Publieke versie
Beslissing nr. 2005 – C/C – 14 van 21 maart 2005 Zaak MEDE – C/C – 05/0003: Securitas AB – N.V. Belgacom – N.V. Alert Services Holding 1. Rechtspleging De aanmelding van de concentratie is bij de Raad voor de Mededinging ingediend op 3 februari 2005, en ingeschreven met nummer MEDE – C/C – 05/0003. Het gemotiveerd verslag van het Korps Verslaggevers is bij de Raad voor de Mededinging toegekomen op 3 maart 2005. De verslaggever en de gemeenschappelijke vertegenwoordiger van de aanmeldende partijen werden gehoord ter zitting van deze kamer van de Raad van 17 maart 2005.
2. De aangemelde concentratie 2.1. De koper is de vennootschap naar Zweeds recht Securitas AB, met maatschappelijke zetel te SE102 28 Stockholm (Zweden), Lindhangensplan 70, PO Box 12307. Tot de groep waarvan Securitas AB (hierna: Securitas) aan de top staat behoren, als vennootschappen waarvan de aandelen volledig aan Securitas toebehoren: -de vennootschap naar Zweeds recht Securitas Direct International AB (hierna SDI), met maatschappelijke zetel te SE-580 02 Linköping (Zweden), Östgötagatan 3, PO Box 2511, en -de S.A. naar Frans recht Securitas France Holding (hierna SFH), met maatschappelijke zetel te 75015 Paris 15 (Frankrijk), 2bis, rue Louis Armand. De Securitas groep biedt beveiligingsproducten en diensten aan voor grote en kleine ondernemingen, openbare instellingen en private woningen. 2.2. De verkoper is de N.V. Belgacom, met maatschappelijke zetel te 1030 Brussel, Koning Albert IIlaan 27. Belgacom is een Belgisch communicatiebedrijf, dat in België onder meer actief is inzake het aanbieden van klein- en groothandelsdiensten voor vaste telefonie, mobiele communicatiediensten en breedband data- en internetdiensten. Aan huishoudelijke en commerciële klanten biedt zij een brede waaier van diensten aan inzake spraaktelefonie, data en internet via de vaste lijn. 2.3. De doelonderneming is de N.V. Alert Services Holding (hierna ASH), met maatschappelijke zetel te 1120 Neder-over-Heembeek, Sint-Lendriksborre 3. ASH verkoopt, installeert en onderhoudt elektronische beveiligingsapparatuur, zoals alarmsystemen en systemen voor toegangscontrole, die door derden geproduceerd wordt.
Publieke versie
Voorts levert ASH ook diensten die bestaan in toezicht op alarminstallaties, en in het reageren ingeval de apparatuur een incident signaleert. De reactie kan bestaan in het telefonisch contacteren van de klant, de politie, de brandweer, een andere openbare dienst, of een private bewakingsonderneming met het oog op het uitsturen van een interventiepatrouille. 2.4. De aanmelding heeft betrekking op de uitoefening door Belgacom van een putoptie van haar aandelen in ASH, bij fax van 3 januari 2005 gericht aan SDI en aan SFH. De uitoefening van deze putoptie, waardoor SDI en SFH eigenaar werden van de aa ndelen van Belgacom in ASH, is te beschouwen als de laatste fase van de uitvoering van een overeenkomst van 19 april 2001, zoals gewijzigd bij overeenkomst van 13 februari 2002. Die overeenkomsten werden in opeenvolgende fasen uitgevoerd. Op 31 augustus 2001 verwierven SDI en SFH een participatie van 5% in het kapitaal van ASH. Tevens droeg ASH haar activa betrekking hebbende op bemande bewakingsdiensten in Nederland, en haar aandelen in de N.V. Belgacom Alert Services en Baron Electronics, over aan SDI en SFH. Op 27 februari 2002 schreven SDI en SFH in op een nieuwe uitgifte van aandelen in ASH, door inbreng in natura in ASH van al hun aandelen in de Franse S.A. Compagnie Française de Sécurité et de Téléservices Domen Sécurité (Domen). Tevens kochten zij aandelen in ASH van Belgacom. Het resultaat was dat SDI en SFH 70%, en Belgacom nog 30% van de aandelen in ASH in hun bezit hadden. Op 30 april 2002 droegen SDI en SFH de aandelen in de N.V. Belgacom Alert Services, die zij op 31 augustus 2001 verworven hadden, terug over aan ASH. In ruil bekwamen zij aandelen in ASH, zodat hun participatie werd verhoogd tot 72%. Op 4 november 2002 verwierven SFH en haar dochtervennootschap, Proteg Conjunxion SA (PC), nieuw uitgegeven aandelen in ASH, als vergoeding van hun inbreng in natura van alle aandelen in de Franse S.A. Securitas Direct France (SDF). Belgacom kocht de aandelen in ASH terug, die zij op 27 februari 2002 aan SDI en SFH verkocht had. Het resultaat was dat de participatie van de dochters van Securitas in ASH 72%, en deze van Belgacom in ASH 28% bedroeg. De laatste fase van de uitvoering van de overeenkomsten van 19 april 2001 en 13 februari 2002 bestond in de mogelijkheid tot uitoefening van een optie met betrekking tot de aandelen van Belgacom in ASH. Ofwel kon Belgacom een putoptie lichten, en aldus haar aandelen verkopen aan SDI en SFH. Ofwel konden SDI en SFH een calloptie lichten, om op die wijze de aandelen van Belgacom te kopen. Zoals vermeld heeft Belgacom op 3 februari 2005 de putoptie gelicht. Bij de betaling van de prijs, op 11 januari 2005, is de eigendom van de aandelen van Belgacom overgegaan op SDI en SFH. SDI en SFH hebben de aandelen in ASH op hun beurt overgedragen aan Securitas, die aldus de uitsluitende zeggenschap over ASH verworven heeft. De aanmelding heeft uitsluitend betrekking op de overeenkomst die tot stand is gekomen door het uitoefenen van de putoptie.
Publieke versie
De eerdere fasen, die waren overeengekomen op 19 april 2001, werden op 1 juni 2001 aangemeld bij de Europese Commissie, en na een vereenvoudigde procedure goedgekeurd op 5 juli 2001 (zaak COMP / M.2452 Belgacom – BAS Holding – Securitas). 2.5. Securitas en ASH zijn ondernemingen in de zin van artikel 1, a) WBEM. Voor het lichten van de putoptie diende Securitas de zeggenschap over ASH te delen met Belgacom, in een verhouding van 72% tegen 28%. Ingevolge het verwerven van alle aandelen in ASH bekomt Securitas de uitsluitende zeggenschap over ASH. Bijgevolg vindt een concentratie plaats in de zin van artikel 9, § 1, b) WBEM. Securitas en ASH hebben beiden in België in het vorig boekjaar een omzet van meer dan 15 miljoen euro bereikt, en hun gezamenlijke omzet in België in hetzelfde boekjaar overschreed 40 miljoen euro. Aldus worden de door artikel 11, § 1 WBEM voorgeschreven omzetdrempels bereikt.
3. De marktafbakening 3.1. Product- of dienstmarkten 3.1.1. Met de aanmeldende partijen en de verslaggever, en aansluitend bij de recente beslissing van de Europese Commissie van 28 mei 2004 in de zaak COMP / M.3396 – Group 4 Falck / Securicor, kunnen volgende product- of dienstmarkten onderscheiden worden: -de markt van de elektronische beveiligingsapparatuur, -de markt van monitoring van alarmsystemen en van het reactief optreden, -de markt van de bemande bewakingsdiensten, en -de markt van de luchtvaartbeveiligingsdiensten. De markt van de elektronische beveiligingsapparatuur omvat de levering, de installatie en het onderhoud van alarmsystemen. Een alarmsysteem bestaat uit vier basiselementen: detectoren, een elektrisch besturingsapparaat voor de detectoren en een verbinding die alarmsignalen naar de centrale stuurt, waarschuwingsapparatuur zoals sirene of flikkerlicht, en bedrading als verbinding tussen de detectoren en de waarschuwingsapparatuur. De verbinding kan ook draadloos gebeuren, met zenders en een ontvanger. Monitoring van alarmsystemen gebeurt in centrale meldkamers, die signalen van alarmbesturingssystemen ontvangen en interpreteren. Het reactief optreden van de onderneming die de dienst van de monitoring aanbiedt bestaat in het verwittigen van de klant, van de politie, de brandweer of een andere openbare dienst, of van een bemande bewakingsdienst die een patrouille ter plaatse zal sturen. Bemande bewakingsdiensten omvatten de levering van bewakingsdiensten door personen die ter plaatse gaan, zoals bewakers, receptiediensten, winkeldetectives en interventiepatrouilles. Deze diensten kunnen op afgesproken regelmatige tijdstippen (per dag, per week) geleverd worden, of punctueel, naar aanleiding van een incident, op verzoek van een monitoringdienst die vanuit een centrale meldkamer werkt.
Publieke versie
De markt van de luchtvaartbeveiligingsdiensten omvat de levering, de installatie en het onderhoud van elektronische beveiligingsapparatuur, monitoring en reactief optreden, en bemande beveiligingsdiensten, maar heeft eigen onderscheidende kenmerken: -luchthavens en luchtvaartbeveiligingsdiensten als een beperkt aantal grote klanten, met een aanzienlijke vraagmacht, -de vraag naar een pakket hooggespecialiseerde diensten, die materieel verschillend zijn van deze die worden aangeboden op de drie eerder vermelde markten, zoals controle van passagiersgegevens, röntgenscreening van passagiers en hun bagage, bewaking van luchtvaartuigen en vracht, doorlichtingsdiensten, en bewaking van documenten, en -de gunning van opdrachten in openbare aanbestedingen, zoals voorgeschreven door de specifieke regelgeving voor burgerluchtvaart. 3.1.2. In vroegere beslissingen heeft de Raad de relevante markten omschreven volgens de indeling van de diensten die door bewakingsondernemingen worden verstrekt, die opgenomen is in de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private veiligheid, zoals gewijzigd bij wet van 7 mei 2004 (zie beslissing 2000-C/C-13 van 5 mei 2000, inzake Securis – Baron Security; beslissing 2002-C/C-14 van 8 februari 2002 inzake Brink’s Security International –Lagerhaus Dornach; beslissing 2003-C/C-06 van 22 januari 2003 inzake Brink’s Belgium – Initial Security). De afbakening van voormelde vier markten wordt door de Europese Commissie, de aanmeldende partijen, en de verslaggever terecht beschouwd als beter aangepast aan de huidige economische werkelijkheid. 3.2. Geografische markt De Belgische wetgever legt een vergunning of erkenning op om beveiligingsdiensten te mogen verlenen op Belgisch grondgebied. Om de vier relevante product- of dienstmarkten efficiënt te kunnen bedienen, blijkt een lokale vestiging van de beveiligingsonderneming vereist te zijn (zie, in dezelfde zin, voormelde beslissing van de Europese Commissie van 28 mei 2004 in de zaak COMP / M.3396 – Group 4 Falck / Securicor, randnummers 48 en 49). De aanmeldende partijen beperken de geografische markt ten andere zelf tot het Belgisch grondgebied. Om die redenen is het Belgisch grondgebied als geografisch relevante markt te beschouwen.
4. De marktaandelen 4.1. Uit de gegevens die door de aanmeldende partijen verstrekt werden blijkt het volgende betreffende hun aandelen op de relevante markten. Securitas is actief op de Belgische markt van de bemande bewaking, waarop zij in 2004 een aandeel van [zakengeheim]% had, en op de Belgische markt van de luchtvaartbeveiliging, waarop haar aandeel in 2004 [zakengeheim]% bedroeg. ASH was in 2004 bedrijvig op de Belgische markt van de elektronische beveiligingsapparatuur, met een aandeel van [zakengeheim]%, en op de Belgische markt van monitoring en reactief optreden, waarop haar aandeel [zakengeheim]% bedroeg. 4.2. Securitas en ASH zijn dus niet actief op eenzelfde relevante product- of dienstmarkt. Tussen markten waarop de ene en de andere bedrijvig zijn kunnen wel verticale verhoudingen tot stand komen.
Publieke versie
Zo is het denkbaar dat een klant van ASH, naast elektronische beveiligingsapparatuur of monitoring en reactief optreden, tevens bemande bewaking wil bestellen. ASH kan voor de bemande bewaking dan een beroep doen op Securitas als onderaannemer. Anderzijds is het eveneens denkbaar dat een klant van Securitas, naast bemande bewaking, tevens elektronische beveiligingsapparatuur of monitoring en reactief optreden wil kopen, zodat Securitas voor die producten en diensten ASH als onderaannemer kan aanspreken. De markten van de elektronische beveiligingsapparatuur, van monitoring en reactief optreden en van bemande bewaking zijn bij de concentratie betrokken. 4.3. Luchtvaartbeveiliging vergt specifieke diensten, die niet vergelijkbaar zijn met deze die verleend worden op de markten van elektronische beveiligingsapparatuur, van monitoring en reactief optreden, of van bemande bewaking. Securitas doet overigens nooit een beroep op ASH wat luchtvaartbeveiliging betreft. Er is dan ook geen reden om aan te nemen dat de markt van de luchtvaartbeveiliging bij de concentratie betrokken is.
5. Bespreking 5.1. De overeenkomst tussen Securitas en Belgacom van 19 april 2001 werd aangemeld bij de Europese Commissie op 1 juni 2001, en na een vereenvoudigde procedure goedgekeurd op 5 juli 2001 (zaak COMP / M.2452 Belgacom – BAS Holding – Securitas). De optie die Belgacom op 3 januari 2005 heeft uitgeoefend, was bij de goedkeuring door de Commissie een mogelijkheid. Die goedkeuring had dus nog geen betrekking op de operatie die door het lichten van de putoptie tot stand is gekomen. Voor de concentratie die het gevolg is van het lichten van de optie, en die hier ter beoordeling voorligt, had Securitas reeds een participatie van 72% in ASH. De producten en diensten betreffende elektronische beveiligingsapparatuur en de diensten van monitoring en reactief optreden die zij haar klanten wilde aanbieden, tezamen met de diensten van bemande bewaking, kocht zij aan bij ASH. Omgekeerd kocht ASH de diensten inzake bemande bemanning, die zij aan haar klanten wilde leveren tezamen met de producten en diensten op de markten waarop zij zelf actief was, aan bij Securitas. Na de concentratie komt ASH volledig in handen van Securitas. Securitas en ASH zullen de diensten die zij niet zelf aanbieden nu volledig binnen de eigen groep kunnen aankopen. De concentratie heeft evenwel niet tot gevolg dat de mededinging verder beperkt wordt dan reeds het geval was door de uitvoering van de overeenkomst tussen partijen die voor 3 januari 2005 plaats vond. Terecht merkt de verslaggever op dat het verdwijnen van de participatie van Belgacom in ASH zelfs een concurrentiebevorderend effect kan hebben. Belgacom heeft er immers geen belang meer bij haar producten of diensten op de relevante markten bij AHS aan te kopen, zodat de kansen voor de concurrenten om met Belgacom te contracteren voor die producten of diensten, toenemen.
Publieke versie
5.2. De klanten hebben een ruime keuze aan leveranciers van bemande bewaking, elektronische beveiligingsapparatuur en monitoring en reactief optreden. Die concurrentie zal ook na de concentratie blijven bestaan. De overgrote meerderheid van de door de Dienst voor de mededinging ondervraagde concurrenten en afnemers deelt de opvatting dat de concentratie de concurrentie niet verder zal beperken. De bezwaren die sommige concurrenten formuleren golden ook reeds voor de uitoefening van de putoptie, en zijn dan ook niet specifiek gericht tegen de concentratie die ter beoordeling voorligt.
6. Besluit De aangemelde concentratie valt binnen het toepassingsgebied van de wet (artikel 33, § 1, 1 WBEM). Zij roept geen machtspositie in het leven, of versterkt geen machtspositie, die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de nationale markt op significante wijze wordt belemmerd. Bijgevolg moet zij toelaatbaar verklaard worden (artikel 10, § 3 WBEM).
Om deze redenen, De Raad voor de Mededinging,
-stelt vast dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van de WBEM valt, -verklaart de concentratie toelaatbaar.
Aldus beslist op 21 maart 2005 door een kamer van de Raad voor de Mededinging, samengesteld uit Stefaan Raes, voorzitter van de Raad voor de Mededinging, en Christian Huveneers, Paul Blondeel en Wouter Devroe, leden van de Raad voor de Mededinging.