Cliënten leren participeren
Handreiking over scholing voor cliëntenparticipatie Inhoud Een verkenning • Wat kan ik me bij scholing voorstellen? • Scholingsplan of niet? • Wat voor aanbod bestaat er? • Waar kan ik daarvoor terecht? • Wie organiseert en betaalt scholing? Omdat over scholing heel verschillende opvattingen bestaan en u zich wellicht ook nog geen goede voorstelling kunt maken van wat het allemaal zou kunnen inhouden geven we daarvan een schets. Wij gaan er van uit dat scholing zich niet beperkt tot een cursus maar dat het gaat om leren in heel verschillende vormen. Checklist In dit hoofdstuk zult u een checklist aantreffen als hulpmiddel om voor uzelf om uw behoefte aan scholing te formuleren en als hulpmiddel bij het overleg met aanbieders van scholing. Overzicht van aanbod Onderverdeeld naar soort van aanbod bieden wij u een overzicht. Daarmee kunt u zich eveneens op mogelijkheden en wensen oriënteren. Per omschreven aanbod wordt tevens aangegeven bij wat voor aanbieders u terecht kunt. Organisatie en financiering Wat kunt u zelf doen om scholing te organiseren en hoe zit het met de financiële kant?
1 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Voorwoord
Cliëntenparticipatie in de sociale zekerheid wint aan populariteit. Meestal gaat het om een cliëntenraad of panel. Toch is cliëntenparticipatie niet zo vanzelfsprekend. De betrokkenen, uitvoerders zowel als cliënten, worstelen met de vraag wat daar onder moet worden verstaan. Het is ook niet iets dat zij zomaar op een goede manier met elkaar kunnen verzorgen. Scholing en training zijn dan ook meestal noodzakelijk. Het is echter een veel voorkomend misverstand dat dit uitsluitend de cliënten betreft. Ook uitvoerders zullen een aantal zaken moeten leren. Zoals: • Signalen van cliënten leren verstaan. • Zich leren verplaatsen in de belevingswereld van cliënten. • Leren communiceren met cliënten. • De signalen en adviezen van cliënten leren vertalen naar het werkproces en de werkhouding tegenover cliënten. Ten aanzien van cliënten bestaat vaak het idee dat scholing vooral betrekking moet hebben op wetten, regelingen en procedures. Dat is niet onterecht, maar een eenzijdige gerichtheid op die onderwerpen brengt een gevaar met zich mee. Cliënten zullen dan de neiging hebben om zich aan de denkwereld en de taal van de uitvoerder aan te passen in plaats van het cliëntenperspectief te vertegenwoordigen. In deze brochure zullen we nader ingaan op de noodzaak van scholing voor participerende cliënten. De brochure biedt echter geen sluitende antwoorden op alle vragen. Omdat met betrekking tot cliëntenparticipatie allerlei opvattingen bestaan en veel nog niet is geregeld, bestaan er grote verschillen naar omstandigheden en mogelijkheden voor cliënten om te kunnen participeren. Zo hebben cliënten geen recht op scholing, tenzij dat geregeld is in een convenant met de uitvoeringsorganisatie of de gemeente. Maar zelfs dan is het maar de vraag wat er onder scholing wordt verstaan. Tot slot is ook niet overal een goed scholingsaanbod voor handen. Kortom, er kan geen uniform beeld van noodzakelijke en mogelijke scholing worden gegeven. Deze brochure biedt een handreiking om dit voor uzelf te bepalen en te organiseren. Catrinus Egas, bureau AanZ
2 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Wat kan ik me bij scholing voorstellen? Een verkenning In de praktijk wordt meestal gesproken over scholing maar in feite gaat het om leren in heel verschillende vormen. We kunnen daarin het volgende onderscheid maken: • Scholing (kennis) • Training (van vaardigheden) • Instructie (hoe om te gaan met) • Coaching (leren in de praktijk) • Uitwisseling (van kennis en ervaring)
Aandachtspunten 1. Op eigen wijze leren Hoewel al deze vormen voor iedereen in meerdere of mindere mate van belang zijn, leren mensen toch vooral op hun eigen wijze. De een leert het meest via kennisoverdracht, de ander juist meer in de praktijk. De een zoekt iets het liefst zelf uit, de ander heeft het liefst dat iemand het voordoet. De een pikt dingen snel op, een ander moet er eerst eens over nadenken. De een ziet vooral veel details, de ander houdt zich het liefst bezig met de grote lijnen. 2. Individueel of collectief Scholing kan worden gericht op individuele cliënten maar ook op een groep. Zo kan een startende cliëntenraad bijvoorbeeld met elkaar een basiscursus cliëntenparticipatie volgen. Een groep kan worden gecoached om uit eigen praktijk te leren. Een groep kan ook ervaringen en kennis uitwisselen met een andere groep of cliëntenraad of deelnemen aan een uitwisselingsbijeenkomst. 3.Interesse en ambitie Het is goed om rekening te houden met zaken waar de betrokkenen goed in zijn of waar ze aardigheid in hebben. Zo kan iemand vooral aanleg hebben om zich met de technische kanten van de sociale zekerheid bezig te houden. Een ander zal wellicht weer goed zijn in het overleg met uitvoerders. Iemand kan het liefst praktische werkzaamheden verrichten. Weer een ander is misschien goed in het organiseren van activiteiten of in het omgaan met mensen. Kortom, bij scholing gaat het om zaken die voor alle participerende cliënten van belang zijn maar er moet ook rekening worden gehouden met enige specialisatie. 4. Emotioneel leerproces Mensen leren niet alleen met hun verstand (kennis en begrip) maar ook emotioneel. Een persoon kan als het ware groeien, winnen aan persoonlijkheid. We willen hiermee niet suggereren dat cliënten in therapie moeten worden genomen. Toch is het van belang om in het kader van cliëntenparticipatie hier aandacht aan te besteden. Veel cliënten hebben emotionele schade opgelopen of hebben weinig kans gehad om hun persoonlijkheid te ontwikkelen. Wie onzeker is, weinig vertrouwen in zichzelf en zijn omgeving heeft en geneigd is om zichzelf te verstoppen, zal niet goed kunnen participeren. Door kennis, inzicht, ervaring, ondersteuning en respect van anderen kan iemand groeien in zelfkennis, zelfwaardering en zelfverzekerdheid. Het zijn noodzakelijke ingrediënten voor een goede participatie. Overigens geldt dit niet alleen individueel maar ook in groepsverband. Ook een groep kan door gezamenlijke ervaring en inzicht en door onderlinge steun en respect winnen aan zelfwaardering en zelfverzekerdheid. Om dit groeiproces te bevorderen is meestal onderlinge steun en (professionele) begeleiding van buitenaf noodzakelijk. 5. Aansluiten bij eigen mogelijkheden Het is belangrijk om uit te gaan van de mensen zelf en van hun eigen mogelijkheden. Dat geldt in het algemeen voor participatie, het geldt ook voor scholing. Sluit dus aan bij de eigen taal, de manier van zeggen en benaderen, de eigen belevingswereld. Cliënten moeten niet de rol van een ambtenaar leren spelen maar moeten vanuit hun eigen taal en perspectief leren communiceren met uitvoerders. Individuele cliënten zijn heel verschillend. De een is heel bedreven in vergaderen en praat gemakkelijk, een ander wellicht niet. De een heeft ervaring met het lezen van lange en ingewikkelde stukken, een ander juist helemaal niet. De een snapt abstracte teksten over wetten of beleid, de ander moet 3 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
het juist heel praktisch worden verteld. Belangrijk is dat de ene cliënt niet de maat stelt voor de andere. Degene die goed ambtelijke stukken kan lezen en goed kan vergaderen is niet om die reden meer waard. Ook andere vaardigheden zijn belangrijk. Iemand die goed met mensen kan omgaan, goed kan luisteren en goed kan omgaan met zijn eigen ervaringen, zal wellicht een goed inzicht opbouwen in waar het beleid en de uitvoering wringen en welke verbeteringen moeten worden aangebracht. Zo iemand zal dat waarschijnlijk alleen kunnen vertellen aan de hand van concrete voorbeelden. Ook dat is van groot belang. Een ander moet dat dan maar vertalen in beleid. Ieder zijn vak, om het zo maar te zeggen.
Een integrale aanpak
Als we scholing niet alleen maar opvatten als een cursus maar als een leertraject is het van belang om oog te hebben voor een integrale aanpak, voor een samenhang van verschillende elementen. Cliëntenparticipatie leer je niet door een cursus. Het vergt vooral een leerproces. Voor een deel zal het gaan om het organiseren van cursussen en trainingen. Voor een ander deel zal het vooral aankomen op praktijkbegeleiding. Instructie kan het best direct worden verbonden met de activiteit waarop de instructie is gericht. Als u bijvoorbeeld een enquête wilt organiseren kunt u gebruik maken van bestaande vormen en methoden. Degenen die het gaan uitvoeren kunnen dan worden geïnstrueerd. Juist door de nadruk te leggen op het leerproces is het goed om scholing in te bedden in ondersteuning van dat proces. (Over ondersteuning is een andere brochure beschikbaar.) Bijvoorbeeld Laten we het voorbeeld nemen van een beginnend lid van de cliëntenraad. Een eerste leerproces kan dan worden ingericht met de volgende onderdelen: • Een of meer cursussen gericht op basisvaardigheden en basiskennis naar behoefte en noodzaak. • Een basiscursus cliëntenparticipatie • Een persoonlijke mentor (bijvoorbeeld een ervaren lid van de cliëntenraad) • Deelname aan uitwisselingsbijeenkomsten Afhankelijk van de ervaring, mogelijkheden en interesse van de betrokken persoon kan daar in een tweede fase eventueel een specialisatie aan worden toegevoegd, zoals: • Meer kennis van de sociale zekerheid • Lezen van ambtelijke beleidsnota’s • Financieel beheer • Notuleren en correspondentie • Voorzitten en leiden van bijeenkomsten • Het organiseren van activiteiten • Overleggen en onderhandelen Kinderen leren niet alleen op school maar ook van hun ouders. Ze leren door zelf boeken te lezen of naar de tv te kijken en ze leren veel van vriendjes en vriendinnetjes. Zo geldt dat ook voor het leerproces in het kader van cliëntenparticipatie. Voor sommige onderdelen moet je scholingsinstituten inschakelen (cursussen en trainingen). Voor instructies gaat het om mensen die goed kunnen uitleggen hoe iets werkt. Voor andere onderdelen gaat het vooral om begeleiding. Dan moet een mentor of coach worden ingeschakeld. Bedenk ook dat het niet altijd hoeft te gaan om professionele krachten of instanties. Cliënten kunnen ook van elkaar veel leren. Daarom is uitwisseling van kennis en ervaring heel belangrijk.
4 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Scholingsplan of niet?
Scholing kan worden ondergebracht in een planmatig traject. Voor een deel zal dat ook wel moeten. Een startende cliëntenraad zal zich bijvoorbeeld moeten oriënteren op de eigen rol, doelen en mogelijkheden. Het ligt dan voor de hand om met elkaar een basiscursus cliëntenparticipatie te volgen en om kennis te nemen van ervaringen en opvattingen van andere cliëntenraden. Als u een enquête wilt organiseren onder cliënten, is het handig om eerst te leren hoe u dat het beste kunt doen. Dat valt allemaal te plannen. Voor een deel is het echter niet mogelijk. Mensen kunnen zich spontaan aanmelden als lid van een cliëntenraad of om mee te doen aan een activiteit. Leren van andere groepen en cliëntenraden kan heel gericht gebeuren maar vaak gebeurt dat ook spontaan tijdens uitwisselingsbijeenkomsten. Wat je in de praktijk leert laat zich ook niet altijd plannen. Met het oog hierop is het van belang om de faciliteiten en de voorwaarden goed te regelen. Zorg dus dat er geregeld gebruik gemaakt kan worden van verschillend aanbod, zoals: • Een basiscursus cliëntenparticipatie • Een basiscursus sociale zekerheid • Training van basisvaardigheden • Een geregeld (uitwisselings)overleg met andere groepen en cliëntenraden (een netwerk is van groot belang!) • Beschikbaarheid van ondersteuning en begeleiding (individueel en collectief) Mensen en groepen kunnen dan naar behoefte kiezen om daar gebruik van te maken of worden in omstandigheden gebracht (bijvoorbeeld met begeleiding of tijdens een overleg) waarin de kans bestaat dat ze iets opsteken, inzicht krijgen, enzovoorts.
5 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Een checklist van scholingsonderwerpen Hieronder treft u een overzicht aan van mogelijke onderwerpen waaraan in diverse vormen van "scholing" aandacht kan worden besteed. U kunt deze lijst gebruiken als checklist voor het omschrijven van uw persoonlijke behoefte of de behoefte van de groep (bijvoorbeeld de cliëntenraad of het collectief van de cliëntenorganisatie). Niet alle onderwerpen hoeven dus van toepassing te zijn. De lijst is niet uitputtend, u kunt deze ongetwijfeld zelf naar behoefte aanvullen. De onderwerpen staan in willekeurige volgorde. U kunt zelf bepalen of u onderwerpen wilt combineren en welke u de belangrijkste vindt. Bij sommige onderwerpen staan verwijzingen naar bestaande vormen en aanbod, dat elders in deze brochure wordt beschreven. Verder wordt aangegeven of het individueel of collectief moet worden aangeboden. Als u, met behulp van deze checklist, uw scholingsbehoefte heeft geformuleerd kunt u dit vergelijken met bestaand aanbod om zo uw keuze te maken. Het kan ook worden gehanteerd als basis voor een gesprek over scholingsaanbod op maat. U kunt de aanbieder een kopie geven van uw overzicht. Na bespreking, toelichting, aanvulling en bijstelling, kunt u vragen om een offerte. In die offerte wordt het aanbod omschreven en de eventuele kosten vermeld. Op basis van zo’n offerte kunt u een overeenkomst aangaan of, als dat nodig is, subsidie vragen.
Checklist •
• • • • • • • • • • • • • •
Verhelderen van de opvatting over cliëntenparticipatie, doel en aard van de activiteiten (basiscursus cliëntenparticipatie) (collectief) Planmatig werken, prioriteiten stellen en strategische keuzes maken ( basiscursus cliëntenparticipatie; coaching en ondersteuning) (collectief) Samenwerking en onderlinge communicatie (basiscursus cliëntenparticipatie; coaching en ondersteuning) (collectief) Verheldering persoonlijke motieven (basiscursus cliëntenparticipatie; individuele coaching) (individueel en collectief) Omgang met (basis)wantrouwen en onzekerheid (coaching) (individueel) Omgang met eigen ambities (basistraining) (individueel en collectief) Eigen ervaring plaatsen in collectief verband; ervaringen collectiveren (basistraining; coaching) (individueel en collectief) Kweken van zelfbewustzijn en zelfvertrouwen (coaching) (individueel en collectief) Sociale zekerheid en besluitvormingsprocessen (basiscursus; specialisatie) (voornamelijk individueel) Vergaderen en overleggen (basistraining) (individueel en collectief) Wijze van raadplegen achterban, cliënten (basiscursus cliëntenparticipatie; coaching en ondersteuning; aanreiken mogelijkheden en instructie) (collectief) Analyseren praktijkervaringen; formuleren van standpunten en adviezen (basiscursus cliëntenparticipatie; specialisatie; coaching) (collectief en individueel) Onderhandelen en presenteren van praktijksignalen en adviezen (basiscursus cliëntenparticipatie en specialisatie) (individueel en collectief) Communicatie met uitvoerders; gebruik van eigen "taal"; overbruggen van de kloof tussen de belevingswereld van cliënten en de systeemwereld van uitvoerders (cultuur, wijze van denken en beoordelen) (zie bij onderhandelen) Omgang met ambtenaren, functionarissen en managers (basiscursus cliëntenparticipatie; cursus beeldvorming en toetsing) (bij voorkeur collectief)
Tip: Het kan zijn dat u voor het hele aanbod bij één aanbieder terecht kunt. Dat is zeker het geval als het een steuninstelling of een grote cliëntenorganisatie betreft. Zij voeren dan niet alles zelf uit maar organiseren voor u de scholing. Als dat niet kan zult u wellicht met verschillende aanbieders te maken krijgen. Het is dan van belang om het aanbod goed op elkaar afgestemd te krijgen, zonder overlap naar inhoud en tijd. Dat kunt u zelf verzorgen maar het is ook denkbaar dat u met alle aanbieders tegelijk om de tafel gaat zitten om een goed afgestemd totaalplan te maken. Afzonderlijke aanbieders vraagt u dan om voor hun deel offertes te maken.
6 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Tip: Scholing kan op verschillende locaties worden verzorgd. Soms kan dat bij u in het gebouw of dichtbij. Soms moet u er voor naar een locatie elders in de provincie of het land. Als u voorkeuren heeft, bespreek dan of men daar rekening mee kan houden. Tip: Afhankelijk van uw mogelijkheden kunt u een aantal zaken ook zelf regelen. U kunt daar bijvoorbeeld voor kiezen om kosten uit te sparen of om zelf meer betrokken te zijn bij de organisatie. Voorbeelden zijn: het verzorgen van de werving, het regelen van de financiering, deelnemen in de opzet en de uitvoering. Tip: Financieringsbronnen kunnen zijn: • gemeente • uitvoeringsinstantie • provincie (vooral bij ontwikkeling van nieuw aanbod) • via de aanbieders (zij hebben vaak eigen subsidiekanalen) • kerkelijke en maatschappelijke fondsen (vragen bij provinciale steuninstellingen) • een combinatie van bronnen
7 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Een overzicht van scholingsaanbod
In onderstaand overzicht is onderscheid gemaakt naar de inhoud van scholing. Het overzicht is verre van compleet. Het kan echter worden gebruikt als aanvulling op de checklist om de eigen behoefte te bepalen en voor overleg met aanbieders van scholing. Bij het betreffende aanbod worden aanbieders vermeld.
Basiskennis en basisvaardigheden
Alvorens cliënten kunnen gaan participeren in een cliëntenraad of panel moeten zij een aantal dingen kunnen en kennen. Daarbij kan worden gedacht aan: • Vergaderen en overleggen • Basiskennis van de betreffende sociale wetten, regels en procedures • Inzicht in de besluitvormingsprocedures van een gemeente • Inzicht in de organisatie van de sociale zekerheid Kunnen omgaan met de "ballast" van eigen ervaringen. (De omgang met andere cliënten en met uitvoerders en het praten over de uitvoeringspraktijk kan erg confronterend zijn. Allerlei ervaringen en herinneringen kunnen dan boven komen. Wie deze niet heeft verwerkt en deze niet kan hanteren kan moeilijk functioneren in de participatie.) Kunnen omgaan met de eigen ambities. (Participeren doe je collectief en ten behoeve van alle cliënten. Eigen ambities moeten daarom niet de overhand gaan nemen.) Toelichting: deze kennis en vaardigheden zijn in het algemeen van belang als men actief wil zijn in een belangenorganisatie van cliënten of uitkeringsgerechtigden. Aanbod: het komt bijna niet voor dat al deze onderwerpen in één cursus worden behandeld. Vooral kennis van wetten, regels en procedures wordt over het algemeen afzonderlijk aangeboden en op heel verschillende niveaus. Individueel of collectief: in het algemeen wordt het aanbod gericht op individuele deelnemers. Aanbieders: Met name provinciale en landelijke cliëntenorganisaties en de vakbeweging organiseren veel van dit soort cursussen. Voor de uitvoering daarvan schakelt men meestal trainings- en scholingsinstituten in. Vooral veel praktische trainingen worden verzorgd door provinciale steuninstellingen voor het welzijnswerk. Op technische onderwerpen, zoals wetskennis en besluitvormingsprocedures van gemeenten, doen ook uitvoerders vaak een aanbod in het kader van cliëntenparticipatie. Tip: bespreek altijd wat uw behoefte is en bekijk of het aanbod daarbij past. Hoewel u meestal een van de vele deelnemers bent en de cursus niet op al uw persoonlijke wensen kan worden gesneden, is het toch van belang om te controleren of het de juiste cursus voor u is. Bovendien kan het ideeën opleveren om de cursus te verbeteren. Tip: als u gebruik maakt van het aanbod van uitvoerders, bepaal dan zelf mee wat de inhoud en het niveau van de cursus moet of kan zijn. Tip: het komt veel voor dat scholingsinstituten ambtenaren of functionarissen inhuren om hun technische kennis over te dragen aan cliënten. Het scholingsinstituut zorgt dan voor een verantwoorde uitvoering van de cursus. Bespreek daarom met de uitvoerder de mogelijkheid om hun aanbod via zo’n instituut te laten uitvoeren.
8 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Basiscursus cliëntenparticipatie
Diverse (provinciale) cliëntenorganisaties, de vakbeweging en scholingsinstituten hebben basiscursussen ontwikkeld. Deze zijn speciaal gericht op cliëntenparticipatie en niet of nauwelijks op algemene kennis en vaardigheden (daarvoor bestaan dan weer andere cursussen). In een basiscursus kunnen onder andere de volgende onderwerpen aan de orde komen: • Ontdekken wat nodig is om te kunnen participeren • Participatie is meer dan alleen het overleg (cliëntenraad) • Het definiëren van de "achterban" (namens wie zit je in de cliëntenraad) • Mogelijkheden van consultatie van de achterban (cliënten) • Activiteiten (zoals onderzoek) uitbesteden of niet? • Welke ambities heb je bij participatie (bijvoorbeeld hoeveel invloed) • Het stellen van prioriteiten • Het maken van een werkplan voor de participatie • Het helder formuleren en presenteren van signalen en adviezen • Onderhandelen • Persoonlijke motieven om te participeren • Team-vorming Toelichting: de meeste mensen stellen zich bij cliëntenparticipatie alleen een cliëntenraad of panel voor. Vaak heeft men geen idee dat het ook om heel andere activiteiten kan gaan en dat er heel wat bij komt kijken om in een raad of panel goed te kunnen functioneren. In een basiscursus cliëntenparticipatie vindt een verkenning van dit soort zaken plaats. Aanbod: deze cursus komt voor in de vorm van meerdaagse bijeenkomsten maar ook in de vorm van een serie eendaagse bijeenkomsten. Individueel of collectief: het aanbod kan algemeen zijn, gericht op individuele deelnemers (bijvoorbeeld beginnende cliëntenraadsleden). Het kan ook collectief en eventueel op locatie worden aangeboden (bijvoorbeeld voor een startende cliëntenraad). Aanbieders: Diverse provinciale en landelijke cliëntenorganisaties en de vakbeweging organiseren dergelijke cursussen, waarbij meestal scholingsinstituten en/of provinciale steuninstellingen worden ingeschakeld. Deze instituten en instellingen kunnen ook rechtstreeks worden benaderd voor een aanbod. Tip: als het gaat om beginnende cliëntenraadsleden is het vaak van belang om het aanbod af te stemmen met cursussen voor basiskennis en –vaardigheden. Het verdient dan aanbeveling om een op de persoon afgestemd scholingsplan te maken naar inhoud en tijd. Tip: als het een cursus betreft voor een collectief, zoals een startende cliëntenraad, kan de inhoud zeer goed op de gezamenlijke behoefte worden afgestemd. Bespreek dat daarom met de aanbieder van de cursus. Deze heeft daar bovendien baat bij om op die manier het aanbod te verbeteren.
Vervolgcursus cliëntenparticipatie
Dit betreft een vervolg op de basiscursus. De inhoud is in grote lijnen overeenkomstig, maar sommige onderdelen kunnen verder worden uitgediept. Ook kan gebruik gemaakt worden van de, inmiddels opgebouwde, praktijkervaring van de deelnemers. Zie voor verdere informatie bij de basiscursus. Tip: dit soort cursussen zijn meestal nog in ontwikkeling. Bespreek daarom de inhoud en de wijze van uitvoering en stem dit goed af met de behoefte.
9 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Cursus beeldvorming
Cliënten, ambtenaren, functionarissen en managers bespreken en toetsen het beeld dat ze van elkaar hebben. Toelichting: cliëntenraadsleden en ambtenaren of functionarissen hebben over en weer vaak sterke vooroordelen. Ook hebben ze veelal heel verschillende ideeën over wat ze met elkaar kunnen in het kader van cliëntenparticipatie. Dit kan de praktijk en de ontwikkeling van cliëntenparticipatie ernstig belemmeren. AanZ brengt vaak onder de aandacht dat cliëntenparticipatie meer is dan alleen een formeel geregelde inspraak. Het gaat vooral om de wil van beide kanten om met elkaar te communiceren en zeker van een uitvoerende instantie vraagt dat een cultuuromslag. Cliënten merken dat ambtenaren ook maar mensen zijn en dat je ze ook op die manier kunt aanspreken. Omgekeerd merken ambtenaren dat cliënten niet alleen maar ‘zorgobjecten’ of fraudeurs of naamloze dossiers zijn. Je merkt dat het de ogen opent en uitnodigt tot communiceren. Aanbod: er bestaan cursussen en bijeenkomsten van verschillende vorm en aard. Er zijn landelijke cursussen waaraan cliënten en (gemeentelijke) uitvoeders uit het hele land deelnemen. Er zijn ook cursussen en bijeenkomsten die dicht bij huis (regionaal of plaatselijk) worden gegeven voor cliëntenraden en de daarbij betrokken ambtenaren. In die gevallen wordt het vaak ingezet als startcursus bij een nieuwe cliëntenraad met meestal vervolgbijeenkomsten na een half jaar en een jaar. Individueel of collectief: de voorkeur gaat uit naar een collectieve aanpak op maat naar de betreffende situatie van een cliëntenraad. Dat heeft het voordeel dat het aansluit bij het ontwikkelingsproces dat alle deelnemers, ook na de cursus, met elkaar verder zullen moeten doormaken. Aanbieders: Provinciale cliëntenorganisaties, waarbij meestal trainingsinstituten en/of provinciale steuninstellingen worden ingeschakeld. Deze instituten en instellingen kunnen ook rechtstreeks worden benaderd voor een aanbod. Tip: als u gebruik wilt maken van dit aanbod, verdient het aanbeveling om hierover afspraken te maken met de uitvoeringsorganisatie (sociale dienst, UWV, CWI) voor gezamenlijke deelname en met betrekking tot de financiering. Tip: neem deze cursus op in uw afspraken met de uitvoeringsorganisatie over de start en de (tussentijdse) evaluatie van de cliëntenraad. Tip: als aanvulling wordt goede ervaring opgedaan met werkbezoeken van cliënten(raden) aan de instantie en met een direct overleg met uitvoerenden op de ‘werkvloer’.
10 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Instructie voor het gebruik van participatie-instrumenten
Er zijn en worden diverse instrumenten ontwikkeld voor de praktijk van cliëntenparticipatie. Deze kunnen door iedereen worden benut maar vaak is speciale instructie nodig om er goed gebruik van te kunnen maken. Toelichting: de participatie komt vooral tot uitdrukking in het overleg met de uitvoerder (cliëntenraad of panel). Nu kun je gaan zitten wachten tot de uitvoerder de cliëntenraad vraagt om advies. Effectiever is het om zelf het initiatief te nemen en zelf praktijksignalen en adviezen aan te dragen. Daarvoor is het nodig om de uitvoeringspraktijk te onderzoeken, cliënten te vragen naar hun ervaring en mening, ideeën voor verbetering te bespreken, enzovoorts. Die activiteiten noemen we participatieinstrumenten. Het zijn instrumenten om te kunnen participeren. Aanbod: dit verschilt van onderwerp tot onderwerp. Soms is intensieve instructie noodzakelijk in speciale bijeenkomsten, eventueel gekoppeld aan training en begeleiding. Soms is de instructie vooral gebaseerd op schriftelijk materiaal waar ondersteunende toelichting op wordt gegeven. Individueel of collectief: over het algemeen gaat het om collectieve activiteiten en zal het aanbod worden gericht op de groep die ermee aan de slag gaat. Aanbieders: het beste kunt u informeren bij provinciale en landelijke cliëntenorganisaties en vakbeweging. Deze organisaties hebben veel instrumenten ontwikkeld of laten ontwikkelen.
Al doende leren
Leren in de praktijk, al dan niet met inzet van kennis en vaardigheden die in cursussen en trainingen werden opgedaan, is een heel algemene leermethode. Iedereen doet dat voor zichzelf maar het wordt pas echt effectief als dat gebeurt onder begeleiding van een coach. Toelichting: het is al eerder gesteld in deze brochure: cliëntenparticipatie leer je niet met een cursus of training. De kunst wordt (soms moeizaam) vooral in de praktijk ontwikkeld. Wie planmatig te werk gaat kan met een goede voorbereiding en evaluatie zichzelf (planmatig) veel leren. Nog effectiever wordt het als dat met de hele groep gebeurt en onder begeleiding van een coach. Aanbod: coaching is een nog nauwelijks voorkomende praktijk. Provinciale cliëntenorganisaties hebben vaak mensen in dienst die deze rol vervullen. Soms worden daarvoor medewerkers van provinciale steuninstellingen ingeschakeld. Slechts hier en daar bieden lokale instellingen deze vorm van begeleiding. Soms wordt ervaren kader ingezet om te coachen. Individueel of collectief: het heeft de voorkeur om deze functie vooral op het collectief te richten. Het is ook mogelijk om het individueel in te zetten als vorm van persoonlijke begeleiding. Meestal gaat het dan om de inzet van ervaren cliënten of cliëntenraadsleden ten behoeve van beginnende. Aanbieders: u kunt het beste informeren bij provinciale cliëntenorganisaties en provinciale steuninstellingen. Tip: het verdient aanbeveling om het op te nemen in een algemene ondersteuningsactiviteit. De ondersteuner heeft dan tevens een coachende rol. Tip: over ondersteuning is bij AanZ een speciale brochure beschikbaar.
11 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Specialisatie
Er bestaat zeer uiteenlopend aanbod op speciale onderwerpen. Dat kan een onderdeel zijn van algemeen cursus- en trainingsaanbod (bijvoorbeeld discussie- en vergadertechniek). Het kan ook specifiek gericht zijn op een bepaalde activiteit (bijvoorbeeld wetskennis voor spreekuurhouders). Soms betreft het aanbod dat meer direct gekoppeld is aan cliëntenparticipatie. Toelichting: op het punt van kennis en vaardigheden kan het wenselijk of zelfs noodzakelijk zijn specialismen te ontwikkelen. Niet elk lid van de groep of de cliëntenraad hoeft hetzelfde te kunnen. Bovendien kan het werk op die manier gemakkelijker worden verdeeld. Aanbod: zie hierboven. Individueel of collectief: meestal individueel, soms collectief. Aanbieders: Provinciale en landelijke cliëntenorganisaties en vakbeweging. Provinciale steuninstellingen en scholingsinstituten Tip: u kunt informeren bij een van de aanbieders of u zich kunt inschrijven voor een geplande cursus. U bent dan afhankelijk van gepland aanbod en de vraag of er nog ruimte voor u is. U kunt ook bij collega-organisaties en cliëntenraden in uw omgeving informeren of er meer mensen zijn die een dergelijke cursus willen volgen. Zo kunt u proberen om zelf een groep samen te stellen om u vervolgens als groep aan te melden. Over het algemeen is men dan wel bereid om de cursus uit te voeren. Informeer wel vooraf om hoeveel personen het moet gaan.
Uitwisselings- en themabijeenkomsten
Deze bijeenkomsten zijn gericht op overdracht en uitwisseling van kennis en ervaring. Voor een deel gebeurt dat gepland aan de hand van het programma. Voor een deel gebeurt dat spontaan. Befaamd (en belangrijk) zijn dan ook de pauze- of "wandelgang"-contacten. Toelichting: Juist door cliënten, die zich met participatie bezighouden, bij elkaar te brengen wordt niet alleen bijgedragen in de vorming van een netwerk maar wordt ook heel gericht gelegenheid geboden om met elkaar kennis, ervaringen en inzichten uit te wisselen. Het netwerk is belangrijk om op elk gewenst moment elkaar te kunnen vinden voor informatie en steun, maar ook om eventueel samenwerking aan te gaan op bepaalde activiteiten. Aanbod: dit is zeer uiteenlopend en ook niet overal geregeld voor handen. Soms gaat het om incidentele bijeenkomsten, soms gaat het om geregeld overleg binnen een landelijk of provinciaal netwerk. Individueel of collectief: hoewel het vooral ten goede komt aan collectieven (cliëntenorganisaties of cliëntenraden) zijn het meestal vertegenwoordigers van die collectieven die deelnemen aan deze bijeenkomsten. Als het goed is zullen zij hun bevindingen en gelegde contacten doorgeven aan de groep. Ook kan de groep meestal via verslagen kennis nemen van de bijeenkomsten. Aanbieders: Meestal ligt het initiatief en de begeleiding bij provinciale of landelijke cliëntenorganisaties en vakbeweging. Provinciale steuninstellingen zijn hier vaak bij betrokken of op aanspreekbaar. Tip: er worden ook goede ervaringen opgedaan met uitwisselingsbijeenkomsten waaraan niet alleen cliënten deelnemen maar ook ambtenaren en functionarissen van uitvoeringsinstanties.
12 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Wie organiseert en betaalt de scholing?
Hierop valt niet een algemeen antwoord te geven. Omdat er met betrekking tot cliëntenparticipatie allerlei opvattingen heersen en veel nog niet is geregeld, bestaan er grote verschillen naar omstandigheden en mogelijkheden. Zo bestaat er geen algemeen recht op scholing, maar mogelijk is dat in uw situatie wel geregeld in een convenant met de uitvoeringsorganisatie of de gemeente. Toch is het ook in dat geval de vraag wat er onder scholing wordt verstaan. Overigens is ook niet overal een goed scholingsaanbod voor handen. Verschillende vormen van scholing Omdat u met cliëntenparticipatie bezig bent zult u wellicht alleen denken aan scholing die daarop is gericht. Zoals u in de vorige hoofdstukken heeft kunnen lezen kan het echter gaan om heel verschillende vormen. Veel nuttige scholing komt voor in algemeen en regulier aanbod. Speciaal op het onderwerp cliëntenparticipatie gerichte scholing komt nog niet zoveel voor. Allerlei vormen van coaching bestaan, maar het kan heel goed zijn dat u veel moeite moet doen om ondersteuning en begeleiding geregeld te krijgen. U zult dus rekening moeten houden met verschillende vormen van scholing en verschillende soorten aanbod. Meestal zult u zonder al te veel moeite gebruik kunnen maken van algemeen voorkomende cursussen en trainingen. In andere gevallen zult u meer moeite moeten doen. In enkele gevallen zult u er misschien op moeten aandringen dat er aanbod wordt ontwikkeld. Het beste kunt u daarvoor terecht bij provinciale steuninstellingen en bij provinciale en landelijke cliëntenorganisaties en vakbeweging. In het vorige hoofdstuk kunt u naar soort scholing meer aanwijzingen vinden. Eigen keuzes maken Als u, met behulp van deze brochure, uw scholingsbehoefte heeft geformuleerd kunt u dit vergelijken met bestaand aanbod om zo uw keuze te maken. Het kan ook worden gehanteerd als basis voor een gesprek over scholingsaanbod op maat. U kunt de aanbieder een kopie geven van uw overzicht. Na bespreking, toelichting, aanvulling en bijstelling, kunt u vragen om een offerte. In die offerte wordt het aanbod omschreven en de eventuele kosten vermeld. Op basis van zo’n offerte kunt u een overeenkomst aangaan of, als dat nodig is, subsidie vragen. Tip: Het kan zijn dat u voor het hele aanbod bij één aanbieder terecht kunt. Dat is zeker het geval als het een steuninstelling of een grote cliëntenorganisatie betreft. Zij voeren dan niet alles zelf uit maar organiseren voor u de scholing. Als dat niet kan zult u wellicht met verschillende aanbieders te maken krijgen. Het is dan van belang om het aanbod goed op elkaar afgestemd te krijgen, zonder overlap naar inhoud en tijd. Dat kunt u zelf verzorgen maar het is ook denkbaar dat u met alle aanbieders tegelijk om de tafel gaat zitten om een goed afgestemd totaalplan te maken. Afzonderlijke aanbieders vraagt u dan om voor hun deel offertes te maken. Financiering Aan scholing zijn kosten verbonden. Wat dat voor u betekent kan van situatie tot situatie verschillen. Er bestaat niet zoiets als een algemeen scholingsfonds voor cliëntenparticipatie. De financiering loopt dan ook langs heel verschillende kanalen en soms moeten nieuwe kanalen worden aangeboord (bijvoorbeeld een uitvoeringsinstantie). Er is veel voorkomend scholingsaanbod (via provinciale cliëntenorganisaties, steuninstellingen en vakbeweging) waaraan voor u geen of maar zeer weinig kosten zijn verbonden. De financiering ervan is dan al geregeld. Dat geldt soms ook voor (bescheiden mate van) coaching en ondersteuning. In andere gevallen zal er extra geld moeten komen om die ondersteuning te kunnen bieden. Veel cursussen die speciaal gericht zijn op het onderwerp cliëntenparticipatie zullen geld kosten. In dat geval zult u bij de gemeente of bij de uitvoeringsinstantie kunnen vragen om deze kosten voor u te vergoeden. Zo’n verzoek kunt u het beste onderbouwen met een offerte van de aanbieder (zie ook hierboven bij "eigen keuzes maken"). Tip: in veel gevallen kunt u ook de aanbieder vragen om de subsidie voor u in orde te maken of om u te helpen bij het aanvragen ervan.
13 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]
Enige hulp kunt u vast wel gebruiken Juist door de nadruk te leggen op het leerproces is het goed om scholing in te bedden in ondersteuning van dat proces. Als u om ondersteuning vraagt is het verstandig deze ook te richten op hulp bij het organiseren van scholing. (Over ondersteuning is bij AanZ een andere brochure beschikbaar.)
14 Juli 2005, Bureau AanZ, Bonkelaarweg 11, 4105 HG Culemborg, 0345 53 16 69, Website: www.aanz.org E-mail
[email protected]