Bijlage A. Verslag AB

Bijlage A.

Verslag AB 25-03-2013

2013.06.24/04 Overleg: Vergadering van het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht Datum: 25 maart 2013 Vastgesteld op: Aanwezig Gemeente AMERSFOORT

De heer L.M.M. Bolsius

Burgemeester

Gemeente BAARN

De heer jhr. M.A. Röell

Burgemeester

Gemeente BUNNIK

De heer H.M. Ostendorp

Burgemeester

Gemeente BUNSCHOTEN

De heer M. van de Groep

Burgemeester

Gemeente DE BILT

De heer A.J. Gerritsen

Burgemeester

Gemeente DE RONDE VENEN

De heer M. Divendal

Burgemeester

Gemeente EEMNES

De heer R. van Benthem

Burgemeester

Gemeente HOUTEN

De heer R. Boekhoven

Burgemeester

Gemeente IJSSELSTEIN

De heer drs. P.C. van den Brink

Burgemeester

Gemeente LEUSDEN

Mevrouw drs. A. Vermeulen

Burgemeester

Gemeente LOPIK

Mevrouw mr. R.G. Westerlaken-Loos

Burgemeester

Gemeente MONTFOORT

De heer E.L. Jansen BA

Burgemeester

Gemeente NIEUWEGEIN

De heer F.T.J.M. Backhuijs

Burgemeester

Gemeente OUDEWATER

De heer mr. drs. P. Verhoeve

Burgemeester

Gemeente RHENEN Gemeente SOEST Gemeente STICHTSE VECHT

De heer drs. J.H.A. van Oostrum De heer dr. G. Mik Mevrouw drs. M.M. van 't Veld

Burgemeester Burgemeester Burgemeester

Gemeente UTRECHT

De heer mr. A. Wolfsen

Burgemeester

Gemeente UTRECHTSE HEUVELRUG

De heer G.F. Naafs

Burgemeester

Gemeente VEENENDAAL

De heer mr. A.W. Kolff

Burgemeester

Gemeente VIANEN

De heer W.G. Groeneweg

Burgemeester

Gemeente WIJK BIJ DUURSTEDE

De heer T. Poppens

Burgemeester

Gemeente WOERDEN

De heer V.J.H. Molkenboer

Burgemeester

Gemeente WOUDENBERG

Mevrouw T. Cnossen-Looijenga

Burgemeester

Veiligheidsregio Utrecht

De heer dr. P.L.J. Bos

Secretaris

RAVU

De heer J.P. Versluis arts MBA

Directeur-bestuurder

Provincie Utrecht GG&GD Utrecht

De heer J.R. Lolkema Mevrouw H. Linden

Sr. Beleidsmedewerker Directeur publieke gezondheid

Gemeente RENSWOUDE Gemeente ZEIST Politie Midden-Nederland Gemeente MONTFOORT

De heer W.J. Dekker De heer drs. J.J.L.M. Janssen Mevrouw drs M.H.C. Barendse De heer E.L. Janssen BA

Burgemeester Burgemeester Politiechef

Openbaar ministerie

De heer mr. dr. J.R. Bac

Hoofdofficier van justitie

Waterschap

De heer P.J.M. Poelmann

Dijkgraaf

Afwezig

Steller Telefoon E-mail

Burgemeester

G. Cunnen 088 878 3618 [email protected] 1

Agendapunt 01. Opening Toelichting

De voorzitter heet de heer Molkenboer welkom als nieuw AB-lid.

Agendapunt 02. Mededelingen Gevraagd besluit

Kennis te nemen van de mededelingen uit de bijlage Mededeling 3 Stand van zaken gemeentelijke besluitvorming over wijziging gemeenschappelijke regeling De voorzitter is benieuwd hoe het staat met de besluitvorming in de verschillende gemeenten. De heer Kolff geeft aan dat er een versie met taal- en andere fouten in routing is. Gemeente Veenendaal wil de juiste versie afwachten alvorens deze in de raad te brengen. De heer Bos antwoordt dat er inderdaad helaas een versie is toegestuurd met daarin een aantal taalfouten en spelfouten. Verbeterde versie voor publicatie is inmiddels rondgestuurd. De voorliggende versie is inhoudelijk juist. Aanstaande wijzigingen in gemeenschappelijke regelingen zitten er aan te komen. Daarvan is echter afgesproken deze niet in deze ronde mee te nemen. De heer Gerritsen doet verslag van de discussie in de raad van De Bilt over de wijziging van de gemeenschappelijke regeling. Rode lijn is onbegrip en angst om los te laten. Discussie over toevoeging van bepaling dat gemeenten garant staan voor tekorten van de veiligheidsregio. Ondanks uitleg over voorwaardelijkheid voor kredietfaciliteit BNG voelt de raad zich ongemakkelijk bij het op afstand staan van grote gemeenschappelijke regelingen. Verzoek om in VRU verband na te denken over hoe de gemeenten bij de les gehouden kunnen worden, inhoudelijk en ten aanzien van het juridische kader (verplichte gemeenschappelijke regeling op basis van de wet). De heer Divendal vraagt naar de wijze van vaststelling van de regeling. De heer Ostendorp vraagt of de tweede versie inhoudelijk hetzelfde is. Ja, aldus de voorzitter. De heer Bos onderschrijft van harte het aanhaken van en uitleg geven aan de raden. Bij de volgende wijziging van de gemeenschappelijke regeling is daar aandacht voor. Daarnaast binnen DB en DT nu al nadenken over hoe de raden te informeren over wat voor soort gemeenschappelijke regeling de VRU is en wat dat betekent voor de positie van de gemeente en van de gemeenteraad. De heer Bos zegt toe altijd bereid te zijn een toelichting te verzorgen in de raad. Op de vraag van de heer Divendal over de inwerkingtreding van de nieuwe gemeenschappelijke regeling antwoordt de heer Bos dat dat is per 1 mei 2013. Publicatie van de regeling dient dus daarvóór plaats te vinden. Een wijziging van deze gemeenschappelijke regeling komt tot stand bij gelijkluidende besluiten van de colleges en de burgemeesters van de gemeenten die een meerderheid van het aantal inwoners van alle gemeenten vertegenwoordigen.



Mededeling 1 Preventieonderzoek De heer Kolff vraagt wat het onderzoek financieel gaat opleveren in het licht van de bezuinigingen. Dat weten we nog niet, aldus de heer Bos. Preventieonderzoek ligt er, maar gekeken moet worden hoe de uitkomsten matchen met de implementatie van de WABO. Duidelijk moet zijn waar taken worden belegd ( VRU of ODRU). Op basis daarvan is een beeld over de benodigde VRU-capaciteit te geven. Afstemming tussen ODRU en VRU is komende maand aan de orde. In een volgend AB kan de heer Bos hier waarschijnlijk meer helderheid over geven. Mevrouw Cnossen vraagt of het preventieonderzoek ook nog wordt betrokken bij de nieuwe indeling van de districten. Volgens de heer Bos is het een vraag naar aantallen en naar inhoud. De voorzitter geeft aan dat dit onderwerp expliciet terug komt bij agendapunt 6. Mededeling 7 Planning totstandkoming crisisplan De heer Bolsius meldt dat er nog verschillende werkgroepen aan de slag zijn met het crisisplan. Het kan toch niet zo zijn dat die nog bezig zijn, terwijl er al een concept crisisplan ligt. Daarnaast doet hij de oproep om de raden hier bij te betrekken. Tenslotte merkt hij op dat consultatie is gepland in de maanden augustus t/m oktober, die periode valt midden in de vakantie. Mevrouw Westerlaken zal de consultatie zo mogelijk verschuiven (september t/m november). Zij zorgt ervoor dat de (gemeentelijke) ondersteunende werkgroepen niet overvallen worden door de planning. Mondelinge mededeling De heer Gerritsen laat weten dat De Bilt en de VRU op ambtelijk niveau tot een vergelijk over het lopende financiële geschil zijn gekomen. De Bilt is tevreden met de wijze waarop een en ander is afgerond.

Besluit

Mondelinge mededeling De heer Bos informeert de AB leden over het probleem met informatievoorziening over chloortransporten door regio Utrecht (half maart tot half april). Hij heeft hier contact over gehad met Prorail en het ministerie en I&M. VRU zal er alles aan doen om dit beter te gaan regelen, ook in landelijk perspectief. Gemeenten zijn op de hoogte. De heer Molkenboer geeft de heer Bos zijn complimenten voor diens snelle interventie. Conform gevraagd besluit

Agendapunt 03. Ingekomen stukken Gevraagd besluit


Af te doen in overeenstemming met de voorstellen, zoals verwoord in de bijlage. Ingekomen stuk 11 Aanbieding Tussenbalans landelijke werkgroep Natuurbranden De heer Röell wil graag in de voorbereiding op dit onderwerp betrokken worden. Mevrouw Cnossen sluit zich aan bij deze opmerking. De heer Ostendorp verzoekt om een bijeenkomst van de


commissie brandweer, immers in die commissie zou dit onderwerp aan de orde moeten komen. De heer Van den Brink, voorzitter van deze commissie, pleit ervoor om bij elkaar te komen als commissie. Dreigingsniveau Nederland opgeschroefd van gemiddeld naar substantieel, aldus de voorzitter. In beslotenheid komt de voorzitter hier op terug.

Besluit

De heer Kolff merkt op dat de reactie van Veenendaal over de wijziging van de gemeenschappelijke regeling ontbreekt bij de ingekomen stukken. Ten aanzien van ingekomen stuk 10 convenant samenwerking Rijkswaterstaat, Hoogheemraadschappen en Waterschappen, vraagt de heer Kolff wat de inhoud is van dit convenant en of er ook al planvorming voor een scenario dijkdoorbraak Grebbedijk is? Ten aanzien van ingekomen stuk 14 aankondigingsbrief inspectieonderzoek naar dekkingsplannen en opkomsttijden vraagt de heer Kolff waarom dit nu pas gebeurt, men is daar al twee jaar over bezig. De heer Bos heeft geen antwoord op de specifieke vraag over de dijkdoorbraak, maar laat dit uitzoeken. Het convenant is een algemeen convenant voor de samenwerking tussen de VRU en alle waterschappen. Het inspectieonderzoek is het tweede onderzoek van de Inspectie V en J, aldus de heer Bos. De heer Frek vult aan dat vorig jaar het eerste onderzoek heeft plaatsgevonden. Daar kwam uit dat de VRU in 67% van de gevallen de opkomsttijden gehaald. Opkomsttijden worden nu periodiek gemonitord. Conform gevraagd besluit

Agendapunt 04. Conceptverslag vorige vergadering Gevraagd besluit Besluit

Het conceptverslag inclusief de besluitenlijst vast te stellen. Conform gevraagd besluit

Agendapunt 05. Bezuinigingen en financiering VRU Gevraagd besluit

1. Aan de VRU een tweede tranche bezuinigingsopdracht van 5% van de gemeentelijke bijdrage op te leggen, en opdracht te geven hiertoe voorstellen uit te werken op basis waarvan nog dit jaar dient te worden besloten over de invulling van deze tranche, naar inhoud en tempo. 2. In principe in te stemmen met het verminderen van het aantal districten van vijf naar drie, en ten behoeve van finale besluitvorming opdracht te geven voor het uitwerken van organisatievoorstellen die inzicht geven in de voor- en nadelen van schaalverandering op basis van een breed afwegingskader. 3. In te stemmen met het doen van onderzoek naar de uitwerking van twee financieringsmodellen, en opdracht te geven om



aanbevelingen te doen voor de keuze van een model, de daarbij passende overgangsmaatregelen en (in dat kader) de eventuele inzet van een tweede tranche bezuinigingsrealisatie. 4. In te stemmen met de inhuur van externe expertise ten behoeve van de uitwerking van beslispunt

Toelichting

5. De heer Naafs leidt als portefeuillehouder het onderwerp in. Hij maakt er melding van dat sprake is van een helder stuk. De eerste tranche 5% is inmiddels structureel ingevuld, dat is terug te zien in de begroting 2014. De heer Van Oostrum merkt op dat ten aanzien van de vermindering van het aantal districten, de voor- en nadelen nog niet op de rit staan. Pas daarna definitief beslissen. Op pagina 3 en 4 staan enkele abstracte teksten over bezuinigingen en basiszorgniveau en maatwerk. Daar kun je alle kanten mee op. Dit baart hem zorgen. In de media wordt geroepen dat de opkomsttijden brandweer op niets gebaseerd zijn. Hoe verhoudt zich dit tot het dekkingsplan en de bezuinigingen? De heer Divendal wil nu al een slag maken voor mogelijke bezuinigingen begroting 2014. Immers, in juni 2013 eerste besluitvorming in DB en AB, dat heeft pas effect voor de begroting 2015. Dat duurt te lang. De heer Röell sluit aan bij de opmerking van de heer Van Oostrum over de districten; eerst in beeld brengen wat de gevolgen zijn. Er is daarnaast diversiteit te veronderstellen in de districten over hoe zij zijn ingedeeld. De heer Van Benthem heeft ook behoefte aan het op een rij zetten van de voor- en nadelen. Ten aanzien van een nieuw systeem met instapmodellen pleit hij voor transparantie, welke afspraken worden er onderling gemaakt. Ook graag afspraken maken over trendmatige financiering van de VRU, hoe gaan we de komende jaren gezamenlijk trap op / trap af. De heer Poppens vraagt om de beslispunten duidelijker en concreter te formuleren. Hij wil aan de voorkant de voor- en nadelen districten zien. Verder dient de samenhang tussen de 5% besparing en de financieringsmodellen goed duidelijk te zijn. Hij ziet niets terug over vastgoed, wordt dat nu wel of niet al meegenomen? De heer Ostendorp complimenteert de VRU met de huidige vertaling van de gehouden tweedaagse, de richting is goed. Wel de vraag of het nog een beetje sneller kan. De heer Bolsius wijst op het uitgangspunt dat in het bestuur is vastgesteld dat gemeenten niet meer zouden gaan betalen dan op dit moment in relatie tot het nu te houden onderzoek naar de financieringsmodellen. Samen uit samen thuis gevoel moet



gerealiseerd worden, dat is een lastige opgave. Mevrouw Cnossen geeft haar complimenten voor deze stap verder. Voorts noemt zij een aantal aandachtspunten; Heeft het gemeentefonds alleen betrekking op de brandweer of op meer aspecten van veiligheid; Aandacht voor de communicatie bij het onderwerp districten; Bij een nieuwe districtsindeling vraagt zij aandacht voor kwaliteitszorg, nog steeds de ‘8’ graag’ De heer Backhuijs vraagt bij punt 3 nadrukkelijk de huisvesting mee te nemen, in ieder geval de financiële kant. Daarnaast niet te snel zijn, ruimte voor overgangsmaatregelen nodig. Mevrouw Van ’t Veld is blij met de formele vastlegging van de tweede tranche van 5%, nu geen onduidelijkheid daar meer over. Zij pleit er voor om in juni het signaal af te geven voor een bezuinigingsopgave in 2014. Verder maakt zij een voorbehoud ten aanzien van fixatie in relatie tot onderzoek financieringsmodellen. De heer Boekhoven vindt dat het niet aan gaat om een paar gemeenten op te zadelen met extra lasten die hen in de problemen brengen. Er zijn grote verschillen tussen gemeenten wat dat betreft. Bij aanvang regionalisering heeft Houten op geplust en zaken op orde gebracht, daar wordt Houten nu in feite voor gestraft. Hij heeft geen behoefte aan een onderzoek; bovendien zou een dergelijk onderzoek door de VRU zelf uitgevoerd moeten kunnen worden. Spreker vindt een verdeling op basis van het gemeentefonds onaanvaardbaar. De gemeente Houten wil fixatie. De historische benadering blijft voor Houten het uitgangspunt, fixatie zonder herverdelingseffect. Ten aanzien van de herverdeling van de districten merkt hij op dat eerst nader onderzoek nodig is. De heer Kolff sluit aan bij Houten. Hij geeft aan dat de tweede tranche 5% los gezien moet worden van de financieringssytematiek, dit is zo besproken in de bestuur tweedaagse. De heer Verhoeve vindt het een goed voorstel. Ten aanzien van de snelheid, vraagt hij of de voorstellen met betrekking tot de tweede tranche 5% te verwachten zijn vóór 1 juli. Met betrekking tot de herverdeling van de districten merkt hij op dat er makkelijk van wordt uitgegaan dat vermindering van het aantal ook goedkoper is. Overigens is Oudewater voor onderzoek naar een nieuwe financieringssytematiek. De heer Gerritsen meent dat het voorstel bijdraagt aan het onttakelen van de gedachte dat er nog gemeentelijke brandweer bestaat. Huidige systeem draagt nog teveel bij aan het in standhouden van het idee dat we allemaal een eigen brandweer hebben. De heer Wolfsen stemt in met het voorstel namens de gemeente Utrecht. Gaarne op tijd aanbieden aan de raden. Precisie van de 5%, wanneer wordt tweede bezuinigingsronde ingeboekt?



De heer Van den Brink meldt dat er afgelopen week overleg is geweest van de bestuurlijke adviescommissie Veiligheidszorg op Maat, ten aanzien van het dekkingsplan is voor de financiële analyse geabstraheerd van huisvestingkosten, maar in de praktijk blijkt dit onwerkbaar. Doorkijkje tweedaagse ten aanzien van huisvesting van de uitruklocaties zit nog discussie in, daar moet goed naar gekeken worden. De portefeuillehouder, de heer Naafs, antwoordt dat het voorstel een bepaalde lijn voorstaat, daar gaat het om. In de uitwerking worden de opmerkingen van de diverse collega’s meegenomen. De eerste tranche 5% is structureel ingeboekt in de begroting 2014. In reactie op de vraag of de tweede tranche 5% ook ingeboekt wordt in de begroting 2014, meldt de heer Naafs dat daar nog geen duidelijkheid over is. Zorgvuldigheid is geboden en de raden dienen betrokken te worden. Overigens is het zeker van belang om de eerdere uitgangspunten ook een plek in het proces te laten krijgen. De heer Bos vult aan dat het inderdaad een richtinggevend voorstel is. Verwijzend naar het besluitvormingstempo, via de colleges naar de raden, geeft hij aan dat de Vru van harte bereid is zaken helder en transparant bij de raden voor het voetlicht te brengen en dat dit ook ingepland zal worden. Besluit

Conform gevraagd besluit, met dien verstande dat de discussie over de districtsindeling terug komt op de agenda.

Agendapunt 06. Rampbestrijdingsplannen Gevraagd besluit

De rampbestrijdingsplannen S.C. Johnson te Mijdrecht; Gulf Oil te Loenen; Van Appeldoorn te Woudenberg en NDL te Veenendaal vast te stellen.

Toelichting

Naar aanleiding van het voorstel merkt mevrouw Van ’t Veld op dat Gulf Oil gevestigd is in Nigtevegt en niet in Loenen. De heer Bolsius vraagt hoe het zit met de niet wettelijk verplichte plannen. Daar zou nog een voorstel voor komen. De heer Bos zegt toe dat er in een volgend DB gerapporteerd zal worden over niet verplichte plannen inclusief de oefenverplichtingen. Op de vraag van de heer Kolff of er zienswijzen waren, antwoordt de heer Bos dat er geen zienswijzen zijn ontvangen op de rampbestrijdingsplannen.

Besluit

Het AB besluit conform.

Agendapunt 07. Convenant RTV-Utrecht Gevraagd besluit


1. Het Convenant Calamiteitenzender RTV Utrecht vaststellen. 2. De burgemeesters verzoeken om als burgemeester van hun gemeente, en niet als lid van het algemeen bestuur, de voorzitter van het AB VRU te machtigen om het convenant calamiteitenzender RTV Utrecht namens hen te tekenen. G. Cunnen 088 878 3618 [email protected] 7

Toelichting

De heer Bolsius vraagt zich af of een officiële mededeling namens de hulpdiensten net zoveel autoriteit uitstraalt als een officiële mededeling afkomstig van de burgemeester. De heer Bos beaamt dit. De burgemeester heeft de verplichting om te informeren. Kan worden benadrukt in de protocollen. De heer Verhoeve merkt ten aanzien van artikel 6 op dat het lijkt alsof de zender een keuze heeft om het programma te onderbreken of niet. De heer Gerritsen vraagt wat er over blijft van de journalistieke kant van de zender bij rampen. Is het onderwerp vrije nieuwsgaring besproken met RTV-Utrecht? De heer Bos geeft aan dat de calamiteitenzender primair een radio aangelegenheid is. In de praktijk ook tv. Indien aanscherping nodig is in de tekst, komt daar een gesprek over. Vrije nieuwsgaring is altijd een lastig onderwerp, het is een kwestie van elkaar kennen en elkaar wat gunnen. De heer Gerritsen merkt op dat parallelle uitzending door beide functies spanning geeft. Vrije nieuwsgaring voor alles, maar maak kenbaar wanneer er vanuit de functie van calamiteitenzender wordt uitgezonden. De voorzitter constateert dat de vraag is hoe er feitelijk met deze bepaling wordt omgegaan. Verzoek aan de heer Bos om hierover overleg te plegen met de directeur van RTV Utrecht.

Besluit

Conform gevraagd besluit

Agendapunt 08. Procedure alarmering bevolking/mandatering inzet WAS – NL-Alert - Calamiteitenzender Gevraagd 1. De procedure alarmering bevolking vast te stellen. besluit 2. De burgemeesters te verzoeken om, als burgemeester van hun eigen gemeente, mandaat te verlenen aan de algemeen directeur VRU voor de inzet van WAS – NL Alert – Calamiteitenzender in acute, zeer spoedeisende situaties conform aangeleverd format. Vast te stellen dat het mandaat aan de algemeen directeur de bevoegdheid verschaft om ondermandaat te verlenen aan de operationeel leider van dienst.

Besluit

Agendapunt 08.A


Mevrouw Van ’t Veld merkt op dat er nauwelijks situaties zijn dat de burgemeester onbereikbaar is. Zij vraagt om preciezer aan te geven wat de reikwijdte van het besluit is en graag aangeven dat het om een acute situatie gaat (artikel 1 van het format mandaatbesluit). De heer Bos antwoordt dat de operationeel leider altijd zal schakelen met de burgemeester, maar dat bijvoorbeeld een emissie van gevaarlijke stoffen heel snel handelen vereist. Conform gevraagd besluit, met mandaat aan het DB om reikwijdte van het besluit te preciseren.

Extra agendapunt: Implementatie Wet publieke gezondheid


Toelichting

Mevrouw Westerlaken vraagt aandacht voor de nagezonden memo Stand van zaken implementatie Wet publieke gezondheid en de startnotitie van bureau KokxDeVoogd. Zij geeft een korte toelichting op het proces.

Agendapunt 09. Huisvesting VRU Centraal Toelichting

Dit agendapunt is in een besloten deel van de vergadering behandeld.

Agendapunt 10. Rondvraag Toelichting

De heer Van Benthem memoreert de grote brand van 22 maart jl. in Eemnes en de commotie die ontstaan is over de opschaling. Specialisme rietkap moest uit Cothen komen (40 km verderop), terwijl in Laren, de buurregio, specialistische kennis aanwezig is op dit gebied. Ook in geval van een tweede brand wordt er opgeschaald via de Utrechtse methode en niet via de buurregio. Verzoek om daar naar te kijken. De heer Bos antwoordt dat het anders had gemoeten. Als het via een andere regio sneller kan, moeten we dat doen. Volgens de heer Van Benthem moet het systeem van opschaling anders, hij verwijst daarbij naar het systeem bij de ambulance. De heer Divendal vraagt aandacht voor het goed bezet kunnen houden van posten door vrijwilligers. Dit is soms een probleem vanwege het feit dat brandweer vrijwilligers geen prioriteit krijgen bij woningtoewijzing. Is dit probleem bekend bij de VRU. De heer Gerritsen geeft aan dat deze problematiek in De Bilt opgelost te hebben door gebruik te maken van de hardheidsclausule. De heer Verhoeve vraagt om eerdere toezending van de stukken voor de AB-vergadering. De heer Bos zegt toe hier gevolg aan te geven. De heer Boekhoven vraagt aandacht voor het rapport van de commissie Cohen.



Bijlage A. Verslag AB

Recommend Documents