Nr. 7 09.04.2011
Wilt u uw mening geven? U kunt een brief van maximaal 200 woorden mailen naar
[email protected]. De redactie behoudt zich het recht voor om inzendingen niet te plaatsen of in te korten.
Brieven
Nieuwe vlag op modderschuit
Met het idee van de Onderwijsraad, om de excellente leerkracht extra te belonen, wordt een nieuwe vlag op de modderschuit geplaatst. De commissie Dijsselbloem heeft aangegeven, dat de overheid zich minder van bovenaf moet bemoeien met het onderwijs. Weer staat het kabinet op het punt om in dezelfde valkuil te trappen. De vorige minister, Plasterk, heeft het onderwijsveld een loonsverhoging toegezegd. Dit kabinet zet de collectieve sector twee jaar op de nullijn, maar introduceert de bonus voor de excellente leerkracht in het onderwijs, als zoethoudertje. De bonuscultuur, die in tal van sectoren haar destructieve sporen heeft achtergelaten, mag nu ook het onderwijs in Nederland verder afbreken. In de onderwijswereld kent men vooral de cultuur van de intrinsieke motivatie; iets doen omdat je het van binnenuit wilt doen; bevlogenheid. Zeker de naamgever van dit kabinet moet dat als geen ander weten. Hij geeft twee uur per week Maatschappijleer aan een klas in het vmbo. Kabinet, doe gewoon wat je als werkgever aan je leerkrachten hebt beloofd. Verhoog de salarissen in het onderwijs en geef het onderwijs gelden voor conciërges en administratieve ondersteuning. Dick Westerbeek, onderwijsadviseur, NIjmegen
Kapitaalvernietiging
In september 2010 was de Vaste Kamercommissie voor Onderwijs gast bij ons op De Schelp, een school voor so en vso/zmlk. Tijdens dit werkbezoek hebben de deelnemers meerdere malen hun bewondering uitgesproken voor de manier waarop de leerkrachten van onze school werken. Vooral, omdat wij uitgaan van de leerlingen en hen dàt bieden, wat zij écht nodig hebben. Onlangs heeft de directie van onze school zwart op wit de gevolgen van de voorgenomen bezuinigingen op het speciaal onderwijs ontvangen. Onze school zal zo’n 5 à 6 fte’s in moeten leveren. Daarnaast is het
colofon
verloren gaan van alle expertise in het (voortgezet) speciaal onderwijs nog eens een extra kapitaalvernietiging. Binnen de huidige rec’s is expertise aanwezig, maar deze gaat geheel verloren en haar taken moeten door de (nog te vormen) samenwerkingsverbanden overgenomen worden, waar deze expertise niet voorhanden is. De collega’s binnen het regulier basisonderwijs beschikken op dit moment nog niet over de praktische kennis en vaardigheid om met dit soort leerlingen om te kunnen gaan. Geen probleem zou je zeggen, maar de tot op heden aanwezige vraagbaak, de ambulante begeleiding, wordt met het ingaan van
de bezuinigingen ook voor het grootste gedeelte de nek omgedraaid. Dit komt de kwaliteit van het basisonderwijs zeker niet ten goede komen. Jan Willem Topper, Haarlem.
Hoezo bezuinigen?
Advertentie
Ondanks de vele protesten blijft de minister van Onderwijs bij haar bezuinigingsplannen. Veel ouders en hun kinderen zitten nu in grote onzekerheid over de gevolgen die ongetwijfeld heel ingrijpend zullen zijn. Kunnen ze straks nog naar die speciale school waar ze nu, vaak na een lange lijdensweg, eindelijk op hun plek zitten? Veel leraren en vooral ambulante begeleiders moeten vrezen voor hun baan. Al die kennis rondom het begeleiden van leerlingen met een stoornis, ziekte of ander probleem zal grotendeels verloren gaan. Terwijl juist de huidige zorgleerlingen met die extra begeleiding in het regulier onderwijs kunnen blijven. Dat is toch de essentie van passend onderwijs. De leerkrachten in het reguliere onderwijs beseffen misschien nog niet welke gevolgen deze maatregelen voor hen zullen hebben. Grotere klassen met meerdere zorgleerlingen. Ze zullen opleidingen moeten volgen om die speciale leerlingen goed te kunnen begeleiden. Terwijl we die deskundige leraren en begeleiders al hebben in het speciaal onderwijs. Hoezo bezuinigen! Hoezo kennis van zaken! Ik hoop echt dat mevrouw Van Bijsterveldt haar beleid aanpast. Het zou bij ouders en leerkrachten een hoop zorgen wegnemen. Pieter Jan Lammers, Geldrop
Schooljournaal is een uitgave van CNV Onderwijs Oplage: 53.000 exemplaren Redactieadres Postbus 2510, 3500 GM Utrecht, tel. (030) 751 10 03 E-mail
[email protected] Hoofdredacteur Michel Rog Redactie Edwin van Baarle, Ciska de Graaff (eindred.), Rob Klunder (stagiair), Peter Magnée (eindred.) Secretariaat Jobien Goldberg Medewerkers Joost Blankens poor, Maaike de Bruijn, Manon de Groot, Liesbeth Hermans, Lisette Jongerius, Marloes Oelen, Mijke Pelgrim, Pierre Wind Omslagfoto Mirjam van der Hoek Basisontwerp en opmaak FIZZ reclame + communicatie, Meppel Druk Ten Brink, Meppel Abonnementen € 150,– per jaar. Personeelsadverte nties opgeven en informatie bij Nina Smit, (030) 751 17 78, ma. t/m woe. 8.30-17 uur óf (06) 12 78 71 54. Info: www.cnvo.nl/adverteren. E-mail: nsmit@cn vo.nl. Advertenties kunnen worden opgegeven tot uiterlijk woensdag 14.30 uur (gegarandeerde plaatsing wanneer gemeld dinsdag voor 16.30 uur). Prijzen vanaf € 105,– incl BTW Zakenadvertenties Bureau Van Vliet BV, Wendy Kuijper, e-mail:
[email protected], Jenny Duindam, e-mail:
[email protected], Postbus 20, 2040 AA Zandvoort. Tel. (023) 571 47 45, fax (023) 571 76 80. ISSN 1386-3266.
Schooljournaal 2
inhoud 4 Salarisverschil voor leraren geen probleem CNV Onderwijs onderzoekt invoering functiemix
5 Rotterdams schoolbestuur koopt eigen pabo Leraren beter voorbereiden op probleemkinderen
6 Actiedag en regiobijeenkomsten passend onderwijs ‘Aanname resolutie CDA-congres stap in goede richting’
10 B edrijfsleven schiet mbo te hulp Verkorte studie moet vergrijzing lerarenbestand opvangen
1O
14 Andere tijden op scholen Utrechtse basisschool werkt met continurooster en bioritme
17 Vrees voor spanningen tussen collega’s
Onderzoek toont aan: expertise en kwaliteiten rechtvaardigen hoger salaris
14
18 ‘Duits moet verplicht vak worden’ Gebrek aan belangstelling taal gaat economie geld kosten
24 Leraren blijken fanatieke bloggers Delen van ervaringen is het toverwoord
26 ‘Technische vrouwen zijn geen nerds’
Jongste vrouwelijke hoogleraar werft meiden voor bètastudies
Rubrieken
2 Brieven 6 Journaal 7 Wat was! 8 Column Michel Rog 8 Column Boris van der Ham 13 Column Mijke Pelgrim 2O Werk & Recht
18 21 Vraag antwoord 22 Cursussen 23 Column Pierre Wind 26 Webbedingetjes 27 Column Liesbeth Hermans 28 Agenda 32 Berichten 33 Introductie sectorraden en stuurgroepen 39 Contactgegevens CNV Onderwijs 4O Jouw Partner
26
Schooljournaal 3
Foto Evert e l z in g
Leerlingen van groep 7 en 8 van de Bavinckschool in Hilversum brachten vorige week een bezoek aan de Mevlanamoskee in de mediastad. Het maakte deel uit van een project waarbij aandacht werd besteed aan de drie religies christendom, jodendom en islam. Onderzocht werd onder andere waarmee de christelijke identiteit zich onderscheidt, zoals bijvoorbeeld de feestdagen. Maar er werd op het slotfeest uiteraard ook geïntegreerd gegeten, gedanst en muziek gemaakt.
a
‘Functiemix is nogal een cultuurverandering!’ ‘Salarisverschillen zijn voor leraren geen probleem en daar ben ik blij mee.’ Dat zegt CNV Onderwijsbestuurder Patrick Banis over het onderzoek dat de bond heeft gehouden naar invoering van de functiemix. In het primair onderwijs blijkt 63 procent er geen moeite mee te hebben als er salarisverschillen ontstaan binnen één team. Driekwart vindt dat specifieke expertise en kwaliteiten een hogere beloning rechtvaardigen. ‘Het gelijkheidsideaal is dus achterhaald. Ik ben blij dat het mogelijk wordt dat docenten die voor de klas staan een volwaardige carrière maken’, concludeert Banis. ‘Besturen en schoolleiders beweren nogal eens dat verschillen in salaris een probleem zouden zijn voor leraren, maar dat klopt dus niet. Veel schoolleiders vinden het zélf lastig om leiding te geven en te differentiëren in beloning, maar daarvoor kunnen ze zich nu niet meer verschuilen achter de leraren die er bezwaar tegen zouden hebben.’
Schooljournaal 4
Wel leeft er onder leraren enige angst voor vriendjespolitiek, spanningen in het team en oneerlijke procedures. Banis heeft daar begrip voor. ‘Het is nogal een cultuurverandering! Die is rigoureus! De procedure om iemand te benoemen in een hogere functie moet dus ook volstrekt helder zijn. De functieeisen moeten duidelijk zijn, de criteria objectief, de communicatie open. Scholen kunnen daarbij gebruik maken van de voorbeeldfuncties die bonden en werkgevers samen hebben opgesteld. En verder moet het onderwijs gewoon wennen aan de functiemix. Dat dat spannend is, begrijp ik helemaal.’ Meer informatie over het onderzoek is te vinden op pagina 17 van dit Schooljournaal. De voorbeeldfuncties en andere informatie over de functiemix staan op www.meerverdienenin hetonderwijs.nl.
CdG
Rotterdams schoolbestuur koopt pabo ‘Het is zeker geen indoctrinatie, geen opleggen van katholieke normen en waarden. Het katholieke schoolbestuur wil leraren opleiden die vanuit een katholieke identiteit een schoolgemeenschap kunnen vormgeven. Dat kan op een manier die goed is voor iedereen.’ Dat zegt lector Docent en Talent aan de Academie voor Educatie van de Christelijke Hogeschool Ede, Jacquelien Bulterman, over de aankoop van de in Rotterdam gevestigde pabo Thomas More door de Rotterdamse Vereniging Katholiek Onderwijs (RVKO). Het schoolbestuur, dat 59 basisscholen telt, heeft met eigenaar Hogeschool Leiden een intentieovereenkomst getekend voor overname. Op 1 januari wordt het RVKO officieel eigenaar, alhoewel het ministerie van Onderwijs nog wel goedkeuring moet geven. Het schoolbestuur laat bij monde van voorzitter Frie van Os in de Volkskrant weten dat hij met een eigen beroepsopleiding hoopt leerkrachten beter voor te bereiden op de vaak moeilijke groep kinderen
uit achterstandssituaties. Hij zegt pabo-studenten te willen die heel bewust voor het vak van onderwijzer in een grote stad kiezen en die kun je maar het beste zelf opleiden. Hogeschool Leiden wil van de katholieke pabo Thomas More af omdat de school niet levensvatbaar zou zijn op de huidige locatie. De nieuwe eigenaar is vol ambitie en wil de pabo laten uitgroeien tot kenniscentrum voor professionalisering van leerkrachten. Bulterman: ‘Daarin zijn ze wel erg optimistisch. Goede leraren beschikken over de benodigde praktische vaardigheden, maar functioneren ook analytisch en conceptueel op hoog niveau. Dat bereik je niet via opleiden in de school, daarvoor is een hbo-opleiding nodig. De basisscholen zijn erg belangrijk bij het opleiden van leraren, maar als ze deze taak alleen gaan uitvoeren, ontbreekt de frisse wind van buiten. Studenten die net van de lerarenopleiding af zijn, zijn juist de grootste vernieuwers in het onderwijs.’ PM
Schooljournaal 5
Schoolnieuws ‘Resolutie CDA-congres eerste stap in goede richting’ Het CDA-congres heeft op 2 april een resolutie aangenomen die oproept meer tijd te nemen om de stelselwijziging voor zorgleerlingen door te voeren. De resolutie werd met 478 tegen 150 stemmen aangenomen. De resolutie is een initiatief van leden van CNV onderwijs die ook lid zijn van het CDA. Door deze resolutie is een belangrijke stap gezet om de ergste gevolgen van de bezuiniging op passend onderwijs te verminderen. CNV Onderwijs zal de komende tijd verder gaan met actievoeren om kwalitatief goed passend onderwijs mogelijk te maken. Voorzitter Michel Rog is zeer tevreden over de steun die indiener van de resolutie, Gerben Horst, beleidsmedewerker van CNV Onderwijs, kreeg: ‘Het draagvlak was
heel breed. Onderwijswethouders, ouderorganisaties, leerkrachten uit het regulier en speciaal onderwijs, directeuren van katholieke en protestantse scholen, jongeren die dankzij een rugzakje een studie konden volgen, ouders met kinderen die zorgonderwijs nodig hebben, noem maar op. Je voelde aankomen dat de resolutie het ging halen. Het is nu zaak om er daadwerkelijk voor te zorgen dat passend onderwijs zorgvuldig wordt ingevoerd. De resolutie is een eerste stap in de goede richting.’ Naast drie regionale bijeenkomsten (zie kader) organiseert CNV Onderwijs donderdag 19 mei een landelijke actiedag over de bezuiniging op passend onderwijs.
Regiobijeenkomsten passend onderwijs CNV Onderwijs gaat de regio in om met leden en niet-leden in gesprek te gaan over de gevolgen van de bezuinigingen op passend onderwijs. Bestuurders vertellen wat er tot nu toe samen met het onderwijsveld is gedaan richting politiek, welke mogelijkheden er nog komen en hoe leden daarbij kunnen helpen. Leden van de stuurgroep passend onderwijs zetten tijdens de bijeenkomsten de onderwijskundige gevolgen op een rij, niet alleen voor het speciaal onderwijs, maar ook voor het regulier onderwijs. De regiobestuurders van CNV Onderwijs zullen vragen beantwoorden over mogelijke ontslagen en rechtspositionele aspecten. De minister en onderwijswoordvoerders van alle politieke partijen worden uitgenodigd om de bijeenkomsten bij te wonen. De bijeenkomsten duren van 16.00 tot 17.30 uur.
journaal
Maandag 18 april, De Ambelt, Hengeveldweg 6, Zwolle, Dinsdag 19 april, Hotel Haarlem Zuid, Toekanweg 2, Haarlem Woensdag 20 april, CNV gebouw, Tiberdreef 4, Utrecht Donderdag 21 april, De Berkenschutse, Sterkselseweg 65, Heeze
• Waar je tegenwoordig allemaal al niet verstand van moet hebben als leraar! Je moet niet alleen alles weten van taal, rekenen, aardrijkskunde en geschiedenis, maar ook van drugs, social media, samenlevingsvormen, leer- en gedragsproblemen, zelfbeschadiging, loverboys, eetstoornissen en kindermishandeling. • Verder moet je weten wie je te hulp roept als je het zelf even niet weet: de psycholoog, schoolarts, intern begeleider, schoolmaatschappelijk werker, jeugdzorg,
Schooljournaal 6
.. huisarts, ambulant begeleider, logopedist, dietist, wijkagent, psychiater. • Sinds vorige week komen daar nog wat kleinigheden bij: leraren moeten tegenwoordig in groep 8 buikkrampen .. kunnen herkennen als weeen, weten welke hulptroepen ze dan moet mobiliseren, hoe ze geschokte klasgenootjes moeten opvangen en hoe ze daarna de hijgerige pers van zichzelf en hun leerlingen moeten zien af te houden. Leraar zijn, ga er maar aan staan! Ciska de Graaff
Geweld op school Heeft u op uw school te maken met verbaal of fysiek geweld? Zijn er incidenten geweest bij u in de klas, rondom school of in relatie tot uw school? Reageert de directie van uw school adequaat op incidenten? En hoe kijkt u aan tegen een verplicht registratiesysteem? Samen met de AOb en CNV Onderwijs onderzoekt EenVandaag ervaringen met geweld in het voortgezet onderwijs. Het onderzoek wordt uitgezet via de digitale nieuwsbrief Bondsbytes en is bedoeld voor mensen die momenteel werkzaam zijn in het voortgezet onderwijs. Uw gegevens worden anoniem verwerkt. De uitslag van het onderzoek komt eind april uitgebreid aan bod in een uitzending van het tv-programma. Meedoen? Meld u aan via www.bondsbytes.nl.
werkdruk
CNV Onderwijs lanceert quickscan
Werkdruk kan sluipend ontstaan. Taken worden onverhoopt meer en de werklast hoopt zich op. De leraar klaagt niet, want hij of zij wil niet zeuren. Dat doen de collega’s immers ook niet en de leerlingen kunnen ook niet aan hun lot over gelaten worden. CNV Onderwijs is benieuwd hoeveel mensen zich in deze situatie herkennen en ook hoe ze hiermee omgaan. Ga naar de website www.maakwerkvanwerkdruk.nl en vul daar de korte enquête (quickscan) in om zo de werkdruk in kaart te brengen. Er is ook een quickscan om samen met het team te maken. Op deze website staan ook verschillende tips, filmpjes en cursussen om optimaal te kunnen presteren en toch de werkdruk binnen de perken te houden.
Katholieke school mag hoofddoekjes verbieden Het katholieke Don Bosco College in Volendam mag leerlingen verbieden een hoofddoek te dragen, aldus de rechtbank in Haarlem. De 15-jarige Imane Mahssan had de school voor de rechter gedaagd omdat ze op school geen hoofddoek mag dragen. Ze gaat in hoger beroep tegen de uitspraak. Eerder oordeelde de Commissie Gelijke Behandeling dat Imane in haar recht stond. De school negeerde die uitspraak omdat die niet bindend was. Nu krijgt de school dus gelijk van de rechtbank, omdat volgens de rechter het hoofddoekjesverbod past binnen het katholieke karakter van de school, waarbij andere geloofsuitingen niet zijn toegestaan. De rechter meent dat het verbod de vrijheid van meningsuiting niet beperkt en dat de school niet discrimineert op geloof.
Wat was! 28 maart Op de Nijmeegse basisschool De Kampus worden vier kinderen uit groep 3 door hun ouders van school gehaald. Zij beschuldigen de schoolleiding ervan de agressie onder leerlingen niet in toom te kunnen houden. De school zegt dat het ergste leed inmiddels is geleden. (Bron: Algemeen Dagblad) 29 maart Ede gaat onderzoeken hoe zij ouders kan beïnvloeden om voor een bepaalde basisschool te kiezen. Daarmee wil de Gelderse gemeente een betere spreiding creëren over zwarte en witte scholen. Nu kiezen veel autochtone ouders nog voor scholen met weinig allochtone leerlingen. (Bron: De Gelderlander) • Leerlingen op het mbo worden steeds vaker opgezadeld met extra kosten van de school. Daarover klaagt de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB). Het zijn zaken zoals specifieke materialen voor praktijkvakken die doorberekend worden. (Bron: BN/De Stem) 30 maart Een twaalfjarig meisje van basisschool de Heerdstee uit Groningen is tijdens een schoolexcursie bevallen van een dochter. Schooldirecteur Wim Moes is enkele dagen na de bevalling niet te spreken over de werkwijze van verschillende media. Klasgenootjes van de het meisje werden door journalisten benaderd op het schoolplein en via Hyves en Twitter. (Bron: Nu.nl) 4 april Uit een groot internationaal onderzoek onder leerkrachten en schooldirecteuren van basis- en voortgezet onderwijs blijkt dat leerkrachten in Nederland minder tijd willen besteden aan administratieve lasten. Bijna tweederde van hen verlangt er naar om minder tijd te hoeven steken in taken die niet direct met lesgeven te maken hebben. (Bron: De Volkskrant) 6 april Komend schooljaar begint een proef op tien basisscholen waarbij ouders zelf bepalen wanneer hun kinderen vakantie krijgen. Aan het begin van het schooljaar worden de vakanties met de onderwijzers ingepland. In het uiterste geval zouden kinderen uit dezelfde klas nooit tegelijk vakantie hebben. (Bron: Algemeen Dagblad)
Schooljournaal 7
rog
versus
beste Boris, Onlangs verscheen in de Volkskrant een artikel van de hand van Jan Kamminga, voorzitter van de taskforce Techniek Onderwijs Arbeidsmarkt. Zijn boodschap is geen vrolijke: bij het mbo voltrekt zich een stille ramp. De oorzaak is een slechte aansluiting van het mbo op het bedrijfsleven. Zijn oplossing is om al dan niet bevoegde mensen uit het bedrijfsleven voor de klas te zetten. Gedacht kan worden aan een associate degree. Daarmee wordt het gat gedicht tussen
‘Laten we leren van de goede voorbeelden van landen zoals Finland’
het mbo en het hoger onderwijs door een tweejarige opleiding aan hogescholen. Het opleidingsniveau ligt tussen mbo niveau 4 en hbobachelor. Dit idee klinkt sympathiek, maar worden de gewenste doelstellingen ermee gehaald? Nederland heeft grote ambities op het gebied van onderwijs. Het wil tot de top 5 van de wereld horen. Helaas blijken die ambities niet uit het budget dat het kabinet overheeft om die kwaliteit te bieden. Waar het gaat om
investeringen blijft Nederland nog net in de top 20, onder een land als Mexico. Geldgebrek maakt het beroep niet aantrekkelijker. De oplossing om instructeurs in te schakelen lijkt op korte termijn een probleem op te lossen. Op lange termijn is dit funest voor de kwaliteit van het onderwijs. Het doet bovendien geen recht aan de vakinhoudelijke, pedagogische en didactische kwaliteiten die docenten tijdens hun 4-jarige opleiding verwerven. Laten we leren van de goede voorbeelden van landen zoals Finland. Onder wijzers zijn er hoog gekwalificeerd en zijn de sleutel tot goed onderwijs. Dát maakt het beroep aantrekkelijk en is het beste antwoord op een dreigend tekort aan leerkrachten in het mbo. Michel Rog is voorzitter van CNV onderwijs.
Foto: Erik Kottier
Geachte heer van der Ham,
Geachte heer Rog,
beste Michel, D66 wil dat Nederland tot de top 5 van kenniseconomieën gaat behoren. Het is helaas een illusie te denken dat we het gat gaan dichten zonder extra te investeren. Die top 5 geeft gemiddeld meer dan € 2,5 miljard per jaar meer uit aan kennis dan wij. Het geeft een ontnuchterend inzicht in hoe het
‘Een gemiddelde leerling kan dankzij een goede leraar tot de 1O procent best presterende leerlingen behoren’ Schooljournaal 8
kabinet over ons onderwijs denkt, dat zij stelt dat we door te bezuinigen dat gat kunnen dichten. Je wijst naar Finland. Van over de hele wereld bezochten politici en ambtenaren Helsinki om het Finse onderwijswonder te aanschouwen. Het geheim blijkt simpel: iedere Finse leraar heeft een masterdiploma van een universiteit. De leraar staat in hoog aanzien vanwege zijn of haar kennis en kunde. En terecht. Uit onderzoek van adviesbureau McKinsey blijkt dat een gemiddelde leerling dankzij een goede leraar tot de 10% best presterende leerlingen kan
gaan behoren, terwijl een slechte leraar ervoor zorgt dat die leerling ver onder het gemiddelde zakt. Volgens de onderzoekers van McKinsey selecteert Finland de juiste mensen om tot leraar op te leiden, geven zij hen een goede opleiding en voortdurend goede ondersteuning. Wij moeten er dus voor zorgen dat op alle niveaus in het onderwijs goede leraren voor de klas staan. De stap die het Rotterdamse RVKO nu wil zetten door pabo Thomas More over te nemen om zo de eigen leraren te kunnen opleiden is op zijn minst interessant. Ik sta open voor alle ideeën die ons onderwijs kunnen verbeteren. Want nu we toch bij More zijn: een goede leraar voor iedere klas mag in Nederland toch geen Utopia zijn? oris van der Ham is lid van de Tweede Kamer B en woordvoerder Onderwijs namens de D66fractie.
Foto: Hans Kouwenhoven
van der ham
84.0410.10I.1
‘‘
Ik wil altijd kunnen rekenen op een goed inkomen. Ook als ik mijn werk niet meer kan doen. Loyalis helpt me daar gelukkig bij. Dat is voor mij een hele zorg minder.
’’
Loyalis zorgt voor aanvullingen op je inkomen en pensioen. We zijn er voor iedereen bij de overheid, in het onderwijs en in de bouw. Kijk op www.loyalis.nl wat we voor jou kunnen doen.
Schooljournaal 9
Noodzaak om de leegte
‘Bedrijfsleven engel voor mbo?
Foto’s: Wilbert van Woensel
De noodklokken luiden in het middelbaar beroepsonderwijs. De komende jaren gaan heel wat docenten met pensioen, waardoor er een acuut tekort aan gekwalificeerd personeel dreigt. Het bedrijfsleven popelt om de helpende hand te bieden. Een versnelde opleiding moet daarbij uitkomst bieden. Schooljournaal constateert verdeeldheid. ‘Wie wil is welkom, maar wel als volwaardig docent’. Maar ook: ‘De lesstof van mensen die van een bedrijf komen is veel aansprekender.’
‘Als we het mbo willen redden, moet het bedrijfsleven zijn verantwoordelijkheid nemen’, waarschuwde Jan Kamminga, voorzitter Vereniging FME-CWM (metaalwerkgevers) en voorzitter Taskforce Techniek Onderwijs Arbeidsmarkt, onlangs in de Volkskrant. Volgens hem moeten mbo-leerlingen wegwijs gemaakt worden door vaklui uit het bedrijfsleven om straks met voldoende kennis van zaken aan de slag te kunnen bij een onderneming. Kamminga klaagt dat de kloof tussen het beroepsonderwijs en het bedrijfsleven maar niet wordt gedicht. Hij twijfelt hardop of Nederland er in zal slagen internationaal te excelleren in economische topsectoren, zoals geformuleerd in het nieuwe bedrijfslevenbeleid van het kabinet. Wat ook speelt, en door Kamminga wordt aangehaald als gevaar voor het mbo, is de enorme vergrijzing in de sector. Terwijl de helft van de docenten binnen vijf jaar mag stoppen met werken, en over tien jaar een derde daadwerkelijk met pensioen is, staan hun vervangers nauwelijks klaar. Verversing van het docentencorps via het bedrijfsleven is voor Kamminga niet minder dan pure noodzaak, om het mbo overeind te houden. ‘Het mag niet worden gefrustreerd door discussies over het al dan niet bevoegd zijn om les te geven. Ik hoop dan ook van harte dat onze mensen straks welkom zijn in de docentenkamer.’
Koepelbogen metselen
Een docent vertelt over de fijne kneepjes van het meubelspuiten.
Schooljournaal 10
‘Hij loopt veel te hard van stapel’, oordeelt bestuurder van CNV Onderwijs, Willem Jelle Berg. ‘Kamminga is een aanhanger van het associate degree-model. Dat is een mbo/hbo-opleidingsproject
in de docentenkamer op te vullen lijkt groot
reddende van Windesheim PTH en een aantal mbo-instellingen, om mensen uit het bedrijfsleven snel voor de klas te krijgen. Het is gebaseerd op eerdere, positieve ervaringen in de metaalsector en zeker geen volledige docentenopleiding. Sterker nog: het is niet meer dan mbo+ of hbo-. Het spreekt voor zich dat wij daar als vakbond de nodige vraagtekens bij zetten. Het is natuurlijk prima als technici van Philips of DAF, of iemand die prachtig koepelbogen kan metselen, praktijklessen komen geven. Maar laten wij de eisen om in het mbo aan de slag te gaan niet ondergraven vanwege een tijdelijk arbeidsmarktprobleem’, zet Berg zwaar aan. ‘We zijn op pabo’s en lerarenopleidingen net begonnen strengere eisen te stellen aan de kennis die studenten moeten hebben van rekenen en taal. Heel wat onderwijsgevenden in het mbo hebben als stagebegeleider liefde opgevat voor het vak, maar ze hebben er wel voor moeten blokken eer ze zich docent mochten noemen. Net als het kabinet willen wij meer excellente leraren voor de klas, ook in het mbo. Dat is gebaseerd op voorbeelden uit het buitenland, waar de meeste onderwijsgevenden een universitaire opleiding hebben genoten. De Lerarenbeurs past naadloos bij dat streven, omdat het deelnemers opschoolt van bachelor naar master. Kort gezegd: wie wil is welkom uit het bedrijfsleven, maar wel als volwaardig docent. Iemand met een associate degree mag als instructeur aan de slag.’
Bruikbare oplossing ‘Het mbo moet juist een aantrekkelijker werkgever worden voor mensen die slechts voor een bepaalde periode willen lesgeven. Te moeten voldoen aan
de volledige set van bekwaamheidseisen stoot veel studenten af. Net als het beeld om dat werk veertig jaar te moeten doen, zonder voldoende carrièremogelijkheden.’ Dat stelt Rolf van der Velden, hoogleraar Onderwijs en Beroepsloopbaan aan de Universiteit Maastricht en verbonden aan het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt. ‘Instroom van nieuwe leraren is nu eenmaal een gigantisch probleem in het onderwijs. Dat laat zich het meest voelen in het mbo, waar het percentage vijftigplussers het hoogst is van alle onderwijssectoren. Er moet op korte termijn naar een bruikbare oplossing worden gezocht.’ Volgens Van der Velden is een verdere differentiatie van de personeelsopbouw, bijvoorbeeld door het inzetten van mensen met een associated degree, zeker voor het mbo een optie. ‘Er is een lange traditie van samenwerking tussen mbo en bedrijfsleven, juist vanwege de specifieke kennis en vaardigheden als het gaat om praktijkonderwijs en stages. Zo bekeken is de oproep van Kamminga niet zo vreemd. Verder ligt het er ook aan hoe het leerproces wordt georganiseerd. Natuurlijk kunnen onderwijsassistenten en instructeurs nooit de plaats van de docent innemen, maar als scholen proberen zo optimaal mogelijk gebruik te maken van het beperkte aantal docenten dat wel volledig geschoold is, hoeft het onderwijsaanbod er niet onder te lijden.’
Laatste redmiddel Van der Velden wijst ook op een tegenstrijdigheid in het beleid van de overheid dat leraren in spe frustreert om te kiezen voor een, al dan niet tijdelijke, baan in het onderwijs. Van der Velden: ‘Men wil meer academisch geschoolden voor de klas. Het staat ook met zoveel woorden in het Actieplan mbo van minister Van Bijsterveldt over professionalisering van docenten. Dan moet het ook makkelijker worden een master voor onderwijs te halen. Dat universitaire lerarenopleidingen maar mondjesmaat bezocht worden komt doordat studenten slechts één master bekostigd krijgen. Niet zo vreemd dat velen dan kiezen voor een variant die zoveel mogelijk opties open laat. Ik zou zeggen, betaal die tweede master van studenten die kiezen voor het onderwijs. Want het mbo staat voor enorme uitdagingen: de zoektocht naar nieuw personeel; de toename van probleemleerlingen en competentiegericht onderwijs.’
Ander appèl ‘Waar ik moeite mee heb is, om als oplossing voor het vertrek van docenten, het bedrijfsleven als vanzelf de scholen binnen te halen,
Schooljournaal 11
Leerlingen fijnmetaal krijgen uitleg over instrumenten maken.
zoals Kamminga suggereert.’ Jeroen Knigge, voorzitter van het college van bestuur van Roc Leiden, houdt zijn reserves. ‘Zeker, er gaat een grijze golf door het mbo, die tot veel uitstroom leidt. Aan de ene kant is dat dramatisch, het biedt ook kansen voor nieuwe instroom in het onderwijs, en dat hoeft niet verkeerd te zijn. Het beroepsonderwijs is er per definitie bij gebaat als veel mensen uit het actuele bedrijfsleven zich mengen in het onderwijs. Het is goed als kennis en ideeën uitgewisseld worden. Dat mag
Onderzoek vergrijzingseffecten Dit jaar bereikt de eerste lichting babyboomers de pensioengerechtigde leeftijd. Reden voor de Volkskrant om onderzoek te doen naar de vergrijzingseffecten bij zo’n twintig sectoren en grote werkgevers. Het mbo, waar een derde van het personeel dit decennium 65 jaar wordt, spant de kroon. Goede tweede is het voortgezet onderwijs (27 procent 55-plus), derde de rechterlijke macht en op vier staat het hbo (25 procent). Bij sommige scholen gaat het om meer dan de helft van het team. Bron: de Volkskrant
zelfs nog veel meer worden uitgediept, want wie uit het bedrijfsleven komt doet kennelijk een ander appèl op onze studenten. Om de een of andere reden lijkt wat zij brengen aansprekender dan wat wij bieden. In die zin begrijp en onderschrijf ik de woorden van Kamminga. Gelukkig zijn er zat docenten zonder een verleden in een bedrijf, die ook enthousiasme weten los te maken bij hun leerlingen. Want dat is de andere kant van de medaille: het geven van goed onderwijs. Het is een vak; niet iedereen kan zomaar docent zijn. Dat een associated degree voldoende moet zijn, vind ik wel heel kort door de bocht. Hoe zit het met kennis van didactiek en van werkvormen? Hoe ga je met studenten om? Wat zijn de meest aannemelijke en efficiënte vormen om leerstof over te dragen? Docenten hebben niet voor niets een lange studie achter de rug.’
Fris en fruitig De noodzaak om creatief na te denken hoe de leegte in de docentenkamer op te vullen is groot, zegt Knigge. ‘Misschien moeten we wel het idee loslaten dat het geen pas geeft instructeurs voor de klas te zetten. Er zitten hele goede tussen, en die zorgen er wel voor dat docenten hun handen meer vrij krijgen om ook andere dingen te doen. Instructeurs of mensen met een associate degree kunnen zo een effectieve bijdrage leveren aan de vormgeving van het onderwijs. Alleen moet je wel een scherpe afbakening maken van wat de taken zijn van een docent en die van een instructeur. Vergelijk het met een huisartsenpraktijk. Steeds meer taken worden overgelaten aan nurse practioners’, weet Knigge. ‘Waar arbeidsdeling mogelijk is, moet je er gebruik van maken, als je maar zorgt dat de kwaliteit op orde blijft. Onderwijs is wat dat betreft nog vrij rigide in het afschermen van haar rol. Eigenlijk is het lesgeven niet veel veranderd sinds 1820. Vreemd, want bij een piloot die zich al twintig jaar niet heeft bijgeschoold voel je je niet senang in het vliegtuig. Het zou een banketbakker beslist geen kwaad doen eens te kijken wat er allemaal is veranderd in zijn vakgebied om daarna weer fris en fruitig voor de groep te komen staan.’
Peter Magnée Schooljournaal 12
column
Foto: Henriëtte Guest
Mijke Pelgrim ‘Het begeleiden van zo’n reisje is toch iets dat je gewoon voor je plezier doet?’ Mijke Pelgrim (32) is docent Engels in het voortgezet onderwijs.
Gesprek met een interim-manager ‘Goedemorgen Moniek. Ga zitten.’ ‘Dank u. Ik heet trouwens Mijke. ‘O ja. Mijke. En je geeft Frans, hè?’ ‘Nee, Engels.’ ‘O ja, nu weet ik het weer. Ik heb me vorige week voorgesteld in een klas waar jij toen les aan gaf.’ ‘Klopt. Een havo4.’ ‘Werk je al lang op deze school?’ ‘Dit is mijn vijfde jaar.’ ‘Goed Mijke, waarover wilde je me spreken?’ ‘Ik wilde het graag hebben over de opname van mijn compensatiedagen. Ik heb er nog één staan van vorig jaar. En ik zou er ook één krijgen voor de excursie die ik drie weken geleden op mijn vrije dag begeleid heb.’ ‘Aha…’ ‘Ik zou in ieder geval graag een dag willen opnemen op 7 juni want dan trouwt een vriendin van mij.’ ‘Ja ja… Zoals je misschien wel begrepen hebt, Mijke, heeft de school afgelopen jaar te kampen gehad met veel lesuitval. We willen dit terugdringen en gaan daarom een strenger beleid voeren met betrekking tot de compensatiedagen. Die excursie… waarom werd jij meegevraagd en niet iemand anders?’ ‘Ik ben mentor van één van de klassen die meeging en de andere klassen ken ik ook. We hebben nog geprobeerd om iemand anders te vinden, maar dat lukte niet. Toen
heb ik aangeboden om mee te gaan, mits het gecompenseerd zou worden.’ ‘Aha… En nu wil je een hele dag compensatie voor het meegaan met die excursie.’ ‘Dat heb ik zo afgesproken, ja.’ ‘Het begeleiden van zo’n reisje is toch iets dat je gewoon voor je plezier doet? Ik vind dat niet inwisselbaar voor een dag lesgeven.’ ‘Dat ben ik niet met u eens. We hadden die dag een druk programma en ik heb hard gewerkt. Natuurlijk was het ook leuk, maar ik was liever een dag vrij geweest.’ ‘Ja ja… Mijke, ik heb hier je urenstaatje en zie dat je nog 36 uren open hebt staan. Die worden niet gevuld door lesgeven of andere activiteiten. Daar hebben wij als school niet moeilijk over gedaan. Maar nu wil jij van ons een compensatiedag omdat je mee bent geweest met een excursie?’ ‘Ik kan u zo drie dingen noemen waar ik die 36 uren waar u het over heeft mee gevuld heb.’ ‘Ja ja…’ ‘Ik doe niets anders dan aanspraak maken op de afspraken die ik met mijn afdelingsleider heb gemaakt. U was er toen nog niet.’ ‘Tja, dat kan ik niet ontkennen. Nou vooruit dan maar, je krijgt je dagen. Maar volgende keer ben ik niet meer zo soepel, hoor.’
Schooljournaal 13
School werkt met continurooster en bioritme
‘Tussen de middag meer van Niet meer meteen in de ochtend met een slaperige kop een rekensom maken, leren tussen 10 en 12 en tussen 14 en 16 uur, tussen de middag anderhalf uur leuke dingen doen. Zie hier de nieuwe schooltijden van basisschool De Kameleon in Utrecht-West. Werkende ouders tevreden, leerlingen enthousiast, leraren meer gefocust op kerntaken, directeur hoopvol voor de toekomst. ‘Tussen de middag naar huis is toch niet meer van deze tijd?’
Drie modellen voor andere tijden Als scholen andere schooltijden willen hanteren, zijn de volgende drie modellen in trek. • Vijf-gelijke-dagenmodel: vijf identieke schooldagen (van 8.30 tot 14.30 bijvoorbeeld); geen vrije woensdag- of vrijdagmiddag; aansluitend naschoolse opvang; korte lunchpauze met leerkracht in de klas • Bioritmemodel: het leren volgt het bioritme van de kinderen (beste leermomenten 10-12 en 14-16.30 uur); extra lange middagpauze met sport, cultuur en andere activiteiten verzorgd door anderen dan de leraar • 7 tot 7-model: aaneengesloten programma met blokken onderwijs, opvang, sport en ontspanning; hele jaar open; geïndividualiseerd onderwijs; concentratie voorzieningen in één gebouw; één team van medewerkers vanuit verschillende disciplines.
Schooljournaal 14
Aan het Majellapark in Utrecht staat het mooie, oude schoolgebouw van De Kameleon. 105 leerlingen, veelal van allochtone afkomst, gaan hier naar school, minder dan vorig jaar. Directeur Anita Verweij wijst naar een wijkje met oude flatjes en zegt: ‘Die worden waarschijnlijk gesloopt, dus die gezinnen werden gedwongen te vertrekken en daarmee een deel van onze leerlingen.’ Ze heeft goede hoop dat met het nieuwe continurooster, in januari ingevoerd, nieuwe ouders getrokken worden. Dit is echter niet de hoofdreden geweest om voor dit model te kiezen.
Werkende ouders De katholieke school werd door een aantal ouders op het idee gebracht eens over andere schooltijden na te denken. ‘Het is toch ook niet meer van deze tijd om tussen de middag thuis met je kinderen te eten? Steeds meer ouders werken immers allebei. En de overblijf kost de ouders geld. Verder is de gemeente Utrecht ook bezig met andere schooltijden. Vorig jaar is er een conferentie gehouden met de titel Tijd voor andere tijden. Daar werden drie modellen besproken, die ook landelijk in trek zijn (zie kader). In het management en het team hebben wij gekozen voor een continurooster volgens het bioritmemodel, want we wilden niet de kinderen al om 14 uur naar huis sturen, zoals meestal bij continuroosters. In deze wijk, we grenzen aan Lombok, gaan niet veel kinderen naar een sportclub of andere vereniging, dus dan hangen ze op straat of voor de buis of de computer. Daarom besloten we tot een continurooster tot 16 uur met tussen de middag anderhalf uur extra lessen.’
‘Commando dansen!’ In het team waren twee leerkrachten die enige twijfels hadden. Ze vroegen zich bijvoorbeeld af of alle kinderen het wel volhouden tot 16 uur. Op een ouderavond was ook een handjevol ouders met bedenkingen. De eindtijd van 16 uur is daarom voor kleuters niet verplicht gesteld, maar ondertussen doen eigenlijk alle kleuters mee aan het huiskamerproject, zoals het in de onderbouw heet. Kleuterjuf Linda van Rooijen lacht: ‘Anders hebben kinderen toch het idee dat ze iets missen.’ Een vader twijfelde, omdat hij zelf thuis zit en denkt zijn kinderen
naar huis niet deze tijd’
Minder schroom ‘Voorheen was het nogal leerkrachtafhankelijk, hoe veel er gezongen, gemusiceerd of geknutseld werd’, stelt kleuterleer-
kracht Van Rooijen. ‘Nu krijgen ze die onderdelen van vakmensen. Ik heb daardoor een minder gehaast gevoel, kan me meer concentreren op rekenen en taal.’ Directeur Verweij vult aan: ‘Ik gun het de kinderen dat ze creatieve vakken krijgen van gespecialiseerde mensen en ik gun het mijn leerkrachten dat ze zich kunnen focussen op de basisvakken. Ik denk echt dat ze nu meer leren dan voor januari, meer sociale vaardigheden, taalvaardigheden, creatieve vaardigheden.’ Van Rooijen merkt het nu al: ‘Kinderen hebben minder schroom om zich te presenteren, om een dansje te doen in het openbaar.’ Verweij weer: ‘Alle kinderen kunnen zo
Groep 4 krijgt muziek: ‘Alle kinderen kunnen laten zien waar zij goed in zijn’
Foto’s Sijmen Hendriks
te gaan missen. Verweij: ‘Hem hebben we aangeraden het even aan te zien tot juni en anders voor een andere school te kiezen. Wij gunnen alle leerlingen dat ze zo veel mogelijk leren. En in die anderhalf uur extra per dag doen ze dat ook, en wel op een leuke, ontspannen manier.’ Groep 3 is bezig met taekwondo. De vakvrouw die het geeft roept: ‘Commando lopen!’ De kinderen komen in beweging. ‘Commando dansen!’ Dansen is het gevolg. ‘Zitten!’ Eén kind gaat zitten en is daarmee af, want het woordje commando ontbrak. ‘Commando huppelen! Commando zitten!’ Even verderop produceert groep 4 een oorverdovend, maar zeer enthousiast muziekje met allerlei instrumenten en weer in een ander lokaal is groep 5 aan het papier-machéën.
Schooljournaal 15
laten zien waar zij goed in zijn, is het niet in leren, dan wel in iets creatiefs.’
Meer rust Volgens het bioritmemodel is het leervermogen op z’n best tussen 10 en 12 en tussen 14 en 16.30 uur. Daarom wordt er in die periodes geleerd op De Kameleon. Van Rooijen: ‘Voor de kleuters betekent dat dat we ’s ochtends rustig beginnen in de kring, dan wat spelen en fruit eten en daarna pas met de echte lesjes beginnen.’ Alle groepen beginnen om 8.30 en eindigen om 16 uur, maar daartussen verschilt het: de kleutergroepen hebben pas na 15 uur de extra activiteiten zoals taekwondo en muziek, de groepen 3, 4 en 5 hebben dat tussen 11 en 12.30, de groepen 6, 7 en 8 tussen 12.30 en 14 uur. Alle groepen pauzeren een half uur met hun eigen leerkracht. Schoolleider Verweij: ‘Dat was ook nog wel even puzzelen hoor, dat leerkrachten 5,5 uur les mogen geven per dag. In de anderhalf uur dat de kinderen andere lessen krijgen, hebben de leraren de handen vrij om werk na te
Groep 5 aan de papiermaché.
Schooljournaal 16
kijken of voor te bereiden en te vergaderen.’ Van Rooijen over haar ervaringen: ‘Ik voel meer rust en ik denk de kinderen ook. Veel wisselingen zijn niet goed voor kinderen. Door tussen de middag niet meer naar huis of naar de overblijf te gaan, voelen mijn kleuters zich meer thuis in de school.’
Dubbeltje En wie betaalt dit allemaal, is de vraag die Verweij vaak krijgt. Ze lacht: ‘Tja, ik moet wel elk dubbeltje omdraaien, maar in principe betalen we het uit de gelden voor de verlengde schooldag en uit de reserves van de school. Als we niet uitkomen, zal het bestuur bijspringen. We zijn ook nog in onderhandeling met de gemeente.’ Het is geen doel op zich, maar de directeur hoopt wel dat met dit continurooster meer ouders de school zullen vinden. ‘We kunnen ons hiermee goed profileren. Ouders hebben iets te kiezen!’
Ciska de Graaff
Andere (school)tijden op de Algemene Vergadering Op de Algemene Vergadering van CNV Onderwijs op 1 juni staat het onderwerp Andere (school)tijden uitgebreid op de agenda. Verschillende sprekers werpen hun licht op het thema en de aanwezige leden zullen meedenken over een tienpuntenplan over Andere (school)tijden.
Salarisverschillen oké voor leraren
Solliciteren 62 procent van de respondenten meldt dat zijn of haar school al een start heeft gemaakt met het plaatsen van leraren in hogere functies. Ruim de helft weet aan welke criteria hij moet voldoen om in aanmerking te komen hiervoor. Wel blijkt dat per school verschillende eisen worden gesteld aan plaatsing in een hogere functie. Naast de eis van minimaal vijftig procent voor de klas variëren die van een hbo-plus-opleiding of masteropleiding tot het uitvoeren van coachende en coördinerende taken, van een ‘enorm afschrikwekkend assessment’ tot ‘taakverlichting aan directie bieden’. 63 procent denkt dat duidelijke functie-eisen kunnen bijdragen aan een eerlijk verloop van benoeming in hogere functies, gevolgd door benoeming mede op basis van opgebouwd dossier en functionerings
gesprekken (42 procent) en duidelijke sollicitatieprocedures (32 procent). Ruim een derde is van plan te gaan solliciteren naar een hogere functie, 41 procent is dat niet van plan. Mensen die dat wel van plan zijn doen dat omdat: ‘Ik het verdien en goed kan gebruiken’, ‘Ik een hogere functie in het onderwijs ambieer’, ‘Ik mijn getoonde inzet en energie beloond wil hebben’.
Eerlijk In het voortgezet onderwijs hebben 687 respondenten meegedaan aan het onderzoek. ‘Fijn dat mijn inzet en capaciteiten nu beloond kunnen worden!’, schrijft een docent. 40 procent denkt dat de benoeming in hogere functies eerlijk verloopt, 23 procent weet het niet en 32 procent meent dat het niet eerlijk gebeurt. Een paar opmerkingen daarbij: ‘De directie heeft duidelijk haar voorkeuren’, en ‘Er wordt gemeten met twee maten’. Ruim de helft denkt dat duidelijke functie-eisen kunnen bijdragen aan een eerlijke procedure, evenals toekenning op basis van een opgebouwd dossier en functioneringsgesprekken (45 procent) en een onafhankelijke sollicitatiecommissie (32 procent). Het is 55 procent van de respondenten duidelijk aan welke eisen ze moeten voldoen om in een hogere functie met bijbehorende salarisschool te komen.
Ciska de Graaff
Op www.meerverdieneninhet onderwijs.nl is van alles te vinden over de functiemix, onder meer de omschrijving van voorbeeldfuncties.
Foto: Wilbert van Woensel
Van de 1.360 respondenten in het primair onderwijs is maar liefst 98 procent bekend met het fenomeen functiemix. 63 procent is het eens met het ontstaan van salarisverschillen in één team, 19 procent juicht de invoering van de functiemix zelfs toe vanwege meer carrière- en promotiekansen en 16 procent is het er niet mee eens (‘We verdienen allemáál een hoger salaris!’) Wel denkt 56 procent dat de functiemix spanningen zal veroorzaken tussen collega’s. Uit de open antwoorden blijkt hier en daar angst voor vriendjespolitiek. Andere gevolgen van de functiemix die vaak genoemd worden: betere carrièrekansen, meer scholing en dus hogere onderwijskwaliteit, aantrekkelijker worden van banen in het onderwijs, meer motivatie door promotiekansen.
Het gelijkheidsideaal in het onderwijs is achterhaald. Salarisverschillen binnen één team zijn voor 63 procent van de leraren in het primair onderwijs geen probleem. Driekwart vindt dat specifieke expertise en kwaliteiten een hoger salaris rechtvaardigen. Dit blijkt uit een onderzoek van CNV Onderwijs naar de invoering van de functiemix.
Ruim een derde van de leraren in het primair onderwijs gaat solliciteren naar een hogere functie.
Schooljournaal 17
Deutsch macht Spaß De tijd waarin het nog een soort vaderlandslievende actie was om een onvoldoende voor Duits op het rapport te hebben staan, ligt inmiddels ver achter ons. Toch is de populariteit van de taal van ons buurland naar een verder dieptepunt gezakt. Veel scholieren vinden het geen mooie taal, zien het nut er niet van in of vinden andere talen belangrijker.
De kennis van Duits en het gebrek aan belangstelling voor de taal van onze oosterburen gaat ons veel geld kosten. Althans, dat beweert het Duitsland Instituut in Amsterdam (DIA). Uit onderzoek van de organisatie blijkt dat 61 procent van de Nederlandse scholieren Duits geen mooie taal vindt. Van de ondervraagde jongeren zegt 71 procent niets met Duitsland te ‘hebben’. Verontrustende cijfers, aldus het DIA, vooral gezien de belangrijke handelsbetrekkingen tussen beide naties. In 2010 exporteerde Nederland voor bijna 90 miljard euro over de oostgrens. Dat is meer dan de uitvoer naar Frankrijk, Engeland en de Verenigde Staten bij elkaar. Door de slechtere kennis van de taal, loopt het Nederlandse bedrijfsleven jaarlijks acht miljard euro aan inkomsten mis, zo becijfert het DIA.
Schlagers Rien Verkoeijen (57), docente Duits aan het Blariacumcollege in Venlo, merkt dat leerlingen niet echt enthousiast zijn
Schooljournaal 18
wanneer ze voor het eerst haar lokaal binnenkomen. ‘Als ze de klas inlopen, denken ze dat Duits een moeilijk vak is. Ik zeg dan altijd: “Jullie gaan het leuk vinden, let maar eens op”. Ik ben een heel enthousiaste leerkracht, ik werk veel met meervoudige intelligentie en coöperatieve werkvormen om alles uit kinderen te halen wat erin zit. Ik zet veel muziek in tijdens de lessen, we zingen schlagers en oefenen de grammatica met raps. Drie jaar geleden heb ik voor het eerst een reis naar Berlijn georganiseerd voor de onderbouw van het vmbo. Dat was zo’n succes, dat we het nu elk jaar doen. Die reis is nu een begrip geworden. Als leerlingen hier op school komen, weten ze al dat ze in de brugklas naar Berlijn gaan. Wanneer je bij leerlingen de juiste snaar weet te raken, kun je ook goed lesgeven. En als je als leerkracht je enthousiasme niet kunt overdragen op de leerlingen, hoe kun je dan goed lesgeven?’ Zegerien Minnaar (49), docente Duits aan Helen Parkhurst, daltonschool voor vwo, havo en vmbo-tl in Almere, merkt onder haar leerlingen weinig van een afnemend enthousiasme. ‘Ik heb dat nog niet zelf ondervonden. Maar ik merk wel dat zodra je meer vertelt over het land en de geschiedenis, zoals de Berlijnse Muur, het blijkt dat leerlingen toch heel geïnteresseerd zijn. Dat maakt het vak ook aantrekkelijker dan alleen het ouderwets stampen van naamvallen.’
Studenten Duits Ook onder studenten geniet de opleiding tot leraar Duits geen grote populariteit. In 2009 verlieten slechts 105 studenten met een diploma tot tweedegraads leraar Duits de collegebanken. Een van de weinigen die wel kiest voor een carrière als docent in de taal van onze oosterburen, is de 26-jarige Simone Timmermans. Ze is student aan de deeltijdopleiding Duits. ‘Ik ben met die taal opgegroeid. Tot mijn vierde heb ik in Limburg gewoond en daarna in de Achterhoek. Omdat dit grensgebieden zijn, is het heel gebruikelijk dat je Duits in orde is. Combineer dit met het feit dat mijn ouders elke zondagavond Tatort (Duitse krimiserie, EvB) keken, dan rol je daar vanzelf een beetje in.’ Leeftijdgenoten konden de keuze van Timmermans om Duits te gaan studeren niet altijd even goed begrijpen. ‘Dan hoor je: “Duits, dat is toch zo’n lelijke taal?” En dan komen natuurlijk weer die associaties met de oorlog naar boven; de clichédingen. Tegelijkertijd merk ik tijdens stages dat leerlingen er het nut niet van inzien om Duits te leren. Bij Engels is dat een ander
Extra je best doen Zelf zou Timmermans, wanneer ze eenmaal voor de klas staat, de kinderen onderdompelen in de Duitse cultuur. ‘Contact leggen met een Duitse partnerschool bijvoorbeeld of op excursie naar de kerstmarkt in Düsseldorf. Omdat het vak toch al in het verdomhoekje zit, moeten we als leraar nog eens extra ons best doen.’ Ook Cathleen van Wijk (19) koos voor een studie Duits. Inmiddels heeft ze naast haar studie een tijdelijke baan als docent Duits op haar oude school gevonden. Wat haar betreft mag het vak met best wat meer pit worden gegeven. ‘Ik wil zelf meer met de actualiteit doen en niet alleen uit het boek werken, misschien uitstapjes maken. En het is belangrijk dat je bij de les hulpmiddelen, zoals het smartboard kunt gebruiken. Met een krijtjesbord maak je een les Duits ook niet vlotter. Mijn collega’s Frans ondernemen heel veel en gaan bijvoorbeeld een dagje naar Lille.’ Maar het enthousiasme van Van Wijk begint intussen ook zijn vruchten af te werpen. ‘Van de 28 leerlingen die ik momenteel lesgeef, hebben er 23 Duits gekozen in hun pakket. Dat is erg uitzonderlijk.’
Roepen in de woestijn ‘Als docent moet je openstaan voor nieuwe ideeën, deze durven toe te passen en in te voeren’, zegt Mathilde Dijkstra
(41), docente Duits aan het Vmbo Groen & Mbo Groen in Heerenveen. ‘Ik ben steeds op zoek naar nieuwe uitdagingen’, vervolgt ze. ‘Ik probeer veel dingen uit en ben nooit echt tevreden. Want het kan altijd beter of anders.’ Maar tegelijkertijd ziet Dijkstra, die zich na twintig jaar te hebben gewerkt als verpleegkundige liet omscholen tot docent Duits, ook de moeilijkheden. ‘Er wordt al jaren geroepen door het bedrijfsleven dat men mensen nodig heeft die de Duitse taal goed beheersen. Helaas zien de directies op scholen die noodzaak niet. Er wordt gewoonweg beknibbeld op Duits. We kunnen wel als docenten alles in de strijd gooien, maar als men in de bovenste regionen alleen maar op het geld let, dan is het roepen in de woestijn. Dus zijn drastische maatregelen noodzakelijk. Duits moet een verplicht vak worden voor alle leerlingen van het voortgezet onderwijs en men moet ook in het mbo bij meer studierichtingen Duits niet als keuzevak, maar als verplicht vak neerzetten. En de regering moet dit verplichten, want scholen hebben hier te veel vrijheid in!’
Edwin van Baarle
Rien Verkoeijen: ‘Wanneer je bij leerlingen de juiste snaar weet te raken, kun je ook goed lesgeven’
Foto: Gé Hirdes
verhaal. Die taal horen ze op tv veelvuldig langskomen. Dáár heb je iets aan. Waarom zouden leerlingen dan Duits moeten leren? Ik vind dat docenten daar ook een steek laten vallen, om daar niets aan te doen.’
Schooljournaal 19
Werk & Recht in ‘t zonnetje Xx
CNV Onderwijs heeft op LinkedIn een groep geopend voor leraren die gebruik maken van de lerarenbeurs en informatie met elkaar willen uitwisselen. De groep is te vinden op www.linkedin.com, groups, CNV Onderwijs lerarenbeursnetwerk. CNV Onderwijs wil graag ervaringen met de lerarenbeurs blijven ontvangen. Deze kan de bond gebruiken om de eigen standpunten te ondersteunen. Reacties kunnen gemaild worden naar:
[email protected]. Zie voor meer informatie over de lerarenbeurs de uitgebreide nieuwsbrief op www.cnvo.nl (bericht van 24 maart).
Leden OSG wijzen caoakkoord af De leden van CNV Onderwijs en de andere bonden hebben op een viertal bijeenkomsten een duidelijk ‘nee’ laten horen tegen het bereikte akkoord over de cao 2011 bij OSG en OSG Advies. Breekpunt voor de leden was de angst dat door de cao-afspraken de bestaande flexibiliteit in werktijden zou verdwijnen. Het afschaffen van de tijdregistratie en de verplichting om verlof in hele en halve dagen op te nemen, werden daarbij als duidelijke voorbeelden gezien. Regiobestuurder Joop Witteveen, onderhandelaar namens CNV Onderwijs, is niet blij met het afwijzende standpunt, maar het verbaast hem niet: ‘De werkgever heeft deze cao gepresenteerd als een verzakelijking van de bestaande afspraken. Ik kan mij de vrees voorstellen dat die verzakelijking ook in de dagelijkse praktijk terecht zal komen, waar nu nog van een meer informele omgang sprake is.’ CNV Onderwijs heeft de werkgever om nieuw overleg gevraagd.
Geen kortere ww bij ziekte De duur van de ww wordt bij ziekte toch niet korter. De regeling is nu dat de ww-uitkering alleen de eerste 13 weken van ziekte blijft doorlopen en dat daarna ziekengeld wordt ontvangen. Minister Kamp wilde gaan regelen dat de einddatum van de ww-uitkering ook niet meer zou opschuiven met de periode waarin ziekengeld wordt ontvangen. CNV Onderwijs was hier fel op tegen. Zieken kunnen immers moeilijk op
Schooljournaal 20
Foto: xxx
Lerarenbeurs op LinkedIn www.pensioeninhetonderwijs.nl Ook iemand
in ‘t zonnetje zetten? Mail naar Cruciaalschoverleg over ooljournaal@ cnvo.nl cao-voortgezet onderwijs Op 22 maart is er opnieuw onderhandeld over de cao voortgezet onderwijs. Belangrijke gespreksonderwerpen zijn het vastleggen van een maximum lessentaak in de cao en de vakantieregeling. Vicevoorzitter van CNV Onderwijs Patrick Banis: ’De onderhandelingen komen in een cruciale fase. Wij willen harde afspraken maken over vermindering van de werkdruk voor docenten en ondersteunend personeel en over behoud van vakantiedagen. We doen een uiterste poging om met de VO-raad tot een redelijk pakket afspraken te komen. Lukt dat niet, dan komen er acties.’
zoek naar werk. Kamp heeft dit plan nu ingetrokken. Hij vindt nog wel dat zieke werklozen sneller beschikbaar moeten zijn voor werk onder hun oude niveau.
Uitbreiding Arbocatalogus primair onderwijs Bonden en werkgeversorganisaties in het primair onderwijs hebben voor de Arbocatalogus PO een aantal nieuwe ‘Onderwerpen’ met bijbehorende ‘Oplossing’ geschreven en ter beoordeling voorgelegd aan de Arbeidsinspectie. De Arbeidsinspectie controleert of de inhoud voldoet aan de doelvoorschriften zoals gesteld in de Arbeidsomstandighedenwet. Alle door de Arbeidsinspectie goedgekeurde ‘Oplossingen’ zijn in de Arbocatalogus PO herkenbaar aan een krul. De Arbeidsinspectie heeft de nieuwe inzending in februari geaccordeerd. Deze is nu toegevoegd aan de catalogus PO en vervangt de daaraan gerelateerde Arbobeleidsregels die in de Arbeidsomstandighedenwet staan.
vraag:
Wat als mijn functie in het rddf wordt geplaatst? ANTwoord:
Heel wat werknemers lopen door de komende bezuinigingen het risico hun baan in het onderwijs kwijt te raken. Aan het eind van dit schooljaar krijgen deze mensen te horen dat hun functie in het risicodragend deel van de formatie (rddf) wordt geplaatst. Dat is dus in feite een vooraankondiging van een voorgenomen ontslag. Een functie kan pas definitief worden opgeheven als deze gedurende een geheel schooljaar in het rddf heeft gestaan. Het besluit om een functie in het rddf te plaatsen moet gebaseerd zijn op een formatieplan dat door het bestuur is vastgesteld, nadat de (G)MR daar, afhankelijk van het reglement, advies over gegeven heeft of instemming aan verleend heeft. De werkgever is verplicht het besluit via een aangetekende brief voor de zomervakantie bekend te maken. Tegen dit besluit kun je beroep instellen bij de commissie van beroep. Tijdens het rddf-jaar kan de werkgever je andere dan de tot dan toe verrichte werkzaamheden opdragen. Natuurlijk moeten die werkzaamheden passen binnen de functiebeschrijving. Vindt de werkgever een andere passende functie binnen of zelfs buiten het onderwijs, dan ben je verplicht die functie te aanvaarden. Vraag die daarbij opkomt is natuurlijk hoe je kunt beoordelen of een andere functie passend is. Als het gaat om eenzelfde functie bij een andere werkgever, dan is
dat niet moeilijk. Gaat het om een heel andere baan buiten het onderwijs dan geldt dat het niveau (beloning) van de functie ongeveer gelijk moet zijn en de werkzaamheden moeten passen bij je opleidingsniveau en je ervaring. Ook moet iemand van wie de functie in het rddf staat bij voorrang geplaatst worden in een vacature die bijvoorbeeld ontstaat als een collega ontslag neemt. Als door dat vertrek het formatieprobleem wordt opgelost, kan de rddf-status worden beëindigd. Om je kansen op de arbeidsmarkt te vergroten, kan de werkgever je verplichten om scholing te gaan volgen. Je hebt in dat geval recht op vrijstelling van werkzaamheden voor zover die samen vallen met je studie. De werkgever is verplicht om je een functie die passend is na het volgen van de opleiding aan te bieden als die beschikbaar is of om daar bij andere werkgevers naar te zoeken. Nieuwe inkomsten die je gaat genieten tijdens je plaatsing in het rddf worden gekort op je salaris. Had je op de dag van rddf-plaatsing een betrekkingsomvang groter dan een hele baan, dan wordt die teruggebracht tot een hele baan. Heb je aan het eind van het rddfschooljaar geen andere baan en is er nog steeds een formatietekort, dan kan de werkgever je functie opheffen en je ontslaan. Tegen dat ontslagbesluit staat beroep open bij de commissie van beroep.
RECHTSPOSITIE
Overzicht regiospreekuren
Leden van CNV Onderwijs kunnen voor rechts positionele vragen mailen met belangenbehartiging@ cnvo.nl of bellen met (030) 751 10 03. Zij kunnen (uitsluitend op afspraak) ook gebruik maken van de regionale spreekuren. Aanmelding en toezending van noodzakelijke stukken kan tot vijf werkdagen voorafgaand aan het spreekuur via bovenstaand mailadres of per telefoon (030) 751 18 20. Als de stukken niet tijdig zijn ontvangen of als er slechts één aanmelding is kan een andere afspraak worden gemaakt.
maandag dinsdag donderdag dinsdag donderdag dinsdag donderdag maandag dinsdag dinsdag donderdag donderdag donderdag
xxxx
4 april 5 april 14 april 19 april 21 april 26 april 28 april 2 mei 10 mei 17 mei 19 mei 19 mei 26 mei
Utrecht Roermond Apeldoorn Assen ‘s-Hertogenbosch Roermond Rotterdam Utrecht Assen Roermond ‘s-Hertogenbosch Apeldoorn Rotterdam Schooljournaal 21
Cursussen Is uw werkdruk te hoog? Is de balans tussen thuis en werk weg? Heeft u het gevoel dat er aan alle kanten aan u wordt getrokken? Kunt u steeds moeilijker loslaten? Is “nee” zeggen hard nodig, maar te moeilijk? U leert het in de cursus Werkdruk en balans. Voor wie? Voor leerkrachten uit het primair onderwijs en docenten in het voortgezet onderwijs, de bve-sector en het hbo. Praktische informatie: Duur: 2 dagen Data: donderdag 19 mei en woensdag 8 juni Locatie: Kantoor CNV in Utrecht Meer informatie: Op zoek naar meer informatie? Mail dan naar
[email protected] of bel (030) 751 17 47. Hier kunt u zich ook direct aanmelden of de mogelijkheden bespreken voor een cursus op locatie.
Reacties van deelnemers: “Door de cursus ben ik veel meer gaan nadenken: is dit echt belangrijk?” “Door mijn nieuwe houding krijg ik meer rust. Mijn collega’s zeggen ook tegen me dat ik meer ontspannen overkom” “Nu ben ik er weer echt voor mezelf” “Sinds de cursus werk ik veel efficiënter’ “Het scheelt me gewoon werk”
Jouw partner in training en advies Schooljournaal 22
column
Foto: Henriëtte Guest
Pierre Wind De ‘Dit-wil-ikook-leren-factor’ is de basis van lesstofopname Pierre Wind (45) is docent op onder andere Roc Mondriaan Horeca in Den Haag.
Lesgeven is marketing Een definitie voor een goede docent is er niet. Wel een loos statement in de trant van ‘dat de docent de leerstof goed moet overbrengen’. Dit is zulke vage ondefinieerbare taal dat het in de categorie zweefgeleuter thuis hoort. Nee, wat zou het voor veel docenten toch fijn zijn wanneer er een venijnige alomvattende definitie van de goede docent zou zijn. Dan zou de zelfreflectie, die elke docent natuurlijk iedere dag doet, tenminste aan iets tastbaars toetsbaar zijn. De gevleugelde woorden ‘een goed docent is een toneelspeler op zijn eigen podium in de klas’ zijn alom bekend. Op zich zit in deze gedachte wel iets. Op zich … want uiteindelijk zakt deze stelling diep de afgrond in: je hebt namelijk ook hele slechte toneelspelers. Daarbij is toneel heel erg smaakgevoelig. De een houdt van Shakespeare en de ander van slapstick. In één klas zit nu eenmaal een heel erg gemêleerd publiek met de daaraan gekoppelde ‘eigen’ smaken. Nee, de les is geen toneelvoorstelling of theater. Wat dan wel? In mijn optiek is een topdocent een beest van een marketeer (M/V). Oftewel lesgeven is marketing. De stof zo verpakken dat het beklijft. Dat de student denkt: ‘Dit wil ik ook’. Zoals je bij een pakkende reclame direct het ‘datwil-ik-ook-gevoel’ hebt. Of zoals de pakkende reclameslogan ‘Melk. De Witte Motor’, die meer zegt dan de letterlijke vier woorden.
De ‘Dit-wil-ik-ook-leren-factor’ is de basis van lesstofopname. Een docent die zijn vak verstaat, weet de lesstof zo te marketeren dat zelfs in een klassikale situatie de lesstof bij de individuele student aankomt. Een belangrijk element in de marketing is het fenomeen ‘herhaling’. Niet alleen de volgende les, maar eigenlijk een hele lange tijd. Ik geloof er heilig in dat die tijd er wel is. Marketing is juist om lange verhalen te vertalen in hapklare brokjes. De hapklare brokjes linken naar het inhoudelijke verhaal, dat de student al gehad heeft in de eerste les over het onderwerp. Alle hapklare brokjes vormen uiteindelijk één geheel. Bent u er nog? Ik maak het nog ingewikkelder. Het hele mbo is marketing. We zitten landelijk nu in een fase dat we ons moeten voorbereiden op het gegeven dat het aantal aanmeldingen voor het mbo zal dalen. Het mbo moet dus marketeren. Natuurlijk gebeurt dit al, maar wat mij betreft mag het veel heftiger. Gebruik ook eens de guerrilla-reclametechnieken. Pomp al het moois wat het mbo te bieden heeft in de jonge geest. Maar ook bij de ouders. Ook in hun hoofden moet klinken: ‘Dat wil ik ook’. Begin al vroeg in de leergangen van de basisschool. Geef ook gratis avondcursusjes aan die ouders…en laat… ………..wordt vervolgd
Schooljournaal 23
Leraren bloggen ervaringen de wereld in
’Delen is het De computer staat in de hoek van het klaslokaal van speciale basisschool De Keerkring in Woerden. Het is typerend voor leerkracht Marcel Schmeier van groep 3: hij is namelijk zeer actief op internet. Hij houdt een website over zijn onderwijservaringen bij. Daarmee wil de 35-jarige Schmeier zichzelf beter leren kennen. ‘Je wordt heel bewust als je gaat opschrijven wat je van bepaalde situaties vindt. Ik doe dit nu al vier jaar en ik bewaar al mijn blogs. Het is een archief voor mezelf waarin ik kan terugkijken als ik eenzelfde probleem tegenkom’. Ook Elke Das (45) gebruikt een weblog om over gebeurtenissen na te
Illustratie: Susi Bikle
Leerkrachten die niet alleen hun leerlingen wat willen bij brengen, maar ook collega’s iets willen leren. Met behulp van een weblog en via Twitter zenden zij berichten de wijde wereld in. Tijdens het bloggen leren leerkrachten zelf ook veel over het onderwijs. ‘Het is soms wel lekker om even stil te staan en bewust te worden van de gebeurtenissen in de klas.’
Schooljournaal 24
toverwoord’ denken. Ze is leerkracht op de St. Willibrordusschool in Riethoven. ‘Het is interessant om na te denken hoe iets in elkaar zit. Ik wil weten hoe leren werkt. Als ik een blogpost schrijf, is dat de neerslag van iets wat in mijn hoofd zit te schuren. Ik ga dan nadenken, lezen, vragen stellen en als ik daar iets van geleerd heb, resulteert het in een blogpost. Bloggen is volgens mij de meest logische manier voor een docent om te laten zien dat je zelf óók leert.’
Onderwijsgek De leerkrachten gebruiken het internet dus als een uitlaatklep voor hun ervaringen. Maar waarom zou je dan geen dagboek bijhouden? Het principe lijkt hetzelfde. Das: ‘Een dagboek houd je voor jezelf en leest niemand. Een blog is voor iedereen toegankelijk. Een reactie die je op een post krijgt, kan je weer verder helpen in je eigen ontwikkeling. Daarom is het onderhouden van een weblog een geweldig middel. Iedereen die wil, mag meelezen met de blog, maar het zijn vooral collega’s die de weblog bezoeken.’ Dat beaamt Schmeier, die op internet beter bekend staat als Onderwijsgek. ‘Ik wil medeleerkrachten bereiken en mensen die concreet het verschil kunnen maken (directeuren, begeleiders) in het onderwijs. Ik heb een duidelijke mening, ik weet waar ik voor sta en ik waai niet met alle winden mee. Ik trek mijn eigen plan en die ervaringen wil ik graag delen zodat anderen er ook hun voordeel mee kunnen doen.’ Schmeier legt de nadruk op dat laatste woordje. ‘Delen is het toverwoord. Ik deel mijn ervaringen en daar leren mensen van. Ook op internet. Wat dat betreft ben ik op en top leerkracht’, grapt hij. ‘Maar omgekeerd leer ik ook van anderen.’ Die gedachtegang wordt blijkbaar erg gewaardeerd. ‘Ik krijg veel respons op mijn artikelen. Dat vind ik erg waardevol, omdat ik dan ook weet wat er bij mededocenten speelt.’
Persoonlijk Das en Schmeier beseffen dat je tijdens het schrijven van een blog met verschillende aspecten rekening moet houden. Ze willen persoonlijk bloggen omdat dat hun lezers het meeste aanspreekt. Daarmee proberen ze herkenbaarheid in het verhaal te creëren. Das: ‘Maar tegelijkertijd moet je wel oppassen dat het niet te persoonlijk wordt, ook al is het verhaal positief. Want al haalt een leerling een tien voor een opdracht, wie geeft jou dan het recht de leerling zijn anonimiteit af te nemen?’ Schmeier deelt die mening. ‘Dat is wel eens lastig ja. Juist daarom is het goed om iets op papier te zetten. Je verplaatst je in anderen en dan ga je heel anders nadenken.’
Prijs De fanatieke bloggers zijn er op het internet gemakkelijk uit te vissen, maar minder trouwe posters zijn moeilijk te lokaliseren. Dat vindt Das jammer. In het verleden hebben beide leerkrachten nog wel andere docenten tot het bloggen geïnspireerd, maar enige discipline in het posten van berichten is wel vereist. De Brabantse, die in 2009 nog een prijs voor haar weblog won, is aangesloten bij onelinegemeenschap Edubloggers, een klein groepje van bloggers over het onderwijs. ‘Ik zou graag zien dat de groep met bloggers groter wordt. Het is jammer dat er geen prijs meer wordt toegekend voor een weblog. Dat had docenten wellicht gemotiveerd om ook over het onderwijs te schrijven. Nieuwe bloggers worden nu veel minder snel ontdekt.’
Twitter Door de komst van Twitter zijn beide fanatieke bloggers ook aan Twitter verknocht geraakt. ‘Op Twitter kun je doorlinken naar een groter artikel op je weblog. Ook kun je in korte berichten verwijzen naar verschillende onderzoeken die met het onderwijs te maken hebben’, legt Schmeier uit. Zijn volgers op Twitter? ‘Bijna alleen mensen die ook met onderwijs te maken hebben. Want daar gaan ook nagenoeg alle tweets over die ik verstuur.’ Van andere social media, zoals Hyves of Facebook, willen de leerkrachten niet zo veel weten. ‘Ik heb ze wel, maar gebruik ze niet voor het delen van ervaringen’, zegt Das. ‘Ik houd het bij mijn weblog’. Waar ze aan toevoegt dat ze de komende tijd zeker door blijft gaan met bloggen. ‘Want zolang ik zelf nog wat leer, heb ik wat te bloggen.’
Rob Klunder
Marcel Schmeier: www.onderswijsgek.nl Elke Das: http://blogger.xs4all.nl/elkedas
Schooljournaal 25
‘Meisjes in techni zijn geen nerds’ Kinderen weten soms op jonge leeftijd al wat ze willen worden. Juffrouw, vrachtwagenchauffeur of dokter bijvoorbeeld. Chemisch scheidingstechnoloog is niet bepaald een kreet die hiertussen past. Maaike Kroon (30) werd afgelopen december benoemd tot hoogleraar scheidingstechnologie. ‘Dat riep ik vroeger ook niet hoor, maar ik had wel interesse in de werking van de natuur.’
‘Niet alleen de werking van de natuur, maar nóg meer hoe je de natuur naar je eigen hand kunt zetten interesseerde me’, vertelt Kroon. Op dit moment mag ze zich de jongste vrouwelijke hoogleraar van Nederland noemen. Sinds 1 maart dit jaar werkt ze op de Technische Universiteit van Eindhoven. ‘Het bevalt heel goed. Het is afwisselend werk.’ Een groot deel van haar tijd is ze bezig met onderzoek. ‘Ik begeleid promovendi bij hun onderzoek en ga op pad om subsidies los te peuteren.’ Daarnaast geeft ze colleges op het gebied van het winnen van zuivere stoffen uit chemische mengsels.
Geen meisjesvak Het aantal vrouwelijke hoogleraren groeit per jaar maar met een half procent. Dit werd voor het laatst gemeten
‘Betastudies zijn wel degelijk maatschappelijk relevant’ in de Monitor Vrouwelijke Hoogleraren van 2009. Deze monitor wordt om de drie jaar uitgegeven door onder andere Stichting de Beauvoir (een organisatie die de participatie van vrouwen in de wetenschap probeert te bevorderen). In Nederland is maar 11,7 procent van de
Schooljournaal 26
hoogleraren vrouw. ‘Het is een mannenwereld, maar dat is soms ook wel weer leuk, je valt op. Maar het zou nóg leuker zijn als de man-vrouwverhouding meer in balans zou zijn.’ Regelmatig bezoekt Kroon daarom middelbare scholen met het project Spiegelbeeld. Dit project probeert meisjes te enthousiasmeren voor de bètastudies. ‘Volgens mij zijn er twee redenen waarom meisjes niet voor deze vakken kiezen. Een daarvan is de sociale kant. Ze denken dat er in andere studies meer sociale contacten zijn. Daarnaast zien ze niet direct de maatschappelijke relevantie die bijvoorbeeld bij medische en sociale studies wel zichtbaar is.’
Niet nerderig ‘Bètastudies zijn wel degelijk maatschappelijk relevant. Want fossiele brandstoffen raken op en we moeten meer energie halen uit duurzame bronnen. En sociaal is het werk ook zeker. Het verminderen van het energieverbruik in een chemisch proces kun je zeker niet in je eentje realiseren’, vertelt de spontane Kroon. ‘Ik heb heel veel overleg met bedrijven, experts uit andere vakgebieden en met collega’s.’ Ze vind technische studies helemaal niet ‘nerderig’. ‘In de harde bètavakken zit je niet alleen maar achter je computer of in je eentje in een lab. Het werk heeft juist heel veel verschillende kanten. Ook creativiteit is heel belangrijk want je bent heel vaak aan het ontwerpen. Niet alleen producten, maar ook apparaten of fabrieken bijvoorbeeld.’
Indrukwekkende loopbaan Kroon heeft voor haar jonge leeftijd al een heel indrukwekkend cv. Ze studeerde na de middelbare school chemische technologie aan de Technische Universiteit Delft. Na vijf jaar studeerde ze
Foto: Bert Jansen
ische studies
Maaike Kroon: ‘Het zou leuker zijn als de man-vrouwverhouding meer in balans zou zijn.’
cum laude af. Twee jaar later promoveerde ze, ook cum laude, op een proefschrift over de vermindering van het energieverbruik bij de productie van een medicijn. Ze onderzocht in haar proefschrift een schonere manier voor de productie van het medicijn Levodopa, gebruikt bij de ziekte van Parkinson. Kroon wist het energieverbruik te verminderen met 75 procent en de afvalproductie met
bijna honderd procent. Ze ontving tijdens deze studies verschillende prijzen voor onder andere beste afstudeerproject, beste propedeuse en beste proefschrift. Voordat ze in Eindhoven begon deed ze onderzoek in Barcelona en in de Verenigde Staten. ‘Wat me opviel was het grote aantal meisjes dat daar techniek studeert. Het probleem van weinig meisjes in technische studies is heel Nederlands. Misschien omdat Nederland heel rijk is. Hier redden we het wel met één salaris. In veel andere landen is de financiële motivatie veel groter.’
Hanneke Reijnders
Schooljournaal 27
webbedingetjes Stelling: Ook in het voortgezet onderwijs moet oudercontact verplicht worden gesteld
Eens 95%
@ @ @ @ @@ @ @ @ @
Apenstaartjes @ Op dinsdag 22 maart, tijdens het jaarlijkse congres van de Stichting Lezen, heeft staatssecretaris Halbe Zijlstra met een videoboodschap de website www.leesplan.nl geopend. Leesplan.nl is de website voor leesbevordering en biedt scholen en kinderopvang houvast voor een structurele aanpak van leesbevordering. Bezoekers kunnen op de website een eigen leesplan maken.
Oneens 5%
@ @ @ Aantal reacties: 121 De webredactie van CNV Onderwijs plaatst regelmatig een poll op www.cnvo.nl. Hierboven de uitslag op de stelling die de afgelopen weken op de site stond. De komende weken vragen we uw mening over de uitspraak: Leraren die bij begroetingen van vrouwen geen hand schudden, geven een verkeerd voorbeeld.
Website onder de loep Op zoek naar een nieuwe baan? Of tips om werkdruk tegen te gaan? Neem dan een kijkje op www.cnvo.nl/loopbaan. Hier kun je ook de functiescan invullen of de salarischeck doen. Ook is hier meer informatie te vinden over timemanagement, solliciteren en in gesprek gaan met de leidinggevende. Kortom, alles waar je tijdens je loopbaan tegenaan kunt lopen.
Getwitterd
@ Binnenkort wordt het einde van de Tweede Wereldoorlog herdacht. De website www.tweedewereldoorlog.nl streeft naar een zo compleet mogelijk overzicht van beschikbare, maar vooral betrouwbare kennis over die periode op internet. Handig als er in de klas werkstukken over het onderwerp moeten worden gemaakt.
@ De geschiedenislessen over de oorlog spreken natuurlijk nog meer aan wanneer een ooggetuige zelf zijn of haar verhaal in de klas komt vertellen. Het Landelijk Steunpunt Gastsprekers WOII – Heden legt contact tussen scholen en sprekers. Kijk voor meer informatie op www.steunpuntgastsprekers.nl.
Michel Rog, voorzitter CNV Onderwijs:
Het is zover #resolutie 12 is aangenomen!! Nieuwe kansen voor realistische invoering van #passendonderwijs (2 april, 12:33 uur) Volg Michel Rog, voorzitter van CNV Onderwijs, op Twitter: twitter.com/michelrog
Schooljournaal 28
column
Liesbeth Hermans Foto: Henriëtte Guest
‘Onze maatstaf is afgesteld op het gemiddelde, daar zit de kern van het probleem’ Liesbeth Hermans (49) is leerkracht groep 7/8 op een Daltonschool in Steenwijk.
Laat je nakijken! Toen mijn vader nog onderwijzer was, nam hij op vrijdag altijd twee dikke stapels met schriften mee naar huis. Dictee en proefwerk rekenen. Soms kreeg ik zijn rode pen en dan mocht ik meehelpen met nakijken. Spannend om alle fouten op te zoeken en aan te strepen! Nog mooier was het om krullen te zetten. Ze moesten wel lijken op die van pa, ik oefende er honderden op kladblaadjes. Of daar mijn liefde voor het vak ontstaan is? Zo simpel als het nakijken toen was, zo ingewikkeld vind ik het nu. In ons team hebben we er menige discussie over. Kleuterleerkrachten willen helemáál niet ‘corrigeren’, althans niet op de ouderwetse manier: wie zet nou dikke strepen of krullen bovenop een plakwerkje? Vanaf groep 3 zijn de ‘methodes’ de baas, schoolwerk wordt papierwerk. Voor de kritische leerkracht beginnen dan de problemen. Wat kijk je na? Alles? Daar ben je per dag een paar uur zoet mee. Mijn vader besteedde daar zijn tijd echt niet aan, ook al hoefde hij niet al die vergaderingen van tegenwoordig bij te wonen. Dus je selecteert. Maar wát? Toetsen waar je de resultaten van moet registreren, bekijk je uiteraard zorgvuldig. Maar de dagelijkse oefeningen? Als je daar na afloop geen aandacht aan schenkt, dan geloven je leerlingen het op den duur wel. Misschien kunnen de kinderen zelf het één en ander beoordelen? Dan moeten ze natuurlijk allemaal zelfstandig, eerlijk en
nauwgezet zijn. Aan die eigenschappen mag je dan wel eerst een paar jaartjes werken! Hoe kijk je na? Zet je bij elke misser een rode streep? Of slechts een kruisje in de kantlijn? Of helemaal niks en alleen het aantal fouten onder het werk? Ik had eens een ‘lieve’ stagiaire die op de pabo leerde om met groen te corrigeren. Dat zou minder pijnlijk zijn voor de tere kinderziel... Diezelfde ziel bloeit echter op van krullen, zonnetjes, hartjes en bloemetjes, die moeten juist wél opvallen. Een collega vertelde dat ze het liefst een stickertje op de fouten plakt, zodat het kind kan denken…wat heb ik er vandaag veel goed! Beloon positief, zeggen de psychologen. Nee, dat nakijken zo ingewikkeld kon zijn, dat heeft mijn vader nooit geweten. ‘Beste kind, in de methode staat vandaag voor jou oefening X en die kunnen leerlingen van jouw leeftijd zonder veel fouten maken.’ Onze maatstaf is afgesteld op het gemiddelde, dáár zit de kern van het probleem. Het ‘gemiddelde kind’ is namelijk niet van belang. De slimmerds maken te weinig fouten, dat is niet goed voor hun groei en ook niet voor hun zelfbeeld. En de minder begaafden lopen constant op hun tenen, ook niet bevorderlijk voor de ontwikkeling. Allemaal individueel werken dan maar? Laat je nakijken!
Schooljournaal 29
Vereniging GEPENSIONEERDEN
Noord-Holland Dinsdag 12 april, 10 uur, jaarvergadering, Kerk De Goede Herder, Van Boshuizenstraat 420-422, Amsterdam Buitenveldert. Onder meer huldiging jubilarissen, presentatie ‘Bouw van de noord-zuidlijn en het stationseiland’. Info/opgave: A. v.d. Dool, (020) 673 45 97,
[email protected].
VOORAANKONDIGING Rayon Groningen, Friesland, Drenthe Ontmoetingsdag Dinsdag 4 oktober, 10.30 uur, Eemshaven, Groningen. Info: Be Bultena, (050) 301 45 26,
[email protected].
VROUWEN
Friesland Woensdag 13 april, 16 uur, Cbs Op ‘e Hichte, Scharnegoutum. Over ‘Meervoudige intelligentie’, door Jacoba van der Wal, PCBO Leeuwarden. Info: Hinke Mulder, (06) 402 183 55,
[email protected].
Advertentie
West-Brabant Dinsdag 12 april, 13 uur, jaarvergadering/ algemene ledenvergadering, ‘t Veerhuis, Veerkensweg 22, Oud Gastel. Onder meer over ‘Wet maatschappelijke ondersteuning’, door vertegenwoordiger gemeente Roosendaal. Info/aanmelden: A. Mens, (0164) 235 481. Gelderland Woensdag 13 april, 10 uur, Onder de Toren, St. Maartensstraat 34, Elst. Ontmoetingsdag. Over ‘rechtsbijstandsverzekeringen’, door E. Warschauer + Nijmeegs Seniorenorkest. Info, aanmelding + storting: Henk Reijmer, (0316) 33 17 62, hwbreijmer@ hetnet.nl.
In de agenda staan activitei ten van CNV Onderwijs. Bijeenkoms worden maximaal twee keer vermeld. Aaten veren agendapunten uiterlijk 9 dagen voor nle ver ijning via
[email protected]. Vosch or een uitgebreide versie van de agenda : www.cnvo.nl/agenda. Schooljournaal 30
Gelderland Woensdag 13 april, 16 uur, Iselinge Hogeschool, Doetinchem. Over ‘De leraar als Avatar’ (crossmedia in het onderwijs), door Joost Cohensius, IJsselgroep. Info: Koos Wijkhuijs, (0527) 24 15 69 / (06) 22 30 68 07,
[email protected]. Noord Brabant Woensdag 20 april, 16 uur, Wijkcentrum WoenselZuid, Eindhoven. Over ‘De school als fiets’, door Jan Gulikers, directeur basisschool. Info: Mimi Bogemann, (040) 253 24 58, abogemann@ onsbrabantnet.nl. Utrecht Woensdag 11 mei, 16 uur, CNV gebouw Utrecht. Over ‘Feedback geven en ontvangen’, door Meint Veldstra, Aquila Humanagement. Info: Eva Sebok, (06) 190 73 150,
[email protected].
agenda
Noordoost-Brabant Woensdag 27 april, 14 uur, Steltenberg, Houtvennen 1A, Volkel. ‘Excursie Speuren naar sporen van het Duitse lijntje’. Info/opgave/storting (voor 20 april): G. Verbruggen, (0485) 45 14 82,
[email protected].
Drenthe Woensdag 13 april, 16 uur, De Krullevaar, Hoogeveen. Over ‘Timemanagement’, door Meint Veldstra, Acquile Humanagement. Info: Lammy van Midwoud, (0528) 26 35 02,
[email protected].
agenda
Friesland Voorjaarsledenvergadering Donderdag 14 april, 14 uur, CNV-gebouw, Zonnedauw 30, Drachten. Onder meer huldiging jubilarissen; inleiding over het Sociaal Fonds door mw. Beetstra; en over ‘Mijn erfenis goed geregeld’, door de heer Kim. Info/aanmelding: E. Strijker, (0561) 61 31 89,
[email protected].
Limburg Woensdag 13 april, 16 uur, Zalencentrum De Velderie, Roermond. Over ‘Hoogsensitiviteit in het onderwijs’, door Mieke Vijn, schrijfster en trainer. Info: Dorothe de Graef, (0495) 62 52 48,
[email protected].
Ontmoetingsdag CNV Onderwijs in Hoogeveen. De bezuinigingen op passend onderwijs, de functiemix, de krimpproblematiek in de regio. Deze onderwerpen staan centraal op een ontmoetingsdag voor het primair onderwijs. De bijeenkomst is op woensdag 13 april op basisschool De Sprong, Boekenberghstraat 12 in Hoogeveen. Op deze dag zullen bestuurders van CNV Onderwijs Michel Rog en Patrick Banis aanwezig zijn. Om 11.30 uur start de dag met een les in groep 8 over de rol van de vakbond. Daarna zijn er gesprekken en discussies over de effecten van bezuinigingen en krimp en de invoering van de functiemix. Ook de MR heeft op deze dag de volle aandacht. Om 14.15 u zijn er flitspresentaties door twee trainers van CNV Onderwijs Academie voor directeuren en leden van medezeggenschapsraden van scholen in Drenthe. Er is de eerste hulp bij medezeggenschap. Klaas Jurjens benoemt de do’s en don’ts en wat je van elkaar mag verwachten als directie en (G)MR . De tweede presentatie door Henk Hospes betreft de MR en het schoolplan. Daarbij gaat het over andere schooltijden en de spelregels rond de MR.
agenda
Advertentie
Ledenvergadering Woensdag 13 april, 15.30 uur, CNV gebouw, Tiberdreef Utrecht. Over ‘Verkiezing sectorraad PO’. Bespreking Visie nota PO, door Freddy Weima, directeur SBO. Maaltijd na afloop. Info/opgave: H. de Vries,
[email protected]. Zuid-Holland Woensdag 20 april, 15 uur, Onderwijsmiddag, Sandton Hotel Toor, Stationsplein 2, Alphen a/d Rijn. Onder meer onder-
Juf Denise wint ipad Denise Buis, leerkracht groep 7 op basisschool Heydonck in Best, is de gelukkige winnaar geworden van de Ohra-Zorgcampagne 2011. Leden van CNV onderwijs, die in december of januari een zorgverzekering hebben afgesloten met de Arnhemse verzekeraar, kwamen voor het winnen van het populaire apparaat in aanmerking. Vorige maand kreeg Buis de prijs namens Ohra uitgereikt door André Kemenade, kaderlid van CNV Onderwijs.
wijscabaret, workshops. Info/ aanmelden: Henk van Drunen, (010) 452 03 45, (06) 28 54 65 33,
[email protected].
AGRARISCH ONDERWIJS
Vrijdag 15 april, Jaarvergadering, Etten Leur. Thema: ‘Zelfsturende teams’, door Rob Franken, Roc West Brabant. Bezoek aan Aircraft Maintenance & Training School. Info: A. Mutsaers,
[email protected].
ONDERWIJSDIENSTVERLENING
Vrijdag 13 mei, sectorledenvergadering/jaarvergadering ODV en conferentie of symposium over ‘Duurzame onderwijsdienstverlening’, CNV gebouw, Utrecht. Info: Francis Huisman.
SCHOOLLEIDERS
Woensdag 13 april, 13 uur, Stenden University Hotel, Rengerslaan 8, Leeuwarden. Bijeenkomst over krimp in Friesland ‘Groeien naar krimp’. Info: Oscar Homan, (030) 751 17 26,
[email protected].
Foto: Ohra
BASISONDERWIJS
Schooljournaal 31
Korting leden CNV Onderwijs op online coaching
Leden van CNV Onderwijs die aan zichzelf willen werken, kunnen gebruik maken van een aanbieding van hun bond. Livinplan is een online zelfcoachmethode, gemaakt door Vincent van Dam, zelf ooit leerkracht geweest en nu interimdirecteur. Hij weet uit eigen ervaring wat het met je doet als je niet op de goede plek zit. Werken aan jezelf is dan het credo. De instructievideo’s van Livinplan kunnen daarbij helpen. Het programma helpt om uit te vinden wat je leuk vindt en hoe dat te bereiken. Leden van CNV Onderwijs krijgen 25 procent korting en kunnen voor € 26,50 per maand of € 33,75 per twee maanden aan de slag. Meer informatie op www.livinplan.com (bij inlogcode invullen CNV25).
e titel basisschool pril om d olen, sdag 20 a
en woen acht sch Sportiefste len strijd land’. De vanwege asisscho an Neder
Acht b ineerd chool v ijn genom van sport en te basiss z fs , e d ti n r la o p ‘S hele ied over het p het geb edt de verspreid trevende beleid o nk Gemser bekle s e it twee H u l r h te c o a o ti v o hun haatsc mag de c r s a a d n u O in . r. De w teken van beweging at in het yvoorzitte r ta t ju s n g a in v z dag 16 to verkie functie van zater t agen. De r r u d u d g n ie la eek d jaar ale Sportw de Nation april. 23 zaterdag
Duurzame schoolkantine
Proeflokaal opnieuw succes
Foto: CNV Onderwijs Academie
Heel wat leden van medezeggenschapraden, zowel leerkrachten als ouders, waren op woensdagmiddag 23 maart afgereisd naar basisschool Onder de Wieken in Eindhoven voor de derde editie van het MR proeflokaal. Op de bijeenkomst, georganiseerd door CNV Onderwijs Academie, bestond onder het genot van een high tea de gelegenheid vragen te stellen en te overleggen met de trainers/ adviseurs van de Academie. Ook onderling werd door de bezoekers druk informatie uitgewisseld. Er werden twee workshops gegeven: Bezuinigingen en financieel beleid in het onderwijs en Timemanagement en werkdruk. Het proeflokaal, dat hogelijk werd gewaardeerd door de deelnemers, krijgt een vervolg in het najaar van 2011. Locatie en datum worden bekend gemaakt via de website.
Schooljournaal 32
Is de schoolkantine eigenlijk wel duurzaam genoeg, of zijn er punten waarop de kantine nog milieubewuster kan worden? Dat onderzoekt de organisatie Jongeren Milieu Actief met de campagne Green Canteen. Scholieren doen onderzoek en overtuigen daarna de cateraar door middel van filmpjes, gevoerde debatten en een geschreven opiniestuk. De Vrije School in Den Haag voerde het project als eerste uit en met succes. Vanaf volgend schooljaar staat een dag per week in het teken van honderd procent biologisch vlees en vleesvervangers. De doelstelling is om volgend jaar tien voortgezet onderwijsscholen het project te laten oppakken en in 2012 ook het mbo mee te laten doen.
Daltononderwijs 80 jaar Ter gelegenheid van het tachtigjarig jubileum organiseert de Nederlandse Dalton Vereniging op woensdag 13 april een congres in Deventer. Leraren en directeuren van 361 basisscholen en 24 scholen uit het voortgezet onderwijs komen samen in de Koekstad. De aanwezigen krijgen workshops en lezingen aangeboden. Ook wordt het eerste exemplaar van het boek Dalton werkt.. overhandigd. Dit boek informeert over de werkwijze op Daltonscholen vandaag de dag. Aanmelding kan via: www.dalton.nl.
Vereniging Introductie sectorraden en stuurgroepen SECTORRAAD MBO De sectorraad mbo stelt zich tot doel meer in contact te komen met haar leden, door scholen te bezoeken en met leden te communiceren. Een van de speerpunten is het opzetten van een netwerk van schoolcontactpersonen, waarbij gestreefd wordt om op elke mbo-instelling minstens een schoolcontactpersoon te hebben. De sectorraad wil, meer dan nu, gesprekspartner zijn met onze stakeholders: MBO Raad, beleidsambtenaren op het ministerie, politiek, Colo en de kenniscentra. Daarvoor is het nodig in de breedte meer kennis te hebben van de diverse onderwerpen die daar aan de orde komen. Die kennis is aanwezig op de werkvloer. Door leden te betrekken bij onze mening als CNV Onderwijs via een expertise netwerk, brengen we de bond in de school en de leden in de bond. Achteraan vanaf links: Luuk Joosten en Piet Dekker. Vooraan vanaf links: Gerard Schuttenbelt (penningmeester), Jos Talsma, Hans Emmerik, Theo Opgenoord (secretaris), Pieter Wijnen (voorzitter) en Jack van Ommen. Jaap Platje ontbreekt op de foto. Contact: Theo Opgenoord, (046) 449 34 21,
[email protected].
Foto’s: Franklin
Heilbron
Advertentie
STUURGROEP VROUWEN De stuurgroep vrouwen zet zich in voor een vakbond waar mannen en vrouwen samenwerken. Dat besturen nog geen afspiegeling zijn van de achterban van CNV Onderwijs, is een aandachtspunt waar ieder in de vereniging van overtuigd is. Op de hoogte blijven van ontwikkelingen in het onderwijs is het speerpunt voor alle activiteiten. Veel leden vinden de weg naar de vrouwennetwerkbijeenkomsten in hun provincie. Naast de informatie over onderwijsinhoudelijke of rechtspositionele zaken is ontmoeting een belangrijk onderdeel. Veel vrouwen van diverse leeftijden ervaren daar de open sfeer waarin van gedachten wordt gewisseld. Daarnaast organiseren we regelmatig congressen. De uitdaging voor dit jaar is versterking van de contacten binnen de vereniging en voortzetten van wat we doen. Vooraan, vanaf links: Nel de Wit ( penningmeester), Marjan Verveda. Achteraan, vanaf links: Elly den Haan, Koos Wijkhuijs (plv. voorzitter), Marjorie Lamain, Adje Kolkman, Margriet Janssen (secretaris). Op de foto ontbreken: Maryam Abdoelbasier en Lien Nicolai. Contact: Margriet Janssen (010) 420 50 51,
[email protected].
Schooljournaal 33
Adres en telefoonnummers CNV Onderwijs Adres CNV Onderwijs Tiberdreef 4, 3561 GG Utrecht Postbus 2510, 3500 GM Utrecht
[email protected], www.cnvo.nl
Telefoonnummers en e-mailadressen • CNV Onderwijs (algemeen nummer) (030) 751 10 03 • CNV Schoolleiders (030) 751 10 04
[email protected] • CNV Onderwijs MR-advies (030) 751 10 05
[email protected] (Op werkdagen van 12.30 tot 17.30 uur) • CNV Onderwijs Starters&Studentenlijn (030) 751 10 06
[email protected] • CNV Onderwijs Academie (030) 751 17 47
[email protected] • CNV Onderwijs Ledenadministratie
[email protected] (030) 751 10 03 • CNV Onderwijs Individuele Belangenbehartiging
[email protected] (030) 751 10 03
Ledenvoordeel Leden van CNV Onderwijs kunnen profi teren van lagere premies en kortingen door collectieve contracten met verzekeringsmaat schappijen en andere organisaties (zie voor meer informatie: www.cnvo.nl): • Dennenheuvel tel.: (035) 646 04 64 • FBTO Achmea schade tel.: (058) 234 58 85, coll. nr. T16 • OHRA-zorg en schade tel.: (026) 400 40 40, coll. nr. 3725
sectorraden
PRIMAIR ONDERWIJS Dhr. J.N.A. de Vries (073) 521 75 12
[email protected] VOORTGEZET ONDERWIJS Mevr. C.D.H.E. Keuten-Van Spijk (0492) 38 12 00
[email protected] MIDDELBAAR BEROEPSONDERWIJS Dhr. T.P.E. Opgenoord (046) 449 34 21
[email protected]
• Zorgverzekeraar VGZ tel.: (0900) 07 50, coll. nr. 5008500
stuurgroepen
personeelsadvertenties Nina Smit verzorgt personeelsadvertenties voor Schooljournaal. Ook geeft zij informatie over verzekeringen in relatie tot het lidmaatschap. Zij is bereikbaar op: tel.: (030) 751 17 78, ma. t/m woe. 8.30 - 17 uur óf (06) 12 78 71 54 e-mail:
[email protected] adres: Postbus 2510, 3500 GM Utrecht
Advertentie
CNV SCHOOLLEIDERS Dhr. R.J. Bovee (020) 647 68 43
[email protected]
BESTUUR Voor vragen over de vereniging of de nieuwe verenigingsstructuur: Cees Kuiper, algemeen secretaris CNV Onderwijs, tel.: (030) 751 17 10 e-mail:
[email protected]
ONDERWIJSONDERSTEUNERS Dhr. J.M. van den Groenendal (06) 29 08 94 11
[email protected]
Sociaal fonds CNV Onderwijs Voor hulp en ondersteuning aan leden en hun gezinnen met financiële problemen: secretaris-penningmeester H.M. Holslag, Hinkelenoord 6, 4617 NC Bergen op Zoom. tel.: (0164) 24 90 38 fax: (0164) 24 90 23, e-mail:
[email protected] B.g.g. voor dringende zaken (0412) 64 05 50
CNV CNV Onderwijs is aangesloten bij het Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV). Voor vragen over belastinghulp, rechtshulp, cursussen, regionale CNV-activiteiten, CNV Internationaal. tel.: (030) 751 10 01, e-mail:
[email protected]. Voor 65-plus kan contact worden opgenomen via tel.: (030) 751 10 02 of e-mail:
[email protected].
HOGER ONDERWIJS Dhr. M. Haanstra (0513) 41 91 98
[email protected] ONDERWIJSDIENSTVERLENING Dhr. F.J.H.M. Bulthuis (0541) 53 49 34
[email protected] GEPENSIONEERDEN Dhr. W. Stoop (023) 537 85 56
[email protected]
PASSEND ONDERWIJS Dhr. F.J.H.M. Bulthuis (0541) 53 49 34
[email protected]
AGRARISCH ONDERWIJS Dhr. A.E.G.M. Mutsaers (013) 468 46 66
[email protected]
VROUWEN Mevr. M. Janssen-Stol (010) 420 50 51
[email protected]
JONG Mevr. G. Damstra (036) 844 98 15
[email protected]
ANDERS ACTIEVEN Dhr. H. Verlaan (043) 347 52 17
[email protected]
Schooljournaal 39
Foto: René Bouwman
Jouw partner in de school
Dennis van Dijk (22): ‘Fijn gevoel dat ik ergens op kan terugvallen’ ‘Ik vind het interessant om een verhaal achter leerlingen te weten te komen. Daarom wil ik heel graag in het onderwijs werken’, zegt Dennis van Dijk. Hij studeert een dag in de week voor onderwijsassistent mbo-niveau 4 en werkt vier dagen op het Amadeus Lyceum in Vleuten als domeinassistent. ‘Ik ben ervoor verantwoordelijk dat
de faciliteiten in orde zijn in zo’n domein. Een domein is een ruimte waar leerlingen van de examenklassen havo en vwo zelfstandig kunnen werken. Ik ga dan wel eens tussen de scholieren in zitten om te horen wat er allemaal bij hen speelt. Zij zien mij zo langzamerhand als een aanspreekpunt omdat ik ze vaak kan vertellen waar zij met hun problemen naar toe kunnen.’ Dennis vindt het leuk om in zijn vrije tijd te rappen, maar ook aan het werken in het onderwijs ondervindt hij veel plezier. Daarom heeft hij zich nu ook aangesloten bij CNV Onderwijs. ‘De bond kan mij in negen van de tien gevallen helpen als ik een vraag heb over het onderwijs. Het geeft een fijn gevoel dat ik daar op kan terugvallen.’ RK