Carpale tunnelsyndroom Plastische Chirurgie
Algemeen
De klachten bij het carpale tunnel syndroom ontstaan door druk op een zenuw (nervus medianus) die in het midden van de pols door een tunnel loopt. Deze tunnel wordt gevormd door een dwars lopende band aan de buigzijde en door kleine botjes (de carpalia) aan de strekzijde van de pols. Door deze tunnel lopen ook buigpezen. In de tekening hieronder ziet u een dwarsdoorsnede van deze structuren.Door een samenspel van krachten kan de zenuw in de tunnel bekneld raken en klachten geven: het carpale tunnel syndroom. De klachten bestaan uit pijn, tintelingen, gevoelloosheid en krachtsvermindering in het gebied waar de zenuw loopt. Behandeling met een spalk biedt slechts tijdelijk verlichting. De chirurgische behandeling bestaat uit het vrijleggen van de zenuw door het klieven van de band aan de buigzijde van de pols. Bij zwangere vrouwen komt het carpale tunnel syndroom vaker voor, veroorzaakt door vochtophoping rond de zenuw. Omdat dit meestal overgaat na de zwangerschap is behandeling met een spalk vaak een goede oplossing.
Voorbereiding
De chirurg vraagt naar uw gezondheidstoestand en naar uw medicijngebruik. Let op: Gebruikt u bloedverdunners? Voor de ingreep moet u tijdelijk stoppen met bloedverdunners. Overleg met de arts wanneer u ermee moet stoppen Het is verstandig vier weken voor en na de operatie niet te roken, om de wondgenezing te bevorderen. U hoeft voor deze operatie niet nuchter te zijn, tenzij anders is afgesproken. Wij vragen u dringend geen sieraden te dragen. Zorg dat u deze thuis al af heeft gedaan. Zorg voor begeleid vervoer naar huis omdat uw autoverzekering niet altijd rechtsgeldig is na een operatieve ingreep. Neem eventueel contact op met uw autoverzekering.
1
• • •
De secretaresse bespreekt met u de planning van de ingreep. De ingreep kan plaatsvinden op de poliklinische operatiekamer of op de Chirurgische dagbehandeling. Als de ingreep plaatsvindt op de poliklinische operatiekamer kunt u na het consult bij de chirurg een afspraak maken of u krijgt een oproep thuisgestuurd. U kunt zich op afgesproken datum en tijdstip melden bij de balie, routenummer 725.
Als de ingreep plaatsvindt bij de afdeling Chirurgische dagbehandeling krijgt u een oproep thuisgestuurd. U kunt zich op afgesproken datum en tijdstip melden bij de balie, routenummer 798.
De operatie
In de operatiekamer neemt u plaats op de operatietafel met een speciale armtafel. De chirurg geeft u een aantal prikken in uw pols en handpalm om het operatiegebied te verdoven. Tijdens de operatie blijft u aanrakingen voelen. De pijn is echter uitgeschakeld door de verdoving. Tijdens de ingreep krijgt u een strakke band om uw bovenarm. Deze band houdt het bloed weg zodat de chirurg beter overzicht heeft. Het operatiegebied wordt schoon gemaakt en afgedekt met steriele doeken om infectie te voorkomen. Als de hand goed verdoofd is, begint de chirurg met de operatie. In uw handpalm wordt een snede van drie tot vijf centimeter gemaakt. De band die op de nervus medianus (zenuw) drukt wordt gekliefd (glad gemaakt), waardoor de zenuw vrij komt te liggen. Aan het einde van de operatie wordt de snede in de huid gehecht en de hand wordt drukkend verbonden. De totale ingreep duurt ongeveer 20-30 minuten
Na de operatie
U krijgt van de chirurg te horen wanneer u terug mag komen voor controle en om de hechtingen te verwijderen. De hechtingen worden verwijderd na 10-14 dagen. Bij pijn kunt u naar behoefte paracetamol tabletten nemen, maximaal 4 x per dag 2 tabletten van 500 mg.
2
Het is belangrijk, gedurende de eerste twee dagen na de operatie, de hand zoveel mogelijk omhoog te houden en ‘s nachts op een kussen te leggen. Hiermee vermindert u de zwelling en bevordert u de wondgenezing. Om stijfheid te voorkomen is het raadzaam de schouder, elleboog, vingers en pols, voor zover mogelijk, regelmatig te bewegen. Het drukverband kan de volgende dag verwijderd worden en er mag een pleister op de wond geplakt worden voor gedurende twee dagen. Daarna kan deze verwijderd worden en kan de hand nat worden, echter niet kletsnat. De hechtingen worden rond de veertiende dag poliklinisch verwijderd en u kunt de hand steeds meer gaan gebruiken. U kunt nu ook starten met het masseren van de wond met een vette crème.
Risico’s en complicaties
Bij iedere ingreep kunnen infectie en nabloeding optreden. Daarnaast kan het zijn dat de wond moeizamer dan normaal geneest. Zenuwtakjes bij de wond, die het gevoel verzorgen, kunnen tijdelijk of blijvend uitgeschakeld zijn. Ook kan de functie van de nervus medianus (zenuw) door de operatie tijdelijk of blijvend uitgeschakeld zijn. In het algemeen is de kans op problemen klein en bent u na enkele weken klachtenvrij. Bij problemen overdag kunt u tussen 9.00 - 12.00 en 13.00 - 16.00 uur bellen naar 024 - 361 95 94. Bij problemen ‘s avonds, ‘s nachts en in het weekeinde kunt u bellen naar: 024 - 361 41 87, (Spoedeisende Hulp) en vragen naar de dienstdoende plastisch chirurg.
Verantwoording tekst
Hebt u na het lezen van deze informatie nog vragen dan mag u altijd contact opnemen met de polikliniek om eventueel een nieuwe afspraak te maken met de chirurg of assistente. Het kan handig zijn uw vragen van tevoren op papier te zetten. Voor het schrijven van de tekst is gebruikgemaakt van de meest recente wetenschappelijke literatuur op dit gebied.
3
Noteer hier uw vragen
09-2015-4546
Adres Polikliniek Plastische Chirurgie Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10, route 725, Poliplein C0, Balie A 6525 GA Nijmegen Contact 024 - 361 95 94 Bereikbaar tussen 8.30 - 12.00 en 13.00 en 16.00 uur. Adres Chirurgische dagbehandeling Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10, route 798 6525 GA Nijmegen Contact 024 - 366 63 66 Postadres Radboudumc 927 Polikliniek Plastische Chirurgie Postbus 9101 6500 HB Nijmegen Wachtlijstinformatie: Voor informatie over de wachtlijst kunt u maandag t/m donderdag tussen 10.00-11.00 uur contact opnemen met de polikliniek Plastische Chirurgie
Radboud universitair medisch centrum