CO2 – PRESTATIELADDER
ENERGIEVERBRUIKEN EN TRENDS
Voorafgaand: Als referentiejaar wordt 2009 aangenomen. De data zijn gebaseerd op gefactureerde energieleveringen. Onder de organizational boundary beschouwen we: - Victor Buyck Steel Construction afdeling Eeklo n.v. België - Victor Buyck Steel Construction afdeling Wondelgem n.v. België - Buyck Engineering n.v. België - Victor Buyck Steel Construction Sdn. Bhd. Maleisië - Victor Buyck Malaysia Sdn. Bhd. Maleisië Victor Buyck is actief op volgende domeinen: Design, development, manufacturing, corrosion protection, assembly on site and maintenance of steel constructions and civil works
De meeste activiteiten Victor Buyck vinden binnenshuis plaats in de diverse burelen en constructiehallen.
Overzicht van de energiebronnen en de voornaamste verbruikers Aardgas en elektriciteit zijn de twee voornaamste energiebronnen. De voornaamste elektriciteitsverbruikers zijn: - motoren en drivers voor metaalbewerkingsmachines en kranen voor manipulatie van constructieonderdelen - las- en snijbewerkingen - verlichting in de constructiehallen. Voor het overige gedeelte wordt elektriciteit gebruikt gebruikt voor: - persluchtproductie - HVAC-installaties zoals ventilatie en stof- en lasrookbehandeling - overige elektrische toestellen zoals kantoormateriaal. Electricity Consumption Breakdown 2009 Other Electrical 3% Welding and cutting 28%
Lighting 21%
Compressed Air 8%
HVAC 6% Motors & Drives 34% Compressed Air
HVAC
Motors & Drives
Lighting
Other Electrical
Welding and cutting
Fuel and Gasses Consumption Breakdown 2009 Gasoline 32%
acetylene 15%
propane 1%
Heating (natural gaz) 52% Heating (natural gaz)
Gasoline
acetylene
propane
In bovenstaand taartdiagram ziet de u de verdeling van de verbruikte primaire brandstoffen. We onderscheiden: - gasolie - acetyleen - propaan - aardgas
Ongeveer 1/3 van de primaire brandstof wordt aangekocht onder de vorm van gasolie. Dit wordt enerzijds aangewend voor de bedrijfsvoertuigen en anderzijds voor de energiebevoorrading op de bouwplaatsen voor hoogwerkers, verreikers, stroomaggregaten en mobiele compressoren. 52% van het verbruik gaat de verwarming van de constructieateliers. Er wordt verwarmd met aardgas. Acetyleen, propaan en een minimale hoeveelheid aardgas wordt aangewend in diverse thermische metaalbewerkingsprocessen.
Trends in energieverbruik Electriciteit Het elektriciteitsverbruik vertoont een stabiele trend, vergeleken tussen 2009-2012. Het verbruik is in 2013 licht gestegen. Dit is verklaarbaar door de hogere graad van activiteiten in 2013. Het verbruik is echter niet in evenredigheid met het aantal gepresteerde gestegen. Reden is dat elektriciteit gebruikt wordt voor tal van overhead consumpties zoals voor verlichting en in HVAC installaties. Daarnaast worden jaarlijks een aantal acties opgezet om het electriciteitsverbruik te verminderen, dit komt echter op deze grafiek niet aan het licht.
In 2012 werd een deel (25%) van de elektriciteit groen ingekocht. Voor de periode 2013-2017 is voorgenomen om gemiddeld 30% groene stroom aan te kopen. In 2013 was dit 50%, wat een duidelijke impact heeft op de CO2 emissies van 2013. In 2014 was dit 25%. Verwacht werd dat in 2014 het verbruik zou stijgen door: de in gebruik name van een nieuwe constructiehal: + 50.000kWh/jaar de lasrookafzuiging in hal 8: + 80.000kWh/jaar de uitbreiding van de burelen: + 50.000kWh/jaar Verwacht werd dat in 2014 het verbruik zou dalen door: Het Digatronsysteem voor verlichting in hal8: - 50.000kWh/jaar In tegensteling tot de verwachtingen is het verbruik niet gestegen, in absolute hoeveelheden. Dit is wel het geval in het relatief verbruik per uur in de productie. Oorzaken zijn: Elektriciteitsverbruik is gedeeltelijk vast zoals voor verlichting. Het aantal gepresteerde uren is naar beneden gegaan ten opzichte van voorgaande jaren.
Uren productie 2009
475.165 2010
473.825 2011
455.906 2012
454.949
638.443 2014
400.685
Er worden geen significante wijzigingverwacht in 2015.
Aardgas Aardgasverbruik is nagenoeg volledig gerelateerd aan de weersomstandigheden want aardgas wordt voor meer dan 95% gebruikt voor verwarming. Het is daarom nodig het verbruik te linken aan de graaddagen. De graaddagen zijn sterk indicatief, maar er moet in acht gehouden worden dat er in de ateliers gestookt wordt naar ca 12° en dat de graaddagen uitgaan van een stookt° tot 16,5°. Het verbruik is gestegen vanaf 2010 wegens het in gebruik nemen van gasgestookte stralingsbuizen in Wondelgem. De verwarming gebeurde er eerder op rode diesel. Het aantal graaddagen in 2014 lag met een waarde van 1828 betrekkelijk lager dan andere jaren. Het meerjaargemiddelde bedraagt 2500. We zien een sterk dalende trend van het graaddag gerelateerde verbruik. Er zijn een aantal maatregelen genomen die dit lagere verbruik kunnen verantwoorden: plaatsen van t°- en tijdsturing in de productiehallen te Eeklo, installatie van destratificatoren in de schildershal. Verwacht werd in 2014 dat het verbruik zou stijgen door: de in gebruik name van een nieuwe constructiehal: + 1.440.000kWh/jaar de uitbreiding van de burelen: + 370.000kWh/jaar We hebben geen indicatie dat er een toename is in die mate. De verwarming in de nieuwe hal heeft nauwelijks moeten draaien. In de burelen is het beschermd volume toegenomen, dus we nemen aan dat het verbruik weldegelijk steeg hierdoor.
Propaan Het propaanverbruik is sedert 2010 flink gedaald dankzij het in gebruik nemen van een nieuwe straalmachine. De platen worden in deze machine gedroogd met lucht in plaats van met een propaanvlam. Ongeveer de helft van het huidig verbruik gaat naar de verwarming van het sociaal blok in Wondelgem. Het gebruik van propaan is qua omvang vrij beperkt in vergelijking met andere brandstoffen. Het hoge verbruik van 2013 ligt bij de hoge afname van propaan in flessen. Die werd hoofdzakelijk ingezet op het terrein van Wondelgem (project Baakenhafen) en op de werf Ewijk. Werf Ewijk loopt in 2014 nog steeds.
Voor de uren werd gerekend met 50% productie en 50% montage.
Acetyleen Het verbruik van acetyleen daalt jaar na jaar. Er is momenteel geen duidelijke aanwijzing waaraan deze verdienste ligt. Het verbruik is in 2013 licht gestegen. Acetyleen wordt gebruikt om te ‘rechten’ en interne spanningen in het staal weg te nemen.
Gasolie (rode diesel) Het aandeel rode diesel stijgt jaarlijks. De rode diesel wordt hoofdzakelijk op de werven gebruikt (ca 80%). De overige 20% wordt gebruikt in Wondelgem voor verwarming. Het verbruik daalde tussen 2009 en 2010 door het overschakelijken van rode diesel naar aardgas voor verwarming in de productiehallen in Wondelgem. De indicator kWh/gepresteerde uren is geen goede indicator. Beter is het aantal gepresteerde uren op de werf te vergelijken met het verbruik. De enorme stijging van 2013 is integraal te verklaren door het enorme verbruik op de werf Ewijk door de vele gepresteerde uren. De gepresteede uren zijn in 2014 afgenomen, wat zich ook uit in het verbruik.
1.000.000kWh = ca 85.000l
Witte diesel Het verbruik aan witte diesel voor de bedrijfsvoertuigen stijgt jaarlijks. Het verbruik neemt toe door het stijgend aantal bedrijfsvoertuigen. Het gemiddeld verbruik per 100km neemt af van 9,5 l/100km tot 9,0l/100km in 2013, door de aanschaf nieuwere bestelwagens en auto’s waarbij rekening gehouden wordt met aftemming op behoefte en de CO2 uitstoot.
Totaal energievebruik
Overzicht van de CO2-emissies en trends Voor het overzicht van alle cijfers verwijzen we graag naar bijhorende inventaris. Item
Total quantity
Site Fuel Use 591.009 Company vehicles 295.891 Gasses use 4.642.189 Electricity 277.585 Business air travel 5.300,00 Sea freight transport non required Rail freight transport non required Road freight transport Employee personal vehicle use TOTAL SCOPE 1 EMISSIONS TOTAL SCOPE 2 EMISSIONS TOTAL SCOPE 3 EMISSIONS TOTAL GHG ANNUAL EMISSIONS Annual total manhours Direct VB Workers Subcontract Workers and interim
1.505.270
Unit
kg CO2
Tons CO2
% of total em issions
Uncertainty (kg CO2 eq)
1.852.812 926.813
1852,8
34,74
0,00
926,8
17,38
0,00
1.127.278
1127,3
21,13
0,00
995.765
995,8
18,67
0,00
km
57.978
58,0
1,09
0,00
km
97.160
97,2
1,82
0,00
0
0,0
0,00
0,00
0
0,0
0,00
276.291
276,3
5,18
3.906.903
3906,9
73,24
0,00
1.053.743
1053,7
19,75
0,00
373.451
373,5
7,00
0,00
5.334.097
5334,1
100,00
0,00
litres litres KWh
km
Efficiency:
0,00 #REF!
3,54 kg CO2 per manhour
1.008.775 496.495
De primaire bronnen zijn verantwoordelijk voor 50% van de de totale berekende CO2-emissies. Het overige deel wordt ingenomen door de secundaire emissies. Hierbij is elektriciteit veruit de belangrijkste. 5% van de totale CO2 emissies zijn te wijten aan het woon-werkverkeer van de personeelsleden. We stellen vast dan het luchtverkeer (uitsluitend voor personentansport) slechts een marginale invloed heeft op het gehele resultaat. De meest materiële CO2 emissies zijn iet in het overzicht opgenomen.
Kijken we even naar de totale CO2-emissies over de afgelopen vijf jaren: Tons CO2 2009
TOTAL SCOPE 1 EMISSIONS TOTAL SCOPE 2 EMISSIONS TOTAL SCOPE 3 EMISSIONS TOTAL GHG ANNUAL EMISSIONS EVOLUTION REF YEAR 2009
Annual total man hours
TOTAL SCOPE 1 EMISSIONS TOTAL SCOPE 2 EMISSIONS TOTAL SCOPE 3 EMISSIONS TOTAL GHG ANNUAL EMISSIONS EVOLUTION REF YEAR 2009 TARGET
Tons CO2 2010
Tons CO2 2011
Tons CO2 2012
Tons CO2 2013
2660,73
3215,58
2522,07
2764,86
3906,90
3226,76
3039,58
2375,61
1559,82
1053,74
66,79
582,57
147,76
359,35
373,45
5954,28
6837,73
5045,44
4684,03
5334,10
100,0%
114,8%
84,7%
78,7%
89,6%
Eff ratio 2009
Eff ratio 2010
Eff ratio 2011
Eff ratio2 2012
Eff ratio 2013
730.479
724.366
703.045
673.950
970.475
3,64
4,44
3,60
4,10
4,03
4,42
4,20
3,38
2,31
1,09
0,09
0,80
0,21
0,53
0,38
8,15
9,44
7,19
6,95
5,50
100,0% 100,0%
115,8% 0,98
88,2% 0,96
85,3% 0,94
67,4% 0,92
Tons CO2 2014
0,0% Eff ratio 2014
0,0% 0,90
We stellen vast dat de CO2-emissies in 2011 opmerkelijk gedaald zijn ten opzichte van het voorgaande jaar. In 2010 zien we merkelijk hogere cijfers voor de scope 1 en scope 3 emissies. Dit kunnen we wijten aan de aard en eigenheid van de lopende projecten gedurende deze periode. Het is niet uitgesloten dat ondanks onaflatende inspanningen grote variaties kunnen optreden in de jaarlijkse emissieresultaten. In 2012 en 2013 zijn de aankoop van groene stroom doorslaggevend voor de balans op heteind van het jaar. De ‘efficiency’ ratio’s worden uitgedrukt als het aantal kg uitgestoten CO2 per gepresteerd uur. Op deze manier houden we rekening met de werklast van het betreffende jaar. De uitdagingen voor de komende jaren zijn: - Het bewuster omgaan met elektriciteit en hiervoor uitgebreid monitoren. Een voorbeeld hiervan is het verminderen van sluimerverbruiken tijdens weekends en ’s nachts. - Het brandstofverbruik voor het wagenpark beperken door onderzoek naar de mogelijkheden van efficiëntere transportwijzen. - Het aardgasverbruik voor verwarming naar beneden brengen door de gebouwen beter luchtdicht te maken en ter zelfder tijd beter te ventileren. - Het brandstofverbruik inperken door efficiënte technolgie en de energieopwekking afstemmen op de behoefte.
Indien we de impact van de aangekochte groene stroom achterwege laten, dan hebben we een beter inzicht de gerealiseerde besparingen. Er werd in 2013 een vermindering van 3,8% minder CO2 gerealiseerd.
13/06/2014