Bijscholing SAH voor onderofficieren
DEEL 1
BRANDVERLOOP EN DE REALITEIT
Leerdoelstellingen Weten/kennen • Begrip hebben van het verbrandingsproces en de daarmee samenhangende verschijnselen • De algemene ontwikkeling van een compartimentsbrand kunnen beschrijven, inclusief: – Stadia van de brand – Brandregime (brandstofgecontroleerd – ventilatiegecontroleerd) – Warmteflux (HRR)
• Factoren herkennen die de brandontwikkeling beïnvloeden
Brandverloop – basisbegrippen Definitie brand “… Een warmteproducerende (exotherme) chemische reactie waarbij een brandstof met zuurstof reageert…”
Een voorbeeld
CH4 + 2O2 → 2H2O + CO2 + warmte (methaan)
(zuurstof)
+
(waterdamp)
→
(koolstofdioxide)
+
+
Brandverloop – basisbegrippen De branddriehoek
Temperatuur – ontstekingsenergie
Brandstof – enkel
gasvorm of damp !
uitdampen vaste stoffen = PYROLYSE
Zuurstof
Brandverloop – basisbegrippen De branddriehoek – voorwaarden brandstof brandvijfhoek !
Goede mengverhouding Lucht (O2) / Brandstof (damp/gas)
Voldoende ontstekingsenergie afhankelijk van type brandstof
BR A
ND S
TO F
H VER G N ME
TA L Y SAT OR
D OU
KA
ING
(evt. katalysator)
R PE M TE
UR U AT
ZUURSTOF
Brandverloop – basisbegrippen Het verbrandingsproces – pyrolyse Definitie • proces waarbij materiaal wordt ontleed door verhitten zonder dat er zuurstof bij kan komen of verbruikt wordt. Dit in tegenstelling tot verbranding die wel met aanwezigheid en verbruik van zuurstof plaatsvindt.
• Pyrolyse kan plaatsvinden bij temperaturen vanaf ongeveer 300 °C.
Brandverloop – basisbegrippen Het verbrandingsproces – pyrolyse
Producten van verbranding (Hitte, licht, rook,…) Zuurstof Waterdamp
Drogen (hout)
Brandgas
Gasbrand
Carbonisatie
Gloeibrand
Pyrolyse
© Campus Vesta APB 2010
Temperatuur input
Brandverloop – basisbegrippen Het verbrandingsproces – ontledingsproducten
Temperatuur
Ontledingsproducten
> 100°C
H2O, drogen van producten (brandstoffen)
200 – 300°C
Afsplitsing van zwavelwaterstof, blauwzuur, zwaveldioxide
> 350°C
Afsplitsing methaan
> 500°C
Door kraken ontstaan lagere koolwaterstoffen
> 600°C
Door kraken ontstaan olefinen, benzeen en hogere aromaten
Brandverloop – basisbegrippen Producten van verbranding http://www.flickr.com
Hitte, temperatuur
Rook Licht Vlammen (!?)
Brandverloop – basisbegrippen Warmtevoortplanting • Conductie Overdracht van warmte binnen een materiaal
Verticaal
Horizontaal
Brandverloop – basisbegrippen Warmtevoortplanting • Conductie • Convectie de stroming van gas of vloeistof. Deze stroming kan plaatsvinden onder invloed van onder meer verschillen in temperatuur, druk of dichtheid
Brandverloop – basisbegrippen Warmtevoortplanting • Conductie • Convectie • Radiatie uitzenden van energie als golven of als deeltjes, energieoverdracht zonder direct contact
Brandverloop en de realiteit
Brand in een compartiment
Brand in een compartiment Bouwstenen van een compartimentbrand
Energieflux (heat release rate) Ontwikkelingsfases van een brand Brandregime (ventilatie/brandstof)
1. Energieflux
JOULE (J)
Brand in een compartiment
Watt (W)
Verbrandingstemperatuur • Energievrijzetting (Joules)
Heat release rate (HRR) • Energievrijzetting in tijd (Watt)
Tijd (s)
Brand in een compartiment 2. Ontwikkeling van een brand – brandfases • De fases van een brand beschrijven het complex proces van de brandontwikkeling
Neutrale laag
1 Neutrale laag
• Brandontwikkeling wordt beïnvloed door verschillende variabelen • Niet elke compartimentbrand zal ontwikkelen volgens het beschreven patroon
2
Neutrale laag 3
Neutrale laag 4
Brand in een compartiment 2. Ontwikkeling van een brand – brandfases Neutrale laag
Temperatuur (energie)
FLASHOVER
1 Volontwikkelde brand
Neutrale laag
Dooffase
2
Ontwikkelingsfase
Neutrale laag
Begin brand
3
Tijd
©2010 – Campus Vesta
Figuur: Brandcurve
Neutrale laag 4
Brand in een compartiment 3. Realistisch brandverloop – brandregime
1.Brandstof gecontroleerd Brandontwikkeling wordt bepaald door de aanwezige brandstof en zijn specifieke karakteristieken 2D-brand
1
2. Ventilatie gecontroleerd Brandontwikkeling wordt beïnvloed door de zuurstoftoevoer 3D-brand
2
Brand in een compartiment
Energieflux
3. Realistisch brandverloop – brandregime
Potentiële temperatuur (energie)
Minder ventilatie = lagere temperatuur (energie)
Brandstof gecontroleerd
Ventilatie gecontroleerd
Brandstof gecontroleerd
Tijd Figuur: Brandverloop in de realiteit
©2010 – Campus Vesta
Brand in een compartiment 3. Realistisch brandverloop – brandregime A. Brandstof gecontroleerd – beginfase Brandontwikkeling beïnvloed door: Chemische samenstelling brandstof Fysische configuratie Thermische capaciteit Hoeveelheid Energieflux
• • • •
Potentiële temperatuur (energie)
Minder ventilatie = lagere temperatuur (energie)
Brandstof gecontroleerd
Ventilatie gecontroleerd
Brandstof gecontroleerd
Tijd Figuur: Brandverloop in de realiteit
©2010 – Campus Vesta
Brand in een compartiment
Energieflux
3. Realistisch brandverloop – brandregime A. Brandstof gecontroleerd – dooffase
Potentiële temperatuur (energie)
Minder ventilatie = lagere temperatuur (energie)
Brandstof gecontroleerd
Ventilatie gecontroleerd
Brandstof gecontroleerd
Tijd Figuur: Brandverloop in de realiteit
©2010 – Campus Vesta
Brand in een compartiment 3. Realistisch brandverloop – brandregime B. Ventilatie gecontroleerd Veranderingen in zuurstofaanvoer beïnvloeden brandverloop Gereduceerde ventilatie – Brandsnelheid ↓ – Temperatuurtoename ↓
Toegenomen ventilatie – Brandsnelheid ↑ – Temperatuurtoename ↑
Oorzaken: – Brand (stukspringen van beglazing,…) – Bewoners zelf (open laten vluchtdeur,…) – Brandweer tijdens tactische benadering
Brand in een compartiment
Energieflux
3. Realistisch brandverloop – brandregime B. Ventilatie gecontroleerd
Potentiële temperatuur (energie)
Minder ventilatie = lagere temperatuur (energie)
Brandstof gecontroleerd
Ventilatie gecontroleerd
Brandstof gecontroleerd
Tijd Figuur: Brandverloop in de realiteit
©2010 – Campus Vesta
Brand in een compartiment
Energieflux
3. Realistisch brandverloop – brandregime B. Ventilatie gecontroleerd
Potentiële temperatuur (energie)
Minder ventilatie = lagere temperatuur (energie)
Brandstof gecontroleerd
3D - brand
Ventilatie gecontroleerd
Brandstof gecontroleerd
Tijd Figuur: Brandverloop in de realiteit
©2010 – Campus Vesta
Brand in een compartiment Verschillen ten opzichte buitenbrand Muren, plafond & vloer absorberen hittestraling Reflectie naar brand en brandbare materialen Isolatie van rook en pyrolysegassen
Gevolgen Snellere brandontwikkeling & uitbreiding kans op gevaarlijke brandfenomenen thermische belasting brandbestrijders
Brand in een compartiment Overwegingen voor de bevelvoerder Bepalen omvang binnenbrand - Brand beperkt tot compartiment (kamer – inhoud) - Brand breidt uit naar meerdere compartimenten - Brand volledig gebouw (Binnenbrand??? uitslaand)
Rekening houden met geometrie gebouw - Hoog -, middelhoog of laagbouw - Kelderbranden - Lange gangen, moeilijke bereikbaarheid
GRSTV