RIJNWAARDEN
Coalitieprogramma Rijnwaarden 2014-2018 Kiezen én delen
Inleiding Het CDA en de Lijst Lobith-Tolkamer hebben overeenstemming bereikt over de vorming van een nieuw college. De komende raadsperiode komen een aantal decentralisaties en de gemeentelijke herindeling op ons af. We geven er daarom de voorkeur aan om een breed gedragen raadsprogramma tot stand te brengen. Wij hebben echter vastgesteld dat daarvoor momenteel geen draagvlak bestaat. Wij presenteren het programma daarom nu als coalitieprogramma. Dat neemt niet weg, dat wij onverminderd staan voor een open bestuursstijl en iedereen oproepen te reageren op het coalitieakkoord, zodat wij daar in de uitwerking naar een op uitvoering gericht collegeprogramma rekening mee kunnen houden. Dus geen dichtgetimmerd collegeprogramma en volop ruimte voor de gemeenteraad, en ook voor inwoners, verenigingen, instellingen en bedrijven om nu en gedurende de komende collegeperiode mede het beleid te bepalen. Wij verwachten na de zomer het collegeprogramma te kunnen aanbieden. In dit programma zullen wij aangeven hoe wij de hoofdlijnen van het coalitieakkoord in concrete voorstellen gaan uitwerken met daaraan toegevoegd een tijdsplanning, die met het oog op de verwachte inzet van financiële en personele capaciteit reëel is.
Bestuur en financiën Wij staan voor een duidelijke koers die de basis biedt voor een daadkrachtig bestuur dat ook in de uitvoering weet door te pakken. Daarbij hoort het besef dat gemeente niet in staat is alle individuele en maatschappelijke problemen (zelfstandig) op te lossen. De gemeente doet daarvoor een beroep op ieders eigen verantwoordelijkheid of het nu de burgers, verenigingen, instellingen of ondernemers zijn. De gemeente moet dan wel zelf durven los te laten en het initiatief aan anderen
1
durven te geven en terughoudend zijn in het stellen van regels om alsnog invloed uit te oefenen op een gewenste uitvoering. De gemeente biedt graag een helpende hand en wil een vangnet vormen voor burgers, die om een of andere reden, buiten hun verantwoordelijkheid door het ijs dreigen te zakken. Wij staan een gezond en solide financieel beleid voor met een structureel sluitende begroting. Dat betekent dat alle uitgaven moeten passen binnen de financiële kaders en dat er een verantwoorde balans ontstaat tussen investeren en bezuinigen. We willen de toekomst van Rijnwaarden duurzaam versterken. In de komende jaren willen we ons richten op een goede overgang naar de herindeling tot een Liemerse gemeente of een herindeling met alleen Zevenaar. Dit houdt in dat de huidige voorzieningen en verenigingen toekomstbestendig worden gemaakt. We richten ons op duurzame investeringen die een eenmalige financiële injectie vragen en vervolgens in de exploitatie een lastenvermindering opleveren. Denk daarbij bijvoorbeeld aan investeren in zonne-energie of in een kunstgrasveld voor een voetbalclub. Ook eenmalige investeringen in dorpsvernieuwing passen in die filosofie. De komende jaren zal nog een forse bezuinigingsslag moeten worden gemaakt om tot een structureel sluitende begroting te komen. Alle beleidsterreinen zullen hieraan hun bijdrage moeten leveren. En dat geldt ook voor de bedrijfsvoering. Veranderingen in het personeelsbestand zullen voortdurend worden aangegrepen om kritisch te bezien of er mogelijkheden van zijn voor realisering van kostenbesparingen. Een structureel sluitende begroting maakt het mogelijk om te komen tot het herwaardering van de financiële risico’s. Dat biedt mogelijkheden eenmalige ruimte vrij te maken voor onze ambities als het gaat om investeren in duurzame en toekomstbestendige voorzieningen in Rijnwaarden. Ook de inzet een gedeelte van de immobiele reserve kan overwogen worden. Een beperkte belastingverhoging om de rentederving te compenseren is voor deze investeringen in de toekomst van Rijnwaarden bespreekbaar. Verder vinden we dat voor de gemeentelijke medewerking aan projecten van landsbelang (overnachtingshaven, uiterwaardengebied, Rijnstrangen) maatschappelijke compensatie moet worden verleend om lokale wensen, opgaven en ambities te kunnen realiseren. Daarmee kan een aantal van de genoemde ambities, maar ook wensen op het gebied van verkeersveiligheid, worden uitgevoerd. Datzelfde geldt voor financiële middelen, die beschikbaar komen uit de industriële ontwikkelingen aan de Spijksedijk. De komende collegeperiode willen wij komen tot een nieuwe gemeentelijke indeling van de Liemers. De huidige schaal van de gemeenten in de Liemers, in ieder geval die van Rijnwaarden, is niet toereikend om de opgaven waarvoor de gemeenten staan effectief en efficiënt op te pakken.
2
De dienstverlening aan de burger komt steeds meer onder druk te staan. Wij staan een schaalvergroting voor naar één Liemerse gemeente. Het is echter de vraag of hiervoor voldoende draagvlak aanwezig is. Er is voldoende onderzoeksmateriaal om vóór of direct na de zomer van dit jaar hierover in de Liemers een goed onderbouwde beslissing te nemen. Rijnwaarden werkt niet mee aan nieuwe of aanvullende onderzoeksopdrachten anders dan gericht op de daadwerkelijke implementatie van een fusietraject. Rijnwaarden zet dus in op de vorming van één Liemerse gemeente per 1 januari 2018 of zoveel mogelijk eerder. Indien één Liemerse gemeente niet haalbaar blijkt dan vormt de samenvoeging met Zevenaar een goed alternatief. Intussen wordt vooruitlopend op fusietraject onverminderd ingezet op intensivering van de ambtelijke samenwerking en worden mogelijkheden, die zich daarbij voordoen om de kwetsbaarheid van onze ambtelijke organisatie te verminderen, met voortvarendheid opgepakt.
Sociaal Domein Ook binnen het sociaal domein is de burger in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor zijn doen en laten. Hij moet in eerste instantie zelf maatregelen nemen om te blijven deelnemen aan de samenleving. De gemeente ziet haar rol als volgt:
De gemeente biedt ondersteuning voor burgers die het niet op eigen kracht redden. Zij stimuleert een netwerk waarin de inwoners van de gemeente elkaar helpen als ze dat niet meer op eigen kracht redden. Voor specialistische hulp wordt een samenwerking met andere gemeenten in de regio aangegaan.
De gemeente faciliteert mantelzorgers en vrijwilligers en coördineert hun werk goed om overbelasting van deze groep mensen te voorkomen. De inzet van de woonzorgbrigade voor de uitvoering van kleine klusjes in en om het huis wordt onderzocht.
De gemeente vervult een regierol in het samenspel tussen inwoners en sociale partners. Daarnaast wordt verkokering zo veel mogelijk voorkomen: 1 gezin, 1 plan , 1 regisseur. Voor de verzorging of hulp in het huishouden zal zoveel mogelijk een vaste hulp worden ingezet.
De gemeente zorgt ervoor dat de zorg zo dicht mogelijk, eenvoudige georganiseerd en kwalitatief goed wordt uitgevoerd. Er wordt één meldpunt/toegang gerealiseerd voor het gehele sociale domein.
De gemeente streeft naar meer levensloopbestendig bouwen en wil leegstand van de huidige voorzieningen voorkomen. Resultaatgerichtheid is basis voor de financiën.
Voor wat betreft het budget voor het sociale domein wordt uitgegaan van kostenneutraliteit waarbij in het aanloopjaar een mogelijke budgetoverschrijding aanvaardbaar wordt geacht als dat voor een goede inpassing van bestaande verplichtingen noodzakelijk is. Deze kostenoverschrijding wordt in meerjarig kader volledig goed gemaakt. De administratieve lasten voor de burger worden zo beperkt mogelijk gehouden.
Wij onderzoeken de mogelijkheden om in samenspraak met de andere deelnemende gemeenten te komen tot opheffing van het werkvoorzieningsschap Presikhaaf in de huidige vorm. De schaal en
3
organisatie van het werkvoorzieningsschap zorgen ervoor dat de kosten om mensen met een indicatie een beschutte of begeleide werkplek te bieden uit balans zijn. Wij vinden dat deze taak beter op een kleinschaliger niveau opgepakt kan worden. De gemeente zet het huidige minimabeleid ongewijzigd voort. Daarbij zullen wij ook uitvoering geven aan de op 5 november 2013 unaniem aangenomen motie van de PvdA, waarbij het college de door het kabinet geboden beleidsvrijheid ten volle moet benutten en de structurele middelen die voor 2014 en 2015 en verder, via het gemeentefonds voor de gemeenten beschikbaar komen ook daadwerkelijk voor de bestrijding van armoede te gebruiken
Openbaar gebied en milieu Wij willen op korte termijn komen tot aanpak van (dreigende) verpaupering in het openbare gebied. Daarbij wordt in het bijzonder gedacht aan de Markt en omgeving van Lobith, aan de kop van Tolkamer (Europakade, Rijnstraat, Hoofdstraat, Veerstraat), het voormalig Fico terrein in Herwen en het dorpshart van Spijk. In overleg met de dorpsraden zal bezien moet worden hoe dorpsvernieuwing kan worden opgepakt. De gemeente wil de sloop van lang leegstaande panden bevorderen en zo mogelijk zelf voorfinancieren en met een tijdelijke inrichting van de vrijkomende gronden bijdragen aan een prettiger woonomgeving. Ook willen we het groene karakter van onze gemeente in stand houden en versterken door meer bomen aan te planten en te streven naar een duurzaam bomenbestand. De toekomstige woningbouwontwikkeling moet bijdragen aan een beter passend en toekomstbestendiger woningbestand. Onderzocht zal worden of het kopen van een woonhuis door jongeren met een starterslening kan worden gestimuleerd. Om gepast in te kunnen spelen op de toekomstige woningbouwbehoefte zal de voorkeur uitgaan naar inbreiding boven uitbreiding om daarmee de leefbaarheid in de dorpskernen te bevorderen. Ruimtelijke ordening moet zich meer richten op mensen en dan met name op mogelijkheden in plaats van onmogelijkheden in de regelgeving. Dat vraagt om medewerkers, die proactief en vernieuwend zijn, en gericht op oplossingen en in samenspraak met de burger daarnaar op zoek gaan. Wij maken ons sterk voor de aanleg van een glasvezelnetwerk, zowel in de dorpskernen als ook in de buitengebied van de gemeente. Een glasvezelnetwerk maakt snel internet mogelijk. Glasvezel biedt mogelijkheden voor nieuwe technologische ontwikkelingen voor ondernemingen maar ook bijvoorbeeld voor de zorg. Wij willen in de komende periode de nadruk leggen op een verdere reductie van het afvalaanbod en denkt dat een vermindering naar 100 kg restafval per inwoner mogelijk is en zal dat tot doelstelling van het beleid maken. Daarbij moet er voor de burger voldoende gelegenheid zijn om op een duurzame manier van zijn afval af te komen waarbij scheiden en hergebruik het uitgangspunt is. In
4
de komende vier jaar wil de gemeente daarop blijven inzetten. Waarbij de burgers de eerste jaren niet met grote wijzigingen in het ophaalsysteem zullen worden geconfronteerd.
Mobiliteit Voor wat de verkeersveiligheid betreft wordt ingezet en prioriteit gegeven aan het aanpakken van aantoonbaar onveilige verkeerssituaties en trajecten. Er zal onderzoek worden gedaan naar de mogelijkheden om overlast door het vrachtverkeer van en naar de steenfabriek de Bylandt voor Tolkamer/Tuindorp en Lobith te verminderen. In het verlengde daarvan staat de gemeente een snelle en veilige verbinding naar de A12 voor waarbij voor het aanwezige verkeersknelpunt Witte Kruis en omgeving in samenspraak met de provincie Gelderland, de gemeente Zevenaar en de Stadt Emmerich een doeltreffende oplossing gevonden moet worden. Om de wegeninfrastructuur in Rijnwaarden verder te ontlasten wordt zo veel mogelijk ingezet op het vervoer over water. De faciliteiten daarvoor aan de loswal aan de Spijksedijk moeten worden geoptimaliseerd. Ontwikkelingen op het bedrijventerrein aan de Spijksedijk dienen als randvoorwaarde mee te krijgen dat de aan- en afvoer van hun grondstoffen en eindproducten over water moet plaatsvinden. De wegverbinding tussen Spijk en Lobith-Tolkamer wordt uitgebreid met een vrijliggend fietspad. Deze voorziening dient als maatschappelijke compensatie onderdeel uit te maken van het project Overnachtingshaven Beijenwaard en uit dit project bekostigd te worden. Voor het openbaar vervoer streven wij naar meer maatwerk, zowel wat de lijnverbindingen als de dienstregeling betreft. De gemeente wil daarmee aanhaken op het provinciale beleid tot vernieuwing van het openbaar vervoer. De succesvolle buurtbusverbindingen in Rijnwaarden bewijzen het nut van maatwerkoplossingen.
Onderwijs, cultuur en welzijn Wij hechten er belang aan dat onze basisscholen op de eerste plaats kwalitatief goed onderwijs bieden. Daarnaast erkennen we dat voor een vitaal platteland en de sociale cohesie in de dorpen het voortbestaan van een school van groot belang is. Door de veranderende samenstelling van de bevolking (vergrijzing) daalt het aantal leerlingen geleidelijk. Hierdoor moeten schoolbesturen keuzes maken uit oogpunt van kwaliteit en kosten. Wij hebben als gemeente geen zeggenschap meer als een school met sluiting wordt bedreigd. Maar aantasting van de leefbaarheid in de dorpen gaat ons wel ter harte. Het is onze zorg om de samenhang in de dorpen te bewaren. Daarop proberen we te sturen in overleg met schoolbesturen, ouders en dorpsraden. Wij streven naar een andere subsidierelatie met de verenigingen en instellingen in de gemeente. Het gemeentelijk subsidiebeleid, dat voor veel onderdelen al decennia oud is, zal grondig worden herzien. Minder gericht op structurele ondersteuning, meer gericht op ondersteuning van projecten
5
en duurzame investeringen in de accommodaties zoals eerdergenoemde investeringen in zonneenergie of een kunstgrasveld. De verenigingsaccommodaties zijn een eigen verantwoordelijkheid van de vereniging en zij voeren daarop ook zelf de regie uit. Zo wil de gemeente ook kijken naar de accommodaties zoals de Boskuul en de Duim als accommodaties van, voor en door de verenigingen met een beperkte bemoeienis van de gemeente maar ook zonder langdurige structurele financiële ondersteuning. Slim combineren van accommodaties, bijvoorbeeld ook met onderwijshuisvesting, biedt betere perspectieven voor een duurzame oplossing. Voor de Duim zal worden onderzocht of een combinatie met het jongerenwerk voor de 12 tot 16 jarigen tot de mogelijkheden behoort.
Economische zaken, waaronder Recreatie en toerisme Recreatie en toerisme blijft speerpunt van het (economisch) beleid van de gemeente. De gemeente zet in op een aantal concrete projecten: 1. Het verder aantrekkelijk maken van de Europakade als verblijfsgebied voor de inwoner en toerist. De camperplaatsen zullen zo mogelijk in aantal en met een aantal voorzieningen worden uitgebreid. 2. Het watersportcentrum De Bijland vormt een van de kroonjuwelen voor wat betreft de recreatieve voorzieningen in Rijnwaarden. De gemeente is ingenomen met de overdracht van de plas aan lokale ondernemingen. Dat biedt goede kansen voor de noodzakelijke doorontwikkeling van het watersportcentrum. De vrienden van de Bijland, een groep van betrokken ondernemers en burgers bij de Bijland, zal bij de toekomstige ontwikkeling van de Bijland betrokken blijven. 3. In de komende collegeperiode blijft de realisering van het speelpark Carvium Novum inzet van beleid. In ieder geval wordt bijbehorende toeristische infrastructuur tot ontwikkeling gebracht. 4. Voor de diverse natuur- en waterprojecten (Rijnwaardense uiterwaarden en de Rijnstrangen) wordt een goede balans tussen natuur en toerisme voorgestaan. Natuurbeleving moet door een goede ontsluiting van de gebieden mogelijk worden gemaakt en kleinschalige (horeca)voorzieningen moeten ook de ruimte krijgen. De gemeente streeft naar een nadrukkelijke beperking van de vaak overbodige en onnodige regelgeving voor ondernemers. Ondernemers moeten meer mogelijkheden krijgen om hun onderneming naar eigen inzicht in te richten en te ontwikkelen. In het kader van stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid dient de gemeentelijke bemoeienis tot het hoogst noodzakelijke beperkt te blijven. In de komende collegeperiode staat de gemeente onder andere voor: 1. Het afschaffen van welstandstoezicht voor het bouwen op bedrijfsterreinen
6
2. Het afschaffen van diverse vergunningen en het verstrekken van vergunningen voor onbepaalde tijd. 3. Het onderzoeken van de mogelijkheden van vermindering van de administratieve last in diverse vergunningen. 4. Het verminderen van het aantal controles voor ondernemers die zich aan de regels van de gemeente houden. De gemeente zal het ook voor ondernemers mogelijk maken om de gemeentelijke belastingen in termijnen te betalen. Voor de agrarisch ondernemers wil de gemeente ruimte bieden aan nieuwe functies op de agrarische bedrijven. De agrarische bedrijfsvoering dient plaats te vinden op de bestaande bouwpercelen en daarbinnen moet gezocht worden naar gewenste groeimogelijkheden. Indien een economische bedrijfsvoering niet langer tot de mogelijkheden behoort dan wordt zo gewenst medewerking verleend aan verplaatsing van de bedrijfsactiviteiten.
Betrekken inwoners bij beleidsvorming en –uitvoering Wij zien in de relatie met de inwoners een belangrijke rol weggelegd voor de dorpsraden. Zij vormen de spreekbuis voor de dorpsbewoners en fungeren als antenne voor de gemeente als het gaat om er wat in de lokale gemeenschap leeft. De gemeente wil de invloed van de dorpsraad op de eigen leefomgeving vergroten door te faciliteren dat dorpsplannen worden ontwikkeld en is bereid deze meer zeggenschap te geven over de inzet van middelen voor de openbare ruimte. Elk collegelid zal een dorp “adopteren” en als eerste aanspreekpunt voor het dorp en dorpsraad fungeren. Het college gaat met de vertaling van het raadsprogramma in een uitvoerings- of collegeprogramma “on tour” langs de dorpen om er met de dorpsbewoners en dorpsvertegenwoordigers over van gedachten te wisselen. Wij vinden het een gemis dat in de dorpen Pannerden en Lobith-Tolkamer een dorpsraad ontbreekt, maar vindt het een verantwoordelijkheid van de dorpsgemeenschappen zelf om stappen te ondernemen, als men tot een dorpsvertegenwoordiging wil komen. Met het aftreden van de seniorenraad ontbreekt een adviesorgaan dat het gemeentebestuur gevraagd en ongevraagd adviseert over het ouderenbeleid. Voor een deel zijn deze taken overgenomen door de WMO raad. Wij hechten aan betrokkenheid van specifiek de ouderen bij het beleid en de onderwerpen die hen aangaan. Onderzocht zal worden op welke wijze dat gestalte kan worden gegeven. Wellicht via Rijnwaarden 50-plus. Lobith, 20 mei 2014. CDA Rijnwaarden Lijst Lobith-Tolkamer
7