sociology is a broader and more in-depth version of the Bachelor’s thesis. With the help of intensive consultations with a member of the academic staff, you will conduct an independent empirical study and write an article based on it. This article will serve as your Honours thesis and takes the place of your Bachelor’s thesis.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 81 van 181
Onderwijsvorm Individual consultation with supervisor. Toetsvorm To be determined with the teacher. Literatuur To be determined with the teacher. Doelgroep Honour's students
HP Part of the Bachelor's Thesis in Anthropology Vakcode
S_HPBTant ()
Periode
Periode 5+6
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B.G. Keuper
Niveau
300
Doel vak Students enlarge their knowledge of the subject they study for their Bachelor’s thesis or about a related topic; they are able to present this in written form. Inhoud vak This course is an extension of the parallel course Bachelorthesis antropologie. Students seize the opportunity to broaden their literature study and/or empirical research for the Bachelor’s thesis and write a report on their findings or extend their thesis with the additional work. Onderwijsvorm Tutorial Toetsvorm Written report Literatuur Students will select extra literature in consultation with the supervisor. Doelgroep Obligatory course for honours programme students in the 3rd year of BSc CAO. Overige informatie - This course is only available for students in the honours programma of BSc CAO. - This course can only be taken parallel with the course Bachelorthesis antropologie.
HP Research Colloquium in Political Science Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 82 van 181
Vakcode
S_HPRCps ()
Periode
Periode 4+5+6
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. P.J.M. Pennings
Niveau
300
Doel vak Training in different aspects of political science research, specifically with regard to: - Research design; - Reflection on meta-theoretical assumptions and methodological choices; - Data collection & analysis; causality, etc. Inhoud vak The research colloquium is a research workshop in which students are trained in independently conducting political science research, often by being involved in ongoing research of the faculty of the Department of Political Science. The findings of the research colloquium can serve as input into the Bachelor Honours Thesis but also need to form the basis for an independent output - such as e.g. a research paper or report that will be evaluated as such. Supervision takes place in the form of tutorials with all HP Political Science students or, when needed, individually. Onderwijsvorm Tutorial Toetsvorm Various assignments. Please note, this is a practical and therefore has no resit. Literatuur To be announced Doelgroep 3rd year students in the Honours Programme of the Bachelor Politicologie
HP Research project in Communication Science Vakcode
S_HPRPcw ()
Periode
Periode 4+5+6
Credits
12.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. A.M.J. van Hoof
Niveau
300
Doel vak The Research Project in Communication Science enables the student to deepen his/her knowledge and research skills in a specialized field in Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 83 van 181
communication science. Inhoud vak Students subscribe to one of the themes provided by the honours programme coordinator (dr A.M.J. van Hoof). These themes overlap with research areas of the staff of the department of communication science. Within the chosen theme the students conduct a small scale empirical study under the individual supervision of an expert staff member. The results are reported in a short research article. Onderwijsvorm Individual supervision Toetsvorm Individual thesis Literatuur Literature depends on the topic Overige informatie Please contact the coordinator before enrolling.
HP Research Project in PAOS Vakcode
S_HPRPao ()
Periode
Periode 4+5+6
Credits
12.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. D.B.D. Bannink
Niveau
300
Doel vak Build upon and demonstrate the ability to independently set up, conduct and report on a small-scale research study. Inhoud vak Research Project A&O (12 EC). If there are sufficient numbers of Honours students Public Administration and Organization, a separate Honours working group will be organised. In this group, the student’s own subject-related profile will be leading. Within the context of a working group themes will be chosen from the corresponding research programmes. Each student will demonstrate the ability to independently set up, conduct and report on a small-scale research study. This research can be both theoretical and empirical (literature review, data analysis, addressing secondary questions from a more extensive study in greater detail). Supervision is carried out by an experienced member of the research and teaching staff according to a master-apprentice model. Onderwijsvorm Seminars Toetsvorm Written assignment
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 84 van 181
Doelgroep HP-students Public Administration and Organization Science
HP Research Seminar Evolutionary Approaches in Sociology Vakcode
S_HPPEAS ()
Periode
Ac. Jaar (september)
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. G.C.F. Thomese
Niveau
300
Doel vak Insight in biological and/or cultural evolutionary approaches to social phenomena and their use for sociology. Inhoud vak Evolutionary approaches have had an eventful history within the social sciences. Recently, the sociological theories inspired by Darwin and Wallace’s biological theory of evolution have been the focus of renewed interest. In addition to socio-biology and other approaches which seek to explain behaviour on the basis of evolved genetic patterns, evolutionary theory is also being used to explain cultural transfer. In this seminar, you will study a range of present-day evolutionary approaches to human behaviour and explore them in relation to a specific theme, such as group identifications or choice of partner and number of children. Onderwijsvorm Tutorial Toetsvorm To be determined with the teacher. Literatuur To be determined with the teacher. Doelgroep Honour's students
HP Research Seminar Sociology Vakcode
S_HPRSS ()
Periode
Ac. Jaar (september)
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. G.C.F. Thomese
Niveau
300
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 85 van 181
Doel vak In-depth explaration of a theory, issue or research question that has come up during any of the sociological courses taught in the first and second year; further mastery of scientific analysis. Inhoud vak In close collaboration with the teacher, you will formulate a central question for the seminar, and choose a method for answering your question. Methods include literature search, theoretical analysis, secondary analysis, document analysis, or primary data collection. You can also take part in a research project of the teacher that is related to one of the courses. The process will be intensively supervised. Depending on the number of students, you may work together with others. Relevant courses are: Moderne Samenlevingen, Reuzen van de Sociologie, Mutliculturele samenlevingen, Social Capital and social Networks, Sociologie van de 21e eeuw, Inequality and the Welfare State, Social structure and political mobilization. Onderwijsvorm Tutorial Toetsvorm To be determined with the teacher. Literatuur To be determined with the teacher. Doelgroep Honour's students
HP Research Seminar Sociology of Social Problems Vakcode
S_HPSSP ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. G.C.F. Thomese
Niveau
300
Doel vak Insight into the sociology of social problems; ability to analyse a social issue from this perspective. Inhoud vak What is a social problem? There are at least two approaches to this question within sociology. The realist approach sees social problems as real conditions in society which are harmful to large numbers of people and which should therefore be combated. The constructivist approach sees social problems as contentions, statements that people make about harmful conditions which may or may not exist. There is a considerable gap between these approaches. In this research seminar, you will examine both approaches and carry out a case study on a social problem of your choice.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 86 van 181
Onderwijsvorm Tutorial Toetsvorm To be determined with the teacher. Literatuur To be determined with the teacher. Doelgroep Honour's students
Identity and Diversity in Organizations Vakcode
S_IDO ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
F. ten Holder MSc
Docent(en)
A. van Os MSc
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak The aim is to develop insight in identity and diversity related processes of in/equality and in- and exclusion in organizational life. The goal is to provide students with the analytical instruments to analyze and assess 'what is going on' in organizational settings in which identity and diversity, as reflections of societal developments, prevent or enable people from full participation. Inhoud vak Identity and diversity are ever more salient themes within organizations. Various approaches of identity in organizations provide different perspectives on how diverse identities relate to each other within organizational settings. Some focus on the processes of sense making, others focus on the notion of power in relation to identity in order to understand processes of in- and exclusion within organizations. Ethnicity, gender, physical condition, and age are explicit categories that could become sources of exclusion. Background, class, and education play a role in a more implicit sense. There are various reasons for organizations to become inclusive of diversity. It is commonly believed that if diversity is managed well, it could increase creativity by broadening the scope of organizations. Yet, organizations are also open arenas in which societal and global discourses of otherness and exclusion are reproduced and practiced. These processes of in- and exclusion are sometimes explicit but mostly implicit and hard to trace because they are embedded within organizational culture and taken for granted in social practice. In this course, an overview of theoretical perspectives relating to identity and diversity issues will be provided with the specific attention for concepts such as power and discourse. This theoretical framework is used to engage with several societal discussions such as affirmative action and the introduction of quotas. Students will be challenged to reflect upon their own positioning in Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 87 van 181
relation to these theories by preparing case studies in subgroups. Onderwijsvorm Lectures and group presentations Toetsvorm Assessment is based on participation in lectures and discussions and a final exam. The final written exam counts for 70% of the grade and 30% is based on the group presentation. Students need to pass both elements. Literatuur To be announced Doelgroep Students of the Minor Organizational Culture, students of the Minor Frontiers of Multicultural Societies and exchange students.
Identity, Ethnicity and Nationalism Vakcode
S_IEN ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. E.W. Bal
Docent(en)
dr. E.W. Bal
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak Students will be familiarized with academic debates about ethnicity, nationalism, nation-building, and the politics of identity; as these are central concepts in many anthropological studies. Inhoud vak The concepts of ethnicity, nationalism, nation-building, and the politics of identity are much discussed in anthropology. They refer to processes of community building and belonging, and to power struggles that we can witness all over the world and in a wide variety of situations. Students will acquire a thorough theoretical knowledge and critical understanding of these concepts. How are identities socially constructed? How are identities being used? The students assess the political dimensions of ethnicity and nationalism, and the way they are articulated in all kinds of situations. The course also addresses various topics in relation to ethnicity such as the politics of identity, transnationalism and migration flows, (violent) conflicts, indigenous self-organization, politics of religion, and the role of modern media in political processes. At the same time, even though many people consider ethnicity and the nation ‘hard facts’, as academic concepts they are vague and controversial. How can we assess these issues that are so central in many people’s lives, yet avoid falling into a pitfall of essentializing them? Onderwijsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 88 van 181
Lectures Toetsvorm Written exam Literatuur - Eriksen, T.H. (2002). Ethnicity and Nationalism. Anthropological Perspectives. London: Pluto Press (2nd revised edition). - Other literature will be announced at the start of the course. Doelgroep Elective course for students in 2nd year of BSc CAO; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and students of the Exchange Programme. Overige informatie This course is open to students from various disciplines who have completed their first year of their Bachelor programme. Students are invited to participate in discussions in class. Attendance of lectures and classes is obligatory.
Impact van het Romeinse leger op de grensstreken van het Romeinse Rijk Vakcode
L_BEBAALG006 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. A.M.J. Derks
Docent(en)
dr. A.M.J. Derks
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
300
Doel vak Kennis van en inzicht in recente trends in Romeinse legerstudies en hun relatie met bredere thematische ontwikkelingen in de Romeinse archeologie; toepassen van deze vaardigheden op een geselecteerde casus en leren zowel in groepsverband (discussiecollege) als zelfstandig (referaat en essay) daarover een oordeel te vormen en te communiceren. Schriftelijke presentatie met goede betoogopbouw, zorgvuldig taalgebruik en met correcte verwerking van literatuur/bibliografie. Verdedigen en beargumenteren van een eigen mening op basis van wetenschappelijke argumenten. Studiediscipline gericht op werkstuk of scriptie met eigen onderwerpkeuze. Kritisch omgaan met literatuur, theorieën en opinies. Zelfstandig formuleren en uitvoeren van een probleemstelling en een onderzoeksopzet, met gebruik van gangbare methoden en technieken van wetenschappelijk onderzoek. Inhoud vak Het Romeinse leger had uiteraard primair een militaire rol die bestond in de expansie en consolidatie van het rijk. Om die taak naar behoren te kunnen vervullen werd het leger onder keizer Augustus tot een staand beroepsleger omgevormd en in min of meer permanente forten langs de grenzen van het rijk gestationeerd. De impact van het Romeinse leger reikte echter verder dan de fortenreeks langs de grens, die slechts de Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 89 van 181
meest zichtbare manifestatie van de militaire presentie vormde. De permanente legering had grote invloed op de politieke, sociale en economische verhoudingen in de grensgebieden waar de troepen gestationeerd waren en soms zelfs ver daarbuiten. Deze cursus heeft tot doel de betekenis van de militaire presentie voor de in de grensstreken van het rijk gevestigde lokale gemeenschappen te onderzoeken. Na een inleidend hoorcollege en een discussiecollege krijgen de deelnemers een casus toebedeeld waarover zij een referaat houden en een essay schrijven. Onderwijsvorm Inleidend hoorcollege; vervolgens werkcolleges met discussie Toetsvorm Referaat en werkstuk. Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur James, S., 2002: Writing the legions, Archaeological Journal 159, 1-58. Overige literatuur wordt aan het begin van het college bekendgemaakt. Doelgroep In 2011-2012 eenmalig verplicht in het overgangsprogramma voor 3e jaars studenten Archeologie; als keuzeonderdeel voor 3e jaars studenten Oudheidkunde met Latijn. Overige informatie Alleen als deel van het minoraanbod.
Inleiding editiewetenschap Vakcode
L_AABAALG025 ()
Periode
Periode 1+2
Credits
12.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. A. Kets-Vree
Docent(en)
prof. dr. A. Kets-Vree
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
200
Doel vak Kennismaking met de theorie en praktijk van de editiewetenschap; inzicht in actuele ontwikkelingen (ICT) en discussies binnen het vakgebied; inzicht in het belang van de editiewetenschap voor maatschappij en wetenschap; het maken van een eigen teksteditie. Inhoud vak De editiewetenschap is voor teksten wat monumentenzorg is voor gebouwen. Ook voor ons literaire erfgoed is vakkundige zorg een noodzakelijke voorwaarde om voor nieuwe generaties levend te blijven. Editeurs zorgen voor betrouwbare teksten, zonder corrupties, en overbruggen de kloof tussen teksten van toen en lezers van nu. Behalve tekstedities maken zij ook brievenuitgaven, om meer te weten te komen over de ontstaansgeschiedenis van teksten, de werkwijze en opvattingen van auteurs, de rol van uitgevers enzovoort. Het vak is volop in beweging, Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 90 van 181
zowel het maken als het publiceren van tekstedities en bronnenpublicaties verandert ingrijpend door de beschikbaarheid van het internet en andere technologische ontwikkelingen (meer informatie op www.textualscholarship.nl). We bestuderen en bespreken de theorie van het uitgeven van 19de- en 20ste-eeuwse literatuur en correspondenties en toetsen die vervolgens aan een aantal papieren en digitale edities. De praktijk komt aan bod tijdens een excursie naar erfgoedinstellingen en vooral door zelf een digitale uitgave te maken. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges, met schriftelijke opdrachten, mondelinge presentaties en een eindwerkstuk, bestaande uit een editie; excursie naar erfgoedinstellingen. Opdrachten worden door de docent aangedragen, discussies naar aanleiding hiervan vormen een wezenlijk onderdeel van het college. Er is aandacht voor zowel de wetenschappelijke als de maatschappelijk-culturele aspecten van het vakgebied en de beroepspraktijk. Toetsvorm Actieve deelname aan de colleges, opdrachten, presentaties en werkstuk. Literatuur Marita Mathijsen, Naar de letter. Handboek editiewetenschap. Vierde, ongewijzigde oplaag (2010). Online: http://www.textualscholarship.nl. Via printing on demand in boekvorm verkrijgbaar bij Amsterdam University Press (27.50 euro). Vereiste voorkennis Geen, maar het college Meesterwerken uit de wereldliteratuur dient tegelijkertijd gevolgd te worden. Doelgroep De minor staat open voor alle studenten. Overige informatie De digitale editie wordt gemaakt binnen het collaboratory eLaborate, een online werkomgeving. Nadere inlichtingen via email:
[email protected] of
[email protected] of telefonisch (070-3315832). De mogelijkheid bestaat om het geleerde verder uit te werken in een scriptie of in praktijk te brengen door een stage aan het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis (meer informatie op www.huygens.knaw.nl).
Inleiding Filantropie Vakcode
S_IF ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. T.N.M. Schuyt
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 91 van 181
Doel vak Het vak biedt een verdieping van het verschijnsel filantropie tegen de achtergrond van de ontwikkeling van de verzorgingsstaat naar een 'civil society'. Studenten zijn na afloop van dit vak in staat: - Theorieën over filantropie weer te geven en toe te passen; - Onderzoek naar filantropie kritisch te beoordelen. Inhoud vak Het vak geeft een overzicht van het verschijnsel filantropie en de filantropische sector in Nederland. Filantropie staat voor vrijwillige private bijdragen van burgers aan collectieve doelen. Vragen die in het vak worden beantwoord zijn: - Waarom zijn er eigenlijk goede doelenorganisaties? - Waarom worden sommige collectieve doelen door filantropische bijdragen gefinancierd, en andere door de overheid met belastinggeld? - Wat is de feitelijke omvang en de aard van de filantropische bijdragen van huishoudens, bedrijven en andere partijen? - Hoe worden filantropische bijdragen geworven door goede doelen en andere nonprofit organisaties? - Waar worden de geworven gelden aan besteed? - Hoe is het toezicht op de filantropie in Nederland geregeld? - Hoe verschilt de filantropie in Nederland van die in andere landen? Deze vragen worden beantwoord aan de hand van theorieën en onderzoek uit de volle breedte van de sociale wetenschappen. Onderwijsvorm Er zijn twee hoor- en discussiecolleges per week. Studenten bestuderen voorafgaand aan de bijeenkomsten de literatuur en formuleren daar discussievragen over die in het college worden behandeld. Studenten maken opdrachten waarin de verworven inzichten actief worden toegepast. Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur - Schuyt, Th.N.M et al. (red.) (2011). Geven in Nederland, Den Haag: Reed Business (27,50 euro). - Schuyt, Th.N.M. (2012). Filantropie en filantropiewetenschap. Een introductie. Utrecht: Uitgeverij De Graaff. - Syllabus met Engelse artikelen. Doelgroep Bachelorstudenten Overige informatie Studenten die overwegen de Master Bestuurskunde, Variant Besturen van Maatschappelijke Organisaties te volgen wordt aangeraden deze cursus te volgen.
Inleiding Inspanningsfysiologie Vakcode
B_IF (900115)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Bewegingswetenschappen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 92 van 181
Coördinator
prof. dr. A.P. Hollander
Docent(en)
dr. H.L. Gerrits, prof. dr. A.P. Hollander, drs. B.L. van Keeken
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum, Werkcollege
Niveau
100
Doel vak Doel van dit vak is het verkrijgen van kennis van de bouw en werking van organen en orgaansystemen die een rol spelen bij het bewegen en de energiehuishouding. Na afloop van de cursus kan de student de belangrijkste onderdelen van deze organen en orgaansystemen benoemen, de bouw en werking van deze onderdelen benoemen en de werkingsmechanismen beschrijven. Daarnaast kan de student deze kennis toepassen tijdens het meten van verschillende variabelen tijdens rust en inspanning. Ten slotte is de student in staat de uitkomsten van de metingen te interpreteren en te verwerken. Inhoud vak Tijdens de colleges wordt, na een inleiding, de bouw en de werking van cellen en weefsels besproken, waarbij het accent zal liggen op spierweefsel. Daarna wordt ingegaan op de bouw en de werking van de voor het bewegen belangrijkste fysiologische systemen, zoals de bloedsomloop, de ademhaling, het zenuwstelsel en de hormoonhuishouding. Daarbij wordt zowel het functioneren tijdens rust als tijdens fysieke inspanning besproken. Bij de practica wordt de theoretische kennis verder uitgebreid en toegepast bij het registreren van de stofwisseling in rust, het ECG en de bloeddruk, de verschillende longvolumina en ademhalingsparameters, de hartfrequentie tijdens fysieke inspanning, het lichamelijk prestatievermogen, het dagelijkse energieverbruik en de dagelijkse voedselopname. Onderwijsvorm De cursus bestaat uit hoorcolleges welke dienen ter verduidelijking van de leerstof. Deze colleges zijn niet verplicht. Daarnaast volgt iedere student een aantal practica. Deze practica zijn verplicht en worden in groepen van ca. 10-15 personen uitgevoerd. De practica dienen ter aanvulling op de collegestof en bieden bovendien de gelegenheid om de kennis van de leerstof toe te passen en te verdiepen. Voorwaarde voor deelname aan het practicum is dat de student voor elke bijeenkomst steeds de betreffende stof in het boek en de cursushandleiding bestudeerd heeft. Na elke practicumbijeenkomst wordt het practicum door iedere student uitgewerkt aan de hand van een opdracht (inhoud en tijdstip van inleveren volgens de richtlijnen in de cursushandleiding). Het is niet toegestaan een practicumbijeenkomst bij te wonen indien de opdracht van de vorige bijeenkomst nog niet is ingeleverd. 30 uur/ 15 hoorcolleges 18 uur/ 6 practica 24 uur / uitwerking, opdracht practicum 3 uur / tussentoets 3 uur/ eindtoets 90 uur / zelfstudie Toetsvorm De tentamenstof beslaat de hoofdstukken van het boek (“Exercise Physiology”) zoals besproken tijdens de hoorcolleges, de diverse Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 93 van 181
practica en de studiehandleiding. Om deel te kunnen nemen aan het tentamen dient men aan de practicumverplichtingen te hebben voldaan. Deze verplichtingen zijn: alle practicumbijeenkomsten (actief) volgen, de bijbehorende opdrachten (voldoende) maken. Het tentamencijfer zal bestaan uit een gewogen gemiddelde van de tussenen de eindtoets. De tussentoets wordt halverwege de cursus gegeven. Beide toetsen worden schriftelijk afgenomen en bestaan uit meerkeuze vragen. Literatuur Wilmore JH, DL Costill, Physiology of Sport and Exercise (5th ed.). Overige informatie De practica zijn verplicht. Deelname aan het tentamen is alleen mogelijk als alle practicumbijeenkomsten zijn gevolgd en de betreffende opdrachten zijn ingeleverd. Bij het eventuele missen van een practicumbijeenkomst of opdracht met een geldige reden dient zo spoedig mogelijk contact opgenomen te worden met de practicumbegeleiders voor het plannen van een inhaalbijeenkomst.
Inleiding Psychologie (UM) Vakcode
P_UINLPSY ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Psychologie en Pedagogiek
Coördinator
dr. M. Meeter
Docent(en)
dr. M. Meeter
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Computerpracticum
Niveau
100
Doel vak Een eerste kennismaking met het vakgebied psychologie. Inhoud vak Het vak geeft een overzicht van de psychologie. Hoe zien we, leren we, onthouden we, denken we? Hoe gaan we met anderen om, en wat voor invloed hebben zij op ons? Ook aan bod komen het zenuwstelsel, de ontwikkeling, psychopathologie en psychologische behandelmethoden, en persoonlijkheid en individuele verschillen. Onderwijsvorm Hoorcolleges en blackboardpractica, discussie via internet. Literatuur Nolen-Hoeksema, Fredrickson, Loftus & Wagenaar (2009), Atkinson & Hilgard, Introduction to Psychology (15e druk); Wadsworth.
Instituties Vakcode
S_I ()
Periode
Periode 5
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 94 van 181
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. G.C. de Vries
Niveau
200
Doel vak Kennis van en inzicht in: - kernprocessen van institutionalisering; - belangrijke maatschappelijke instituties; - de institutionalisering van sociale wetenschap. Inhoud vak 'Als mensen situaties als werkelijk definiëren,' schreef W.I. Thomas, 'dan zijn die situaties werkelijk in hun consequenties.' Maar mensen kunnen hun wereld daarom nog niet naar luim en willekeur inrichten. Ze worden zelf gevormd door de generaties die hen voorgingen en ze zijn aangewezen op hun tijdgenoten om een gezamenlijke werkelijkheid gaande te houden. Het vak Instituties: de sociale constructie van werkelijkheid en wetenschap stelt drie vragen: 1. Hoe constitueren mensen in onderlinge interactie hun sociale en psychische werkelijkheid? 2. Wat zijn belangrijke instituties waartoe mensen daarbij zijn gekomen? 3. Hoe zijn de sociale wetenschappen zelf geïnstitutionaliseerd en hoe kun je de disciplinaire verscheidenheid erbinnen begrijpen? De eerste twee vragen krijgen de meeste aandacht. Onderwijsvorm Hoorcollege met gastcolleges en documentaires Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur Wordt nader aangekondigd
Intercultural Communication Vakcode
S_IC ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. F.J. Companjen
Docent(en)
dr. F.J. Companjen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak To gain knowledge of theories of, and different perspectives on, intercultural communication between people in organizations.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 95 van 181
Inhoud vak Theories of intercultural communication will be discussed at three levels: - the general level of 'culture'; the pro's and con's of cultural dimensions, functional versus interpretative perspectives, etc. - the group level (identities, in and out-group communication) - the individual level (imagery, power and negotiation) The consequences for organizational analysis will receive strong attention at all three levels. Onderwijsvorm Lecture Toetsvorm Multiple Choice exam, take-home question(s). Literatuur A reader Intercultural Communication will be available. Doelgroep Bachelor students in Communication Studies, students in the minor Organizational Culture, and exchange students.
International Relations and Global Governance Vakcode
S_IRGG ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. N.A. de Graaff
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak - Acquiring knowledge of and insight into contemporary world politics, in particular the relationship between interstate relations and the evolving system of global governance; - Introduction to rival theories and concepts of International Relations and their application to contemporary international and global affairs; - Understanding how and why international and global politics affects national states and societies and thus acquire insight into the international and transnational dimension of the domestic and the European politics studied in other courses of the curriculum. Inhoud vak This course offers students an introduction to the subject of International Relations (IR). Throughout, the course will be guided by the question to which extent, and how, the current process of globalization is changing the nature and content of world politics, approaching this question from the various competing theoretical perspectives that IR has to offer. Traditionally, the object of study for IR has been the conflict between and co-operation of sovereign states. This model is, however, increasingly regarded as outdated
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 96 van 181
inasmuch as more and more non-state actors such as multinationals, NGOs and transnational social movements and groups appear to play a prominent role in world politics. In addition, we can also observe transnational forms of regulation through international organisations and emerging structures of what is called ‘global governance’. Within this possible shift from international to transnational relations, new issues such as the environment and human rights have come to the surface. At the same time, as globalization is also about the integration of markets through global trade, production and finance, issues of international political economy have also gained new prominence. The question has been raised whether in the face of these processes of globalization and transnationalisation, states have lost the sovereignty that used to be the basis of the international system. On the other hand, there are still many instances where state power is very visible. Indeed, recent geopolitical developments and events have also once more brought home the message that the ‘classical theme’ of war and peace has not lost its relevance in this new era of globalised world politics. Onderwijsvorm Lectures Toetsvorm Written Exam Literatuur John Baylis, Steve Smith and Patricia Owens (eds) (2010). The Globalization of World Politics: An Introduction to International Relations (Oxford: Oxford University Press). Latest Edition.
Interpersoonlijke communicatie Vakcode
S_IPC ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. C.J. Beukeboom
Docent(en)
dr. M.A. Tanis, dr. C.J. Beukeboom, J. Schuilenburg MA, M.L.C. Spekman MA MSc., drs. J.L. Arendsen MA, drs. D.J. Schutten MSc
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak Alhoewel we zelf elke dag vele interpersoonlijke interacties hebben – of misschien wel juist daardoor – zijn we ons veelal niet bewust van de processen die het verloop en de uitkomst ervan bepalen. Het vak interpersoonlijke communicatie (IPC) heeft als doel je bekend te maken met de wetenschap op dit gebied. Na afloop van de cursus heeft de student kennis van de wetenschappelijke theorieën en bevindingen op het gebied van IPC; heeft hij/zij kennis van de verschillende methoden van onderzoek binnen het veld van IPC; heeft hij/zij kennis van de factoren en processen die een rol spelen in IPC; heeft hij/zij begrip van de vaardigheden die nodig zijn voor succesvolle communicatie (resulterend in bv. overeenstemming of intimiteit); is hij/zij in staat te herkennen Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 97 van 181
wanneer en waarom IPC resulteert in negatieve uitkomsten (bv. misverstanden of conflict) en is de student in staat de opgedane kennis te relateren aan de dagelijkse interpersoonlijke interacties die hij/zij zelf ervaart en observeert. Inhoud vak IPC gaat in feite over de alledaagse communicatie tussen mensen. Wetenschappelijk onderzoek heeft antwoord gegeven op verschillende belangrijke vragen over IPC: Hoe begrijpen we elkaar eigenlijk? Hoe komen misverstanden tot stand en hoe kun je ze voorkomen? Wat is de invloed van het communicatie medium op het verloop van een conversatie? Hoe nemen gesprekspartners elkaar waar en hoe is dat van invloed op het gedrag? Hoe zijn verbale en nonverbale boodschappen van invloed in interacties? Welke factoren bepalen of er intimiteit ontstaat en wat bepaalt of iemand overtuigend is? In het vak zal aandacht zijn voor IPC in zowel face-to-face als gemediëerde contexten (bv. sociale media) en zullen ook de verschillen worden geanalyseerd. Middels de te lezen literatuur en de colleges krijg je inzicht in een breed veld van wetenschappelijke kennis en onderzoek op het gebied van IPC. In de werkcolleges zal deze kennis in praktische situaties worden toegepast. Onderwijsvorm Hoor-, en werkcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur Hargie, O. (2011). Skilled Interpersonal Communication: Research, Theory and Practice (5th edition). New York: Routledge. ISBN: 978-0-415-432047. Geschatte kosten €35,-. Stone, D., Patton, B. & Heen, S. (1999). Difficult conversations: How to discuss what matters most. London: Penguin Books. (ISBN: 014 02.8852X (originele uitgave) of 978-0-14-311844-2 (nieuwe uitgave 2010). Studenten mogen van dit boek ook de Nederlandse vertaling lezen (Moeilijke gesprekken: ISBN 90 274 6518 5 NUGI 727, Spectrum. Geschatte kosten €22,-) De complete literatuurlijst zal voor aanvang van de cursus op de Blackboard pagina van het vak worden geplaatst. Overige informatie Aanwezigheid werkcolleges verplicht.
Introduction Entrepreneurship Vakcode
S_INTROE ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. A.M.C.E. Stam
Docent(en)
dr. I.A.M. Wakkee, drs. A.M.C.E. Stam
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 98 van 181
Doel vak After completing the course students will: - Be familiar with the key concepts of the domain of entrepreneurship research. - Have developed knowledge and insight into the core processes of entrepreneurship as the pursuit of opportunities. - Have developed an understanding of the function and position of entrepreneurs and entrepreneurship in society. - Have developed an understanding of different theoretical perspectives of entrepreneurship as a field of research. In relation to the development of skills they have developed the ability to: - Formulate arguments in group discussions. - Critically reflect on the literature. - Meet with and discuss entrepreneurship related topics with entrepreneurs in various sectors. Inhoud vak This course lies the theoretical foundation for the Minor programme. Students are introduced to the basic concepts of entrepreneurship (opportunities, entrepreneurial process, role of the entrepreneur in the entrepreneurial process) and different theoretical visions (e.g. Schumpeter, Kirzner, Hayek, Zahra, Venkateraman, Shane). Onderwijsvorm Interactive lectures and workshops. Students prepare for the lectures by studying selected reading materials and by preparing a number of individual assignments or group based assignments such as preparing and analysing interviews with entrepreneurs and professionals working with entrepreneurs; analysing policy reports and conducting international comparisons. Students are required to be present during all meetings, absence will need to be compensated via additional assignments relevant to the topic of the lecture. Toetsvorm Active participation, Completion of various assignments Literatuur To be announced Doelgroep Students of the Minor Entrepreneurship, bijvakkers, exchange
Introduction to American Studies Vakcode
L_ELBAELK206 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. R.V.J. van den Oever
Docent(en)
dr. R.V.J. van den Oever
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 99 van 181
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
200
Doel vak Students learn to study the United States from a multidisciplinary and interdisciplinary approach. Besides reading literary texts, students will also look at non-literary texts including paintings, political texts, photographs, documentaries, and films. Inhoud vak Introduction to American Studies" is both chronologically and thematically organized. Starting with the Puritans who sailed to the New World in the 17th century, we discuss tropes in American Studies, for instance the idea of the Promised Land, the Self-Made Man, and the myth of the West. These myths will be juxtaposed to the reality of American lives then and now. Onderwijsvorm Two-hour seminars each week Toetsvorm Take home exam. Literatuur Reading materials will be made available via Blackboard. Vereiste voorkennis None. Doelgroep Second-year students of Literatures in English specializing in American Studies; premaster-students of Literatures in English; exchange students; students following the American Studies minor. Overige informatie This course is taught in English; attendance is compulsory.
Kernthema's organisatiewetenschappen Vakcode
S_KO ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. C.H. Roessingh
Docent(en)
dr. C.H. Roessingh
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak - Kennis: de student verwerft kennis van en inzicht in theorieën, begrippen en benaderingen op het terrein van het sociaalwetenschappelijk denken over organisaties. - Vaardigheden: De student is in staat om de verschillende theorieën en Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 100 van 181
benaderingen te verwoorden, met elkaar te vergelijken en toe te passen op een praktijksituatie. - Attitude: De student ontwikkelt een kritische blik op de theorie en praktijk van organisaties en organiseren. Inhoud vak In het vak Kernthema’s Organisatiewetenschappen wordt een overzicht gegeven van de hoofdstromen in de organisatiewetenschappen en de voornaamste theorieën en theoretici binnen elke stroming. De student leert organisaties, met hun onderdelen, processen en omgeving bestuderen vanuit uiteenlopende invalshoeken. Het vak biedt inzicht in specifieke onderwerpen, zoals rationele versus sociale managementstijlen, formele modellen versus feitelijke praktijken, de relatie organisatie-omgeving, cultuur en symboliek, macht en organisatiepolitiek, communicatie, reputatie en identiteit, en "nieuwe" organisatievormen en managementmodellen. Deze onderwerpen worden geplaatst in een historische context door ontwikkelingen in de organisatiewetenschap en in management modellen door de tijd heen te behandelen, zoals het Taylorisme, de bureaucratiestudies, de contingentietheorie, cultuurmanagement, en de postbureaucratie. De verschillende theorieën die in een bepaalde periode naast of tegenover elkaar stonden en het wetenschappelijke debat bepaalden, worden met elkaar vergeleken, zoals bijvoorbeeld het Scientific Management versus de Human Relations-school of de contingentietheorie versus de institutionaliseringstheorie. Daarnaast wordt ingegaan op een aantal specifieke thema’s, zoals organisatieverandering, macht en organisatiepolitiek, leiderschap en groepsdynamica. De theorieën worden geïllustreerd aan de hand van praktijkvoorbeelden. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur - Grey, Chris (2009) A very short, fairly interesting and reasonably cheap book about studying organizations. Second edition. Londen: Sage. (circa 20 euro) - Fineman, Stephen, Yiannis Gabriel & David Sims (2010) Organizing & Organizations. Fourth edition. London: Sage. (circa 44 euro)
Kernthema's van de antropologie Vakcode
S_KA ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. F. Colombijn
Docent(en)
dr. F. Colombijn
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 101 van 181
Doel vak Studenten verwerven kennis van en inzicht in de belangrijkste thema’s, theorieën en methoden in de antropologie. Studenten leren ook om vanuit een antropologisch perspectief kritisch naar hun eigen leefwereld te kijken, opdat zij de vanzelfsprekendheid ervan kunnen relativeren. Inhoud vak Het vak biedt een inleiding in de antropologie en in het bijzonder in de wijze waarop antropologen culturele en sociale aspecten in nabije en verre samenlevingen bestuderen. Het complexe studieterrein wordt gepresenteerd aan de hand van kernthema’s als het cultuurbegrip, tijd en ruimte, de relatie tussen individu en samenleving, verwantschap, sociale hiërarchie, macht, ruil, markten en goederen, ritueel, etniciteit, identiteit en globalisering. Er wordt ingegaan op theorievorming over deze onderwerpen en op veldwerk als de belangrijkste onderzoeksmethode. Daarnaast wordt, indien mogelijk, aandacht besteed aan de sociale psychologie en evolutiebiologie als twee rivaliserende verklaringen voor sociaal menselijk gedrag. Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Schriftelijke toets halverwege (40%) en tentamen (60%). Literatuur Eriksen, Thomas Hylland (2010, 3rd revised edition) Small Places, Large Issues. An Introduction to Social and Cultural Anthropology. London: Pluto Press (circa 25 euro). Bourgois, Philippe (2003, 2nd revised edition) In Search of Respect. Selling Crack in El Barrio. Cambridge etc: Cambridge University Press (circa 35 euro). Enkele aanvullende artikelen. Doelgroep Verplicht vak voor 1e jaars in de BSc CAO; keuzevak voor andere belangstellenden. Overige informatie De stof van de hoorcollege wordt nader besproken in het parallel lopende vak Bachelorwerkgroep CAO 1.
Kwantitatieve onderzoeksmethoden Vakcode
S_KWOM ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. F.A. Nagel
Docent(en)
dr. F.A. Nagel
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum
Niveau
200
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 102 van 181
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - voor- en nadelen benoemen van experimentele en observationele designs in termen van interne en externe validiteit; - een schaal construeren als onderdeel van schaalconstructie betrouwbaarheidsanalyse toepassen in SPSS, de resultaten interpreteren en erover rapporteren; - variantieanalyse en lineaire regressieanalyse toepassen in SPSS, de resultaten interpreteren en erover rapporteren. Inhoud vak Dit vak leert de theorie en praktijk van kwantitatieve onderzoeksmethoden die veelvuldig gebruikt worden binnen Communicatiewetenschap. Het eerste deel van het vak betreft het onderzoeksontwerp (in de ruimste zin des woords): De student leert de logica en het doel van experimentele en observationele onderzoeksanalysedesigns, evenals de voor- en nadelen hiervan in termen van interne en externe validiteit. Betrouwbaarheidsanalyse wordt ingezet om een betrouwbare schaal te leren construeren. De analysetechnieken bouwen nadrukkelijk voort op het eerste jaar (Beschrijvende en Inferentiële Statistiek). Hier leert de student multivariate data-analysetechieken, waarbij de nadruk ligt op variantieanalyse en lineaire regressieanalyse. Alle genoemde technieken worden toegepast met behulp van SPSS. Onderwijsvorm Hoorcollege en enkele werkcolleges en/of practica. Aanwezigheidsplicht bij werkcolleges/practica. Toetsvorm Schriftelijk en computer tentamen (beide 45 %), en collegetoetsen (10%). Literatuur Wordt nader bekend gemaakt. Aanbevolen voorkennis - Beschrijvende en Inferentiële Statistiek (S_BIS) - Methoden en technieken van sociaal-wetenschappelijk onderzoek (S_MTSWO) Doelgroep BSc2 CW
Law of International Security Vakcode
R_LIS ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Coördinator
dr. T. Gazzini
Docent(en)
dr. T. Gazzini
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 103 van 181
Doel vak The course deals with the regulation of force in international law and the collective security system established by the United Nations Charter and other regional agreements. Inhoud vak The first part of the course is intended to introduce students to the basic features and principles of the international legal order. It focuses on the subjects of international law (primarily States and international organizations), the rules governing their relationships and the consequences of violations of these rules. The course then deals with the incremental process aimed at constraining the use of military force in international relations, which culminated with the general prohibition on the threat or use of force with the exception of the right to individual and collective self-defence. It then describes the creation of the United Nations collective security system and discusses its main pillars, problems and achievements. It finally explores, from both perspectives, how the new types of conflicts – including most prominently those related to the fight against international terrorism – have challenged existing international rules and security arrangements, and to what extent these rules need to be reconsidered. While the legal dimension of the course is clearly predominant, students may expect frequent insights on the question of collective security from the standpoint of international relations and politics. Toetsvorm One written examination. Students are assessed on the basis of a written exam (two questions out of three). Literatuur M. Shaw, International Law, 6th ed., Cambridge University Press, Chapters 1, 3, 5, 14, 18, 20, 21, 22 Official documents and international decisions as indicated before each lecture.
Literaire kritiek Vakcode
L_AABAALG026 ()
Periode
Periode 1+2
Credits
12.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. E.J. Etty
Docent(en)
prof. dr. E.J. Etty
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
200
Doel vak Inzicht te verkrijgen in de theoretische en praktische achtergronden van de literaire kritiek, het leren reflecteren op deze kritiek en daarnaast ook het leren schrijven van literaire kritieken op verschillende niveaus.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 104 van 181
Inhoud vak Elke week wordt de oogst aan recensie van een aantal dag- en weekbladen bijgehouden en besproken. Daarnaast worden elke keer recensieopdrachten uitgevoerd en besproken. Onderwijsvorm Discussie en opdrachten. Toetsvorm Take-home tentamen bij colleges, bestaande uit een boekrecensie. Literatuur Literatuurbijlagen van diverse kranten en tijdschriften en losse artikelen die op het college worden uitgereikt. Vereiste voorkennis Geen, maar het college Meesterwerken uit de wereldliteratuur dient tegelijkertijd gevolgd te worden. Doelgroep De minor staat open voor alle studenten. Overige informatie Bij werkgroepen beperkte inschrijving, maximaal aantal studenten: 15. Spreekuur na afloop van het werkcollege. Dit onderdeel is tevens een onderdeel van een minorpakket. Zie voor het gehele aanbod: http://www.let.vu.nl/nl/studenten/studiegids/20112012/minoren/index.asp
Marketing en persuasieve communicatie Vakcode
S_MPC ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. I.E. Vermeulen
Docent(en)
dr. I.E. Vermeulen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Na afloop van dit vak kennen en begrijpen studenten de basistheorieën over persuasieve (overtuigende) communicatie die ten grondslag liggen aan marketingcommunicatie, zoals theorieën over attitudevorming, boodschapverwerking, groepsinvloed, beïnvloedingstechnieken en onbewuste invloed. Daarnaast maken de studenten kennis met praktijkvoorbeelden van persuasieve communicatie in de marketingcontext, en leren zij beïnvloedingsstrategieën herkennen en analyseren. Ten slotte maken de studenten kennis met empirische onderzoeksmethoden om de effectiviteit van persuasieve communicatie aan te tonen. Inhoud vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 105 van 181
Marketeers gebruiken persuasieve communicatie om een producten onder de aandacht te brengen, non-profit organisaties proberen donateurs te werven en politici zijn bezig om de publieke opinie voor zich te winnen. Persuasieve communicatie is dus alom aanwezig: in print, in audiovisuele (nieuwe) media, maar ook in interpersoonlijke communicatie. Er bestaan daarnaast vele manieren om de ideeën, de gevoelens en het gedrag van het publiek te beïnvloeden. Het publiek is hierbij niet passief: hoe een communicatieboodschap overkomt, hangt ook af van de ontvanger. In het algemeen hangt de invloed van persuasieve communicatie af van zenderkenmerken (bijv. deskundigheid, geloofwaardigheid), boodschapkenmerken (bijv. inhoud, vormgeving) en ontvangerskenmerken (bijv. leeftijd, persoonlijkheid). In deze cursus worden de belangrijkste theorieën op het gebied van persuasieve communicatie behandeld, waarbij literatuur uit de sociale psychologie de basis zal vormen. Uit veel praktijkvoorbeelden zal blijken hoe in de dagelijkse marketing- en reclamepraktijk van deze theoretische denkbeelden gebruik wordt gemaakt. In de elektronische reader zal worden ingegaan op empirisch onderzoek naar de werking van persuasieve communicatie in verschillende contexten. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur Wordt nader bekend gemaakt
Marketingcommunicatie 2.0 Vakcode
S_MCOM2 ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. I.E. Vermeulen
Docent(en)
prof. dr. P. Kerkhof, dr. I.E. Vermeulen, dr. C.F. Burgers
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Na afloop van dit vak heeft de student kennis en begrip van theorieën over online communicatie tussen organisaties en consumenten over producten en diensten; kennis en begrip van de rol van digitale en sociale media in marketingcommunicatie; kennis en begrip van consumentenkeuzegedrag naar aanleiding van online advertenties, online reviews en vergelijkingssites; kennis en begrip van theorieën over online customer engagement; kennis en begrip van online reputatiemanagement; geleerd om te schakelen tussen theorie, praktijk en onderzoek ten behoeve van de marketingcommunicatie van een organisatie. Inhoud vak Het karakter van de marketingcommunicatie van organisaties is in snel tempo aan het veranderen. Daar waar tot niet zo lang geleden Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 106 van 181
organisaties als zender domineerden in de marketingcommunicatie, zien we nu door toedoen van digitale en sociale media tweerichtingsverkeer ontstaan in de communicatie tussen organisatie en consument. Dit tweerichtingsverkeer biedt nieuwe mogelijkheden voor zowel organisaties als voor consumenten. In het vak Marketingcommunicatie 2.0 draait het om deze nieuwe vormen van communicatie tussen organisaties en consumenten. Aan de hand van theorieën over online consumentengedrag en de werking van sociale media wordt studenten geleerd om kritisch na te denken over de rol en het karakter van marketingcommunicatie in dit nieuwe medialandschap. Met hulp van gastsprekers uit de praktijk wordt studenten geleerd om deze theorieën toe te passen. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur Wordt nader bekend gemaakt. Doelgroep 3e jaars bachelor CW studenten
Mechanisms of Brain Diseases Vakcode
AB_1058 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coördinator
prof. dr. T.J. de Vries
Docent(en)
prof. dr. M.S. van der Knaap
Lesmethode(n)
Computerpracticum, Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Gain insight into the etiology, expression and treatment of various brain diseases, as well as models used in preclinical science. Inhoud vak Our brain enables us to perform even the most complex tasks. Sometimes however, diseases of the brain compromise its optimal function. In this course students learn what the clinical manifestations are of the neurological diseases, and what type of cellular or animal models are around to learn us more on how disturbed processes and systems in the brain lead to these illnesses and that may provide us with clues on treatment options. Topics include illnesses as neurodegenerative (e.g., Parkinson’s disease, white matter disease) and neuropsychiatric diseases (e.g. addiction, depression). In addition, we will try to shed light on the cognitive disturbances associated with these diseases, and will elude on comorbidity in symptoms of various brain diseases. Various treatments options for these conditions, including the use of pharmacological agents and deep brain stimulation will be discussed.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 107 van 181
Onderwijsvorm Lectures, discussion panel, workgroups, brain demo, self study Toetsvorm Exam (70%), presentation (25%), participation in discussion (5%). Literatuur Papers, presentations and reader. Overige informatie Co-ordinators: Hylke Vervaeke and Taco de Vries. Part of minor Brain and Mind. This minor course requires a minimum of 25 participants to take place. Central Academic Skill: How to convey your message; public presentations.
Media and the Individual Vakcode
S_MI ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. E.A. Konijn
Docent(en)
prof. dr. E.A. Konijn, dr. T. Hartmann, dr. C.J. Beukeboom, drs. J. Veldhuis, dr. C.F. Burgers, dr. A.L. Eden
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
200
Doel vak - You will learn about recent developments in media use and entertainment from an individual (psychological) perspective; - You will get an overview of up-to-date and exciting developments in this area; - You will learn to reflect on relevant research questions, testable hypotheses, and methodology - You will learn to discuss solid argumentation in evaluating research results, discuss open questions and new perspectives in media-related research. - This course prepares for the Master track Media Psychology. Inhoud vak The course Capita Selecta ‘Media and Individual Differences’ covers six weeks of two lectures a week during wich a selection of up-to-date research is discussed.. Each lecture has its own topic about which an overview and the most recent state of the art will be provided. We will especially focus on in-depth theorizing on each particular topic and discuss the methodology with which it has been studied thus far, critically reflect on results obtained and conclusions drawn. From there, we will look into future possibilities of related research. The Capita Selecta ‘Media and Individual Differences’ further builds on what you have learned in previous years in your bachelor study, in Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 108 van 181
particular during the 1st and 2nd year Bachelor Communication Science courses "Interpersonal Communication", "Media and Entertainment", and to some extent "Health -and Risk Communication". Lecturers from these classes (and possibly also other lecturers of guests) will elaborate on specialized and most recent research themes about which they are passionate to further pursue their efforts in studying related phenomena. Generally, the selected topics and themes will relate to actual issues that are currently debated among the public, being socially or scientifically relevant (topics may vary per year). Within each area, about two-to-four specific topics or subjects will be offered during the lectures. For this year, topics may include the following: Related to Mediated Interpersonal Communication, non-verbal communication and irony, individual differences in media choice, and cyberbullying are dealt with. Lectures related to media use as entertaining leisure time behavior will focus on narrative persuasion, media stereotypes, hostile media effects, individual emotions, negative moods and bad characters, and media as source for aesthetic and moral standards. From the perspective of individual differences in use of media regarding Health and Risk Communication, topics like media literacy in health, media interventions, and rapid developments in the area of e-health are discussed. Onderwijsvorm Lectures Toetsvorm Assessment consists of an individual paper-pencil examination (100%) Literatuur The obligatory literature will include published journal articles and chapters. These will be available prior to each lecture on BlackBoard and via online databases. Doelgroep 3rd year bachelor students, exchange students; especially those who are interested in the Master track Media Psychology. Overige informatie The class will be entirely in English, including all lectures, correspondence, assessments, and assignments. Foreign exchange students are very welcome. Having completed the 1st and 2nd BA of Communication Science is very helpful, especially having passed the courses "Introduction to Communication Science", "Interpersonal Communication", and "Media and Entertainment".
Media Entertainment Vakcode
S_ME ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
dr. T. Hartmann, M.L.C. Spekman MA MSc., drs. J.L. Arendsen MA, dr. J.H. Frost, dr. A.L. Eden
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 109 van 181
Doel vak At the end of the course, students will have a clear overview of most important and well-discussed issues regarding media use from a perspective of entertainment. They will be able to answer important popular questions about media entertainment in a competent and scientifically appropriate way. By studying the results of significant research and empirical studies published in the domain of media entertainment, students will develop a better idea of how knowledge is generated within social scientific research, in particular media and communication, theoretically and methodologically. Students will improve their skills to critically reflect on and scientifically substantiate their opinions about media entertainment. Inhoud vak Entertainment Media have become a driving cultural and economic force of many Western societies and is among the biggest, flourishing industries. Today, people dedicate large amounts of their leisure time and money to suspenseful movies, interesting books, humorous television shows, pleasurable art shows, and thrilling video games. This class will provide an overview about the most important theoretical models and empirical findings in the field of media entertainment research and more recent theorizing on media use from an entertainment perspective. After a look into the history of (media) entertainment and the sociological notion of high and low culture, the class will focus on the psychological underpinnings of media entertainment. We will discuss classic topics such as Escapism, Catharsis, Identification, Cultivation, Mood management, Parasocial Interactions, Fandom, Horror, Humor, Suspense, Romantic media fare, individual differences, social media as entertainment, among others. Furthermore, we will tap into related and more recently studied questions such as: Why do people seek enjoyment from sad and 'negative' media? Why do we like 'bad' characters? What makes a funny sitcom? Who is fascinated by video games and why? How do girls and boys differ in their preferences for entertaining media content? Is there entertainment value in the news? Is pornography entertaining (for whom)? How about interactive entertainment? Each week, students will read obligatory key articles about several of these topics. The class will consist of lectures that deal with these articles and also provide additional information about each topic. One focus of the class will lie on increasing students' theoretical understanding of highlighted topics in the field of media and entertainment, while another focus lies on the design and results of core empirical studies that illuminate media entertainment research. Accordingly, most lectures will discuss a selection of the best empirical studies related to the topic of the lecture. In addition to the reading of obligatory articles, students will share and substantiate their opinion about what has been addressed in class during the planned 'discussion classes' with assignments. Onderwijsvorm Lectures and study groups Toetsvorm Assessment will mainly consist of an individual paper-pencil examination (multiple choice), while participation and assignments will also count. Literatuur
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 110 van 181
The obligatory literature will include published journal articles and chapters. These will be available prior to each lecture via BlackBoard and references to online databases. Doelgroep 2nd year bachelor, PMC, minor, and exchange students Overige informatie The class will be entirely in English, including all lectures, correspondence, assessments, and assignments. Foreign exchange students are very welcome.
Media in het publieke domein Vakcode
S_MPD ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. A.S. Walter MPhil
Docent(en)
drs. A.S. Walter MPhil
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak Na afloop van Media en het publieke domein kan de student: - concepten en hypothesen uit gangbare en minder gangbare theorieën over communicatieprocessen vlot toepassen op actuele mediagerelateerde vraagstukken in de publieke sfeer; - vanuit een theoretisch kader analyseren hoe thema's en problemen die via oude en nieuwe media aan de orde worden gesteld, afhankelijk van hun “framing”, doorwerken op de publieke meningsvorming; - reflecteren op de kwaliteit van (de berichtgeving via) diverse oude en nieuwe media en het effect daarvan op de kwaliteit van de publieke sfeer; - vraagstukken waarmee spelers in het publieke domein worstelen vertalen naar onderzoekbare vragen; - onderbouwen welke onderzoeksdesigns geschikt zijn voor het beantwoorden van welke onderzoeksvragen in de publieke sfeer. Inhoud vak Hoe functioneren media in het publieke domein? Met het oog op het schrijven van een bachelorscriptie in de publieke sfeer (‘public sphere’, ‘Öffentlichkeit’) passeren in deze cursus de belangrijkste theorieën en onderzoeksmethoden daarover de revue. Kerntheorieën zoals agenda setting, framing en indexing vormen het vertrekpunt, maar daarnaast is er ook aandacht voor iets minder prominente theorieën zoals het third person effect, de zwijgspiraaltheorie of de bandwagon-underdog theorie. Aan bod komt welke criteria gebruikt kunnen worden om de aard en de kwaliteit van het informatieaanbod (teksten en beelden) via oude en nieuwe media te onderzoeken en te beoordelen. Daarbij gaat het zowel om criteria vanuit het gezichtspunt van belanghebbenden (bijvoorbeeld objectiviteit, volledigheid), als om criteria vanuit het gezichtspunt van de publieke meningsvorming (bijvoorbeeld begrijpelijkheid, pluriformiteit). In de colleges wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 111 van 181
onderzoeksvragen over de rol van media in de publieke sfeer die in de communicatieberoepspraktijk leven, bijvoorbeeld bij belanghebbende organisaties, bij hun campagnemanagers en persvoorlichters, bij journalisten, of juist bij hun publiek. Te denken valt aan vragen zoals: welke landen, bedrijven, ministeries, of politieke partijen slagen er in aandacht te trekken via de media? Welke frames strijden in de media om de voorrang? Hoe werkt mediaberichtgeving door op de publieke meningsvorming, en op de reputaties van bedrijven, ministeries of politieke partijen? Wie volgt wie in het publieke debat? Is het publieke domein verworden tot een mediacratie of een kakofonie? Worden klassieke media minder belangrijk of juist belangrijker nu iedereen via de eigen mobiele telefoon als zelfstandig journalist kan optreden? Nemen apathie en cynisme toe, of juist extremisme en polarisatie? Naast theoretische verdieping wordt in dit vak stilgestaan bij de vraag met welke onderzoeksmethoden dergelijke vraagstellingen kunnen worden beantwoord. Onderwijsvorm Hoor- en werkcollege. Aan studenten kan gevraagd worden een presentatie te verzorgen over een deel van de collegestof. Toetsvorm Schriftelijk tentamen en tussentijdse toets Literatuur Elektronische reader Doelgroep Studenten Bachelor CW die voornemens zijn een bachelorthesis in de publieke sfeer te schrijven. Overige informatie Aanwezigheid verplicht
Meesterwerken uit de wereldliteratuur Vakcode
L_AABAALG020 ()
Periode
Periode 1+2+3
Credits
12.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. M.J.E. van Tooren
Docent(en)
dr. M.J.E. van Tooren, dr. A. van Strien, prof. dr. E. Jansen, dr. J.H.C. Bel, dr. M.H. Koenen, prof. dr. B.J. Peperkamp, prof. dr. D.H. Schram, A. Storm
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak Kennismaking met de belangrijkste periodes en stromingen binnen de WestEuropese literatuur vanaf de Middeleeuwen tot heden aan de hand van klassiek geworden meesterwerken. Inhoud vak Elke week, dat wil zeggen voor elk college, leest de student een literair 'meesterwerk' en een kleine hoeveelheid toegankelijke Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 112 van 181
secundaire literatuur. Op college zal de docent naast het te lezen meesterwerk ook enkele fragmenten uit andere canonieke teksten uit de betreffende periode/stroming bespreken. Onderwijsvorm hoorcollege met discussie Toetsvorm Verplichte aanwezigheid (80%) en een schriftelijk tentamen aan het eind van periode 1 en periode 2. Het gemiddelde van beide tentamencijfers is het eindcijfer; het minimum cijfer voor elk van beide tentamens is een 5. Literatuur Periode 1: Ovidius, Metamorfosen (selectie) La Chanson de Roland/Het Roelandslied Erasmus, Lof der Zotheid Defoe, Robinson Crusoe Hugo, Notre Dame de Paris/De klokkenluider van de Notre Dame Flaubert, Madame Bovary Periode 2: Leopold, Kinderpartij Couperus, De stille kracht Virginia Woolf, The Waves Nabokov, Lolita Calvino, Als op een winternacht een reiziger Coetzee, Disgrace Bouazza, Paravion De opgegeven werken mogen zowel in vertaling als in de oorspronkelijke taal gelezen worden. Vereiste voorkennis geen Doelgroep De minor staat open voor alle studenten. Overige informatie Het college Meesterwerken uit de wereldliteratuur is een verplicht onderdeel van de minor literatuur. Daarnaast kiest de student Literaire kritiek of Editietechniek (12 studiepunten) en Schrijvershuisbezoeken of Creatief Schrijven (6 studiepunten)
Methoden en technieken van kwalitatief onderzoek Vakcode
S_MTKOZ ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep, Practicum
Niveau
200
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 113 van 181
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - een onderscheid maken tussen de verschillende kwalitatieve dataverzameling- en analysesmethoden en deze toepassen; - reflecteren op de rol van de onderzoeker in het onderzoeksproces; - zelfstandig data ontsluiten, coderen, interpreteren, analyseren en rapporteren van informatie uit verschillende bronnen. Inhoud vak Nadat studenten kennis hebben gemaakt met de grondslagen van kwalitatief onderzoek in Methodologie van Sociaalwetenschappelijk Onderzoek, verdiepen studenten in dit vak hun (theoretische) kennis van en doen ervaring op met kwalitatieve onderzoeksmethodologie. Vanuit het wetenschappelijk paradigma dat veelal wordt gebruikt binnen kwalitatief onderzoek wordt in dit vak bijzondere aandacht gegeven aan de vervlechting van theorie, onderzoeksdesign, dataverzameling en dataanalyse. In aanvulling doen studenten ervaring op met enkele onderzoeksvaardigheden zoals etnografische observatie en diverse soorten kwalitatieve interviews. Daarbij wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan de relatie tussen onderzoeksvraag en onderzoeksmethode, en aan de rol van de onderzoeker in het onderzoeksproces (ethiek en reflectie). Daarnaast komen verschillende typen interpretatie en de analyse van kwalitatieve data aan bod. De nadruk zal daarbij komen te liggen op discours analyse van teksten. Aandacht zal ook worden gegeven aan schrijfstijl, de etnografische stem, het schrijven van een narratief en ‘thick description’. Onderwijsvorm Hoorcollege en enkele werkcolleges en/of practica. Aanwezigheidsplicht bij werkcolleges/practica. Toetsvorm Research Report (ong. 50%), presentatie (ong. 25%) en opdrachten (ong. 25%). Literatuur Wordt nader bekend gemaakt. Aanbevolen voorkennis Methoden en technieken van sociaal-wetenschappelijk onderzoek (S_MTSWO) Doelgroep BSc2 SOC, PMC SOC
Methoden en technieken van kwalitatief organisatieonderzoek Vakcode
S_MTKOORG ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J. Schuster
Docent(en)
dr. J. Schuster
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep, Practicum
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 114 van 181
Niveau
200
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - Een algemene geformuleerde vraag vertalen naar een onderzoekbare vraag; - Een duidelijk onderscheid maken tussen verschillende onderzoeksmethoden die gebruikt worden bij organisatieonderzoek en kan deze de methoden combineren; - Verschillende kwalitatieve onderzoeksmethoden onderscheiden en gebruiken, waarbij case-study onderzoek een belangrijke rol inneemt; - Beoordelen welk type data geschikt is gegeven een sociaal bepaalde wetenschappelijke vraagstelling; - Een kwalitatieve datamatrix construeren en gebruiken. Inhoud vak Het vak biedt een verdieping van kwalitatieve onderzoeksmethoden die centraal staan binnen de opleiding Bestuur en Organisatie. Componenten uit elke fase van de empirische cyclus van sociaalwetenschappelijk onderzoek komen hierbij aan de orde: van onderzoeksontwerp tot de analyse van de verzamelde gegevens. Verschillende typen onderzoeksontwerpen die worden gebruikt in de opleiding Bestuur en Organisatie worden behandeld aan de hand van enkele centrale thema’s uit bestuur en organisatie onderzoek en ondersteund met voorbeelden uit de praktijk. De student leert de samenhang tussen theorie, operationalisatie, dataverzameling en de kwaliteit van kwalitatieve data te beargumenteren. Ook wordt geleerd een kwalitatieve datamatrix te construeren op basis van open interviews, observaties, etc., en deze te analyseren om zo in een kort onderzoeksverslag een antwoord op een onderzoeksvraag te formuleren. In het vak zal casestudy onderzoek de rode draad vormen. Onderwijsvorm Hoorcolleges, werkcolleges en enkele practica. Aanwezigheidsplicht bij werkcolleges/practica. Toetsvorm Participatie. Schriftelijke tentamen, grotendeels of geheel mc. Literatuur Nog niet bekend Aanbevolen voorkennis Methoden en technieken van sociaal-wetenschappelijk onderzoek (S_MTSWO) Doelgroep BSc2 B&O, PMC BCO, PMC BK, sbi
Methodologie van sociaal-wetenschappelijk onderzoek Vakcode
S_MTSWO ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J.C. Muis
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 115 van 181
Docent(en)
dr. L.S. Nencel, A.H. den Hamer MSc, dr. J.C. Muis
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - een onderscheid maken tussen de verschillende zienswijzen op de sociale werkelijkheid en een relatie leggen tussen deze visie en het doen van sociaalwetenschappelijk onderzoek; - de stappen van onderzoeksontwerp naar onderzoekbare vraag en van onderzoeksvraag via dataverzameling naar analyseontwerp maken en alle afwegingen die gemaakt dienen te worden benoemen; - een onderscheid maken tussen diverse manieren van data verzamelen en data analyseren en aangeven wanneer welke manier het best kan worden ingezet. Inhoud vak Het vak biedt een introductie tot het sociaal-wetenschappelijk onderzoeksproces. Het vak laat enerzijds zien dat de manier waarop een onderzoeker de sociale werkelijkheid benadert vaak samengaat met de keuze voor een bepaald onderzoeksontwerp met bijbehorende methoden van dataverzameling en analysetechnieken. Er bestaat een duidelijke lijn van een onderzoekbaar sociaal probleem, via de onderzoeksvraag, het onderzoeksontwerp, de vergaring van gegevens, het analyseren van deze gegevens naar de interpretatie van de resultaten (de empirische cyclus). In dit proces bepaalt de keuze voor bijvoorbeeld een onderzoeksontwerp al deels hoe de gegevens verzameld zullen gaan worden. Het vak biedt inzicht in deze afhankelijkheid. Anderzijds biedt het vak sec een overzicht van verschillende dataverzamelingsmethoden en analysetechnieken. Tijdens het vak wordt allereerst aandacht besteed aan de vertaling van een sociaal-wetenschappelijk probleem naar een onderzoekbare onderzoeksvraag. Wat is de rol van kennis, theorieën, paradigma’s en perspectieven op de sociale werkelijkheid bij het opstellen van (verschillende typen) onderzoeksvragen (i.e. exploratief, beschrijvend en hypothesetoetsend). Met de onderzoeksvraag als uitgangspunt wordt inzicht geboden in de manieren waarop deze kan worden beantwoord, maar vooral dat er meerdere zienswijzen bestaan op hoe het probleem benaderd kan worden, met name de interpretatieve (vaak samengaand met zogenaamd kwalitatief onderzoek) en de positivistische benadering (vaak samengaand met zogenaamd kwantitatief onderzoek). Deze invalshoeken kunnen onafhankelijk van elkaar gebruikt worden, maar ze kunnen, mits goed doordacht, elkaar ook aanvullen. Zodra het onderzoeksontwerp gekozen is, is de volgende vraag hoe de gegevens die nodig zijn om antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag, verzameld kunnen worden. Het pallet aan methoden om gegevens te verzamelen bestaat ondermeer uit het afnemen van vragenlijsten (tegenwoordig steeds vaker online), het houden van interviews (gestructureerd, ongestructureerd, m.b.v. focusgroepen), het bestuderen van teksten en beelden, participerende observatie, het doen van experimenten, etc. Issues die een rol spelen voor, tijdens en na de datavergaring komen uitgebreid aan bod, zoals operationalisatie, betrouwbaarheid en validiteit, ordening van de gegevens, subjectiviteit, causaliteit, generalisatie, ethiek, reflexiviteit, extreme cases, etc. Zodra de afweging is gemaakt om bepaalde gegevens op een bepaalde manier te verzamelen, is de volgende vraag hoe deze gegevens geanalyseerd kunnen worden om de onderzoeksvraag zo goed mogelijk te beantwoorden. De keuze voor een analysetechniek is beperkt omdat deze deels afhangt van
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 116 van 181
wijze waarop de onderzoeksvraag is opgesteld en van de data die verzameld zijn. Bij analysetechnieken kan gedacht worden aan statistische analyse, discoursanalyse, inhoudsanalyse, secundaire bronnen analyse, netwerkanalyse, etc. Op basis van de analyse worden de resultaten op een inzichtelijke wijze gepresenteerd die recht doet aan het probleem, de observatie- en analysemethode (bijv. een empirisch toetsend artikel, een etnografie). Omdat antwoorden meestal tot nieuwe vragen leiden wordt daarna de empirische cyclus opnieuw doorlopen. Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Schriftelijk tentamen (mc) De mogelijkheid bestaat om een bonuspunt te halen aan de hand van het maken van wekelijkse opdrachten (met Turn-it-in). Meer informatie is te vinden in de studiehandleiding. Literatuur - Gerhard G. van de Bunt & Lorraine Nencel (compilers). Social Research Methodology: Qualitative and Quantitative Approaches (2011). Pearson Custom Publishing. - Overige literatuur wordt nader bekend gemaakt. Doelgroep BSc 1, PMC CW, PMC SOC Overige informatie Het tentamen mag na afloop van afname NIET worden meegenomen. Het is noodzakelijk om ‘Social Research Methodology’ aan te schaffen. Bij dit boek wordt een code geleverd, die nodig is om de opdrachten te maken en gebruik te maken van de online leeromgeving die gebruikt zal worden tijdens de colleges. 'Social Research Methodology’ is alleen te verkrijgen via de VUboekhandel. Bij andere boekhandels is het boek niet te koop.
Mind and Machine Vakcode
AB_1060 ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coördinator
dr. L.N. Cornelisse
Lesmethode(n)
Computerpracticum, Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak To relate science fiction to science within the themes of (1) creating an artificial brain, (2) integrating brains and computers, and (3) applications of neural strategies. Inhoud vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 117 van 181
People have always been fascinated with the idea to create intelligent robots or to integrate computers in the brain to manipulate or enhance its performance. In this course, the current status in creating an artificial brain is discussed. Students learn the theory behind integrating brains and computers, and experience hands-on how brain activity can control computers to write or play computer games. The application of neural strategies and artificial intelligence to solve societal problems is explained and demonstrated during visits to commercial partners. To investigate how close science has come to science fiction students work in groups to prepare a business proposal in which they describe a new commercial application of artificial intelligence or brain computer interfacing. Students will present their project during visits to commercial companies operating in this field to receive feedback for their final poster presentation. Onderwijsvorm Lectures, practicals, group project and poster presentation Toetsvorm Group discussion (10%), project and poster (40%), and written exam (50%). Literatuur To be decided Aanbevolen voorkennis No special requirements. Doelgroep Open to students from all educational backgrounds (e.g., exact, social, life and economic sciences) with an interest in the brain and mind. Overige informatie Part of minor Brain and Mind. This minor course requires a minimum of 25 participants to take place. Central Academic Skills: Think out of the box: imagination may push basic science into applications and create business opportunities.
Minor these (afsluitend werkstuk) Vakcode
W_MIN_TH ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Faculteit
Faculteit der Wijsbegeerte
Niveau
300
Onderwijsvorm Studenten dienen bij één van de docenten van de minor hun afsluitende thesis schrijven. Studenten kiezen zelf de docent bij wie zij dit willen doen en melden zich met een onderwerp bij hen aan (liefst voor de aanvang van de derde periode).
Moderne samenlevingen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 118 van 181
Vakcode
S_MDS ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. T.G. van Tilburg
Docent(en)
prof. dr. T.G. van Tilburg
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
100
Doel vak Kennis van en inzicht in de ontwikkeling van moderne samenlevingen en de opkomst van de sociale wetenschappen en de sociologie daarbinnen; Kennis van de hoofdvragen van de sociologie. Inhoud vak Studenten maken kennis met het moderniseringsproces, een van de centrale veranderings-processen waar sociologen zich mee bezig houden. In de loop van de 19e eeuw is ook de sociologie ontstaan als een antwoord op de vele sociale vragen en problemen die het moderniseringsproces opriep. Deze sociologische verkenning van maatschappelijke veranderin-gen is vervlochten met de behandeling van drie hoofdvragen van de sociologie, drie belangrijke problemen waarmee moderne samenlevingen worden geconfronteerd: het cohesie-vraagstuk, het ongelijkheidsvraagstuk en het identiteitsvraagstuk. Deze drie hoofdvragen worden bestudeerd vanuit de centrale vraag naar sociale structuur en sociale verandering. Onderwijsvorm Hoorcollege en werkcollege Toetsvorm Opdrachten; paper; deeltentamen Literatuur van Hoof, J. & van Ruysseveldt, J. (2008). Sociologie en de moderne samenleving: Maatschappelijke veranderingen van de industriële omwenteling tot in de 21ste eeuw. Den Haag: Boom. (alle drukken) € 60 ISBN 978-90-5352-289-9. (deel 1 en 2, epiloog; p. 17 t/m 415, p. 513 t/m 528). Doelgroep Bachelorstudenten Sociologie (eerste jaar), Maatschappijwetenschappen (eerste jaar), Politicologie (tweede jaar); PreMaster Course Sociologie
Mondiale geschiedenis Vakcode
S_MG ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 119 van 181
Doel vak Studenten verwerven kennis van de historische achtergronden van de mondiale scheefgroei in welvaart en inzicht in de vraag waarom sommige delen van de wereld zo rijk zijn en andere zo arm. Studenten leren een Eurocentrische attitude, voor zover aanwezig, af en worden vertrouwd gemaakt met een polycentrische benadering van mondiale geschiedenis. Inhoud vak De mondiale scheefgroei wordt vaak toegeschreven aan de ‘Rise of the West’: het succes van Europa en Noord-Amerika. Binnen deze zienswijze passen geheel verschillende ideeën. Volgens sommigen liggen cultuurverschillen (bijvoorbeeld Westerse ondernemingszin) ten grondslag aan het verschillende ontwikkelingstempo. Volgens anderen komt de scheefgroei door het succes van de kapitalistische productiewijze, die zich vanuit het Westen over de hele wereld had uitgebreid, met als onvermijdelijke keerzijde de onderontwikkeling van het zuidelijk halfrond. In beide visies staat het Westen centraal. In dit college, spelen alle werelddelen echter een rol, in een samenspel van wederzijdse beïnvloeding, een samenloop van omstandigheden en dom geluk. Onderwerpen die binnen dit raam van soms rivaliserende verklaringswijzen aan bod komen zijn: imperialisme, slavernij, oriëntalisme en eurocentrisme, industrialisatie, modernisering, dekolonisatie, de Koude Oorlog, milieugeschiedenis, ontwikkelingssamenwerking en Newly Emerging Countries. Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Multiple choice tentamen Literatuur Kooiman, D. (2009). Kapitalisme, kolonisatie en cultuur. Arme en rijke landen in historisch perspectief. Amsterdam: KIT Publishers. Marks, R.B. (2007) The Origins of the Modern World. Fate and fortune in the rise of the West. Lanham etc: Rowman & Littlefield. Enige losse teksten en artikelen beschikbaar gesteld via blackboard. Doelgroep Verplicht vak voor 1e jaars in de BSc CAO, BSc POL, BSc SOC en afstudeerrichting maatschappijwetenschappen; keuzevak voor andere belangstellenden. Overige informatie Het vak streeft naar een multidisciplinaire discussie tussen docent en studenten antropologie, geschiedenis, politicologie en sociologie.
Multiculturele samenlevingen Vakcode
S_MCS ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. S. Saharso
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 120 van 181
Docent(en)
prof. dr. S. Saharso
Lesmethode(n)
Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak Kennis en inzicht: - De student heeft kennis van en inzicht in de aard van etnische en religieuze diversiteit in moderne samenlevingen. - De student heeft kennis van en inzicht in de verschillende manieren waarop moderne samenlevingen met deze diversiteit omgaan. Toepassing: - De student kan de verkregen kennis en inzicht toepassen in een eigen analyse van een multicultureel vraagstuk. Vaardigheden: - De student heeft zich verder bekwaamd in het analytisch denken. - De student heeft zijn of haar presentatie- en debatvaardigheden verder ontwikkeld. - De student heeft zich verder bekwaamd in het academisch schrijven, in het bijzonder argumentatieopbouw. Inhoud vak De meeste Europese landen zijn door migratie multiculturele samenlevingen geworden. Culturele en religieuze diversiteit kan voor samenlevingen een bron van verrijking zijn, maar wordt vooralsnog vooral gepercipieerd als sociaal probleem en oorzaak van sociale conflicten. In dit college worden multiculturele samenlevingen vanuit twee perspectieven behandeld. Ten eerste wordt besproken waarom etnische en religieuze groepen vaak een probleem vormen voor de overheid en hoe overheden in Europa en daarbuiten de regulering van culturele en religieuze diversiteit ter hand hebben genomen. De tweede invalshoek is welke rol cultuur speelt in de verklaring van integratieproblemen. Is integratie een cultureel probleem en vereist integratie een culturele oplossing? Het perspectief is vergelijkend zowel tussen landen als tussen culturen en religies. Onderwijsvorm Hoor- en Werkcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen en schrijfopdrachten Literatuur -Kivisto, P. (2002), Multiculturalism in a global society. Oxford/Malden: Blackwell. - Reader. Doelgroep Eerstejaars Bachelor Sociologie, eerstejaars afstudeerrichting Maatschappijwetenschappen, eerstejaars Bachelor Culturele Antropologie en Ontwikkelingssociologie en tweedejaars Bachelor Politicologie.
Multivariate Analyse (BSc) Vakcode
S_MVAba ()
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 121 van 181
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. F.A. Nagel
Docent(en)
dr. F.A. Nagel
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum
Niveau
300
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - aan een vraagstelling herkennen of en zo ja welke vorm van (niet-) lineaire regressieanalyse de juiste techniek is om het probleem te analyseren; - aan een vraagstelling die ten grondslag ligt van een experimenteel onderzoeksontwerp herkennen welke analysedesign de juiste is om het probleem te analyseren; - een schaal construeren; - als onderdeel van schaalconstructie factoranalyse toepassen in SPSS, de resultaten interpreteren en erover rapporteren; - regressie- en variantieanalyse toepassen in SPSS, de resultaten interpreteren en over rapporteren. Inhoud vak Het vak is een vervolg op Kwantitatieve onderzoeksmethoden. In dit vak worden complexe onderzoeksvragen en -designs besproken. Aan bod komen diverse variaties op lineaire regressieanalyse (dummy-variabelen, interactie, padmodellen), complexe varianten binnen de familie van Generalized Linear Models (zoals ANCOVA en een aanzet tot repeated measures en MANOVA). Daarnaast wordt aandacht geschonken aan het meten van constructen. Dit is al deels aan bod gekomen in Kwantitatieve onderzoeksmethoden, maar nu wordt ook factoranalyse behandeld als onderdeel van schaalconstructie. Elk onderdeel wordt geoefend middels SPSS. Onderwijsvorm Hoorcollege en enkele werkcolleges en/of practica. Aanwezigheidsplicht bij werkcolleges/practica. Toetsvorm Schriftelijk en computer tentamen (beide 45 %), en collegetoetsen (10%). Literatuur Wordt later bekend gemaakt. Vereiste voorkennis Deelname aan Kwantitatieve Onderzoeksmethoden (S_KWOM) Doelgroep BSc3 CW
Nature versus Nurture Vakcode
AB_1057 ()
Periode
Periode 1
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 122 van 181
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Coördinator
dr. J.C. Polderman
Lesmethode(n)
Practicum, Computerpracticum, Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak To understand causes of individual differences in human cognitive, social and political behavior, and to evaluate critically the ongoing nature-nurture debate. Inhoud vak Human traits show considerable individual differences, which are caused by differences in the individual’s genes and/or by differences in their environment. In this course the influence of genes and environment on psychological, social and political behavior will be dissected using empirical evidence based on experiments with human subjects and animals. The human traits that play a central role in this course are derived from socially relevant topics such as social and antisocial behavior, political attitude/voting behavior, the effects of violent computer games on aggression, and empathy. Students will be introduced to the world of of DNA and genetic information and will get hands-on experience with DNA techniques (DNA collection, isolation, and genotyping), with the analysis of DNA at crime scenes, and with discussions about the the ethical aspects of DNA research. Evolution of human brain development and behavior will be clarified by pointing out the intriguing parallels with social cognitive skills of other primates. Onderwijsvorm Lectures, practicals, workgroups, excursions Toetsvorm Exam, debate, presentation Literatuur A selection of papers, and chapters of handbooks (information last updated October 4, 2012) Overige informatie Part of minor Brain and Mind. Central Academic Skill: Debating and discussing. This minor course requires a minimum of 25 participants to take place.
Neuro- en Revalidatiepsychologie Vakcode
B_NEURREVPSY (900502)
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Bewegingswetenschappen
Coördinator
dr. A. Ledebt
Docent(en)
dr. A. Ledebt, dr. J.F. Stins
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 123 van 181
Niveau
200
Doel vak Na deze cursus kunnen studenten: - Een overzicht geven van de neuropsychologische aspecten van gedrag en van de motorische problemen en hogerefunctiestoornissen na een hersenbeschadiging; - Van enkele factoren (zoals motorische en perceptuele stimulatie en/of motorische oefening, aandacht en leeftijd) beschrijven welke invloed zij uitoefenen op de plasticiteit van de hersenen; - Bij elk van de genoemde factoren interventies/onderzoeken beschrijven en verklaren wat het effect daarvan is op de revalidatie na een hersenbeschadiging. Inhoud vak - In de; eerste colleges worden de gevolgen van hersenbeschadigingen voor de motoriek en "hogerefunctiestoornissen" (waarneming en cognitie) aan de orde gesteld. Voorts wordt ingegaan op de manier waarop de patiënt zich aan zijn handicap aanpast, via een veelvoud aan 'copingprocessen'; - In de; andere colleges; wordt gepoogd een brug te slaan tussen de resultaten van experimenteel onderzoek en de praktijk van de revalidatie bij patiënten na een hersenbeschadiging. Daarvoor vormt het artikel van Robertson en Murre (1999) over 'guided recovery' de rode draad. Dit artikel, waarin revalidatie als een leerproces wordt opgevat, geeft een overzicht van de literatuur over factoren die het functieherstel beïnvloeden. Onderwijsvorm De cursus bestaat uit hoorcolleges. Toetsvorm schriftelijk tentamen Schriftelijk tentamen met open- eindvragen. Het tentamen dient met een voldoende te worden afgesloten. Literatuur Syllabus.
Nieuws en journalistiek Vakcode
S_NJ ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. A.M.J. van Hoof
Docent(en)
dr. A.M.J. van Hoof, drs. J.L. Arendsen MA
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep, Practicum
Niveau
200
Doel vak Na afloop van Nieuws en Journalistiek kan de student: - verschillende theorieën over selectie en presentatie van het nieuws
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 124 van 181
reproduceren en toepassen als verklaringsmodel op actuele nieuwsvoorbeelden; - de verschillende fases in het productieproces van nieuws benoemen, herkennen en toepassen als verklaring voor de vorm van nieuwsberichten; - effecten van het nieuws op publieke opinie beschrijven en voorspellen; - kritisch reflecteren op de moeizame verhouding tussen journalisten, (organisationele) bronnen en het publiek - het Nederlands nieuwsmedialandschap beschrijven; - verschillende manieren om nieuws in te kaderen (te framen) herkennen en onderscheiden en in zekere mate toepassen in het schrijven van nieuwsberichten. Inhoud vak In deze cursus wordt ingegaan op de maatschappelijke betekenis en impact van nieuws en journalistiek. Doordat de journalistiek informatie van algemeen belang openbaar maakt, levert zij een bijdrage aan het functioneren van de moderne democratische samenleving. De kwaliteit van het nieuws bepaalt mede de kwaliteit van het publieke debat. Maar nieuws is tegelijkertijd ook een product dat verkocht dient te worden en op een bijna industriële wijze gemaakt wordt. Om dagelijks nieuws te garanderen zijn media in de praktijk wel afhankelijk van toegang tot machtige bronnen. In het onderwijsblok komt allereerst aan de orde hoe nieuws geproduceerd wordt. Journalisten maken het nieuws, maar hoe selecteren zij de relevante nieuwsgebeurtenissen? Hoe geven zij vorm aan journalistieke waarden als objectiviteit, onpartijdigheid, professionaliteit, nieuwswaarden? Tot welke vormen van vertekening leidt hun handelen? Daarnaast komt aan de orde hoe overheden, politieke partijen en burgers nieuws proberen te maken. Studenten verwerven inzicht in het journalistieke medialandschap in Nederland en de kenmerken van het uiteindelijke nieuws dat de media brengen. De effecten van het nieuws op reputatie van organisaties en op publieke opinie, worden in deze cursus aan de orde gesteld. Onderwijsvorm Hoor- en werkcollege Toetsvorm Een schriftelijk (meerkeuze) tentamen en twee opdrachten. Het tentamen telt voor 60% mee voor het eindcijfer. Beide opdrachten tellen samen voor 40% mee voor het eindcijfer. Zowel het cijfer voor het tentamen als het cijfer voor de opdrachten dient voldoende te zijn. Literatuur - Kleinnijenhuis, J., Scholten, O., Atteveldt, W., van, Hoof, A. M. J. van, Krouwel, A., Oegema, D., Ridder, J. A., de, Ruigrok, N., en Takens, J. (2006). Nederland Vijfstromenland. De rol van media en stemwijzers bij de verkiezingen van 2006. Amsterdam: Bert Bakker. ISBN 978-90-3513181-1. Dit boek is niet meer via de boekhandel verkrijgbaar, maar te downloaden als pdf bestand van de blackboardsite van dit vak. - Schudson, M. (2003). The sociology of news. New York: W. W. Norton & company. ISBN 0-393-97513-4, $ 17.50. - Franklin, B., Hamer, M., Hanna, Ml, Kinsey, M., & Richardson, J., E. (2005). Key Concepts in Journalism Studies. London: Sage. £19,99. Doelgroep Bachelor CW 1e jaar, Premaster CW, Premaster Journalistiek.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 125 van 181
Overige informatie Aanwezigheid tijdens werkcolleges verplicht.
Non-Profit en Charity Marketing Vakcode
S_NPCM ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
L.K. Hoolwerf MSc
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Na afloop van de cursus heeft de student: - Inzicht in de ontwikkeling van de non-profit en charity marketing - Inzicht in de belangrijkste theorieën en concepten op het terrein van de non-profit en charity marketing en is de student in staat deze kritisch te beoordelen. - Inzicht in de verschillen tussen commerciële marketing en charity marketing. Daarnaast is de student in staat om: - Kennis en theorieën uit de non-profit marketing te toetsen aan de praktijk. - Aan de hand van inzichten uit de theorie te komen tot een kritische analyse en relevante aanbevelingen voor de praktijk. Inhoud vak Het vak “Non-Profit en Charity Marketing” behandelt marketing zoals deze wordt toegepast bij not-for-profit organisaties. Tijdens het vak wordt een algemene inleiding gegeven over het onderwerp marketing en wordt aandacht besteed aan aspecten die marketing bij non-profit organisaties bijzonder maken. Studenten leren tijdens de cursus een aantal consequenties van de aard van de non-profit organisaties toe te passen in het opstellen van een marketingstrategie. Verschillende aspecten van een marketingstrategie komen aan bod tijdens de cursus. Onderwerpen zijn onder andere “branding”, “segmentering”en “fondsenwerving”, daarnaast wordt aandacht besteed aan de rol van public relations en communicatie met donateurs. Het vak bestaat uit hoorcolleges en werkgroepen. Tijdens de hoorcolleges wordt de theorie zoals deze in de literatuur wordt besproken verder toegelicht en aangevuld. De theoretische kennis wordt getoetst door middel van een tentamen. Tijdens de werkgroepen wordt aandacht besteed aan toepassing van de theorie. Waaruit bestaat de marketingstrategie van een non-profit organisatie? Is er sprake van doelgroepsegmentering en een duidelijk profiel in de marketingstrategie? Is de non-profit organisatie zich bewust van de concurrentie? En zo ja, op welke manier wordt hiermee rekening gehouden in het marketingbeleid? De kennis over en vaardigheden voor het beoordelen van de kwaliteit van het marketingbeleid wordt getoetst in het geven van een presentatie over een onderdeel van het marketingbeleid en de eindopdracht. Onderwijsvorm
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 126 van 181
Hoorcolleges en werkgroepen Toetsvorm Schriftelijk tentamen en opdracht Literatuur Wordt voor aanvang van het vak bekend gemaakt via Blackboard. Aanbevolen voorkennis Enig inzicht in organisatie- en marketingprocessen is gewenst Doelgroep Bachelorstudenten
Oefening bestuur, beleid en organisatie Vakcode
S_OBBO ()
Periode
Periode 6
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. B.A.M. van Stokkom
Docent(en)
dr. B.A.M. van Stokkom, dr. M. van der Land
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak De Oefening BBO bouwt verder op de eerder gevolgde bestuurswetenschappelijke vakken. Studenten passen hun eerder opgedane theoretische kennis en inzichten toe, en toetsen theoretische inzichten aan de praktijk. Studenten worden niet alleen in hun analytische en interpretatieve vaardigheden getraind, maar ook in hun vermogen om op adequate wijze hun analyse, conclusies en aanbevelingen op schrift te stellen. Inhoud vak Een van de belangrijkste taken binnen de sociale wetenschappen is het identificeren en vaststellen van sociale mechanismen, dat wil zeggen de veronderstelde causale verbanden of patronen die achter sociale verschijnselen verscholen zouden liggen. Veelal zijn die mechanismen ongedetermineerd en kan moeilijk worden vastgesteld hoe ze ontstaan. Maar in de wereld van bestuur, beleid en organisatie is het zaak er greep op te krijgen. Typerend voor die wereld van ‘maken’ is dat men vat meent te hebben op de condities waaronder bepaalde effecten zullen optreden. Het gaat dan om de gedragsmechanismen waarop beleidsinstrumenten zoals interventies en rechtsregels steunen. Werken die gedragsmechanismen in de praktijk? Op grond van wat? Of brengen ze juist onbedoelde gevolgen en andere ‘bijwerkingen’ met zich mee? In dit vak wordt aan de hand van concrete onderzoeken en rapporten – betrekking hebbend op bijvoorbeeld integriteit van bestuur, handhaving van regels, activering in de sociale zekerheid en preventie in de lokale veiligheidszorg – nagegaan in hoeverre de veronderstelde gedragsmechanismen zich op de werkvloer van de beleidsuitvoering ook daadwerkelijk hebben voorgedaan. Het gaat om bestudering van relevante praktijkcases die leren of en in hoeverre de gekozen beleidsinstrumenten Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 127 van 181
beantwoorden aan de gestelde verwachtingen. Onderwijsvorm Hoorcollege en werkcolleges. Tijdens de werkcolleges staat case-analyse voorop: het bestuderen van rapporten over enkele cases en de concrete problemen (ten aanzien van de uitvoering en ingezette beleidsinstrumenten) die zich daarbij hebben voorgedaan. De studenten brengen daarover verslag uit in werkgroepen. Toetsvorm Essay-opdracht Literatuur Reader Aanbevolen voorkennis Beleid en besluitvorming (S_BLB) afgerond. Doelgroep Tweedejaars bachelorstudenten B&O die kiezen voor de BWS variant.
Onderzoekspracticum filantropie Vakcode
S_OPfil ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. R.H.F.P. Bekkers
Docent(en)
prof. dr. R.H.F.P. Bekkers
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Na afloop van dit vak zijn studenten in staat om: (1).Een onderzoek op te zetten dat antwoord geeft op een onderzoeksvraag op basis van secundaire analyse van gegevens uit het Geven in Nederland-onderzoek; (2). Bivariate analyses en multipele regressieanalyses uit te voeren en te interpreteren; (3). Onderzoeksbevingen kundig te rapporteren. Inhoud vak Het zelfstandig kunnen uitvoeren van statistische analyses is een belangrijke vaardigheid voor wetenschappelijke onderzoekers. Daarnaast is de kennis van statistische methoden van belang bij het lezen van onderzoeksverslagen en artikelen. Het onderzoekspracticum sluit aan bij het vak Methoden en technieken van sociaal wetenschappelijk onderzoek en bouwt voort op de onderzoeksvaardigheden (operationalisatie van concepten en bivariate analyses) die de studenten hebben geoefend in het bachelorproject. In dit practicum zal de onderzoeksvraag, met toetsbare hypothesen, die is geformuleerd in de afsluitende opdracht van het vak ‘Verklaringen van prosociaal gedrag’ empirisch worden onderzocht. De vraagstelling heeft betrekking op filantropisch gedrag. De studenten zullen met behulp van SPSS secundaire analyses uitvoeren op de gegevens van de "Geven in Nederland" Panel Studie. De vraagstelling wordt beantwoord door het uitvoeren van bivariate analyses en multipele Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 128 van 181
regressieanalyses gevolgd door een interpretatie van uitkomsten. Het eindresultaat is een empirisch tijdschriftartikel. Onderwijsvorm Er zijn twee bijeenkomsten per week voor dit vak: hoorcolleges en computerpractica. In het hoorcollege wordt de noodzakelijke basiskennis over het ontwerpen van onderzoek en statistische analyse van kwantitatieve enquêtegegevens opgehaald. In de practica worden opdrachten gemaakt met SPSS onder begeleiding van een docent. In de opdrachten maken de studenten de gegevens gereed en voeren ze de benodigde bivariate en multipele regressieanalyses uit. Toetsvorm Dit vak wordt afgesloten met een tijdschriftartikel waarvoor een punt wordt gegeven. Literatuur - Babbie, E. (2006). The Practice of Social Research. (10th edition) - Agresti, A. & B. Finlay (2008) Statistical Methods for the Social Sciences (4th edition). Pearson Education. - Grotenhuis & Matthijsen. Basiscursus SPSS. Koninklijke Van Gorcum. Aanbevolen voorkennis Studenten worden verondersteld de stof uit het vak Methoden en technieken van sociaal- wetenschappelijk onderzoek paraat te hebben. Doelgroep Minorstudenten Goede doelen, Filantropie en Non-Profits en overige studenten die het vak ‘Verklaringen van prosociaal gedrag’ hebben gevolgd. Overige informatie Aanwezigheid tijdens hoorcolleges en computerpractica en het inleveren van de opdrachten is verplicht.
Onderzoekspracticum kwalitatief Vakcode
S_OPKL ()
Periode
Periode 6
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. P.G.S.M. Smets
Docent(en)
dr. L.A. Brouwer, dr. P.G.S.M. Smets
Lesmethode(n)
Werkgroep, Practicum
Niveau
300
Doel vak Studenten nader vertrouwd maken met de praktijk van kwalitatief onderzoek en i.h.b. met gefundeerde theorievorming. Inhoud vak Kwalitatief onderzoek is de intensieve bestudering van een sociaalcultureel verschijnsel of proces in zijn 'natuurlijke' context. Voorbeelden zijn het sociale leven in een multiculturele wijk, het Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 129 van 181
thuisgevoel (belonging) van gebruikers van publieke ruimtes (o.a. straten en pleinen) en quasi-publieke ruimtes zoals restaurants, cafés en andere ontmoetingsruimtes. De methodologie van kwalitatief onderzoek is niet alleen het terrein van kwalitatieve sociologen en antropologen, maar ook van klinisch psychologen en praktijkonderzoekers. Kwalitatieve methoden zijn o.a. participerende observatie, semi-gestructureerde interviews en focusgroep discussies. In dit blok doorlopen studenten in kleine groepen de complete onderzoekscyclus voor kwalitatief onderzoek, met nadruk op de kwaliteit van de verzamelde gegevens, de analyse, de methodische verantwoording en reflectie, en de ontsluiting van het materiaal voor secundaire analyse. Studenten verwerken hun onderzoeksbevindingen in een onderzoeksverslag. Bijzondere aandacht wordt daarbij besteed aan het genereren van theorie (de zgn. grounded theory of gefundeerde theoriebenadering). Onderwijsvorm Werkcollege en practicum Toetsvorm Individuele deelopdrachten (30%), onderzoeksrapport van subgroep (50%), mondelinge presentatie van onderzoeksrapport (20%). Dit vak is een practicum en wordt slechts 1 maal per jaar getoetst. Literatuur Wordt bij aanvang van het vak bekend gemaakt. Doelgroep Verplicht vak voor 2e jaars BSc CAO en 2e jaars BSc SOC. Overige informatie Er wordt in het programma van dit vak verondersteld dat cursisten hebben deelgenomen aan het vak Methoden en Technieken van Kwalitatief Onderzoek. Indien deze kennis niet aanwezig is dienen studenten zelf zorg te dragen voor bijscholing.
Onderzoekspracticum kwantitatief (BSc) Vakcode
S_OPKWba ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. D. Pavlopoulos
Docent(en)
dr. D. Pavlopoulos
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep, Practicum
Niveau
300
Doel vak Na afloop van deze cursus kan de student: - empirisch te toetsen hypothesen opstellen; - een betrouwbaarheidsanalyse uitvoeren met behulp van SPSS; - multivariate lineaire regressieanalyses uitvoeren met behulp van SPSS; - SPSS-resultaten interpreteren en onderzoeksbevindingen duidelijk rapporteren. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 130 van 181
Inhoud vak Het zelf kunnen uitvoeren van statistische analyses is een belangrijke vaardigheid voor wetenschappelijke onderzoekers. Ook is kennis van statistische methoden van belang voor degenen die onderzoeksverslagen lezen. Een deels zelf te ontwikkelen vraagstelling, met bijbehorende toetsbare hypothesen, wordt empirisch onderzocht. De vraagstelling heeft betrekking op een sociologisch thema dat past binnen de hoofdvragen naar ongelijkheid en sociale cohesie. Databestanden zijn beschikbaar voor secundaire analyses met behulp van SPSS. Relevante constructen voor de beantwoording van de vraagstelling worden gemeten en beoordeeld op hun interne consistentie m.b.v. betrouwbaarheidsanalyse. De vraagstelling wordt vervolgens beantwoord door het uitvoeren van een geschikte multivariate lineaire regressieanalyse met continue en categorische variabelen en soms ook met interactie-effecten (zoals een mediatie of moderatie), gevolgd door een interpretatie van de uitkomsten. De nadruk ligt in dit blok op de toetsing van hypothesen ,de interpretatie van het resultaat en het wetenschappelijk beschrijven van de resultaten . Onderwijsvorm Onderzoekspracticum Toetsvorm Participatie, opdrachten, onderzoeksverslag (groepswerkstuk). Aanwezigheid is verplicht. Literatuur Wordt nader bekend gemaakt. Aanbevolen voorkennis - Beschrijvende en Inferentiële Statistiek (S_BIS) - Methoden en technieken van sociaal-wetenschappelijk onderzoek (S_MTSWO) Doelgroep BSc2 SOC
Organization Politics Vakcode
S_OP ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. ir. F.K. Boersma
Docent(en)
dr. ir. F.K. Boersma
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Students participating in Organizational Politics are familiarized with the relevant disciplinary perspectives within the current debates in the field of cultural approaches in organization studies. This subject provides students with an opportunity to: 1. Learn about the centrality of power and politics in the field of Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 131 van 181
organization studies; 2. Research and evaluate critically practices of power; 3. Become adept at theorizing power. They will do this through: - Mastering the theory of power and its application to organizations - Developing an ability to diagnose and analyse power and policies - Coming to terms with the inherent dilemmas and choices involved in developing and exercising power. Inhoud vak - Knowledge of power processes in relation to culture in organizations; - Application of social scientific perspectives and theories on power in organizations; - The management and use of power as well as unintentional and latent aspects of power; - Analysis of academic texts, and the application of theoretical debates to case studies, group discussions reflecting on the connection between theory and the practical manifestations of power in organizational settings. Onderwijsvorm Lecture Toetsvorm Written examination (paper) Doelgroep Students who are interested in: 1. Classic and current models of power used and applied in organization and management theory; 2. The types of arguments and evidence used to justify and elaborate different types of theorizing, research and writing practices; 3. The centrality of the management of power and resistance to organizational reality.
Organizational Culture and Change Vakcode
S_OCC ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak - Knowledge of processes of sensemaking and cultural change within different types of organizational settings. - Understanding of different approaches of the management of cultural change. Inhoud vak Culture as a sensemaking device can be studied in different contexts and from various perspectives. The issue what culture is, how culture is created, and whether cultures can be deliberately changed are subject of fundamental debates in organization culture studies. Do organization cultures have a shared, unchangeable and distinctive core? Or is Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 132 van 181
cultural change part of the ever-changing day-to-day life of organizational members? The relations between culture, power, identity, and agency are key to understanding the complexity and dynamics of the process organizational (culture) change and collaboration. In this course students develop knowledge of and insight these culture change processes in a broad variety of organizational contexts (profit, nonprofit, government). Onderwijsvorm Lectures Toetsvorm Written examination Literatuur Written examination: multiple choice and open questions Doelgroep Second year Bachelor’s students in Bestuur & Organisatie, Premaster ‘s students in Culture, Organization, and Managment, and exchange students.
Organizational Discourse and Narrative Analysis Vakcode
S_ODNA ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
dr. I.H.J. Sabelis, drs. A.M. Kok
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
300
Doel vak The aims of this course can be formulated as follows: - Enhance knowledge of different approaches to discourse and narrative analysis. - Enhance knowledge of the importance of discourse and narrative analysis for the field or organizational studies. - Acquire practical experiences with (organizational) discourse and narrative analysis. - Stimulate critical reflection on the (im)possibilities of the use of organizational discourse and narrative analysis. After the course, you will be able to recognize different theoretical approaches to organizational discourse and the underlying philosophical premises of these approaches. You are able to critically reflect on the strengths and weaknesses of particular approaches and examples of empirical studies. Furthermore, after completion of this course you will be able to recognize and critically elaborate the use of rhetorical and discursive strategies in current societal and organizational situations. Inhoud vak The course focuses on processes of collecting, representing, and analysing organizational discourses and narratives. Organizations consist of people who on a daily basis are engaged in sense-making,
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 133 van 181
meaning attribution processes concerning the structures they work in, the tasks they perform, their identities (within and outside the organisation) and their relations with their colleagues. The basic premise of discourse and narrative analysis is that language is a form of social behaviour that plays an important role in the way social identities and relations are constructed and (re-)produced. The objects of discourse and narrative analysis are patterns in language behaviour as well as changes in these patterns. Attention will be paid to different approaches in discourse and narrative analysis. Some approaches focus on the actor as a (co-)producer of discourses and narratives. Other approaches focus on structure, i.e., the language user as a ‘reproducer’ or even 'prisoner' of certain discourses and narratives. During the lectures attention will be paid to the philosophical underpinnings of social scientific approaches to organization studies in general and of interpretive approaches in specific. A range of different theoretical approaches to organizational discourse and narratives will be discussed, as well as examples of current empirical studies from this field. Students in the course will also be asked to actively engage in discussions of cases, to collect and analyze texts from different sources - including newspaper articles, promotional material and video material - themselves. Onderwijsvorm Lectures Toetsvorm Essay Literatuur To be announced Doelgroep Students Minor Organizational Culture, exchange students
Organizations in the 21st Century Vakcode
S_O21C ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. ir. S.F. Kingma
Docent(en)
dr. F. den Hond, dr. ir. S.F. Kingma
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak 1. Conceptualize ‘organizations’ as decided orders along various dimensions. 2. Explore how new technologies enable new forms of organizing. 3. Explore how institutional pressures affect organizing. 4. Explore how society itself is increasingly organized. Inhoud vak
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 134 van 181
Classical organization theory conceived of ‘organizations’ as discrete and internally differentiated entities, that in normal situations are relatively stable in time and space. However, since the 1980s, rapid technological, regulatory and societal transformations fundamentally questioned these received notions of ‘organizations’ as discrete entities. They are often associated with ambiguities, dependencies and uncertainties in the context of ‘organizations’, as well as with opportunities for developing new organizational forms. In this course we therefore focus on the process of organizing rather than on ‘organizations’ as discrete entities. We explore the changing nature of organization processes and the role of organizing in society. Organizing is seen as increasingly interwoven with society as a whole. Technological, regulatory and societal transformations challenge the “modus operandi” of ‘organizations’ and their boundaries, as well as the idea of organizing in the wider society. Organizational theorists have interpreted some of the organizational responses to technological innovations by coining forms of organizing such as ‘networked’, ‘flexible’, ‘learning’, ‘temporary’ and ‘virtual’. They have also pointed out the consequences of regulatory changes for organizing, as organization processes face new demands for transparency, accountability and responsibility from ‘non-governmental’ and ‘metaorganizations’. Particular arrangements of organizations have also been addressed in terms of organizational fields. Further, organizing seems to have assumed a more important role in society; there are ever more ‘organizations’, and elements of social life are increasingly being organized, including associations, professions and all kinds of threats and uncertainties. The course is thus thematically organized around three themes of organizing: organizational forms, institutional pressures, and organizing as a model for ordering social life. Onderwijsvorm Lectures Toetsvorm Written examination, assignment(s) Literatuur To be specified. A core reading will be: Ahrne, G., & Brunsson, N. (2011). Organization outside organizations: The significance of partial organization. Organization, 18(1): 83-104. Aanbevolen voorkennis Kernthema’s Organisatiewetenschap; Gedrag, Communicatie en Organisatie; Public Management. Doelgroep Third year Bachelor students in the Faculty of Social Sciences. The course is eligible for students from other Faculties and universities.
Political Analysis Vakcode
S_PA ()
Periode
Periode 6
Credits
6.0
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 135 van 181
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak To gain a deeper understanding of the various theoretical approaches (research paradigms) - in political science and to be able to work with them in your own research. Inhoud vak Hay’s book contains a highly useful overview of the main approaches in political science, including comparative politics and international relations. In the former the mainstream consists of Rational choice, Behaviouralism and New institutionalism. In the latter the mainstream is dominated by Realism, Neo-realism, Neo-liberalism, Constructivism and Postmodernism. Hay argues that the issue of the political is an ontological issue and that the issue of the science claim is an epistemological issue and how you solve or chose in these matters has methodological repercussions for the analytical strategy and research design to choose for our research into some specified object/event. The main focus is on ontology that deals with the assumptions about the nature of political reality that one wants to analyze/investigate. What is and what is not out there in the political world that we can start learning about? Hay advocates an strategic-relational approach in an attempt to transcend the dualism of structure and agency. Neither agents nor structures are real, since neither has an existence in isolation from the other ¬ their existence is relational (structure and agency are mutually constitutive) and dialectical (their interaction is not reducible to the sum of structural and agential factors treated separately). Hay favours a ‘ Critical Political Analysis’ that is empirical but without being empiricist, balanced in its conception of the relationship between structure and agency, inclusive in its conception of the political and its incorporation of extra-political factors, attentive to the interaction of the domestic and the international, sensitive to the potential causal and constitutive role of ideas in social, political and economic dynamics and, above all, attentive to the contingency, openendedness and inherent unpredictability of social, political and economic systems. This course aims at a deeper understanding of the various theoretical approaches (research paradigms) by reflecting on their strengths and weaknesses and offers many ideas on how an ideal political analysis may look like. Onderwijsvorm This course combines lectures (in the beginning) and tutorials Toetsvorm Participation (10%), Presentation (10%), Assignment (40%) and an end paper (40%) Literatuur Colin Hay (2002) Political Analysis. A Critical Introduction, Houndmills, Basingstoke: Palgrave, appr. 33 euro.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 136 van 181
Doelgroep Bachelor Politicologie 2 and exchange students
Politics of International Security Vakcode
S_PISC ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
300
Doel vak - Familiarize students with the main theoretical outlooks in the field; - Present students with the most topical themes of the current international relations; - Enable students to apply learnt theory in practical analytical work. Inhoud vak Politics of International Security is an introductory class in international security for 3rd year undergraduate students taking part in the International Security minor. The main purpose of this course is two-fold: to introduce students into main theoretical perspectives of the contemporary study of international security and to offer an overview of the most pertinent themes in international security. Students will explore the main avenues of theoretical thinking about international security and will learn about particular strengths and weaknesses of individual theories. Students will also familiarize with the international security architecture, its main actors and institutions and study contemporary issues within the field of international security, such as asymmetric warfare, energy security, climate conflicts, arms trade and ethnic violence. Onderwijsvorm Seminar Toetsvorm 15% class participation 25% group paper 60% final exam Literatuur To be announced Doelgroep Students of the Minor International Security and exchange students
Prehistorie van Nederland Vakcode
L_BEBAARC207 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 137 van 181
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. N.G.A.M. Roymans
Docent(en)
prof. dr. N.G.A.M. Roymans
Lesmethode(n)
Excursie, Werkcollege
Niveau
200
Doel vak Kennis en inzicht in de hoofdlijnen van de Nederlandse prehistorie. Het kunnen beoordelen van literatuur. Het zelfstandig kunnen samenvatten van de stand van zaken over een aantal thema's binnen de Nederlandse archeologie. Oordeelsvorming over het eigen vakgebied in de werkcolleges via discussie/debat. Inhoud vak De prehistorie van Nederland met nadruk op de laatste twee millennia voor Chr. Centrale thema's zijn economische versus culturele interpretaties in het landschaps- en nederzettingsonderzoek, huishoudens en locale gemeenschappen, depositiepraktijken, uitwisselingsnetwerken, grafveldonderzoek, de omgang met het verleden in de prehistorie. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges en excursie Noord-Nederland. Toetsvorm Schriftelijk tentamen aan het einde van periode 1. Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur L.P. Louwe Kooijmans e.a. (eds.), De prehistorie van Nederland, Leiden. Aanvullende literatuur wordt tijdens college bekend gemaakt. Vereiste voorkennis Inleiding in de archeologie A en B (L_BABAARC109 en L_BABAARC113)(vak in 2010-2011 Inleiding in de archeologie; L_BABAARC102). Doelgroep 2e jaars studenten major West-Europese archeologie en Mediterrane archeologie; studenten Geo-archeologie. Overige informatie - wekelijkse deelname aan de cursus is verplicht - Aanschaf handboek Louwe Kooijmans e.a. wordt dringend aanbevolen. - Over de excursie worden nadere afspraken gemaakt.
Professionele en thematische oriëntatie antropologie Vakcode
S_PTOant ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. L.A. Brouwer
Docent(en)
dr. L.A. Brouwer
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 138 van 181
Lesmethode(n)
Werkcollege
Niveau
300
Doel vak Dit vak verenigt drie doelstellingen. Ten eerste verwerven studenten middels zelfreflectie en andere methodieken inzicht in hun kwaliteiten, verwachtingen en mogelijkheden op de arbeidsmarkt na afronding van hun studie. Daarnaast vergroten zij hun vaardigheden en inzichten die het zoekproces op de arbeidsmarkt vergemakkelijken en succes vergroten. De derde doelstelling is dat studenten zich verdiepen in onderwerpen die door henzelf zijn geïdentificeerd als hiaten in het profiel dat zij wensen neer te zetten op de arbeidsmarkt. Inhoud vak Studenten onderzoeken in deze cursus hoe de arbeidsmarkt voor antropologen eruit ziet en zij zich daarop kunnen voorbereiden en profileren. Studenten bezinnen zich met behulp van creatieve opdrachten op de volgende vragen: Wat kan ik? Wat doe ik? Wat weet ik? Vervolgvragen zijn: Wat wil ik? Wat moet ik daarvoor kunnen en weten? Deze zelfreflectie moet plaatsvinden op de niveaus van vaardigheden, ervaring, motivatie en kennis teneinde inzicht te ontwikkelen in de hiaten in de eigen kwalificaties voor de gewenste loopbaan. Zij formuleren een CV, interviewen personen met banen die zij ambiëren en oefenen een sollicitatiegesprek in een rollenspel. Voor het vullen van hiaten in kennis nodig voor het gewenste profiel bestuderen zij literatuur ter voorbereiding op het thema van de bachelorthesis en leggen de resultaten daarvan vast in een paper. Onderwijsvorm Werkcollege Toetsvorm Individuele deelopdrachten (50%), mondelinge presentaties (10%), paper (40%). Literatuur Wordt bij aanvang van het vak bekend gemaakt. Vereiste voorkennis 108 EC van de bachelor Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie zijn behaald. Aanbevolen voorkennis Van studenten wordt verwacht dat zij alle vakken van het eerste en tweede studiejaar hebben afgerond alvorens zij aan deze cursus deelnemen. Bij voorkeur hebben zij ook de profileringsruimte afgesloten. Doelgroep Verplicht vak voor 3e jaars BSc CAO.
Professionele en thematische oriëntatie sociologie Vakcode
S_PTOsoc ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 139 van 181
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. P.G.S.M. Smets
Docent(en)
dr. P.G.S.M. Smets
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
300
Doel vak - Studenten verwerven middels zelfreflectie en andere methodieken inzicht in hun kwaliteiten om een zo goed mogelijk CV te ontwikkelen voor de arbeidsmarkt. - Studenten verwerven een aantal noodzakelijke vaardigheden en inzichten die het zoekproces op de arbeidsmarkt vergemakkelijken en succes vergroten. - Studenten verdiepen zich in onderwerpen die door henzelf zijn geïdentificeerd als hiaten in het profiel dat zij wensen neer te zetten op de arbeidsmarkt en leren mogelijkheden kennen om deze hiaten weg te werken. - Studenten hebben inzicht in belangrijke theoretische discussies die ten grondslag liggen aan het thema van hun bachelorthesis Inhoud vak Om een zo goed mogelijk cv te ontwikkelen bezinnen studenten zich op de volgende vragen: Wat kan ik? Wat doe ik? Wat weet ik? Hierbij wordt ook gekeken hoe de arbeidsmarkt voor sociologen eruit ziet en hoe de student zich daarop het best kan voorbereiden en profileren. Vervolgvragen zijn: Wat wil ik? Wat moet ik daarvoor kunnen en weten? Deze zelfreflectie moet plaatsvinden op de niveaus van vaardigheden, ervaring, motivatie en kennis teneinde inzicht te ontwikkelen in de hiaten in de eigen kwalificaties. Bovendien verdiepen studenten zich in onderwerpen die door henzelf zijn geïdentificeerd als hiaten in het profiel dat zij wensen neer te zetten op de arbeidsmarkt. Dit onderwerp kan mogelijkerwijs verder worden uitgewerkt in de Bachelorthesis en/of een vervolgstudie. Creatieve opdrachten zullen studenten bovendien stimuleren tot inzicht in hun capaciteiten, verwachtingen en mogelijkheden. Naast de professionele oriëntatie schrijft de student een state-of-the-art studie van de belangrijke wetenschappelijke discussies die zich afspelen rondom de thematiek die voor de bachelor thesis gekozen is. Onderwijsvorm Werkcollege Toetsvorm Deelopdrachten (70%), mondelinge presentaties (30%). Literatuur Wordt nader bekend gemaakt. Doelgroep Verplicht vak voor 3e jaar BSc SOC. Overige informatie Aanwezigheid is verplicht.
Public Management
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 140 van 181
Vakcode
S_PM ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. ir. F.E. Six
Docent(en)
dr. M.J. Spierenburg, dr. ir. F.E. Six
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak The course Public Management provides knowledge on and insight into how the different sectors and organizations contribute to society, how the different sectors and organizations interact, and what challenges these interactions pose to the sectors and organizations. We examine the three above questions by studying relevant literature (journal articles and book chapters) and applying this literature to real-life cases. Irrespective of the sector students end up working in upon graduation, in late-modern society it is important that they understand what drives organizations in all three sectors and how the interrelationships between the different sectors work. At completion of the course, students will have acquired: - Knowledge on the theoretical background of the guiding three questions mentioned above; - Insight into how to apply the theoretical concepts to real-life cases; - Deeper understandings of the complexities of organizing in late-modern society; - Insight into the drivers of changes in the different sectors and organizations and the collaborations between the different sectors and organizations. Inhoud vak Public Management concentrates on the organizational complexities which relate to alternative forms and dynamics of interaction between the public sector and other actors in society. In this course we distinguish three sectors in society – government, private sector and civil society. The latter involves citizens organizing themselves in activist groups or NGO’s (e.g., Greenpeace, Red Cross, Fair Trade, Amnesty International). The private sector includes both profit and not-for-profit organizations (e.g., schools, hospitals). Since the late 1990s, the public sector has been heavily influenced by New Public Management discourses. Public sector organizations are supposed to transform into efficient, more client-oriented organizations, and operate in more entrepreneurial ways. To ensure and improve service delivery, public organizations are stimulated to cooperate with private sector and civil society organizations. In the latter two sectors, it has also become the rule rather than the exception to cooperate across organizational and sectoral boundaries. partnerships are often established in order to create synergistic effects for the participating partners; i.e. some sort of collaborative advantage. Collaborative arrangements have gained currency in a wide range of economic and social infrastructure construction projects, such as the construction of light rail networks, and the management and operation of prisons, hospitals, and schools. Furthermore, these types of cooperation are also mobilized in relation to socio-economic problems such as tackling premature school leavers, unemployment, (youth) crime Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 141 van 181
or urban regeneration projects; or in sustainability-oriented issue networks (tackling over-fishing, sustainable forestry). In relation to the abovementioned developments, this course seeks to address the following three questions: - How are activities between organizations in society coordinated (hierarchy, market, network)? - How do important organizational concepts vary by sector (e.g., identity, values/culture, performance management, entrepreneurship)? - How do the three sectors in society influence each other and collaborate with each other? Onderwijsvorm Lectures and guest lectures Toetsvorm Written exam and small assignments Doelgroep Bachelor student B&O and exchange students.
Public Relations and Reputation Management Vakcode
S_PRRM ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
F. Schultz
Docent(en)
dr. D. Oegema, F. Schultz
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak After completion of the course students (a) have knowledge of theories, strategies, instruments and effects of public relations and reputation management, (b) are able to describe the interplay of organizations, media, publics and recipients from a theoretical perspective, (c) have knowledge on specific fields of PR and reputation management, such as Crisis Communication, Corporate Social Responsibility, Integrated and Change communication, Political PR, Litigation PR, Online-PR and PRethics, (d) can reflect on potentials and constraints of strategic communication, and (e) have the basic knowledge to develop PRstrategies. Inhoud vak After a short introduction, general theories and models of Public Relations and Reputation Management are discussed. Next, an analysis of the interplay between organizations, publics and media is presented (framing, agenda building, news value), and key concepts are discussed such as reputation, transparency, trust and legitimacy. After that, it teaches concrete strategies, instruments and effects of Public Relations and Reputation Management (e.g., media relations). Subsequently, the course discusses theories and strategies of Public Relations and Reputation Management in specific areas, such as Crisis Communication, Integrated Communication, Litigation PR, Political PR, Issue and Risk Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 142 van 181
Management, and looks at specific discourses such as PR Ethics. Attached to the lectures are workgroups in which scientific articles are discussed and subgroups work on relevant cases. Onderwijsvorm Lectures and workgroups Toetsvorm Exam and interim test Literatuur Electronic reader with scientific articles (to be announced on the Blackboard page of the course) and a book (to be decided). The complete list of literature will be announced on the Blackboard page before the start of the course. Doelgroep 2nd year Bachelor students CW, B&O and exchange students.
Radicalization and Conflict Vakcode
S_RC ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J. van Stekelenburg
Docent(en)
dr. J. van Stekelenburg
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Students have insight into processes of polarization and radicalization based on cultural and religious social identities. They understand how group processes and institutional and cultural dynamics shape cultural conflicts between social groups. Inhoud vak Ethnic and religious identities have increasingly become a focal point of social conflict. Ranging from interpersonal discrimination and group conflicts to demonstrations, riots, and terrorism, cultural identities seem to have radicalized, both among native and migrant groups. They have become a major concern for various policy makers. How has cultural identity become so politicized? And is it really a sign of this time? What for instance about the Spanish separatist movement ETA, or the Irish IRA opposing British rule in Ireland? This course analyzes contemporary Western polarization and radicalization and compares it to more historical and non-western episodes of radical conflict. What happens at the individual and group level? And how does the institutional and cultural dynamics in society help shape and prevent religious and cultural conflicts between groups? Onderwijsvorm Lectures and study groups
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 143 van 181
Toetsvorm Written exam and assignments Literatuur To be announced Doelgroep Bachelor students, exchange students
Recht van overheid en bedrijf Vakcode
S_ROB ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. mr. A.J.G.M. van Montfort
Docent(en)
dr. mr. A.J.G.M. van Montfort
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Doelstelling van het vak is allereerst om bachelorstudenten Bestuurs- en Organisatiewetenschap inzicht te geven in de (meer)waarde van een juridische invalshoek bij het bestuderen van vraagstukken op het terrein van bestuur en organisatie. Voorts heeft het vak ten doel om studenten basale kennis aan te reiken over de grondslagen en structuur van het Nederlandse recht en over een aantal belangrijke rechtsgebieden, met enige aandacht voor Europeesrechtelijke aspecten. Ten slotte wordt ook beoogd om studenten enkele basisvaardigheden te laten ontwikkelen voor het raadplegen van juridische bronnen (wetten, jurisprudentie). Inhoud vak Het recht speelt een belangrijke rol binnen overheid, semi-overheid en bedrijfsleven. In onze democratische rechtsstaat moeten oplossingen voor bestuurlijke en organisatorische vraagstukken voldoen aan juridische randvoorwaarden. Sommige oplossingen zijn juridisch wel aanvaardbaar, andere echter niet. Voor overheidsinstanties zijn in dit verband bijvoorbeeld het staatsrecht en algemeen bestuursrecht relevant, terwijl voor organisaties binnen de semi-overheid (onderwijs, gezondheidszorg e.d.) onder andere het subsidierecht en belastingrecht belangrijk zijn. Particuliere bedrijven hebben bij hun activiteiten veelvuldig te maken met rechtsgebieden als het ondernemingsrecht, mededingingsrecht en arbeidsrecht. En voor alle maatschappelijke sectoren geldt dat eenieder zich heeft te houden aan de regels van het contractenrecht en strafrecht. De cursus begint met een schets van de toenemende betekenis van het recht in de huidige samenleving. Daarna volgt er een algemene introductie in de grondslagen en structuur van het Nederlandse recht. Daarbij worden enkele juridische basisbegrippen behandeld. Vervolgens passeert een aantal voor Bestuurs- en Organisatie-weten-schap-pers relevante rechtsgebieden de revue. Studenten moeten de rechtsregels die daarbij aan de orde komen, zoveel mogelijk zelf opzoeken in wetboeken en jurisprudentie.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 144 van 181
Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur - Montfort, A.J.G.M. van (red.) e.a., Geheel volgens de regels, Inleiding recht voor bedrijf en overheid, Uitgeverij Lemma, Den Haag, 2009. - Een zelf te kiezen wettenbundel (meest recente editie; wettenbundels van vorige studiejaren zijn niet bruikbaar). Doelgroep Bachelorstudenten
Religieuze boekcultuur Vakcode
G_RELBOEK ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Godgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. A.A. den Hollander
Docent(en)
prof. dr. A.A. den Hollander
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Inzicht geven in de ontwikkeling van het protestantse kerkboek en zijn plaats in de protestantse vroomheid. Inhoud vak Kerkboeken nemen een belangrijke plaats in binnen de protestantse vroomheid: bijbels, catechismi, psalmen en lieddichten, kerkmuziek en meer. Deze boeken zijn enerzijds zelf uitingen van de protestantse vroomheid zoals die op een zeker moment in al zijn diversiteit wordt beleefd. Anderzijds hebben ze ook vaak een richtinggevend of zelfs verplichtend karakter voor de protestantse private en publieke vroomheid. Kerkboeken roepen vaak verschillende sentimenten op: van vertrouwen, herkenning, verbondenheid, tot vervreemding en verstikking aan toe. In de module komen verschillende typen kerkboeken aan bod en zal veel met het historisch materiaal zelf worden gewerkt. Op het programma staan tevens enkele excursies. De derde periode is gereserveerd voor een onderzoeksopdracht. Onderwijsvorm Hoorcollege, excursie. Toetsvorm Leesverslagen, onderzoeksopdracht, discussie. Aanwezigheidsplicht. Beoordeling opdracht met cijfer (0-10), verder als voldaan/niet voldaan.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 145 van 181
Literatuur Literatuurlijst is aan het begin van periode 1 beschikbaar. Vereiste voorkennis 90 EC. Doelgroep Deze module maakt deel uit van de universiteitsminor Geschiedenis van het Nederlands Protestantisme. Met name bestemd voor derdejaarsstudenten geschiedenis of theologie, maar open voor andere studenten.
Religieuze regimes Vakcode
L_GNBAALG001 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. F.A. van Lieburg
Docent(en)
prof. dr. F.A. van Lieburg
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak Algemene inleiding in de geschiedenis van het Nederlands protestantisme. Inhoud vak Sinds de Reformatie in de zestiende eeuw staat Nederland bekend als een protestants land. Wat dit in de praktijk betekende, verschilt per periode, per groepering en per regio. Vaak wordt onderscheid gemaakt in de publieke kerk (1570-1780), de protestantse natie (1780-1870), de verzuilde samenleving (1870-1960) en de huidige tijd van religieuze transformatie. Steeds waren er verschillende kerken en bewegingen, vooral sinds de grondwettelijke verankering van de godsdienstvrijheid. Dit college voorziet in basiskennis van de historische ontwikkeling en richt zich speciaal op de problemen van periodisering en differentiatie. Tevens wordt inzicht gegeven in de belangrijkste vakliteratuur en onderzoeksmethoden op dit gebied. Op het programma staan excursies naar protestantse plaatsen van herinnering. Onderwijsvorm Hoorcollege, excursie Toetsvorm Leesverslagen, paper, discussie. Aanwezigheidsplicht. Beoordeling paper met cijfer (0-10), verder als voldaan/niet voldaan. Literatuur Peter van Rooden, Religieuze regimes. Over godsdienst en maaatschappij in Nederland 1570-1990 (Amsterdam 1996) (www.dbnl.nl). Artikelen via backboard. Vereiste voorkennis 90 ECTS
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 146 van 181
Doelgroep Deze module maakt deel uit van de universiteitsminor Geschiedenis van het Nederlands Protestantisme. Met name bestemd voor derdejaarsstudenten geschiedenis of theologie, maar open voor andere studenten.
Research Paper International Security Vakcode
S_RPIS ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. W.M. Wagner
Docent(en)
prof. dr. W.M. Wagner
Lesmethode(n)
Werkgroep
Niveau
300
Doel vak The course has the following objectives: a) acquisition and application of research skills; b) critical assessment of scholarly work; c) integration of knowledge from the various subfields of the minor. Inhoud vak Students are advised how to produce a brief research paper that elaborates on a topic in one of the subfields of the minor. Onderwijsvorm In this course students are divided in groups that correspond to key themes in the preceding four courses. After a limited number of tutorial meetings to define a research question and to delineate the relevant literature and the main positions in it, they are to write a research report as a group. The research to be undertaken is to be mainly based on the secondary literature but is also to involve some analysis of primary data like relevant policy documents or interviews with policy makers. Toetsvorm Paper Literatuur To be announced Doelgroep Students of the minor in International Security and exchange students.
Research toolbox (UM) Vakcode
P_URESTBX ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Psychologie en Pedagogiek
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 147 van 181
Coördinator
P. Imants
Docent(en)
P. Imants
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Students are acquainted with some important paradigms currently being used in psychology. They receive hands-on experience with these paradigms, and consolidate their skills in analyzing data and reporting results. Inhoud vak Students are introduced to five paradigms. These could, for example, be the Trust Game, Implicit Association Test, Learning Games, Physiological stress measurement, Attentional capture & emotion, Memory & von Restorff. Onderwijsvorm Each paradigm is introduced in a plenary lecture. Students then split up in groups of four to five, and perform an experiment that is exemplary for an oft-used paradigm in psychology. They are supervised by one staff member, who provides them with a little guidebook that explains the paradigm, explains the experiment to be performed, describes exactly what they are supposed to do, and that gives criteria for how to report the results. Students then work as a group on the assignment, using one-another as testing persons where possible. For each paradigm one student in the group is tasked with writing a report on the results. Toetsvorm Students are judged on the basis of their presence and participation in the group (20%), on the basis of the reports emanating from their group (40%), and on the basis of the report for which they themselves are responsible (40%). The fact that students are also graded on the basis of group papers gives them a strong incentive to cooperate and to perform internal quality checks. Partial grades are only valid during the study year in which the grade has been achieved. Literatuur Syllabus, distributed via Blackboard.
Reuzen van de sociologie Vakcode
S_RS ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. M.J. Aartsen
Docent(en)
dr. M.J. Aartsen
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 148 van 181
Doel vak Studenten kennen de hoofdlijnen van het gedachtengoed van de belangrijkste klassieke en hedendaagse sociologen en kunnen verschillen benoemen. Ze kunnen de kennis toepassen op sociale problemen uit het leven van alledag en uitleggen hoe bepaalde ogenschijnlijk triviale zaken als Internet, snackbars en alcohol gebruik begrepen kunnen worden in het licht van de ideeen van de behandelde sociologen. Inhoud vak In deze cursus zullen ideeën van de belangrijkste grote denkers in de klassieke en hedendaagse sociologische theorie besproken worden. Aan de orde komt werk van de klassiekers Marx, Durkheim, Weber, en Simmel. Via het werk van latere reuzen zoals Mead, Parsons en Merton komen we bij de hedendaagse denkers, zoals Habermas, Giddens en Bourdieu. Bij de bespreking van de theoretici gaan we ook in op op de theoretische school waaraan zij hebben bijgedragen, zoals het structureel functionalisme, symbolisch interactionisme, kritische theorie, en de rationele keuze theorie. Door middel van opdrachten bestuderen we de originele teksten van de reuzen en passen die toe op hedendaagse ontwikkelingen. De opdrachten helpen om het soms abstracte materiaal begrijpelijker te maken. Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Tentamen (70%) en opdrachten (30%) Literatuur - Appelrouth, S.A. & Edles, L.D. (2012) Classical and contemporary sociological theory. Text and readings (2nd edition). Los Angeles: Sage Pine Forge press. (500 pp selected chapters). - software programma Mind Manager. Doelgroep BSc SOC 1e jaar
Revalidatie Vakcode
B_REVAL (900412)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Bewegingswetenschappen
Coördinator
prof. dr. T.W.J. Janssen
Docent(en)
prof. dr. T.W.J. Janssen
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum
Doel vak Na het volgen van deze cursus • Is de student bekend met relevante begrippen, concepten en modellen uit de revalidatie, ook in de context van arbeidsreïntegratie en hulpmiddelproblematiek. • Toont de student inzicht in de problematiek van speciale groepen in de context van revalidatie.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 149 van 181
• Is de student in staat tot een kritische analyse van een probleem uit de revalidatie, arbeidsreïntegratie of hulpmiddelproblematiek. Inhoud vak Revalidatie is te omschrijven als 'het gecoördineerd en gecombineerd gebruik van maatregelen op medisch, sociaal, arbeidstechnisch en onderwijskundig terrein die de gehandicapte op de voor hem/haar optimale plaats in de samenleving moet helpen'. Bij uitstek een multidisciplinaire teamprestatie. In deze cursus zullen verschillende aspecten van deze multidisciplinaire aanpak besproken worden, waarbij de verschillende disciplines aan bod komen bij het revalidatieproces van o.a. mensen met een dwarslaesie en niet-aangeboren hersenletsel. Daarnaast zal de vraag worden gesteld welke consequenties een functionele beperking heeft voor o.a. arbeidsparticipatie en hulpmiddelgebruik. De (mogelijke) rol van de bewegingswetenschapper binnen de revalidatie zal ook bediscussieerd worden. Onderwijsvorm Deze module bestaat uit twee onderdelen: enerzijds een reeks bijeenkomsten (hoor- en werkcolleges, een workshop, en een bedrijfs- en 'werkplek' bezoek) anderzijds is er een groepsopdracht. De cursusomvang is 6 ects (168u), waarvan de uren per student als volgt zijn verdeeld over beide onderdelen: collegebijeenkomsten (15x2u), practica & werkgroepen (3x4u), tentamen (2u), de uitwerking van de groepsopdracht (74u), plus tot slot de college- en tentamenvoorbereiding (50u). De groepsopdracht wordt uitgevoerd in viertallen, waarin de wetenschappelijke onderzoekscyclus wordt uitgewerkt en doorlopen aan de hand van een typisch probleem in de context van ergonomie in de revalidatie. De opdracht wordt afgerond met een werkstuk en een referaat tijdens een reeks afsluitende colleges. Toetsvorm Toetsing vindt plaats aan de hand van de praktijkopdracht (werkwijze en verslag) en een afsluitend schriftelijk meerkeuzetentamen. Beide onderdelen tellen voor 50% in het eindoordeel, waarbij de deelcijfers niet lager mogen zijn dan een 4.5 (afgerond). De college- en werkgroepstof en de stof uit de reader en hand-outs vormen het tentamenmateriaal. Literatuur Handouts en reader. Tevens hoofdstukken uit een nog te bepalen tekstboek. Overige informatie Er wordt uitgegaan van latente kennis rond revalidatie op het nivo van het 1ste & 2 de jaar van de opleiding bewegingswetenschappen (Inleiding Bewegen en Gezondheid, Pathologie van het Bewegen en de readers)
Romeins Gallië en de Germaanse provincies Vakcode
L_BEBAARC208 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. A.M.J. Derks
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 150 van 181
Docent(en)
dr. A.M.J. Derks
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Kennis en inzicht in de archeologie van de Romeinse provincies Gallia Belgica, Germania Inferior en Germania Superior. Studenten verzorgen korte mondelinge presentaties. Kritische oordeelsvorming t.a.v. het heersende romanisatie-discours in de Romeinse archeologie. Inhoud vak Kernthema's in de archeologie van Romeins Gallië en de Germaanse provincies in het Rijnland. Aan de orde komen o. a. politieke geografie, de urbane ontwikkeling, de opkomst van villa landschappen, cultus en religie, dodenrituelen, en de romaniseringsdicussie. Onderwijsvorm Hoorcolleges en mondelinge presentaties studenten Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Beoordeling in cijfers (0-10). Literatuur M. Carroll, 2001: Romans, Celts & Germans. The German Provinces of Rome, Stroud/Charleston. Selectie van relevante artikelen (wordt gespecificeerd op eerste college). Vereiste voorkennis Romeinse archeologie, 1 (L_BABAARC101). Doelgroep 2e jaars studenten major West-Europese archeologie en Mediterrane archeologie; studenten Oudheidkunde en GLTC. Overige informatie Wekelijkse deelname aan de cursus is verplicht
Schrijvershuisbezoeken Vakcode
L_NNBAALG002 ()
Periode
Periode 2+3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
dr. J.H.C. Bel
Docent(en)
dr. J.H.C. Bel, dr. C.M.J. Hemmerechts
Lesmethode(n)
Excursie, Werkcollege
Niveau
200
Doel vak Elk van de bezoeken wordt in de daaraan voorafgaande week grondig voorbereid op basis van de lectuur van een of meer werken van deze auteur. Telkens vormt één werk, in combinatie met het zoeklicht 'poëtica', het uitgangspunt voor deze bezoeken. Vragen die aan de orde Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 151 van 181
komen zijn: wat is de literatuuropvatting van deze schrijver? Welke kwesties houden hem/haar bezig? Hoe gaat de schrijver te werk? In hoeverre is het schrijven voor hem of haar een beroep? Inhoud vak Onder leiding van Ronald Giphart, de VU- schrijver op locatie 20112012, en Jacqueline Bel wordt een bezoek gebracht aan vier schrijvers. Elk van de bezoeken wordt in de daaraan voorafgaande week grondig voorbereid op basis van de lectuur van een of meer werken van deze auteur. Telkens vormt één werk, in combinatie met het zoeklicht 'poëtica', het uitgangspunt voor deze bezoeken. Vragen die aan de orde komen zijn: wat is de literatuuropvatting van deze schrijver? Welke kwesties houden hem/haar bezig? Hoe gaat de schrijver te werk? In hoeverre is het schrijven voor hem of haar een beroep? Onderwijsvorm Onder leiding van Kristien Hemmerechts, VU- schrijver op locatie 20122013 en Jacqueline Bel wordt een bezoek gebracht aan vier schrijvers. Toetsvorm Actieve participatie en deelopdrachten (40 procent). Afrondend eindwerkstuk (60 procent). Colleges moeten altijd grondig zijn voorbereid conform de instructies uit de studiehandleiding. Literatuur Romans en verhalen, alsmede van de schrijvers aan wie een huisbezoek gebracht wordt. Secundaire literatuur over deze schrijvers, secundaire literatuur over poëtica-onderzoek (Van den Akker/Dorleijn, Sötemann). Vereiste voorkennis Geen, maar het college Meesterwerken uit de wereldliteratuur dient tegelijkertijd gevolgd te worden. Doelgroep De minor staat open voor alle studenten. Overige informatie Aanwezigheid verplicht
Security and Policing Vakcode
S_SP ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. J.S. Timmer
Docent(en)
dr. J.S. Timmer
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak The aim of the program is to help the students to understand on the one hand the history, development and political function of policing, international policing and intelligence communities, and the rise of Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 152 van 181
private policing, and on the other hand local safety policies, control technologies, gated communities, and ‘the politics of behaviour’ (strategies to tackle anti-social behavior). The ultimate goal of the course is to enable the students to formulate critical academic questions and opinions about these subjects. Inhoud vak The course addresses the field of national (and international) governance of security and policing with attention being paid to the manifold challenges the sector is confronted with. These challenges arise from the priority of safety and security in society and governance (local, national, and international) and bring along dilemma’s for the security and policing organizations and professionals involved (structure and culture, including the ethical dilemmas connected to that). Onderwijsvorm Interactive lectures; preparatory, class students have read the chapters/articles and participate in the debate. Toetsvorm Written exam Literatuur - A.B. Hoogenboom, The Governance of Policing and Security, 2010; A. Verhage e.a. Policing in Europe, 2010. - Additional literature will be announced on Blackboard. Doelgroep Students of the International Security minor and exchange students.
Seminar publieke opinie en communicatie Vakcode
S_SPOC ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. W.H. van Atteveldt
Niveau
200
Doel vak Na afloop van het onderzoeksseminar heeft de student kennis van bestaande theorieën op het vlak van Politieke Communicatie; kennis van gangbare benaderingen om berichtgeving in de nieuwsmedia en andere communicatie te analyseren om uitspraken te doen over de beweegredenen van de communicerende actoren en mogelijke effecten op de ontvanger; vaardigheden om inhoudsanalyse van nieuwsberichten te ontwerpen, uit te voeren, en kritisch te evalueren; vaardigheden om uit een literatuuroverzicht hypotheses op te stellen, en deze te toetsen met behulp van inhoudsanalyse en statistische analyse van de resultaten; en vaardigheden om wetenschappelijke onderzoeksresultaten te duiden in termen van het belang voor de betrokken actoren en/of de maatschappij, en/of aanbevelingen te doen voor communicatie door deze actoren.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 153 van 181
Inhoud vak In dit intensieve onderzoeksseminar bestuderen studenten op basis van wetenschappelijke artikelen de belangrijkste theorieën uit de politieke communicatie. Aan de hand van deze artikelen wordt kritisch gekeken naar de onderliggende principes, methodes, en beperkingen van dataverzameling middels inhoudsanalyse. In de practica werken studenten in groepen onder begeleiding van de docenten aan een inhoudsanalyse van de berichtgeving over een (politieke) actor in een bepaalde periode. Dit mondt uit in een onderzoeksverslag waarin van A tot Z een aantal hypotheses worden opgesteld over (de oorsprong van) de berichtgeving over de gekozen actor en de (mogelijke) effecten van deze berichtgeving op de publieke opinie vanuit de bestudeerde theorie, en deze hypotheses worden getoetst met behulp statistische analyse van gegevens verzameld met behulp van inhoudsanalyse. In het verslag ligt nadruk op het ontwerp en de evaluatie van de gebruikte inhoudsanalytische methode(n). Onderwijsvorm Hoorcolleges en onderzoekspractica, met een afsluitend werkstuk waarin aangeleverde theorieën en methoden verwerkt worden. Toetsvorm Eindcijfer op basis van opdrachten, participatie en schriftelijke toetsing. Literatuur Elektronische reader met artikelen (wordt bekend gemaakt via blackboard pagina van het vak). Doelgroep 2e jaars studenten bachelor CW en Politicologie studenten en de Premaster c.q. minor Journalistiek.
Social Capital and Networks Vakcode
S_SCN ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. M.I. Broese Van Groenou
Docent(en)
prof. dr. M.I. Broese Van Groenou, dr. J.E. Ferguson
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak (1) Knowledge of and insight in theories and research on social capital and its consequences on the micro, meso and macro level; (2) knowledge of origins and concepts of social networks; (3) understanding of the structuralist and relational view on social capital to organizational processes Inhoud vak One of the central questions of sociology is: what are the conditions of social cohesion, cooperation and mutual trust? Nowadays, this question is often framed in terms of social capital. Applied to organizations, Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 154 van 181
the question is how cohesion and trust within and between firms benefits organizational outcomes. In this course, the main theoretical approaches to social capital are discussed (Bourdieu, Coleman, Putnam) and empirical elaborations are studied on the micro level of relationships, the meso level of neighbourhoods and organizations, and the macro level of countries. After this general introduction the course zooms in on how social capital is applied in (inter-)organizational processes, looking at social networks from a structuralist and relational view. A social network refers to the way individuals, teams and organizations are interconnected. Origins of social networks, characteristics of social networks (e.g. density, homogeneity, closure), applications of network ideas in organizational science are topics covered in the course. Onderwijsvorm Lecture Toetsvorm Written exam and individual assignments Literatuur - Field, J. (2008) Social capital. (Key ideas). NY: Routledge. - Kadushin, C. (2012) Understanding social networks. Theories, Concepts and Findings. NY: Oxford University Press. Doelgroep Bachelor and exchange students
Social Inequalities and the Welfare State Vakcode
S_SIWS ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B. Slijper
Docent(en)
drs. B. Slijper, M.F.F. Soentken
Lesmethode(n)
Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak 1. Students are able to distinguish and describe the relevant forms and dimensions of social inequality; 2. Students are able to distinguish and critically assess functionalist and conflict perspectives on social inequality; 3. Students have basic knowledge of the types, degree and development of social inequalities in contemporary Western societies, and the differences between societies thereof; 4. Students gain a solid understanding of what is a welfare state and which types, or regimes, of welfare states exist; 5. Students learn the most important sociological and political science explanations of why welfare state developed the way they did; 6. Students understand the relationship between social inequality and the welfare state and know how the latter shapes the former.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 155 van 181
Inhoud vak This course is designed to introduce students to the various issues concerning the forms, origins and structure of social inequalities in contemporary Western societies, and to analyze the intended and unintended ways in which welfare states affect these social inequalities. The course is divided into three parts: (1) In the first part, we will discuss the problem of social inequality. Why is social inequality a relevant social and social scientific problem? What are the different types and dimensions of social inequality? And what are the main explanations for the existence and persistence of social inequalities? (2) In the second part, we will address the question to what extent the ideal of equality of opportunities has been realized in contemporary Western societies. Specifically, we will examine the role of the educational system and forms of (indirect) discrimination in explaining persistent inequalities on the basis of social background, gender or ethnicity. (3) In the third part, we zoom in onto the question to what extent inequalities of outcome have been regulated by modern welfare states. Although modern welfare states were designed to moderate socio-economic inequalities and to alleviate their consequences, the effects of welfare states have been diverse. First, we will discuss what a welfare state is and why we needed it in the first place. Then, we turn to the question of how these welfare states came about, that is to say, which sociological, economic and political factors were responsible for their emergence? We will see that the welfare state does not exist but that welfare states come in different types or regimes. Which ones are that and have these changed over time? Finally, we turn to the relationship between welfare states and social inequality. To what extent does the welfare states indeed reduce social inequalities? Do countries vary in the extent to which they do so and does this capacity change over time? Onderwijsvorm Bi-weekly meetings of approximately 3 hours. Active participation of students is required. Toetsvorm Written examination Literatuur To be announced Doelgroep Bachelor students Political Science; Bachelor students Sociology; Bachelor students Maatschappijwetenschappen; Bachelor students CAO; Exchange students
Social Structure and Political Mobilization Vakcode
S_SSPM ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. M.E. Boekkooi
Docent(en)
dr. P.J.M. Pennings, dr. J. van Stekelenburg
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 156 van 181
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Gaining knowledge of and insight in theories of and empirical research into patterns of conventional and unconventional political participation and non-participation. Being able to relate theories of and empirical research to theories of social structure. Being able to apply these insights in the analysis of changes in conventional and unconventional political behavior over time. Inhoud vak Western democracies offer their citizens a whole variety of opportunities to express their preferences to political power holders, ranging from conventional political participation like electoral participation, party or association membership, contacting political actors etc. to non-conventional participation, most often protest behavior, such as demonstrating, petitioning, striking, boycotting and so on. Citizens and the state can hence be interacting in two separate ways-conventional and unconventional. How are the two related to each other? Is there an intrinsic relation between conventional and unconventional political participation? Are conventional and unconventional political participation on the decline in contemporary societies? Or are people only leaving traditional forms for new venues and technologies? And what social conditions are conducive to conventional political participation? And to unconventional? Why is populist right so popular nowadays while left is silent. This course presents classical theories and contemporary findings on these questions, while simultaneously political participation trends will be analyzed over time and between countries in study groups with aim of large survey datasets such as World Value Survey, Eurobarometer, and Nederlands Kiezers Onderzoek (NKO) data. Onderwijsvorm Lectures and study groups Toetsvorm Participation (20%) and an end paper (80%) in which trends of conventional and unconventional political participation are theorized on and analyzed. Literatuur Hay, Colin (2007) Why we hate politics. Cambridge and Malden: Polity. And additional material to be announced. Doelgroep BSc Political Science, BSc Sociology, Maatschappijwetenschappen, exchange students
Sociale en culturele filosofie Vakcode
W_BA_SCF ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Wijsbegeerte
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 157 van 181
Coördinator
dr. A.M. Verbrugge
Docent(en)
dr. A.M. Verbrugge
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak In dit college maak je kennis met een aantal belangrijke stromingen en denkers uit de traditie van de sociale en culturele wijsbegeerte en leer je primaire filosofische teksten lezen op het gebied van de sociale en culturele wijsbegeerte. Daartoe moet je zelfstandig een overzichtswerk bestuderen waarin een beeld wordt geschetst van de (post- )moderne samenleving en de paradoxen die daarin besloten liggen. Het zo verkregen overzicht stelt je in staat om verscheidene maatschappelijke ontwikkelingen te benoemen en op verschillende manieren te analyseren. Daarnaast zal op college een aantal klassieke filosofische teksten grondig worden doorgenomen. Aan de hand daarvan zul je worden ingeleid in de thematiek van de vervreemding in relatie tot de verlichting. De bestudering van de teksten wordt begeleid door een algemene inleiding waarin je leert zien op wat voor manier de moderne Europese filosofie samenhangt met onze cultuur als zodanig en de rol welke het christendom daarbinnen heeft gespeeld. Bovendien leer je wat het bijzondere karakter is van primaire filosofische teksten. Omdat het hoofdzakelijk Duitse denkers betreft wordt naast het aanleren van deze filosofische leesvaardigheid ook het lezen van Duitse teksten geoefend. Daarbij is het tevens de bedoeling dat je ervaart dat er een nauwe relatie bestaat tussen filosofie en de uitdrukkingsmogelijkheden van een bepaalde taal. Je maakt kennis met invloedrijke sociologen en filosofen als Rousseau, Marx, Durkheim, Weber en Foucault en leert een aantal centrale begrippen kennen zoals individualisering, rationalisering, disciplinering en vervreemding. Inhoud vak Beginnend bij de Griekse filosofie wordt duidelijk gemaakt waar de huidige indeling van de filosofie in disciplines vandaan komt, wat de relatie is tussen logica (als methodebegrip), ethica en fysica en welke centrale plaats de metafysica in dat geheel inneemt. Daarbij wordt tevens aandacht besteed aan de continuïteit, maar ook discontinuïteit in de ontwikkeling van de filosofie van de oudheid en die van de nieuwe tijd - wat ten nauwste samenhangt met het fundamentele verschil in religie en cultuur. Deze uiteenzetting vormt de basis voor een methodisch begrip van de sociale en culturele wijsbegeerte binnen het geheel van de wijsbegeerte. Op die manier krijg je inzicht in de relatie tussen het cultureel bepaalde begrip van de mens en dat van de kosmos, dat omgekeerd weer zijn weerslag heeft op het filosofische begrip van de sociaal- culturele werkelijkheid. Er wordt stilgestaan bij de mechanisering van het wereldbeeld in de zeventiende eeuw in relatie tot culturele ontwikkelingen in NoordwestEuropa. Van daaruit worden de grondmotieven van de Verlichting verhelderd. De problemen die in het denken van de Verlichting schuilgaan worden toegelicht en uitgewerkt aan de hand van teksten uit de syllabus, waarin vooral denkers uit de negentiende eeuw aan bod komen. Het college wordt afgesloten met Heideggers Frage nach der Technik dat in zijn geheel wordt gelezen en besproken.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 158 van 181
Onderwijsvorm Het college bestaat uit twee onderdelen: - Je dient zelfstandig het overzichtswerk Paradoxen van Modernisering (Van der Loo en Van Reijen, Coutinho) te bestuderen. Daarin wordt het proces van modernisering beschreven zoals zich dat in het Westen vanaf de 17e eeuw voltrekt. Het boek wordt niet behandeld op college, maar studenten hebben wel de mogelijkheid daarover vragen te stellen. - Daarnaast wordt gebruik gemaakt van een syllabus met teksten van Schiller, Schelling, Hegel, Marx en Verbrugge waarin kritiek wordt ontwikkeld op de Verlichting. De studenten mogen vertalingen gebruiken bij de teksten, maar op college wordt uitgegaan van de teksten in hun oorspronkelijke taal. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur - Paradoxen van Modernisering, Hans van der Loo en Willem van Reijen, (Coutinho); - Frage nach der Technik uit Technik und die Kehre, Heidegger (Neske); - Syllabus; Verlichting en Vervreemding. Overige informatie Voor dit college geldt een aanwezigheidsplicht van 80%.
Sociale en politieke filosofie Vakcode
W_BA_SPF ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Wijsbegeerte
Coördinator
dr. ir. J. van der Stoep
Docent(en)
dr. ir. J. van der Stoep
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak -Studenten verkrijgen kennis van de belangrijkste hedendaagse stromingen binnen de politieke filosofie en leren hoe deze verschillende stromingen zich tot elkaar verhouden. -Studenten verwerven inzicht in hoe vanuit verschillende benaderingen gedacht wordt over enkele centrale thema’s binnen de politieke filosofie en leren daarbij ook een eigen standpunt in te nemen. Inhoud vak In dit college leer je de belangrijkste hedendaagse stromingen kennen binnen de politieke filosofie. Het is met name John Rawls geweest die met zijn boek A Theory of Justice de politieke filosofie opnieuw op de kaart heeft gezet. Sindsdien is binnen de politieke filosofie intensief gediscussieerd over wat een liberale democratie precies inhoudt en hoe over centrale thema’s als vrijheid, gelijkheid, rechtvaardigheid, culturele identiteit en burgerschap gedacht moet worden. We bespreken Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 159 van 181
hoe het debat zich in de loop van de laatste vier decennia ontwikkeld heeft. Onderwijsvorm Hoor-/werkcollege. Toetsvorm Actieve deelname aan college, schriftelijk tentamen met open vragen. Literatuur - Will Kymlicka, Contemporary Political Philosophy, Oxford University Press, 2002 (second edition). - Enkele aanvullende artikelen.
Sociale geschiedenis van de Verenigde Staten Vakcode
L_GEBAALG003 ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Letteren
Coördinator
prof. dr. C.A. Davids
Docent(en)
prof. dr. C.A. Davids, dr. S.W. Verstegen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Kennis en inzicht in de sociaal-politieke, sociaal-culturele en economische ontwikkeling van de Verenigde Staten van ca.1780 tot heden Inhoud vak In de loop van de twintigste eeuw hebben de Verenigde Staten een immense invloed op de economische, politieke en culturele ontwikkeling van de rest van de wereld uitgeoefend. Wie de huidige situatie in de wereld wil begrijpen, moet zich verdiepen in de geschiedenis van de Verenigde Staten.Hoe zijn de VS in staat geweest om zo’n enorme economische kracht te ontwikkelen? Hoe heeft de Amerikaanse samenleving haar huidigevorm gekregen? Waar komen de leidende normen, waarden en idealen vandaan? Dit soort vragen zullen aan de orde komen in deze collegecyclus, die de hele maatschappelijke geschiedenis van deVerenigde Staten vanaf mstreeks 1780 tot heden bestrijkt. Thema’s die besproken zullen worden zijn onder meer: de groei en de afschaffing van de slavernij, de relaties met Indianen, de effecten van (en de reacties op) migratie, de Amerikaanse technologie, sociale hervormingen en de opkomst van de 'civil rights' beweging en de conservatieve 'backlash'. Onderwijsvorm Hoor- en responsiecollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen; beoordeling in cijfers 0-10 Literatuur Verplichte literatuur en keuzeliteratuur; wordt op college opgegeven
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 160 van 181
Vereiste voorkennis Basiskennis van de geschiedenis van de 19e en 20e eeuw Doelgroep Studenten van verschillende opleidingen van de VU die de minor Amerikanistiek doen Overige informatie English on demand
Sociale media Vakcode
S_SLM ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. S. Utz
Docent(en)
dr. J.H. Frost
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak - Studenten bekend maken met verschillende soorten sociale media. - Studenten inzicht geven in theorie en recent onderzoek omtrent belangrijke processen op sociale media, vooral op sociale netwerk sites. - Studenten inzicht geven hoe organisaties (bedrijven, overheid) gebruik kunnen maken van sociale media, Studenten voorbereiden op het analyselab. Inhoud vak In deze cursus komt aan bod welke soorten sociale media er zijn en wat kenmerkend is voor deze media. Daarna wordt ingegaan op centrale psychologische en sociale processen die een rol spelen bij het gebruik van sociale media, zoals zelfpresentatie, indrukvorming, het omgaan met privacy settings of het onderhouden van relaties. Sociale netwerk sites maken het makkelijker, zogenaamde weak ties te onderhouden. Er wordt daarom ook besproken hoe sociale netwerk sites bestaande netwerken beïnvloeden. In de cursus worden de resultaten van recent sociaalwetenschappelijk onderzoek gepresenteerd en bediscussieerd, maar de studenten zullen ook zelf sociale media gebruiken. Er komt ook aan bod hoe organisaties en politici sociale media voor communicatie en campagnes kunnen gebruiken en hoe de effecten ervan (experimenteel) kunnen worden onderzocht. Tevens worden data voor een online-experiment verzameld. Onderwijsvorm Hoorcollege en werkcollege; actieve participatie wordt verwacht (ervaring opdoen met sociale media, discussie, essays, dataverzameling). Toetsvorm 50% tentamen, 50% opdrachten, incl. dataverzameling
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 161 van 181
Literatuur Artikelen (worden op bb bekendgemaakt) Doelgroep Studenten minor "Netwerken in de informatiemaatschappij" (bachelor)
Sociologie van de 21e eeuw Vakcode
S_S21 ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Doel van het vak is inzicht verkrijgen in de centrale sociologische vraagstukken van eigentijdse ontwikkelingen in samenlevingen. Na afloop van het vak weten studenten welke belangrijke ontwikkelingen en vraagstukken er spelen en hebben zij inzicht in de verschillende theoretische visies hierop. Zij kunnen deze theoretische inzichten vertalen naar een toekomstscenario voor een belangrijke maatschappelijke actor. Inhoud vak De overgang naar de 21e eeuw markeert belangrijke veranderingen in de maatschappij en in het denken over de maatschappij. Voor een deel zijn die veranderingen terug te voeren op eeuwenoude processen, zoals het moderniseringsproces. Tegelijk zien we ongekende verschijnselen, zoals de veelkoppige globalisering of de verreikende individualisering. In een intensief programma van vier weken duiken studenten in de sociologische theorievorming over en rond de 21e eeuw. Aan de hand van enkele hoofdthema’s (modernisering, globalisering, individualisering) onderzoeken zij belangrijke theorieën en vraagstukken. Iedere week wordt deze theoretische kennis getoetst in een deeltentamen. Tegelijkertijd wordt in groepjes gewerkt aan toekomstscenario’s, die aan het eind van de cursus worden gepresenteerd en bediscussieerd. We beginnen in de eerste week met een professionele instructie in het schrijven van zulke scenario's. Onderwijsvorm Hoorcollege, Werkgroep Toetsvorm Deeltentamens (50%), groepswerkstuk (50%) Literatuur Ray, L. (2007). Globalization and everyday life. Routledge. Aanvullende literatuur wordt via Blackboard bekend gemaakt. Aanbevolen voorkennis Moderne Samenlevingen en Reuzen van de Sociologie Doelgroep
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 162 van 181
Bachelorstudenten sociologie Overige informatie Aanwezigheid verplicht. Studenten moeten voltijds beschikbaar zijn gedurende de vier weken van deze cursus. Zowel het gemiddelde cijfer voor de deeltentamens als het cijfer voor de scenario studie moeten voldoende zijn. Deeltentamens kunnen niet afzonderlijk worden herkanst.
Sociology of Globalization and Multiculturalism Vakcode
S_SGM ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
drs. B. Slijper
Docent(en)
drs. B. Slijper
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak 1. Students are familiar with the history of the nation-state as a dominant model, and its importance for current debates over globalization and multiculturalism; 2. Students are able to distinguish between the different theories of globalization; 3. Students are able to distinguish between the different theories of multiculturality and immigrant assimilation ; 4. Students are able to critically evaluate the presumed effects of globalization and immigration on national societies, cultures and identities. Inhoud vak Contemporary nation-state-societies are based upon the two norms of a) homogeneity and b) uniqueness. Internally, the ideology of the nationstate prescribes the need of some degree of homogeneity in culture, language, religion and/or ethnicity as the basis of social cohesion and cooperation. Externally, the nation state is legitimized by a claim of uniqueness of (national) identity. These norms are now under severe pressure by two related processes: globalization and international migration. Whereas migration has lead to an increase in ethno-cultural and religious diversity within societies, globalization exerts homogenizing pressures, thereby reducing cultural differences between national societies. This course will offer the student a broad overview of the facts and figures of globalization and immigration, its effects on national cultures, and the most important theoretical debates within this thematic. Onderwijsvorm Lectures Toetsvorm Written examination
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 163 van 181
Literatuur Kivisto, Peter & Thomas Faist (2010). Beyond a border: The causes and consequences of contemporary immigration. London: Sage. Additional articles available on-line (t.b.a.) Doelgroep Bachelor students; Exchange students Overige informatie This course is part of the Minor Frontiers of Multicultural Societies.
Sportpsychologie Vakcode
B_SPORTPSY (900554)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Bewegingswetenschappen
Coördinator
dr. F.C. Bakker
Docent(en)
dr. F.C. Bakker
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Studenten beschikken over kennis van en inzicht in de belangrijkste onderwerpen,stromingen en theorieën van de sportpsychologie. Inhoud vak De cursus beoogt de studenten te introduceren in het domein van de sportpsychologie en hen kennis te laten maken met het gebied van de exercise psychology. Aan de hand van het boek ‘Sportpsychologie’ vindt kennismaking plaats met de belangrijkste onderwerpen van de sportpsychologie. Aan de orde komen: - sportpsychologie en de relatie van sportpsychologie met 'de' psychologie; de ontwikkeling van de sportpsychologie; - motivatie, attributie en emotie en sport; - persoonlijkheid en sport; - mentale vaardigheden en mentale training; - coaching; - sportteams; - agressie, blessures, burn-out, verstoord eetgedrag en 10.000 uur oefenen; Daarnaast wordt kort stilgestaan bij de onderwerpen uit de eerstejaarscursus Inleiding Sport, te weten ‘arousal, stress en angst’, ‘aandacht en concentratie’ en ‘mentale voorstellingen. Kennismaking met de exercise psychology vindt plaats aan de hand van enkele hoofdstukken uit het boek ‘The social psychology of exercise and sport’, waarbij onder andere aandacht wordt gegeven aan verschillende modellen van gedragsverandering en effecten van fysieke activiteit op iemands zelfbeeld. Onderwijsvorm De cursus omvat 16 hoorcolleges van elk twee uur en wordt afgesloten met een tentamen. Vijftien uur zijn bestemd voor het maken van Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 164 van 181
verplichte opdrachten. De resterende circa 120 uur zijn zelfstudie. Voor verschillende colleges moeten studenten een opdracht uitwerken die aan het begin van het college moet worden ingeleverd. Daarnaast worden een of twee gastcolleges verzorgd door sportpsychologen die in de praktijk van de sport werkzaam zijn. Toetsvorm tentamen Tentamen (kort-antwoordvragen). Het tentamen duurt twee uur. Literatuur - Bakker, F.C., & Oudejans, R.R.D. (2012). Sportpsychologie. Nieuwegein: Arko Sports Media (circa EURO 52, 50); - Hagger, M. & Chatzisarantis, N. (2005). The social psychology of exercise and sport. Maidenhead (GB): Open University Press (circa EURO 34,--) (de eerste 95 bladzijden van de in totaal circa 225 bladzijden); - Aanvullende literatuur wordt aan het begin van de cursus opgegeven enis opgenomen in de cursushandleiding.
State, Power and Conflict Vakcode
S_SPC ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
100
Doel vak This course aims to introduce students to the foundations of political science. After completing the course they will have an overview of the discipline and will be able to apply some basic concepts to contemporary issues. Inhoud vak The course covers the broad field of political science: it provides a basic overview of basic concepts (state, power, conflict, cooperation), key approaches (liberalism, realism, institutionalism, historical materialism) and sub-disciplines (political thought, national and comparative politics, international relations). Onderwijsvorm Lectures Toetsvorm Written examination Literatuur To be announced Doelgroep Bachelor students; Pre-Master Course students; Exchange students.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 165 van 181
Overige informatie The course consists of three two-hour meetings per week: two lectures (in English) and one interactive review session (in Dutch and English).
Strategie en besluitvorming Vakcode
S_SB ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. Y.T.A. Taminiau
Docent(en)
dr. Y.T.A. Taminiau
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Na afloop van dit blok kunnen studenten de voornaamste theorieën in het domein van strategisch management uitleggen, toepassen, met elkaar vergelijken, en kritisch bespreken. Inhoud vak Strategie en Besluitvorming betreft een kennismaking met verschillende theoretische benaderingen die gangbaar zijn binnen het vakgebied Strategisch Management. In dit vak bestuderen studenten hoe de strategie die een organisatie voert, kan bijdragen aan haar levensvatbaarheid of succes op de langere termijn. Hierbij staan twee zaken centraal: de aansluiting van de organisatie op haar omgeving en het vermogen van de organisatie haar strategie daadwerkelijk te implementeren. Deze twee centrale voorwaarden worden belicht vanuit een aantal theoretische benaderingen. Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur Wordt nog bekend gemaakt. Doelgroep Studenten die in de Bachelor B&O de richting Organisatiewetenschappen volgen.
Talent en Talentontwikkeling Vakcode
B_TALENT (900555)
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Bewegingswetenschappen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 166 van 181
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkcollege
Niveau
300
Doel vak Literatuur over talentontwikkeling in de sport kritisch kunnen beoordelen op uitgangspunten, inhoudelijk niveau, empirisch gehalte en toepassingswaarde. De student kan theoretische opvattingen en modellen over (aspecten van) talent-ontwikkeling in de sport in het meer algemene kader expert-gedrag plaatsen. Verder is de student in staat om op onderdelen van talentontwikkeling adviezen voor de sportpraktijk te formuleren, zich daarbij rekenschap gevend van de multidisciplinariteit van het onderwerp. Inhoud vak De cursus beoogt in de eerste plaats studenten in te voeren in het gebied van talent-ontwikkeling in de sport vanuit het algemene (sociaalwetenschappelijke) domein 'expertise' . Omdat met name in de sport ook biofysische (anatomische, fysieke, inspanningsfysiologische) facetten van belang zijn, dienen studenten te leren dat de veelheid aan bepalende elementen in de ontwikkeling van een getalenteerde steeds in ogenschouw moet worden genomen waaronder hoeveel training, soort training; visuele informatie gebruik, geboortejaar effect, cognitieve vaardigheden. Een aantal van de colleges zal ingaan op de praktijk implementatie en ervaringen hiermee. Onderwijsvorm Urenverdeling, opgesplitst in contacturen (16 uur / aantal college, 114 uur zelfstudie, 30 uur voorbereiding tentamen, 3 uur tentamen) Werkvorm: hoorcollege Toetsvorm Individuele toetsing via multiple-choice tentamen Literatuur Boek: Baker, J., Cobley, S., Schorer, J (2012). Talent Identification and development in sport. International perspective. Routledge Taylor Francis group London and New York (p.179; Verkrijgbaar in de VU boekhandel). Hiernaast zullen er enkele voornamelijk Engelstalige teksten tot de verplichte literatuur behoren die student zelf in de bibliotheek van de VU kan vinden. Overige informatie - Gewenste voorkennis: Inleiding in de Sportpsychologie - Maximum aantal studenten: 100
The Developing Brain Vakcode
AB_1059 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Fac. der Aard- en Levenswetenschappen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 167 van 181
Coördinator
dr. R.E. van Kesteren
Lesmethode(n)
Practicum, Computerpracticum, Werkgroep, Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak This course has the purpose to discuss the various stages of brain development that shape the life of individuals over time. Inhoud vak The brain performs differently at various ages; the young brain being very plastic, whereas the aging brain is gradually losing its adaptive capacity. At the same time the growing brain can be affected by developmental diseases and is prone to specific environmental factors, whereas aging diseases easily disturb the adult brain. In this course we will discuss pre- and postnatal brain development. We will focus both on early development in relation to diseases as autism and schizophrenia, as well as on puberty and adolescence, and issues related to this stage of development, such as the effects on the brain of early drug use (alcohol, nicotine). In the aging brain, we will discuss specific diseases of aging, such as progeria and Alzheimer’s, considering the factors that determine lifespan. Onderwijsvorm Lectures, computer practical Toetsvorm Written exam (100%) Literatuur Course lectures, scientific papers Overige informatie Part of minor Brain and Mind. This minor course requires a minimum of 25 participants to take place. Central Academic Skill: Search databases for relevant scientific literature based on general symptoms of disease and write scientific report.
The Senses and the Emotions: Working with Anthropology and History Vakcode
S_SEWAH ()
Periode
Periode 5
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. H.W. Roodenburg
Docent(en)
prof. dr. H.W. Roodenburg
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Students learn how they may combine historical and anthropological approaches in the study of the senses and the emotions.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 168 van 181
Inhoud vak Informed by the recent 'corporeal turn' in the social sciences and the humanities, anthropologists and historians are now studying the senses and the emotions as ways of bodily knowing. Students will be introduced to the latest developments in both fields, and to the corporeal turn (including some of the present neurophysiological approaches) in general. The various theoretical approaches and research methods applied by anthropologists and historians will be discussed and analyzed. The course focuses specifically on working with different kinds of sources. Onderwijsvorm Lectures and seminars combined with group exercises. Toetsvorm Assignments Literatuur Literature will be announced at the start of the course. Doelgroep Optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and exchange students. Overige informatie Attendance in all classes is obligatory. Students are required to read literature for each session. Anthropology and history students will help each other applying methods of their respective disciplines.
Theologische Tradities Vakcode
G_THETRAD ()
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Godgeleerdheid
Coördinator
prof. dr. M.G.K. van Veen
Docent(en)
prof. dr. M.G.K. van Veen, prof. dr. P. Visser
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
200
Doel vak Inzicht geven in de opvattingen van verschillende protestantse stromingen die na de reformatie het landschap van de Republiek bevolkten; in de wijze waarop zij hun identiteit ontwikkelden; en in de wijze waarop zij zich binnen de Republiek manifesteerden en trachtten in de samenleving van de Republiek een rol te vervullen. Inhoud vak Na de reformatie werd het Nederlandse religieuze landschap veelkleurig en divers. De verschillende protestantse stromingen claimden allemaal terug te gaan op de traditie van de vroege kerk. Toch ontwikkelden zij elk hun eigen identiteit. Hoe deden ze dat? Hoe verhielden deze stromingen zich tot elkaar? En hoe probeerden dopers, lutheranen en calvinisten het leven in de Republiek te beïnvloeden? Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 169 van 181
Onderwijsvorm Hoorcollege, excursie Toetsvorm Leesverslagen, onderzoeksopdracht, discussie. Aanwezigheidsplicht. Beoordeling opdracht met cijfer (0-10), verder als voldaan/niet voldaan. Literatuur Literatuurlijst is aan het begin van periode 1 beschikbaar. Vereiste voorkennis Afgerond tweede jaar van de bachelors Theologie of Geschiedenis, hetzij aan de VU, hetzij aan een andere universiteit. Overige studenten (bijv. uit sociale wetenschappen of algemene cultuurwetenschap) ter beoordeling van examencommissie. Doelgroep Deze module maakt deel uit van de universiteitsminor Geschiedenis van het Nederlands Protestantisme. Met name bestemd voor derdejaarsstudenten geschiedenis of theologie, maar open voor andere studenten.
Theorie en empirisch onderzoek Vakcode
S_TEO ()
Periode
Periode 4
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Het doel van het vak is de student voor te bereiden op het schrijven van een bachelorthesis. Na afloop van dit vak weet de student hoe de keuze voor een bepaalde sociaalwetenschappelijke theorie het onderzoek stuurt. De student kan de relatie leggen tussen de gebruikte theorie, de onderzoeksvraag en hypothesen die aan de hand hiervan worden opgesteld, en het onderzoeksdesign en de analysemethoden waarmee men deze onderzoeksvraag tracht te beantwoorden. De student heeft inzicht in de consequenties van de keuze voor kwalitatief of kwantitatief onderzoek, en kan zelfstandig en beargumenteerd een keuze voor een onderzoeksvraag en design maken. Inhoud vak In dit vak wordt de hantering van theorieën binnen recent uitgevoerd empirisch sociologisch onderzoek bestudeerd. We bestuderen internationale onderzoeksliteratuur op het terrein van de thema’s voor de bachelorthesis, en gaan na welke kennis uit dat onderzoek verkregen is. Daarnaast gaan we in op de wijze waarop specifieke theorieën onderzoek sturen en hoe dit verschilt binnen kwalitatieve en kwantitatieve benaderingen. Onderwijsvorm Participatieopdrachten en (openboek)tentamen
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 170 van 181
Toetsvorm Tentamen Literatuur Diverse empirische artikelen Aanbevolen voorkennis Beschrijvende en Inferentiële Statistiek (S_BIS) en Methoden en Technieken van Kwalitatief Onderzoek (S_MTKOZ). Doelgroep BSc3 SOC
Toegepaste Inspanningsfysiologie Vakcode
B_TIF (900322)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Bewegingswetenschappen
Coördinator
dr. J.J. de Koning
Docent(en)
dr. J.J. de Koning
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum
Niveau
300
Doel vak Het toepassen van inspanningsfysiologische kennis op vraagstukken binnen de sport, gezondheid en arbeidssituatie. Inhoud vak De verhoogde energiebehoefte van contraherende spieren als gevolg van fysieke activiteit vraagt van verschillende fysiologische mechanismen een zodanige actie dat homeostase van het interne milieu wordt behouden. Het cardiovasculaire en respiratoire systeem spelen hierin een cruciale rol. De mogelijkheid van beide systemen om in te spelen op de belasting bepaalt in hoge mate de inspanningstolerantie en/of gezondheid van het individu. Er zijn vele factoren die het functioneren van het cardiovasculaire en respiratoire systeem beïnvloeden. Te denken valt aan trainingstoestand, klimaat, hypo- en hyperbare omstandigheden, micrograviteit en sportspecifieke omstandigheden. Daarnaast hebben aandoeningen aan de verschillende systemen grote invloed op de inspanningstolerantie. Cardio-pulmonaire inspanningstesten geven de onderzoeker unieke mogelijkheden om gelijktijdig cellulaire, cardiovasculaire en respiratoire responsies te bestuderen onder precies gecontroleerde metabole belasting. Centraal in deze cursus staan de principes van deze cardio-pulmonaire inspanningstesten en de interpretatie daarvan. Aandacht zal worden besteed aan de klinische inspanningsfysiologie en aan externe omstandigheden die de resultaten van inspanningstesten kunnen beïnvloeden. Na een theoretische inleiding zal door middel van een aantal practica de student vertrouwd worden gemaakt met integratieve cardio-pulmonaire inspanningstesten. Meting en interpretatie van respiratoire grootheden, ECG en bloedlactaat onder verschillende omstandigheden zal plaatsvinden. Naast de practica en inleidende colleges zullen er een aantal (gast)colleges zijn over Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 171 van 181
'applied topics', verzorgd door experts. Jaarlijks wordt er een keuze gemaakt uit de volgende onderwerpen: 'monitoring exercise training', 'thermofysiology', 'ergogenic aids', 'hypo- and hyperbaria', 'microgravity', 'exercise prescription', 'exercise as evolutionary medicine', 'molecular biology of exercise', 'applied sport physiology' en 'applied work physiology'. Onderwijsvorm De stof wordt aangeboden in de vorm van hoorcolleges in combinatie met practica. Toetsvorm tentamen Schriftelijke tentamen met open vragen en meerkeuze vragen. De practica zijn verplicht. Literatuur Wasserman, K, (ed.), Principles of exercise testing and interpretation. Lippincott Williams & Wilkins, ISBN 1-60913-8996, 5e editie 2011. • McArdle, Katch and Katch. Exercise Physiology: Nutrition, energy and human performance. Williams & Wilkins, ISBN 1-6083-1859-1, 7e editie 2010 • Materiaal aangeboden via BlackboardOp te splitsen in verplicht en geadviseerd Vereiste voorkennis - 900115: Inleiding inspanningsfysiologie (deze kennis wordt bekend verondersteld.) - 900225: Training en prestatie (voorheen Trainingsfysiologie, code 900210 deze kennis wordt bekend verondersteld) Aanbevolen voorkennis De student moet beschikken over basiskennis van de inspanningsfysiologie (energiesystemen, cardio-pulmonair systeem, training).
Urban Struggle Vakcode
S_US ()
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
dr. F. Colombijn
Docent(en)
dr. P.G.S.M. Smets, dr. F. Colombijn
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Students can explain and understand processes of urban struggles concerning different types of inclusion and exclusion. Students obtain qualitative research skills.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 172 van 181
Inhoud vak The majority of the world population lives in cities, which are characterized by a diversity of urban dwellers. Interaction between urbanites with different ethnic, religious, and social backgrounds, and lifestyles is expected to nourish the livability of cities. The social (ethnic, religious) diversity may also form a stimulus to economic development and enhance the economic status of the city dwellers. However, the potential benefit of social (ethnic, religious) diversity for the liveliness and livability of cities is often hampered by the growing gap between the better-off and poorer sections of society. This course will address the mechanisms of spatial, socio-cultural and socioeconomic exclusion and inclusion that form the basis of such cleavages. The desirability of certain mechanisms of exclusion and inclusion will be questioned and attention will be paid to interventions by the state and private actors to counter specific types of exclusion or segregation. During this course, students will also be introduced to a number of classical texts in urban studies. Moreover, students will conduct fieldwork looking into contemporary urban struggles in a Dutch urban context. Onderwijsvorm Lectures and tutorial Toetsvorm Assignments (40%), oral presentation (10%) and jointly written final paper (50%). Literatuur To be announced Doelgroep Obligatory course for students in the minor Frontiers of Multicultural Societies; optional course for 2nd and 3rd year Bachelor’s students and Exchange students. Overige informatie Basic knowledge in the social sciences is requested.
Verklaringen voor prosociaal gedrag Vakcode
S_VPG ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Coördinator
prof. dr. R.H.F.P. Bekkers
Docent(en)
prof. dr. R.H.F.P. Bekkers
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
300
Doel vak Na afloop van de cursus kan de student: (1) prosociaal gedrag, altruïsme en filantropie van elkaar onderscheiden; (2) verschillen in vraagstelling en methoden onderscheiden tussen wetenschappelijke disciplines waarin prosociaal gedrag wordt bestudeerd; (3) uitleggen Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 173 van 181
welke eigenschappen van mensen samengaan met prosociaal gedrag; (4) uitleggen welke theoretische mechanismen prosociaal gedrag bevorderen; (5) de kwaliteit van empirisch onderzoek kritisch beoordelen. Inhoud vak Tijdens het vak “Verklaringen van prosociaal gedrag” bestuderen studenten theorieën en onderzoek naar filantropie en prosociaal gedrag vanuit een multidisciplinair perspectief. Inzichten uit de sociologie, psychologie en economie worden behandeld, waarbij de nadruk ligt op het verklaren van geefgedrag aan goede doelen. Daarnaast wordt in mindere mate ook aandacht besteed aan vrijwilligerswerk, hulpgedrag, en bloeden orgaandonatie. Onderwijsvorm Het vak bestaat uit hoorcolleges en werkgroepen. Tijdens de hoorcolleges wordt de academische literatuur over filantropie besproken. Studenten bereiden de hoorcolleges voor door het bestuderen van de opgegeven literatuur. De theoretische kennis wordt getoetst door middel van een tentamen. Tijdens de werkgroepen wordt aandacht besteed aan de kwaliteit van onderzoek. Wat is goed onderzoek? Aan welke criteria moet gedegen empirisch onderzoek voldoen? De kennis over en vaardigheden voor het beoordelen van de kwaliteit van onderzoek wordt getoetst in wekelijkse opdrachten en de eindopdracht. Toetsvorm Tentamen (40%), eindopdracht (40 %) en opdrachten die tijdens de cursus worden ingeleverd (20%). Literatuur Serie artikelen die beschikbaar zullen worden gemaakt via Blackboard. Doelgroep Studenten in de minor ‘Goede doelen, Filantropie en Non-Profits’ vormen de primaire doelgroep, maar we verwelkomen alle bachelor studenten die geinteresseerd zijn in filantropie in dit vak. Overige informatie Aanwezigheid bij de hoorcolleges en werkgroepen en het inleveren van de opdrachten zijn noodzakelijk om dit vak te halen.
Web Analysis Vakcode
X_401065 (401065)
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Coördinator
dr. Z. Szlavik
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum
Niveau
300
Doel vak To learn techniques for analysing and measuring specific things on the Web.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 174 van 181
Inhoud vak Various topics will be covered, such as exploratory (web) data analysis, classification, regression, basic information retrieval techniques, PageRank, recommender systems, big datasets, etc. These topics will be dealt with at an introductory level, and each topic will be backed up with lab exercises. Evaluation of the performance of the described techniques will also be covered. Lectures are aimed to be interactive. Onderwijsvorm Each week, a group of topics will be covered, and corresponding lab exercises will be provided. Toetsvorm - Midterm - Lab work - Final exam Literatuur Various (online) material will be used. Vereiste voorkennis Web Science minor courses in the period prior to the course. Doelgroep Web science minor students
Web Information Vakcode
X_401063 (401063)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum
Niveau
200
Inhoud vak “Hoe ziet het Web als geheel er uit?” De cursus Web Information zal tegelijkertijd aangeboden worden als de cursus Web Technology en heeft een complementaire rol. Waar Web Technology de technische opbouw van het web onderwijst laat Web Information zien hoe de structuren er uit zien die met deze technieken gebouwd zijn en worden. Verschillende toegangsmanieren zoals peer-topeer- en gecentraliseerde zoekmachines zullen behandeld worden. Het web zal op verschillende manieren worden bekeken, bijvoorbeeld als graaf of als collectie documenten met inhoud. Dit leidt tot de ontdekking van verschillende fenomenen en informatiewetten, zoals de Wet van Zipf. Small world networks, en Informatie entropie. De studenten zullen deze pattronen in het web zelf aan de hand van labopgaven ontdekken. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 175 van 181
Onderwijsvorm Per week zullen er 6 contacturen zijn, waarvan 2 hoorcollege, 2 werkcollege, en 2 computerlab. Toetsvorm De toetsvorm is een aantal praktijkopdrachten (50%) en een aantal digitale tentamens (50%).
Web Science Vakcode
X_401064 (401064)
Periode
Periode 3
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Coördinator
P.T. Groth
Docent(en)
P.T. Groth, dr. L. Hollink
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak After this course you will be able to: - Frame and define questions about the Web - Identify theory and techniques from your own discipline that can be used in the web context - Apply Web Science theory and methodologies to answer questions about the web - Demonstrate the ability to use tools covered in prior courses to answer questions about the web - Explain when performing web science will be applicable in your own domain Inhoud vak The course will be exercise driven. You will be asked to develop and answer your own question about the web applying knowledge from your own area of study as well as the techniques, methods, strategies ant tools learned in the prior set of courses within the web science minor. Specifically, the course will cover the following: - Development of a web science problem statement - Identification and outlining of methodology they will apply to solve the problem. - Use of web analysis tools to answer the question - Reflection on the web as an object of study Through the course you will understand how to bring together the various Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 176 van 181
concepts of Web Science to solve a core analysis problem. The course aims to bring together all the Web Science concepts so that you can directly apply them to new problems and situations. Onderwijsvorm One summary lecture from all the prior classes. Discussion groups (5 - 10 people) through the week for reflection on the practice of Web Science. Toetsvorm Students will be judged by a final report they will produce as well as participation in the discussion groups. This includes the use of peerreview. Literatuur While no literature will be required for the course, the instructors may make use of and refer to the following book. You can download a free preprint although students are encouraged to have it as a reference. Networks, Crowds and Markets By David Easley and Jon Kleinberg http://www.cs.cornell.edu/home/kleinber/networks-book/ Vereiste voorkennis Prior courses in the web science minor Doelgroep Web science minor students Overige informatie This course is about bringing together and solidifying knowledge so that students can be confident in using Web Science techniques in the future.
Web Society Vakcode
X_401083 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Coördinator
dr. V. de Boer
Docent(en)
dr. V. de Boer
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum
Niveau
300
Doel vak After this course you will be able to describe and reason about the impact of the Web on society as a whole and vice versa. You will learn how the technical reality of the Web affects social interaction, business and law on the Web. Inhoud vak The course will be given in the form of a series of lectures and guest lectures, each describing a single topic. You will be reading articles and discussing them in class. The topics include (but are not limited Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 177 van 181
to): - the Social Web - Security, Privacy and Trust - Web and Law - Business on the Web - Web accessibility - Understanding Web users - Cultural Heritage on the Web Through this course you will understand the impact that the emerging Web has had on these fields. Onderwijsvorm The course is taught as a series of lectures and guest lectures. Some sessions will be interactive, discussing literature. Toetsvorm The students will be judged on a portfolio as well as a final essay. Literatuur The literature will consist of selected articles and book chapters and will be provided during the course. Doelgroep Web Science Minor students
Web Technology Vakcode
X_401066 (401066)
Periode
Periode 1
Credits
6.0
Voertaal
Engels
Faculteit
Faculteit der Exacte Wetenschappen
Coördinator
dr. M. Hildebrand
Docent(en)
dr. M. Hildebrand
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Practicum, Werkcollege
Niveau
100
Doel vak After this course: - you understand the basic technologies that build the World Wide Web, such as HTML, CSS and Javascript - you understand the principles of the Web, such as the client-server architecture - you have the skills to make simple static and dynamic Web pages Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 178 van 181
you have the skills to discover what technologies are used in a Web application - you are able to discuss the possibilities and limitations of different Web technologies Inhoud vak Each week we explore a different Web technology. In the lectures these technologies are introduced and explained, in the lab sessions you gain hands-on experience, for example by making your own website, and in the discussion sessions we dive into the principles behind the technology. Specifically the course covers: - communication protocol (HTTP) - static web pages (HTML) - web page presentation (CSS) - interactive web pages (JavaScript) - dynamic content (PHP, Databases) - web platforms (Facebook, WikiPedia) - reusing/remixing information (mashups) Onderwijsvorm Each week: - a lecture introducing a technology - a lab session using the technology - a working group to reflect on the technology Toetsvorm - Lab assignments - Final exam Literatuur Online resources Aanbevolen voorkennis No previous experience with Web or computer technology (programming) is required. Doelgroep Web science minor students Overige informatie This course will not be taught in 2013-2014!
Wetenschapsfilosofie Vakcode
S_WF ()
Periode
Periode 5
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 179 van 181
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Sociale Wetenschappen
Docent(en)
dr. A.C.M. Roothaan
Lesmethode(n)
Hoorcollege, Werkgroep
Niveau
200
Doel vak - Je maakt kennis met verschillende wetenschapsfilosofische theorieën en leert te begrijpen wat de status is van wetenschappelijke kennis; - Je krijgt inzicht in enkele hedendaagse visies op de verhouding tussen wetenschap en samenleving; - Je leert reflecteren op ethische dilemma’s die samenhangen met de rol van wetenschap in onze samenleving; - Je oefent academische vaardigheden zoals abstract denken en argumenteren. Inhoud vak Wetenschap beschrijft niet alleen de werkelijkheid, zij beïnvloedt ook de wereld waarin we leven. Dat geldt zeker voor de sociale wetenschappen. In deze cursus onderzoeken we hoe wetenschap in de praktijk functioneert en aan welke idealen wetenschap zou moeten voldoen. Welke status heeft wetenschappelijke kennis? Hoe verhoudt wetenschap zich tot commerciële belangen? Is wetenschap neutraal ten opzichte van culturele en religieuze diversiteit? En welke positie neem je zelf in het debat over wetenschap en samenleving in? Achtereenvolgens worden de volgende thema's behandeld: - Wetenschap en objectieve kennis (week 1 en 2) - Wetenschap en maatschappelijk belang (week 3 en 4) - Wetenschap en maatschappelijke diversiteit (week 5 en 6) Onderwijsvorm Hoorcolleges en werkcolleges waarin de collegestof en opdrachten worden besproken. De werkcolleges worden afzonderlijk gegeven voor communicatiewetenschap, politicologie, antropologie, sociologie en maatschappijwetenschappen. Toetsvorm Schriftelijk tentamen en verplichte deelname aan werkgroepen. Elke student moet een keer in een subgroepje een presentatie geven. Literatuur Gerard de Vries (1995). De ontwikkeling van wetenschap. Een inleiding in de wetenschapsfilosofie. Noordhoff Uitgevers, Groningen. Teksten van o.a. Karl Popper, Thomas Kuhn, Bruno Latour, Michael Gibbons ,Sandra Harding, Bronislaw Szerszynski en Charles Taylor. Deze teksten worden via een digitale reader op Blackboard beschikbaar gesteld. Doelgroep Bachelorstudenten Overige informatie Voor aanvang van de cursus wordt op Blackboard een studiehandleiding gepubliceerd, met een rooster, nauwkeurige aanwijzingen voor het volgen van dit vak, de opdrachten en literatuur.
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 180 van 181
Wetenschapsfilosofie II Vakcode
W_BA_WETF2 ()
Periode
Periode 2
Credits
6.0
Voertaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit der Wijsbegeerte
Coördinator
dr. L.B. Decock
Docent(en)
dr. L.B. Decock
Lesmethode(n)
Hoorcollege
Niveau
300
Doel vak Deze cursus heeft als doel een verdieping en verbreding van je kennis en begrip van een aantal centrale filosofische vragen over de aard van de wetenschappen. Daartoe gaan we eerst in op de praktijk en de historische ontwikkeling van de wetenschappen, terwijl in het tweede deel een aantal belangrijke filosofische interpretaties van de structuur en inhoud van wetenschappelijke kennis aan de orde komen. Hoewel het accent op de natuurwetenschappen ligt, zal ook ruim aandacht besteed worden aan de filosofie van de menswetenschappen. Inhoud vak De volgende onderwerpen worden bestudeerd: (i) De filosofie van Popper, Kuhn en Lakatos; (ii) Wetenschap als lokale praktijk; (iii) Het wetenschappelijk experimenteren; (iv) Realisme: epistemologisch en ontologisch; (v) Verklaren in natuur- en menswetenschappen; (vi) Wetenschap, waarden en objectiviteit. Onderwijsvorm Gecombineerd werk- en hoorcollege. Per week zijn er 2x3 contacturen, en komen steeds twee verschillende perspectieven op het te behandelen onderwerp aan de orde. Voorafgaand aan ieder college moet je de bijbehorende literatuur bestuderen, en tijdens de colleges worden opdrachten over deze literatuur gegeven. Toetsvorm Schriftelijk tentamen over de collegestof en de gehele literatuur. Daarnaast tellen de opdrachten mee voor (een deel van) het tentamencijfer. Literatuur De verplichte literatuur bestaat uit een aantal artikelen en boekhoofdstukken. Zie verder de studiehandleiding op blackboard. Vereiste voorkennis Academische Kern: Wetenschaps-filosofie I (W_BA_WETF1).
Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - B Culturele antropologie en ontw. soc. - 2012-2013
29-9-2015 - Pagina 181 van 181