Centre for Urban Studies
Trein-Fiets als modaliteit Roland Kager, Bram Fokke, Marco te Brömmelstroet, Luca Bertolini Programma VerDuS/Duurzaam Bereikbare Randstad, nov 2013-aug 2014
DE VRAGEN...
Typ hier de footer
2
Intro: Gecombineerd treinfiets gebruik... veel vragen
Waarom zo snel gegroeid 2000-2014? (bijna verdubbeld) Welke groei komt er nog, via welke stations, wanneer, wie (etc) ? Relatie met groei van steden / agglomeraties? Relatie met treingebruik, met auto-gebruik, met bus/tram/metro, met gebruik stationsvoorzieningen, aantrekkelijkheid als vestigingslocatie? Effecten van nieuwe dienstregeling hogere frequenties/PHS, nieuwe stations, betere reisinfo, stations(omgevingen)? Effect van e-fiets? Effecten van verbeteringen bus/tram/metro (NZ-lijn Amsterdam, Tram naar Uithof, RandstadRail / Bleizo) vs. rationalisatie (streek)vervoer? Effecten van betere fietsenstallingen? (kwaliteit, kwantiteit) Relevante verschillen in voor- en natransport? Effecten van OV-fiets? 3 Hoe trein-fiets afstemming eigenlijk te meten?
IMPLICIET BEGRIP... (?)
Typ hier de footer
4
Intro: Tien fiets/trein gemeenplaatsen (?) 1. Er fietsen al zoveel mensen naar stations, de grootste groei hebben we wel gehad. 2. Gecombineerd gebruik van fiets en trein draait vooral om realisatie/exploitatie fietsenstallingen. 3. Betere afstemming tussen fiets en trein is gebaat bij meer (intercity) stations in stedelijke gebieden. 4. De fiets-treincombinatie is vooral te bezien als interessant alternatief voor de auto. 5. Betere integratie fiets en trein conflicteert met bestaande regimes (‘dienstregeling’, ‘bus-tram-metro’, ‘reizigers die niet kunnen of willen fietsen’) 5
Intro: Tien fiets/trein gemeenplaatsen (?) 6. Fietsers doen toch wat ze willen, dus beinvloeding / communicatie rond fiets-trein heeft weinig zin. 7. Fietsen in natransport betreft een veel kleiner vervoeraandeel en verdient niet onze primaire aandacht. Het onderwerp lift bovendien ‘als vanzelf’ mee met aandacht voor de fiets in voortransport. 8. Een goede afstemming tussen fiets en trein kan op lokaal of regionaal niveau worden bewerkstelligd. 9. De OV-fiets is een toonaangevend voorbeeld van fiets-trein integratie. 10. Ondanks problemen, is Nederland een goed voorbeeld van fiets-trein integratie. 6
Wat is... ‘Verkeer’ ?
... educatie, systeem, regelingen ?
7
Wat is... ‘Mobiliteit’ ?
... een concept, iets om over na te denken, keuze ?
8
Wat is... ‘Auto’ ?
... een ding ? (en dan vooral rode dingen?)
9
Wat is... ‘Trein Bus Tram Metro’?
... kaartjes, reisinfo, lijnkaarten, pictogrammen, geintegreerde systemen ?10
Wat is... ‘Trein Fiets’?
11 ... gebruikservaring? de fiets moet vooral in de trein? maar ‘systeem’ ontbreekt ?
Wat is... ‘Trein Auto’?
... variaties op thema: auto op de trein of (vooral) auto voor de trein...
12
HET ONDERZOEK
Typ hier de footer
13
Onderzoek: de setting VerDuS – DBR ‘Verbinden van Duurzame Steden’ (NWO, Min. I&M / BZK / EZ, Platform31) ‘Duurzaam Bereikbare Randstad’: verkenning van onderzoeksthema’s die relevant zijn van lange termijn transitie naar een duurzaam verkeerssysteem. Vraagstelling (nov 2013 – aug 2014) Brede verkenning Opzetten onderzoeksagenda Verbinding met praktijk (‘Fietscommunity’, CROWpublicatie, congressen) Internationale orientatie, kwantitatief + kwalitatief 14
CONCEPTUEEL KADER
Typ hier de footer
15
Trein + Fiets = Synergy
Trein + fiets samen = meer dan de som der delen ( want elkaars tegenpolen + keuzevrijheid)
16
Wat is... ‘Trein Fiets’? Tripketen: Begrip van Trein/Fiets als modaliteit ‘bouwsteen’ voor begrip en communicatie kernvraag: in welke mate/wanneer/waarom leidt combi trein-fiets tot welk kenmerkend verplaatsingsgedrag? Mobiliteitsregime: Op trein/fiets gebaseerde mobiliteit stand-alone OV + stand-alone fiets + ‘trein/fiets’ modus kernvraag: wat is potentie/trend, wat zijn ruimtelijke (neven)effecten, beleidsvoorbereiding, business cases, wat is rol van (overig) OV, (deel)auto etc. ( terzijde: spreken we hier over mono-modaal of multi-modaal ? )
17
Fiets-trein als modaliteit ( indicatief !!! ) Netwerkkarakteristiek “HWN vs OWN” - eff. snelheid - fijnmazigheid - kwaliteit / beleving - actieradius
Ruimtelijk systeem
Basisformule
“Habitat”
Auto
OV
Trein-Fiets
‘Verspreid’ netwerk
‘Hubs and spokes’
‘Organisch’ / ‘Sociaal netwerk’
(‘kaartlezen’)
(uniforme hierarchie)
(overlappende hierarchieen)
(Snelweg : Gem.) 3:1 1 : 50 2:1 2:1
( Trein : BTM ) 10 : 1 1 : 10 8:1 8:1
( Trein : Fiets ) 3:1 1 : 1.000 anders : anders 15 : 1
Uniform vlak
‘Kralensnoer’
‘Heatmaps’
(stadcentra als witte vlekken, snelwegen als versneller)
(‘access’, inclusive/exclusive)
(graduele overgangen, sensitiviteit voor ‘omgeving’)
Afstand ≈ Tijd/kosten ≈ Weerstand
(Punt)dichtheden ≈ (Punt)Kwaliteit
(Vlak)dichtheden + keuzemogelijkheden ≈ (vlak)kwaliteit
(+capaciteit, intensiteit)
(+dienstregeling, ketens)
(hoe te meten?)
Stad
18 Stad, Sub-stad
( van/naar/via centrum)
(+ omgeving)
Niet-stad
DE STAD... en (trein-)fiets
19
De stad...
20
21
22
Trein-fiets in het buitenland
23
24
(Toenemend) belang fiets-trein en stad Modal split van en naar meest verstedelijkte gebieden (900.000 inw.)
Modal split trein middellange verplaatsingen (25-80 km):
53% in 2013 (35% in 2004) + 4.2% per jaar (over 10 jaar)
Modal split fiets (2.5-5 km):
47% in 2013 (30% in 2004) + 4.6% per jaar
Modal split auto verplaatsingen:
(0-5 km) 8% in 2013 (20% in 2004) -/- 8.8% per jaar N.B.: 88% = loop+fiets+OV in 2013 (65% in 2004)
(>15 km) 37% in 2013 (49% in 2004) -/- 2.8% per jaar 25
(Toenemend) belang fiets-trein en stad
De kip en het ei
Verstedelijking meer trein-fiets ?
Trein-fiets meer verstedelijking ?
De grijstinten :
Hoe zit het met ‘tussenland’ ? (semi-urbaan, sub-urbaan, afstand)
Praktisch :
Business cases (kostenverdeling, waardecreatie, allocatie)
Opschaling (‘volgende schaalsprong’)
Beinvloeding / sturing (on)gewenst gebruik
Bij dit alles: Vanuit welk onderliggend denkkader (‘bouwstenen’ ?) 26 Vanuit welk kwantitatief / kwalitatief begrip, communicatie
EEN EIGEN MODALITEIT
27
Trein-Fiets als modaliteit
Ruimtelijk 4-dimensionaal:
Herkomst -> Opstapstation -> Uitstapstation -> Bestemming
Combineren van individueel + collectief vervoersysteem: Modelleren afstand / tijd + dienstregeling / hierarchisch netwerk / kosten / frequenties Keuze-aspect inzet fiets Inzet fiets is an sich al keuze kennis over alternatieve opties essentieel om fiets-trein gedrag te modelleren / begrijpen. Fiets-trein als modaliteit, maar lastig te ‘isoleren’
Fiets in voortransport, Fiets in natransport, of beide? OV-fiets of tweede fiets een optie + zo, ja waar? 28
Trein-Fiets als modaliteit
Persoonlijke voorkeuren Afweging maximale actieradius | ratio fietsafstand /reistijdwinst Omstandigheden waarin gefietst wordt (nacht, kou, regen, storm) Fietssnelheid (type fiets | hangt samen met stationskeuze?) ‘Context’ speelt grote rol; motief, weer, dag/nacht, bagage, gezelschap Fietstraject: Aantrekkelijkheid / tussengelegen bestemmingen / veiligheid / ‘beschikbaarheid’ Transfer : Voorzieningen fiets / overige stationsvoorzieningen Treintraject : Reistijd, Aantal overstappen, Frequentie, Drukte, Betrouwbaarheid, Materieel (WiFi, toilet, stiltecoupe, beenruimte) Ook onderlinge combinaties; ook voor geanticipeerde terugreis. 29
Een eigen modaliteit? (I) N
< 1 km
< 5km
< 7.5 km
Keuze (5 km)
Keuze (7,5 km)
Alle stations (excl. lightrail)
388
19,2%
69,1%
81,2%
2,32
3,47
- Groot IC station
17
1,1%
15,8%
23,8%
1,33
1,39
- IC station
27
1,8%
20,6%
28,5%
1,13
1,30
- Klein IC station
22
1,5%
10,5%
17,0%
1,03
1,05
- Hybride station
16
1,2%
7,6%
12,3%
1,05
1,11
- Stop station +
86
4,6%
28,8%
42,3%
1,41
1,77
- Stop station
216
9,4%
36,3%
53,6%
1,55
1,95
Catchment-area loop- vs. fietsafstanden (% van totale bevolking NL)
Een eigen modaliteit? (II) Vertrekkende treinen per spitsuur binnen 20 min. fietsen (18 km/h) Additioneel aantal treinen met E-fiets snelheid (22.5 km/h)
32
33
34
35
TOEPASSING
36
Huidige praktijk:
Trein-fiets als primair vervoersysteem: hoog gebruik = ~45% in voortransport hoge groei = +5% per jaar 2000-2014 (# reizigers) solide outlook: veel co-trends = ict, hnw, verstedelijking, p2p, zzp, gen.Z, phs, lev’s, flex, 24/7, (deel-)auto, gezondheid, lifestyle,... ... maar nauwelijks begrepen: geen ‘label’, geen data, geen modellering, een ‘niche binnen een niche’... Wel veel systeemwaarde toegedicht (huidig en/of potentieel) ... maar vooral via ‘problem-frame’ benaderd ... met versnipperd probleem-eigendom ... ondertussen autonome / (ongecontroleerde?) ontwikkeling en gebruik, nagenoeg los van beleid, onderzoek of beinvloeding 37
Toepassing kennis
Fiets-trein als modaliteit = bouwsteen voor integrale ontwikkeling trein / OV product lange termijn perspectief trein-fiets, structurele afspraken, nieuwe business cases ruimtelijke effecten / rol trein-fiets voor ‘stad’ / agglomeratie
Daarvoor nodig begrippenkader, toepassing data, case studies, calibratie, visualisatie aandacht, governance Want lastig te modelleren... maar bij toepassing traditionele benadering
lastig te begrijpen... zonder op trein-fiets afgestemde begrippen 38
Toepassing kennis
Waardecreatie / allocatie
‘Common language’
Sturing gewenst / ongewenst gedrag
Lange termijn ontwikkeling OV product fiets = OV en vice versa: OV = verlengstuk fiets
Too important to ignore ? 39
Door voor uw aandacht! Roland Kager, Luca Bertolini,
Bram Fokke, Marco te Brömmelstroet, Universiteit van Amsterdam, Centre for Urban Studies
T 06 10790466
[email protected] |
[email protected] VerDus/DBR: http://dbr.verdus.nl/pagina.asp?id=1650 Various deliverables: http://www.linkedin.com/in/rolandkager Urban Cycling Institute: http://uci.strikingly.nl | https://twitter.com/fietsprofessor