Bodem in de stad en volksgezondheid De verkenning van een relatie Tia Hermans en Sjerp de Vries
Enkele begrippen
Bodem in de ‘stad’
OECD: stedelijk gebied als >150 inwoners/km2 bijna heel Nederland stedelijk gebied CBS: 5 stedelijkheidsklassen o.b.v. aantal adressen/km2 ● Zeer sterk stedelijk (>2.500) ..sterk ...matig ...weinig... tot niet stedelijk (<500)
Rotterdamse wijken, per categorie
Uit: Ontdek de stadsbodem (TCB, 2010) % Bebouwing
Verharding
Groen
Tuinen
Water
Centrum
38
51
5
2
4
Noord
34
39
16
7
4
Vreewijk
22
34
11
31
2
...
Bomen, struiken, gazon, ruw gras, plantenperken, bos, overig groen, water, wegen en paden, speelvoorzieningen
Bron: Databank Gemeentelijk Groenbeheer (Alterra, 2012)
‘Gezondheid’ (WHO, 1948)
Gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk,
geestelijk en maatschappelijk welzijn en niet slechts de afwezigheid van ziekte of andere lichamelijk gebreken.
Inhoud
Historie Bewijs tot nu toe Correlatie is niet hetzelfde als oorzaak-gevolg Welk mechanisme zit er achter? Conclusies
Seoel: 2 wijken
Relatie gezondheid en natuur: historie
Middeleeuwen: natuur = gevaar! (moeras, roofdieren, ..) Industriële revolutie: stad = ongezonde omgeving (vervuiling en stof, infectieziekten). Natuurlijke omgeving = gezond (sanatoria)
Tot eerste helft 20ste eeuw: natuur als preventief en curatief middel
Vanaf tweede helft 20ste eeuw: medische technologie en medicijnen ipv natuur
Recent: tendens natuurlijk is gezond, als preventie voor leefstijl gerelateerde aandoeningen
Bewijs tot nu toe
Takano e.a. (2002): ouderen in Tokyo (74+) Gezondheidskenmerk: ● overlijden (binnen 5 jr.)
Omgevingskenmerk: ● Waarneming inwoner ● ‘walkable green spaces’
● Bomen met straten ● Groene gebieden
Resultaten ● Gecorrigeerd voor sociaaleconomische status
Percentage nog in leven 76 74 72 70 68 66 64 62 veel groen
redelijk
weinig
zeer weinig
Maas e.a. (2009): prevalentie van ziekten
Gezondheidskenmerk: ● Door huisarts gestelde diagnoses (> 300.000 mensen)
● 24 clusters van ziektebeelden onderscheiden
Omgevingskenmerk: ● Hoeveelheid groen binnen 1 kilometer van woning
Resultaten: ● Voor 18 clusters lagere prevalentie in groenere omgeving ● Met name voor angststoornissen en depressie ● Voor kinderen < 12 jr. relatie voor depressie nog sterker
Over welk groen hebben we het dan?
Groen per buurt ● Hier binnen 3 km
Omvat: ● Bos en natuur ● Stadsparken
● Agrarisch gebied
Omvat NIET: ● Straatbomen ● Tuinen
Percentage Groen
Hoe komt de relatie natuur–gezondheid tot stand?
Relatie is nog geen oorzakelijk verband ● Over ooievaars en baby’s
● Leidt vergroening van de woonomgeving wel tot echte gezondheidswinst? Of ….?
● Omgekeerd: kleven aan het steeds verder verdichten van steden (compacte stad) nog niet onderkende gezondheidsnadelen?
Belang van kennis over mechanisme(n) ● Welk type groen in welke ruimtelijke configuratie levert de meeste baten op? (En voor wie?)
● Efficiënt gebruik van de ruimte ● Baten van effectief groen wellicht groter dan tot nu toe gedacht
Mogelijke oorzakelijke mechanismen Microklimaat verbeteren ● Verbeteren luchtkwaliteit door afvangen van fijn stof ● Tegengaan hitte-eilanden in de stad/hitte-stress voorkomen
Stress reduceren ● Met name chronische stress verminderen ● Ook herstel concentratievermogen
Lichamelijke activiteit bevorderen ● Via actief transport (wandelend/fietsend) ● Via recreatieve activiteit
Sociale samenhang in de buurt faciliteren ● Meer (visueel) contact tussen buurtgenoten
Verbeteren microklimaat
Relatie tussen fijn stof en gezondheid is duidelijk Bomen zijn meer effectief dan andere typen vegetatie ● Coniferen meest effectief
Lineaire structuur van aanplant meer effectief dan grote oppervlakte (aantal en locatie is dus belangrijk) ● A.g.v. luchtstroom: moet er doorheen en niet overheen ● In buurt van emissiebron: >100 m afstand van weg; anders stapeling
Causaal verband is niet erg geloofwaardig ● Niet hoeveelheid gevangen, maar hoeveelheid die achter blijft
● Minder emissiebronnen bij grotere oppervlakte natuur ● Recent: 1-2% verbetering luchtkwaliteit voor fijn stof
Reduceren (chronische) stress Soort natuur: nog niet echt duidelijk ● Zelfs een afbeelding van natuur werkt al (maar hoe sterk?)
● Wellicht ‘doodgewone’ natuur even goed als hoogwaardige natuur
Ruimtelijke structuur: nog niet echt duidelijk ● Maximaliseren van contact met natuur, of
● Bieden van ‘groene oases van rust’ (wanneer nodig)
Randvoorwaarde: veiligheid, sociaal & fysiek Inschatting effectiviteit: vooralsnog hoog ● Empirisch het best onderbouwd (maar veelal experimenteel)
Reduceren (chronische) stress: Ulrich (1984) Gezondheidskenmerk
Uitzicht muur
● Herstel na galblaasoperatie
3
● Ligduur, gebruik pijnstillers, aantekeningen verplegend personeel
Omgevingskenmerk ● Uitzicht vanuit ziekenhuiskamer:
2.5 2
Dosis sterke 1.5 pijnstiller
● blinde muur ● bomen
Resultaten ● Op alle drie kenmerken positiever bij bomen in zicht
Uitzicht bomen
1
0.5 0 Dag 0-1
Dag 2-5
Dag 6-7
Misschien is zelfs een afbeelding van een bonsai-boom genoeg?
Stimuleren lichamelijke activiteit
Soort natuur: onbekend; afhankelijk van activiteit? ● Actief transport: routes aantrekkelijker maken
● Recreatieve activiteit: aantrekkelijke ruimte bieden
Ruimtelijke structuur ● Actief transport: straatgroen
● Recreatieve activiteit: groengebieden
Randvoorwaarden: afhankelijk van activiteit en groep Inschatting effectiviteit: in NL vooralsnog gering ● Wellicht met uitzondering van kinderen (via buiten spelen)
Totaal pakket sportief bewegen (SCP, 2001) Aandeel van totaal aantal uren per week besteed aan de betreffende vorm van bewegen
● gemiddelde totale hoeveelheid in 2000: 4.4 uur
60 50 40
sporten
30
recreatief wandelen en fietsen wandelen en fietsen als vervoer
20 10 0 Percentage in 2000
Faciliteren sociale samenhang in de buurt Soort natuur: nog onbekend ● Geschikt als ontmoetingsplaats (voor buurtgenoten)
Ruimtelijke structuur: nog onbekend ● Wellicht kleine buurtparkjes (lokaal verzorgingsgebied) ● En straatgroen (meer wandelen, voor transport en/of plezier)
Randvoorwaarden: het gaat om positieve contacten ● Conflicten tussen gebruikersgroepen vermijden
Inschatting effectiviteit: vooralsnog vrij hoog ● Recent toenemende empirische ondersteuning
Vitamine G2-onderzoek: kwaliteit - mechanismen Meer en meer gedetailleerde informatie over groen ● Kwaliteit van het groen, naast kwantiteit ● Type groen: groengebieden versus groen in het straatbeeld
Informatie over mediërende variabelen ● ● ● ●
Stressniveau Lichamelijke activiteit
Sociale samenhang in de buurt welk mechanisme is hoe belangrijk?
Vier steden, twintig buurten per stad ● Arnhem, Den Bosch, Rotterdam, Utrecht ● Tien met veel en 10 met weinig groen (in de vorm van gebieden)
Natuur voor gezondheid: welk mechanisme belangrijk?
Natuur voor gezondheid in schema Luchtkwaliteit
+
+
_
Stress
_
Hoeveelheid groen in de buurt
Gezondheid Lichamelijke activiteit
+
+ +
Sociale cohesie
Natuur voor gezondheid & ruimtelijk plannen Natuur naar mensen brengen belangrijk ● Nabijheid, beschikbaarheid, bereikbaarheid, toegankelijkheid (op z’n minst visueel)
Maar op goede manier inrichten is ook belangrijk ● Maar wat is precies goed (waarvoor)?
● Vooralsnog: voor stressreductie & sociale samenhang
Efficiënt omgaan met de ruimte ook ● Nog weinig bekend over dosis-effect relaties ● Al helemaal niet per type natuur of groengebied
Stop niet bij klimop!
Economische betekenis van groen = gezond Groen lijkt vooral van betekenis voor (mentale) welvaartsziekten (versus infectieziekten) ● Stress, depressie, angststoornissen
Economische betekenis ligt wellicht meer in vermeden arbeidsverzuim dan in lagere zorgconsumptie ● Kwaliteit van leven wordt niet meegenomen
Maar eerst moet het gezondheidseffect, en de grootte ervan, beter bepaald worden.
● En i.v.m. kosten, waarvan precies? (hoeveelheid, type, beheer van groen)
Conclusie
Harde relatie tussen gezondheid en natuur is er nog niet! Vergelijkbaar met voeding en gezondheid? Langjarig onderzoek nodig Slimmer ‘framen’?