MINI-DOSSIER THAILAND
Cijfers en mensen Het land Ligging: Thailand ligt centraal in Zuid-Oost Azië en grenst aan Myanmar, Laos, Cambodja, Maleisië en aan de Andamanse zee en de Golf van Thailand. Oppervlakte: 513.000 km², ongeveer de grootte van Frankrijk. Landschap: erg verscheiden met bergen, tropisch woud en vlakten. Het klimaat is tropisch en bepaald door de moessons. Hoofdstad: Bangkok. Phuket en Pattaya zijn als badplaats bekend bij westerse toeristen. Regeringsvorm: grondwettelijk koninkrijk. Koning Bhumibol zit al sinds 1946 op de troon en is daarmee de langst regerende monarch ter wereld. Thailand kende een lange periode van militair bewind. Van 1992 tot 2006 wisselen democratisch verkozen regeringen elkaar af. In September 2006 zette het leger Eerste Minister Thaksin af. Eind 2007 waren er verkiezingen en trokken de militairen zich terug. Huidig Eerste minister is Samak Sundaravej. Munteenheid: Baht. 100 Baht is ongeveer 2 euro waard.
De bevolking Aantal inwoners: 64 miljoen inwoners, waarvan 14 % Chinezen. Officiële taal: is het Thai. Thai betekent trouwens ‘Vrij’. Lange tijd heette het land Siam.
Belangrijkste exportproducten: Thailand is de belangrijkste exporteur van rijst ter wereld. Rijst beslaat 55% van de landbouwgrond. Daarnaast ook zeevruchten en vis, computers, auto’s, textiel, rubber. Economie: Landbouw is goed voor 8.9% van het Bruto Binnenlands Product. Toerisme draagt 6% bij aan de economie. Andere sectoren zijn textiel en kleding, cement, electronica en auto assemblage. Actieve bevolking: 37 miljoen. 43 % van hen is actief in de landbouw. Werklozen: Over het aantal werklozen lopen de cijfers zeer sterk uiteen. Officieel is slechts 1,5% werkeloos. Maar zeer veel mensen zijn actief in de informele sector.
Godsdienst: de grote meerderheid is Buddhistisch; er is een kleine moslim gemeenschap in de zuidelijke provincies.
Thailand
België
Levensverwachting Aantal dokters op 100.000 inwoners Sterfte van kinderen onder de 5 (per1000) Alfabetiseringsgraad vrouwen Alfabetiseringsgraad mannen Stedelijke bevolking Bevolking met minder dan 1,5 euro per dag Plaats op Index menselijke ontwikkeling
69,6 37 21 90,5% 94,9 % 32,3% 25,2% 78ste
78,8 449 5 - 97,2% 17de
Bronnen: BBC Country profile, Wikipedia, Human Development Report 2007-2008
Meer info? www.waardigwerk.be www.11.be
THAILAND
Campagnethema Waardig Werk Op zoek naar de goedkoopste werkkrachten... Arbeidsrechten ontmanteld Jarenlang was de textielsector een goeddraaiende motor in de Thaise economie. Maar door toenemende concurrentie met Vietnam, China en andere landen, kwam deze arbeidsintensieve sector zwaar onder druk te staan. De textielbedrijven in Thailand zijn vooral in handen van kapitaal uit Taiwan en Zuid-Korea en zij zochten manieren om hun winsten te vrijwaren. Sommige bedrijven trokken zich terug uit Thailand en verplaatsten de productie naar een ander land, met een sociale puinhoop in hun kielzog. Op een actieve bevolking van om en bij de 37 miljoen werken nu naar schatting 11 miljoen mensen informeel, zonder bescherming tegen ziekte, zonder vast inkomen, zonder werkzekerheid. Besparen op de productiekosten gebeurt ook door tijdelijke contracten en onderaanneming tot op het niveau zelfs van thuiswerk. Op dit ogenblik is maar liefst twee derde van alle werknemers aan het werk via interim-kantoren! Vaste lonen zijn meer en meer vervangen door stukloon en de minimumlonen stagneren. Sociale bescherming en arbeidsrechten worden langzaamaan ontmanteld door dit proces van informalisering. Arbeidsmigranten Andere bedrijven gingen op zoek naar goedkopere arbeidskrachten in Thailand zelf. Ze vonden die onder de arme plattelandsbevolking van buurlanden als Cambodja en Myanmar en gingen werk uitbesteden aan onderaannemers in de grensgebieden. Sommige bedrijven verhuisden naar de grensregio om daar samen te werken met lokale overheden, koppelbazen en zelfs mensenhandelaars, in de zoektocht naar goedkope arbeid. De onzekere situatie van de legale en illegale migrantenarbeiders gaf ruimte voor een ongekende uitbuiting- tot zelfs slavernij. In Thailand is er een speciale arbeidsvergunning voor migranten die 3800 Baht, ongeveer 76 euro kost. Deze kaart wordt vaak door de werkgever betaald en vervolgens in beslag genomen en van het loon afgehouden. In 2005 besloot de overheid om het minimumloon van de migranten op hetzelfde peil te brengen als dat van de Thaismaar het minimumloon in de landelijke provincies blijft veel lager. En illegale arbeidskrachten kunnen nergens op tafel kloppen als hun rechten geschonden worden.
Foto: Tineke D’ haese
“Ik ben verbaal bedreigd en fysiek aangevallen door mijn werkgever, ik heb psychologische littekens van mijn leven in ballingschap. Maar het ergste aan het leven als migrant is dat er geen wet staat aan onze kant, geen bescherming, geen veiligheid en al helemaal geen rechten.” Ma Pwint Oo, 42 jaar, Birmaanse arbeidsmigrante in Thailand Mae Sot en omgeving De noordwestelijke grens van Thailand met Myanmar is poreus en er zijn dan ook geen precieze gegevens over het aantal arbeidsmigranten in de regio. Cijfers schommelen tussen 100.000 en 200.0000. Mae Sot telt ongeveer 35.000 autochtone inwoners en een 300tal hoofdzakelijk textielfabrieken. De grootste stellen meer dan 3000 mensen te werk, vooral migranten.
THAILAND
Ondanks de grote afstand van de haven van Bang Kok blijft Mae Sot aantrekkelijk voor de exportgerichte textielindustrie. Dat komt omdat hier migranten uit heel Myanmar blijven toestromen, die goedkope arbeidskracht leveren. De meeste fabrieken in Mae Sot draaien in onderaanneming van bedrijven in Bang Kok. Die geven seizoensorders door die de capaciteit van de bedrijven overstijgen. Om aan de orders te voldoen, worden de werkers gedwongen om te produceren in onaanvaardbare omstandigheden. Veel arbeiders werken aan stukloon, zonder contract en zonder garantie op het minimumloon. Als het druk is moeten de arbeiders onmenselijk lange uren kloppen zonder compensatie voor overuren. Als er geen orders zijn, hebben ze geen werk en geen inkomen. Foto: Tineke D’haese
Een concreet verhaal uit Mae Sot Factory ‘X’, gelegen aan de Song Kwae Road, produceert textiel en stoffen. De fabriek stelt 300 Birmaanse migranten te werk, met en zonder papieren. De werkomstandigheden zijn zo slecht dat arbeiders er ziek van worden. Daarom wilden 50 onder hen ontslag nemen. De werkgever weigerde echter om hun arbeidskaart terug te geven, die hij in beslag had genomen. Deze mensen verdienen 70 à 80 Baht per dag, na de aftrek voor elektriciteit, water, logies en terugbetaling van kosten voor de arbeidsvergunning. Het wettelijk minimumloon in Mae Sot zou ongeveer 143 Baht of nog geen 3 euro per dag moeten bedragen. 70 à 80 Baht, ongeveer 1,5 euro per dag, is zowat de helft daarvan en in geen geval een leefbaar loon. Uitbetaling van het loon liet bovendien een week tot zelfs een maand op zich wachten. De gewone werkuren zijn van acht tot vijf, maar de werkgever dwong de arbeiders vaak om vier overuren te werken, tot tien u ’s avonds. De vergoeding voor overwerk bedroeg nooit meer
dan 20 eurocent per dag, of 10% van de wettelijke voorziening. De fabriek heeft geen ramen en slechts één deur. Ventilatie is er nagenoeg niet. Arbeiders vallen geregeld flauw tijdens het werk. Er is geen ziekenboeg, onvoldoende water en arbeiders hadden vaak last van diarree. De 300 Birmaanse arbeiders leven op de tweede verdieping van de fabriek, die voorzien is van de meest primitieve sanitaire voorzieningen. Na een ontmoeting met een delegatie van het bedrijf hielpen Thai Labour Campaign en een andere organisatie de 50 arbeiders om een klacht in te dienen bij het ministerie van arbeid in Mae Sot, om zo hun arbeidsvergunning en achterstallige lonen terug te vorderen. Het kantoor onderzocht de zaak en gaf opdracht aan de werkgever om de verschuldigde lonen uit te betalen en de arbeidsvergunningen terug te geven aan de werknemers die de fabriek wilden verlaten. Thai Labour Campaign, mei 2007
THAILAND
Achtergrond Economie onder druk Een Oosterse fabel Droombestemming voor toeristen, paradijs voor de consument, economisch wonder… Het zijn enkele van de positieve associaties die Thailand meestal oproept. De realiteit is echter niet zo paradijselijk. Industriële vervuiling als gevolg van de uitdeinende Bangkok metropolis tast de omliggende kustlijn aan, petrochemische activiteiten op de “Eastern Seaboard” regio in de Golf van Thailand hebben onomkeerbare ecologische gevolgen. Steeds snellere ontbossingen zorgen voor een crisis op het platteland. Aids/hiv woedt als een bosbrand in de uitgangskwartieren van de hoofdstad en sommige badsteden. In sommige wijken zijn negen op de tien prostituées besmet met het virus. Exportgerichte fabrieken verbruiken aan een schroeiend tempo jonge vrouwelijke arbeidsters. Massa’s uitgebluste meisjes verdwijnen in de stedelijke seksindustrie of de informele arbeidscircuits. Naar de familie op het platteland kunnen ze niet meer terug. Als fabrieksmeisje dragen ze de stempel ”losbandig”. En op het land is geen man, geen werk en geen inkomen te vinden.
auto’s, elektrische apparatuur, elektronica, plastic producten, schoenen, lederwaren en edelstenen. Twintig jaar lang hield de Thaise “ boom economy” aan. Tussen 1987 en 1991 kende Thailand met 10 % het hoogste groeipercentage ter wereld. Onder de Thaise industriële mirakeleconomie groeide echter een financiële zeepbel en in 1997 stortte dit dolgedraaide systeem in elkaar. De Thaise munt devalueerde met 35 %. Honderdduizenden jobs gingen verloren. Meer dan vijftig Thaise financiële instellingen gingen dicht. De Aziatische crisis maakte een eind aan de Thaise tijgerfabel. Schuldig verzuim De rode draad in dit verhaal is “schuldig verzuim” door de opeenvolgende regeringen, die met goedkope beloften of met militaire middelen de bevolking achter zich wisten te scharen. Verzuim om de uitputting van de natuurlijke omgeving tegen te gaan toen boeren op steeds schralere gronden en in steeds krimpende bosgebieden hun exportgewassen begonnen te telen. Verzuim ook om de industriële dynamiek te onderbouwen met meer onderzoek en ontwikkeling en om te investeren in opleiding en betere lonen voor de werkende bevolking.
Hoe is dit plaatje tot stand gekomen?
Het werd duidelijk dat het economisch mirakel slechts draaide op goedkope arbeidskrachten en overexploitatie van het natuurlijke milieu. Na de crisis bleef Thailand achter met een gezwollen en verpauperd stadsproletariaat en boeren die gebukt gaan onder torenhoge schulden. De bedrijven van Japan of van ‘de tijgers’ trekken weg naar Vietnam of China waar de loonkost nog lager is en de arbeidscapaciteit hoger.
Een nieuwe Aziatische tijger?
Paradox
De voorbije 10 jaar werd Thailand beschouwd als een “nieuw industrieland’. Het leek het spoor te volgen van de vier Aziatische tijgers, Zuid Korea,Taiwan, Singapore en Hong Kong.
In antwoord op de crisis begon de Thaise regering meer kapitaalintensieve industrieën zoals automobielconstructeurs aan te trekken - door nog meer belastingvrijheid, nog meer vrijhandelsakkoorden, nog meer arbeidsflexibiliteit, nog meer onderaanbesteding en nog meer exportoriëntatie na te streven. De economie lijkt zich zo te herpakken. Maar de sociale prijs is hoog.
Foto: Tineke D’haese
Zoals andere landen in de regio ging Thailand de weg op van de exportgerichte industrialisatie. De landbouwsector schakelde over naar exportgewassen voor de Westerse markt, zoals tapioca, maïs, suikerriet, jute, ananas, cassave en vooral rijst…Maar ondanks de spectaculaire start werd de agro-industrie al vlug voorbijgestoken door de nog explosievere industriële export: textiel, kleding,
De arbeidsmarkt na de crisis: meer van het hetzelfde. Volgens de Internationale Arbeidsorganisatie werken de Thaise arbeiders in de arbeidsintensieve industrieën nu
THAILAND
het langst van ons allemaal, 59 uur per week. Het aantal vakantiedagen is met tien dagen per jaar het laagste van Azië. Twee derde van de formele arbeidsmarkt is georganiseerd door interim bureaus. Uitbesteed thuiswerk maakt terug opgang. Lonen stagneren en worden berekend in de vorm van stukloon. Veiligheid en gezondheidsnormen zijn bij de slechtste in Azië. In 2006 werden zo’n 200.000 arbeiders het slachtoffer van een arbeidsongeval. Sinds de crisis is Thailand koploper geworden in de “Race to the Bottom” op vlak van sociale en arbeidsrechten. Exportgerichte industriezones En de textielsector staat nog steeds onder druk. In haar poging om buitenlandse investeerders aan te trekken en delokalisering van arbeidsintensieve sectoren tegen te gaan wil de overheid nu het ganse grondgebied omvormen tot één gigantisch, exportgericht industriepark. Daartoe werd in 2005 een wet gestemd die elke buitenlandse firma toelaat zich te vestigen zonder rekening te houden met de nationale wetgeving op vlak van milieu, arbeid of natuurlijke rijkdommen. Daardoor komen zelfs bedrijfstakken waar vele Thaise ondernemers tot nu toe een vaste voet hadden, zoals toerisme, agro-industrie en diensten, open te liggen voor buitenlandse concurrentie. Thailand heeft al 10 vrijhandelsakkoorden gesloten met de grootste consumentenmarkten ter wereld, zoals de VS en Japan. Een akkoord met de EU zit in de pijplijn voor 2009. Het Thaise Ministerie voor Sociale Zaken heeft berekend dat circa 300.000 textielarbeiders werkeloos zullen worden als gevolg van de liberalisering van de binnenlandse markt. Hoeveel er nog zullen afvloeien door de naschokken in bedrijven die werken in onderaanneming en bij thuiswerkers is nog niet in te schatten. Maar al deze ontslagen zullen de lonen en arbeidscondities nog meer onder druk zetten. Veel van de werknemers in de arbeidsintensieve sectoren zijn vrouwen. De impact van de extreme werkuren en omstandigheden zijn tot in het huishouden voelbaar. Het huidig economisch beleid is duidelijk niet bedoeld om de Thaise arbeiders werk te verschaffen, laat staan iets te doen aan hun relatieve ongeschooldheid. Getuige daarvan zijn de “speciale economische grenszones”.
Foto: Tineke D’haese
In de vier grenszones van Thailand met Laos, Birma, Cambodja en China (Yunnan) is ruimte gemaakt voor buitenlandse investeerders die voordeel willen halen uit zeer goedkope migrantenarbeid op Thaise bodem. In deze zones vinden de arbeidsrechten een nieuw dieptepunt. ‘Union bashing’ Thailand heeft de artikels 87 en 98 van de Internationale Arbeidsorganisatie nog niet geratificeerd. Werkgevers kunnen dus zonder pardon hun werknemers ontslaan in geval van staking en sectorale onderhandelingen zijn verboden. Arbeiders in de informele sector, in bedrijven met minder dan 10 werknemers en migranten hebben geen recht om zich te verenigen in een vakbond. De Thaise ondernemerswereld beschikt dus over een aanzienlijke reserve aan machteloze en verdeelde arbeiders om druk uit te oefenen op de rest van de nationale arbeidsmarkt. De uitdagingen voor de Thaise arbeiders zijn enorm, maar de vakbondsgraad is met 1,5% zeer laag. De grote vakbonden staan ver van de werknemers, de eenheid is ver te zoeken en om een vakbond te vormen moet je opboksen tegen een hoop bureaucratie. Het klimaat voor vakbondswerking verslechtert met toenemende ‘union bashing’: vakbondsmilitanten worden onder druk gezet, ontslagen, geïntimideerd. Dat de vakbonden zwak staan bleek nog in de deregulering van de minimumlonen. Voor 1997 waren de minimumlonen vastgelegd volgens drie zones. Na de crisis evolueerde dit naar 22 provinciale minimumlonen die variëren van 144 tot 184 baht, 3 tot 4 euro per dag. De progressieve vakbonden protesteerden hevig, maar de werkgevers waren veel sterker. In sommige provincies is de vakbond zo goed als onbestaand. In dat geval wordt het overleg gedomineerd door de werkgevers en de overheid- die de kant kiest van de werkgevers.
“Pepsi kost 10 Baht hier, in Bangkok ook. Een bord noedels kost 20 Baht hier, evenveel als in Bangkok. We betalen dezelfde prijzen, maar ons loon is veel lager”. Een ontslagen vakbondsleider in Korat ( The Race to te Bottom’- Yunya Yimprasert en Petter Hveem, 2005)
Oxfam Solidariteit
THAILAND
Partnerorganisatie Thai Labour Campaign Thai Labour Campaign is een kleine ngo die in de acht jaar dat ze bestaat een indrukwekkend palmares heeft opgebouwd. Doel van Thai Labour Campaign is om de Thaise arbeiders te helpen opkomen voor ‘waardig werk’ - met een leefbaar inkomen en in fatsoenlijke omstandigheden. Arbeiders die omwille van vakbondsactiviteiten in de problemen komen, kunnen op haar beroep doen. Ze voert dan actie, dient waar mogelijk klacht in of spreekt internationale netwerken aan. In heel wat gevallen kon zo een ontslag ongedaan gemaakt of fatsoenlijke compensatie afgedwongen. Sony Toen 18 vakbondsleiders van Sony Technology Company op 1 juli 2007 ontslagen werden, riep de vakbondsgroep de hulp in van Thai Labour Campaign. Begeleid door de ngo en vakbondsvertegenwoordigers richtten de ontslagen werknemers zich eerst tot het ministerie van arbeid. Thai Labour Campaign schakelde ook internationale netwerken in, zoals de ‘Good electronics’ en Schone Kleren Campagne en vroeg deze organisaties de Sony Holding in Nederland te benaderen. Met resultaat. De ontslagen werknemers kregen de keuze tussen een goede ontslagvergoeding of aan de slag blijven.
als ze bij criminele feiten betrokken zijn. Thai Labour Campaign wil tegengas geven aan deze verdeel-en heerspolitiek. Samen met de coalitie van progressieve vakbonden, het Thai Labour Solidarity Committee, wijzen zij in mediacampagnes en educatieve activiteiten op de zware uitbuiting waarvan de migranten het slachtoffer zijn. Met de film ‘Life without identity’ proberen zij het lot van de Birmaanse arbeidsmigranten in Thailand bij een breed publiek onder de aandacht te brengen. Thai Labour Campaign zette ook een kantoor op in Mae Sot, een stadje aan de grens met Myanmar, waar veel Birmanen toestromen. Ze wilden Birmaanse arbeidersorganisaties kunnen ondersteunen met vorming, analyse, uitwisseling enz. Nu de organisaties op eigen benen kunnen staan, wordt het kantoortje van Thai Labour Campaign binnenkort gesloten. Ratificatie
Campagne rond migranten Thailand trekt veel migranten aan uit armere buurlanden, zoals Myanmar en Cambodja. Zij hopen in Thailand een beter bestaan op te bouwen en met het verdiende geld hun familie te ondersteunen. Deze arbeidsmigranten zijn zeer kwetsbaar voor uitbuiting. Thai Labour Campaign neemt het voor hen op en probeert de solidariteit tussen Thaise en migrantenwerkers te bevorderen. Dat is niet vanzelfsprekend. Relocatie van bedrijven naar regio’s met een lager minimumloon, zoals de grensgebieden, maakt dat werknemers tegen elkaar opgezet worden. Daar komt nog bij dat de media vooral aandacht schenken aan migranten
Een belangrijk obstakel voor vakbondswerk is dat Thailand de conventies 87 en 98 van de Internationale Arbeidsorganisatie nog steeds niet heeft onderschreven. Die garanderen vrijheid van vereniging en recht op collectief onderhandelen. Daarom lanceerde het Thai Labour Solidarity Committee een nationale campagne om de druk op de overheid op te voeren. Deze campagne omvat lobby- en beleidsbeïnvloedend werk, maar richt zich ook op educatie en mobilisatie van de arbeiders in de verschillende economische sectoren. Ook de steun van het grote publiek wordt gezocht. Thai Labour Campaign speelt hierin een actieve rol en ondersteunt de coalitie met onderzoek en analyse, ze maakt educatief materiaal aan en zorgt voor de nodige coördinatie. Een belangrijke activiteit is de ’Arbeidsrechten Karavaan’, een educatieve campagne in de industriële zones. Om de arbeiders te bereiken trekken medewerkers naar hen toe met een programma van films, discussies, affiches en dergelijke. Ondertussen is het initiatief verzelfstandigd als Labour Rights Caravan Centre. 11.11.11 ondersteunt dit jaar specifiek deze activiteiten. Arbeiders zelf het roer in handen laten nemen in en rond de fabrieken is van essentieel belang om tegenwicht op te bouwen. De media kunnen benaderen hoort daarbij, zoals overal ter wereld. Thai Labour Campaign organiseerde daarom een mediatraining voor vakbondsactivisten: hoe schrijf ik een goed artikel, wat is een goede foto, hoe breng ik mijn boodschap duidelijk over?
Foto: TLC
Thai Labour Campaign wil tenslotte ook een analyse van de macro-economische context aanbrengen. Die is immers van belang bij het bepalen van een strategie voor de vakbonden. De ngo brengt de beroepsverenigingen daarom in contact met regionale en internationale netwerken. Thai Labour Campaign is een partner van Oxfam Solidariteit.