Bronzen koppen gemaakt door J.C.Altorf Opsteller : Rob Visser
In aansluiting op het document “Johan Coenraad (‘Jan”) Altorf een Haagse beeldende kunstenaar” wat hoofdzakelijk gaat over bouwbeeldhouwwerk, is dit document er één in een reeks van kleine schetsen die een object of groep gelijkgestemde objecten terug brengt in hun tijdsbeeld en wat additionele informatie verstrekt over de modellen, doel, functie en of anderszins. Deze documenten staan ook online op de website www.jcaltorf.info De reeks bestaat uit: Bronzen koppen gemaakt door J.C.Altorf De zilveren bal ontwerp J.C.Altorf J.C.Altorf op de internationale tentoonstellingen: Turijn 1902 en Parijs 1925 Monogrammen en merktekens gebruikt door J.C.Altorf Jachthuis St. Hubertus en de werken van J.C.Altorf Beeld van Raden Mas Jodjana van J.C.Altorf bij Kunst&Kitsch De stenen koppen gemaakt door J.C.Altorf Historie Nederlandse Kring van Beeldhouwers – J.C.Altorf H.P.Bremmmer over J.C.Altorf en zijn werk Houten panelen in hoofdkantoor De Centrale 1936 door J.C.Altorf J.C.Altorf in samenwerking met – P.F.Ritter J.C.Altorf op de Biënnale Venezia
Bronzen koppen gemaakt door Altorf In 1949 schreef de kunstredacteur van het Vaderland, G.H.’s-Gravensande, in het artikel “ De beeldhouwer J.C.Altorf ” in het blad “Kunst en kunstleven”; Ik schreef reeds , dat hij de ziel van de Oosterling zuiver heeft aangevoeld. Dat komt sterk naar voren in de magistrale kop van de schilder Jan Toorop, maar sterker nog in de kop van de Javaanse danser Jodjana. Hoewel hij ook in deze plastieken – en die van de Javaanse dichter Noto Soeroto – met vlakken heeft gewerkt, gestileerd zo men wil, heeft hij niet alleen een treffende gelijkenis bereikt, maar ook, als ware hij zelf Aziaat, het mystieke wezen van de figuren er in weten te leggen. Het is een portret, maar er is meer dan de uiterlijke gelijkenis, vooral de kop van de laatste (Jodjana) schrijft Plasschaert, stelde gerust omtrent de mogelijkheid, bij Altorf een psychologische gelijkenis te kunnen geven. Deze gelijkenis was hier, in een metaal, brons, dat edel van sonore kleur ons bleek. Altorf had zijn vroeger werk niet verloochend (waarom zou hij dat ook?) een strenge symmetrie heerste bijvoorbeeld in de kop, maar de vormen van de gekarakteriseerde kop waren bezield van binnen uit. En dat was wat Altorf moest hebben; zijn smaak moest versterkt worden, verinnigd van binnen uit. Men lette op de ogen in zijn verschillende koppen en vergelijke eens die van Jan Ligthart, Toorop, Jodjana en Noto Soeroto. Hoe heeft hij de verschillende naturen aangevoeld; de typische Hollandse pedagoog, de schilder, de danser en de dichter. In Jodjana is alles sereen, de oogledenhalf geloken, de mond met een hautaine trek; Toorop, in hardsteen, ziet zijn verbeeldingen; Noto soeroto droomt van de “geur van moeders haarwrong”en Ligthart blijft onderwijsman. Deze verschillende karakteristieken te hebben gegeven – er zouden nog meer voorbeelden te noemen zijn – is een verdienste van de beeldhouwer, die men niet hoog genoeg kan schatten.
Het ging over de onderstaande koppen…! Jan Toorop Johannes Theodorus (Jan) Toorop, ook: Jean Theodor Toorop, (Poerworedjo, 20 december 1858 – Den Haag, 3 maart 1928) was de belangrijkste Nederlandse kunstschilder van het symbolisme. Zijn werk evolueerde echter tot deze stijl langs zijn debuterend impressionisme, waarin hij het licht in kleur bracht, en zijn daaropvolgend divisionisme. Jan Toorop is de vader van Charley Toorop, de grootvader van Edgar Fernhout en de overgrootvader van Rik Fernhout - vier generaties kunstschilders.
1925 Collectie Kroller Muller
Collectie museum de Fundatie
Zelfportret door Jan Toorop
Over deze kop zegt Just Havelaar in 1925 dit: Buitengewoon intusschen is de strenge, bronzen Toorop kop, die Altorf dit jaar schiep. Het is een sculptuur, die in haar klare, haast harde bewustheid, in haar lineaire styleering. den grooten geest van Mendes' kunst zeer dicht nadert. Geen liefelijk poëtiseerend beeld van den gemalen schilder, misschien zelfs een wat wreed beeld is dit, maar een groot, eerlijk, mannelijk werk, dat de donkere, lijdende macht van Toorop's wezen machtig vertokt. Het heeft, in zijn achteroverliggende houding, iets van de ongenaakbaarheid der Egyptenaren. In het oeuvre van Altorf neemt dit werk een belangrijk plaats in. In 1951 ter gelegenheid van de 60e verjaardag van schilderes Charley Toorop, heeft Altorf voor kunstverzamelaar S.J.Sala een borstbeeld vervaardigd van haar vader Jan Toorop wat hij heeft aangeboden aan het gemeentebestuur van Bergen, en wat geplaatst werd op de hoek van de Buerweg (waar Charley Toorop woonde) en de Jan Tooropweg. Het beeld staat nu op de oprijlaan van museum Kranenburgh te Bergen(NH). Deze buste is naar het ontwerp van de bronzen uit 1925
Jan Ligthart Jan Ligthart (Amsterdam, 11 januari 1859 — Laag-Soeren, 16 februari 1916) was een Nederlandse onderwijzer en onderwijsvernieuwer. Hij werd bekend als schoolhoofd van een lagere school in de Schilderswijk van Den Haag en als schrijver van artikelen en boeken. Hij was betrokken bij de oprichting van het Nederlandsch Lyceum in Den Haag en adviseerde andere vernieuwingsscholen zoals de Haagsche Schoolvereeniging (waar zijn kinderen op school gingen). Onderstaand beeld is een geschenk uit 1929 van de leraren van het Lyceum aan het Nederlands lyceum en heeft daar jaren gestaan, daarna is het overgebracht naar de Haagse School Vereniging waar het nog steeds de hal siert.
1929 Bezit HSV Ui t Jeugdherinneringen
Jodjana Raden Mas Jodjana (Yogyakarta, 6 februari 1893-La Reole (Gironde)20 september 1972), een Javaanse prins die naar Nederland kwam om te studeren maar die voor een kunstenaars bestaan koos o.a. danser werd hij trouwde met een Hollandse vrouw en woonde met zijn gezin vele jaren in Den Haag, en gaf talloze dansvoorstellingen begeleid door een gamelanorkest. Hij deed dat dikwijls in combinatie met de Javaanse dichter Noto Soeroto.
1924 Particuliere collectie/ Museum Boijmans van Beuningen
In 1927 maakte hij nog een bronzen kop van Jodjana, de onderstaande foto stond in de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 25 Januari 1928 , de verblijfplaats is mij onbekend!
1927 Particuliere collectie ? Schilderij Isaac Israëls
Noto Soeroto Raden Mas Noto Soeroto (Jogjakarta, 5 juni 1888 – Solo, 25 november 1951) was een NederlandsIndisch journalist, schrijver, cultuuractivist, danser en dichter van Javaanse afkomst. Hij was de eerste Javaanse dichter die in de Nederlandse literatuur werd opgenomen. Het hoogst gewaardeerd werden zijn prozagedichten, waaraan de invloed van Rabindranath Tagore (aan wie hij verschillende studies wijdde) niet vreemd was.
19.. Particuliere collectie? Naar het gipsen model van Altorf’s brons
De boro-boedoor ; vers I De heuvel staat, der steenen stad ten schoor, In zeven ommegangen vast geklonken. Door vrome hand aan Boeddha’s eer geschonken verrees de tempel Boro-boedoor En eenzaam zwijgend in gepeins verzonken houdt hij daar stand de wankele eeuwen door, d’eerwaarden kop beglansd door gouden gloor van dorst’ger aarde koelë avonddronken. Rivieren ruischen voort naar verre kusten langs velden groenende aan den heuvelvoet, waarboven groots zijn schoonheid staat te rusten; En heerlijk straalt in schemer-donk’re nissen, schoon niemand meer zijn wij-lamp vlammen doet, het Licht uit wonderschoone beeltenissen.
Schilderij door TH.B.van Lelyveld
De boro-boedoor ; vers II In wijdsche gewaad van vaal bemoste steenen, ééns diep doorgeurd van wolken wierookzoet, zo peinst hij kalm in de avondgloed en overschouwt den einder om hem henen, gelijk het beeld, dat met gekruiste benen glimlacht mat àl den glans uit ’t diepst gemoed, waarin het kwaad slechts schaduw is van goed en smart versmelt door Vrede’s licht beschenen. Nog straalt de wijding van den tempel af, waar ééns mijn volk den wijzë eere gaf, wiens hart zich hoog verhief voor God tot troon; En als wie éénmaal God in zich bekende, zoo zit ook hij, terwijl de tijden renden, vol glorie in zijn rust van godlijk Schoon
Uit Noto Soeroto; De Geur van Moeders Haarwrong Het gedicht “DE BORO-BOEDOOR vers I EN II was door Noto Soeroto opgedragen aan J.W.IJzerman. Dr. Jan Willem IJzerman (Leerdam, 9 april 1851 - Den Haag, 10 oktober 1932) was een ingenieur bij de aardoliewinning in Nederlands-Indië, lid van de Tweede Kamer, voorzitter van het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap en een belangrijk persoon voor het behoud van de Borobudur en andere tempels op Java
Maar in het blad Oedaya 3 uit 1926 , was reeds een stuk gewijd van de hand van Nico Oosterbeek aan drie van de bronzen koppen gemaakt door Altorf :
In het tijdschrift Oedaya Jaargang 5 1928 blz 81 stond nog dit werk van Jan Altorf, de kop van Raden Mas Jodjana uitgevoerd in brons, inderdaad dezelfde als in de krant van januari 1928 maar toch….. !!
Bronnen: René Karels, Mijn aardse leven vol moeite en strijd Noto Soeroto, 2010 Noto Soeroto De Geur van Moeders Haarwrong 1916 Oedaya 3, 1926 Oedaya 5, 1928 Haks&Maris Lexicon of foreign Artists who Visualized Indonesia 1600-1950, 1995 Jan Ligthart Jeugdherinneringen Wikipedia Instanties: RKD - Rijksbureau Kunsthistorische Documentatie KTI - Koninklijk Instituut voor de Tropen KB - Digitale krantenarchief