CGT bij suïcidale patiënten Workshop VGCT Ad Kerkhof AJFM Kerkhof
[email protected] Afdeling Klinische Psychologie Vrije Universiteit Amsterdam
Workshop Korte introductie : suicidaliteit begrijpen
Oefening 1: Suicidale gedachten Oefening 2: Ontvluchten van gedachten Oefening 3: Behandelen suicidale gedachten Doel: piekeren over suicide afremmen
Stap 1: Suicide begrijpen • Doelgericht, functioneel gedrag • Doel is niet dood zijn of dood gaan • Doel is: stoppen met denken, voelen, waarnemen, bewustzijn • Doodgaan is het middel • Suicide is vorm van zelfbescherming • Tegen nog groter onheil: door moeten leven
Bij suïcide: ergste is je overkomen • • • • • • • •
Belangrijkste doelen zijn weggevallen Onherstelbaar onbereikbaar Hele leven is zinloos geworden Identiteit, het zelf is bedreigd Voortdurend kwellend bewustzijn Wens denken en voelen nu te stoppen Zelfbescherming tegen het bedreigde zelf. Het moet nu afgelopen zijn
Stap 2: Suïcidepogingen begrijpen • Doelgericht, functioneel gedrag • Doel is niet dood zijn of dood gaan • Doel is: stoppen met denken, voelen, waarnemen, bewustzijn • Pillen en snijden zijn de middelen • Poging is vorm van zelfbescherming • Tegen de eigen gedachten / emoties
Motieven bij suïcidepogingen: De situatie was zo ondraaglijk dat ik niets anders wist te doen
78 %
Mijn gedachten waren zo vreselijk dat ik daar vanaf wilde zijn
55 %
Ik wilde een tijdje weg uit een onmogelijk situatie
50 %
Ik wilde sterven
48 %
Ik wilde geen pijn meer voelen
44 %
Ik leek de controle over mezelf te verliezen
42 %
Ik wilde anderen duidelijk maken hoe wanhopig ik me voelde
39 %
Suïcidepogingen: Motieven
Cry of pain + Cry for help Cry of pain + Cry for help Cry of pain +
Cry for help
In de aanloop tot suïcidepogingen: • Dwangmatig obsessief denken
• Piekeren over je problemen • Slapeloosheid • Crisis en ambivalentie
Stelt u zich voor: • • • •
U heeft een liedje in uw hoofd En dat gaat er maar niet uit En het is een vervelend liedje Naar eigen keuze, of – Heb je even voor mij – Een beetje verliefd – Shalali Shalala
Nu gaat het niet om een liedje • • • • • •
Voortdurende schuldgevoelens Waardeloosheid, falen Walging, zelfhaat Herinneringen, beelden verkrachting Gepest worden, vernedering Gezichtsverlies, krenking
Stelling: Het excessief en dwangmatig piekeren over suicide en de gedachten die daaraan ten grondslag liggen geven een acceleratie aan het verlangen het bewustzijn te stoppen.
Stelling: Vaak pleegt iemand suicide om (onder andere) van het excessieve en dwangmatige gepieker af te zijn. Ik kan het niet meer aan.
Stelling: Behandeling van excessief en dwangmatig piekeren over suicide en de gedachten die daaraan ten grondslag liggen kunnen het verlangen het bewustzijn te stoppen afremmen.
Overzicht en empirische studies Kerkhof, A.J.F.M., & Spijker, B.A.J. van: Worrying and Rumination as Proximal Risk Factors for Suicidal Behaviour.
In: R.O’Connor, S. Platt, & J. Gordon (Eds.) International Handbook on Suicide Prevention: Research, Policy and Practice. Chichester, WileyBlackwell. 2011 (pp. 199-209)
Oefeningen Oefening 1: Suicidale gedachten identificeren Oefening 2: Ontvluchten van gedachten Oefening 3: Behandelen suicidale gedachten
Uw lastige suïcidale patiënt Wilt u even denken aan een lastige suïcidale patiënt. Probeer zo veel mogelijk details van die patiënt te herinneren. Tracht u zich het moeilijkste moment met deze patiënt voor de geest te halen. Hoe voelde u zich toen? Hoe voelde de patiënt zich toen? (2 minuten, s.v.p. opslaan op uw harde schijf)
Oefening I • Welke suïcidale gedachten hebben suïcidale patiënten? • Welke gedachten willen suïcidale patiënten ontvluchten?
Oefening I • Tweetallen A en B • Hulpverlener A speelt zijn lastige suïcidale patiënt • Hulpverlener B probeert een goed beeld te verkrijgen van de suïcidale gedachten van A en van de gedachten waar hij/zij van af wil • NIET HULPVERLENEN, alleen inventariseren • NIET van rol wisselen. Vijftien minuten maximaal • Gebruik uitgedeelde lijst met vragen
Doorvragen naar aard van de suicide-ideatie (A.J.F.M. Kerkhof en K. van Heeringen, 2000)
• Hoe vaak denkt u aan suïcide? (af en toe, dagelijks, bij voortduring?) • Hoe intens denkt u aan suïcide? (als vluchtige gedachten, als obsessie, als nachtmerrie?) • Hoe wanhopig voelt u zich nu? (bij vlagen, voortdurend, erger dan ooit?) • Komen er in uw gedachten ook beelden van suïcide naar boven? (heldere beelden van mogelijke methoden, springen of een vuurwapen hanteren, of alleen gedachten?) • Hoe indringend zijn gedachten en beelden van suïcide? (overweldigend, oncontroleerbaar of vluchtig, voorbijgaand en controleerbaar. Beangstigen deze gedachten of beelden u?) • Heeft u impulsen om toe te geven aan uw verlangen om suïcide te plegen? Bent u bang om de controle over uzelf te gaan verliezen? Heeft u zichzelf in de hand? • Wat is aantrekkelijker voor u: de gedachte om door te zullen leven of om te zullen sterven? (zou u liever door willen leven, of leeft u alleen nog maar in afwachting van uw sterven?)
• Als u aan uw eigen dood denkt, heeft u dan veel verdriet , of moet u dan veel huilen? (emotionele kleur kan onverschillig zijn of lijken, of juist zeer aangedaan) • Heeft u al een plan gemaakt over hoe u een eind aan uw leven zou kunnen maken? (heeft u een voorkeur voor een methode, voor een plaats, of voor een datum?) • Heeft u al voorbereidingen getroffen in die richting? (tijden genoteerd dat treinen een spoorwegovergang passeren, medicijnen gespaard, touw klaargelegd, afscheidsbrief geschreven, al een keer boven op de flat gestaan ter voorbereiding?) • Hoeveel haast heeft u met uw wens om suïcide te plegen? (is er nog enige tijd, of is er grote haast om vandaag nog suïcide te plegen?) • Welke dingen houden u tegen om suïcide te plegen? (familieleden, nog enige hoop op verbetering, eerst nog zaken afmaken?) • Wat zou u bereiken als u suïcide zou plegen? (eindelijk rust, overleden dierbare terugzien, geen pijn meer voelen, het voor anderen makkelijker maken, wraak nemen, anderen duidelijk maken hoe wanhopig u bent?) • Welke zijn de consequenties van uw suïcide voor anderen? (ernstig leed voor achterblijvenden, goed voor hen dat ik er niet meer ben, laat me koud?)
Graden van ernst suïcide–ideatie: • • • •
Lichte mate: vluchtig, wil liever leven Ambivalentie: impulsief en relationeel Ernstige mate: wanhopig, plan Zeer ernstige mate: wanhopig, ontredderd, blikvernauwing,
Onthoudt: • U denkt aan suïcide: dan moet u wanhopig zijn. Klopt dat? • Waarover bent u (het meest) wanhopig?
Oefening I • Tweetallen A en B • Hulpverlener A speelt zijn lastige suïcidale patiënt • Hulpverlener B probeert een goed beeld te verkrijgen van de suïcidale gedachten van A en van de gedachten waar hij/zij van af wil • NIET HULPVERLENEN, alleen inventariseren • NIET van rol wisselen. Vijftien minuten maximaal • Gebruik uitgedeelde lijst met vragen
Oefening I • Welke suïcidale gedachten hebben suïcidale patiënten? • Welke gedachten willen suïcidale patiënten ontvluchten?
Enkele tips: • • • • • • •
Wel luisteren naar het antwoord Doorvragen totdat je ’t begrijpt Wees nieuwsgierig Wees gedetailleerd, specifiek, concreet Gebruik kernwoorden voor volgende vraag Niet denken aan levens redden Luisteren is al behulpzaam
Oefening II • Welke suïcidale gedachten hebben suïcidale patiënten? • Welke gedachten willen suïcidale patiënten ontvluchten?
Oefening II • • • •
Tweetallen A en B Hulpverlener B speelt zijn lastige suïcidale patiënt Hulpverlener A speelt zichzelf A probeert een beeld te vormen van suïcidaliteit van B en van terugkerende gedachten • NIET HULPVERLENEN, alleen inventariseren • NIET van rol wisselen • Vijftien minuten maximaal
Oefening II • Welke suïcidale gedachten hebben suïcidale patiënten? • Welke gedachten willen suïcidale patiënten ontvluchten?
Onthoudt: • U denkt aan suïcide: dan moet u wanhopig zijn. Klopt dat? • Waarover bent u (het meest) wanhopig?
Suicidaliteit als piekeren • • • • • •
Zelfde functie als rumineren en piekeren: Poging om probleem op te lossen Herhaald, oncontroleerbaar, obsessief Vele uren per dag Angstig voor de toekomst Leidt tot moeheid, machteloosheid, hopeloosheid, uitputting en tot suïcide
Oefening III tegen het suïcidale gepieker • Zelfde tweetallen A en B, zelfde patiënten • Met rolwisseling: twee maal 15 minuten • Bekijk suïcidale gedachten als piekergedachten (duur, herhaling, controleerbaarheid, resultaat) • Bekijk de onmacht om iets aan deze gedachten te doen • Probeer de piekergedachten te verminderen in duur, frequentie, en intensiteit
Suïcidale Piekertherapie: • • • • • •
Gecontroleerd suïcidaal piekeren: twee maal / drie maal 30 minuten per dag Positief piekeren I en II Gedachtendwarrel Drie scenario’s bedenken Positief toekomstscenario opschrijven
Online suicidepreventie • BAJ Van Spijker: Reducing the burden of suicidal thoughts through online self-help. Amsterdam VU, Ph D dissertation, 2012 • Zelf-hulp cursus op www.113Online.nl • Ad Kerkhof en Bregje van Spijker: Piekeren over zelfdoding. Amsterdam Boom uitgeverij 2012
Over suicidepreventie: Ad Kerkhof en Bert van Luyn:
Suïcidepreventie in de praktijk Bohn Stafleu Van Loghum 2010
Cognitieve Gedragstherapie • Wenzel Brown Beck: Cognitive Therapy for Suicidal Patients Washington, APA, 2009
Irrational Thinking David Lester: The role of irrational thinking in suicidal behavior. Comprehensive Psychology, 2012, 1,8
Tips om te onthouden • U denkt aan suïcide: dan moet u wanhopig zijn. Klopt dat? • Waarover bent u wanhopig? • Suicidaliteit als een vorm van piekeren ?
Nieuw A.M. van Hemert e.a.:
Multidisciplinaire richtlijn diagnostiek en behandeling van suicidaal gedrag.
De Tijdstroom, 2012
Ik dank u voor uw aandacht
[email protected]