2013
C ata l o g u s
© De Bolster
1
Even voorstellen... Monique Hoogendoorn Wortel en knolgewassen Regelt de boekhouding en staat de klant graag te woord. “Ik heb een leuke, veelzijdige functie. Ik regel bijvoorbeeld alle administratie, maar ook de orderafhandeling.”
Annemarie Kruize De vertegenwoordigster van de Bolster. “Ik ben verantwoordelijk voor de verkoop en marketing Bloemkool Alpha 1440 binnen ons bedrijf. Basilicum Tijdens Genovese 3020 beurzen kunt u mij ook Voor de vroegste oogst zaaien eind Eenjarig, laagblijvend, sterk tegenkomen.”
september-begin oktober, onder geurend kruid. Verlangt een warme glas overwinteren en half maart en beschutte plek. Zaaien vanaf Frank Vosselman uitplanten op 60 x 50 cm, onder glas maart onder glas en in mei in de of buiten. Deze teelt geeft de minste Mededirecteur volle met grond. een Uitplanten op 30 x 30 insteek: kans op aantastingen van commerciële koolvlieg cm. Als “Ik de planten jong zijn kan zoek of rupsen. De oogst is in juni. Er de kanuitdaging men in de het scheuten gebruiken (niet te ontdekken ook gezaaid worden in jan. - febr. van diepnieuwe afsnijden). Zodra de stengels markten.” Frank is vaakworden te onder glas, dan buiten uitplanten harder alleen de blaadjes vinden bij de klant en denkt half april op 70 x 50 cm, de oogst gebruiken. Voor pesto het ras graag met u mee! hiervan is eind juni - juli. 1 pakje Genovese gebruiken. voor ongeveer 30 m².
Basilicum Dark Opal 3030 Eenjarig, laagblijvend, sterk geurend kruid. Verlangt een warme en beschutte plek. Zaaien vanaf maart onder glas en in mei in de volle grond. Uitplanten op 30 x 30 cm. Als de planten jong zijn kan men de scheuten gebruiken (niet te diep afsnijden). Zodra de stengels harder worden alleen de blaadjes gebruiken. Voor pesto het ras Genovese gebruiken.
Patrick Hoogendoorn
Mededirecteur met een hands-on mentaliteit: “Ik ben verantwoordelijk voor het coördineren van de productie, verwerking en verpakking van onze zaden.” Patrick is vaak op het veld te vinden.
Citroenmelisse 3080
Dille 3090
Meerjarig, hoogte 60 cm. Zaaien Eenjarig, hoogte ongeveer 100 in mei op zaaibed en in september cm. Zaaien in april op rijen, afstand overplanten op 30 x 40 cm. In het 30 cm. De bloei is vanaf begin tweede jaar beginnen de planten juli, het zaad is rijp in september. B.O.B. (Bolster Organic Breeding zich sterkteam te ontwikkelen. De naar Deteam) zaden worden onder andere citroen geurende blaadjes, liefst gebruikt bij het maken van zuurkool De prachtige unieke biologische geoogst tegenen de bloei, wordenkraamkamer en hetvaninleggen van augurken. de Bolster wordt goed bewaakt en beheerd door een bijvoorbeeld voor thee gebruikt. Ook verse plantdelen en onrijpe driekoppig team: Loes, Bart en Bertille (v.l.n.r.). Goed te drogen. bloemschermen kunnen worden gebruikt in o.a. visgerechten. Verspreid gezaaid in de tuin, bijv. tussen tuinbonen, beperkt het de overlast van bladluizen.
2
De Bolster biologische zaden © De Bolster
Oude Oenerweg 13 8161 PL Epe
Tel.: +31 (0)578-621433 Fax.: +31 (0)578-621418
Hyssop 3110 Meerjarig, hoogte ongeveer 50 cm. Heesterachtige plant, die tijdens de uitbundige bloei vanaf half juli graag door insecten wordt bezocht. Zaaien in april-juni, plantafstand 30 cm. Gebruik in o.a. soep, vleesgerechten en voor thee.
Email:
[email protected] Website: www.bolster.nl
Inhoudsopgave
02
Wortel en knolgewassen
Inleiding
Groenten 08 Blad en Stengelgewassen 22 Koolgewassen 24 Peulvruchten Alsem 3010 Basilicum Genovese 3020 34 Vruchtgewassen 42 Wortel- en Knolgewassen
Meerjarig, tot 150 cm hoog. Ook Eenjarig, laagblijvend, sterk wel absintalsem genoemd. Sterk geurend kruid. Verlangt een warme kruid, verwant aan de in het wild en beschutte plek. Zaaien vanaf voorkomende bijvoet. Alsem is maart onder glas en in mei in de grijzer van kleur en sterker van volle grond. Uitplanten op 30 x 30 smaak. Zaaien april tot juni, enkele cm. Als de planten jong zijn kan planten zijn meestal wel voldoende. men de scheuten gebruiken (niet te Plantafstand 50 x 50 cm. Kruiden Alsem diep afsnijden). Zodra de stengels remt de groei van naastgelegen harder worden alleen de blaadjes planten. Een plantenaftreksel helpt gebruiken. Voor pesto het ras tegen bladluis, aardvlo, slakken en Genovese gebruiken. Kiemgroenten ook tegen vlooien bij huisdieren.
48 58 62
Groenbemesters
66
Bloemen Eenjarig
88
Bloemen Meerjarig
102
Algemene teelttips
Citroenmelisse 3080
Dille 3090
Meerjarig, hoogte 60 cm. Zaaien Eenjarig, hoogte ongeveer 100 in mei op zaaibed en in september cm. Zaaien in april op rijen, afstand overplanten op 30 x 40 cm.Zaaikalender In het 30 cm. De bloei is vanaf begin tweede jaar beginnen de planten juli, het zaad is rijp in september. zich sterk te ontwikkelen. De naar De zaden worden onder andere citroen geurende blaadjes, liefst gebruikt bij het maken van zuurkool geoogst tegen de bloei, worden en het inleggen van augurken. bijvoorbeeld voor thee gebruikt. Ook verse plantdelen en onrijpe Goed te drogen. bloemschermen kunnen worden gebruikt in o.a. visgerechten. Verspreid gezaaid in de tuin, bijv. tussen tuinbonen, beperkt het de overlast van bladluizen.
104
Basilicum Dark Opal 3030 Eenjarig, laagblijvend, sterk geurend kruid. Verlangt een warme en beschutte plek. Zaaien vanaf maart onder glas en in mei in de volle grond. Uitplanten op 30 x 30 cm. Als de planten jong zijn kan men de scheuten gebruiken (niet te diep afsnijden). Zodra de stengels harder worden alleen de blaadjes gebruiken. Voor pesto het ras Genovese gebruiken.
Hyssop 3110 Meerjarig, hoogte ongeveer 50 cm. Heesterachtige plant, die tijdens de uitbundige bloei vanaf half juli graag door insecten wordt bezocht. Zaaien in april-juni, plantafstand 30 cm. Gebruik in o.a. soep, vleesgerechten en voor thee.
© De Bolster
3
3
Inleiding Beste Bolstervrienden, Met trots presenteren wij u onze nieuwe catalogus! De oogsten zijn inmiddels binnengehaald en de zaden liggen voor u in de schappen. We kunnen u weer een prachtig assortiment aanbieden. Bij het doorbladeren van deze catalogus kunt u alvast dromen en plannen maken voor het komende tuinier- en teeltseizoen. We hopen dat u geniet van onze vertrouwde rassen alsook van de nieuwe aanwinsten in het assortiment. Naast rasbeschrijvingen en teelttips, vindt u ook her en der artikelen over het Bolsterteam en de werkzaamheden die bij zaadproductie en veredeling komen kijken. Wij wensen u veel leesplezier! Zaadgoed = cultureel erfgoed Gelukkig beschouwen steeds meer mensen zaadgoed als een stuk cultureel erfgoed waar we zuinig op moeten zijn. Door een uitgebreid en divers aanbod van groentes, kruiden en bloemen aan te bieden, proberen wij dit cultureel erfgoed veilig te stellen. Dit doen we in bondgenootschap met…jullie: de vele tuiniers en tuinders die deze zaden met passie en enthousiasme uitzaaien op menig tuin- en akkerland en zo zorgen voor een levende biodiversiteit! We zijn als Bolsterteam zeer blij te merken dat steeds meer mensen actief meewerken aan het creëren van een gezamenlijke groene toekomst door biologische groentes en kruiden te telen en mooie bloementuinen aan te leggen. We hopen dat jullie dat ook dit jaar weer met veel vreugde en genot mogen doen! Tuin- en akkerbiodiversiteit Uw tuin is een prima omgeving om te leren over het fragiele evenwicht dat in het ecologische systeem bestaat. Als één soort, zoals bijvoorbeeld de bladluis, te hard in aantal groeit zal de populatie van de predatorsoort (de natuurlijke vijand), zoals de sluipwesp of gaasvlieg, automatisch ook groeien en het evenwicht weer herstellen. Insecten houden van bio Het zal u als biologische tuinier of tuinder niet vreemd in de oren klinken dat insecten van bio houden. Ze worden in biologische gewassen niet door insecticiden bedreigd. Ze vinden er veelal ook een grote diversiteit aan nectar en pollen, waardoor ze gezond en weerbaar blijven. Er zijn bovendien genoeg schuilplaatsen voor ze om eitjes te leggen en allerlei verpoppingsstadia door te maken. Bio houdt van insecten Biologische telers houden ook van insecten. We hebben ze nodig voor de bestuiving, zodat we vruchten en zaden krijgen. Insecten kunnen natuurlijk ook plagen gaan vormen - dat wijst op een onbalans. Het aantrekken van de juiste natuurlijke vijanden om het tij weer te keren is een uitdaging. Bij de Bolster leren we ook daarover elk jaar weer bij. Als u meer wil weten over de interacties tussen de gewassen en de
4
insecten bij ons op de velden, kunt u hiervoor terecht op pagina 100 in de catalogus. Biologisch dynamische zaadproductie De Bolster is één van de weinige bedrijven in Nederland dat biologische en biologisch dynamische zaden van eigen productie aanbiedt. Zaden vermeerderd op eigen bedrijf krijgen het Demeter-keurmerk. Zaden vermeerderd op een ander biologisch bedrijf (wel biologisch, maar niet biologisch dynamisch) krijgen het EKO-keurmerk. Skal is de certificerende instantie die controles en inspecties uitvoert. In Nederland zorgt de stichting Skal voor de controle op in totaal ruim 3300 bedrijven. Meer informatie over de eisen van de certificering kunt u vinden op www.skal.nl of www.demeter-bd.nl.
Inleiding Vanzelfsprekend zijn al onze zaden GMO-vrij. Genetische manipulatie, al is het een indrukwekkend staaltje biotechnologie, is iets waar wij vanuit de biologische gedachte beslist niet achter staan. Hier gaat het ingrijpen in de natuur ons te ver. Ook in de veredeling beperken wij ons tot klassieke technieken van kruisen en selecteren, grijpen enkel op het gehele-plant niveau in en respecteren de grenzen die de natuur aangeeft. Holland Select Vanaf 2012 verzorgen wij de biologische vermeerdering en verkoop van een aantal rassen van Holland Select. Holland Select is een familiebedrijf uit Andijk (Noord-Holland) dat bonenrassen ontwikkelt en produceert voor de professionele markt. Wij zijn erg blij met deze samenwerking. Hiermee hebben we ons assortiment peulvruchten flink kunnen uitbreiden. Het betreft in totaal 13 rassen, die in deze catalogus aangegeven staan met het logo:
Oude rassen bij de Bolster In ons assortiment zitten verschillende oude rassen en ´vergeten groenten´. Oude rassen hebben vaak bijzondere kwaliteiten op het gebied van smaak of esthetische waardes als vorm, kleur en geur. Een aantal van de vergeten groenten bieden we nu zelfs aan in pakketvorm. Op deze manier willen wij deze bijzondere groenten extra onder de aandacht brengen, zodat ze niet helemaal worden vergeten. Onze pakketten kunt u vinden op: www.bolster.nl/zadenpakketten Sommige van onze rassen staan op de Oranje Lijst; een verzameling van rassen die al voor 1940 geteeld werden. De lijst wordt uitgegeven door het Centrum Genetische Bronnen en de Oerakker. Als u hierin geïnteresseerd bent, kunt u de lijst online inkijken op: www.deoerakker.nl.
Nieuwe rassen bij de Bolster Naast de zaadvermeerdering, wat in de bio zadenwereld erg zeldzaam is, ontwikkelen we sinds 2003 ook nieuwe rassen aangepast aan de condities van de moderne biologische landbouw. Sinds 2010 doen we dat met een team van 3 veredelaars. De beste biologische rassen dienen robuust, groeikrachtig, zoveel mogelijk ziekteresistent, productief, mooi, makkelijk oogst- en verwerkbaar te zijn en het liefst ook nog zeer smakelijk! Er kan soms wel tot 10 jaar aan vooraf gaan, voordat een nieuw ras gelanceerd kan worden. Die lange ontwikkelingsduur heeft zowel te maken met de lange wensenlijst, alsook met de strenge eisen t.a.v. raszuiverheid. Bij de Bolster gebruiken we de klassieke veredelingstechnieken van observatie, kruising en selectie. Tot nog toe heeft Bart Vosselman (de senior veredelaar van de Bolster) al vijf rassen op de markt weten te brengen: de tuinbonen Eleonora en Ratio, de rucola coltivata Esmee, de pompoenen Solor en Fictor en de cherrytomaat Bartelly. Deze nieuwe rassen zijn ook beschikbaar voor de particulier. Het veredelingswerk wordt gefinancierd door de eigen zadenverkoop alsook door een subsidiebijdrage van de stichting Zaadgoed (www.zaadgoed.nl).
© De Bolster
5
5
Inleiding Bestellen via de website Op onze website zijn zowel bestellingen in kleinverpakkingen als in grootverpakkingen gemakkelijk en snel door te geven. Neemt u dus gauw een kijkje op www.bolster.nl!
Snelle levering Een vast team van enthousiaste en gemotiveerde medewerkers probeert elke bestelling binnen enkele werkdagen af te handelen. Alleen in piekperiodes (februari, maart) kan het iets langer duren.
Als u het afgelopen jaar een bestelling via de website geplaatst heeft, hoeft u dit jaar niet opnieuw een account aan te maken. U kunt met uw emailadres en klantnummer inloggen. Bent u het klantnummer vergeten, dan is dit geen probleem. U klikt op de knop ´login´ en dan op ´wachtwoord vergeten´ (rechts bovenin op het scherm). Hier kunt u uw emailadres invullen, waarna u automatisch uw klantnummer per email ontvangt.
Bij orders beneden de € 20,- wordt € 4,- voor verzenden administratiekosten in rekening gebracht. Bij orders boven de € 20,- binnen Nederland worden geen extra kosten in rekening gebracht. Voor bestellingen buiten Nederland worden de verzendkosten wel doorberekend.
Heeft u nog niet eerder via de website besteld, dan werkt dit als volgt: 1. Klik op de knop ‘registreren’ bij het inloggedeelte van de website. Vul hier uw gegevens in. 2. U ontvangt een email waarin u de gegevens kunt controleren. In deze email staat tevens het klantnummer waarmee u kunt inloggen. 3. In het vervolg kunt u bestellen door bij ´login´ uw emailadres en wachtwoord in te vullen. 4. Nadat u bent ingelogd kunt u producten toevoegen door op het winkelmandje dat bij de producten vermeld staat te klikken. Een overzicht van de door u toegevoegde producten vindt u in ‘uw winkelwagen’ (rechts in uw scherm, onder het inloggedeelte van de website). 5. Wanneer de bestelling compleet is, klikt u bij het mandje op ‘afrekenen’. De bestelling wordt dan naar ons verstuurd. 6. Daarna kunt u via Multisafepay de betaling afhandelen. 7. U ontvangt per email een bevestiging van de bestelling. Wilt u liever bestellen via een bestellijst? Bij deze catalogus is een bestellijst toegevoegd. Deze kunt u invullen en toesturen naar het volgende adres:
De Bolster Oude Oenerweg 13 8161 PL Epe Vergeet niet uw adresgegevens bovenaan de lijst in te vullen.
6
Kiemkracht Wij stellen hoge eisen aan de kwaliteit van het zaad. Daarom voeren wij van alle zaden die op voorraad liggen, elk jaar opnieuw kiemproeven uit. Op deze manier zorgen wij ervoor dat wij zaden uitleveren met een zo hoog mogelijke kwaliteit. Ook wanneer er een nieuwe partij zaad geoogst is, wordt hier eerst een kiemproef op uitgevoerd, voordat het verkocht wordt. Wanneer een zaadpartij een te lage kiemkracht heeft, wordt deze eerst opnieuw geschoond en weer getest. Als blijkt dat deze zaadpartij nog een te lage kiemkracht heeft, wordt de partij niet verkocht. Door verschillende omstandigheden, denk hierbij aan te natte of droge grond, te koud weer, vogels of muizen die de zaden opeten kan het echter voorkomen dat er minder planten opkomen dan u had gehoopt. Wij willen graag helpen om dit probleem voor te zijn. Kijk voor onze tips op pagina 102 en 103. Zaden in grootverpakkingen Zaden in grootverpakking kunnen zowel via de website, als via email of fax besteld worden. De zaden zijn verpakt in de standaard verpakkingshoeveelheden die op de prijslijst staan vermeld. Voor winkeliers en tuinverenigingen Voor de verkoop van onze zaden hebben we displays beschikbaar, zodat de zaden mooi gepresenteerd kunnen worden in winkels of tuincentra. Tuinverenigingen met een gezamenlijke bestelling voor de leden kunnen korting krijgen. We adviseren u graag over de opties en het te verkopen assortiment. Neemt u hierover contact met ons op. Klantspecifieke verpakkingen De Bolster levert aan verschillende bedrijven zaden die verpakt zijn in klantspecifieke verpakkingen. Deze zaden worden verkocht door winkelketens of gebruikt voor promotionele doeleinden. Dit is mogelijk bij een afname van minimaal 1000 stuks per soort. Voor verdere vragen en/of een offerte kunt u contact met ons opnemen.
Inleiding Wilt u ons bezoeken? Als u graag een kijkje neemt in de wereld van de veredeling en zaadvermeerdering bent u van harte welkom op onze open dag op zaterdag 13 juli 2013. Er is dan heel wat te zien en te leren op onze kleurrijke velden! Wij horen graag van u en wensen u veel lees- en natuurlijk tuinplezier! Warme groene groeten, Het Bolsterteam
Europees keurmerk
Het EKO-logo zal vanaf 2013 steeds minder te zien zijn op de verpakkingen van de Bolster. Hier zal het nieuwe Europese Biokeurmerk voor in de plaats komen. Beide keurmerken staan voor dezelfde kwaliteiten en principes. Op den duur zal het nieuwe Europese Bio-keurmerk de keurmerken van de 27 lidstaten die dezelfde kwaliteit garanderen overbodig maken. Dit is overzichtelijker voor de consument en praktisch voor het handelsverkeer. De Bolster gaat met zijn tijd mee en heeft besloten nu al over te gaan op het Europese Bio-keurmerk. Het Europese Bio-keurmerk is bedoeld voor voorverpakte biologische producten die geproduceerd zijn in de EU (inclusief teelt, bereiding en distributie). In Europese wetgeving is precies vastgelegd waaraan biologische voeding en landbouw moeten voldoen. De woorden ‘biologisch’, ‘bio’ en ‘organic’ zijn zelfs wettelijk beschermd. Wie op voedingsproducten ‘biologisch’ zet terwijl het niet biologisch is volgens de regels van de wet, begaat een economisch delict. De consument heeft er recht op dat wat bio heet, ook echt bio is. Daarom zijn door de overheid controleinstanties aangewezen. Inspecties, steekproeven en eventuele sancties voor bedrijven die de regels niet strikt volgen, horen daar natuurlijk bij. In Nederland zorgt de stichting Skal voor de controle op in totaal ruim 3300 bedrijven. Wij leveren 100% biologische zaden en voldoen meer dan ruimschoots aan de wettelijke voorwaarden.
Eko logo
Europees keurmerk
© De Bolster
7
7
Teamfoto
Bolsterteam Bolsterteam foto: De Bolster is een dynamisch jong bedrijf, sociaal en actief op diverse fronten. Een met een hart en een ziel, op mensenmaat. In de zomervakantie, in de periode van het vele wieden en oogsten, wordt het vaste team verdubbeld met een groep enthousiaste vakantiewerkers. Rij boven vlnr: Margreet, Marijn, Marco, Frank, Patrick en Annemarie. Rij midden vlnr: Tommy, Bart, Frank, Dustin, Loes, Karin en Bertille. Rij onder vlnr: Monique, Saskia en Diane. Op de foto ontbreken: Eelko, Roy Jasper, Mayra, Hessel, Tim, Maartje Linda, Marit, Lotte en Truus
8
8
© De Bolster
Teamfoto
© De Bolster
9
9
1
Groenten
Groenten, vers uit eigen tuin op uw bord, het hele jaar rond: het toppunt van gezonde voeding! De Bolster draagt hier graag aan bij. Blad- en stengelgewassen: De meeste blad- en stengelgewassen houden van een vrij rijke, vochtige en goed doorlatende bodem. Het zijn veelal snelle groeiers en daardoor ook gevoelig voor vroegtijdig schieten. Zaai ze daarom wat regelmatiger in kleine hoeveelheden, zodat u constant kunt oogsten. De nieuwkomers in het assortiment van dit jaar zijn: Asian Sla Tatsoi, Asian Sla Red Giant en de zeer kleurige en veelzijdige snijbiet Bright Lights. Laat u verrassen! Spinazie kan al zeer vroeg gezaaid worden en wordt vanaf maart opgevolgd door andijvie, rucola, raapsteeltjes en de verschillende slasoorten. Wilt u het teeltseizoen nog oprekken, dan biedt een tunneltje of kas uitkomst. Daarin kan naast spinazie ook snijbiet overwinteren, al heeft deze wel behoefte aan een jasje van bijvoorbeeld vliesdoek. Met dit assortiment blad- en stengelgewassen kunt u uzelf in ieder geval het hele jaar rond van vers bladgroen voorzien!
10
Blad- en stengelgewassen Andijvie Cichorium endivia Een klassieker in de Nederlandse keuken is wel: andijviestamppot! Het breiden hiervan is net zo eenvoudig als het telen van dit groene lof. Er kan feitelijk maar weinig misgaan. Wel moet u er rekening mee houden dat uitzaai in het voorjaar vroegtijdige schieters kan opleveren. De meeste andijvie wordt gezaaid in de periode half juni tot eind juli. Zo kunt u tot diep in de herfst genieten van dit gewas. Nauwer planten dan 30 x 35 cm geeft geen hogere opbrengst en het risico van smet is groter.
Andijvie
Andijvie
Nummer Vijf 2 1010
Krulandijvie Wallone 1020
Verreweg het meest geteelde type. Breedbladig met goed gevuld hart en zachte smaak. 1 zakje voor ongeveer 40 m².
Fraai uiterlijk vanwege het fijne, ingesneden en sterk gekrulde blad. Uitstekend te gebruiken als rauwkost en garnering, maar ook prima geschikt voor stamppot en stoven. 1 zakje voor ongeveer 40 m².
Bladmosterd
Bladmosterd
Golden frills 1032
Purple frills 1035
Heel fijn ingesneden blaadjes en frisgroen van kleur. Deze kunnen van maart tot oktober gezaaid worden en van april tot november geoogst. Ze hebben graag een zonnige standplaats. 1 zakje voor ongeveer 7 m².
Heeft geheel dezelfde groeiwijze als de Golden Frills, maar heeft een dieppaarse kleur. 1 zakje voor ongeveer 7 m².
Bladmosterd Brassica juncea var. rugosa Bladmosterd wordt veelal in een jong stadium, als mini-groente, gegeten, maar kan ook prima als volwassen plant gebruikt worden. Mosterd wordt geteeld voor de olie in de zaden, als specerij, medicinale plant en groente. In de Himalaya regio van India wordt bladmosterd al meer dan 5000 jaar geteeld en gegeten. Ook in vele andere landen vormt bladmosterd onderdeel van het dagelijks maal en het wordt net als spinazie of andere bladgroenten bereid. Het blad heeft een aangenaam pittige smaak. Bladmosterd is goed winterhard en wordt in de late zomer gezaaid om in de herfst en winter gegeten te worden. In de voorzomer gezaaid schieten de planten makkelijk door, maar geeft dan mooie eetbare, gele bloemen.
11
Mescluns
Mescluns zijn oorspronkelijk mengsels van verschillende jong geoogste slasoorten met diverse andijvie-achtigen. Het woord mesclun komt van het Provençaalse mescal, dat mengsel betekent. De verschillende kleuren en smaken maken mesclun een aantrekkelijke mix en de variatiemogelijkheden zijn oneindig. Tevens zijn eetbare bloemen goed aan deze slamix toe te voegen voor een nog kleurrijker geheel; kijk voor meer informatie over eetbare bloemen op pagina 99 van deze catalogus. De mesclun bladgroenten worden meestal door elkaar heen gezaaid en tegelijkertijd gesneden na een groeitijd van 4 à 5 weken, wanneer de blaadjes ongeveer 10 cm lang zijn. Wanneer net boven het groeipunt gesneden wordt, kan na twee weken een tweede keer geoogst worden met een totaal aantal oogsten oplopend tot drie. Het groeipunt is te vinden in het hart van de plant, daar waar de blaadjes het kleinst zijn. Bij de Bolster hebben we twee soorten mesclun in ons assortiment opgenomen: Aziatische mesclun en puur sla mesclun. Deze mixen zijn dusdanig samengesteld dat de verschillende soorten tegelijk gezaaid en geoogst kunnen worden. Telen van mesclun De beste groeiperiodes zijn april t/m augustus. Uitdunnen of wat ruimer zaaien is van belang om in kritische perioden (nat weer) smet door schimmels te voorkomen. In een kas of tunneltje kunt u ook in de winterperiode telen. In deze periode neemt echter het risico op schimmelziektes toe, omdat dan vrijwel geen groei plaatsvindt. Voor alle bladgroentes geldt dan ook dat het nitraatgehalte duidelijk hoger is. Dit nitraatgehalte hangt samen met het bemestingsniveau, let er dus op dat u niet te veel bemest.
12
Aziatische mesclun 1825 Een heerlijk mengsel van jong te oogsten Aziatische bladgewassen: paksoi, raapsteel mizuna, bladmosterd purple frills en bladmosterd golden frills.
bundeltjes te snijden is. Op deze manier hoeft u de rijen niet uit te dunnen. Eerste oogst: na 3 à 4 weken. Inhoud zakje: goed voor ongeveer 5 m2.
Deze mesclun is vrij pittig van smaak en geschikt voor teelt in de lente. Zaaien: van april tot eind juni. Houd tussen de rijen 15 cm aan. Zaai op 1 cm in de rij en dun later uit op 2-3 cm. U kunt de zaden ook met wat zand of suiker mengen en zo op een rijtje zaaien, resulterend in een mooi dicht gewas dat gemakkelijk in
Puur sla mesclun 1827 Een kleurig slamengsel bestaande uit de slasoorten red salad bowl, suzan, wonder der vierjaargetijden en little leprechaun. Het mengsel ziet er erg mooi uit, groeit goed en kan in de lente en zomer geteeld worden. Puur sla mesclun heeft een zachte smaak en wordt daarom ook wel babyleaf genoemd.
dat u de zaden alvorens ze te zaaien met zand of suiker kunt vermengen, zodat uitdunnen niet meer nodig is. Eerste oogst: na 3 à 4 weken. Inhoud zakje: goed voor ongeveer 5 m2.
Zaaien: van april tot september. Houd tussen de rijen 15 cm aan. Zaai op 1 cm in de rij en dun later uit op 2-3 cm. Ook voor deze slamix geldt
13
Blad- en stengelgewassen
Cichorium intybus var. foliosum
Apium graveolens var. dulce
Cynara cardunculus
Groenlof Zuckerhut 1360
Groenselderij Tall Utah 1370
Kardoen 1380
Groenlof is een typische groente voor de herfst en vroege winter, want het kan enige vorst verdragen. De langwerpige kroppen kunt u net als andijvie gebruiken - zowel rauw als gekookt. Groeit op elke grond, een lichte bemesting is al voldoende. Bij voorkeur rechtstreeks (ter plekke) zaaien, de beste zaaitijd is eind juni tot half juli. Een goede plantafstand is 30 x 15 cm. Bij invallende vorst het gewas onder glas overplanten, daarbij het slechte buitenblad verwijderen. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
Geurige groente, waarvan de stengels en het jonge blad worden gegeten. Rijk aan voedingsstoffen. Selderij is een ‘lichtkiemer’ en mag dus niet te diep gezaaid worden. Bovendien verloopt de kieming traag en kan deze tot wel 3 weken duren. Groenselderij heeft duidelijk meer groeikracht dan bleekselderij. Selderij vraagt een krachtige humeuze grond. Onder glas zaaien, tweede helft april in een bakje en verspenen op 10 cm of in potjes. Eind mei, begin juni uitplanten op 35 x 35 cm. De stengels zijn volgroeid aan het eind van de zomer. Kan niet veel vorst verdragen, dus in de herfst tijdig beschermen. 1 zakje voor ongeveer 350 planten.
Een heel oude, meerjarige groente uit het Middellandse Zeegebied, waarvan de gebleekte bladribben gekookt gegeten worden. Daartoe kunt u de plant voor de bloei ongeveer 3 weken met een jutezak omwikkelen. De meeste kardoen wordt echter geteeld vanwege de zeer fraaie, artisjokachtige bloemen. Als men op tijd zaait bloeit kardoen al in het eerste jaar. Het gewas kan vrij veel vorst verdragen, dus alleen bij strenge vorst afdekken. Zaaien onder glas in de loop van april of rechtstreeks eind mei. Plantafstand 80 x 60 cm. 1 zakje voor ongeveer 4 m².
Helaas geen foto beschikbaar
14
Brassica rapa var. chinensis
Brassica rapa var. rosularis
Paksoi Taisai 1570
Brassica juncea
Asian Sla Tatsoi 1572
Asian Sla Red Giant 1575
Taisai is een snelgroeiend bladgewas uit Oost-Azië met grijsgroene bladeren in een los rozet. Opvallend zijn de brede witte bladstelen en de witte bladnerven. Vanwege snel doorschieten is het niet verstandig om Taisai al zeer vroeg in het voorjaar te zaaien. Op tijd oogsten komt de smaak ten goede. Mochten er bij de oogst al wat bloemknoppen zichtbaar zijn, dan is dat feitelijk geen enkel probleem. Teel dit gewas niet als u problemen heeft met knolvoet in de bodem. Dun rechtstreeks zaaien op een rijafstand van 30 cm en later uitdunnen op 25 cm. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Tatsoi is een variant op de Paksoi. De donkere, ronde, dikke blaadjes zijn knapperig, lekker en gezond. Rauw of als spinazie te bereiden. Tatsoi is niet moeilijk te telen; het kiemt en groeit vlot. 4 à 5 weken na het zaaien kunnen de kropjes of afzonderlijke blaadjes geoogst worden. Zaaien: direct in de volle grond of in een zaaibak, vanaf maart tot juli en vanaf half augustus tot midden september. Niet te dik zaaien. Wanneer de eerste echte blaadjes verschijnen kunt u al verspenen. Uitplanten op 30x30 cm. Gevoelig voor knolvoet. Water geven belangrijk. Bescherm in het begin tegen koude nachten. Sterke plant, goed winterhard, lang oogstbaar en lang te bewaren. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Een uit Azië afkomstig bladgewas uit de mosterdfamilie. Als amsoi bekend vanuit de Javaanse of Surinaamse keuken. Losse krop met mooi rood-groen, pittig, iets gebobbeld, rond blad. Verder bekend als mosterdsla, mosterdkool of meer algemeen bladkool. Net als de andere kruisbloemigen vatbaar voor knolvoet! Zaaien: vanaf maart tot oktober onder glas of plastic tunnel. Buiten van half juni of vanaf half augustus tot half september. Niet te dik zaaien. Plant uit op 25x25 cm. Kan goed vorst verdragen. Snelgroeiend (5 weken na zaaien al oogstbaar) en lang te oogsten. Bij plukken of niet te diep snijden kan meerdere malen geoogst worden. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Blad- en stengelgewassen Raapsteel Brassica rapa subsp. campestris
Allium porrum
Prei Blauwgroene Herfst 1690 Prei vraagt een voedzame en diep losgemaakte grond. Vanwege de trage beginontwikkeling is het verstandig om prei (zowel de zomer- als herfstprei) vanaf eind maart tot half mei dun uit te zaaien op een zaaibed en pas later uit te planten. Dit type prei heeft minder last van slijtageverschijnselen in de late herfst/winter dan zomerprei en kan vrij veel vorst verdragen. Uitplanten in juni/juli op 40 x 15 cm. Eventueel tegen de winter bij elkaar zetten en bij strenge vorst afdekken. 1 zakje voor ongeveer 15 m2.
Gelukkig worden nog steeds veel mensen blij zodra er de eerste raapsteeltjes zijn. Het is een typische voorjaarsgroente. In de zomer gaan ze makkelijk schieten, maar in de herfst niet meer. Al vanaf eind januari kan in de koude kas gezaaid worden en vanaf half maart of in augustus tot begin september in de volle grond. Te weinig bemesting kan geel blad opleveren, maar wat geler blad betekent niet ongeschikt voor consumptie. Het blad en de steeltjes kunnen in een stamppot verwerkt worden of rauw in salade gegeten worden.
Raapsteel
Mizuna 1725 Fijne Japanse bladkool, losse krop met honderden geveerde bladeren, lichtgroen met een lichte nerf. Kan enkele graden vorst verdragen. Rijafstand: ca. 25 cm. Oogst na 6 weken, op 10 à 15 cm hoogte. 1 zakje is goed voor 5 m².
Rucola sla
Raapsteel
Namenia 1720 Namenia is een smakelijk ras met ietwat grove, malse bladeren en een korte groeiduur. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
Zaaien kan best op rijtjes - afstand 10-15 cm - vanaf begin mei tot ver in de herfst. Vroeg uitzaaien (maart en april) wordt afgeraden in verband met vroegtijdig schieten. Bij een late uitzaai onder glas (oktober) kan men gedurende een heel lange periode in de winter van dit gewas genieten, het risico van vorstschade is klein. Eenmaal per 3 à 4 weken in kleine porties uitzaaien geeft een goede oogstspreiding.
Eruca sativa subsp. sativa
Rucola Esmee 1760 Het fijne blad van dit ras van de Bolster is mooi ingesneden. De smaak is pittig nootachtig, maar niet bitter. Oogst vanaf ca. vier weken na het zaaien, de jonge bladeren vlak boven de grond afsnijden of met wortel en al optrekken.1 zakje voor ongeveer 5 m².
15
Blad- en stengelgewassen Sla soorten Lactuca sativa
Diplotaxis tenuifolia
Rucola selvatica (wilde rucola) 1765 Om een goed resultaat te bereiken met de teelt van Rucola selvatica is het belangrijk om een mooi homogeen zaaibed aan te leggen met niet teveel grote kluiten. Wilde rucola kiemt enigszins traag; een bodemtemperatuur van ca. 20 graden is wenselijk. De bladeren kunnen gedurende een lange periode, vanaf ongeveer 8 weken na het zaaien, geoogst worden. Bloemen regelmatig verwijderen. Bij directe zaai kunt u 1 zakje voor ongeveer 10 m² gebruiken.
Wij kunnen u een breed assortiment aan slatypen leveren. Alle slarassen zijn goed te telen. Sla heeft een korte groeiduur (6 à 8 weken) en het is dan ook belangrijk om de planten in een jong stadium te verspenen/ verplanten. Sla is vooral lekker wanneer u niet te veel bemest. Wanneer u elke week sla wilt eten, moet er wel regelmatig gezaaid/ geplant worden. De eerste zaai onder glas kan al in februari plaatsvinden, in de vollegrond vanaf half maart tot begin augustus. Een gebruikelijke plantafstand is 30 x 30 cm. Door een gedeelte van de sla wat dichter bij elkaar te zetten en vroeger te oogsten, kunt u volstaan met 1 zaaisel per 3 à 4 weken. Voor alle slasoorten geldt dat de hoeveelheid zaad per zakje voldoende is voor ca. 20 m².
Kroppende Sla
Bindsla Little leprechaun 1780 Dit ras ziet er zeer fraai uit en levert weinig teeltproblemen op. Vormt een losse krop van vrij hoog opstaande paarsachtige bladeren. Voor vers gebruik en later ook gestoofd. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Eikenbladsla Lactuca sativa
Kroppende Sla
Bataviasla Blonde de Paris 1840 Mooie sla met knapperig blad, een tussentype van gewone kropsla en ijsbergsla. Is gemakkelijker te telen dan ijsbergsla. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
16
De red salad bowl en salad bowl zijn snelle groeiers, maar traagschietend en hebben dus een lange oogsttijd. Ze zijn in een vroeg stadium – na ongeveer 30 dagen - ook geschikt als pluksla (babyleaf). Vanwege het planttype (weinig kroppend) kunnen natuurlijke vijanden zoals sluipwespen en lieveheersbeestjes de bladluizen beter te lijf gaan. Inhoud: voor 20 m².
Eikenbladsla
Red salad bowl 1835 Prachtig roodbladige, licht gekrulde eikenbladsla. Zacht blad met een zoete smaak, mooie opfleuring van salades. Hoe kouder het wordt, hoe roder de bladeren zijn. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Blad- en stengelgewassen Pluksla Lactuca sativa
Eikenbladsla
Salad Bowl 1833 Groene, licht gekrulde eikenbladsla. Zacht blad met een zoete smaak. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Zaaien: half maart tot juni, onder glas kan dat al vanaf eind februari. Ruim zaaien of planten (30 x 30cm) kan prima; de bladeren zijn in dit geval wat groter en steviger dan bij dichter zaaien. Regelmatig plukken is van belang voor de malsheid van de bladeren en bevordert de doorgroei. Uiteindelijk gaan de planten schieten en wordt het tijd voor een nieuw zaaisel.
Pluksla
Blackseeded Simpson 1830 Een snelgroeiend type zonder kropvorming. De bladeren zijn geelgroen en hebben een mooie, iets gebobbelde bladstructuur. De plant heeft de vorm van een kegel en na afsnijden/plukken ontwikkelen zich nieuwe bladeren in het hart van de plant. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
IJsbergsla Lactuca sativa
Pluksla
Pluksla Catalogna 1832 Erg smakelijke, stevige, donkergroene sla met lange, ingesneden bladeren. Wordt ook wel hertshoornbladsla genoemd. Is vroeg en schiet niet snel door (schotvast). Weinig gevoelig voor ziekten of aantastingen. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Het telen van ijsbergsla is wat meer risicovol, maar dat kan ook juist een uitdaging zijn. IJsbergsla is gemiddeld wat zoeter en heeft een dik blad dat lang krokant blijft. De groeiduur is 2 weken langer dan andere slatypes. Zaaien: maart-juli, oogst: juni-okt, afstand in de rij: 2530 cm.
IJsbergsla
Saladin 1850 Maakt middelgrote tot grote kroppen. Is weinig schotgevoelig. Minder geschikt voor een herfstteelt. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
17
Blad- en stengelgewassen
IJsbergsla
Lactuca sativa
Lactuca sativa
Grazer Krauthäuptel 2 1845
Kropsla Suzan 1800
Kropsla Twellose Gele 1790
De ijsbergsla variëteit Grazer Krauthäuptel 2 is een traditioneel Oostenrijkse variëteit uit de regio rond de stad Graz. De planten hebben helgroene, knapperige bladeren met een rood randje. Maakt middelgrote tot grote koppen. Is schotvast en minder gevoelig voor valse meeldauw (Bremia). 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Een stevige bladstructuur met een zware krop, vooral geschikt voor de zomer. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Een snelgroeiend type, ook in kouder weer. De kroppen zijn mals en geelgroen (een echte botersla van vroeger). Typisch geschikt voor een vroege teelt. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Krulsla Lactuca sativa
18
Lactuca sativa (Kropsla)
Lactuca sativa
Wonder der Vier Jaargetijden 1820
Kropsla Zwart Duits 1810
De naam van dit ras zegt eigenlijk al veel. Een zeer betrouwbaar ras voor voorjaar, zomer en herfst. Een mooie kropvorm, weinig smetgevoelig, lekker mals en de paarsrode kleur van de buitenste bladdelen geeft een extra fleur aan uw tuin en siert uw bord. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
De naam zwart heeft betrekking op de zaadkleur. Een groene malse kropsla voor voorjaar en zomer. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
De beste plantafstand is 35 x 35cm. Oogstklaar 2-3 maanden na het zaaien. Vanwege het planttype (weinig kroppend) kunnen natuurlijke vijanden zoals sluipwespen en lieveheersbeestjes bladluizen beter te lijf gaan.
Blad- en stengelgewassen Snijbiet Beta vulgaris var. cicla
Krulsla
Krulsla
Lollo rossa 1837
Lollo Bionda 1836
Snelgroeiende rood-bruine krulsla met een open bladrozet met sterk ingesneden bladeren. Zeer decoratief en zacht blad. Ze zijn in een vroeg stadium ook geschikt als pluksla (babyleaf). 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Heeft een open bladrozet met sterk ingesneden malse bladeren. Het blad is heldergroen en ziet er aantrekkelijk uit. Ze zijn in een vroeg stadium ook geschikt als pluksla (babyleaf). 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Gemakkelijk te telen bladgroente op alle grondsoorten. Zaaien in de vollegrond van begin april tot begin augustus op een rijafstand van 30 cm; ca. 25 zaden per strekkende meter gebruiken. Dit gewas kan meerdere malen gesneden worden, tot ver in de herfst. 1 pakje is voldoende voor ongeveer 4 m².
Helaas geen foto beschikbaar
Snijbiet
Bright Lights 1885 Een prachtige snijbiet met heel kleurrijke steeltjes (rood, paars, oranje, geel en wit). De bladeren van deze snijbiet zijn grotendeels groen. Ook na het roerbakken of stoven behouden de stelen hun sierlijke kleur. De bright lights is echt een lust voor uw maag en oog! 1 zakje voor ongeveer 4 m².
Snijbiet
Snijbiet Donkergroene Gladde Witribbige 3
1900
Fors planttype met brede, witte bladstelen en groen blad. Vooral geschikt voor stoven en roerbakken. Iets te grof voor salades, tenzij u wat dichter zaait. 1 zakje voor ongeveer 4 m².
Groene Gewone 1890 Veel groen blad en dunne bladstelen. 1 zakje voor ongeveer 4 m².
19
Blad- en stengelgewassen Spinazie Spinacia oleracea
Snijbiet
Rhubarb Chard 1910 Rode snijbiet met lange bladstelen en iets gekroesd blad. Qua smaak is snijbiet voor menigeen niet de truffel van de groentetuin, maar het fraaie uiterlijk van Rhubarb Chard compenseert heel veel. 1 zakje voor ongeveer 4 m².
Vooral als men vroeg in het voorjaar spinazie wil zaaien, is het belangrijk dat er voldoende stikstof in de bodem beschikbaar is. Spinazie is weinig vorstgevoelig, afdekken is niet nodig. De hoeveelheid zaad per pakje is voldoende voor 4 m². Scherpzadige rassen zijn snelle groeiers, maar schieten ook snel door en worden voor de vroegste teelt gebruikt. Voor de latere teelten worden de trager doorschietende rondzadige rassen geteeld. Vanaf december en januari kan onder glas gezaaid worden, voor een oogst vanaf eind februari tot april. Zomeren herfstteelten worden van april tot half september in de volle grond gezaaid en geoogst vanaf eind mei tot oktober. In september kan nog een winterteelt gezaaid worden.
Spinazie
Nieuw-Zeelandse spinazie 1610 De naamgeving is in dit geval zeer verwarrend. Nieuw-Zeelandse spinazie behoort tot de familie van Posteleinachtigen (Portulacaceae) en ziet er ook totaal anders uit als de gewone spinazie. De planten van Nieuw-Zeelandse spinazie hebben veel meer groeikracht, niet in de hoogte maar zijdelings, de stengels kruipen als het ware over de grond. De blaadjes en stengeltoppen kunnen regelmatig geplukt worden. De bereidingswijze (gestoofd) is gelijk als bij spinazie. Omdat de planten vorstgevoelig zijn en de zaden alleen bij hogere temperaturen kiemen, kan het best in april in een bakje onder glas worden gezaaid. De kieming is traag (ca. 3 weken). Een ruime plantafstand (minimaal 60 cm) is gewenst. Ter plaatse zaaien in mei kan ook, mits het warm genoeg is. 1 pakje is voldoende voor 10m².
Tuinmelde Artiplex hortensis
20 20
Spinazie
Spinazie
Nores type Noorman 1930
Vroeg Reuzenblad 1920
Rondzadig, groeit en schiet duidelijk trager dan Vroeg Reuzenblad. Kan ook na begin april gezaaid worden (latere teelten). 1 zakje voor ongeveer 4 m².
Scherpzadig, een snelle groeier, speciaal geschikt voor een vroege teelt. Zaaien vanaf januari onder glas en vanaf half februari tot begin april in de volle grond. Daarna dient u, in verband met vroegtijdig schieten, gebruik te maken van het ras Nores. Vanaf begin augustus kunt u wel weer gebruik maken van het Vroeg Reuzenblad. Oogsten kan na 4 tot 6 weken. 1 zakje voor ongeveer 4 m².
Een winterharde eenjarige bladgroente, die net zoals spinazie zowel vers als gestoofd gegeten kan worden. Groeit op elke grond en vraagt niet veel bemesting. Kan zowel koud als warm gezaaid worden van maart tot augustus. Oogsten kan vervolgens van april tot september. Om steeds jong blad te kunnen oogsten moet vaker achtereen worden gezaaid. Is gevoelig voor schot (in juli). Na schieten zijn de blaadjes nog eetbaar (stengels zijn dan te vezelig). Zaaien op rijen 30 cm van elkaar. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 5 m².
Blad- en stengelgewassen Veldsla Valerianella locusta
Tuinmelde
Tuinmelde
Lichtgroene Tuinmelde 1990
Rode Tuinmelde 2000
Levert weinig teeltproblemen op. Vormt een losse krop van vrij hoog opstaande frisgroene bladeren. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
Deze rode variëteit heeft veel sierwaarde. Levert weinig teeltproblemen op. Vormt een losse krop van vrij hoog opstaande paarsachtige bladeren. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
Veldsla is typisch een gewas voor de late herfst en winter. De plantjes zijn weinig kwetsbaar en kunnen veel vorst verdragen. Stelt weinig eisen aan de grond. Omdat de zaaiperiode (augustus/september) gunstig valt, kan men met veldsla de vrijgekomen stukjes grond goed benutten. Zaaien in oktober is te laat, tenzij men beschikt over een kas/platte bak. Een nauwe rijafstand van 10 cm is mogelijk, maar een ruimere afstand is plezieriger i.v.m. schoffelen.
Veldsla
Veldsla
Cressida Lepidium sativum
Grote Noordhollandse 1870
Vit 1880
Tuinkers 1980
Dit is een relatief snelgroeiend en productief type met nogal lange bladeren. De bladkleur is wat lichter. Grofzadig. 1 zakje voor 7 m².
Een echt professioneel ras met donker en kort blad in een kenmerkende rozetvorm. De zaden zijn aanmerkelijk kleiner en de groei is trager in vergelijking met de Grote Noordhollandse. 1 zakje voor 7 m².
De jonge blaadjes zijn smakelijk en gezond. Kiemt en groeit snel, dus met regelmatige tussenpozen zaaien (buiten vanaf begin maart). Kan ook het gehele jaar door binnenshuis in bakjes op de vensterbank groeien.
21
Blad- en stengelgewassen
Claytonia perfoliata
Portulaca oleracea
Winterpostelein 2030
Zomerpostelein 2040
Bladgroente voor gebruik als salade, in rauwkost of stamppot in herfst en winter. Nooit problemen met ziekten en plagen! Winterhard, alleen bij kale vorst wordt de kleur van het blad minder mooi en is afdekken gewenst. Geen bemesting nodig. Zaaien in augustus. Als de bodemtemperatuur nog te hoog is, komt de kieming veel trager op gang. De zaden zijn klein, door de zaden te mengen met fijn zand is het gemakkelijker om voldoende ruim te zaaien. Indien gebruik gemaakt wordt van een zaaimachine is mengen met suiker een goede methode. Een rijafstand van 20 à 25 cm hanteren. In de rij niet te dicht zaaien! 1 zakje voor 6 m².
Een zeer snelgroeiende zomergroente met een heldergroene bladkleur. Menging met zand vergemakkelijkt de uitzaai (fijne zaden). Alleen zaaien bij voldoende warmte en zeker niet voor half mei. Ca. 3 weken na zaaien kan al geoogst worden. 1 zakje voor 2 m².
Teeltinformatie Koolgewassen Koolgewassen zijn de kampioenen wat betreft de late teelten – zij helpen ons de winter door. Anders dan de blad- en stengelgewassen zijn het langzame groeiers. Daarom houden ze van rijke en zware bodems, waar ze langzaam maar gestaag kunnen ontwikkelen. Zo krijgen ze een compacte kool en zijn ze beter bewaarbaar. Dit geld vooral voor de sluitkolen, witte en rode kool en spruitjes. Verder is het belangrijk dat de bodem niet zuur is (voldoende hoge pH), voldoende vocht wordt aangeleverd en de temperaturen niet te hoog zijn. U kunt kolen het best grote hoeveelheden verteerde compost geven. Zo nodig – als de bodem vrij arm of licht is - kan dit lokaal in het plantgat gegeven worden, eventueel met wat gedroogde mestkorrel en kalk toe. Later in het groeiseizoen kan met verse compost bijgemest worden. Spitskool, savooiekool en boerenkool zijn wat minder veeleisend en zijn gemakkelijker ook op wat minder zware en minder bemeste (zand)bodems te telen. Raapachtigen als koolrabi, koolraap, raap, radijs, rammenas, raapsteeltjes en de Chinese kooltypes hebben vooral behoefte aan genoeg vocht, een hoge pH, géén te hoge bemesting en zijn meer lichte grond-types. Op zware grond volstaat voor de koolgewassen een vruchtwisseling van 1 op 4, op lichte grond is 1 op 6 aangewezen. Dit o.a. om knolvoet minder kans te geven.
Overwinteren: Sommige kolen kunnen in de winter op het land blijven staan en ‘op afroep’ geoogst worden. Savooie kolen bijvoorbeeld kunnen heel wat vorst verdragen, al kunnen ze ook ingekuild worden (dicht bij elkaar herplant) om ze tegen hevige vorst te beschermen. Spruitjes en boerenkool worden zelfs lekkerder (zoeter) als er vorst overheen is gegaan. Bloemkool Flora Blanca kan ook op het land blijven, mits afgedekt met een blad, maar de bloemkool Alpha overwintert dan weer liever onder glas. Niet overwinterbaar zijn broccoli, Chinese kool en koolrabi. De palmkool lukt het wel in Toscane, maar helaas niet in Nederland. Rode en witte kool kan je goed bewaren op een koele, vorstvrije plaats. Eenmaal volgroeid, moeten ze wel vóór de vorst binnengehaald worden. Ons nieuwe koolgewas van dit jaar is de Flora Blanca (letterlijk vertaald ‘witte bloem’) - een oud ras met een mooie witte kop.
22 22
Koolgewassen
Brassica oleracea var. botrytis
Brassica oleracea var. botrytis
Brassica oleracea var. Laciniata
Bloemkool Alpha 1440
Bloemkool Flora Blanca 1445
Boerenkool Westlandse Winter 1450
Voor de vroegste oogst zaaien rond eind september-begin oktober, onder glas overwinteren en half maart uitplanten op 60 x 50 cm, onder glas of buiten. Deze teelt geeft de minste kans op aantastingen van koolvlieg of rupsen. De oogst is in juni. Er kan ook gezaaid worden in januari- februari onder glas, dan buiten uitplanten half april op 70 x 50 cm, de oogst hiervan is eind juni - juli. 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Een oud Nederlands ras. Eén van de eerste rassen die niet een gelige, maar een mooie witte kop heeft. De Flora Blanca is meest geschikt voor de herfstteelt en kan ook overwinteren. Herfstteelt van bloemkool is wat makkelijker dan de zomerteelt en kan als nateelt komen na sla, vroege aardappelen, zomerprei of peulgewassen. Zaai ze half mei tot begin juli op een zaaibed in de vollegrond. Plant ze in de zomer 4 weken na het zaaien uit, om het risico op boorders (vroege, kleine bloemkooltjes) te beperken. Oogst: september-december. Tegen vorst beschermen door de kool met een blad af te dekken. De Flora Blanca is goed zelfdekkend. 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Het telen van boerenkool levert weinig problemen op. Kan ‘s winters op het veld blijven staan en wordt zoeter van smaak als het heeft gevroren. Zaaien in mei-juni op zaaibed en na ca. 6 weken overplanten op 65 x 50 cm. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 30 m².
Brassica oleracea var. Cymosa
Brassica pekinensis
Spruitkool
Broccoli Groene Calabrese 1460
Chinese kool Granaat 1470
Groninger 1580
Nauw verwant aan bloemkool. Zowel de hoofdscheut als de zijscheuten kunnen gegeten worden. Voor een goede uitgroei van de scheuten moet voldoende mest/compost gegeven worden en gebruik bij het verplanten alleen jonge planten. Een vroege teelt is mogelijk door voor te zaaien onder glas (maart). Een opkweek in de vollegrond kan vanaf half april. Uitplanten na 4 tot 5 weken op een afstand van minimaal 45 x 45 cm. De scheuten worden normaliter geoogst vlak voordat de eerste gele bloemetjes zichtbaar worden, maar iets later oogsten is ook geen probleem. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 20 m².
Dit ras produceert forse, lange, groene kroppen. Chinese kool kan niet erg veel vorst verdragen en is schietgevoelig. Voorzaaien en vervolgens uitplanten kan alleen bij zeer jonge planten, tenzij men gebruik maakt van potten. Ter plaatse dun uitzaaien van half juli tot begin augustus is de beste methode. Een rijafstand van 40 cm aanhouden en in de rij uitdunnen op 30 cm. Vroeger uitzaaien geeft een groter risico op schieters. De oogst valt in oktober, november. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 8 m².
De Groninger spruitkool is een oud landras met veel variatie. De spruitjes die niet mooi gesloten zijn, kunnen gebruikt worden voor stamppot. Zaaitijd half april tot uiterlijk half mei op zaaibed, uitplanten eind mei tot begin juli op 60 x 50 cm. 1 zakje is voor ongeveer 30 m²
23
Koolgewassen Koolrabi Brassica oleracea var. gongylodes
Koolrabi is een snelgroeiend gewas met een heerlijke smaak, ook prima als rauwkost. Verplanten moet altijd in een jong stadium geschieden. Omdat koolrabi weinig gevoelig is voor doorschieten kan al vrij vroeg gezaaid worden. Voorzaaien onder glas vanaf half februari, buiten zaaien vanaf half maart tot half juli. Uitplanten op 30 x 30 cm.
Koolrabi
Delikatess Blauwe 1480 Fraaie blauwpaarse knollen met wit vruchtvlees. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Koolrabi
Delikatess Witte 1490 Lichtgroene knol. ongeveer 10 m².
1
zakje
voor
Savooie kool Brassica oleracea var. sabauda
Koolrabi
Superschmelz 1500 Deze koolrabi moet wat ruimer geplant worden dan de Delikatess Blauwe en Delikatess Witte. De knollen kunt u door laten groeien tot wel 2 kg of meer, zonder dat ze houtig worden. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
24 24
Savooie kool kan enige vorst verdragen en kan daarom vrij lang op de tuin blijven staan. Buiten voorzaaien (eind april-mei) en na ca. 6 weken uitplanten op 60 x 50 cm. 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Savooie kool
Bloemendaalse Gele 1530 Deze unieke kool moet behouden blijven voor het nageslacht, dus veel telen! Slobberkool is de oude bijnaam. Mocht slobberen niet passen bij uw eetcultuur, dan gewoon korter koken. Heerlijk en zacht van smaak. De groengele, later goudgele, licht gekroesde kool kan een plaatje voor uw tuin zijn. De vorm varieert van spits tot meer bolvormig. Deze kool verdraagt lichte tot zelfs matige vorst. 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Koolgewassen Bewaarkool Witte en rode kool zijn goede bewaarkolen. Ze moeten op het land blijven tot ze volgroeid zijn en vóór de eerste vorst binnengehaald worden. Daarna kunnen ze op een koele, vorstvrije plaats bewaard worden. Hang ze hier op, los van elkaar en met touwtjes rond de stelen. Zo zijn ze 4 tot 6 weken bewaarbaar. Wanneer de kolen ingekuild worden, zijn ze echter langer te bewaren. Inkuilen kan buiten in een geul of kuil, waar ze met de wortel er nog aan in gezet worden. De koolkroppen mogen elkaar en de grond niet raken. Wat stro aan de zijkanten zorgt voor verluchting. Bovenop komt een laag stro en plastic. Als ze gezond de kuil in gaan, kunnen ze tot mei of juni goed blijven. Dit systeem kan ook in een kelder worden nagebootst in een kist met vochtig zand. Dat is weliswaar gemakkelijker, maar de kolen zullen er minder lang houdbaar zijn dan buiten, omdat de temperatuur in de kelder hoger is.
De meest smaakvolle van de witte kolen (zacht en wat zoeter) met een spitse groeiwijze. De kool wordt wat later gevormd en kan fors uitgroeien. Een betrouwbaar ras met weinig teeltproblemen. Ook zeer geschikt voor zuurkool. De teelt is volledig vergelijkbaar met rode kool (zie aldaar). 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Brassica oleracea var. alba
Brassica oleracea var. alba
Brassica oleracea var. Rubra
Witte kool Langedijker bewaar 1560
Witte kool Roem van Enkhuizen 2 1540
Rode kool Langedijker Bewaar 2 1510
Middelgrote ronde sluitkool, geschikt om te bewaren. De teelt is volledig vergelijkbaar met rode kool (zie aldaar). 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Een relatief snelgroeiende, zware kool voor de productie van zuurkool in september. Vrij barstgevoelig. De teelt is volledig vergelijkbaar met rode kool (zie aldaar). 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Middelgrote, hoogronde kool. Buiten zaaien op zaaibed tot uiterlijk eind april en na ongeveer 6 weken overplanten op 70 x 60 cm. Tegen de winter op een koele, vorstvrije plaats bewaren, bijvoorbeeld met de wortels eraan in een bak met zand of ophangen in de kelder, hierbij het buitenblad verwijderen. Onder plat glas kan ook, maar dan wel goed luchten en bij vorst afdekken. Zonodig slecht blad afpellen. 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Savooie kool
Westlandse Putjes 1520 Donkergroene, gekroesde kool, waarvan de bovenste bladeren niet helemaal gesloten zijn. Kan een lange tijd geoogst worden, vanaf het einde van de zomer tot in de winter. Verdraagt lichte vorst. 1 zakje voor ongeveer 30 m².
Brassica oleracea var. alba
Witte kool Filderkraut 1550
25
Peulvruchten Intro Bij de peulvruchten onderscheiden we verschillende soorten uit dezelfde familie (Leguminosae of Fabaceae), namelijk erwten (Pisum sativum), bonen (Phaseolus vulgaris), pronkbonen (Phaseolus coccineus) en tuinbonen (Vicia faba). Stikstofwortelknolletjes Peulvruchten behoren tot de vlinderbloemigen. Bijzonder aan deze familie is dat ze weinig voeding nodig hebben, omdat ze in symbiose met een bodembacterie (Rhizobium) stikstof kan binden uit de lucht. De stikstof wordt vastgelegd in zogenaamde wortelknolletjes waarin de bacteriën leven. Peulvruchten onttrekken daardoor weinig voedingsstoffen aan de bodem. Dit wil niet zeggen dat ze in het geheel géén bemesting nodig hebben; juist in de beginfase kan de hoeveelheid stikstof toch kritisch zijn omdat het vormingsproces van wortelknolletjes nog op gang moet komen. Een matige hoeveelheid rijpe compost voor het uitzaaien volstaat meestal. De peulvrucht is voedzaam, smakelijk, gemakkelijk te telen en een goede voorvrucht voor andere gewassen. Wat wil een tuinier nog meer?
Teeltinformatie erwten
. Zaaien ltaten oplevert eden su re e st be de /april) andigh uitzaai (maart tte weersomst n matige ge na g oe vr er n ij B ee . t w da met meeldau t uitzaaien ee aarvoor geldt edagplanten w e peulzetting en problemen Fusarium). Geef voor he n 1 op 6 aangeraden. ng la jn zi n te Erw oend (o.a. htwisseling va r geeft onvold himmels bij de kieming wordt een vruc s in mei en late el sc m m or hi vo sc d tussen voelig bodem het onderschei zijn erwten ge compost. In verband met at ta ts on r oo entachtig pe aard heen zitten. D en een perkam peulen hoeveelheid rij om bb er he e s di er en jn ul ci de rwten en capu soms ook de pe de zaden uit cheren). we de zaden en ultjes. De peulen van dope pucijners moeten daarom an en bl et n ht te lic w el er Van kend (w n en ca s en pe te te er ts w jn ui er ci n ij B pu ka . ca n en ze eerd; invrie doperwten en jn om op te et e zaden r ze te hard zi vers geconsum te gebruiken. et de nog jong k als m vlies, waardoo De zaden worden meestal n en de gedroogde zaden n, de or w n oo te pt. te laten rijpe volledig gege m kunnen ze worden gedo het gewas af de jonge peul n later stadiu ijk n ee el ka In s og . m du jn k zi en r oo tbaa Het is rd vlies zaden net zich en niet zo’n ha Peultjes hebb zijn het zoetst wanneer de en en . De lage rass erin. De peul ten worden. n ten rijssoorten or ee so en re m ge ge ne ge ho moeite d en de de doperwten em es no yp ge st n rij te de or orten stamso Al moet u bij n de lagere so r dan de hogere rassen. plukken. de te or k lij w ort) gaas of n ke te ak w vroege Bij de er teelt langs (k t en zijn m n at gs w ee r en n br aa ee m op m r n, ge al geven wel mee dersteuning geteeld worde zijn over het rij de grond. te bouwen, ze tie uc het gaas een tr ns liggen niet op pe zonder on co en ci ul in klim pe pr in e zijden van de id 20 en en be -1 r nn n ke 60 ku lij aa n en n ke te rij ka e De stamsoor plukken gemak g. Bij de teelt langs gaas ussen dubbel duw op de aakt het door di rij 3 à 5 cm. T ha no de sc al in g ia ni er en ei at n w met rijshout m de zodat er aanhou tijd steunm n, al cm ge en 50 eg bb nl er he aa ve n Rijstype rijen onge ord-zuidas asting. n. Tussen de volgens de no de kans op meeldauwaant gezaaid worde et beste kunt u de rijen rt de 3 n. H r op en vermin elkaar en op cm open late 3 à 5 cm van ogen ze snelle dr in op r d ze oo an i rd st aa af aa Z e D k. planten valt. ze op dezelfd een platte ba koude serre of geveer 5-8 cm zijn), kunnen t de grond droog genoeg n ee in i ar nu ja rt. Let erop da diep) en maak in een de plantjes on n vanaf eind aart (wanneer n op zijn vroegst begin maa Voorzaaien ka m 4 cm n va op lo de ka genoeg (3 à à 4 cm diep. In lant worden. Direct zaaien ai in eerste instantie diep tgep vogelvraat: za een geultje ui erwten tegen de n. m er ch es B is. bruik van nette eventueel ge m iu ad st r te la
26
Peulvruchten
Capucijner
Capucijner
Doperwt, kort type (stam)
Blauwschokkers (rijs) 1220
Rozijnerwt (stam) 1230
Kelvedon wonder 1240
Een fors gewas, kan 2 meter hoog worden. Zowel de bloemen als peulen zijn paars.
Laagblijvende capucijner, ca. 70 cm. De bloemen zijn violet van kleur maar de peulen groen. De gedroogde zaden hebben een fraai kleurpatroon.
Zoete, kreukzadige doperwt. Goede smaak. Lengte ca. 70 cm.
Doperwt, lange type (Rijs)
Doperwt, lange type (Rijs)
Stampeul / Sugar Snap
Eerste vroege mei 1270
Senator 1290
Norli 1300
Een vroeg en productief ras. De zaden zijn vrij fijn en rond. Lengte ca. 140 cm.
Senator is groeikrachtig en geeft een goede productie. Kreukzadige erwt, die wat zoet van smaak is. Vrij laat en daardoor complementair aan de Eerste vroege mei. Lengte ca. 140 cm lang.
Een bekend en veel geteeld ras. Smakelijke peulen en een goede productie. Duidelijke verschillen tussen peulen en sugar snaps zijn er in feite niet. De term `Sugar Snap´ wordt gebruikt zodra de peulen iets verder doorgegroeid zijn (de zaden worden zichtbaar). In dit latere stadium is er sprake van een duidelijk zoetere smaak. Rijafstand 50 cm. Gewaslengte ca. 70 cm. Enige vorm van gewasondersteuning maakt het plukken gemakkelijker.
27
Peulvruchten
Peulen, Lange typen (rijs)
Peulen, Lange typen (rijs)
Peulen, Lange typen (rijs)
Sweet Horizon 1305
Grijze roodbloeiende 1330
Hendriks 1320
Bij uitstek geschikt voor de professionele teelt. Dit hangt samen met de peulgrootte en de verschillende resistenties. Een midden-vroeg tot laat ras met hoog productiepotentieel. Maakt sterke, gezonde planten. De peultjes zijn vrij donker, quasi draadloos en worden 9-10 cm lang en zo´n 22 mm breed. Tolerant voor (Ascochyta) AT en resistent ten aanzien van meeldauw (PM) en Fusarium (F1).
De rode bloemen zien er fraai uit. Zeer productief, plukt iets lastiger doordat het een bladrijker plant is. Lengte ca. 130 cm.
Groeit lang door, met een lange oogstperiode. Zeer betrouwbaar en sterk ras. Weinig gevoelig voor Fusarium. Lengte tot ruim 2 meter.
Peulen, Lange typen (rijs)
Heraut 1310 Vroeg, enigszins forse peulen. Hoogte ongeveer 140 cm.
28
Peulvruchten
Teeltinformatie bonen boonsoorten seizoen. Alle t he in r te la wat andigheden. wten en komen koude zaai- en plantomst st, die voor er n da nd ne in eer warmtem en houden niet van natte of e bemesting. Rijpe compo best een Bonen zijn m st or tv nt het n matig ch na voor en vragen ee mesting. U ku d be on e gr kt re hi zijn gevoelig sc zu ge de meest gen ze geen Verder verdra anten wordt ingewerkt, is pl ou aanh den. het zaaien of (Phaseolus stens 1 op 4 in m n va g de pronkboon lin ), is ar lg vu us vruchtwisse ol mstig uit e boon’ (Phase kboon zijn afko dellandse on on ew pr ‘g de de e en w Mid derscheiden gewone boon hten van het Bij de bonen on tuinboon (Vicia faba). De lijke peulvruc k lage (stam) ke oo on jn pr zi rs er oo r de de aa en t m to s) , t eu pe or in ty verse ho d cocc de tuinboon be n oorsprong een klimmen ul gegeten, van andere de en a ik er en m A en va dpe Zui gbon on is hele ijbonen, droo en wordt de e gewone bo sn D ss . : ra ij ijk ed al rb el bi nt m aa ge w aa na ee , n Z pes, ‘stok’ ikkeld. Van ee n hier drie ty sel ‘stam’ of r eg uu vo ct or ru vo st t varianten ontw bonen. We onderscheide altijd een ijgen ze he n kr n/ ne e de gt bo za oo ok re e th st of drog en de hun plan n de hoge ankelijk van nnen groeien al vroeger da slabonen. Afh zonder ondersteuning ku e stamsoorten zijn meest n .D de stambone aarop ze kunnen klimmen w nodig hebben pronkboon) ewone boon en leg om de (g t ch la es -g stoksoorten. t het Phaseolus (2-5 cm) in een geultje en stand or de bonen ui vo en ld n vrij diep llen op een af ge ne n po bo ee in m am en ge st ai al t za de Het Over he gen: zaai 45 à 50 cm. teeltaanwijzin rijafstand van tioneert ook goed. n ee de volgende le groeiers er te an ar func okbonen snel zaadje. H st ka n n el j ie ee bi ez n cm G ne ). 10 bo 5cm stokbonen met steeds 4 d worden (2-5 k langer door. Plaats bij de en geen van 45 x 45 cm n mogen vrij diep gezaai og oo ne De planten m Zo dragen ze Ook de stokbo gelmatig geplukt worden. vierkante meter belangrijk. raad, maar nog steeds re r id t een zijn, moeten ze ier is het aantal planten pe els veel kans. Een oude le eind juni) geef en H m . m ei al hi m ia f sc er al at en (h steunm t dan krijg ee keer zaaien vormen, wan aanhouden. Tw ² m kluwen gaan r pe n te à 10 plan actueel, is 8 u ze in preiding. ts eind april kunt gs af an V . ei goede oo m ei tot half t half periode half m d moet n half april to de va in n en ka n on tte ab on sl der glas in po nnen de stok gin mei tot begin juli. De gr Voorzaaien on aien. In de vollegrond ku en loopt tot be li ju periode gint in de be za k in en ba en on te on ab at sl ab pl stok oogst van een amsl orden en de st te vochtig. De oogst van de ambonen, maar u kunt de t begint w d ai za ge ni ju gs n st et ukt worden da eelheden te zaaien. De oo 2° C zijn en ni ev minimaal 10-1 en kunnen langer doorgepl ho re ne ei on er in kl oktober. Stokb reiden door ze 2 tot 3 ke sp n ne bo r. de stam t oktobe juli en loopt to dan rond eind
29
Peulvruchten Pronkboon Phaseolus coccineus Pronkbonen zijn in een jong stadium uitstekende snijbonen met een goede malsheid en smaak, maar in een ouder stadium wordt de schil iets ruw en vormt zich op de buiken rugnaad een draad en bevat de peulwand een vlies dat niet gaar kookt. In dat stadium kunnen nog wel de onrijpe zaden gegeten worden. Teelt als stoksnijboon. Zaaitijd half mei tot half juni. Vanwege de forse groei slechts 2 à 3 zaden per stok zaaien en een ruime afstand (80 x 80 cm) tussen stokken hanteren. Er zijn witbloeiende soorten met witte zaden en roodbloeiende soorten met rode zaden. U kunt de pronkbonen oogsten van augustus tot oktober. Pluk ze regelmatig en op tijd. Als de peulen te dik geworden zijn, kunt u nog wel de onrijpe zaden opeten.
Pronkboon
Pronkboon
Lady Di 1205
Emergo 1200
Een draadloze pronkboon! De talrijke, prachtig rode bloemen zorgen voor een kleurrijke tuin. De zaden zijn zwart/rood. De peulen zijn zo’n 28-30 cm lang. De Lady Di heeft een grote groeikracht. Resistent tegen bonenrol(V1) en bonenscherpmozaïekvirus (BYMV).
Een witbloeiend ras met zeer lange, dikke en donkergroene peulen. Aangename smaak, maar duidelijk verschillend van de gewone snijboon. Het gewas is zeer fors en heeft weinig last van windschade; wordt daarom vaak als windbescherming gebruikt. Pluk regelmatig, anders vormt zich een vlies en een draad.
Stramdroogboon
Stramdroogboon
Bruine Kogelboon 1140
Friese Woudboon 1120
Matig grote, eivormige/ronde zaden. Stevige planten.
Langwerpige crème-kleurige zaden met een zachte schil.
Stamdroogboon Phaseolus vulgaris Droogbonen zijn goede groeiers en mogen daarom wat ruimer gezaaid worden, op ca. 10 cm in de rij, op een rijafstand van 50 cm. Zaaitijd: mei. Weinig ziektegevoelig. De peulen hebben een perkamentachtig vlies, dus gebruik alleen de zaden voor consumptie. Oogst de droogbonen vanaf eind augustus als ze beginnen te verkleuren. Dan trekt u ze uit de grond en hangt ze in bosjes op in een beschutte plaats. Als de peulen na enkele weken voldoende droog zijn (scherp), kunt u de zaden gemakkelijk uit de peulen ritsen. Bewaar de gedorste zaden op een droge plaats. Mocht u last van de bonenkever hebben (kleine gaatjes in de zaden zichtbaar), leg dan de bonen gedurende een paar weken in de diepvries (-18 C). 1 zakje is voldoende voor ca. 8 m².
30
Peulvruchten Stamslaboon Phaseolus vulgaris Wanneer het weer voldoende gunstig is, kan vanaf begin mei tot begin juli gezaaid worden op rijen. Zaai ze vrij diep (2-5 cm) in een geultje en leg om de 5-10 cm een zaadje. Of zaai in pollen op een afstand van 45 x 45 cm met steeds 4 bonen bij elkaar. De oogst valt in de periode eind juliseptember. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 9 m².
Stamslaboon
Stamslaboon
Compass 1081
Valdor 1217
Een extra dunne sperzieboon van het type haricot vert (<6,5 mm) met lange (12-14 cm) rechte peulen en een bijzonder mooie plantarchitectuur. De peul is donkergroen en heeft een zeer goede smaak. Planthoogte is ca. 50 cm. Zeer makkelijk te plukken. Resistent tegen vetvlekkenziekte (Ps), anthracnose (A) en bonenrolmozaïekvirus (V1).
Een fijne, gele stamslaboon (6,5-8 mm dik), met een lengte van 12-14 cm. Een bekend en veel geteeld ras met een zeer mooie kleur. De peulen kleuren in een vroeg stadium naar geel. Wordt 50 cm hoog en heeft een mooie plantopbouw. Resistent tegen vlekken- (A) en vetvlekkenziekte (Ps), alsmede bonenrolmozaïekvirus (V1).
Stamslaboon
Stamslaboon
Stamslaboon
Faraday 1083
Domino 1082
Stanley 1084
Faraday is ook een nieuw professioneel ras sinds 2010. Een zeer fijne boon (6,5–8 mm) van het type haricot vert, met bijzonder uniforme, lange (13-14 cm) peulen met een mooie donkere kleur. Dit ras heeft een ruime oogstperiode en goede houdbaarheid, waardoor het zowel geschikt is voor industrie als voor verse markt. De vruchtzetting is homogeen, het is een productief ras. De planthoogte is ongeveer 50 cm. Resistent tegen vlekken- (A) en vetvlekkenziekte (Ps), alsmede bonenrolmozaïekvirus (V1).
Een nieuw professioneel ras sinds 2010. Domino heeft een donkere, mooie peul, van zo’n 8-9 mm dik en 12-13 cm lang. Mooie lengte-dikte verhouding. De peulen hebben een homogene zetting. Een topras voor de eenmalige handpluk met hoge plukprestaties. Een hoofdras voor de machinale oogst. Geeft hoge opbrengsten. De plant wordt zo’n 50 cm hoog. Resistent tegen vlekken- (A) en vetvlekkenziekte (Ps), alsmede bonenrolmozaïekvirus (V1).
Deze wat grovere sperzieboon met een dikte van 9-10,5 mm en een lengte van 12-13 cm is het standaardras in het middenfijn segment. Heeft een mooie lengte-dikte verhouding. De peul is wat lichter groen. Stanley is zowel geschikt voor vroege als voor late teelt (begin mei tot uiterlijk half juli zaaien). Maakt op lichte grond een wat compacter gewas. Planthoogte 50 cm. Resistent tegen vlekken-(A) en vetvlekkenziekte (Ps), alsmede bonenrolmozaïekvirus
De bonen van Holland Select staan gerangschikt op dikte van de boon.
31
Peulvruchten
Stamslaboon
Stamslaboon
Stamslaboon
Cantare 1075
Dubbele Witte zonder draad 1080
Saxa 1090
Cantare is ontwikkeld door Pop Vriend Zaden. Het is een malse, slanke boon die vrij lang geplukt kan worden. Heeft geen steun nodig en groeit op elke grondsoort. Resistent tegen rolmozaïek (V1) en vlekkenziekte (A).
Malse en smakelijke boon die vrij lang doorgeplukt kan worden. Relatief weinig schimmelgevoelig bij slechte/ natte weersomstandigheden.
Een echt oud ras dat niet mag verdwijnen. Het speciale van dit ras is: relatief vroeg, goed bestand tegen slecht weer en een goede (bonen)smaak. Het boontje ziet er wat minder mooi uit. Maar is dat erg?
Stamsnijboon
Stamsnijboon
Capitano 1215
Nassau 1195
Een nieuwe, platpeulige, gele stamsnijboon (wasboon) die 20 mm breed en 15 cm lang is. De peulen hebben al in een vroeg stadium een mooie gele kleur. Opstaand planttype met een uniforme zetting, rechte peulen en een uniforme kleur. Geschikt voor mechanische oogst en handpluk. Pluk vroeg genoeg, als ze nog lekker mals zijn. Resistent tegen vlekken- (A) en vetvlekkenziekte (Ps), alsmede bonenrolmozaïekvirus (V1). Planthoogte is ongeveer 50 cm.
Een groene, platpeulige stamsnijboon, met een breedte van 17 mm en een lengte van 16 cm. De peulkleur is vrij lichtgroen. Nassau is bijzonder sterk. Pluk vroeg genoeg, als ze nog lekker mals zijn. Resistent tegen vlekken- (A) en vetvlekkenziekte (Ps), alsmede bonenrolmozaïekvirus (V1). Planthoogte is ongeveer 50 cm.
Snijboon (stam en stok) Phaseolus vulgaris De snijbonen mogen vanaf half mei tot juli gezaaid worden. Zaai de stamsnijbonen op rijen, vrij diep (2-5 cm) in een geultje en leg om de 5-10 cm een zaadje. Of zaai ze in pollen op een afstand van 45 x 45 cm met steeds 4 bonen bij elkaar. Zaai de stoksnijbonen met 4-5 bonen per stok, op een afstand van 75 x 75 cm. Snijbonen zijn zeer productief. De oogst begint in juli en loopt tot oktober. Pluk ze vroeg genoeg, als ze nog lekker mals zijn. Pluk ze ook regelmatig door (2 x per week) en verwijder te dikke bonen om de groei er in te houden.
32
Peulvruchten
Stoksnijboon
Stoksnijboon
Vitalis 1176
Golden Gate 1174
Standaardras. Een donkergroene midden-vroege snijboon, van 20 mm breed en 20 cm lang. Vitalis is zowel geschikt voor teelt onder glas als voor buitenteelt. Door de trage zaadgroei geeft dit ras een hoger percentage eerste-kwaliteit peulen. Resistent tegen bonenrolmozaïekvirus (V1).
Geeft een zeer mooie draadloze, geelpeulige snijboon. De Golden Gate is midden-vroeg en is zowel geschikt voor kas- als buitenteelt. De peulen zijn zo´n 24 mm breed en 24-26 cm lang. Resistent tegen bonenrolmozaïekvirus (V1).
Verreweg het meest geteelde ras in de vollegrond. De peulen zijn lang, vrij breed en afgeplat.
Stokslaboon
Stokslaboon
Cobra 1172
Mechelse Tros 1160
Cobra is een fijne (7-9 mm dikte), lange (20 cm), zwartzadige sperzieboon. De peul is wat lichter groen. Deze elegante boon is midden-vroeg, geschikt voor kas- en buitenteelten en wordt gekenmerkt door trage zaadgroei. Resistent tegen vlekkenziekte (A) en bonenrolmozaïekvirus (V1).
De boontjes zijn klein, vroeg en rijkdragend.
Stoksnijboon
Helda 1190
Stokslaboon Phaseolus vulgaris Alle stokbonen hebben een “fraai mechanisme van klimmen”: of het nu schuin, recht of gekronkeld is, altijd omslingerend en altijd met rechtse bochten wordt blindelings de weg naar boven gevonden. Het materiaal (bamboestokken, bonenstaken, touwen, etc.) dat u gebruikt als materiaal maakt niet zoveel uit, maar het geheel moet bij volle belasting wel voldoende stabiel zijn. In iedere volkstuin is wel iemand te vinden die uitleg wil geven wat nu feitelijk het “beste” systeem is. Een oude leidraad, maar nog steeds actueel, is 8 à 10 planten per m² aanhouden. Belangrijke voordelen van stokbonen zijn dat ze geen problemen met schimmels geven (het gewas kan goed opdrogen), ze een lange oogstperiode hebben en een hoge opbrengst geven. In de vollegrond mogen de stokslabonen in de periode half mei tot half juni gezaaid worden. De oogst van de stokslabonen begint in juli en loopt tot oktober.
33
Peulvruchten
Stokslaboon
Stokslaboon
Phaseolus vulgaris
Neckargold 1171
Neckarkönigin 1170
Stokdroogboon Stokkievitsboon 1180
De Neckargold is buitengewoon smaakvol. Hoge opbrengst van lange (23-25 cm), fijne, diepgele, malse peulen. Midden-vroeg rijp. Stevig planttype met diepe beworteling. Resistent tegen bonenrolmozaïekvirus (V1).
Een absolute topper, zowel qua smaak als productie! De ca. 20 cm lange peulen zijn zeer vlezig en blijven uitermate lang mals. Spekboon is eigenlijk een te ordinaire naam voor deze Königin; “Chateaubriandboon” of iets dergelijks zou passender zijn. Advies: voor uitzaai de zaden iets aanprikken met een naald. Dit bevordert de opname van vocht en geeft een betere opkomst!
Zowel de peulen als zaden zijn fraai rood gespikkeld. De peulenschil is perkamentachtig, dus alleen de zaden consumeren. In gekookte vorm is de zaadhuid dun en zacht. Teelt als stokslabonen, 3 à 4 bonen per stok. Eind september, begin oktober kunnen de peulen geplukt worden. Na enkele weken nadrogen kunnen de zaden gedorst of uitgedopt worden.
Tuinboon (Vicia faba) Met de tuinboon duikt u ver in de Europese geschiedenis. Voor het Amerikaanse Phaseolus-geslacht in onze contreien verzeild was geraakt, met o.a. de witte bonen, bruine bonen en sperziebonen, was in Europa, NoordAfrika en het Midden-Oosten alleen de tuinboon bekend. Er werden ook andere peulvruchten gegeten, zoals erwten, linzen en kekererwten, maar die werden geen bonen genoemd. Van tuinbonen zijn nog heerlijke Romeinse recepten te vinden, zoals Tuinbonen à la Vitellius, o.a. op de website www.coquinaria.nl van Christianne Muusers. In verschillende groeistadia kunnen verschillende delen van de tuinboon gegeten worden. Zo kent ze een grote diversiteit aan culinaire mogelijkheden. Zowel de jonge bladscheuten (rauw of als spinazie), als de jonge peulen wanneer de zaden nog niet rijp zijn, de verse bonen, de peulen wanneer de bonen rijp zijn en de gedroogde bonen kunnen gegeten worden. Tuinbonen zijn in het bijzonder een smakelijke culinaire combinatie met dille. En deze combinatie is bovendien effectief als mengteelt om de zwarte bonenluis tegen te gaan! Tevens – het zal u niet verbazen – is bonenkruid bekend als een goed toekruid voor tuinbonen. Tuinbonen hebben een goede koudetolerantie. Ter plaatse zaaien kan vanaf begin maart tot half april. Extra vervroeging is mogelijk door in februari voor te zaaien. Bij zaaien of uitplanten minimaal een afstand van 60 x 20 cm aanhouden. Dichter zaaien levert geen extra peulopbrengst op. Let erop dat de oogstperiode zeer kort is! Idealiter oogst u alles in 1 week. Met verschillende zaaidata wordt spreiding van de oogst verkregen. Zaai van februari tot half april buiten. Rijafstand: 60 cm, in de rij: 15 à 20 cm. Vervroegen kan door in februari onder glas te zaaien en begin april buiten uit te planten. Oogst: juli, de voorgezaaide bonen in juni. Er zijn nu reeds twee Bolster tuinboonrassen verkrijgbaar: Eleonora en Ratio. U kunt ze samen zaaien en toch een verlengd oogstseizoen hebben, omdat Ratio ongeveer 10 dagen vroeger rijp is dan Eleonora.
34
Peulvruchten
Tuinboon
Tuinboon
Express Type selectie Eleonora 1210
Ratio (p)* 1212
Dit professionele ras van de Bolster heeft een goede productie. Het gewas is kort en daardoor weinig gevoelig voor omvallen. De peulen zijn glimmend, lang, vrij fijn en goed gevuld met ca. 5 zaden. Uitstekende smaak en zeer geschikt om in te vriezen.
Een nieuw ras van de Bolster. Hoge opbrengst en erg vroeg. Ratio is ongeveer 10 dagen vroeger rijp dan Eleonora. Door de goede vertakking blijft het gewas kort en gaat niet legeren. De peulen zijn erg mooi en goed gevuld. *(p)= Proefzaadregeling. Dit ras is nog in aanmelding bij NAK tuinbouw.
Recept voor Tuinbonenpuree à la Vitellius tuinbonen en tuinkruiden uit de Romeinse Dit oerrecept is een zeer voedzame puree van verse dienen, voor 4 à 6 personen. Lekker met echt voorger warm als receptenverzameling De re coquinaria. Kan geroosterd volkorenbrood. Ingrediëntenlijst es (ongeveer 600 gram dubbel gedopt) 2,5 kilo ongedopte tuinbonen, of 900 gram tuinbonen uit de diepvri 2 eetlepels olijfolie zout en peper naar smaak 1/4 theelepel saffraandraadjes met 1 eetlepel kokend water m) 50 gram tuinkruiden (peterselie, oregano, munt, salie, basilicu ) bouillon (of water kokend r 3,5 decilite Bereiding van de boontjes (dubbel doppen). Stamp Haal de tuinbonen uit hun peulen en verwijder het grijze velletje eetlepel heet water zodat de kleur goed een in jes ndraad de verse kruiden tot een ‘puree’. Kneus de saffraa vrijkomt. Doe de tuinboontjes erbij, bestrooi met Verhit de olijfolie in een pan met dikke bodem tot matig heet. laagje olie. Voeg het saffraanwater en een met zijn bedekt s boontje peper en zout, en roer om totdat de minuten stoven. Giet de boontjes af, vang het kokend water toe. Laat met deksel op de pan op laag vuur vijf blender met het kookvocht om een wat dikke of kookvocht op. Pureer de helft van de boontjes in een vijzel tuinkruiden. Breng weer tegen de kook aan, de en s boontje hele soep te krijgen. Doe terug in de pan, met de en dien op. recept en meer achtergrondinformatie Op www.coquinaria.nl van Christianne Muusers is het oorspronkelijke te vinden.
35
Vruchtgewassen Teeltinformatie vruchtgewassen De vruchtgewassen komen uit een beperkt aantal families, namelijk de komkommerfamilie (pompoen, courgette, augurk, komkommer en watermeloen), de nachtschadefamilie (tomaat, paprika, peper en aubergine) en de grassenfamilie (suikermaïs). Een groot deel van de vruchtgewassen kan het best beschut geteeld worden in een kas of tunnel. Wie niet over een kas of tunnel beschikt, vindt gelukkig genoeg variatie en teeltplezier bij de pompoen, courgette, augurk, komkommer en suikermaïs. Wat de leden van de komkommerfamilie gemeen hebben is dat ze houden van een rijkelijke organische bemesting, zon en een vochtige bodem. Het zijn weelderige groeiers die meestal weinig teeltzorgen vragen en veel vruchten dragen. Pompoen is de topper wat de weelderige groei betreft en kan werkelijk overal om- en overheen geleid worden. Indien u niet genoeg ruimte heeft om de pompoen over de grond te laten kruipen, kunt u hem ook over een boom, een dak, de composthoop of een houten constructie heen leiden. U hoeft dus niet per se een heel grote tuin te hebben om toch van deze heerlijke wintergroente te kunnen genieten. Pompoen is bovendien erg rijk aan vitamine C en kan (afhankelijk van het ras) tot ver in de winter bewaard worden. Ze moeten dan wel rijp geoogst worden; pas wanneer de vruchtsteel rimpelig en ingedroogd is mogen ze geknipt worden. Daarna moeten ze in een droge ruimte bewaard worden die goed geventileerd wordt en idealiter een temperatuur van 8-12°C heeft. Pompoen houdt niet van een koude bewaring. Beneden 8°C kan koudeschade optreden, waarna de vruchten versneld gaan rotten. Pas op voor muizen en ratten! Sinds dit jaar is de watermeloen Sugar Baby aan ons assortiment toegevoegd. Het is een veel geteeld ras en ziet er uit als een typische watermeloen, maar dan in een kleiner formaat. In ons klimaat kan Sugar Baby het best beschut worden geteeld. Deze watermeloen kan wel buiten geteeld worden, mits de zomer niet te koud en nat is. Een mooi nieuwe experiment voor de avontuurlijke tuinier? Ook nieuw bij de vruchtgewassen is de Bartelly! Bartelly is een samenvoegsel van de namen van twee van de eigenaren van de Bolster: Bart en Elly. De Bartelly is een bijzonder robuuste, productieve en smaakvolle cherrytomaat. Het is een professioneel ras, wat betekent dat het ook voor de professionele tuinder zeer geschikt is. Zeker het proberen waard!
Courgette Cucurbita pepo
36
Solanum melongena
Cucumis sativus
Aubergine Violetta lunga 3 1025
Augurk Hokus 1030
Een tamelijk vroeg ras dat vrij slanke donkerpaarse vruchten met een groene steel vormt. Pas op voor de stekels. Deze aubergine kan het best in de kas geteeld worden. Zaaien: februari binnen bij 20-25 graden, uitplanten vanaf maart tot begin mei. Plantafstand 75 x 50 cm. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 10 m².
Geschikt voor de volle grond op een beschutte, zonnige plek. Zeer geschikt voor inmaak. Regelmatig doorplukken en te dikke vruchten verwijderen. Augurken kunnen prima liggend (vlakvelds) geteeld worden. Verticaal telen, bijv. langs touwen kost veel extra arbeid! Augurken worden vaak eind april voorgezaaid in potten of in een bak. Maar ook ter plaatse zaaien, ca. half mei, is goed mogelijk mits het voldoende warm is. De planten zijn vorstgevoelig. Een goede plantafstand is 150 x 40 cm. Om het gewas in toom te houden, kan men de ranken terugleiden of snoeien. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 6 m².
Courgetteplanten zijn uiterst productief. Professionele telers snijden zelfs elke dag om een juiste vruchtmaat te verkrijgen. Zoveel discipline verwachten wij niet van u, maar het is wel verstandig om regelmatig de jonge vruchten te plukken - als ze ongeveer 15 cm lang zijn. Er worden dan steeds nieuwe vruchten gevormd tot in de herfst. Courgetteplanten ranken niet. Ze zijn niet bestand tegen nachtvorst.
Vruchtgewassen
Helaas geen foto beschikbaar
Courgette
Courgette
Courgette
Zucchini 1350
Black Beauty 1352
Yellow 1354
Een lichtgroene courgette. Voorzaaien vanaf eind april en ter plaatse vanaf half mei. 1 plant per 0,8 m² als norm hanteren. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Een donkergroene courgette. Groeit op iedere goed bemeste grond. Eind april/begin mei dient deze warm voorgetrokken te worden onder glas. Eind mei kan hij buiten uitgeplant worden à 1 plant per m². Oogstklaar vanaf eind juni. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Rechte, heldergele vruchten met een zeer goede smaak en kwaliteit. Groeit op iedere goed bemeste grond. Voor deze courgette gelden dezelfde teeltaanwijzingen als voor de Black Beauty. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Cucumis sativus
Cucumis sativus
Cucumis sativus
Komkommer Gele Tros 1430
Komkommer Marketmore 1435
Komkommer Improved Telegraph 1437
Sterk ras voor de volle grond. De vruchten zijn niet groen maar witachtig. Voor een goede smaak op tijd snijden. Het uiteinde van de komkommer kan soms (bij groeistagnatie) iets bitter worden. De teelt is volledig vergelijkbaar met augurk. Komkommers kunnen zowel liggend als verticaal geteeld worden. Vanaf eind april kan onder glas gezaaid worden. Eind mei in potjes overplanten en buiten uitplanten op 40 cm, rijafstand 150 cm. Komkommers hebben niet zo’n stevig wortelgestel, wees dus voorzichtig met het uitplanten van de zaailingen en laat ze liefst niet te lang in potjes staan (<3 weken). Rechtstreeks buiten zaaien van half mei tot half juni. Regelmatig doorplukken en te dikke vruchten verwijderen. Zo nodig de ranken terugleiden of snoeien. Inhoud: voor ongeveer 6 m2.
Een prachtig (stekelig) landras met behoorlijk goede teeltresultaten. De tamelijk dikke, smakelijke vruchten worden ruim 20 cm lang en 5 cm dik. Ook van dit ras kan het uiteinde van de komkommer soms iets bitter worden. De teelt is volledig vergelijkbaar met augurk. Komkommers kunnen zowel liggend als verticaal geteeld worden. Vanaf eind april kan onder glas gezaaid worden. Eind mei in potjes overplanten en buiten uitplanten op 40 cm, rijafstand 150 cm. Komkommers hebben niet zo’n stevig wortelgestel, wees dus voorzichtig met het uitplanten van de zaailingen en laat ze liefst niet te lang in potjes staan (<3 weken). Rechtstreeks buiten zaaien van half mei tot half juni. Regelmatig doorplukken en te dikke vruchten verwijderen. Zo nodig de ranken terugleiden of snoeien. Inhoud: voor ongeveer 6 m2.
De Telegraph Improved is een oud Engels landras dat in 1897 geïntroduceerd is (Bron: Centrum Genetische Bronnen te Wageningen). Zeer geliefd omwille van de lange (30 cm), smalle, donkergroene vruchten. Heeft een dunne, gladde, iets geribbelde schil. Smaakt mild, is sappig, knapperig en niet bitter. Zet gemakkelijk vrucht en heeft weinig zaden. Groeit gemakkelijk langs het hek. Heeft ondersteuning nodig om ze lang en recht te laten groeien. Op de grond geteeld gaan de vruchten mogelijk krullen. Geschikt voor koude kas of buiten. Zelfde teeltinstructie als bij de komkommer Gele Tros. 1 zakje voor ongeveer 6 m².
37
Vruchtgewassen Pompoen Cucurbita moschata
38
Eind april/begin mei warm voorzaaien onder glas en tijdens de kieming niet te veel water geven. Oppassen voor muizen, want die zijn dol op pompoenzaden. Zijn de zaden eenmaal gekiemd, dan is dit geen probleem meer. Na ca. 3 weken buiten uitplanten; 1 plant per 2 m². Ter plekke zaaien kan in mei, mits het voldoende warm is om een vlotte kieming te bewerkstelligen. Per zaaiplek 2 zaden op 3 à 4 cm diepte zaaien. Na opkomst één plant laten staan. Ook buiten kunnen muizen roet in het eten gooien. U kunt preventief handelen door direct na het zaaien een bloempot omgekeerd op de zaaiplek te plaatsen. Na een week de potten wel weghalen! Pompoenen kunnen flink ranken, dus aan de buitenkant van het veldje regelmatig de ranken terugleggen. Pompoenen kunnen vanaf half september geoogst worden; voorkom in ieder geval nachtvorstschade. Oogst alleen voldoende rijpe vruchten; de vruchtstelen moeten verkleurd en wat rimpelig/ kurkachtig zijn. Droog bewaren bij niet te lage temperaturen.
Capsicum annuum
Capsicum annuum
Paprika Jubilandska 1620
Westlandse Lange Rode (peper) 1640
Zoet, niet scherp. Langwerpige vruchten die eerst groen zijn en bij rijping rood verkleuren. Het is een laagblijvende soort, snoeien of opbinden is niet nodig. Bij voorkeur onder glas telen. In maart in een bakje zaaien en binnen bij minimaal 20°C opkweken. De kieming duurt vrij lang. Overplanten in potjes en eind aprilmei uitplanten op 50 x 50 cm. Enkele bamboestokken en touw gebruiken ter vermijding van omvallen van planten, c.q. breken van takken. De oogst is in september en oktober. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 8 m².
De vrij kleine vruchten zijn scherp van smaak, langwerpig, puntig van vorm, eerst groen en bij rijping overgaand in rood. Geschikt om te drogen. Bij voorkeur onder glas telen of onder verhoogd plat glas. In maart in een bakje zaaien en binnen bij minimaal 20°C opkweken. De kieming duurt vrij lang. Overplanten in potjes en eind april-mei uitplanten op 50 x 50 cm. De oogst is in september en oktober. 1 zakje is voldoende voor ongeveer 8 m².
Cucurbita moschata
Cucurbita moschata
Cucurbita maxima
Muscat de Provence 1675
Butternut 1685
Gele Centenaar 1670
Geeft middelgrote, platte, vlakronde vruchten met diepe ribben. De schil is eerst groen/beige, maar na afrijping kleurt de pompoen naar oranje/crème. Het vruchtvlees is mooi oranje. Eind april, begin mei warm voortrekken onder glas, liefst bij zonnig weer. Eind mei buiten uitplanten; 1 plant per 2 m². Rechtstreeks zaaien kan dan ook. Oogsten dient voor de vorst te gebeuren, als het blad verdord is. Te gebruiken in soepen en pasteien. Droog te bewaren bij 10-15ºC.
Traditioneel, rankend ras. Crèmekleurige vruchten. Kleine zaadholte, zachte smaak en matig houdbaar.
De vruchten worden zeer groot, gewichten van 15 à 30 kg zijn vrij normaal. Niet de ideale maat voor een soepje; ook de smaak van deze pompoen is nogal flauw. De vruchten kunnen wel gebruikt worden voor inmaak of voor verwerking tot chutney of jam. Deze grote vruchten kunnen ook als decoratie in de tuin dienen. Na wat vorst zijn het vooral merels die het een lekker hapje vinden.
Vruchtgewassen Solor en Fictor Gemengd uitzaaien
Cucurbita maxima
Solor 1665 Een rankende oranje pompoen met een gemiddeld vruchtgewicht van ca. 1,1 kg. Het ras is vroegbloeiend; ca. 7 tot 10 dagen vroeger dan het standaardras Uchiki Kuri. Dit geeft de mogelijkheid bij ongunstige weersomstandigheden het zaaimoment nog wat uit te stellen. Solor is een zeer flexibele groeier, d.w.z. bij meer standruimte per plant resulteert dat onmiddellijk in meer vruchten per plant. De kans op te grove vruchten (zwaarder dan 1,5 kg) is praktisch nihil. Wij adviseren dan ook om niet te dicht te zaaien( 10 tot 12 duizend zaden per ha). Onder normale omstandigheden zal bij deze zaaidichtheid een opbrengst van 16 à 17 duizend vruchten (18 à 19 ton) per ha gerealiseerd kunnen worden. Een belangrijk pluspunt van Solor is de goede bewaarbaarheid van de vruchten. 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Cucurbita maxima
Fictor 1655 Dit ras vertoont qua uiterlijk vrij veel gelijkenis met Solor. De extra pluspunten van dit ras zijn: a) duidelijk meer groeikracht (vooral van belang bij ongunstige weersomstandigheden), b) een nog wat hogere opbrengst en c) de vruchten hebben een wat meer glanzend uiterlijk. Bovendien lijkt de bewaarbaarheid van Fictor nog wat beter te zijn dan van Solor. Fictor is een zogenaamd FIC-ras, een nieuw rasconcept van de Bolster (kijk voor meer informatie op onze website). 1 zakje voor ongeveer 20 m².
Pompoenen zijn kruisbevruchters en de bestuiving geschiedt vooral door hommels en bijen. Pompoenen hebben een grote aantrekkingskracht vanwege de grote hoeveelheid nectar per bloem. Om een optimale opbrengst te verkrijgen is het van belang dat er op het moment dat de eerste vrouwelijke bloemen verschijnen: a) voldoende mannelijke bloemen zijn en b) de kwaliteit van het stuifmeel goed is. In dat opzicht vullen Solor en Fictor elkaar goed aan. Gezien de ervaringen van de laatste jaren adviseren wij nu een verhouding van ongeveer 2/3 Fictor en 1/3 Solor aan te houden.
Cucurbita maxima
Cucurbita maxima
Cucurbita maxima
Groene Hokkaido 1660
Red Kuri (Hokkaido Orange) 1650
Zapallito 1680
Groene vruchten met geel-oranje vruchtvlees; overwegend 1,0 tot 1,5 kg. De smaak is minstens zo goed als van de oranje typen, maar de vruchten zijn iets minder goed houdbaar. Geschikt voor soep en diverse andere gerechten.
Een oud en bekend ras met veel oranje-rode vruchten en een wat kleinere vruchtmaat (0,8 à 1,0 kg). Matige houdbaarheid.
Niet-rankende zomerpompoen. De groene vruchten moeten in een jong, onrijp stadium geoogst en geconsumeerd worden. Nauwer uitplanten; 1 plant per 0,8 m².
39
Vruchtgewassen Tomaat Solanum lycopersicum
Een echt zware bemesting is bij suikermais niet nodig en resulteert in minder zoete kolven. Zaaien in de loop van april tot half mei onder glas in een bakje/tray of in kleine potjes en na half mei buiten uitplanten op 75 x 20 à 25 cm. Rechtstreeks zaaien kan vanaf half mei. De kolven op tijd oogsten! 1 zakje is voldoende voor ongeveer 4 m².
Tomaten vereisen een warme, zonnige en beschutte standplaats. Zaaien in maart tot half april onder glas of voor een raam binnenshuis. Overplanten in potjes met een diameter van 10-15 cm. Na 20 mei buiten of begin mei in de kas uitplanten op een afstand van 75 x 50 cm. Bij elke plant een stok plaatsen en de stengel af en toe vastbinden. Ook kan de plant aan een touw omhoog worden geleid. De uitlopers in de bladoksels (zogenaamde dieven) tijdig uitbreken of wegsnijden (alleen bij droog weer). Eventueel toppen; twee blaadjes boven de vierde vruchttros. Een teelt in de buitenlucht zonder overkapping is risicovol, vanwege de schimmel Phytophtora infestans (aardappelziekte).
Tomaat
Tomaat
Tomaat
Cerise (noire) 1971
Clementine 1972
Mirabelle Blanche 1973
Zeer attractieve tomaatjes van 50 à 60 gram. De vruchten hebben een donkerrode glimmende kleur en een bijzonder zoete smaak. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Tomaat met zeer grote trossen van ronde, gele vruchtjes. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Tomaat met trossen van 6 - 9 stuks. De vruchten zijn wit/ivoorkleurig transparant en roze gemarmerd. Deze kerstomaatjes hebben een gewicht van ongeveer 10 gram en een diameter van 2,5 cm. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Zea mays convar. saccharata
Suikermais Golden Bantam 1940
40
Tomaat
Tomaat Bartelly F1 1948 Professioneel ras dat inmiddels al door verschillende biologische telers in binnen- en buitenland geteeld wordt. Biologisch veredeld bij de Bolster. Voor de ongestookte teelt in kassen of tunnels. Sterk vertakte trossen en licht ovale vruchten met een zeer goede smaak. Geschikt voor losse pluk met kroontje. Het vruchtgewicht is 1516 gram. Hoge productie, opvallend gezond en veel groeikracht. Resistent tegen de thans voorkomende stammen van Fulvia fulva (Ff: 1-5). Volledige resistentie tegen het tomaten mozaïekvirus (ToMV). 1 zakje voor ongeveer 2 m².
Vruchtgewassen
Tomaat
Tomaat
Tomaat
Tigerella Bicolore 1974
Green Zebra 1975
Marmande 1950
De ronde vruchten van de ‘Tigerella’ zijn in het onrijpe stadium lichtgroen met donkergroene strepen. In het rijpe stadium kleuren ze naar rood, waarbij de strepen doorkleuren naar oranje. Het zachte vruchtvlees smaakt heerlijk. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
De Green Zebra geeft zeer bijzondere vruchten van ongeveer 100 gram. Onrijp zijn ze lichtgroen met donkergroene strepen en rijp zijn ze geel met groene strepen. Bij volledige rijpheid blijft het zachte vruchtvlees prachtig heldergroen en heeft dan een fijne friszure smaak. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Vrij grote vleestomaat, iets geribd. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Tomaat
Tomaat
Citrullus lanatus
Matina 1960
Zuckertraube 1970
Watermeloen Sugar Baby 2027
Ronde smakelijke tomaat. De tomaten rijpen zeer vroeg. Het blad is anders dan bij andere tomatenrassen en lijkt wat op aardappelblad. Vormt een open gewas. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Zeer groeikrachtig. Produceert grote trossen van smaakvolle, zoete tomaten. De vruchten zijn net iets grover dan cherrytomaten. 1 zakje voor ongeveer 10 m².
Mooie kleine watermeloen van ongeveer 1,5 à 2 kg. Kan het best vlakvelds in een kas of platte bak geteeld worden. Insecten zorgen voor de bestuiving, dus zorg dat deze bij de bloemen kunnen komen. Vermijd een te natte plaats en overmatige bemesting. Zaaien: vanaf half april tot eind mei binnen of in de kas voorzaaien. Maak de grond niet te nat. Zaailingen vanaf half mei tot half juni uitplanten. Zorg voor voldoende ruimte. De vruchten kunnen na 35 dagen al rijp zijn. Een ingedroogd steeltje is een teken van rijpheid. Ze blijven lang goed aan de plant, pluk ze daarom best vlak voor consumptie. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
41
Van zaadje tot tomaatje U heeft tomatenzaad in huis, maar hoe zorgt u er nu voor dat deze zaden uitgroeien tot volwassen planten die u van heerlijke tomaten kunnen voorzien? Op deze pagina vindt u een korte beschrijving die u hierbij kan helpen. Binnen- of buitenteelt? U kunt tomatenplanten in principe zowel buiten als in een kas telen. Een teelt buiten echter zal veelal teleurstellende resultaten opleveren. De planten blijven dan vaak lang nat en zijn meer blootgesteld aan schimmels. Vooral een aantasting met de schimmel Phytophthora infestans – ook wel aardappelziekte genoemd – zal moeilijk te vermijden zijn. Die duikt soms al in juni op en verspreidt zich snel in het gewas. De bladeren sterven dan af en de tomatenproductie stopt. De bladeren weghalen is meestal uitstel van executie. Als de planten deze ziekte gehad hebben is het verstandig het loof niet op de composthoop te gooien. Aangezien voorkomen beter is dan genezen, adviseren we de tomaatjes in een glazen of plastic kweekkas of tunnel te telen. Dit kan aantasting met Phytophthora verlaten of voorkomen. Doordat het warmer is in de kas zullen de tomaten ook sneller groeien en meer produceren. Kraamzorg U geeft de tomaatjes de beste start door de zaden eerst binnen voor te zaaien en ze als jonge plant in de volle grond te verplanten. Vanaf maart tot half april kunnen ze op een warme plek onder glas of op de vensterbank gekweekt worden. Ze kunnen in principe direct in een 8-10 cm pot gezaaid worden. Een andere methode is in een kiembakje en vervolgens verspenen. Verspeen na ongeveer 2 weken, als de eerste echte blaadjes verschenen zijn. Plant ze nooit eerder buiten dan eind mei, na de ijsheiligen. Tomaten houden niet van koud weer! In de kas kan eerder uitgeplant worden. Een gebruikelijke plantafstand in de kas is 75 cm (afstand tussen de rijen) x 50 cm (afstand tussen de planten in een rij). Ondersteunen en Indraaien De eerste twee à vier weken na opkomst zal het plantje nog keurig omhoog groeien, maar in een latere fase zal hij onder zijn eigen gewicht bezwijken. U kunt daarom best bij het uitplanten direct een stok plaatsen of een touw hangen waarlangs de plant omhoog geleid kan worden. Bij de Bolster gebruiken we touwen. Aan de voet van de plant kunt u het touw door middel van een los lusje vastmaken. Zorg er voor dat het touw slap hangt, zodat er genoeg speling is om gedurende de groei het touw meerdere malen spiraalsgewijs om de plant heen te draaien. Let er bij het indraaien op dat geen takjes of trosjes in de beknelling komen, zodat de plant alle vrijheid om te groeien behoudt. Water, temperatuur en bemesting Jonge planten hebben veel water nodig om te groeien. Wanneer de vruchten eenmaal zijn gezet voldoet minder water. Geef bij voorkeur water bij zonnig weer en probeer te voorkomen dat de bladeren nat worden. Over het algemeen kunnen tomaten flink wat warmte hebben, maar pas bij zonnig weer op dat de temperatuur niet te hoog oploopt. Er moet wel op de één of andere manier geventileerd kunnen worden. Tomaten hebben tamelijk veel bemesting nodig. Dit kan met dierlijke mest alsook met compost. Dieven Naarmate de plant groeit, verschijnen in de bladoksels (de ruimte tussen stengel en blad) zijscheuten; zogenaamde dieven. Deze dieven beroven de plant van kostbare voedingsstoffen en als ze blijven staan wordt het een chaos van stengels en bladeren. Het is daarom beter deze dieven in een zo vroeg mogelijk stadium te verwijderen. Als de dieven jong zijn kunnen ze met de hand worden afgebroken. Hebben de dieven een omvang gelijk aan de stengel of zelfs dikker bereikt, dan kan beter een mesje worden gebruikt om de dief weg te snijden. In verband met wondheling kunt u het best alleen dieven bij zonnig weer. Blad snijden Om het gewas ‘luchtig’ te houden kunt u de onderste bladeren vanaf de hoofdstengel van de plant afsnijden. Het is gebruikelijk de onderste bladeren te verwijderen tot aan de tros waar al wat rijpe vruchten zitten. Ook voor deze handeling is het uitermate belangrijk te wachten op zonnig weer. Toppen Wanneer de plant op het einde van de teelt – meestal in oktober - de hoogte bereikt heeft die u wenselijk vindt kunt u de plant ‘toppen’, oftewel ‘een topje kleiner maken’. Dit zorgt ervoor dat de plant alle energie in het rijpen van de gezette vruchten kan steken, resulterend in heerlijk smaakvolle tomaten die op hun toppunt van rijpheid geplukt kunnen worden. En nu: smullen maar!
42
Van zaadje tot tomaatje
Bij de Bolster worden rijpe tomaten vermalen en het vruchtvlees wordt weggespoeld. De zaden blijven over.
Na twee dagen drogen, schonen en kiemkracht toetsen zijn ze klaar om volgend jaar te worden gezaaid!
In de bladoksels groeien ‘dieven’; zij stelen de voeding van de plant.
Verwijder deze dieven in een zo jong mogelijk stadium.
Naarmate de plant groeit, zal hij steun nodig hebben. Dit kan d.m.v. een lange stok of een touw.
Ongeveer 9 weken na het zaaien verschijnen de eerste groene tomaten aan de plant.
Met enig geduld worden ze heerlijk rood, sappig en smaakvol.
Help de plant langs het touw omhoog te groeien door hem spiraalsgewijs naar boven in te draaien.
Tomatenzaad kiemt snel - al na 1,5 week. Zo’n 4 weken later staat er een mooi plantje te pronken.
43
Wortel- en knolgewassen Teeltinformatie wortel- en knolgewassen De wortel- en knolgewassen gaan goed samen, omdat ze vergelijkbare eisen stellen aan de bodem en bemestingscondities. Ze doen het goed in losse grond waarin ze gemakkelijk kunnen wortelen en over het algemeen houden ze niet van een rijke bemesting. Stikstof stimuleert immers vooral de ontwikkeling van het blad. Kliswortel, pastinaak, radijs, schorseneer, witlof en wortels doen het uitstekend zonder bemesting. Ideaal is dus een vochthoudende, goed verluchte, humusrijke bodem met een neutrale pH-waarde en een goede bodemstructuur. Bieten, knolselderij, koolraap, uien en venkel vereisen daarentegen duidelijk meer bemesting. Het is bij alle wortel- en knolgewassen op een gegeven moment nodig om te ´dunnen´. U kiest dan welke plantjes mogen doorgroeien en zorgt dat deze genoeg ruimte krijgen door de andere plantjes voorzichtig weg te halen. Zorg hierbij dat u de ´blijvers´ niet beschadigt. De schermbloemigen wortel, pastinaak, wortelpeterselie en knolvenkel worden steevast belaagd door de wortelvlieg. De biologische bestrijding hiervan is erg moeilijk en preventie is dus belangrijk. De meest efficiënte maatregel is het overspannen met fijnmazig gaas. U kunt het gaas aanbrengen als de plantjes boven de grond komen. Laat het gaas gedurende de hele teelt de wortels van het gewas bedekken. Onze nieuwe aanwinst binnen de wortel- en knolgewassen is de Chioggia. Chioggia is een zeer smakelijke Italiaanse rode biet, met bovendien prachtige rood-witte kringen.
44
Arcitum lappa
Apium graveolens var. rapaceum
Foeniculum vulgare
Kliswortel Tonkinokawa Long 1390
Knolselderij Roem van Zwijndrecht 1410
Knolvenkel Fino 1420
Een Japanse variëteit van de bekende klitwortel, waarvan de zaden zo heerlijk aan de kleren blijven hangen. In het eerste jaar na het zaaien worden geen bloemen gevormd en dus ook geen klitten. Alleen de wortels, die in dit eerste jaar gevormd worden zijn smaakvol. De wortels hetzelfde als schorseneer bereiden; tevens voor medicinale doeleinden te gebruiken. Zaaien in april/mei op een rijafstand van 40 à 50 cm, in de rij uitdunnen op 35 cm. De wortels kunnen zeer fors worden en zijn oogstbaar vanaf het eind van de zomer. Het opgraven heeft een goed effect op de conditie. 1 zakje voor ca. 4 m².
Knolselderij heeft een lange groeiperiode en juist in het eindstadium, als de groei van de knol moet plaatsvinden, moet de plant kunnen beschikken over voldoende voedingsstoffen. Dit vraagt een krachtige, liefst humeuze grond. Een schepje kompost in het plantgat werkt erg goed. Voorzaaien in maart in een bakje op een warme plaats (ca. 20°C). Na ca. 1 maand verspenen in potjes of op wachtbed zetten in kas of platte bak. Uitplanten in de vollegrond vanaf 2e helft mei op 50 x 40 m². Eind oktober opsteken, wat grond afschudden, buitenste blad afsnijden en bij elkaar ingraven, de knol net onder de grond. Bij vorst afdekken. Vorstvrij inkuilen is ook mogelijk, dan al het blad verwijderen.
Plagen of ziekten spelen bij de teelt van knolvenkel geen rol. Een goede vochtvoorziening is wel van belang. Begin mei tot uiterlijk half juli kan ter plaatse gezaaid worden. Bij een rijafstand van 40 cm moet in de rij gedund worden op 15 – 20 cm. Vervroegen door voor te zaaien onder glas is mogelijk. In de herfst kan het gewas lang op het veld staan, met het aanaarden van de knollen of tijdelijk afdekken kan vorstschade voorkomen worden. 1 zakje voor ca. 6 m².
Wortel- en knolgewassen
Brassica rapa var. napus
Pastinaca sativa subsp. sativa
Brassica rapa var. majalis
Koolraap Friese Gele 1590
Pastinaak Tender and True 1630
Meiraap Goldana type Ronde Gele 1710
Vrij gemakkelijk te telen knolgewas; goed te combineren met een vroeg ruimend gewas. Voor herfst- en wintergebruik, bestand tegen lichte nachtvorst. Knollen bewaren op een koele plaats of buiten inkuilen. Men kan ter plaatse zaaien of op een zaaibed, van half mei tot half juni. Uitplanten of uitdunnen van eind juni tot begin juli op 50 x 40 cm. Uitdunnen in de rij op ca. 5 cm. 1 zakje voor ca. 25 m².
Pinksternakelknollen, oftewel pastinaak, was vroeger een hoofdingrediënt van de warme maaltijd, later verdrongen door aardappel en peen. De knollen lijken op peen, maar hebben een witte kleur. Gemakkelijk te telen, vraagt weinig bemesting en kan vrij veel vorst verdragen. Ter plaatse zaaien vanaf half maart tot half mei. Bij een rijafstand van 35 cm, de planten uitdunnen op 10 à 15 cm. 1 zakje voor ca. 5 m².
Snelgroeiend knolgewas. Ronde gele knol met geel vruchtvlees. Bemesting is niet nodig. Zaaien in maart-april op een rijafstand van 30 cm en uitdunnen op 10 à 15 cm. De oogst is in meijuni. Meiraapjes doen het ook goed in de herfst; half augustus zaaien. De knolletjes kan men eind oktober inkuilen en tot in de winter bewaren. 1 zakje voor ca. 15 m².
Radijs Raphanus sativus
Brassica rapa var. majalis
Meiraap Platte Witte Mei 1700 Snelgroeiend knolgewas. Platronde knol met wit vruchtvlees. Bemesting is niet nodig. Zaaien in maart-april op een rijafstand van 30 cm en uitdunnen op 10 à 15 cm. De oogst is in meijuni. Meiraapjes doen het ook goed in de herfst; half augustus zaaien. De knolletjes kan men eind oktober inkuilen en tot in de winter bewaren. 1 zakje voor ca. 15 m².
Radijsjes zijn snel oogstbaar en vers uit de tuin zijn ze heerlijk pittig en knapperig. Ook het jonge blad kan gegeten worden. Dun zaaien vanaf maart (tot september) op rijtjes met een afstand van 15 cm. De oogst is al na 4 – 6 weken. Regelmatig zaaien. Aantasting door larven van de koolvlieg is te voorkomen met insectengaas. 1 zakje voor ca. 3 m².
Radijs
Cherry Belle 1730 Mooie ronde rode radijs, die niet snel voos wordt. 1 zakje voor ongeveer 3 m².
45
Wortel- en knolgewassen Rode biet Beta vulgaris var. rubra
Radijs
French Breakfast 2 1740
46
Zaaitijd van april tot eind juni. Bij vroeger zaaien verloopt de kieming moeilijker en is er risico op kiemschimmels. Voor bewaring is de tweede helft van mei de beste zaaiperiode. Afstand tussen de rijen 30 cm, later uitdunnen op 7 à 10 cm, niet verplanten. 1 zakje voor ca. 5 m².
Rode biet
Chioggia 1065
Mooie, halflange radijs met roodwitte kleur. 1 zakje voor ongeveer 3 m².
Bij de oogst (van begin juni tot december) hoeft u het blad niet weg te gooien, want dit is heel smaakvol en kan op vele manieren bereid worden. Rode bieten, ook wel krootjes genoemd, kunnen goed bewaard worden. Trek de bieten in de herfst voor de vorst op, draai het loof eraf en kuil ze in zand in op een vorstvrije plaats.
Een oud ras afkomstig uit het Italiaanse plaatsje Chioggia. Het vruchtvlees heeft prachtige rood-witte kringen en een bijzonder zachtzoete smaak. Is geschikt om rauw te eten, de kleur blijft dan ook bewaard. Gekookt blijft de biet zoet, maar de kleuren zwakken dan af. Goede opbrengst en mooie grote kroten. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
Rode biet
Rode biet
Rode biet
Cylindra, type halflange 1060
Egyptische platronde 1040
Kogel 2 1050
Smalle, hoogopgroeiende biet. Smakelijk, ook zeer geschikt voor garnering. Niet te vroeg zaaien. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
Vroeg ras, zoet van smaak. Kan eind februari al onder glas voorgezaaid worden, zodat u eind maart zaailingen kunt uitplanten. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
Ras voor zomer- en herfstteelt, zeer geschikt voor bewaring. 1 zakje voor ongeveer 5 m².
Wortel- en knolgewassen Ui Allium cepa
Allium fistulosum
Stengelui Ishikura Long White 2005 De Stengelui, ook wel bekend als Japanse bosui, vormt geen bol maar een lange, dikke, witte schacht. Het loof is frisgroen en heeft een goede tolerantie tegen trips. De planten staan keurig recht omhoog. 1 zakje voor ongeveer 2 m².
Uien hebben een lange groeiperiode. Vroegtijdig zaaien, d.w.z. maart tot uiterlijk half april, is dan ook belangrijk. Later zaaien geeft meer kans op uien met verdikte stengels. Rijafstand 25 cm, uitdunnen op 5 à 10 cm. Plaatsing van sterk geurende planten als kamille, bonenkruid en wortelen in de directe nabijheid van de uien zou een verstorend effect op de uienvlieg kunnen hebben. Zodra in september het loof gaat afsterven, moeten de uien opgetrokken worden. De bollen moeten goed kunnen opdrogen. De uien zijn tot in het voorjaar goed te bewaren, mits ze koel en droog liggen. Zogenaamde dikhalzen apart houden en als eerste opeten. 1 zakje voor ca. 4 m².
Ui
Noordhollandse Bloedrode 2020 Deze iets afgeplatte ui heeft een prachtige kleur en is wat pittiger van smaak. De opbrengst is meestal iets lager. 1 zakje voor ongeveer 4 m².
Ui
Ui
Ui
Rijnsburger 4 2010
Red long of Florence 2025
Stuttgarter 2015
Dit ras geeft mooie, ronde, strogele uien, die uitstekend te bewaren zijn. 1 zakje voor ongeveer 4 m².
Flesvormige ui met een mooie rode kleur. De smaak is mild en zoet. Geschikt om als sla-uitje te gebruiken. Deze ui is niet geschikt voor bewaring.
Dit ras wordt ook wel Stuttgarter Riesen genoemd. Een goed bewaarbare, gele, platronde ui. Ook prima geschikt voor bosuitjes. 1 zakje voor ongeveer 4 m².
47
Wortel- en knolgewassen Wortel Daucus carota sativus Zomerwortelen kunnen al in februari onder glas gezaaid worden (oogst in juni). In de vollegrond kan men zaaien vanaf begin maart tot juli. Vroeg zaaien geeft minder problemen met de wortelvlieg. Rijafstand ca. 25 cm, eventueel uitdunnen op een halve cm. Winterwortelen voor bewaring zaaien in mei en tijdig uitdunnen op een paar cm. Mest verpest de smaak van wortel, dus geef geen mest! Problemen met de wortelvlieg zijn het best oplosbaar met insectengaas; dek de planten vrij snel na opkomst af. Een eenvoudig framewerk/kooitje dat verplaatsbaar is, werkt het plezierigst.
48
Winterwortel
Zomerwortel
Flakkeese 2 2070
Nantes 2 2060
Eind september of oktober de wortels rooien en het loof afdraaien. De wortels koel bewaren, zand voorkomt uitdroging. Laat u zich niet verrassen door muizen. 1 zakje voor ca. 15 m².
Mooie cilindrische wortelvorm met stomp puntje, zoet van smaak. Bij een ruimere plantafstand worden de wortels wat dikker. 1 zakje voor ca. 7 m².
Raphanus sativus
Schorseneer
Ramenas Ronde Zwarte 1750
Verb. Reuzen Nietschieters 1770
Voor rauwkost in de herfst en winter. Zaaien van half juli tot begin augustus; rijafstand 40 cm en uitdunnen op 15 cm. Voor de winter optrekken, loof afdraaien en in zand vorstvrij bewaren. 1 zakje voor ca. 8 m².
Lange wortel met donkerbruine schil. De schil verwijderen met dunschiller of schrappen na kort koken. Verbouwen op een diep losgemaakte, homogene grond, anders gaat de wortel zich vertakken. Niet bemesten. Zaaien van half april tot half mei op een rijafstand van 25 cm, eerder zaaien geeft schieters. Uitdunnen op 10 cm, niet verplanten. De oogst is tijdens de herfst en winter. Winterhard. 1 zakje voor ca. 4 m².
Wortel- en knolgewassen
Peterselie
Wortelpeterselie 3210 Behalve het gladde, donkergroene blad kan ook de verdikte wortel worden gebruikt. Misschien een overbodige opmerking: eerst het blad gebruiken en dan de wortel, niet andersom. Zaaien in april-mei, rijafstand 30 cm en in de rij uitdunnen op 15 cm.
Cichorium intybus var. foliosum
Witlof Hollandse Middelvroeg 2050 De smaak van zelf geteelde witlof is erg goed. Belangrijk bij het trekken/ forceren is dat de groei niet te snel verloopt en dat de grond waarin de wortels worden gezet arm is (weinig stikstof bevat). Ook de teelt van de wortels/pennen moet plaatsvinden op onbemeste grond. Zaaien in mei op een rijafstand van 35 cm, later uitdunnen op 12 cm. Het zaad moet ondiep gezaaid worden. Eind oktober, begin november kunnen de wortels worden gerooid. Het loof net boven het groeipunt, ongeveer 3 cm boven de wortelhals, afsnijden (dit kan ook met een schop). Het trekken/ forceren kan in een kuil buiten, onder plat gas
of kas en zelfs in de kelder. De wortels bij elkaar rechtop of iets schuin in de grond plaatsen, met de bovenkant net boven maaiveld. Vervolgens afdekken met een losse laag grond van ongeveer 15 cm. Zodra matige vorst verwacht wordt de kuil afdekken. Aan het eind van de winter zijn de kroppen voldoende groot. Vanzelfsprekend zijn de kroppen op een warmere plaats sneller goed. 1 zakje voor 8 m².
49
Interview
N
aa Marijn m: Zwart
Leef
tijd:
33 jaa
Opl
Bos-
(Wag
eidin
en na
ening
tuurb
en Un
Func
Hoofd
50
50
© De Bolster
r
g:
eheer
iversi
tie:
zaadt
eelt
teit)
“Ik ervaar de biologische sector als innovatief en oplossingsgericht”
Interview
MARIJN.... Wat houdt jouw functie precies in ?
Ik organiseer de teelt van de gewassen op de locatie van de Bolster van A tot Z en stuur hierbij het team aan. In de zomer werken veel scholieren op het land, mijn taken bestaan dan voornamelijk uit het aansturen van personeel. Buiten de vakanties om ben ik zelf ook meer met de handen bezig, zoals wieden, schoffelen, zaaien en oogsten. Het verbaast mij nog steeds dat het financieel haalbaar is om zoveel mensen op een klein stuk land te laten werken.
Wat maakt het werk zo leuk?
Ik ben dag in, dag uit met planten aan het werk. Het werk is afwisselend, fysiek en buiten. Dit laatste maakt het tegelijk chaotisch; je moet constant met de omstandigheden van het moment omgaan en daar je planning op aanpassen. De vooraf bedachte langetermijnplanning kan in de praktijk heel anders lopen door weersinvloeden. Verder vind ik het een uitdaging een grote groep jongeren met verschillende achtergronden aan te sturen, dit is nieuw voor mij. Het leren werken met machines is ook uitdagend. Als je in de zaadteelt werkt, val je van de ene verbazing in de andere. Je ziet gewassen in een gedaante die je normaal gesproken niet tegen komt. Zo heb ik me nooit gerealiseerd dat groenlof familie is van de blauwbloeiende cichoreiplanten, die je vaak in de wegberm tegenkomt.
Zijn er ook minpunten aan het werk?
De trekker is niet voor kleine mensen gemaakt, ik moet bijna staan om bij de pedalen te kunnen! En in zekere zin is biologisch een stuk minder romantisch dan het lijkt, want het grootste deel van de tijd ben je kwijt aan onkruid wieden en schoffelen.
Waarom bij de Bolster?
Ik kom uit de glastuinbouw in het westen en wilde altijd al graag de volle randstad verlaten. Als echt buitenmens kon ik er alleen maar van dromen dat ik ooit op een ‘boerderij’ (want zo zie ik de Bolster nog altijd een beetje) terecht zou komen. Na een jaar lang ervaring op biologische boerderijen in NieuwZeeland te hebben opgedaan, groeide mijn interesse in de biologische sector. Het leuke aan de Bolster vind ik dat het een kleinschalig bedrijf is met korte lijnen, dit maakt het persoonlijk. Iedere medewerker wordt gestimuleerd mee te draaien met verschillende werkzaamheden. Bovendien mag je je eigen ideeën aandragen en uitvoeren als je veranderingen wilt doorvoeren.
De cirkel is gesloten, alles is dicht bij huis en het gehele proces van zaaien tot zaadschoning en verkoop van de zaden maak je mee. Daarnaast zit het veredelingsteam er ook bij, dus deze wetenschappelijke tak vind ik ook interessant om mee te krijgen. Daarnaast ben ik terecht gekomen in een jong en enthousiast team. En het zal u misschien verbazen: het gros van de medewerkers is hoger opgeleid, ondanks dat het meeste buitenwerk niet veel hersenactiviteit vereist.
Waarom biologisch?
Ik ervaar de biologische sector als innovatief en oplossingsgericht. Het is een uitdaging te werken met wat de natuur te bieden heeft. Het oogsten van biologische zaden waarin zoveel arbeid is gestoken, geeft extra voldoening.
Wat is je favoriete gewas en waarom?
Ik heb wel een bijzonder gevoel bij radijs; toen ik hier net kwam werken gingen we radijs oogsten en ik vind het nog altijd ongelooflijk hoe uit zo’n klein radijsje zo’n grote plant ontstaat. Nu werkt dit natuurlijk bij vele planten zo, maar ik kende radijs voorheen alleen als losse groente en niet als plant.
Wat is je favoriete jaargetijde om in te werken?
De zomer, want ik houd wel van de chaos en de race tegen de klok. Alles groeit hard, waaronder onkruid. Je bent dan tegelijk bezig met zaaien, onderhouden en oogsten. In deze tijd van het jaar is het hard werken om alles bij te houden. Het geeft een goed gevoel samen met scholieren je plannen te realiseren, in de zomer is ook altijd een sterk groepsgevoel aanwezig.
Wat is je favoriete bezigheid bij de Bolster?
Ik durf het bijna niet te zeggen, maar met een hele groep samen onkruid wieden vind ik leuk! Tijdens deze werkzaamheden komen altijd een hoop verhalen los (zowel serieuze gesprekken als slappe verhalen) en aan het eind van de rit houd je een schoon gewas en een ‘ opgeruimd’ gevoel over. Dat geeft voldoening.
Wat zijn je toekomstplannen qua werk? Lekker doorgaan zo!
Hoe ziet jouw ideale moestuin eruit?
Veel eetbaars voor ieder moment van het jaar. De kunst is vooral niet teveel tegelijk te zaaien. Wil je verder nog iets kwijt? Mensen praten vaak denigrerend over landbouw. Ik denk dat het niet verkeerd zou zijn als iedereen eens een paar maanden in deze sector zou meedraaien om te ervaren wat het daadwerkelijk inhoudt. Misschien krijgt men dan meer waardering voor voedselproductie.
© De Bolster
51
51
2
Kruiden
Kruiden zijn bijna allemaal lichtkiemers en moeten na te zijn gezaaid slechts met weinig fijne aarde worden bedekt. Uitdrogen moet voorkomen worden, maar geef ook zeker niet te veel water. Diverse kruiden kunnen gedroogd worden. Het drogen moet bij voorkeur op een donkere en droge, maar wel goed geventileerde plaats gebeuren. Bloemen kunt u op dezelfde manier drogen, deze verliezen namelijk hun geur en kleur in de zon. Laat meerjarige kruiden over het algemeen niet langer dan vier jaar op dezelfde plaats staan. Tussentijds verplanten is mogelijk, mits dit gebeurt in de herfst of vroege voorjaar. Bij strenge vorst is het wenselijk dat gevoelige soorten met wat blad of stro beschermd worden. Snoei heesterachtige kruiden elk voorjaar wat terug.
50
Kruiden
Artemisia absinthium
Pimpinelle anisum
Ocimum basilicum
Alsem 3010
Anijs 3015
Basilicum Genovese 3020
Meerjarig, tot 150 cm hoog. Ook wel absintalsem genoemd. Sterk kruid, verwant aan de in het wild voorkomende bijvoet. Alsem is grijzer van kleur en sterker van smaak. Zaaien april tot juni, enkele planten zijn meestal wel voldoende. Plantafstand 50 x 50 cm. Alsem remt de groei van naastgelegen planten. Een plantenaftreksel helpt tegen bladluis, aardvlo, slakken en ook tegen vlooien bij huisdieren.
Anijs wordt als aromatiserend kruid gebruikt in verschillende gerechten, daarnaast staat het bekend als een kruid met een medicinale werking. De zaaiafstand bij direct zaaien is 30 x 10 cm. Uitzaaien in maart of april.
Eenjarig, laagblijvend, sterk geurend kruid. Heeft groen blad en is weinig schotgevoelig. Zodra de stengels harder worden alleen de blaadjes gebruiken. Voor pesto dit ras (Genovese) gebruiken. Verlangt een warme en beschutte plek. Zaaien vanaf maart onder glas en in mei in de volle grond. Uitplanten op 30 x 30 cm. Als de planten jong zijn kunt u de scheuten gebruiken (niet te diep afsnijden).
Ocimum basilicum
Ocimum basilicum
Allium schoenoprasum
Rode basilicum 3030
Kaneelbasilicum 3035
Fijne bieslook 3040
Eenjarig, laagblijvend, sterk geurend kruid. Heeft paars blad. Zodra de stengels harder worden alleen de blaadjes gebruiken. Verlangt een warme en beschutte plek. Zaaien vanaf maart onder glas en in mei in de volle grond. Uitplanten op 30 x 30 cm. Als de planten jong zijn kunt u de scheuten gebruiken (niet te diep afsnijden).
Basilicumsoort met verfijnde geur en smaak. Groen gekleurde variëteit met paarse stengels en middelgrote bladeren. Houdt van warmte; telen op een zonnig, beschut plekje of onder glas. Zodra de stengels harder worden alleen de blaadjes gebruiken. Zaaien vanaf maart onder glas en in mei in de volle grond. Uitplanten op 30 x 30 cm. Als de planten jong zijn kunt u de scheuten gebruiken (niet te diep afsnijden).
Meerjarig, hoogte 20 cm. Zaaien vanaf maart en later uitdunnen of uitplanten op 20 x 20 cm. Het tweede jaar gaan de plantjes zich sterk uitbreiden. Groeien weer uit als er van wordt gesneden.
51
Kruiden
52
Satureja hortensis
Allium tuberosum
Melissa officinalis
Bonekruid 3050
Chinese bieslook 3060
Citroenmelisse 3080
Eenjarig laagblijvend, struikvormig gewas. Zaaien april tot juni op rijtjes, afstand 20 – 30 cm. De blaadjes en jonge scheuten worden geoogst tegen de bloei en vers of gedroogd meegekookt met diverse bonen. Deze zijn dan beter verteerbaar.
Meerjarig, hoogte 30 cm. Naar knoflook smakende bieslook met een massieve, driekantige stengel, afgeplatte bladeren en sierlijke witte bloemen. Vraagt meer warmte en groeit trager dan de gewone bieslook. Onder glas zaaien in maart-april en tegen de zomer uitplanten op 25 x 20 cm. Matig winterhard.
Meerjarig, hoogte 60 cm. Zaaien in mei op zaaibed en in september overplanten op 30 x 40 cm. In het tweede jaar beginnen de planten zich sterk te ontwikkelen. De naar citroen geurende blaadjes, liefst geoogst tegen de bloei, worden bijvoorbeeld voor thee gebruikt. Goed te drogen.
Anethum graveolens
Hyssop officinale
Dille 3090
Carum carvi
Hyssop 3110
Karwij 3120
Eenjarig, hoogte ongeveer 100 cm. Zaaien in april op rijen, afstand 30 cm. De bloei is vanaf begin juli, het zaad is rijp in september. De zaden worden onder andere gebruikt bij het maken van zuurkool en het inleggen van augurken. Ook verse plantdelen en onrijpe bloemschermen kunnen worden gebruikt in o.a. visgerechten. Verspreid gezaaid in de tuin, bijv. tussen tuinbonen, beperkt het de overlast van bladluizen.
Meerjarig, hoogte ca. 50 cm. Heesterachtige plant, die tijdens de uitbundige bloei vanaf half juli graag door insecten wordt bezocht. Zaaien in april-juni, plantafstand 30 cm. Gebruik in o.a. soep, vleesgerechten en voor thee.
Tweejarig gewas dat alleen in het tweede jaar bloeit, dan ongeveer 70 cm hoog. Zaaien in april-mei op rijen, 30 à 35 cm uit elkaar, uitdunnen op 15 cm. Het eerste jaar ontwikkelt zich alleen de bladrozet. De bloei is het volgende jaar in mei en juni. De zaden, die gemakkelijk uitvallen, dient u te oogsten als ze bruin worden (eind juni). Gebruikt worden de jonge blaadjes en vooral de zaden, onder andere in brood en zuurkool.
Kruiden
Anthriscus cerefolium
Anthriscus cerefolium
Kervel Fijne krul 3130
Borago officinalis
Kervel Massa 3135
Komkommerkruid 3140
Eenjarig. Hoogte tot ongeveer 25 cm, redelijk winterhard. Vanaf maart elke maand een rijtje zaaien tot augustus om steeds een vers gewas te hebben. Het laatste zaaisel kan tot in het voorjaar worden gesneden. Vooral tijdens de warme maanden is een standplaats in de schaduw aan te bevelen. Gebruik in soep, salade en saus, de kervel niet meekoken.
Een donkere, platte kervel. Traag schietend. Vanaf maart elke maand een rijtje zaaien tot augustus om steeds een vers gewas te hebben. Het laatste zaaisel kan tot in het voorjaar worden gesneden. Vooral tijdens de warme maanden is een standplaats in de schaduw aan te bevelen. Gebruik in soep, salade en saus, de kervel niet meekoken. Het ras Massa komt uit het assortiment professionele rassen van Holland Select.
Eenjarig. Ook wel borage of bernagie genoemd. Zaaien vanaf het voorjaar op rijen, afstand 30 cm. Vrijstaand groeien de planten enorm uit. Het komkommerachtig smakende blad wordt gestoofd of gebruikt in rauwkost, het werkt kalmerend. De bloempjes zijn eetbaar en worden wel gebruikt als garnering, ook versuikerd. Komkommerkruid is geschikt voor groenbemesting en trekt veel insecten aan (uitstekende bijenplant).
Coriandrum sativum
Levisticum officinale
Lavandula angustifolia
Koriander 3150
Lavas 3160
Lavendel 3170
Eenjarig, hoogte tijdens de bloei tot 1 m. Uitzaaien in april-mei, rijafstand 30 cm, uitdunnen op 10 cm. Oogst de sterk geurende zaden als ze bruin worden, meestal in september. Het zaad goed nadrogen. Gebruik in diverse gerechten en gebak. In de Noord-Afrikaanse en Indiase keuken wordt vooral het jonge blad gebruikt. In dat geval moet regelmatig opnieuw gezaaid worden.
De bekende maggiplant. Meerjarig, hoogte tot ruim 2 meter. Zaaien van maart tot juni, bij voorkeur op een vochtige plek. Enige schaduw wordt goed verdragen. Later uitdunnen of overplanten op 60 cm afstand. Gebruik onder andere in soep.
Meerjarige struikachtige plant, ca. 50 cm hoog. In een bakje zaaien onder glas in februari-april. Heeft nachtkou nodig voor de kieming; de kiemingsduur is lang. Buiten uitplanten op 50 x 50 cm. Bloeit in juli en augustus met blauwe, sterk geurende bloemen. De bloemen worden gedroogd en gebruikt als “luchtverfrisser” onder andere in de linnenkast. De planten kunnen het best in het voorjaar worden teruggesnoeid om te voorkomen dat de struikjes te veel gaan verhouten.
53
Kruiden Peterselie Petroselium crispum
54
Peterselie is een eenjarig gewas. Het kan al in maart gezaaid worden, maar de kiemingsduur is dan wel lang. Bij hogere bodemtemperaturen verloopt de kieming aanmerkelijk sneller. Een rijafstand van 25 à 30 cm aanhouden en in de rij uitdunnen op 10 cm. Omdat voortdurend hergroei plaatsvindt, kan men maandenlang van dezelfde planten snijden. Het verse blad kan in diverse gerechten gebruikt worden.
Cochlearla officinalis
Origanum vulgare
Lepelblad 3180
Wilde marjolein 3190
Tweejarig, hoogte 20 cm, winterhard. Zaaien augustus tot half september op rijtjes, afstand 15 cm. De wat bittere blaadjes zijn zeer vitaminerijk en werden vroeger wel aangewend tegen scheurbuik. Toevoegen aan rauwkost tijdens de herfst en winter.
Ook wel oregano genoemd. Meerjarig, hoogte ca. 40 cm. Tijdens de prachtige bloei in de zomer vormt het een walhalla voor insecten/vlinders. Zaaien in april onder glas of in mei op zaaibed buiten. Overplanten op 40 x 40 cm. De stengeltoppen worden gebruikt in diverse gerechten, ook gedroogd.
Peterselie
Peterselie
Moskrul 2 3200
Peterselie
Platte Peterselie Gigante d´ Italia 3195
Gewone Snij 3197
Het fraai gekroesde blad zorgt voor een mooie garnering, zowel op het bord als in de tuin.
Sterker van smaak dan krulpeterselie. Bevordert de spijsvertering. Pluk het kruid vlak voor de maaltijd. Wordt gebruikt in vele gerechten, o.a. soep en wortelen, ook voor garnering.
Het standaard ras voor de versmarkt. In januari 4-5 zaadjes per perspotje zaaien, deze kunnen vervolgens in maart uitgeplant worden. Normaliter is het mogelijk 3 maal te snijden. Voor industrie wordt direct in de volle grond gezaaid.
Kruiden
Salvia officinalis
Sanguisorba minor
Rosmarinus officinalis
Kleine pimpernel 3220
Rozemarijn 3245
Salie 3250
Meerjarig, hoogte 30 cm. Zaaien in april tot juni, verplanten of uitdunnen op 30 x 30 cm. De blaadjes smaken iets naar komkommer en worden gebruikt in salades en sauzen.
Heerlijk geurende, altijd groene struik voor een beschutte plaats. Veelzijdig keukenkruid, van soep en vlees tot brood en kruidenboter. In strenge winters de plant goed afdekken. Bij regelmatig knippen blijft de struik in vorm.
Meerjarig, hoogte ongeveer 50 cm. Meerjarig gebruik is mogelijk, maar het is beter elke 2 jaar opnieuw te zaaien. Onder glas kan men al in maart zaaien, in de volle grond in april-mei. Uitplanten op 40 x 40 cm. De blaadjes kunnen zowel vers als gedroogd worden gebruikt tegen keelpijn en als slaapmiddel (saliemelk). Mocht u een hekel hebben aan jansalie en de jansaliegeest, probeer dan toch genuanceerd te denken. Heel veel insecten/vlinders worden juist hyperactief van deze planten.
Apium graveolens
Thymus vulgaris
Foeniculum vulgare
Snijselderij 3260
Tijm Duitse Winter 3270
Venkel 3280
Gewone Snij. Eenjarig. Dit ras heeft weliswaar wat grover blad, maar is veel minder gevoelig voor bladvlekkenziekte. De teelt is gelijk aan peterselie (zie aldaar).
Meerjarig, hoogte 20 cm. Zaaien in maart of april onder glas en uitplanten in mei. Eventueel in de volle grond zaaien in de loop van april of in augustus. Een plantverband van 30 x 15 cm als norm hanteren. Bloeit in het tweede jaar in het begin van de zomer. Geoogst worden de stengeltoppen met blaadjes, ze zijn ook goed te drogen. Na de bloei verdient het aanbeveling de planten af te snijden, zodat ze weer jonge uitlopers vormen en beter de winter doorkomen. Gebruik in diverse gerechten. Bekend is de tijmstroop tegen hoesten.
Meerjarig, hoogte tijdens de bloei tot 150 cm. Zaaien in maart-juni, overplanten of uitdunnen op 45 x 40 cm. In het eerste jaar treedt wel bloei op, maar meestal te laat om nog rijp zaad te leveren. In het tweede jaar verschijnen in de loop van oktober en deels november rijpe zaden. De schermen met deze (bijna) rijpe zaden worden afgeknipt en enkele weken nagedroogd. Vervolgens kan men de rijpe zaden verzamelen. Het blad wordt gebruikt in rauwkost en soepen; gemalen zaden vooral voor thee. Liefst afdekken tegen vorst.
55
Kruiden
xxxxx Nasturtium officinale
Waterkers xxxxx 3290 Een- tot meerjarig. Vormt uitlopers xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx die dicht bij de grond blijven en groeit xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx zelfs onder water. Zaaien van maart tot juli op een vochtige plaats in de tuin of aan de waterkant. Plantafstand 10 à 15 cm. De blaadjes worden rauw gegeten.
Rumex ambiguus xxxxx
Tuinzuring xxxxx 3310
Meerjarig, hoogte tijdens de bloei xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx tot 60 cm. Zaaien in maart-april of xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx juli-augustus op rijen, afstand 30 cm en uitdunnen of overplanten op 30 cm. Kan reeds vroeg in het voorjaar worden gesneden alsook in de herfst, wanneer na de zaadzetting in de zomer het gewas opnieuw begint te groeien. De jonge blaadjes worden in salades en soepen verwerkt.
56 56
Kruiden
Barbarea vulgaris xxxxx
Winterkers xxxxx 3295
Tweejarig, winterhard kruid, ook wel xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx barbarakruid genoemd. Hoogte in het xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx eerste jaar ongeveer 10 cm. Zaaien in augustus en september op rijtjes, afstand 25 cm. Gaat in het voorjaar schieten. De blaadjes worden verwerkt in rauwkost.
Rumex patientia xxxxx
Spinaziezuring 3320 xxxxx Ook wel engelse of eeuwige spinazie xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx en patiëntie genoemd. Het is een xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx zuringsoort met forse bladeren en een zachtzure smaak. Overblijvende, winterharde bladgroente, die zeer vroeg in het voorjaar uitloopt. Het blad wordt in salades en soepen verwerkt. Dit kan tot in mei als het gewas in bloei schiet en daarna in de herfst na het afsterven van de bloeistengel. Zaaien in april is mogelijk, maar liever wachten tot augustus. Voor een meerjarige teelt de planten uitzetten op ca. 35 x 35 cm.
Ruta graveolens xxxxx
xxxxx3300 Wijnruit Meerjarig, hoogte 60 cm. Zaaien xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx van april tot juli en uitplanten tot xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx september op 35 x 35 cm. Bloeit in de nazomer vanaf het tweede jaar. Het heesterachtige gewas verspreidt een sterke geur, die katten tegenstaat. De bladeren worden onder andere in soepen gebruikt. Niet gebruiken bij zwangerschap.
xxxxx
xxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Kruiden
xxxxx
4
Kiemgroenten xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx Kiemen zijn eigenlijk superjonge plantjes, die binnen eenxxxxx paar dagen uit zaad gekweekt kunnen worden.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Kiemen zijn xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx de ultieme leverancier van vitamines en mineralen.
De kiemen rauw eten is de lekkerste en meest gezonde consumptiemethode. Kiemen zijn een fantastisch ingrediënt voor salades. Het is ook mogelijk de kiemen tot een alternatieve slasaus te verwerken. Gebruik daarvoor een schaaltje kiemen, koudgeperste olie, een scheutje appelazijn, een beetje peper, een snufje zeezout en wat mosterd. Mix alle ingrediënten met een staafmixer tot een gladde saus en je hebt een buitengewoon energierijke en gezonde slasaus zonder smaakversterkers of conserveringsmiddelen. Eet smakelijk!
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
57
Kiemgroenten
Kiemgroenten
Gebruik van het Kiemschaaltje De ideale temperatuur om kiemen te kweken is kamertemperatuur. Er zijn verschillende methoden om de zaden te laten kiemen. Het kiemschaaltje dat we u aanbieden is erg makkelijk in gebruik en bestaat uit een glazen schaaltje met een roostertje. xxxxx
xxxxx Hoe te gebruiken? • Strooi een dun laagje zaden op het rooster en laat dexxxxx zaden xxxxx goed nat worden onder een lopende kraan.
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx • Vul daarna het glazen schaaltje met water tot net onder het
xxxxx
xxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
rooster. Vervolgens kan het schaaltje bij kamertemperatuur weggezet worden.
• Na drie dagen mogen de kiemen in het licht gezet worden, maar niet in de volle zon. Afhankelijk van de soort zijn de kiemen na 5-10 dagen klaar voor consumptie.
58
Lepidium sativum xxxxx
Lepidium sativum xxxxx
Tuinkers xxxxx 9010
xxxxx Eruca sativa
Grootbladige Tuinkers 1985 xxxxx
Rucolakers xxxxx 9020
Een heel bekende spruitgroente xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx waarvan zowel de kiemspruit als xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx de jonge blaadjes gegeten kunnen worden. Tuinkers bevat mosterdolie en smaakt heerlijk in salades en op brood.
U kunt de jonge kiemblaadjes gelijk xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx eten en de eerste gewone blaadjes xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx voor rauwkost gebruiken. Buiten kan deze tuinkers vanaf maart gezaaid worden, breedwerpig of op rijtjes, 10 cm van elkaar. De kieming is snel, al na een week kan geoogst worden. Binnen kan het gehele jaar door gezaaid worden in een bakje op een vrij warme lichte plaats.
Rucola heeft als kiemgroente een vrij xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx scherpe en wat nootachtige smaak. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx De kiemspruiten zijn heerlijk als garnering en ook goed in salades te gebruiken.
Kiemgroenten
Brassica oleracea var. cymosa
Allium tuberosum
Broccolikers 9030
Trigonella foenum-graecum
Chinese Bieslook kiem 9035
Fenegriek 9037
Broccoli wordt steeds meer gegeten als kiemgroente. Deze mild smakende spruit bevat uiterst gezonde stoffen.
Chinese bieslook kiem heeft een heerlijke knoflooksmaak, goed te gebruiken als garnering. Het past perfect bij allerlei gerechten.
Fenegriek heeft een licht kerrie-aroma.
Raphanus sativus
Raphanus sativus
Brassica oleracea var. rubra
Radijskers 9040
Rode radijskers Red Rambo 9043
Rode kool kiem 9045
Radijskers heeft een enigszins pikante smaak en zit boordevol vitamines.
Radijskers met een schitterende rode kleur en hierdoor mooi te gebruiken als garnering.
Deze kers heeft mooie rood met groene kiempjes en een echte koolsmaak.
59
Kiemgroenten
xxxxxalba Sinapis
xxxxx 9050 Mosterdkers
60
Kiemgroenten
xxxxxsativa Medicago
xxxxx9060 Alfalfa
xxxxxannuus Helianthus
xxxxx Kiemgroente zonnebloem 9070
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Mosterdkers is een vrij pittige xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx spruitgroente met mosterdsmaak.
Alfalfa is één van de meest bekende xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx spruitgroenten met een vrij milde xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx smaak. De spruiten kunnen goed als garnering of bij kaas gegeten worden.
Zonnebloemkers heeft een heerlijke, xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx nootachtige smaak. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Kiemgroenten
xxxxx
5
xxxxx
Groenbemesters xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
Een biologische manier om uw gewassen te bemesten is xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx door middelxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx van groenbemesting. In de nazomer of het xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx vroege najaar kunt u zogenaamde groenbemesters zaaien, waarna ze in het daaropvolgende voorjaar onder de grond kunnen worden ingewerkt. Op deze manier vermengt u de planten met de bovenste laag van de grond. Vervolgens worden de groenbemesters verteerd door organismen in de bodem, waardoor voedingsstoffen voor uw volgende gewas vrijkomen. Naast het op peil houden van het organische stofgehalte hebben groenbemesters een aantal andere functies:
xxxxx
• Het voorkomen van verliezen aan mineralen door uitspoeling, door te fungeren als vanggewas; • Het bevorderen van het bodemleven en de bodemstructuur. Het zijn met name diepwortelende groenbemesters (zoals luzerne en lupine) die zorgen voor losse grond en een verbeterde afwatering; • Het toevoegen van extra stikstof aan de bodem. Dit geldt alleen voor vlinderbloemige gewassen, waarvan klavers een belangrijke groep vormen. Grassen en kruisbloemigen bezitten deze eigenschap niet. xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
61
Groenbemesters
Kiemgroenten
Teeltinformatie Groenbemesters Werk een groenbemester zo laat mogelijk onder. Doel is immers het toevoegen van organisch materiaal aan de bodem, dus hoe langer de groenbemester kan groeien, des te meer organisch materiaal zal worden gevormd. Let er op dat de bodem voldoende doorlucht is en werk de planten niet te diep onder, waardoor het materiaal niet verzuurt. Na het onderwerken van de groenbemesters dient u 2 tot 3 weken te wachten alvorens xxxxx xxxxx xxxxxde grond in te zaaien. xxxxx
xxxxx
Uitgebreidere informatie over groenbemesters kunt u vinden op:
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx www.kennisakker.nl/kenniscentrum/gewas-groenbemesters xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Lupinus angustifolius xxxxx
Sinapis xxxxx alba
xxxxx Phacelia tanacetifolia
xxxxx Blauwe Lupine 4010
Gele xxxxx mosterd 4040
xxxxx 4050 Phacelia
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Snelgroeiende, eenjarige vlinderxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx bloemige, vooral toegepast als groenbemester en bodemverbeteraar. Bitterstofvrij en daarom ook geschikt als veevoer. Hoogte ca. 80 cm. Zaaien vanaf begin april tot half augustus op rijen, rijafstand 30 cm. Zaaidiepte 3-5 cm. Vriest ‘s winters dood. 1 zakje is genoeg voor ongeveer 10 m².
62
xxxxx
Snelgroeiende, eenjarige plant van xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx ruim 1 meter hoog. Zeer geschikt xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx als groenbemester. Kan tot oktober worden gezaaid, rijafstand 35 cm. Voor zaadwinning in april zaaien, de oogst is dan in september. Als groenbemester vanaf eind augstus zaaien. Het gewas kan na 6 weken een hoogte van 1 meter bereiken. In de winter vriest gele mosterd dood. Zaaidiepte: 2-3 cm. 1 zakje is genoeg voor ongeveer 100 m².
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Mooie eenjarige bijenplant, goede xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx groenbemester, hoogte ongeveer 70 cm. Behoort niet tot de koolachtigen en vlinderbloemigen en is daarom gemakkelijk in te passen in de vruchtwisseling. Zaaien is mogelijk van maart tot half augustus. Zaai op rijen met een afstand van 35 à 50 cm, verminder deze afstand in augustus tot 20 cm, omdat de plant dan minder uitgroeit. Zaaien op een diepte van 1-2 cm. Vriest ‘s winters dood. 1 zakje is genoeg voor ongeveer 50 m².
62
Groenbemesters
Trifolium incarnatum
Ornithopus sativus
Fagopyrum esculentum
Serradella 4060
Boekweit 4070
Incarnaatklaver 4080
Eenjarige, vlinderbloemige kruipende plant. Zeer geschikte groenbemester op de wat lichtere gronden. Bloeit langdurig. Zaaien eind maart tot in mei op rijen, afstand 35 cm. Goed schoon houden tot het moment waarop het gewas gaat sluiten. 1 zakje is genoeg voor ongeveer 35 m².
Deze spruit heeft een licht kerriearoma. Deze snelgroeiende bijenplant van ruim 1 m hoog vraagt een zonnige standplaats en een arme, wat zurige grond. 1 zakje is genoeg voor ongeveer 12 m².
Zachte, behaarde klaver met 4 cm lange, donkerrode bloempluimen. Wordt als groenbemester en als bloem gebruikt. Bijen- en hommelplant, geschikt voor natuurlijke tuinen. Hoogte 30 cm. Plantafstand 15 cm. Bloeitijd juli-augustus. 1 zakje is genoeg voor ongeveer 25 m².
63
Interview
Naam : D iana H
Leef
31 jaa
oorn
tijd:
Opl
r
e
Tropi iding: sche Land richti bouw ng Ru , afstu r a (ontw l Dev deerelopm ikkeli ngsw ent erk)
Func
t
Ik heb ie: het b eestje naam nog g gegev een en ee direc rlijk g teur k ezegd linkt z ... o dra matis ch☺ 64
64
© De Bolster
“de boeren waren met recht trots op wat er op hun land stond”
Interview
DIANA.....
we rkza am in M oldav i ë bi j Bl a c k S ea S eeds
Introductie Black Sea Seeds (BSS)
Black Sea Seeds is een bedrijf in Moldavië, dat opgericht is door de Bolster en het Moldaafse bedrijf Eco-Economic. BSS is in februari 2012 opgericht met als doel zaadvermeerderingen te doen met lokale boeren. Ons werk bestaat voor een groot deel uit het begeleiden van de zaadproductie en de boeren te helpen om ook echt een product te leveren. Met name voor de kleinere en vaak ook arme boeren is het heel lastig kennis te vergaren om zich te ontwikkelen tot goede zaadproducenten. Om winst te behalen, moet er een bepaalde hoeveelheid product van het land komen en de kwaliteit moet natuurlijk ook hoog zijn. Dit is voor hen een flinke stap, want in een land waarin zelfvoorzienende landbouw nog belangrijk is, staat risicospreiding hoog op de agenda, in tegenstelling tot een hoge productie. Het aantal gewassen dat in Moldavië verbouwd wordt is klein en de opbrengsten zijn laag. Mogelijkheden voor nieuwe gewassen met hogere prijzen, zoals die van ons, zijn heel belangrijk voor boeren. Tegelijkertijd staat Black Sea Seeds echter voor de uitdaging hen te helpen het risico te minimaliseren en te laten zien dat er voor de boeren een andere toekomst in de landbouw mogelijk is. We geven de boeren training over allerlei onderwerpen en begeleiden ze in het productieseizoen. Hen motiveren en laten ontdekken dat ze hun bedrijfjes kunnen ontwikkelen tot een inkomstenbron is daarin heel belangrijk. Verder helpen we ze door de Moldaafse bureaucratie te worstelen. Ook helpen we de taalbarrière met de Bolster en Nederlandse autoriteiten te doorbreken.
Hoe is BSS ontstaan?
Al langere tijd was ik bezig een project op te starten om (jonge) boeren te helpen bedrijfjes te beginnen in Moldavië. Om het voor hen economisch haalbaar te maken, was het zoeken van een markt voor hun producten een must. De Bolster toonde interesse om zaden te gaan produceren met de lokale mensen en uiteindelijk is Black Sea Seeds daaruit voortgekomen.
Wat zijn je werkzaamheden bij BSS?
Op het moment is het heel divers omdat we nog met een klein team zijn; de eerste producties met de boeren begeleiden, allerlei papierwerk met en voor hen regelen, het zoeken van een plek voor ons bedrijf
op het platteland, trainingen ontwikkelen en geven en natuurlijk het team wegwijs maken zodat zij straks zelfstandiger aan de slag kunnen.
Waar moest je het meest aan wennen toen je verhuisde naar Moldavië?
Misschien wel de fatalistische mentaliteit; in Nederland zijn we vaak gewend dat alles moet kunnen: komen we er niet linksom, dan toch zeker wel rechtsom. Hier accepteren mensen heel veel aan hun situatie, het is je lot. Black Sea Seeds is voor hier een heel uniek bedrijf en dat betekent dat met name autoriteiten vaak niet weten wat ze met ons aan moeten, maar ook boeren moeten erg aan ons wennen. We verbouwen gewassen die ze nauwelijks kennen, exporteren naar Nederland wat nog bijna niemand hier doet en we proberen ook nog met kleinere boeren te werken. Dat betekent onzekerheid voor hen, extra werk om uit te zoeken hoe ze met ons om moeten gaan en natuurlijk een beetje cultuurshock als we niet altijd accepteren dat zij alles bij het oude willen houden.
Hoe heb ervaren?
je
het
eerste
productieseizoen
Vooral het begin was heel leuk, de boeren waren enthousiast en deden erg hun best. De gewassen groeiden goed en de boeren waren met recht trots op wat er op hun land stond. Jammer genoeg is er afgelopen zomer een grote droogte geweest en is in het hele land weinig oogst. Op dit moment zijn mensen heel erg ontmoedigd, omdat een misoogst heel direct gevolgen heeft voor de voedselvoorziening en natuurlijk de financiële situatie van een gezin of bedrijf.
Wat waren de reacties van de boeren/ medewerkers het afgelopen seizoen? Het was vooral heel erg wennen, Moldaven kijken graag de kat een beetje uit de boom. Inmiddels hebben ze een beetje gezien dat we serieus zijn en dat we echt de intentie hebben een situatie te creëren waarin we lange tijd prettig kunnen samenwerken. Een belangrijk punt voor boeren is de financiële haalbaarheid. We moeten ons daarin nog wel ‘bewijzen’ ten opzichte van hen, omdat dit jaar natuurlijk geen goed beeld heeft gegeven van de opbrengsten.
Wat maakt het werk zo leuk?
Het zien van de ontwikkeling die mensen doormaken. Onze trainee is zich bijvoorbeeld aan het ontwikkelen van een verlegen maar enthousiaste plattelandsjongen, naar een echte boer/ondernemer. Maar ook bij de boeren zien we dat ze van hun fouten leren en langzaamaan steeds serieuzer en enthousiaster worden over zaden produceren en dat ze goed in hun vak willen worden. Zie volgende pagina voor het vervolg van dit interview
© De Bolster
65
65
Interview
66
66
© De Bolster
Zijn er ook minpunten?
Interview
De cultuur die, naast heel interessant, soms ook wel lastig is om mee om te gaan. Je moet altijd rekening houden met de Moldaafse cultuur, eigenlijk kun je er nooit van uit gaan dat je wel precies weet hoe je met een situatie om moet gaan. Dit gaat zowel op voor werksituaties als privésituaties. Om de boeren te helpen in hun ontwikkeling bijvoorbeeld, moet je eerst snappen hoe dat bij hen gaat. Je moet gaan begrijpen op welke basis zij beslissingen maken. Wij leggen ze teeltmethodes uit die voor hen nieuw zijn. Het kwam afgelopen zomer een aantal keren voor dat de boeren beloofden een nieuwe teeltmethode uit te voeren. Aangezien dit nieuw voor hen was en ze er onzeker over werden, gingen ze bij hun eigen familie en vrienden te rade voor advies. Deze mensen wisten er helemaal niets van af, maar hun raad werd wel opgevolgd en het resultaat hiervan was dat sommige boeren hierdoor hun oogst verloren. Om dit in de toekomst te voorkomen moeten we dit gedrag leren te begrijpen en hierop in te spelen. Alleen extra uitleggen is meestal niet voldoende, omdat de manier van denken gewoon anders is. Ook privé is het soms best lastig, omdat je als buitenlander heel vaak uitleg moet vragen over sociale situaties. Het duurt lang voordat je helemaal zonder woorden weet wat er gaande is. En dat is voor mij juist vaak het fijne aan vriendschap; dat je elkaar zonder al te veel uitleg begrijpt, de ontspannenheid in de omgang. Om met deze dingen constant rekening te houden is best wel pittig en vermoeiend.
Wat zijn je toekomstplannen qua werk?
Black Sea Seeds op poten zetten en dan langzaamaan uitgroeien tot een goed ontwikkelde organisatie die de Moldaafse boer begeleidt in zelfstandig werken en organiseren. Vooral de communicatie naar de boeren toe vind ik interessant; hoe kun je ze op een respectvolle manier helpen veranderen en hun levensomstandigheden zelf laten verbeteren.
Wat mis je het meest aan Nederland?
Mijn vrienden en familie natuurlijk! Maar ook water. Moldavië heeft heerlijke lange zomers, maar weinig waterbronnen zoals natuurlijke meertjes en al helemaal geen sloten en kanalen. Aangezien ik graag zwem, is dit wel een gemis. Het gaat als het maandenlang warm is wel kriebelen om een lekkere duik te nemen. Ook is het af en toe flink wennen dat het vrij droog is in Moldavië. Waar we ons in Nederland druk maken om teveel regen, moet ik hier nadenken over het oplossen van het gebrek aan water en irrigatie, zodat de gewassen niet uitdrogen. Kortom, Moldavië is een totaal ander land dan Nederland. Het is een uitdaging om het vertrouwen van de boeren te winnen en hun manier van denken te leren begrijpen. Het begin is er; de boeren waar wij nu mee samenwerken, vinden het leuk en leerzaam een nieuwe manier van werken te hanteren. Zij zien hierdoor hun toekomst nu rooskleuriger in dan in hun oude situatie. © De Bolster
67
67
6
Eenjarige bloemen
Veel van deze eenjarige bloemen kunnen vanaf half april rechtstreeks buiten worden gezaaid. U kunt ze wel wat vervroegen door ze eerst onder glas op te kweken en dan uit te planten. Sommige verdragen geen vorst, deze worden in maart-april onder glas gezaaid, eventueel verspeend en vanaf half mei buiten uitgeplant of rechtstreeks gezaaid. Verschillende wildere soorten, zoals bolderik, bosliefje, incarnaatklaver, kamille, klaproos, kooltje vuur, korenbloem, lijmkruid, moederkruid, pekbloem, slangekruid, spiegelklokje en driekleurig viooltje, kunnen ook aan het eind van de zomer worden gezaaid en als kleine plantjes overwinteren. In het voorjaar ontwikkelen ze zich dan snel. Als er geen zaaitijd is vermeld kunt u rechtstreeks buiten zaaien in april- mei. De genoemde plantafstanden zijn slechts richtlijnen.
68
Eenjarige bloemen
Adonis aestivalis
Ageratum houstonianum
Agrostemma githago
Zomeradonis of Kooltje vuur 5010
Mexicaantje 5020
Bolderik 5030
Een 30-40 cm hoog, ranonkelachtig plantje met fijn ingesneden blad. Bloeit in juni-juli met felrode bloemetjes met een zwart hart. Ter plaatse zaaien op 20 cm in april-mei of in september.
Een ongeveer 30 cm hoge, sterk vertakte plant met grijsblauwe bloemen in dichte tuilen. Bloeit van juni-september. Plantafstand 25 cm.
Ranke, ongeveer 80 cm hoge plant met grote, alleenstaande rood-violette bloemen met wit hart aan lange stengels. Bloeitijd in juni-augustus. Kwam vroeger voor in korenvelden. Plantafstand 20 cm.
Amaranthus hypochondriacus x powelli
Anoda cristata
Antirrhinum majus
Amarant 5040
Straalvrucht 5060
Leeuwenbek 5070
Een stevige, ruim 1 m hoge plant met roodachtige stengels en bladnerven. Bloeit in augustus-september met sterk opvallende donkerrode bloempluimen, geschikt om te drogen. Plantafstand 40 cm.
Stevige plant uit de kaasjeskruidfamilie, ongeveer 1 m hoog. Bloeit van juli tot in de herfst met vrij grote lila bloemen. Gevoelig voor vorst, dus niet te vroeg zaaien. Plantafstand 35 cm.
Een mooi mengsel van diverse kleuren, ongeveer 60 cm hoog. Blijven zeer lang doorbloeien (juni-oktober). Uitstekende snijbloem. Plantafstand 35 cm.
69 69
Eenjarige bloemen
70
Arctotis grandis
Argemone polyanthemos
Bidens ferulifolia
Bereoor 5080
Stekelpapaver 5090
Bidens of tandzaad 5100
Ongeveer 60 cm hoge plant, afkomstig uit Zuid-Afrika. Bloeit de hele zomer door. De grote margrietachtige bloemen hebben zilverwitte, aan de onderzijde blauwige bloembladen en een metaalblauw hart. Prima snijbloem. Plantafstand 25 cm.
Ongeveer 50 cm hoge plant met stekelige bladeren en grote, witte, papaverachtige bloemen. Bloeitijd juliseptember. Bijenplant. Plantafstand 30 cm.
Ongeveer 60 cm hoge plant met fijn ingesneden donkergroen blad. Rijkbloeiend van juni tot in september met vrij grote frisgele bloemen. Bijen en vlinderplant. Uitstekend geschikt voor bloembakken. Af en toe wat terugsnoeien. Plantafstand 25 cm.
Calendula arvensis
Browallia americana 5115
Calendula officinalis
Akkergoudsbloem 5120
Goudsbloem 5130
Ongeveer 50 cm hoge plant met vrij donker blad en fijne blauwe bloemen met wit oog. Bloeit de hele zomer door tot aan de eerste vorst. Past goed in een wilde tuin. Plantafstand 20 cm.
Wilde goudsbloem met kleine, goudgele bloemen. Bloeit van juni tot ver in de herfst. Hoogte 30 cm, plantafstand 20 cm.
Ongeveer 35 cm hoog. Enkelvoudige, oranje bloemen met donker hart. Bloeitijd van juni-oktober. Bekend als borderplant langs de huizen tegen mieren. Zeer geschikt als snijbloem. Kent vele medicinale en cosmetische toepassingen. Plantafstand 20 cm.
Eenjarige bloemen
Calendula officinalis Touch of red/orange
Callistephus chinensis
Goudsbloem met donker hart 5135
Callistephus chinensis
Zomeraster, enkelbloemig 5140
Zomeraster, dubbelbloemig 5150
Gemakkelijk te telen sier- en medicinale plant met dubbele oranje en gele bloemen met een donkerhart. Hoogte 50 cm. Geschikt voor boeketten. Zaaien in maart-april binnen, in apriljuni ter plaatse. Plantafstand 20 cm. Bloeitijd juni-oktober.
Mooi mengsel met diverse kleurvarianten in de tinten roze en blauw. Prima snijbloem. Voorzaai in maart is goed mogelijk, geeft spreiding in bloei. Niet zaaien in grond waar al zomerasters hebben gestaan. Hoogte 60-70 cm. Bloeitijd augustusoktober. Plantafstand 25 cm.
Mooi mengsel van gevulde bloemen met diverse kleurvarianten in de tinten roze en blauw. Hoogte 60-70 cm. Prima snijbloem. Voorzaai in maart is goed mogelijk, dit geeft spreiding in bloei. Niet zaaien in grond waar al zomerasters hebben gestaan. Bloeitijd augustus-oktober. Plantafstand 25 cm.
Callistephus chinensis
Callistephus chinensis
Carthamus tinctorius
Zomeraster,“matsumoto” mix 5160
Zomeraster, “standy” mix 5165
Saffloer 5170
Halfdubbele, stevige zomeraster in allerlei tinten wit, geel, rood en blauw en met een geel hart. Hoogte 6070 cm. Goede snijbloem. Voorzaai in maart is goed mogelijk, dit geeft spreiding in bloei. Niet zaaien in grond waar al zomerasters hebben gestaan. Bloeitijd augustus-september. Plantafstand 25 cm.
Dubbele, stevige zomerasters in allerlei tinten wit, rood en blauw. Voorzaai in maart is goed mogelijk, dit geeft spreiding in bloei. Hoogte 60-70 cm. Goede snijbloem. Niet zaaien in grond waar al zomerasters hebben gestaan. Resistent tegen verwelkingziekte. Bloeitijd augustusoktober. Plantafstand 25 cm.
Van oudsher verbouwd als olie- en verfplant, tegenwoordig een bekende snij- en droogbloem. De geel-oranje bloemen bloeien in juli-augustus met enigszins stekelige bloemen en bladeren. Muizen zijn dol op het zaad. Hoogte 90 cm, plantafstand 35 cm.
71
Eenjarige bloemen
72
Centaurea cyanus
Cerinthe major
Chenopodium quinoa
Korenbloem 5180
Wasbloem 5190
Gierstmelde (Quinoa) 5200
Helaas nog maar weinig te zien in korenvelden. Bloeit vanaf eind juniaugustus met blauwe bloemen. Bijenen vlinderplant, hoogte ongeveer 80 cm. Geschikt als snij- en droogbloem. Ondersteuning is wel gewenst. Plantafstand 30 cm.
De blauwgroene bladeren met waslaag geven deze plant een fraai en bijzonder uiterlijk. Ongeveer 70 cm hoog. In juni-juli verschijnen de iets hangende bloemtrosjes met buisvormige roze bloemetjes die half uit de paarse schutblaadjes steken. Een paradijs voor bijen. Plantafstand 30 cm.
Oud cultuurgewas uit het Andesgebergte. Hoogte ongeveer 120 cm. Bloeit van juli-september met grote groene pluimen, die tijdens de rijping van het zaad in september roodachtig verkleuren. De kleine zaden worden gebruikt als graan. Een bitterstof, saponine, is uitwendig op de zaden aanwezig en kan met goed spoelen grotendeels worden verwijderd. Plantafstand 30 cm.
Chrysanthemum carinatum
Chrysanthemum japonicum
Chrysanthemum segetum
Bonte ganzebloem, ‘Flame Shades’ 5210
Japanse chrysant 5220
Gele ganzebloem, wild 5240
Stevige, ongeveer 70 cm hoge plant. Een fleurig mengsel met margrietachtige bloemen in de tinten geel, oranje en rood. Goede snijbloem. Plantafstand 35 cm.
Hoge planten, tot 100 cm, die van juli tot september bloeien met enkelvoudige gele en witgele bloemen. Geschikt als snijbloem. Plantafstand 25 cm. De blaadjes zijn in een jong stadium eetbaar; voor dit doel dient u dichter te zaaien.
Sterk uitgroeiende plant, 50 cm hoog. Bloeit van juni tot ver in de herfst met gele bloemen met een geel hart. Oud akkerkruid dat mooi in een wilde tuin past. Plantafstand 30 cm.
Eenjarige bloemen
Cleome spinosa
Cleome spinosa
Kattesnor, paars 5250
Consolida ajacis
Kattesnor, roze 5260
Tuinridderspoor 5270
Exotisch aandoende plant, wijdvertakt en ongeveer 1 m hoog. Bloeit van juli-oktober met grote paarse bloemtrossen waar de meeldraden uit steken als ‘snorharen’. Geurig en geschikt als snijbloem. De bladstelen zijn wel stekelig. Voorzaaien onder glas in maart-april en na half mei buiten uitplanten op 50 cm.
Exotisch aandoende plant, wijdvertakt en ongeveer 1 m hoog. Bloeit van juli- oktober met grote roze bloemtrossen, waar de meeldraden uit steken als ‘snorharen’. Geurig en geschikt als snijbloem. De bladstelen zijn wel stekelig. Voorzaaien onder glas in maart-april en na half mei buiten uitplanten op 50 cm.
Sterke, ongeveer 70 cm hoge plant. Bloeit van juni tot augustus met blauwe, gespoorde, enkelvoudige bloemen in vertakte trossen. Geschikt als snij- en droogbloem. Plantafstand 20 cm.
Coreopsis tinctoria
Coreopsis tinctoria
Cosmos bipinnatus
Meisjesogen 5280
Mahogany Midget 5285
Cosmea, gemengd 5290
Weinig eisende plant met ranke stengels en fijn ingesneden blad. Ca. 60 cm hoog. De bloemen variëren van goudgeel met een rood-bruine vlek in het hart tot geheel rood-bruin. Bloeitijd juli-september. Goede snijbloem en verfplant. Plantafstand 20 cm.
Mooie, sterke plant die weinig eisen stelt. Vormt prachtige pollen met diep rood-bruine bloemen die zowel in potten als vooraan in de border kunnen staan. Zet ze in de volle zon, waar ze tot in de herfst een gloedvol effect geven. Bloeitijd juni-september, hoogte ca. 30 cm. Ook geschikt als snijbloem. Zaai in maart binnen, in april-mei ter plaatse. Plantafstand 20 cm. Standplaats zonnig.
Fraaie, grote bloemen, variërend in kleur van wit en lichtroze tot donkerroze tinten. Bloeit vanaf juli/augustus tot eerste nachtvorst. Hoogte ca. 100 cm. Geschikt als snijbloem. Zaaien in april-mei onder glas of in mei buiten. Plantafstand 30 tot 40 cm.
73
Eenjarige bloemen
74
Cosmos sulphureus
Crepis Rubra
Cuphea lanceolata
Cosmea, oranje 5300
Roze streepzaad 5305
Luciferplantje, purper 5310
Bloeit vanaf juli met vrolijke oranjerode, half gevulde bloemen. Teeltwijze als cosmea gemengd. Plantafstand 30 cm.
Vrolijke paardebloemachtige plant met helderroze bloemen op lange, dunne stengels. Geschikt als snijbloem. Insektenplant.
Plant met iets kleverige stengels met donkerpaarse, fluweelachtige bloemen. Ca. 70 cm hoog, bloeitijd juli-oktober. Onder glas voorzaaien in maart-april en na half mei buiten uitplanten of half mei rechtstreeks zaaien. Plantafstand 35 cm.
Cuphea miniata
Cynoglossum amabile
Luciferplantje, rood 5320
Dahlia variabilis
Hondstong 5330
Bishop’s Children 5335
Breed vertakt plantje met sierlijk gevormde, helder framboosrode bloemen. Slechts 30 cm hoog, bloei van juli-oktober. Teelwijze als luciferplantje purper. Plantafstand 25 cm.
Stevige plant, ongeveer 40 cm lang. De bloeistengels ontrollen zich geleidelijk in juli en augustus met helderblauwe bloemen. Bijenplant. Plantafstand 25 cm.
Een gemakkelijk te zaaien dahlia in allerlei roze, rode en violette tinten. Het is een mooie, stevige plant die doorbloeit tot de eerste nachtvorst. Het plukken van de uitgebloeide bloemen bevordert de doorbloei. Ook heel geschikt om in potten te zetten. Door vroeg voor te zaaien (februarimaart) kunt u zo lang mogelijk van de bloei profiteren. Zaaien maart binnen. Plantafstand 35 cm. Standplaats zonnig en voedzame grond. Hoogte ca. 80 cm. Bloeitijd juli-tot eerste nachtvorst.
Eenjarige bloemen
Delphinium grandiflorum
Dicranostigma leptopodum
Chinese ridderspoor 5340
Dracocephalum moldavicum
Gele schijnpapaver 5360
Turkse drakekop 5370
Een prachtige, losse ridderspoor met grote, enkelvoudige helderblauwe bloemen. Laagblijvend type, ca. 50 cm. Bloeitijd juli-september. Goede snijbloem. Plantafstand 25 cm.
Vrij onbekend plantje van de papaverfamilie met diep ingesneden zeegroen blad met lichte vlekjes. Hoogte ca. 40 cm. Vanuit de basis ontspringen talrijke luchtig vertakte bloeistengels met 4 cm grote heldergele bloemen. Bloeitijd juniseptember. Plantafstand 30 cm.
Stevige, vertakte plant van ca. 50 cm met paarsblauwe lipbloemen. Het blad verspreidt een heerlijke citrusgeur. Bloeit lang en vol van juli tot september en wordt zeer druk bezocht door bijen en vlinders! Plantafstand 25 cm.
Echium plantagineum
Eschscholzia caespitosa
Eschscholzia californica
Slangekruid 5380
Slaapmutsje, geel 5390
Slaapmutsje, oranje 5400
Bossige plant, ca. 50 cm hoog, die rijk en langdurig bloeit met bloemen die verkleuren van roze (knopstadium) via tinten blauw en paars naar uiteindelijk karmijnrood. Bloeitijd: julioktober. Prima vlinder- en bijenplant. Plantafstand 40 cm.
Een teer slaapmutsje met fijn ingesneden blad en citroengele bloemen, rijke bloei. Wordt niet hoger dan 15 cm. Bloeitijd: juni-juli. Vlinderen bijenplant. Ter plaatse zaaien in april of mei en uitdunnen op 15 cm.
De bloemen zijn enkelvoudig en glanzend oranje van kleur. Deze plant wordt ca. 40 cm hoog. Bloeitijd juliseptember. Ter plaatse zaaien op ca. 20 cm afstand.
75
Eenjarige bloemen
76
Gilia leptantha
Glaucium corniculatum
Godetia sp.
Vogeloogjes 5420
Rode hoornpapaver 5430
Zomerazalea ‘Lilac Lady’ 5440
Plant met fijn vertakt blad en mooie bolvormige, blauwe bloemhoofdjes. Hoogte ca. 40 cm en bloeitijd van juniaugustus. Bijenplant. Plantafstand 20 – 25 cm.
Plant met ingesneden grijsgroen blad. De 3 cm grote bloemen verschijnen niet massaal, maar zijn opvallend vanwege de helderrode kleur. De naam is te danken aan de lange zaaddozen die als horens omhoog steken. Bloeit in juni-juli, planthoogte 30 - 40 cm. Plantafstand 30 cm.
Een sierlijk, luchtig gewas met tere, enkelvoudige, lilaroze bloemen. Bloeitijd juli-augustus. De plant blijft met 40 cm kort. Plantafstand 20 cm.
Helianthus annuus
Helianthus annuus
Zonnebloem, groot 5450
Helianthus annuus
Zonnebloem, middel, geel 5460
Zonnebloem, middel, rood 5470
De klassieke zonnebloem met één, meestal onvertakte stengel en een grote bloem, geel met donker hart. De grote zwarte zaden zijn eetbaar en vanaf half september oogstbaar. Er is echter een grote kans dat de vinken u voor zijn. De planten zijn hoog, tot zelfs 3 m. Bloeitijd juli-september, afhankelijk van de zaaitijd. Voorzaaien vanaf begin maart, ter plekke zaaien vanaf begin april. Bijenplant. Plantafstand 50 cm.
Ongeveer 170 cm hoge zonnebloem met vertakte bloeistengels en middelgrote bloemen in verschillende tinten geel. Goede snijbloem. Plantafstand 50 cm. Bloeitijd juliseptember, afhankelijk van de zaaitijd. Voorzaaien vanaf begin maart, ter plekke zaaien vanaf begin april. Bijenplant. Plantafstand 50 cm.
Ongeveer 170 cm hoge zonnebloem met vertakte bloeistengels en middelgrote bloemen, de kleuren variërend van geel tot rood. Goede snijbloem. Plantafstand 50 cm. Bloeitijd juli-september, afhankelijk van de zaaitijd. Voorzaaien vanaf begin maart, ter plekke zaaien vanaf begin april. Bijenplant. Plantafstand 50 cm.
Eenjarige bloemen
Helianthus annuus
Helianthus debilis
Helichrysum bracteatum
Zonnebloem, middel, ‘Velvet Queen’ 5480
Zonnebloem, kleinbloemig 5490
Goudstrobloem 5500
Ongeveer 170 cm hoge zonnebloem met vertakte bloeistengels en middelgrote bloemen in een warme bronskleur. Goede snijbloem. Plantafstand 50 cm. Bloeitijd juliseptember, afhankelijk van de zaaitijd. Voorzaaien vanaf begin maart, ter plekke zaaien vanaf begin april. Bijenplant. Plantafstand 50 cm.
Sterk vertakte plant met veel bloemstengels. De gele bloemen met donker hart zijn vrij klein. Planthoogte ca. 1,5 m. Bloeitijd juli-oktober. Snijbloem en bijenplant. Plantafstand 50 cm.
Algemeen gebruikte droogbloem met gevulde, stroachtige bloemen in vele gloedvolle kleuren. Voor de drogerij plukken als de buitenste bloemblaadjes horizontaal staan en de overige blaadjes nog een gesloten geheel vormen. Blijft lang doorbloeien, van juli tot september. Ook als snijbloem te gebruiken. Hoogte 60 cm. Plantafstand 25 cm.
Hibiscus trionum
Iberis umbellata
Ipomoea purpurea
Drie-urenbloem 5510
Schermscheefbloem 5520
Blauwe winde 5530
Zoals de naam al zegt: de bloemen bloeien kort, maar ze blijven dagelijks komen. Met hun exotisch uiterlijk en roomkleurig met donkerpurperen hart zijn ze werkelijk een plaatje. Hoogte ca. 50 cm, bloeitijd juli tot september. Onder glas voorzaaien in april en na half mei buiten uitplanten of half mei rechtstreeks zaaien. Plantafstand 30 cm.
Ouderwets tuinplantje met asymmetrische bloemen in vlakke schermen. Een mengsel van wit, roze, lila en paars. Bloeitijd juli-augustus. Hoogte 30 cm. Plantafstand 20 cm.
Klimplant met prachtige paars-blauwe bloemen met witte keel, die ‘s morgens vol open staan. Groeit gemakkelijk langs de spijlen van een hek of om een stok. De bloei is van juli tot september. Zaaien in april onder glas en na half mei buiten uitplanten of half mei rechtstreeks zaaien. Plantafstand 30 cm.
77
Eenjarige bloemen
78
Lathyrus odoratus
Lavatera trimestris
Legousia speculum-veneris
Lathyrus, gemengd 5540
Grootbloemige lavatera 5550
Spiegelklokje 5560
Klimmer die langs gaas geteeld moet worden. De bloemen, in verschillende kleuren, geuren heerlijk. De bloemen hebben korte stelen. Door te plukken en te zorgen dat de plant geen zaden (in peulen) zet, bloeit de plant lang door. Snijbloem en bijenplant. Ter plaatse zaaien op een afstand van 10 cm.
Kaasjeskruidachtige plant, sterk vertakt en ongeveer 80 cm hoog. De plant is overdekt met 10 cm grote, roze, donker geaderde bloemen. Prachtige snijbloem. Bijenplant. Bloeitijd eind juli-september. Plantafstand 30-35 cm.
Een bossig plantje met sterk vertakte bloeiwijze, overdekt met paarsblauwe telescoopachtige bloemen. Kwam vroeger in graanvelden voor. De planten blijven kort, ca. 25 cm. Bloeitijd juni-augustus. Plantafstand 15 cm.
Leucanthemum paludosum
Linum grandiflorum Rubrum
Linum usitatissimum
Kleine margriet 5570
Rood vlas 5585
Vlas, blauw 5590
Compacte, sterk vertakte plant van ca. 25 cm hoog. De margrietjes zijn 2-3 cm groot en hebben een geel hartje. Bloeit rijk en langdurig, van juli-september. Ideaal langs randen en gebruik in potten en bakken. Plantafstand 25 cm.
Rechtopgaande vertakte plant die lang doorbloeit met 3cm grote, karmozijnrode bloemen. Hoogte 40 cm. Bloeitijd juni-augustus. Geschikt als snij- en droogbloem. Plantafstand 10 cm. Standplaats: warm, zonnig, voedzame grond.
Zeer oud cultuurgewas, zowel geteeld voor de vezels (linnen) als voor de zaden (lijnolie). De lange rechtopstaande stengels, tot 1 m hoog, zijn alleen aan de top vertakt en dragen blauwe bloemen. Geschikt als snijbloem. De takken met ronde zaadbolletjes worden in droogboeketten gebruikt. Bloeitijd juli- augustus. Rechtstreeks zaaien en uitdunnen op 10-15 cm.
Eenjarige bloemen
Linum usitatissimum
Tetragonolobus purpureus
Vlas, wit 5600
Lupinus nanus
Asperge-erwt 5610
Kleine lupine 5620
Zeer oud cultuurgewas, zowel geteeld voor de vezels (linnen) als voor de zaden (lijnolie). De lange rechtopstaande stengels, tot 1 m hoog, zijn alleen aan de top vertakt en dragen witte bloemen. Geschikt als snijbloem. De takken met ronde zaadbolletjes worden in droogboeketten gebruikt. Bloeitijd juli- augustus. Rechtstreeks zaaien en uitdunnen op 10-15 cm.
Vlinderbloemige met dieprode bloemen, 35 cm hoog. De jonge, gevleugelde vruchten kunnen als groente worden gegeten. De smaak is amandelachtig. Zaaien op een rijafstand van 35 cm, in de rij op 5 cm.
Een fijne laagblijvende (30 cm) lupine, met heerlijk geurende bloemtrosjes in wit, roze, lila en paars. Op schrale grond blijft de plant mooi compact. Bloeitijd juli-augustus. Plantafstand 30 cm.
Lupinus pilosus
Malva sylvestris
Malva sylvestris var. mauritiana
Mountain Blue 5625
Groot kaasjeskruid 5630
Groot kaasjeskruid 5640
Deze blauwe lupine komt in het wild voor in Mediterrane gebieden zoals Griekenland, Turkije en Israël. De bloem heeft een prachtige diepblauwpaarse kleur. Houdt van lichte, arme grond. De zaden zijn hardschalig. Wij raden u daarom aan ze voor het zaaien met een naald aan te prikken, zodat ze gemakkelijker vocht op kunnen nemen. De zaden worden ook wel gebruikt om koffie van te maken.
Sterk uitgroeiende (ca. 100 cm) en vertakte plant met grote roze, donker geaderde bloemen. De zaaddoosjes lijken op kaasjes waarin de schijfvormige zaden plat tegen elkaar in een ronding liggen. Bijenplant en snijbloem. Bloeit van juni tot laat in de herfst. Plantafstand 40 cm.
Mooie, geneeskrachtige variëteit met grote fluweelachtige donkerviolette bloemen. Bijenplant en snijbloem.
79
Eenjarige bloemen
80
Malva sylvestris, var. Zebrina
Matricaria recutita
Mimulus guttatus
Groot kaasjeskruid 5645
Echte kamille 5650
Maskerbloem 5670
Sterk vertakte plant met grote, heel lichtroze bloemen, prachtig paars-roze geeaderd. Bijen- en hommelplant.
Preparatenplant en heelkruid. Hoogte 40 cm. De bloemhoofdjes verzamelen als ze net open zijn in mei-juli. Goed te drogen. Buiten zaaien in september of in het vroege voorjaar, uitdunnen of uitplanten op 30 x 15 cm.
Stevige stengels en frisgroen blad en vrij grote gele bloemen met oranje spikkels op de onderste lip. Hoogte 30 cm. Bloeitijd juni-september. Plantafstand 30 cm.
Mirabilis jalapa
Nemophila insignis/menziesii
Nachtschone 5680
Nicandra physalodes
Bosliefje 5690
Zegekruid 5700
Stevige plant (hoogte 60 cm) met trompetvormige bloemen in de tinten rood, geel, wit of gemengd/gespikkeld. De bloemen gaan tegen het eind van de middag open en bloeien tot de volgende ochtend. Heerlijke geur en veel bezocht door nachtvlinders. Bloeitijd juli-oktober. Liefst voorzaaien in april, uitplanten vanaf mei op 35 cm.
Een laagblijvend plantje (25 cm) met fijn verdeeld blad. De lieflijke blauwe bloemetjes met een wit hartje verschijnen al vanaf mei bij vroege zaai. Bij zaai in juni bloeit het bosliefje tot diep in de herfst. Ideale plant voor potten en hangmanden. Verdraagt lichte schaduw. Plantafstand 15 cm.
Fors uitgroeiende lampionplant (100 cm) met prachtige klokvormige, lichtblauwe bloemen. De zaaddozen zien eruit als lampionnetjes met een paars-groene kleur en kunnen gedroogd worden. Bloeitijd juliseptember. Plantafstand 50 cm.
Eenjarige bloemen
Nicotiana alata
Nicotiana sylvestris
Siertabak 5710
Nigella damascena
Bostabak 5720
Juffertje in ’t groen 5730
Een prachtig mengsel van witte, roze, rode en paarse bloemen. De planten verspreiden vooral ’s avonds een heerlijke geur en dat trekt veel nachtvlinders aan. De iets kleverige planten worden ca. 80 cm hoog. Produceert veel bloemen in juliseptember. Maart-april zaaien onder glas, na half mei buiten uitplanten op 35 cm afstand.
Majestueuze tabaksplant met grote, lichtgroene bladeren en witte tot 10 cm lange buisbloemen, die vooral ‘s avonds heerlijk geuren. Nachtvlinderplant. Ideaal voor grote potten op het terras en als solitair in de border. Bloeit vanaf eind juli tot aan de vorst. Voorzaaien in maart-april of half mei ter plekke. Lengte 150-200 cm, wel stevig. Plantafstand ca. 50 cm.
Kantachtige plant met lichtblauwe en witte bloemen in een krans van fijn groen. De decoratieve zaaddozen zijn geschikt om te drogen. Bloeit in juliaugustus. Hoogte 40 cm. Plantafstand 20 cm.
Nolana paradoxa
Panicum virgatum
Papaver rhoeas
Zonnedauwtje 5740
Fonteingras “Fontaine” 5745
Gewone klaproos 5750
Een plant met liggende stengels, ongeveer 15 cm hoog. Van juli t/m september overdekt met grote trechtervormige bloemen, helder blauw van kleur met witgeel hart. Geschikt voor hangbakken. Oorspronkelijk afkomstig uit Chili en Peru. Plantafstand 30 cm.
Mooi siergras met fonteinachtige pluimen. Zaaien in maart-april binnen, in april-mei ter plaatse. Standplaats zon tot halfschaduw, alle grondsoorten. Bloeitijd juli-augustus. Hoogte ca. 100 cm. Plantafstand 20 cm.
De inlandse klaproos met rode bloemen, hoogte ca. 50 cm. Deze plant doet het goed, mits er niet te veel concurrentie is. Bloeitijd juni-juli. Rechtstreeks zaaien in het voorjaar of in de herfst en uitdunnen op 25 cm.
81
Eenjarige bloemen
82
Papaver rhoeas
Papaver rhoeas
Papaver somniferum
Klaproos, ‘Pierrot’ 5760
Klaproos, gemengd 5770
Black Paeony 5775
Een aparte vorm van de gewone klaproos. De bloemen zijn fel scharlakenrood met een grote zwarte vlek op ieder bloemblad. Bijen- en hommelplant.
Prachtig mengsel met bloemstengels tot ongeveer 70 cm. Zeer gevarieerde bloemkleuren en –vormen; kleuren variëren van crème tot oranje, roze, rood en met witte randjes. Zowel enkele als dubbele bloemen. Zeer druk bevlogen door hommels. Plantafstand 25 cm.
Prachtige grijsgroene, stevige plant met indrukwekkende zwartpurperen gevulde bloemen. Na de bloei ontstaan mooie zaaddozen die u kunt drogen. Mooi in combinatie met zowel roze als rode planten. In verband met de penwortel ter plaatse zaaien van maart tot en met mei. Plantafstand 25cm.
Papaver somniferum
Papaver somniferum
Blauwmaanzaad 5780
Petunia multiflora
Slaapbol, rood 5790
Old Fashioned Vining 5805
Stevige, grijsgroene planten (tot 100 cm) met opvallende witte, in het hart lila, bloemen. Trekken veel hommels en bijen aan. Eind augustus zijn de decoratieve zaadbollen geschikt om gedroogd te worden. De zaden (blauwmaanzaad) kunnen verwerkt worden in brood en gebak. Bloeitijd juni-juli. Plantafstand 25 cm.
Stevige, grijsgroene planten (tot 100 cm) met opvallende rode, in het hart donkerpaarse, bloemen. Trekken veel hommels en bijen aan. Eind augustus zijn de decoratieve zaadbollen geschikt om gedroogd te worden. Bloeitijd juni-juli. Plantafstand 25 cm.
Deze oude selectie was een eeuw geleden al een topper in cottage gardens in Iowa, U.S.A. Het is een prachtige, rijk bloeiende petunia. De bloemen hebben allerlei bestorven tinten in wit, roze en violet. Hoogte ca. 25 cm. Bloeitijd juli-tot eerste nachtvorst. Ze geuren licht in de late schemering. Geschikt voor in de border, in potten en u kunt ze langs hekwerk leiden. Zaaien in maart binnen. Plantafstand 25 cm. Standplaats zonnig.
Eenjarige bloemen
Portulaca. grandiflora
Reseda alba
Portulakroosje 5810
Reseda odorata
Witte reseda 5820
Reseda 5830
Vetplantachtige bodembedekker met half gevulde bloemen in de kleuren wit, geel, roze en rood en diverse tussentinten. Ook een geschikte plant voor een bloembak en hangmand. Veel bloemen bij warm weer. Bloeitijd juli-september. Voorzaaien onder glas in april en uitplanten na half mei op 20 cm afstand.
Plant met lange, statige, witte aarvormige bloemtrossen die prachtig in de border staan. Ook als snijbloem te gebruiken. Hoogte 70 cm. Bloeitijd juli-september. Plantafstand 30 cm.
Heerlijk geurend! Lage plant met dichte bloemtrossen. De groenachtigroze bloemetjes zijn niet erg opvallend. Bloeitijd juli-september. Uitstekende bijenplant. Plantafstand 25 cm.
Rudbeckia hirta
Salpiglossis sinuata
Salvia coccinea
Prairie Sun 5835
Trompetbloem 5837
Coral Nymph 5840
Krachtig, lichtgroen gewas met tot 10 cm grote bloemen in een warme tint oranje met een lichtgroen hart. Sterke rechtopgaande borderplant. Hoogte 100 cm. Bloeitijd juli-oktober. Goede snijbloem. Zaaien in maartapril binnen. Plantafstand 25 cm. Standplaats zonnig.
Een plant met indrukwekkende trechtervormige bloemen, die ca. 5 cm groot zijn. Het mengsel bevat de meest verrassende tinten van wit naar geel en via rood naar violet en bruin. Het hart van de bloem is prachtig geaderd, zodat ook de bloem zelf meerdere kleuren bevat. De plant zelf voelt enigszins kleverig aan. U kunt deze plant ook goed in potten zetten. Tevens geschikt als snijbloem. Bloeitijd juli-augustus. Zaaien maart binnen, april-mei ter plaatse. Plantafstand 25 cm. Standplaats zonnig, voedzame wat droge grond.
Een aparte salvia met vrij lange bloemstelen. De tweekleurige, koraalroze en crèmekleurige, sierlijke bloemen zijn in kransen gerangschikt. Hoogte 40 cm. Liefst voorzaaien onder glas in april en uitplanten in mei. Bloeitijd van juni tot in oktober. Plantafstand 25 cm.
83
Eenjarige bloemen
84
Salvia viridis (horminum)
Salvia viridis (horminum)
Salvia maroccana
Bonte salie, paars 5850
Bonte salie, roze 5860
Marokkaanse salie 5870
Stevige plant met opvallende, grote, paarse schutbladeren aan de top met daaronder de kleine lipbloemen. Geschikt als snij- en droogbloem. Bijenplant. Hoogte 50 cm. Bloeitijd juliseptember. Plantafstand 30 cm.
Stevige plant met opvallende, grote, roze schutbladeren aan de top met daaronder de kleine lipbloemen. Geschikt als snij- en droogbloem. Bijenplant. Hoogte 50 cm. Bloeitijd juliseptember. Plantafstand 30 cm.
Bevat veel luchtige bloemstengels. De bloemen zijn lichtblauw/violetachtig met wit. Bloeitijd juni-juli. Hoogte 50 cm. Plantafstand 25 cm.
Sanvitalia procumbens
Scabiosa atropurpurea
Huzarenknoop 5880
Silene armeria
Zwartpurperen scabiosa 5890
Pekbloem 5900
Zeer goede bodembedekker met vrolijke, gele bloemen met zwart hart. Bloeit vanaf juli tot eerste nachtvorst. Zeer geschikt voor bloembakken en hangpotten. Plantafstand 25 cm.
Een zeer gevarieerd mengsel met diverse fraaie tinten, van lichtroze tot donker purperrood. Deze decoratieve, samengestelde bloemen zitten aan lange stelen. Hoogte ca. 90 cm. Deze van oudsher bekende tuinplant bloeit van juli tot ver in de herfst. Goede snijbloem en vlinderplant. Plantafstand 25 cm.
Deze compacte plant blijft maar doorbloeien. De roze bloemetjes zijn in mooie trosjes gerangschikt. Wordt druk bezocht door vlinders. Hoogte 30–40 cm. Plantafstand 20 cm.
Eenjarige bloemen
Silene coeli-rosa
Silene pendula
Hemelroosje 5910
Silybum marianum
Lijmkruid 5920
Mariadistel 5930
Niet voor niets hemelroosje genoemd. Een teer uiterlijk met een wolk van bloemen in zachte tinten van roze, lila en blauw. Bijenplant en snijbloem. Hoogte 30 cm. Bloeitijd juli-augustus. Plantafstand 20 cm.
Tijdens de bloei overdekt met rose koekoeksbloemetjes. Kan in september worden gezaaid, dan bloei vanaf mei en anders wat later. Hoogte 15–25 cm. Plantafstand 15 cm.
Stevige distel met glanzend groene, wit gemarmerde bladeren (“de gemorste moedermelk van Maria”). De paarse bloemen verschijnen in juli en augustus. Hoogte ca. 2 meter. Bijenplant. Plantafstand 50 cm.
Tagetes patula nana
Tagetes patula
Tagetes tenuifolia
Afrikaantje, klein 5940
Afrikaantje, wild 5950
Sterafrikaantje, geel 5960
Afrikaantje met enkelvoudige, warmgele bloemen met donkere vlekken in het hart. Door de eerste bloemknoppen te verwijderen worden de planten voller en bloeien ze beter. Helpt bodemaaltjes te bestrijden. Hoogte 30 cm. Bloeit zeer lang door. Zaaien onder glas half maart-april, overplanten in potjes en na half mei buiten uitplanten op 30 cm.
Een wildere vorm van het afrikaantje met een forsere groei, relatief meer blad en wat minder bloemen. De bloemen zijn rood als ze pas opengaan en verkleuren naar oranje. Hoogte 80 cm. Bloeitijd juli tot de vorst. Gebruik en zaaien als afrikaantje klein, plantafstand 35 cm.
Compacte, bolvormige plant met fijn ingesneden, frisgroen blad. De citroengele en geurende bloemetjes bedekken de gehele plant. Een zeer charmant afrikaantje, ook voor in de bloembak. Blijft tot diep in de herfst bloeien. Hoogte 25 cm. Plantafstand 30 cm.
85
Eenjarige bloemen
86
Tagetes tenuifolia
Tanacetum parthenium
Tolpis
Sterafrikaantje, rood 5970
Moederkruid 5980
Tolpis barbata 5990
Compacte, bolvormige plant met fijn ingesneden, frisgroen blad. De rode en geurende bloemetjes bedekken de gehele plant. Een zeer charmant afrikaantje, ook voor in de bloembak. Er is een citroengele en een oranjerode variëteit. Blijft tot diep in de herfst bloeien. Hoogte 25 cm. Plantafstand 30 cm.
Ouderwets, weinig eisend plantje. De stevige, vertakte bloemstengels dragen vele witte kamilleachtige bloemen. Geschikt als snijbloem. Hoogte 40 cm. Bloeitijd juli-september. Plantafstand 25 cm.
De bloemen hebben citroengele, licht gefranjerde bloemblaadjes met een donker hart. Een stevige en sterk vertakkende plant, ca. 60 cm hoog. Langdurig bloeiend, van juli tot september. Geschikt als snijbloem. Plantafstand 30 cm.
Trachymene caerulea
Trifolium incarnatum
Blauwe kantbloem 6000
Trigonella foenum graecum
Incarnaatklaver 6010
Fenegriek 6020
Planten met zacht lavendelblauwe, kantachtige bloemschermen, die prachtig te gebruiken zijn in borders met verschillende kleurenschema’s. Ook geschikt als snijbloem. Hoogte 50 cm. Boeitijd juli-september. Plantafstand 20 cm.
Zachte, behaarde klaver met 4 cm lange, donkerrode bloempluimen. Wordt ook als groenbemester gebruikt. Bijen- en hommelplant, geschikt voor natuurlijke tuinen. Hoogte 30 cm. Bloeitijd juli-augustus. Plantafstand 15 cm.
Vlinderbloemige plant waarvan de zaden gebruikt worden in chutney en een onderdeel zijn van kerrie. Ook in de diergeneeskunde wordt van fenegriek gebruik gemaakt. Kan als spruitgroente gegeten worden. Hoogte 50 cm. Plantafstand 25 cm.
Eenjarige bloemen
Tropaeolum majus
Tropaeolum majus
Vaccaria hispanica
Oostindische kers, niet rankend 6030
Oostindische kers, rankend 6040
Koekruid, wit 6050
Variabele bloemkleuren in de tinten geel, oranje en rood. De bloemen en blaadjes zijn eetbaar, vooral de bloemen worden als garnering in salades gebruikt. De groene, onrijpe zaden kunnen ingemaakt worden. Aanplant rond vruchtbomen houdt luis op afstand. Onder glas voorzaaien en na half mei uitplanten, of vanaf begin mei buiten zaaien. Bloeitijd juni tot de vorst. Plantafstand 40 cm.
Variabele bloemkleuren in de tinten geel, oranje en rood. De bloemen en blaadjes zijn eetbaar, vooral de bloemen worden als garnering in salades gebruikt. De groene, onrijpe zaden kunnen ingemaakt worden. Aanplant rond vruchtbomen houdt luis op afstand. Onder glas voorzaaien en na half mei uitplanten, of vanaf begin mei buiten zaaien. Bloeitijd juni tot de vorst. Plantafstand 40 cm.
Een prachtige snijbloem zonder teeltproblemen! Met slechts 3 tot 5 takken heeft u al een volledig gevulde vaas. Uitstekend te combineren met andere bloemen. De bloeiperiode is vrij kort, dus meerdere malen zaaien. Rechtstreeks zaaien van half maart t/m half mei. Hoogte ca. 50 cm. Plantafstand 30 x 10 cm.
Vaccaria hispanica
Viola tricolor
Xeranthemum annuum
Koekruid, roze 6060
Driekleurig viooltje 6070
Papierbloem 6080
Een prachtige snijbloem zonder teeltproblemen! Met slechts 3 tot 5 takken heeft u al een volledig gevulde vaas. Uitstekend te combineren met andere bloemen. De bloeiperiode is vrij kort, dus meerdere malen zaaien. Rechtstreeks zaaien vanaf half maart t/m half mei. Hoogte ca. 50 cm. Plantafstand 30 x 10 cm.
Deze authentieke viool wordt nog steeds door velen gewaardeerd. Het zijn met name de frisse uitstraling en sierlijkheid die deze viool bijzonder maakt. De paars-geel-witte bloemen blijven zeer lang verschijnen. Kan zowel in het voorjaar als najaar gezaaid worden. Ook prima geschikt voor potten en bloembakken. Hoogte 20 cm. Plantafstand 20 cm.
Een zeer bekende droogbloem. Viltig behaarde planten met talrijke rechte bloemstengels. De bloemen zijn glanzend wit of roze. Bloeitijd juliaugustus. Hoogte 60 cm. Plantafstand 25 cm.
87
Eenjarige bloemen
Eenjarige Bloemenmengsels
De bloemenmengsels die wij leveren, zijn zodanig samengesteld dat er sprake is van een ruime variatie en voldoende bloei. Er is gekozen voor een rangschikking op basis van de lengte van de planten. Hiermee wordt een verdringing/overheersing van bepaalde soorten voorkomen. Zaaitijd: april-mei. 1 zakje voor ca. 10 m².
88
Akkerbloemen-mengsel 6090
Bloemenmengsel Hoog 6100
Een combinatie van wilde bloemen en enkele oude cultuurplanten.
Overwegend sterke groeiers. Wat ruimer zaaien. Hoogte ca. 100cm.
Bloemenmengsel Middelhoog 6110
Bloemenmengsel Laag 6120
Tübingermengsel 6130
Zeer gevarieerd, zowel qua kleur als bloem/planttype. Hoogte ca. 60cm.
Brede samenstelling veel verschillende kleuren. Hoogte ca. 30cm.
Het Tübingermengsel is een beproefd bijen (en vlinder) mengsel, geschikt voor tuin of akkerrand. Het mengsel bestaat uit zaden van uitheemse planten en cultuurplanten: Phacelia, boekweit, gele mosterd, koriander, juffertje in het groen, goudsbloem, korenbloem, bladrammenas, malva, komkommerkruid, dille, serradella en zonnebloem. Een lust voor het oog voor tuinier of tuinder, en een lekkernij voor de bij! 1 zakje voor ca. 20 m².
Eenjarig
xxxxx
7
Meerjarige bloemen xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Als een soort tweejarig is, staat dat expliciet vermeld; staat er niets vermeld, dan is de soort meerjarig. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx De tweejarige planten gaan pas in het tweede jaar bloeien. Een uitzaai in de zomer is dan ook meestal vroeg genoeg. Na de bloei en zaadzetting sterven ze af. Meerjarige soorten kunnen jaren op dezelfde plaats blijven staan. Afhankelijk van de zaaitijd komen ze soms nog het eerste jaar in bloei, anders vanaf het tweede jaar. Ze kunnen het best eerst op een zaaibed worden gezaaid, in het voorjaar of in de zomer. Zodra de planten een redelijk volume hebben bereikt, kunt u ze op de gewenste plaats zetten. De hoogte van de plant kan afhankelijk van o.a. standplaats en dichtheid sterk variëren; de hier aangegeven hoogten zijn dan ook slechts indicatief.
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
89
Meerjarige bloemen
90
Achillea millefolium
Agastache foeniculum
Agastache Lavender Haze
Gewoon duizendblad 7020
Dropplant 7050
Dropplant 7055
Veel voorkomende wilde plant met fijn ingesneden blad en stevige witte bloemschermen. Wordt als preparatenplant gebruikt. Ook geschikt als snij- en droogbloem. Vlinderplant. Bloeitijd juni-september. Hoogte 40 cm. Plantafstand 20 cm.
Stevige, vertakte plant met vierkante stengels en lange blauwpaarse bloemkaarsen. Verspreidt een dropachtige geur, vooral na aanraking. Bloeitijd juli-september. Hoogte 50 cm. Goede vlinderplant. Plantafstand 25 cm.
Een stevige en goed vertakkende plant voor in de volle zon. Prima te gebruiken als borderplant. Bloeit van juli tot september met lange, blauwe bloemaren, die ook een mooi wintersilhouet geven wanneer u ze laat staan. Als u de blaadjes kneust, komt er een heerlijke anijs/dropachtige geur vanaf. Hoogte 50 cm. Geschikt als snijbloem. Bijen- en vlinderplant. Zaaien vanaf april. Plantafstand 25 cm. Standplaats zonnig, kan tegen droogte.
Alcea rosea
Angelica archangelica
Stokroos, gemengd 7060
Anthemis tinctoria
Grote engelwortel 7080
Gele kamille 7090
Meestal als tweejarige geteeld. Hoge, rechtopgaande plant met stevige bloemstengels, tot ruim 2 m hoog. De bloemen zijn enkelvoudig met vooral diep donkerpurperen tinten. Bloeitijd juli-september. Een beschutte plaats is gewenst. Plantafstand 50 cm.
Twee- tot driejarige plant. De grote, bolvormige bloemschermen hebben een witte tot groenachtige kleur. De wortels worden voor medicinale doeleinden gebruikt, de jonge stengels zijn geschikt als groente. Bloeitijd junijuli. Hoogte ca. 2 m. Plantafstand 50 cm.
Sterk vertakte, wat rommelige plant. Bloeit zeer overdadig met gele bloemen. Half september terugknippen op 15 cm boven de grond. Verfplant. Bloeitijd juni-september. Hoogte 50 cm. Plantafstand 30 cm.
Meerjarige bloemen
Aquilegia caerulea
Aquilegia vulgaris
Gespoorde akelei 7100
Coreopsis lanceolata
Wilde akelei 7110
Meisjesogen 7210
Sierlijke voorjaarsplant met grote, lang gespoorde bloemen in verschillende zachte tinten roze, geel en wit. Bloeitijd eind mei-juli. Hoogte 80 cm. Geschikt als snijbloem. Plantafstand 30 cm.
Deze plant heeft kort gespoorde bloemen, donkerblauw van kleur. Bloeitijd juni-juli. Hoogte 60 cm. Geschikt als snijbloem. Plantafstand 30 cm.
Prima borderplant met grote, heldergele bloemen op lange stelen. Matig winterhard. Bloeitijd juni-augustus. Half september terugknippen tot op 15 à 20 cm bevordert de winterhardheid. Hoogte 50 cm. Plantafstand 30 cm.
Dianthus barbatus
Dianthus deltoides
Dianthus plumarius
Duizendschoon 7230
Steenanjer 7240
Grasanjer 7250
Tweejarige teelt is gebruikelijk. Ouderwetse en sterke plant met dichte bloemschermen in allerlei kleurencombinaties van wit, roze, rood en purper. Zeer goede snijbloem. Bloeitijd juni-juli. Hoogte 50 cm. Plantafstand 25-30 cm.
Breed uitgroeiende, lage anjerplant, overdekt met helder karmijnrode bloemetjes. Bodembedekker. Bloeitijd juni-juli. Hoogte 20 cm. Plantafstand 30 cm.
De smalle, blauwgroene bladeren vormen dichte pollen. De plant is overdekt met heerlijk geurende, gefranjerde bloemen in verschillende tinten wit en roze. Snijbloem voor kleine boeketjes. Bloeitijd juliaugustus. Hoogte 30 cm. Plantafstand 35 cm.
91
Meerjarige bloemen
92
Digitalis ferruginea
Digitalis grandiflora
Digitalis lutea
Veelbloemig vingerhoedskruid 7260
Grootbloemig vingerhoedskruid 7270
Geel vingerhoedskruid 7280
Statige plant met een kaarsrechte, onvertakte bloemstengel. De bloemen zijn van buiten crème en van binnen pasteloranje, roestbruin geaderd. Giftig. Bloeitijd juni-augustus. Hoogte 150 cm. Plantafstand 35 cm.
Deze plant heeft grote roomgele bloemen, is wat korter (100 cm) en bloeit iets later dan veelbloemig vingerhoedskruid. Eveneens giftig. Plantafstand 30 cm.
De lange bloemstengels zijn dicht bezet met smalle bleekgele bloemen. Bloeitijd juni-juli. Hoogte 70 cm. Giftig. Plantafstand 30 cm.
Digitalis purpurea
Dipsacus fullonum
Gewoon vingerhoedskruid 7290
Rode zonnehoed 7320
Grote kaardebol 7300
Echinacea purpurea
Tweejarig. Lange bloemstengels met roze of witte bloemen. Bloeitijd juniaugustus. Hoogte 150 cm. Giftig. Plantafstand 40 cm.
Tweejarige, stevige en gestekelde plant. De lila bloemetjes bloeien in een krans om het bloemhoofd. De stekelige bloemhoofden van de nauw verwante weverskaarde werden vroeger gebruikt voor het kaarden van wol. Droogbloem. Bijen- en hommelplant. Bloeitijd juli-augustus. Hoogte 150 cm. Plantafstand 50 cm.
Stevige en sterke, geneeskrachtige plant. De grote purperrode lintbloemen rond een half bolvormig oranje-groenig hart zorgen voor een fraai uiterlijk. Geschikt als snijbloem met of zonder bloembladen. Bloeitijd juli-september. Hoogte 100 cm. Plantafstand 35 cm.
Meerjarige bloemen
Echinacea purpurea
Echinops bannaticus
Zonnehoed White Swan 7322
Eryngium planum
Kogeldistel 7325
Vlakbladige kruisdistel 7330
Een stevige, sterke plant die heel waardevol is in de border. Rond het halfbolvormig oranje-groenige hart zitten wit-groene bloemblaadjes. Geschikt als snijbloem met of zonder bloemblaadjes. Echinacea staat graag zonnig op een voedzame, goed afgewaterde grond, het is tenslotte een prairieplant. Hoogte 100 cm. Bloeitijd juli-september. Zaaien vanaf april. Plantafstand 35 cm. Standplaats zonnig, kan tegen droogte.
Sterke, distelachtige plant met blauwgrijs blad en kogelronde violet-blauwe bloemen. Vlinderplant. Hoogte 90 cm. Bloeitijd juli-september. Geschikt als snij- en droogbloem. Zaaien vanaf april. Plantafstand 40 cm. Standplaats zonnig tot halfschaduw, iedere grondsoort.
Decoratieve plant die het eerste jaar alleen een rozet vormt. In het tweede jaar verschijnen de blauw aangelopen bloemstengels met staalblauwe bloemen. Mooie snij- en droogbloem. Bijenplant. Bloeitijd juli-augustus. Hoogte 80 cm. Plantafstand 35 cm.
Erysimum allionii
Erysimum allionii
Erysimum cheiri
Siberische muurbloem, geel 7340
Siberische muurbloem, oranje 7350
Muurbloem 7360
Tweejarige, laagblijvende plant die al vroeg in het voorjaar begint te bloeien. Heerlijk geurende, gele bloemen. Bijen- en vlinderplant. Bloeitijd apriljuni. Hoogte 30 cm. Plantafstand 25 cm.
Tweejarige, laagblijvende plant die al vroeg in het voorjaar begint te bloeien. Heerlijk geurende, oranje bloemen. Bijen- en vlinderplant. Bloeitijd apriljuni. Hoogte 30 cm. Plantafstand 25 cm.
Twee- tot meerjarige plant. Al vanaf april verschijnen de heerlijk geurende, vaak gevulde bloemen, in verschillende tinten geel, oranje, rood en donkerrood. Bescherm de planten bij strenge vorst. Bijenplant en goede snijbloem. Zaaien in juni-juli. Bloeitijd april-juni. Hoogte 40 cm. Plantafstand 30 cm.
93
Meerjarige bloemen
94
Hypericum perforatum
Inula helenium
Isatis tinctoria
Sint-Janskruid 7470
Griekse alant 7480
Wede 7490
Rijk vertakte, wilde plant met goudgele bloemen, die omstreeks Sint Jan begint te bloeien. Uit de bloemen worden Johannisolie en verf bereid. Bijenplant. Bloeitijd half juni-september. Hoogte 50 cm. Plantafstand 30 cm.
Geneeskrachtige plant met grote, langwerpige bladeren. De decoratieve gele bloemen met fijne stralen trekken veel insecten aan. Geschikt voor de wat wildere tuin. Bloeitijd juni-augustus. Hoogte 150 cm. Plantafstand 50 cm.
Tweejarig. Stevige plant met grote, luchtige schermen vol gele bloemetjes. Ook de bengelende zwarte zaden zijn decoratief. Verfplant. Bloeitijd mei-juni. Hoogte 100 cm. Plantafstand 40 cm.
Leucanthemum vulgare
Linum perenne
Wilde margriet 7550
Lunaria annua
Vaste vlas 7560
Tuinjudaspenning, paars 7570
Rijk vertakte, wilde plant met wit-gele “margrietjes”. Bloeitijd mei-juli. Hoogte 40-50 cm. Plantafstand 30 cm.
Sierlijk plantje. Vanuit de basis ontspringen vele ranke, stevige bloemstengels met tere hemelsblauwe bloemen aan de top. Kortlevende vaste plant, die zichzelf gemakkelijk uitzaait. Bloeitijd juni-juli. Hoogte 40 cm. Plantafstand 20 cm.
Tweejarig. Bekende vroegbloeiende tuinplant met paarse bloemen. In de nazomer worden de zilverachtige hauwen, de “zilverlingen”, zichtbaar. Geschikt voor droogboeketten. Bloeitijd april-mei. Hoogte 80 cm. Plantafstand 35 cm.
Meerjarige bloemen
Lupinus polyphyllus
Lychnis coronaria
Vaste lupine, gemengd 7600
Lychnis viscaria
Prikneus 7620
Rode pekanjer 7630
Dit mengsel van ons bevat fraaie kleuren in diverse tinten, zowel fel als pastel. Stevige planten en zeer rijkbloeiend. Ook op schrale plekken een goede groei. Bloeitijd mei-juli. Hoogte 100 cm. Plantafstand 50 cm.
Overwegend tweejarig. Plant met grijs viltig blad en wijd vertakte bloemstengels met helder purperrode bloemen. Ook geschikt voor arme grond. Bloeitijd juni-augustus. Hoogte 60 cm. Plantafstand 25 cm.
Dichte pollen met smal donkergroen blad en talrijke donkerroze bloemtrossen. Bloemstengels wat kleverig (als “pek”). Bloeitijd mei-juli. Hoogte 50 cm. Plantafstand 30 cm.
Malva moschata
Oenothera erythrosepala
Physalis alkekengi
Muskuskaasjeskruid, wit 7660
Grote teunisbloem 7720
Lampionplant 7755
Vertakte plant met diep ingesneden blad. Bloeit rijk met grote sneeuwwitte bloemen en heeft een zachte muskusgeur. Bloeitijd juni-augustus. Hoogte 50 cm. Plantafstand 30 cm.
Tweejarig. Bij vroege zaai al bloemdragend in eerste jaar. Lange plant met breed vertakte bloemstengels. De grote lichtgele, geurende bloemen ontwaken in de schemering en sluiten aan het eind van de volgende dag. Een feest voor nachtvlinders. Bloeitijd juni-oktober. Hoogte 100-150 cm. Plantafstand 50 cm.
Van deze plant zijn vooral de oranje omhulsels van de zaden aantrekkelijk. Geschikt om te drogen. Sterke wortelstok. Geschikt voor een rommelhoekje in de tuin. Standplaats stelt weinig eisen. Hoogte 50-80 cm. Bloeitijd mei-juni. In septemberoktober zijn de zaaddozen rijp. Zaaien in april-mei ter plaatse, plantafstand 30 cm.
95
Meerjarige bloemen
96
Polemonium caeruleum
Potentilla recta
Pulsatilla vulgaris
Jacobsladder 7770
Rechte ganzerik 7780
Wildemanskruid 7790
Plant met decoratief, varenachtig blad. De bloemen zitten in trossen en zijn hemelsblauw met uitstekende, gele meeldraden. Snijbloem en bijenplant. Bloeitijd juni-juli. Hoogte 70 cm. Plantafstand 30 cm.
Stevige plant met handvormige bladeren en grote, heldergele bloemen. Bloeitijd juni-augustus. Hoogte 40 cm. Plantafstand 35 cm.
Voorjaarsbloeier met fijn verdeeld, kantachtig blad. De zijdeachtige bloemknoppen zijn behaard en openen zich tot grote paarse kelken, die vervolgens tot wilde pluizige zaadbollen uitgroeien. Zeer geliefde plant. Bloeitijd maart-mei. Hoogte 30 cm. Plantafstand 30 cm.
Salvia sclarea
Salvia verticillata
Scabiosa columbaria var.ochroleuca
Scharlei 7820
Kranssalie 7840
Gele scabiosa 7890
Tweejarig. Forse plant met grote, behaarde bladeren. De grote, violette schutbladen om de lichtblauwe bloemen zorgen voor een opvallend exterieur. Bloeitijd juni-september. Hoogte 100 cm. Plantafstand 35 cm.
Weinig eisende plant met in kransen staande, blauwpaarse lipbloemen aan lange bloemstelen. Bijenplant. Bloeitijd juni-juli. Hoogte 50 cm. Plantafstand 30 cm.
Sierlijke plant met diep ingesneden bladeren. De zachtgele bloemen staan op lange stelen. Ook de zaadbollen zijn decoratief. Vlinder- en bijenplant. Bloeiperiode juli-oktober. Hoogte 60 cm. Plantafstand 30 cm.
Meerjarige bloemen
Silene nutans
Stachys byzantina
Nachtsilene 7910
Tanacetum vulgare
Ezelsoren 7915
Boerenwormkruid 7930
Sierlijke, wilde plant met pluimachtige bloeiwijzen, waaraan witte, diep ingesneden bloemen hangen. Bloeiperiode mei-juli. Hoogte 40 cm. Plantafstand 30 cm.
De plant dankt zijn naam aan zijn viltig grijsgroen blad. Kan vanaf junijuli voorgezaaid worden onder glas en vanaf september in de vollegrond. Hoogte 40 cm. Plantafstand 30 cm. Groeit het best op een droge, zonrijke tot half-schaduwrijke plaats. Vormt een mooie bloemborder.
Een hoge, wilde plant met gele bloemhoofdjes in platte schermen. Fijngewreven gedroogde blaadjes en bloemen weren insecten, o.a. de wortelvlieg. Stoelt flink uit. Bloeitijd juli-september. Hoogte 100 cm. Plantafstand 30 cm.
Telekia speciosa
Valeriana officinalis
Verbascum blattaria
Koeieoog 7940
Valeriaan 7980
Mottenkruid, wit 7990
Decoratieve, forse plant met goudgele straalbloemen. Geschikt als solitair of voor natuurlijke tuinen. Bloeiperiode juli-augustus. Hoogte 150 cm. Plantafstand 40 cm.
Stevige, wilde plant met lichtroze bloemschermen. De wortel bevat zenuwkalmerende stoffen. Katten waarderen de typische geur. Preparatenplant en bijenplant. Bloeiperiode juni-juli. Hoogte 100 cm. Plantafstand 30 cm.
Tweejarig. Sierlijke toorts met glanzend, donker bladrozet. De lange bloemstengels zijn bezet met witte, iets rood aangelopen bloemen. Bloeitijd juni-augustus. Hoogte 80 cm. Plantafstand 35 cm.
97
Meerjarige bloemen
Verbascum chaixii ‘Album’
Verbascum nigrum
Verbascum densiflorum
Oosterse toorts 8000
Zwarte toorts 8010
Stalkaars 8030
Op de lange sierlijke toorts staan vele witte bloemetjes met violette meeldraden. Bloeitijd juni-augustus. Hoogte 100 cm. Plantafstand 35 cm.
Eveneens een statige lange toorts, dicht bezet met gele bloemetjes met violette meeldraden. Bloeitijd juni-augustus. Hoogte tot 150 cm. Plantafstand 35 cm.
Tweejarig. Stevige en statige toorts met grijsviltig blad. Draagt veel grote, gele bloemen. Bijenplant. Bloeitijd juli-september. Hoogte tot 200 cm. Plantafstand 40 cm.
Meerjarig bloemenmengsel 8060 Een gevarieerd mengsel van tweeen meerjarige soorten. Sommige bloeien al het eerste jaar, andere vanaf het tweede jaar. Zo’n meerjarig bloemenveldje is niet alleen attractief voor u. Diverse vlinders, hommels, bijen, etc. vinden hier hun voedsel. Een stukje biodiversiteit dat beslist niet vergeten mag worden! Wilt u in het eerste jaar nog meer bloei, meng dit mengsel dan met een eenjarig bloemenmengsel. Zaaien is mogelijk van maart tot september, breedwerpig of op al dan niet keurig rechte rijen. Het zakje zaad is voldoende voor minstens 10 m².
98
Eetbare bloemen Vindt u het ook zo prachtig om fleurige en kleurige bloemen op uw bord te hebben? Dat kan! Behalve dat ze de tuin opfleuren, zijn sommige bloemsoorten namelijk ook eetbaar. Steeds meer toprestaurants passen de decoratieve en culinaire mogelijkheden van bloemen toe. Eigenlijk is het helemaal geen nieuwe trend, maar eerder een herontdekking van traditionele kennis. Niet alleen u profiteert van de geplukte bloemen, ook de plant heeft er baat bij. Planten bloeien namelijk langer door indien de bloemen geregeld worden geplukt. Snoeien betekent groeien en bloeien! Onderstaand schema geeft een overzicht van alle eetbare bloemen die wij in ons assortiment hebben opgenomen. De bloemblaadjes of gehele bloemen zijn veilig en lekker om als culinaire kostelijkheden te verwerken.
Naam
Dahlia Driekleurig Viooltje Dropplant Goudsbloem Japanse chrysant Kaasjeskruid Komkommerkruid Lavatera Oostindische kers Zonnebloem Echte kamille Korenbloem Capucijner Pronkboon Gele mosterd Rucola coltivata
Eetbare bloemen uit het Bolster assortiment
Latijns
Dahlia variabilis Viola tricolor Agastache foeniculum Calendula officinalis Chrysanthemum japonicum Malva sylvestris Borago officinalis Lavatera trimestris Tropaeolum majus Helianthus annuus Matricaria recutita Centaurea cyanus Pisum sativum Phaseolus coccineus Sinapis alba Eruca sativa
Rasnaam
Bishop’s Children
Blauwschokkers Emergo Esmée
Eetbaar Deel
Bloemblaadjes Bloemblaadjes Bloemblaadjes Bloemblaadjes Bloemblaadjes Hele bloem Hele bloem Bloemblaadjes Hele bloem Bloemblaadjes (en gepelde zaden) Bloemblaadjes Hele bloem Hele bloem Hele bloem Hele bloem Hele bloem
Wij bieden eetbare bloemen aan in twee verschillende zadenpakketten: het “eetbare bloemenpakket klein” en het “eetbare bloemenpakket groot”. Beide pakketten zijn inclusief beschrijving op onze website te vinden en te bestellen. Kijk hiervoor op: www.bolster.nl/zadenpakketten. Uiteraard kunt u alle soorten ook los per kleinverpakking bestellen, hiervoor kunt u onze bestellijst of website raadplegen. Voor de smaak en sierlijkheid van de bloemen is het verstandig de bloemen altijd vers te plukken, bij voorkeur een aantal minuten voor de maaltijd. Het is raadzaam de bloemen niet met water te wassen, want dan worden ze slap. Let goed op bij het plukken van de oostindische kers: de geur en de nectar van deze bloemen is aantrekkelijk voor insecten. Voordat u de bloemen gaat gebruiken is het daarom verstandig ze goed te schudden of te blazen om de insecten uit de bloem te krijgen.
Recept kleurige sla - Gebruik als basis de bladeren van een grote krop sla - Voeg vijf bloemen van de Oostindische kers toe (zie tip hierboven) - Voeg een handvol bloemen van het komkommerkruid, de capucijners en de pronkboon toe - Voeg bloemblaadjes van vier bloemen van de goudsbloem toe - U kunt ervoor kiezen een dressing toe te voegen. Neem dan een halve lepel scherpe mosterd, twee soeplepels balsamico-azijn en drie soeplepels olijfolie.
Eet smakelijk! 99
Planten en Insecten Bij de Bolster leren we elk jaar weer bij over de insectendiversiteit en hoe we deze in ons voordeel kunnen inzetten. Het mankeert ons op de velden gelukkig niet aan bestuivers zoals bijen, hommels, zweefvliegen en allerlei vliegensoorten die de bloemetjes helpen bestuiven, zodat de zaden gezet worden. Daarnaast zijn we ook erg blij met de gaasvliegen, sluipwespen en lieveheersbeestjes die zich lustig vermeerderen op de velden. Natuurlijk kunnen insecten ook plagen gaan vormen. Het blijft dan ook een uitdaging om de juiste natuurlijke vijanden aan te trekken of te stimuleren, om zo het tij te keren en de natuurlijke balans weer te herstellen. Spintmijt kwijt Spintmijten zijn kleine spinachtige beestjes die op de onderkant van de bladeren zitten. Ze zuigen vloeistof uit het vaatstelsel van de bladeren, waardoor zich aan de bovenkant van het blad lichte stipjes vormen en bij een ernstige aantasting kunnen de bladeren zelfs volledig afvallen. Verder kunt u de aanwezigheid van spintmijten herkennen aan de spinseldraden die ze maken aan de onderkant van het blad. Op het veld hebben wij van de spintmijten geen last, terwijl dit op gangbare bedrijven vaak een plaag vormt. Daarentegen zijn in de kas in het voorjaar wel vaak spintmijten te vinden in de gewassen die hebben overwinterd. Hun natuurlijke vijanden, de roofmijten, zijn wat minder tegen de kou bestand. Het duurt soms te lang voordat de populatie voldoende groot is om de spintmijten te onderdrukken, dus kopen we elk jaar in het voorjaar roofmijten. Deze kunnen bij verschillende bedrijven worden besteld en met de post verzonden. Her en der worden wat roofmijten op de blaadjes losgelaten. Ze eten hun buikje vol met spintmijten en zo is ons probleem geheel biologisch en relatief snel verholpen. De luie luis Bladluizen zijn eigenlijk heel lui. Ze houden zich maar met twee dingen bezig: eten en voortplanten. De hele dag zitten ze met hun stiletten in het blad te zuigen en dat levert zoveel voedsel op dat ze elke dag een jong op de wereld kunnen zetten. Omdat ook de dochters bijna meteen weer jongen krijgen ontstaat in een mum van tijd een enorme kolonie van vrouwen. Het zal u verbazen, maar alles gebeurt ongeslachtelijk. Mannen zijn simpelweg niet nodig. Behalve in de herfst, dan worden er wat mannetjes gemaakt. Daar wordt mee gepaard en in plaats van levende luisjes worden dan eitjes gelegd die kunnen overwinteren. Luisjes kunnen gevleugeld of ongevleugeld zijn. Dat wordt strategisch gekozen. Wanneer de luizen van seizoenswaardplant moeten wisselen, worden er gevleugelden geboren. Of wanneer het erg druk wordt op een blad of tak. Dan raken de luizen elkaar erg vaak aan en dat levert zoveel irritatie op dat er spontaan jongen met vleugeltjes geboren worden. Deze gevleugelden verspreiden zich vervolgens naar allerlei andere planten en daar begint het proces van lui zijn opnieuw.
100
100
© De Bolster
Spintmijt (Tetranychus urticae) U kunt spintmijten herkennen aan de spinseldraden aan de onderkant van het blad.
Bladluis (Aphidoidea) Een kolonie bladluizen op de onderkant van een blad. Gelukkig zijn er echter voldoende natuurlijke vijanden die het ongebreideld voortplanten in belangrijke mate kunnen verstoren. Zoals het lieveheersbeestje. Beheer-beestjes De bladluis is voedsel voor de (larven) van gaasen zweefvliegen, galmuggen en lieveheersbeestjes. Voor de sluipwespen zijn bladluizen zelfs een ‘levend kraamhuis’. Sluipwespen leggen eitjes ín de bladluizen – dit heet parasitering. In elke bladluis wordt slechts één eitje gelegd. Vervolgens eet de sluipwesplarve de luis van binnenuit op. Na ongeveer 10 dagen kruipt hier een volwassen sluipwesp uit. De bladluis overleeft dit gebeuren niet en blijft als een soort goudkleurige
Planten en Insecten Jaar van de bij …voorbij?
fOTO BRON: Bram Cornelissen www.lightmonks.com
mummie achter. Volwassen gaasvliegen leven van stuifmeel, nectar en honingdauw (dat door bladluizen geproduceerd wordt). Elk vrouwtje kan gedurende haar leven 400500 eieren leggen en haar larven eten bij voorkeur bladluizen. Ze grijpen deze, injecteren speeksel voor de vertering en zuigen ze dan leeg. Tijdens hun korte leven van enkele weken eten ze gemiddeld 300-400 bladluizen.
Het jaar van de bij – 2012 – is weliswaar voorbij, maar het avontuur begint wat ons betreft pas net. Vorig jaar hebben we samen met Eosta 400.000 zakjes bijenmengsel verspreid. Daarnaast zijn we in het praktijknetwerk Bij en Bestuiving van het Louis Bolk Instituut gestapt. Dit netwerk wil het aanleggen van bloemenakkerranden stimuleren zodat er meer voedsel en schuilplaatsen beschikbaar komen voor bestuivende insecten en diverse roofvijanden. Het is de laatste tijd gelukkig veel mensen duidelijk geworden dat we van deze nuttige insecten afhankelijk zijn voor onze voedselproductie en dat we ze daarom moeten koesteren en verzorgen.
Net als bij de gaasvliegen bestaat het voedsel van volwassen zweefvliegen uit nectar en stuifmeel en eten de larven bladluizen op. Zweefvliegvrouwtjes leggen hun eieren, gemiddeld zo’n 500, in de buurt van bladluiskolonies. De larven eten in hun leven zo’n 300-500 bladluizen. Ze zuigen de bladluizen leeg of eten ze in hun geheel op.
Bladluis (Aphidoidea) Gevleugelde bladluizen.
Gaasvlieg (Chrysopidae) Ook wel bruinoogje of goudoogje genoemd.
Ook de larven van de galmug eten bladluizen. De volwassen galmug legt haar eitjes in de buurt van bladluiskolonies. Honingdauw bevordert de eileg van de galmug. Een galmuglarve injecteert gif in de bladluis, waardoor deze verlamd wordt en leeggezogen kan worden. Een larve consumeert gedurende zijn/haar leven 10-100 bladluizen. Het lieveheersbeestje speelt een belangrijke rol in de natuur en in uw tuin! Van de 70 inheemse soorten lieveheersbeestjes leven er immers 50 van bladluizen, 14 van schildluizen en de meeste anderen eten spint en meeldauw. De ei-afzetting vindt vanaf begin mei tot eind juli plaats. Elk vrouwtje legt ongeveer 800 eieren. Deze eieren komen binnen 4-8 dagen uit, afhankelijk van de temperatuur. De larven zijn vreselijk vraatzuchtig en kunnen tot zo’n 150 bladluizen per dag verslinden! Tijdens haar hele leven kan één lieveheersbeestje daardoor wel 4000 bladluizen opeten. Bij de Bolster noemen we de lieveheersbeestjes daarom ook wel lievebeheer-beestjes, want hun rol is niet heersend maar wel beherend. Beheren is de basis van biologisch evenwicht.
Iedereen herkent wel het volwassen lieveheersbeestje, maar velen verwachten niet dat de larve van dit kevertje er wat minder ooglijk uitziet. Bestrijd deze paars-oranje jongen dus niet!
Dat de bladluis zoveel natuurlijke vijanden heeft, kunnen we handig in ons voordeel aanwenden. Al deze natuurlijke vijanden van de luizen vullen hun dieet in volwassen stadium aan met nectar en pollen. Als u in uw tuin dus interessante schuil- en voederplaatsen voor de natuurlijke vijanden van de luizen voorziet, een soort bed- en breakfast, geeft u hun een extra steun. Dit is een mooie en vriendelijke manier om plagen te beheersen!
© De Bolster
101
101
Teelttips Bemesting Goed bemesten betekent niet automatisch veel bemesten. Over het algemeen krijgen de gewassen een betere smaak als u ze een bescheiden hoeveelheid mest/compost geeft. Maar (te) weinig bemesten betekent ook een vergroot risico van vroegtijdig schieten van gewassen. Het blijft altijd zoeken naar het juiste compromis. Wieden Tenzij u onkruid ziet als bijkruid of erin slaagt flink wat mulch (bodembedekkend organisch materiaal) tussen uw gewassen aan te brengen, zult u regelmatig moeten wieden om het onkruid de baas te blijven. Zorg vooral dat u ze verwijdert voor ze zaad vormen. Met de nodige discipline voorkomt u zo nog veel meer werk in latere jaren. Vals zaaibed Een handige methode om het onkruid slim af te zijn is het werken met een ‘vals zaaibed’. Het principe is simpel: u maakt de bodem geruime tijd voor het zaaien zaaiklaar. De onkruidzaden die door de grondbewerking aan het licht worden blootgesteld zullen daardoor gaan kiemen. Zodoende kunt u dit onkruid al vroeg in het voorjaar verwijderen of wegschoffelen voordat u de gewassen gaat zaaien. Deze methode helpt helaas niet voor laatkiemers, zoals knopkruid en nachtschade. Kieming Zaden zullen alleen kiemen als ‘de tijd daar rijp voor is’, m.a.w. als het het juiste moment van het jaar is en ze toegang hebben tot voldoende licht, water, warmte (of koude) en zuurstof. Zolang dat moment niet gekomen is, blijven de zaden ongekiemd (in kiemrust). Zo zullen bonen- en pompoenzaden in het bijzonder niet kiemen als het niet lang genoeg warm genoeg is. Elke soort heeft zo zijn specifieke voorwaarden waardoor de kiemrust doorbroken wordt. Dit komt voort uit de overlevingsmechanismes van zaden in de natuur. Sommige zaden zijn direct na de oogst kiembaar, terwijl in sommige gevallen de kiemrust kan oplopen tot enkele maanden of zelfs jaren. Winterpostelein leveren wij bijvoorbeeld pas na één jaar uit, omdat de zaden dan pas ‘uitgerust’ zijn.
het goed ze aan de buitentemperaturen te laten wennen door ze te laten afharden. Dit doet u door ze een aantal dagen overdag buiten te zetten en ze bij zeer koude nachten weer binnen te halen.
Voorzaaien De plantjes kunnen binnen voorgezaaid worden, zo weet u zeker dat het warm genoeg voor ze is bij het zaaien en hebben ze al een voorsprong in de groei. Dit zaaien kan op (onkruidzadenvrije) aarde met wat compost in kiembakjes of plantenpotjes. Zorg dat het ‘rijpe’ compost is en de kleine plantjes niet overbemest worden. Bij het uitplanten is
Zaaidiepte Voor een goede kieming moet op de juiste diepte gezaaid worden. Hoe kleiner een zaadje, hoe ondieper het gezaaid moet worden. Kleine zaadjes hebben immers niet zoveel reservevoedsel en moeten dus snel ‘het licht zien’. Als basisregel kunt u nemen dat op een lichte grond (zand) de zaden 2 à 3 maal zo diep als
102
102
© De Bolster
Teelttips
hun dikte gezaaid kunnen worden, terwijl op een zwaardere grond (klei) de zaaidiepte gelijk moet zijn aan de dikte van de zaden. Water geven Het is aan te raden na het zaaien direct water te geven. Let er hierbij op wel dat u ze niet verdrinkt, want als er geen zuurstof meer bij de zaden kan komen, zullen ze wegrotten. Bonen nemen uit zichzelf heel makkelijk water op uit de omgeving en hoeven daarom, mits ze in een vochtige bodem gezaaid worden, geen extra water te krijgen. Zaden bewaren Bij de Bolster worden de zaden bij een constante temperatuur (15°C) en luchtvochtigheid (ca. 40%) bewaard in de zaadkluis. Het is moeilijk gemiddelde waardes te geven over de bewaartijd van zaden, want elk gewas heeft wat dat betreft zijn eigen karakter. Van pastinaakzaden weten we bijvoorbeeld dat ze sneller verouderen. Daarentegen kunnen sommige oliehoudende zaden, zoals van kool, wel 10 jaar of meer bewaard worden. Vanaf het moment dat zaden geoogst en gedroogd worden, begint het verouderingsproces. Afhankelijk van de bewaaromstandigheden zal dit proces trager of sneller gebeuren. De belangrijkste steekwoorden voor een goede bewaring zijn: droog, koel en zo veel mogelijk luchtdicht.
de korrels in een open glazen potje en plaats dit in de bak of weckpot. Vocht dat de bak binnenkomt wanneer u deze opent, wordt dan weggevangen. Wanneer u er een hygrometer bij plaatst kunt u de luchtvochtigheid in de gaten houden en de gel of korrels tijdig vervangen. Silicagel verkleurt wanneer het vochtig wordt en kan in de oven (op 200°C) gedroogd worden voor hergebruik. Betreffende de temperatuur bij de bewaring geldt: hoe koeler hoe beter. Het is bovendien heel belangrijk dat de temperatuur zoveel mogelijk constant blijft. Daarom kunnen de zakjes beter uit de zon worden gehouden, zodat ze niet afwisselend opgewarmd en afgekoeld worden. Bij het CGN (Centrum voor Genetische bronnen Nederland) worden de zaden hermetisch verpakt bewaard bij -20°C. Op deze manier kunnen ze tientallen jaren in leven worden gehouden. Voor een korte bewaring kan echter elk kastje waarin de zaden koel, en zoveel mogelijk bij een stabiele temperatuur, bewaard worden prima dienst doen als ‘schatkist’.
Let voor een voldoende droge bewaring op dat: - het zakje in ieder geval goed afgesloten is; gebruik eventueel een paperclip of wat plakband. - de zakjes worden bewaard in een bak, weckpot of kastje worden dat geen vocht binnen laat. Eventueel kunnen ook droogkorrels of silicagel (of op zeer traditionele wijze: houtskool of as) gebruikt worden om het vocht weg te vangen. Doe
© De Bolster
103
103
Zaaikalender jan Blad- en stengelgewassen andijvie bladmosterd groenlof groenselderij kardoen nieuw-zeelandse spinazie paksoi raapsteel rucola coltivata rucola selvatica sla snijbiet spinazie, vroeg spinazie, zomer tuinmelde tuinkers veldsla winterpostelein Vruchtgewassen aubergine augurk courgette komkommer paprika peper pompoen suikermaïs tomaat Wortel- en knolgewassen kliswortel knolselderij knolvenkel koolraap koolrabi meiraap pastinaak prei (herfst) radijs ramenas rode biet, herfst, bewaar rode biet, zomer schorseneer ui, zaai witlof wortel, winter wortel, zomer Peulvruchten bonen doperwten, peulen tuinbonen
febr
mrt
april
mei
juni
juli
zaai/opkweek onder glas
104
104
© De Bolster
aug
sept
okt
nov
dec
zaaien/planten buiten
Zaaikalender jan
febr
mrt
april
mei
juni
juli
aug
sept
okt
nov
dec
Koolgewassen bloemkool boerenkool broccoli chinese kool rode en witte kool savooie kool spruitkool Kruiden alsem anijs basilicum bieslook, fijn bonekruid chinese bieslook citroenmelisse dille hyssop karwij kervel komkommerkruid koriander lavas lavendel lepelblad wilde marjolein peterselie pimpernel rozemarijn salie snijselderij tijm venkel waterkers winterkers wijnruit tuinzuring spinaziezuring zaai/opkweek onder glas
zaaien/planten buiten
© De Bolster
105
105
Een rondje Bolster
106
106
© De Bolster
Een rondje Bolster
© De Bolster
107
107
Tot slot... Wij hebben weer ons best gedaan voldoende en goed zaad te verkrijgen voor een breed assortiment aan gewassen. Natuurlijk is alles weer 100% biologisch! Aan u de eer een goede keuze uit ons aanbod te maken. In beperkte mate hebben we teelttips gegevens. Voor sommigen zal dat al gesneden koek zijn, voor de minder ervaren tuiniers kunnen de tips wellicht een handje helpen. Bent u benieuwd hoe ons bedrijf eruit ziet en hoe hier gewerkt wordt? Op zaterdag 13 juli 2013 bent u van harte welkom op onze open dag!
Wij zien u graag verschijnen bij de open dag op zaterdag 13 juli 2013. Het bezoekadres is: De Bolster biologische zaden Oude Oenerweg 13 8161 PL EPE - Nederland Tel. +31(0)578 - 621433 Heeft u vragen over het gebruik van onze zaden? Bel of mail ons dan gerust, wij zijn u graag van dienst! Tel.nr. : +31(0)578 - 621433 Email:
[email protected] Voor nu wensen wij u alvast heel veel succes en tuinplezier. Warme groene groeten, Het Bolsterteam
108
Blad- en stengelgewassen Adressen
Alma Huisken | De Proeftuin moestuincursussen Mosterdpad 1 9977 SL Molenrij (Gr) Tel: 0595-481580
[email protected] xxxxx www.almahuisken.nl xxxxx
Biojournaal xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx online nieuws over de xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Nederlandse bio-sector www.biojournaal.nl
Flobus Biologisch-dynamische bloemzaden. Na de overdracht van De Bolster zijn de eigenaren van Flobus op zoek gegaan naar bloemen (flores) uit de hele wereld (globus) die in ons klimaat goed groeien en bloeien. Dexxxxx herkomst is vermeld. xxxxx
Pieter Venemakade 61 9605 PL Kiel-Windeweer xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
[email protected] xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx www.flobus.nl.
Bio-Kultura Biologische potgrond, tuinaarde en bemesting Ravellaan 49 3533 JH Utrecht
[email protected] www.bio-kultura.nl/
Hoeve Vertrouwen Biologische Bloembollen Oostermiddenmeerweg 14 1771 RR Wieringerwerf Tel 0227 501637
[email protected] www.ecobulbs.nl
Bionext (Biologica) ketenorganisatie voor duurzame, biologische landbouw en voeding Postbus 12048 3501 AA Utrecht Tel: 030-2339970 info@ bionext.nl www.bionext.nl
Louis Bolk Instituut Internationaal advies en onderzoek binnen duurzame landbouw, voeding en gezondheidszorg. Hoofdstraat 24 3972 LA Driebergen tel. +31(0)343 523.860
[email protected] www.louisbolk.org
Carel Bouma Bio-Pootgoed (Pootaardappelen, xxxxx plantuien, sjalotten, knoflook) Alikruikweg 15 xxxxx 8256 RK Biddinghuizen xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Tel: 0321-331384 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
[email protected] www.biologischpootgoed.nl
Stichting Zaadgoed Stichting voor biologische veredeling en biodiversiteitxxxxx p/a Bionext xxxxx Postbus 12048 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 3501 AA Utrecht xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
[email protected] www.zaadgoed.nl
De Hessenhof Biologische kwekerij vaste planten Hessenweg 41 6718 TC Ede 0318-617334 www.hessenhof.nl Levert ook: biologische (blad)aarde en mestmengsels
Studiecentrum Kraaybeekerhof Opleidingen, cursussen Diederichslaan 25 a 3971 PA Driebergen Tel 0343 533885
[email protected] www.kraaybeekerhof.nl opleidingen, moestuincursussen, zaalverhuur restaurant en landgoed
Stichting Demeter Diederichslaan 25 d 3971 PA Driebergen Tel 0343 522355
[email protected] www.demeter-bd.nl xxxxx Informatie over biologisch-dynamische xxxxxvan preparaten. landbouw, bestellen xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
xxxxx
xxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
109
De Bolster Biologische zaden oude oenerweg 13 8161 Pl EPE - Nederland tel. +31(0)578 - 621433 Fax. +31(0)578 - 621418 www.bolster.nl