Brancherapport: beroepsziekten in de vleesverwerkende sector
Brancherapport Nederlands Centrum voor Beroepsziekten
Februari 2009
Harry Stinis Jan Bakker Paul Kuijer Dick Spreeuwers Annet Lenderink
1
Inhoudsopgave
Samenvatting
3
1.Inleiding en vraagstelling
4
2.Methoden
6
3.Resultaten
7 A.Beroepsziektemeldingen
7
B.Literatuuronderzoek
13
C.Bijeenkomst van bedrijfsartsen
15
4.Conclusies
18
5.Aanbevelingen
19
Literatuur
20
Bijlage: vragen voor de bedrijfsartsenbijeenkomst
22
2
Samenvatting Doel van het rapport: Het doel van dit brancherapport is het inventariseren van de arbeidsrisico’s en beroepsziekten in de vleesverwerkende sector en in overleg met de sector te bezien of en welke preventieve activiteiten zinvol zijn om het aantal beroepsziekten in de sector te verminderen. De specifieke vraagstellingen voor dit onderzoek zijn de volgende: 1. Welke meldingen heeft het NCvB ontvangen in de periode 2003-2007 uit deze sector? 2. Wat is er uit de literatuur bekend over arbeidsrisico's, beroepsziekten en preventie daarvan in de vleesverwerking? 3. Wat zijn de ervaringen van bedrijfsartsen met de arbozorg in de vleessector? Methode: In de databank van het NCvB is gezocht naar meldingen uit deze sector in de periode 20032007. Er is een literatuuronderzoek gedaan naar het vóórkomen van werkgebonden klachten van het bewegingsapparaat, huidaandoeningen, lawaaislechthorendheid en infectieziekten in de sector. Bedrijfsartsen in het relatiebestand van het NCvB, waarvan bekend is dat zij in de vleesverwerkende sector werken of hebben gewerkt, zijn benaderd met het verzoek deel te nemen aan een bijeenkomst. De informatie van bedrijfsartsen geeft een beeld van hoe het er in de praktijk in de sector toegaat. Resultaten: In de periode 2003-2007 zijn 100 meldingen verricht van RSI in de vleesverwerkende sector. Er zijn slechts enkele meldingen verricht van huidaandoeningen, lawaaislechthorendheid en infectieziekten. Vermoedelijk is er sprake van behoorlijke onderrapportage op deze gebieden. Er is veel literatuur beschikbaar over risico’s en beroepsziekten in de vleesverwerkende sector. Het arboconvenant RSI geeft een goed overzicht van risico’s van fysieke belasting. Bedrijfsartsen vinden RSI het belangrijkste gezondheidsrisico in de sector. In het kader van productveiligheid is er wel aandacht voor infectieziekten, maar dit is vaak incidenteel. Conclusies en aanbevelingen: Er is een goed arboconvenant over RSI in de sector. Het verdient aanbeveling de effectiviteit van de maatregelen tegen RSI te evalueren. Voor infectierisico’s en huidaandoeningen is in de sector minder aandacht. Een mogelijke strategie om arbomaatregelen te implementeren in de sector is het maken van een koppeling met productveiligheid. 3
1. Inleiding en vraagstelling
De primaire verantwoordelijkheid voor de preventie van beroepsziekten ligt bij werkgevers en werknemers. Dat betekent dat het belangrijk is dat beroepsgroepen en sectoren van informatie worden voorzien over welke beroepsziekten in hun beroepsgroep of sector kunnen voorkomen, wat de oorzaken zijn en welke preventiemogelijkheden er zijn. In overleg met het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is in het jaarplan van het NCvB voor 2008 vastgelegd dat het NCvB een aantal projecten zal uitvoeren waarbij branchegerichte kennisverspreiding het doel is. Oorspronkelijk formuleerde het NCvB als doel voor deze pilotprojecten het opstellen van met wetenschappelijke literatuur onderbouwde brancherapporten waarin wordt beschreven welke risicofactoren in een branche leiden tot al dan niet voor de branche specifieke werkgebonden aandoeningen, waarbij tevens wordt gekeken naar preventie- en interventiemogelijkheden en de mate waarin deze met evidence kunnen worden onderbouwd. In de voorbereiding van de pilotprojecten, waarbij met de beroepsziektespecialisten van het NCvB is gebrainstormd over de manier waarop een brancherapport vorm zou moeten krijgen, is steeds meer de nadruk komen te liggen op de toepasbaarheid van de resultaten voor de beroepsgroep of sector. Met andere woorden, brancherapporten moeten niet alleen het verslag zijn van een inventarisatie, maar zij moeten leiden tot werkelijke preventieve activiteiten in de sector. Daartoe is het noodzakelijk dat een brancherapport in nauw overleg met een beroepsgroep of sector wordt opgesteld en dat met de beroepsgroep of sector wordt besproken op welke wijze de resultaten kunnen worden gebruikt voor preventie van beroepsziekten. Er is uiteindelijk gekozen voor drie beroepsgroepen, waarvoor een brancherapport wordt opgesteld, te weten de beroepsgroep vrachtwagenchauffeurs, de beroepsgroep musici in opleiding en de vleesverwerkende sector. Criteria voor de keuze van de beroepsgroepen of sectoren waren: -
Hoeveel informatie is er al beschikbaar over de beroepsgroep of sector?
-
Heeft het NCvB een toegang tot de beroepsgroep of sector?
-
Verwachten we medewerking van de beroepsgroep of sector?
-
Is er mogelijk sprake van nieuwe risico’s?
-
Kan het NCvB toegevoegde waarde bieden voor preventie van beroepsziekten in de beroepsgroep of sector?
De keuze voor de vleesverwerkende sector berust op de volgende argumenten: Er is weliswaar een Arboconvenant voor de vleesverwerkende sector, maar dit convenant is eenzijdig gericht op RSI. Andere risico’s zijn niet uitgewerkt, terwijl het NCvB op grond van 4
ervaring en de wetenschappelijke literatuur deze risico’s en als gevolg daarvan diverse categorieën van beroepsziekten wel verwacht. Het NCvB heeft weinig contacten binnen de vleesverwerkende industrie en er is geen inzicht in de medewerking van de sector. In dit geval, waarbij in de sector een aanzienlijke incidentie van beroepsziekten wordt verwacht, is deze beperkte toegang juist reden geweest voor de keuze een brancherapport van de sector op te stellen. Inzet daarbij is te onderzoeken of de sector te interesseren is voor preventieve activiteiten. Ook kunnen nieuwe risico’s in de sector optreden. Het NCvB heeft bijvoorbeeld in Nieuwsbrief 1 van 2008 melding gemaakt van een neurologische aandoening bij specifieke werkzaamheden door medewerkers van varkensslachterijen in de Verenigde Staten (Samson, 2008). Op de website van het NCvB (http://www.beroepsziekten.nl/ voedings- en genotsmiddelenmiddelenindustrie slachterijen en vleesverwerkende industrie) staat een overzicht van de beroepen in de sector en de bijbehorende arbeidsrisico’s. In dit rapport worden deze risico’s verder uitgediept. Voor de uitvoering van het project is contact gezocht met bedrijfsartsen werkzaam in de vleesverwerkende sector. Het verslag van een bijeenkomst waarbij informatie is ingewonnen bij deze artsen, vormt een belangrijke basis van dit rapport. De informatie van bedrijfsartsen geeft een beeld van hoe het in de praktijk in de sector toegaat. Het NCvB wil de resultaten van het brancherapport met de sector bespreken om te bezien of en welke preventieve activiteiten zinvol zijn om beroepsziekten in de sector te voorkomen. De vraagstellingen voor dit onderzoek zijn de volgende: 1. Welke meldingen heeft het NCvB ontvangen in de periode 2003-2007 uit deze sector? 2. Wat is er uit de literatuur bekend over arbeidsrisico's, beroepsziekten en preventie daarvan in de vleesverwerking? 3. Wat zijn de ervaringen van bedrijfsartsen met de arbozorg in de vleessector? Na deze introductie in de problematiek in hoofdstuk 1, worden in hoofdstuk 2 de methoden van onderzoek besproken. Hoofdstuk 3 geeft de resultaten weer. Hoofdstuk 4 en 5 bevatten respectievelijk de conclusies en aanbevelingen.
5
2. Methoden De beroepsziektespecialisten hebben ervoor gekozen de studie te beperken tot de aandoeningen die voor de sector het meest relevant worden geacht. Het gaat om aandoeningen van het bewegingsapparaat, huidaandoeningen, gehooraandoeningen en infectieziekten. Om de vragen te beantwoorden zijn de volgende methoden toegepast: a.
Analyse van de meldingen in de databestanden van het NCvB:
In het databestand van de Nationale Registratie (meldingen bedrijfsartsen) is over de periode 2003-2007 gezocht naar meldingen afkomstig uit de vleesverwerkende industrie met betrekking tot aandoeningen van het bewegingsapparaat, huidaandoeningen, gehooraandoeningen en infectieziekten. In het databestand van het peilstation ADS (Arbeids Dermatosen Surveillance) is over de periode 2003-2007 gezocht naar meldingen van huidaandoeningen afkomstig uit de vleesverwerkende industrie. b.
Literatuuronderzoek:
De informatie uit het Arboconvenant van de vleessector is bestudeerd. De website van het NCvB biedt informatie over beroepen in de sector en de bijbehorende arbeidsrisico’s en beroepsziekten. Verder is een website- en literatuursearch gedaan naar het vóórkomen van RSI, huidaandoeningen, gehooraandoeningen en infectieziekten in de vleesverwerkende sector en de mogelijke preventieve maatregelen. Er is o.a. gezocht in PubMed en via de website www.kiza.nl.
c.
Bijeenkomst van bedrijfsartsen werkzaam in de vleesverwerkende sector:
De bedrijfsartsen in het relatiebestand van het NCvB waarvan bekend is dat zij in de vleesverwerkende sector werken of hebben gewerkt, zijn benaderd met het verzoek deel te nemen aan een bijeenkomst. Doel van de bijeenkomst was om informatie uit te wisselen over risico’s en beroepsziekten in de vleesverwerkende sector en te bespreken op welke wijze bedrijven in de sector omgaan met deze risico’s en beroepsziekten. Om de bijeenkomst te structureren is een aantal vragen opgesteld (bijlage 1).
6
3. Resultaten In dit hoofdstuk worden achtereenvolgens de resultaten van de analyse van de beroepsziektemeldingen aan het NCvB in de periode 2003-2007 beschreven, het oriënterend literatuuronderzoek en de bijeenkomst van bedrijfsartsen werkzaam in de vleesverwerkende sector.
A.
Beroepsziektemeldingen
Het Nationale Registratiesysteem Beroepsziekten is gebaseerd op de meldingen van beroepsziekten die bedrijfsartsen en Arbodiensten krachtens de Arbo-wet verplicht zijn door te geven aan het NCvB. Het levert belangrijke informatie op over het vóórkomen en de verspreiding van beroepsziekten en over trends daarin. Behalve uit de Nationale Registratie zijn ook gegevens uit het peilstation voor beroepshuidaandoeningen (ADS, meldingen van dermatologen) gebruikt. Klachten aan het bewegingsapparaat In de periode 2003-2007 zijn 100 beroepsziektemeldingen ontvangen van klachten aan het bewegingsapparaat, gemiddeld dus circa 20 per jaar. Een uitschieter was 2003 met 31 beroepsziektemeldingen. In tabel 3.1 staan de aandoeningen vermeld die in 2003-2007 vaker dan 5 keer zijn gemeld als beroepsziekte. Zoals verwacht gaat het vooral om meldingen aandoeningen aan hand/pols, arm, en schouder. Voor deze beroepsziektemeldingen wordt door bedrijfsartsen registratierichtlijn D001 gebruikt (www.beroepsziekten.nl). Opvallend is het relatief grote aantal beroepsziektemeldingen van de specifieke aandoeningen epicondylitis lateralis (tenniselleboog) en carpaal tunnel syndroom (zenuwinklemming bij de pols). Doordat bedrijfsartsen in deze branche alleen ingeschakeld worden bij ernstige problematiek en langdurig verzuim is de verwachting dat er sprake is van een sterke onderrapportage van het aantal beroepsziektemeldingen voor het bewegingsapparaat.
7
Tabel 3.1: Het aantal beroepsziektemeldingen van het bewegingsapparaat dat in de periode 2003-2007 meer dan 5 keer is vermeld. Diagnose
Aantal meldingen
L684 Repetitive strain injury -RSI- van schouder, bovenarm
35
L694 Epicondylitis lateralis (tenniselleboog)
14
N613 Carpaal tunnelsyndroom
12
L686 Repetitive strain injury -RSI- van pols en hand
8
L689 Overige aandoeningen van weke delen door druk- en
7
overbelasting
Huidaandoeningen In tabel 3.2 wordt het aantal beroepshuidaandoeningen weergegeven gemeld aan de Nationale Registratie 2003-2007 van het NCvB. De aard van meldingen correspondeert met de gezondheidsrisico’s die in de literatuur gevonden worden. Contacteczeem door rubber wordt meestal veroorzaakt door een verworven allergie voor bestanddelen van (kunst)rubber handschoenen. Mensen met een huidaandoening zullen lang niet altijd verzuimen, wat betekent dat zij ook vaak niet bij de bedrijfsarts komen. Het geringe aantal meldingen weerspiegelt de praktijk waarin bedrijfsartsen met name ingezet worden voor verzuimbegeleiding maar in steeds mindere mate voor preventieactiviteiten.
8
Tabel 3.2: Beroepshuidaandoeningen gemeld aan de Nationale Registratie 2003-2007 van het NCvB
Beroep/functie
Aard van de aandoening
worstmakers (2)
diepe handinfectie door MRSA1 erysipeloïd2
varkensslachter
allergisch contacteczeem door contactallergie voor rubber
vleesverwerker
allergisch contacteczeem door contactallergie voor rubber
kadaververwerker
allergisch contacteczeem door contactallergie voor rubber in combinatie met irritant contacteczeem door nat werk
kuikenbroeder
allergisch contacteczeem door contactallergie voor formaldehyde3
1: MRSA is de afkorting van een bacterie, de stafylokok, die normaliter voorkomt op huid en slijmvliezen, maar resistent is geworden tegen de gangbare antibiotica. De oorzaak is dikwijls het gebruik van antibiotica in diervoer om ziekten te voorkomen 2. Een bacteriële ontsteking van vingers en handrug door Erysipelothrix rhusiopathiea 3: Formaldehyde wordt veelvuldig toegepast als ontsmettingsmiddel voor eieren en kuikens.
Het peilstation ADS project is een gezamenlijk registratieproject voor arbeidsgebonden huidaandoeningen van het NCvB en het Nederlands Kenniscentrum ArbeidsDermatosen (NECOD) in Groningen en Amsterdam, opgezet naar analogie van het zusterproject EPIDERM in Groot-Brittannië. In Nederland nemen hieraan, verspreid over het land, ongeveer 25 dermatologen deel. De volgende meldingen zijn verricht aan het ADS tussen 2003 en 2007:
9
Tabel 3.3: : Beroepshuidaandoeningen gemeld aan het peilstation ADS 2003-2007 Beroep (aantal meldingen) slagers (5):
slachter (1)
Aard van de aandoening •
contacteczeem door vlees (4)
•
contacteczeem door rubber (1)
•
contacteczeem door vlees (1)
De werknemers die met klachten naar de dermatoloog gaan, zijn vaak andere werknemers dan degenen die vanwege ziekteverzuim naar de bedrijfsarts gaan. De combinatie van nat werk, koude en blootstelling aan ontsmettingsmiddelen veroorzaakt dikwijls huidbeschadigingen die de huid weer meer ontvankelijk maken voor bijvoorbeeld de allergene bestanddelen van vlees. In eerste instantie ontstaan meestal urticaria (galbulten) die later kunnen overgaan in een allergisch contacteczeem veroorzaakt door eiwitten (protein contactdermatitis). Door de spreiding over meerdere dermatologen zullen clusters van beroepsgebonden huid- en slijmvliesaandoeningen waarschijnlijk niet ontdekt worden. De resultaten van de registraties bevestigen dat evenals in andere landen er ook in Nederland in deze branche onderrapportage plaats vindt van beroepsziekten en beroepsgebonden aandoeningen. Hierdoor ontberen beleidsmakers en professionals in het veld signalen over (nieuwe) beroepsziekten of oorzaken van beroepsziekten en signalen over knelpunten in de preventie en zorg rondom beroepsziekten. Wellicht dat dit een van de redenen is dat in het Arboconvenant van 2002-2006 geen aandacht is gegeven aan de genoemde risicofactoren en gezondheidsaandoeningen.
Gehooraandoeningen Gehooraandoeningen in de Nationale Registratie betreffen bijna altijd lawaaidoofheid. In de periode 2003-2007 werd dit gemeld bij slachters (2) en worstmakers (5). Specifiek voor de branche is de bron “levend lawaai” door diergeluiden (Zie ook het Signaleringsrapport Beroepsziekten 2005).
10
Infectieziekten Het NCvB krijgt op drie manieren informatie binnen over het voorkomen van beroepgerelateerde infectieziekten: I. De officiële meldingen in het registratiesysteem beroepsziekten. II. Via vragen aan de helpdesk III. Overige verzoeken om medewerking aan onderzoeken, lezen van rapporten en brainstormen over de aanpak van werkgerelateerde infectieziekten in relatie tot de vleesverwerking. I.
Meldingen:
Er zijn in de periode 2003 tot en met 2008 weinig meldingen van infectieziekten in de vleesverwerking gedaan. Het betrof vooral enkele goed waarneembare of ernstige aandoeningen. Tabel 3.3 geeft deze weer. Het veroorzakend agens is niet altijd bekend. Tabel 3.4: meldingen van infectieziekten aan de Nationale Registratie van het NCvB 20032007 Beroep
Aard van het
Aandoening
Oorzaak
Ringworm
Schimmel van huid
bedrijf Medewerker slachterij
Slachterij
door werken met koeien Keurmeester
Onderdeel Ministerie
aanhoudende
uitwerpselen /stof van
van LNV
oogklachten na
dieren
conjunctivitis ?
Slachterijen
meningitis door
streptococcus suis,
Vleeswarenfabriek.
streptococcus suis
verwerken van slachtafval
Inpakster
Pluimveeslachterij
luchtweginfectie
Koude luchtstroom
Slachter /
Slachterij /
handflegmone
Stafylococcus van
vleesverwerker /
worstenmakerij
dierlijk vlees
worstenmaker Slachter in een Kalverslachterij
Kalverslachterij
Omloop grote teen
Werken met kalveren
besmetting MRSAbacterie
11
II. Helpdesk vragen: Naast deze officiële meldingen komen regelmatig vragen binnen via de helpdesk van het NCVB (www.beroepsziekten.nl) of die van het Kennissysteem Infectieziekten bij de Arbeid (www.kiza.nl) . Ook deze geven enig inzicht in het voorkomen van infectieziekten in relatie tot de vleesverwerking. Zo kwamen de volgende onderwerpen aan bod: •
MRSA–dragerschap bij vleesverwerkers,
•
Erysipeloïd bij vleestransport
•
Angst voor Streptococcus suis infecties naar aanleiding van een uitbraak in China
•
Wratten bij vleeslijnwerkers
•
Hepatitis E bij getransplanteerde leverpatiënt (zie casus)
•
Epilepsie bij (dierenvoeding)vleesverwerkers
•
Toxoplasmosegevaar bij zwangere vleeswerkneemster,
•
Hepatitis B drager, gevaar voor collega’s in dezelfde slachtlijn?,
•
Dierenarts overleden aan aviaire influenza (vogelgriep periode).
•
Uitzendkracht schoonmaker varkensslachterij met long en darmproblemen.
III. Overige meldingen/ indicaties met betrekking tot voorkomen infectieziekten in relatie tot om gaan met vlees: •
Angst voor doorgeven dragerschap varkens MRSA aan familieleden, varkensboeren
•
Angst bij ziekenhuisopname met betrekking MRSA door kalveren, bij kalvermesters en familieleden
•
Inventarisatie van het vóórkomen van zoönosen als beroepsgebonden aandoeningen in de pluimvee vleesketen (Drost, 2002)
•
Angst voor PIN (perifere infectieuze / immunologische neuropatie) bij brain out blowers bij varkens (bij 2 Nederlandse bedrijven naar aanleiding van bevindingen in de USA)
•
Risico’s kippeninfluenza voor pluimveehouders, kippenruimers en slachters (studenten-paper 2008), niet gepubliceerd
•
Regelmatige Salmonella uitbraken (Hofhuis, 2007; RIVM, 2008) in ons land, mogelijk gerelateerd aan diverse vleessoorten.
•
MRSA bij paarden als risico voor de veearts
•
Bij Coxiella burnetii (Q fever) geldt in het laboratorium een veiligheidsniveau BSL-3 Het is dan ook een agens risicoklasse 3. In de praktijk zijn er geen RI&E’s op dit terrein bekend noch in de veehouderij noch in de vleesverwerking.
12
B. Literatuuronderzoek Klachten aan het bewegingsapparaat Het werk in de vleesverwerkende sector kenmerkt zich door handmatig vakmanschap en lichamelijk zwaar werk (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1986, Beune et al. 2002). Uit het Arboconvenant RSI in de vleessector (Beune et al. 2002) blijkt dat 43% van de werknemers klachten aan hand of pols (14%), arm (17%), schouder (30%) en/of nek (22%) (HANS) rapporteerde in de afgelopen 12 maanden. Deze klachten aan het bewegingsapparaat resulteerden in 1999 in een verzuimpercentage van 8,7% en een meldingsfrequentie van 1,2. Meer dan de helft van dit verzuim (54%) is veroorzaakt door klachten aan het bewegingsapparaat. In 1999 waren er 165 WAO-intredes (24,4%) door klachten aan hand of pols, arm, schouder en/of nek en rug. In het Arboconvenant RSI in de vleessector (Beune et al. 2002) worden de specifieke risicofactoren beschreven voor in totaal meer dan 32 werkzaamheden. Ook worden specifieke oplossingsrichtingen vermeld om klachten te voorkomen. Bijvoorbeeld voor het werk ‘kippen hangen’ zijn mogelijke oplossingsrichtingen: haak verlagen, carousselbak minder diep maken, instelbaar bordes maken, maximaal 1 uur per dag deze taak verrichten, en een snelheid van maximaal twee handelingen per minuut. Huidaandoeningen In de wetenschappelijke literatuur, met name uit Duitsland, België, Finland en Denemarken, blijkt dat de vleesverwerkende industrie beschouwd kan worden als een branche met aanzienlijke gezondheidsrisico’s voor huid en slijmvliezen. De belangrijkste beroepsgebonden huid- en slijmvliesaandoeningen zijn: •
Zoönotische huidinfecties in slachterijen, vooral bij contact met huiden:
•
Contacteczeem door nat werk en het werken met detergentia, desinfectantia
en
biogene amines •
Contacteczeem door allergie voor nikkel, formaldehyde, rubberhulpstoffen en
latex
•
Urticaria (galbulten) en contacteczeem (protein contact dermatitis) door een veelheid van factoren als vlees, bloed, haren, huiden, darmen, uitwerpselen, nitriten, specerijen, hersenen, vet, moederkoek, vruchtwater, enzymen en gehydrolyseerd collageen etc.
•
Lichtovergevoeligheid
•
Paronychia (nagelwalontsteking)
13
•
Astma (uitlokking en verergering) door klimaatwisselingen en tocht
•
Spataderen door langdurig staand werk
Gehooraandoeningen De laatste jaren wordt aandacht gevraag voor de geluidsoverlast door “levend lawaai” in met name slachthuizen (zie ook: Signaleringsrapport beroepsziekten, 2005). Infectieziekten In Nederland wordt niet systematisch gekeken naar het beroep als oorzaak van een infectieziekte en er is zelden tot nooit systematisch onderzoek gedaan naar het voorkomen van beroepsinfectieziekten in de vleesverwerking. Wel bestaan er publicaties over een aantal gevallen met veroorzakers als streptococcus suis, aviaire influenza of Coxiella burnetii (Q fever). Ook zijn er regelmatig publicaties over individuele gevallen waarbij de auteur (uit de curatieve sector) erop wijst dat men altijd naar het beroep van een patiënt moet vragen. In Pubmed is gezocht met de volgende zoektermen : meatprocessing, meat worker, butcher, hygiene, occupational infectious disease en zoönoses. De luitgebreide lijst van agentia die volgens de literatuur een rol zouden kunnen spelen in de vleesverwerking is, met de bijbehorende literatuurlijst, op www.kiza.nl (onder “beroepen”>”vleesverwerkers”) te vinden. Waarschijnlijk zijn de voor Nederland meest belangrijke agentia (in alfabetische volgorde): •
Campylobacter spp
•
E. coli O157:H7
•
Humaan papilloma virus
•
Influenza virus spp
•
Erysipelothrix rhusiopathiae
•
Stafylokokken (MRSA)
•
Salmonella spp
•
Streptokokken , speciaal de S. Suis
•
Trichophyton spp (huidschimmels)
Voor iedereen, maar speciaal voor zwangeren en mensen met een gestoorde afweer (in alfabetische volgorde): Coxiella burnetii Chlamydia abortus Hepatitis E Listeria monocytogenes Toxoplasma gondii
14
Daarnaast zijn de endotoxines (meestal afkomstig van gram negatieve darmflora) en schimmels voor de gezondheid van de werknemers van belang. Bij uitbraken van zoönosen moet men vanzelfsprekende altijd de werknemers in sectoren die mogelijk in contact komen met de dieren en dierproducten (dus mogelijk ook de vleesverwerking) als risicogroep meenemen. Voor het bepalen van mogelijke arborisico’s bij contact met vlees kan worden uitgegaan van de infectiecyclus. Als deze stap voor stap, per dier en werkzaamheid geanalyseerd wordt, komen de risicomomenten, maar ook een eventuele effectieve en preventieve aanpak en preventie, naar voren.
CASUS 1: Een jongeman, begin twintig, werkzaam in de vleesverwerking had in z’n tienerjaren een levertransplantatie ondergaan. Na enige jaren kreeg hij opnieuw ernstige leverklachten. Oorzaak bleek een Hepatitis E infectie te zijn. In Nederland als ziekte zeldzaam, maar het virus komt in meer dan 10% van de slachtvarkens voor. Deze jongeman had nooit in de vleesverwerking mogen werken.
C.
Bijeenkomst van bedrijfsartsen werkzaam in de vleesverwerkende sector
Algemeen: Vier bedrijfsartsen met ervaring in de vleesverwerkende sector hebben deelgenomen aan de bijeenkomst. Zij geven aan dat ze in de sector voornamelijk ingeschakeld worden bij ziekteverzuimcontrole en begeleiding en nauwelijks bij preventie. Kortdurend verzuim komt niet onder de aandacht van de bedrijfsarts en wordt vaak administratief afgehandeld. Dat is jammer omdat de oorzaken van kortdurend verzuim in deze sector mogelijk belangrijk kunnen zijn voor preventie. Eén van de deelnemende bedrijfsartsen gaf aan dat “de werkgever beslist wie de bedrijfsarts mag bezoeken”. Binnen de vleessector lijken bovendien “rangen en standen” te bestaan. Voor vaklieden als slagers en uitbeners wordt beter gezorgd dan voor uitzendkrachten en ongeschoolde werknemers. Volgens de bedrijfsartsen worden in de sector veel flexwerkers ingezet. Door onervarenheid en gebrekkige begeleiding loopt deze categorie medewerkers een hoger risico op beroepsziekten en bedrijfsongevallen. In veel bedrijven wordt gewerkt met een gezondheidsverklaring, in te vullen door de werknemer bij de aanvang van de werkzaamheden. Deze verklaring is bedoeld voor de productveiligheid. Volgens de bedrijfsartsen verschilt de uitvoeringspraktijk van deze 15
gezondheidsverklaring, is de wettelijke basis onduidelijk en is er geen continuïteit van zorg. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat een medewerker een dag na het inleveren van de gezondheidsverklaring een infectie oploopt, zonder dat dit leidt tot maatregelen ter bescherming van product en medewerker. Ook voor risicogroepen is weinig aandacht. Zo blijven zwangere vrouwen ondanks het risico voor toxoplasmose in de praktijk werken met rauw vlees. De bedrijfsartsen vinden dat de werkgever en de directe leidinggevenden beter moeten luisteren naar de gezondheidsklachten van het personeel. De werkgevers zouden minder beducht moeten zijn voor de melding van beroepsziekten en beroepsziektemeldingen zien als signalen voor preventieve maatregelen. De bedrijfsartsen geven aan behoefte te hebben aan kennis over arbeidsrisico’s en beroepsziekten in de sector en aan samenwerking tussen de verschillende Arboprofessionals die er werkzaam zijn.
Klachten aan het bewegingsapparaat De bedrijfsartsen geven aan dat de meeste beroepsziekten die zij zien, aandoeningen zijn aan hand/pols, arm, en schouder. Daarnaast noemen zij ook varices (spataderen) en meniscusletsel. Zij geven aan dat werkgevers sinds het Arboconvenant RSI in de vleessector (Beune et al. 2002) veel tijd en energie hebben gestoken in het verbeteren van de werkplekken. Hoewel de bedrijfsartsen het idee hebben dat dit ook succes heeft gehad en dat daardoor minder klachten voorkomen en/of eerder behandeld worden, konden zij dit niet met cijfers onderbouwen. Niettemin blijven werkgerelateerde aandoeningen aan het bewegingsapparaat het belangrijkste probleem. Volgens de bedrijfsartsen zou het goed zijn als leidinggevenden meer aandacht hebben voor klachten van werknemers. Dan kunnen signalen eerder worden opgevangen en door het bedrijf, al dan niet in samenwerking met de bedrijfsarts, eerder acties worden genomen gericht op preventie en of tijdige terugkeer naar (aangepast) werk. Huidaandoeningen Bedrijfsartsen worden in deze sector niet of nauwelijks geconsulteerd in verband met werkgebonden huidklachten. De meeste werknemers gaan door met werken tot het absoluut niet meer kan, met “kapotte handen” bang voor het verlies van de baan bij gebrek aan alternatieven. De bedrijfsartsen geven aan dat preventieve maatregelen binnen de vleesverwerkende industrie met name gericht zijn op het product. Doel is besmetting en besmettelijkheid te 16
voorkomen. Indirect profiteren hier ook de werknemers van. Primaire preventie gericht op kwetsbare groepen vindt in onvoldoende mate plaats. Implementatie van de NVAB Richtlijn Preventie van Contacteczeem (actief op zoek gaan binnen deze risicobranche naar werknemers met handeczeem en risicowerknemers door aanname en periodiek onderzoek) komt volgens de deelnemende bedrijfsartsen uit kostenoverweging niet van de grond. Gehooraandoeningen Gehoorproblemen vormen naar de mening van de bedrijfsartsen niet het grootste probleem in deze sector. Gehoorbescherming heeft algemeen ingang gevonden en waar nodig wordt periodiek gehooronderzoek uitgevoerd. Infectieziekten Bij een telefonische enquête (Lavell, 2003) bij vleesverwerkende bedrijven herkende men het optreden van infectieziekten niet als probleem. Ook in het kader van het Arboconvenant ziekteverzuimbestrijding in de vleesverwerking, werden infectieziekten niet als een oorzaak van verzuim beschouwd. Ook de deelnemende bedrijfsartsen zien zeer weinig zoönosen. Zoönosen lijken nauwelijks als oorzaak van verzuim herkend of gemeld te worden. Omgaan met kwetsbare groepen Risicogroepen: zwangere vrouwen (Zie: NVAB Richtlijn Zwangerschap en werk) blijven in de praktijk werken met rauw vlees, ondanks het risico voor toxoplasmose en andere gevaarlijke agentia. Een PAGO om bijvoorbeeld kwetsbare groepen op te sporen, wordt weinig tot niet uitgevoerd. Preventieve acties gericht op kwetsbare groepen worden niet expliciet ingezet door Arbodiensten en bedrijfsartsen. Risicovormers voor het product Bij het bepalen of een werknemer een besmettingsrisico vormt voor het product speelt geen van de deelnemers een rol, tenzij ad hoc. Zo kreeg één van de artsen de vraag over de besmettelijkheid richting vlees die zou kunnen ontstaan door de behandeling van een blaaskanker van een werknemers met de BCG (tuberkelbacteriesoort). Er bestaan wel lijstjes van ziekten waarmee men als werknemer niet zou mogen werken, maar geen van de aanwezigen had concrete ervaring met de toepassing in de praktijk.
17
4. Conclusies
-
Er is veel bekend over de arbeidsrisico’s van het bewegingsapparaat in de vleesverwerkende industrie. Er is een Arboconvenant voor de vleesverwerkende sector gericht op preventie van RSI en daaraan gerelateerd Uit de gesprekken met bedrijfsartsen die werkzaam zijn in de sector is de indruk ontstaan dat er voldoende aandacht is voor implementatie van deze maatregelen in de bedrijven. Het is niet bekend of daardoor ook het aantal werkgerelateerde aandoeningen aan het bewegingsapparaat is verminderd.
-
De lawaaibelasting in de sector lijkt goed onder controle.
-
Vanuit het perspectief van productveiligheid is er beperkt aandacht in de sector voor huidaandoeningen en infectieziekten. Gezien de risico’s op infectieziekten en huidaandoeningen verdienen deze aandoeningen meer systematische aandacht.
-
Bedrijfsartsen worden ingezet voor verzuimbegeleiding, maar weinig voor preventie.
-
Er werken relatief veel flexwerkers in de sector. Uit onderzoek bij deze werknemers blijkt dat zij vaak extra gezondheidsrisico’s lopen door bv. onervarenheid of taalproblemen.
.
18
5. Aanbevelingen
-
Er is een uitstekend convenant voor RSI. Het verdient aanbeveling de effectiviteit van de voorgestelde maatregelen en de implementatie van de maatregelen te evalueren: hebben de maatregelen daadwerkelijk een vermindering van RSI en daaraan gerelateerd verzuim tot gevolg?
-
De aandacht voor lawaaibeheersing te continueren.
-
In de arbocatalogus tevens andere risico’s opnemen, zoals huidbelasting en biologische agentia. Voor huidbelasting geeft de NVAB richtlijn Preventie contacteczeem (2006) aanwijzingen voor preventief beleid (zie: http://nvab.artsennet.nl/Richtlijnen-en-Leidraden.htm). Geadviseerd wordt de biologische agentia in kaart te brengen volgens het Europees besluit biologische agentia (zie http://www.kiza.nl>infectieziekten en arbeid>infectieziekten en wetgeving).
-
Een effectieve manier om de aandacht voor arbeidsomstandigheden te verbeteren in de sector zou het leggen van een verbinding met productveiligheid kunnen zijn. Voor bijvoorbeeld huidbelasting en biologische agentia kan een integraal productveiligheids- en arbobeleid worden ontwikkeld.
-
Intredekeuringen zoals die verricht worden in het belang van de productveiligheid zouden een vervolg kunnen krijgen in een periodiek medisch onderzoek en ingebed worden in een arbozorgsysteem. Op deze manier snijdt het mes aan twee kanten.
-
Het is van belang dat arbodiensten specifieke kennis ontwikkelen over deze sector.
-
Het risico op beroepsziekten is verhoogd voor flexwerkers. Zij hebben specifieke aandacht nodig in de zin van instructie en begeleiding.
19
Literatuur Amaro C, Goossens A. Immunological occupational contact urticaria and contact dermatitis from proteins: a review. Contact Dermatitis. 2008; 38: 67-75. Arboconvenant RSI in de vleessector, mei 2002. TNO Voeding en TNO Arbeid in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Arboconvenant Vleesindustrie RSI-Eindevaluatie juni 2007. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Bauer A, Geier J, Elsner P. Type IV allergy in the food processing industry: sensitization profiles in bakers, cooks and butchers. Contact Dermatitis. 2002; 46: 228-235. Beune HATh, Blatter B, De Looze MP, Schoenmaker N, Thé KH, Groenesteijn L, Vink P, Logtenberg H, Van Dijk R, Arboconvenant RSI in de vleessector, TNO Arbeid en TNO Voeding i.o.v. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Elsevier Bedrijfsinformatie, Doetinchem 2002. Dickel H, Kuss O, Schmidt A, Diepgen TL. Importance of irritant contact dermatitis in occupational disease. Am J Clin Dermatol. 2002; 3 (4): 283-9. Doutre M-S. Occupational contact urticaria and protein contact dermatitis. Eur J Dermatol. 2005; 15: 419-424. Drost H. http://www.groenkennisnet.nl/platformarbeid/pdf/Rapport2002zoonosen.pdf Ferrer A et al. Occupational astma to carmine in a butcher. Int Arch Allergy Immunol. 2005; 138 (3): 243-50. Fluhr JW. Additive impairment of the barrier function and irritation by biogenic amines and sodium lauryl sulphate:a controlled in vivo tandem irritation study. Skin Pharmacol Physiol. 2005 : 18 (2) : 88-97. Hansen KH, Peterson HO. Protein contact dermatitis in slaughterhouse workers. Contact Dermatitis. 1989; 21:221-224. Harries MJ, Lear JT. Occupational skin infections. Occupational Medicine. 2004 ; 54 (7) : 441-9. Hjorth N. Gut eczema in slaughterhouse workers. 1978; 4: 49-52. Hofhuis ea. Gastro-enteritis door filet american 2005: Mogelijkheden voor het terugdringen van gastro-enteritis door rauwe vleesproducten. Infectieziekten bulletin 2007 (18): nr. 7. Lavell C.F. Arborisico’s in de branche. Slachterijen en vleesverwerkende industrie. TNO maart 2003. Lillington T, Shahanan. Cutaneous infection in meatworkers. Occup Med. 1997; 4: 197-202. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Arbeidsplaatsverbetering in de vleesverwerkende industrie: vermindering van de fysieke belasting door ergonomische maatregelen, Directoraat Generaal van de Arbeid, Voorburg 1986. Mygind K et al. High fat petrolatum-bases moisturizers and prevention of work-related skin problems in wet-work occupations. Contact Dermatitis. 2006; 54: 35-41. 20
NCvB. Kennissysteem Infectieziekten en Arbeid (KIZA). www.kiza.nl/beroepen/vleesverwerkers . Nori S et al. Infectious occupational exposures in dermatology-a review of risks and prevention measures. J Am Acad Dermatol. 2005; 53: 1010-19. Richtlijn Zwangerschap, Postpartumperiode en werk NVAB http://nvab.artsennet.nl/uri/?uri=AMGATE_6059_340_TICH_R199476835950460. RIVM nieuws. Uitbraak salmonella in Nederland - 5 november 2008. http://www.rivm.nl/cib/actueel/nieuws/Uitbraak_salmonella_in_Nederland.jsp. Samson K. Alert to neurologists-help needed to help solve mysterious neurological illness at Minnesota Pork Plant. Neurology Today, February 1, 2008. http://www.aan.com/globals/axon/assets/3459.pdf. Spreeuwers D, Pal T, Laan G van der (red) ; Lenderink A (eindred). Amsterdam: Nederlands Centrum voor Beroepsziekten, Coronel Instituut, Academisch Medisch Centrum, Universiteit van Amsterdam, 2005. Veien NK. Butchers and slaughterhouse workers. In: Kanerva et al. Handbook of contact dermatitis. Springer Verlag 2000; 850-3.
21
Bijlage 1: vragen voor de bedrijfsartsenbijeenkomst
Biologische agentia en infectieziekten I •
• •
Komen er bij uw werknemerspopulatie in de vleesverwerking zoönosen van dode/levende dieren over gedragen ziekten door bacteriën, schimmels, virussen, parasieten) voor als werkgerelateerde aandoening (beroepsziekte)? Besteedt u ook aandacht aan extra kwetsbare groepen zoals zwangeren en gebruikers van medicijnen? Adviseert u ook over risicovormers, zoals werknemers die vlees kunnen besmetten?
Huid- en gehooraandoeningen • • • •
Komen er bij uw werknemerspopulatie in de vleesverwerking huidklachten voor als werkgerelateerde aandoening (beroepsziekte)?? Komen er bij uw werknemerspopulatie in de vleesverwerking gehoorklachten voor als werkgerelateerde aandoening (beroepsziekte)? Past u de NVAB richtlijn Preventie Contacteczeem toe binnen uw populatie? Past u de NVAB richtlijn voor beroepsslechthorendheid toe binnen uw populatie?
Aandoeningen bewegingsapparaat • • • • •
Welke maximaal drie functies in het bedrijf kenmerken zich door een hoge fysieke belasting voor de bovenste ledematen, nek en/of rug en de onderste ledematen? Welke beroepsziekten voor het bewegingsapparaat hebt u het afgelopen jaar gezien bij deze drie functies Welke maatregelen zijn in deze functies genomen om de fysieke belasting te verminderen sinds het Arboconvenant van juni 2002? Welke maatregelen zijn volgens u het meest effectief om de fysieke belasting in deze functies te verminderen? Wat zijn volgens u de belangrijkste belemmeringen om deze maatregelen uit in te voeren
Algemeen •
Kunt u aangeven bij welke van de volgende bedrijfsgeneeskundige activiteiten u ook aandacht aan zoönosen besteedt of zou willen besteden: – Ziekteverzuimbegeleiding – PAGO / PMO – RI&E – Zwangerschapsbegeleiding – Preventieve advisering – Open spreekuur
22