Fractie Amersfoort
(BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
EEN SPANNINGSVELD TUSSEN HET LANDELIJK ASIELBELEID & DE LOKALE PRAKTIJK
Rapport op basis van het afstudeeronderzoek door Timo Geurts & Haithm Al Salahi Christelijke Hogeschool Ede Augustus 2013
2
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
3
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING HOOFDSTUK 1
5 (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS EN HUN PROCEDURE
7
Definitie (bijna) uitgeprocedeerde asielzoeker
7
Asielaanvraagprocedure
7
Gezinnen met minderjarige kinderen HOOFDSTUK 2
HULPVRAGEN VAN (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
11
HOOFDSTUK 3
AMERSFOORTSE HULP AAN (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
13
Wetgeving
13
Organisaties
14
Spanning tussen hulp door professionals en vrijwilligers
18
AANBEVELINGEN VOOR WENSELIJKE HULP OP LOKAAL NIVEAU
22
Gemeente Amersfoort
22
Professionele hulporganisaties
22
Vrijwilligers
23
HOOFDSTUK 4
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
4
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
5
INLEIDING
Een Irakees gezin dat begin 2012 uit het AZC in Amersfoort werd gezet omdat de jongste zoon 18 jaar was geworden, kreeg veel aandacht in de media en de politieke arena. De gemeenteraad besloot op 7 mei 2012 dat de gemeente een zorgplicht had voor dit gezin zolang de procedure nog liep, en voor onderkomen en leefgeld moest zorgen, hoewel de gemeente van de Rijksoverheid geen hulp mag bieden aan deze mensen. De ChristenUnie-fractie in Amersfoort wist dat er meer (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers waren dan dit gezin, waar die zorgplicht dan ook voor zou moeten gelden. Dit was aanleiding voor de ChristenUnie om een peiling te houden onder Amersfoortse kerken. Uit die peiling bleek dat veel kerken (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers opvangen en begeleiden, maar dat zij tegelijkertijd weinig kennis hebben van bestaande voorzieningen voor deze mensen. In Amersfoort zijn er diverse kerken en vrijwilligersorganisaties die hulp bieden aan uitgeprocedeerde asielzoekers, maar vaak weten ze niet van elkaar wie wat doet. Daarom besloot de ChristenUnie om twee studenten Sociale Pedagogische Hulpverlening van de Christelijke Hogeschool Ede opdracht te geven om nader onderzoek doen, opdat de hulp die beschikbaar is voor (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers optimaal wordt ingezet en afgestemd. De beide studenten hebben dit rapport geschreven op basis van literatuuronderzoek en vele interviews met betrokkenen in Amersfoort. Diverse kerken en organisaties bieden, deels onafhankelijk van elkaar, hulp aan asielzoekers die niet langer recht hebben op verblijf of voorzieningen. Het is voor betrokkenen (zowel hulpverlenende partijen als asielzoekers) alleen niet altijd duidelijk welke hulp door wie wordt aangeboden. Vanuit het perspectief van de asielzoekers hebben wij de volgende hoofdvraag geformuleerd: “Welke hulp hebben (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
6
nodig en kan lokaal geboden worden?” Daarbij gaan we ook in op de vraag hoe het hulpaanbod beter aangesloten kan worden op de hulpvraag en hoe de samenwerking verbeterd kan worden.
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
7
HOOFDSTUK 1 (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS EN HUN PROCEDURE
DEFINITIE (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKER “Een uitgeprocedeerde asielzoeker is iemand die om asiel heeft gevraagd maar het niet heeft gekregen omdat uit het onderzoek is gebleken dat hij geen risico op vervolging of ernstige schade loopt. Een uitgeprocedeerde asielzoeker verblijft niet langer legaal in het land en krijgt een bevel om het grondgebied te verlaten.”1 Een bijna uitgeprocedeerde asielzoeker heeft beroep aangetekend bij de Hoge Raad tegen een negatieve beschikking of is in beroep tegen een negatieve beschikking bij een herhaalde aanvraag. Zij mogen deze uitslag niet in Nederland afwachten als er geen voorlopige voorziening (Vovo) is toegekend. Zolang zij in deze procedure zijn hebben zij dus geen recht op voorzieningen als onderdak, uitkering of medische zorg. Wanneer ze wel in Nederland wachten op de uitslag, verblijven ze hier ‘illegaal’ en lopen ze het risico opgepakt te worden.
ASIELAANVRAAGPROCEDURE Een asielaanvraag wordt altijd behandeld door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Binnen een tijdsbestek van 8 dagen wordt de asielzoeker, eventueel met advocaat, gehoord en zijn vluchtverhaal opgeschreven. Dan besluit de IND of er voldoende informatie is om tot een beschikking te komen. Is dat niet het geval, dan heeft het IND nog zes maanden om via een verlengde procedure wel tot een besluit te kunnen komen. In die periode kan de asielzoeker in een AZC verblijven. Bij een positieve beschikking, krijgt de asielzoeker een verblijfsvergunning. 1
http://www.unhcr.nl/unhcr-in-nederland/begrippenlijst.html
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
8
Bij een negatieve beschikking kan de asielzoeker via de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) werken aan terugkeer naar zijn eigen land of hij kan besluiten om binnen een week de negatieve beschikking aan te vechten. Dat kan eerst bij de voorzieningenrechter, dan de Raad van State en vervolgens het Europees hof voor de rechten van de mens. Tot slot is er nog de mogelijkheid van een nieuwe asielaanvraag (Hasa) op grond van nieuwe feiten en omstandigheden. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer een asielzoeker tijdens zijn verblijf in Nederland christen is geworden en uit een land komt waar christenen vervolgd worden. Vaak wordt de stichting Gave gevraagd om te beoordelen of de bekering oprecht is. Een herhaalde asielaanvraag is technisch gezien vrijwel hetzelfde als een gewone asielaanvraag. Alle fasen kunnen dan weer doorlopen worden, maar het verschil is dat een asielzoeker bij een negatieve beschikking meteen het land uit moet en in meer situaties geen recht meer heeft op voorzieningen. In de beroepsprocedure kan een ´voorlopige voorziening´ (Vovo) worden toegewezen. Dan mag een asielzoeker zijn beroep in een Asielzoekerscentrum (AZC ) afwachten. Soms durven asielzoekers dit niet, omdat zij detentie vrezen en proberen zij elders onderdak te vinden. Bij een afwijzing kan een asielzoeker in een vrijheidsbeperkende locatie terecht komen of een gezinslocatie als er jonge kinderen zijn (het AZC in Amersfoort is momenteel een gezinslocatie). Als wordt gevreesd dat een asielzoeker waarvan de uitzetting word voorbereid, deze uitzetting zal proberen te ontduiken, kan hij in bewaring worden gesteld. Een asielzoeker wordt dan overgebracht naar een detentiecentrum met als doel om hem beschikbaar te houden voor vertrek. Kort voorafgaand aan het gedwongen vertrek, wordt de asielzoeker overgebracht naar een uitzetcentrum waar de laatste procedures worden doorlopen om te kijken of iemand kan vertrekken. In de periode heeft iemand een beperkte bewegingsvrijheid maar krijgt de asielzoeker wel voorzieningen. Er is ook een groep asielzoekers die zijn uitgeprocedeerd, maar niet terug kunnen naar het land van herkomst, omdat het land van herkomst deze personen niet terug wil nemen. Wanneer een asielzoeker zelf voldoende bewijs kan aandragen dat hij niet terug kan naar zijn land van herkomst, krijgt
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
9
hij een ‘buitenschuld’ status en vervolgens een verblijfsvergunning. Maar wanneer een asielzoeker niet voldoende bewijs kan aandragen (paspoort of documenten kwijt, land van herkomst bestaat niet meer), heeft hij geen recht op voorzieningen in Nederland. De vluchtkerk in Amsterdam is vol van mensen die niet voldoende bewijs kunnen aandragen om binnen het buitenschuld criterium te vallen. Wanneer deze groep mensen de asielprocedure heeft doorlopen verblijven ze dus ‘illegaal’ in Nederland en kunnen ook niet terug. Naast een asielaanvraag kan er ook nog een reguliere aanvraag gedaan worden. Technisch gezien is iemand dan geen asielzoeker meer. Toch zal deze groep genoemd worden, omdat een reguliere aanvraag vaak ook door dezelfde doelgroep wordt ingezet. De aanvraag wordt dan ingediend met een beroep op gezinshereniging (een gezinslid heeft al een verblijfsvergunning), een schrijnende situatie of een medische conditie. Als de aanvraag in behandeling wordt genomen, mag de beschikking in Nederland afgewacht worden, maar heeft de aanvrager geen recht op opvang. De persoon is dan officieel geen asielzoeker meer en mag dus ook geen gebruik maken van de door de overheid geregelde voorzieningen voor asielzoekers. In het verdrag van Dublin is bepaald dat een vluchteling maar in één van de bij dit verdrag aangesloten landen een asielaanvraag mag doen. Een uitgeprocedeerde asielzoeker maakt dus geen kans op een verblijfsvergunning wanneer hij opnieuw een asielaanvraag doet in een ander land dat bij dit verdrag is aangesloten. Een minister kan gebruik maken van zijn discretionaire bevoegdheid. Deze discretionaire bevoegdheid houdt in dat een minister de vrijheid heeft om buiten de IND om een asielaanvraag toe te kennen of af te wijzen.
GEZINNEN MET MINDERJARIGE KINDEREN EN HET KINDERPARDON Tot juli 2011 werden gezinnen met kinderen, als ze ‘rechtmatig verwijderbaar’ waren en ook geen recht meer op opvang hadden, op straat gezet als het vertrek niet gerealiseerd was. Eind 2010 heeft de Hoge Raad verboden dat gezinnen met minderjarige kinderen op straat te zetten. Wanneer een gezin niet meewerkt aan de terugkeer, moeten ze opgevangen worden in sobere
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
10
opvanglocaties. Dit zijn de zogenoemde gezinslocaties geworden. Het AZC in Amersfoort is per 1 september 2012 een van de gezinslocaties geworden. Op het moment dat een dergelijk gezin in een gezinslocatie verblijft, zal er door de DT&V wel gekeken worden naar mogelijkheden om een terugkeer te regelen. Kinderen die op 1 februari 2013 vijf jaar of langer in Nederland zijn, kunnen een beroep doen op het ‘kinderpardon’. De ‘regeling langdurig verblijvende kinderen’ geldt voor kinderen waarvan de ouders asiel hebben aangevraagd, alsmede voor alleenstaande minderjarige asielzoekers die minimaal vijf jaar als minderjarige in Nederland zijn verbleven en in Nederland geworteld zijn. Maar door de strenge voorwaarden en extra eisen zijn er nog veel gezinnen en kinderen die buiten de boot vallen.
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
11
HOOFDSTUK 2
HULPVRAGEN VAN (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
(Bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers hebben allereerst behoefte aan de basisbehoeften uit de piramide van Maslov: voedsel, kleding en onderdak. De tweede trede, van zekerheid en veiligheid, wordt bijna niet bereikt. Ze hoeven niet te vrezen voor hun leven in Nederland, maar zijn wel bang voor de politie dat zij opgepakt worden. Ook leven ze voortdurend in angst en onzekerheid over de toekomst. Eén van de geïnterviewde asielzoekers beschrijft de onzekerheid over zijn toekomst als ‘gekmakend’. Om immateriële hulp werd door de geïnterviewde (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers niet gevraagd. De meeste (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers zijn blij met alle hulp, zelfs met valse hoop. Ze klampen zich eraan vast, want hoop doet leven. Ondanks de onzekerheid benutten ze alle kansen op een verblijfsvergunning. Als blijkt dat het uiteindelijk niets oplevert en ze toch terug moeten, kunnen ze wel met een kater achterblijven en boos zijn over de ‘valse hoop’ die gegeven is. In het hele proces moeten asielzoekers vaak voor- en nadelen van terugkeer naar het land van herkomst overwegen, zoals: Wat gaat het mij opleveren als ik terug ga? Ben ik veilig of ben ik juist niet veilig? Kan ik in vrijheid leven in mijn vaderland, zoals in Nederland? Het kan ook zijn dat een asielzoeker naar Nederland is gekomen in de verwachting meer inkomen te verdienen, waardoor hij bij voorbaat al beloftes heeft gedaan aan achtergebleven familieleden over bijvoorbeeld het versturen van geld. Een hulpverlener gaf aan dat er verschillende Oosterse en Afrikaanse culturen zijn waar het terugkomen met lege handen veel gezichtsverlies betekent. Soms zijn de verwachtingen zo hoog dat een asielzoeker een illegaal verblijf in Nederland verkiest boven terugkeer naar het land van herkomst. Mevrouw Cieka Galenkamp, projectleider van Voedselfocus Amersfoort, zegt: “Waar moet een uitgeprocedeerde heen als hij een dokter nodig heeft? Dat is toch een basis van de rechten van de mens: voedsel en medische voorzieningen." Ze gaf aan dat de gemeente Amsterdam in een ‘paspoort’
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
12
alles op een rijtje zet waar iemand zonder papieren recht op heeft. Dat schept veel duidelijkheid. Mevrouw Hillegonde Kiewiet, directeur van Stichting N.V.A. (Centrum voor Duurzame Inburgering in Amersfoort), zegt dat deze mensen soms niets te verliezen hebben. Een gevangenneming kan voor hen een oplossing zijn, namelijk een dak boven hun hoofd, kleding en dagelijks op vaste tijden voedsel. Tijdens het onderzoek en de interviews blijkt dat alle bestaande hulp die geboden wordt, welkom is. De geïnterviewde uitgeprocedeerde asielzoekers stellen alleen geen prijs op hulp van de Dienst Terugkeer en Vertrek.
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
13
HOOFDSTUK 3
AMERSFOORTSE HULP AAN (BIJNA) UITGEPROCEERDE ASIELZOEKERS
WETGEVING Mensen die op de vlucht zijn hebben recht op bescherming. Dit is mede bepaald door de Raad van Europa in resolutie 1509, waarin de mensenrechten van 'irregular migrants' zijn geregeld. Hierin wordt onder andere gesteld dat "adequate huisvesting en opvang om menselijke waardigheid te garanderen moet worden geboden aan ongedocumenteerden”. Daarnaast staan ook in het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, bepalingen die toezien op een menswaardig bestaan. Het Ministerie van Justitie heeft de opvang voor uitgeprocedeerde asielzoekers per 1 januari 2010 verboden (Justitie, 2010). Dit was een akkoord tussen het Rijk en de gemeenten, nadat de landelijke overheid had toegezegd te zorgen voor opvang en zorgvuldige begeleiding bij terugkeer naar het vaderland van de asielzoeker. De Centrale Raad van Beroep (CRvB) heeft echter de afgelopen jaren een aantal uitspraken gedaan over de zorgplicht door gemeenten die ertoe kunnen strekken dat kwetsbare, uitgeprocedeerde asielzoekers opvang wordt geboden. De CRvB veronderstelt een zorgplicht voor de gemeenten, op diverse terreinen van de WMO voor uitgeprocedeerde asielzoekers. De gemeente Amersfoort biedt wel hulp aan (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers. Dit gebeurt via het Platform Uitgeprocedeerde Vluchtelingen en Asielzoekers in Amersfoort en de Stichting Voorzieningenfonds Vluchtelingen Eemland. Mensen worden door hen geholpen met tijdelijk leefgeld, als dat naar het oordeel van het Platform zou moeten. De gemeente betaalt dit leefgeld via het Platform. Het leefgeld is bedoeld om (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers te ondersteunen binnen hun eigen netwerk.
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
14
De gemeente Utrecht zet de WMO in door crisisopvang te faciliteren voor uitgeprocedeerde asielzoekers. Een ambtenaar van de gemeente Amersfoort zei dat de gemeente Utrecht slechts een tijdelijke oplossing biedt. De vraag is wat er daarna moet gebeuren. ORGANISATIES Verschillende organisaties en particulieren zetten zich in Amersfoort in voor deze asielzoekers. Hieronder volgt een uiteenzetting van de organisaties die geïnterviewd zijn voor dit onderzoek, met daarbij de hulp die ze bieden.
Platform voor (Bijna) Uitgeprocedeerde Asielzoekers Het Platform voor (Bijna) Uitgeprocedeerde Asielzoekers is opgericht in april 2001 op initiatief van de Raad van Kerken Amersfoort. Deelnemers van het Platform zijn: NVA Centrum voor Duurzame Inburgering, VWN-Amersfoort, Kwintes en de Raad van Kerken Amersfoort. Het doel van dit Platform is om in samenspraak met alle partijen de noodopvang van (bijna) uitgeprocedeerde vluchtelingen en asielzoekers mogelijk te maken. In 2002 heeft het Platform daartoe de Stichting Noodfonds Vluchtelingen opgericht. Het Platform gebruikt dit noodfonds voor asielzoekers die op straat zijn gezet. De hulp is van tijdelijke aard. Vluchtelingen en asielzoekers uit Amersfoort kunnen een beroep doen op het Noodfonds voor o.a. leefgeld. Dat leefgeld is 240 euro per maand gedurende drie maanden. Het Platform verwacht van de asielzoeker dat hij binnen zijn eigen netwerk onderdak vindt. Het fonds wordt vooral gevoed door de gemeente Amersfoort. Het Platform komt minstens twee keer per jaar bij elkaar om informatie uit te wisselen, de ontwikkelingen landelijk en plaatselijk te bespreken en om aanvragen voor het Noodfonds te behandelen. Mensen komen vaak in eerste instantie met een financiële hulpvraag. Dan wordt bekeken of er andere problemen zijn en kijkt het NVA mee in het dossier of er nog gronden zijn, of nieuwe informatie, op basis waarvan iemand alsnog een (tweede) asielverzoek in kan dienen. Het NVA vraagt ook advies aan de advocaat van de asielzoeker omtrent de kansen van de hulpvrager.
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
15
VluchtelingenWerk Nederland VluchtelingenWerk Nederland (VWN) zet zich in eerste instantie in voor asielzoekers in het AZC. Maar volgens Anne Els Jansen van VWN Amersfoort bemiddelt VWN ook voor de (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers, die worden verwezen naar het Platform voor (Bijna) Uitgeprocedeerde Asielzoekers, waarin zij participeert uit naam van de VWN. Verder gaat het VWN in overleg met de gemeente, om te voorkomen dat uitgeprocedeerde asielzoekers op straat komen te staan. Hierbij hebben zij vooral oog voor gezinnen met kinderen. NVA, centrum voor duurzame inburgering De NVA zet zich in de eerste plaats in voor immigranten die in Nederland moeten inburgeren. Hiervoor bieden ze trajectbegeleiding en maatschappelijke begeleiding. Ook zetten ze zich in voor asielzoekers die uit de voorziening zijn gezet. NVA begeleidt tevens vrijwilligers die zich inzetten voor deze doelgroep. Verder neemt de directeur van het NVA, Hillegonde Kiewiet , deel aan het Platform voor (Bijna) Uitgeprocedeerde Asielzoekers. Raad van Kerken De Raad van Kerken Amersfoort is een samenwerkingsverband van een groot aantal kerken in Amersfoort. Deze Raad zit ook aan tafel met de gemeentelijke overheid. De Raad van Kerken heeft werkgroepen op een aantal verschillende terreinen. De werkgroep kerk en samenleving houdt zich bezig met onder andere de doelgroep van dit onderzoek. De Raad van Kerken neemt deel aan het Platform voor (Bijna) Uitgeprocedeerde Asielzoekers in Amersfoort. Joke Koolhof, Diaconaal Opbouwwerker van de Protestantse Gemeente Amersfoort, vertegenwoordigt de Raad van Kerken in het Platform. Kwintes Kwintes (voorheen Stichting Iks) heeft een daklozencentrum, waar asielzoekers die uit een voorziening zijn gezet wel opgevangen worden. Als mensen helemaal uitgeprocedeerd zijn en dus het land uit moeten, dan mag men hier nog één nacht overnachten. Als er nog gewacht wordt op de uitspraak van een hoger beroep, dan kunnen zij op dezelfde manier als andere
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
16
daklozen gebruik maken van de locatie. Kwintes biedt ook dagelijks begeleiding aan haar cliënten. Een Kwintes medewerker neemt deel aan het Platform voor (Bijna) Uitgeprocedeerde Asielzoekers. ICF Amersfoort ICF Amersfoort (International Christian Fellowship Amersfoort) is een missionair samenwerkingsverband van de christelijk gereformeerde kerk en de gereformeerde kerken (vrijgemaakt) in Amersfoort, gericht op Amersfoorters met een niet-Nederlandse culturele achtergrond. Ook asielzoekers weten de weg naar het ICF te vinden en incidenteel wordt hen op verschillende manieren hulp geboden, het ICF werkt vraaggericht. ICF-Oase verdiept zich niet in de zaak van een asielzoeker. Wat ze wel doen is gebed en pastorale gesprekken aanbieden om de (bijna) uitgeprocedeerde asielzoeker geestelijk en mentaal te ondersteunen Stichting Gave Stichting Gave is een landelijke organisatie die kerken en christenen bewust maakt van de Bijbelse roeping om ‘de vreemdeling’ gastvrij te ontvangen. In Amersfoort is ze is actief door vrijwilligers te motiveren, trainen en ondersteunen in het opbouwen van contacten met asielzoekers. Stichting Gave heeft niet de mankracht en de financiële ruimte om materiële hulp te kunnen bieden. Het is ook niet de bedoeling dat Gave de diaconale taak van kerken overneemt, maar Gave wil de kerken wel met toerusten en ondersteunen. Stichting Gave organiseert veel activiteiten voor asielzoekers en koppelt vrijwilligers aan mensen in het AZC. Gave organiseert ook jongerenkampen, waar asieljongeren vakantie kunnen vieren en gesprekken kunnen hebben over hun problemen. Soms biedt Gave hulp aan asielzoekers die uit een voorziening zijn gezet. Vanwege hun beperkte mankracht geven ze prioriteit aan mensen met wie ze al eerder een goede relatie hebben opgebouwd en aan christenasielzoekers die voor geloofsvervolging te vrezen hebben. Voor de laatste groep bieden zij soms juridische ondersteuning door de dossiers te bekijken en zaken onder de aandacht te brengen bij de advocaat. VoedselFocus Amersfoort
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
17
Stichting Voedsel Focus Amersfoort (VFA) is de voedselbank van Amersfoort en omstreken. Uit het interview met de projectleider, Cieka Galenkamp, komt naar voren dat zij geen asielzoekers kent die in Amersfoort op straat leven. Wel zijn er een aantal asielzoekers klant bij de Voedselbank die overal heen zwerven om dan weer hier en dan weer daar een nacht te verblijven. Deze mensen krijgen geen leefgeld van het Platform meer. De meeste asielzoekers die wel leefgeld hebben, komen niet in aanmerking voor een voedselpakket van de voedselbank. Wel ziet mw. Galenkamp dat het leefgeld regelmatig wordt gebruikt om te betalen voor een slaapplek. Als daarnaast betaald moet worden voor telefoon, vervoer, kleding en eten en drinken is er te weinig over om van te leven en krijgen ze soms wel een voedselpakket. Dienst Terugkeer & Vertrek De Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) is de uitvoerder van het beleid van het ministerie van Veiligheid en Justitie, die ervoor zorgt dat uitgeprocedeerde asielzoekers en andere vreemdelingen die niet langer recht op verblijf in Nederland hebben, daadwerkelijk terugkeren. Zij leggen aan mensen uit dat ze echt terug moeten en helpen hen met het wegnemen van de belemmeringen. Ze hebben ook contact met de autoriteiten en diplomatieke vertegenwoordigingen van het vaderland van de asielzoeker. Zo kunnen ze, in samenwerking met NGO’s die terugkeerprojecten uitvoeren,(financiële) middelen mee geven en/of in samenwerking met de diplomatieke vertegenwoordiging van het land van herkomst zorgen voor een vervangend reisdocument om tot dat land toegelaten te worden. Als de asielzoeker niet meewerkt aan het vaststellen van zijn nationaliteit en identiteit kan het gebeuren dat de diplomatieke vertegenwoordiging geen vervangende reisdocumenten afgeeft waardoor de persoon niet terug kan naar het land van herkomst. IOM Amersfoort De Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) is een organisatie die in Nederland verblijvende vreemdelingen hulp biedt bij migratie, remigratie, doormigratie en gezinshereniging. Ze helpen uitgeprocedeerde asielzoekers en anderen die om welke reden dan ook zelf terug willen keren. Als iemand terug wil, moet hij in het bezit zijn van een reisdocument of paspoort. IOM wijst
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
18
hiervoor door naar de DT&V. Het IOM helpt mensen onder voorwaarde dat ze schriftelijk verklaren dat ze alle nog lopende procedures voor het verkrijgen van een verblijfsvergunning intrekken. De IOM biedt vliegtickets en zakgeld: € 1950,- voor alleenstaanden en ongeveer € 4500,- voor gezinnen met een 1 kind. Het bedrag krijgt men op Schiphol. Bovendien steunt de IOM familieprojecten in het land van herkomst. De bijdragen aan een familieproject is € 1500 per gezinslid en € 1000 extra voor elk kind. Dit projectgeld wordt in het land van herkomst uitbetaald door lokale IOM. Nederland IOM betaalt projectgeld aan de lokale IOM.
SPANNING TUSSEN HULP DOOR PROFESSIONALS EN VRIJWILLIGERS Professionals geven in de interviews aan dat kerken en vrijwilligers te snel de neiging hebben om persoonlijk te betrokken te zijn bij een asielzoeker. Daarentegen geven vrijwilligers en asielzoekers aan dat werknemers van professionele instellingen vooral een zakelijke houding hebben met te weinig aandacht voor het individuele verhaal. Kerken en vrijwilligers krijgen over het algemeen niet de dossiers te zien van een asielzoeker. De geboden hulp wordt vooral gebaseerd op het verhaal van de asielzoeker zelf. De geïnterviewde vrijwilligers gaven dan ook aan zich niet bezig te houden met de vraag of het verhaal van een asielzoeker klopt of niet. Wanneer vrijwilligers en professionals onderling geen contact leggen, frustreren zij elkaars beleid en bieden de asielzoekers valse hoop. Want als het Platform aanstuurt op vertrek van de (bijna) uitgeprocedeerde asielzoeker, komt het vaak voor dat de vrijwilligers juist proberen hulp te bieden. Hierdoor ontbreekt het de (bijna) uitgeprocedeerde asielzoeker aan duidelijkheid. Organisaties als stichting Gave, VluchtelingenWerk en NVA kunnen de vraag beantwoorden hoe groot de kansen zijn op een verblijfsvergunning door in hoger beroep te gaan; zij voorzien de advocaat ook van informatie. Deze organisaties krijgen ook wel eens met vrijwilligers te maken die willen weten waarom er een bepaalde beslissing is genomen. Omdat er niets gezegd mag worden over een dossier heeft dit wel eens voor onbegrip en frustratie gezorgd. Zo kan het Platform het betalen van leefgeld weigeren omdat iemand
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
19
wordt verdacht van oorlogsmisdaden of het vertellen van een vals vluchtverhaal. Maar dit kunnen zij de vrijwilligers niet melden. Deze organisaties zullen een hoger beroep of een nieuwe asielaanvraag afraden als zij de kans te klein inschatten dat een verblijfsvergunning wordt toebedeeld. Maar dan is het aan de asielzoeker zelf of hij het alsnog wil proberen. Het NVA biedt vrijwilligers aan om het overbrengen van slecht nieuws aan een asielzoeker aan het NVA over te laten. Op deze manier kunnen vrijwilligers die persoonlijk betrokken zijn bij asielzoekers ontlast worden. De DT&V biedt vrijwilligers aan om voorlichting te geven over hun werk en werkwijze. De geïnterviewde professionals en vrijwilligers zijn allemaal van mening dat de procedure in zijn geheel vrij goed werkt. Er zijn diverse organisaties die opkomen voor de belangen van een asielzoeker en omdat zij kritisch meekijken naar de asielprocedure, worden veel fouten eruit gefilterd en ontbrekende informatie toegevoegd. Zowel professionele medewerkers als vrijwilligers geven aan dat de wetgeving rondom asielzoekers ingewikkeld is. Wat er allemaal misgaat valt vrij gemakkelijk te benoemen. Maar niemand kon de oplossing bieden of aangeven hoe de wetgeving aangepast zou moeten worden. Het vinden van een sluitende aanpak lijkt nagenoeg onmogelijk. Het grootste problemen zijn er rond de buitenschuld procedures. Maar ook in dat opzicht is geen sluitende aanpak mogelijk, omdat er ook veel misbruik van wordt gemaakt. Soms vernietigt een asielzoeker bewust al zijn papieren zodat hij niet meer terug kan naar zijn thuisland en voor een buitenschuldregeling in aanmerking komt. Het voordeel van vrijwilligersorganisaties in Amersfoort is dat kerken en vrijwilligers juist niet onderhevig zijn aan regels omdat ze onafhankelijk optreden. Organisaties die door de overheid worden gesubsidieerd moeten aan bepaalde eisen voldoen om hun subsidie te kunnen behouden. Een kerk die zichzelf financiert, hoeft daar geen rekening mee te houden. Als professionele organisaties niets meer kunnen doen, verstrekken particuliere organisaties toch nog veel voorzieningen. En zelfs als het Platform voor (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers leefgeld verstrekt aan (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers, zijn er nog steeds vrijwilligers nodig, omdat het geboden leefgeld niet is bedoeld om iemand zelf zijn onderdak, voedsel en kleding te laten
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
20
bekostigen. Het is een aanvulling op de voorzieningen die al worden geboden door vrijwilligers en familieleden. De gemeente, professionele organisaties en de kerken zijn in de huidige situatie van elkaar afhankelijk bij het aanbieden van voorzieningen voor (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers. Het probleem is dat veel vrijwilligers en kerken onvoldoende op de hoogte zijn van bestaande voorzieningen voor (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers. Het Platform blijkt niet zo bekend te zijn bij vrijwilligersorganisaties en in de gevallen dat ze wel bekend zijn, wist men niet dat dit het geld van de gemeente kwam. Een punt dat door vaker door professionals dan door vrijwilligers wordt genoemd, is dat de geboden hulp van tijdelijke aard moet zijn. Er moet naar een doel worden toegewerkt. Als iemand aangeeft nog even tijd nodig te hebben om na te denken, dan wordt die tijd soms ook gegund. Ook vrijwilligers erkennen dat alleen langdurig onderdak bieden aan asielzoekers die geen zicht hebben op een verblijfsvergunning de asielzoeker in een structureel afhankelijke staat brengt. Het ingewikkelde aan het bieden van veel ondersteuning is dat er dan ook veel vraag wordt gecreëerd. Toen in Duitsland het leefgeld van een asielzoeker gelijk werd getrokken aan de hoogte van de uitkering van een werkloze staatsburger, was er het jaar daarop ineens een sterke toename van asielzoekers in Duitsland. (Ex) asielzoekers gaven in de interviews aan dat er behoefte is aan een plek waar ze veilig de uitslag kunnen afwachten, zonder voortdurend na te moeten denken waar ze de komende periode moeten slapen en hoe lang ze daar kunnen blijven. Een pastoraal medewerker gaf aan een opvanghuis te willen starten voor asielzoekers die uit de voorziening zijn gezet, maar nog wel de uitslag van een hoger beroep afwachten. In dit huis zullen de basisbehoeftes geboden worden met daarbij morele en psychische begeleiding. Als een asielzoeker is uitgeprocedeerd, zou hij de opvang moeten verlaten. De opvang zou geboden kunnen worden door een combinatie van vrijwilligers en professionals, maar de uiteindelijke regie zou volgens hem bij de gemeente moeten liggen
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
21
Maar professionals vinden het een verschuiving van het probleem als een asielzoeker verhuist van het AZC naar een ander opvanghuis. Een vertegenwoordiger van het Platform vroeg zich af hoe groot het probleem is, omdat er nu ook geen asielzoekers op straat leven. Wel is in de interviews door zowel de vrijwilligers als de professionele medewerkers aangegeven dat een asielzoeker in geen enkele fase van zijn procedure op straat gezet zou mogen worden. Dan raakt de asielzoekers uit het zicht en is een definitieve oplossing nog verder te zoeken.
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
22
HOOFDSTUK 4
AANBEVELINGEN VOOR WENSELIJKE HULP OP LOKAAL NIVEAU
GEMEENTE AMERSFOORT 1. Asielzoekers die geen netwerk en geen onderdak hebben, maar wel legaal in Nederland zijn, moeten opgevangen kunnen worden door Kwintes of in opvangfaciliteiten die door de gezamenlijke hulporganisaties worden gecreëerd. 2. Gemeente Amersfoort moet – eventueel in samenwerking met de hulporganisaties en betrokken kerken – een duidelijk handboek publiceren voor de professionele organisaties en vrijwilligers die te maken hebben met (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers. Hierin staat wie, wanneer, welke hulp geeft. Maar ook wanneer dat niet wenselijk is. Het is noodzakelijk om in dit handboek alle professionele en particuliere organisaties op te sommen. Het is belangrijk deze lijst up-to-date te houden. PROFESSIONALE HULPORGANISATIES 1. Het Platform zou het informatie- en coördinatiepunt kunnen zijn iedereen die zich bezighoudt met de hulp aan (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers. Het Platform zorgt voor bekendheid van hun werkzaamheden en onderhoudt een website. 2. Professionele medewerkers moeten met input van vrijwilligers kritisch durven kijken naar de gang van zaken in een asielprocedure. Juist op deze manier kan de kwaliteit van de procedure beter gewaarborgd worden. VRIJWILLIGERS 1. Het Platform kan bemiddelen tussen vrijwilligers en professionele hulporganisaties als vrijwilligers meer informatie nodig hebben over de status van asielzoekers en hun kansen op een verblijfsvergunning. Het Platform kan ook de brenger zijn van ‘slecht nieuws’ boodschappen en doorverwijzen naar hulp bij terugkeer.
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS
23
2. Vrijwilligers kunnen asielzoekers morele ondersteuning en zorg bieden, zij kunnen zich als maatjes opstellen van asielzoekers en relaties opbouwen zonder beloften te doen die zij niet waar kunnen maken. Eventueel kunnen zij maaltijden en tijdelijk onderdak bieden of advocaatkosten betalen als er nog hoop is op een verblijfsvergunning. De Raad van Kerken of Ravelijn zou hierin een bemiddelende rol kunnen spelen. 3. Voor asielzoekers die helemaal geen kans meer maken om te kunnen blijven, is het belangrijk dat vrijwilligers hen geen valse hoop geven maar hen bemoedigen en toerusten voor een terugkeer naar hun eigen land. 4. De Raad van Kerken kan kerken beter informeren over de hulp die door professionele instanties aan (bijna) uitgeprocedeerde asielzoekers word gegeven.
RAPPORT (BIJNA) UITGEPROCEDEERDE ASIELZOEKERS