De Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Sociaal Domein Limburg-Noord
Bijlage 2 Beschrijving domeinen en percelen Sociaal Domein Limburg-Noord 2016
Referentienummer: MGR2016
Datum: oktober 2015
© Gehele of gedeeltelijke overneming of reproductie van de inhoud van dit document, op welke
wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteursrechthebbende is verboden, behoudens de beperkingen bij de wet gesteld. Het verbod betreft ook gehele of gedeeltelijke bewerking.
Pagina 1 van 80
Inhoudsopgave LEESWIJZER EN SAMENVATTING ........................................................................................... 3 DOMEIN 1 1.1 1.2 1.3 1.4
TOEGANG EN BASISONDERSTEUNING .......................................................... 12
P ERCEEL 1. T OEGANG ................................................................................................... P ERCEEL 2. BASISONDERSTEUNING (ENKEL VENLO ) ........................................................... P ERCEEL 3. GEZINSCOACHES ......................................................................................... P ERCEEL 4. REGIONAAL TEAM SPECIFIEKE DOELGROEPEN (ENKEL VENLO) ............................
18 19 22 22
DOMEIN 2 SPECIALISTISCHE DESKUNDIGHEID BIJ OPSTELLEN ONDERSTEUNINGSPLAN ................................................................................................................................................ 25 DOMEIN 3 DAGBESTEDING ................................................................................................... 27 3.1 3.2 3.3 3.4
I NLEIDING ..................................................................................................................... P ERCEEL 1. OPEN I NLOOP .............................................................................................. P ERCEEL 2. I NLOOP GGZ ............................................................................................... P ERCEEL 3. MAATWERKVOORZIENINGEN DAGBESTEDING ....................................................
27 28 29 29
DOMEIN 4 MAATWERKDIENSTEN JEUGD ............................................................................. 34 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 4.13 4.14 4.15
A LGEMENE INLEIDING ..................................................................................................... A. SPECIALISTISCHE JEUGDHULP ..................................................................................... B. J EUGD-GGZ (J-GGZ) ................................................................................................ P ERCEEL 1. GENERALISTISCHE BASIS J-GGZ ................................................................... P ERCEEL 2. SPECIALISTISCHE J-GGZ .............................................................................. C. H ULP AAN JEUGDIGEN MET EEN BEPERKING .................................................................. P ERCEEL 3. BEGELEIDING INDIVIDUEEL EN PERSOONLIJKE VERZORGING ............................... P ERCEEL 4. L OGEREN .................................................................................................... P ERCEEL 5. E XTRAMURALE BEHANDELING VG ................................................................... P ERCEEL 6. I NTRAMURALE BEHANDELING (L)VG ............................................................ P ERCEEL 7. BESCHERMD WONEN ................................................................................. D. J EUGD- EN OPVOEDHULP : PERCEEL 8. OPVOED- EN OPGROEIHULP ............................... E. PLEEGZORG (PERCEEL 9) ........................................................................................ F. NAZORG (PERCEEL 10) ........................................................................................... G. OVERIG (PERCEEL 11) ............................................................................................
34 37 39 41 41 44 45 48 50 50 51 53 54 55 55
DOMEIN 5 MAATWERKDIENSTEN WMO ................................................................................ 56 5.1 5.2 5.3 5.3
P ERCEEL 1. BEGELEIDING INDIVIDUEEL EN PERSOONLIJKE VERZORGING ............................... P ERCEEL 2. L OGEREN .................................................................................................... P ERCEEL 3. BESCHERMD WONEN .................................................................................... P ERCEEL 4. ONDERSTEUNING HUISHOUDELIJK WERK ..........................................................
56 61 62 64
DOMEIN 6 MAATWERKDIENSTEN PARTICIPATIE ................................................................. 66 6.1 6.2 6.3 6.4
P ERCELEN MAATWERKDIENSTEN PARTICIPATIE ................................................................. P ERCEEL 1. RE-INTEGRATIE ............................................................................................ P ERCEEL 2. PARTICIPATIE .............................................................................................. P ERCEEL 3. L OONWAARDEMETING ...................................................................................
66 67 68 68
DOMEIN 7 OVERIGE DIENSTEN ............................................................................................. 70 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
P ERCEEL 1. ONDERSTEUNEN EN TRAINEN VRIJWILLIGERS ................................................... P ERCEEL 2. VERGROTEN DRAAGKRACHT INFORMELE ZORG ................................................. P ERCEEL 3. ONAFHANKELIJKE CLIËNTONDERSTEUNING ...................................................... P ERCEEL 4. MAATSCHAPPELIJKE OPVANG ......................................................................... P ERCEEL 5. BEMOEIZORG EN PREVENTIE ......................................................................... P ERCEEL 6. ONDERSTEUNING ALGEMENE VOORZIENINGEN .................................................. P ERCEEL 7. I NDIVIDUELE BEGELEIDING ASIELGERECHTIGDEN (ENKEL VENLO) ........................ P ERCEEL 8. BEWONERSONDERSTEUNING (ENKEL VENLO ) ...................................................
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
70 71 71 72 76 77 77 78
Pagina 2 van 80
Leeswijzer en samenvatting Om u behulpzaam te zijn bij een efficiënte indiening van de documenten en verklaringen hebben we in deze bijlage een beschrijving opgenomen van de 7 domeinen en 33 percelen. Zo kunt u snel zien welke domeinen en percelen voor u van toepassing zijn. Domein 1. Toegang en Basisondersteuning De diensten die hierin worden aangeboden zijn ondersteunend aan de gemeente waarbij geldt dat de aanbieder personeel en kennis ter beschikking stelt en de gemeente de regie voert. 1.1
1.2
1.3
1.4
Perceel 1. Toegang Deze diensten zijn ondersteunend bij het opstellen van het ondersteuningsplan voor de burger. Het betreft laagdrempelige ondersteuningsvragen op het gebied van wonen, werken, zorg, veiligheid en welzijn. Perceel 2. Uitvoeringsteams (enkel Venlo) De werkzaamheden betreffen het voeren van regie op de uitvoering van een ondersteuningsplan en het leveren van basisondersteuning op het gebied van: Ondersteuning bij huishoudelijk werk; Begeleiding individueel; Gezinscoaches Maatschappelijk werk (hulpverlening). (Ondersteuning bij huishoudelijk werk voor de overige 6 gemeenten wordt ingekocht onder domein 5 perceel 4. Individuele begeleiding niet zijnde onderdeel van het uitvoeringsteam wordt ingekocht onder domein 5 perceel 1). Perceel 3. Gezinscoaches De gezinscoaches vormen als generalisten de kern van het nieuwe jeugdstelsel en spelen een cruciale rol in het verbeteren van de samenwerking rond gezinnen, het verhogen van de kwaliteit van jeugdhulp en het terugdringen van het gebruik van specialistische voorzieningen. De gezinscoach ziet toe op de veiligheid en de ontwikkeling van het kind en zorgt voor een integrale aanpak met zo min mogelijk verschillende gezichten (instellingen) voor het gezin. Perceel 4. Regionaal team specifieke doelgroepen (enkel Venlo) Het regionaal interventieteam maakt onderdeel uit van het Zorg- en Veiligheidshuis Limburg-Noord. Doel van het Zorg- en Veiligheidshuis is onder meer het bieden van snelle en effectieve ondersteuning voor de burger, het stabiliseren en herstellen van de situatie en voorkoming van herhaling of verder afglijden.
Domein 2. Specialistische deskundigheid bij opstellen ondersteuningsplan Bij het opstellen van en regie voeren op het ondersteuningsplan kan door de opsteller(s) worden besloten om specialistische deskundigheid in te schakelen. Hierbij moet worden gedacht aan verduidelijking bij complexere vraagstukken waarvoor de leden van het wijkteam of gezinscoaches niet de juiste expertise bezitten. Hierbij gaat het uitdrukkelijk niet om specialistische expertise die in de uitvoering wordt ingezet of bij de nadere uitwerking van het behandelplan wordt ingezet. Dat zijn werkzaamheden die onder de maatwerkdiensten worden uitgevraagd. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 3 van 80
Domein 3. Dagbesteding Dagbesteding speelt een belangrijke rol bij het langer leven in de eigen omgeving. In een omgeving waarin burgers, maatschappelijke partners en overheid samen de sociale cohesie versterken, heeft een dagvoorziening een belangrijke functie. De dagvoorzieningen zijn een buffer tussen thuis wonen en langdurige zorg en daarmee een belangrijk instrument in de Wmo. 3.1
3.2
3.3
Perceel 1. Open inloop Dit betreft een laagdrempelige voorziening die wordt vormgegeven door vrijwilligers waarbij de professional een ondersteunende/faciliterende rol vervult richting de vrijwilligers. Deze voorziening wordt in twee varianten uitgevraagd namelijk de integrale algemene voorziening dagbesteding en alleen de begeleiding door de professional. De deelnemers kunnen in een groep functioneren, hebben geen zware zorgbehoefte en kunnen gebruik maken van standaard toegankelijke locaties. Perceel 2. Inloop GGZ Deze aparte voorziening is bestemd voor bijzondere (groepen) burgers die zich moeilijk (laten) mengen met andere burgers. Deze is specifiek geschikt voor personen met bepaalde vormen van mogelijke c.q. veronderstelde problematieken, bijvoorbeeld: verslavingsproblematiek; psychiatrische problematiek; ernstige psychosociale problemen op meerdere levensgebieden. Vanwege de problematiek bij deze personen begeleidt een beroepskracht (professional) de vrijwilligers in de ondersteuning van de deelnemers. Perceel 3. Maatwerkvoorzieningen dagbesteding Activiteiten worden collectief aangeboden waarbij maatwerk geboden wordt. Dit maatwerk sluit aan op de aard van de beperking en van het individu en zijn of haar mogelijkheden en is afhankelijk van de activiteit zelf. De professional is de inhoudsdeskundige. De professional signaleert wanneer begeleiding opgeschaald of afgeschaald wordt en neemt vervolgens het initiatief richting de Regisseur. De professional is het aanspreekpunt voor de deelnemer, de mantelzorger en voor de vrijwilliger. Deze dagbestedingsvoorziening wordt aangeboden in de categorieën licht, midden en zwaar. (Individuele begeleiding kan alleen worden ingezet als de betreffende opdrachtnemer ook een Raamovereenkomst voor domein 4 (Jeugd) en/of domein 5 (Wmo) heeft).
Domein 4. Maatwerkdiensten Jeugd De regio Noord-Limburg richt zich op alle jeugd waarbij de focus ligt op het normale opgroeien en opvoeden. Elk kind is uniek en ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. Wij willen als regio een positieve en stimulerende basis bieden waarin kinderen zich optimaal ontwikkelen en hun talenten ontplooien (positief jeugdbeleid). Het kind staat centraal, maar wel in de context van de eigen opvoedomgeving. Het gezin is de basis en ouders zijn primair verantwoordelijk voor de opvoeding en het welzijn van hun kinderen. Zij worden daarop aangesproken. Dat betekent ook dat zij altijd betrokken worden bij zaken die spelen rond hun kinderen.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 4 van 80
Het gaat bij specialistische jeugdhulp om alle jeugdhulp die niet binnen de competenties en verantwoordelijkheden van de gezinscoach past. Van de specialistische jeugdhulp wordt een tweeledige rol verwacht: I. Dienstverlenende rol voor de gezinscoach gericht op versterking van de functie. De gezinscoach kan terugvallen op de specialistische jeugdhulp als vraagbaak, consultatie en meedenker bij casuïstiek. Dit type zorg is opgenomen in Domein 1 en maakt geen onderdeel uit van Domein 4. II. Inzet van de specialistische jeugdhulp bij het gezin, waaronder diagnostiek, specialistische hulp of andere zorg. 4.1
4.2
4.3
Perceel 1. Generalistische Basis J-GGZ In de Basis GGZ worden mensen behandeld met lichte tot matige problematiek, met een laag-matig risico en enkelvoudig beeld met lage complexiteit. Perceel 2. Specialistische J-GGZ Bij de Specialistische GGZ (SGGZ) gaat het om diagnostiek en specialistische behandeling van (zeer) complexe psychische aandoeningen. De behandeling vindt plaats in een multidisciplinaire context. In dit perceel valt ook Curatieve GGZ-zorg door kinderartsen. Het gaat hierbij om jeugdigen tot en met 18 jaar met gedragsproblemen en psychische stoornissen die zorg ontvangen van kinderartsen in ziekenhuizen of zelfstandige behandelcentra . Het betreft ambulante- en dagbehandeling. Eveneens valt in dit perceel Ernstige enkelvoudige dyslexie, een neurocognitieve functiestoornis die deskundigheid vereist op het gebied van cognitieve informatieverwerking en de toepassing daarvan in diagnostiek en behandeling. Perceel 3. Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging Onder Begeleiding individueel vallen de volgende producten: Begeleiding individueel basis Het bieden van activiteiten gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid die ingezet worden ter voorkoming van opname in een instelling. Begeleiding individueel Basis+ Jeugdigen die zijn aangewezen op ’Begeleiding basis’ en die – door de aard van hun chronische ziekte en beperkingen – naar verwachting begeleiding moeten inroepen buiten de afgesproken vaste tijden. Begeleiding individueel specialistisch Jeugdigen die zijn aangewezen op ’Begeleiding basis’ en die begeleiding nodig hebben in verband met ernstig tekortschietende vaardigheden in het zelfregelend vermogen, en/of bij sociaal-emotionele problematiek die samenhangt met de stoornis, en/of bij de mogelijke integratie in de samenleving en de sociale participatie. Onder Persoonlijke verzorging vallen de volgende producten: Persoonlijke verzorging basis Het ondersteunen bij of overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging (met inbegrip van enige begeleiding bij die activiteiten), gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid. Persoonlijke verzorging basis +
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 5 van 80
4.4
4.5
4.6
4.7
Jeugdigen die zijn aangewezen op “Persoonlijke verzorging basis” en die – door de aard van hun ziekte en beperkingen – naar verwachting persoonlijke verzorging moeten inroepen buiten de afgesproken vaste tijden. Perceel 4. Logeren Logeren is een vorm van respijtzorg die gericht is op het ontlasten van de mantelzorger/verzorger van de jeugdige die thuis woont. Bij logeren verblijft de jeugdige tijdelijk elders waar toezicht en de noodzakelijke zorg geboden wordt. Doel is te voorkomen dat de mantelzorger/verzorger overbelast raakt. Daarmee wordt ook beoogd dat de inwoner langer thuis kan blijven wonen. Logeren basis Logeren basis omvat een verblijf van minimaal 24 uur in een instelling of andere logeermogelijkheid volgens de bed-bad-brood constructie waarbij in elk geval toezicht aanwezig is. Met bed-bad-brood wordt het verblijf en hotelmatige kosten als voeding, wasverzorging en schoonmaken van de kamer bedoeld. Toezicht betekent dat er gedurende de aanwezigheid van cliënten altijd toezicht en eventueel begeleiding beschikbaar moet zijn. Logeren plus Logeren plus wordt niet als apart product uitgevraagd. Indien nodig kan Logeren basis aangevuld worden met extra producten. Perceel 5. Extramurale behandeling VG Het betreft behandeling van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard, gericht op beperking van een verstandelijke handicap, waaronder voorkoming van verergering van gedragsproblemen in verband met deze handicap door het aanleren van vaardigheden en gedrag. Hieronder vallen onder meer ambulante ondersteuning thuis of op school. Perceel 6. Intramurale behandeling LVG Het betreft intramurale (besloten) behandeling van jongeren met een (licht) verstandelijke beperking en complexe, meervoudige problematiek. Er is sprake van BOPZ-toepassing. Het hulpaanbod is een drie milieuvoorziening. Hierbij bevinden wonen, werken/scholing en vrije tijd zich op hetzelfde terrein. Perceel 7. Beschermd wonen Beschermd wonen voor jeugdigen is bedoeld voor jongeren met een psychische of psychiatrische stoornis (GGZ C indicatie) tot 18 jaar. Het gaat om jongeren die (nog) niet zelfstandig kunnen wonen en leven, maar die ook niet naar huis kunnen en die al een heel behandeltraject achter de rug hebben. Bij beschermd wonen gaat het om wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorende toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van de zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de jeugdige of anderen. De punten waarop Beschermd wonen zich onderscheidt van andere vormen van (ambulante) zorg zijn: 1. De zorg is on-planbaar, wanneer een cliënt zorg nodig heeft, is er te allen tijde zorg in de nabijheid;
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 6 van 80
2.
Zorg en toezicht zijn 24 uur per dag bereikbaar en/of beschikbaar en/of aanwezig. Het product Beschermd wonen bevat te allen tijde de elementen Verblijf, Begeleiding en Persoonlijke verzorging. Vanaf zorgzwaartepakket (ZZP) 4 en hoger bevat het aanbod Beschermd wonen ook altijd het element Verpleging. Alle ZZPs Beschermd wonen kunnen geboden worden met of zonder dagbesteding, die alleen wordt geboden wanneer scholing of werk niet aan de orde zijn. 4.8 Perceel. 8 Opvoed- en opgroeihulp Jeugd- en Opvoedhulp is bedoeld voor jeugdigen en gezinnen die ernstige problemen ondervinden met opgroeien en opvoeden en die gezien de aard en ernst van de problematiek de oplossingen (tijdelijk) niet in het eigen netwerk kunnen vinden. Hierin worden de volgende vormen onderscheiden: Ambulante hulp een flexibel en breed en wisselend pakket aan zorgvormen en methodieken die er op gericht zijn de jeugdige en zijn gezinssysteem in‐ en rondom de thuissituatie (buurt, wijk, school, e.d.) zo veel mogelijk te helpen en begeleiden bij het oplossen of zelf kunnen hanteren van de problematiek. Dagbehandeling betreft passende noodzakelijke zorg en ondersteuning die niet in de thuissituatie kan worden geboden in de directe omgeving van de de jeugdige en zijn gezinssysteem. Residentiele hulp uiteenlopende typen van zorg voor jeugdigen in combinatie met verblijf. Een jeugdige wordt in een residentiële voorziening geplaatst wanneer er sprake is van zware problematiek binnen de gezinssituatie en de jeugdige daarbinnen niet veilig kan opgroeien. 4.9 Perceel 9. Pleegzorg Pleegzorg betreft een op zichzelf staande, bijzondere en voor uithuisgeplaatste jeugdigen belangrijke vorm van jeugdhulp. Van zorgaanbieders wordt verwacht dat zij volgens de methodiek “Pleegzorg Limburg” werken. 4.10 Perceel 10. Nazorg Nazorg betreft vervolghulp aan jeugdigen en hun ouders die uitstromen uit de jeugdhulp. Het gaat om jeugdigen die gezinsbegeleiding of dagbehandeling hebben gehad of die bijvoorbeeld in een (gesloten) leefgroep of pleeggezin hebben gewoond. De noodzakelijke vervolghulp en ondersteuning hebben betrekking op de leefgebieden wonen, zorg, onderwijs, vrije tijd, werk en inkomen en/of sociaal netwerk. Het doel is herstel naar het gewone leven en het voorkomen van terugval. Dat kan zijn (weer) thuis gaan wonen of zelfstandig wonen. 4.11 Perceel 11. Overig Met bovenstaande percelen zijn niet alle vormen van jeugdhulp beschreven. Opdrachtgever vraagt u binnen het perceel “Overig” om aanbiedingen uit te brengen voor vernieuwende en innovatieve ondersteuningstrajecten, voor zover u daarbij geen aansluiting kunt vinden in de hiervoor beschreven percelen. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 7 van 80
Domein 5. Maatwerkdiensten Wmo Bij deze voorzieningen worden de volgende speerpunten gehanteerd: de versterking van de eigen kracht; de ondersteuning van het sociaal netwerk; een vroegtijdige signalering en een preventieve aanpak; de zorg zoveel mogelijk in de eigen omgeving van het burger; het concept 1Gezin, 1Plan, 1Regisseur bij ondersteuning, hulp, advies en/of zorg. 5.1
Perceel 1. Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging Het toezicht houden en aansturen van activiteiten op het gebied van het voeren van een huishouden en het eten en drinken als onderdeel van Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL-taken). Deze activiteiten zijn niet gericht op verbeterdoelen maar op het versterken van de eigen kracht en behoud van de zelfredzaamheid waardoor zelfstandig wonen mogelijk blijft. Het betreft mensen met een psychogeriatrische (PG) aandoening/beperking, mensen met psychische klachten (PSY) met beperkingen op het terrein / de terreinen van: 1. Sociale redzaamheid. 2. Het psychisch functioneren. 3. Het geheugen en de oriëntatie. De volgende soorten begeleiding worden hierbij onderscheiden: Begeleiding ‘light’ Het aansturen van schoonmaakwerkzaamheden in huis, van de wasverzorging en/of van eten en drinken. Begeleiding basis Het bieden van activiteiten gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid die ingezet worden ter voorkoming van opname in een instelling of van verwaarlozing. Begeleiding basis+ Idem aan ‘Begeleiding basis’ plus interveniëren in/stabiliseren van de situatie buiten de afgesproken tijden. Begeleiding specialistisch Begeleiden in verband met ernstig tekortschietende vaardigheden in het zelfregelend vermogen, bij sociaal-emotionele problematiek die samenhangt met de stoornis en/of bij de mogelijke integratie in de samenleving en de sociale participatie. (Individuele begeleiding als onderdeel van het uitvoeringsteam wordt door de gemeente Venlo ingekocht onder domein 1 perceel 2).
Het product persoonlijke verzorging kent twee varianten: Persoonlijke verzorging basis Het ondersteunen bij of overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging (met inbegrip van enige begeleiding bij die activiteiten), gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid. Persoonlijke verzorging basis+ Idem aan “Persoonlijke verzorging basis”, maar waarbij de noodzaak van Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 8 van 80
5.2
5.3
5.4
frequent oproepbare zorg aanwezig is. Perceel 2. Logeren Logeren is een vorm van respijtzorg die gericht is op het ontlasten van de mantelzorger/verzorger van iemand die behoort tot de doelgroep van de Jeugdwet of de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en thuis woont. Bij logeren verblijft degene die mantelzorg ontvangt tijdelijk elders, waar toezicht en de noodzakelijke zorg geboden wordt. Logeren basis Logeren basis omvat een verblijf van minimaal 24 uur in een instelling of andere logeermogelijkheid volgens de bed-bad-brood constructie waarbij in elk geval toezicht aanwezig is. Met bed-bad-brood wordt het verblijf en hotelmatige kosten als voeding, wasverzorging en schoonmaken van de kamer bedoeld; Toezicht betekent dat er gedurende de aanwezigheid van cliënten altijd toezicht en eventueel begeleiding beschikbaar moet zijn. Logeren plus Logeren plus wordt niet als apart product uitgevraagd. Indien nodig kan Logeren basis aangevuld worden met extra producten. Perceel 3. Beschermd wonen Beschermd wonen is alleen bedoeld voor mensen met een psychische of psychiatrische stoornis (GGZ-C indicatie) van 18 jaar en ouder. De punten waarop Beschermd wonen zich onderscheidt van andere vormen van (ambulante) zorg zijn: 1. De zorg is on-planbaar, wanneer een cliënt zorg nodig heeft, is er te allen tijde zorg in de nabijheid; 2. Zorg en toezicht zijn 24 uur per dag bereikbaar en/of beschikbaar en/of aanwezig. Het product Beschermd wonen bevat te allen tijde de elementen Verblijf, Begeleiding en Persoonlijke verzorging. Vanaf zorgzwaartepakket (ZZP) 4 en hoger bevat het aanbod Beschermd wonen ook altijd het element Verpleging. Alle ZZP’s Beschermd wonen kunnen geboden worden met- of zonder dagbesteding, die alleen wordt geboden wanneer scholing of werk niet aan de orde zijn. Perceel 4. Ondersteuning huishoudelijk werk Ondersteuning bij huishoudelijk werk zorgt voor een bijdrage in zelfstandig leven en het voeren van een gestructureerd huishouden. De aanbieder levert dienstverlening (overnemen huishoudelijke taken) zodat de cliënt wordt ondersteund bij het behalen van de resultaten op de gebieden schoon en leefbaar huis en schone en draagbare kleding. De aanbieder maakt de vereiste monitoring mogelijk en werkt hier actief aan mee. (Ondersteuning bij huishoudelijk werk voor de gemeente Venlo wordt ingekocht onder domein 1 perceel 2).
Domein 6. Maatwerkdiensten Participatie De instrumenten in het kader van de Participatiewet worden grotendeels via de inzet van publieke dienstverlening vormgegeven. Voor incidentele maatwerkvoorzieningen uit de private markt is er naar verwachting jaarlijks ruimte voor individueel toegesneden voorzieningen. De Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 9 van 80
hieronder vermelde participatiediensten worden op basis van de maatwerkvoorzieningsgedachte gezamenlijk ingekocht. 6.1 Perceel 1. Re-integratie Re-integratie is erop gericht de betreffende burger optimaal te (gaan) laten deelnemen aan het (betaalde) arbeidsproces. 6.2 Perceel 2. Participatie Participatie is erop gericht de betreffende burger zo optimaal mogelijk te laten (gaan) deelnemen aan maatschappelijk relevante en nuttige activiteiten en werkzaamheden met als doel de weerbaarheid, inzetbaarheid en veerkracht van de betreffende burger te optimaliseren alsmede de sociale cohesie met en in de samenleving te helpen bevorderen. 6.3 Perceel 3. Loonwaardemeting De gemeenten gebruiken allen expliciet hetzelfde instrumentarium voor loonwaardemeting, de Dariuz-methodiek. Domein 7. Overige diensten In onderstaande percelen worden de Overige diensten beschreven. 7.1
7.2
7.3
7.4
Perceel 1. Ondersteunen en trainen vrijwilligers We willen dat de kracht van onze burgers meer benut en zichtbaar wordt en dat het zelfsturend vermogen van gemeenschappen toeneemt. Gevraagd wordt om op maat trajecten aan te bieden voor vrijwilligers die zich inzetten op het gebied van informatie en advies, ontplooiing en ontspanning en het bouwen en verbinden van (een) netwerk(en) van vrijwilligers. De trajecten richten zich op: • vergroten van het zelfsturend vermogen van groepen vrijwilligers; • vergroten van de kennis en competenties van de vrijwilliger(s), aansluitend bij de behoefte van vrijwilligers; • matchen van vraag en aanbod van vrijwilligerswerk. Perceel 2. Vergroten draagkracht informele zorg Hierbij wordt gevraagd om op maat trajecten aan te bieden gericht op het vergroten van de draagkracht van informele zorg (mantelzorgers en zorgvrijwilligers) door: • bieden van ondersteuning, training en waardering (blijkend uit de houding van de professional) voor mantelzorgers en zorgvrijwilligers; • bieden van informatie voor mantelzorgers over onder andere regelgeving en mogelijkheden tot ontlasten en respijtzorg; • bieden van mogelijkheden tot ontlasten voor mantelzorgers Perceel 3. Onafhankelijke cliëntondersteuning Onafhankelijke belangenbehartiging van een burger met informatie, advies en algemene ondersteuning die bijdraagt aan het versterken van de zelfredzaamheid en participatie en het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, preventieve zorg, zorg, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen. Perceel 4. Maatschappelijke opvang Hierin zijn de ondersteuning en of begeleiding van burgers en de fysieke voorziening onlosmakelijk met elkaar verbonden: 1. Fysieke voorziening(en) voor het bieden van tijdelijke opvang voor
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 10 van 80
7.5
7.6
7.7
7.8
individuele burgers of gezinnen. Het betreft de volgende functionaliteiten: a. Dag- en nachtopvang b. Trajectbedden c. Crisisopvang d. Daderbedden e. Woonvoorziening maatschappelijke opvang f. Calamiteitenbed g. Vrouwenopvang h. Crisiszorg huiselijk geweld en kindermishandeling i. Inzet Aware j. Intensief casemanagement k. Zwerfjongeren 2. Ondersteuning en of begeleiding van burgers die de thuissituatie hebben verlaten, al dan niet in verband met risico’s voor hun veiligheid als gevolg van huiselijk geweld, en niet in staat zijn op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit hun netwerk zich te handhaven in de samenleving. Perceel 5. Bemoeizorg en Preventie Bemoeizorg en Preventie worden ingekocht voor de openbare geestelijke gezondheidsdoelgroep (OGGZ). Onder bemoeizorg wordt verstaan het vinden, binden en (uiteindelijk middels warme overdracht) toe- dan wel terugleiden (overtuigen) naar zorg van mensen met complexe, ernstige psychische en/of psychosociale problematiek. Bijkomende aspecten zijn vaak verslaving, daken thuisloosheid, verwaarlozing en sociaal isolement. De preventie-activiteiten worden ingekocht met de volgende doelen: a. informeren over de OGGZ problematiek; b. bieden van een platform voor uitwisseling van ervaringen; c. het vinden, binden en toe- dan wel terugleiden naar zorg. Perceel 6. Ondersteuning algemene voorzieningen Het bieden van een projectleider (bruggenbouwer) die binnen een dorpsgemeenschap of wijk burgers stimuleert om als vrijwilligers initiatief te nemen om zo te komen tot voorzieningen binnen wijk of dorp die bijdragen aan de sociale cohesie binnen wijk of dorp. Perceel 7. Individuele begeleiding asielgerechtigden (enkel Venlo) Het gaat om inburgeringsplichtige asielgerechtigden en inburgeringsplichtige gezinsherenigers, die een verblijfsvergunning “voor bepaalde tijd asiel” hebben en zich in de gemeente Venlo als eerste gemeente (niet zijnde een AZC) zullen vestigen (zogenoemde statushouders). De individuele begeleiding leidt ertoe dat de betrokkene zo spoedig mogelijk zelfstandig zijn of haar ‘weg’ in de Nederlandse maatschappij weet te vinden, zich daar wel bevindt en zelfstandig gebruik kan maken van de (algemene) voorzieningen die beschikbaar zijn. Perceel 8. Bewonersondersteuning (enkel Venlo) Bewonersondersteuning richt zich op het bevorderen van het welzijn van alle burgers van de gemeente Venlo middels de ondersteuning van vitale gemeenschappen (voorheen opbouwwerk, jongerenwerk, en ouderenwerk).
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 11 van 80
Domein 1
Toegang en Basisondersteuning
In onderstaande paragrafen staan de percelen benoemd die de toeleiding naar zorg en diensten en de uitvoering van de basisondersteuning beschrijven. Het gaat hier voornamelijk om het leveren van deelname aan de verschillende lokale (wijk)teams. Daarnaast zijn de lichtere vormen van ondersteuning voor burgers in de gemeente Venlo hier ondergebracht. Toegang en Basisondersteuning bestaat uit de volgende percelen: 1. Toegang: De toeleiding van burgers wordt, zoals hieronder aangegeven, in de regio Limburg-Noord op verschillende manieren aangepakt, maar in de uitvraag betreft het altijd het leveren van diensten met betrekking tot de toeleiding van burgers naar de zorg / dienst die zij nodig hebben. 2. Basisondersteuning: hier worden diensten gevraagd om basiszorg en ondersteuning te bieden waarbij voor de gemeente Venlo specifiek voor de uitvoeringsteams de volgende diensten worden gevraagd, die bij de andere gemeenten onder Domein 5 Maatwerkdiensten Wmo worden uitgevraagd: Ondersteuning bij huishoudelijk werk; Begeleiding individueel; Gezinscoaches; Maatschappelijk werk (hulpverlening). 3. Gezinscoaches: hier worden de specifieke wensen en eisen ten aanzien van de invulling van gezinscoaches aangegeven. 4. Regionaal team specifieke doelgroepen: Dit perceel heeft betrekking op deinvulling van diensten voor een regionaal interventieteam wat zorgt voor regio-brede deskundigheid bij complexe problematiek. Voor alle percelen die in dit Domein worden benoemd is het Programma van Eisen van toepassing. In het Programma van Eisen wordt per eis aangegeven of de ze van toepassing is op een specifiek domein / perceel. Verschillende toegangswijzen per gemeente Voor de gemeenten in de regio geldt dat zij op verschillende manieren de toegang en basisondersteuning vormgeven. Hieronder wordt kort weergegeven op welke wijze dit per gemeente is ingericht. 1. Gemeente Beesel Beesel heeft naast het team Werk en Inkomen, 2 soorten teams die qua taken en doelgroepen naast elkaar bestaan: 1 Team gezinscoaches Ondersteuning is gericht op het gezin en jeugdigen van 0 tot 18 met uitl oop naar 23 jaar. Dit team zorgt voor het opstellen van het gezinsplan, voert regie op de uitvoering van het gezinsplan en verleent basisondersteuning. De casusregisseur voor opvoedondersteuning maakt onderdeel uit van het team gezinscoaches. 2 Sociaal Wijkteam Ondersteuning is gericht op participatie en zelfredzaamheid vanaf 18 jaar. Dit team zorgt voor het opstellen van een arrangement. Onderdeel van het arrangement kan Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 12 van 80
zijn de inzet van een casusregisseur, deze maakt geen onderdeel uit van het arrangementteam, maar kan worden ingezet wanneer het team dit noodzakelijk acht. Taken team gezinscoaches: Verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen Ondersteuning uitvoeren Eventueel inschakelen specialistische deskundigheid Met klant samenstellen van integraal ondersteuningsplan Toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning Coördinatie en regie voeren op de ondersteuning Aanbieden van aanvullende ondersteuning Taken arrangementteam: Verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen Eventueel inschakelen specialistische expertise Met klant samenstellen van integraal ondersteuningsplan Toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning Taken casusregisseur (als onderdeel van het arrangement): De casusregisseur voert regie op de uitvoering van het arrangement en verleent basisondersteuning 2. Gemeente Bergen Bergen heeft 1 soort team: 1 Sociaal team Dit team biedt opvoedingsondersteuning, participatie en zelfredzaamheid van alle burgers van 0 tot 100 jaar, waarbij men zorgt voor het opstellen van het (gezins -) plan, regie voert op de uitvoering van het plan en lichte basisondersteuning verleent. De gezinscoaches maken onderdeel uit van het sociaal team. Taken van het sociaal team: Verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen Eventueel inschakelen specialistische deskundigheid Met de klant samenstellen van een integraal ondersteuningsplan Toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning Coördinatie en regie voeren op de ondersteuning Aanbieden van lichte basisondersteuning 3. Gemeente Gennep Gennep heeft 2 soorten teams: 1 Team Toegang Dit team zorgt voor opvoedingsondersteuning, participatie en zelfredzaamheid van alle burgers van 0 tot 100 jaar. Dit houdt in dat dit team zich bezighoudt met het opstellen van het ondersteuningsplan, het voeren van regie op de uitvoer ing van het plan en het verlenen van lichte basisondersteuning. 2 Team thuiscoaches Dit team zorgt voor opvoedingsondersteuning, participatie en zelfredzaamheid van alle burgers van 0 tot 100 jaar. Men voert regie op de uitvoering van het plan en Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 13 van 80
verleent zware basisondersteuning wanneer sprake is van een meervoudige problematiek (multi-problem). Taken van team toegang: Verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen Eventueel inschakelen specialistische deskundigheid Met de klant samenstellen van een integraal ondersteuningsplan Toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning Coördinatie en regie voeren op de ondersteuning Aanbieden van aanvullende lichte ondersteuning Toewijzen en bemiddelen naar multi-problemondersteuning Taken van het team thuiscoaches: Coördinatie en regie voeren op de multi-problemondersteuning Toewijzen en bemiddelen naar specialistische hulp in het kader van de multiproblemondersteuning Aanbieden en uitvoeren van multi-problemondersteuning Consultatiefunctie voor de leden van het team Zorg en Welzijn en overige eerstelijnsvragen Eisen leden team toegang: MBO+ niveau. Opdrachtnemer levert medewerker met aantoonbare ervaring met het verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen op meerdere leefdomeinen en het inschatten van de ernst/complexiteit. De medewerker kan (vermoedens van) een ontwikkelingsachterstand, onveiligheid, een licht verstandelijke beperking, een gedrags- of persoonlijkheidsstoornis en verslaving signaleren. De medewerker heeft aantoonbare ervaring in het ondersteunen van inwoners bij vragen over werk, wonen, zorg, welzijn en opvoeding/het bieden van persoonlijke begeleiding of verzorging. De medewerker is in staat een ondersteuningsplan op te stellen (kan inschatten wat nodig is en wie benodigde ondersteuning kan bieden). 4. Gemeente Horst aan de Maas Horst aan de Maas heeft 1 soort team: 1 Gebiedsteam Dit is een integraal team voor alle inwoners. De gezinscoach maakt onderdeel uit van het team. Taken leden gebiedsteam: Verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen Actief verbinden met voorliggende basisvoorzieningen en informele netwerken Eventueel inschakelen specialistische deskundigheid Met de klant een integraal ondersteuningsplan (ondersteuningsplan) samenstellen Toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning/zorg Zorgen voor een integrale benadering en aanpak Coördinatie en regie voeren op de ondersteuning/zorg Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 14 van 80
Het leveren van input voor administratieve processen Kortdurende ondersteuning
Eisen: Een passende afgeronde HBO opleiding Ervaring met oplossingsgericht werken, mensen activeren en versterken Ervaring met systeemgericht werken Kennis van de lokale sociale kaart Ervaring met regie voeren / casemanagement Minimaal twee dagen per week beschikbaar Aanvullende eisen gezinscoach: Kennis van de ontwikkelingen binnen de jeugdzorg Ervaring met het signaleren en het maken van een veiligheidsanalyse ervaring met het uitvoeren van zorgmeldingen en beschermingsmaatregelen ervaring met regie voeren / casemanagement, specifiek met casussen waarbij sprake is van multi problem en huiselijk geweld. Kennis van opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen en opvoedingssituaties waardoor jeugdigen mogelijk in hun ontwikkeling worden bedreigd. 5. Gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas heeft 2 soorten teams die qua taken en doelgroepen naast elkaar bestaan: 1 Team gezinscoaches De ondersteuning is gericht op het gezin en jeugdigen van 0 tot 23 jaar. Dit team zorgt voor het opstellen van het gezinsplan, voert regie op de uitvoering van het gezinsplan en verleent basisondersteuning. De gemeente Peel en Maas heeft gezinscoaches in eigen dienst. Daarnaast kan het nodig zijn om (tijdelijk) extra gezinscoaches in te zetten, waarbij de gemeente gebruik maakt van de raamovereenkomst. 2 Arrangementteam (zorg en ondersteuning) De ondersteuning is gericht op participatie en zelfredzaamheid vanaf 18 jaar. Dit team zorgt voor het opstellen van een ondersteuningsplan. Onderdeel van het arrangement kan zijn de inzet van een casusregisseur. In Peel en Maas is de casusregisseur wél één van de consulenten uit het team.De gemeente Peel en Maas heeft consulenten in eigen dienst. Daarnaast kan het nodig zijn om (tijdelijk) extra consulenten in te zetten, waarbij de gemeente gebruik maakt de raamovereenkomst. Taken team gezinscoaches: Verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen Eventueel inschakelen specialistische deskundigheid Met de klant samenstellen van een integraal ondersteuningsplan (gezinsplan) Toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning Coördinatie en regie voeren op de ondersteuning Zelf bieden van aanvullende ondersteuning Taken arrangementteam: Verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen Eventueel inschakelen specialistische deskundigheid Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 15 van 80
Met de klant samenstellen van een integraal ondersteuningsplan Toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning
Taken casusregisseur (als onderdeel van het arrangement): De casusregisseur voert regie op de uitvoering van het arrangement en verleent basisondersteuning 6. Gemeente Venlo Venlo heeft 2 soorten teams die elkaar opvolgen in taken: 1 Kernteam Zorgt voor het opstellen van een arrangement (het ondersteuningsplan) vanuit de diverse leefdomeinen voor alle burgers van 0 tot 100 jaar. 2 Uitvoeringsteam Voert regie op de uitvoering van het arrangement en verleent basisondersteuning (zie taken uitvoeringsteam). Taken van het kernteam: Het signaleren van (mogelijke) ondersteuningsvragen van burgers. Het verhelderen van ondersteuningsvragen van burgers. het betrekken van het netwerk van de burger, eventuele informele zorg (mantelzorg of zorgvrijwilligers) bij het verhelderen van de ondersteuningsvraag, inclusief mogelijke ondersteuningsbehoefte van de mantelzorger. Het analyseren van deze vragen. Het, indien noodzakelijk, op basis van deze analyse betrekken van specialistische deskundigheid voor het opstellen van een ondersteuningsplan. Het op basis van deze analyse, en eventueel ingeroepen specialistische deskundigheid, samenstellen van een integraal ondersteuningsplan1 met als uitgangspunt 1Gezin1Plan1Regisseur. Het, indien noodzakelijk, bespreken van complexe ondersteuningsvragen om tot een passend ondersteuningsplan te komen; het toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning. Het indien nodig bijstellen van het ondersteuningsplan. Eisen leden kernteam: Minimaal 8 uur per week beschikbaar. Hebben de basistraining Sociaal Wijkteam gevolgd of zijn bereid deze te volgen . Zijn in staat om ondersteuningsvragen van burgers vanuit een breed perspectief te bekijken, hetgeen blijkt uit kennis of ervaring. Voldoen aan het door de gemeente Venlo opgestelde “Competentieprofiel generalist” zoals onderaan de beschrijving is opgenomen. Taken van het uitvoeringsteam: Uitvoering van basiszorg en ondersteuning, op het gebied van Hulp bij Huishouden, Begeleiding Individueel/ Maatschappelijk werk en Gezinscoaches, zoals overeengekomen in het ondersteuningsplan. Het voeren van regie op de uitvoering van het ondersteuningsplan voor zover de burger dit niet zelf kan. 1
Hierbij wordt actief gezocht naar het leggen van verbindingen met voorliggende voorzieningen en informele netwerken. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 16 van 80
Samenhang en verbinding met de wijk maken. Bundelen van deskundigheden in een team.
Voorwaarde opdrachtnemer: Opdrachtnemer stemt in met de door de gemeente Venlo bepaalde werkwijze, inhoudende dat de sturingsrol bij de gemeente ligt, maar de werkgeversrol bij de opdrachtnemer. Eisen leden Uitvoeringsteam: Dienen voor een nog nader, door de gemeente, te bepalen aantal uren beschikbaar te zijn voor het uitvoeringsteam. Dienen te voldoen aan het door de gemeente Venlo opgestelde “Competentieprofiel”, zoals hieronder is opgenomen. Competenties De competenties waarop getoetst wordt voor medewerkers kernteam of uitvoeringsteam: 1. Aanpassingsvermogen: Kan zich bij veranderende omstandigheden gemakkelijk aanpassen. Is een goede luisteraar, maakt echt contact en leeft zich in. 2. Creativiteit: Is in staat nieuwe ideeën en oplossingen te bedenken (out of the box denken), vindt invalshoeken die afwijken van de gevestigde denkpatronen 3. Durf: Toont initiatief en heeft lef, wijkt soms af van gebaande paden om (op termijn) voordeel te bewerkstelligen. Zet door als dat noodzakelijk is. 4. Coachen: Is in staat mensen te begeleiden en motiveren om hen effectiever te laten functioneren door hun zelfinzicht en probleemoplossend vermogen te vergroten. Koerst hierbij op de ontwikkeling van de eigen kracht van mensen. 5. Netwerken: Ontwikkelt en verstevig relaties, allianties en coalities binnen en buiten de organisatie om informatie, steun en medewerking te verkrijgen. 6. Samenwerken Werkt op effectieve wijze (mee) aan gezamenlijk resultaat, ook wanneer het niet direct een persoonlijk belang dient. 7. Zelfontwikkeling Stelt zich open op en is reflectief, is lerend. 8. Overtuigingskracht Toont enthousiasme en is in staat anderen voor standpunten en ideeën te winnen en draagvlak te creëren. 7. Gemeente Venray De gemeente Venray heeft 2 soorten teams: 1. Team Ingang (wijkteams) 2 Team Toegang (schakelplein) Deze teams zorgen voor opvoedingsondersteuning, participatie en zelfredzaamheid van alle burgers van 0 tot 100 jaar. Dit doen zij door het opstellen van het (gezins-)plan, het Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 17 van 80
voeren van regie op de uitvoering van het plan. De gezinscoach maakt onderdeel uit van het team en verleent basisondersteuning. Taken van een wijkteam: Signaleren, vroegtijdig om preventief interventies uit te kunnen zetten Informatie en advies verstrekken Inwoners in hun kracht zetten (sociale netwerkversterking, adviseren algemene voorzieningen) Doorgeleiden naar/adviseren over maatwerkvoorzieningen/ondersteuning/ `(jeugd)hulpverlening Taken van het toegangsteam: Geven van informatie en advies Lichte opvoedondersteuning bieden Samenstellen van arrangement Verhelderen en analyseren van ondersteuningsvragen Eventueel inschakelen specialistische deskundigheid Met de klant samenstellen van een integraal ondersteuningsplan Toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning Coördinatie en regie voeren op de ondersteuning Taken gezinscoach aanvullend op taken: Aanbieden van basisondersteuning NB!: uitgesloten van deze Inkoopprocedure 2016 Lokale regeling gemeente Gennep Voor de gemeente Gennep geldt dat er met Synthese reeds meerjarige afspraken (2014 2017) over de inzet van deze partij op Team Zorg en Welzijn en de Thuiscoaches zijn gemaakt. Deze partij levert een viertal generalisten aan deze organisatieonderdelen. Deze afspraken zijn preferent ten opzichte van deze Inkoopprocedure. Voor de overige benodigde functionaliteiten zal de gemeente Gennep (buiten eigen personeel) gebruik maken van de Raamovereenkomsten voortkomend uit deze Inkoopprocedure. Lokale regeling gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas maakt afspraken met Welzijnsstichting Vorkmeer over het welzijnswerk breed 2015. Vorkmeer is niet de enige Aanbieder die deze producten, diensten of voorzieningen levert of gaat leveren in Peel en Maas. De gemeente Peel en Maas als onderdeel van deze Inkoopprocedure 2016, sluit mogelijk ook Raamovereenkomsten met Aanbieders die regionaal op de percelen intekenen. 1.1 Perceel 1. Toegang De functie Toegang omvat de dienst op het gebied van de laagdrempelige persoonlijke toegang voor ondersteuningsvragen op het gebied van wonen, werken, zorg, veiligheid en welzijn door: het signaleren van (potentiële) problematiek van burgers; het verhelderen van ondersteuningsvragen; het analyseren van deze vragen; Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 18 van 80
het eventueel inschakelen van specialistische deskundigheid bij het opstellen van het ondersteuningsplan; het op basis van de analyse, en eventueel ingeroepen specialistische deskundigheid, samenstellen van een integraal ondersteuningsplan samen met de burger met ondersteuningsvraag en diens omgeving, volgens de werkwijze 1Gezin1Plan1Regisseur; het toewijzen en bemiddelen naar ondersteuning; het actief zoeken van verbindingen met voorliggende basisvoorzieningen en informele netwerken; het leveren van een regisseur/procescoördinator ter bewaking en coördinatie van de ketensamenwerking; het leveren van input voor administratieve processen; het voeren van regie/casemanagement; het monitoren van de uitvoering van het ondersteuningsplan; het op basis van de monitoring en/of andere signalen bijstellen van het ondersteuningsplan.
Dit alles met als doel dat de aanpak die is geformuleerd in het ondersteuningsplan wordt gehaald, overeenkomstig de daarin opgenomen taakverdeling met de burger, zijn/haar ‘mantel’, zijn/haar sociaal vangnet (uit de wijk of buurt) en de daaruit voortvloeiende ondersteuning. Regionale inkoop – lokale afname Deze dienst wordt door de gemeenten op verschillende wijze en/of in verschillende vormen ingericht. Hierboven is per gemeente aangegeven op welke wijze toegang en basisondersteuning is/wordt ingevuld. Van Aanbieders wordt verwacht dat zij in staat zijn om om te gaan met de bovengenoemde verschillende inrichting van de functie Toegang. Daarbij wordt nadrukkelijk gevraagd om de reikwijdte bij de Aanbieding aan te geven in zo wel beschikbaarheid in tijd en voor wat betreft locatie(s). 1.2 Perceel 2. Basisondersteuning (enkel Venlo) De gemeente Venlo werkt aan een gefaseerde ontwikkeling en uitrol van uitvoeringsteams. Voor het bieden van zogenoemde basiszorg en ondersteuning dient de Toegang te kunnen beschikken over een zogenoemd Uitvoeringsteam. Let wel, alleen middels de beschikking die alléén kan worden afgegeven door de gemeente, via het kernteam, worden deze vormen van zorg/ondersteuning indien uitgevoerd door het Uitvoeringsteam betaald! Om deel te kunnen nemen aan het uitvoeringsteam dienen de door opdrachtnemer geleverde medewerkers te voldoen aan het competentieprofiel bepaald door de gemeente Venlo. Binnen de basisondersteuning wordt een drietal verschillende inhoudelijke gebieden onderscheiden, namelijk: Hulp bij het huishouden Individuele ondersteuning (individuele begeleiding/algemeen maatschappelijk werk) Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 19 van 80
Gezinscoaches
LET OP: Naast het bieden van basisondersteuning op de genoemde inhoudelijke gebieden kan Venlo voor specifieke situaties ook nog gebruik maken van de maatwerkvoorzieningen zoals opgenomen in Domein 4 (Jeugd) en 5 (Wmo) van de Inkoopprocedure. Aanbieders die de kans willen krijgen om zowel de el uit te maken van de uitvoeringsteams en de maatwerkdienst willen leveren dienen op beide domeinen en de betreffende percelen een Aanbieding in te dienen! Het uitvoeringsteam Hulp bij het huishouden Dit team zorgt voor het ondersteunen van de uitvoering van het huishouden van de burger zodat de burger in zijn eigen omgeving kan blijven wonen, met ondersteuning van het sociale netwerk. Uitgangspunt zijn de effecten die in het ondersteuningsplan op dit domein zijn geformuleerd. Ondersteuning bij huishoudelijk werk zorgt daarin voor een bijdrage in zelfstandig leven en het voeren van een gestructureerd huishouden. Met de cliënt wordt in het vraagverhelderingsgesprek de afweging gemaakt wat mogelijk is: eigen kracht, eigen netwerk, of reguliere diensten als was- en strijkservice. Alleen als deze mogelijkheden er niet zijn kan ondersteuning als voorziening worden verstrekt. De doorontwikkeling van uitvoeringsteams Hulp bij het huishouden wordt in 2016 verder doorgezet. Daarnaast onderzoekt de gemeente Venlo met de regiogemeenten in NoordLimburg de mogelijkheden om tot een algemene voorziening voor hulp bij het huishouden te komen. De aanbieder levert dienstverlening zodat de cliënt wordt ondersteund bij het behalen van de resultaten op de gebieden schoon en leefbaar huis en schone en draagbare kleding. De aanbieder maakt de vereiste monitoring mogelijk en werkt hier actief aan mee. Doelstelling: Cliënten ondersteunen die onvoldoende zelf kunnen voorzien in hun zelfredzaamheid en participatie. Resultaat: Cliënt is in staat: om in een schoon en leefbaar huis te wonen; zelfstandig thuis te blijven wonen; schone kleding te dragen. Ondersteuning bij huishoudelijk werk voor een schoon leefbaar huis Kernbegrip: Overnemen huishoudelijke taken Het overnemen van schoonmaakwerkzaamheden in huis. Het overnemen van de wasverzorging. Het uitvoeringsteam Individuele ondersteuning Hier is het doel het bieden van individuele ondersteuning voor de burger zodat zijn zelfredzaamheid kan worden verhoogd en hij kan (blijven) meedoen aan de samenleving. Uitgangspunt zijn de effecten die in het ondersteuningsplan op dit domein zijn geformuleerd. Individuele ondersteuning kan daarin een rol spelen bij het omgaan en hanteren van onder andere de volgende knelpunten: problemen in de omgang met anderen zoals partner, kinderen, ouders, huisgenoten, buren; Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 20 van 80
problemen met de verwerking van ingrijpende gebeurtenissen zoals overlijden, scheiding, ziekte, verlies van werk; problemen als gevolg van huiselijk - of seksueel geweld; problemen op school in de vorm van bijvoorbeeld pesten, onzekerheid over de eigen prestaties; problemen met eenzaamheid.
Met individuele ondersteuning wordt beoogd om de effecten die in het ondersteuningsplan zijn opgenomen) te realiseren. Bij de ondersteuning worden de mogelijkheden van vrijwilligers, bewoners uit de wijk of het buurtnetwerk nadrukkelijk betrokken . De medewerkers van het uitvoeringsteam proberen hun cliënten inzicht te geven in hun problemen en ondersteunen hen bij het oplossen ervan. Het uitvoeringsteam Gezinscoaches (gericht op jeugd) Dit team houdt zich bezig met het ondersteunen van het gezin bij het opvoeden en begeleiden van kinderen zodat deze zich in een ‘adequate gezinssituatie’ kunnen ontwikkelen op weg naar zelfredzaamheid en meedoen in de samenleving. Uitgangspunt zijn de effecten die in het gezinsplan op dit domein zijn geformuleerd. De gezinscoach richt zich op de doelgroep, waarbij sprake is van vragen/zorgen met betrekking tot: het opvoeden en opgroeien van kinderen in de leeftijd van -9 maanden tot 23 jaar; de veiligheid van het kind; factoren die van invloed zijn op de opvoeding: ontwikkeling en/of gedrag van het kind; persoonlijk functioneren van de ouder(s)/opvoeder(s); opvoedvaardigheden (zoals pedagogische onmacht); gezins- en omgevingsomstandigheden (zoals: echtscheiding, één-oudergezin, samengesteld gezin, sociaal netwerk). In veel gezinnen gaat het niet om enkelvoudige problematiek maar liggen er hulpvragen of zijn er zorgen op meerdere leefgebieden. Voor een groot gedeelte (ongeveer 60%) bestaat de doelgroep van de uitvoeringsteams jeugd uit multi-problem gezinnen. De hulpverlening kan zich overigens ook uitsluitend of in ieder geval voornamelijk richten op de jongere. We hebben het dan over de doelgroep 18-23 jaar waarbij het gezinssysteem nog maar een beperkte rol speelt. Taken gezinscoach: Ondersteuning uitvoeren. Eventueel inschakelen specialistische expertisedeskundigheid. Coördinatie en regie voeren op de ondersteuning. Doelstelling: Het op basis van een gezinsplan bieden van passende ondersteuning aan gezinnen en individuen die aansluit op de hulpvraag. Resultaat inzet uitvoeringsteam jeugd: 1. Het gezin is in staat (zo veel mogelijk) zelf (en met hun omgeving) om met opvoeding gerelateerde problemen om te gaan (opvoeden versterken). 2. Het toerusten van de informele opvoeders zoals het onderwijs om zaken vroegtijdig te signaleren en preventief aan te pakken (versterken basisvoorziening). Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 21 van 80
1.3 Perceel 3. Gezinscoaches In de regio Noord-Limburg wordt gewerkt met gezinscoaches, die eventueel onderdeel zijn van een (sociaal) wijkteam of gebiedsteam. De gezinscoaches vormen als generalisten de kern van het nieuwe jeugdstelsel en spelen een cruciale rol in het verbeteren van de samenwerking rond gezinnen, het verhogen van de kwaliteit van jeugdhulp en het terugdringen van het gebruik van specialistische voorzieningen. Speerpunt gezinscoaches: De gezinscoach ziet toe op de veiligheid en de ontwikkeling van het kind. De gezinscoach zorgt voor een integrale aanpak met zo min mogelijk verschillende gezichten (instellingen) voor het gezin. Gezinnen worden ondersteund om zelf de regie in de hand te houden, waarbij het doel van het gezin/de jongere centraal staat. 1.4 Perceel 4. Regionaal team specifieke doelgroepen (enkel Venlo) Het Zorg- en Veiligheidshuis Limburg-Noord (ZVH LN) richt zich op vraagstukken van burgers van alle leeftijden waarvoor een lokaal team of andere betrokkenen concluderen dat specifieke deskundigheid moet worden ingezet om tot een juiste aanpak van de ondersteuning te komen. Het gaat om vragen op meerdere leefgebieden waarbij in veel gevallen sprake is van veiligheidsrisico’s (niet direct justitie) op het gebied van leefbaarheid, veiligheid in het gezin (geweld of verwaarlozing), gezondheid etc. Doel is het bieden van snelle en effectieve ondersteuning voor de burger, het stabiliseren en herstellen van de situatie en voorkoming van herhaling of verder afglijden. Op deze wijze wordt een bijdrage geleverd aan de leefbaarheid en veiligheid in de maatschappij en het reduceren van maatschappelijke kosten. Dat wat lokaal kan, wordt in de gemeenten van Midden- en Noord-Limburg lokaal georganiseerd. Daar waar de problematiek te complex wordt, speelt het ZVH LN een rol. Kortom, het Zorg- en Veiligheidshuis is een schakelpunt van informatie en expertise op het gebied van: 1. Bijzonder wonen en verblijf voor Noord- en Midden Limburg (met Beschermd Wonen, Maatschappelijke Opvang, Vrouwen Opvang, Crisis Opvang) 2. Zorg en Veiligheid Nederland (met nazorg-gedetineerden, Multi Complexe Casuïstiek, Jeugd & Veiligheid) Het ZVH LN biedt de volgende producten: Regie (Procesregie, (tijdelijke) casusregie en ketenregie) Crisisinterventie en risico-inschatting Toegang, onderzoek en toewijzing Advies en consult Coaching en voorlichting Informatie (waaronder ook beleidsinformatie in opdracht van gemeenten) Een team van specialisten dat outreachend werkt, is toegevoegd om snel te kunnen handelen en indien nodig burgers door te leiden naar de voor hen beste vorm van ondersteuning. Deze specialisten vervullen de functie van medewerker toegang & Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 22 van 80
toewijzing, crisis & interventie binnen het ZVH LN. Wij vragen u deze diensten te verlenen. Uit te voeren werkzaamheden: 1. Er wordt, op verzoek van het lokale (wijk)team, gevraagde specialistische kennis en ervaring geboden (consultatie). De medewerker is in staat om de ondersteuningsvragen van burgers en professionals te verhelderen en aanvullend onderzoek te verrichten. De medewerker beschikt over voldoende netwerk/achterban om aanvullende experts te betrekken/activeren en verleend daartoe aan hen opdracht. 2. Er wordt, op verzoek van het lokale (wijk)team, gevraagde specialistische kennis en ervaring geboden voor het opstellen van een ondersteuningsplan en daarmee het inregelen en organiseren van de passende ondersteuning (zorgmatching). Uitgangspunt hierbij is dat de relatie met het lokale (wijk)team voortdurend wordt geborgd (1Gezin1Plan1Regisseur) en er zo snel mogelijk wordt ‘afgeschaald’ naar het lokale niveau van het (wijk)team. 3. Er wordt indien nodig in afstemming met het lokale (wijk)team (gedeeltelijk) en blijkend vanuit de noodzaak zoals geformuleerd in het ondersteuningsplan uitvoering gegeven aan dit ondersteuningsplan. 4. Er worden interventies gepleegd bij crisis, dan wel bij het ontstaan van mogelijke veiligheidsrisico’s voor een inwoner of zijn gezin c.q. omgeving. 5. De medewerker is in staat casuïstiek te monitoren en de voortgang te bewaken. Het (her)positioneren of aanspreken van partners en/of bijstelling van het ondersteuningsplan kan daarvan onderdeel uitmaken 6. De medewerker werkt volgens het principe zo compact en licht als mogelijk en zo omvattend en zwaar als nodig. Er is specifiek aandacht voor het betrekken van het netwerk van de burger, eventuele informele zorg (mantelzorg of zorgvrijwilligers). Kennis van de medewerker Er dient ruime specialistische kennis aanwezig te zijn aangaande burgers van 0 tot 100 jaar ten aanzien van: Huiselijk geweld Jeugdbescherming Reclassering Maatschappelijke opvang Verslavingsproblematiek Psychiatrische problematiek Dubbel diagnose problematiek Ernstige psychosociale problemen op meerdere levensgebieden Bemoeizorg Competenties van de medewerker: Leden van het regionaal team moeten beschikken over de competenties die worden gesteld aan leden van het lokaal (wijk)team aangevuld met de volgende competenties: minimale beschikbaarheid van 2,5 dag per week; specifieke deskundigheid en/of ervaring op één of meerdere van de hiervoor genoemde kennisgebieden; kennis van het organiseren/creëren en werken binnen drang en dwang trajecten (civielen/of straf- en/of bestuursrechtelijke kaders); Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 23 van 80
in staat om een goede samenwerking op- en uit te bouwen met partners uit verschillende ketens (zorgketen, justitieketen, keten gezondheidszorg et cetera).
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 24 van 80
Domein 2 Specialistische deskundigheid bij opstellen ondersteuningsplan Bij het opstellen van en regie voeren op het ondersteuningsplan kan door de opsteller(s ) worden besloten om specialistische deskundigheid in te schakelen. Hierbij moet worden gedacht aan verduidelijking bij complexere vraagstukken waarvoor de leden van het lokaal team of gezinscoaches niet de juiste expertise bezitten. Hierbij gaat het uitdrukkelijk NIET om ondersteuning die in de uitvoering wordt ingezet of bij de nadere uitwerking van het ondersteuningsplan wordt ingezet. Dit zijn werkzaamheden die onder de maatwerkdiensten worden uitgevraagd. Wel wordt in dit domein ook een onafhankelijke contra-expertise gevraagd die bij de vaststelling van het ondersteuningsplan nodig zou kunnen zijn als hierover tussen partijen onenigheid bestaat. NB!: uitgesloten van deze Inkoopprocedure 2016 Lokale regeling gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas maakt afspraken met Welzijnsstichting Vorkmeer over het welzijnswerk breed 2015. Vorkmeer is niet de enige Aanbieder die deze producten, diensten of voorzieningen levert of gaat leveren in Peel en Maas. De gemeente Peel en Maas als onderdeel van deze Inkoopprocedure 2016, sluit mogelijk ook Raamovereenkomsten met Aanbieders die regionaal op de percelen intekenen. Voor dit domein zijn de eisen van het Programma van Eisen van toepassing. In het Programma van Eisen wordt per eis aangegeven of deze van toepassing is op een specifiek domein. Specialistische deskundigheid Dit betreft het leveren van specialistische deskundigheid bij vragen over het opstellen, dan wel bijstellen van het ondersteuningsplan op het gebied van wonen, werken, (jeugd)zorg en welzijn door: het analyseren van de problematiek op het specifieke kennisveld; adviseren over de noodzakelijke ondersteuning vanuit de specifieke deskundigheid; leveren van (een bijdrage aan) een onafhankelijke contra-expertise. Specialistische deskundigheid wordt gevraagd op in ieder geval de volgende gebieden: huiselijk geweld; jeugdbescherming; jeugdreclassering; maatschappelijke opvang; verslavingsproblematiek; psychiatrische problematiek; dubbele diagnose problematiek; ernstige psychosociale problemen op meerdere levensgebieden; bemoeizorg2; 2
De bemoeizorg (outreachende zorg) strekt tot doel het voorkomen dat individuen (burgers) die hulp en ondersteuning om wat voor reden dan ook mijden, afglijden uit de samenleving en als gevolg daarvan niet meer voor zichzelf kunnen zorgen en het dak boven hun hoofd (dreigen te) verliezen. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016 Pagina 25 van 80
wonen met begeleiding.
Competenties De Aanbieders beschikken over medewerkers met deskundigheid op tenminste HBO werk- en denkniveau voor het uitvoeren van bovengenoemde taken en op de bovengenoemde gebieden. De volgende speerpunten zijn leidend bij de uitvoering van het leveren van specialistische deskundigheid: het zoeken van verbinding met het sociale en beroepsmatige netwerk rondom burger/gezin; toepassing van het 1Gezin1Plan1Regisseur concept; opdrachtgever wil díe ondersteuning aanbieden die zo veel mogelijk aansluit bij de wensen en uitdagingen waarvoor de burger (gezin/systeem) staat en die binnen een kort tijdsbestek leidt tot een positieve ontwikkeling en dito resultaat. Een gemotiveerde innovatieve aanpak en werkwijzen worden gestimuleerd. NB! Specifieke aandacht wordt gevraagd voor de inzet van gedragswetenschappers Inzet van gedragswetenschappers wordt gevraagd om de gezinscoaches inhoudelijk te ondersteunen door coaching, begeleiding en advisering. Daarnaast ziet de gedragswetenschapper toe op de kwaliteit van de inhoudelijke dienstverlening van de gezinscoaches (werkwijze, gebruik methodieken en instrumenten, feedback). Let wel, deze inzet is slechts bedoeld ter ondersteuning van de gemeente en mag niet verward worden met de ondersteuning die een gedragswetenschapper aan een burger kan geven . Speerpunten gedragswetenschapper: 1. Coacht, ondersteunt en begeleidt de gezinscoaches bij de uitvoering van hun taken, onder andere door: a. leveren bijdrage aan beeldvorming/diagnostiek, begeleiding en behandeling van kinderen en gezinnen vanuit de werkwijze 1Gezin 1Plan 1Regisseur; b. ondersteunen bij besluitvorming om onderzoek in te zetten/specialistische zorg erbij te halen of het aanvragen van een raadsonderzoek bij de Raad voor de Kinderbescherming; c. ondersteunen bij veiligheidskwesties en toezien op veiligheid van kinderen en gezinnen (hanteren meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling); d. toezien en sturen binnen de werkbegeleiding op het toepassen van de principes uit de 'wraparound care'. 2. Geeft op basis van kennis en deskundigheid inhoudelijke aanwijzingen en feedback aan de gezinscoaches. 3. Bevordert de deskundigheid van de gezinscoaches door het bespreken van casuïstiek en het geven van vakinhoudelijke ondersteuning en training. 4. Signaleert lacunes in kennis en vaardigheden in het team en bij de gezinscoaches en adviseert over mogelijkheden om de deskundigheid te bevorderen. 5. Ziet toe op kwaliteit van de inhoudelijke dienstverlening van de gezinscoaches (werkwijze, hanteren methodieken en instrumenten, feedback).
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 26 van 80
Domein 3 Dagbesteding 3.1 Inleiding Dagbesteding speelt een belangrijke rol bij het langer leven in de eigen omgeving. In een omgeving waarin inwoners, maatschappelijke partners en overheid samen de sociale cohesie versterken, heeft een dagvoorziening een belangrijke functie. De dagvoorzieningen zijn een buffer tussen thuis wonen en langdurige zorg en daarmee een belangrijk instrument in de Jeugdwet en de Wmo. De Gemeenten streven er naar dat inwoners zo veel mogelijk dicht bij huis, in de eigen wijk en buurt deelnemen aan de dagvoorzieningen. Dit om hen zo veel en zo lang mogelijk te blijven betrekken bij hun eigen leefomgeving. Niet in alle gevallen is er een passende voorziening in de eigen wijk of zelfs in de eigen Gemeente voorhanden. In die gevallen kunnen inwoners ook gebruik maken van dagvoorzieningen in andere Gemeenten; Gemeenten in de regio hebben daar afspraken over gemaakt. Daarbij moet worden aangetekend, dat als inwoners zelf kiezen om naar een dagvoorziening verder weg te gaan, terwijl er in de eigen wijk of in d e eigen Gemeente een passende voorziening is, de inwoner in principe zelf het vervoer naar deze voorziening dient te regelen. Dit domen is verdeeld in 3 percelen en Aanbieders kunnen voor één of meerdere percelen een Aanbieding indienen. Er worden twee algemene voorzieningen (voor iedereen toegankelijk, zonder ondersteuningsplan en beschikking van de Gemeente) uitgevraagd, de Open inloop (perceel 1) en de Inloop GGZ (perceel 2). Daarnaast kent perceel 3, drie maatwerkvoorzieningen (alleen toegankelijk op basis van een ondersteuningsplan en een beschikking van de Gemeente): dagbesteding licht, midden en zwaar. Dit domein is zowel van toepassing op jeugdigen als op volwassenen. Dagbesteding wordt voor alle doelgroepen ingekocht via domein 3 en derhalve dus niet via domein 4 (Jeugd) en domein 5 (Wmo). Voor alle percelen die in dit Domein worden benoemd is het Programma van Eisen van toepassing. In het Programma van Eisen wordt per eis aangegeven of de ze van toepassing is op een specifiek domein / perceel. NB!: uitgesloten van deze Inkoopprocedure 2016 Lokale regeling gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas maakt afspraken met Welzijnsstichting Vorkmeer over het welzijnswerk breed 2015. Vorkmeer is niet de enige Aanbieder die deze producten, diensten of voorzieningen levert of gaat leveren in Peel en Maas. De gemeente Peel en Maas als onderdeel van deze Inkoopprocedure 2016, sluit mogelijk ook Raamovereenkomsten met Aanbieders die regionaal op de percelen intekenen. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 27 van 80
NB!: specifiek voor de gemeente Beesel De Gemeente Beesel oriënteert zich op de herinrichting van dagvoorzieningen per 2016. Dit traject kan leiden tot een lokaal afsprakenkader, waar dagbesteding (eventueel naast Raamovereenkomsten op deze terreinen) geheel of gedeeltelijk onderdeel van uit kan maken. 3.2 Perceel 1. Open Inloop Dit perceel wordt in twee varianten uitgevraagd: Variant 1: De integrale algemene voorziening dagbesteding, zoals hierna beschreven. Variant 2: Alleen de hieronder beschreven begeleiding door de professional. De gemeente Venlo vraagt voor de Open inloop uitsluitend variant 2 uit. Doel Een positieve bijdrage leveren aan de daginvulling en het welzijn van de deelnemer . Zo lang mogelijk op kwalitatief verantwoorde wijze als wijkbewoner kunnen functioneren in de eigen leefomgeving. Aansluiten bij de wensen en de leefomgeving van de deelnemer. Optimaal gebruik maken van de kracht van vrijwilligers. Ter ontlasting van de mantelzorger. Doelgroep Deelnemers die: in een groep kunnen functioneren; geen zware zorgbehoefte hebben; gebruik kunnen maken van standaard toegankelijke locaties. Activiteiten Worden op basis van vraag, behoefte en/of initiatief van de deelnemers georganiseerd, waarbij de professional een ondersteunende/faciliterende rol vervult richting de vrijwilligers. Activiteiten kunnen divers zijn en ook op een andere plek dan in de gemeenschapsaccommodatie in wijk of dorp plaatsvinden. Gezamenlijk bereiden en nuttigen van een warme maaltijd. Begeleiding door de professional Kan met de deelnemers met en zonder beperkingen omgaan en deze motiveren en activeren. Pakt signalen op van deelnemers en vrijwilligers en leidt deze door naar de juiste organisatie in het wijknetwerk. Vertaalt signalen van deelnemers en vrijwilligers naar activiteiten en coördineert indien nodig de activiteiten. Volgt de deelnemers en ziet of er doorverwijzing of extra begeleiding nodig is . Signaleert vroegtijdig, zet indien nodig op maat gesneden preventieve acties in of ze t ontwikkelingen in gang. Ondersteunt waar nodig de vrijwilligers in hun begeleidende rol richting de deelnemers. Fungeert als aanspreekpunt voor de vrijwilligers en de mantelzorgers. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 28 van 80
3.3 Perceel 2. Inloop GGZ Iedere inwoner kan gebruik maken van algemene voorzieningen, bijvoorbeeld de zogenoemde inloopfunctie bij gemeenschapsaccommodaties. Maar in onze samenleving bestaan er bijzondere (groepen) inwoners die zich moeilijk (laten) mengen met andere inwoners. Hiervoor wordt voor de regio Noord- en Midden-Limburg (alle Gemeenten in Noord- en Midden-Limburg met uitzondering van Mook en Middelaar) een aparte algemene voorziening ingericht; in dit geval de inloopfunctie Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ). Opmerking Hoewel er voor het gebruik van de inloopfunctie geen ondersteuningsplan noodzakelijk is, is de voorziening bedoeld (specifiek geschikt) voor personen met bepaalde vormen van mogelijke c.q. veronderstelde problematieken, bijvoorbeeld: verslavingsproblematiek; psychiatrische problematiek; ernstige psychosociale problemen op meerdere levensgebieden. Vanwege de problematiek bij deze personen begeleidt een beroepskracht (professional) de vrijwilligers in de ondersteuning van de deelnemers. Inloopfunctie GGZ Deze inloopfunctie is de meest laagdrempelige functie voor ontmoeting en participatie (meedoen) in de vorm van dagbesteding/activering en is toegankelijk zonder ondersteuningsplan. De inloopfunctie is een verbijzondering van de hierboven beschreven algemene voorziening Open inloop. De inloopfunctie kan worden gedefinieerd als de beschikbaarheid van een voorziening die een tweetal elementen omvat die onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden: 1. Fysieke voorziening(en) voor het bieden van de functionaliteit die hiervoor is gedefinieerd. 2. Ondersteuning en of begeleiding van de deelnemers die gebruik maken van de voorziening. Deelname aan de inloopfunctie perceel 1 en 2 is vrijwillig en vrijblijvend. Binnen de openingstijden van de inloopfunctie komen en gaan bezoekers op het moment dat zij zelf willen. Bezoekers komen voor een kopje koffie, een gesprekje of voor het starten van de dag. Bij de meeste inloopfuncties kunnen bezoekers bijvoorbeeld gebruik maken van een internetvoorziening, een tv-ruimte, spelcomputers of een leeshoek. Sommige inloopfuncties organiseren daarnaast ook activiteiten zoals spelletjes, darten, biljarten, schilderen, breien en koken. Voor de algemene voorziening open inloop betalen de deelnemers mogelijk een bijdrage in de kosten van activiteiten, koffie/thee en een eventuele maaltijd. Deze bijdrage kan variëren per voorziening en per gemeente. 3.4 Perceel 3. Maatwerkvoorzieningen dagbesteding Voor de maatwerkvoorziening dagbesteding geldt een eigen bijdrage, vastgesteld en geïnd door het CAK. Opdrachtnemers kunnen hier – net als bij vervoer – geen aanvullende bijdrage voor vragen aan de deelnemer.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 29 van 80
Opdrachtnemers bieden aan deelnemers in de maatwerkvoorziening dagbesteding, die twee aaneensluitende dagdelen deelnemen een maaltijd, die gebruikelijk is voor de betreffende doelgroep. Over wat dat is, doen we als Opdrachtgever geen uitspraak. De kosten voor de maaltijd zijn onderdeel van het tarief voor de dagbesteding. De groepsgrootte voor de maatwerkvoorzieningen dagbesteding is losgelaten. De Opdrachtnemer krijgt de ruimte om deze naar eigen inzicht en professionaliteit in te vullen. 1. Maatwerkvoorziening dagbesteding licht Doel De deelnemer en zijn of haar mogelijkheden is het uitgangspunt waarbij het versterken van de zelfredzaamheid en het functioneren binnen het eigen sociale netwerk voorop staat. Het dagprogramma draagt daarmee bij aan het verminderen van een eventueel sociaal isolement. Bieden van passende ondersteuning aansluitend bij de beperking en de mogelijkheden van de deelnemer. Door deelname aan de dagbesteding wordt de zorg die thuis door de mantelzorgers wordt verleend, verlicht. De kwaliteitsbeleving van de deelnemer en de aansluiting op de persoonlijke omstandigheden en eventueel ook de direct betrokkenen in het sociale netwerk staat centraal. Het te behalen effect/resultaat staat voorop. Dit wordt vastgelegd in een trajectplan waaraan gekoppeld een tijdpad. Binnen het traject worden zowel het aantal dagdelen als het te behalen resultaat vastgelegd. Het traject kent een integrale aanpak; indien aan de orde wordt ook individuele begeleiding gedurende het traject ingezet en deze inzet kan opof afgeschaald worden. Individuele begeleiding kan alleen worden ingezet als de betreffende Opdrachtnemer ook een Raamovereenkomst voor domein 4 (Jeugd) en/of domein 5 (Wmo) heeft. Stabiliseren van de problemen en/of vergroten kwaliteit van leven van de deelnemer. Door middel van de trajectmatige aanpak wordt de deelnemer gevolgd. Dit kan leiden tot afschalen van de begeleiding waardoor de deelnemer verwezen kan worden naar de algemene voorziening dagbesteding in de wijk (Open inloop). Specifiek voor jeugdigen: gericht op de stimulering van de ontwikkeling van de jeugdige. Doelgroep Jeugdigen of volwassenen met een somatische (SOM), of psychogeriatrische (PG) aandoening/beperking, mensen met psychische klachten (PSY), een verstandelijke (VG) of zintuiglijke (ZG) handicap met beperkingen op het terrein / de terreinen van: 1. Sociale redzaamheid 2. Het bewegen en verplaatsen 3. Het psychisch functioneren 4. Het geheugen en de oriëntatie 5. Het vertonen van licht probleemgedrag De deelnemers aan dagbesteding als maatwerkvoorziening: hebben vaak enige fysieke zorgbehoefte; Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 30 van 80
hebben behoefte aan structuur en regelmaat; hebben professionele begeleiding nodig; kunnen geen gebruik maken van een algemene voorziening (dagbesteding).
Activiteiten Activiteiten worden collectief aangeboden waarbij maatwerk geboden wordt. Dit maatwerk sluit aan op de aard van de beperking en van het individu en zijn of haar mogelijkheden en is afhankelijk van de activiteit zelf. Indien nodig wordt er lichte assistentie geleverd bij de persoonlijke zorg. De activiteiten dragen bij aan de kwaliteit van de daginvulling van de deelnemer waarbij de beleving van de deelnemer en de eventuele mantelzorger een graadmeter is. Begeleiding De professional is de inhoudsdeskundige. De professional signaleert wanneer begeleiding opgeschaald of afgeschaald wordt en neemt vervolgens het initiatief richting de Regisseur. De professional is het aanspreekpunt voor de deelnemer, de mantelzorger en voor de vrijwilliger. Aanvullende informatie Dagbesteding LG licht (jeugd en volwassenen) is uit perceel 3 van dit domein gehaald. Deze inwoners kunnen deelnemen aan de Open inloop. Indien de problematiek dusdanig zwaar is dat dit niet meer kan, wordt er vanuit gegaan dat deze onder de categorie dagbesteding midden kan vallen. 2. Maatwerkvoorziening dagbesteding midden Doel De deelnemer en zijn of haar mogelijkheden is het uitgangspunt waarbij het versterken van de zelfredzaamheid en het functioneren binnen het eigen sociale netwerk voorop staat. Het dagprogramma draagt daarmee bij aan het verminderen van een eventueel sociaal isolement. Bieden van passende ondersteuning aansluitend bij de beperking en de mogelijkheden van de deelnemer. Door deelname aan de dagbesteding wordt de zorg die thuis door de mantelzorgers wordt verleend, verlicht. Het aanbod van de dagactiviteit is gericht op het leren omgaan met en/of het voorkomen van verergering van fysieke/cognitieve beperkingen. De kwaliteitsbeleving van de deelnemer en de aansluiting op de persoonlijke omstandigheden en eventueel ook de direct betrokkenen in het sociale netwerk staat centraal. Het te behalen effect/resultaat staat voorop. Dit wordt vastgelegd in een trajectplan waaraan gekoppeld een tijdpad. Binnen het traject worden zowel het aantal dagdelen als het te behalen resultaat vastgelegd. Het traject kent een integrale aanpak; indien aan de orde wordt ook individuele begeleiding gedurende het traject ingezet en deze inzet kan opof afgeschaald worden. Individuele begeleiding kan alleen worden ingezet als de betreffende Opdrachtnemer ook een Raamovereenkomst voor domein 4 (Jeugd) en/of domein 5 (Wmo) heeft. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 31 van 80
Stabiliseren van de (fysieke en of cognitieve) problemen en/of vergroten kwaliteit van leven van de deelnemer. Door middel van de trajectmatige aanpak wordt de deelnemer gevolgd. Dit kan leiden tot afschalen van de begeleiding waardoor de deelnemer verwezen kan worden naar de minder zware maatwerkvoorziening dagbesteding. Specifiek voor jeugdigen: gericht op de stimulering van de ontwikkeling van de jeugdige.
Doelgroep Mensen met een somatische (SOM), of psychogeriatrische (PG) aandoening/beperking, mensen met psychische klachten (PSY), een verstandelijke (VG), lichamelijke (LG) of zintuiglijke (ZG) handicap met uitgebreide beperkingen op het terrein / de terreinen van: 1. Sociale redzaamheid 2. Het bewegen en verplaatsen 3. Het psychisch functioneren 4. Het geheugen en de oriëntatie 5. Het vertonen van matig probleemgedrag De deelnemers aan dagbesteding als maatwerkvoorziening: hebben vaak een matige fysieke zorgbehoefte; kunnen een grote noodzaak tot structuur en regelmaat hebben; hebben professionele begeleiding nodig. Activiteiten Activiteiten worden collectief aangeboden waarbij maatwerk geboden wordt. Dit maatwerk sluit aan op de aard van de beperking en van het individu en zijn of haar mogelijkheden en is afhankelijk van de activiteit zelf. Bij de dagactiviteit in groepsverband kan de begeleiding samenhangen met persoonlijke verzorging en met behandeling (op de achtergrond). De activiteiten dragen bij aan de kwaliteit van de daginvulling van de deelnemer waarbij de beleving van de deelnemer en de eventuele mantelzorger een graadmeter is. Begeleiding De professional is de inhoudsdeskundige. De professional signaleert wanneer begeleiding opgeschaald of afgeschaald wordt en neemt vervolgens het initiatief richting de Regisseur. De professional is het aanspreekpunt voor de deelnemer, de mantelzorger en voor de vrijwilliger. 3. Maatwerkvoorziening dagbesteding zwaar Doel De deelnemer en zijn of haar mogelijkheden is het uitgangspunt waarbij het versterken van de zelfredzaamheid en het functioneren binnen het eigen sociale netwerk voorop staat. Het dagprogramma draagt daarmee bij aan het verminderen van evt. sociaal isolement. Bieden van passende ondersteuning aansluitend bij de beperking en de mogelijkheden van de deelnemer. Door deelname aan de dagbesteding wordt de zorg die thuis door de mantelzorgers wordt verleend, verlicht. Het aanbod van de dagactiviteit is gericht op het leren omgaan met en/of het voorkomen van verergering van fysieke/cognitieve beperkingen. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 32 van 80
De kwaliteitsbeleving van de deelnemer en de aansluiting op de persoonlijke omstandigheden en eventueel ook de direct betrokkenen in het sociale netwerk staat centraal. Het te behalen effect/resultaat staat voorop. Dit wordt vastgelegd in een trajectplan waaraan gekoppeld een tijdpad. Binnen het traject worden zowel het aantal dagdelen als het te behalen resultaat vastgelegd. Het traject kent een integrale aanpak; indien aan de orde wordt ook individuele begeleiding gedurende het traject ingezet en deze inzet kan opof afgeschaald worden. Individuele begeleiding kan alleen worden ingezet als de betreffende Opdrachtnemer ook een Raamovereenkomst voor domein 4 (Jeugd) en/of domein 5 (Wmo) heeft. Stabiliseren van de (fysieke, cognitieve sociaal emotionele) problemen en/of vergroten kwaliteit van leven van de deelnemer. Door middel van de trajectmatige aanpak wordt de deelnemer gevolgd. Dit kan leiden tot afschalen van de begeleiding waardoor de deelnemer verwezen kan worden naar een minder zware maatwerkvoorziening dagbesteding. Specifiek voor jeugdigen: gericht op de stimulering van de ontwikkeling van de jeugdige.
Doelgroep Mensen met een verstandelijke (VG), lichamelijke (LG) of zintuiglijke (ZG) handicap met zware beperkingen op het terrein / de terreinen van: 1. Sociale redzaamheid 2. Het bewegen en verplaatsen 3. Het psychisch functioneren 4. Het geheugen en de oriëntatie 5. Het vertonen van zwaar probleemgedrag De deelnemers aan dagbesteding als maatwerkvoorziening: hebben vaak een grote fysieke zorgbehoefte; kunnen een grote noodzaak tot structuur en regelmaat hebben hebben professionele begeleiding nodig Activiteiten Activiteiten worden collectief aangeboden waarbij maatwerk geboden wordt. Dit maatwerk sluit aan op de aard van de beperking en van het individu en zijn of haar mogelijkheden en is afhankelijk van de activiteit zelf. Bij de dagactiviteit in groepsverband kan de begeleiding samenhangen met persoonlijke verzorging en met behandeling (op de achtergrond, met het accent op multidisciplinaire diagnostiek en advisering) . De activiteiten dragen bij aan de kwaliteit van de daginvulling van de deelneme r waarbij de beleving van de deelnemer en de eventuele mantelzorger een graadmeter is. Begeleiding De professional is de inhoudsdeskundige. De professional signaleert wanneer begeleiding opgeschaald of afgeschaald wordt en neemt vervolgens het initiatief richting de Regisseur. De professional is het aanspreekpunt voor de deelnemer, de mantelzorger en voor de vrijwilliger.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 33 van 80
Domein 4 Maatwerkdiensten Jeugd 4.1
Algemene inleiding
Doel De regio Noord-Limburg richt zich op alle jeugd waarbij de focus ligt op het normale opgroeien en opvoeden. Elk kind is uniek en ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. Wij willen als regio een positieve en stimulerende basis bieden waarin kinderen zich optimaal ontwikkelen en hun talenten ontplooien (positief jeugdbeleid). Het kind staat centraal, maar wel in de context van de eigen opvoedomgeving. Het gezin is de basis en ouders zijn primair verantwoordelijk voor de opvoeding en het welzijn van hun kinderen. Zij worden daarop aangesproken. Dat betekent ook dat zij altijd betrokken worden bij zaken die spelen rond hun kinderen. Wat verstaan wij onder Jeugdhulp 1. Ondersteuning van, en hulp en zorg aan jeugdigen en hun ouders bij het verminderen, stabiliseren, behandelen en opheffen van, of omgaan met de gevolgen van psychische problemen en stoornissen, psychosociale problemen, gedragsproblemen of een verstandelijke beperking van de jeugdige, of opvoedingsproblemen van ouders. 2. Het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van jeugdigen met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem en die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt . 3. Het ondersteunen bij of het overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid bij jeugdigen met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking of een somatische of psychiatrische aandoening of beperking, die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt, met dien verstande dat de leeftijdgrens van achttien jaar niet geldt voor jeugdhulp in het kader van jeugdstrafrecht. Speerpunten Jeugdhulp Nadruk op vroegtijdig signaleren en preventief aanpakken. Bevorderen eigen kracht van het gezinssysteem. Afstemmen en samenwerken met het wijkteam/gebiedsteam/gezinscoach en het sociale netwerk rondom het gezin en andere aanbieders. Zorg zoveel mogelijk in de eigen omgeving van het kind. Efficiënte en effectieve ondersteuning en zorg. Aandacht voor de duur van het traject en sturing op doorstroom en uitstroom. Werken volgens 1Gezin1Plan1Regisseur. Snel beschikbaar voor consultatie, advies en diagnose. (Indien nodig) aansluiting bij en uitwisseling met specialistische voorzieningen zoals gecertificeerde instelling(en), Veilig Thuis, crisisdienst, Raad voor de Kinderbescherming, etc. Bij de benadering van ouders en kind, behandeling en/of in te zetten methodieken wordt rekening gehouden met de religieuze- en of culturele achtergrond van burgers, ouders en jeugdigen, tenzij er redenen zijn om hiervan af te wijken. Nazorg na afronding van het traject. Na afronding van de specialistische hulp is het gewenst dat, als lichtere ondersteuning noodzakelijk blijft, de jeugdige en zijn gezin worden Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 34 van 80
overgedragen aan het team gezinscoaches voor verdere ondersteuning. Hiermee wordt voorkomen dat de bereikte resultaten teniet worden gedaan. Blijvende innovatie. Het overbrengen van de jeugdhulp naar de gemeenten gaat gepaard met een bezuinigingsopdracht. Innovaties kunnen helpen om ondanks de beperktere middelen toch voldoende kwalitatieve zorg te kunnen blijven leveren. Bij innovatie wordt onder meer gedacht aan multifocale trajecten. Goede kwaliteit van zorg wordt geleverd volgens de professionele standaarden, is doeltreffend en waarbij er integraal gewerkt wordt.
Landelijk Transitiearrangement 3 Het doel van het landelijk transitiearrangement is om te komen tot afspraken met aanbieders van bepaalde landelijke, specialistische functies waarbij regionale of lokale inkoop vanwege hun specialisme niet voor de hand ligt. Het landelijke transitiearrangement beschrijft de afspraken met zorgaanbieders (product en prijs) waar alle gemeenten gebruik van kunnen maken als hun inwoners dergelijke specialistische zorg nodig hebben. Het landelijk transitiearrangement heeft een looptijd van in beginsel drie jaar. De landelijke functies die onderdeel zijn van het landelijke transitiearrangement worden derhalve NIET meegenomen in deze Inkoopprocedure. De volgende documenten zijn van toepassing op het domein Jeugd: Jeugdwet Besluit Jeugdwet Regionaal Beleidskader Jeugd Noord-Limburg 2015-2018. Pilot generalisten Noord-Limburg (Kapstokpilot) bestuurlijk vastgesteld in april 2013. Afspraken met MEE (juni 2014). Voor een verdere toelichtingen van de onderwerpen die in de volgende paragrafen benoemd worden, wordt verwezen naar deze documenten. Inkoopdoelen Jeugdhulp: 1. Continueren van jeugdhulp die momenteel al wordt geboden. 2. Verbeteren van de kwaliteit van jeugdhulp. 3. Verminderen van de kosten van jeugdhulp.
3
https://www.vng.nl/onderwerpenindex/decentralisaties-sociaal-domein/decentralisatie-jeugdzorg/publicaties/landelijktransitiearrangement-jeugd-2015 Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016 Pagina 35 van 80
Perceelindeling Domein 4: Maatwerkdiensten Jeugd Perceelnummer 1 2
3 4 5 6 7 8 9 10 11
Maatwerkdienst Generalistische Basis J-GGZ Specialistische J-GGZ, waaronder: Curatieve GGZ-zorg door kinderartsen Ernstige enkelvoudige dyslexie Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging Logeren Extramurale behandeling VG Intramurale behandeling LVG Beschermd wonen Opvoed- en opgroeihulp Pleegzorg Nazorg Overig
Aanbieders kunnen voor elk perceel een Aanbieding indienen, met andere woorden: aanbieders kunnen op één of meerdere percelen een Aanbieding indienen. Jeugdhulp uitgesloten van deze Inkoopprocedure Dit inkoopdocument bevat vrijwel alle vormen van maatwerk van jeugdhulp waarvoor gemeenten met ingang van 1 januari 2015 verantwoordelijk zijn. De volgende typen zorg vormen echter geen onderdeel van deze Inkoopprocedure: 1. Gesloten Jeugdhulp (JeugdzorgPlus): hiervoor worden bovenprovinciaal afspraken gemaakt 2. Veilig Thuis (advies en meldpunt kindermishandeling en huiselijk geweld): hiervoor worden separaat bovenregionaal afspraken gemaakt. 3. Forensische zorg: inzet van gedragsinterventies binnen jeugdreclassering, deze vallen binnen het landelijke transitiearrangement met landelijke raamovereenkomsten . 4. Jeugdbescherming en jeugdreclassering: Hiervoor worden separaat regionale afspraken gemaakt met gecertificeerde instellingen. 5. Crisisdienst en hulp in crisissituaties voor jeugdigen: hiervoor worden separaat bovenregionaal afspraken gemaakt. 6. Voor dagbesteding voor jeugdigen wordt geen uitvraag gedaan binnen domein 4 Jeugd, maar binnen domein 3 Dagbesteding. Voor alle percelen die in dit Domein worden benoemd is het Programma van Eisen van toepassing. In het Programma van Eisen wordt per eis aangegeven of de ze van toepassing is op een specifiek domein / perceel.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 36 van 80
NB!: uitgesloten van deze Inkoopprocedure 2016 Lokale regeling gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas maakt afspraken met Welzijnsstichting Vorkmeer over het welzijnswerk breed 2015. Vorkmeer is niet de enige Aanbieder die deze producten, diensten of voorzieningen levert of gaat leveren in Peel en Maas. De gemeente Peel en Maas als onderdeel van deze Inkoopprocedure 2016, sluit mogelijk ook Raamovereenkomsten met Aanbieders die regionaal op de percelen intekenen. 4.2
A. Specialistische jeugdhulp
Doel De gezinscoach (als beschreven in Domein 1) schakelt afhankelijk van de casus specialistische jeugdhulp in. Maar ook de huisarts, de medisch specialist, de jeugdarts of de gecertificeerde instellingen kunnen specialistische jeugdhulp inzetten. Het gaat bij specialistische jeugdhulp dus om alle jeugdhulp die niet binnen de competenties en verantwoordelijkheden van de gezinscoach past. Van de specialistische jeugdhulp wordt een tweeledige rol verwacht: 1. Dienstverlenende rol voor de gezinscoach gericht op versterking van de functie. De gezinscoach kan terugvallen op de specialistische jeugdhulp als vraagbaak, consultatie en meedenker bij casuïstiek. Dit type zorg is opgenomen in Domein 1 en maakt geen onderdeel uit van Domein 4. 2. Inzet van de specialistische jeugdhulp bij het gezin, waaronder diagnostiek, specialistische hulp of andere zorg. We willen de specialistische jeugdhulp als specifieke kennisdrager eenvoudig, laagdrempelig en snel kunnen inzetten. Bij de inzet van deze specialistische hulp wordt het principe van ‘erbij halen’ gehanteerd. De gezinscoach gaat hiertoe over als er sprake is van situaties waarin zijn inzet niet toereikend is, bijvoorbeeld door de zwaarte en complexiteit van problemen. Essentiële voorwaarde voor deze aanpak is dat specialistische hulp snel inzetbaar is. Uitgangspunt is dat de gezinscoach ook bij inzet van de specialist “leidend” is en het “aanspreekpunt” blijft voor het gezin. Inhoud Specialistische jeugdhulp betreft jeugdhulp van professionals met specialistische expertise op het gebied van opgroeien en opvoeden in situaties waar sprake is van ernstige of complexe problemen ten gevolge van onder meer problematische gezinssituaties, psychiatrische stoornissen, verslaving en/of verstandelijke beperkingen. Deze vorm van jeugdhulp kan worden ingezet door de gezinscoach, de huisarts, de medisch specialist, de jeugdarts of de gecertificeerde instelling. Specialistische jeugdhulp kan alleen worden ingezet op basis van een gemeentelijke beschikking en/of opdracht, een verwijsbrief van een huisarts, medisch specialist of jeugdarts of een bepaling jeugdhulp van de gecertificeerde instelling. Zonder beschikking en/of opdracht, verwijsbrief of bepaling jeugdhulp wordt de hulp door opdrachtgever niet betaald. Opdrachtgever maakt afspraken met de huisartsen, de medisch spec ialisten, de jeugdartsen, de gecertificeerde instellingen en de zorgverzekeraars over de voorwaarden Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 37 van 80
waaronder en de wijze waarop de verwijzing plaatsvindt en over de samenwerking met gezinscoaches. Specialisten zijn ondersteunend aan het gezin en de gezinscoach. Behandeling vindt in principe ambulant (in de directe omgeving van het kind/het gezin) plaats. Indien nodig kan de jeugdige (tijdelijk) in een specialistische voorziening verblijven, bijvoorbeeld voor dagbehandeling of 24-uurs verblijf. In geval van een behandeltraject zal dit traject bestaan uit een mix van trainingen, methodieken, programma’s, begeleiding en ondersteuning. Hierbij wordt systemisch gekeken. Daarmee wordt bedoeld dat naast de jeugdige ook de ouders en relevante opvoedprofessionals bij de hulp worden betrokken. De te bieden hulp past in het integrale gezinsplan. Het behandeltraject is individueel maatwerk, waarbij de behandeling individueel met ouders en/of groep plaats vindt. Waar nodig wordt multidisciplinaire/multifocale hulp ingezet. De duur van het traject is afhankelijk van de hulpvraag en de gestelde (gezins)doelen. Interventies dragen bij aan het terugdringen van problemen en stoornissen op latere leeftijd. Een bijzondere vorm van specialistische hulp is residentiële hulp. Het is een benaming voor uiteenlopende typen van zorg voor kinderen en jongeren tot en met de leeftijd van 18 jaar. Vaak wordt deze vorm van zorg ook geduid als verblijfshulp in een gezinshuis of instelling, omdat de betreffende kinderen hier wonen, opgroeien en worden begeleid en behandeld voor korte of langere duur. Het inzetten van residentiële hulp kan op basis van vrijwillige medewerking van de ouders of onder dwang. Indien er sprake is van acute onveiligheid, kan de kinderrechter besluiten om het kind gedwongen te plaatsen in een dergelijke instelling. Speerpunten Aandacht voor de duur van het traject; Opdrachtgever is van mening dat een traject niet langer dan noodzakelijk mag voortduren en er zo snel mogelijk weer sprake moet zijn van een ‘normale’ opvoedsituatie. Efficiënt en effectief; Opdrachtgever verwacht dat aanbieders begeleiding - en hulpverleningsmethoden toepassen die in het verleden aantoonbaar effectief zijn geweest, dan wel een wetenschappelijke/theoretische onderbouwing hebben; Verschuiving van residentieel naar ambulante hulp. Het beleid is gericht op een daling van het aantal plaatsingen in residentiële hulpvormen, het flexibiliseren van deze woonvormen naar de specifieke doelgroepen (achtergrond van de problematiek, lang/kort en doelgroep op zichzelf) en tot slot een verkorting van de duur. Opdrachtnemer en opdrachtgever maken afspraken over aanvaarbare wachttijden in de jeugdhulp. Daarbij zijn de maximaal aanvaardbare wachttijden zoals opgenomen in de zogenoemde ‘Treeknormen’ een belangrijk uitgangspunt. Vervoer Voordat aan een jeugdige jeugdhulp wordt toegekend, worden met de jeugdige en zijn ouders/verzorgers ook de vervoersmogelijkheden besproken. Het uitgangspunt is dat er Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 38 van 80
sprake is van eigen kracht, er is bijvoorbeeld vervoer door de verzorger, mantelzorger of anderen naar het adres waar de behandeling/hulp/ondersteuning plaatsvindt. Indien dit niet mogelijk is, wordt er door de gemeente vervoer aan de jeugdige toegekend. Dit betekent dat de zorgaanbieder die voorheen provinciaal of vanuit de AWBZ werd gefinancierd, verantwoordelijk is voor het vervoer van en naar het adres waar de behandeling/hulp/ondersteuning plaatsvindt. Dit vervoer voldoet aan de vereisten die noodzakelijk zijn om de jeugdige veilig te kunnen vervoeren, zoals bijvoorbeeld het vervoer van personen met een rolstoel. Hierbij mag geen eigen bijdrage worden gevraagd. Uitgangspunt hierbij is dat vervoer wordt verzorgd tussen het thuisadres en het adres waar de behandeling/hulp/ondersteuning plaatsvindt en vica versa. In voorkomende gevallen kan het in plaats van het woonadres (binnen grenzen van redelijkheid) gaan om vervoer van en naar school of bijvoorbeeld kinderopvang. De gemeente zal dit vooraf via de beschikking die hiervoor wordt afgegeven, aangeven. De jeugdhulpaanbieders die voor de decentralisatie van de jeugdzorg provinciaal en via de AWBZ werden gefinancierd, borgen de continuïteit van het huidige vervoer totdat gemeenten op een andere wijze vorm en inhoud hebben gegeven aan de organisatie van het zogenaamde doelgroepenvervoer. Tussentijdse evaluaties en bijstellingen kunnen hierbij aan de orde zijn. Voor het vervoer van jeugdigen die worden behandeld in een J-GGZ setting, geldt het bovenstaande niet. Ook hier geldt dat eerst wordt gekeken naar de eigen mogelijkheden van het gezin en de sociale omgeving. Maar mocht het nodig zijn, wordt het vervoer van en naar de J-GGZ aanbieder door de gemeenten zelf verzorgd en niet door de J-GGZ aanbieder, ook niet tijdens schoolvakanties. De reden hiervoor is dat dit in het verleden ook nooit van deze aanbieders is gevraagd en de gemeenten dit voor de toekomst willen regelen via het doelgroepenvervoer. Daarom zou het niet logisch zijn om J -GGZ aanbieders te vragen deze verantwoordelijkheid op zich te nemen. Eisen aan jeugdhulp Opdrachtgever stelt een aantal aanvullende eisen aan de specialistische jeugdhulp. Deze eisen kunnen ook per perceel verschillen. Door het indienen van een Aanbieding gaat u akkoord met de eisen. U vindt de eisen in het Programma van Eisen. 4.3
B. Jeugd-GGZ (J-GGZ)
Doel J-GGZ is gericht op het herstel of het voorkomen van verergering van een psychische stoornis (of psychiatrische aandoening) van kinderen en jeugdigen tot 18 jaar. Psychische stoornissen worden gegroepeerd met behulp van de DSM (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders)-IV classificatie. Alleen psychische stoornissen kunnen worden behandeld in de J-GGZ. Behandeling van psychische problemen – zonder dat sprake is van een psychische stoornis volgens de DSM-IV – valt niet onder de J-GGZ. Behandeling van deze klachten kan wel – ook voor Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 39 van 80
jeugdigen – worden vergoed binnen de huisartsenzorg, zonodig met ondersteuning van de praktijkondersteuner GGZ. Dit kan ook via andere vormen van jeugdhulp die beschreven zijn in andere percelen van het domein Maatwerkdiensten Jeugdhulp. Niet alle stoornissen in de DSM-IV worden vanuit de J-GGZ behandeld. De behandeling van een stoornis kan ook tot een ander domein dan de jeugdhulp behoren, zoals leerstoornissen waar het onderwijs primair verantwoordelijk voor is. Jeugd-GGZ kan alleen worden ingezet op basis van een gemeentelijke beschikking en/of opdracht, of een verwijsbrief van een huisarts, medisch specialist, jeugdarts of de gecertificeerde instellingen. Zonder beschikking en/of opdracht, verwijsbrief of bepaling jeugdhulp wordt de hulp door opdrachtgever niet betaald. Geneesmiddelen Opdrachtgever is financieel verantwoordelijk voor de geneesmiddelen die te maken hebben met de psychische klachten, maar alleen voor zover deze worden verstrekt tijdens verblijf in een instelling (dus de intramurale psychofarmaca). Voor een jeugdige, die niet in een GGZ-instelling verblijft, maar wel medicijnen voor psychische klachten krijgt voorgeschreven, valt de behandeling onder de Jeugdwet (en wordt betaald door opdrachtgever), maar de medicijnen onder de Zorgverzekeringswet (en wordt betaald door de zorgverzekeraar). Indien voor een jeugdige die verblijft in een (GGZ-) instelling somatische (lichamelijke) zorg nodig is en geneesmiddelen die niet met de psychische klachten te maken hebben, is de zorgverzekeraar verantwoordelijk voor de kosten. Opdrachtgever verwacht van jeugd-GGZ-instellingen een integraal tarief waarin zowel het bedrag voor de GGZ-behandeling als de intramurale psychofarmaca zijn opgenomen. Vervoer Als de jeugdige is aangewezen op hulp in verband met de behandeling van psychische stoornissen, dan kan de jeugdhulp ook het vervoer naar en van het adres waar de behandeling/hulp/ondersteuning plaatsvindt bevatten. Indien dit nood zakelijk zou blijken draagt opdrachtgever zelf zorg voor het vervoer. De vervoersverantwoordelijkheid wordt niet bij J-GGZ-aanbieders neergelegd. Speerpunten In het Bestuurlijk Akkoord Toekomst GGZ 2013–2014 zijn afspraken gemaakt over het versterken van de huisartsenzorg en het ontwikkelen van een Generalistische Basis GGZ om kwaliteit en kostenbeheersing te waarborgen. Deze kostenbeheersing moet tot stand komen door een vermindering van het beroep op Specialistische GGZ. De uitgangspunten in het Bestuurlijk Akkoord komen overeen met de visie van de opdrachtgever. Niet alleen gaat het om vermindering van het gebruik van relatief dure zorg, maar vooral ook om het versterken van eigen kracht en zelfredzaamheid en kleine problemen klein houden.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 40 van 80
Klachten worden niet behandeld via S-GGZ of GB-GGZ, hiervoor zijn de huisarts of praktijkondersteuner GGZ aan zet. Indien het gaat om een gediagnosticeerde stoornis kan S-GGZ of GB-GGZ worden ingezet. Versterken en ontwikkelen Generalistische Basis GGZ. Voortzetten productontwikkeling en innovatie (multifocale trajecten, E-Health en FACT-teams) Blended E-health (combinatie tussen face-to-face behandelingen en E-health behandeling). Psychiatrische expertise op het niveau van een lokaal team Link met specialistische landelijke functies
Inkoop 2016 Bij de inkoop in 2015 heeft opdrachtgever de specialismen eetstoornissen, verslavingszorg en autisme als aparte percelen in de offerteaanvraag opgenomen. Met ingang van de inkoop voor 2016 zijn deze specifieke percelen komen te vervallen. Opdrachtgever verzoekt u daarom om Aanbiedingen ten aanzien van deze producten uit te brengen onder het perceel Specialistische GGZ (S-GGZ). Waar het gaat om begeleiding bij autisme kunt u dit aanbieden bij het perceel 3. Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging. Opdrachtgever vraagt voor de J-GGZ Aanbiedingen voor de volgende 2 percelen: Generalistische Basis J-GGZ Specialistische J-GGZ, waaronder Curatieve GGZ-zorg kinderartsen Ernstige enkelvoudige dyslexie (EED) 4.4 Perceel 1. Generalistische Basis J-GGZ De Generalistische Basis J-GGZ (GB-GGZ) is bedoeld voor jeugdigen met lichte en matige problematiek. Uitgangspunt voor de zorg vormt de zorgvraag van de jeugdige en zijn gezin. Het patiëntprofiel is gebaseerd op vijf objectieve criteria: DSM-stoornis (of vermoeden van), ernst van de problematiek, risico, complexiteit en beloop klachten. In de Basis GGZ worden mensen behandeld met lichte tot ernstige problematiek, met een laag matig risico en enkelvoudig beeld met lage complexiteit. Voor de bekostiging van de Basis GGZ zijn vier integrale NZa-prestaties van toepassing, te weten Basis GGZ Kort (BK), Basis GGZ Middel (BM), Basis GGZ Intensief (BI) en Basis GGZ Chronisch (BC). Elk van deze prestaties omvat het geheel van behandelcomponenten, inclusief intake en diagnostiek. 4.5 Perceel 2. Specialistische J-GGZ Voor ernstigere psychische stoornissen kan een jeugdige terecht bij gespecialiseerde GGZ aanbieders. Bij de Specialistische GGZ (S-GGZ) gaat het om diagnostiek en specialistische behandeling van (zeer) complexe psychische aandoeningen. De behandeling vindt plaats in een multidisciplinaire context. De financiering gebeurt op basis van DBC's GGZ. Als een hoofdbehandelaar naast zijn behandeling begeleiding nodig acht op h et niveau van een behandelaar (medisch, paramedisch, gedragswetenschappelijk, vaktherapeut , en Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 41 van 80
dergelijke) dan dient multidisciplinaire zorg te worden ingezet. Zeker bij gespecialiseerde GGZ komt het regelmatig voor dat begeleidingsactiviteiten een wezenlijk onderdeel zijn van de behandeling. Het kan daarbij gaan om het motiveren tot behandeling, het stimuleren tot zelfzorg en het stimuleren tot medicatie-inname. Deze zorg – die erop gericht is behandeling vanuit de J-GGZ mogelijk te maken – is een onlosmakelijk deel van de behandeling. Deze activiteiten vloeien voort uit het behandelplan, zijn noodzakelijk om het behandeldoel te bereiken, worden aangestuurd door de hoofdbehandelaar en er vindt terugkoppeling plaats naar de hoofdbehandelaar. Activiteiten die een niet-geneeskundig doel betreffen en waarvoor geen deskundigheid op het niveau van de behandelaar is vereist, worden gerekend tot de hulp waarvoor Aanbiedingen worden gevraagd in de percelen “Hulp aan jeugdigen met een beperking” of “Jeugd- en Opvoedhulp”. De bekostiging geschiedt op basis van een Diagnose Behandel Combinatie (DBC). De gemeenten zijn gehouden vanaf 2015 gedurende 3 jaar volgens de DBC-systematiek te werken. Onderdeel perceel 2 Specialistische J-GGZ: Curatieve GGZ-zorg kinderartsen Doelgroep Het gaat om jeugdigen tot en met 18 jaar met gedragsproblemen en psychische 4 stoornissen die zorg ontvangen van kinderartsen in ziekenhuizen of zelfstandige behandelcentra (hierna: ZBC’s). Het betreft ambulante- en dagbehandeling. Uitsluitingscriteria Het betreft hier niet de zorg voor jeugdigen die gerelateerd is aan de behandeling van een somatische aandoening of diagnostiek gericht op het uitsluiten van somatische aandoeningen. Die blijven onderdeel van de Zorgverzekeringswet (Zvw) . Ook de door de kinderarts voorgeschreven extramurale psychofarmaca blijven onder de Zvw. De doelgroep wordt verdeeld in jeugdigen met ADHD en jeugdigen met een andere psychiatrische stoornis (zoals bijvoorbeeld autisme of depressie). ADHD ADHD is een psychische stoornis die valt onder de DSM-classificatie ‘Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit’. De kinderarts vervult een belangrijke rol bij de diagnostiek en behandeling van jeugdigen met ADHD. De kinderarts integreert in zijn/haar werk de fysieke en mentale domeinen van gezondheid en levert integrale zorg. Juist deze integrale benadering van de zorg voor de jeugdige, rekening houdende met de sociale en biologische aspecten, zorgt voor een optimale zorg voor de jeugdige. Psychiatrische stoornissen Dit betreft de behandeling van psychische stoornissen waaronder autisme en depressie. Speerpunt Het verbeteren van de samenwerking met de huisarts en de lokale teams zodat de jeugdige niet onnodig lang behandeld wordt binnen de (zeer) specialistische zorg. 4
Waar psychische stoornissen staat wordt psychische en psychiatrische stoornissen bedoeld . Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 42 van 80
Bekostiging De systematiek van DBC-zorgproducten, ook DOT genoemd in medisch specialistische zorg, is anders dan de GGZ-DBC’s. Een initïele DBC heeft een maximale doorlooptijd van 90 dagen (GGZ-DBC 365 dagen). Een vervolg DBC heeft een maximale doorlooptijd van 120 dagen (GGZ-DBC 365 dagen). Binnen DOT-systematiek worden zorgactiviteiten geregistreerd, binnen DBC-GGZ minuten. Onderdeel perceel 2 Specialistische J-GGZ: Ernstige enkelvoudige dyslexie (EED) Doel Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED) is een neurocognitieve functiestoornis en vereist deskundigheid op het gebied van cognitieve informatieverwerking en de toepassing daarvan in diagnostiek en behandeling. Inhoud In aansluiting bij de praktijk berust de verantwoordelijkheid voor de uitvoerin g van een protocol met betrekking tot de diagnostiek en behandeling van dyslexie bij psychologen en orthopedagogen op het niveau van GZ-psycholoog met (postacademische) specialisatie in: leren en cognitieve informatieverwerking leer- en cognitieve functiestoornissen diagnostiek en behandeling van dyslexie Een aanmelding voor diagnostisch dyslexie onderzoek gebeurt vanuit de school en is ontvankelijk: 1. indien de schoolanamnese en signaleringsgegevens stagnatie aantonen; 2. de gegevens betreffende extra begeleiding op school aantonen dat hierin geen of onvoldoende verbetering optreedt. De verwijzing door school dient te gebeuren door een daartoe bevoegd en deskundig functionaris met bijbehorende expertise. Aan een verwijzing ligt altijd een gemeentelijke beschikking en/of opdracht ten grondslag. Zonder beschikking en/of opdracht wordt de hulp door opdrachtgever niet betaald. Een remedial teacher kan niet ingezet worden als behandelaar/hulppersoneel. Opdrachtgever zet zich in om met de verwijzers afspraken te maken over terugkoppeling. Speerpunten Dyslexiezorg is onder strikte voorwaarden beschikbaar. Het is belangrijk om te voorkomen dat kinderen met lees- en spellingproblemen (te snel) naar dyslexiezorg worden geleid. Pas als extra ondersteuning door het onderwijs geen soelaas biedt, komt dyslexiezorg in beeld. Goed leesonderwijs en voldoende remediëring op school voorkomt ongewenste overloop van onderwijs naar dyslexiezorg en draagt bij aan normalisering van leerproblemen. Ook draagt de kwaliteit van onderwijs bij aan het adequaat identificeren van de kinderen die gebaat zijn bij dyslexiezorg. Het laatste is cruciaal voor maatschappelijke participatie, de ervaren kwaliteit van leven en besparing van kosten op andere terreinen binnen het sociaal (jeugd)domein.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 43 van 80
Dyslexiezorg is complementair aan het onderwijs. Twee protocollen zijn inhoudelijk bepalend voor de integrale aanpak van dyslexie: 1. Het onderwijsprotocol leesproblemen en dyslexie primair onderwijs. Dit protocol is gericht op signaleren en ondersteuning vanuit het onderwijs, inclusief een indi vidueel traject van remediëring. 2. Het Protocol DD&B 2.0. Dit protocol is gericht op de overdracht van school naar zorg, de diagnostiek en behandeling binnen de dyslexiezorg. Het toepassen van de protocollen borgt ouderbetrokkenheid, integratie van zorg, onderwijs en ouders alsmede actieve afstemming, een systematische en methodische werkwijze. Dat geeft de zekerheid dat zorg zo snel, zo licht, zo kind/school -nabij en integraal mogelijk wordt verleend. 4.6
C. Hulp aan jeugdigen met een beperking
Doel Vanuit de AWBZ zijn de volgende prestaties naar de Jeugdwet overgekomen: 1. Extramurale begeleiding, dagbesteding, kortdurend verblijf en persoonlijke verzorging. Het gaat om alle grondslagen in de gehandicaptensector, namelijk jeugdigen met een verstandelijke (VG), lichamelijke (LG), zintuiglijke (ZG), somatische (SOM) of psychische (PSY) aandoening. 2. Extramurale behandeling van jeugdigen met de grondslag verstandelijke beperking (VG). Dit betreft ook de prestatie ‘behandeling groep’. 3. Zorgzwaartepakketten LVG 1-5 voor intramurale jeugdigen met een licht verstandelijke beperking. 4. Beschermd wonen. In de praktijk hebben kinderen vaak een combinatie van verschillende vormen van zorg en ondersteuning nodig. Speerpunten Sneller signaleren dat kinderen een (dreigende) ontwikkelingsachterstand hebben. Uitbreiding van multifocaal aanbod dat simultaan wordt ingezet op meerdere aspecten van de problematiek; Aandacht voor geïnternaliseerde problematiek; Aandacht voor de situatie van licht verstandelijk gehandicapten en hun specifieke problematiek. Opdrachtgever vraagt u om Aanbiedingen uit te brengen voor alle vormen van hulp aan jeugdigen met een beperking, voor zover deze niet onder de Wet langdurige zorg (Wlz) of Zorgverzekeringswet (Zvw) vallen. Vervoer Als de jeugdige is aangewezen op hulp in verband met beperkingen, dan kan de jeugdhulp ook het vervoer van en naar het adres waar de behandeling/hulp/ ondersteuning plaatsvindt bevatten. Indien naar het oordeel van opdrachtgever blijkt dat het vervoer niet door de verzorger, mantelzorger of anderen zelf kan worden verzorgd, is de aanbieder verantwoordelijk voor dit vervoer. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 44 van 80
Inkoop 2016 Bij de inkoop in 2015 heeft opdrachtgever het specialisme autisme als apart perceel in de offerteaanvraag opgenomen. Met ingang van de inkoop voor 2016 is dit specifieke perceel komen te vervallen. Opdrachtgever verzoekt u daarom om Aanbiedingen ten aanzien van de behandeling van autisme uit te brengen onder het perceel 2. Specialistische Jeugd-GGZ (S-GGZ). Waar het gaat om begeleiding bij autisme kunt u dit aanbieden onder het perceel 3. Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging of onder Domein 3 waar u begeleiding groep/dagbesteding kunt aanbieden. Onder de hulp aan jeugdigen met een beperking vallen de volgende percelen: Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging Logeren Extramurale behandeling VG Intramurale behandeling LVG Beschermd wonen Voor dagbesteding/begeleiding groep wordt u doorverwezen naar Domein 3 Dagbesteding. Voor dagbesteding kunt u geen Aanbiedingen uitbrengen onder Domein 4. 4.7 Perceel 3. Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging Onder dit perceel vallen de volgende producten die hierna nader worden beschreven: 1. Begeleiding individueel basis 2. Begeleiding individueel basis+ 3. Begeleiding individueel specialistisch 4. Persoonlijke verzorging Ad 1. Begeleiding individueel basis Doelgroep Jeugdigen met een verstandelijke (VG), lichamelijke (LG), zintuiglijke (ZG), somatische (SOM) of psychische (PSY) aandoening met beperkingen op het terrein van en/of: 1. Sociale redzaamheid 2. Het bewegen en verplaatsen 3. Het psychisch functioneren 4. Het vertonen van probleemgedrag 5. Geheugen en de oriëntatie 6. Het ervaren van problemen bij de opvoeding Doel Gericht op het versterken van de eigen kracht en stimuleren van het netwerk. Het bieden van activiteiten gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid die ingezet worden ter voorkoming van opname in een instelling. Ondersteunen bij beperkingen op het vlak van zelfregie over het dagelijks leven. Begeleiden bij het toepassen en inslijpen van aangeleerde vaardigheden en gedrag in het dagelijks leven door herhaling en methodische interventie. Om leren gaan met een beperking (psychisch dan wel fysiek) Begeleiding gericht op de stimulering van de ontwikkeling van de jeugdige en/of op de opvoedingsondersteuning. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 45 van 80
Activiteiten 1. Het ondersteunen bij of het oefenen met vaardigheden of handelingen. 2. Het ondersteunen bij of het oefenen met het aanbrengen van (dag)structuur of het voeren van regie. 3. Het overnemen van toezicht. 4. Aansturen van gedrag. De activiteiten zijn niet alleen gericht op het individu, maar het hele gezin (of systeem om het gezin heen) kan betrokken worden bij de begeleiding. Ad. 2 Begeleiding individueel Basis+ Doelgroep Jeugdigen die zijn aangewezen op ’Begeleiding basis’ en die – door de aard van hun chronische ziekte en beperkingen – naar verwachting begeleiding moeten inroepen buiten de afgesproken vaste tijden. Bij jeugdigen met een verstandelijke handicap kan onder deze beschikbaarheid ook de extra aandacht voor cliënten met probleemgedrag vallen; Situaties van sterk ‘ontregelde gezinnen’ waar niet volstaan kan worden met planbare zorg op vaste tijdstippen. Doel Hetzelfde doel als omschreven is bij ‘Basis’. Daarnaast is er beschikbaarheid van begeleiding, waardoor de jeugdige en zijn gezin erop kunnen rekenen dat de zorgaanbieder naast planbare zorg ook oproepbare zorg levert binnen redelijke tijd. Activiteiten Idem aan ‘Begeleiding basis’ plus interveniëren in / stabiliseren van de situatie buiten de afgesproken tijden. Aanvullende informatie De lokale toegang besluit na vraagverheldering of er een indicatie basis, basis+ of een combinatie ervan afgegeven moet worden. Mocht nu blijken dat er in de prakti jk nietplanbare begeleiding nodig is, dan kan de aanbieder contact leggen met het gebiedsteam, om dit alsnog aan te vragen. Ad. 3 Begeleiding individueel specialistisch Doelgroep Chronische vorm van niet-aangeboren hersenletsel die gepaard gaat met een matige of zware, invaliderende aandoening of beperking (fysieke, cognitieve, sociaal-emotionele beperkingen). Aanvullend op beperkingen als genoemd onder ‘Begeleiding basis’, is er sprake van een langdurige psychische stoornis en daarmee samenhangende beperkingen in “sociale redzaamheid” (beide vastgesteld op grond van psychiatrische diagnostiek). Er is begeleiding nodig van een specifiek specialisme.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 46 van 80
Doel Ondersteunen bij beperkingen op het vlak van zelfregie over het dagelijks leven Gericht op het versterken van de eigen kracht en stimuleren van het netwerk. Stimulering van de ontwikkeling van de jeugdige en/of op de opvoedingsondersteuning, waarbij de jeugdige en/of het gezin hulp nodig heeft van een specifiek specialisme. Activiteiten Activiteiten zoals vermeld onder “Begeleiding basis”. Begeleiden in verband met ernstig tekortschietende vaardigheden in het zelfregelend vermogen (dagelijkse bezigheden regelen, besluiten nemen, plannen en uitvoeren van taken, beheerszaken regelen, communicatie, sociale relaties, organisatie van de huishouding, eventueel persoonlijke zorg). Begeleiden bij sociaal-emotionele problematiek die samenhangt met de stoornis. Begeleiden bij de mogelijke integratie in de samenleving en de sociale participatie Het hele gezin (of het systeem om het gezin heen) betrekken bij de begeleiding. Ad 4. Persoonlijke verzorging Persoonlijke verzorging is onderverdeeld in twee categorieën die hierna nader worden beschreven: 1. Persoonlijke verzorging basis 2. Persoonlijke verzorging basis+ 1. Persoonlijke verzorging basis Doelgroep Jeugdigen met een verstandelijke (VG), lichamelijke (LG), zintuiglijke (ZG), somatische (SOM) of psychische (PSY) aandoening resulterend in een tekort aan zelfredzaamheid bij persoonlijke zorg (noodzaak dat een hulpverlener de ADL-activiteiten ondersteunt of geheel of gedeeltelijk overneemt). Doel Het ondersteunen bij, of overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging (met inbegrip van enige begeleiding bij die activiteiten), gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid. De aard van de hulpvraag ligt hier nadrukkelijk NIET op een behoefte aan geneeskundige zorg of een hoog risico hierop. Inhoud Persoonlijke verzorging basis omvat de volgende activiteiten/uitgangspunten: Uitgangspunt bij de persoonlijke verzorging is het vergroten van de zelfredzaamheid van de jeugdige, indien mogelijk wordt er op ingezet dat de jeugdige in de toekomst de taken zelf of met familie uit kan voeren. Hulp bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL-taken), namelijk bij het zich wassen, zich kleden, beweging en houding (waaronder in/uit bed gaan), eten en drinken, toiletgang, eventueel ook de controle van lichaamsfuncties; Hulp bij beperkingen op het vlak van zelfverzorging van haren, sieraden omdoen, zich opmaken, scheren, mond- en gebitsverzorging, hand- en voetverzorging, aanbrengen en uitdoen van prothesen, hoortoestel aan of uitzetten, bril poetsen en opzetten, medicijnen klaarzetten (met uitzondering van het vullen van de weekdozen) en toedienen. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 47 van 80
Advies, instructie en voorlichting aan de jeugdige en zijn gezin die in directe relatie staan met de persoonlijke verzorging.
Onder persoonlijke verzorging basis vallen ook persoonlijke verzorging via beeldcommunicatie op afstand en persoonlijke verzorging in de vorm van farmaceutische telezorg. In de toekomst wordt gekeken of hier aparte tarieven voor worden gehanteerd. 2. Persoonlijke verzorging basis + Doelgroep Jeugdigen die zijn aangewezen op “Persoonlijke verzorging basis” en die – door de aard van hun ziekte en beperkingen – naar verwachting persoonlijke verzorging moeten inroepen buiten de afgesproken vaste tijden. Doel Hetzelfde doel als omschreven is bij “Basis”. Daarnaast is er beschikbaarheid van persoonlijke verzorging, waardoor de jeugdige erop kan rekenen dat de zorgaanbieder naast planbare zorg ook oproepbare zorg levert binnen een redelijke tijd. Inhoud Idem aan “Persoonlijke verzorging basis” met daarbij de noodzaak van frequent oproepbare zorg. Voor Persoonlijke verzorging specialistisch (NZa-code H120) is niet de gemeente, maar de zorgverzekeraar verantwoordelijk. 4.8
Perceel 4. Logeren
Doelgroep Jeugdigen met een verstandelijke (VG), lichamelijke (LG), zintuiglijke (ZG), somatische (SOM) of psychische (PSY) aandoening. Logeren is een vorm van respijtzorg die gericht is op het ontlasten van de mantelzorger/verzorger van de jeugdige die thuis woont. Bij logeren verblijft de jeugdige tijdelijk elders waar toezicht en de noodzakelijke zorg geboden wordt. Doel is te voorkomen dat de mantelzorger/verzorger overbelast raakt. Daarmee wordt ook beoogd dat de inwoner langer thuis kan blijven wonen. Inwoners die een indicatie op grond van de Wet Langdurige Zorg (Wlz) hebben en inwoners met een tijdelijke behoefte aan medisch noodzakelijk verblijf komen niet voor logeren ingevolge de Jeugdwet/Wmo in aanmerking, zij kunnen hiervoor een indicatie bij op grond van de Wlz of in geval van medisch noodzakelijk verblijf bij op grond van de Zorgverzekeringswet (Zvw) aanvragen. Vormen van logeren Logeren is er in velerlei soorten en maten en wordt door verschillende partijen georganiseerd. Zo kan men verblijven: in logeerhuizen, opvanghuizen, zorgboerderijen, instellingen; Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 48 van 80
voor kortdurende perioden: weekenden, door de week, in vakantieperioden; alleen, met andere kinderen of met het hele gezin.
Logeren basis Logeren basis omvat een verblijf van minimaal 24 uur in een instelling of andere logeermogelijkheid volgens de bed-bad-brood constructie waarbij in elk geval toezicht aanwezig is. Met bed-bad-brood wordt het verblijf en hotelmatige kosten als voeding, wasverzorging en schoonmaken van de kamer bedoeld. Toezicht betekent dat er gedurende de aanwezigheid van cliënten minimaal altijd toezicht en eventueel begeleiding beschikbaar moet zijn. Logeren plus Logeren plus wordt niet als apart product uitgevraagd. Indien nodig kan logeren basis aangevuld worden met extra producten. Dit kan door maximaal 16 uur begeleiding groep, behandeling en/of persoonlijke verzorging toe te voegen aan Logeren basis. Deze aanvullende producten worden ingezet op basis van de desbetreffende iWmo en iJw codes. Dit is dus alleen mogelijk indien de aanbieder ook een raamovereenkomst heeft voor de betreffende producten. Uitgangspunten Het doel van logeren is het ontlasten van de mantelzorger/verzorger; Logeren sluit aan en is aanvullend op de behoefte van de mantelzorger, de verzorger of het gezin; Logeren sluit aan op wat er aan zorg en ondersteuning wordt geboden aan de inwoner in de thuissituatie. Middels Logeren plus zijn er mogelijkheden voor extra begeleiding/hulp; Logeren omvat een etmaal (24 uur). Ook als een inwoner een deel van een etmaal niet aanwezig is, omdat de noodzakelijke ruimtelijke voorzieningen het hele etmaal beschikbaar moeten zijn en de personele inzet hierdoor niet verandert; Per jaar kan er maximaal 104 etmalen aan logeren ingezet worden; Logeren is onderdeel van het ondersteuningsplan/arrangement; De logeervoorzieningen beschikken over de noodzakelijke faciliteiten om de zorg en ondersteuning van de inwoner uit te kunnen voeren (tilliften, aangepast meubilair, snoezelvoorzieningen, speciale badkamers etc.); Inwoners die een Wlz-indicatie hebben en thuis wonen zijn uitgesloten van het gemeentelijke product Logeren. Zij kunnen een indicatie op grond van de Wlz vragen voor de respijtzorg. Maatwerk Logeren is een maatwerkvoorziening. Om tot maatwerk te komen zal er in uitzonderlijke gevallen niet voldaan kunnen worden aan bovenstaande uitgangspunten. In overleg tussen opdrachtgever en aanbieder wordt er dan naar een zo passend mogelijke oplossing gezocht. Vervoer Indien naar het oordeel van opdrachtgever blijkt dat vervoer van en naar de logeeropvang noodzakelijk is en dit vervoer niet door de verzorger, mantelzorger of anderen zelf kan worden verzorgd, is de aanbieder verantwoordelijk voor dit vervoer. Dit wordt dan via een Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 49 van 80
aparte code gedeclareerd. In het geval de logeeropvang door een jeugd -GGZ aanbieder wordt verzorgd, is niet de aanbieder maar de gemeente verantwoordelijk voor het vervoer. 4.9
Perceel 5. Extramurale behandeling VG
Doelgroep Jeugdigen met een verstandelijke beperking (VG). Activiteiten Het betreft behandeling van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard, gericht op beperking van een verstandelijke handicap, waaronder voorkoming van verergering van gedragsproblemen in verband met deze handicap door het aanleren van vaardigheden en gedrag. Hieronder vallen onder meer: Ambulante ondersteuning thuis of op school Ambulante ondersteuning kan de ontwikkeling en opvoeding van jeugdigen ondersteunen. Thuis (in het gezin), maar ook op school of bij de kinderopvang. Het kan verschillende vormen aannemen: praktische ondersteuning, thuisbegeleiding, opvoedkundige ondersteuning en begeleiding op school, kinderopvang en peuterspeelzaal (al dan niet geleverd vanuit een MFC of KDC). Bij deze vorm van ondersteuning zal de gezinscoach bekijken in hoeverre er extra ondersteuning nodig is ten opzichte van wat de gezinscoach zelf kan bieden. 4.10 Perceel 6. Intramurale behandeling (L)VG Doelgroep Jeugdigen met een (licht) verstandelijke beperking – (L)VG Activiteiten Het betreft intramurale (besloten) behandeling van jongeren met een (licht) verstandelijke beperking en complexe, meervoudige problematiek. Er is sprake van BOPZ-toepassing. Het hulpaanbod is een drie-milieuvoorziening. Hierbij bevinden wonen, werken/scholing en vrije tijd zich op hetzelfde terrein. Behandeling vindt plaats in onder meer de volgende soorten instellingen: Orthopedagogisch Behandelcentrum (OBC) Een Orthopedagogische Behandelcentrum biedt een gespecialiseerd aanbod van behandeling en begeleiding voor (licht) verstandelijk beperkte kinderen en jongeren met ernstige gedragsproblematiek. Het gaat om behandeling en 24-uurszorg binnen een besloten 3-milieusvoorziening.
Multi-Functionele Centra (MFC) Een Multifunctioneel Centrum is er voor kinderen en jongeren met een (licht) verstandelijke beperking en een psychiatrische stoornis. Behandeling kan ambulant, in dagbehandeling en klinisch worden aangeboden. Bij verblijf gaat het altijd om een drie-milieusvoorziening.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 50 van 80
Bovenregionale ontwikkelingen De regio Noord-Limburg werkt met ingang van medio 2015 samen met alle regio’s van de provincie Limburg met het doel samen met aanbieders van drie-milieuvoorzieningen bovenregionale afspraken te maken over doorontwikkeling. 4.11 Perceel 7. Beschermd wonen Doel Beschermd wonen voor jeugdigen is bedoeld voor jongeren met een psychische of psychiatrische stoornis (GGZ-C indicatie) tot 18 jaar. Het gaat om jongeren die (nog) niet zelfstandig kunnen wonen en leven, maar die ook niet naar huis kunnen en die al een heel behandeltraject achter de rug hebben. Inhoud Bij Beschermd wonen gaat het om wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorend toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van de zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of m aatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de jeugdige of voor anderen. Het gaat hierbij ook om de woonvorm Intensief kleinschalig wonen. In de woongroep zitten dan niet alleen jeugdigen die beschermd wonen, maar ook jeugdigen met een andere hulpbehoefte, waarbij goed is gekeken naar het klimaat binnen de groep. De punten waarop Beschermd wonen zich onderscheidt van andere vormen van (ambulante) zorg zijn: 1) De zorg is niet-planbaar, wanneer een cliënt zorg nodig heeft, is er te allen tijde z org in de nabijheid. 2) Zorg en toezicht zijn 24 uur per dag bereikbaar en / of beschikbaar en/of aanwezig. Het product Beschermd wonen bevat vijf elementen: verblijf, begeleiding, persoonlijke verzorging, verpleging en dagbesteding. Vanaf zorgzwaartepakket (ZZP) 4 en hoger bevat het aanbod Beschermd wonen altijd het element Verpleging. Alle ZZP’s Beschermd wonen kunnen aangeboden worden met of zonder dagbesteding, die alleen wordt geboden wanneer scholing of werk niet aan de orde zijn. 1. Verblijf: Huisvesting: Een woonruimte waarin de jeugdige tenminste een eigen slaapkamer heeft. Ruimten als badkamer, toilet, keuken moeten ook aanwezig zijn, maar kunnen gedeeld worden met andere jeugdigen. Deze ruimten moeten ingericht zijn, zodat de jeugdige kan slapen, eten, wassen, zijn spullen op kan bergen en ontspannen. Maaltijd: Maaltijden plannen, kopen, klaar maken, eten en opruimen. Dit kan voor de jeugdige gedaan worden, maar uitgangspunt is dat de jeugdige dit zoveel als mogelijk zelfstandig (of met medebewoners) doet. Huishoudelijke verzorging: Huishoudelijke werkzaamheden plannen en verrichten. Dit kan voor de jeugdige gedaan worden, maar uitgangspunt is dat de jeugdige dit zoveel als mogelijk zelfstandig (of met medebewoners) doet. Sociale / Culturele activiteiten: Kleinschalige activiteiten ondernemen zoals bezoek aan wijkcentrum, park, bioscoop of het organiseren van en deelnemen aan activiteiten Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 51 van 80
binnen de instelling. De jeugdige kan hierbij ondersteund worden, maar uitgangspunt is dat de jeugdige dit zoveel mogelijk zelfstandig (of met medebewoners) doet. o Hieronder valt niet reizen of vakanties elders. 2. Begeleiding: Gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid en voorkoming van opname in een instelling of verwaarlozing. Ondersteunen zelfregie over het dagelijks leven. o Deze zorg wordt geleverd door een ter zake deskundige professional. 3. Persoonlijke verzorging: Hulp en begeleiding bij activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging en hulp en begeleiding bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL -taken). o Hieronder valt ook klaarzetten en toedienen van medicijnen. o Hieronder valt ook advies aan informele verzorgers van de jeugdige. o Uitgangspunt hierbij is dat de jeugdige gestimuleerd wordt om zoveel mogelijk van deze taken zelf te (leren) verrichten. o Deze zorg wordt geleverd door een ter zake deskundige professional.
4. Verpleging: Verheldering van de gezondheidsproblematiek van de jeugdige in verpleegkundige termen en hierop aansluitend de nodige verpleegkundige interventies uitvoeren. o Hieronder valt ook advisering, instructie en voorlichting over omgaan met ziekte, behandeling, therapie, hulpmiddelen aan de jeugdige zelf en aan eventuele informele verzorgers van de jeugdige. o Deze zorg wordt geleverd door een ter zake deskundige professional.
5. Dagbesteding: Een structurele tijdsbesteding met een welomschreven doel waarbij de jeugdige actief wordt betrokken en die hem zingeving verleent. a. Scholing en arbeid hebben de voorkeur boven dagbesteding. b. Arbeidsmatige dagbesteding heeft de voorkeur boven dagbesteding. Speerpunten De jeugdige die 18 jaar wordt, mag zo min mogelijk last ondervinden van het ge geven dat hij volwassen wordt en daarmee onder de verantwoordelijkheid van centrumgemeente Venlo komt te vallen. Mocht de jeugdige dan nog steeds aangewezen zijn op beschermd wonen, zorgen opdrachtgever en aanbieder samen voor een tijdige en persoonlijke overdracht aan centrumgemeente Venlo, waarbij er zo nodig de hulp en ondersteuning aan de 18-jarige binnen de reeds bestaande setting wordt gecontinueerd. Overig Beschermd wonen Naast GGZ-C zijn er nog andere vormen van Beschermd wonen aangeboden in 2014/2015. Deze vallen echter onder de Wet langdurige zorg. In verband met overgangsrecht wordt in deze Inkoopprocedure voor een zeer beperkt deel een uitzondering gemaakt. Hierover worden separaat afspraken gemaakt met de betreffende aanbieders. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 52 van 80
4.12 D. Jeugd- en opvoedhulp: perceel 8. Opvoed- en opgroeihulp Doel Jeugd- en opvoedhulp betreft de hulp aan jeugdigen met ernstige opvoed- en opgroeiproblemen. Inhoud Jeugd- en opvoedhulp is bedoeld voor jeugdigen en gezinnen die problemen ondervinden met opgroeien en opvoeden en die gezien de aard en ernst van de problematiek de oplossingen (tijdelijk) niet in het eigen netwerk kunnen vinden. Hierin worden de volgende vormen onderscheiden: Ambulante hulp Dagbehandeling Residentiële hulp Onder ambulante hulp verstaat de opdrachtgever een flexibel en breed en wisselend pakket aan zorgvormen en –methodieken die er op gericht zijn de jeugdige en zijn gezinssysteem in‐ en rondom de thuissituatie (buurt, wijk, school, en dergelijke) zo veel mogelijk te helpen en begeleiden bij het oplossen of zelf kunnen hanteren van de problematiek. Dagbehandeling betreft passende noodzakelijke zorg en ondersteuning die niet in de thuissituatie kan worden geboden in de directe omgeving van de jeugdige en zijn gezinssysteem. Residentiële hulp is een benaming voor uiteenlopende typen van zorg voor jeugdigen in combinatie met verblijf. Een jeugdige wordt in een residentiële voorziening geplaatst wanneer er sprake is van zware problematiek binnen de gezinssituatie en de jeugdige daarbinnen niet veilig kan opgroeien. Voor gesloten Jeugdhulp (Jeugdzorg Plus) worden geen Aanbiedingengevraagd. Hierover zijn bovenprovinciale afspraken gemaakt. De klinische (residentiële) behandeling van jeugdigen in de J-GGZ en J-VB is opgenomen in de betreffende percelen. Speerpunten De regio Noord-Limburg heeft rondom Jeugd- en opvoedhulp de volgende speerpunten: De aanbieders die Jeugd‐ en opvoedhulp bieden zetten zich in om residentieel verblijf zo veel mogelijk te voorkomen en te verkorten door versterking van ambulante trajecten en daghulp. Intensieve samenwerking met de gezinscoaches en andere aanbieders die Jeugd‐ en opvoedhulp bieden zijn daarbij onontbeerlijk. Er dient zo veel mogelijk een perspectiefgericht traject te worden geboden waarbij de geboden zorg en ondersteuning zo kort mogelijk duren. Het perspectief bij verblijf moet zijn gericht op een vervolgverblijf (thuis, pleegzorg, kamer bewonen met begeleiding) en toeleiding naar scholing, werk, vrijetijd, inkomen, een en ander afhankelijk van leeftijd en wenselijkheid.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 53 van 80
Vervoer Als de jeugdige is aangewezen op jeugd- en opvoedhulp, dan kan de jeugdhulp ook het vervoer naar en van het adres waar de behandeling/hulp/ondersteuning plaatsvindt bevatten. Indien naar het oordeel van opdrachtgever blijkt dat het vervoer niet door de verzorger, mantelzorger of anderen zelf kan worden verzorgd, is de aanbieder verantwoordelijk voor dit vervoer. NB!: specifiek voor de gemeente Beesel De gemeente Beesel oriënteert zich op de herinrichting van welzijnsactiviteiten per 2016. Dit traject kan leiden tot een lokaal afsprakenkader, waar opvoedondersteuning (eventueel naast Raamovereenkomsten op deze terreinen) geheel of gedeeltelijk onderdeel van kan uitmaken. 4.13 E. Pleegzorg (perceel 9) Doel Pleegzorg betreft een op zichzelf staande, bijzondere en voor uit huis geplaatste jeugdigen belangrijke vorm van jeugdhulp. Inhoud Met het innovatieplan “Pleegzorg Limburg” (voorheen “Prima Pleegzorg”) hebben de Provincie Limburg en de provinciale aanbieders van pleegzorg vanaf 2007 geïnvesteerd in de kwaliteit van pleegzorg. Prima Pleegzorg heeft geleid tot pleegzorg die werkt met één gezicht, die werkt vanuit sociale netwerkstrategieën en die de biologische ouders van het pleegkind meer bij de uitvoering van de pleegzorg betrekt dan daarvoor. In deze netwerken wordt deelname van iedereen die voor een jeugdige belangrijk is geborgd en wordt integraal en vraaggericht gewerkt. Zodoende is er één pleegzorgproces waarin ook de ouders, de betreffende jeugdige, zijn of haar familie en andere mensen uit het sociale netwerk participeren. De focus ligt daarbij op een doorgaande ontwikkeling van het kind in een stabiel en veilig netwerk van zowel het gezin als het pleeggezin. Van zorgaanbieders wordt verwacht dat zij volgens de methodiek “Pleegzorg Limburg” werken. Speerpunten De regio Noord-Limburg streeft ernaar een uithuisplaatsing te voorkomen en heeft rondom pleegzorg de volgende speerpunten: Als een uithuisplaatsing niet te voorkomen is, wordt ingezet op een pleeggezin uit het eigen netwerk (netwerkpleeggezin). Na plaatsing in een pleeggezin wordt gewerkt aan (gedeeltelijke) terugkeer van het kind in het gezin. Niet alle kinderen kunnen geplaatst worden in een pleeggezin uit het eigen netwerk. In die gevallen wordt een regulier gezin dat beschikbaar is en in aanmerking komt voor pleeggezin gezocht (bestandspleeggezin). Opname in een pleeggezin heeft de voorkeur boven de plaatsing in een instelling, tenzij er sprake is van opname ten behoeve van een intramurale behandeling. Kinderen onder de 6 jaar worden in geval van een uithuisplaatsing niet in een residentiële groepssetting geplaatst maar in een pleeggezin. Voldoende veilige (crisis) pleegzorgplekken, met name voor kinderen vanaf 10 jaar. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 54 van 80
4.14 F. Nazorg (perceel 10) Doel Nazorg betreft vervolghulp aan jeugdigen en hun ouders die uitstromen uit de jeugdhulp. Het gaat om jeugdigen die gezinsbegeleiding of dagbehandeling hebben gehad of die bijvoorbeeld in een (gesloten) leefgroep of pleeggezin hebben gewoond. De noodzakelijke vervolghulp en ondersteuning hebben betrekking op de leefgebieden wonen, zorg, onderwijs, vrije tijd, werk en inkomen en/of sociaal netwerk. Het doel is herstel naar het gewone leven en het voorkomen van terugval. Dat kan zijn (weer) thuis gaan wonen of zelfstandig wonen. In jeugdhulpinstellingen verblijven soms jeugdigen die daar eigenlijk al niet meer thuishoren. Zij zijn klaar om op eigen benen te staan, maar de voorwaarden om weer volwaardig aan de maatschappij deel te nemen ontbreken. Hierdoor worden zij gedwongen toch in zorg te blijven. Dit belemmert niet alleen de ontwikkeling van deze jongere, maar zorgt er ook voor dat deze plek onnodig bezet blijft. Ook komt het voor dat jeugdigen tussen de wal en het schip raken bij de overgang naar volwassenenzorg. Speerpunten Ontwikkelen nieuwe arrangementen die leiden tot lagere zorgkosten. De nazorg biedt een duurzaam perspectief voor de jeugdige en verhoogt de participatie van de jeugdige in de samenleving. Nazorg maakt altijd onderdeel uit van de behandelplannen of gezinsplannen die zijn opgesteld. Opdrachtgever vraagt u in dit perceel om een Aanbieding uit te brengen voor vernieuwende ondersteuningstrajecten die jongeren na uitstroom uit de jeugdhulp helpen bij het oppakken van het gewone leven en het voorkomen van terugval. 4.15 G. Overig (perceel 11) Met bovenstaande percelen zijn niet alle vormen van jeugdhulp beschreven. Opdrachtgever vraagt u binnen het perceel “Overig” om een Aanbieding in te dienen voor vernieuwende en innovatieve ondersteuningstrajecten, voor zover u daarbij geen aansluiting kunt vinden in de hiervoor beschreven percelen.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 55 van 80
Domein 5 Maatwerkdiensten Wmo De gemeenten uit de regio Noord-Limburg hebben ervoor gekozen de voorzieningen van de Wmo gezamenlijk in te kopen. Het gaat om de volgende voorzieningen: 1. Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging 2. Logeren 3. Beschermd wonen 4. Ondersteuning huishoudelijk werk Begeleiding groep valt niet onder dit domein, maar komt terug in Domein 3. Dagbesteding. Bij het inkopen van de voorzieningen worden de volgende speerpunten gehanteerd: de versterking van de eigen kracht; de ondersteuning van het sociaal netwerk; een vroegtijdige signalering en een preventieve aanpak; de zorg zoveel mogelijk in de eigen omgeving van het burger; het concept 1Gezin, 1Plan, 1Regisseur bij ondersteuning, hulp, advies en/of zorg. Voor alle percelen die in dit Domein worden benoemd is het Programma van Eisen van toepassing. In het Programma van Eisen wordt per eis aangegeven of de ze van toepassing is op een specifiek domein / perceel. NB!: uitgesloten van deze Inkoopprocedure 2016 Lokale regeling gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas maakt afspraken met Welzijnsstichting Vorkmeer over het welzijnswerk breed 2015. Vorkmeer is niet de enige Aanbieder die deze producten, diensten of voorzieningen levert of gaat leveren in Peel en Maas. De gemeente Peel en Maas als onderdeel van deze Inkoopprocedure 2016, sluit mogelijk ook Raamovereenkomsten met Aanbieders die regionaal op de percelen intekenen. 5.1
Perceel 1. Begeleiding individueel en Persoonlijke verzorging
1. Begeleiding individueel5 Aandachtspunten individuele begeleiding: Aanbieders richten zich in hun productontwikkeling op: beweging van begeleiding individueel naar begeleiding groep (geldt voor volwassenen); toewerken naar deelname aan algemene inloop/maatwerkvoorziening dagbesteding/algemene voorziening/meer eigen kracht. Doel: Het toezicht houden en aansturen van activiteiten op het gebied van het voeren van een huishouden en het aansturen van eten en drinken als onderdeel van Algemene Dagelijkse 5
NB: specifiek voor de gemeente Venlo geldt dat een deel van deze diensten is opgenomen in Domein 1 Toegang en Basisondersteuning onder perceel 2. Uitvoeringsteams. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016 Pagina 56 van 80
Levensverrichtingen (ADL-taken), gericht op het versterken van de eigen kracht en behoud van de zelfredzaamheid. Het gaat om toezicht en aansturing van basale huishoudelijke en ADL -taken, waarbij geen sprake is van verbeterdoelen, maar waardoor zelfstandig wonen mogelijk blij ft. Doelgroep: Mensen met een psychogeriatrische (PG) aandoening/beperking, mensen met psychische klachten (PSY) met beperkingen op het terrein van en/of: 1. Sociale redzaamheid 2. Het psychisch functioneren 3. Het geheugen en de oriëntatie Activiteiten: Toezicht en aansturen van schoonmaakwerkzaamheden in huis Toezicht en aansturen van de wasverzorging Toezicht en aansturen van eten en drinken De regio Limburg-Noord hanteert de volgende soorten begeleiding, die hieronder zullen worden toegelicht: 1. Begeleiding ‘light’ 2. Begeleiding basis 3. Begeleiding basis+ 4. Begeleiding specialistisch Ad 1. Begeleiding ‘light’ Doel: Het aansturen van activiteiten op het gebied van het voeren van een huishouden en het aansturen van eten en drinken als onderdeel van Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL-taken), gericht op het versterken van de eigen kracht en behoud van de zelfredzaamheid. Het gaat om aansturing van basale huishoudelijke en ADL-taken, waarbij geen sprake is van verbeterdoelen, maar waardoor zelfstandig wonen mogelijk blijft. Doelgroep: Mensen met een psychogeriatrische (PG) aandoening/beperking, mensen met psychische klachten (PSY) met beperkingen op het terrein van en/of: 1. Sociale redzaamheid 3. Het psychisch functioneren 4. Het geheugen en de oriëntatie Activiteiten: Aansturen van schoonmaakwerkzaamheden in huis Aansturen van de wasverzorging Aansturen van eten en drinken
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 57 van 80
Ad 2. Begeleiding basis Doel: Gericht op het versterken van de eigen kracht en stimuleren van het netwerk. Het bieden van activiteiten gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid die ingezet worden ter voorkoming van opname in een instelling of van verwaarlozing. Ondersteunen bij beperkingen op het vlak van zelfregie over het dagelijks leven, waaronder begeleiding bij tekortschietende vaardigheden in zelfregelend vermogen. Begeleiden bij het toepassen en inslijpen van aangeleerde vaardigheden en gedrag in het dagelijks leven door herhaling en methodische interventie. Om leren gaan met een beperking (psychisch danwel fysiek) Doelgroep: Mensen met een somatische (SOM), of psychogeriatrische (PG) aandoening/beperking, mensen met psychische klachten (PSY), een verstandelijke (VG), lichamelijke (LG) of zintuiglijke (ZG) handicap met beperkingen op het terrein van en/of: 1. Sociale redzaamheid 2. Het bewegen en verplaatsen 3. Het psychisch functioneren 4. Het geheugen en de oriëntatie 5. Het vertonen van probleemgedrag Activiteiten: 1. Het ondersteunen bij of het oefenen met vaardigheden of handelingen 2. Het ondersteunen bij of het oefenen met het aanbrengen van (dag)structuur of het voeren van regie 3. Het overnemen van toezicht 4. Aansturen van gedrag Ad 3. Begeleiding Basis+ Doel: Hetzelfde doel als omschreven is bij ‘Basis’. Daarnaast is er beschikba arheid van begeleiding, waardoor de cliënt erop kan rekenen dat de zorgaanbieder naast planbare zorg, ook oproepbare zorg levert, binnen redelijke tijd (binnen kantoortijden, niet ’s avonds of ’s nachts). Doelgroep: Cliënten die zijn aangewezen op ‘begeleiding basis’ en die – door de aard van hun chronische ziekte en beperkingen – naar verwachting begeleiding moeten inroepen buiten de afgesproken vaste tijden. Bij cliënten met een verstandelijke handicap kan onder deze beschikbaarheid ook de extra aandacht voor cliënten met probleemgedrag vallen. Activiteiten: Idem aan ‘Begeleiding basis’ plus interveniëren in/stabiliseren van de situatie buiten de afgesproken tijden. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 58 van 80
Aanvullende informatie: De lokale toegang besluit na vraagverheldering of er een indicatie Basis, Basis+ of een combinatie ervan afgegeven moet worden. Mocht nu blijken dat er in de praktijk niet planbare begeleiding nodig is, dan kan de aanbieder contact leggen met het gebiedsteam, om dit alsnog aan te vragen. Ad 4. Begeleiding specialistisch Doel: Ondersteunen bij: beperkingen op het vlak van zelfregie over het dagelijks leven (waaronder begeleiding bij tekortschietende vaardigheden in zelfregelend vermogen) in de vorm van begeleiding van zelfstandig wonende cliënten met niet-aangeboren hersenletsel; ondersteunen bij langdurig tekortschietende zelfregie over het dagelijkse leven, als gevolg van een psychische of psychiatrische stoornis. Het accent ligt op handhavingsdoelen, maar er is tevens aandacht voor activerende eleme nten; gericht op het versterken van de eigen kracht en stimuleren van het netwerk. Doelgroep: Chronische vorm van niet-aangeboren hersenletsel die gepaard gaat met matig of zwaar regieverlies of met een matige of zware, invaliderende aandoening of beperki ng (fysieke, cognitieve, sociaal-emotionele beperkingen). Aanvullend op beperkingen als genoemd onder ‘Begeleiding basis’, is er sprake van een langdurige psychische of psychiatrische stoornis en daarmee samenhangende beperkingen in “sociale redzaamheid” (beide vastgesteld op grond van psychiatrische diagnostiek) gepaard gaand met matig of zwaar regieverlies. Groepen die in 2015 zijn aangemerkt als “bijzondere reiziger” met name dak - en thuislozen die moeten worden ondersteund bij het weer zelfstandig leren wonen en op orde krijgen van hun leven. Activiteiten: Activiteiten zoals vermeld onder “Begeleiding basis” Begeleiden in verband met ernstig tekortschietende vaardigheden in het zelfregelend vermogen (dagelijkse bezigheden regelen, besluiten nemen, plannen en uitvoeren van taken, beheerszaken regelen, communicatie, sociale relaties, organisatie van de huishouding, eventueel persoonlijke zorg) Begeleiden bij sociaal-emotionele problematiek die samenhangt met de stoornis Begeleiden bij de mogelijke integratie in de samenleving en de sociale participatie (bijvoorbeeld hulp bij de opbouw van een sociaal netwerk) met als doel zelfredzaamheid. Er is extra aandacht voor ontwikkeltrajecten op het vlak van wonen, werken, sociaal netwerk (doelgericht toepassen van methoden van casemanagement) In geval van dak- en thuislozen ook expliciet begeleiding bij het wonen 2. Persoonlijke verzorging Bij het product persoonlijke verzorging is een soortgelijke indeling gemaakt. Hier kent de regio Limburg-Noord twee varianten: 1. Persoonlijke verzorging basis 2. Persoonlijke verzorging basis+ Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 59 van 80
Ad 1. Persoonlijke verzorging basis Doel: Het ondersteunen bij, of overnemen van, activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging (met inbegrip van enige begeleiding bij die activiteiten), gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid. De aard van de hulpvraag ligt hier nadrukkelijk NIET op een behoefte aan geneeskundige zorg of een hoog risico hierop. De (wijk)verpleegkundige, onderdeel van de toegangsteams van de gemeenten, bepaalt op basis van het criterium “aard van de hulpvraag vanuit behoefte aan geneeskundige zorg, of een hoog risico daarop”, of de persoonlijke verzorging vanuit de Wmo of de Zvw geboden dient te worden. Doelgroep: Een somatische (SOM) of psychogeriatrische aandoening (PG) of stoornis, een verstandelijke (VG), lichamelijke (LG) of zintuiglijke handicap (ZG), resulterend in een tekort aan zelfredzaamheid bij persoonlijke zorg (noodzaak dat een hulpverlener de ADL activiteiten ondersteunt of geheel of gedeeltelijk overneemt). Inhoud: Persoonlijke verzorging basis omvat de volgende activiteiten/uitgangspunten: Uitgangspunt bij de persoonlijke verzorging is het vergroten van de zelfredzaamheid van de cliënt, indien mogelijk wordt er op ingezet dat de cliënt in de toekomst de taken zelf of met familie uit kan voeren. Hulp bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL-taken), namelijk bij het zich wassen, zich kleden, beweging en houding (waaronder in/uit bed gaan), eten en drinken, toiletgang, eventueel ook de controle van lichaamsfuncties; Hulp bij beperkingen op het vlak van zelfverzorging van haren, sier aden omdoen, zich opmaken, scheren, mond- en gebitsverzorging, hand- en voetverzorging, aanbrengen en uitdoen van prothesen, hoortoestel aan of uitzetten, bril poetsen en opzetten, medicijnen klaarzetten (met uitzondering van het vullen van de weekdozen) e n toedienen. Persoonlijke verzorging basis bevat ook advies, instructie en voorlichting aan de cliënt die in directe relatie staan met de persoonlijke verzorging. Hiertoe behoort ook het desgevraagd adviseren van informele verzorgers van de cliënt. Onder Persoonlijke verzorging basis vallen ook persoonlijke verzorging via beeldcommunicatie op afstand en persoonlijke verzorging in de vorm van farmaceutische telezorg. In de toekomst wordt gekeken of hier aparte tarieven voor worden gehanteerd. Ad 2. Persoonlijke verzorging basis+ Doel: Hetzelfde doel als omschreven is bij “Persoonlijke verzorging basis”. Daarnaast is er beschikbaarheid van persoonlijke verzorging, waardoor de cliënt erop kan rekenen dat de zorgaanbieder naast planbare zorg, ook oproepbare zorg levert binnen een redelijke tijd.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 60 van 80
Doelgroep: Cliënten die zijn aangewezen op “Persoonlijke verzorging basis” en die – door de aard van hun ziekte en beperkingen – naar verwachting persoonlijke verzorging moeten inroepen buiten de afgesproken vaste tijden. Inhoud: Idem aan “Persoonlijke verzorging basis”, maar waarbij de noodzaak van frequent oproepbare zorg aanwezig is. Voor persoonlijke verzorging specialistisch (NZa-code H120) is niet de gemeente, maar de zorgverzekeraar verantwoordelijk. 5.2 Perceel 2. Logeren Logeren is een vorm van respijtzorg die gericht is op het ontlasten van de mantelzorger/verzorger van iemand die behoort tot de doelgroep van de Jeugdwet of de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en thuis woont. Bij logeren verblijf t degene die mantelzorg ontvangt tijdelijk elders, waar toezicht en de noodzakelijke zorg geboden wordt. Doel is te voorkomen dat de mantelzorger/verzorger overbelast raakt. Daarmee wordt ook beoogd dat de inwoner langer thuis kan blijven wonen. Inwoners die een indicatie hebben op grond van de Wet Langdurige Zorg (Wlz) en inwoners met een tijdelijke behoefte aan medisch noodzakelijk verblijf komen NIET voor logeren vanuit de Jeugdwet/Wmo in aanmerking. Zij kunnen voor respijtzorg een indicatie op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz) of in geval van medisch noodzakelijk verblijf op grond van de Zorgverzekeringswet (Zvw) aanvragen. Vormen van logeren Logeren is er in velerlei soorten en maten en wordt door verschillende partijen georganiseerd. Zo kan men verblijven: in logeerhuizen, opvanghuizen, zorgboerderijen en instellingen; voor kortdurende perioden zoals weekenden, door de week en in vakantieperioden; specifiek voor jeugd: alleen, met andere kinderen of met het hele gezin. Logeren basis Logeren basis omvat een verblijf van minimaal 24 uur in een instelling of andere logeermogelijkheid volgens de bed-bad-brood constructie waarbij in elk geval toezicht aanwezig is. Met bed-bad-brood wordt het verblijf en hotelmatige kosten als voeding, wasverzorging en schoonmaken van de kamer bedoeld. Toezicht betekent dat er gedurende de aanwezigheid van cliënten altijd toezicht en eventueel begeleiding beschikbaar moet zijn. Logeren plus Logeren plus wordt niet als apart product uitgevraagd. Indien nodig kan Logeren basis aangevuld worden met extra producten. Dit kan door maximaal 16 uur begeleiding groep, behandeling en/of persoonlijke verzorging toe te voegen aan logeren basis. Deze aanvullende producten worden ingezet op basis van de desbetreffende i-Wmo-codes.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 61 van 80
LET OP: Dit is dus alleen mogelijk indien de Aanbieder ook een Raamovereenkomst heeft voor de betreffende producten. Voor logeren gelden de volgende uitgangspunten: Het doel van logeren is het ontlasten van de mantelzorger/verzorger. Logeren sluit aan en is aanvullend op de behoefte van de mantelzorger, de verzorger of het gezin. Logeren sluit aan op wat er aan zorg en ondersteuning wordt geboden aan de inwoner in de thuissituatie. Middels Logeren plus zijn er mogelijkheden voor extra begeleiding/hulp. Logeren omvat een etmaal (24 uur). Ook als een inwoner een deel van een etmaal niet aanwezig is omdat de noodzakelijke ruimtelijke voorzieningen het hele etmaal beschikbaar moeten zijn en de personele inzet hierdoor niet verandert. Per jaar kan er maximaal 104 etmalen aan logeren ingezet worden. Logeren is onderdeel van het leefzorgplan/arrangement. De logeervoorzieningen beschikken over de noodzakelijke faciliteiten om de zorg en ondersteuning van de inwoner uit te kunnen voeren (tilliften, aangepast meubilair, snoezelvoorzieningen, speciale badkamers et cetera). Inwoners die een Wlz indicatie hebben en thuis wonen zijn uitgesloten van het gemeentelijke product Logeren. Zij kunnen een indicatie op grond van de Wlz vragen voor de respijtzorg. Voor logeren gelden de volgende minimumeisen: Het personeel dat wordt ingezet bij logeren beschikt over de vereiste deskundigheid (ervaring en opleidingsniveau) voor begeleiding in groepsverband van personen aan wie zij logeren bieden en kunnen in noodsituaties handelen. Vrijwilligers die ingezet worden zijn voldoende toegerust om met de personen die logeren om te gaan en begeleiding te bieden, en kunnen in noodsituaties handelen of een beroep doen op de beschikbare professional. Als logeren wordt verzorgd door vrijwilligers is er altijd een professional als achterwacht beschikbaar. Maatwerk Logeren is een maatwerkvoorziening. Om tot maatwerk te komen zal er in uitzonderlijke gevallen niet voldaan kunnen worden aan bovenstaande uitgangspunten. In overleg tussen Opdrachtgever en Aanbieder wordt er dan naar een zo passend mogelijke oplossing gezocht. 5.3 Perceel 3. Beschermd wonen De gemeente Venlo geeft voor de regio Noord- en Midden-Limburg (alle gemeenten in Noord- en Midden-Limburg met uitzondering van de gemeenten Mook en Middelaar en Gennep) opdracht voor de maatwerkvoorziening Beschermd wonen. Beschermd wonen is alleen bedoeld voor mensen met een psychische of psychiatrische stoornis (GGZ-C indicatie) van 18 jaar en ouder. De functionaliteit Beschermd wonen is in de Wmo 2015 als volgt: Wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorend toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 62 van 80
ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of voor anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving. Volgens de definitie van Beschermd wonen die in de Wmo 2015 staat, vindt Beschermd wonen plaats in een accommodatie van een instelling (en de cliënt betaalt dus niet voor zijn woonruimte). In de praktijk zien wij dat er ook vormen van Beschermd wonen zijn ontstaan waarbij de cliënt de woonruimte zelf huurt van een woningcorporatie of een vergoeding betaalt voor de woonruimte aan de zorgaanbieder. Deze vormen van Beschermd wonen sluiten aan bij de visie van de gemeenten en maken dus ook onderdeel uit van deze inkoopprocedure. De punten waarop Beschermd wonen zich onderscheidt van andere vormen van (ambulante) zorg zijn: 1) De zorg is on-planbaar, wanneer een cliënt zorg nodig heeft, is er te allen tijde zorg in de nabijheid. 2) Zorg en toezicht zijn 24 uur per dag bereikbaar en/of beschikbaar en/of aanwezig. Zorgvormen waarbij 24 uur per dag on-planbare zorg en/of begeleiding en/of toezicht worden geboden of in de nabijheid worden geboden, worden ook als vormen van Beschermd wonen gezien. Wel moeten deze vormen van zorg begeleiding en toezicht zijn, gericht op de uitvoering van Beschermd wonen zoals hierboven beschreven. Het product Beschermd wonen bevat te allen tijde de elementen Verblijf, Begeleiding en Persoonlijke verzorging. Vanaf zorgzwaartepakket (ZZP) 4 en hoger bevat het aanbod Beschermd Wonen ook altijd het element Verpleging. Alle ZZP’s Beschermd wonen kunnen geboden worden met- of zonder dagbesteding, die alleen wordt geboden wanneer scholing of werk niet aan de orde zijn. Het pakket Beschermd wonen bevat vijf onderdelen: verblijf (huisvesting, maaltijd, huishoudelijke verzorging, sociale/ culturele activiteiten), begeleiding, persoonlijke verzorging, verpleging en dagbesteding. Alleen aanbieders die bovenstaande op een verantwoorde manier kunnen leveren, worden toegelaten tot het perceel Beschermd Wonen. Hieronder wordt in detail uitgelegd wat deze onderdelen precies inhouden. 1. Verblijf: Huisvesting: Een woonruimte waarin de cliënt tenminste een eigen slaapkamer heeft. Ruimten als badkamer, toilet, keuken moeten ook aanwezig zijn, maar kunnen gedeeld worden met andere cliënten. Deze ruimten moeten ingericht zijn, zodat de cliënt kan slapen, eten, wassen, zijn spullen op kan bergen en ontspannen. Maaltijd: Maaltijden plannen, kopen, klaar maken, eten en opruimen. Dit kan voor de cliënt gedaan worden, maar uitgangspunt is dat de cliënt dit zoveel als mogelijk zelfstandig (of met medebewoners) doet. Huishoudelijke verzorging: Huishoudelijke werkzaamheden plannen en verrichten. Dit kan voor de cliënt gedaan worden, maar uitgangspunt is dat de cliënt dit zoveel als mogelijk zelfstandig (of met medebewoners) doet. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 63 van 80
Sociale/Culturele activiteiten: Kleinschalige activiteiten ondernemen zoals bezoek aan wijkcentrum, park, bioscoop of het organiseren van en deelnemen aan activiteiten binnen de instelling. De cliënt kan hierbij ondersteund worden, maar uitgangspunt is dat de cliënt dit zoveel mogelijk zelfstandig (of met medebewoners) doet. Hieronder valt niet reizen of vakanties elders.
2. Begeleiding: Gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid en voorkoming van opname in een instelling of verwaarlozing. Ondersteunen van zelfregie over het dagelijks leven. Deze zorg wordt geleverd door een ter zake deskundige professional. 3. Persoonlijke verzorging: Hulp en begeleiding bij activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging en bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL-taken). Hieronder valt ook klaarzetten en toedienen van medicijnen en advies aan informele verzorgers van de cliënt. Uitgangspunt hierbij is dat de cliënt gestimuleerd wordt om zoveel mogelijk van deze taken zelf te (leren) verrichten. Deze zorg wordt geleverd door een ter zake deskundige professional. 4. Verpleging: Verheldering van de gezondheidsproblematiek van de cliënt in verpleegkundige termen en hierop aansluitend de nodige verpleegkundige interventies uitvoeren. Hieronder valt ook advisering, instructie en voorlichting over omgaan met ziekte, behandeling, therapie, hulpmiddelen aan de cliënt zelf en aan eventuele informele verzorgers van de cliënt. Deze zorg wordt geleverd door een ter zake deskundige professional. 5. Dagbesteding: Een structurele tijdsbesteding met een welomschreven doel waarbij de cliënt acti ef wordt betrokken en die hem zingeving verleent. Scholing en arbeid hebben de voorkeur boven dagbesteding; Arbeidsmatige dagbesteding heeft de voorkeur boven reguliere dagbesteding. Overig Beschermd wonen Naast GGZ-C zijn er nog andere vormen van Beschermd wonen aangeboden in 2014/2015. Deze vallen echter onder de Wet langdurige zorg. In verband met overgangsrecht wordt in deze Inkoopprocedure voor een zeer beperkt deel een uitzondering gemaakt. Hierover worden separaat afspraken gemaakt met de bet reffende aanbieders. 5.3 Perceel 4. Ondersteuning huishoudelijk werk Ondersteuning bij huishoudelijk werk 6 zorgt voor een bijdrage in zelfstandig leven en het voeren van een gestructureerd huishouden. Met de cliënt wordt in het vraagverhelderingsgesprek de afweging gemaakt wat mogelijk is: eigen kracht, eigen 6
NB: specifiek voor de gemeente Venlo geldt dat dit perceel is opgenomen in Domein 1 Toegang en Basisondersteuning onder perceel 2. Uitvoeringsteams. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016 Pagina 64 van 80
netwerk of reguliere diensten als was- en strijkservice. Alleen als deze mogelijkheden er niet zijn kan ondersteuning als maatwerkvoorziening worden verstrekt. De aanbieder levert dienstverlening zodat de cliënt wordt ondersteund bij het behalen van de resultaten op de gebieden schoon en leefbaar huis en schone en draagbare kleding. De aanbieder maakt de vereiste monitoring mogelijk en werkt hier actief aan mee. Doelstelling Cliënten ondersteunen die onvoldoende zelf kunnen voorzien in hun zelfredzaamheid en participatie. Resultaat Cliënt is in staat: om in een schoon en leefbaar huis te wonen; zelfstandig thuis te blijven wonen; schone kleding te dragen. Ondersteuning bij huishoudelijk werk voor een schoon en leefbaar huis Kernbegrip: Overnemen huishoudelijke taken het overnemen van schoonmaakwerkzaamheden in huis; het overnemen van de wasverzorging.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 65 van 80
Domein 6 Maatwerkdiensten Participatie De instrumenten in het kader van de Participatiewet worden grotendeels via de inzet van publieke dienstverlening vormgegeven, hetzij binnen de gemeentelijke organisatie, hetzij in gemeenschappelijke regelingen of andere samenwerkingsverbanden. Voor incidentele maatwerkvoorzieningen uit de private markt is er naar verwachting jaarlijks ruimte voor individueel toegesneden voorzieningen. De Gemeenten in de regio Noord-Limburg hebben ervoor gekozen de hieronder vermelde participatiediensten op basis van de maatwerkvoorzieningsgedachte gezamenlijk in te kopen, waarbij geen garanties op minimale afnames worden gegeven. We kiezen voor een inkoopvorm die veel vrijheid biedt om afspraken te maken met opdrachtnemers. Het inkoopproces moet leiden tot langdurige samenwerkingsrelaties, continuïteit, reële prijzen, innovatie en productontwikkeling. We contracteren niet uitsluitend gespecialiseerde diensten, maar zoeken vooral samenhang met het lokale basisaanbod. Waar mogelijk wor dt de inkoop in samenhang tussen de drie decentralisaties georganiseerd. 6.1 Percelen Maatwerkdiensten Participatie In deze paragraaf staan de drie percelen beschreven die van toepassing zijn op de Raamovereenkomsten met betrekking tot participatie binnen de Inkoopprocedure Sociaal Domein Limburg-Noord 2016. Het is mogelijk op één of meerdere percelen in te schrijven. Bij elk perceel staat een beschrijving en worden bijbehorende speerpunten benoemd. De percelen betreffen: 1. Re-integratie 2. Participatie 3. Loonwaardemeting Voor alle percelen die in dit Domein worden benoemd is het Programma van Eisen van toepassing. In het Programma van Eisen wordt per eis aangegeven of d eze van toepassing is op een specifiek domein / perceel. NB!: uitgesloten van deze Inkoopprocedure 2016 1. Lokale regeling gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas maakt afspraken met Welzijnsstichting Vorkmeer over het welzijnswerk breed 2015. Vorkmeer is niet de enige Aanbieder die deze producten, diensten of voorzieningen levert of gaat leveren in Peel en Maas. De gemeente Peel en Maas als onderdeel van deze Inkoopprocedure 2016, sluit mogelijk ook Raamovereenkomsten met Aanbieders die regionaal op de percelen intekenen. 2. Lokale regeling gemeente Gennep De gemeente Gennep heeft een eigen arbeidsontwikkelbedrijf waarin re-integratie en participatievoorzieningen worden of zijn ondergebracht en koopt alleen (deel -) werkzaamheden in waar het eigen arbeidsontwikkelbedrijf niet zelf in kan voorzien. Als deelwerkzaamheden extern worden ingekocht gebeurt dit bij voorkeur bij Aanbieders die een Aanbieding hebben ingediend op Domein 6. Maatwerkdiensten Participatie.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 66 van 80
NB!: specifieke werkwijze gemeente Bergen Dynamisch Aankoop Systeem (DAS) gemeente Bergen De gemeente Bergen hanteert voor de inkoop van participatiediensten al enige jaren het Dynamisch Aankoop Systeem (DAS); dit loopt nog tot 1 augustus 2016. Wat betekent nu inkoop volgens het DAS? Inkoop volgens het DAS onderscheidt zich door de volgende kenmerken: Voldoen aanbieders aan de door de gemeente Bergen bepaalde entree -eisen, dan wordt met die aanbieders een overeenkomst aangegaan, zonder dat hierbij een garantie wordt afgegeven voor een bepaalde afname. De gemeente Bergen gaat dus geen enkele afnameverplichting aan. Aanbieders waarmee een overeenkomst wordt gesloten, komen op een lijst te staan. Van te voren is bekend welke dienst per aanbieder wordt aangeboden. De re-integratieconsulent heeft daardoor een ruime keuze aan aanbieders en diensten. DAS maakt het voor zogeheten “kleine zelfstandige ondernemingen” toegankelijker voor inschrijving, omdat inschrijving geschiedt aan de hand van diverse vormen van producten zoals die beschreven staan in een “Overzicht participatiedienst verlening gemeente Bergen”. Dergelijke aanbieders kunnen vaak specifiek maatwerk leveren tegen een schappelijke prijs. De mogelijkheid van “minicompetitie”: dit betekent dat de gemeentelijke re-integratieconsulent meerdere offertes kan vragen en uiteindelijk kiest voor die aanbieder die de meest gunstige prijs-/kwaliteitverhouding biedt. Zoals al aangegeven, vormen alle aanbieders die aan de entree-eisen voldoen een pool waaruit de re-integratieconsulent kan kiezen. Wordt vanaf het aangaan van de overeenkomst een jaar lang géén gebruik gemaakt van de diensten van een aanbieder, dan wordt de aanbieder uit de pool verwijderd en eindigt de overeenkomst van rechtswege. Pas een jaar na verwijdering kan door de aanbieder een nieuwe inschrijving gedaan worden. De inkoop zal zich niet beperken tot re-integratie (toeleiding naar betaald werk), maar biedt de mogelijkheid voor diverse participatie-activiteiten. Vandaar dat niet gekozen is voor inkoop van uitsluitend re-integratiediensten, maar voor een aanbesteding van participatiediensten. Alle vormen van participeren die vallen onder de participatieladder maken deel uit van de inkoop. 6.2 Perceel 1. Re-integratie Re-integratie is erop gericht de betreffende Burger optimaal te (gaan) laten deelnemen aan het (betaalde) arbeidsproces. Speerpunten: De Gemeenten willen Burgers zoveel mogelijk stimuleren om de eigen problemen zelf en samen met anderen op te lossen. Ook binnen de re-integratiedoelstellingen is het streven om zoveel mogelijk de eigen kracht van Burgers te bevorderen, ook en met name in relatie tot de lokale samenleving. Voor re-integratie betekent dit voor Opdrachtnemers dat zij niet alleen inzetten op versterking van de professionele en werknemersvaardigheden van de betreffende Burger, maar ook op versterking en benutting van het professionele en Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 67 van 80
maatschappelijke netwerk. De arbeidsmarkt zien we niet alleen lokaal maar tenminste regionaal en waar mogelijk eu-regionaal. Waar mogelijk wordt kortdurende hulp ingezet, bij meer langdur ige inzet wordt te allen tijde actief onderzocht in hoeverre begeleiding ook met andere dan met behulp van speciaal daarvoor betaalde beroepskrachten kan worden georganiseerd. Als uitgangspunt voor de vaststelling van het optimaal realiseerbare resultaat, wordt aangesloten bij de loonwaardemeting zoals die ingevolge de Participatiewet in de regio Noord-Limburg gehanteerd wordt.
6.3 Perceel 2. Participatie Participatie is erop gericht de betreffende Burger zo optimaal mogelijk te laten (gaan) deelnemen aan maatschappelijk relevante en nuttige activiteiten en werkzaamheden met als doel de weerbaarheid, inzetbaarheid en veerkracht van de betreffende Burger te optimaliseren alsmede de sociale cohesie met en in de samenleving te helpen bevorderen. Speerpunten: De Gemeenten willen Burgers zoveel mogelijk stimuleren om de eigen problemen zelf en samen met anderen op te lossen. Ook binnen de participatiedoelstellingen is het streven om zoveel mogelijk de eigen kracht van Burgers te bevorderen, ook en met name in relatie tot de lokale samenleving. Voor participatie betekent dit voor Opdrachtnemers dat zij samen met de betrokken Burger (en diens netwerk) gericht zijn op het lerenderwijs en werkenderweg groeien naar een zo stabiel en duurzaam mogelijke maatschappelijke participatie. Waar mogelijk wordt kortdurende hulp ingezet, bij meer langdurige inzet wordt te allen tijde actief onderzocht in hoeverre begeleiding ook met andere dan met behulp van speciaal daarvoor betaalde beroepskrachten kan worden georganiseerd. 6.4 Perceel 3. Loonwaardemeting De Gemeenten in de regio Noord-Limburg gebruiken expliciet allen hetzelfde instrumentarium voor loonwaardemeting, de Dariuz-methodiek. Het is van het grootste belang dat de loonwaardemeting deskundig, objectief en onafhankelijk plaatsvindt op een wijze die transparant en methodisch verantwoord is. Ook actief onderhoud en evaluatie van het ‘systeem’ zijn belangrijk. Loonwaardemeting is zowel een methodiek als een systeem. De loonwaardemeting brengt de loonwaarde van de medewerker in kaart door de geleverde werkprestatie in een specifieke functie af te zetten tegen de vereisten van die functie. De loonwaardemeting professional geeft een onafhankelijke, betrouwbare beoordeling over de hoogte van de loonkostensubsidie. De complexiteit van een loonwaardebepaling kan niet worden overzien door enkel een computerprogramma of een set beslisregels. De borging van de betrouwbaarheid en validiteit van een loonwaardemeting is gelegen in de combinatie van het systeem en de professional. De loonwaardemeting is de komende jaren zeer waarschijnlijk aan de orde bij de invulling van de zogenaamde garantiebanen. Dit zijn ‘banen voor mensen met Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 68 van 80
arbeidsbeperkingen’, met voorrang voor Wajongers en Wsw-geïndiceerden. Voor de periode tot 2016 is het huidige beeld dat de werkgevers en ondernemers in onze regio circa 350 van dergelijke banen gaan realiseren. Een zelfde aantal loonwaardemetingen valt dus te verwachten in dezelfde periode. In beginsel gaat het om een ondersteunende dienst die we regionaal allemaal op dezelfde manier willen kunnen gebruiken. Gebruikers / Opdrachtnemers van de loonwaardemeting in de regio Noord-Limburg zijn (naar alle waarschijnlijkheid) de 7 Gemeenten, lokale Sworganisaties, UWV, Regionaal Werkbedrijf en Werkgeversservicepunt. Binnen de regio Noord-Limburg is hiervoor een “4-traps raket” afgesproken. 1. Primair willen de Gemeenten de loonwaardemeting zelf gaan uitvoeren met getrainde medewerkers. 2. Indien de regiogemeenten de capaciteit niet hebben, wordt de loonwaardemeting uitgevoerd door een getrainde medewerker van de lokale Sw-organisatie. 3. Als de Sw-organisatie op dat moment ook niet kan leveren, wordt de loonwaardemeting uitgevoerd door een getraind medewerker van UWV. 4. Indien zowel de Gemeente, de Sw-organisatie als UWV de loonwaardemeting niet uit kunnen voeren, dan vallen we terug op de afgesloten Raamovereenkomsten Sociaal Domein 6, perceel 3. Voor 2016 vraagt Opdrachtgever geen nieuwe Aanbieders om een Aanbieding uit te brengen op dit perceel. Bestaande Opdrachtnemers die de Dariuz-methodiek gebruiken hebben de gelegenheid om ook voor 2016 een Aanbieding te doen voor de loonwaardemeting.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 69 van 80
Domein 7 Overige diensten In onderstaande paragrafen staan de percelen benoemd die de Overige diensten beschrijven. Het is mogelijk om op één of meerdere percelen een Aanbieding in te dienen. De percelen zijn:. 1. Ondersteunen en trainen vrijwilligers 2. Vergroten draagkracht informele zorg 3. Onafhankelijke cliëntondersteuning 4. Maatschappelijke opvang 5. Bemoeizorg en Preventie 6. Ondersteuning algemene voorzieningen 7. Individuele begeleiding asielgerechtigden (enkel Venlo) 8. Bewonersondersteuning (enkel Venlo) Voor alle percelen die in dit Domein worden benoemd is het Programma van Eisen van toepassing. In het Programma van Eisen wordt per eis aangegeven of d eze van toepassing is op een specifiek domein / perceel. NB!: uitgesloten van deze Inkoopprocedure 2016 Lokale regeling gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas maakt afspraken met Welzijnsstichting Vorkmeer over het welzijnswerk breed 2015. Vorkmeer is niet de enige Aanbieder die deze producten, diensten of voorzieningen levert of gaat leveren in de gemeente Peel en Maas. De gemeente Peel en Maas, als onderdeel van deze Inkoopprocedure 2016, sluit mogelijk ook Raamovereenkomsten met Aanbieders die regionaal op de percelen intekenen. NB!: specifiek voor de gemeente Beesel De Gemeente Beesel oriënteert zich op de herinrichting van welzijnsactiviteiten per 2016. Dit traject kan leiden tot een lokaal afsprakenkader, waar ondersteunen en trainen vrijwilligers (perceel 1), vergroten draagkracht informele zorg (perceel 2), ondersteuning algemene voorzieningen (perceel 6) en begeleiding van asielgerechtigden (perceel 7) (eventueel naast Raamovereenkomsten op deze terreinen) geheel of gedeeltelijk onderdeel van uit kunnen maken. 7.1 Perceel 1. Ondersteunen en trainen vrijwilligers We willen dat de kracht van onze Burgers meer benut en zichtbaar wordt en dat het zelfsturend vermogen van gemeenschappen toeneemt. Gevraagd wordt om op maat trajecten aan te bieden voor vrijwilligers die zich inzetten op het gebied van informatie en advies, ontplooiing en ontspanning en het bouwen en verbinden van (een) netwerk(en) van vrijwilligers. De trajecten richten zich op: vergroten van het zelfsturend vermogen van groepen vrijwilligers; vergroten van de kennis en competenties van de vrijwilliger(s), aansluitend bij de behoefte van vrijwilligers; matchen van vraag en aanbod van vrijwilligerswerk. De gemeente Venlo heeft binnen dit perceel behoefte aan een aanbod op een concreet product te weten: Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 70 van 80
Informatie & Advies Elkaar helpen en versterken in de wijk is het belangrijkste doel van Informatie & Advies (I&A). We streven naar wijken en dorpen in de gemeente Venlo waar mensen zich belangeloos in zetten voor elkaar of voor de wijk. De vrijwilligers van I&A helpen Burgers verder, leggen verbindingen en wijzen zo nodig de weg naar bijvoorbeeld een vereniging in de wijk, een buurtinitiatief, maar ook naar het Sociaal wijkteam. I&A draait dan ook op vrijwilligers. De vrijwilligers voelen zich verantwoordelijk voor hun I&A, maken hun eigen keuzes. Gevraagd wordt begeleiding van deze vrijwilligers te bieden. De begeleider I&A ondersteunt de vrijwilligers bij ondersteuningsvragen van Burgers uit de wijk en zorgt samen met de vrijwilligers dat de toegang richting de Sociale wijkteams goed verloopt. De begeleiders worden functioneel aangestuurd door coördinatoren Sociale wijkteams; één coördinator begeleidt het totale team van begeleiders I&A. De taken van de begeleiders zijn: Verantwoordelijk voor een goede samenwerking tussen I&A en de midoffice van de gemeente Venlo. Eerste aanspreekpunt van de vrijwilligers bij ondersteuningsvragen van Burgers uit de wijk. Desgewenst coaching, learning on the job, bij nieuwe vrijwilligers. Faciliteren van de samenwerking van de I&A’s onderling en met de midoffice en de Sociale wijkteams van de gemeente Venlo. 7.2 Perceel 2. Vergroten draagkracht informele zorg Hierbij wordt gevraagd om op maat trajecten aan te bieden gericht op het vergroten van de draagkracht van informele zorg (mantelzorgers en zorgvrijwilligers) door: bieden van ondersteuning, training en waardering (blijkend uit de houding van de professional) voor mantelzorgers en zorgvrijwilligers; bieden van informatie voor mantelzorgers over onder andere regelgeving en mogelijkheden tot ontlasten en respijtzorg; bieden van mogelijkheden tot ontlasten voor mantelzorgers. 7.3 Perceel 3. Onafhankelijke cliëntondersteuning Hierbij wordt gevraagd om diensten te leveren in het kader van onafhankelijke cliëntondersteuning in de vorm van een onafhankelijke belangenbehartiger van een Burger (inwoner van de regio). Cliëntondersteuning is ondersteuning met informatie, advies en algemene ondersteuning die bijdraagt aan het versterken van de zelfredzaamheid en participatie en het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, preventieve zorg, zorg, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen. Cliëntondersteuning kan onnodig beroep op zorg en ondersteuning voorkomen. Natuurlijk is het altijd mogelijk dat mensen zelf ondersteuning regelen, zoals een familielid, een andere naaste of een vrijwillige adviseur. Maar voor deze vormen van informele cliëntondersteuning verstrekt een gemeente geen Opdracht. Onafhankelijke cliëntondersteuning moet op deskundige wijze worden geboden en is zoveel mogelijk gebaseerd op expertise over alle domeinen van het leven. De cliëntondersteuner moet in staat zijn om de achterliggende factoren van de kwetsbaarheid te kunnen herkennen en erkennen en over vaardigheden te beschikken om de Burger te kunnen ondersteunen. De onafhankelijke cliëntondersteuner staat ‘naast de Burger’ en helpt met het formuleren van de hulpvraag, het maken van keuzes, het oplossen van problemen en behartigt de belangen van de betreffende Burger. Hierbij richt de Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 71 van 80
onafhankelijke cliëntondersteuning zich op het gebruik maken van de eigen mogelijkheden, het eigen netwerk en de eigen regie van de Burger. Bijzondere situatie gemeente Peel en Maas De gemeente Peel en Maas verricht een onderzoek met als thema vernetwerkte informatievoorziening. Onafhankelijk cliëntondersteuning maakt daar onderdeel van uit. In 2016 kan dit leiden tot een lokaal subsidiekader op dit terrein waarin de informatievoorziening en onafhankelijke ondersteuning geheel of gedeeltelijk (en mogelijke overeenkomsten) worden meegenomen. 7.4 Perceel 4. Maatschappelijke opvang De verstrekking van een Opdracht vindt plaats door de gemeente Venlo en heeft in principe betrekking op alle Gemeenten in de regio Noord- en Midden-Limburg met uitzondering van de gemeenten Gennep en Mook en Middelaar. Voor sommige onderdelen gelden andere afspraken, dit wordt bij het betreffende onderdeel aangegeven. De functionaliteit ‘maatschappelijke opvang’ wordt gedefinieerd als de beschikbaarheid van een voorziening die een tweetal elementen omvat die onlosmakelijke met elkaar zijn verbonden: 1. Fysieke voorziening(en) voor het bieden van tijdelijke opvang voor individuele Burgers of gezinnen. 2. Ondersteuning en of begeleiding van Burgers die de thuissituatie hebben verlaten, al dan niet in verband met risico’s voor hun veiligheid als gevolg van huiselijk geweld, en niet in staat zijn op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit hun netwerk zich te handhaven in de samenleving. Ad 1: fysieke voorziening De fysieke voorziening(en) omvat(ten) de navolgende functionaliteiten: 1. Dag- en nachtopvang 2. Trajectbedden 3. Crisisopvang 4. Daderbedden 5. Woonvoorziening maatschappelijke opvang 6. Calamiteitenbed 7. Vrouwenopvang 8. Crisiszorg huiselijk geweld en kindermishandeling 9. Inzet Aware 10. Intensief casemanagement 11. Zwerfjongeren Ad 2: Ondersteuning en begeleiding De ondersteuning en of begeleiding omvat de volgende elementen: Het bieden van een veilige omgeving aan burgers die om welke reden dan ook van de opvangvoorziening gebruik moeten maken. Het de-escaleren van eventuele crisissituaties dan wel het stabiliseren van zulke situaties door Eerste Hulp Bij Crisis Situaties (EHBCS) (inclusief het inschakelen van noodzakelijke specialistische kennis en ervaring). Het voorkomen van overlast in (de directe omgeving van) de opvangvoorziening. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 72 van 80
Het begeleiden van verslaafden bij het gebruik van de gebruikersruimte zodanig dat er voor alle betrokkenen een voldoende veilige situatie wordt geborgd. Voor burgers die niet beschikken over een ondersteuningsplan: het leggen van een verbinding met een geschikte toegang voor ondersteuningsvragen. Dit kan afhankelijk van de eerste beoordeling aan lokaal (wijk)team zijn dan wel het Zorg- en Veiligheidshuis Limburg-Noord. Voor Burgers die beschikken over een ondersteuningsplan: het leggen van een verbinding met een lokaal (wijk)team zijn dan wel het Zorg- en Veiligheidshuis Limburg Noord voor het bijstellen van het bestaande ondersteuningsplan.
De doelstelling van de opvangvoorziening(en) is om Burgers zo spoedig mogelijk nadat zij gebruik hebben moeten maken van deze voorziening te begeleiden naar een genormaliseerde en meer structurele leefsituatie. Dit gebeurt door het zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen een termijn van 6 weken, samen met de Burger en zijn omgeving opstellen van een integraal ondersteuningsplan. Dit plan is gericht op het opnieuw verkrijgen en duurzaam behouden van regie over de eigen leefsituatie (en indien van toepassing van het gezin) en het verkrijgen en duurzaam behouden van de hoogst mogelijke mate van zelfredzaamheid en participatie (meedoen) Om meer duidelijkheid te geven wat er nu precies wordt gevraagd binnen dit perceel, is dit perceel uitgesplitst in elf functionaliteiten. Er kan per functionaliteit een aanbod worden gedaan middels het invullen van die functionaliteit / product in het Product - en Prijzenblad 2016. 1. Dag- en nachtopvang (functiebekostiging) Voor 2016 vraagt Opdrachtgever geen nieuwe Aanbieders om een Aanbieding te doen, maar aan bestaande Opdrachtnemers wordt gevraagd om op basis van onderstaande aangescherpte tekst een Aanbieding te doen. Op basis van die Aanbieding zullen met de betreffende Opdrachtnemers nadere afspraken worden gemaakt over de inzet van hun aanbod. Kerntaak van de dag- en nachtopvang is het bieden van tijdelijk verblijf aan mensen zonder dak boven hun hoofd, gekoppeld aan zorg en begeleiding en/of het verhelpen van crisis (omschrijving Federatie Opvang). Dit is een laagdrempelige voorziening gericht op bed-bad-brood en begeleiding. De Burger kan hier tegen een kleine vergoeding slapen, eten, douchen en kleding laten wassen en mag hier maximaal 6 weken verblijven. We hanteren voor de nachtopvang de landelijke afspraken voor toegang en regiobinding. Afspraken over indicatoren en monitoring leggen we vast. Met de organisaties gaan we in 2016 meer sturen op de termijn van 6 weken. De dagopvang is onderdeel van de dag- en nachtopvang en is een laagdrempelige voorziening die fungeert als dienstencentrum. Hier wordt hulp en bemiddeling geboden bij onder meer huisvesting, daginvulling, inkomen en zorg. Er is aandacht voor o nder andere het aanleren van structuur, sociale vaardigheden en arbeidsrehabilitatie De voorziening omvat tevens een gebruikersruimte voor verslaafden. Burgers mogen hier maximaal 6 weken blijven en dienen uiterlijk na die tijd aan de hand van een ondersteuningsplan door te stromen naar een trajectbed, dan wel een andere vorm van wonen. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 73 van 80
Het gaat feitelijk om een aanbod voor de Maatschappelijke opvang gemeente Venlo en de Maatschappelijke opvang gemeente Roermond. Het budgettair kader voor deze beide opvangen tezamen is: € 1.600.000,-. 2. Trajectbedden (specificatiebekostiging) De Burger krijgt een trajectbed voor 12 weken toegewezen op basis van een ondersteuningsplan. Bij een trajectbed heeft de Burger een eigen plek waar hij vrijelijk naar toe kan, ook gedurende de dag. Hij betaalt hier een vergoeding voor. Hij wordt begeleid en samen met hem wordt een ondersteuningsplan voor de periode na 12 weken opgesteld. Dit ondersteuningsplan moet leiden tot een vorm van wonen (al dan niet met begeleiding of beschermd wonen). Dit traject duurt maximaal 12 weken. Start traject moet gemeld worden bij Zorg en Veiligheidshuis, zodat ook het traject tot het opstellen ondersteuningsplan gestart kan worden. De Aanbieding moet een aanbod betreffen voor trajecten van 12 weken om te komen tot een ondersteuningsplan. Betaling vindt plaats achteraf op basis van een gespecificeerde factuur en de melding aan het Zorg en Veiligheidshuis. 3. Crisisopvang (specificatiebekostiging) Dit is een 24-uursvoorziening voor acute opvang van volwassenen (en hun kinderen) die ten gevolge van een crisissituatie niet langer thuis kunnen verblijven. De verblijfsduur is maximaal 12 weken, waarna een vervolgtraject plaatsvindt (terugplaatsing thuissituatie of doorplaatsing binnen een andere voorziening intern of extern). Start traject moet gemeld worden bij Zorg en Veiligheidshuis, zodat ook het traject tot het opstellen ondersteuningsplan gestart kan worden. In principe willen we de crisisopvang niet gebruiken voor gezinnen. Deze moeten voor zover mogelijk direct geplaatst worden in een woning of appartement, van waar gewerkt kan worden naar een eigen woonvoorziening. 4. Daderbedden (functiebekostiging) Indien een dader van huiselijk geweld acuut de woning moet verlaten kan hij geplaatst worden op een daderbed. Er zijn altijd 2 bedden beschikbaar in de gemeente Venlo. Deze zijn voor de hele regio Noord- en Midden-Limburg beschikbaar. 5. Woonvoorziening maatschappelijke opvang (specificatiebekostiging) Binnen deze voorziening wordt begeleiding en hulp geboden bij het (opnieuw) aanleren van vaardigheden die noodzakelijk zijn voor het dagelijks functioneren. Plaatsing gebeurt op basis van een ondersteuningsplan via het Zorg- en Veiligheidshuis. De verblijfsduur is maximaal één jaar. Hierna volgt op basis van een ondersteuningsplan doorplaatsing naar een vorm van wonen al dan niet met begeleiding. De bestaande voorzieningen Doortocht en Land van Horn vallen onder dit onderdeel. 6. Calamiteitenbed (functiebekostiging) Er zijn in de regio Noord- en Midden-Limburg altijd voldoende calamiteitenbedden beschikbaar. Deze zijn gesitueerd in de gemeenten Roermond en Venlo.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 74 van 80
7. Vrouwenopvang (functiebekostiging en prestatiebekostiging als extra begeleiding nodig is) De Vrouwenopvang biedt veiligheid, opvang en (ambulante) begeleiding aan vrouwen en gezinnen bij het voorkomen en/of stoppen van geweld in afhankelijkheidsrelaties. De Vrouwenopvang richt zich primair op vrouwen en kinderen in situaties van geweld en betrekt daar waar mogelijk het hele gezin erbij. Hiermee draagt de Vrouwenopvang bij aan de versterking van de eigen kracht, het herstel en de maatschappelijke participatie van alle leden van het gezin. De Vrouwenopvang vormt een landelijk netwerk. De Vrouwenopvang biedt lichte en zware vormen van opvang en (ambulante) hulp, afhankelijk van de veiligheidssituatie en zorgbehoefte van vrouwen en kinderen. Het verblijf in de Vrouwenopvang is voor de duur van maximaal 3 maanden. De Vrouwenopvang in Noord- en Midden-Limburg omvat 18 bedden (bed-bad-brood en basisactiviteiten; functiebekostiging) en individuele begeleiding (prestatiebekostiging). De eerste 6 weken kunnen zonder ondersteuningsplan ingezet worden daarna alleen met ondersteuningsplan. Het budgettair kader voor de Vrouwenopvang bedraagt € 1.072.000,- voor het beschikbaar zijn van de basisactiviteiten. De aanvullende begeleiding vindt plaats op basis van prestatiebekostiging en wordt achteraf betaald op basis van een gespecificeerde rekening. 8. Crisiszorg huiselijk geweld en kindermishandeling (prestatiebekostiging) Crisiszorg in geval van huiselijk geweld of kindermishandeling wordt direct door Veilig Thuis ingezet voor de duur van maximaal 6 weken en zonder tussenkomst van de lokale gemeente. Op basis van de inschatting van de crisis door Veilig Thuis en de zorg die nodig is vinden (systemische) interventies plaats om verdere escalatie te voorkomen en de crisis te behandelen. De crisisinterventies vinden plaats door professionals die kennis hebben van huiselijk geweld / kindermishandeling en volgens de multifocus en/of korte interventie methode (KIM) werken. De gezinsdynamiek en de patronen binnen het gezin staan hierbij centraal. Deze uitvraag is alleen voor de regio Noord-Limburg, de regio Midden-Limburg maakt zelf nadere afspraken met Aanbieders voor het leveren van deze zorg. 9. Inzet Aware (functiebekostiging) In geval van bedreiging, stalking of mishandeling waarbij er sprake is van een veiligheidsrisico van betrokkene kan Aware ingezet worden. Aware wordt verstrekt voor de duur van 6 maanden en kan tot maximaal 1 jaar verlengd worden. 10. Intensief casemanagement (specificatiebekostiging) Intensief casemanagement kan op 2 momenten worden ingezet: 1. In aansluiting op een huisverbod op grond van de Wet tijdelijk huisverbod. 2. In aansluiting op de crisiszorg die gedurende 6 weken heeft plaatsgevonden. De inzet van intensief casemanagement is altijd in afstemming met en komt voor rekening van de lokale gemeente. 11. Zwerfjongeren (functiebekostiging en prestatiebekostiging als extra begeleiding nodig is) Er is dringend behoefte aan de opvang van zwerfjongeren. We vinden het niet wenselijk dat deze in een (algemene) nachtopvang terecht komen, maar kiezen voor opvang Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 75 van 80
middels begeleid (kamer)bewoning. Dus direct een eigen plek met de nodige begeleiding. Organisaties moeten zelf zorgen voor de woonruimte en organiseren de juiste begeleiding. Doel is dat de jongere binnen een periode van maximaal 2 jaar doorstromen naar vorm van zelfstandig wonen met begeleiding. Start traject moet gemeld worden bij Zorg en Veiligheidshuis, zodat ook het traject tot het opstellen ondersteuningsplan gestart kan worden. Onder deze uitvraag valt de bestaande voorziening in de gemeente Roermond. Er is een budgettair kader beschikbaar van € 380.000,- voor de functiebekostiging. De extra begeleiding vindt plaats op basis van een gespecificeerde factuur en wordt achteraf betaald. Toelichting op de bekostiging Waar hierboven sprake is van functiebekostiging, maakt de gemeente Venlo op basis van de Aanbiedingen een nadere selectie welke Aanbieder daadwerkelijk de functie mag leveren. Dit vanwege het feit dat per functie maar één voorziening nodig is. De nadere selectie vindt plaats aan de hand van de ingediende specificatie bij de Aanbieding op het Product- en Prijzenblad 2016 en wordt getoetst aan het budgettair kader dat beschikbaar is en zoals hierboven per onderdeel – waar van toepassing – staat vermeld. Voor de voorzieningen in de gemeente Weert geldt dat in principe de aanpak van 2015 wordt gecontinueerd. Dat betekent dat de gemeente Weert middelen krijgt op basis van een plan voor de inrichting van de opvang en de gemeente Weert verantwoordelijk is voor de uitvoering van het plan. 7.5 Perceel 5. Bemoeizorg en Preventie Voor 2016 vraagt Opdrachtgever geen nieuwe Aanbieders om een Aanbieding te doen, maar aan bestaande Opdrachtnemers wordt gevraagd om op basis van onderstaande aangescherpte tekst een Aanbieding te doen. Op basis van die Aanbieding zullen met de betreffende Opdrachtnemers nadere afspraken worden gemaakt over de inzet van hun aanbod. Bemoeizorg en Preventie voor de openbare geestelijke gezondheidsdoelgroep (OGGZ) worden door de gemeente Venlo ingekocht voor de gehele regio Noord- en MiddenLimburg met uitzondering van de gemeenten Gennep en Mook en Middelaar. Onder bemoeizorg wordt verstaan het vinden, binden en (uiteindelijk middels warme overdracht) toe- dan wel terugleiden (overtuigen) naar zorg van mensen met complexe, ernstige psychische en/of psychosociale problematiek. Bijkomende aspecten zijn vaak verslaving, dak- en thuisloosheid, verwaarlozing en sociaal isolement. De a. b. c.
preventie-activiteiten worden ingekocht met de volgende doelen: Informeren over de OGGZ problematiek. Bieden van een platform voor uitwisseling van ervaringen. Het vinden, binden en toe- dan wel terugleiden naar zorg.
Ad a. Informeren over de OGGZ problematiek Geven van algemene voorlichting over de OGGZ. Door sensibiliseren werken aan vroegsignaleren van kwetsbare Burgers. Bewustwording van medewerkers in het onderwijs en bij opvoedkundige taken over zorgelijke signalen door leerlingen / kinderen. Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 76 van 80
Voorlichting over ondersteuning bij verslaving. Voorlichting over ondersteuning bij kindermishandeling. Voorlichting over ondersteuning mensen met psychiatrische problemen en hun omgeving (OGGZ, mantelzorg, dementie). Vroegsignalering (signalering en bestrijding risicofactoren; gericht o p het voorkomen van) calamiteiten en interventies.
Ad b. Bieden van een platform voor uitwisseling van ervaringen Opzet en begeleiding gespreksgroepen voor ervaringsuitwisseling tussen mantelzorgers, vrijwillige begeleiders van mensen met psychiatrische p roblemen, dementie of depressies. 7.6 Perceel 6. Ondersteuning algemene voorzieningen Om te komen tot de totstandkoming van algemene voorzieningen in dorp, wijk en stad (-sdeel) is het soms noodzakelijk om met een projectleider te werken die binnen een dorpsgemeenschap of wijk Burgers stimuleert om als vrijwilligers initiatief te nemen om zo te komen tot voorzieningen binnen wijk of dorp die bijdragen aan de sociale cohesie binnen wijk of dorp (bijvoorbeeld dorps(dag)voorzieningen, eetpunten, gezamenlijke sociale bustrips etc.). De projectleider is de bruggenbouwer tussen de verschillende mensen en instanties die binnen dit project samenwerken. De Aanbieder biedt een medewerker met de volgende kerncompetenties aan: visie; affiniteit met het onderwerp; antenne hebben voor signalen vanuit wijk of dorp en signalen vanuit professionele ketenpartners; sterk zijn in communicatie; zowel de taal van de Burger in de wijk of het dorp kunnen spreken als de taal van professionele ketenpartners; het kunnen enthousiasmeren; het kunnen opzetten en onderhouden van een netwerk; beschikken over de nodige overtuigingskracht. De projectleider vormt de 'ogen en oren' van de projectgroep. De projectleider werkt stukken uit en ziet erop toe dat deze ook bij de leden van de projectgroep terecht komen. Daar waar zich problemen voordoen, zoekt de projectleider naar een oplossing. De projectleider ziet erop toe dat de vergaderingen plaatsvinden, dat er notulen gemaakt worden en dat de planning wordt bewaakt. 7.7 Perceel 7. Individuele begeleiding asielgerechtigden (enkel Venlo) Het gaat om inburgeringsplichtige asielgerechtigden en inburgeringsplichtige gezinsherenigers, die een verblijfsvergunning “voor bepaalde tijd asiel” hebben en zich in de gemeente Venlo als eerste gemeente (niet zijnde een AZC) zullen vestigen (zogenoemde statushouders). De noodzakelijke individuele begeleiding is gericht op de volgende elemente n: Begeleiding in de huisvestingsprocedure Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 77 van 80
minimaal: betrekken van woonruimte, toezien op initiële inrichting, begeleiding bij het afsluiten van contracten en aanvragen van financiële ondersteuning . Welzijnsbeleid gericht op het ‘meedoen’ minimaal: wegwijs maken in de beschikbare ondersteuning door maatschappelijke organisaties en gemeente. Indien personen niet kunnen ‘meedoen’ wordt dit actief gesignaleerd naar de gemeente Venlo. Maatschappelijke begeleiding gericht op integratie minimaal: het vinden school, gezondheidszorg en het stimuleren om aansluiting te zoeken bij buurt- en verenigingsleven. Aanmeldingen school en gezondheidszorg minimaal: aanmelding bij school, peuterspeelzaal of kinderopvang inclusief het aanvragen van toeslagen en bijdragen. Tevens aanmelding bij huisarts en tandarts. Wegwijs maken in beschikbare gezondheidszorgvoorzieningen. Kennismaken met woonplaats en omgeving minimaal: wegwijs maken in buurt, winkels en functioneren van openbaar vervoer en stimuleren dat er een kennismaking met de buurt plaatsvindt. Sociaal netwerk: minimaal: stimuleren van opbouw van een sociaal netwerk. De gevraagde begeleiding wordt bij voorkeur gegeven door vrijwilligers.
De individuele begeleiding leidt ertoe dat de betrokkene zo spoedig mogelijk zelfstandig zijn of haar ‘weg’ in de Nederlandse maatschappij weet te vinden, zich daar wel bevindt en zelfstandig gebruik kan maken van de (algemene) voorzieningen die beschikbaa r zijn. Dit vereist meer dan de voorgenoemde minimale inzet. Bij de keuze voor de Opdrachtnemer(s) zal de mate waarin de Opdrachtnemer in staat is om meer te leveren dan de minimale vereiste een belangrijke factor zijn. De vergoeding die de gemeente Venlo bereid is te betalen voor deze dienstverlening is gelijk aan de vergoeding die de gemeente Venlo vanuit het COA ontvangt voor de begeleiding van statushouders van 16 jaar en ouder. Dat bedrag is op dit moment € 1.000,- per statushouder. Eventuele wijzigingen die het COA aanbrengt in deze vergoeding worden in principe doorgevoerd bij de Opdrachtnemer van deze dienstverlening. Achtergrondinformatie Te vinden bij het samenwerkingsverband Opnieuw Thuis, het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en COA. Specifieke informatie is te vinden in bijlage 3 van het document “Huisvesting Vergunninghouders” zoals te downloaden op: https://www.opnieuwthuis.nl/wetenswaard. 7.8 Perceel 8. Bewonersondersteuning (enkel Venlo) Welzijn is de mate waarin het in lichamelijk, geestelijk en sociaal opzicht goed gaat met mensen of gemeenschappen. Bewonersondersteuning in de gemeente Venlo richt zich op het bevorderen van het welzijn van alle Burgers van de gemeente Venlo middels de ondersteuning van vitale gemeenschappen (voorheen opbouwwerk, jongerenwerk, en ouderenwerk). Het maximaal beschikbare budget onder voorbehoud van een daartoe strekkend besluit van de gemeenteraad bij de vaststelling van de gemeentebegroti ng voor dat jaar (in november van het voorafgaande jaar) voor bewonersondersteuning bedraagt Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 78 van 80
€ 1 miljoen per jaar. Met de uitvoering van bewonersondersteuning worden de volgende resultaten beoogd: Burgers van de gemeente Venlo zetten zich in voor een ander of hun omgeving; in iedere wijk, buurt of dorp is één of zijn meerdere netwerken van Burgers actief; groepen jongeren die ongewenst groepsgedrag vertonen, zijn in beeld en krijgen zo mogelijk ondersteuning vanuit de buurt of wijk (jongerenwerk). Hiervoor spreekt de betreffende medewerker individuele jongeren die (al dan niet binnen de groep) afwijkend gedrag vertonen aan op dat gedrag en leidt hen waar mogelijk en nodig naar het sociaal wijkteam voor het opstellen van een ondersteuningsplan (straathoekwerk); het vergroten van het vertrouwen dat mensen in elkaar en hun omgeving/wijk/buurt hebben; het versterken van het besef dat Burgers (mede)zeggenschap hebben over het beheer en de ontwikkeling van hun woonomgeving. De inzet van bewonersondersteuning heeft aantoonbaar een maatschappelijke meerwaarde waardoor meer Burgers meedoen en vitale gemeenschappen ontstaan dan wel blijven bestaan. De bewonersondersteuner stelt de vraag van/uit de wijk centraal en richt zich op het versterken van de potentiële kracht van groepen mensen (jong en oud) en levert een bijdrage aan het vergroten van de participatie (meedoen naar vermogen) van de Burgers. De bewonersondersteuner ondersteunt omstandigheden, structuren en relaties. Hij is een natuurlijk aanspreekpunt in de wijk, werkt (rechtstreeks) met groepen en kent globaal hun leefsituatie waardoor de ondersteuner ook een ‘vindplaats’ is voor vroegtijdige signalering bij het sociale wijkteam of anderszins. De bewonersondersteuner is in staat om vanuit de leefwereld en (potentiële) kracht van de wijk ondersteuning te bieden en mensen te activeren en te coachen. Profiel bewonersondersteuner Doel van de functie bewonersondersteuning De bewonersondersteuner is gericht op gemeenschapsontwikkeling en stelt bewonersnetwerken en bewonersinitiatieven centraal. De bewonersondersteuner biedt ondersteuning, faciliteert en biedt ruimte aan bewoners om invulling te geven aan gemeenschapsontwikkeling. Het speerpunt van de werkzaamheden ligt in de verbinding van informele netwerken en van bewoners rond hun ambities, ideeën en wensen. De bewonersondersteuner straalt vertrouwen uit dat bewoners talenten en capaciteiten hebben, elkaar inspireren en ondersteunen in het werken aan vitale gemeenschappen. Specifieke functiekenmerken en competenties De visie en het gedachtegoed van gemeenschapsontwikkeling in de gemeente Venlo wordt door de bewonersondersteuners gemeenschappelijk gedeeld en uitgedragen. Bewonersondersteuners zijn in staat om de visie te vertalen in werkwijzen, plannen van aanpak en weten wat visie op gemeenschapsontwikkeling betekent voor hun positie. Daarnaast heeft de bewonersondersteuner de volgende competenties: is in staat het belang van bewoners altijd voorop te stellen en eigenaarschap bij de bewoners te laten; heeft analytisch vermogen om de behoeften van bewoners te vertalen in een plan van aanpak voor bewonersondersteuning en gemeenschapsontwikkeling; Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 79 van 80
heeft de sociale vaardigheden die nodig zijn om een netwerk op te bouwen en bewoners te motiveren en stimuleren; is gewend om zich in netwerken te begeven en in staat deze verder door te ontwikkelen. is in staat om de dialoog tussen bewoners op gang te brengen en om het proces te begeleiden van bewonersinitiatieven in de fasen van idee tot uitvoerbaar plan; kan omgaan met conflictsituaties en heeft probleemoplossend vermogen; is stressbestendig, flexibel en heeft improvisatievermogen in crisissituaties, vooral wanneer er afgeweken moet worden van geijkte werkwijzen; heeft een klantgerichtheid en een dienstverlenende instelling; heeft een proactieve grondhouding, en is daadkrachtig, innovatief en ondernemend; is bereid om buiten kantooruren te werken.
Gevraagde kwaliteiten en competenties HBO werk- en denkniveau; werkervaring in het vakgebied; kennis van maatschappelijke ontwikkelingen (o.a. transities, zelfsturing); kennis van politieke ontwikkelingen en verhoudingen; kennis van en ervaring met groepsdynamische processen in de leefwereld van bewoners in wijken en dorpen; kennis van (veranderings-) processen in de systeemwereld van gemeenten en maatschappelijke instellingen; kennis van de sociale kaart; kennis van en binding met de gemeente Venlo.
Bijlage 2. Beschrijving domeinen en percelen 2016
Pagina 80 van 80