Buitengebied Echt - Susteren
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Inhoudsopgave
Regels
5
Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2
Inleidende regels Begrippen Wijze van meten
Hoofdstuk 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Artikel 12 Artikel 13 Artikel 14 Artikel 15 Artikel 16 Artikel 17 Artikel 18 Artikel 19 Artikel 20 Artikel 21 Artikel 22 Artikel 23 Artikel 24 Artikel 25 Artikel 26 Artikel 27 Artikel 28 Artikel 29
Bestemmingsregels Agrarisch Agrarisch met waarden - Landschapswaarden Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden Bedrijf Bedrijf - Grondstoffenwinning Cultuur en ontspanning Detailhandel Horeca Maatschappelijk Natuur Recreatie - Dagrecreatie Recreatie - Verblijfsrecreatie Sport Verkeer Verkeer - Spoorverkeer Water Wonen Wonen - Woonwagencentrum Leiding - Hoogspanning Leiding - Ondergronds Leiding - Riool Waarde - Archeologie 1 Waarde - Archeologie 2 Waarde - Archeologie 3 Waarde - Archeologie 4 Waarde - Cultuurhistorisch waardevol ensemble Waterstaat - Waterkering
15 15 27 40 51 59 63 68 72 77 83 87 89 94 98 100 101 102 109 110 112 114 116 119 122 125 128 130
Hoofdstuk 3 Artikel 30 Artikel 31 Artikel 32 Artikel 33 Artikel 34 Artikel 35 Artikel 36 Artikel 37
Algemene regels Anti-dubbeltelbepaling Algemene bouwregels Algemene aanduidingsregels Algemene afwijkingsregels Algemene wijzigingsregels Algemene procedureregels Overige regels Kwaliteitsregels
132 132 133 134 140 142 145 146 147
Hoofdstuk 4 Artikel 38 Artikel 39
Overgangs- en slotregels Overgangsrecht Slotregel
155 155 156
Bijlagen 2
6 6 14
157 NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4
Staat van bedrijfsactiviteiten Nevenactiviteiten/functieveranderingen Landschapstypen en kenmerken Landschappelijke inpassing Hommelweg 10
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
158 164 168 179
3
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
4
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Regels
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
5
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Hoofdstuk 1 Artikel 1
Inleidende regels
Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder: 1.1
plan:
het bestemmingsplan 'Buitengebied Echt - Susteren' van de gemeente Echt-Susteren; 1.2
bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01 met de bijbehorende regels en bijlagen; 1.3
GML-bestand
aan huis verbonden bedrijf:
bedrijfsmatige activiteit voorkomend in milieucategorie 1 of 2 van Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten, dan wel een naar aard en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid, die door zijn beperkte omvang in of bij een woning, met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend door de eigenaar/gebruiker van de woning, zoals een kapsalon of schoonheidssalon; evenwel met uitzondering van een seksinrichting; 1.4
aan huis verbonden beroep:
een dienstverlenend beroep, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend door de eigenaar/gebruiker van de woning, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling of uitwerking heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is, zoals arts, notaris of advocaat; evenwel met uitzondering van prostitutie; 1.5
aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden; 1.6
aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft; 1.7
achtergevel:
gevel aan de achterkant van een gebouw; 1.8
agrarisch bedrijf:
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van: het telen van gewassen, waaronder mede begrepen houtteelt en/of; het houden van dieren; met dien verstande dat maneges, kennels en dierenasiels niet als agrarische bedrijven worden aangemerkt; 1.9
bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
6
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
1.10
bed & breakfast:
een voorziening gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en kortdurend verblijf en het serveren van een ontbijt, ondergeschikt aan de betreffende bestemming, aan maximaal 4 personen met een maximum verblijfsduur van 6 weken. Onder een bed & breakfast – voorziening wordt niet verstaan een verblijf, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid; 1.11
bedrijfswoning:
één woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor het huishouden van een persoon, wiens huisvesting ter plaatse noodzakelijk is, gelet op het feitelijk gebruik van het gebouw en/of terrein in overeenstemming met de bestemming; 1.12
beeldbepalend pand:
Een gebouwd object dat vanwege zijn aan de buitenkant zichtbare of aanwezige esthetische, cultuurhistorische, bouwhistorische of architectuurhistorische kwaliteiten van waarde en algemeen belang wordt geacht in zijn ruimtelijke context.
1.13
beperkt kwetsbaar object:
een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een richtwaarde voor het risico cq. een risico-afstand is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden; 1.14
bestaand:
bij bouwwerken: bestaand ten tijde van het inwerking treden van het bestemmingsplan, met dien verstande dat als bestaand bouwwerk ook worden aangemerkt bouwwerken die na dat tijdstip zijn of mogen worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning waarvan de aanvraag voor dat tijdstip is ingediend; bij gebruik: bestaand ten tijde van het inwerking treden van het bestemmingsplan, voor zover op een legale wijze tot stand is gekomen; 1.15
bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak; 1.16
bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; 1.17
bijbehorend bouwwerk:
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegenaan gebouwd, op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk met een dak, met uitzondering van overkappingen; 1.18
bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats; 1.19
bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
7
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
1.20
bouwlaag:
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke bouwhoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en kapverdieping; 1.21
bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten; 1.22
bouwperceelgrens:
een grens van een bouwperceel; 1.23
bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten; 1.24
bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond; 1.25
clublokaal:
een verenigingsgebouw om gezamenlijk een wetenschap of vrijetijdsbesteding te beoefenen; 1.26
cultureel erfgoed:
structuren en landschappelijke elementen met betrekking tot bouwkundig erfgoed, historische groenwaarden, historisch-geografisch erfgoed en het archeologisch erfgoed waaraan de vroegere ontginnings- en bewoningsgeschiedenis nog goed afleesbaar zijn; 1.27
cultuurhistorisch ensemble:
een ruimtelijk en inhoudelijk samenhangend geheel van cultuurhistorisch waardevolle objecten, structuren en/of zones; 1.28
dagrecreatie:
recreatief gebruik van gronden voor een periode niet langer dan een dag; 1.29
detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending, anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. 1.30
dierenasiel:
een niet-agrarisch bedrijf, dat is gericht op het tijdelijk opvangen en verzorgen van dieren om deze vervolgens weer te herplaatsen bij een derde, waaronder mede begrepen wordt het terugplaatsen bij degene die het dier tijdelijk heeft afgestaan; 1.31
erotisch getint horecabedrijf:
een horecabedrijf dat tot doel heeft het daarbinnen doen plaatsvinden van handelingen, voorstellingen en/ of vertoningen van porno-erotische aard en tevens het bedrijfsmatig, ten behoeve van verbruik ter plaatse, verstrekken van alcoholische dranken; 8
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
1.32
gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; 1.33
gebruiksgerichte paardenhouderij:
paardenhouderij die is gericht op het africhten en trainen van paarden, het bieden van stalruimte voor paarden, het geven van instructie aan derden, het trainen van paarden en uitbrengen in de sport, verhuur van diensten met behulp van paarden en de in- en verkoop van paarden; 1.34
grondgebonden agrarisch bedrijf:
een agrarisch bedrijf waarbij voor de bedrijfsvoering hoofdzakelijk gebruik wordt gemaakt van open grond; 1.35
hobbymatig agrarisch gebruik:
het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of door middel van het houden van dieren op niet bedrijfsmatige wijze; 1.36
hoofdgebouw:
een gebouw, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is; 1.37
horeca I:
een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies worden verstrekt; een en ander met dien verstande dat seksinrichtingen niet onder horeca I worden begrepen; 1.38
horeca II:
elke voor het publiek, al dan niet tegen betaling toegankelijke lokaliteit, die geheel of nagenoeg geheel is ingericht of wordt gebruikt voor dansen, zoals discotheken en dancings, waarin al dan niet dranken voor gebruik ter plaatse worden verstrekt; inrichtingen waarin een kans- of behendigheidsspel wordt uitgeoefend; een en ander met dien verstande dat seksinrichtingen niet onder horeca II worden begrepen; 1.39
houtopstand:
begroeiing die geheel of gedeeltelijk bestaat uit bomen en/of struiken, voor zover niet vallend onder de Boswet en behoudens laagstamfruitbomen en de bijbehorende windsingels; 1.40
huishouden:
een zelfstandig(e) dan wel samenwonend persoon of groep van personen die binnen een complex van ruimten gebruik maken van dezelfde voorzieningen zoals een keuken, sanitaire voorzieningen en de entree;
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
9
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
1.41
intensieve veehouderij:
het bedrijfsmatig houden van dieren zonder dat het bedrijf hoeft te beschikken over grond bestemd voor de voerproductie van deze dieren. De dieren worden in stallen of hokken gehouden. Waar in dit bestemmingsplan wordt gesproken over intensieve veehouderij wordt in principe gedoeld op het hebben van een bedrijfsmatige tak van varkens, kippen, vleeskuikens, vleeskalveren, stieren voor de roodvleesproductie, eenden, pelsdieren, konijnen, kalkoenen of parelhoenders (waarvoor een omgevingsvergunning is verleend). De melkveehouderij wordt niet als intensieve veehouderij beschouwd; 1.42
kampeermiddel:
a. een tent, een tentwagen, een kampeerauto of een caravan; b. enig ander onderkomen en enig ander voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, één en ander voorzover de onder a en b bedoelde onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn in- of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebuikt voor recreatief nachtverblijf; 1.43
kennel:
een niet-agrarisch bedrijf, dat is gericht op het fokken, verzorgen en verhandelen van honden en/of katten; 1.44
kwetsbaar object:
een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een grenswaarde voor het risico cq. een risico-afstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden; 1.45
landschappelijke waarden:
ruimtelijke objecten, structuren of gebieden in het cultuurlandschap die om esthetische, cultuurhistorische en/of ecologische redenen van waarde worden geacht; 1.46
landschapselement:
beplanting die om esthetische, cultuurhistorische of ecologische redenen van waarde en algemeen belang wordt geacht in zijn ruimtelijke context; 1.47
loon- en mechanisatieactiviteiten:
een bedrijf gericht op het verrichten en leveren van diensten en producten aan agrarische bedrijven (agrarisch loonwerk); 1.48
maatschappelijke en culturele voorzieningen:
educatieve, sociaalculturele, levensbeschouwelijke, onderwijs-, religieuze voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van de openbare dienstverlening, alsmede ondergeschikte detailhandel en horeca in combinatie met en ten dienste van deze voorzieningen; 1.49
manege:
een bedrijf, dat is gericht op het verzorgen en dresseren en trainen van paarden voor de ruitersport alsmede het geven van paardrijlessen; 1.50
mantelzorg:
het op basis van vrijwilligheid en buiten organisatorisch verband bieden van zorg aan een ieder die hulpbehoevend is op fysiek, psychisch en/of sociaal vlak;
10
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
1.51
nevenactiviteit:
een bedrijfs- of beroepsmatige activiteit die in ruimtelijk, functioneel en inkomenswervend opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de op de ingevolge dit bestemmingsplan toegestane hoofdfunctie op een bouwperceel; 1.52
ondergeschikte detailhandel:
detailhandel welke dient ter ondersteuning van de hoofdfunctie en daar onderdeel van uitmaakt, waarbij de detailhandelsfunctie qua oppervlak, aard en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt is aan de hoofdfunctie; 1.53
ondergeschikte horeca:
horeca welke dient ter ondersteuning van de hoofdfunctie en daar onderdeel van uitmaakt, waarbij de horecafunctie qua oppervlak, aard en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt is aan de hoofdfunctie; 1.54
paardenbak:
een niet overdekt terrein ingericht ten behoeve van het paardrijden, met daarbij behorende voorzieningen; 1.55
peil:
a. voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang; b. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw; c. voor een woonwagen, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de gemiddelde hoogte van de bestaande verharding van de standplaats; d. voor een bouwwerk ten behoeve van spoorwegdoeleinden: de bovenkant van de spoorstaaf; 1.56
perifere detailhandel:
detailhandel in brand- en explosiegevaarlijke stoffen en detailhandel in ABC-goederen (auto's, boten en caravans), tuincentra, bouwmarkten, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair alsmede woninginrichting waaronder meubels, die vanwege de omvang en aard van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling (en uit dien hoofde niet binnen de aangewezen winkelconcentratiegebieden gevestigd kunnen worden); 1.57
permanente bewoning:
bewoning van een ruimte als hoofdverblijf; 1.58
recreatiewoning:
een permanent ter plaatse aanwezig gebouw, geen woonkeet en geen caravan of ander bouwsel op wielen zijnde, bestemd om uitsluitend door (het huishouden van) een persoon of daarmee gelijk te stellen groep van personen dat/die zijn hoofdverblijf elders heeft, gedurende een gedeelte van het jaar te worden bewoond; 1.59
recreatief medegebruik:
vorm van recreatie waarvoor geen specifieke inrichting van het gebied noodzakelijk is, maar waarvoor kan worden volstaan met de voorzieningen die reeds ten behoeve van de hoofdfunctie aanwezig zijn en ondergeschikte voorzieningen zoals bewegwijzeringsbordjes, picknickbanken en draaihekjes;
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
11
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
1.60
relatie:
ter plaatse van de aanduiding 'relatie' wordt de verbinding aangegeven tussen twee of meer afzonderlijk begrensde bouwvlakken of bestemmingsvlakken, inclusief de daaraan toegekende aanduidingen waarmee die bouwvlakken of bestemmingsvlakken één vlak vormen; 1.61
schuilgelegenheid:
een in het buitengebied gelegen overdekte ruimte, die maximaal aan 3 zijden is omsloten door wanden, waarvan het/de betreffende dier(en) gebruik moet(en) kunnen maken in geval van weidegang, met als doel bescherming tegen extreme weersomstandigheden in zowel zomer als winter uit oogpunt van dierwelzijn en waarbij nabij de schuilgelegenheden geen opslag is toegestaan; 1.62
seksinrichting:
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar; 1.63
seksuele dienstverlening:
een bedrijfsmatige activiteit gericht op het verrichten van seksuele handelingen en/of het verrichten van erotisch/pornografische vertoningen; 1.64
standplaats:
een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten; 1.65
teeltondersteunende voorzieningen:
voorzieningen/constructies met als doel het gewas te forceren tot meer groei en of de oogst te spreiden. Het gaat daarbij om zowel het vervroegen als het verlaten van de teelt ten opzichte van de normale open teelt en/of het beschermen van het gewas tegen weers invloeden, ziekten en plagen hetgeen leidt tot een beter kwaliteit van het product; 1.66
tijdelijke huisvesting seizoenarbeiders:
het huisvesten van werknemers, die in een periode van grote arbeidsbehoefte gedurende enkele maanden op een agrarisch bedrijf werkzaam zijn om naar de aard kortdurend werk te verrichten; 1.67
tijdelijke teeltondersteunende voorziening:
teeltondersteunende voorzieningen die korter dan 6 maanden, al dan niet aaneengesloten in het jaar aanwezig zijn; 1.68
voorgevel:
de naar de openbare weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, die gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt;
12
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
1.69
voorgevelrooilijn:
denkbeeldige lijn getrokken langs de voorgevel van een gebouw en het verlengde daarvan danwel ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn'; 1.70
woning:
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één huishouden; 1.71
woonunit:
een te verplaatsen/verwijderen bouwwerk bestaande uit één bouwlaag, geschikt en ingericht ten dienste van woon-, dag- of nachtverblijf van een of meer personen; 1.72
woonwagen:
voor bewoning bestemd gebouw dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst en op een daartoe bestemd perceel is geplaatst.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
13
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 2
Wijze van meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: 2.1
de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens:
de loodrechte afstand van het verticale vlak in de zijdelingse perceelsgrens tot enig punt van het op dat perceel voorkomend bouwwerk. 2.2
de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen', zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; 2.3
de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; 2.4
de ondergrondse bouwdiepte van een bouwwerk:
loodrecht vanaf het bouwkundig peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend; 2.5
de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen; 2.6
de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk. 2.7
het bebouwingspercentage:
het oppervlak dat met bouwwerken is bebouwd, uitgedrukt in procenten van de oppervlakte van het bouwperceel, voor zover dat is gelegen binnen de bestemming, of binnen een in de planregels nader aan te duiden gedeelte van die bestemming.
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,50 meter bedraagt.
14
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Hoofdstuk 2 Artikel 3 3.1
Bestemmingsregels
Agrarisch
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. agrarisch grondgebruik; b. behoud en bescherming van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; c. behoud en bescherming onverharde en halfverharde wegen; specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement d. de uitoefening van grondgebonden agrarische bedrijven; e. intensieve veehouderij, uitsluitend ter plaatse van de aanduidingen 'intensieve veehouderij' en 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied', met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone extensiveringsgebied' de oppervlakte van de intensieve veehouderij niet meer mag bedragen dan de bestaande oppervlakte; f. behoud en ontwikkeling van recreatief medegebruik; g. bedrijfswoning, met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per bouwvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' is geen bedrijfswoning toegestaan; h. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit, met dien verstande dat: 1. uitsluitend detailhandel in agrarische producten die op het eigen bedrijf of in de directe omgeving daarvan zijn geproduceerd en/of agrarische producten die op het eigen bedrijf en/of in de directe omgeving daarvan op een ander agrarisch bedrijf zijn bewerkt. Onder agrarische producten worden tevens streekproducten en aanverwante artikelen, passend in het assortiment van boerderijwinkels, gerekend; 2. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit uitsluitend is toegestaan binnen de bestaande bebouwing en het verkoopvloeroppervlak niet meer mag bedragen dan 200 m2; i. nevenactiviteiten, met de nadere functie welke is weergegeven in de navolgende tabel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - nevenactiviteit':
j.
Adres
Nevenactiviteit
Kapelaan Verdonschotstraat 42
Hondenkennel
Molenweg 67
Zorgboerderij
Daalweg 15
Hulp- en nevenbedrijf
Maaseikerweg 22
Hulp- en nevenbedrijf
Koestraat 3
Caravanstalling
Swaantjesweg 16
2 vakantieappartementen en toegangsruimte voor bezoekers
Maasbrachterweg 76
Boerderijwinkel
een
aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk, mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
15
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; k. het kweken van aardbeien op stellingen ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch – teeltondersteunende voorzieningen’, met dien verstande dat de teeltondersteunende voorzieningen in de maanden november tot en met maart niet overkapt/bedekt mogen zijn met plastic; l. zandpiste, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - zandpiste'; m. behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarde van de beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'; n. waterretentie, natuurvriendelijke oevers en het onderhouden van de waterloop voorzover de gronden zijn gelegen binnen 5 m van de bestemming 'Water'; met de daarbij behorende: o. p. q. r. s. t.
nutsvoorzieningen; inritten, erven en terreinen; erfbeplanting; tuinen bij bedrijfswoningen; wegen en paden; water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
3.2
Bouwregels
3.2.1
Toegestane bouwwerken binnen bouwvlakken
Op de gronden als bedoeld in lid 3.1 mogen de onderstaande bouwwerken uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd: a. de bij één agrarisch bedrijf behorende bedrijfsgebouwen, met dien verstande dat uitsluitend de bestaande veestallen zijn toegestaan; b. bedrijfswoning met de daarbij behorende bijbehorende bouwwerken, met in achtneming van het bepaalde in lid 3.1; c. paardenbakken tot een oppervlakte van 1.200 m²; d. andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder begrepen mestplaten, hooibergen, mestsilo's, sleufsilo's, voedersilo's, kuilvoeropslag e.d.; e. teeltondersteunende voorzieningen; f. kassen.
3.2.2
Toegestane bouwwerken binnen de gehele bestemming
Binnen de gehele bestemming mogen uitsluitend worden gebouwd: a. schuilgelegenheden, met dien verstande dat: 1. bestaande schuilgelegenheden zijn toegestaan, mits de schuilgelegenheden op een legale wijze tot stand zijn gekomen; 2. de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - schuilhut', mits de goot- en bouwhoogte niet meer bedraagt dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)'; b. bestaande bebouwing, met dien verstande dat de bestaande bebouwing op een legale wijze tot stand is gekomen; c. gebouwen van openbaar nut, zoals trafo's, abri's, schakelstations, meet- en regelstations; d. teeltondersteunende voorzieningen, uitsluitend in de vorm van afdekfolie en 16
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
minitunnels; e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde zoals paardenbakken, mestplaten, sleufsilo's, kuilvoeropslag e.d., ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding bouwwerken, geen gebouwen zijnde'; f. andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van deze bestemming zoals bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het recreatief medegebruik (o.a. zitbanken en wegwijzers), openbaar nut en verkeersgeleiding en niet zijnde de bouwwerken zoals bedoeld in sublid 3.2.1 onder d.
3.2.3
Bouwen
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in de subleden 3.2.1 en 3.2.2, gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale Maximale Maximale Maximale goothoogte bouwhoogte in oppervlakte in inhoud in in m m m² m³
Bedrijfsgebouwen
7,7
13,3
Geen beperking
Geen beperking
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking
750
Bijbehorende bouwwerken 3,5 bij de bedrijfswoning
5,5
70, met dien Geen verstande dat beperking indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Teeltondersteunende voorzieningen
4
Geen beperking
n.v.t.
0,5
Geen beperking
n.v.t.
n.v.t.
Teeltondersteunende n.v.t. voorzieningen, in de vorm van afdekfolie en minitunnels
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
17
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Teeltondersteunende n.v.t. voorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch teeltondersteunende voorzieningen'
2,8
Geen beperking
n.v.t.
Kassen
n.v.t.
7
1.000
n.v.t.
Sleufsilo's, mestopslagplaatsen e.d.
n.v.t.
6
Geen beperking
Geen beperking
15
Geen beperking
Geen beperking
Erf- en terreinafscheidingen n.v.t. binnen het bouwvlak
2
n.v.t.
n.v.t.
Erf- en terreinafscheidingen n.v.t. buiten het bouwvlak
1,50
n.v.t.
n.v.t.
Gebouwen van openbaar nut, 2,7 zoals trafo's, abri's, schakelstations, meet- en regelstations
3,5
15
Geen beperking
Bouwwerken, geen gebouwen n.v.t. zijnde ten behoeve van deze bestemming zoals bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het recreatief medegebruik (o.a. zitbanken en wegwijzers), openbaar nut en verkeersgeleiding
2, met dien Geen verstande dat beperking de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de openbare verkeersverlich ting niet meer dan 6 mag bedragen.
Geen beperking
Bouwwerken, geen gebouwen n.v.t. zijnde ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding bouwwerken, geen gebouwen zijnde'
8
Geen beperking
Geen beperking
Overkappingen buiten het n.v.t. bouwvlak
2
40 m2 per ha
Geen beperking
Overige bouwwerken, geen n.v.t. gebouwen zijnde
2
n.v.t.
n.v.t.
Hooibergen, e.d.
voedersilo's n.v.t.
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht; c. ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch – teeltondersteunende voorzieningen’ dient de landschappelijke inpassing overeenkomstig het rapport ‘Landschappelijke inpassing teeltveld Mts Heuts, 2e Heiweg ong. - PNR 18
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
6051JC16-300511 agp 061011’ gedateerd 30 mei 2011, opgesteld door Ir. Guido Paumen, Tuin- en landschapsarchitect Bnt (Bijlage 10 Landschapsplan (G. Paumen) van de toelichting) te worden aangelegd en in stand worden gehouden.
3.3
Nadere eisen
a. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de landschappelijke en ruimtelijke inpassing, zoals is bedoeld in artikel 37, van de uitbreiding van de agrarische bebouwing binnen het bouwvlak. b. Burgemeester en wethouders kunnen bij toepassing van de bouwregels nadere eisen stellen ten aanzien van behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden, ter voorkoming van aantasting van het zicht op en de landschappelijke inpassing van beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'.
3.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. sublid 3.2.1 ten behoeve van het overschrijden van het bouwvlak en het veranderen van de vorm van het bouwvlak voor het bouwen van bouwwerken, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: 1. de overschrijding mag niet meer bedragen dan 10% van de oppervlakte van het bouwvlak; 2. de overschrijding voor intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij' op de gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' uitsluitend is toegestaan in verband met de wettelijke eisen in het kader van het dierenwelzijn, zonder vergroting van het aantal dieren en indien de inbreidingsmogelijkheden op het bouwvlak hiervoor niet benut kunnen worden; 3. de overschrijding en de vormverandering dient aantoonbaar noodzakelijk te zijn in het kader van een doelmatige bedrijfsvoering; 4. de bebouwing een compact geheel dient te vormen met de bestaande bebouwing; 5. aangrenzende natuur- en landschapswaarden door de overschrijding en de vormverandering niet onevenredig worden aangetast; 6. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; 7. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; 8. er geen sprake is van een onevenredige aantasting van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; het landschaps- en bebouwingsbeeld; b. sublid 3.2.1 ten behoeve van het bouwen van veestallen binnen het bouwvlak, mits is aangetoond dat er geen sprake is van een toename van de ammoniakdepositie in een Natura2000-gebied, danwel dat de depositie geen gevolgen heeft voor de instandhoudingsdoelstelling van het Natura2000-gebied; c. sublid 3.2.2 ten behoeve van het realiseren van schuilgelegenheden, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de schuilgelegenheid is noodzakelijk uit het oogpunt van dierenwelzijn; 2. de schuilgelegenheid wordt uitsluitend gebruikt voor hobbymatig (agrarisch) NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
19
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
gebruik; 3. het perceelsoppervlak bedraagt minimaal 5.000 m² en grenst niet aan het huisperceel van de eigenaar; 4. de schuilgelegenheid wordt aan de rand van perceel opgericht; 5. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 30 m² en de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 m; 6. één wand van de schuilgelenheid dient open te zijn; 7. de landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 8. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; 9. er mag geen buitenopslag plaatsvinden; 10. de schuilgelegenheid mag niet worden voorzien van bouwwerken, zoals een rijbak, stapmolen, stro- en hooiopslag en parkeerplaats voor een paardentrailer; 11. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; d. sublid 3.2.2 ten behoeve van het oprichten van tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen dienen direct aansluitend aan het bouwvlak te worden gerealiseerd, tenzij is aangetoond dat er geen mogelijkheden zijn om teeltondersteunende voorzieningen direct aansluitend aan het bouwvlak te realiseren; 2. de tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen maximaal 6 maanden per jaar aanwezig zijn en na afloop geheel worden verwijderd; 3. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; 4. tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen niet zijn toegestaan in de beekdalen zoals zijn weergegeven op kaart 4c van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg; e. sublid 3.2.2 ten behoeve van het oprichten van hagelnetten, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. hagelnetten niet zijn toegestaan in de beekdalen zoals zijn weergegeven op kaart 4c van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg; 2. de hagelnetten dienen landschappelijk te worden ingepast. Dit betekent in ieder geval dat netten niet mogen doorlopen tot aan de grond en voorts dat er randvoorwaarden kunnen worden gesteld aan de zichtbaarheid van de hagelnetten. Bij het toetsen van de toelaatbaarheid zijn, mede met het oog op de zichtbaarheid, de volgende aspecten van belang: zicht op de continuïteit van het agrarisch bedrijf; beschrijving van de locaties waar de hagelnetten geplaatst worden; invloed van het reliëf op de zichtbaarheid; het gebruikte (constructie)materiaal voor de netten; de aangevraagde oppervlakte hagelnetten; de ligging ten opzichte van wegen, paden, dorpen en bebouwing; 3. er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van de omliggende waarden en functies; 4. de bedrijfseconomische noodzaak is aangetoond; f. sublid 3.2.3 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de woning en de bijbehorende bouwwerken met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en 20
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven; g. sublid 3.2.3 ten behoeve van het vergroten van de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen buiten het bouwvlak tot ten hoogste 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de grotere bouwhoogte is noodzakelijk in verband met de bestemming; 2. de erfafscheidingen mogen niet gesloten zijn; 3. de landschappelijke waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 4. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; 5. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast.
3.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. het gebruik van meer dan één bouwlaag van een bouwwerk voor het houden van dieren; b. verkooppunten voor motorbrandstoffen; c. seksuele dienstverlening; d. permanente bewoning, voor zover het vrijstaande bijbehorende bouwwerken en recreatieve verblijven (bv. vakantieappartement/vakantiewoning) betreft; e. bewoning als inwoning; f. het beoefenen van lawaaisporten; g. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; h. het stallen van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen buiten het bouwvlak; i. de inname van mest van derden.
3.6
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 3.1 sub g ten behoeve van het realiseren van één bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten', mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. alleen bedrijven die volwaardig zijn en een toekomstperspectief van ten minste tien jaar hebben, komen in aanmerking voor een bedrijfswoning. Ten aanzien van het voorgaande dient een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke, agrarisch deskundige te worden gehoord; 2. de inhoud van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 750 m3; 3. de bedrijfswoning mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven voortvloeiend uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving; 4. de afstand tot kassen en boomgaarden van derden dient tenminste 50 m te NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
21
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
bedragen; 5. voldaan moet worden aan de bepalingen ingevolge de Wet geluidhinder; 6. uit een onderzoek naar de bodemkwaliteit dient te blijken dat de bodem geschikt is voor de nieuwe functie; b. lid 3.1 sub i ten behoeve het toestaan van nevenactiviteiten zoals zijn opgenomen in Bijlage 2 Nevenactiviteiten/functieveranderingen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. nevenactiviteiten uitsluitend zijn toegestaan binnen de bestaande gebouwen gelegen binnen het bouwvlak, met uitzondering van een theetuin, een terras, een hondendressuurterrein, en een kamphuis/blokhut; 2. ondergeschikte en onzelfstandige horeca is toegestaan, mits de oppervlakte niet meer bedraagt dan 50 m2, met uitzondering van een theetuin en een terras; 3. de oppervlakte van nevenactiviteiten niet meer bedraagt dan 500 m2; 4. de totale oppervlakte van nevenactiviteiten per agrarisch bedrijf mag niet meer bedragen dan 750 m2; 5. detailhandel is toegestaan, mits enkel producten worden verkocht die op het eigen bedrijf of in de directe omgeving zijn geproduceerd of bewerkt en de oppervlakte niet meer bedraagt dan 200 m2; 6. de nevenactiviteit mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven voortvloeiend uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving; 7. de verkeersaantrekkende werking is afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. buitenopslag is niet toegestaan; 10. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 11. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden, tenzij op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien; c. lid 3.1 ten behoeve van het toestaan van de tijdelijke huisvesting van seizoenarbeiders, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. een dergelijke huisvesting is noodzakelijk vanuit het oogpunt van de tijdelijke grote arbeidsbehoefte in het betreffende agrarische bedrijf; 2. er ontbreken voldoende structurele voorzieningen ten behoeve van tijdelijke huisvesting elders; 3. de huisvesting betreft uitsluitend werknemers die alleen binnen het bedrijf, waar ze gehuisvest zijn, werkzaamheden verrichten; 4. de huisvesting bedraagt niet meer dan 6 maanden per kalenderjaar; 5. het aantal te huisvesten werknemers mag niet meer bedragen dan 20; 6. ten behoeve van de tijdelijke huisvestiging van seizoenarbeiders is tevens het plaatsen van woonunits toegestaan, met dien verstande dat: het aantal woonunits niet meer mag bedragen dan 5; de goothoogte niet meer mag bedragen dan 3; 7. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. de afstand tot kassen en boomgaarden van derden dient tenminste 50 m te bedragen; 10. voldaan moet worden aan de bepalingen ingevolge de Wet geluidhinder; 11. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 22
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
12. burgemeester en wethouders trekken deze omgevingsvergunning in, indien de hieraan ten grondslag liggende tijdelijk grote arbeidsbehoefte niet meer aanwezig is; d. lid 3.1 voor de uitoefening van een bed & breakfast, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. de woning waar de bed & breakfast activiteiten plaats vinden heeft een inhoud van minimaal 750 m³; 2. de woonfunctie blijft als hoofdfunctie gehandhaafd; 3. de afstand tot de gronden ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone landbouwontwikkelingsgebied' bedraagt ten minste 250 m; 4. bed & breakfast mag voor maximaal 2 kamers (resp. 4 personen) worden aangeboden; 5. parkeren ten behoeve van bed & breakfast dient op het eigen terrein gerealiseerd te worden waarbij als parkeercijfer één parkeerplaats per kamer wordt gehanteerd, tenzij uit de aanvraag blijkt dat parkeren binnen het openbaar gebied niet leidt tot onevenredige hinder voor de woonomgeving; 6. de landschappelijke, cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het pand, perceel of complex dienen behouden te blijven; 7. de voorziening mag door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering niet (kunnen) functioneren als zelfstandige woning; 8. er mogen geen onevenredige nadelige gevolgen voor het woon- en leefklimaat van omwonenden en de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven ontstaan; e. lid 3.1 ten behoeve van het toestaan van kleinschalig kamperen, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. de gronden niet zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'provinciale ontwikkelingszone groen'; 2. enkel kampeermiddelen zijn toegestaan met een niet-permanent karakter; 3. kleinschalig kamperen is enkel toegestaan in de periode van 1 maart tot en met 31 oktober; 4. maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan in de voormalige gemeente Echt; 5. maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan in de voormalige gemeente Susteren, mits: parkeren op eigen erf plaatsvindt; de kampeermiddelen buiten het seizoen worden verwijderd; 6. de afstand tussen de kampeermiddelen en de grens van het bouwvlak mag niet meer bedragen dan 50 m; 7. de afstand tussen de kampeermiddelen en verharde wegen mag niet minder bedragen dan 25 m; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 10. nieuwbouw van sanitaire voorzieningen uitsluitend is toegestaan indien dit niet mogelijk is in de bestaande gebouwen, mits; de oppervlakte niet meer bedraagt dan 50 m2; de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3,5 m; 11. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden, tenzij op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.
3.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
23
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 3.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. Het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, watergangen, greppels, kolken en overige natuurlijke oppervlaktewateren, alsmede het anderszins verlagen van de waterstand. 2. Het vellen, rooien of beschadigen van houtgewas, alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; 3. Het verwijderen van onverharde wegen of paden. 4. Het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur. b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; 4. op gronden welke zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'; c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen en, wanneer mogelijk, een positieve bijdrage wordt geleverd aan de aanwezige cultuurhistorisch-landschappelijke waarden; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
3.8
Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
a. Het is verboden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' gebouwen geheel of gedeeltelijk te slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het slopen; b. Het in sub a vervatte verbod geldt niet voor: 1. sloopwerkzaamheden die het gewone onderhoud betreffen; 2. sloopwerkzaamheden, indien en voor zover daarvoor, op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, reeds een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk is verleend; 3. sloopwerkzaamheden die ten tijde van het inwerkingtreden van het plan in uitvoering waren; 4. sloopwerkzaamheden die zijn bedoeld om de directe gevolgen van calamiteiten of plagen te beperken; c. Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in sub a, kan alleen worden verleend indien de cultuurhistorische waarden die eigen zijn aan de desbetreffende gebouwen niet blijvend onevenredig worden geschaad, dan wel indien deze cultuurhistorische waarden kunnen en zullen worden veiliggesteld dan wel worden teruggebracht; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van 24
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
3.9
Wijzigingsbevoegdheid
3.9.1
Vergroting van het bouwvlak
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het vergroten van het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. het bouwvlak voor grondgebonden agrarische bedrijven mag na vergroting niet meer bedragen dan 2 ha, met dien verstande dat: 1. indien de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'ecologische hoofdstructuur' de oppervlakte van het bouwvlak niet meer mag bedragen dan 1,5 ha; 2. het bouwvlak van grondgebonden agrarische bedrijven welke zijn gelegen ter plaats van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied' niet mag worden vergroot; b. het bouwvlak voor intensieve veehouderijen mag uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied' worden vergroot, met dien verstande dat het bouwvlak na vergroting niet meer mag bedragen dan 2 ha; c. aangetoond is dat de vergroting van de oppervlakte van het bouwvlak noodzakelijk is in het kader van een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; d. omliggende waarden door de vergroting van de oppervlakte van het bouwvlak niet onevenredig worden aangetast, waartoe in ieder geval onderzoek dient plaats te vinden naar flora en fauna, archeologische waarden, stedenbouwkundige en landschappelijke waarden; e. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden, waartoe in ieder geval dient te worden aangetoond dat wordt voldaan aan de normen inzake geur, geluid en luchtkwaliteit; f. er dient aangetoond te zijn dat er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de belangen die betrekking hebben op de waterhuishouding; g. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; h. aangetoond is dat er geen sprake is van een toename van de ammoniakdepositie in een Natura2000-gebied, danwel dat de depositie geen gevolgen heeft voor de instandhoudingsdoelstelling van het Natura2000-gebied.
3.9.2
Wonen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Agrarisch' ter plaatse van het bouwvlak en de tuinen, erven en inritten behorende bij de bedrijfswoning te wijzigen in de bestemming 'Wonen', mits: a. het gebruik als wonen vanuit een oogpunt van een goed woonmilieu aanvaardbaar is, hetgeen onder andere wil zeggen dat uit een ingesteld bodemonderzoek moet blijken dat ter plaatse de kwaliteit van de bodem geschikt is voor de bestemming wonen. Hierbij dient getoetst te worden aan de maximale waarde wonen uit het Besluit bodemkwaliteit; b. het gebruik als wonen de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aantast; c. het aantal woningen na wijziging niet meer mag bedragen dan 1, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt; d. de gronden niet zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone landbouwontwikkelingsgebied'; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
25
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
e. de economische uitvoerbaarheid gegarandeerd is; f. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; g. voor wat betreft de bouw- en gebruiksregels wordt Artikel 19 Wonen in acht genomen.
3.9.3
Gebruiksgerichte paardenhouderij
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het omschakelen van een agrarisch bedrijf naar een gebruiksgerichte paardenhouderij en de gronden te voorzien van de aanduiding 'paardenhouderij', met dien verstande dat: a. de vestiging van de gebruiksgerichte paardenhouderij geen onevenredige publieksen/of verkeersaantrekkende werking tot gevolg mag hebben; b. de wijziging geen onevenredige beperking mag opleveren van de bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende (agrarische) bedrijven en woningen; c. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; d. parkeren op eigen erf plaatsvindt.
3.9.4
Plattelandswoning
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het toestaan van wonen, anders dan ten behoeve van het agrarische bedrijf, in een voormalige agrarische bedrijfswoning, met dien verstande dat: a. de gronden niet zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone landbouwontwikkelingsgebied'; b. het aantal (bedrijfs)woningen op het desbetreffende perceel niet toeneemt; c. er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
26
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 4 4.1
Agrarisch met w aarden - Landschapsw aarden
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. agrarisch grondgebruik; b. behoud en bescherming van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; c. behoud en bescherming van steilranden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - steilrand'; d. behoud en bescherming onverharde en halfverharde wegen; e. de uitoefening van grondgebonden agrarische bedrijven; f. intensieve veehouderij, uitsluitend ter plaatse van de aanduidingen 'intensieve veehouderij', met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' de oppervlakte van de intensieve veehouderij niet meer mag bedragen dan de bestaande oppervlakte; g. gebruiksgerichte paardenhouderij, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'paardenhouderij'; h. behoud en ontwikkeling van recreatief medegebruik; i. bedrijfswoning, met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per bouwvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' is geen bedrijfswoning toegestaan; j. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit, met dien verstande dat: 1. uitsluitend detailhandel in agrarische producten die op het eigen bedrijf of in de directe omgeving daarvan zijn geproduceerd en/of agrarische producten die op het eigen bedrijf en/of in de directe omgeving daarvan op een ander agrarisch bedrijf zijn bewerkt. Onder agrarische producten worden tevens streekproducten en aanverwante artikelen, passend in het assortiment van boerderijwinkels, gerekend; 2. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit uitsluitend is toegestaan binnen de bestaande bebouwing en het verkoopvloeroppervlak niet meer mag bedragen dan 200 m2; k. nevenactiviteiten, met de nadere functie welke is weergegeven in de navolgende tabel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - nevenactiviteit': Adres
Nevenactiviteit
Prinsenbaan 18
Minicamping
Annendaalderweg 23
Kinderdagverblijf
Hofweg 3
Boerderijterras
Dominicusweg 1
Minicamping met maximaal 15 kampeerplaatsen en 6 recreatieappartementen
Dominicusweg 4
Minicamping met maximaal 15 kampeerplaatsen
Brachterzijde 30
Huisvesting seizoensarbeiders en landwinkel
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
27
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Prinsenbaan 104/104a
l.
m. n.
o.
p. q. r. s. t. u.
Hulpen nevenbedrijf met een maximale verkoopruimte van 200 m2 ten behoeve van detailhandel in agrarische producten en voedermiddelen die al dan niet op het eigen bedrijf of in de directe omgeving daarvan zijn geproduceerd en/of agrarische producten die op het eigen bedrijf en/of in de directe omgeving daarvan op een ander agrarisch bedrijf zijn bewerkt. Onder agrarische producten worden tevens streekproducten en aanverwante artikelen, passend in het assortiment van boerderijwinkels, gerekend.
aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk, mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; modelvliegtuigbaan, ter plaatse van de aanduiding 'modelvliegtuigbaan'; waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen ter plaatse van de aanduiding ‘waterberging’; ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenhouderij 1' zijn tevens de volgende functies toegestaan: 1. het insemineren van paarden; 2. het winnen en transplanteren van onder andere eicellen en embryo's van paarden en de opslag/bewaring daarvan, alsmede het uitvoeren van onderzoeken ten behoeve van deze activiteiten; 3. het houden draagmerries; behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarde van de beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'; het verrichten van loon- en mechanisatieactiviteiten, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch – loon- en mechanisatiebedrijf’; een groepsaccommodatie, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch – groepsaccommodatie’; be- en verwerking van mest, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - mestverwerking'; woonruimtes met een maximale oppervlakte van 45 m2 op de eerste verdieping op het perceel aan de Boekhorstweg 2; waterretentie, natuurvriendelijke oevers en het onderhouden van de waterloop voorzover de gronden zijn gelegen binnen 5 m van de bestemming 'Water';
met de daarbij behorende: v. w. x. y. z. aa.
28
nutsvoorzieningen; inritten, erven en terreinen; erfbeplanting; tuinen bij bedrijfswoningen; wegen en paden; water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
4.2
Bouwregels
4.2.1
Toegestane bouwwerken binnen bouwvlakken
Op de gronden als bedoeld in lid 4.1 mogen de onderstaande bouwwerken uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd: a. de bij één agrarisch bedrijf behorende bedrijfsgebouwen, met dien verstande dat uitsluitend de bestaande veestallen zijn toegestaan; b. bedrijfswoning met de daarbij behorende bijbehorende bouwwerken, met in achtneming van het bepaalde in lid 4.1; c. paardenbakken tot een oppervlakte van 1.200 m²; d. andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder begrepen mestplaten, hooibergen, mestsilo's, sleufsilo's, voedersilo's, kuilvoeropslag e.d.; e. teeltondersteunende voorzieningen; f. kassen.
4.2.2
Toegestane bouwwerken binnen de gehele bestemming
Binnen de gehele bestemming mogen uitsluitend worden gebouwd: a. bestaande schuilgelegenheden, met dien verstande dat de schuilgelegenheden op een legale wijze tot stand zijn gekomen; b. bestaande bebouwing, met dien verstande dat de bestaande bebouwing op een legale wijze tot stand is gekomen; c. gebouwen van openbaar nut, zoals trafo's, abri's, schakelstations, meet- en regelstations; d. teeltondersteunende voorzieningen, uitsluitend in de vorm van afdekfolie en minitunnels; e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde zoals paardenbakken, mestplaten, sleufsilo's, kuilvoeropslag e.d., ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding bouwwerken, geen gebouwen zijnde'; f. andere bouwwerken, en niet zijnde de bouwwerken ten behoeve van deze bestemming zoals bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het recreatief medegebruik (o.a. zitbanken en wegwijzers), openbaar nut en verkeersgeleiding en niet zijnde de bouwwerken zoals bedoeld in sublid 4.2.1 onder d.
4.2.3
Bouwen
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in de subleden 4.2.1 en 4.2.2, gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale Maximale Maximale Maximale goothoogte bouwhoogte in oppervlakte in inhoud in in m m m² m³
Bedrijfsgebouwen
7,7
13,2
Geen beperking
Geen beperking
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking
750
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
29
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijbehorende bouwwerken 3,5 bij de bedrijfswoning
5,5
70, met dien Geen verstande dat beperking indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Teeltondersteunende voorzieningen
4
Geen beperking
n.v.t.
Teeltondersteunende n.v.t. voorzieningen, in de vorm van afdekfolie en minitunnels
0,5
Geen beperking
n.v.t.
Kassen
n.v.t.
7
1.000
n.v.t.
Sleufsilo's en n.v.t. mestopslagplaatsen e.d.
6
Geen beperking
Geen beperking
Hooibergen, e.d.
15
Geen beperking
Geen beperking
Erf- en terreinafscheidingen n.v.t. binnen het bouwvlak
2
n.v.t.
n.v.t.
Erf- en terreinafscheidingen n.v.t. buiten het bouwvlak
1,50
n.v.t.
n.v.t.
gebouwen van openbaar nut, 2,7 zoals trafo's, abri's, schakelstations, meet- en regelstations
3,5
15
Geen beperking
Bouwwerken, geen gebouwen n.v.t. zijnde ten behoeve van deze bestemming zoals bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het recreatief medegebruik (o.a. zitbanken en wegwijzers), openbaar nut en verkeersgeleiding
2, met dien Geen verstande dat beperking de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de openbare verkeersverlich ting niet meer dan 6 mag bedragen.
30
n.v.t.
voedersilo's n.v.t.
Geen beperking
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bouwwerken, geen gebouwen n.v.t. zijnde ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding bouwwerken, geen gebouwen zijnde'
8
Geen beperking
Geen beperking
Overkappingen buiten het n.v.t. bouwvlak
2
40 m2 per ha
Geen beperking
overige bouwwerken, geen n.v.t. gebouwen zijnde
2
n.v.t.
n.v.t.
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht; c. een reguliere omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor het bouwen van gebouwen op het adres Hommelweg 10, wordt slechts verleend indien bij de aanvraag wordt aangetoond dat de op te richten bebouwing landschappelijk wordt ingepast en in stand gehouden overeenkomstig Bijlage 4 Landschappelijke inpassing Hommelweg 10.
4.3
Nadere eisen
a. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de landschappelijke en ruimtelijke inpassing, zoals is bedoeld in artikel 37, van de uitbreiding van de agrarische bebouwing binnen het bouwvlak. b. Burgemeester en wethouders kunnen bij toepassing van de bouwregels nadere eisen stellen ten aanzien van behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden, ter voorkoming van aantasting van het zicht op en de landschappelijke inpassing van beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'.
4.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. sublid 4.2.1 ten behoeve van het overschrijden van het bouwvlak en het veranderen van de vorm van het bouwvlak voor het bouwen van bouwwerken, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: 1. de overschrijding mag niet meer bedragen dan 10% van de oppervlakte van het bouwvlak; 2. de overschrijding voor intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij' op de gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' uitsluitend is toegestaan in verband met de wettelijke eisen in het kader van het dierenwelzijn, zonder vergroting van het aantal dieren en indien de inbreidingsmogelijkheden op het bouwvlak hiervoor niet benut kunnen worden; 3. de overschrijding en de vormverandering dient aantoonbaar noodzakelijk te zijn in het kader van een doelmatige bedrijfsvoering; 4. de bebouwing een compact geheel dient te vormen met de bestaande bebouwing; 5. aangrenzende natuur- en landschapswaarden door de overschrijding en de vormverandering niet onevenredig worden aangetast; 6. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
31
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
b.
c.
d.
e.
32
7. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; 8. er geen sprake is van een onevenredige aantasting van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; het landschaps- en bebouwingsbeeld; sublid 4.2.1 ten behoeve van het bouwen van veestallen binnen het bouwvlak, mits is aangetoond dat er geen sprake is van een toename van de ammoniakdepositie in een Natura2000-gebied, danwel dat de depositie geen gevolgen heeft voor de instandhoudingsdoelstelling van het Natura2000-gebied; sublid 4.2.2 ten behoeve van het realiseren van schuilgelegenheden, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de schuilgelegenheid is noodzakelijk uit het oogpunt van dierenwelzijn; 2. de schuilgelegenheid wordt uitsluitend gebruikt voor hobbymatig (agrarisch) gebruik; 3. het perceelsoppervlak bedraagt minimaal 5.000 m² en grenst niet aan het huisperceel van de eigenaar; 4. de schuilgelegenheid wordt aan de rand van perceel opgericht; 5. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 30 m² en de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 m; 6. één wand van de schuilgelenheid dient open te zijn; 7. de landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 8. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; 9. er mag geen buitenopslag plaatsvinden; 10. de gronden zijn niet gelegen ter plaatse van de aanduiding 'open gebied'; 11. de schuilgelegenheid mag niet worden voorzien van bouwwerken, zoals een rijbak, stapmolen, stro- en hooiopslag en parkeerplaats voor een paardentrailer; 12. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; sublid 4.2.2 ten behoeve van het oprichten van tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen dienen direct aansluitend aan het bouwvlak te worden gerealiseerd, tenzij is aangetoond dat er geen mogelijkheden zijn om teeltondersteunende voorzieningen direct aansluitend aan het bouwvlak te realiseren; 2. de tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen maximaal 6 maanden per jaar aanwezig zijn en na afloop geheel worden verwijderd; 3. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; 4. tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen niet zijn toegestaan in de beekdalen zoals zijn weergegeven op kaart 4c van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg; sublid 4.2.2 ten behoeve van het oprichten van hagelnetten, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. hagelnetten niet zijn toegestaan in de beekdalen zoals zijn weergegeven op kaart 4c van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg; 2. de hagelnetten dienen landschappelijk te worden ingepast. Dit betekent in ieder geval dat netten niet mogen doorlopen tot aan de grond en voorts dat er randvoorwaarden kunnen worden gesteld aan de zichtbaarheid van de hagelnetten. Bij het toetsen van de toelaatbaarheid zijn, mede met het oog op de NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
zichtbaarheid, de volgende aspecten van belang: zicht op de continuïteit van het agrarisch bedrijf; beschrijving van de locaties waar de hagelnetten geplaatst worden; invloed van het reliëf op de zichtbaarheid; het gebruikte (constructie)materiaal voor de netten; de aangevraagde oppervlakte hagelnetten; de ligging ten opzichte van wegen, paden, dorpen en bebouwing; 3. er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van de omliggende waarden en functies; 4. de bedrijfseconomische noodzaak is aangetoond; f. sublid 4.2.3 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de woning en de bijbehorende bouwwerken met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven. g. sublid 4.2.3 ten behoeve van het vergroten van de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen buiten het bouwvlak tot ten hoogste 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de grotere bouwhoogte is noodzakelijk in verband met de bestemming; 2. de erfafscheidingen mogen niet gesloten zijn; 3. de landschappelijke waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 4. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; 5. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast.
4.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. het gebruik van meer dan één bouwlaag van een bouwwerk voor het houden van dieren; b. verkooppunten voor motorbrandstoffen; c. seksuele dienstverlening; d. permanente bewoning, voor zover het vrijstaande bijbehorende bouwwerken en recreatieve verblijven (bv. vakantieappartement/vakantiewoning) betreft; e. bewoning als inwoning; f. het gebruik van gronden als volkstuin; g. het beoefenen van lawaaisporten; h. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; i. het stallen van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen buiten het bouwvlak; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
33
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
j.
4.6
de inname van mest van derden, tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - mestverwerking'.
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 4.1 sub i ten behoeve van het realiseren van één bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten', mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. alleen bedrijven die volwaardig zijn en een toekomstperspectief van ten minste tien jaar hebben, komen in aanmerking voor een bedrijfswoning. Ten aanzien van het voorgaande dient een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke, agrarisch deskundige te worden gehoord; 2. de inhoud van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 750 m3; 3. de bedrijfswoning mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven voortvloeiend uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving; 4. de afstand tot kassen en boomgaarden van derden dient tenminste 50 m te bedragen; 5. voldaan moet worden aan de bepalingen ingevolge de Wet geluidhinder; 6. uit een onderzoek naar de bodemkwaliteit dient te blijken dat de bodem geschikt is voor de nieuwe functie; 7. de afwijking bij een omgevingsvergunning niet verleend mag worden ten behoeve van het perceel aan de Beuningerstraat 11; b. lid 4.1 sub k ten behoeve van het toestaan van nevenactiviteiten zoals zijn opgenomen in Bijlage 2 Nevenactiviteiten/functieveranderingen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. nevenactiviteiten uitsluitend zijn toegestaan binnen de bestaande gebouwen gelegen binnen het bouwvlak, met uitzondering van een theetuin, een terras, een hondendressuurterrein, en een kamphuis/blokhut; 2. ondergeschikte en onzelfstandige horeca is toegestaan, mits de oppervlakte niet meer bedraagt dan 50 m2, met uitzondering van een theetuin en een terras; 3. de oppervlakte van nevenactiviteiten niet meer bedraagt dan 500 m2; 4. de totale oppervlakte van nevenactiviteiten per agrarisch bedrijf mag niet meer bedragen dan 750 m2; 5. detailhandel is toegestaan, mits enkel producten worden verkocht die op het eigen bedrijf of in de directe omgeving zijn geproduceerd of bewerkt en de oppervlakte niet meer bedraagt dan 200 m2; 6. de nevenactiviteit mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven voortvloeiend uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving; 7. de verkeersaantrekkende werking is afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. buitenopslag is niet toegestaan; 10. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 11. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden, tenzij op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien; c. lid 4.1 ten behoeve van het toestaan van de tijdelijke huisvesting van 34
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
seizoenarbeiders, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. een dergelijke huisvesting is noodzakelijk vanuit het oogpunt van de tijdelijke grote arbeidsbehoefte in het betreffende agrarische bedrijf; 2. er ontbreken voldoende structurele voorzieningen ten behoeve van tijdelijke huisvesting elders; 3. de huisvesting betreft uitsluitend werknemers die alleen binnen het bedrijf, waar ze gehuisvest zijn, werkzaamheden verrichten; 4. de huisvesting bedraagt niet meer dan 6 maanden per kalenderjaar; 5. het aantal te huisvesten werknemers mag niet meer bedragen dan 20; 6. ten behoeve van de tijdelijke huisvestiging van seizoenarbeiders is tevens het plaatsen van woonunits toegestaan, met dien verstande dat: het aantal woonunits niet meer mag bedragen dan 5; de goothoogte niet meer mag bedragen dan 3; 7. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. de afstand tot kassen en boomgaarden van derden dient tenminste 50 m te bedragen; 10. voldaan moet worden aan de bepalingen ingevolge de Wet geluidhinder; 11. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 12. burgemeester en wethouders trekken deze omgevingsvergunning in, indien de hieraan ten grondslag liggende tijdelijk grote arbeidsbehoefte niet meer aanwezig is; d. lid 4.1 voor de uitoefening van een bed & breakfast, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. de woning waar de bed & breakfast activiteiten plaats vinden heeft een inhoud van minimaal 750 m³; 2. de woonfunctie blijft als hoofdfunctie gehandhaafd; 3. de afstand tot de gronden ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone landbouwontwikkelingsgebied' bedraagt ten minste 250 m; 4. bed & breakfast mag voor maximaal 2 kamers (resp. 4 personen) worden aangeboden; 5. parkeren ten behoeve van bed & breakfast dient op het eigen terrein gerealiseerd te worden waarbij als parkeercijfer één parkeerplaats per kamer wordt gehanteerd, tenzij uit de aanvraag blijkt dat parkeren binnen het openbaar gebied niet leidt tot onevenredige hinder voor de woonomgeving; 6. de landschappelijke, cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het pand, perceel of complex dienen behouden te blijven; 7. de voorziening mag door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering niet (kunnen) functioneren als zelfstandige woning; 8. er mogen geen onevenredige nadelige gevolgen voor het woon- en leefklimaat van omwonenden en de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven ontstaan; e. lid 4.1 ten behoeve van het toestaan van kleinschalig kamperen, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. de gronden niet zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'ecologische hoofdstructuur' en 'provinciale ontwikkelingszone groen'; 2. enkel kampeermiddelen zijn toegestaan met een niet-permanent karakter; 3. kleinschalig kamperen is enkel toegestaan in de periode van 1 maart tot en met 31 oktober; 4. maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan in de voormalige gemeente Echt; 5. maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan in de voormalige gemeente NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
35
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
6. 7. 8. 9.
10.
11.
Susteren, mits: parkeren op eigen erf plaatsvindt; de kampeermiddelen buiten het seizoen worden verwijderd; de afstand tussen de kampeermiddelen en de grens van het bouwvlak mag niet meer bedragen dan 50 m; de afstand tussen de kampeermiddelen en verharde wegen mag niet minder bedragen dan 25 m; het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; nieuwbouw van sanitaire voorzieningen uitsluitend is toegestaan indien dit niet mogelijk is in de bestaande gebouwen, mits; de oppervlakte niet meer bedraagt dan 50 m2; de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3,5 m; parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden, tenzij op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.
4.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 4.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; 2. het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,60 m onder maaiveld, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage; 3. het graven, dempen, danwel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, watergangen, greppels, kolken en overige natuurlijke oppervlaktewateren, alsmede het anderszins verlagen van de waterstand; 4. Het vellen, rooien of beschadigen van houtgewas, alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; 5. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m². 6. het verwijderen van half- en onverharde wegen of paden; 7. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur. b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; 4. op gronden welke zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'; c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend 36
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen en, wanneer mogelijk, een positieve bijdrage wordt geleverd aan de aanwezige cultuurhistorisch-landschappelijke waarden; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
4.8
Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
a. Het is verboden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' gebouwen geheel of gedeeltelijk te slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het slopen; b. Het in sub a vervatte verbod geldt niet voor: 1. sloopwerkzaamheden die het gewone onderhoud betreffen; 2. sloopwerkzaamheden, indien en voor zover daarvoor, op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, reeds een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk is verleend; 3. sloopwerkzaamheden die ten tijde van het inwerkingtreden van het plan in uitvoering waren; 4. sloopwerkzaamheden die zijn bedoeld om de directe gevolgen van calamiteiten of plagen te beperken; c. Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in sub a, kan alleen worden verleend indien de cultuurhistorische waarden die eigen zijn aan de desbetreffende gebouwen niet blijvend onevenredig worden geschaad, dan wel indien deze cultuurhistorische waarden kunnen en zullen worden veiliggesteld dan wel worden teruggebracht; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
4.9
Wijzigingsbevoegdheid
4.9.1
Vergroting van het bouwvlak
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het vergroten van het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. het bouwvlak voor grondgebonden agrarische bedrijven mag na vergroting niet meer bedragen dan 1,5 ha; b. het bouwvlak voor intensieve veehouderijen mag uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied' worden vergroot, met dien verstande dat het bouwvlak na vergroting niet meer mag bedragen dan 2 ha; c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de EHS ter plaatse van de aanduiding 'ecologische hoofstructuur'; d. aangetoond is dat de vergroting van de oppervlakte van het bouwvlak noodzakelijk is in het kader van een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; e. omliggende waarden door de vergroting van de oppervlakte van het bouwvlak niet onevenredig worden aangetast, waartoe in ieder geval onderzoek dient plaats te vinden naar flora en fauna, archeologische waarden, stedenbouwkundige en landschappelijke waarden; f. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van eigenaren en NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
37
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
gebruikers van omliggende gronden, waartoe in ieder geval dient te worden aangetoond dat wordt voldaan aan de normen inzake geur, geluid en luchtkwaliteit; g. er dient aangetoond te zijn dat er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de belangen die betrekking hebben op de waterhuishouding; h. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; i. aangetoond is dat er geen sprake is van een toename van de ammoniakdepositie in een Natura2000-gebied, danwel dat de depositie geen gevolgen heeft voor de instandhoudingsdoelstelling van het Natura2000-gebied.
4.9.2
Natuur
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het wijzigen van de gronden naar de bestemming 'Natuur', mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. de agrarische functie van de aangrenzende, niet bij het bedrijf behorende gronden en bebouwing niet onevenredig wordt belemmerd; b. de gerechtigden ten aanzien van de betreffende gronden zulks wensen.
4.9.3
Wonen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Agrarisch met waarden Landschapswaarden' ter plaatse van het bouwvlak en de tuinen, erven en inritten behorende bij de bedrijfswoning te wijzigen in de bestemming 'Wonen', mits: a. het gebruik als wonen vanuit een oogpunt van een goed woonmilieu aanvaardbaar is, hetgeen onder andere wil zeggen dat uit een ingesteld bodemonderzoek moet blijken dat ter plaatse de kwaliteit van de bodem geschikt is voor de bestemming wonen. Hierbij dient getoetst te worden aan de maximale waarde wonen uit het Besluit bodemkwaliteit; b. het gebruik als wonen de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aantast; c. het aantal woningen na wijziging niet meer mag bedragen dan 1, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt; d. de economische uitvoerbaarheid gegarandeerd is; e. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3. f. voor wat betreft de bouw- en gebruiksregels wordt Artikel 19 Wonen in acht genomen.
4.9.4
Gebruiksgerichte paardenhouderij
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het omschakelen van een agrarisch bedrijf naar een gebruiksgerichte paardenhouderij en de gronden te voorzien van de aanduiding 'paardenhouderij', met dien verstande dat: a. de vestiging van de gebruiksgerichte paardenhouderij geen onevenredige publieksen/of verkeersaantrekkende werking tot gevolg mag hebben; b. de wijziging geen onevenredige beperking mag opleveren van de bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende (agrarische) bedrijven en woningen; c. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 38
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
d. parkeren op eigen erf plaatsvindt.
4.9.5
Plattelandswoning
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het toestaan van wonen, anders dan ten behoeve van het agrarische bedrijf, in een voormalige agrarische bedrijfswoning, met dien verstande dat: a. de gronden niet zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone landbouwontwikkelingsgebied'; b. het aantal (bedrijfs)woningen op het desbetreffende perceel niet toeneemt; c. er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
39
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 5 5.1
Agrarisch met w aarden - Natuur- en landschapsw aarden
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. agrarisch grondgebruik; b. behoud en bescherming van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; c. behoud en bescherming van steilranden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - steilrand'; d. behoud en bescherming onverharde en halfverharde wegen; e. behoud en ontwikkeling van ecologische waarden; f. behoud, herstel en ontwikkeling van ecologische en natuurwaarden van Natura2000-gebieden; g. de uitoefening van grondgebonden agrarische bedrijven; h. intensieve veehouderij, uitsluitend ter plaatse van de aanduidingen 'intensieve veehouderij' en 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied', met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone extensiveringsgebied' de oppervlakte van de intensieve veehouderij niet meer mag bedragen dan de bestaande oppervlakte; i. behoud en ontwikkeling van recreatief medegebruik; j. bedrijfswoning, met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per bouwvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' is geen bedrijfswoning toegestaan; k. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit, met dien verstande dat: 1. uitsluitend detailhandel in agrarische producten die op het eigen bedrijf of in de directe omgeving daarvan zijn geproduceerd en/of agrarische producten die op het eigen bedrijf en/of in de directe omgeving daarvan op een ander agrarisch bedrijf zijn bewerkt. Onder agrarische producten worden tevens streekproducten en aanverwante artikelen, passend in het assortiment van boerderijwinkels, gerekend; 2. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit uitsluitend is toegestaan binnen de bestaande bebouwing en het verkoopvloeroppervlak niet meer mag bedragen dan 200 m2; l. nevenactiviteiten, met de nadere functie welke is weergegeven in de navolgende tabel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - nevenactiviteit': Adres
Nevenactiviteit
Doktor Felsweg 10
Caravanstalling tot een oppervlakte van 500 m2
maximale
m. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk, mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 40
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; n. waterretentie, natuurvriendelijke oevers en het onderhouden van de waterloop voorzover de gronden zijn gelegen binnen 5 m van de bestemming 'Water'; met de daarbij behorende: o. p. q. r. s. t.
nutsvoorzieningen; inritten, erven en terreinen; erfbeplanting; tuinen bij bedrijfswoningen; wegen en paden; water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
5.2
Bouwregels
5.2.1
Toegestane bouwwerken binnen bouwvlakken
Op de gronden als bedoeld in lid 5.1 mogen de onderstaande bouwwerken uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd: a. de bij één agrarisch bedrijf behorende bedrijfsgebouwen, met dien verstande dat uitsluitend de bestaande veestallen zijn toegestaan; b. bedrijfswoning met de daarbij behorende bijbehorende bouwwerken, met in achtneming van het bepaalde in lid 5.1; c. paardenbakken tot een oppervlakte van 1.200 m²; d. andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder begrepen mestplaten, hooibergen, mestsilo's, sleufsilo's, voedersilo's, kuilvoeropslag e.d.; e. teeltondersteunende voorzieningen; f. kassen.
5.2.2
Toegestane bouwwerken binnen de gehele bestemming
Binnen de gehele bestemming mogen uitsluitend worden gebouwd: a. bestaande schuilgelegenheden, met dien verstande dat de schuilgelegenheden op een legale wijze tot stand zijn gekomen; b. bestaande bebouwing, met dien verstande dat de bestaande bebouwing op een legale wijze tot stand is gekomen; c. gebouwen van openbaar nut, zoals trafo's, abri's, schakelstations, meet- en regelstations; d. teeltondersteunende voorzieningen, uitsluitend in de vorm van afdekfolie en minitunnels; e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde zoals paardenbakken, mestplaten, sleufsilo's, kuilvoeropslag e.d., ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding bouwwerken, geen gebouwen zijnde'; f. andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van deze bestemming zoals bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het recreatief medegebruik (o.a. zitbanken en wegwijzers), openbaar nut en verkeersgeleiding en niet zijnde de bouwwerken zoals bedoeld in sublid 5.2.1 onder d.
5.2.3
Bouwen
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in de subleden 5.2.1 en 5.2.2, gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
41
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bouwwerken
Maximale Maximale Maximale Maximale goothoogte bouwhoogte in oppervlakte in inhoud in in m m m² m³
Bedrijfsgebouwen
7,7
13,2
Geen beperking
Geen beperking
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking
750
Bijbehorende bouwwerken 3,5 bij de bedrijfswoning
5,5
70, met dien Geen verstande dat beperking indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Teeltondersteunende voorzieningen
4
Geen beperking
n.v.t.
Teeltondersteunende n.v.t. voorzieningen, in de vorm van afdekfolie en minitunnels
0,5
Geen beperking
n.v.t.
Kassen
n.v.t.
7
1.000
n.v.t.
Sleufsilo's en n.v.t. mestopslagplaatsen e.d.
6
Geen beperking
Geen beperking
Hooibergen, e.d.
15
Geen beperking
Geen beperking
Erf- en terreinafscheidingen n.v.t. binnen het bouwvlak
2
n.v.t.
n.v.t.
Erf- en terreinafscheidingen n.v.t. buiten het bouwvlak
1,50
n.v.t.
n.v.t.
gebouwen van openbaar nut, 2,7 zoals trafo's, abri's, schakelstations, meet- en regelstations
3,5
15
Geen beperking
42
n.v.t.
voedersilo's n.v.t.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bouwwerken, geen gebouwen n.v.t. zijnde ten behoeve van deze bestemming zoals bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het recreatief medegebruik (o.a. zitbanken en wegwijzers), openbaar nut en verkeersgeleiding
2, met dien Geen verstande dat beperking de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de openbare verkeersverlich ting niet meer dan 6 mag bedragen.
Geen beperking
Bouwwerken, geen gebouwen n.v.t zijnde ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding bouwwerken, geen gebouwen zijnde'
8
Geen beperking
Geen beperking
Overkappingen buiten het n.v.t. bouwvlak
2
40 m2 per ha
Geen beperking
overige bouwwerken, geen n.v.t. gebouwen zijnde
2
n.v.t.
n.v.t.
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
5.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de landschappelijke en ruimtelijke inpassing, zoals is bedoeld in artikel 37, van de uitbreiding van de agrarische bebouwing binnen het bouwvlak.
5.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. sublid 5.2.1 ten behoeve van het overschrijden van het bouwvlak en het veranderen van de vorm van het bouwvlak voor het bouwen van bouwwerken, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: 1. de overschrijding mag niet meer bedragen dan 10% van de oppervlakte van het bouwvlak; 2. de overschrijding voor intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij' op de gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' uitsluitend is toegestaan in verband met de wettelijke eisen in het kader van het dierenwelzijn, zonder vergroting van het aantal dieren en indien de inbreidingsmogelijkheden op het bouwvlak hiervoor niet benut kunnen worden; 3. de overschrijding en de vormverandering dient aantoonbaar noodzakelijk te zijn in het kader van een doelmatige bedrijfsvoering; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
43
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
b.
c.
d.
e.
44
4. de bebouwing een compact geheel dient te vormen met de bestaande bebouwing; 5. aangrenzende natuur- en landschapswaarden door de overschrijding en de vormverandering niet onevenredig worden aangetast; 6. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; 7. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; 8. er geen sprake is van een onevenredige aantasting van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; het landschaps- en bebouwingsbeeld; sublid 5.2.1 ten behoeve van het bouwen van veestallen binnen het bouwvlak, mits is aangetoond dat er geen sprake is van een toename van de ammoniakdepositie in een Natura2000-gebied, danwel dat de depositie geen gevolgen heeft voor de instandhoudingsdoelstelling van het Natura2000-gebied; sublid 5.2.2 ten behoeve van het realiseren van schuilgelegenheden, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de schuilgelegenheid is noodzakelijk uit het oogpunt van dierenwelzijn; 2. de schuilgelegenheid wordt uitsluitend gebruikt voor hobbymatig (agrarisch) gebruik; 3. het perceelsoppervlak bedraagt minimaal 5.000 m² en grenst niet aan het huisperceel van de eigenaar; 4. de schuilgelegenheid wordt aan de rand van perceel opgericht; 5. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 30 m² en de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 m; 6. één wand van de schuilgelenheid dient open te zijn; 7. de landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 8. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; 9. er mag geen buitenopslag plaatsvinden; 10. de gronden zijn niet gelegen ter plaatse van de aanduiding 'open gebied'; 11. de schuilgelegenheid mag niet worden voorzien van bouwwerken, zoals een rijbak, stapmolen, stro- en hooiopslag en parkeerplaats voor een paardentrailer; 12. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; sublid 5.2.2 ten behoeve van het oprichten van tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen dienen direct aansluitend aan het bouwvlak te worden gerealiseerd, tenzij is aangetoond dat er geen mogelijkheden zijn om teeltondersteunende voorzieningen direct aansluitend aan het bouwvlak te realiseren; 2. de tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen maximaal 6 maanden per jaar aanwezig zijn en na afloop geheel worden verwijderd; 3. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; 4. tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen niet zijn toegestaan in de beekdalen zoals zijn weergegeven op kaart 4c van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg; sublid 5.2.2 ten behoeve van het oprichten van hagelnetten, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. hagelnetten niet zijn toegestaan in de beekdalen zoals zijn weergegeven op kaart 4c van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
2. de hagelnetten dienen landschappelijk te worden ingepast. Dit betekent in ieder geval dat netten niet mogen doorlopen tot aan de grond en voorts dat er randvoorwaarden kunnen worden gesteld aan de zichtbaarheid van de hagelnetten. Bij het toetsen van de toelaatbaarheid zijn, mede met het oog op de zichtbaarheid, de volgende aspecten van belang: zicht op de continuïteit van het agrarisch bedrijf; beschrijving van de locaties waar de hagelnetten geplaatst worden; invloed van het reliëf op de zichtbaarheid; het gebruikte (constructie)materiaal voor de netten; de aangevraagde oppervlakte hagelnetten; de ligging ten opzichte van wegen, paden, dorpen en bebouwing; 3. er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van de omliggende waarden en functies; 4. de bedrijfseconomische noodzaak is aangetoond; f. sublid 5.2.3 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de woning en de bijbehorende bouwwerken met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven. g. sublid 5.2.3 ten behoeve van het vergroten van de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen buiten het bouwvlak tot ten hoogste 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de grotere bouwhoogte is noodzakelijk in verband met de bestemming; 2. de erfafscheidingen mogen niet gesloten zijn; 3. de landschappelijke waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 4. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS mogen niet worden aangetast; 5. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast.
5.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. het gebruik van meer dan één bouwlaag van een bouwwerk voor het houden van dieren; b. verkooppunten voor motorbrandstoffen; c. seksuele dienstverlening; d. permanente bewoning, voor zover het vrijstaande bijbehorende bouwwerken en recreatieve verblijven (bv. vakantieappartement/vakantiewoning) betreft; e. bewoning als inwoning; f. het gebruik van gronden als volkstuin; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
45
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
g. het beoefenen van lawaaisporten; h. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; i. het stallen van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen buiten het bouwvlak; j. de inname van mest van derden.
5.6
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 5.1 sub j ten behoeve van het realiseren van één bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten', mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. alleen bedrijven die volwaardig zijn en een toekomstperspectief van ten minste tien jaar hebben, komen in aanmerking voor een bedrijfswoning. Ten aanzien van het voorgaande dient een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke, agrarisch deskundige te worden gehoord; 2. de inhoud van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 750 m3; 3. de bedrijfswoning mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven voortvloeiend uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving; 4. de afstand tot kassen en boomgaarden van derden dient tenminste 50 m te bedragen; 5. voldaan moet worden aan de bepalingen ingevolge de Wet geluidhinder; 6. uit een onderzoek naar de bodemkwaliteit dient te blijken dat de bodem geschikt is voor de nieuwe functie; b. lid 5.1 sub l ten behoeve van het toestaan nevenactiviteiten zoals zijn opgenomen in Bijlage 2 Nevenactiviteiten/functieveranderingen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. nevenactiviteiten uitsluitend zijn toegestaan binnen de bestaande gebouwen gelegen binnen het bouwvlak, met uitzondering van een theetuin, een terras, een hondendressuurterrein, en een kamphuis/blokhut; 2. ondergeschikte en onzelfstandige horeca is toegestaan, mits de oppervlakte niet meer bedraagt dan 50 m2, met uitzondering van een theetuin en een terras; 3. de oppervlakte van nevenactiviteiten niet meer bedraagt dan 500 m2; 4. de totale oppervlakte van nevenactiviteiten per agrarisch bedrijf mag niet meer bedragen dan 750 m2; 5. detailhandel is toegestaan, mits enkel producten worden verkocht die op het eigen bedrijf of in de directe omgeving zijn geproduceerd of bewerkt en de oppervlakte niet meer bedraagt dan 200 m2; 6. de nevenactiviteit mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven voortvloeiend uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving; 7. de verkeersaantrekkende werking is afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. buitenopslag is niet toegestaan; 10. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 11. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden, tenzij op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien; 46
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
c. lid 5.1 ten behoeve van het toestaan van de tijdelijke huisvesting van seizoenarbeiders, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. een dergelijke huisvesting is noodzakelijk vanuit het oogpunt van de tijdelijke grote arbeidsbehoefte in het betreffende agrarische bedrijf; 2. er ontbreken voldoende structurele voorzieningen ten behoeve van tijdelijke huisvesting elders; 3. de huisvesting betreft uitsluitend werknemers die alleen binnen het bedrijf, waar ze gehuisvest zijn, werkzaamheden verrichten; 4. de huisvesting bedraagt niet meer dan 6 maanden per kalenderjaar; 5. het aantal te huisvesten werknemers mag niet meer bedragen dan 20; 6. ten behoeve van de tijdelijke huisvestiging van seizoenarbeiders is tevens het plaatsen van woonunits toegestaan, met dien verstande dat: het aantal woonunits niet meer mag bedragen dan 5; de goothoogte niet meer mag bedragen dan 3; 7. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. de afstand tot kassen en boomgaarden van derden dient tenminste 50 m te bedragen; 10. voldaan moet worden aan de bepalingen ingevolge de Wet geluidhinder; 11. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 12. burgemeester en wethouders trekken deze omgevingsvergunning in, indien de hieraan ten grondslag liggende tijdelijk grote arbeidsbehoefte niet meer aanwezig is; d. lid 5.1 voor de uitoefening van een bed & breakfast, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. de woning waar de bed & breakfast activiteiten plaats vinden heeft een inhoud van minimaal 750 m³; 2. de woonfunctie blijft als hoofdfunctie gehandhaafd; 3. de afstand tot de gronden ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone landbouwontwikkelingsgebied' bedraagt ten minste 250 m; 4. bed & breakfast mag voor maximaal 2 kamers (resp. 4 personen) worden aangeboden; 5. parkeren ten behoeve van bed & breakfast dient op het eigen terrein gerealiseerd te worden waarbij als parkeercijfer één parkeerplaats per kamer wordt gehanteerd, tenzij uit de aanvraag blijkt dat parkeren binnen het openbaar gebied niet leidt tot onevenredige hinder voor de woonomgeving; 6. de landschappelijke, cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het pand, perceel of complex dienen behouden te blijven; 7. de voorziening mag door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering niet (kunnen) functioneren als zelfstandige woning; 8. er mogen geen onevenredige nadelige gevolgen voor het woon- en leefklimaat van omwonenden en de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven ontstaan; e. lid 5.1 ten behoeve van het toestaan van kleinschalig kamperen, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. de gronden niet zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'ecologische hoofdstructuur' en 'provinciale ontwikkelingszone groen'; 2. enkel kampeermiddelen zijn toegestaan met een niet-permanent karakter; 3. kleinschalig kamperen is enkel toegestaan in de periode van 1 maart tot en met 31 oktober; 4. maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan in de voormalige gemeente Echt; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
47
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
5. maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan in de voormalige gemeente Susteren, mits: parkeren op eigen erf plaatsvindt; de kampeermiddelen buiten het seizoen worden verwijderd; 6. de afstand tussen de kampeermiddelen en de grens van het bouwvlak mag niet meer bedragen dan 50 m; 7. de afstand tussen de kampeermiddelen en verharde wegen mag niet minder bedragen dan 25 m; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 10. nieuwbouw van sanitaire voorzieningen uitsluitend is toegestaan indien dit niet mogelijk is in de bestaande gebouwen, mits; de oppervlakte niet meer bedraagt dan 50 m2; de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3,5 m.
5.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 5.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; 2. het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,60 m onder maaiveld, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage; 3. het graven, dempen, danwel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, watergangen, greppels, kolken en overige natuurlijke oppervlaktewateren, alsmede het anderszins verlagen van de waterstand; 4. Het vellen, rooien of beschadigen van houtgewas, alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; 5. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m². 6. het verwijderen van half- en onverharde wegen of paden; 7. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur. b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; 4. op gronden welke zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'; c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke, natuurlijke en/of 48
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
cultuurhistorische waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen en, wanneer mogelijk, een positieve bijdrage wordt geleverd aan de aanwezige cultuurhistorisch-landschappelijke waarden; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
5.8
Wijzigingsbevoegdheid
5.8.1
Vergroting van het bouwvlak
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het vergroten van het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. het bouwvlak voor grondgebonden agrarische bedrijven mag na vergroting niet meer bedragen dan 1,5 ha. b. het bouwvlak voor intensieve veehouderijen mag uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied' worden vergroot, met dien verstande dat het bouwvlak na vergroting niet meer mag bedragen dan 2 ha; c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de EHS ter plaatse van de aanduiding 'ecologische hoofdstructuur'; d. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de potenties van de gronden om in de toekomst te functioneren als hamsterbiotoop, ter plaatse van de aanduiding 'hamsterbiotoop'; e. aangetoond is dat de vergroting van de oppervlakte van het bouwvlak noodzakelijk is in het kader van een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; f. omliggende waarden door de vergroting van de oppervlakte van het bouwvlak niet onevenredig worden aangetast, waartoe in ieder geval onderzoek dient plaats te vinden naar flora en fauna, archeologische waarden, stedenbouwkundige en landschappelijke waarden; g. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden, waartoe in ieder geval dient te worden aangetoond dat wordt voldaan aan de normen inzake geur, geluid en luchtkwaliteit; h. er dient aangetoond te zijn dat er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de belangen die betrekking hebben op de waterhuishouding; i. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2; j. aangetoond is dat er geen sprake is van een toename van de ammoniakdepositie in een Natura2000-gebied, danwel dat de depositie geen gevolgen heeft voor de instandhoudingsdoelstelling van het Natura2000-gebied.
5.8.2
Natuur
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het wijzigen van de gronden naar de bestemming 'Natuur', mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. de agrarische functie van de aangrenzende, niet bij het bedrijf behorende gronden en bebouwing niet onevenredig wordt belemmerd; b. de gerechtigden ten aanzien van de betreffende gronden zulks wensen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
49
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
5.8.3
Wonen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Agrarisch met waarden Natuur- en landschapswaarden' ter plaatse van het bouwvlak en de tuinen, erven en inritten behorende bij de bedrijfswoning te wijzigen in de bestemming 'Wonen', mits: a. het gebruik als wonen vanuit een oogpunt van een goed woonmilieu aanvaardbaar is, hetgeen onder andere wil zeggen dat uit een ingesteld bodemonderzoek moet blijken dat ter plaatse de kwaliteit van de bodem geschikt is voor de bestemming wonen. Hierbij dient getoetst te worden aan de maximale waarde wonen uit het Besluit bodemkwaliteit; b. het gebruik als wonen de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aantast; c. het aantal woningen na wijziging niet meer mag bedragen dan 1, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt; d. de economische uitvoerbaarheid gegarandeerd is; e. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3. f. voor wat betreft de bouw- en gebruiksregels wordt Artikel 19 Wonen in acht genomen.
5.8.4
Gebruiksgerichte paardenhouderij
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het omschakelen van een agrarisch bedrijf naar een gebruiksgerichte paardenhouderij en de gronden te voorzien van de aanduiding 'paardenhouderij', met dien verstande dat: a. de vestiging van de gebruiksgerichte paardenhouderij geen onevenredige publieksen/of verkeersaantrekkende werking tot gevolg mag hebben; b. de wijziging geen onevenredige beperking mag opleveren van de bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende (agrarische) bedrijven en woningen; c. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; d. parkeren op eigen erf plaatsvindt.
50
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 6 6.1
Bedrijf
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten die staan vermeld in de categorieën 1 en 2 van Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten, met uitzondering van geluidzoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen; b. in afwijking van het bepaalde onder a zijn op de adressen, welke zijn opgenomen in de navolgende tabel tevens de genoemde bedrijfsactiviteiten toegestaan: Adres
Bedrijfsactiviteit
Op de Baan 7
Schildersbedrijf
Spaanshuisken 20
Dierenpension
Poolmolen 2
Meelfabriek
Molenweg 103
Garagebedrijf
IJsstraat 10
Opslag
Molenweg 73
Veehandel
Prinsenbaan 69
Garagebedrijf
Prinsenbaan 65
Garagebedrijf
Molenweg 4A
Caravanstalling
Bosserheiweg 19
Caravanstalling
Baakhoverweg 37
Gemeentewerf
Baakhoverweg 45
Materiaal verhuurbedrijf
Waldfeuchterbaan 134 Drukkerij Oude Rijksweg Noord Installatiebedrijf 65 melkleidingssystemen Echterboschbaan 33
Hoveniersbedrijf
Heuvel 1
Transport, autohandel
Slekkerstraat 41
Veehandel
Rijksweg Zuid 80
Verhuurbedrijf machines
Rijksweg Zuid 82
Autohandel
Annendaalderweg 30
Bosbouwbedrijf
Heerdstraat 69
Transportbedrijf
Veestraat 9
Timmerbedrijf
Houtweg 1
Opslag
Vonderen 1
Groothandel, recycling afvalstoffen constructiebedrijf
2e Heiweg 1
Hoveniersbedrijf
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
in
garagebedrijf,
van en
51
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
2e Heiweg 1 a t/m y
Bedrijfsverzamelgebouw
Pepinusbrug ongen. Opslag (sectie AB, nr. 326) c. voorzieningen van algemeen nut zoals transformatorgebouwen, gebouwen ten behoeve van de gasvoorzieningen e.d., ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening'; d. waterwinbedrijf met bijbehorende voorzieningen, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - waterwinbedrijf'; e. verkooppunt motorbrandstoffen met lpg, ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg'; f. behoud en bescherming van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; g. bedrijfswoning, met dien verstande dat: 1. het aantal bedrijfswoningen per bestemmingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'. 2. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan; 3. indien de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', de bedrijfswoning enkel is toegestaan binnen het aanduidingsvlak; 4. de bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' aan de Pepinusbrug dient te worden voorzien van een dove gevel aan de naar de weg gekeerde zijde van de bedrijfswoning; h. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - dierenverblijf' is uitsluitend het bieden van onderdak en het verblijf van dieren toegestaan; j. een afsluiterschema, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf afsluiterschema'; k. een rioolwaterzuiveringsinstallatie, ter plaatse van de aanduiding 'waterzuiveringsinstallatie'; l. een rioolwatergemaal, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf rioolwatergemaal'; met de daarbij behorende: m. n. o. p. q. r.
inritten, erven en terreinen; tuinen bij bedrijfswoningen; parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen; waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen; wegen en paden.
waterpartijen,
alsmede
Ten behoeve van de toegestane bedrijfsactiviteiten dient te worden voorzien in voldoende 52
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
parkeergelegenheden op eigen terrein.
6.2
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale goothoogte in m
Maximale Maximale bouwhoogte oppervlakte in m in m²
Bedrijfsgebouwen
6,6
11
De Geen 5 bestaande beperking oppervlakte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
Nutsvoorzieningen, ter n.v.t. plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening'
6
25
n.v.t.
n.v.t.
Bedrijfsgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf waterwinbedrijf'
De bestaande bouwhoogte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
De n.v.t. bestaande oppervlakte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
n.v.t.
5
De Geen n.v.t. bestaande beperking oppervlakte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
De bestaande goothoogte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
Gebouwen ter plaatse 3 van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - dierenverblijf'
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Maximale Minimale inhoud in afstand tot m³ de zijdelingse perceelsgre ns in m
53
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'waterzuiveringsinstallati e'
10, met dien Geen verstande beperking dat de goothoogte van tanks niet meer dan 15 m mag bedragen.
De n.v.t. bestaande oppervlakte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
n.v.t.
Gebouwen ter plaatse 3 van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf rioolwatergemaal'
Geen beperking
Geen beperking
n.v.t.
n.v.t.
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking
750
5
Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoning
3,5
5,5
70, met dien Geen n.v.t. verstande beperking dat indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn
1
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn
2
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf afsluiterschema'
3
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
54
de
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Antennes, uitsluitend n.v.t. toegestaan achter (het verlengde van) de achtergevel van de bedrijfswoning
12
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Overkappingen
3
40
n.v.t.
n.v.t.
bouwwerken, geen n.v.t. gebouwen gebouwen zijnde ter plaatse van de aanduiding 'waterzuiveringsinstallati e'
10
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
6
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
6.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing: a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken; b. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving; c. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving; d. ter waarborging van de verkeersveiligheid; e. ter waarborging van de sociale veiligheid; f. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding; g. ter waarborging van de externe veiligheid.
6.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 6.2 ten behoeve van het vergroten van gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen tot een maximum van 10% van de bestaande gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 4. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
55
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie. b. lid 6.2 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de bedrijfswoning en de bijbehorende bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is; 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven.
6.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; b. detailhandel, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; c. permanente of tijdelijke bewoning, voor zover het vrijstaande bijbehorende bouwwerken betreft; d. een verkooppunt voor motorbrandstoffen (inclusief LPG), tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg'; e. seksuele dienstverlening; f. opslag van goederen en materialen voor de voorgevelrooilijn.
6.6
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 6.1 ten behoeve van: 1. de uitoefening van bedrijfsactiviteiten die zijn opgenomen in een naast-hogere categorie dan de bedrijfsactiviteiten die staan vermeld in de categorieën 1 en 2 van Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten indien deze gelet op de milieubelasting naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig zijn aan de bedrijfsactiviteiten als vermeld in Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten; Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen in elk geval de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens wordt 56
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking. b. lid 6.5 sub a ten behoeve van buitenopslag, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. aangetoond is dat de buitenopslag noodzakelijk is voor de continuïteit van het betreffende bedrijf; 2. de belangen van de omliggende bedrijven en andere functies niet onevenredig worden aangetast; 3. er vindt geen toename van de milieubelasting plaats; 4. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3.
6.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 6.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. Het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen en, wanneer mogelijk, een positieve bijdrage wordt geleverd aan de aanwezige cultuurhistorisch-landschappelijke waarden; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
6.8
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Bedrijf' te wijzigen in de bestemming 'Wonen', mits: a. het gebruik als wonen vanuit een oogpunt van een goed woonmilieu aanvaardbaar is, hetgeen onder andere wil zeggen dat uit een ingesteld bodemonderzoek moet blijken dat ter plaatse de kwaliteit van de bodem geschikt is voor de bestemming wonen. Hierbij dient getoetst te worden aan de maximale waarde wonen uit het Besluit bodemkwaliteit; b. het gebruik als wonen de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
57
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
onevenredig aantast; c. het aantal woningen na wijziging niet meer mag bedragen dan 1, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt; d. de economische uitvoerbaarheid gegarandeerd is; e. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; f. voor wat betreft de bouw- en gebruiksregels wordt Artikel 19 Wonen in acht genomen.
58
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 7 7.1
Bedrijf - Grondstoffenw inning
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf - Grondstoffenwinning' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. kalkzandsteenfabriek en calcineerinrichting met inbegrip van daarbij behorende voorzieningen ten behoeve van bijvoorbeeld het voorbewerken van zand en hergebruik van breukmateriaal; b. de winning van oppervlaktedelfstoffen met de daarbij behorende voorzieningen, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 1'; c. de winning van oppervlaktedelfstoffen, was- en zeefinstallatie, stalling en onderhoud van materieel ten behoeve van de ter plaatse toegestane zandwinning en daaruit voortvloeiende activiteiten en voor de daartoe benodigde voorzieningen en tevens zijn detailhandelsdoeleinden toegestaan, die voortvloeien uit lokale activiteiten als ondergeschikte nevenactiviteit, ter plaatste van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 2'; d. een bedrijfswoning, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per aanduidingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'; e. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; f. schermgroen, ter plaatse van de aanduiding 'groen'; met de daarbij behorende: g. h. i. j. k. l.
inritten, erven en terreinen; tuinen bij bedrijfswoningen; parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen; waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen; wegen en paden.
7.2
Bouwregels
7.2.1
Gebouwen
waterpartijen,
alsmede
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels: 1. gebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak, met dien verstande dat het bebouwingspercentage niet meer mag bedragen dan is aangegeven; 2. de bouwhoogte mag voor maximaal 40% van de bebouwing niet meer dan 35 m bedragen en de bouwhoogte van de overige gebouwen mag niet meer dan 15 m bedragen; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
59
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
b. in afwijking van het bepaalde in sub a gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 1', met uitzondering van het bouwvlak, de volgende regels: 1. de totale oppervlakte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 500 m2; 2. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 4 m; c. in afwijking van het bepaalde in sub a gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 2' de volgende regels: 1. bedrijfsgebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak, met dien verstande dat het bebouwingspercentage niet meer mag bedragen dan 50%; 2. de bouwhoogte mag voor maximaal 25% van de bedrijfsbebouwing niet meer dan 10 m bedragen en de bouwhoogte van de overige bedrijfsbebouwing mag niet meer dan 6 m bedragen; d. voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels: 1. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 6 m en 10 m; 2. de inhoud mag niet meer bedragen dan 750 m3; 3. de goot- en bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 3,5 m en 5,5 m; 4. de oppervlakte van bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 70 m2. 7.2.2
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m; b. de bouwhoogte van schoorstenen binnen het bouwvlak op het adres Saeffelderstraat 10 mag niet meer bedragen dan 41 m; c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 30 m; d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 2' mag de oppervlakte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet zijnde erfen terreinafscheidingen, niet meer dan 300 m2 mag bedragen; e. in afwijking van het bepaalde in sub c gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 1', met uitzondering van het bouwvlak, de volgende regels: 1. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 15 m; 2. de oppervlakte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 750 m2.
7.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd van het bepaalde in lid 7.2 nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en afmetingen van gebouwen en andere bouwwerken indien: a. dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken; b. dit noodzakelijk is in het belang van de landschappelijke en ruimtelijke inpassing, zoals bedoeld in artikel 37.
7.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: 60
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
a. sublid 7.2.1 sub a.1 ten behoeve van het vergroten van het bebouwingspercentage van het bouwvlak, waarvan het bebouwingspercentage niet meer bedraagt dan 60%, tot 80%, mits: 1. voor de vergoting een bedrijfseconomische en/of technische noodzaak bestaat; 2. geen onevenredige schade wordt toegebracht aan de aanwezige landschappelijke en natuurlijke waarden van de aangrenzende gronden; 3. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; b. sublid 7.2.1 sub a.1 ten behoeve van het vergroten van de oppervlakte van het bouwvlak met maximaal 20% ten behoeve van de bedrijfsgebouwen op het adres Saeffelderstraat 10, mits: 1. voor de vergroting een bedrijfseconomisch en/of technische noodzaak bestaat; 2. geen onevenredige schade wordt toegebracht aan de aanwezige landschappelijke en natuurlijke waarden van de aangrenzende gronden; 3. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; c. sublid 7.2.1 sub b.1 ten behoeve van het bouwen van gebouwen met een totale oppervlakte van maximaal 750 m2, mits: 1. er sprake is van een bedrijfseconomische noodzaak; 2. de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad; 3. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; d. sublid 7.2.1 sub c ten behoeve van het bouwen van gebouwen buiten het bouwvlak ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 2', mits: 1. de maximale oppervlakte niet meer bedraagt dan 300 m2; 2. er sprake is van een bedrijfseconomische noodzaak; 3. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3.
7.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. het storten en verwerken van afval met uitzondering van ter plaatse vrijkomende kalkzandsteengranulaat; b. sportdoeleinden; c. het beproeven van voertuigen voor de beoefening van de motorsport; voor het houden van westrijden met motorrijtuigen of (brom)fietsen; d. het opslaan van hout- en aannemersmaterialen, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond; e. het al dan niet ten verkoop opslaan van ongebruikte en/of gebruikte, dan wel geheel of ten dele uit gebruikte onderdelen samengestelde motorrijtuigen of aanhangwagens, welke bruikbaar en niet aan hun bestemming onttrokken zijn, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond; f. opslag-, stort-, lozing- of bergplaats van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen en materialen, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
61
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
de gronden.
7.6
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in lid 7.5 sub f ten behoeve van opslagdoeleinden ten behoeve van ontgrondingsactiviteiten ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf grondstoffenwinning 1', mits er sprake is van een bedrijfseconomische noodzaak en de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad.
7.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'groen' de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het rooien van bomen; 2. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse ledingen, constructies en installaties; 3. het uitvoeren van werken en werkzaamheden ten behoeve van het vervoeren en/of het bergen, opslaan, storten, verzinken of overslaan van stoffen voor de kalkzandsteenfabriek; b. de werken of werkzaamheden als bedoeld onder a zijn slechts toelaatbaar indien hierdoor geen onevenredige schade wordt of kan worden toegebracht aan het schermgroen.
7.8
Wijzigingsbevoegdheid
7.8.1
Natuur
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de gronden te wijzigen in de bestemming 'Natuur' ten behoeve van het behoud/herstel of aanbrengen van natuurwetenschappelijke en/of landschappelijke waarden alsmede dagrecreatief medegebruik indien de gronden niet meer als oppervlaktedelfstoffenwinning in gebruik zijn, de wijziging binnen een door de Gedeputeerde Staten goedgekeurd afwerkingsplan past en de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad. 7.8.2
Afvalverwerking
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 2' te wijzigen ten behoeve van afvalverwerking, uitsluitend indien dit noodzakelijk is voor de realisering van een door de provincie goedgekeurd afwerkingsplan indien dat in overeenstemming is met een door Gedeputeerde Staten verleende vergunning en mits de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad. 7.8.3
wro-zone - wijzigingsgebied 3
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsbevoegdheid 3' te wijzigen ten behoeve van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grondstoffenwinning 1' indien ter plaatse door Gedeputeerde Staten een ontgrondingsvergunning is verleend en mits de waarden van de aangrenzende bestemming en de belangen van derden niet onevenredig wordt geschaad.
62
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 8 8.1
Cultuur en ontspanning
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Cultuur en ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. de uitoefening van een erotisch getint horecabedrijf; b. bedrijfswoning, met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per bestemmingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' is geen bedrijfswoning toegestaan; c. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk, mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; d. behoud en bescherming van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; e. parkeren ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein'; met de daarbij behorende: f. g. h. i. j.
8.2
tuinen, erven en terreinen; parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen; waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen; wegen en paden.
waterpartijen,
alsmede
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale goothoogte in m
Maximale Maximale bouwhoogte oppervlakte in m in m²
Bedrijfsgebouwen
6,6
11
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Maximale Minimale inhoud in afstand tot m³ de zijdelingse perceelsgre ns in m
De Geen 5 bestaande beperking oppervlakte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
63
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfsgebouwen plaatse van aanduiding 'erf'
6,6
11
50
n.v.t.
n.v.t.
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking
750
5
Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoning
3,5
5,5
70, met dien Geen n.v.t. verstande beperking dat indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn
1
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn
2
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Overkappingen
n.v.t.
3
40
n.v.t.
n.v.t.
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
6
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
de ter de
de
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
8.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing: a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken; b. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving. c. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving; 64
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
d. e. f. g.
8.4
ter waarborging ter waarborging ter waarborging ter waarborging
van de verkeersveiligheid; van de sociale veiligheid; van de brandveiligheid en rampenbestrijding; van de externe veiligheid.
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 8.2 ten behoeve van het vergroten van gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen tot een maximum van 10% van de bestaande gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 4. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie. b. lid 8.2 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de bedrijfswoning en de daarbijbehorende bouwwerken met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet 'onevenredige worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven. c. lid 8.2 ten behoeve van het verhogen van de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn tot maximaal 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. er mag geen sprake zijn aantasting van de bestaande landschappelijke waarden; 2. voor zover de erfafscheiding hoger wordt dan 1,5 m dient deze hogere maat te worden uitgevoerd in een open constructie (zoals een spijlenhekwerk).
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
65
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
8.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. b. c. d. e.
perifere detailhandel; wonen, met uitzondering van de bedrijfswoning; permanente of tijdelijke bewoning van vrijstaande bijbehorende bouwwerken; verkooppunten voor motorbrandstoffen (inclusief LPG); opslag van goederen en materialen voor de voorgevellijn.
8.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 8.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. Het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen en, wanneer mogelijk, een positieve bijdrage wordt geleverd aan de aanwezige cultuurhistorisch-landschappelijke waarden; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
8.7
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Cultuur en ontspanning' te wijzigen in de bestemming 'Wonen', mits: a. het gebruik als wonen vanuit een oogpunt van een goed woonmilieu aanvaardbaar is, hetgeen onder andere wil zeggen dat uit een ingesteld bodemonderzoek moet blijken dat ter plaatse de kwaliteit van de bodem geschikt is voor de bestemming wonen. Hierbij dient getoetst te worden aan de maximale waarde wonen uit het Besluit bodemkwaliteit; b. het gebruik als wonen de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aantast; c. het aantal woningen na wijziging niet meer mag bedragen dan 1, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt; d. de economische uitvoerbaarheid gegarandeerd is; 66
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
e. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; f. voor wat betreft de bouw- en gebruiksregels Artikel 19 Wonen in acht wordt genomen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
67
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 9 9.1
Detailhandel
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. detailhandel, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel: Adres
Nadere bestemming
Prinsenbaan 87
Verkoop autobanden
Prinsenbaan 77a
Bloemist
Prinsenbaan 46
Supermarkt
b. bedrijfswoning, met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per bestemmingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' is geen bedrijfswoning toegestaan; c. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk, mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; met de daarbij behorende: d. e. f. g.
tuinen, erven en terreinen; parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen; waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen; h. wegen en paden.
9.2
waterpartijen,
alsmede
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
68
Maximale goothoogte in m
Maximale Maximale bouwhoogte oppervlakte in m in m²
Maximale Minimale inhoud in afstand tot m³ de zijdelingse perceelsgre ns in m
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bedrijfsgebouwen
6,6
11
De Geen 5 bestaande beperking oppervlakte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking
3,5
5,5
70, met dien Geen n.v.t. verstande beperking dat indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn
1
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn
2
n.v.t
n.v.t
n.v.t
Antennes, uitsluitend n.v.t. toegestaan achter (het verlengde van) de achtergevel van de bedrijfswoning
12
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Overkappingen
n.v.t.
3
40
n.v.t.
n.v.t.
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
6
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoning
de
750
5
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
69
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
9.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing: a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken; b. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving. c. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving; d. ter waarborging van de verkeersveiligheid; e. ter waarborging van de sociale veiligheid; f. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding; g. ter waarborging van de externe veiligheid.
9.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 9.2 ten behoeve van het vergroten van gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen tot een maximum van 10% van de bestaande gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 4. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie. b. lid 9.2 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de bedrijfswoning en de daarbijbehorende bouwwerken met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de 70
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven.
9.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. b. c. d. e.
9.6
perifere detailhandel; wonen, met uitzondering van de bedrijfswoning; permanente of tijdelijke bewoning van vrijstaande bijbehorende bouwwerken; verkooppunten voor motorbrandstoffen (inclusief LPG); opslag van goederen en materialen voor de voorgevellijn.
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Detailhandel' te wijzigen in de bestemming 'Wonen', mits: a. het gebruik als wonen vanuit een oogpunt van een goed woonmilieu aanvaardbaar is, hetgeen onder andere wil zeggen dat uit een ingesteld bodemonderzoek moet blijken dat ter plaatse de kwaliteit van de bodem geschikt is voor de bestemming wonen. Hierbij dient getoetst te worden aan de maximale waarde wonen uit het Besluit bodemkwaliteit; b. het gebruik als wonen de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aantast; c. het aantal woningen na wijziging niet meer mag bedragen dan 1, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt; d. de economische uitvoerbaarheid gegarandeerd is; e. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; f. voor wat betreft de bouw- en gebruiksregels wordt Artikel 19 Wonen in acht genomen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
71
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 10 10.1
Horeca
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. horeca, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel: Adres
Nadere bestemming
Spaanhuisken 13
Horeca I
Heerenstraat 3a
Horeca I
Waldfeuchterbaan 97
Horeca I
Waldfeuchterbaan 108
Horeca I
Rijksweg Zuid 35
Horeca I
Pepinusbrug 8
Horeca I
Haarenderweg 1
Horeca I
Annendaalderweg 73
Horeca I
Akerstraat 26
Horeca I en Horeca II
b. bedrijfswoning, met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per bestemmingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' is geen bedrijfswoning toegestaan; c. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk, mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; d. behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarde van de beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'; met de daarbij behorende: e. f. g. h. i.
tuinen, erven en terreinen; parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen; waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen; wegen en paden.
10.2
waterpartijen,
alsmede
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
72
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bouwwerken
Maximale goothoogte in m
Maximale Maximale bouwhoogte oppervlakte in m in m²
Bedrijfsgebouwen
6,6
11
De Geen 5 bestaande beperking oppervlakte, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking
Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoning
3,5
5,5
70, met dien Geen n.v.t. verstande beperking dat indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn
1
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn
2
n.v.t
n.v.t
n.v.t
Antennes, uitsluitend n.v.t. toegestaan achter (het verlengde van) de achtergevel van de bedrijfswoning
12
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Overkappingen
n.v.t.
3
40
n.v.t.
n.v.t.
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
6
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
de
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Maximale Minimale inhoud in afstand tot m³ de zijdelingse perceelsgre ns in m
750
5
73
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
10.3
Nadere eisen
a. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing: 1. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken; 2. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving. 3. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving; 4. ter waarborging van de verkeersveiligheid; 5. ter waarborging van de sociale veiligheid; 6. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding; 7. ter waarborging van de externe veiligheid. b. Burgemeester en wethouders kunnen bij toepassing van de bouwregels nadere eisen stellen ten aanzien van behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden, ter voorkoming van aantasting van het zicht op en de landschappelijke inpassing van beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'.
10.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 10.2 ten behoeve van het vergroten van gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen tot een maximum van 10% van de bestaande gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 4. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie. b. lid 10.2 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de bedrijfswoning en de daarbijbehorende bouwwerken met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een 74
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven.
10.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. b. c. d. e.
perifere detailhandel; wonen, met uitzondering van de bedrijfswoning; permanente of tijdelijke bewoning van vrijstaande bijbehorende bouwwerken; verkooppunten voor motorbrandstoffen (inclusief LPG); opslag van goederen en materialen voor de voorgevellijn.
10.6
Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
a. Het is verboden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' gebouwen geheel of gedeeltelijk te slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het slopen; b. Het in sub a vervatte verbod geldt niet voor: 1. sloopwerkzaamheden die het gewone onderhoud betreffen; 2. sloopwerkzaamheden, indien en voor zover daarvoor, op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, reeds een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk is verleend; 3. sloopwerkzaamheden die ten tijde van het inwerkingtreden van het plan in uitvoering waren; 4. sloopwerkzaamheden die zijn bedoeld om de directe gevolgen van calamiteiten of plagen te beperken. c. Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in sub a, kan alleen worden verleend indien de cultuurhistorische waarden die eigen zijn aan de desbetreffende gebouwen niet blijvend onevenredig worden geschaad, dan wel indien deze cultuurhistorische waarden kunnen en zullen worden veiliggesteld dan wel worden teruggebracht; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
10.7
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Horeca' op de adressen Pepinusbrug 2a en 6a te wijzigen in de bestemming 'Wonen', mits: a. het gebruik als wonen vanuit een oogpunt van een goed woonmilieu aanvaardbaar is, hetgeen onder andere wil zeggen dat uit een ingesteld bodemonderzoek moet blijken dat ter plaatse de kwaliteit van de bodem geschikt is voor de bestemming wonen. NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
75
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
f.
Hierbij dient getoetst te worden aan de maximale waarde wonen uit het Besluit bodemkwaliteit; het gebruik als wonen de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aantast; het aantal woningen na wijziging niet meer mag bedragen dan 1, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt; de economische uitvoerbaarheid gegarandeerd is; aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; voor wat betreft de bouw- en gebruiksregels wordt Artikel 19 Wonen in acht genomen.
76
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
b. c. d. e.
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 11 11.1
Maatschappelijk
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. maatschappelijke en culturele voorzieningen, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel: Adres
Nadere bestemming
Spaanhuisken 8
Behoud van de cultuurhistorische en architectonische waarde van de kapel
Kapelaan Verdonschot 30
Verenigingsdoeleinden
Maaseikerpad 1
Jongerencentrum
Bosweg 1
- evenementen- en activiteitenterrein; - opslag en onderhoudsdoeleinden ten behoeve van de plaatselijke fanfare.
Pepinusbrug 6a
Maatschappelijke voorzieningen
Pepinusbrug 2a
Asielzoekerscentrum
Patersweg
Klooster
b. begraafplaats, ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats'; c. een zenden ontvangstmast, ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie'; d. een bedrijfswoning, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per aanduidingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'; e. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; f. behoud, herstel en ontwikkeling van ecologische en natuurwaarden van Natura 2000-gebieden; g. behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarde van de beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'; met de daarbij behorende: h. tuinen, erven en terreinen; i. parkeervoorzieningen, met dien verstande dat deze op eigen terrein dienen te worden gerealiseerd, tenzij op andere wijze in voldoende parkeerbehoefte kan worden voorzien; j. groenvoorzieningen; k. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings en infiltratievoorzieningen; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
77
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
l.
wegen en paden.
11.2
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale Maximale Maximale goothoogte bouwhoogte in oppervlakte in m m in m²
Gebouwen
6,6, tenzij anders is aangegeve n.
Gebouwen, plaats van aanduiding 'begraafplaats'
ter 4 de
Bedrijfswoning
6
78
Maximale Minimale inhoud in afstand tot m³ de zijdelingse perceelsgren s in m
11, tenzij anders is aangegeven, met uitzondering van klokkentorens en klokkenstoelen, die mogen hoger zijn dan 10 m.
De bestaande Geen 5 oppervlakte, beperking mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
7
De bestaande Geen 5 oppervlakte, beperking mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
10
Geen beperking
750
5
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijbehorende 3,5 bouwwerken bij de bedrijfswoning
5,5
70, met dien Geen n.v.t. verstande dat beperking indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats'
2
n.v.t
n.v.t
n.v.t.
Overige n.v.t. bouwwerken, geen gebouwen zijnde ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats'
4
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Overkappingen
3
40
n.v.t
n.v.t.
8
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t
Overige n.v.t. bouwwerken, geen gebouwen zijnde
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
11.3
Nadere eisen
a. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing: 1. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken; 2. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving; 3. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving; 4. ter waarborging van de verkeersveiligheid; 5. ter waarborging van de sociale veiligheid; 6. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding; 7. ter waarborging van de externe veiligheid; b. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering van nieuw NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
79
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
op te richten gebouwen op een bestemmingsvlak waarop een rijksmonument aanwezig is, teneinde te voorkomen dat de cultuurhistorische waarde van een zodanig pand onevenredig wordt aangetast. c. Burgemeester en wethouders kunnen bij toepassing van de bouwregels nadere eisen stellen ten aanzien van behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden, ter voorkoming van aantasting van het zicht op en de landschappelijke inpassing van beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'.
11.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 11.2 ten behoeve van het vergroten van gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen tot een maximum van 10% van de bestaande gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 4. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie. b. lid 11.2 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de bedrijfswoning en de daarbijbehorende bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven.
80
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
11.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. detailhandel, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; b. wonen, tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'; c. permanente of tijdelijke bewoning van vrijstaande bijbehorende bouwwerken; d. verkooppunten voor motorbrandstoffen (inclusief LPG); e. opslag van goederen en materialen voor de voorgevellijn.
11.6
Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
a. Het is verboden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' gebouwen geheel of gedeeltelijk te slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het slopen; b. Het in sub a vervatte verbod geldt niet voor: 1. sloopwerkzaamheden die het gewone onderhoud betreffen; 2. sloopwerkzaamheden, indien en voor zover daarvoor, op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, reeds een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk is verleend; 3. sloopwerkzaamheden die ten tijde van het inwerkingtreden van het plan in uitvoering waren; 4. sloopwerkzaamheden die zijn bedoeld om de directe gevolgen van calamiteiten of plagen te beperken. c. Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in sub a, kan alleen worden verleend indien de cultuurhistorische waarden die eigen zijn aan de desbetreffende gebouwen niet blijvend onevenredig worden geschaad, dan wel indien deze cultuurhistorische waarden kunnen en zullen worden veiliggesteld dan wel worden teruggebracht; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
11.7
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Maatschappelijk' te wijzigen in de bestemming 'Wonen', uitsluitend voor Pepinusbrug 2a en 6a, mits: a. het gebruik als wonen vanuit een oogpunt van een goed woonmilieu aanvaardbaar is, hetgeen onder andere wil zeggen dat uit een ingesteld bodemonderzoek moet blijken dat ter plaatse de kwaliteit van de bodem geschikt is voor de bestemming wonen. Hierbij dient getoetst te worden aan de maximale waarde wonen uit het Besluit bodemkwaliteit; b. het gebruik als wonen de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aantast; c. het aantal woningen na wijziging niet meer mag bedragen dan 1, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt; d. de economische uitvoerbaarheid gegarandeerd is; e. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; f. voor wat betreft de bouw- en gebruiksregels Artikel 19 Wonen in acht wordt genomen. NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
81
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
82
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 12 12.1
Natuur
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. l. m. n. o. p. q. r. s. t.
behoud, herstel en versterking van landschappelijke, aardkundige en natuurwaarden; op natuurbeheer gericht agrarisch grondgebruik; behoud en herstel van rust binnen het gebied; behoud en herstel van aanwezig reliëf; behoud en bescherming van steilranden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - steilrand'; behoud en ontwikkeling van de archeologische waarden; behoud en herstel van de aanwezige poelen en watergangen; behoud, herstel en ontwikkeling van ecologische en natuurwaarden van Natura 2000-gebieden; behoud en bescherming van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; houtproductie, ter plaatse van de aanduiding 'bos'; wonen, ter plaatse van de aanduiding 'wonen'; jachthut, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - jachthut''; scouting, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - scouting'; boswachtershut, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur boswachtershut'; trainingsbaan, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur trainingsbaan'; hondentrimterrein, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur hondentrimterrein'; waterretentie, natuurvriendelijke oevers en het onderhouden van de waterloop; extensief recreatief medegebruik; behoud en bescherming onverharde en halfverharde wegen; bestaande perceelsontsluitingen;
met de daarbij behorende: u. verkeersvoorzieningen; v. voorzieningen van openbaar nut.
Binnen de bestemming 'Natuur' is het beleid primair gericht op behoud en versterking van de ecologische en landschappelijke kwaliteiten. Het bieden van mogelijkheden voor recreatief medegebruik mag geen afbreuk doen aan deze primaire doelstelling. Het hele gebied binnen deze bestemming mag in beginsel worden gebruikt voor extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik zijn beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan, zoals picknicktafels, bankjes, bewegwijzering e.d.
12.2
Bouwregels
12.2.1 Gebouwen Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan, tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduidingen: 1. 'specifieke vorm van natuur - jachthut'; 2. 'wonen'; 3. 'specifieke vorm van natuur - scouting'; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
83
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
b. c. d. e.
4. 'specifieke vorm van natuur - boswachtershut'; 5. 'specifieke vorm van natuur - trainingsbaan'; de oppervlakte van de gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - jachthut' mag niet meer bedragen dan 35 m2; de inhoud van de gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'wonen' mag niet meer bedragen dan 300 m3; ter plaatse van de aanduiding 'wonen' zijn de gebouwen uitsluitend toegestaan op de bestaande locatie; ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van natuur - scouting', 'specifieke vorm van natuur - boswachtershut', 'specifieke vorm van natuur - trainingsbaan' en 'specifieke vorm van natuur - hondentrimterrein' is uitsluitend de bestaande bebouwing toegestaan.
12.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van hoogzitten mag niet meer bedragen dan 4,5 m; b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet zijnde erf- en terreinafscheidingen, mag niet meer bedragen dan 2 m.
12.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. sublid 12.2.1 sub a ten behoeve van het realiseren van beheerschuur ten behoeve van het beheer van het onderhoud van de gronden voor doeleinden als beschreven in lid 12.1, met dien verstande dat: 1. het bouwwerk ter plaatse noodzakelijk is voor het beheer en het onderhoud van de gronden; 2. het bouwwerk betrekking heeft op een beheersobject van tenminste 50 ha; 3. de inhoud niet meer bedraagt dan 50 m3; 4. de goothoogte niet meer bedraagt dan 3 m; 5. de bouwhoogte niet meer bedraagt 4,5 m; 6. het bouwwerk geen aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken voer- of vaartuig betreft; 7. uit een onderzoek naar de bodemkwaliteit is gebleken dat de bodem geschikt is voor de nieuwe voorziening; 8. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS niet mogen worden aangetast; b. lid 12.2.2 ten behoeve van het oprichten van een brandtoren/uitzichtstoren, met dien verstande dat: 1. de toren vanuit een oogpunt van brandpreventie of brandbestrijding noodzakelijk is, respectievelijk uit het oogpunt van educatie gewenst is; 2. uit een onderzoek naar de bodemkwaliteit is gebleken dat de bodem geschikt is voor de nieuwe functie; 3. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS niet mogen worden aangetast; c. lid 12.2.2 ten behoeve van het oprichten van bouwwerken ten behoeve van recreatief medegebruik, met dien verstande dat: 1. de inhoud van gebouwen niet meer bedraagt dan 50 m3; 2. de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 4,5 m; 3. de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS niet mogen worden aangetast; d. lid 12.2.2 ten behoeve van het oprichten van erf- en terreinafscheidingen, met dien verstande dat: 84
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
1. 2. 3. 4.
12.4
de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 2 m; er sprake is van een open afrastering; de afrastering noodzakelijk is voor de bedrijfsvoering; de wezenlijke waarden en kenmerken van de EHS niet mogen worden aangetast.
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. agrarische doeleinden, behoudens voorzover dat ten dienste staat van de instandhouding of ontwikkeling van de natuurwaarden; b. het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest; c. het gebruik van gronden als volkstuin; d. het gebruik voor recreatiedoeleinden, behoudens extensief recreatief medegebruik; e. het beoefenen van lawaaisporten; f. paardenbakken; g. militair gebruik; h. het winnen van bosstrooisel of mos, behoudens voor zover dit ten dienste staat aan het instandhouden van de natuurwaarden; i. houtwinning, tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bos'.
12.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 12.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; 2. het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,60 m onder maaiveld, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage; 3. het graven, dempen, danwel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, watergangen, greppels, kolken en overige natuurlijke oppervlaktewateren, alsmede het anderszins verlagen van de waterstand; 4. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m²; 5. het verwijderen van half- en onverharde wegen of paden; 6. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur; 7. het ontginnen van de gronden, behoudens voor zover dit ten dienste staat aan het instandhouden van de natuurwaarden; 8. het vellen/rooien van bos alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden landschapselement', tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bos'. b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
85
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen. c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen en, wanneer mogelijk, een positieve bijdrage wordt geleverd aan de aanwezige cultuurhistorisch-landschappelijke waarden; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
86
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 13 13.1
Recreatie - Dagrecreatie
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Dagrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. dagrecreatie, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel: Adres
Nadere bestemming
Op den Dijk ong
Schutterij
Karrebosserveldweg ong.
Schutterij
Baakhoverweg 2
Schutterij
Pissummerweg 8
Schutterij
Bosweg 4
Schutterij
Krimweg 1
Schutterij
Kavinksbosch 10A
Clublokaal
b. ondergeschikte horeca, met dien verstande dat ondergeschikte horeca enkel is toegestaan ten dienste van de functie 'schutterij'; met de daarbij behorende: c. tuinen, erven en terreinen; d. parkeervoorzieningen, met dien verstande dat deze op eigen terrein dienen te worden gerealiseerd, tenzij op andere wijze in voldoende parkeerbehoefte kan worden voorzien; e. groenvoorzieningen; f. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen; g. wegen en paden.
13.2
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. indien het bestemmingsvlak is voorzien van een bouwvlak dienen de gebouwen binnen het bouwvlak te worden gebouwd; b. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale Maximale Maximale goothoogte in bouwhoogte in oppervlakte m m m²
Gebouwen
6,6
11
De bestaande Geen oppervlakte, beperking mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
Gebouwen op het adres 6,6 Krimweg 1
11
75
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Maximale in inhoud in m³
Geen beperking
87
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bouwwerken op het Bestaand adres Kavinksbosch 10A
Bestaand
Bestaand
Bestaand
Schietbomen schutterijen
voor n.v.t.
20
n.v.t.
n.v.t.
Lichtmasten
n.v.t.
12
n.v.t.
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen
2
n.v.t
n.v.t
Overkappingen
n.v.t.
3
40
n.v.t
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
4
n.v.t.
n.v.t.
c. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder b dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
13.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 13.2 ten behoeve van het vergroten van gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van gebouwen tot een maximum van 10% van de bestaande gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van gebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding is noodzakelijk voor de continuïteit van de recreatieve voorziening; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 4. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie.
13.4
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; b. bedrijfsactiviteiten; c. detailhandel; d. horeca, met uitzondering van het bepaalde in lid 13.1 sub b; e. wonen.
88
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 14 14.1
Recreatie - Verblijfsrecreatie
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. verblijfsrecreatie, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel: Adres
Nadere bestemming
Opmerkingen
Krimweg 1a
Camping
- Het aantal kampeermiddelen mag niet meer bedragen dan 76. - Het aantal recreatiewoningen mag niet meer bedragen dan 4. - Het aantal trekkershutten mag niet meer bedragen dan 2.
Brugweg 89
Camping
- Het aantal kampeermiddelen mag niet meer bedragen dan 390. - Recreatiewoningen zijn niet toegestaan. - Trekkershutten zijn niet toegestaan.
Hommelweg 1a
Vakantieappart ementen met daarbij behorende voorzieningen.
-Het aantal appartementen mag niet meer bedragen dan 19. - Het aantal kampeermiddelen mag niet meer bedragen dan 15, met dien verstande dat in de periode van 15 maart tot en met 31 oktober het aantal kampeermiddelen niet meer mag bedragen dan 25.
Hommelweg 2
Recreatiepark met daarbij behorende dagrecreatieve voorzieningen, detailhandel en dienstverlening
- Het aantal recreatiewoningen mag niet meer bedragen dan 150. - Het aantal stacaravans mag niet meer bedragen dan 360. - Trekkershutten zijn tevens toegestaan.
Hombergstraat 30
één n.v.t. recreatiewoning met zwembad
Waldfeuchterbaan 107
Camping, met - het aantal kampeerplaatsen mag niet meer het daarbij bedragen dan 15 behorende boerderijterras en detailhandel ten behoeve van de camping.
b. ondergeschikte horeca, met dien verstande dat ondergeschikte horeca enkel is toegestaan ten dienste van de functie 'verblijfsrecreatie'; c. een bedrijfswoning, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per aanduidingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
89
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
wooneenheden'; d. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; e. behoud en bescherming van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; met de daarbij behorende: a. b. c. d.
voorzieningen ten behoeve van onderhoud en beheer; sanitaire voorzieningen; tuinen, erven en terreinen; parkeervoorzieningen, met dien verstande dat deze op eigen terrein dienen te worden gerealiseerd, tenzij op andere wijze in voldoende parkeerbehoefte kan worden voorzien; e. groenvoorzieningen; f. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen; g. wegen en paden.
14.2
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. indien het bestemmingsvlak is voorzien van een bouwvlak dienen de gebouwen binnen het bouwvlak te worden gebouwd; b. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale Maximale Maximale goothoogte in bouwhoogte in oppervlakte m m m²
Gebouwen
6,6
11
De bestaande Geen oppervlakte, beperking mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking 750
90
Maximale in inhoud in m³
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoning
3,5
5,5
70, met dien Geen verstande dat beperking indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 2 100 m .
n.v.t.
12
n.v.t.
n.v.t.
Sport- en spelattributen n.v.t.
8
n.v.t.
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen
2
n.v.t
n.v.t
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
4
n.v.t.
n.v.t.
de
Lichtmasten
c. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder b dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht; d. in afwijking van sub b, met uitzondering van de regels voor de bedrijfswoning en bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning, gelden voor het recreatiepark op het adres Hommelweg 2 de volgende regels 1. voor het bouwen van recreatiewoningen gelden de volgende regels: bijbehorende bouwwerken mogen vrijstaand worden opgericht; de oppervlakte van de recreatiewoning en de daarbij behorende bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 100 m2; de goothoogte van de recreatiewoning en de daarbij behorende bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 3,5 m; 2. voor het plaatsen van stacaravans gelden de volgende regels: het aantal bijbehorende bouwwerken per stacaravan mag niet meer bedragen dan 1; de oppervlakte van een bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 25 m2; de bouwhoogte van een stacaravan en een daarbij behorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 3,8 m; 3. voor het bouwen van trekkershutten gelden de volgende regels: de oppervlakte van een trekkershut mag niet meer bedragen dan 35 m2; de bouwhoogte van een trekkershut mag niet meer bedragen dan 3,2 m; 4. voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van onderhoud en beheer gelden de volgende regels: de totale oppervlakte van gebouwen voor sanitaire voorzieningen mag niet meer bedragen dan 3.000 m2; de totale oppervlakte van gebouwen voor beheer en onderhoud mag niet meer bedragen dan 400 m2; de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 6,5 m; 5. voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van recreatieve voorzieningen gelden NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
91
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
de volgende regels: de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen voor recreatieve voorzieningen mag niet meer bedragen dan 3.000 m2; de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 6,5 m en 9 m; 6. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m; de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 15 m.
14.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing: a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken; b. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving. c. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving; d. ter waarborging van de verkeersveiligheid; e. ter waarborging van de sociale veiligheid; f. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding; g. ter waarborging van de externe veiligheid.
14.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 14.2 ten behoeve van het vergroten van gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van gebouwen tot een maximum van 10% van de bestaande gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van gebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de gronden niet zijn gelegen op het adres Hommelweg 2; 2. de uitbreiding is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering; 3. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 4. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 5. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 6. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie. b. lid 14.2 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de bedrijfswoning en de daarbijbehorende bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' met ten 92
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven.
14.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; b. detailhandel; c. bedrijfsactiviteiten; d. permanente bewoning, met uitzondering van bedrijfswoningen ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'.
14.6
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 14.1 ten behoeve van het vergroten van het aantal kampeermiddelen tot een maximum van 10% van het bestaande aantal kampeermiddelen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 4. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
93
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 15 15.1
Sport
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. sportvoorzieningen, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel: Adres
Nadere bestemming
Akerstraat ong.
Crosscircuit, niet zijnde Niet toegestaan Niet toegestaan een geluidzoneringsplichtige inrichting.
Bergweg 14
Manege
Toegestaan
Toegestaan
Molenweg 42a
Manege
Toegestaan
Toegestaan
Wolfsberg 20
Manege
Toegestaan
Toegestaan
Zandweg 10
Manege
Toegestaan
Toegestaan
Oude Rijksweg zuid Manege 58
Toegestaan
Toegestaan
Prinsenbaan/Blauwe Steenweg
Sportterrein
Toegestaan
Niet toegestaan
Schrevenhofsweg 21
Sportterrein
Toegestaan
Niet toegestaan
Maaseikerpad 3
Sportterrein
Toegestaan
Niet toegestaan
Hommelweg 3
Golfbaan
Toegestaan
Niet toegestaan
Louerstraat 15
Sportterrein
Toegestaan
Niet toegestaan
Toegestaan
Toegestaan
Leenderdwarsstraat 3 Manege
Ondergeschikte Ondergeschikte horeca detailhandel
b. ondergeschikte horeca, met dien verstande dat ondergeschikte horeca enkel is toegestaan op de adressen zoals zijn weergegeven in sub a; c. ondergeschikte detailhandel, met dien verstande dat ondergeschikte detailhandel enkel is toegestaan op de adressen zoals zijn weergegeven in sub a; d. een bedrijfswoning, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', met dien verstande dat het aantal bedrijfswoningen per aanduidingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'; e. aan huis verbonden beroep in de bedrijfswoning en/of bijbehorend bouwwerk ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; f. behoud en bescherming van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - landschapselement'; 94
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
met de daarbij behorende: g. tuinen, erven en terreinen; h. parkeervoorzieningen, met dien verstande dat deze op eigen terrein dienen te worden gerealiseerd, tenzij op andere wijze in voldoende parkeerbehoefte kan worden voorzien; i. groenvoorzieningen; j. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen; k. wegen en paden.
15.2
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. indien het bestemmingsvlak is voorzien van de aanduiding bouwvlak dienen de gebouwen binnen het bouwvlak te worden gebouwd; b. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale Maximale Maximale goothoogte in bouwhoogte in oppervlakte m m m²
Gebouwen
6,6
11
De bestaande Geen oppervlakte, beperking mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
Bedrijfswoning
6
10
Geen beperking 750
3,5
5,5
70, met dien Geen verstande dat beperking indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Tribunes , geen n.v.t. gebouwen zijnde, ten behoeve van het crosscircuit.
3,5
500
n.v.t.
Sport- en spelattributen n.v.t.
8
n.v.t.
n.v.t.
Lichtmasten
12
n.v.t.
n.v.t.
Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoning
de
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
n.v.t.
Maximale in inhoud in m³
95
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen
2
n.v.t
n.v.t
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
4
n.v.t.
n.v.t.
c. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder b dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
15.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing: a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken; b. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving. c. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving; d. ter waarborging van de verkeersveiligheid; e. ter waarborging van de sociale veiligheid; f. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding; g. ter waarborging van de externe veiligheid.
15.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 15.2 ten behoeve van het vergroten van gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van bedrijfsgebouwen tot een maximum van 10% van de bestaande gezamenlijke bebouwingsoppervlakte van gebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. natuur- en landschapswaarden worden door de vergroting niet onevenredig aangetast; 4. deze uitbreiding heeft niet eerder plaatsgevonden middels een afwijking bij een omgevingsvergunning; 5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie. b. lid 15.2 ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de bedrijfswoning en de daarbijbehorende bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 96
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is. 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven.
15.5
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik; b. bedrijfsactiviteiten; c. detailhandel; d. horeca, met uitzondering van het bepaalde in lid 15.1 sub b; e. wonen, tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
97
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 16 16.1
Verkeer
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. b. c. d. e.
wegen, straten en paden met hoofdzakelijk een verkeers- en verblijfsfunctie; voet- en rijwielpaden; parkeervoorzieningen; groenvoorzieningen, waaronder bermen en beplanting; behoud en bescherming van steilranden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - steilrand'; f. straatmeubilair; g. voorzieningen van algemeen nut; h. geluidswerende voorzieningen; i. faunavoorzieningen; j. kunstwerken; k. waterlopen en waterpartijen; l. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
Het aantal rijstroken mag niet meer bedragen dan het bestaande aantal.
16.2
Bouwregels
16.2.1 Gebouwen Op of in deze gronden is het bouwen van gebouwen niet toegestaan.
16.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 15 m bedragen; b. overkappingen zijn niet toegestaan; c. in afwijking van het bepaalde onder a mag de hoogte van lichtmasten en portalen voor geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer maximaal 18 m bedragen.
16.3
Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor: a. verkooppunten voor motorbrandstoffen; b. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond; c. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.
98
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
16.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - steilrand' de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
99
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 17 17.1
Verkeer - Spoorverkeer
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Spoorverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. b. c. d. e. f. g. h. i.
spoorweg; parkeervoorzieningen; groenvoorzieningen, waaronder bermen en beplanting; voorzieningen van algemeen nut; geluidswerende voorzieningen; kunstwerken; waterlopen en waterpartijen; boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen. evenementen.
17.2
Bouwregels
17.2.1 Gebouwen Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. op of in deze gronden is het bouwen van gebouwen niet toegestaan, met uitzondering van seinhuisjes, transformatorstations, onderstations, schakelstations en relaishuisjes; b. de goot- en bouwhoogte van seinhuisjes, transformatorstations, onderstations, schakelstations en relaishuisjes mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 4,5 m en 9 m; c. de bebouwde oppervlakte per seinhuisje, transformatorstation, onderstation, schakelstation of relaishuisje mag niet meer bedragen dan 150 m2.
17.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 15 m bedragen; b. overkappingen zijn niet toegestaan; c. in afwijking van het bepaalde onder a mag de hoogte van lichtmasten en portalen voor geleiding, beveiliging en regeling van het railverkeer maximaal 18 m bedragen.
100
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 18 18.1
Water
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. bescherming, beheer en onderhoud van watergangen en waterpartijen; b. de ontvangst, berging en/of afvoer van water; c. behoud en ontwikkeling van ecologische waarden, waaronder meandering van de watergang/beek en behoud van aanwezig poelen beplanting; d. behoud, herstel en ontwikkeling van ecologische en natuurwaarden van Natura 2000-gebieden; e. scheepvaart; f. behoud en bescherming van steilranden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - steilrand'; g. waterhuishoudkundige voorzieningen.
18.2
Bouwregels
18.2.1 Gebouwen Op of in deze gronden is het bouwen van gebouwen niet toegestaan.
18.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 10 m2; b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3,5 m.
18.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - steilrand' de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
101
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 19 19.1
Wonen
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen, met dien verstande dat: 1. het aantal woningen per bestemmingsvlak niet meer mag bedragen dan 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'; 2. in afwijking van het bepaalde onder 1 is het bouwen van nieuwe woningen, anders dan vervangende nieuwbouw, niet toegestaan, tenzij de gronden zijn gelegen binnen de kadastrale percelen gemeente Echt, sectie AD, nr. 56 en gemeente Roosteren, sectie F, nr. 131; 3. in afwijking van het bepaalde onder 1 is ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - woning uitgesloten' het bouwen van woningen niet toegestaan; b. nevenactiviteiten, met de nadere functie welke is weergegeven in de navolgende tabel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - nevenactiviteit': Adres
Nevenactiviteit
Grensweg 16
Caravanstalling
c. aan huis verbonden beroep in de woning en/of bijbehorend bouwwerk, mits: 1. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft; 2. de (mede) daarvoor in gebruik te nemen vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de woning en de daarbij bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2; 3. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte detailhandel ondergeschikt aan de uitoefening van het aan huis gebonden beroep, mits de te koop aangeboden goederen en/ of producten een relatie hebben met het aan huis gebonden beroep; 4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; d. één paardenbak per bestemmingsvlak waarvan de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 800 m2; e. behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarde van de beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'; f. het hobbymatig houden van dieren en telen van gewassen; met de daarbij behorende: g. h. i. j. k. l.
nutsvoorzieningen; inritten, erven en terreinen; tuinen; parkeervoorzieningen; wegen en paden; water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
19.2
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
102
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bouwwerken
Maximale goothoogte in m
Maximale Maximale bouwhoogte oppervlakte in m in m²
Maximale Minimale inhoud in afstand tot m³ de zijdelingse perceelsgre ns in m
Woning
6,6
11
Geen beperking
750, met 5 dien verstande dat de inhoud van de woning aan de Gebroeker straat 6 niet meer mag bedragen dan 1100 m3.
Bijbehorende bouwwerken
3,5
5,5
70, met dien Geen n.v.t. verstande beperking dat indien de oppervlakte van het bouwperceel meer dan 500 m2 bedraagt de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan 100 m2.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn
1
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn
2
n.v.t
n.v.t
n.v.t
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
103
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Antennes, uitsluitend n.v.t. toegestaan achter (het verlengde van) de achtergevel van de woning
12
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Overkappingen
n.v.t.
3
40
n.v.t.
n.v.t.
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
3
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht; c. bijbehorende bouwwerken zijn enkel toegestaan achter de voorgevelrooilijn van de woning, met dien verstande dat de afstand van de voorgevel van de woning en het verlengde daarvan tot het bijbehorende bouwwerk niet minder dan 5 mag bedragen; d. ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' zijn geen bijbehorende bouwwerken toegestaan; e. indien de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' dient de woning binnen het bouwvlak gebouwd te worden; f. ter plaatse van de aanduiding 'aaneengebouwd' dienen de woningen aaneen te worden gebouwd. g. de afstand van de meeste nabijgelegen gevel van bijbehorende bouwwerken tot de woning mag niet meer dan 40 m bedragen; h. herbouw van bestaande woningen is, voorzover het de situering van de woning betreft, uitsluitend toegestaan indien en voor zover: 1. de herbouw grotendeels plaatsvindt op de (voor zover aanwezig) bestaande fundamenten; 2. de voorgevel van de te herbouwen woning wordt geplaatst in de (voormalige) voorgevelrooilijn; 3. de bouwwijze (vrijstaand of aaneengebouwd) van de te herbouwen woning(en) niet afwijkt van de bouwwijze van de oorspronkelijke woning(en); 4. de overige bepalingen ingevolge lid 19.2 in acht wordt genomen; i. ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1' is uitsluitend de bestaande bebouwing toegestaan.
19.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen bij toepassing van de bouwregels nadere eisen stellen ten aanzien van behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden, ter voorkoming van aantasting van het zicht op en de landschappelijke inpassing van beeldbepalende panden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'.
19.4
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 19.2 sub a ten behoeve van het vergroten van de inhoud van woningen, mits alle voormalige (agrarische) bedrijfsgebouwen worden gesloopt, uitgezonderd de bij recht toegestane oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken, met dien verstande dat de vergroting van de woningen niet meer mag bedragen dan is weergegeven in de navolgende tabellen, tot een maximum van 1.250 m3; 104
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Gesloopte oppervlakte (agrarische) bedrijfsgebouwen
voormalige Extra uitbreiding van de woning in m3
0 - 500 m2
0,5 m3 per gesloopte m2
500 - 750 m2
0,35 m3 per gesloopte m2
> 750 m2
0,20 m3 per gesloopte m2
b. lid 19.2 sub a ten behoeve van het vergroten van de inhoud van woningen indien er geen sprake is van voormalige (agrarische) bedrijfsgebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven; 2. er mag geen sprake zijn van onevenredige aantasting van de bestaande landschappelijke waarden; 3. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de stedenbouwkundige situatie; de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie. c. lid 19.2 sub a ten behoeve van het vergroten van de toegestane oppervlakte van bijbehorende bouwwerken, mits alle voormalige (agrarische) bedrijfsgebouwen worden gesloopt, uitgezonderd de bij recht toegestane oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken, met dien verstande dat de vergroting van de toegestane oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan is weergegeven in de navolgende tabellen, tot een maximum van 400 m2; Gesloopte oppervlakte (agrarische) bedrijfsgebouwen
voormalige Toegestane oppervlakte van bijbehorende bouwwerken
0 - 300 m2
60% van de gesloopte oppervlakte
> 300 m2
40% van de gesloopte oppervlakte
d. lid 19.2 sub a ten behoeve van het verkleinen van de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens tot minimaal 2,5 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven; 2. de afstand tot kassen en boomgaarden van derden dient ten minste 50 m te bedragen; 3. de situatie is uit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar; 4. er mag geen sprake zijn van onevenredige aantasting van de bestaande landschappelijke waarden. e. lid 19.2 sub a ten behoeve van het bouwen in de zijdelingse perceelsgrens, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de uitbreiding mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven; 2. de afstand tot kassen en boomgaarden van derden dient ten minste 50 m te bedragen; 3. de situatie is uit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar; 4. er mag geen sprake zijn van onevenredige aantasting van de bestaande landschappelijke waarden. f. lid 19.2 sub a ten behoeve van het verhogen van de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn tot maximaal 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. er mag geen sprake zijn aantasting van de bestaande landschappelijke waarden; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
105
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
2. voor zover de erfafscheiding hoger wordt dan 1,5 m dient deze hogere maat te worden uitgevoerd in een open constructie (zoals een spijlenhekwerk). g. lid 19.2 sub a ten behoeve van het uitbreiden van de omvang van de woning en de bijbehorende bouwwerken met ten hoogste 75 m3 ten behoeve van mantelzorg, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de goothoogte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 3,5 m en de bouwhoogte niet meer dan 5,5 m; 2. de uitbreiding dient zich te beperken tot de begane grondbouwlaag. Een kapconstructie kan echter worden toegestaan indien dit uit architectonisch en beeldkwalitatief oogpunt geboden is; 3. er mag geen extra woning worden gecreëerd. Er moet dus sprake blijven van één woning: door de uitbreiding mogen niet twee volledig gescheiden of gemakkelijk te scheiden wooneenheden ontstaan met elk alle voor een huishouden benodigde voorzieningen; 4. de cultuurhistorische en architectonische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast; 5. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven; h. lid 19.2 sub h ten behoeve van het toestaan van het herbouwen van een woningen buiten de bestaande funderingen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. er op enig punt aansluiting plaatsvindt op de bestaande funderingen; dit betekent dat de nieuwe situering van de te herbouwen woning in ieder geval aan dient te sluiten op de voormalige situering; 2. de nieuwe situering van de woning stedenbouwkundig en milieukundig aanvaardbaar is; 3. de nieuwe situering van de woning niet leidt tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven.
19.5
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in: a. lid 19.1 ten behoeve van het splitsen van een voormalige boerderij in twee woningen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. de splitsing van de voormalige boerderij in twee woningen uitsluitend is toegestaan indien de bestaande inhoud van de woning meer dan 1.000 m3 bedraagt; 2. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 3. de wijziging mag niet leiden tot aantasting van landschappelijke waarden en natuurwaarden; 4. de wijziging geen onevenredige aantasting tot gevolg heeft voor: de milieusituatie; de verkeersveiligheid; de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; de sociale veiligheid. b. lid 19.1 voor de uitoefening van een aan huis verbonden bedrijf in het hoofdgebouw of bijbehorend bouwwerk onder de volgende voorwaarden: 1. de woonfunctie blijft in overwegende mate gehandhaafd; 2. de woning blijft voldoen aan het Bouwbesluit en de bouwverordening; 3. degene die eigenaar/gebruiker is van de woning is ook degene die het aan huis 106
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
verbonden bedrijf uitoefent; 4. maximaal 30% van de begane grondvloeroppervlakte van het hoofdgebouw wordt gebruikt voor de uitoefening van het aan huis verbonden bedrijf, met een maximum van 75 m² in het hoofdgebouw en/of bijbehorend bouwwerk; 5. het gebruik levert geen ernstige hinder op voor het woonmilieu c.q. doet geen afbreuk aan het woonkarakter van de woning of de buurt; 6. het gebruik levert geen ernstige hinder op voor de agrarische bedrijven in de omgeving; 7. geen medewerking wordt verleend aan bedrijven, anders dan voorkomend in milieucategorie 1 of 2 van Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten, danwel naar aard, omvang en invloed op de omgeving daaraan gelijkgesteld; 8. uitoefening van de activiteit vindt uitsluitend plaats op de begane grond; 9. er vindt geen detailhandel plaats, behoudens van ondergeschikte aard in ter plaatse vervaardigde of aan het bedrijf of beroep gelieerde producten; 10. er mogen geen zodanig verkeersaantrekkende activiteiten plaatsvinden die de woonomgeving onevenredig belasten en ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeerplaatsen, noodzakelijk worden; 11. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden, tenzij op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien; c. lid 19.1 voor de uitoefening van een bed & breakfast onder de volgende voorwaarden: 1. de woning waar de bed & breakfast activiteiten plaats vinden heeft een inhoud van minimaal 750 m³; 2. de woonfunctie blijft als hoofdfunctie gehandhaafd; 3. de afstand tot de gronden ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone landbouwontwikkelingsgebied' bedraagt ten minste 250 m; 4. bed & breakfast mag voor maximaal 2 kamers (resp. 4 personen) worden aangeboden; 5. parkeren ten behoeve van bed & breakfast dient op het eigen terrein gerealiseerd te worden waarbij als parkeercijfer één parkeerplaats per kamer wordt gehanteerd, tenzij uit de aanvraag blijkt dat parkeren binnen het openbaar gebied niet leidt tot onevenredige hinder voor de woonomgeving; 6. de landschappelijke, cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het pand, perceel of complex dienen behouden te blijven; 7. de voorziening mag door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering niet (kunnen) functioneren als zelfstandige woning; 8. er mogen geen onevenredige nadelige gevolgen voor het woon- en leefklimaat van omwonenden en de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven ontstaan. d. lid 19.1 sub b ten behoeve van het toestaan van nevenactiviteiten zoals zijn opgenomen in Bijlage 2 Nevenactiviteiten/functieveranderingen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. nevenactiviteiten uitsluitend zijn toegestaan binnen de bestaande gebouwen, met uitzondering van een theetuin en een terras; 2. ondergeschikte en onzelfstandige horeca is toegestaan, mits de oppervlakte niet meer bedraagt dan 50 m2, met uitzondering van een theetuin en een terras; 3. de oppervlakte van nevenactiviteiten niet meer bedraagt dan 500 m2; 4. de totale oppervlakte van nevenactiviteiten per woning mag niet meer bedragen dan 750 m2; 5. detailhandel is toegestaan, mits enkel producten worden verkocht die op het eigen bedrijf of in de directe omgeving zijn geproduceerd of bewerkt en de oppervlakte niet meer bedraagt dan 200 m2; 6. de nevenactiviteit mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende agrarische bedrijven voortvloeiend uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving; NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
107
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
7. de verkeersaantrekkende werking is afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie; 8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast; 9. buitenopslag is niet toegestaan; 10. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; 11. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden, tenzij op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.
19.6
Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
a. Het is verboden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' gebouwen geheel of gedeeltelijk te slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het slopen; b. Het in sub a vervatte verbod geldt niet voor: 1. sloopwerkzaamheden die het gewone onderhoud betreffen; 2. sloopwerkzaamheden, indien en voor zover daarvoor, op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, reeds een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk is verleend; 3. sloopwerkzaamheden die ten tijde van het inwerkingtreden van het plan in uitvoering waren; 4. sloopwerkzaamheden die zijn bedoeld om de directe gevolgen van calamiteiten of plagen te beperken. c. Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in sub a, kan alleen worden verleend indien de cultuurhistorische waarden die eigen zijn aan de desbetreffende gebouwen niet blijvend onevenredig worden geschaad, dan wel indien deze cultuurhistorische waarden kunnen en zullen worden veiliggesteld dan wel worden teruggebracht; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
108
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 20 20.1
Wonen - Woonw agencentrum
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - Woonwagencentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. een woonwagencentrum, met dien verstande dat het aantal standplaatsen niet meer mag bedragen dan is aangegeven; met de daarbij behorende: b. c. d. e. f.
nutsvoorzieningen; inritten, erven en terreinen; tuinen; wegen en paden; water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
20.2
Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels: a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven: Bouwwerken
Maximale goothoogte in m
Maximale bouwhoogte in m
Maximale oppervlakte in m²
Woonwagen
3,5
Geen beperking
Geen beperking
Bijbehorende bouwwerken
3
Geen beperking
30
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn
1
n.v.t.
Erfen n.v.t. terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn
2
n.v.t
Overkappingen
3
40
3,5
n.v.t.
n.v.t.
overige bouwwerken, n.v.t. geen gebouwen zijnde
b. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder a dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
109
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 21 21.1
Leiding - Hoogspanning
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en/of bescherming van: a. bovengrondse hoogspanningsleidingen met een vrijwaringstrook ter breedte van 20/29/36 meter aan weerszijden van de leiding ter plaatse van de bestemming 'Leiding - Hoogspanning'; b. bovengrondse hoogspanningsleidingen.
21.2
Bouwregels
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen van deze gronden, mogen op of in deze bestemming begrepen gronden uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leiding(en) worden opgericht.
21.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in artikel 21.2 ten behoeve van het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemmingen, met dien verstande dat deze gebouwen en bouwwwerken, geen gebouwen zijnde uitsluitend toelaatbaar zijn indien de belangen in verband met de betrokken leiding(en) zich hier niet tegen verzetten en het bevoegd gezag hierover tijdig tevoren schriftelijk advies heeft ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
21.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 21.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het aanbrengen van bovengrondse kabels of leidingen; 2. het wijzigen van het bestaande bodemniveau door ophogingen of afgravingen of het verrichten van andere graafwerkzaamheden; 3. het aanbrengen van hoogopgaande bomen of beplantingen; 4. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties of apparatuur hoger dan 2,5 meter; 5. het opslaan van materialen of stoffen, die onder bepaalde omstandigheden gevaar van brand of explosie kunnen opleveren; 6. het aanbrengen van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakte verhardingen; 7. het indrijven van voorwerpen in de bodem; b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen. 110
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen, nadat de leidingbeheerder schriftelijk advies heeft uitgebracht.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
111
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 22 22.1
Leiding - Ondergronds
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Ondergronds' aangewezen gronden zijn mede bestemd voor: a. de aanleg, instandhouding en/of bescherming van gas-, olie- en stikstofleidingen; b. ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - brandstof' is tevens het transport van vloeibare koolwaterstoffen en etheen toegestaan.
22.2
Bouwregels
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen van deze gronden, mogen op of in deze bestemming begrepen gronden uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leiding(en) worden opgericht.
22.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in artikel 22.2 ten behoeve van het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemmingen, met dien verstande dat deze gebouwen en bouwwwerken, geen gebouwen zijnde uitsluitend toelaatbaar zijn indien de belangen in verband met de betrokken leiding(en) zich hier niet tegen verzetten en het bevoegd gezag hierover tijdig tevoren schriftelijk advies heeft ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
22.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 22.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere gesloten oppervlakteverhardingen; 2. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op een andere wijze indrijven van voorwerpen in de bodem; 3. het aanbrengen van ondergrondse kabels of leidingen; 4. het wijzigen van het bestaande bodemniveau door ophogingen of afgravingen of het verrichten van andere graafwerkzaamheden; 5. het vellen, rooien of aanbrengen van diepwortelende en/of hoogopgaande bomen of beplantingen; 6. diepploegen; 7. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties, apparatuur of objecten zoals lichtmasten, wegwijzers, informatiepanelen en ander straatmeubilair; 8. het tijdelijk of permanent opslaan van goederen; 9. het inrichten van (tijdelijke) evenemententerreinen. b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het 112
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; 4. op werken en/of werkzaamheden die gericht zijn op het verwijderen van diepwortelende beplantingen en bomen door of namens de leidingbeheerder van de in lid 22.1 bedoelde leiding c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen. Alvorens te beslissen omtrent de omgevingsvergunning wordt de betreffende leidingbeheerder gehoord.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
113
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 23 23.1
Leiding - Riool
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor bescherming en onderhoud van de rioolwatertransportleiding.
23.2
Bouwregels
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen van deze gronden, mogen op of in deze bestemming begrepen gronden uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leiding(en) worden opgericht.
23.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in artikel 23.2 ten behoeve van het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemmingen, met dien verstande dat deze gebouwen en bouwwwerken, geen gebouwen zijnde uitsluitend toelaatbaar zijn indien de belangen in verband met de betrokken leiding(en) zich hier niet tegen verzetten en het bevoegd gezag hierover tijdig tevoren schriftelijk advies heeft ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
23.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 23.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; 2. het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,60 m onder maaiveld, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage; 3. het graven, dempen, danwel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, watergangen, greppels, kolken en overige natuurlijke oppervlaktewateren, alsmede het anderszins verlagen van de waterstand; 4. het bebossen of anderszins beplanten van gronden met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters in verband met tuinbouw of als houtteelt; 5. het aanleggen van landschapselementen; 6. het vellen of rooien van bos, alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden landschapselement'; 7. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m²; 8. het verwijderen van onverharde wegen of paden; 9. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en 114
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
apparatuur; 10. het heien of anderszins inbrengen van voorwerpen in de grond; b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen. c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen. Alvorens te beslissen omtrent de omgevingsvergunning wordt de betreffende leidingbeheerder gehoord.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
115
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 24 24.1
Waarde - Archeologie 1
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden gelegen. 24.2
Bouwregels
24.2.1 Binnen de dubbelbestemming Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd die voor archeologisch onderzoek noodzakelijk zijn. 24.2.2 Binnen de overige bestemmingen Voor het bouwen binnen de andere daar voorkomende bestemmingen zijn de desbetreffende regels behorende bij die bestemmingen van toepassing, met dien verstande dat indien de bodemverstoring als gevolg van het bouwen dieper is dan 0,40 m onder maaiveld én de omvang van de bodemingreep groter is dan 100 m² dan dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag kunnen of zullen worden verstoord naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld of waaruit blijkt dat: a. het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kunnen worden gewaarborgd of; b. de archeologische waarden door de beoogde bouwwerkzaamheden niet onevenredig worden geschaad. 24.2.3 Uitzonderingen Het indienen van een ingevolge artikel 24.2.2 vereist archeologisch onderzoek kan achterwege blijven indien de archeologische waarde of verwachtingswaarde van de gronden in andere beschikbare informatie, welke is erkend en geaccepteerd door de beroepsgroep archeologie, afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. 24.2.4 Voorwaarden omgevingsvergunning Indien uit het in artikel 24.2.2 genoemde rapport blijkt dat archeologische waarden van de gronden door de beoogde bouwwerkzaamheden kunnen of zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorwaarden verbinden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de uitvoering van de bodemverstorende activiteit te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
24.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden, indien uit het onderzoek als bedoeld in artikel 24.2.2 of artikel 24.4.3 is gebleken, dat ter plaatse beschermingswaardige archeologische waarden aanwezig zijn. Toepassing van deze bevoegdheid mag niet leiden tot een onevenredige beperking van het meest doelmatige gebruik.
116
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
24.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden 24.4.1 Vergunningplicht Het is verboden op de in artikel 24.1 bedoelde gronden de navolgende werken (geen bouwwerken zijnde) of werkzaamheden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning: a. grondbewerkingen, zoals het ophogen, afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en ontginnen van gronden; b. het slopen van funderingen; c. het aanleggen of verbreden van wegen, paden of parkeergelegenheid en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen; d. het aanleggen of verbreden van sloten, vijvers en andere wateren en het aanleggen van drainage; e. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies; f. het aanleggen van bos of boomgaard, danwel het rooien hiervan waarbij stobben worden verwijderd. 24.4.2 Uitzonderingen Het bepaalde in artikel 24.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden: a. die het normale onderhoud, gebruik en/of beheer betreffen, danwel van ondergeschikte betekenis zijn; b. die reeds in uitvoering zijn, danwel krachtens een verleende omgevingsvergunning mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan; c. waarbij de bodemverstoring beperkt is tot maximaal 40 cm onder maaiveld. 24.4.3 Archeologisch onderzoek Indien een omgevingsvergunning vereist is en de bodemverstoring als gevolg van de werken/werkzaamheden dieper is dan 0,40 m onder maaiveld én de omvang van de bodemingreep groter is dan 100 m² dient de aanvrager een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag kunnen of zullen worden verstoord naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld of waaruit blijkt dat: a. het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kan worden gewaarborgd of; b. de archeologische waarden door de beoogde werken/werkzaamheden niet onevenredig worden geschaad. 24.4.4 Uitzonderingen op de onderzoeksplicht Het indienen van een ingevolge artikel 24.4.3 vereist archeologisch onderzoek kan achterwege blijven, indien de archeologische waarde of verwachtingswaarde van de gronden in andere beschikbare informatie, welke is erkend en geaccepteerd door de beroepsgroep archeologie, afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. 24.4.5 Regels omgevingsvergunning Indien uit het in 24.4.3 genoemde rapport blijkt dat archeologische waarden van de gronden door de beoogde werken/werkzaamheden kunnen of zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorwaarden verbinden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de uitvoering van de bodemverstorende activiteit te laten begeleiden NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
117
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
24.5
Wijzigingsbevoegdheid
24.5.1 Verwijderen dubbelbestemming Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien: a. uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn; b. het niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan voorziet in bescherming van deze waarden; c. aanwezige archeologische waarden in voldoende mate zijn veiliggesteld.
118
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 25 25.1
Waarde - Archeologie 2
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden gelegen in de historische dorpskern van danwel een ander niet beschermd AMK-terrein. 25.2
Bouwregels
25.2.1 Binnen de dubbelbestemming Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd die voor archeologisch onderzoek noodzakelijk zijn. 25.2.2 Binnen de overige bestemmingen Voor het bouwen binnen de andere daar voorkomende bestemmingen zijn de desbetreffende regels behorende bij die bestemmingen van toepassing, met dien verstande dat, indien de bodemverstoring als gevolg van het bouwen dieper is dan 0,40 m onder maaiveld én de omvang van de bodemingreep groter is dan 250 m² dan dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag kunnen of zullen worden verstoord naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld of waaruit blijkt dat: a. het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kunnen worden gewaarborgd of; b. de archeologische waarden door de beoogde bouwwerkzaamheden niet onevenredig worden geschaad. 25.2.3 Uitzonderingen Het indienen van een ingevolge artikel 25.2.2 vereist archeologisch onderzoek kan achterwege blijven indien de archeologische waarde of verwachtingswaarde van de gronden in andere beschikbare informatie, welke is erkend en geaccepteerd door de beroepsgroep archeologie, afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. 25.2.4 Voorwaarden omgevingsvergunning Indien uit het in artikel 25.2.2 genoemde rapport blijkt dat archeologische waarden van de gronden door de beoogde bouwwerkzaamheden kunnen of zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorwaarden verbinden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de uitvoering van de bodemverstorende activiteit te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
25.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden, indien uit het onderzoek als bedoeld in artikel 25.2.2 of artikel 25.4.3 is gebleken, dat ter plaatse beschermingswaardige archeologische waarden aanwezig zijn. Toepassing van deze bevoegdheid mag niet leiden tot een onevenredige beperking van het meest doelmatige gebruik. NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
119
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
25.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden 25.4.1 Vergunningplicht Het is verboden op de in artikel 25.1 bedoelde gronden de navolgende werken (geen bouwwerken zijnde) of werkzaamheden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning: a. grondbewerkingen, zoals het ophogen, afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en ontginnen van gronden; b. het slopen van funderingen; c. het aanleggen of verbreden van wegen, paden of parkeergelegenheid en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen; d. het aanleggen of verbreden van sloten, vijvers en andere wateren en het aanleggen van drainage; e. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies; f. het aanleggen van bos of boomgaard, danwel het rooien hiervan waarbij stobben worden verwijderd. 25.4.2 Uitzonderingen Het bepaalde in artikel 25.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden: a. die het normale onderhoud, gebruik en/of beheer betreffen, danwel van ondergeschikte betekenis zijn; b. die reeds in uitvoering zijn, danwel krachtens een verleende omevingsvergunning mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtredng van dit plan; c. waarbij de bodemverstoring beperkt is tot maximaal 40 cm onder maaiveld. 25.4.3 Archeologisch onderzoek Indien een omgevingsvergunning vereist is en de bodemverstoring als gevolg van de werken/werkzaamheden dieper is dan 0,40 m onder maaiveld én de omvang van de bodemingreep groter is dan 250 m² dient de aanvrager een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag kunnen of zullen worden verstoord naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld of waaruit blijkt dat: a. het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kan worden gewaarborgd of; b. de archeologische waarden door de beoogde werken/werkzaamheden niet onevenredig worden geschaad. 25.4.4 Uitzonderingen op de onderzoeksplicht Het indienen van een ingevolge artikel 25.4.3 vereist archeologisch onderzoek kan achterwege blijven, indien de archeologische waarde of verwachtingswaarde van de gronden in andere beschikbare informatie, welke is erkend en geaccepteerd door de beroepsgroep archeologie, afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. 25.4.5 Regels omgevingsvergunning Indien uit het in artikel 25.4.3 genoemde rapport blijkt dat archeologische waarden van de gronden door de beoogde werken/werkzaamheden kunnen of zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorwaarden verbinden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; 120
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de uitvoering van de bodemverstorende activiteit te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
25.5
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien: a. uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn; b. het niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan voorziet in bescherming van deze waarden; c. aanwezige archeologische waarden in voldoende mate zijn veiliggesteld.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
121
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 26 26.1
Waarde - Archeologie 3
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden gelegen in droge en natte landschappen met hoge en/of middelhoge archeologische verwachtingswaarde, danwel een provinciaal aandachtsgebied met hoge en/of middelhoge archeologische verwachtingswaarde. 26.2
Bouwregels
26.2.1 Binnen de dubbelbestemming Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd die voor archeologisch onderzoek noodzakelijk zijn. 26.2.2 Binnen de overige bestemmingen Voor het bouwen binnen de andere daar voorkomende bestemmingen zijn de desbetreffende regels behorende bij die bestemmingen van toepassing, met dien verstande dat, indien de bodemverstoring als gevolg van het bouwen dieper is dan '0,40 m' onder maaiveld én de omvang van de bodemingreep groter is dan 500 m² dan dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag kunnen of zullen worden verstoord naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld of waaruit blijkt dat: a. het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kunnen worden gewaarborgd of; b. de archeologische waarden door de beoogde bouwwerkzaamheden niet onevenredig worden geschaad. 26.2.3 Uitzonderingen Het indienen van een ingevolge artikel 26.2.2 vereist archeologisch onderzoek kan achterwege blijven indien de archeologische waarde of verwachtingswaarde van de gronden in andere beschikbare informatie, welke is erkend en geaccepteerd door de beroepsgroep archeologie, afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. 26.2.4 Voorwaarden omgevingsvergunning Indien uit het in artikel 26.2.2 genoemde rapport blijkt dat archeologische waarden van de gronden door de beoogde bouwwerkzaamheden kunnen of zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorwaarden verbinden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de uitvoering van de bodemverstorende activiteit te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
122
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
26.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden, indien uit het onderzoek als bedoeld in artikel 26.2.2 of artikel 26.4.3 is gebleken, dat ter plaatse beschermingswaardige archeologische waarden aanwezig zijn. Toepassing van deze bevoegdheid mag niet leiden tot een onevenredige beperking van het meest doelmatige gebruik.
26.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden 26.4.1 Vergunningplicht Het is verboden op de in artikel 26.1 bedoelde gronden de navolgende werken (geen bouwwerken zijnde) of werkzaamheden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning: a. grondbewerkingen, zoals het ophogen, afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en ontginnen van gronden; b. het slopen van funderingen; c. het aanleggen of verbreden van wegen, paden of parkeergelegenheid en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen; d. het aanleggen of verbreden van sloten, vijvers en andere wateren en het aanleggen van drainage; e. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies; f. het aanleggen van bos of boomgaard, danwel het rooien hiervan waarbij stobben worden verwijderd. 26.4.2 Uitzonderingen Het bepaalde in artikel 26.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden: a. die het normale onderhoud, gebruik en/of beheer betreffen, danwel van ondergeschikte betekenis zijn; b. die reeds in uitvoering zijn, danwel krachtens een verleende omgevingsvergunning mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtredng van dit plan; c. waarbij de bodemverstoring beperkt is tot maximaal 40 cm onder maaiveld. 26.4.3 Archeologisch onderzoek Indien een omgevingsvergunning vereist is en de bodemverstoring als gevolg van de werken/werkzaamheden dieper is dan 0,40 m onder maaiveld én de omvang van de bodemingreep groter is dan 500 m² dient de aanvrager een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag kunnen of zullen worden verstoord naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld of waaruit blijkt dat: a. het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kan worden gewaarborgd of; b. de archeologische waarden door de beoogde werken/werkzaamheden niet onevenredig worden geschaad. 26.4.4 Uitzonderingen op de onderzoeksplicht Het indienen van een ingevolge artikel 26.4.3 vereist archeologisch onderzoek kan achterwege blijven, indien de archeologische waarde of verwachtingswaarde van de gronden in andere beschikbare informatie, welke is erkend en geaccepteerd door de beroepsgroep archeologie, afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
123
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
26.4.5 Regels omgevingsvergunning Indien uit het in artikel 26.4.3 genoemde rapport blijkt dat archeologische waarden van de gronden door de beoogde werken/werkzaamheden kunnen of zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorwaarden verbinden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de uitvoering van de bodemverstorende activiteit te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
26.5
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 3' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien: a. uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn; b. het niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan voorziet in bescherming van deze waarden; c. aanwezige archeologische waarden in voldoende mate zijn veiliggesteld.
124
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 27 27.1
Waarde - Archeologie 4
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden gelegen in droge en natte landschappen met hoge en/of middelhoge archeologische verwachtingswaarde, danwel een provinciaal aandachtsgebied met hoge en/of middelhoge archeologische verwachtingswaarde. 27.2
Bouwregels
27.2.1 Binnen de dubbelbestemming Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd die voor archeologisch onderzoek noodzakelijk zijn. 27.2.2 Binnen de overige bestemmingen Voor het bouwen binnen de andere daar voorkomende bestemmingen zijn de desbetreffende regels behorende bij die bestemmingen van toepassing, met dien verstande dat, indien de bodemverstoring als gevolg van het bouwen dieper is dan '0,40 m' onder maaiveld én de omvang van de bodemingreep groter is dan 10.000 m² dan dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag kunnen of zullen worden verstoord naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld of waaruit blijkt dat: a. het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kunnen worden gewaarborgd of; b. de archeologische waarden door de beoogde bouwwerkzaamheden niet onevenredig worden geschaad. 27.2.3 Uitzonderingen Het indienen van een ingevolge artikel 27.2.2 vereist archeologisch onderzoek kan achterwege blijven indien de archeologische waarde of verwachtingswaarde van de gronden in andere beschikbare informatie, welke is erkend en geaccepteerd door de beroepsgroep archeologie, afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. 27.2.4 Voorwaarden omgevingsvergunning Indien uit het in artikel 27.2.2 genoemde rapport blijkt dat archeologische waarden van de gronden door de beoogde bouwwerkzaamheden kunnen of zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorwaarden verbinden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de uitvoering van de bodemverstorende activiteit te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
125
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
27.3
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden, indien uit het onderzoek als bedoeld in artikel 27.2.2 of artikel 27.4.3 is gebleken, dat ter plaatse beschermingswaardige archeologische waarden aanwezig zijn. Toepassing van deze bevoegdheid mag niet leiden tot een onevenredige beperking van het meest doelmatige gebruik.
27.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden 27.4.1 Vergunningplicht Het is verboden op de in artikel 27.1 bedoelde gronden de navolgende werken (geen bouwwerken zijnde) of werkzaamheden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning: a. grondbewerkingen, zoals het ophogen, afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en ontginnen van gronden; b. het slopen van funderingen; c. het aanleggen of verbreden van wegen, paden of parkeergelegenheid en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen; d. het aanleggen of verbreden van sloten, vijvers en andere wateren en het aanleggen van drainage; e. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies; f. het aanleggen van bos of boomgaard, danwel het rooien hiervan waarbij stobben worden verwijderd. 27.4.2 Uitzonderingen Het bepaalde in artikel 27.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden: a. die het normale onderhoud, gebruik en/of beheer betreffen, danwel van ondergeschikte betekenis zijn; b. die reeds in uitvoering zijn, danwel krachtens een verleende omgevingsvergunning mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtredng van dit plan; c. waarbij de bodemverstoring beperkt is tot maximaal 40 cm onder maaiveld. 27.4.3 Archeologisch onderzoek Indien een omgevingsvergunning vereist is en de bodemverstoring als gevolg van de werken/werkzaamheden dieper is dan 0,40 m onder maaiveld én de omvang van de bodemingreep groter is dan 10.000 m² dient de aanvrager een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag kunnen of zullen worden verstoord naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld of waaruit blijkt dat: a. het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kan worden gewaarborgd of; b. de archeologische waarden door de beoogde werken/werkzaamheden niet onevenredig worden geschaad. 27.4.4 Uitzonderingen op de onderzoeksplicht Het indienen van een ingevolge artikel 27.4.3 vereist archeologisch onderzoek kan achterwege blijven, indien de archeologische waarde of verwachtingswaarde van de gronden in andere beschikbare informatie, welke is erkend en geaccepteerd door de beroepsgroep archeologie, afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd. 126
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
27.4.5 Regels omgevingsvergunning Indien uit het in artikel 27.4.3 genoemde rapport blijkt dat archeologische waarden van de gronden door de beoogde werken/werkzaamheden kunnen of zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorwaarden verbinden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de uitvoering van de bodemverstorende activiteit te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
27.5
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 4' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien: a. uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn; b. het niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan voorziet in bescherming van deze waarden; c. aanwezige archeologische waarden in voldoende mate zijn veiliggesteld.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
127
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 28 28.1
Waarde - Cultuurhistorisch w aardevol ensemble
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Cultuurhistorisch waardevol ensemble' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de waarde van het ensemble van cultuurhistorisch waardevolle landschappen, erfgoed en bouwwerken.
28.2
Bouwregels
Op of in de gronden als bedoeld in lid 28.1 is uitsluitend de bestaande bebouwing toegestaan.
28.3
Afwijken van de bouwregels
a. Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in artikel 28.2 ten behoeve van het aan-, ver- of nieuwbouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemmingen, met dien verstande dat geen onevenredige afbreuk mag worden gedaan aan de ensembles van cultuurhistorisch waardevolle landschappen, erfgoed en bouwwerken. b. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
28.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden op de in lid 28.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; 2. het graven, dempen, danwel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, watergangen, greppels, kolken en overige natuurlijke oppervlaktewateren, alsmede het anderszins verlagen van de waterstand; 3. het vellen of rooien van bos, alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden landschapselement', tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bos' binnen de bestemming 'Natuur'; 4. het aanleggen, verleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m²; 5. het verwijderen van half- en onverharde wegen of paden; 6. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur. b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op werken en werkzaamheden: 1. waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 128
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen onevenredige afbreuk mag worden gedaan aan de ensembles van cultuurhistorisch waardevolle landschappen, erfgoed en bouwwerken. d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
28.5
Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
a. Het is verboden op de in lid 28.1 bedoelde gronden gebouwen geheel of gedeeltelijk te slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het slopen; b. Het in sub a vervatte verbod geldt niet voor: 1. sloopwerkzaamheden die het gewone onderhoud betreffen; 2. sloopwerkzaamheden, indien en voor zover daarvoor, op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, reeds een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk is verleend; 3. sloopwerkzaamheden die ten tijde van het inwerkingtreden van het plan in uitvoering waren; 4. sloopwerkzaamheden die zijn bedoeld om de directe gevolgen van calamiteiten of plagen te beperken. c. Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in sub a, kan alleen worden verleend indien de cultuurhistorische waarden die eigen zijn aan de desbetreffende gebouwen niet blijvend onevenredig worden geschaad, dan wel indien deze cultuurhistorische waarden kunnen en zullen worden veiliggesteld dan wel worden teruggebracht; d. Het staat het bevoegd gezag vrij om advies in te winnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld onder sub a bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
129
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 29 29.1
Waterstaat - Waterkering
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor dijken, kaden en andere voorzieningen ten behoeve van de waterkering.
29.2
Bouwregels
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van dijken, kaden en andere voorzieningen ten behoeve van de waterkering, met dien verstande dat: a. de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 10 m2; b. de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 9 m.
29.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in lid 29.2 ten behoeve van het bouwen van bouwwerken ten behoeve van de voor deze gronden geldende onderliggende bestemmingen, mits daardoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van dijken, kaden en andere voorzieningen ten behoeve van de waterkering en ter zake vooraf advies van de waterbeheerder is ingewonnen.
29.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in lid 29.1 bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het wijzigen van het profiel van de bodem en de dijken; 2. het aanleggen of verharden van wegen of het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen; 3. het vellen of rooien van het houtgewas of het verrichten van werkzaamheden, welke de dood of ernstige beschadiging van het houtgewas ten gevolge kunnen hebben; 4. het bebossen of het aanleggen van kruitachtige of houtachtige gewassen op gronden die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan niet met een dergelijke vegetatie begroeid waren; 5. het aanleggen van leidingen en andere ondergrondse constructies; 6. het graven van sleuven. b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen. c. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend 130
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
131
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Hoofdstuk 3 Artikel 30
Algemene regels
Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
132
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 31 31.1
Algemene bouw regels
Ondergronds bouwen
Binnen het plangebied mag, tenzij anders is aangegeven in de regels, onder gebouwen ondergronds worden gebouwd, onder de volgende voorwaarden: a. de diepte van de ondergrondse bebouwing mag niet meer bedragen dan 3,5 m onder peil; b. de gronden niet zijn gelegen ter plaatse van de bestemming 'Recreatie Verblijfsrecreatie'.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
133
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 32 32.1
Algemene aanduidingsregels
milieuzone - waterwingebied
a. Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - waterwingebied' zijn de gronden mede bestemd voor de winning van (drink)water uit het grondwater. b. Uitsluitend mag bebouwing worden opgericht welke noodzakelijk is in verband met de openbare drinkwaterwinning. c. Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in sub b ten behoeve van het bouwen van bouwwerken ten behoeve van de voor deze gronden geldende onderliggende bestemmingen, mits daardoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van het winnen van drinkwater en ter zake vooraf advies van de waterbeheerder is ingewonnen.
32.2
milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied
a. Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' zijn de gronden mede bestemd voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater ten behoeve van de winning van (drink)water. b. Uitsluitend mag bebouwing worden opgericht welke noodzakelijk is in verband met de bescherming van de kwaliteit van het grondwater ten behoeve van de winning van (drink)water. c. Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in sub b ten behoeve van het bouwen van bouwwerken ten behoeve van de voor deze gronden geldende onderliggende bestemmingen, mits daardoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de bescherming van de kwaliteit van het grondwater ten behoeve van de winning van (drink)water en ter zake vooraf advies van de waterbeheerder is ingewonnen.
32.3
milieuzone - bescherming watergang
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - bescherming watergang' zijn de gronden tevens bestemd voor waterretentie, natuurvriendelijke oevers, het onderhouden van waterlopen en bescherming, behoud, herstel of onderhoud van beken.
32.4
milieuzone - spuitzone
a. Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - spuitzone' is niet toegestaan om: 1. nieuwe boomgaarden en boomkwekerijen aan te leggen en in exploitatie te nemen; 2. gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken. b. Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde onder a indien het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen aantoonbaar geen gezondheidsrisico's voor nabijgelegen gevoelige objecten van derden met zich meebrengt.
32.5
milieuzone - boringsvrijezone
Verbod a. Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone- boringsvrijezone' is het niet toegestaan om: 1. boorputten op te richten, in exploitatie te nemen of te hebben dieper dan 30 m beneden het maaiveld; 2. de grond te roeren dieper dan 30 m beneden het maaiveld, of deze handeling toe 134
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
te laten, of anderszins werken of in de bodem uit te voeren of te doen uitvoeren, waarbij ingrepen worden verricht of stoffen worden gebruikt die de beschermende werking van de slechtdoorlatende bodemlagen kunnen aantasten. Uitzonderingen b. De in sub a gestelde verboden gelden niet voor: 1. het inrichten van boorputten ten behoeve van het provinciale grondwaterbeheer in het kader van de Wet bodembescherming en de Waterwet; 2. het verrichten van bodemonderzoeken die bij of krachtens wet zijn voorgeschreven. Indien er bij de werkzaamheden als bedoeld in dit lid sprake is van een boorput, dienen de doorboorde weerstandbiedende lagen en het boorgat, van 0 tot 3 m beneden het maaiveld, te worden afgedicht met klei of bentoniet. Afwijken bij een omgevingsvergunning c. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in sub a en b als gewaarborgd is dat geen sprake is van nadelige gevolgen voor de grondwaterwinning en met dien verstande dat de omgevingsvergunning alleen kan worden verleend wanneer Gedeputeerde Staten vooraf gehoord is.
32.6
ecologische hoofdstructuur
Functies a. Ter plaatse van de aanduiding 'ecologische hoofdstructuur' zijn de gronden tevens bestemd voor bescherming, behoud, herstel of de duurzame ontwikkeling van de ecologische waarden en kenmerken van de gebieden. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen gebouwwerken zijnde, of van werkzaamheden b. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in sub a bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; 2. het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,60 m onder maaiveld, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage; 3. het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, watergangen, greppels, kolken en overige natuurlijke oppervlaktewateren, alsmede het anderszins verlagen van de waterstand; 4. het bebossen of anderszins beplanten van gronden met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters in verband met tuinbouw of als (agrarische) houtteelt, tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bos' binnen de bestemming 'Natuur'; 5. het aanleggen van landschapselementen; 6. het vellen of rooien van bos, alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden landschapselement'; 7. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m²; 8. het verwijderen van half- en onverharde wegen of paden; 9. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
135
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
apparatuur. c. Het bepaalde in sub b is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; 4. op gronden welke zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'. d. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub b mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
32.7
provinciale ontwikkelingszone groen
Functies a. Ter plaatse van de aanduiding 'provinciale ontwikkelingszone groen' zijn de gronden tevens bestemd voor bescherming, behoud, herstel of de duurzame ontwikkeling van de natuurwaarden en kenmerken van de gebieden. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen gebouwwerken zijnde, of van werkzaamheden b. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in sub a bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem; 2. het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,60 m onder maaiveld, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage; 3. het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, watergangen, greppels, kolken en overige natuurlijke oppervlaktewateren, alsmede het anderszins verlagen van de waterstand; 4. het bebossen of anderszins beplanten van gronden met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters in verband met tuinbouw of als (agrarische) houtteelt; 5. het aanleggen van landschapselementen; 6. het vellen of rooien van bos, alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden landschapselement'; 7. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m²; 8. het verwijderen van half- en onverharde wegen of paden; 9. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur; c. Het bepaalde in sub b is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, 136
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; 4. op gronden welke zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'; d. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub b mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
32.8
hamsterbiotoop
Ter plaatse van de aanduiding 'hamsterbiotoop' zijn de gronden mede bestemd voor behoud en ontwikkeling van het leefgebied van de hamster.
32.9
open gebied
Functies a. Ter plaatse van de aanduiding 'open gebied' zijn de gronden mede bestemd voor behoud en ontwikkeling van de openheid van de gronden. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen gebouwwerken zijnde, of van werkzaamheden b. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden op de in sub a bedoelde gronden de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren: 1. het bebossen of anderszins beplanten van gronden met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters in verband met tuinbouw of als (agrarische) houtteelt; 2. het aanleggen van landschapselementen; 3. het vellen of rooien van bos, alsmede het verwijderen van landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden landschapselement'; 4. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur; c. Het bepaalde in sub b is niet van toepassing: 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend; 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend; 3. op werken of werkzaamheden welke het normale onderhoud en beheer betreffen; 4. op gronden welke zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'; d. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub b mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
137
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
32.10
stiltegebied
a. Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'stiltegebied', zijn de gronden mede bestemd voor: 1. het beschermen van het geluidkarakter van het gebied; 2. het beschermen van voor geluidverstoring gevoelige ecosystemen; 3. het waarborgen van stilte voor de mens; b. Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'stiltegebied' is de uitoefening van evenementen en lawaaisporten niet toegestaan.
32.11
geluidzone - industrie
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - industrie' mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen geluidsgevoelige bebouwing worden opgericht indien de voorkeurgrenswaarde van 50 dB(A) wordt overschreden, tenzij een hogere waarde is vastgesteld. Met uitzondering van nieuwbouw ter vervanging van bestaande geluidsgevoelige bebouwing, waarvoor op basis van een bestemmingsplan reeds een omgevingsvergunning voor het bouwen is verleend.
32.12
vrijwaringszone - spoor
Verbod a. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - spoor' mogen geen nieuwe bouwwerken worden opgericht ten behoeve van kwetsbare en/of beperkt kwetsbare objecten. Afwijken bij een omgevingsvergunning b. Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in sub a, met dien verstande dat: 1. gebouwd wordt overeenkomstig de onderliggende bestemming; 2. vooraf wordt verantwoord dat het oprichten van nieuwe bouwwerken niet leidt tot een onaanvaardbare verhoging van het veiligheidsrisico.
32.13
vrijwaringszone - bebouwingsvrijezone
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - bebouwingsvrijezone' mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen bebouwing worden gebouwd, met uitzondering van de met Rijksweg A2 en A73 verband houdende bouwwerken, zoals geluidswerende voorzieningen en ecologische voorzieningen.
32.14
vrijwaringszone - overlegzone
a. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - overlegzone' mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen bebouwing worden gebouwd, met uitzondering van de met Rijksweg A2 en A73 verband houdende bouwwerken, zoals geluidswerende voorzieningen en ecologische voorzieningen; b. Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde onder a voor het bouwen van een bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone overlegzone', mits door de bouw van deze bebouwing de verkeersbelangen niet onevenredig worden geschaad. Daartoe dient vooraf de betrokken wegbeheerder te worden gehoord; c. De in sub b bedoelde omgevingsvergunning wordt geacht te zijn verleend ten aanzien van bebouwing die bestaat op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, dan wel 138
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
mag worden opgericht krachtens omgevingsvergunning voor het bouwen.
32.15
een
voor
dat
tijdstip
aangevraagde
vrijwaringszone - vaarweg
a. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - vaarweg' mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen bebouwing worden gebouwd, met uitzondering van de met vaarweg verband houdende bouwwerken; b. Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde onder a voor het bouwen van een bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone vaarweg', mits door de bouw van deze bebouwing de belangen van de vaarweg niet onevenredig worden geschaad. Daartoe dient vooraf Rijkswaterstaat te worden gehoord; c. De in sub b bedoelde omgevingsvergunning wordt geacht te zijn verleend ten aanzien van bebouwing die bestaat op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, dan wel mag worden opgericht krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde omgevingsvergunning voor het bouwen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
139
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 33 33.1
Algemene afw ijkingsregels
Algemene afwijkingsregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken: a. voor het in geringe mate overschrijden van het bouwvlak, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft; b. voor de bouw van een luifel of erker aan de voorgevel van een hoofdgebouw, mits: 1. de diepte gemeten vanuit de voorgevel van het hoofdgebouw niet meer dan 1,50 meter bedraagt; 2. de breedte niet meer bedraagt dan 50% van de voorgevel van het hoofdgebouw; 3. de hoogte niet meer bedraagt dan de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw; 4. er geen bezwaren bestaan vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid; 5. de luifel of erker stedenbouwkundig aanvaardbaar is; c. voor de bouw van openbare nutsgebouwtjes, wachthuisjes ten behoeve van het openbaar vervoer, telefooncellen, gebouwtjes ten behoeve van de bediening van kunstwerken, toiletgebouwtjes en naar aard daarmee gelijk te stellen gebouwtjes, mits: 1. het bruto-vloeroppervlak niet groter is dan 25 m²; 2. er sprake is van maximaal één bouwlaag; 3. de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 5 m; d. het vergroten van de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde tot maximaal 5 m, mits: 1. de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden niet onevenredig worden aangetast; 2. de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving gewaarborgd wordt; e. ten behoeve van het oprichten van kunstwerken, geen gebouwen zijnde, tot een hoogte van maximaal 20 m; f. ten behoeve van het oprichten van waarschuwings- en/of communicatiemasten tot maximaal 40 m.
33.2
Paardenbakken
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning toestemming verlenen af te wijken van het bepaalde in de artikelen Agrarisch, Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden, Agrarisch met waarden - Landschapswaarden en Wonen ten behoeve van het realiseren van een paardenbak buiten het bestemmingsvlak van de bestemming 'Wonen' en buiten het bouwvlak van de bestemmingen 'Agrarisch', 'Agrarisch met waarden Natuur- en landschapswaarden' en 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden', met dien verstande dat: a. de paardenbak achter de voorgevelrooilijn van de (bedrijfs)woning, aansluitend aan bestaande bebouwing dan wel direct aansluitend aan achterzijde van bouwperceel, dient te worden gesitueerd; b. de oppervlakte van een paardenbak behorende bij een woning niet meer mag bedragen dan 800 m2; c. de oppervlakte van een paardenbak behorende bij een agrarisch bedrijf niet meer mag bedragen dan 1200 m2; d. de afstand van de paardenbak tot de (bedrijfs)woning van derden niet minder dan 25 m mag bedragen; e. er maximaal 1 paardenbak per (bedrijfs)woning is toegestaan; 140
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
f.
een stapmolen bij de paardenbak buiten het bouwvlak of bestemmingsvlak niet is toegestaan; g. de bouwhoogte van de omheining bij de paardenbak niet meer dan 1,80 m bedraagt; h. lichtmasten bij paardenbak buiten het bouwvlak of het bestemmingsvlak zijn niet toegestaan; i. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; j. de afstand van de paardenbak tot beschermde gebieden op grond van Natuurbeschermingswet 1998 niet minder dan 100 m mag bedragen; k. er mag geen sprake mag zijn van onevenredige hinder voor omwonenden dan wel geen sprake van schade aan aangrenzende natuur- en landschapswaarden.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
141
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 34 34.1
Algemene w ijzigingsregels
Algemene wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming te wijzigen ten behoeve van: a. overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover dit van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover dit noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; b. overschrijding van bestemmingsgrenzen en toestaan dat het beloop van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of –intensiteit daartoe aanleiding geeft; c. de overschrijdingen als bedoeld sub a en b mogen echter niet meer dan 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot; d. het aanpassen van opgenomen regels in de voorafgaande artikelen, waarbij verwezen wordt naar regels in wettelijke regelingen, indien deze wettelijke regelingen na het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerpplan worden gewijzigd.
34.2
Functieverandering
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de de bestemming Bedrijf en de bouwpercelen binnen de bestemmingen Agrarisch, Agrarisch met waarden - Landschapswaarden en Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden te wijzigen te behoeve van het toestaan van de functies die zijn genoemd in Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten en Bijlage 2 Nevenactiviteiten/functieveranderingen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: a. de oppervlakte van de bebouwing ten behoeve van de nieuw te realiseren activiteit mag niet meer bedragen dan 500 m2, dan wel de bestaande oppervlakte binnen de bestemming Bedrijf indien deze meer bedraagt dan 500 m2; b. de overtollige bebouwing, niet zijnde de voormalige bedrijfswoning met de daarbij behorende bouwwerken en monumentale bebouwing, dient te worden gesloopt; c. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; d. er mag geen sprake zijn van een onevenredige verkeersaantrekkende werking; e. buitenopslag is niet toegestaan; f. detailhandel is niet toegestaan, met uitzondering van detailhandel als onzelfstandig en ondergeschikt onderdeel van de nieuw te realiseren activiteit in de vorm van verkoop dan wel levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen, tot een maximale omvang van 150 m2; g. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: 1. de milieusituatie; 2. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; 3. de stedenbouwkundige situatie; 4. de waterhuishoudkundige situatie/hydrologie; h. bij een wijziging van de gronden welke niet zijn voorzien van de bestemming 'Bedrijf' naar een functie welke is opgenomen in Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten zijn uitsluitend bedrijfsactiviteiten uit categorie 1 en 2, welke zijn opgenomen in Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten, toegestaan, niet zijnde geluidzoneringsplichtige inrichtingen of risicovolle inrichtingen, met dien verstande dat: 1. ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone – landbouwontwikkelingsgebied' uitsluitend bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan die 142
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
aantoonbaar een toegevoegde waarde hebben voor de intensieve veehouderij; 2. op de gronden binnen een afstand van 250 m van de aanduidingsgrens van de aanduiding 'reconstuctiewetzone landbouwontwikkelingsgebied' geen zorggerelateerde en recreatieve functies zijn toegestaan; 3. mestbewerkingsbedrijven en mestverwerkingsbedrijven uitsluitend zijn toegestaan ter plaats van de aanduiding 'reconstructiewetzone landbouwontwikkelingsgebied'; 4. de wijziging niet is toegestaan ter plaatse van de aanduidingen 'provinciale ontwikkelingszone groen' en 'ecologische hoofdstructuur'; i. een wijziging naar gebiedseigen recreatie en toerisme, zoals is bedoeld in Bijlage 2 Nevenactiviteiten/functieveranderingen, is niet toegestaan ter plaatse van de aanduidingen 'provinciale ontwikkelingszone groen' en 'ecologische hoofdstructuur'; j. bij een wijziging naar een minicamping gelden de volgende regels: 1. ter plaatse van de aanduiding 'ecologische hoofdstructuur' is het vestigen van een minicaming buiten het oorspronkelijke bouwvlak niet toegestaan; 2. de oppervlakte van het perceel dient minimaal 0,5 ha te bedragen; 3. maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan in de voormalige gemeente Echt; 4. maximaal 25 kampeermiddelen zijn toegestaan in de voormalige gemeente Susteren, mits: parkeren op eigen erf plaatsvindt; de kampeermiddelen buiten het seizoen worden verwijderd; 5. de minicamping enkel is toegestaan in de periode van 1 maart tot 31 oktober; 6. aangetoond is dat de landschappelijke en ruimtelijke inpassing op een zorgvuldige wijze plaatsvindt, waarbij wordt aangetoond op welke wijze wordt voldaan aan de te leveren verbetering van de omgevingskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.3; k. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden, tenzij op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.
34.3
Zoekgebied uitbreiding ontgrondingsgebied
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen om de gronden welke zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - zoekgebied uitbreiding' te wijzigen in de bestemming 'Bedrijf - Grondstoffenwinning', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden: a. maximaal 60% van de gronden binnen deze aanduiding mag worden gewijzigd in de bestemming 'Bedrijf - Grondstoffenwinning'. De aanduiding 'wro-zone - zoekgebied uitbreiding' komt te vervallen; b. de inrichting dient zodanig te zijn dat de omliggende agrarische bedrijven geen onevenredige overlast ondervinden in de bedrijfsontwikkeling; c. het woon- en leefklimaat niet onevenreding wordt aangetast; d. uit een over te leggen onderzoek naar de bodemkwaliteit dient te blijken dat de bodem geschikt is voor de nieuwe functie; e. voldaan wordt aan het bepaalde uit de Flora- en Faunwet en de Natuurbeschermingswet 1998; f. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de landschappelijke, cultuurhistorische en archeologische waarden; g. er dient rekening gehouden te worden met de boringsvrije zone welke is gelegen ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - boringsvrijezone'; h. voldaan dient te worden aan het provinciale beleid met betrekking tot ontgrondingen; i. er dient aangetoond te zijn dat er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de belangen die betrekking hebben op de waterhuishouding.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
143
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
34.4
Bedrijf - Grondstoffenwinning
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in de bestemming Bedrijf Grondstoffenwinning met de nadere aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf grondstoffenwinning 1' indien ter plaatse een ontgrondingsvergunning door Gedeputeerde Staten is verleend, mits: a. de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1'; b. de waarden van de aangrenzende bestemming en de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad.
144
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 35
Algemene procedureregels
Bij het stellen van nadere eisen, worden in ieder geval de volgende procedureregels in acht genomen: a. het ontwerp-besluit ligt, met de daarop betrekking hebbende stukken, gedurende zes weken voor belanghebbenden ter inzage ter gemeentesecretarie; b. burgemeester en wethouders maken de terinzagelegging tevoren bekend in een of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente worden verspreid; c. in deze kennisgeving wordt vermeld dat belanghebbenden gedurende de termijn van terinzagelegging schriftelijk zienswijzen omtrent de aanvraag of het ontwerpbesluit kunnen indienen bij burgemeester en wethouders; d. indien tegen het ontwerpbesluit zienswijzen naar voren zijn gebracht, wordt het besluit met redenen omkleed; e. burgemeester en wethouders delen aan hen die hun zienswijzen naar voren hebben gebracht de beslissing daaromtrent mede.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
145
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 36 36.1
Overige regels
Voorrangsregels
36.1.1 Voorrangsregels Indien bij het gebruik van de gronden voor bebouwing en anders dan voor bebouwing als bedoeld in de artikelen 3 tot en met 20 op deze gronden tevens een dubbelbestemming van toepassing is, geldt primair het bepaalde met betrekking tot de dubbelbestemming. 36.1.2 Onderlinge relatie dubbelbestemmingen Ten aanzien van de onderlinge relatie tussen de dubbelbestemmingen geldt dat dubbelbestemmingen gericht op het instandhouden of ontwikkelen van het groene karakter en het voorkomen van bebouwing voorgaan boven dubbelbestemmingen met bebouwing. In concreto wordt in afnemende mate prioriteit verleend aan de dubbelbestemming: a. Waarde - Archeologie 1, Waarde - Archeologie 2; Waarde - Archeologie 3 en Waarde Archeologie 4; b. Leiding - Hoogspanning; c. Leiding - Ondergronds; d. Leiding - Riool; e. Waterstaat - Waterkering; f. Waarde - Cultuurhistorisch waardevol ensemble.
146
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 37 37.1
Kw aliteitsregels
Algemeen
Het bestemmingsplan maakt nieuwe ontwikkelingen binnen het plangebied mogelijk. Deze ontwikkelingen dienen gecombineerd te worden met een kwaliteitsverbetering. Om deze kwaliteitsverbeteringen te kunnen bereiken worden twee instrumenten ingezet: a. ruimtelijke kwaliteit 'landschappelijke inpassing' voor agrarische ontwikkelingen; b. ruimtelijke kwaliteit 'kwaliteitsbijdrage' voor overige ontwikkelingen.
Agrarische ontwikkelingen: 'Landschappelijke inpassing' Het instrument ruimtelijke kwaliteit agrarisch: 'Landschappelijke inpassing' is van toepassing op agrarische bedrijven. Ten behoeve van de uitbreiding van bebouwing binnen het agrarische bouwvlak is het instrument van toepassing via de nadere eisen. Wanneer er sprake is van een uitbreiding van het agrarische bouwvlak en het oprichten van teeltondersteunende voorzieningen buiten het agrarische bouwvlak is het instrument van toepassing via de afwijkings- danwel wijzigingsbevoegdheid.
Overige ontwikkelingen: 'Kwaliteitsbijdrage' Het instrument ruimtelijke kwaliteit: 'Kwaliteitsbijdrage' is van toepassing voor overige ontwikkelingen in het buitengebied. Op hoofdlijnen betreft het: functie- en gebruikswijzigingen; het ontwikkelen van nevenactiviteiten; uitbreidingen van bestaande situaties.
Het instrument is van toepassing via de afwijkings- danwel wijzigingsbevoegdheid.
37.2
Agrarische ontwikkelingen: 'Landschappelijke inpassing'
37.2.1 Algemeen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd medewerking te verlenen aan de in dit bestemmingsplan opgenomen afwijkings-, wijzigings- en nadere eisenregels ten behoeve van de ontwikkeling van agrarische bedrijven, onder de voorwaarde dat naast de reeds in de betreffende regels opgenomen voorwaarden, tevens wordt voldaan aan de van toepassing zijnde onderstaande 'Landschappelijke inpassing':
Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen een viertal kwaliteitspakketten:
Basiskwaliteit
= 10% van de oppervlakte nieuwe bebouwing/verharding;
Basiskwaliteit Plus
= 10% van de totale oppervlakte van de bouwkavel na uitbreiding
Basiskwaliteit Plus aanvullende kwaliteitsverbetering
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
met = 10% van de totale oppervlakte van de bouwkavel na uitbreiding x 1,5
147
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Basiskwaliteit Plus met = 10% van de totale oppervlakte van de bouwkavel na aanvullende uitbreiding x 2 kwaliteitsverbetering Plus
In onderstaande tabel is aangegeven bij welke uitbreidingssituatie welk pakket van toepassing is (aangeduid met een 'X'). Tevens is aangegeven of advies gevraagd moet worden bij de regionale kwaliteitscommissie.
AGRARISCHE BASISKW BASISKW BASISKWALITEIT ONTWIKKELIN ALITEIT ALITEIT PLUS EN G PLUS AANVULLENDE KWALITEITSVERBE TERING
BASISKWALITE ADVIES IT PLUS EN KWALITEITSCO AANVULLENDE MMISSIE KWALITEITSVE RBETERING PLUS
Uitbreiding bebouwing binnen bestaand agrarisch bouwvlak.
X
-
-
-
Nee
Uitbreiding bebouwing binnen bestaand agrarisch bouwvlak alsmede vergroten agrarisch bouwvlak. Onder referentiemaat (1,5 ha).
X
-
-
Ja
148
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Uitbreiding bebouwing binnen bestaand agrarisch bouwvlak alsmede vergroten agrarisch bouwvlak. Onder referentiemaat (1,5 ha). Gelegen binnen Landduinen, Beekdalen en bufferzones in Oude Ontginningen , zoals aangeduid op de kaart in Bijlage 3 Landschapstyp en en kenmerken.
-
X
-
Ja
Uitbreiding bebouwing binnen bestaand agrarisch bouwvlak alsmede vergroten agrarisch bouwvlak. Boven referentiemaat (1,5 ha).
-
X
-
Ja
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
149
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Uitbreiding bebouwing binnen bestaand agrarisch bouwvlak alsmede vergroten agrarisch bouwvlak. Boven referentiemaat (1,5 ha). Gelegen binnen Landduinen, Beekdalen en bufferzones in Oude Ontginningen, zoals aangeduid op de kaart in Bijlage 3 Landschapstyp en en kenmerken.
-
-
X
Ja
37.2.2 Basiskwaliteit Wanneer het pakket 'Basiskwaliteit' van toepassing is, dient de volgende kwaliteit gerealiseerd te worden: 1. De uitbreiding van de bebouwing dient landschappelijk en ruimtelijk te worden ingepast aan de hand van een inpassingsplan. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken. 2. Voorzieningen ter voorkoming van problematiek op het gebied van hemelwater als gevolg van nieuwe bebouwing/verharding. Afhankelijk van de situatie kan dat infiltratie of retentie zijn.
Verdiscontering kan plaatsvinden met eerder gerealiseerde landschappelijke en ruimtelijke inpassingen.
37.2.3 Basiskwaliteit Plus Wanneer het pakket 'Basiskwaliteit Plus' van toepassing is, dient de volgende kwaliteit gerealiseerd te worden: 1. De uitbreiding van de bebouwing dient landschappelijk en ruimtelijk te worden ingepast aan de hand van een inpassingsplan. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken. 150
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
2. Voorzieningen ter voorkoming van problematiek op het gebied van hemelwater als gevolg van nieuwe bebouwing/verharding. Afhankelijk van de situatie kan dat infiltratie of retentie zijn. 3. Eén of meerdere van de onderstaande kwaliteitsverbeterende maatregelen - nader omschreven bij het van toepassing zijnde landschapstype in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken - mag danwel mogen onderdeel uitmaken van de te realiseren kwaliteitsverbetering: a. realisering nieuw groen, landschap en herstel cultuurhistorie; b. lijnvormige beplantingselementen; c. erfbeplantingen; d. natuurontwikkeling; e. ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden; f. recreatieve ontsluiting; g. verwijderen bebouwing; h. saneren bedrijfsbebouwing; i. stimuleren vernatting; j. overgang kern-buitengebied; k. andere nog niet genoemde maatregelen die de initiatiefnemer in de betreffende situatie kan treffen.
Verdiscontering kan plaatsvinden met eerder gerealiseerde landschappelijke en ruimtelijke inpassingen.
37.2.4 Basiskwaliteit Plus met aanvullende kwaliteitsverbetering Wanneer het pakket 'Basiskwaliteit Plus met aanvullende kwaliteitsverbetering' van toepassing is, dient de volgende kwaliteit gerealiseerd te worden: 1. De uitbreiding van de bebouwing dient landschappelijk en ruimtelijk te worden ingepast aan de hand van een inpassingsplan. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken. 2. Voorzieningen ter voorkoming van problematiek op het gebied van hemelwater als gevolg van nieuwe bebouwing/verharding. Afhankelijk van de situatie kan dat infiltratie of retentie zijn. 3. Eén of meerdere van de onderstaande kwaliteitsverbeterende maatregelen - nader omschreven bij het van toepassing zijnde landschapstype in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken - moet(en) onderdeel uitmaken van de te realiseren kwaliteitsverbetering: a. realisering nieuw groen, landschap en herstel cultuurhistorie; b. lijnvormige beplantingselementen; c. erfbeplantingen; d. natuurontwikkeling; e. ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden; f. recreatieve ontsluiting; g. verwijderen bebouwing; h. saneren bedrijfsbebouwing; i. stimuleren vernatting; j. overgang kern-buitengebied; k. andere nog niet genoemde maatregelen die de initiatiefnemer in de betreffende situatie kan treffen.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
151
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Verdiscontering kan plaatsvinden met eerder gerealiseerde landschappelijke en ruimtelijk inpassingen.
37.2.5 Basiskwaliteit Plus met aanvullende kwaliteitsverbetering Plus Wanneer het pakket 'Basiskwaliteit Plus met aanvullende kwaliteitsverbetering Plus' met aanvullende kwaliteitsverbetering' van toepassing is, dient de volgende kwaliteit gerealiseerd te worden: 1. De uitbreiding van de bebouwing dient landschappelijk en ruimtelijk te worden ingepast aan de hand van een inpassingsplan. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken. 2. Voorzieningen ter voorkoming van problematiek op het gebied van hemelwater als gevolg van nieuwe bebouwing/verharding. Afhankelijk van de situatie kan dat infiltratie of retentie zijn. 3. Eén of meerdere van de onderstaande kwaliteitsverbeterende maatregelen - nader omschreven bij het van toepassing zijnde landschapstype in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken - moet(en) onderdeel uitmaken van de te realiseren kwaliteitsverbetering: a. realisering nieuw groen, landschap en herstel cultuurhistorie; b. lijnvormige beplantingselementen; c. erfbeplantingen; d. natuurontwikkeling; e. ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden; f. recreatieve ontsluiting; g. verwijderen bebouwing; h. saneren bedrijfsbebouwing; i. stimuleren vernatting; j. overgang kern-buitengebied; k. andere nog niet genoemde maatregelen die de initiatiefnemer in de betreffende situatie kan treffen.
Verdiscontering kan plaatsvinden met eerder gerealiseerde landschappelijke en ruimtelijke inpassingen.
37.3
Overige ontwikkelingen: 'Kwaliteitsbijdrage'
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd medewerking te verlenen aan de in dit bestemmingsplan opgenomen afwijkings- en wijzigingsregels, onder de voorwaarde dat naast de reeds in de betreffende regels opgenomen voorwaarden, tevens wordt voldaan aan de van toepassing zijnde onderstaande 'Kwaliteitsbijdrage':
OVERIGE KWALITEITSBIJDRAGE ONTWIKKELINGE N
ADVIES KWALITEITSCOMMI SSIE
GEBIEDSEIGEN RECREATIE EN TOERISME 152
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Nieuwvestiging binnen VAB
Basiskwaliteit Plus, zoals bedoeld in artikel Nee 37.2.3, waarbij 80% van de totale bestemmingsoppervlakte landschappelijk ingepast dient te worden.
Uitbreiding bestaande situatie
Aanleg groen (5x verhard en bebouwd Ja oppervlak). Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken.
Kleinschalig kampeerterrein
Basiskwaliteit Plus, zoals bedoeld in artikel 37.2.3, waarbij 10% van de totale oppervlakte van de kampeerinrichting ingepast dient te worden.
Nee, wanneer binnen agrarisch bouwvlak Ja, wanneer buiten agrarisch bouwvlak
Nieuwvestiging binnen VAB
Basiskwaliteit, zoals bedoeld in artikel 37.2.2.
Nee
Uitbreiding bestaande situatie binnen bestaand bouwvlak
Landschappelijke en ruimtelijke inpassing van Nee de uitbreiding. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken.
UITBREIDING IN BUITENGEBIED VAN NIET-AAN-BUITEN GEBIED-GEBONDE N BEDRIJVEN
Uitbreiding Basiskwaliteit Plus, zoals bedoeld in artikel Ja bestaande 37.2.3. situatie buiten bestaand bouwvlak OVERIGE GEBOUWDE FUNCTIES Schuilgelegenhed Landschappelijke en ruimtelijke inpassing van Nee en de schuilgelegenheid. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
153
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Nevenactiviteite Landschappelijke en ruimtelijke inpassing van Ja n de nevenactiviteit. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken. Huisvesting Landschappelijke en ruimtelijke inpassing van Nee arbeidsmigranten de huisvesting. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de specifieke kenmerken van het landschap, zoals omschreven in Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken. Functiewijziging Basiskwaliteit zoals bedoeld in artikel 37.2.2
154
Nee
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Hoofdstuk 4
Artikel 38 38.1
Overgangs- en slotregels
Overgangsrecht
Overgangsrecht bouwwerken
a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot, 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van bepaalde onder a. een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10 %. c. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
38.2
Overgangsrecht gebruik
a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. c. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. d. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
38.3
Persoonsgebonden overgangsrecht
Ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' op het adres Heerdstraat 69 in Sint Joost is een parkeerplaats toegestaan voor het stallen van vrachtwagens, met dien verstande dat de bevoegdheid daartoe is beperkt tot de heer J.P.M. Wilms tot 16 maart 2018.
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
155
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Artikel 39
Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied Echt - Susteren'.
156
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijlagen
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
157
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten
158
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
CATEGORIE
01
-
LANDBOUW EN DIENSTVERLENING T.B.V. DE LANDBOUW
014
016
0
Dienstverlening t.b.v. de landbouw:
014
016
1
> 500 m²
30
10
50
10
50
3
- plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. > 500 m²
30
10
50
10
50
3.1
30
10
30
10
30
2
10
10
50
0
50
3.1
50
0
50
10
50
3.1
50
0
50
10
50
3.1
50
10
30
10
50
3.1
30
10
30
10
30
2
branden: p.o. <= 200 m²
30
10
30
10
30
2
Deegwarenfabrieken
50
30
10
10
50
3.1
Vervaardiging van wijn, cider e.d.
10
0
30
0
30
2
AFSTAND
GROOTSTE
01
nummer
GEVAAR
-
AFSTANDEN IN METERS
GELUID
-
OMSCHRIJVING
STOF
SBI-2008
GEUR
SBI-1993
- algemeen (o.a. loonbedrijven): b.o.
014
016
D
3.1
- plantsoenendiensten en 014
016
4
02
02
-
020
021, 022, 024
hoveniersbedrijven: b.o. <= 500 m² BOSBOUW EN DIENSTVERLENING T.B.V. BOSBOUW Bosbouwbedrijven VERVAARDIGING VAN
15
10, 11
-
VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN
151
101, 102
0
vleesverwerking:
151
101, 102
7
- loonslachterijen
Slachterijen en overige
- vervaardiging van snacks en 151
108
8
vervaardiging van kant-en-klaarmaaltijden met p.o. < 2.000 m² - verwerken anderszins: p.o. <= 300
152
102
6
m² Broodfabrieken, brood- en
1581
1071
0
banketbakkerijen:
1581
1071
1
- v.c. < 7500 kg meel/week, bij gebruik van charge-ovens
C
- suikerwerkfabrieken zonder suiker 1584
10821
1585
1073
6
1593 t/m 1595
1102 t/m 1104
17
13
173
133
Textielveredelingsbedrijven
50
0
50
10
50
3.1
174, 175
139
Vervaardiging van textielwaren
10
0
50
10
50
3.1
0
10
50
10
50
3.1
30
0
50
0
50
3.1
10
10
30
10
30
2
50
10
10
10
50
3.1
-
C
VERVAARDIGING VAN TEXTIEL
Vervaardiging van gebreide en 176, 177
139, 143
gehaakte stoffen en artikelen VERVAARDIGING VAN KLEDING;
18
14
181
141
-
BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT Vervaardiging kleding van leer Vervaardiging van kleding en -
182
141
toebehoren (excl. van leer) Bereiden en verven van bont;
183
142, 151
vervaardiging van artikelen van bont
19
15
VERVAARDIGING VAN LEER EN LEDERWAREN (EXCL. KLEDING)
192
151
en schoeisel)
50
10
30
10
50
193
152
Schoenenfabrieken
50
10
50
10
50
-
Lederwarenfabrieken (excl. kleding D
3.1 3.1
GROOTSTE
CATEGORIE
GEVAAR
10
30
50
10
50
3.1
10
10
30
0
30
2
50
30
50
50
3.1
0
0
10
0
10
1
AFSTAND
GELUID
-
AFSTANDEN IN METERS
STOF
-
OMSCHRIJVING
GEUR
SBI-2008
nummer
SBI-1993
HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK 20
16
-
E.D.
2010.2
16102
0
Houtconserveringsbedrijven:
2010.2
16102
2
- met zoutoplossingen
205
162902
vlechtwerkfabrieken
21
17
-
VERVAARDIGING VAN PAPIER, KARTON EN PAPIER- EN KARTONWAREN
2112
1712
0
Papier- en kartonfabrieken:
2112
1712
1
- p.c. < 3 t/u
Kurkwaren-, riet- en
C
30 R
UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUKTIE VAN OPGENOMEN 22
58
221
581
-
MEDIA Uitgeverijen (kantoren) Kleine drukkerijen en
2222.6
18129
kopieerinrichtingen
10
0
30
0
30
2
2223
1814
A
Grafische afwerking
0
0
10
0
10
1
2223
1814
B
Binderijen
30
0
30
0
30
2
2224
1813
Grafische reproduktie en zetten
30
0
10
10
30
2
2225
1814
Overige grafische aktiviteiten
30
0
30
10
30
182
Reproduktiebedrijven opgenomen media
0
0
10
0
10
1
223
D
2
VERVAARDIGING VAN CHEMISCHE 24
20
-
PRODUKTEN
2442
2120
0
Farmaceutische produktenfabrieken:
2442
2120
1
- formulering en afvullen geneesmiddelen
50
10
50
50 R
50
3.1
2442
2120
2
- verbandmiddelenfabrieken
10
10
30
10
30
2
2462
2052
0
Lijm- en plakmiddelenfabrieken:
2466
205903
A
Chemische kantoorbenodigdhedenfabrieken
50
10
50
50 R
50
3.1
10
30
50
10
50
3.1
10
10
30
10
30
2
10
30
50
10
50
30
10
30
10
30
VERVAARDIGING VAN PRODUKTEN 25
22
-
VAN RUBBER EN KUNSTSTOF VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN
26
23
-
GIPSPRODUKTEN
261
231
0
Glasfabrieken:
2615
231
262, 263
232, 234
0
262, 263
232, 234
1
40 kW
267
237
0
Natuursteenbewerkingsbedrijven:
2681
2391
Slijp- en polijstmiddelen fabrieken
26, 28,
VERVAARDIGING VAN
Glasbewerkingsbedrijven Aardewerkfabrieken: - vermogen elektrische ovens totaal <
30
33
-
KANTOORMACHINES EN COMPUTERS
30
26, 28, 33
A
Kantoormachines- en computerfabrieken incl. reparatie
D
3.1
2
30
10
30
CATEGORIE
10
AFSTAND
GROOTSTE
293
GEVAAR
33
316
30
VERVAARDIGING VAN OVER. ELEKTR. MACHINES, APPARATEN EN
26, 27, 31
GELUID
-
AFSTANDEN IN METERS
STOF
-
OMSCHRIJVING
GEUR
SBI-2008
nummer
SBI-1993
-
BENODIGDH. Elektrotechnische industrie n.e.g.
2
VERVAARDIGING VAN AUDIO-, VIDEO-, -
TELECOM-APPARATEN EN BENODIGDH.
32
26, 33
321 t/m
261, 263, 264,
Vervaardiging van audio-, video- en telecom-apparatuur e.d. incl.
323
331
reparatie
30
0
50
30
50
3210
2612
Fabrieken voor gedrukte bedrading
50
10
50
30
50
3.1
30
0
30
0
30
2
D
3.1
VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN 33
26, 32, 33
33
26, 32, 33
-
OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN Fabrieken voor medische en optische
A
apparaten en instrumenten e.d. incl. reparatie VERVAARDIGING VAN TRANSPORTMIDDELEN (EXCL. AUTO'S, AANHANGWAGENS)
35
30
-
36
31
-
OVERIGE GOEDEREN N.E.G.
361
9524
2
Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2
0
10
10
0
10
1
362
321
Fabricage van munten, sieraden e.d.
30
10
10
10
30
2
363
322
Muziekinstrumentenfabrieken
30
10
30
10
30
2
364
323
Sportartikelenfabrieken
30
10
50
30
50
3.1
365
324
Speelgoedartikelenfabrieken
30
10
50
30
50
3.1
3663.1
32991
Sociale werkvoorziening
0
30
30
0
30
2
30
10
50
30
50
10
30
50
10
50
3.1
10
30
50
10
50
3.1
0
10
30
10
30
2
Handelsbemiddeling (kantoren)
0
0
10
0
10
1
Grth in akkerbouwprodukten en veevoeders
50
3.1
VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN
Vervaardiging van overige goederen 3663.2
32999
45
41, 42, 43
n.e.g. -
41, 42, 45
43 43
45
41, 42, 43
3.1
BOUWNIJVERHEID - bouwbedrijven algemeen: b.o. <=
1
41, 42, 45
D
2.000 m² Aannemersbedrijven met werkplaats:
2
b.o. > 1000 m²
3
- aannemersbedrijven met werkplaats: b.o.< 1000 m² GROOTHANDEL EN
51
46
511
461
-
5121
4621
30
30
50
5122
4622
Grth in bloemen en planten
10
10
30
0
30
2
5124
4624
Grth in huiden, vellen en leder
50
0
30
0
50
3.1
5125, 5131
46217, 4631
Grth in ruwe tabak, groenten, fruit en consumptie-aardappelen
30
10
30
50 R
50
3.1
10
0
30
50 R
50
3.1
0
HANDELSBEMIDDELING
30 R
Grth in vlees, vleeswaren, 5132, 5133
4632, 4633
zuivelprodukten, eieren, spijsoliën
5134
4634
Grth in dranken
5135
4635
Grth in tabaksprodukten
CATEGORIE
AFSTAND
GROOTSTE
GEVAAR
STOF
-
AFSTANDEN IN METERS
GEUR
-
OMSCHRIJVING
GELUID
SBI-2008
nummer
SBI-1993
0
0
30
0
30
2
10
0
30
0
30
2
Grth in suiker, chocolade en 5136
4636
suikerwerk
10
10
30
0
30
2
5137
4637
Grth in koffie, thee, cacao en specerijen
30
10
30
0
30
2
10
10
30
10
30
2
10
10
30
10
30
2
0
10
50
0
50
3.1
0
0
30
0
30
2
0
0
10
10
10
1
30
10
50
C
50 R
50
0
0
30
C
10
30
2
Grth in overige voedings- en 5138, 5139
4638, 4639
genotmiddelen Grth in overige intermediaire
5156
4676
518
466
0
goederen Grth in machines en apparaten:
518
466
2
- overige Overige grth (bedrijfsmeubels,
519
466, 469
emballage, vakbenodigdheden e.d.
52
47
DETAILHANDEL EN REPARATIE T.B.V. PARTICULIEREN
527
952
60
49
-
VERVOER OVER LAND
63
52
-
DIENSTVERLENING T.B.V. HET VERVOER
A
Distributiecentra, pak- en koelhuizen
-
Reparatie t.b.v. particulieren (excl. auto's en motorfietsen)
52102, 6312
52109
D
3.1
Opslaggebouwen (verhuur 6312
52109
B
opslagruimte)
64
53
-
POST EN TELECOMMUNICATIE
641
531, 532
642
61
Post- en koeriersdiensten
0
0
30
C
0
30
2
A
Telecommunicatiebedrijven
0
0
10
C
0
10
1
COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE 0
0
10
0
10
1
30
10
30
30
2
0
0
10
0
10
1
72
62
-
72
62
A
informatietechnologie-bureau's e.d.
73
72
-
SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK
731
721
Computerservice- en
Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk
30 R
Maatschappij- en 732
722
geesteswetenschappelijk onderzoek
63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 74
80tm82
OVERIGE ZAKELIJKE -
DIENSTVERLENING
A
Overige zakelijke dienstverlening: kantoren
63, 69tm71, 73, 74, 74
77, 78, 80tm82
0
0
10
0
10
D
1
747
812
Reinigingsbedrijven voor gebouwen
50
10
30
30
50
D
3.1
7481.3
74203
Foto- en filmontwikkelcentrales
10
0
30
10
30
C
2
Veilingen voor huisraad, kunst e.d.
0
0
10
0
10
CATEGORIE
AFSTAND
GROOTSTE
GEVAAR
GELUID
82992
AFSTANDEN IN METERS
GEUR
7484.4
OMSCHRIJVING
STOF
SBI-2008
nummer
SBI-1993
1
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijlage 2 Nevenactiviteiten/functieveranderingen
164
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Nevenactiviteiten/functieveranderingen Agrarisch gebied
Gebiedseigen
recreatie
Agrarisch gebied met waarden
Wonen
en
toerisme Verblijfsrecreatie - Vakantiewoning
tot
een
maximale oppervlakte van 100 m2 - Appartementen
tot
een
maximale oppervlakte van 100 m2 per appartement
+2 en binnen een straal van 250 m
+
-
rond een gebied met de aanduiding ‘reconstructiewetzone – landbouwontwikkelingsgebied’
- Kampeerboerderij - Pension - Kamphuis/blokhut Dagrecreatie
+2
+
+2
- Bezoekerscentrum - Kinderboerderij
en binnen een straal van 250 m rond een gebied met de
en binnen een straal van 250 m rond een gebied met de
- Paardenpension/-stalling
aanduiding
aanduiding
- Museum/atelier - Speelboerderij
‘reconstructiewetzone – landbouwontwikkelingsgebied’
‘reconstructiewetzone – landbouwontwikkelingsgebied’
- Terras/Theetuin - Verhuur van fietsen, paarden, kano’s,
huifkarren
of
andere
daarmee vergelijkbaar te stellen vervoermiddelen - IJsmakerij en ijsverkoop
(andersoortige) aan-hetbuitengebied-gerelateerde bedrijvigheid Agrarische loonbedrijf - Agrarisch loonbedrijf
+ Ter plaatse van de aanduiding
- Landbouw mechanisatiebedrijf - Drainagebedrijf
‘reconstructiewetzone – landbouwontwikkelingsgebied’
- Opslag agrarische producten
is het vestigen van andere
+1
-
+3
+3
-
+
+1
-
bedrijven of activiteiten alleen mogelijk indien het bedrijf aantoonbaar een toegevoegde waarde heeft voor de intensieve veehouderij Verwerken van mest - het verwerken en bewerken van mest - inname van mest Toeleverende bedrijven - Fouragehandel - Hoefsmederij
Ter plaatse van de aanduiding ‘reconstructiewetzone –
- Spermabank - Veehandelsbedrijf
landbouwontwikkelingsgebied’ is het vestigen van andere
- Zaaizaad en pootgoed
bedrijven of activiteiten alleen mogelijk indien het bedrijf aantoonbaar een toegevoegde waarde heeft voor de intensieve veehouderij
Overige landelijke bedrijven Bos-, natuur-
+
+
-
+2
+1
-
+2
+1
-
+2 en binnen een straal van 250 m
+1
+2 en binnen een straal van 250 m
en
landschapsbeheer - Bosbouwbedrijf - Hoveniersbedrijven -
Leveren van diensten ten behoeve van bos- en/of beheer van natuurgebieden
- Landbouw en zorg (dagopvang)
(andersoortige) niet-aan-hetbuitengebied-gerelateerde bedrijvigheid Bouwbedrijven - (Elektrotechnisch) installatiebedrijf - Dakdekkers-/rietdekkerbedrijf - Schildersbedrijf - Glas in lood zetterij Ambachtelijke bedrijven - Boekbinderij - Meubelmakerij - Meubelstoffeerderij/restauratie - Pottenbakkerij - Vervaardiging van kleding en toebehoren (excl. van leer) - Imkeriij - Riet- en vlechtwerk - Verwerking van eigen agrarische producten - Vervaardigen van speeltoestellen - Vervaardigen en reparatie van muziekinstrumenten Natuursteenbewerking/beeldhouweriij - Vervaardigen en reparatie van sieraden
Zorgvoorziening (eventueel met woongelegenheid) - Kinderdagverblijf/ peuterspeelzaal - (Para)medische of therapeutische praktijk
rond een gebied met de aanduiding
rond een gebied met de aanduiding
‘reconstructiewetzone –
‘reconstructiewetzone –
landbouwontwikkelingsgebied’
landbouwontwikkelingsgebied’
- Zorgboerderij Overige dienstverlening - Adviesbureau
+2
+1
+2 en binnen een straal van 250 m
- Dierenasiel - Dierenartspraktijk
rond een gebied met de aanduiding
- Kunsthandel
‘reconstructiewetzone –
- Atelier
landbouwontwikkelingsgebied’
Opslag
en
bedrijvigheid
overige
Opslag - Overige statische goederen, w.o.
+2
+1
-
+2
+1
-
begrepen caravans/boten Overige bedrijven - Hondendressuurterrein
Verklaring: + = toegestaan - = niet toegestaan 1. Niet in gebieden ter plaatse van de aanduiding ‘Provinciale ontwikkelingszones’ en ‘Ecologische hoofdstructuur’ 2.
Niet in gebieden ter plaatse van de aanduiding ‘reconstructiewetzone – landbouwontwikkelingsgebied’
3.
Uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding ‘reconstructiewetzone – landbouwontwikkelingsgebied’
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijlage 3 Landschapstypen en kenmerken
168
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
Maasdal ruimte voor natuurlijke rivierdynamiek laagste delen openheid behouden op hogere terrassen is verdichting mogelijk Kwaliteitsverbeterende maatregelen maatregel
prio
vorm
locatie
lijnvormige beplantings-elementen
++
met name in de vorm van Maasheggen en bomenrijen (knotbomen, populieren), terrasranden accentueren
langs wegen, oude riviergeulen of rivierruggen, perceelscheidingen. Parallel met de rivier
erfbeplanting
+
overgangen verzachten door middel van solitaire bomen, hagen, hoogstam, singel in inheems materiaal
maatwerk
natuurontwikkeling
++
heggen, grasland, hooiland, reliëf behouden en versterken
hogere terrassen
ruigtes, natte natuur in de vorm van verlandingsvegetaties, bronmilieus, stroomdalgraslanden, ooibossen, verschralen bodems, vrij eroderende oevers, oeverwalvorming, reliëf behouden en versterken, ecologische oevers
laagste terras
recreatieve ontsluiting
+
routestructuren voor wandelen en fietsen vervolmaken, rivieroever toegankelijk maken, Maas zichtbaar maken
nieuwe routes over trage wegen
verwijderen, verduurzamen bebouwing
+
kwaliteitsslag maken: voormalige (agrarische) bedrijfsbebouwing herbestemmen, opwaarderen, restaureren, vervallen gebouwen slopen
Maasdal
ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden
+
velden en kampen respecteren, velwegen en oude lanen herstellen, nederzettingsvormen aan de Maas accentueren, gehuchten als groene eilanden
Waar de kans zich voordoet: Contelmo
stimuleren vernatting
+
Maasmeanders, stroomgeulen, ooibossen, gradiënten op oevers ontwikkelen
laagterras en hogere terrassen: laagtes, stroomgeulen
overgang kernbuitengebied
++
hagen, singels, boomgaarden, erfbeplanting rondom kernen
kernen en gehuchten
Beekdalen de beek en haar dal zichtbaar maken ruimte voor natuurlijke rivierdynamiek bevorderen afwisseling open - gesloten toevoegen beekbegeleidende beplanting aandacht voor waterretentie en waterkwaliteit Kwaliteitsverbeterende maatregelen maatregel
prio
vorm
locatie
lijnvormige beplantings-elementen
++
met name in de vorm van heggen en bomenrijen (knotbomen, populieren)
begrenzing van het beekdal, langs wegen, oude riviergeulen of rivierruggen, perceel-scheidingen, parallel met de rivier
erfbeplanting
+
overgangen verzachten door middel van solitaire bomen, hagen, hoogstam, singel in inheems materiaal
maatwerk
natuurontwikkeling
++
natuurlijkheid van de beek versterken door middel van beekdynamiek, natuurlijke oevers, verruimde bedding
direct langs de beek
bevorderen beekbegeleidende beplanting zoals heggen, plantages, singels afwisselen met grasland, hooiland: mozaïek
in het hele beekdal
recreatieve ontsluiting
++
maak de beek zichtbaar en beleefbaar door middel van bruggen, paden en routes voor wandelen en fietsen
overal
verwijderen, verduurzamen bebouwing
++
kwaliteitsslag maken: voormalige (agrarische) bedrijfsbebouwing herbestemmen, opwaarderen, restaureren, vervallen gebouwen slopen
overal
ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden
+
afwisseling koesteren door velden, kampen en boomgaarden te respecteren, historische bebouwing accentueren en waar mogelijk ontsluiten
-
stimuleren vernatting
+
gradiënten op oevers ontwikkelen, retentievermogen van het beekdal verhogen
hele beekdal waar mogelijk
overgang kernbuitengebied
++
hagen, singels, boomgaarden, erfbeplanting rondom kernen
kernen en gehuchten
Oude ontginningen behoud van kernachtige clusters in open gebied behoud van openheid in oude akkercomplexen aandacht voor randen van akkers dorpsranden verzachten natuurontwikkeling in oude Maasgeulen Kwaliteitsverbeterende maatregelen maatregel
prio
vorm
locatie
lijnvormige beplantings-elementen
++
volgen oude lijnen in het landschap: landwegen, houtwallen, greppels beplanten of beplanting herstellen, akkercomplexen open houden
randen van de akkercomplexen
erfbeplanting
++
overgangen verzachten door middel van solitaire bomen, hagen, hoogstamboomgaarden in inheems materiaal
maatwerk
natuurontwikkeling
+
extensieve akkers en graslanden op de akkers, geen opgaande beplanting; in de randen en op de wallen is versterking met opgaande beplanting mogelijk; akkerrandenbeheer langs veldwegen, natuur ontwikkelen in oude Maasgeulen: IJzeren Bos, Tatertbos, Doort
akkers en randen
recreatieve ontsluiting
++
doorzichten vanuit linten op bolle akkers houden; gebruikmaken van oude veldwegen en houtwallen; ontsluiting kapellen en wegkruisen
bebouwingslinten, randen en akkers
verwijderen, bebouwing
+
ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden
+
afwisseling open en gesloten landschap koesteren door velden en kampen te respecteren; herstellen doorzichten tussen bebouwing; kruisen, kapellen en veldwegen behouden; historische beplanting en bebouwing accentueren en waar mogelijk ontsluiten
overal
stimuleren vernatting
+
in oude Maasgeulen
natuurlijke laagtes
overgang kernbuitengebied
++
rondom kernen aanplant van hagen, singels, boomgaarden, erfbeplanting
kernen en gehuchten
overal
Landduinen behouden cultuurlandschap van 1900 - 1950 versterken en uitbreiden mozaïeklandschap ontwikkelen heide, vennen, stuifzanden; omvormen naald- naar loofbos stimuleren variatie in grondgebruik herstel systeem van houtwallen en veedreven Kwaliteitsverbeterende maatregelen maatregel
prio
vorm
locatie overal
lijnvormige beplantings-elementen
++
lanen en dreven behouden en respecteren; vrijkappen brede zandbanen (dreef) en herstellen, herbeplanten houtwallen
erfbeplanting
+
niet van toepassing
natuurontwikkeling
++
herstellen kleinschalige patroon van open en gesloten akkers en bospercelen, landduinen open kappen om heide te ontwikkelen, natte venmilieus herstellen, naaldbos omvormen naar loofbos
Het Leen, Marisssen
recreatieve ontsluiting
++
routestructuren voor wandelen, fietsen, mountainbikers en ruiters; bestendige schuilgelegenheden; parkeerplaats; uitkijkpunt
overal, Het Leen, Marisssen
verwijderen, bebouwing
++
voor zover aanwezig, leegkomende bebouwing slopen
ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden
+
cultuurlandschap behouden, herstellen met respect voor natuurlijke waarden; houtwallen herstellen en zichtbaar maken; Leenderhof zo mogelijk ontsluiten
stimuleren vernatting
++
vennen en uitwaaiingslaagtes herstellen
overgang kernbuitengebied
niet van toepassing
natuurlijke laagtes
Jonge ontginningen, intensief open grootse openheid rationele verkaveling handhaven intensief grondgebruik mogelijk, LOGs lineaire landschapselementen Kwaliteitsverbeterende maatregelen maatregel
prio
vorm
locatie
lijnvormige beplantings-elementen
++
bestaande rationele ontginningslijnen respecteren en accentueren: bestaande lanen en bomenrijen transparant houden; kleinere wegen onbeplant laten
belangrijke en minder belangrijke ontginningslijnen
erfbeplanting
++
grootschalige agrarische bebouwing visueel ‘breken' door middel van solitaire bomen of singels in inheems materiaal
maatwerk
natuurontwikkeling
+
langs beken en waterlopen, open velden, extensieve graslanden
beken en waterlopen
recreatieve ontsluiting
++
routestructuren aantrekkelijker maken door nieuwe kleinschaliger paden langs waterlopen en over oude zandpadenstructuur
overal
verwijderen, bebouwing
+
Voormalige (agrarische)bedrijfsbebouwing herbestemmen, opwaarderen, restaureren, vervallen gebouwen slopen.
overal
ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden
+
agrarisch productiegebied met grote openheid als cultuurlandschap respecteren, lanen en oude houtwallen accentueren; behoud doorzichten
overal
stimuleren vernatting
+
langs waterlopen
Vlootbeek
overgang kernbuitengebied
++
clusters voorzien van erfbeplanting
kernen en gehuchten
Jonge ontginningen, extensief besloten besloten gebied behoud extensief grondgebruik verdichting door groene lijnelementen naaldbos omvormen naar loofbos kwelgebied moeras terugontwikkelen aansluiten bij vernatting Kasteel Montfort Kwaliteitsverbeterende maatregelen maatregel
prio
vorm
locatie
lijnvormige beplantings-elementen
+
kleinschaliger ontginningslijnen behouden door middel van bomenrijen en struweelhagen
ontginningslijnen
erfbeplanting
+
grootschalige agrarische bebouwing visueel ‘breken' door middel van solitaire bomen, singels of struweelhagen in inheems materiaal
maatwerk
natuurontwikkeling
++
terugbrengen moerasgrond waar agrarisch gebruik onrendabel is; natte bosschages; waterlopen ecologisch inrichten; verdichting door groene elementen; omvormen naaldbos naar loofbos.
laagtes en waterlopen
recreatieve ontsluiting
+
routestructuren aantrekkelijker maken door nieuwe kleinschaliger paden langs waterlopen en door open veld; doorzichten behouden
overal
verwijderen, bebouwing
+
vrijkomende agrarische bebouwing herbestemmen, opwaarderen, restaureren, vervallen gebouwen slopen
overal
ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden
++
versterk variatie open en gesloten; aansluiting zoeken bij vernatting, watertuinen van Kasteel Montfort; herstel oude natuurlijke ‘woeste gronden'
waar mogelijk
stimuleren vernatting
+
langs waterlopen, in laagtes
Middelsgraaf
overgang kernbuitengebied
+
clusters voorzien van erfbeplanting
kernen en gehuchten
Hoogterras (incl. steilrand) versterken beeld van steilrand en erosiedalen behouden open ruimtes op plateau behouden en versterken doorzichten nieuw bos aansluiten op bestaande ‘blokken' inpassen kernen Kwaliteitsverbeterende maatregelen maatregel
prio
vorm
locatie
lijnvormige beplantings-elementen
+
behouden bestaande lanen en transparante bomenrijen
hoofdwegen
erfbeplanting
++
grootschalige agrarische bebouwing visueel ‘breken' door middel van solitaire bomen, singels of struweelhagen in inheems materiaal
maatwerk
natuurontwikkeling
++
bosaanplant; omvormen naaldbos naar loofbos
bos
recreatieve ontsluiting
+
routestructuren aantrekkelijker maken door oude en nieuwe kleinschaliger paden door open veld; doorzichten behouden, aanleggen rust- en uitkijkpunten; uitkijktoren op steilrand
overal
verwijderen, bebouwing
+
VABs herbestemmen, opwaarderen, restaureren, vervallen gebouwen slopen
overal
ontwikkelen landschappelijke en cultuurhistorische waarden
+
vergezichten over droogdalen open houden; open ruimte respecteren; doorzichten respecteren; oude hoeven ontsluiten; wachttoren Koude Oorlog restaureren
waar mogelijk
stimuleren vernatting
++
in erosiedalen
Maria Hoop, Kerkweg
overgang kernbuitengebied
++
dorpen voorzien van groene gordel met behulp van boomgaarden, huisweiden met hagen en bomenrijen
kernen en gehuchten
Buitengebied Echt - Suster en(vastgesteld)
Bijlage 4 Landschappelijke inpassing Hommelw eg 10
NL.IMRO.1711.BP20120027-VG01
179
LKM uitbreiding agrarisch bedrijf opdrachtgever T. Jeurissen datum 17.01.2013 versie definitief
Jeurissen LKM plan
werkdocument
LKM uitbreiding agrarisch bedrijf opdrachtgever T. Jeurissen datum 17.01.2013 versie definitief
Jeurissen LKM plan
werkdocument
4
i n h o u dso pgave
01 Aanleiding
pag. 09
02 Analyse
pag. 12
03 Visie
pag. 20
04 Ontwerp
pag. 24
05 Beheer
pag. 32
5
AANLEIDING
01
Luchtfoto met plangebied. In rood het bestaande bedrijf en in blauw de geplande uitbreiding 8
0 1 AAnleiding
In het buitengebied van Susteren heeft dhr T. Jeurissen aan de Hommelweg een agrarisch bedrijf. Dit bedrijf is gelegen tussen vakantiepark Hommelheide aan de westzijde, het IJzerenbos aan de zuidwest zijde en de Duitse grens aan de zuidoost zijde. Dhr. Jeurissen wil graag zijn bedrijf uitbreiden van de bestaande 8.000 m² naar 20.000 m². Omdat deze uitbreiding een impact heeft op het landschap verwacht de gemeente Echt-Susteren dat dhr. Jeurissen zich inspant om de uitbreiding landschappelijk in te passen en te zorgen voor een kwaliteitsverbetering van het landschap. De gewenste omvang van de landschappelijke inpassing is door de gemeente Echt-Susteren middels het LKM berekend op 3.000 m² nieuw groen. Heusschen * Copier heeft de opdracht gekregen om de inpassing van deze bedrijfsuitbreiding en de kwaliteitsbijdrage aan het landschap te ontwerpen.
Zicht op het bestaande bedrijf vanuit de Heerenstraat 9
ANALYSE
02
0 2 A n a ly se
Historie
Waterstructuur
Rond 1900 bestond het plangebied en de omgeving nog uit (natte) heide met
In het zuiden lopen door het gebied een aantal beken, namelijk de Middelsgraaf
vennen en moerassen. De drogere gronden waren reeds ontgonnen en geschikt
en de Nelisgraaf. In het noordoosten is een relict van het grootschalige
gemaakt voor de landbouw, maar op de natte gronden was dit nog niet mo-
moerassige gebied uit het verleden nog zichtbaar. Dit is het Haeselaarsbroek,
gelijk. Ten oosten van het moerassige ‘Heiselaar broek’ (tegenwoordig Haese-
hier doorheen meandert een waterloop en liggen meerdere poelen. Een groot
laarsbroek genoemd) waren op de hogere gronden van de steilrand een grote
oppervlaktewater is te vinden midden in het vakantiepark Hommelheide. Door
oppervlakte aangeplante (naald)bossen aanwezig die gebruikt werden voor
de rest van het gebied lopen verschillende sloten om de landbouwgronden af te
houtproductie. Het IJzerenbos bestond reeds en was een verzameling van
wateren. Als deze er niet waren geweest, zou de grond te nat zijn voor de
natte hooilanden, beeklopen en loofbossen.
landbouw. Water (sloten) is daarom een belangrijk aspect in het jonge
Later zijn ook de laaggelegen natte heidegebieden ontgonnen en geschikt
ontginningslandschap.
gemaakt voor de landbouw. Het plangebied is hierbinnen gelegen.
Historie
Waterstructuur
N
el
is
gr
aa
f
geplande uitbreiding
M
id
de
ls
Historische kaart (bron www.watwaswaar.nl)
12
gr
aa
f
Verkavelingsstructuur
Infrastructuur
In het IJzerenbosch en in het vakantiepark Hommelheide zijn de wegen/paden
Het gebied kent geen uitgebreide infrastructuur. De grotere ontsluitingswegen
enigszins slingerend en niet altijd recht. In de rest van het gebied is de
zijn de Haeselaarsweg en de Hommelweg. Deze twee wegen zijn met elkaar
verkaveling echter strak en rationeel. Deze rationele verkavelingsstructuur is een
verbonden door de Heiboschweg. Langs agrarische percelen lopen kleinere,
van de belangrijke herkenbare kernkwaliteiten van het jonge ontginnings-
onverharde landbouwwegen.
landschap.
Infrastructuur Ha
laa
rsw
eg
H
ei bo sc hw
eg
ese
ee re ns tr
aa
t
H
om
m
el
w
eg
H
Verkavelingsstructuur
13
Bebouwing
Robuust groen
De bebouwing concentreert zich in het noordoosten in het vakantiepark
In de omgeving van het bedrijf van dhr. Jeurissen liggen een aantal robuuste na-
Hommelheide en het gehucht Heide, en in het zuidoosten in het Duitse plaatsje
tuurgebieden. In het oosten ligt het moerassige Haeselaarsbroek. Het bosgebied
Schalbruch. Hier tussenin zijn vooral aan de grotere wegen verspreid boerderijen
‘Bos en broek’ dat parallel loopt aan de Duitse grens bestaat uit droge bossen en
gelegen. Het gebied kent voor de rest grote oppervlaktes onbebouwde
is gelegen op de steilrand. In het zuidwesten ligt het IJzerenbos. Het IJzerenbos
landbouwgronden en bosgebieden.
bestaat uit (natte) bossen en hooilanden. Door, en aan de rand van dit bosgebied lopen de waterlopen Middelsgraaf en Nelisgraaf. Het vakantiepark Hommelheide is weliswaar geen natuurgebied, maar vormt door het bosachtige karakter en de aangrenzende golfbaan toch een geschikt leefgebied voor verscheidene soorten.
Bebouwing
Robuust groen bosgebied Vakantiepark Hommelheide
Haeselaarsbroek
Bos en Broek IJzerenbos
14
Lijnvormige landschapselementen
Ecologisch functioneren
De robuuste groene gebieden worden met elkaar verbonden door lijnvormige
De natuurgebieden Haeselaarsbroek, Bos en Broek en het IJzerenbos vormen
landschapselementen. Het open ontginningslandschap kenmerkt zich door de
kerngebieden. Het park Hommelheide kan gezien worden als stepping stone
lijnvormige elementen met een open karakter. Langs wegen zijn veelal
door de groene dooradering. Deze robuuste groene gebieden worden met elkaar
bomenrijen of lanen aanwezig met weinig ondergroei. Als erfbeplanting bij
verbonden door de lijnvormige landschapselementen in het open landschap. De
boerderijen zijn ook lijnvormige groene elementen te zien in de vorm van
verbindingen langs de Hommelweg en de Heerenstraat worden niet of
houtsingels en bomenrijen. Dichter bij de bosranden zijn ook de perceelsgrenzen
nauwelijks onderbroken en vormen doorlopende verbindingen tussen de
voorzien van lijnvormige landschapselementen.
natuurgebieden. Op de kruising van de Heerenstraat en de Hommelweg komen deze verbindingen samen en vormen hiermee een kruispunt. Deze verbindingen en de andere lijnvormige landschapselementen in het gebied bieden mogelijkheden voor o.a. vleermuizen en dassen om van het ene naar het andere gebied te trekken. De voedselrijke weilanden bieden goede mogelijkheden voor de das om te foerageren. In de omgeving komen verscheidene diersoorten voor. In Bos en Broek komen o.a. de soorten ree, das, bosuil, boomvalk en buizerd voor. In het Haeselaarsbroek komen soorten zoals ree, das, putter, grote bonte specht en groene specht voor. In het IJzerenbos komen o.a. ree, das, buizerd, sperwer, nachtegaal, middelste bonte specht, zwarte specht en groene specht voor. In vakantiepark Hommelheide komen de das, vleermuizen,
buizerd en boomvalk voor. Zelfs de
vlindersoort Koninginnepage komt voor in Hommelheide. Lijnvormige landschapselementen
Ecologisch functioneren
Kruising in verbindingen
Ecologische verbindingen
15
Massa/ruimte
Landschapsstructuur
De bos- en natuurgebieden en het vakantiepark vormen gesloten massa’s. Het
De structuur van het landschap wordt gekenmerkt door de openheid van het
middelpunt van het gebied is open en hier zijn weidse uitzichten mogelijk naar
jonge ontginningslandschap, dat doorsneden wordt door lijnvormige elementen
de landbouwgronden en natuurgebieden rondom. Aan de randen van de bos- en
zoals sloten, houtsingels en bomenlanen. Deze elementen volgen het rationele
natuurgebieden is een overgang te zien van open ruimte naar gesloten massa.
verkavelingpatroon van het gebied. Deze structuur waarin ook sloten en beken
Deze wordt gevormd door een steeds dichter wordend patroon van lijnvormige
voorkomen laat duidelijk zien dat water een belangrijk aspect vormt, zowel voor
landschapselementen zoals lanen en houtsingels. Ook staan er dichter bij de
het in stand houden van de (natte) natuur als voor het mogelijk maken van
bosranden vaker solitaire bomen.
landbouwkundige activiteiten. De structuur aan lijnvormige elementen wordt echter op verscheidene plaatsen onderbroken en is niet altijd doorlopend.
Massa/ruimte
16
Landschapsstructuur
Bomenlaan en sloot langs weg
Lijnvormig landschapselement, houtsingel
Bosrand in het Haeselaarsbroek
Jong bos naast bestaand bos 17
VISIE
03
0 3 v i s ie
Om het bestaande landschap een kwaliteitsimpuls geven is het belangrijk om de karakteristieke aspecten van het landschap te versterken en woningen en overige bebouwing landschappelijk in te passen. Dit is opgenomen in een visie. De visie hanteert de volgende uitgangspunten: •
Versterken (ecologische) samenhang door onderbroken lijnvormige
landschapselementen aan te vullen;
•
Respecteren rationele verkavelingstructuur en accentueren door
lijnvormige landschapselementen;
•
Respecteren openheid van het jonge ontginningslandschap door het
toepassen van ‘open’ landschapselementen zoals bomenrijen;
•
Landschappelijke inpassing van boerenbedrijven door groene omlijsting;
•
Behouden zichtrelatie tussen de agrarische bedrijven en de bos en
natuurgebieden in de omgeving.
Respecteren rationele verkavelingsstructuur met sloten als herinnering aan ontginning van de (natte) heide
Door het aanvullen van onderbroken landschapselementen ontstaan nieuwe verbindingen voor o.a. de das en vleermuizen. Het aanplanten van bos zou het open landschap alleen maar verdichten. Daarom zijn juist open elementen met hier en daar wat struweel op zijn plaats.
Versterken lijnvormige structuren en ecologisch functioneren door aanplant van 20
nieuwe bomenrijen/lanen en versterking van bestaande bomenrijen
Visie
Visiekaart met aangevulde lijnvormige landschapselementen en erfbeplanting. In oranje is de geplande bedrijfsuitbreiding aangegeven. 21
ontwerp
04
0 4 o n twerp
Landschappelijke inpassing uitbreiding en bestaand bedrijf
Potentieel natuurlijke vegetatie
De uitbreiding van het bedrijf van dhr. Jeurissen kan landschappelijk ingepast
De keuze van het plantsoen is gebaseerd op de plaatselijke PNV (Potentieel
worden door middel van het aanplanten van een brede strook groen. Wanneer
Natuurlijke Vegetatie). Er is sprake van een lemige gooreerdgrond. Op deze
deze strook beplant zou worden met een enkele of dubbele rij bomen zou dit
gronden, die de overgang vormen tussen drogere gebieden en de nattere
element kunnen gaan concurreren met de bestaande laan naast de Heeren-
beekdalen komt van nature het elzen-eikenbos voor. Omdat op zomereik vaak
straat. Om een lijnvormig element te creëren dat duidelijk een eigen identiteit
processierupsen voorkomen, en dit niet wenselijk is in de erfbeplanting is deze
heeft maar toch aansluit op de reeds bestaande bomenrijen kunnen hier solitaire
boomsoort niet toegepast. De soorten zwarte els, zachte berk, ratelpopulier en
bomen en boomgroepjes geplant worden en hier en daar struweelvegetatie.
gewone es worden als boom aangeplant, zowel in kleine groepjes, als solitair en
Hierdoor blijft het zicht vanuit het boerenbedrijf op de omliggende landerijen en
als bomenrij. De walnoot valt weliswaar niet onder de plaatselijke PNV maar is
natuurgebieden behouden, maar komt de uitbreiding toch beschut te liggen en
wel karakteristiek voor boerenerven.
wordt de bebouwing visueel ‘gebroken’. Om het extra hemelwater te kunnen bergen dat afkomstig is van het nieuwe verharde oppervlak en daken op
Winst voor ecologie
de nieuwe gebouwen is een voorziening nodig. Het gebied wordt gekenmerkt
Door in het struweel besdragende soorten aan te planten wordt nieuwe voedsel-
door rationele verkaveling met een veelheid aan sloten en greppels. Aan de
gelegenheid voor diverse zangvogels gecreëerd. Ook kan de das gebruik maken
zuidzijde van de groenstrook kan een greppel worden gegraven van ±0,5 meter
van de lijnvormige structuur en eten van het valfruit. De greppel zorgt voor
diep waar hemelwater kan infiltreren, maar ook kan wegstromen naar de
geleiding en beschutting, en door de verlaging ontstaan nieuwe gradiënten in
aangrenzende bestaande sloten. Een onderbreking in de greppel zorgt ervoor
vochthuishouding waardoor plantensoorten van nattere milieus zich kunnen
dat de landerijen aan de zuidzijde van het bedrijf bereikbaar blijven.
vestigen. De opgaande bomen in de groenstrook fungeren als geleidende structuur voor vleermuizen en bieden tevens uitkijkposten voor roofvogels. Een
Om het bestaande bedrijf aan de voorzijde (Hommelweg) beter landschappelijk
onderbegroeiing van kruidenrijke vegetatie met nectarhoudende planten heeft
in te passen kunnen een aantal bomen aangeplant worden. Een typische boom
een grote aantrekkingskracht op vlinders en andere insecten.
die vaak terug komt op boerenerven is de walnoot. Deze is te planten naast de bestaande berk, aan de oostzijde van de parkeerplaats. Tussen de bestaande stal
De bomen op het voorerf bieden nestgelegenheid voor vogels. De walnoot biedt
en de kippenren is plaats voor een tweetal elzen. Deze gebiedseigen boom zal
voedsel aan o.a. de eekhoorn. Bovendien zorgt het aanplanten van de walnoot
ervoor zorgen dat de bestaande stal visueel wordt ‘gebroken’.
nabij andere bomen dicht bij de weg voor een betere geleiding voor vleermuizen.
Door het toepassen van deze 3 bomen op het voorerf wordt
De aan te planten essenrij langs de Heiboschweg zorgt ervoor dat de bestaande
het aanzicht vanuit de weg verfraaid.
vliegroutes van vleermuizen langs de Hommelweg en langs de Haeselaarsweg met elkaar verbonden worden. Hierdoor wordt het gebied voor vleermuizen beter
Kwaliteitsbijdrage landschap
ontsloten. Langs de Heiboschweg is reeds een greppel/sloot gelegen. Samen
In het gebied worden bijna alle wegen begeleid door een enkele, of dubbele
met de nieuwe bomenrij vormt dit een geleidend element dat beschutting biedt
bomenrij. Bij de Heiboschweg is dit echter niet het geval. Het toepassen van een
voor o.a. dassen en kleine zoogdieren.
bomenrij aan de oostzijde van deze weg zorgt ervoor dat deze lineare structuur in het landschap wordt versterkt en geaccentueerd. Om de open uitstraling van
Met een erfbeplanting zoals voorgesteld wordt het bedrijf landschappelijk
het landschap te behouden worden hier bomen aangeplant die tot een flinke
ingepast. Door het planten van de bomenrij langs de Heiboschweg wordt de
hoogte takvrij blijven en worden ze ±12 meter uit elkaar geplant. Een
landschapskwaliteit verhoogd.
gebiedseigen soort die ook naast de Hommelweg is toegepast is de gewone es.
24
Bestaande situatie
Geplande uitbreiding, landschappelijke inpassing en kwaliteitstoeslag 25
In rood de kwaliteitsbijdrage, en in blauw de landschappelijke inpassing 26
bestaande bomen
bestaande Elzen
bebouwing
walnoot
bestaande bebouwing bestaande
Geplande
bomen
uitbreiding
Geplande uitbreiding bestaande
Solitaire bomen en
bebouwing
boomgroepjes Geplande uitbreiding
Struwelen met inheemse struikvormers
Geplande uitbreiding
kruiden- en bloemrijke, korte vegetatie greppel voor
0
25
50
75
100 m
infiltratie hemelwater
27
P L ANT SOENL IJ ST
28
Zachte berk
Ratelpopulier
Zwarte els
Hazelaar
Eenstijlige meidoorn
Gewone vogelkers
Grauwe wilg
Sporkehout 29
BEHEER
05
0 5 B EHEER
Om de erfbeplanting goed te laten slagen en het gewenste beeld te verkrijgen is
gevaar opleveren kunnen gesnoeid worden. Voor de essen langs de
een gedegen beheer noodzakelijk.
Heiboschweg geldt hetzelfde. Om een open structuur van het landschap te behouden kunnen de essen opgekroond worden, zodat ze over een ruime lengte
Het is belangrijk om de strook erfbeplanting uit te rasteren zodat het jonge
takvrij blijven. Een periodieke keuring (VTA: Visual Tree Assessment) moet
bosplantsoen en de jonge bomen geen vraatschade kunnen ondervinden.
uitwijzen of eventueel loshangende, of afstervende takken een gevaar opleveren voor voorbijgangers. Deze takken kunnen dan gesnoeid/afgezaagd worden.
In de eerste 2 jaar is mechanische onkruidbestrijding tussen het jonge bosplantsoen nodig om ongewenste kruiden zoals akkerdistel en zwarte
Bij het beheer geld dat alles in het veld moet worden vastgesteld. Wanneer de
nachtschade tegen te gaan. Het bosplantsoen en de solitaire bomen vergen in
struiken nog erg klein zijn na 15 jaar kan gewacht worden met het afzetten, en
de eerste jaren geen onderhoud.
als de kruidenrijke vegetatie sterk dreigt te verruigen kan gekozen worden om vaker te maaien. Derhalve zijn de termijnen die hier genoemd worden richtlijnen.
De kruidenrijke vegetatie (inclusief de kruidenvegetatie in de greppel) dient jaarlijks gefaseerd gemaaid te worden. Door dit gefaseerd te doen blijven telkens stukken kruidenrijke vegetatie bestaan. Sommige diersoorten zijn afhankelijk van een overblijvende kruidenvegetatie en zijn hiermee gebaat. Na een aantal jaren kan bekeken worden of de struiken en de bomen groot genoeg zijn om begrazing te laten plaatsvinden. Dan kan gekozen worden om in plaats van maaien, vee in de strook te laten om de kruidenrijke vegetatie kort te grazen. Het is echter niet de bedoeling dat er jaarrond vee in de strook loopt, omdat het lijnvormige karakter van de erfbeplanting dan wordt verstoord wanneer sprake is van vertrapping en overbegrazing van de strook. Bovendien kunnen bomen en struiken dan beschadigd worden. De struwelen worden beheerd door gefaseerd afzetten en dunnen. Dit kan iedere 15 jaar plaatsvinden. De eerste 15 jaar behoeven de struwelen dus geen beheer. Doordat het afzetten gefaseerd gebeurd blijven er telkens (onderdelen van) struwelen staan waardoor altijd beschutting blijft bestaan voor vogels, kleine zoogdieren en ander diersoorten. De elzen op het voorerf behoeven geen beheer. Deze kunnen dan uitgroeien tot hun natuurlijke vorm. De walnoot kan wel beheerd worden als een laanboom. Indien gewenst kan deze opgekroond worden, en afgestorven takken die een
32
33