De mens in het midden: biodynamische landbouw tussen hemel en aarde Het planetarium van Artis en het nieuwe museum Micropia vormen het decor voor het congres “Microkosmos – macrokosmos” op woensdag 30 september in Amsterdam, over biodynamische landbouw tussen hemel en aarde. Dit is het derde jaar dat de Stichting Demeter en de Biodynamische Vereniging samen een dergelijk congres organiseren. Pieter Geluk doet verslag. Demeter directeur Bert van Ruitenbeek verwelkomt ruim 160 deelnemers – waarvan ongeveer een derde deel boer of tuinder, naast veel mensen uit handel, verwerking onderzoek en advies - in de mysterieuze schemering van het planetarium. Hij noemt aandachtige waarneming de basis van het boer zijn: “…waarnemen van levensprocessen en ritmes op en rond de boerderij, het grote en het kleine en het leren zien van verbanden. Van belang voor iedereen, niet alleen voor biodynamische boeren.” De aftrap is aan dichter Alexis de Roode die aan het einde van de dag dit congres ook poëtisch zal afsluiten. Hij opent nu met ‘De tweede week van het scheppingsverhaal’, waarin de mens de natuur is gaan overheersen en levenskwaliteiten verloren zijn gegaan, maar hoopvol eindigend voor een derde week : “…er is nog tijd…” Terwijl de verlichting verder dooft gaat alle aandacht naar de koepel boven ons waar de sterrenhemel oplicht. Sterrenkundige Milo Grootjen neemt ons mee op een duizelingwekkende reis langs planeten en sterrenstelsels. Onvoorstelbaar groot zijn de afmetingen en afstanden waar we hier mee te maken hebben en intens het gevoel van nietigheid van onze aardbol en al helemaal van onszelf als mens. Later die dag zal een uitstapje naar Micropia ons gevoel voor verhoudingen nogmaals op de proef stellen: in dit nieuwe museum wanen we ons reuzen bij de talrijke met het blote oog onzichtbare microorganismen die zich hier in levende lijve aan ons tonen. Tussen deze beide uitersten speelt zich het hoofdprogramma af in de congreszaal: drie gerenommeerde sprekers staan voor de taak de onmetelijke afstand tussen macro- en microkosmos te overbruggen: bioloog Willem Beekman, geoloog Peter Westbroek en bodemkundige Coen ter Berg.
Willem Beekman: ‘De maan als ‘Zeitgeber’ “Wij zijn gemaakt van sterrenstof”, legt Willem Beekman uit, wijzend op de scheikundige elementen die ons vanaf onze oorsprong verbinden met de rest van het heelal. Ter illustratie van het aloude motto “Zo boven, zo beneden”, reikt Beekman spectaculaire voorbeelden aan van de weerspiegeling van de maanfasen in het voortplantingsgedrag bij Palolo-wormen en oesters. De
maan is de “Zeitgeber”, de klok die maakt dat alle dieren gelijktijdig hun eicellen en zaad aan het zeewater toevertrouwen om bevruchting mogelijk te maken. “Zelfs in donkere laboratoriumomstandigheden vertoont de oester dit gedrag”, aldus Beekman: "De maan zit in het beest."
Ook in de schelp van de Nautilus is het maanritme zichtbaar. Deze inktvis voegt elke maan-maand een kamertje toe aan zijn schelp. Opmerkelijk is dat deze kamers verbonden zijn door een kanaal, dat de uitwisseling van gas en vloeistof mogelijk maakt, waardoor de inktvis kan dalen naar een diepte van 500 meter. Volgens Beekman kunnen we hiervan leren om bij stress “…vast te houden aan onze kern, maar tegelijkertijd open te staan voor onze omgeving.” Samenvattend vinden we maaninvloeden met name daar waar water is. Ook bij de kieming van bonen en in het gedrag van regenwormen zijn de maanfasen terug te vinden
De zon laat met name in de plantenwereld een ander ritme zien. Naast het vanzelfsprekende dag- en jaarritme is dat de elfjarige cyclus van verhoogde zonneactiviteit. Beekman toont dit aan in de jaarringen van bomen, maar ook in meerjarige kiemproeven en zelfs in het optreden van griepepidemieën.
Tot slot wijst Beekman ons op de schoonheid in de samenhang van micro- en macrokosmos. Als voorbeeld laat hij de vijfster zien in de baan die de planeet venus beschrijft ten opzichte van de aarde en de treffende
overeenkomst met de vijftallige bloem van een roos of een vergeet-me-nietje: “Zo boven, zo
beneden!”
Bert van Ruitenbeek: ‘Naar een biodynamisch kwaliteitskeurmerk’ In een intermezzo tussen de sprekers van deze dag presenteert de directeur van de Stichting Demeter Bert van Ruitenbeek de Demetermonitor met de feiten en cijfers van een gestage groei in het afgelopen jaar. Het Demeter gecertificeerde areaal is gegroeid naar 10% van het biologisch areaal. Toch wil hij vooral het verhaal achter de cijfers laten zien: de aanblik van een gangbare naast een biodynamische akker na een zware regenbui. Beelden uit een meerjarig vergelijkend onderzoek in Zwitserland. Het effect van een goed doorwortelde bodem vol bodemleven is overtuigend. Van Ruitenbeek wijst op de relevantie hiervan voor de klimaatverandering, waardoor nu al wereldwijd steeds meer mensen op drift raken: “Voor de toekomst van onze planeet is het belangrijk dat we leren te werken vanuit de wijsheid van de natuur om onszelf te vernieuwen en aan te passen.” Dat vraagt meer ruimte voor een landbouw die dit mogelijk maakt, met de bijbehorende handel en verwerking, groothandel en winkeliers die ruimte in hun schappen creëren om het aan te bieden en consumenten die het voedsel van deze boeren willen kopen. Van Ruitenbeek wil daarom in de komende jaren Demeter nog meer profileren als biodynamisch kwaliteitskeurmerk en samen met de BDvereniging en de opleidingsinstituten als Warmonderhof en Kraaybeekerhof het dynamische nog sterker neerzetten. Van Ruitenbeek: “Ook internationaal ligt er veel nadruk op de BD als cultuur en als een open beweging, waarin werken aan bodemvruchtbaarheid de kern vormt.”
Peter Westbroek: ‘Wat de aarde niet past, wordt vernietigd’ “Alles gaat kapot…!” Provocerende woorden van Peter Westbroek, internationaal vermaard geoloog en schrijver van het boek ‘ De ontdekking van de aarde’. Hij schetst een dynamisch beeld van een aarde die zichzelf voortdurend binnenste buiten keert. Gezien vanuit de geologische tijdschaal stelt hij vast: “De aarde vernietigt alles, maar bouwt uiteindelijk ook alles weer op, al moet je daar soms miljoenen jaren op wachten…”. Westbroek wil af van het antropocentrische wereldbeeld, waarin de mens zich de aarde toeeigent. Ons wereldbeeld is de laatste decennia fundamenteel veranderd en we worden ons bewust van wereldomvattende problemen als klimaatverandering, overbevolking en erosie van landbouwgronden. Westbroek markeert deze kentering in ons wereldbeeld met de indrukwekkende foto van de aarde, gemaakt eind 1968 door de eerste maanreizigers ”die bij het aanschouwen van onze kleurrijke planeet vanaf de maan als ’hippies’ terugkeerden”. “Vanaf dat moment voelen we ons verantwoordelijk voor onze kwetsbare, blauwe planeet.” Dan ontstaan ook onderzoeksgebieden als milieu- en klimaatwetenschap, waarin natuurwetenschappelijke disciplines en menswetenschappen samenkomen. Westbroek is zelf een van de initiatiefnemers van de Earth System Sciences, een nieuwe allesomvattende aardwetenschap. Vanuit dat gezichtspunt is de evolutie van het leven slechts een onderdeel van de evolutie van de aarde als geheel, die - voortbouwend op een planetair geheugen - zichzelf voortdurend vernieuwt en verder differentieert. Westbroek: “Bij haar ontstaan bestond de aarde uit slechts 12 mineralen, inmiddels zijn het er duizenden. De evolutie van het leven vormt slechts een zeer klein deel van de al miljarden jaren voortdurende planetaire ontwikkeling, maar brengt deze wel in een stroomversnelling De mens voegt nog iets toe aan deze biologische evolutie door het gebruik van werktuigen, wat nog meer differentiatie mogelijk maakt.” Fundamenteel in deze evolutie en civilisatie is het symbioseproces waardoor iets totaal nieuws kan ontstaan: “…onze lichaamscellen zijn een fusie van microorganismen.” Maar volgens Westbroek is er ook een planetaire selectie waardoor alleen blijft bestaan wat passend is: In de landbouw moeten we deze dynamiek van de aarde leren kennen, aldus Westbroek: “We moeten weten wat wel en niet past. Als het past, dan helpt de aarde mee. We moeten er hard aan blijven werken, maar de aarde moet het wel zelf doen!” Geïnspireerd door de Britse dirigent Sir Simon Rattle ziet Westbroek de rol van de
mens beperkt tot die van een hard werkende muzikant, die open staat voor wat passend is: “…maar je moet het de muziek zelf laten doen!”
Op een vraag uit de zaal van oud-hoogleraar ecologische landbouw in Wageningen Eric Goewie over hoe Westbroek aankijkt tegen nut en noodzaak van genetische modificatie geeft Westbroek aan dat naast de perverse kant van het geld die eraan verbonden is, de mens best hier en daar wat mag uitproberen,, “…wat niet past wordt uiteindelijk vanzelf vernietigd!” Dagvoorzitter Bert van Ruitenbeek voegt hier aan toe dat we vanuit de biologische sector graag naar het voorzorgprincipe kijken en naar de consequenties voor de leefbaarheid op aarde voor komende generaties, maar als we naar hele lange tijdslijnen kijken zoals geoloog Westbroek doet, is er alle reden om positief te blijven.” Een paar uur later, aan het einde van de congres vraagt Westbroek nog een keer het woord om te vertellen hoe hij soms bij lezingen voor multinationals het publiek tegen de haren instrijkt door op te merken dat de aarde de enige aandeelhouder is, “…maar hier klopt dat gewoon: jullie proberen dat waar te maken!”
Coen ter Berg’: ‘De boer als dirigent van bodemvruchtbaarheid’ Voor Coen ter Berg is het ongrijpbare van de bodem de ingang tot het thema Microkosmos– macrokosmos. Als bodemkundige verbaast het hem telkens weer met hoeveel veerkracht de bodem zich herstelt als deze met bruut geweld door zware landbouwwerktuigen wordt belast: “De bodem blijft geven.” Dat brengt hem bij neurowetenschapper Damiaan Denys - bekend van vpro’s Zomergasten – die van mening is dat de wetenschap teveel zaken expliciet wil maken zonder aandacht te besteden aan het impliciete, het onbegrijpelijke. Volgens Denys gaat het bij het leven en levende organismen juist om het onbegrijpelijke en hebben we hier tegenover een respectvolle houding nodig Ter Berg betrekt dit op de bodem, die voor de boer vaak ontoegankelijk is: “ Voor hem is de bodem een gegeven, meestal onzichtbaar en donker.” Een boer is steeds weer verrast als Ter Berg hem het profiel laat zien van zijn eigen bodem: “…maar juist aan de grond kun je de ondernemer kennen. Het is de boer die de bodem vruchtbaar maakt door zijn gewaskeuze, vruchtopvolging en de timing van zijn grondbewerking.”
Aan de hand van verschillende bodemprofielen laat Ter Berg de gevolgen zien van de landbouwpraktijk voor de structuur, de doorworteling en activiteit van de bodem. Met name de biodynamische bodem onderscheidt zich door hoge biologische activiteit tot diep in de grond. Hier wordt de boer zichtbaar als architect van het bodemleven. Aansluitend bij de beeldspraak van Peter Westbroek, noemt ter Berg de boer “…zowel componist als dirigent van de bodemvruchtbaarheid: hij zorgt voor de samenstelling en de onderlinge afstemming.” De plant treedt op als intermediair tussen zonlicht en bodemvorming: “…in het fotosynthese-proces neemt de plant het licht op en in de wortelvorming verbindt de plant zich met de bodem.” Hier vindt een intensieve uitwisseling van stoffen plaats: “…waar wortels groeien is bodemvorming.” Ter Berg wijst ons op de wit oplichtende wortelharen waarin het zonlicht tot in de bodem zichtbaar is: “Het licht in de duisternis”. Ter Berg sluit zich aan bij de houding die Westbroek inneemt ten opzichte van de aarde: “…de bodem geeft alles zelf. Het is de aan de boer om het juiste zetje te geven”. Dit vraagt intuïtie en daarmee verwijst hij weer naar Beekman: “Trouw blijven aan de kern, met een open houding voor de omgeving.” Open Space In de ‘open space’ in de namiddag worden tal van onderwerpen besproken door de deelnemers. Door de rijke mix van deelnemers ontstaan geanimeerde gesprekken en blijft vrijwel iedereen tot en met de slotreflecties en de biodynamische stamppotten waarmee het congres wordt afgesloten. Slotreflecties Willem Beekman: ‘ ‘Morele ontwikkelingsstap wetenschap nodig” Terugkijkend op de leerervaringen van deze dag, schetst Willem Beekman twee voorbeelden van “…de wijsheid van de natuur”: het jachtluipaard en de mestkever. Hij beschrijft hoe deze dieren hun eigen ecosysteem in stand houden: “…als veehouder en akkerbouwer van de savanne.” Het is aan de biodynamische boer om zich deze wijsheid eigen te maken in zijn omgang met de bodem. Wat daarbij helpt - volgens Beekman – is veel te kijken naar de sterrenhemel: “…deze machtige wereld maakt ons bescheiden.” Veel lastiger is dat bij het kijken naar de microwereld waar onze kennis ons in verleiding brengt om op verschillende niveaus in te grijpen, te manipuleren: “…ook als dat misschien niet zo goed is voor de natuur, het ecosysteem en uiteindelijk voor onszelf.” Dat maakt ons tot een tovenaarsleerling. Beekman haalt hier Goethe aan, die in zijn tijd al zag dat
naarmate de mens meer in staat is in te zoomen op de kleinste deeltjes van het leven, hij tegelijk een morele ontwikkelingsstap moet maken. “Dat wordt in de wetenschap nog niet gedaan”, aldus Beekman: “Wat kan, dat moet!”. Daarom is het zoeken naar een morele houding onmisbaar in de biodynamische landbouw. Zo besluit Beekman dat de mens - precies in het midden van het gepresenteerde spectrum tussen micro- en macrokosmos - een verantwoordelijke plaats inneemt. Een inspirerende conclusie, die met name de biodynamische boer een bijzondere rol geeft als bemiddelaar tussen hemel en aarde. Piet van IJzendoorn:”Landbouwcultuur vorm geven” Voorzitter van de BD-Vereniging, boer van de Zonnehoeve en medeorganisator van de dag Piet van IJzendoorn houdt een pleidooi voor het boerenleven en ons aller verantwoordelijkheid om de boeren, die zorgen voor onze aarde en ons voedsel ook in de gelegenheid te stellen om op een verantwoorde manier voedsel te produceren met behoud van bodemvruchtbaarheid en biodiversiteit. Hij hoopt dat dit mooie vak ook door jonge mensen kan worden opgepakt en dat we zorgen voor nieuwe economische modellen die dit mogelijk maken. Dat vraagt om een gezamenlijke inspanning van financiers, handel, boer en burger voor een nieuwe landbouwcultuur.”
Dagdichter Alexis de Roode Het laatste woord is aan Alexis de Roode, die de geslaagde congresdag op indrukwekkende wijze poëtisch samenvat: “…boer zoekt vrouw en zij heet moeder aarde.” Zowel het openingsgedicht als het afsluitende gedicht van Alexis staan op onze website www.stichtingdemeter.nl (foto’s Michiel Wijnbergh)