C12213 RWS
rmm lal
i r ^i
J-T
, ^_
TV
affl
IK
PROCEDURE
.*3
SI
i;.
-
t
..il..
-g
J
TT
^M^ifSrW
P ^ i*^f:\
,1^-T ff
*-'••
-H;
verslag Burgerstem Utrecht, 29 augustus 1996
Resultaten van een eerste verkenning naar de wensen van burgers ten aanzien van inspraak en interactieve planvorming. versie 22 oktober 1996
Dit document is een voorstudie voor een hoofdstuk in een (losbladige) klapper over het onderwerp open en interactieve planprocessen, die begin 1997 verschijnt De voorstudie is uitgevoerd in opdracht van Rijkswaterstaat Innovatie en Synthese. De klapper is bedoeld voor iedereen die op welke manier dan ook betrokken is bij open processen. De opzet van de klapper is om met een zekere regelmaat nieuwe hoofdstukken toe te voegen of te vervangen.
voor meer informatie, neem contact op met: Marijke Baart, Rijkswaterstaat telefoon 070-351.89.51 fax 070-351.87.95 opmerkingen en aanvullingen naar: Noël Manning, Instituut voor Maatschappelijke Innovatie telefoon 071 - 512.77.07 fax 071 - 566.19.45
vormgeving
• BeeldLeveranciers te Amsterdam illustraties Peti Buchel
Carolien Feldbrugge Femke van Heerikhuizen grafische vormgeving Esther Mosselman
- _
JU
inhoudsopgave Opzet Burgerstem
1
Conclusies
3
Resultaten workshop 'Geïnteresseerden'
5
Resultaten workshop 'Insprekers'
7
Resultaten workshop 'Interactieven'
9
Bijlage 1
Tips voor verder onderzoek
12
Bijlage 2
Vormen van werving en inspraak
13
Bijlage 3
Deelnemers workshop
15
Bijlage 4
Gegevens organisatie
16
«f r
•&* y
W «jl
*ƒ £* ^ _» _ j L ^ jP £
^
'f*
Ü
A-
Opzet Burgerstem Rijkswaterstaat heeft de laatste jaren op verschillende manieren ervaring opgedaan met vormen van interactieve planvorming. Deze initiatieven zijn gericht op het ontwikkelen van een open, responsieve en resultaatgerichte interactie met de omgeving van Rijkswaterstaat. Het Infralab van Rijkswaterstaat achtte in de zomer van 1996 de tijd daar om gestructureerder inzicht te verwerven in de behoefte van de burger aan participatie aan interactieve planvorming. Een eerste stap daartoe is het organiseren van Burgerstem geweest, een klei-, ne studiebijeenkomst met als doel: Een verkenning van de wensen van burgers of, en zo ja, voor welke onderwerpen, wanneer, in welke vorm en onder welke condities zij willen participeren in inspraak en interactieve beleid- en planvorming. De uitkomsten van Burgerstem moeten inzicht verschaffen in de manier waarop nader onderzoek naar en ontwikkeling van interactieve planvorming de komende jaren dient plaats te vinden.
ïïi
Hiertoe zijn op 29 augustus ten huize van het NIMBAS te Utrecht drie workshops met alle circa acht personen gehouden. De eerste groep was samengesteld uit mensen die geen ervaring hebben met enige vorm van burgerparticipatie bij overheidsprojecten (de 'geïnteresseerden'), een tweede groep uit mensen die ervaring hebben met inspraak (de 'insprekers"), en een derde groep uit mensen die ervaring hebben opgedaan met interactieve planvorming (de 'interactieven1). De genodigde 'geïnteresseerden' waren afkomstig uit de netwerken van de organisatoren. De 'insprekers' waren afkomstig uit diverse 'inspreekomgevingen', met over het algemeen een langdurige en uitgebreide inspreekervaring. De 'interactieven' hadden allen ervaring met participatie bij de rijksweg A28 via de Infralabmethode. Van belang is te beseffen dat de groep deelnemers niet representatief is voor 'de' Nederlandse burger. De uitkomsten van de bijeenkomst zijn dan ook indicatief van aard. Voor een juiste interpretatie van de uitkomsten van de workshops is het volgende van belang. De groep 'geïnteresseerden' had nooit iets met grote overheidsprojecten van doen gehad, maar is wel bereid geweest om tijd en energie in deze workshop te steken. De 'insprekers' hebben allen frustrerende ervaringen opgedaan met betrekking tot inspreken. Hoewel vele uitkomsten uit hun workshop dan ook negatief geformuleerd zijn, zijn deze gemakkelijk te 'vertalen' naar wensen ten aanzien van interactieve beleid- en planvorming. De 'interactieven' daarentegen hebben allen een recente positieve ervaring met interactieve planvorming. Deze deelnemers spraken vanuit enthousiasme. Hoewel alle drie de workshops de hierboven omschreven wensen van burgers hebben verkend, werd per groep een programma gevolgd met verschillende focuspunten. In de workshop van de 'geïnteresseerden' lag extra nadruk op de vraag onder welke voorwaarden burgers 'verleid' kunnen worden tot participatie. Bij de 'insprekers' is veel aandacht besteed aan de condities waaronder participatie het best gedijt. En bij de 'interactieven' zijn juist de toe te passen vormen van participatie uitgebreid verkend. Aangezien het basisprogramma bij de drie workshops wel identiek was, konden door vergelijkingen algemene conclusies getrokken worden. Elke workshop werd geleid door een ervaren facilitator, die ondersteund werd door een waarnemer/ notulist van de afdeling IS van Rijkswaterstaat. De avond werd gezamenlijk gestart en besloten. De workshops zelf hebben ruim drie uur geduurd. De avond werd door de deelnemers gewaardeerd tot zeer gewaardeerd, met dien verstande dat de 'insprekers' pas gerustgesteld zullen zijn op het moment dat hen duidelijk wordt dat er met de resultaten ook 'iets gedaan' gaat worden.
y
i f e "•
"
-
•
-
•
-
-
Conclusies 1. De burgerij ervaart het huidige inspraakfenomeen als van een andere planeet; ze kan er weinig mee en raakt vooral geïrriteerd en gefrustreerd. • Men maakt geen onderscheid tussen verschillende soorten overheden. De overheid wordt en masse als 'de overkant' waargenomen. Hoe minder ervaring er is met de overheid, hoe groter het wantrouwen en hoe minder er onderscheid wordt gemaakt tussen overheid en politiek. •
Inspraak wordt ervaren als een elitaire zaak. Alleen intelligente mensen met voldoende tijd en geld kunnen zich hiermee bezighouden. Niet zozeer de inspraakprocedure zelf, als wel de manier waarop er mee wordt omgegaan wekt irritatie en frustratie op.
•
Politici staan er zwart op. Met name de 'insprekers' hadden voor het gedrag van diverse politici geen goed woord over. Desinteresse voor de burger en voor het onderwerp, gebrek aan kennis over het onderwerp en inconsistent gedrag (opportunisme) worden als zeer storend ervaren voor burgerparticipatie.
• De burgers zijn ontevreden over de volgende procedurele zaken. De relatie tussen de Tracéwet en de PKB is verwarrend voor burgers. De verdeling van bevoegdheden tussen Rijk en gemeenten lijkt (althans voor de burger) niet helder geregeld te zijn. Bovendien zijn er verdenkingen van gemeente(n) die zich niet houden aan uitspraken van de Raad van State, (zie voor deze punten bijlage 1) Ook de verkokerde overheid leidt tot irritatie: eerst komt de Betuwelijn langs, dan de HSL-groep, dan • De inspraakprocedures zoals die de laatste decennia hebben gefunctioneerd, werken niet. Burgers hebben niet het gevoel dat ze nog een zinvolle bijdrage kunnen leveren als het plan al op tafel ligt. ideeën en alternatieven worden onbeargumenteerd terzijde geschoven. De huidige vormen van inspraak zijn frustrerend en contra-produktief.
2. Burgers willen graag participeren in de ontwikkeling van grote projecten; sommigen vanaf de start, anderen vanaf de alternatievenbespreking. •
Men is over het algemeen geïnteresseerd in een breed scala aan onderwerpen, variërend van lokale verkeersveiligheid tot nationale bestuurlijke vernieuwing, alhoewel de betrokkenheid toeneemt naarmate het vraagstuk dichter bij huis speelt. Zowel kernvragen (bijvoorbeeld: 'Nederland distributieland1) als beleidsvorming (bijvoorbeeld: verkeersbeleid) als planvorming (bijvoorbeeld: het ontwerp van een weg) hebben de belangstelling.
iï^^^s^'^^muf^r^^z^^^W"
r»
A,
3
"•«*?«"*
~£^»***t:xr"-* •<**«'>''
• Men wordt graag in een vroeg stadium (bij de probleemdefinitie) betrokken bij processen waarin wordt samengewerkt in kleine groepjes, in gemiddeld vier sessies. Men hecht aan efficiënte tijdsinvestering en wenst geen kosten te maken (zoals nu bij inspraak het geval is). Het liefst ziet men processen waarbij in de loop van de tijd steeds meer burgers worden betrokken.
3. Interactieve planvorming spreekt de burger aan. Burgers willen in samenwerking met de overheid praten over inhoud, ze willen geen strijd leveren over procedures. • Burgers willen de reële mogelijkheid om de door hen gesignaleerde knelpunten, wensen en ideeën in te brengen in samenwerking met de overheid. Dit betekent dat er voldoende ruimte moet zijn voor inbreng, bijvoorbeeld in de vorm van interactieve planvorming (meedenken vanaf het begin) of een discussie over meerdere scenario's. Men blijkt bereid in een dergelijk proces het eigen oordeel te herzien. Men waardeert het zeer om voor een dergelijke open dialoog uitgenodigd te worden. • Niet alleen de 'interactieven' zijn een groot voorstander van interactieve werkvormen, het is ook de droom van de 'insprekers' om inhoudelijk te kunnen samenwerken met ambtenaren en deskundigen. Men heeft geen behoefte aan een 'luisterende' overheid: men wil betrokken, deskundige en enthousiaste gesprekspartners 'met een gezicht', die open en integer met de burgerparticipanten omgaan. Van het samenwerken met andere burgers wordt als voordeel gezien dat dit leidt tot een beter inzicht in eikaars belangen en standpunten. # Voor een open houding is een attitudeverandering bij veel ambtenaren en politici noodzakelijk. • Alle deelnemers zijn er van overtuigd dat elk project maatwerk behoeft in de aanpak, ongeacht het onderwerp. Men ziet veel in mengvormen van burgers thuis benaderen (enquêtes) en uitnodigen voor bijeenkomsten (lezingen, presentaties, workshops). Hoe complexer het vraagstuk, hoe opener de aanpak zou moeten zijn. # Behalve klantvriendelijkheid, toegankelijkheid en een persoonlijke uitnodiging om meer burgers bij grote projecten te betrekken is het van essentieel belang dat de participanten de effecten van hun inspanningen kunnen waarnemen. Uitgebreide en zorgvuldige informatie is daarom geboden, niet alleen vooraf en tijdens het proces, maar ook en juist achteraf. En 'achteraf betekent niet pas twee jaar na dato. # Er wordt veel waarde gehecht aan een duidelijke uitgangspositie, aan heldere spelregels en aan van te voren vastgelegde processen. De 'insprekers' wensen een onderscheid in benadering van de doelgroepen in inhoudelijk geïnteresseerden en belanghebbenden.
• «r«$tw-** ***"**« r
M-ÉUJÏMMIIMMÉS»
r
\ •*?** w
Resultaten Workshop 'Geïnteresseerden' deelnemers
zeven personen, met verschillende achtergronden, met verschillend opleidingsniveau, van verschillende leeftijden en ongeveer evenredig man/vrouw. Allen waren gerecruteerd uit de eigen kennissenkring. technieken brainstorm, discussie, vragenlijsten onderwerpen • ervaringen met interactieve planvorming thuis en op het werk • behoeftenpeiling • wat weerhoudt van actie? • hoe krijgen we uw mening wel? • vormen van openheid • onderwerpen en vormen
belangrijkste uitkomsten 1. Hoe dichter bij huis het vraagstuk speelt, hoe meer betrokkenheid men voelt. Los daarvan geeft men aan zich te interesseren voor zowel lokale als nationale onderwerpen. Sociale problemen spreken net zoveel aan als verkeers- en vervoersproblemen. Opmerkelijk is dat voor filebestrijding niemand zijn huis uitkomt 2. Er is een groot wantrouwen jegens de machthebbers. De verdenkingen betreffen met name vriendjespolitiek, zakkenvullerij en machtswellust. Dit zou zich uiten in 'het bos insturen' en slechte voorlichting. 3. Redenen om geen actie te nemen zijn: ervaren starheid en arrogantie van de overheid, niet de weg kennen, niet de middelen hebben, geen tijd, geen energie. Verder verwacht men een onbalans tussen te investeren tijd en te bereiken effecten. Het wantrouwen jegens de politiek en overheid helpt niet mee in deze. Al met al voelt men zich niet aangesproken om actie te ondernemen. 4. Suggesties om de mening van de deelnemers te verkrijgen betreffen: bij de mensen 'thuis komen', door middel van een schriftelijke of telefonische enquête, de weg gewezen worden door middel van een krantje of een ombudsman, de 'specialist' in mensen aanspreken, beloning in de vorm van attenties/reiskostenvergoeding, 'gehoord worden' en zichtbare resultaten en in het algemeen: klantvriendelijker en toegankelijker zijn dan wat men nu kan waarnemen.
. j£ ^^i^iïK^,^^^
5. Men ziet niets in gesloten processen, zoals inspraak. Men ziet wel toepassingsmogelijkheden voor alles wat op een of andere manier meer open is dan dat: keuze uit plannen of met een probleemanalyse als uitgangspunt. In het algemeen is men van mening dat naarmate de problemen complexer zijn, de processen meer open moeten zijn. 6. Interactie bij grote projecten kan volgens de deelnemers het beste plaatsvinden in combinatie van verschillende vormen: (telefonische) enquêtes en/o f presentaties met vragen voorkeuren en/of met (kleine) groepjes in workshops problemen en ideeën uitwerken. De aanpak moet gekenmerkt worden door: (liefst visuele) presentatie door overheid - inventarisatie meningen en commentaar - verwerking daarvan door overheid - presentatie van verbeterde plannen enzovoorts. 7. Men hecht er belang aan dat het van meet af aan duidelijk is wat er 'met je stem gebeurt', en dat dat niet betekent dat 'er gebeurt wat je wilt'. 8. Een suggestie uit de groep is om bij een vraagstuk probleemhouders te 'verzamelen' en daarmee het betreffende vraagstuk te analyseren.
*
*
*•
„
t
-
Resultaten Workshop Insprekers' deelnemers
negen mensen die gezamenlijk een zeer diverse ervaring hebben op het gebied van inspraak Een enkeling heeft één ervaring als direct belanghebbende. De meerderheid heeft vele, vaak intensieve en langdurige, ervaringen opgedaan vanuit wijkcentra, werkgroepen of belangenorganisaties. technieken
brainstorm, discussie, geleide fantasie onderwerpen
• • t • •
behoeftenpeiling ervaringen wat vinden we belangrijk onderwerpen en vormen tips voor verder onderzoek/ontwikkeling (zie bijlage 1)
belangrijkste uitkomsten 1. Alle deelnemers zijn zeer gemotiveerd om 'uitputtend gebruik te kunnen maken van het democratisch/politiek recht op volksvertegenwoordiging', zowel ten aanzien van kernvragen (bijvoorbeeld 'Nederland distributieland1), als beleidvorming (bijvoorbeeld: verkeersbeleid) of planvorming (bijvoorbeeld: ontwerp van een weg). Vooral het werken vanuit totaalconcepten waarin het milieu een dominante plaats inneemt, heeft veler belangstelling. Men wil graag discussiëren over de besluiten zelf, en is niet geïnteresseerd in compromissen. 2. Men wenst onderscheid in benadering van de doelgroepen. De inhoudelijk geïnteresseerden en maatschappelijk betrokkenen voelen zich gekwetst als ze als 'nimby' (not-in-my-backyard) aangesproken worden. De direct belanghebbenden ('mijn huis") willen eerder in het proces toegang en invloed hebben. Zowel door de inhoudelijken als de belanghebbenden worden de 'inspraakfreaks' als zeer storend ervaren. 3. Zoals inspraak nu georganiseerd is, is het een uitgesproken elitaire zaak. Het is alleen mogelijk om in te spreken als je als burger ruim de beschikking hebt over intelligentie, tijd en geld: de aanschafkosten van de rapporten kunnen oplopen tot meer dan duizend gulden. De angels in het inspraakproces acht men met name het gevolg van het niet correct uitvoeren van de inspraakprocedures: te krappe planningen, slordigheden, gerommel met procedures, achterhouden van informatie, niet (goed) uitgevoerde onderzoeken, afschuiven van verantwoordelijkheden naar andere partijen (bijvoorbeeld de NS), vage kaarten, knullig geleide inspraakavonden, 'kwijtraken' van inspraakreacties, inflexibele 'apparaten' en in prestigestrijd ont-
* *•
«f «f
f
aarde processen. Door de deelnemers wordt in eerste instantie niet veel meer gewenst dan een volgens de regelen der kunst uitgevoerd inspraakproces. 4. Men ziet veel in het in een vroeg stadium betrekken van burgers vanuit belangen, kennis en interesse, in processen waarbij gaandeweg steeds meer burgers kunnen meewerken. Met name waar creativiteit en talent nodig is, ziet men het 'inschakelen van individuen uit de maatschappij' als de aangewezen weg. En waarom niet betaald en met verlof van het reguliere werk? 5. Men wil graag inhoudelijk samenwerken, met integere ambtenaren (en deskundigen), die eerlijk met informatie omgaan en die zich niet als 'functionaris', maar als een mens met een mening opstellen en enthousiast zijn, ook voor de eigen zaak. Fouten worden gemakkelijker vergeven als ze open en eerlijk besproken kunnen worden. 6. De deelnemers geloven in maatwerk per project, ongeacht of het gaat om kernvragen (bijvoorbeeld 'Nederland distributieland'), beleidvorming (bijvoorbeeld: verkeersbeleid) of planvorming (bijvoorbeeld: ontwerp van een weg). De uitgangspositie moet helder zijn, er moet sprake zijn van heldere spelregels en functionele middelen, de te volgen processen en procedures moeten van te voren bepaald zijn. Vooral het eerder inschakelen van burgers dan wettelijk voorgeschreven is en het tijdig inschakelen van deskundigen leiden tot veel goodwill bij burgers. 7. Men heeft ongezouten kritiek op de houding van politici in het algemeen aangaande grote projecten. Het positief formuleren van deze kritiek leidt tot het volgende wensenlijstje ten aanzien van de eigenschappen van politici: openheid naar burgers toe, interesse voor het onderwerp, kennis van het onderwerp en consistentie in gedrag.
min.
}•
te.
?/
U,
<£?%>&, **
r
L
-
«
A^
I
t.
L
k.
Resultaten Workshop Interactieven' deelnemers
zeven mensen die reeds ervaring hadden met interactieve planvorming (rijksweg A28) als omwonenden, vertegenwoordigers van belangengroepen, weggebruikers en andere direct betrokkenen. technieken
discussie, brainstorm, vragenlijsten onderwerpen • • • t •
ervaringen met interactieve planvorming de fase waarin de burger wordt betrokken bij de beleidsvorming de aard van onderwerpen waarover inspraak wordt gewenst vormen van inspraak en werving van deelnemers de 'technische invulling' van de bijeenkomsten
belangrijkste uitkomsten 1. Deelnemers willen op de hoogte worden gehouden van de resultaten van hun inspanningen. Onzorgvuldige communicatie leidt tot frustratie. 2. De deelnemers waren enthousiast dat RWS het initiatief had genomen om op deze wijze met burgers in dialoog te gaan. 3. De deelnemers kregen een beter inzicht in eikaars belangen. Hierdoor veranderde het eigen oordeel. 4. Het is van essentieel belang dat er voldoende ruimte is voor inbreng, ongeacht in welke vorm en wanneer burgers betrokken worden. 5. Afhankelijk van de aard van het onderwerp, de beschikbare tijd en financiën, kan een keuze gemaakt worden voor de inspraakvorm. Dit kan variëren van een open start, een start op basis van een probleemanalyse, of een discussie over meerdere scenario's. 6. Inspraak over één plan dat ambtelijk is voorbereid, is een wassen neus. 7. Men wil vooral praten over onderwerpen die aansluiten bij de persoonlijke belevingswereld en interesses. Dit kan variëren van filebestrijding tot bestuurlijke vernieuwing. Lokale onderwerpen werden hoger gewaardeerd dan nationale thema's. 8. Om mensen te interesseren en uit te nodigen voor interactieve planvorming, is een persoonlijke brief het meest geëigende middel.
,<*»•
j»>,
<*.
AM.
>*»
*»>
h
Ö*
, *•»
i«
'L
z.
«
K
9. Er bestaat een sterke voorkeur voor het werken in kleine groepen met ongeveer acht deelnemers. Per onderwerp is men bereid een viertal keren bijeen te komen. 10. Men wenst openheid van informatie. Dit betekent dat men inzicht moet krijgen in alle relevante stukken en dat een leesbare samenvatting ter beschikking moet worden gesteld. 11. In algemene zin wenst men een meer open houding voor ideeën en plannen en een beargumenteerde reactie van het bevoegd gezag.
r
f* i
'•
Jft.
10
Bijlage 1 . Tips voor verder onderzoek en ontwikkeling • Wees heel gevoelig voor het opnieuw vertrouwen van de bevolking opwekken. • Gebruik de uitkomsten van reeds uitgevoerd onderzoek. • Neem alle (soorten) burgers serieus. • Denk goed na waar je het over hebt en zorg ervoor dat o.a. terminologie en begrippen helder zijn. • Weet wat je wilt onderzoeken, werk met een goede probleemstelling. • Geef goede voorlichting over (het) onderzoek. • Heb het ook over de inhoud. • Pas op met processen te veralgemeniseren. • Onderzoek hoe vroeg in het proces mensen betrokken kunnen worden? • Voor dit inschakelen in een vroeg stadium: doelgroepen onderscheiden. • Let ook op de relatie met politieke personen. • Evalueer waarom wel/niet en waarom iets met inspraak afgehandeld wordt. • De indruk is dat bouwbedrijven zo bang zijn om geen opdrachten meer van RWS te krijgen als ze zich in de inspraak mengen, dat ze zich maar overal buiten houden. • De flexibiliteit van 'het overheidsapparaat' dient zodanig toe te nemen dat goede ideeën een kans krijgen op vervolg.
Procedureel • Dilemma Rijk - gemeenten testen: in de verhouding tussen Rijk en gemeenten is niet duidelijk wie wat voor het zeggen heeft. • Onteigeningswet/planschadevergoeding RO dienen doorgelicht te worden. • De relatie tussen tracéwet en PKB is zo ingewikkeld dat de burger deze als 'niet kloppend' ervaart. Een mogelijke reden hiervoor is het feit dat bij het project 'Betuweroute' de wettelijke bundeling van beroepen tegen PKB en Tracébesluit niet is doorgegaan, vanwege de vertragingen na de PKB.
• Er zijn ernstige verdenkingen tegen gemeente(n) die uitspraken van de Raad van State niet naleven. "Dit zou niet mogelijk moeten zijn." • Motivatie zoals bij bezwaarschriften gebruikelijk is zou eerder in het proces moeten plaatsvinden. • Terugkoppelen over het onderzoek zelf naar de onderzochte. • Doe er iets mee en laat dat weten!
,*
*'
J»
,K
Jt-
12
*-
,**-
^
|j,
^.
V'
L,
'Ji
\
Bijlage 2 . Vormen van werving en inspraak De cijfers tussen haakjes geven de voorkeur van de groep aan: hoe hoger het cijfer, hoe groter de voorkeur.
Antwoord geven op Ideeën Persoonlijke brief (naam erboven) Wijkvergadering Huis-aan-huisbladen Dagbladen Wijkkrant Belangengroepen uitnodigen Speakerscorner Politicus stelt zetel open Enquête met verloting reacties Belonen Denktank Stadspanel Telefonische enquête Reclame bij stoplichten Persoonlijk gesprek Scholen Prijzen Met 'SRV'-infocentrum door de wijk Rollenspel/schaduw gemeenteraad Griekse inspraak 'keuze via loting' Normale taal gebruiken TV Internet ideeënbus Individuele benadering Kerstbijeenkomst Kramen politieke partijen Inloopavond Inloopdagen Bingo Politicus naar school Lesbrieven Tehuizen bezoeken Onder werktijd bezoeken Strooifolders Reclame Ludieke stickers in bussen Budget per wijk voor leuke dingen Beste idee krijgt prijs Directies bedrijven inschakelen Secretaresse-lunches Billboards (3 achter elkaar)
><*, pè nf *
k'f i*< t
Kw
te
~*r ÜJ "$
b
(0
(5) (3) (2) (2) (2) (2) (2) (2) (2) (2) (1) (1)
CO (1)
CO (1)
0) (1)
CO O) (1)
wijs Pr
^ fe* ÜL 13
Interactieve TV Interactieve radio Open brievenbus voor bestuurders Spreekuur Wijk op de koffie Braderie gebruiken Ballon Wedstrijd (B la Nationaal dictee)
In de tweede ronde werden nog de volgende mogelijkheden genoemd:
Feestavond Wijkbewoner inschakelen bij opstellen brief Doelgroepen verschillend benaderen Belang duidelijk maken (wat wordt besproken) Grijp je kans Wat gebeurt er mee Dicht bij huis (in wijk) Er 'moet' niets Grote bijeenkomst spreektijd verdelen Streng voorzitten Negatief raken maakt energie vrij Gehandicapten halen
AAN5CH0li/£/Y
iL
X'
L 14
3 . Deelnemers workshop inspraakervaring
• • • • • • • • •
De heer H.J. Bakker, Amsterdam De heer EJ. Boddé, Barendrecht Mevrouw C. Fenijn, Giesenburg Mevrouw M.H.L. van Hasselt-de Vries, Apeldoorn De heer J. Klerk, Alblasserdam De heer P.G.A. de Koningh, Hall Mevrouw A. Mees-Lubberman, Soest De heer H.M. Schelling, Amsterdam Mevrouw J. Tielrooy, Amstelveen
ervaring interactieve planvorming
• • • • • • •
De heer H. Fontijn, Zeist Mevrouw S.A.S. Hoekzema, Leusden De heer E.A. Kamp, Zeist Mevrouw G. Kral, Houten Mevrouw R. Norp-Kruiderink, Amersfoort De heer W. Schermer, Amersfoort Mevrouw W. van Vliet-Grooters, Amersfoort
geïnteresseerden
• • • • • • •
De heer J. Boeke, Amsterdam Mevrouw J. Diemont, Amersfoort De heer M. Engberink, Amersfoort Mevrouw L. Manning, Pijnacker De heer C.F. Meesters, Wapse Mevrouw E.P. Paauw-Macioszek, Katwijk De heer K. Wiggers, Almere
W M M W W M WWW » »
i r
a
w
-i p
Q
n y* /T 4 B n n
^^X-X-^^^X^-^^-M,^£. 15
K
-.; >-.
t, .}: k
BijldC]6 4 . Gegevens organisatie Idee • N.M. Manning, stagiair bij de afdeling Innovatie en Synthese (IS) van de hoofddirectie van Rijkswaterstaat (HW RWS). organisatie Burgerstem, leiding van de workshops en verslaglegging # dr. ir. B.A.C. Meesters, zelfstandig organisatie-adviseur te Oegstgeest • mr. G.M.W. Enthoven van het Instituut voor Maatschappelijke Innovatie te Leiden # J.B. Snepvangers van dwb-projectotganisati'e te Amsterdam
*r *
kj 16
r