4 De eerste zes maanden heeft je baby naast moedermelk geen ander eten en drinken nodig. Deze brochure geeft informatie over hoe je daarna je kind kunt laten kennismaken met andere voedingsmiddelen, terwijl je doorgaat met borstvoeding geven.
Borstvoeding en vaste voeding
2
Beschermende eigenschappen van moedermelk Moedermelk is een uniek, levend product. Het bevat diverse groeihormonen en afweerstoffen die je baby beschermen. Zolang zijn eigen immuunsysteem nog niet is uitgerijpt, geef je je baby met borstvoeding een waardevolle buffer tegen mogelijk schadelijke invloeden van buitenaf. Vooral de bescherming tegen maag-, darm- en luchtweginfecties is van belang. Als je te vroeg met vaste voeding begint, verstoor je de door de natuur zo mooi gevormde bescherming in de darm en vergroot je de kans op infectieziekten. Borstvoeding aan de basis van zelf eten Borstvoeding is de ideale voorbereiding op het zelf eten van vaste voeding. Borstgevoede baby’s ‘eten’ aan de borst in hun eigen tempo. Tijdens een voeding neemt het vetgehalte van moedermelk toe. Een borstgevoede baby herkent deze verandering en gebruikt die om zijn totale voedselinname te regelen. Door te bepalen hoelang iedere voeding duurt, heeft de baby de controle over het proces. Bovendien kennen baby’s die borstvoeding krijgen een breed palet aan smaken, aangezien moedermelk op verschillende momenten anders smaakt, onder andere afhankelijk van wat de moeder heeft gegeten. Hierdoor aanvaarden baby’s die borstvoeding krijgen de wis-
selende smaak van vast voedsel vaak gemakkelijker. Waarom vaste voeding? De eerste zes maanden heeft je kind niets anders nodig dan borstvoeding. Na zes maanden is het van belang om langzaam vaste voeding te introduceren; zo kom je tegemoet aan de natuurlijke ontwikkeling van de mondmotoriek en de veranderende voedingsbehoefte van je kind. Tegelijkertijd blijf je gewoon borstvoeding geven. Moedermelk is een volwaardige voedingsbron en blijft in het eerste jaar het belangrijkste onderdeel van het gevarieerde menu. Beginnen met eten van vaste voeding is
voor een baby in de eerste periode vooral een oefening om te wennen aan ander eten dan moedermelk. Het is een nieuwe voedingstechniek, waarbij je kind leert het eten naar zijn mond te brengen, en vervolgens leert happen, kauwen en slikken. Ook is het een eerste kennismaking met hoe eten smaakt, ruikt, voelt en eruit ziet. Tegelijkertijd wordt je kind steeds actiever en heeft hij meer energie nodig. De calorieën en voedingsstoffen die door moedermelk worden geleverd, zijn niet altijd meer voldoende. Een voldragen baby die borstvoeding krijgt, heeft tot hij zes maanden is geen extra ijzer nodig; hij krijgt genoeg ijzer uit de voorraad die tijdens de zwangerschap is opgebouwd en via de borstvoeding. Dit komt doordat diverse stoffen in moedermelk de opname van ijzer erg efficiënt regelen, waardoor het voor bacteriën niet beschikbaar is. Dit geeft je baby extra bescherming tegen infecties, aangezien veel ziekmakende bacteriën ijzer nodig hebben om zich te kunnen vermenigvuldigen. Wanneer je kind voldoende moedermelk binnenkrijgt, kan hij zijn ijzergehalte op peil houden. Voor baby’s ouder dan zes maanden biedt vaste voeding een nieuwe bron van calorieën, ijzer en andere voedingsstoffen. Voor je eigen conditie is het belangrijk dat je gezond en gevarieerd eet, met voldoende calorieën, en drinkt naar behoefte. Als je in goede conditie blijft, ondersteunt dat je melkproductie.
Wanneer beginnen met vast voedsel? De meeste baby’s zijn rond de zes maanden toe aan vast voedsel. Het immuunsysteem is dan redelijk ontwikkeld en het spijsverteringskanaal is in staat vast voedsel te verwerken. De ingewanden produceren enzymen die nodig zijn om complexe eiwitten, vetten, koolhydraten en voedingsvezels te verteren. Deze fase begint niet voor alle baby’s op hetzelfde tijdstip, net zomin als alle baby’s op het zelfde moment gaan praten of lopen. Dat je baby met ondersteuning goed rechtop kan zitten, is een belangrijke voorwaarde voor het starten met vaste
3
4
voeding. Zo kan hij zich goed op het eten richten en zal hij zich minder snel verslikken. Het reiken en grijpen naar dingen die hem interesseren, wordt vaak gezien als een teken dat hij toe is aan ander eten. Hoewel het een belangrijk onderdeel is van zijn ontwikkeling, is het geen doorslaggevend signaal. Dingen pakken begint al op zeer jonge leeftijd, als vaste voeding nog niet aan de orde is. Borstvoeding en vaste voeding vóór zes maanden Het bijgeven van vaste voeding vóór de leeftijd van zes maanden heeft in het algemeen voedingskundig gezien geen voordelen voor de baby en wordt daarom door de Wereldgezondheidsorganisatie afgeraden. Het zorgt er ook niet voor dat je baby ‘s nachts gaat doorslapen. Als borstgevoede baby’s vast voedsel krijgen, drinken ze aan de borst minder en daardoor loopt de melkproductie terug. Vaste voeding neemt de plaats in van moedermelk. Het resultaat hiervan is dat de totale energieopname niet hoger is, maar waarschijnlijk zelfs lager. Dat komt omdat een kindje vóór zes maanden nog niet voldoende voedingsstoffen uit de vaste voeding kan halen. Er is geen enkele voeding zo volledig van samenstelling als moedermelk. Bovendien is het beschermende effect van borstvoeding optimaal als er niets anders wordt bijgegeven.
Nadelen van starten met vaste voeding vóór zes maanden • De melkproductie loopt terug, omdat je baby minder drinkt. • Er is een verminderde ijzeropname. Door vaste voeding drinkt je baby minder moedermelk en krijgt hij dus minder ijzer binnen. Als de bijvoeding weinig ijzer bevat, kan hierdoor de totale ijzeropname verminderd zijn. • Je baby kan het vaste voedsel nog niet goed verteren, omdat zijn spijsverteringskanaal nog niet voldoende ontwikkeld is. • Er is een verhoogde kans op maag-, darm- en luchtweginfecties. • Er is een verhoogde kans op allergische reacties. • Op latere leeftijd is er meer kans op vetzucht, hoge bloeddruk en hart- en vaatziekten.
Voorkomen van overgevoeligheidsreacties Als er allergieën, astma, bronchitis of eczeem in de familie voorkomen, is het extra belangrijk de eerste zes maanden uitsluitend moedermelk te geven. Juist voor baby’s met een (grotere kans op) allergie is borstvoeding bijzonder waardevol. Moedermelk zorgt voor een goede darmflora, omdat het lichaamseigen voeding is. De vele bestanddelen ervan helpen bij de volgroeiing van de darmwand, waardoor deze alleen bruikbare voedingsstoffen doorlaat die vrijkomen bij de spijsvertering. Zo hebben ziekteverwekkers en ook allergenen nauwelijks kans. Mocht je baby toch ergens last van krijgen, dan verlopen de klachten in het algemeen milder en zijn ze sneller verdwenen. Vaste voeding kan voorzichtig worden geïntroduceerd na zes maanden. Begeleiding door een diëtist of consultatiebureauarts is bij baby’s met een kans op allergie belangrijk. Voor vragen over allergie en algemene voedingsvragen kun je bellen met het Voedingscentrum, tel. (070) 306 88 88. Meer informatie over voedselovergevoeligheid en borstvoeding is te vinden in VBN-brochure nr. 5 ‘Als je baby huilt’. Borstvoeding en bijvoeding combineren De eerste hapjes vaste voeding zijn voor je kind uitsluitend bedoeld om te oefenen; ze horen bij het onderzoeken en
ontdekken van de wereld om hem heen. De eerste hapjes worden náást de borstvoeding gegeven, niet in plááts van een voeding. Vooral in het begin is het belangrijk om eerst de borst aan te bieden, daarna pas het vaste hapje. Zo krijgt je baby de kans om de hoeveelheid moedermelk op peil te houden in de tijd dat hij aan vast voedsel went. Naarmate je baby meer vast voedsel gaat eten, neemt de hoeveelheid moedermelk en/of het aantal voedingen op een geleidelijke manier af. Je hoeft het aantal borstvoedingen niet zelf te beperken; je kunt gerust je baby zo vaak als hij wil aan de borst laten drinken. Zolang je baby een aantal keren per dag borstvoeding krijgt, hoef je hem geen andere melkproducten, zoals opvolgmelk, te geven. De behoefte aan melkproducten van kinderen gaat in het tweede halfjaar geleidelijk van 500 ml naar 300 ml per dag. Met twee à drie borstvoedingen zul je vrijwel zeker aan deze behoefte tegemoet kunnen komen. De darmen van je baby moeten soms nog erg wennen aan vast voedsel. De ontlasting verandert van samenstelling, geur, kleur en hoeveelheid; dit is normaal. Als je kind veel last krijgt van zijn ontlasting, of buikpijn krijgt, kan het zijn dat het toch iets te vroeg voor zijn darmen is om te beginnen met vaste voeding. Je kunt dan nog een poosje wachten. Met alleen moedermelk komt je kind gedurende een aantal extra weken niets te kort.
5
6
Manieren om vast voedsel aan te bieden Er zijn verschillende manieren om vast voedsel te introduceren. Je kunt beginnen met het eten te pureren en op een lepeltje aan te bieden. Naarmate je kindje ouder wordt, kun je het voedsel steeds minder fijn maken, zodat je kindje ook brokjes leert eten en leert kauwen. Een andere manier is meteen beginnen met stukjes vast voedsel en dit je baby zelf laten eten. Met deze methode, die ook wel de Rapley-methode wordt genoemd, heeft je baby de regie over de maaltijd. Hij kiest, pakt en probeert en kan zelf zijn eettempo bepalen. Voor beide manieren geldt dat het aan te raden is om de introductie van nieuwe voedingsmiddelen in alle rust te laten verlopen, zonder hierbij voedsel op te dringen. Als je kind aangeeft nog geen interesse in vast voedsel te hebben, kun je er nog even mee wachten. Met alleen moedermelk komt je baby tot acht à negen maanden in de meeste gevallen niets te kort. Je kunt er ook voor kiezen om geregeld te blijven aanbieden, zonder dwang. Wanneer je hem goed observeert om te zien wanneer hij in de stemming is voor iets nieuws, zul je waarschijnlijk vanzelf resultaat boeken. Wat bied je aan? Algemene principes over goede voeding voor kinderen gaan eveneens op voor jonge baby’s. Het is niet nodig je baby in zijn voedselkeuze beperkingen op te
leggen. Om mee te beginnen zijn fruit en groente ideaal. Wanneer je niet pureert en je kindje met zijn handjes eet, kook dan hardere soorten groente licht, zodat ze zacht genoeg zijn om weg te kauwen, maar nog stevig genoeg om beet te pakken. Overleg met het consultatiebureau over het tijdstip waarop je andere voeding, zoals vlees en granen kunt aanbieden. Baby’s hebben overigens geen tanden nodig om te bijten en te kauwen. Tandvlees en sterke kaken voldoen uitstekend! Drinken Als je je baby de gelegenheid geeft om op verzoek uit de borst te drinken, zal hij er zelf voor zorgen voldoende vocht binnen te krijgen. Wanneer een baby redelijk wat vaste voeding krijgt, is het belangrijk erop te letten dat hij genoeg drinkt. Je kunt naast de borstvoeding voor de gezelligheid een bekertje drinken bij de maaltijden of tussendoor aanbieden, maar er is geen reden om je zorgen te maken als hij daar niets van neemt.
Praktische tips • Geef je baby als hij rond de zes maanden is de kans om mee te doen wanneer de anderen in het gezin aan het eten zijn. Rond deze tijd beginnen de meeste baby’s het interessant te vinden om je tijdens het eten te observeren. • Krijgt je kindje veel last van zijn ontlasting of krijgt hij buikpijn, dan kan het zijn dat het nog te vroeg is voor zijn darmen om te beginnen met vast voedsel. Wacht dan nog een poosje. • Zorg ervoor dat je baby, met steun, rechtop zit als je hem wilt laten experimenteren met het pakken van voedsel. Wanneer hij de vaardigheid begint te vertonen van het oprapen van eten, zal hij bijna zeker groot genoeg zijn om met minimale ondersteuning in een kinderstoel te zitten. • Laat je baby niet alleen met zijn eten. • Haast je baby niet. Laat hem het tempo bepalen van wat hij doet. Laat je niet verleiden om hem te ‘helpen’ door eten in zijn mond te stoppen, als hij zelf niet wil happen. Dit vergroot de kans op verslikken. • Als je je baby stukjes aanbiedt om zelf te pakken, begin dan met het aanbieden van voedsel ter grootte van een babyvuist, liefst in een boogvorm, zodat hij goed grip heeft. • Verwacht niet dat je baby de eerste paar keer grote hoeveelheden eet; misschien eet hij zelfs niets. Zodra hij heeft ontdekt dat deze nieuwe speel-
7
•
•
•
•
•
•
tjes prima smaken, zal hij beginnen te kauwen en ze later ook doorslikken. Laat je baby uit de borst drinken wanneer en zolang hij maar wil. Zijn drinkpatroon zal veranderen naarmate hij meer en andere soorten voedsel eet. Geef ander drinken uit een kopje, maar maak je niet druk als je baby er niet in geïnteresseerd is. Een borstgevoede baby zal waarschijnlijk nog een hele tijd al het drinken dat hij nodig heeft, via de borst binnenkrijgen. Houd zijn ontlasting in de gaten; als die erg hard wordt, is het misschien goed extra vocht of een extra borstvoeding aan te bieden. Moedermelk biedt, naast het nodige vocht, ook de goede vetten die een gunstige darmfunctie bevorderen. Probeer afgewezen soorten voedsel later opnieuw; baby’s accepteren vaak op een later moment eten dat ze eerder weigerden. Als je vragen hebt over de hoeveelheid voedsel die je baby eet, neem dan contact op met het consultatiebureau. Als er in de familie voedselintolerantie, allergie of spijsverteringsproblemen voorkomen, bespreek de introductie van vast voedsel dan met je consultatiebureauarts, kinderarts of diëtist, voordat je ermee begint.
8
Tanden krijgen Het doorkomen van tanden heeft geen consequenties voor de borstvoeding. Ook al heeft hij tanden, je kind kan gerust bij je blijven drinken. Wel kan het zijn dat een baby die last heeft van doorkomende tandjes even zijn tanden in de borst wil zetten. Je kunt je baby dit afleren door hem van de borst te halen en te zeggen dat hij niet mag bijten. Even later kun je de borst weer aanbieden. Meestal blijft het bijten beperkt tot enkele keren. Als het niet zo snel overgaat, kun je observeren wanneer je baby van plan is te bijten: hij trekt zijn tong terug, zodat zijn tanden vrijkomen. Door je baby op tijd van de borst te halen, kun je bijten voorkomen en hem leren dat bijten ongewenst is. Aangezien een baby niet kan bijten en drinken tegelijk, zal hij eerder bijten als er weinig of geen melk uit de borst komt, dus voordat de melk toeschiet (aan het begin van de voeding) of als de borst (bijna) leeg is (aan het eind van de voeding). Bij sommige grotere baby’s heeft bijten een andere oorzaak. Zij worden zwaarder en gaan onwillekeurig aan de borst ‘hangen’. Om te voorkomen dat ze wegglippen, klemmen ze hun kaken om de borst. Wees in dat geval even weer een poosje extra zorgvuldig met het aanleggen en zorg ervoor dat je kind dicht bij je ligt en niet hoeft te reiken naar de borst. Wat meer steun voor je arm kan goed helpen.
Hoelang kun je borstvoeding geven? Als je met borstvoeding begint, is het vaak moeilijk voor te stellen hoelang je ermee zult doorgaan. Ook na de introductie van vast voedsel blijft moedermelk een uiterst waardevolle voedingsbron, die energie, eiwitten, vitamines, mineralen en antistoffen levert. Als een kind vanaf zes maanden ander voedsel gaat eten en langzamerhand minder uit de borst gaat drinken, loopt de moedermelkproductie geleidelijk en op een natuurlijke wijze terug. Je baby bouwt als het ware zelf af. Naarmate de hoeveelheid moedermelk kleiner wordt, neemt de concentratie aan antistoffen erin toe. Je kind blijft profiteren van de beschermende werking van moedermelk. Lang borstvoeding geven (bijvoorbeeld tot twee jaar of langer) is een natuurlijk biologisch proces. Kinderen die zelf mogen bepalen wanneer ze van de borst af willen, zullen dit vaak niet voor hun eerste verjaardag doen, al heeft ieder kind zijn eigen tempo. Behalve de behoeften van je kind, spelen ook je eigen wensen een rol in het bepalen van het geschikte moment om te stoppen. Ophouden met borstvoeding geven Er kunnen allerlei redenen zijn waarom je wilt stoppen met het geven van borstvoeding. Afbouwen met een kindje onder de zes maanden dat nog geen vaste
voeding krijgt, is een heel ander proces dan het natuurlijke afbouwen dat een baby zelf doet als hij ook calorieën uit andere voedingsmiddelen haalt. Een baby is tot de leeftijd van een half jaar op verschillende fronten nog niet rijp voor vaste voeding en heeft de borstvoeding voor een gezonde groei en ontwikkeling nog hard nodig. Vanaf zes maanden wennen sommige kinderen in rap tempo aan de nieuwe menuvariaties. Als je kind veel vast voedsel eet, zal de borstvoeding vanzelf teruglopen. Mocht je dit proces willen bespoedigen, dan is het een goed idee om eerst het vaste voedsel aan te bieden, en daarna pas de borst als toetje als je kindje nog wil. Als je juist graag borstvoeding wilt blijven geven, zorg dan dat je de borst nog regelmatig aanbiedt. Wanneer je voor de maaltijd éérst de borst geeft, stilt je kindje daarmee al een deel van zijn honger. Hij zal dan waarschijnlijk minder vast voedsel eten. Wanneer je hem in het gezinsritme wilt opnemen, zal hij de borst nog als toetje of tussendoortje leegdrinken. Je kunt overwegen het aanbieden van ander vocht uit te stellen. Zo zal hij zijn dorst bij jou blijven lessen. Als je borstvoeding gaat minderen, is het belangrijk dit geleidelijk te doen, bij voorkeur eerst die voeding waarbij je kind het minst drinkt en liefst met niet meer dan één voeding per week. Probeer een evenwichtige verdeling van de borstvoedingen over het etmaal te houden. Als je
10
nog veel melk hebt, kun je last krijgen van gespannen borsten. Houd dit goed in de gaten en kolf indien nodig de spanning van de borst om een borstontsteking te voorkomen. Meer informatie hierover is te vinden in VBN-brochure nr. 13 ‘Borstontsteking’. Afwennen Het tempo waarin kinderen zichzelf de borst afwennen, is per kind verschillend. Het ene kind geeft de borst zo op, het andere kind doet daar langer over. Sommige kinderen kunnen moeite hebben met het stoppen met borstvoeding. Zij vinden het moeilijk om het vertrouwde zuigen en het speciale contact met hun moeder op te geven. Ze kunnen soms tijdelijk weer behoefte aan de borst hebben, bijvoorbeeld bij ziekte of in een vreemde omgeving. Probeer op zulke momenten je afbouwschema niet te star te hanteren. De angst dat je kind te afhankelijk van je wordt, is ongegrond. Hij heeft meestal al kunnen ervaren, dat hij ook op een andere manier of bij iemand anders troost en gezelligheid kan vinden. Vaak helpt het om hem door iemand anders naar bed te laten brengen, zijn dagschema te veranderen of iets anders samen te doen op het moment dat hij anders uit de borst zou hebben gedronken, zoals samen een boekje lezen. Een andere manier van ontwenning is de borst niet aan te bieden, maar ook niet te weigeren als je kind er om vraagt. De ene voeding
per dag wordt er één in de zoveel dagen en voordat je het weet, is je kind geen zuigeling meer, maar een peutertje dat met de pot mee-eet. Voor jou als moeder kan dit soms heel onverwacht komen; ook jij kunt moeite hebben de borstvoeding te beëindigen. Probeer je er in dat geval bewust van te zijn dat de leefwereld van je baby steeds groter wordt en dat de borst daarvan misschien een steeds kleiner deel gaat uitmaken. Jouw rol is nog steeds van groot belang voor hem, ook als hij niet meer bij je drinkt. Meer informatie Op de website www.borstvoeding.com vind je meer informatie over de manier van bijvoeden waarbij je je kind het initiatief laat nemen en hij met zijn handjes actief met zijn eten in de weer is. Deze manier wordt ook wel de Rapley-methode genoemd.
Uitgaven van de Vereniging Borstvoeding Natuurlijk Brochures 1 Borstvoeding: een goed begin 2 Borstvoeding: de eerste weken 3 Voorkomen en genezen van pijnlijke tepels 4 Borstvoeding en vaste voeding 5 Als je baby huilt 6 Te weinig melk 7 Borstvoeding voor een meerling 8 Afkolven van moedermelk 9 Borstvoeding en een baan 10 Moedermelk en het milieu 11 Te veel melk 12 Borstvoeding voor een couveusebaby 13 Borstontsteking 14 Borstvoeding na een keizersnede Prijzen (inclusief porto) 1 brochure per stuk 2 of meer brochures per stuk 1 set brochures 14 stuks
2 2 2
2 9,00 2 18,00 2 65,00 2 148,00
Themanummers van verenigingstijdschrift BN Naast achtergrondinformatie bevatten deze themanummers veel ervaringsverhalen. Borstoperaties en borstvoeding Borstvoeding voor meer dan één Borstvoeding en een baan Borstvoeding voor zorgenkindjes Borstvoeding en allergie Borstvoeding na een keizersnede Moedermelk, maar (nog) niet aan de borst De rol van de partner
Via internet: www.borstvoedingnatuurlijk.nl De levertijd bedraagt ongeveer één week. Prijswijzigingen voorbehouden. Indien deze brochure meer dan drie jaar oud is, informeer dan of er een nieuwe uitgave bestaat.
1,95 1,70 15,00
Voor grotere hoeveelheden van dezelfde brochure gelden de volgende prijzen: 10 brochures 25 brochures 100 brochures 250 brochures
Uitgaven bestellen Telefonisch: Het telefoonnummer van onze VBN-bestelservice wordt doorgegeven via de informatietelefoon: (0343) 57 66 26.
2 2 2 2 2 2
8,00 8,00 8,00 8,00 8,00 8,00
2 2
8,00 8,00
Colofon © VBN mei 2009 Oplage: 15.000
Fotografie: Wilco van Dijen, Wijk bij Duurstede Kira Verweij, Mijdrecht Vormgeving: HBG Design bv, Nieuwegein Druk: Drukkerij Van Meurs bv, Ridderkerk Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op andere wijze dan ook, zonder voorafgaande, schriftelijke toestemming. De VBN geeft wetenschappelijk onderbouwde informatie over borstvoeding. Hoewel met de grootste zorg verzameld en weergegeven, kan het gebeuren dat geboden informatie niet correct of onvoldoende duidelijk is. De VBN aanvaardt hiervoor geen aansprakelijkheid.
11
Lidmaatschap De contributie bedraagt minimaal 2 22,00 per jaar. Leden ontvangen vier keer per jaar het verenigingstijdschrift BN. Dit bevat onder andere verenigingsnieuws, ervaringsverhalen, artikelen over borstvoeding en wetenschappelijke achtergronden. Je kunt ook gebruikmaken van de verenigingsbibliotheek. Wil je lid worden van de vereniging, meld je dan aan via de website of via het postbusadres.
Postbus 119 3960 BC Wijk bij Duurstede Informatietelefoon: (0343) 57 66 26 www.borstvoedingnatuurlijk.nl
VBN: informatie en steun De Vereniging Borstvoeding Natuurlijk is opgericht in 1978. Zij is een vrijwilligersorganisatie die informatie geeft aan (aanstaande) ouders en andere belangstellenden. Dit gebeurt onder andere door middel van 14 brochures, themanummers van verenigingstijdschrift BN, een telefonische informatiedienst, een website en een netwerk van contactpersonen. Brochures van de Vereniging Borstvoeding Natuurlijk 1 Borstvoeding: een goed begin 2 Borstvoeding: de eerste weken 3 Voorkomen en genezen van pijnlijke tepels 4 Borstvoeding en vaste voeding 5 Als je baby huilt 6 Te weinig melk 7 Borstvoeding voor een meerling 8 Afkolven van moedermelk 9 Borstvoeding en een baan 10 Moedermelk en het milieu 11 Te veel melk 12 Borstvoeding voor een couveusebaby 13 Borstontsteking 14 Borstvoeding na een keizersnede Contactpersonen en informatiebijeenkomsten In veel plaatsen in het land worden voor zwangeren en voedende moeders informatiebijeenkomsten georganiseerd door VBN-contactpersonen die zelf hun kind(eren) borstvoeding hebben gegeven en die bij de vereniging een opleiding hebben gevolgd. Je kunt er praktische informatie krijgen, ervaringen uitwisselen en VBN-brochures kopen. Website: www.borstvoedingnatuurlijk.nl Wil je weten of er bij jou in de buurt informatiebijeenkomsten worden gehouden, wil je per mail een borstvoedingsvraag stellen of zoek je informatie en tips over borstvoeding, bezoek dan de website van de VBN. Via de site kun je ook informatiemateriaal bestellen en naar het borstvoedingsforum gaan, waar je ervaringen kunt uitwisselen met andere borstvoedende vrouwen. Telefonische informatie Vragen over borstvoeding kun je ook telefonisch stellen. Via de website kun je namen en telefoonnummers van contactpersonen vinden. Ook via de informatietelefoon (0343) 57 66 26 worden namen van contactpersonen doorgegeven, die je vervolgens kunt bellen.