Billy Talk Voorjaar 2013
Colofon Cycle Talk jaargang 9, nr. 1
In dit nummer:
Cycle Talk verschijnt vier keer per jaar en wordt verspreid onder alle leden en sponsors van Cycle Sport Groningen. Elk lid van de vereniging kan bijdragen aan de inhoud van het blad. De redactie heeft het recht bijdragen in te korten en anonieme en kwetsende bijdragen te weigeren.
Van de veurzitter
3
In de voorvork
5
Terugblik
6
De Cyclesporter
8
Eiwit
10
Gran Canaria
12
Groenewoud Assurantiën
17
Eerste jaar CSG
18
Bronco’s Platenbak
20
Groenewoud Assurantien
22
De CT-keuken
26
Redactie Cycle Talk Tessa Nederhof, Berend Slagter Layout Cycle Talk Eelko Steenhuis Redactieadres Martenstraat 7 9724 LA Groningen
Cycle Sport Groningen, opgericht op 2 februari 2004 (KvK 02083132), biedt training en begeleiding aan leden die op serieuze wijze de ietssport willen beoefenen en leden (en jeugdleden vanaf twaalf jaar) die willen kennismaken met de wedstrijdsport. Secretariaat Cycle Sport Groningen André Wilting Winschoterdiep 1024 9723 AC Groningen (050) 313 80 17
[email protected] www.cyclesportgroningen.nl Bestuur Cycle Sport Groningen Sipke Benus
[email protected]
André Wilting
[email protected] Guus Dijkstra
[email protected]
Jan Prenger Hein Linker Bert Smilda
Van de veurzitter
Het is wat laat om te spreken van het nieuwe jaar. Toch is dat zo, ook al is het al april. De wegtrainingen zijn al weer begonnen en even snel ook weer uitgesteld. Na een korte periode van beter weer kwam er sneeuw en ijs. Schaatsen onder en/of noppen op de ietsbanden. Het jaar is ook begonnen met een goede start van het cyclo-seizoen. Een zeer goed georganiseerde avond op 16 januari door de cyclocommissie. De opkomst was groot. Vele aspecten werden op deze avond belicht door deskundigen, vanuit de vereniging zelf of van daarbuiten. Dit soort initiatieven vergroten het plezier en de samenhang binnen de vereniging. En door functiegerichte voeding, training en voorbereiding zullen de prestaties vast ook groeien. Prachtig compleet initiatief. En ondertussen hebben ook al de nodige leden zich ingeschreven voor de geselecteerde cyclo’s. Nieuwe kleding voor de vereniging. Anders van lay-out en kleur. Ik heb daar vooral positieve reacties op gehoord. Zelf ben ik er ook content mee. Het ziet er goed uit en vooral: het was echt op tijd, nog voor we op de racert zaten. Dat is winst en een wens van veel leden. Inmiddels is ook de jaarvergadering geweest. Extra aandacht was er voor de centen en het huishoudelijk regelement. De vereniging heeft een degelijke begroting voor komend jaar. We zijn zuinig, wat past bij deze tijd. We versterken onze inanciële positie het komend jaar iets om de eenmalige uitgaven aan de koersbak op te vangen. CSG is inancieel gezond en kan tegen een stootje. De contributie hoeft niet omhoog. Ook hebben we een huishoudelijk regelement aangenomen. Dit regelement regelt de meer praktische zaken binnen de vereniging. Het is goed om zo’n document te hebben, we spreken samen wat spelregels af. Dat geeft duidelijkheid. Tijdens de jaarvergadering is aan Oege de jaarlijkse cyclo-trofee uitgereikt. Zeer verdienstelijk gewonnen. De vraag is: wie houdt hem er voor dit jaar vanaf? De laatste stap in de jaarvergadering was het bekendmaken van de CycleSporter van het Jaar. And the unanimous winner is: Ronald Heringa. Ook vanaf deze plek, van harte gefeliciteerd. Zeker na zo’n indrukwekkend jaar. Een terechte winnaar. En nu klaar met dat schrijven, seizoensdoelen stellen, op de iets en vlug wat. Veel plezier bij het lezen van deze nieuwe Cycle Talk.
3
Advertentie
4
In de voorvork
Binnenbandjes Banden plakken is vreemd. Met bandenlichters, een stukje schuurpapier, wat lijm en een set plakkers die je zelf nog bij moet knippen aan het klooien met een emmer water, daarna voorzichtig weer oppompen, hopen dat de boel houdt en met samengeknepen billen de eerste rit maken. Gelukkig plakken we tegenwoordig nauwelijks meer. Binnenbandjes zijn zo goedkoop dat je net zo goed een nieuwe kan monteren, bovendien is het nog betrouwbaarder ook. Het oude bandje gooi je thuis met linke boog in de prullenbak. Bedankt voor de bewezen diensten, het was leuk zolang het duurde. Maar wat nou als je een ontzettend ijne binnenband hebt? Talloze goede herinneringen aan dit bandje. Samen met jou grenzen verlegd, teleurstellingen meegemaakt, overwinningen gevierd. Jij en het bandje waren onderdeel van een groter geheel, groter dan de som der delen. Het kleine rafelrandje, de minuscule haarscheurtjes, het kromme ventieltje neem je daarom met plezier voor lief. Met liefde schuur je een stukje op, voorzichtig breng je precies voldoende lijm aan en de plakker plak je precies op de juiste plek. Het bandje hang je op een speciale plek in de schuur en je neemt je voor om ‘m te gebruiken bij elke belangrijke prestatie die je wilt leveren. Natuurlijk, de kans bestaat dat het een keer ontzettend mis gaat. Je kent dit bandje een beetje, de kans is groot dat het met een grote knal gebeurt, waarna het waarschijnlijk met een sisser aloopt. Een risico, maar de voordelen wegen makkelijk op tegen de nadelen. Billy Bronco stopt als redacteur bij Cycle Talk. Hij is ons speciale binnenbandje, we hangen ‘m in de schuur en pompen ‘m bij elke uitgave nog 1 keer liefdevol op. Geen verwachtingen, geen verplichtingen, alleen goede hoop op een prachtig resultaat in zijn nieuwe eigen hoekje: “Bronco’s Platenbak.” Bert, enorm bedankt voor je jarenlange inzet bij Cycle Talk! Deze editie dragen we op aan jou, we hopen nog lang te mogen genieten van je briljante vondsten.
5
Terugblik op vijf jaar ‘Billy Talk’
Rijden met Billy Bronco Door Steven Sloof Een bebrild rossig heerschap met een iets afwerende blik kwam in de winkel waar ik werkzaam was een raceiets kopen. We kwamen samen weloverwogen uit op een zilverblauwe Cube Attempt, althans zo wens ik het mij graag te herinneren. (Het kan ook zijn dat hij zijn huiswerk goed gedaan had, precies wist wat hij wilde en ik slechts als doorgeeluik van zijn wensen fungeerde; soit) Later kwamen we hem tegen bij de zondagstrainingen van Cycle Sport, maar viel hij mij niet direct op. Op het baantje donderdagavond haalde ik hem eens in. Hij gelost en in achtervolging met een klein groepje, ik op mijn laatste adem bungelend aan de staart van een kopgroepje dat op een ronde voorsprong reed. Bij dat inhalen werd ik door ‘Billy Bronco’ (de meest tot de verbeelding sprekende forumnaam ooit) gehinderd; een verwenselijke actie vond ik toen. Maar uiteindelijk verwierf Bllly Bronco mijn ultieme respect zomaar op een trainingsritje door het hoge noorden. Er blies, zoals altijd, een gemeen harde noordwester die vrijdag in maart. Ik was volop in training, altijd met mijn vorm bezig en trapte mij al maanden in het zweet op de Tacx; de tijdrit van Warns kwam naderbij. Het eerste deel tegen de wind in werd stevig doorgetrapt door Billy Bronco, een andere renner (ik meen Jan Prenger, alias Prengo, later ook wel de Adelaar van Anderen genoemd) en ikzelf uiteraard, half loerend op het vermogensmetertje. Dat metertje gaf, als ik op kop kwam, meer dan 400 watt aan als ik de snelheid aanhield die Bronco daareven opvallend lang op kop aanhield. Er was zo langzaamaan sprake van een krachtmeting die bovendien niet één, twee, drie in mijn voordeel beslist was. De moordende kopbeurten volgden elkaar op en werden bekroond met een alles-of-niets-sprint om een plaatsnaambordje. Ik moest alles uit de kast halen, maar klopte hem op de streep. Nog steeds mijn peak record absoluut vermogen! Een pure wedstrijdrijder is hij niet geworden, dat maniakale gejakker door zo’n meute gekken is niet zaligmakend. Solo tijdrijden op een raceiets met opzetstuurtje doet hij ook behoorlijk hard. Dan weer een paar weken op de randonneur, bepakt en bezakt door Italië of Roemenië. Met diezelfde iets op crossbanden door de bossen bij Gieten met de Adelaar uit Anderen; ook ofroad is hij geen groentje. Centraal staat zijn ijver om altijd te willen ietsen, gewoon zonder gezeur een link eind hard trappen, een eigenschap die hem, mede met zijn inmiddels befaamde vuilgebekte tirades, populair maakt bij de meeste CSG’ers. Professioneel is hij als eindredacteur verbonden aan het blad De Wereldietser, waarin hij onder andere een uitstekend artikel schreef over banden. Hij tilde ons bescheiden clubblaadje naar een hoger plan en verkleinde het onhandige orgaan eigenhandig van A4 naar A5. HULDE. Kortom een ietsgek uit duizenden en ik ben zeer benieuwd naar ‘rijden met Billy Bronco deel 2’ waarin de Great Divide, de grote ietsrally die heel NoordAmerika doorkruist wordt beschreven.
6
Terugblik op vijf jaar ‘ Billy Talk’
Einde van een tijdperk… Door Andre Wilting “Hallo Andre, kun je even weer een etikettenlijst uitdraaien?”. Dat is voor mij de laatste jaren de aankondiging dat de nieuwe Cycletalk in aankomst is. Onder het redacteurschap van Bert is de verzending van het clubblad uitbesteed aan de post. Voor die tijd gebeurde dat door leden van de vereniging. Bert zat dan avonden te broeden op een optimaal routeschema waarbij het aantal blaadjes redelijk over de bezorgers verdeeld werd en iedereen toch zo min mogelijk tijd kwijt was. Of hij gaf een schema aan Sinterklaas of de Kerstman die de zoete verrassing deponeerden, want ik heb in die hele periode nooit een bezorger gezien. Toen eenmaal besloten werd om dit ambachtelijke werk te professionaliseren vond Bert het eigenlijk maar zonde van het geld. De tijd die voorheen aan een routeschema werd besteed gaf hij nu aan een ware zoektocht naar de goedkoopste postbezorger. Helaas voor hem bleek die niet zo betrouwbaar te zijn. Net als bij de vrijwillige bezorging leverde dat op het forum een week lang berichtjes op waar de CT al wel en nog niet was aangekomen. Zichzelf verantwoordelijk houdend stond Bert een paar keer bij de postbezorger op de stoep om opheldering te vragen. Ik denk niet dat er een verband tussen is, maar enkele maanden later gaf het bedrijf er de brui aan. Sindsdien worden er gewone TNT postzegels op de blaadjes geplakt. Uiteraard wel eigenlijk iets te weinig voor het gewicht van de blaadjes, we blijven zuinig.
De Broncosaurus Door Wilco de Roos Zijn echte naam moet ik altijd opzoeken in de ledenlijst. Billy Bronco heet hij. Punt. Als schuchter knaapje komt hij een jaar of wat geleden zijn eerste wedstrijdjes in de sportklasse rijden. Leergierig en ambitieus. Binnen drie jaar vindt hij zichzelf, ietwat verlegen, terug op het podium van het DK. Als ik mijn ogen sluit en aan Billy denk, zie ik hem thuis, in een rommelig en onoverzichtelijk mannenhuishouden, tacxend, tussen bed en koelkast, met een licht gezwollen lid, genieten van het zuur, na 30 keer 30 seconden micro-interval. Na de laatste ‘komt’ hij. Uiteraard met oerkreet. Van nature Einzelganger, maar toch clubman. Soms ontplofend, zonder nuance. Dan is ie op zijn best. Ooit zal zijn onovertrofen temperament uit zijn vileine pennetje vloeien waarbij hij snuivend, zwetend en brakend tot een bestseller komt. Archeologen hebben het mis: de Brontosaurus is een fabeltje. Het was de Broncosaurus. Bedankt voor vele jaren Cycletalk.
7
De Cyclesporter ‘Met een tentje achterop zo veel mogelijk van de wereld zien‘ Door Ed Brabander Eigenlijk was ik als jongetje al verkocht aan Het laatste seizoen dan toch nog maar een de wielersport. Op televisie volgde ik de keer op een hele vroege zondagmorgen met Tour de France en de grote klassiekers. Op de ploeg mee naar de Omloop van Scheemmijn 15e was het tijd voor mijn eerste licen- da, een wedstrijd die voor westerse renners tie, als nieuweling. Klaargestoomd voor mijn op een wel heel onaantrekkelijke afstand ligt. eerste wedstrijdjes kwam er een probleem Veel wind die dag en al snel diverse waaiers. aan mijn schildklier aan het licht. Er volgde Nou ben ik geen peloton-held, dus maar een operatie en lang herstel: het actief wiel- weer eens in een derde waaier terechtgerennen verdween naar de achtergrond. En- komen. Voelde me sterk en kwam zowaar in de eerste waaier kele jaren laMe daar ter volgde “Echt grote successen hebben er nooit ingezeten. terecht. rustig gehouden, een tweede hopende op een poging. Waardeloze sprinter, matige klimmer, leuke tijdrijder.” beslissing op het Weer een A7-viaduct. Deslicentie aanbetrefende viagevraagd duct inderdaad met hoge snelheid overgenadat ietsen met vrienden me steeds beter af ging. Paar trainingswed- stoken… liggend achter in de bezemwagen, samen met de drie voorgangers die me in strijdjes op rondjes a la Corpus gerehun val meesleepten. Fiets den en ik dacht klaar te zijn om total loss, handen en ribde grote mannen te trefen in ben kapot en alle wielereen echt criterium. De Ronde lust daar nabij Oostwold van Heerjansdam, zo’n rondje achtergelaten. Toen nog van 1200meter klinkertjes niet wetende dat ik me een met een stuk of zes bochten. paar jaar later zo dichtbij Een stuk of zes rondjes verder deze onheilsplek zou gaan moest ik er hijgend en totaal vestigen… verzuurd vanaf. Daar was ik Na een jaartje afbouwen blijkbaar nog niet klaar voor… middels trainingskoersjes Na zeven jaren criteriums en en het behalen van een klassiekers had ik ze zo ontrainersdiploma zou ik met geveer allemaal al een beetje een aantal clubgenoten de gezien. Echt grote successen Ronde van Senegal gaan hebben er nooit ingezeten. rijden. Een uitbrekende Waardeloze sprinter, matige burgeroorlog gooide roet in het eten. Hard klimmer, leuke tijdrijder. Genoeg om te scoren op districts- of clubkam- toe aan toch een soort vakantie, gingen we pioenschappen, trainingskoersjes of een dan maar met een georganiseerde ietsreis matig bezet criterium (met niet al te lastige mee naar Marokko. Daar ontmoette ik mijn bochten graag!), maar tekortkomen in het Groningse vriendin Myrthe en een jaar later maakte ik de overstap naar het Noorden. Die grotere werk.
8
De Cyclesporter overstap kostte me uiteraard wel mijn baan, maar was daarmee ook hét moment voor een lange ietsreis door Zuid-Amerika. Zeven maanden zwerven door de Andes, over zoutvlaktes, door Patagonië en door regenwouden. Wildkamperen, koken op een benzinebrander, voor meerdere dagen eten en water mee op de iets. Afzien op passen boven de 4000 meter op onverharde wegen, kamperen bij -20°c en alweer muf brood eten. Genieten van zo veel indrukken en vrijheid, een geweldige tijd! Samen met Myrthe iets ik in tien jaar door zo veel mogelijk landen. Twee keer per jaar op ietsvakantie, naar landen als Namibië, IJsland, Bulgarije, India en Canada. Thuis kilometers maken op de raceiets, alleen en soms samen door de leegte van het Groningse land. Weer kwamen er plannen voor een lange ietstocht en weer konden we het realiseren. Met een tentje achterop zo veel mogelijk van de wereld zien, dit keer naar Azië. Klimmen door de leegte van de Tibetaanse grensprovincie, naar adem happend tot 5000m, kamperen met hoogteziekte, kennismaken met supervriendelijke mensen en heerlijk eten in (smerige) lokale eettenten. Elke dag avontuur, de route alleen bepaald door de moesson en de prachtige hoogtepunten die we perse wilden zien. 9000 km verder,15 kilo lichter en honderden foto’s rijker weer naar huis. Inmiddels ben ik de trotse vader van Teun (0), Oscar (3) en Isabel (5), dus het ondernemen van grote exotische ietsreizen is moeilijk geworden. Met twee kinderen nog wel ietsreizen naar Schotland en Noorwegen gemaakt. Dat blijkt een stevige fysieke uitdaging te zijn. Met een ietskar gevuld met peuters en een complete kampeeruitrusting wordt de
gemiddelde Schotse heuvel al snel een uitgebreide krachtraining… Aangezien ik probeer autoloos door het leven te gaan, is het woon-werkverkeer(35km) een mogelijkheid om ook doordeweeks enige kilometers te maken. Ik werk namelijk op de Bloemenveiling in Eelde als keurmeester en op locatie (voornamelijk Noord-Duitsland). Vanaf 2012 weer wat vaker de raceiets gepakt. Na een tijdje begint het toch wat te kriebelen en een eerste indruk van CSG leerde me dat ik me daar misschien wel thuis zou kunnen voelen als vooralsnog niet-wedstrijdrijder, maar ook als niet-toerder. Programma 2013? Een aantal ICW’tjes zie ik wel zitten, gecombineerd met een tweetal cyclos’s. Algemene gegevens: Geboortejaar: 1971 Lengte: 187 cm Gewicht: 75 kg Beroep: keurmeester Waar ik naar luister: Midnight Oil, U2 Wat ik lees: de krant (als ik tijd heb) Waar ik naar kijk: Wielrennen (maar dan wel op De Belg) Favoriete wielrenner(s): Jens Voigt, dat soort mannen Eerder beoefende sporten: Hardlopen, roeien (indoor!)
9
Eiwit Elke drie uur 20 gram eiwit zorgt voor een optimaal resultaat bij topsporters. Voedingssupplementen en creatineshakes hebben we niet nodig en nuchter trainen is alleen aan te raden onder gecontroleerde omstandigheden. Dat zij sportdiëtiste Anja van Geel tijdens een symposium. Voor veel lezers is het meeste al bekend, maar toch willen we je haar verhaal niet onthouden. Door Tessa Nederhof Elke drie uur 20 gram eiwit zorgt voor een optimaal resultaat bij topsporters. Voedingssupplementen en creatineshakes hebben we niet nodig en nuchter trainen is alleen aan te raden onder gecontroleerde omstandigheden. Dat zij sportdiëtiste Anja van Geel tijdens een symposium. Voor veel lezers is het meeste al bekend, maar toch willen we je haar verhaal niet onthouden. Belang van eiwit “Eiwit hebben we nodig voor de opbouw van bindweefsel, celmembranen, spiercellen et cetera”, aldus Anja van Geel. Deze sportdiëtiste begeleidt onder andere Olympische sporters. “Eiwit gebruiken we niet alleen als bouwstof, maar ook bij het herstel van spierschade. Bij trainen ontstaan er haarscheurtjes in de spieren die zich weer moeten herstellen. Herstel is dan ook net zo belangrijk als de training zelf. Het draait om de juiste balans tussen training en rust.” Opname “Eiwit heeft een maximaal efect wanneer er iedere drie uur 20 gram van wordt opgenomen. We kunnen niet meer dan 20 gram per eetmoment opnemen, dus meer inne-
10
men heeft geen zin. Na een zware inspanning wordt eiwit sneller ingebouwd in het spierweefsel. Daarom is het voor topsporters van belang binnen een half uur na een zware inspanning eveneens 20 gram eiwit in te nemen. Dat betekent dat er nog voor het douchen eiwitinname moet plaatsvinden.” Energiebalans “Calorieën halen mensen niet alleen uit eiwit, maar ook uit koolhydraten en vet. Het evenwicht tussen calorieopname en -verbruik wordt de energiebalans genoemd. Bij een goede energiebalans blijft het lichaamsvetpercentage steeds hetzelfde. Bij een negatieve balans gaat het vetpercentage omlaag en is spiermassa opbouwen niet mogelijk. Het is voor topsporters dan ook niet verstandig om een Sonja Bakker-dieet te volgen.”
Verbranding “Bij een lage intensiteit van sporten vindt er vooral vetzuurverbranding plaats. Bij sporten op hoge intensiteit verbranden we vooral koolhydraten. Maar onze koolhydraatvoorraad is niet zo hoog. Na ongeveer anderhalf uur fanatiek sporten is de voorraad op. Wanneer je fanatiek doorgaat, schakelt het lichaam over op eiwit als brandstof, waar-
Eiwit door spierafbraak plaatsvindt. Een ammoniaklucht is het gevolg. Als je wilt dat dit niet gebeurt, moet je tijdens het sporten genoeg koolhydraten aanvullen.” Supplementen “Sporters hebben in verhouding meer koolhydraten, minder vet en meer eiwit nodig. Genoeg eiwitopname kan onder andere worden bereikt door het gebruik van voedingssupplementen, proteïneshakes en sportdranken. Ik raad dat echter niet aan. Deze middelen vallen niet in de categorie ‘gezonde voeding’. Ik adviseer zo veel mogelijk voedingsstofen uit de basisvoeding te halen. Als je elke dag een hersteldrank moet gebruiken, is dat geen goede basis. Dat kun je niet je hele sportcarrière volhouden. Alleen in bijzondere situaties, zoals trainingen in het buitenland, raadt ik soms zulke middelen aan. In sommige landen is normale eiwitrijke voeding niet voorhanden. Maar over
het algemeen kun je een verhoogde eiwitbehoefte gemakkelijk uit normale voeding halen.” Nuchter trainen “Nuchter trainen lijkt volledig tegenstrijdig met de meeste voedingsadviezen. Toch wordt het In sommige situaties wel toegepast. De vetzuurverbranding kan er iets door verhogen. Het is echter wel van belang om het verantwoord te doen. Niet tijdens een duurrit, maar bijvoorbeeld bij een herstelloopje. Vaker dan 1 tot 2 keer per week is niet aan te raden en het moet goed worden ingepast in het trainingsschema. Na de training moet de sporter de voedingsstofen snel weer aanvullen!”
Waarin zit eiwit? Een portie van 20 gram eiwit zit bijvoorbeeld in 600 gram (chocolade)melk, 250 gram kwark, 80 gram biefstuk, tonijn of kipilet, drie eieren, 150 gram vleesvervanger of 150 gram gemengde noten. “Recent onderzoek toont aan dat chocolademelk beter werkt dan de meeste hersteldranken”, aldus de sportdiëtiste. Energie en eiwitvoorziening Een sporter haalt in de optimale situatie voor 60 tot 70 procent van zijn energie uit koolhydraten en voor 30 tot 40 procent uit vet. De ideale dagelijkse eiwitvoorziening ligt op 1,6 gram/kg lichaamsgewicht voor mannelijke duuratleten in de topsport, op 1,2 gram/kg voor mannelijke duuratleten, 0,8-1,0 gram/kg voor recreatieve duursporters en op 1,5-1,7 gram/kg bij de opbouw van krachtsport. Voor vrouwelijke sporters liggen de aanbevelingen 15 procent lager.
11
Gran Canaria Gran Canaria, land van de Zilverrug! Waar haantjesgedrag in de kroeg tijdens het WK Wielrennen in Valkenburg niet toe kan leiden. Het jaar 2013 zou ons jaar worden en daar hoort natuurlijk een professioneel trainingskamp bij. En dan niet naar Zuid-Spanje ofzo. Nee, daar was de kans op slecht weer in februari veel te groot voor. Gran Canaria moest en zou het worden. Goed voor een gemiddelde temperatuur van 22 graden en nagenoeg geen neerslag. De tickets konden geboekt gaan worden voor De Renner, Wi(e)lco, Stefen en Hoewie. Door Raymond Huwae Alles was tot in de puntjes voorbereid. Vliegen vanaf Bremen met Ryanair. Mooie bungalow geregeld in Maspalomas met een mooie porch en zwembad dat niet gedeeld hoefde te worden met Duitse pensionados en Engelse ‘breezer meisjes’. Vooraf goed besproken wie wat zou meenemen. Zelfs de onderbroekwisseldag was al van tevoren bepaald. Aan de voorbereiding zou het dan ook niet liggen. We hadden naast onze handbagage en ietskofers ook een gezamenlijke koffer geboekt (bij Ryanair moet je alles boeken en dus ook betalen). Daar konden dan mooi onze helmen, ietsschoenen, maltex en fietsgereedschap in. Op alles voorbereid dus. Tenminste totdat we de op de dag van vertrek op de luchthaven van Bremen aankwamen. Neeeee! Dat gaan we niet menen! Onze kofer met ietsschoenen pompen en vrijetijdskleding staat nog in Harkstede! Pff, een goed begin is het halve werk.
12
De eerste dag dan maar eerst nieuwe ietsschoenen, helmen en andere meuk proberen te regelen. Gelukkig is Gran Canaria een ietseiland bij uitstek en fungeert de plaatselijke ietsverhuurder (Freemotion) als holeverancier voor al onze vergeten ietsspullen. De ietsschoenen kon ik zelfs nog voor de helft van de prijs meenemen, dat was dan weer een meevaller. Rond het middaguur met aangename 23 graden op de iets gestapt. Wilco fungeert als gids en brengt ons naar Soria. Ongelofelijk wat is dat lekker. Als kleine kinderen in de snoepwinkel op de iets. Even geen wind, regen of sneeuw. Kleine 70 km geietst met zo’n 1000hm. Mooie rustige wegen, automobilisten die zich volledig aanpassen aan de ‘geldindelabrengendeietsmalloten’. ’s Avonds toch maar even biertje doen in Playa de Inlges. Ik had hier en daar al verhalen gehoord over dit verdorven oord. Wij wilden dit toch even met eigen ogen aanschouwen. Nou, dat hebben we geweten. Het carnaval
Gran Canaria bleek volop in gang te zijn toen we aankwamen in Playa des Ingles. We werden omringd door travestieten, leernichten en gaybears. De namen van de kroegen varieerden van ‘Cellar’ tot ‘ Barenhohle’. Dit was niks voor ons, nog één biertje en dan linea recta de taxi weer in! (alhoewel, de Cellar had wel de nodige aantrekkingskracht op bepaalde mensen binnen de groep ;-)) Helaas liepen we op weg naar de taxi nog langs een afgesloten parkeerterrein waar de vrouwen dansten, het bier rijkelijk vloeide en de ritmische muziek onze harten sneller deed kloppen. Hier waren we bang voor, vier mannen met ruggengraten als tuinslangen. Twintig bier en vier uur later doken we alsnog de taxi in. Au! Dit moest en zou rechtgezet gaan worden. De hele week verder hard trainen en geen drank meer voor de boys. Een wijntje bij het eten mocht nog net, maar dat was dan ook echt wel de limiet. Het hoogtepunt van de trainingsweek werd dan ook de klim naar Pico las Nieves ( 1939m) Een rit van rond de 120 km met in totaal bijna 3000hm. De klim
leidde ons langs dorpen met mooie namen als Fataga, El Horno, Soria en Ayacate. Een helse rit die de hele dag in beslag zou nemen. Het was niet zozeer de lengte van de rit die het zwaar maakte, voornamelijk het grillige karakter van de klim vergde nodige inspanning. Lange stukken van 6% worden afgewisseld met korte stukken van bijna 18%. De stranden op Gran Canaria mogen er zijn. Zo ook het strand van Maspalomas. Mooie branding, ijn kiezelstrand en een heerlijke temperatuur van het zeewater om onze zwaar overtrainde lichamen in te badderen. Hand in hand met de sportklasse boys liepen we de zon tegemoet, een ijne strandwandeling stond op het program. We hoorden het gegil van de kinderen die het grootse plezier hadden in het bouwen van hun zandkastelen en zagen hoe welgestelde Scandinavische gezinnen zich hadden gesetteld op het strand. Op een gegeven hoorden we steeds minder kinderen en zagen we de gemiddelde leeftijd van het strandpubliek stijgen.
13
Gran Canaria Waarschijnlijk had dit publiek dusdanig lang in de zon gelegen dat hun laatste stukje respect voor de zwaartekracht was verdampt. Natuurlijk dien je iedereen in hun waarde te laten, maar testikels die tot net boven de knie reiken verdienden geen schoonheidsprijs en mogen netjes opgeborgen worden in een short. Tenminste, al helemaal als je meent een sprintje naar de zee te moeten trekken. Doorlopen werd er gemompeld, doorlopen! Na alle nudisten van middelbare leeftijd gepasseerd te hebben stonden wij daar ineens oog in oog met de inheemse Canarische Zilverrug. Een grote gebruinde naakte man geposteerd aan de rand van de groep om alle bewegingen van zijn stam waar te nemen. Ook wij werden door de man opgemerkt. Hij keurde onze komst goed met een subtiel knikje. Amai, we wisten niet hoe snel we van het grootste gaystrand van Gran Canaria moesten afkomen. Ik weet het, wielrenners moeten eigenlijk zo min mogelijk lopen (laat staan rennen) maar we waren binnen no time weer terug op de boulevard van Maspalomas. Veilig terug tussen de Duitse pensionados. De laatste dag (nog lichtelijk getraumatiseerd van de Zilverrug) hebben we nog een ouderwetse Tour de Sportief gereden. Oftewel rammen, linkeballen en elkaar laten zien hoe sterk je wel niet bent. De rit zou gaan naar Soria. Eerste een dikke vijftien kilometer over de glooiende kustweg, vervolgens rechtsaf het dal in richting “El Horno”, tien kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 3%. Aan het einde van het dal linksaf de klim naar Soria opdraaien, negen kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van bijna 8 %. Zo gezegd, zo gedaan. Wilco een voorsprong gegeven van twintig minuten op Sytze, Stefen en mij. Ons doel was dan ook om de Wilco voor Soria te pak-
14
ken te krijgen. Dit was niet onmogelijk maar ook zeker geen makkie, we moesten vanaf start hard doorrijden. Op de kustweg konden we goed tempo maken, wind op kop, hier moest Wilco wel last van hebben. Vervolgens het dal indraaien om hordes met Italiaanse en Zwitserse toeristen in te halen. (voelt toch stiekem wel heel lekker). Halverwege het dal komt er echter een renner aansluiten. Type Eppe gehuld in een shirt van de Dolomieten Marathon. Onze gast herstelt in het laatste wiel en na een minuut komt hij langszij, geeft er een snok aan en probeert bij ons weg te rijden. Niks ervan, dat gaat niet gebeuren, plakken zullen we. Met een in mijn ogen een ietwat te zwaar verzet blijft de man onvermoeibaar doorgaan. Wij geven echter niet op en blijven in zijn wiel. We draaien de klim op naar Soria, we kunnen nog volgen, maar ik rijd wel op mijn tandvlees. Ik hoor aan Steffen zijn ademhaling dat ook hij het moeilijk heeft. Sytze zit met een Geesink verzet nog heerlijk in het wiel. Dit tot grote irritatie van onze ‘gastrenner’, deze probeert ons dan ook bij elke bocht los te rijden. Halverwege de klim moesten Stefen en ik lossen, hartslag over de 200 en lactaat uit de oren. Sytze kan nog tot 1 km voor de top nog volgen maar ook dan gaat hij voor de bijl. Op hetzelfde moment haalt hij Wilco bij, missie geslaagd! In Soria een heerlijk papajasap gedronken om vervolgens via de diezelfde weg rustig huiswaarts te gaan. Onze daalkoning Wilco had echter hele andere plannen en dook als Sammy Sanchez de afdaling in. Stefen sloot in het dal bij Wilco aan en ik wist genoeg. Wachten op Sytse en samen het gat naar die twee boys proberen te dichten. Kop over kop door het dal, wind in de rug en teller constant op 45 k/m. Bij het opdraaien van de kustweg zien we ze rijden, we kunnen ze ruiken. Stefen voorop en Wilco in zijn wiel. Nog een paar Limburgse klimmetjes en we hebben ze te pakken, niet
Gran Canaria terugschakelen maar gewoon het buitenblad blijven draaien. Verschillende ietsers proberen nog aan te pikken, zo ook een Groningse corpsbal. Deze heeft zowaar het lef om nog even naast ons komen te rijden, “Jezus, goed bezig!” roept ie. Ik bedenk me niet en schakel bij, paff eraf! Ben je nou helemaal betoeterd! In Maspalomas rapen we Wilco op, reglementair uit het wiel gereden door zijn vluchtmakker Stefen. Hier is het laatste woord nog niet over gezegd. Vijf minuten later zitten we lekker op het terras, tenminste Wilco, Syzte en ik. Stefen was spoorloos verdwenen en heeft naar verluid de hele avond nog doorgereden. De combinatie van te veel zon, alcohol en inspanning leidde tot waanideeën. Op de vlucht voor de Zilverrug, op vlucht voor de Zilverrug!
Blader snel naar de volgende pagina’s voor een sfeerimpressie!
15
Gran Canaria
16
Gran Canaria
17
Eerste jaar CSG Over asociale hardrijders en wijdebenenietsers Asociale hardrijders. Bij een lekke band heb je pech. Slechte dag? Zie maar dat je thuis komt. Zomaar wat vooroordelen die ik als lid van TC Het Trapstel had over CSG. Het Trapstel? Inderdaad, dat zijn die oude mannen met dikke buiken die aan de andere kant van het gebouwtje verzamelen op zondagochtend. Slingeraars. Wijdebenenietsers. Appeltaarteters. Zomaar wat vooroordelen die ik in het afgelopen jaar hoorde als nieuwbakken lid van CSG. Door Berend Slagter Tijdens de winter van 2011 had ik wel een beetje gehad met het voetballen. Ik speelde competitie in WIldervank, trainde in Groningen en was het gereis wel wat zat. Het ietsen begon ik steeds leuker te vinden, ik begon ook steeds beter te worden en het was tijd voor iets anders: wedstrijden op de iets. Ik was al lid van Het Trapstel, maar dat is een NTFU-vereniging en een licentie aanvragen is dan niet mogelijk. Bij het orienteren spraken NWVG en Tandje Hoger niet echt aan, Cycle Sport eigenlijk wel. Ook door de opstapdag: lekker laagdrempelig en een mooie eerste kennismaking. Het was natuurlijk wel wennen. Tijdens de zondagtrainingen geen tussenstop met appeltaart (geen vooroordeel, dat doen we écht bij Het Trapstel). Korte broek? Benen scheren. Fietsbel van de iets. Schamen dat je met een zadeltasje ietst. Spacers onder je stuur vandaan. Sokken van de juiste hoogte. Maar ook praten over cadans, hartslag, omslagpunt en D1 tot en met 3. Het viel me in ieder geval goed mee dat ik mee kon komen en dat iedereen erg vriendelijk was. Zo heb ik in dat kleine jaar dat ik lid ben al veel waardevolle kennis opgedaan, soms door schade en schande. Zo is het “not done” om je helm af te doen als je op kop van het peloton ietst, zelfs niet als er net een beest in is gevlogen. Ontzettend op m’n donder gehad van Esther. Robbie zegt dat de koers maar 10 minuten duurt, dus dat het evident is dat je in het be-
18
gin van de koers met je hol open tussen je kader hangt. Dat taalgebruik heb ik dan weer van Guido, die het koketteren met Vlaamse wielertermen helemaal oké vindt. Billy vindt dat je in geval van twijfel altijd iemand helemaal de pleuris moet schelden. Prengo zegt dat remmen in het bos eigenlijk niet hoeft, Ronald predikt het principe van altijd maximaal trainen. Guus vindt dat de ideale seizoensvoorbereiding bestaat uit chips en bier, Wietzes zweert bij sprongen waar wijlen Neil Amstrong jaloers op zou zijn. Natasja koopt bij twijfel gewoon een nieuwe tijdritiets, Sebastiaan klooit eindeloos met omgedraaide zadelpennen en obscure verzettentabellen. Denk je eens in wat er gebeurt als je alle types in onze club zou verenigen tot 1 uniforme CSG’er. Ik hoop dat er geen kleine kinderen meelezen, want het wordt niet fraai. Een vuilbekkenende, halfbehaarde manvrouw met een onderstel waar je “u” tegen zegt die intern verscheurd wordt door twee gedachten: loeihard trainen en kilometers maken of op de bank met een goed glas bier en een ferme zak chips. Nu aan jullie de vraag: welke CSG’er komt hier het dichtst in de buurt? Ik doe alvast een inzending: kijk eens op de omslag van deze Cycle Talk… Maar eigenlijk maakt iedereen best een goede kans. Zonder gekheid: ik heb het eerste jaar als bijzonder prettig ervaren. Een open cultuur binnen de club, stuk voor stuk mensen die een ontzettende drive hebben om er met z’n allen iets van te maken en de iets hét mid-
Eerste jaar CSG del vinden om persoonlijke en collectieve ambities te verwezenlijken. Dat smaakt naar veel meer en motiveert me enorm om er dit jaar een prachtig jaar van te maken. En ik ga natuurlijk mijn best doen om bij beide clubs wat nuance aan te brengen in het beeld van de “mannen met dikke buiken” en de “asociale hardrijders”. Maar stiekem vind ik dat laatste veel leuker dan appeltaart eten...
19
Bronco’s Platenbak
Turbosmeer Ik hoor het me nog zeggen. Voor het laatste redactiediner waarbij ik lid ben van de Commissie Clubblad heeft het tweekoppige restant van de redactie zich bij mij thuis uitgenodigd. Het belangrijkste ingrediënt (spitskool) van de door mij geserveerde maaltijd (Vlaamse spitskoolschotel) ligt om onopgehelderde redenen nog in de winkel, maar T. en E. houden stug vol dat je daar niets van proeft. Gelukkig liggen de worsten wel op het bord. Het bokbier begint zijn werk te doen. Geen wonder, want de slijter toonde mij slechts lessen bier met daarop percentages vermeld waarvan je link gaat zweten mocht je er tegenop moeten ietsen. “Nou, doe maar dan”, antwoordde ik schouderophalend op zijn vragende blik. Door Billy Bronco Omdat ik het ergens toch wel lullig vind om T. en E. met het zware karwei te laten zitten om het de Cycle Talk keer op keer te vullen, doe ik mijn mond open. “Ik wil anders wel een columnpje vullen”, opper ik tussen neus, bier en lippen door. Verdomd, er wordt gretig op gehapt. Ik had het kunnen weten, want het valt niet mee om de kolommen vier keer per jaar vol te laten lopen, dus elke vaste scribent is welkom. Ik weet hoe het werkt, daarom zwaai ik juist af. Wat voor column dat dan moet worden? Vaag gezwets over ietsen en punkrock? Geen probleem, schrijf maar raak. Eén, twee, drie pagina’s? Een vrijbrief. Hoe moet ik dat nou weer invullen? Het is wel wat lauw natuurlijk. Komt die Bronco weer aankakken met die gruizige muziekjes van ‘m, als soundtrack voor zijn kansloze exercities op de iets. Blooperrubriek op papier. Een paar maanden later. Of het nog eens wat wordt met die column, vraagt E. in een mail. Hij weet hoe het werkt. Als je die gasten niet achter hun kont aan zit, wordt het niks met die mooie praatjes. Met het seizoen wil het ook al niet lukken. De niet alatende kou kruipt bij elke rit in de botten. Bijna elke trainingskoers wordt tot mijn opluchting afgelast. Niet dat ik zou zijn gestart, maar zo loop ik tenminste geen ach-
20
terstand op. Dan drukt de lente zijn nog bleke neus aan het venster. Een nieuw smeermiddel voor de ketting – Turbosmeer – blijkt maar liefst tien watt minder trapweerstand op te leveren. De goesting voor het koersen keert terug als het peloton na mijn demarages. En ach, zo’n rubriekje is toch best geinig? Beetje uit mijn nek lullen en afsluiten met een link naar een of ander obscuur stuk herrie waar je subiet tien watt meer van gaat trappen. I Wanna Get It On! Turbonegro – Get It On http://aa5.nl/sni4A www.youtube.com/watch?v=XHKgsa8nBXo
Bronco’s Platenbak
21
Groenewoud Assurantiën Onze clubkleding heeft een linke metamorfose ondergaan dit seizoen, en niet alleen qua kleurstelling en vormgeving: er is een nieuwe sponsor te bewonderen op ons wonderschone tenue! Groenewoud Assurantiën is de naam, voor menigeen een bedrijf dat niet direct een belletje zal doen rinkelen. Tijd om daar verandering in te brengen! Door Berend Slagter Op een mooie winterochtend bel ik met Olav Groenewoud en vraag ik of ik langs mag komen om een klein interview af te nemen voor het clubblad. ‘De koie staat klaar!” is het antwoord, en zo parkeer ik een dik uur laten mijn iets voor het pand aan het einde van de Helperzoom. Het adres kwam me eerst vreemd voor, het ligt in een woonwijk, maar die keuze is gelijk helemaal duidelijk: wat een prachtige plek! Uitzicht over de weilanden tussen Winschoterdiep en Stad in, mooi. Kort nadat ik aangebeld heb zwaait de deur open en maak
ik kennis met Jur Groenewoud, de vader van Olav en oprichter en eigenaar van Groenewoud Assurantiën. Mijn jas wordt aangenomen, ik schud de hand van Olav en krijg een lekker bakje koie in een glinsterend kopje. Olav pakt even de telefoon (dat loopt lekker door) en ik krijg het met Jur bijna direct over ietsen. Hij vertelt dat hij tegenwoordig niet veel meer ietst, maar dat hij zijn zoon wel
22
min of meer aangestoken heeft. Op zijn RIH maakten hij en Olav op zondagochtend regelmatig een tocht. Nu ietsen ze niet meer samen, maar Jur heeft onlangs toch bij een elektrische iets staan kijken... Vloeken in de kerk natuurlijk, maar het blijkt al wel snel dat beide mannen liefhebbers zijn. De RIH is bijvoorbeeld nog steeds in de familie, Olav heeft ‘m omgebouwd tot single speed en dat heeft er uiteindelijk toe geleid dat hij nu de trotste eigenaar is van een Stevens Stelvio. Er wordt dus weer geietst, ook door de aan-
moedigingen van Olav’s vriendin... Dan terzake: het bedrijf. Ik hoor dat het bedrijf inmiddels meer dan 32 jaar bestaat en door Jur is opgericht. Olav is inmiddels vennoot en zal de zaak op termijn gaan overnemen, ook de vrouw des huizes werkt hard mee. Een echt familiebedrijf dus! Uitsluitend werkzaam in verzekeringen, want daar zijn ze
Groenewoud Assurantiën goed in. Erg breed ook, van zakelijk tot particulier, van groot tot klein. Zo is onze koersbak bijvoorbeeld bij ze verzekerd! Omdat ze een relatief klein kantoor hebben kennen ze alle klanten goed, zijn de lijnen kort en is er veel ruimte voor persoonlijke aandacht. Het valt me op hoe nuchter beide mannen de zaak benaderen: verzekeringen zijn een noodzakelijk kwaad, niemand zit er op te wachten, maar als je het doet kan je het maar beter goed doen. De service staat dan ook voorop, een goed advies ook. Door hun onafhankelijkheid (ze zijn niet gebonden aan bepaalde verzekeraars) kunnen ze goed en onafhankelijk advies geven, en dat vinden ze belangrijk. Al met al krijg ik een prettige indruk van het bedrijf. Korte lijnen, vriendelijke mensen, goede instelling. “Schoenmaker, houd je bij je leest” zegt Olav, en dat levert volgens mij altijd de beste dienstverlening op. Dat het sportliefhebbers zijn is natuurlijk helemaal mooi meegenomen. Waar ze eerder voetbalclubs als Be Quick en Oranje Nassau sponsorden zijn ze nu verbonden aan onze prachtige club, en dat past bij ze. Mede door onze penningmeester Guus overigens, bevriend met Olav. Guus heeft trouwens indruk gemaakt, want Olav ziet zichzelf nog niet snel wedstrijden rijden tegen iemand als Guus. Dat heb-
ben we natuurlijk allemaal, dus we besluiten dat het ontspannen ietsen in de natuur ook prachtig is. Dat doet Olav vanaf nu wel in clubtenue, want als nieuwe sponsor mag ik ‘m een setje kleding overhandigen. Dat valt in de smaak, dus houd die man in de gaten: rondom woonplaats Zuidhorn racet een verzekeraar met een missie rond! Zogenaamd
genieten van ietsen in de natuur met vriendin, maar stiekem bijtrainen om over een paar jaar Guus volledig naar (een goed verzekerd) huis te rijden!
23
Advertentie
24
Advertentie
plotten
printen
scannen
kleurkopie fotokopie
groot kopie
plastificeren inbinden
Professionals in printing en grootkopie Schuitendiep 28 9711 RC Groningen Tel.:050-3136505 www.ldsrepro.nl e-mail:
[email protected]
25
De CT-keuken
Recept met een verhaal In het voorjaar van 2012 heeft diëtiste en voedingsdeskundige Esther van der Zwaan, medewerkster van sponsor de Groninger Biologische Groentehandel, op de cyclo-avond uitgelegd hoe belangrijk koolhydraatrijk voedsel is vóór een intensieve training of wedstrijd. Lees nu hoe je om moet gaan met eten en drinken tijdens de dag zelf. Iedereen weet wat er gebeurt wanneer je te weinig eet voor en tijdens een training: een hongerklop. Los daarvan zijn er echter nog andere redenen om voldoende te eten en te drinken tijdens trainingen en wedstrijden: prestatieverbeteringen, sneller herstel, minder kans op blessures en een constante voorraad energie. Om vet te verbranden heb je veel zuurstof nodig. Tijdens een intensieve training of wedstrijd is de hoeveelheid zuurstof de beperkende factor. Daarom is het van belang om de hoeveelheid koolhydraten aan te vullen. Begin hier dan ook direct mee en wacht niet totdat je moe, dorstig, duizelig of hongerig wordt. Vochtgebrek is een onderschat probleem. Het is NIET trainbaar om weinig te drinken. Ga eens vóór en na de training op de weegschaal staan. Dat gewichtsverlies is helaas geen vet, maar vocht. Wanneer dat verschil meer is dan een kilo, heb je absoluut te weinig gedronken! Hier volgen de richtlijnen voor de hoeveelheid eten en drinken die je nodig hebt om niet beperkt te worden in je prestatie. De vuistregel is 150-250 ml vocht per kwartier, oftewel grofweg een grote bidon per uur. De hoeveelheid benodigde koolhydraten is ongeveer 60 gram per uur (bijvoorbeeld 6 sultanakoekjes). Wanneer je meer eet, zal dat niet worden verwerkt door je lichaam. Wanneer je minder eet, is de kans groot dat je de man met de hamer tegen zult komen of geen intensieve blokken meer kunt doen. Koolhydraten oplossen in je bidon (dorstlesser) is een elegante manier om vocht én voeding aan te vullen in één keer. Daarom dit keer twee recepten van heerlijke oppeppers voor in je bidon.
26
De CT-keuken BIDONBANANA 2 gepelde bananen in stukjes 1,5 dl koude espressokoie 1 dl koude melk 90 ml biogarde desgewenst een schepje suiker Doe alles in de blender en maak er een romig mengsel van. Vul de bidon en stap op de iets. BIDONANAS 3 bloedsinaasappels 1 ananas 1 banaan 3 dl koud water Pers de sinaasappels uit. Schil de ananas en banaan en snijd ze in stukjes. Pers de ananas tot sap in de sapcentrifuge. Doe alles in de blender en meng het tot een mooi sap. In plaats van gewoon water kun je ook sprankelend sodawater gebruiken. Vind je ze leuk en lekker, de recepten in deze rubriek en wil je er meer van? Doe je boodschappen bij de kraam van de Groninger Biologische Groentehandel op de Vismarkt en vraag naar ons nieuwe, gratis, kookboekje.
27