Bijlage 1: Procedure Brandgevaarlijke Werkzaamheden & Buiten bedrijf stellen brandbeveiligingsinstallaties
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
INLEIDING World Trade Center Amsterdam is voorzien van diverse brandveiligheidinstallaties . Indien de sprinklerinstallatie of het brandmeldsysteem buiten bedrijf moet worden genomen wegens werkzaamheden, kan de brandveiligheid niet meer gewaarborgd worden. Hierdoor lopen de ruimten een verhoogd brandgevaar. Om deze reden dienen er bij brandgevaarlijke werkzaamheden en/of het uitschakelen van de brandbeveiligingsinstallatie veiligheidsmaatregelen genomen worden.
PROCEDURE
Brandgevaarlijke werkzaamheden en/of het uitschakelen van de brandbeveiligingsinstallatie dient ten minste twee werkdagen van te voren gemeld te worden bij de verhuurder (Beheermaatschappij WTC Amsterdam, afdeling technisch en facilitair beheer) d.m.v. het formulier ‘brandgevaarlijke werkzaamheden’ en/of ‘buiten bedrijf stellen brandbeveiligingsinstallaties’.
Na akkoord door verhuurder wordt het goedgekeurde aanvraagformulier door verhuurder doorgestuurd naar de beveiliging en ontvangt de aanvrager het origineel retour.
Uitvoerder dient voorafgaand aan de werkzaamheden zich met het getekende aanvraagformulier te melden bij de meldkamer van de beveiliging.
Beveiliging schakelt conform het aanvraagformulier de juiste groepen van de brandmeldinstallatie uit.
Gedurende de dagelijkse surveillance rondes van de beveiliging wordt toezicht gehouden op brandgevaarlijke werkzaamheden. Indien blijkt dat er geen getekend formulier brandgevaarlijke werkzaamheden aanwezig is legt de beveiliging per direct de werkzaamheden stil.
Nadat afronding van de werkzaamheden wordt door uitvoerder een eindcontrole en indien blijkt dat er geen brandgevaar meer aanwezig is tekent de uitvoerder het formulier. De WTC beveiliging verzorgt een nacontrole.
Uitvoerder levert het getekende formulier in bij de beveiligingsbeambte in de meldkamer. De beveiligingsbeambte activeert de uitgeschakelde brandveiligheidinstallatie en archiveert het formulier.
BUITENBEDRIJF STELLEN BRANDBEVEILIGINGSINSTALLATIE Indien de buitengebruikstelling langer duurt dan 8 uur informeert verhuurder een aantal externe partijen, t.w. de verzekeringsmakelaar van het gebouw, de Gemeentelijke Brandweer en de Gemeentelijke Dienst Bouw- en Woningtoezicht. De verhuurder is er ook voor verantwoordelijk aan deze partijen melding te doen wanneer de installatie weer ingeschakeld is. Indien een gebouwdeel voorzien is van zowel een sprinklerinstallatie als een brandmeldinstallatie moet voorkomen worden dat beide systemen gelijktijdig worden uitgeschakeld. De automatische sprinklerinstallatie en het brandmeldsysteem mogen niet buiten bedrijf worden gesteld voordat hiervoor toestemming is verkregen van verhuurder. De geëiste voorzorgsmaatregelen, op grond waarvan de toestemming is verleend, moeten daarbij strikt worden opgevolgd.
VOORZORGSMAATREGELEN Het buitenbedrijf stellen van een automatische sprinklerinstallatie en/of brandmeldsysteem moet worden gezien als een noodsituatie. De periode dat de sprinklerinstallatie en/of het brandmeldsysteem buiten bedrijf is moet zo kort mogelijk worden gehouden. Een goede planning van de werkzaamheden is daarom essentieel. Het gelijktijdig
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
buiten werking stellen van meer dan één sprinklersectie is in principe niet toegestaan. Het ten behoeve van onderhoud of buitenbedrijf stellen van het waterreservoir voor reinigen en conserveren is toegestaan voor zoveel dagen als benodigd met een maximum van zeven dagen, mits dit een aaneengesloten periode betreft. Bij de buitenbedrijf stelling van een gedeelte van de sprinklerinstallatie moeten onderstaande maatregelen worden getroffen:
Een rookverbod handhaven in de afdelingen zonder parate sprinklerbeveiliging en/of brandmeldsysteem.
Las– en snijwerkzaamheden vermijden in de afdelingen zonder parate sprinklerbeveiliging en of brandmeldsysteem. In geval van absoluut noodzakelijke laswerkzaamheden ter plaatse moeten alle mogelijke voorzorgsmaatregelen worden getroffen, zoals het toepassen van lasdekens en het afdekken of verwijderen van brandbare materialen.
Een geïnstrueerde brandwacht van de uitvoerder dient toezicht te houden binnen het niet-beveiligde gebied. Deze dient bij voorkeur middels een portofoon in rechtstreeks verbinding te staan met de meldkamer van het WTC. Bij een buitenbedrijf stelling langer dan één werkdag moeten buiten de werktijd in de buiten bedrijf gestelde afdelingen brandronden lopen en wel zodanig dat tenminste éénmaal per uur elke plaats wordt gecontroleerd.
Alle in de betreffende afdelingen aanwezige effectieve brandblusmiddelen voor direct gebruik gereed houden. De brandwacht dient ter plaatse te beschikken over één of meerdere voor direct gebruik gereed zijnde blustoestellen.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Aanvraagformulier Brandgevaarlijke Werkzaamheden & Buiten bedrijf stellen Brandbeveiligingsinstallaties Let op! Per werkdag één formulier invullen. Indien een werkshift korter is dan een werkdag, dient per shift één formulier ingevuld te worden. Aangevraagd door Naam bedrijf:
E-mail:
Contactpersoon:
Handtekening:
Telefoonnummer:
Datum:
Veiligheidsmaatregelen
Uit te voeren werk
Het is verboden te roken.
Datum:
Bij uitschakelen brandmeldinstallatie en sprinkler is een brandwacht van uitvoerder verplicht.
Tijdstip (van/tot):
Uitschakelen brandbeveiligingsinstallaties? Ja/Nee
o o o o
Sprinkler Brandmeldinstallatie Blusgas installatie Doormelding naar de brandweer
Zijn naar oordeel van aanvrager extra maatregelen nodig? Ja/Nee Opmerkingen: ………………………………………………………………… ………………………………………………………………… …………………………………………………………………
Locatie: Aard werk:
o o o o o o
Lasbranden Elektrisch lassen Gasbrander Slijpschijf Hete lucht föhn Anders…..
Opmerking: ………………………………………………………………….. ………………………………………………………………….. …………………………………………………………………..
Voor akkoord WTC management Naam:………………………………… Handtekening:………………………………….. Datum:……………………..
Eindcontrole brandgevaarlijke werkzaamheden Naam: Handtekening: Nacontrole brandgevaarlijke werkzaamheden 60 minuten na afloop werkzaamheden Naam: Handtekening: Aanvrager ontvangt het origineel Emailadres Beheermij WTC Amsterdam:
[email protected]
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Toelichting Brandgevaarlijke Werkzaamheden & Buiten bedrijf stellen Brandbeveiligingsinstallaties
Controleer bij WTC beveiliging of juiste aanvraag in behandeling is genomen.
Verken de omgeving van het karwei. Let op openingen.
Zorg voor voldoende blusmiddelen.
Zorg voor een (mobiele)telefoon.
Verwijder brandbare (vloei)stoffen.
Dek brandbare stoffen af.
Denk aan de ‘achterzijde’ van het werk.
Bij het uitschakelen van de brandmeldinstallatie is een brandwacht verplicht.
Voer bij brandgevaarlijke werkzaamheden een eindcontrole uit.
Lever het getekende formulier ‘Brandgevaarlijke Werkzaamheden & Buitenbedrijfstellen Brandbeveiligingsinstallaties’ na afloop van de eindcontrole in bij de meldkamer WTC Amsterdam (C1).
Eindcontrole: De aanvrager dient voor iedere pauze of werkonderbreking, aan het eind van iedere werkdagen en/of na afloop van de brandgevaarlijke werkzaamheden een eindcontrole uit te voeren. De eindcontrole dient te gebeuren op de plaats waar de werkzaamheden zijn uitgevoerd, alsmede in de omliggende en onder/bovenliggende ruimten. Nacontrole: Ook nadat de brandgevaarlijke werkzaamheden zijn beëindigd kan nog brand ontstaan. Daarom verzorgt de WTC beveiliging tot één uur na afloop van de brandgevaarlijke werkzaamheden een eindcontrole uit.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Bijlage 2: Gebruik Parkeergarage World Trade Center Amsterdam
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
COMPARTIMENTERING De parkeergarage is opgedeeld in vier - afzonderlijk af te sluiten - gedeelten (compartimenten). De vier compartimenten zijn als volgt ingedeeld: Parkeerlaag P1:
1 x bezoekerscompartiment
2 x afgesloten compartimenten t.b.v. enkele specifieke huurders
Parkeerlaag P2
1 x afgesloten compartiment t.b.v. abonnementhouders
Hoe werkt de compartimentering? U bent een abonnementhouder (contract- of maandabonnement): Tenzij anders overeengekomen en vastgelegd in een parkeerovereenkomst zullen alle abonnementhouders op parkeerlaag P2 moeten parkeren. Om hier te komen passeert u twee keer een slagboom, één keer bij de entree van de parkeergarage en één keer onderaan de hellingbaan van P1 naar P2. Nadat de eerste slagboom gepasseerd is dient de tweede slagboom binnen 10 minuten gepasseerd te worden. Het is voor abonnementhouders niet toegestaan om in het algemene bezoekerscompartiment te parkeren. Indien deze 10 minuten wordt overschreden is de consequentie dat bij het verlaten van de parkeergarage de slagboom gesloten blijft. Het bezoekerstarief dient bij één van de betaalautomaten afgerekend te worden voordat de parkeergarage verlaten kan worden. U bent geen abonnementhouder: Indien u niet in het bezit bent van een parkeerabonnement is parkeren in het bezoekerscompartiment op parkeerlaag P1 de enige mogelijkheid. Direct na binnenkomst in de parkeergarage bevindt u zich in het bezoekerscompartiment. Voor het uitrijden dient de parkeerkaart afgerekend te worden bij een van de betaalautomaten.
BEVEILIGING EN TOEGANGSCONTROLE De beveiliging houdt ook toezicht op de parkeergarage. De parkeergarage is 24 uur per dag, 7 dagen per week toegankelijk. Parkeren Een voertuig kan toegang krijgen tot de parkeergarage door bij de inrit een geldige parkeerkaart te presenteren, gebruik te maken van een credit card, gebruik te maken van een betaalkaart of het accepteren van een bezoekerskaartje. Garage te voet verlaten In de periode dat de parkeergarage niet is afgesloten kunnen voetgangers vrij, zonder tussenkomst van de bewaking de parkeergarage verlaten. Voor de periode dat de parkeergarage wel is afgesloten zijn intercoms geplaatst bij iedere uitgang van de parkeergarage. De beveiliging kan, indien nodig, de uitgang op afstand ontgrendelen.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Voertuig ophalen In de periode dat de parkeergarage niet is afgesloten kan een voertuig vrij, zonder tussenkomst van de bewaking opgehaald worden. Voor de periode dat de parkeergarage wel is afgesloten is bij iedere toegangsdeuren vanuit het gebouw een kaartlezer geplaatst. U krijgt toegang tot de garage nadat de kaart waarmee is ingereden door deze kaartlezer is gehaald. Voor personen die van buiten het gebouw hun voertuig willen ophalen is de entree aan het Zuidplein op werkdagen tot 01.00 uur geopend. De entree aan de Strawinskylaan is op werkdagen tot 20.00 uur geopend. Na deze tijden zult u zich eerst moeten melden bij de bewaking d.m.v. een intercom bij de ingang van het gebouw. Let op! Neem altijd uw parkeerkaart mee uit uw auto. Nooduitgangen De nooduitgangen in de parkeergarage zijn 24 uur per dag afgesloten en beveiligd, en worden in een noodsituatie direct ontgrendeld. Tevens zijn de nooduitgangen handmatig te openen d.m.v. een handmelder (glaasje indrukken) die geplaatst zijn naast elke nooddeur. Mindervaliden Voor mindervaliden is er een lift (nabij de D en H/I-toren) vanuit het gebouw naar de parkeergarage. Indien assistentie gewenst is van de beveiliging kan de dichtstbijzijnde intercom gebruikt worden. Deze intercoms zijn te vinden bij in- en uitgangen van het gebouw en de parkeergarage. Tevens zijn er in de parkeergarage plaatsen gereserveerd voor mindervalide.
PARKEERKAARTEN EN BETAALMIDDELEN Er zijn verschillende soorten parkeerkaarten:
Contractabonnementen (looptijd vastgelegd in huur- of parkeerovereenkomst)
Maandabonnementen (loopt automatisch af na één maand)
Kortparkeerkaart (bezoekerscompartiment, afrekenen per 15 minuten)
Kortparkeerkaarten kunnen afgerekend worden met:
Contanten
Pin
Credit Card
Betaalkaarten
Tevens is het mogelijk om toegang tot de parkeergarage te krijgen door direct bij de inritten een credit card of een betaalkaart van € 150,- in te voeren in de kaartlezer. Bij het uitrijden moeten de desbetreffende kaarten weer ingevoerd worden en het bedrag wordt automatisch afgeboekt.
PARKEERKAARTEN BESTELLEN Maandabonnementen en betaalkaarten kunnen bij het WTC Servicepoint worden besteld en opgehaald. U dient minimaal twee werkdagen voor ophaaldatum de kaarten besteld te hebben. Voor betaalkaarten is de minimale besteleenheid 25 stuks. Het uitgeven van maandabonnementen is op basis van beschikbaarheid.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Bij een betalingsachterstand bestaat de mogelijkheid dat er beperkende maatregelen worden opgelegd. Dit betekent dat abonnementen kunnen worden geblokkeerd en/of uitgifte van betaalkaarten kan wordt stopgezet totdat het openstaande bedrag inclusief een administratievergoeding van € 55,- excl. BTW volledig is voldaan.
PARKEERNORM In World Trade Center Amsterdam is de standaard parkeernorm 1 parkeerabonnement per 125 m2 kantoorruimte v.v.o.
EXTRA ABONNEMENTSKAARTEN Voor efficiënt gebruik van een gehuurde parkeerplaatsen (alleen van toepassing op contractabonnementen) bestaat de mogelijkheid om per parkeerplaats maximaal twee kaarten aan te schaffen. Dit betekent dat bij de desbetreffende huurder een maximum (zoals vastgelegd in de huur/parkeerovereenkomst) in het parkeersysteem wordt ingevoerd. Indien dit maximum is bereikt krijgt de eerstvolgende kaarthouder van deze huurder geen toegang tot de parkeergarage.
PREMIUM PARKEERCOMPARTIMENT Naast de normale parkeergarage kent het World Trade Center Amsterdam ook 24 Premium-parkeerplaatsen. Deze Premium-parkeerplaatsen zijn gelegen in een afgesloten deel naast de inritten van de parkeergarage. In opzet zijn deze parkeerplaatsen ruimer dan de normale parkeerplaatsen.
ALGEMENE PARKEERVOORWAARDEN In de parkeergarage van het World Trade Center zijn de ‘Algemene parkeervoorwaarden parkeergarage World Trade Center Amsterdam’ van toepassing. Speciaal aandachtspunt: De beheerder van de parkeergarage is te allen tijde gerechtigd om bij overtredingen van de parkeerregels een voertuig van een wielklem te voorzien. Let op! Dit geldt o.a. voor voertuigen die niet juist in de parkeervakken staan, buiten de parkeervakken staan of gebruik maken van een voor een ander bedrijf gereserveerde parkeerplaats. Voor het verwijderen van een wielklem wordt € 50,- incl. BTW in rekening gebracht. Wielklemmen worden pas verwijderd nadat dit bedrag is afgerekend bij de meldkamer op C1.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
PARKEERTARIEVEN PER 01/04/2016 Kort parkeren
Excl. BTW
Incl. BTW
Opmerking
Tarief (ma t/m zo)
€ 0,95
€ 1,15
Per 15 minuten. Maximaal dagtarief €50,00
Abonnementen
Excl. BTW
Incl. BTW
Opmerking
Maandabonnement
€ 330,-
€ 399,30
Tarief per maand
Contractabonnement A
€ 3.850,-
€ 4.658,50
Tarief per jaar - parkeergarage
Contractabonnement B
€ 2.650,-
€ 3.206,50
Tarief per jaar – Parnassusweg
Contract abonnement
€ 5.950,-
€ 7.139,00
Tarief per jaar
Verlies abonnement A
€ 27,-
€ 32,67
Per kaart
Verlies abonnement B
€ 55,-
€ 66,55
Per kaart
Verlies/extra Premium
€ 55,-
€ 66,55
Per transponder
€ 385,-
€ 465,85
Per jaar
Betaalkaarten
Excl. BTW
Incl. BTW
Opmerking
Betaalkaart €2,30
€ 1,90
€ 2,30
Na uitgifte 1 jaar geldig
Betaalkaart € 4,60
€ 3,80
€ 4,60
Na uitgifte 1 jaar geldig
Betaalkaart € 9,20
€ 7,60
€ 9,20
Na uitgifte 1 jaar geldig
Betaalkaart € 18,40
€ 15,21
€ 18,40
Na uitgifte 1 jaar geldig
Betaalkaart € 150,-
€ 123,97
€ 150,-
Na uitgifte 1 jaar geldig
Verlies
Excl. BTW
Incl. BTW
Opmerking
€ 41,32
€ 50,00
Per dag
Premium
transponder Extra parkeerkaart Contractabonnement A
kortparkeerkaart Verlies kortparkeerkaart Aan deze tarievenlijst kunnen geen rechten ontleend worden.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Bijlage 3: Algemene Voorwaarden Parkeergarage World Trade Center Amsterdam
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Algemene Voorwaarden Parkeergarage Op 20 januari 2015 gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel onder dossiernummer 33163044
Artikel 1 – Definities
In de algemene voorwaarden wordt verstaan onder: Verhuurder
CBRE DOF Custodian B.V., rechtsgeldig vertegenwoordigd door Beheermaatschappij World Trade Center Amsterdam B.V., gevestigd te Amsterdam, ingeschreven onder nummer 33.163.044 in het Handelsregister Kamer van Koophandel te Amsterdam.
Parkeergarage
De Parkeergarage gelegen onder het World Trade Center Amsterdam, Strawinskylaan 1 te Amsterdam.
Bezoeker
De eigenaar en/of de gebruiker van een in het bezoekerscompartiment (P1) van de Parkeergarage te parkeren en/of geparkeerd motorvoertuig.
Abonnementhouder
Abonnementhouder OP en Abonnementhouder GP
Abonnementhouder OP
De eigenaar en/of de gebruiker van een motorvoertuig met een parkeerabonnement voor het gebruik van een ongereserveerde parkeerplaats in het abonnementhoudercompartiment (P1 of P2) van de Parkeergarage.
Abonnementhouder GP
De eigenaar en/of gebruiker van een motorvoertuig met een parkeerabonnement voor het gebruik van een gereserveerde parkeerplaats
Gebruiker
Met Gebruiker wordt in de algemene voorwaarden zowel de Bezoeker als de Abonnementhouder OP en Abonnementhouder GP bedoeld.
Parkeerovereenkomst
Een tussen Verhuurder en Gebruiker gesloten overeenkomst in verband met het gebruik van de Parkeergarage.
Parkeerbewijs
De bij de ingang van de Parkeergarage aan de Bezoeker verstrekte kaart, waarmee toegang tot de Parkeergarage wordt verkregen, de parkeergelden moeten worden betaald en waarmee Bezoeker de Parkeergarage kan verlaten of het door Verhuurder aan een Abonnementhouder verstrekte Parkeerkaart waarmee toegang wordt verkregen tot de parkeergarage.
Artikel 2 – Parkeerovereenkomst 2.1
2.2
Een parkeerovereenkomst tussen de Verhuurder en de Gebruiker wordt geacht tot stand te zijn gekomen:
door het sluiten van een Huurovereenkomst Parkeerplaats;
door het aanvragen of gebruiken van een Parkeerbewijs bij de ingang van de Parkeergarage; of
door het enkele feit dat een Gebruiker met een motorvoertuig de Parkeergarage binnengaat.
Deze overeenkomst wordt geacht te zijn gesloten door de eigenaar van een in de Parkeergarage geparkeerd motorvoertuig, voor zover er geen sprake is van een andere gebruiker, tenzij de eigenaar bewijst dat dit
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
motorvoertuig niet door hem noch met zijn toestemming in de Parkeergarage is geparkeerd. 2.3
Tot de verplichtingen van Verhuurder uit de Parkeerovereenkomst behoort niet de bewaking van het geparkeerde motorvoertuig.
Artikel 3 – Gebruik van de Parkeergarage 3.1
Gedurende de aanwezigheid in de Parkeergarage dient de Gebruiker zich conform de bepalingen van de Wegenverkeerswet, de nadere regels krachtens deze wet gesteld, het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens en de daarbij behorende bijlagen, als ook de nadere regels krachtens bedoeld reglement gesteld te gedragen. Bij niet-nakoming daarvan is de Gebruiker aansprakelijk voor de daaruit voortvloeiende schade.
3.2 De Gebruiker is verplicht alle aanwijzingen, zoals aangegeven in de Parkeergarage, als ook anderszins door of namens de Verhuurder gegeven terstond op te volgen. Voorts moet de Gebruiker zich zodanig gedragen dat afwikkeling van het verkeer in en nabij de Parkeergarage ongehinderd voortgang kan vinden en de veiligheid niet in gevaar wordt gebracht. 3.3
Het personeel van de Parkeergarage is gerechtigd, indien dit naar het oordeel van dit personeel noodzakelijk is, motorvoertuigen binnen de Parkeergarage te verplaatsen, een wielklem aan te brengen en/of enig motorvoertuig uit de Parkeergarage te (doen) verwijderen, zonder dat dit tot enige aansprakelijkheid voor de Verhuurder kan leiden. Het personeel dient bij het beoordelen van de noodzaak tot verplaatsen, aanbrengen van een wielklem en/of verwijderen de redelijkheid en zorgvuldigheid in acht te nemen.
3.4
De Verhuurder is te allen tijde gerechtigd om bij overtredingen van de in lid 3.1 genoemde regelgeving het motorvoertuig van een wielklem te voorzien. Voor de verwijdering van de wielklem is de Gebruiker een vergoeding ad EUR 50,- verschuldigd, welke ter plaatse dient te worden voldaan.
Artikel 4 - Foutparkeerders 4.1
Bezoekers mogen hun voertuig uitsluitend parkeren in het bezoekerscompartiment van de Parkeergarage (P1) en Abonnementhouders mogen hun voertuig uitsluitend parkeren in het abonnementhoudercompartiment van de Parkeergarage (P1 of P2).
4.2
De Verhuurder is te allen tijde gerechtigd om bij overtredingen van de in lid 4.1 genoemde parkeerregel het motorvoertuig van een wielklem te voorzien. Voor de verwijdering van de wielklem is de Gebruiker een vergoeding ad EUR 50,- verschuldigd, welke ter plaatse dient te worden voldaan.
Artikel 5 - Parkeerkaart 5.1
De door Verhuurder aan een Abonnementhouder verstrekte Parkeerkaart blijft eigendom van Verhuurder.
5.2
Indien Abonnementhouder het hem ter beschikking gestelde Parkeerkaart door welke oorzaak dan ook niet
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
meer bezit, verstrekt Verhuurder Abonnementhouder desgevraagd een nieuwe Parkeerkaart tegen het alsdan geldende tarief, te vermeerderen met omzetbelasting. 5.3
Gedurende de periode dat een Parkeerkaart is vermist en Abonnementhouder geen nieuwe Parkeerkaart heeft aangevraagd, dan wel Verhuurder op grond van artikel 10 de Parkeerkaart heeft geblokkeerd, lopen de betalingsverplichtingen van Abonnementhouder door totdat de overeenkomst wordt beëindigd.
5.4
Abonnementhouder is verplicht om bij beëindiging van de huur/het abonnement de aan hem ter beschikking gestelde Parkeerkaart(en) aan Verhuurder ter hand te stellen.
Artikel 6 – Aanpassingen door of vanwege Verhuurder De Abonnementhouder is verplicht Verhuurder gelegenheid te geven de door Verhuurder nodig geachte reparaties aan de Parkeergarage uit te voeren, zonder dat daarvoor enige schade vergoeding of vermindering van de huurprijs/abonnementsprijs door Abonnementhouder kan worden gevorderd.
Artikel 7 – Schade Alle schade aan of in de Parkeergarage of de daarbij behorende apparatuur, ontstaan door toedoen of nalatigheid van de Gebruiker of door een persoon, die onder de verantwoordelijkheid van de Gebruiker valt, medepassagiers hieronder begrepen, is voor rekening van de Gebruiker en dient ter plaatse, dan wel nadat door de Verhuurder een expertise van de schade is opgemaakt, te worden vergoed, een en ander onverminderd het recht van Verhuurder om het motorvoertuig onder zich te houden, zolang niet al hetgeen Verhuurder van de Gebruiker te vorderen heeft, is voldaan.
Artikel 8 – Verboden Het is de Gebruiker verboden: a.
de bij hem in gebruik zijnde parkeerplaats anders te gebruiken dan voor het parkeren van een motorvoertuig;
b.
in de Parkeergarage een motorvoertuig, hetzij inwendig, hetzij uitwendig te reinigen.
c.
in de Parkeergarage een motorvoertuig te (doen) repareren of andere werkzaamheden daaraan uit te voeren, behoudens reparaties in noodgevallen door de ANWB;
d.
de Parkeergarage in te rijden met een aanhangwagen, caravan, bestel- of vrachtwagen dan wel met een auto hoger dan bij de inrit van de Parkeergarage aangegeven hoogte;
e.
in de Parkeergarage in een andere richting te rijden dan door middel van grondmarkering of anderszins is aangegeven;
f.
in het te parkeren motorvoertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen te houden en/of te bewaren, daaronder niet begrepen motorbrandstof in het daarvoor bestemde reservoir van het motorvoertuig;
g.
met een motorvoertuig in de Parkeergarage te rijden en/of aldaar te parkeren zodanig dat gelet op de omvang en/of zwaarte van het motorvoertuig dan wel de zaken, die daar mede worden vervoerd, schade aan de Parkeergarage kan toebrengen;
h.
in de Parkeergarage afval te deponeren dan wel achter te laten op andere plaatsen dan de hiertoe aangebrachte vuilnisbakken;
i.
in de Parkeergarage te roken en/of open vuur te hebben;
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
j.
langer in het motorvoertuig te verblijven dan gedurende de tijd die nodig is om het betreffende motorvoertuig te parkeren. Nadat het motorvoertuig is geparkeerd dienen de inzittenden het motorvoertuig en de parkeergarage te verlaten;
k.
in de Parkeergarage motorvoertuigen alsook zich daarin bevindende voorwerpen te verkopen, te koop aan te bieden, te verhuren en/of te huur aan te bieden;
l.
als Abonnementhouder de gehuurde parkeerplaats onder te verhuren, c.q. in gebruik af te staan, alsmede om de huur aan derden af te staan of over te dragen.
Artikel 9 – In gebreke zijn 9.1
Gebruiker is in verzuim indien hij na in gebreke te zijn gesteld bij schriftelijke aanmaning waarbij hem een redelijke termijn is gesteld, tekort blijft schieten in de nakoming van enige verplichting die ingevolge deze algemene voorwaarden dan wel ingevolge de met hem gesloten huurovereenkomst parkeren op hem rust.
9.2
Bezoeker is tevens zonder nadere ingebrekestelling in verzuim indien Bezoeker langer dan 10 aaneengesloten dagen zonder tussentijdse betaling in de Parkeergarage heeft geparkeerd, zoals bedoeld in artikel 13.1. Abonnementhouder OP is tevens zonder nadere ingebrekestelling in verzuim indien Abonnementhouder OP, zonder voorafgaande toestemming van Verhuurder als bedoeld in artikel 13.4, langer dan 10 aaneengesloten dagen in de Parkeergarage heeft geparkeerd, zoals bedoeld in artikel 13.1.
9.3
Is Gebruiker in verzuim dan is Verhuurder gerechtigd: a. het geparkeerde motorvoertuig onder zich te houden en indien nodig, zulks ter keuze van Verhuurder, van een wielklem te voorzien, zolang niet al hetgeen Gebruiker aan Verhuurder verschuldigd is, is voldaan; b. het Parkeerbewijs van Gebruiker in te nemen en/of onbruikbaar te maken. De kosten van een nieuwe toegangskaart, die na voldoening van de verplichtingen door Gebruiker aan Verhuurder moet worden verstrekt, moeten bij vooruitbetaling worden voldaan; c. het voertuig te verwijderen uit de Parkeergarage.
Artikel 10 – Kosten
10.1 In alle gevallen waarin Verhuurder een sommatie, ingebrekestelling of een exploot aan Gebruiker doet uitbrengen of in geval van procedures tegen Gebruiker om deze tot nakoming van de overeenkomst te dwingen, is Gebruiker verplicht alle daarvoor gemaakte kosten, zowel in als buiten rechte – met uitzondering van de ingevolge een definitieve rechterlijke beslissing door Verhuurder te betalen proceskosten - aan Verhuurder te voldoen. De gemaakte kosten worden tussen partijen bij voorbaat vastgesteld op een bedrag dat niet lager is dan het gebruikelijke tarief dat door gerechtsdeurwaarders wordt gehanteerd. 10.2 In geval van wanbetaling van de parkeergelden worden de buitengerechtelijke incassokosten tussen partijen bij voorbaat vastgesteld op 15% van de onbetaalde som, doch tenminste EUR 225-. In het geval de buitengerechtelijke incasso door een gemachtigde c.q. advocaat/procureur geschiedt, dienen deze bedragen te worden vermeerderd met de door de eigenaar verschuldigde omzetbelasting, voor zover de eigenaar deze omzetbelasting niet kan verrekenen.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Artikel 11 – Aansprakelijkheid 11.1 De tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst omvat geen bewaking. De Verhuurder aanvaardt dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor: a.
diefstal, tenietgaan of verloren gaan of welke andere schade dan ook aan het motorvoertuig en hetgeen daaraan, daarop of daarin aanwezig is;
b.
ongeval, lichamelijk letsel of schade van de Gebruiker, direct of indirect veroorzaakt door of tengevolge van het gebruik van de parkeergarage;
c.
de door Gebruiker te lijden schade indien de Gebruiker, om welke reden dan ook, zijn motorvoertuig op een door hem gewenst tijdstip niet uit de Parkeergarage kan verwijderen tengevolge van een versperring in de Parkeergarage en/of van de uitwegen van de Parkeergarage en/of het niet deugdelijk functioneren van de uitrijdapparatuur;
d.
de gevolgen van het aanbrengen en verwijderen van een wielklem aan een geparkeerd motorvoertuig;
e.
de gevolgen van zichtbare of onzichtbare gebreken aan en/of in de Parkeergarage;
f.
enige schade veroorzaakt door brand, aardbeving, storm, uitstromend water, vorst, sneeuw- of regenval, of welke calamiteit dan ook, dan wel voor storingen van welke aard ook.
Eveneens aanvaardt Verhuurder geen enkele aansprakelijkheid voor schade aan de persoon van een derde, die onder verantwoordelijkheid van de Gebruiker vallen, medepassagiers hieronder begrepen. Gebruiker vrijwaart Verhuurder tegen aanspraken van die derden. Bovengenoemde uitsluitingen van aansprakelijkheid gelden niet voor zover er sprake is van grove schuld of ernstige nalatigheid zijdens Verhuurder. 11.2 Verhuurder zal zich zo veel als redelijkerwijs mogelijk inspannen om er zorg voor te dragen dat Abonnementhouder OP het door hem/haar te parkeren motorvoertuig op enige parkeerplaats in een abonnementhoudercompartiment (P1 of P2) kan parkeren, doch Abonnementhouder OP verklaart ermee bekend te zijn en akkoord te gaan dat Verhuurder als gevolg van eventuele overbezetting van de Parkeergarage niet kan garanderen dat zulks te allen tijde mogelijk is. Indien en voor zover Abonnementhouder OP tengevolge van overbezetting van de Parkeergarage op enig moment meer dan vijf achtereenvolgende werkdagen in het geheel geen genot heeft gehad van zijn recht van gebruik van een parkeerplaats in een abonnementhoudercompartiment, is Abonnementhouder OP gerechtigd tot een verlaging van de door Abonnementhouder OP aan Verhuurder betreffende dat recht van gebruik te betalen jaarlijkse vergoeding, welke verlaging evenredig is aan het totaal aantal aaneengesloten werkdagen waarop de Abonnementhouder OP ten gevolge van overbezetting geen gebruik heeft kunnen maken van zijn recht op een parkeerplaats ten opzichte van het totaal aantal werkdagen in dat jaar. Voor het overige heeft Abonnementhouder OP in een dergelijk geval geen aanspraken jegens Verhuurder, hoe ook genaamd en ongeacht de grondslag van enige verdere aanspraak. 11.3 Verhuurder kan in geen geval aansprakelijk worden gehouden voor een van de wil van de Verhuurder onafhankelijke omstandigheid als gevolg waarvan het voor de Abonnementshouder tijdelijk onmogelijk is het door hem/haar te parkeren motorvoertuig op enige parkeerplaats in een abonnementhoudercompartiment (P1 of P2) te parkeren. Hieronder worden in ieder geval begrepen werkstaking, brand, overstroming en andere calamiteiten, overheidsmaatregelen, bedrijfsstoringen alsmede een tekortkoming in de nakoming door betrokken derden.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Artikel 12 – Betaling 12.1 Het verschuldigde parkeergeld dient overeenkomstig de aanwijzingen in de Parkeergarage te worden voldaan voordat de Bezoeker met zijn motorvoertuig de Parkeergarage verlaat. 12.2 Indien de Bezoeker geen Parkeerbewijs kan tonen, zal hij voor elke dag of gedeelte van een dag waarop hij van de Parkeergarage gebruik heeft gemaakt, een vast tarief van EUR 50,- verschuldigd zijn.
Artikel 13 – Verbod van lang parkeren 13.1 Het is Bezoeker niet toegestaan langer dan 10 aaneengesloten dagen, waarbij een gedeelte van een dag geldt voor een gehele dag, in de Parkeergarage te parkeren. Het is Abonnementhouder OP zonder voorafgaande toestemming van Verhuurder, niet toegestaan langer dan 10 aaneengesloten dagen, waarbij een gedeelte van een dag geldt voor een gehele dag, in de Parkeergarage te parkeren. 13.2 Verhuurder is gerechtigd na afloop van de in lid 13.1 genoemde periode, te rekenen vanaf de dag waarop de Verhuurder heeft geconstateerd dat er met een motorvoertuig van Bezoeker en/of van Abonnement OP gebruik van de Parkeergarage wordt gemaakt in strijd met het bepaalde in artikel 13.1, het geparkeerde motorvoertuig onder zich te houden, en zo nodig, zulks ter keuze van Verhuurder, van een wielklem te voorzien, totdat de Bezoeker en/of Abonnementhouder OP aan al zijn verplichtingen jegens Verhuurder heeft voldaan. Voor de verwijdering van de wielklem is een vergoeding ad EUR 50,- verschuldigd, welke ter plaatse dient te worden voldaan. 13.3 Verhuurder is tevens gerechtigd na afloop van de in lid 13.1 genoemde periode het motorvoertuig voor rekening van de Bezoeker en/of Abonnementhouder OP uit de Parkeergarage te verwijderen en op de openbare weg te plaatsen, zonder dat de Bezoeker en/of Abonnementhouder OP jegens Verhuurder aanspraak op schadevergoeding kan maken uit welke hoofde dan ook.
13.4 Abonnementhouder OP dient de toestemming om langer dan 10 aaneengesloten dagen te parkeren schriftelijk te verzoeken onder opgave van het aantal aaneengesloten dagen. Verhuurder zal Abonnementhouder OP toestemming verlenen afhankelijk van de bezettingsgraad van de Parkeergarage en de door de Abonnementhouder OP verzochte periode en kan bij het toestaan van het parkeren voor een periode van langer dan 10 aaneengesloten dagen voorschrijven dat in dat geval het voertuig op een nader aan te wijzen plek voor lang parkeren moet worden gestald.
Artikel 14 – Openingstijden 14.1 De Parkeergarage is dagelijks ten behoeve van de Gebruiker geopend van 00.00 uur t/m 24.00 uur. Op de volgende tijdstippen is de toegang vanuit Parkeergarage naar het World Trade Center Amsterdam afgesloten en zal de Gebruiker zich eerst moeten melden door middel van de intercom bij de beveiliging:
maandag t/m vrijdag voor 06.00 uur en na 20.00 uur;
zaterdag, zondag en feestdagen.
14.2 De Verhuurder is bevoegd de openingstijden voor langere of onbepaalde duur te wijzigen.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Artikel 15 – Verhuurder Gebruiker kan zich voor alle zaken betreffende de Parkeergarage of deze overeenkomst uitsluitend wenden tot Beheermaatschappij WTC Amsterdam B.V.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Bijlage 4: Algemene voorwaarden bij verbouwingen World Trade Center Amsterdam
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
ALGEMENE VOORWAARDEN BIJ VERBOUWINGEN Indien een huurder in World Trade Center Amsterdam een wijziging of verbouwing in het gehuurde wenst uit te voeren zijn hieraan - naast de al in de huurovereenkomst opgenomen bepalingen - de volgende voorwaarden verbonden:
UITVOERINGSBEPALINGEN 1.
Voor uitvoering van de werkzaamheden dient de huurder de wijziging of verbouwing ter goedkeuring aan de verhuurder voor te leggen. De verhuurder zal deze beoordelen en de huurder berichten of de gevraagde toestemming wordt verleend. Aan deze goedkeuring zijn in ieder geval de voorwaarden verbonden als in dit document beschreven.
2.
De werkzaamheden dienen voor rekening en risico van de huurder - volgens de goedgekeurde en
3.
Alle kosten, waaronder begrepen de lasten en of belastingen volgens wetten, verordeningen,
gewaarmerkte tekeningen en/of omschrijvingen - door erkende vakmensen te worden uitgevoerd. plaatselijk gebruik of anderszins met betrekking tot de door huurder uit te voeren of uitgevoerde werken, komen geheel voor rekening van de huurder. 4.
Indien de verhuurder door officiële instanties wordt verplicht de door huurder aangebrachte werken ongedaan te maken of ten gevolge van de door huurder uitgevoerde werken voorzieningen moet treffen, zal dit op eerste aanzegging van verhuurder door huurder voor zijn rekening worden uitgevoerd.
5.
Aanpassingen aan gebouwgebonden installaties zullen door verhuurder aangewezen bedrijven uitgevoerd dienen te worden. Dit in relatie tot het door verhuurder uitbestede preventief onderhoud, waarbij wijzigingen uitgevoerd worden door het bedrijf dat verantwoordelijk is voor het functioneren van de betreffende installaties uit hoofde van een onderhouds- of serviceovereenkomst. Voor overige werkzaamheden is huurder in beginsel vrij in zijn keuze van onderhoudsbedrijven en toe te passen materialen.
6.
Met betrekking tot telecom- of dataverbindingen vanaf de openbare weg tot aan de voordeur van het gehuurde, heeft verhuurder één partij aangesteld die de regie voert over de te gebruiken of te realiseren bekabelingtracés. Hieraan hebben alle telecomproviders zich gecommitteerd. In het gehuurde is de huurder vrij in zijn keuze van telecomprovider en of ICT leverancier.
7.
De huurder is verplicht om voor de aanvang van de goedgekeurde werkzaamheden zich bekend te maken met het gestelde in het “Huishoudelijk reglement World Trade Center Amsterdam”, waarvan dit document onderdeel uit maakt. In het Huishoudelijk Reglement zijn bepalingen opgenomen van logistieke aard, maar ook bepalingen ter voorkoming van overlast naar andere huurders in het complex.
VERGUNNINGEN 1.
Huurder dient zich op de hoogte te stellen bij de gemeentelijke Dienst Bouw- en Woningtoezicht, overige overheidsinstanties en de nutsbedrijven van de benodigde vergunningen en deze vooraf aan te vragen en te verkrijgen.
2.
Met betrekking tot de omgevingsvergunning, de gebruiksmelding en de gebruiksvergunning is deze door verhuurder voor het gehele complex aangevraagd en verkregen. Huurder dient de wijziging in de gebruiksmelding of de gebruiksvergunning in overleg met verhuurder aan de betreffende
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
overheidsinstantie(s) ter goedkeuring voor te leggen en na ontvangst van de goedkeuring een kopie aan verhuurder te verstrekken. 3.
Huurders die een gedeelte in gebruik hebben/nemen waar tegelijkertijd meer dan 50 personen aanwezig zullen zijn dienen zelf een gebruiksmelding in te dienen bij het bevoegd gezag en na ontvangst van de goedkeuring een kopie aan verhuurder te verstrekken.
4.
Indien bij controle mocht blijken dat werkzaamheden zijn uitgevoerd waarvoor de vereiste vergunningsaanvraag achterwege is gebleven en of de noodzakelijke vergunning niet is verkregen, wordt de huurder alsnog in de gelegenheid gesteld de nodige vergunningen aan te vragen. Indien na aanzegging van verhuurder of overheidsinstantie(s) de huurder niet binnen 14 dagen daaraan gevolg geeft, is de huurder verplicht de aangebrachte wijzigingen en of voorzieningen ongedaan te maken. Zo nodig zal verhuurder hiertoe zelf opdracht verstrekken, echter voor rekening van huurder.
VERZEKERINGEN & SCHADE 1.
De huurder is verplicht voor aanvang van de werkzaamheden een Constructie All Risks verzekering af te sluiten, zulks ten genoegen van verhuurder. De in de verzekering opgenomen bepalingen worden gerelateerd aan de aard en de omvang van de werkzaamheden, waarover nader overleg tussen huurder en verhuurder gevoerd zal worden.
2.
De huurder is verplicht voor de aanvang van de werkzaamheden zich te verzekeren tegen aansprakelijkheid van derden.
3.
Alle schade en gevolgschade, in de ruimste zin van het woord, welke nu of in de toekomst zou kunnen ontstaan of mocht worden veroorzaakt ten gevolge van de door huurder uitgevoerde werkzaamheden en/of door de aanwezigheid van de door huurder aangebrachte wijziging(en), zal op eerste aanzegging van verhuurder voor rekening en risico van huurder moeten worden hersteld en/of vergoed.
4.
Indien er schade of vervolgschade ontstaat doordat de huurder zijn verplichtingen niet naleeft, zullen alle nodige herstelkosten worden doorbelast aan de huurder.
5.
Indien met betrekking tot de (hoofd)constructies, wind- en waterdichtheid van het gebouw en de tot stand gebrachte werken respectievelijk als gevolg van nalatigheid in onderhoud van de door huurder getroffen voorzieningen worden aangetast, blijft de huurder te allen tijde aansprakelijk voor de directe en indirecte gevolgen daarvan.
OVERIGE BEPALINGEN 1.
De huurder is verplicht om alle werkzaamheden die zijn uitgevoerd zowel technisch als esthetisch te onderhouden, zulks ter beoordeling van verhuurder. Bij nalatigheid hierin kunnen deze voor rekening van huurder door de verhuurder worden uitgevoerd.
2.
Aannemers en/of leveranciers die werkzaamheden uitvoeren voor huurder zijn verplicht om herkenbare, nette en schone bedrijfskleding te dragen.
3.
Werkzaamheden welke overlast kunnen veroorzaken dienen vooraf gemeld te worden aan verhuurder. Na goedkeuring mogen deze werkzaamheden uitsluitend uitgevoerd worden op:
werkdagen voor 08.30 uur en na 18.00 uur
zaterdag en zondag gedurende de hele dag
I
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
n verband met de aanwezigheid van een hotel op de verdiepingen C1, C2,C3 en C4 is de volgende aanvulling van toepassing. Werkzaamheden die overlast kunnen veroorzaken voor het hotel mogen uitsluitend na goedkeuring van verhuurder uitgevoerd worden op:
werkdagen tussen 18.00 en 22.00 uur
zaterdag en zondag tussen 10.00 en 22.00 uur
Indien noodzakelijk kan verhuurder bovenstaande tijden wijzigen.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Bijlage 5: Algemene Verhuis- & Transportvoorwaarden World Trade Center Amsterdam
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
BESCHERMING EN VOORKOMEN VAN OVERLAST Huurder dient ervoor te zorgen dat tijdens de verhuizing en/of het transport de overige huurders en bezoekers van World Trade Center Amsterdam zo min mogelijk last of hinder ondervinden. Huurder dient daar waar nodig of door verhuurder vereist wanden, vloeren, plafonds etc. te beschermen om beschadigingen tijdens het transport te voorkomen; een en ander ter goedkeuring van verhuurder. Tevens is huurder verantwoordelijk voor het zo spoedig mogelijk verwijderen van de bescherming na afloop van de verhuizing en/of het transport, en het schoon achterlaten van de locatie.
PLANNING EN COÖRDINATIE In verband met de totale planning en coördinatie van de verhuizingen en transporten is huurder verplicht om minimaal twee dagen van tevoren het aanmeldingsformulier ‘Verhuizing en Transport’ ingevuld aan te leveren bij het WTC Servicepoint. Een kopie van het geaccordeerde aanmeldingsformulier dient voor aanvang van de verhuizing door huurder overhandigd te worden aan de beveiliging van het World Trade Center Amsterdam. Zonder vooraf verstrekte toestemming kan de beveiliging een transport weigeren.
AANSPRAKELIJKHEID Voor aanvang van de verhuizing controleert de beveiliging van het World Trade Center Amsterdam samen met de huurder de geplande interne verhuisroute. Na afloop dient de verhuurder zich af te melden bij de beveiliging en wordt de gebruikte interne route weer samen gecontroleerd. Indien door schuld of nalatigheid door huurder of diens tewerkgestelde:
schade wordt toegebracht aan de eigendommen van verhuurder of andere huurders
algemene ruimten niet vrij zijn van afval en/of verhuismaterialen
worden de kosten van herstel en gevolgschade door verhuurder op huurder verhaald. Verhuurder is niet aansprakelijk voor schade aan materialen en materieel van huurder ontstaan tijdens het transport in of aan het gebouw alsmede voor het niet-functioneren van de liften ten gevolge van storingen.
LAAD EN LOS PERRON Leveranciers mogen uitsluitend gebruik maken van een laad en los perron, en dienen zich eerst te melden bij de beveiliging . Na het laden en lossen van goederen dient men het terrein te verlaten dan wel het voertuig in de parkeergarage onder het complex te parkeren (maximale hoogte is 1,85 meter). De torens A t/m G zijn te bereiken via het laad en los perron aan het M. Vermeulenpad. De torens H & I zijn te bereiken via het laad en los perron aan de E. van Beinumstraat. De transportgang van torens H & I is uitsluitend te bereiken via de lift in het laad en los perron aan de E. van Beinumstraat. Deze lift maakt onderdeel uit van de beveiligingsschil en is om deze reden alleen te bedienen met een speciale sleutel. Uitgifte van deze sleutel wordt verzorgd, tegen inlevering van een borg, door de beveiliging of de receptie in toren H. Leveranciers dienen zich eerst te melden bij de beveiliging.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
OPSLAG EN TRANSPORT Huurder moet zelf zorgdragen voor opslag binnen het gehuurde van alle materialen en materieel. Het transport van en naar het gehuurde moet de huurder zelf verzorgen alsmede het lossen en in ontvangst nemen van goederen. Onbeheerd achterlaten van goederen op het laad en los perron is niet toegestaan. Na het laden en lossen van de goederen dienen deze direct te worden getransporteerd naar de gehuurde ruimte. Op onbeheerd achterlaten van goederen staat een boete van € 250,- per geval. Transporten vanaf de laad en los perrons naar de torens (uitgezonderd toren D) mogen uitsluitend plaatsvinden via de transportgangen op niveau 1. Liften mogen uitsluitend gebruikt worden op aanwijzing van de beveiliging
WAGENS EN KARREN In het World Trade Center Amsterdam zijn uitsluitend karren en/of wagens met rubber wielen toegestaan. Om schade aan de vloeren te voorkomen zijn pomp(pallet)wagens, wagens met metalen en/of nylon wielen zijn niet toegestaan. Tegen een borg van € 50,- zijn leenkarren beschikbaar bij de meldkamer van de beveiliging op C1. Indien de karren niet in dezelfde staat worden geretourneerd kan de borg worden ingehouden. Eventuele uitzonderingen dienen vooraf goedgekeurd te worden door het WTC Servicepoint.
GEBRUIK LIFTEN TORENS A T/M G Torens A, B, C en D zijn elk voorzien van een gecombineerde transport- en personenlift. Bij transporten en verhuizingen in deze torens is het gebruik van de transportlift verplicht. Torens F en G zijn niet voorzien van een separate transportlift. Om deze reden zijn transporten en/of verhuizingen niet toegestaan:
tussen 08.00 en 09.00 uur
tussen 12.00 en 13.00 uur
tussen 17.00 en 18.00 uur
Op weekends en feestdagen is er geen beperking voor het gebruik van deze liften.
GEBRUIK LIFTEN TORENS H & I Torens H & I zijn wel voorzien van speciale transportliften. Hier geldt dat de liften gedurende de gehele dag gebruikt mogen worden. De liftsleutels ten behoeve van de bediening van de transportliften in de H-toren worden tegen een borg van € 50,- uitgeven door de receptie in de H-toren. Na kantoortijd zal de meldkamer van de beveiliging zorg dragen voor uitgifte van liftsleutels.
VERHUISRAMEN Torens F & G zijn voorzien van speciale verhuisramen. Indien gebruik gemaakt wordt van een verhuislift op de openbare weg is huurder zelf verantwoordelijk voor de aanvraag van een gemeentelijke ontheffing.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
AFMETING LIFTEN Liften torens A, B, C & D:
Hefvermogen 1500 kg
Deurbreedte 110 cm
Deurhoogte 210 cm
Breedte 170 cm
Diepte 165 cm
Hoogte 235 cm (t.b.v. transport per toren 1 lift max. hoogte 295 cm )
Lift vanuit parkeergarage nabij D-toren:
Hefvermogen 900 kg
Deurbreedte 90 cm
Deurhoogte 210 cm
Breedte 137 cm. Breedte op leuninghoogte 123 cm
Diepte 140 cm. Diepte op leuninghoogte 133 cm
Hoogte 225 cm
Liften torens F & G:
Hefvermogen 1000 kg
Deurbreedte deur 110 cm
Deurhoogte deur 240 cm
Breedte 120 cm
Diepte 170 cm
Hoogte 250 cm
Lift vanuit parkeergarage nabij H-toren
Hefvermogen 630 kg
Deurbreedte deur 90 cm
Deurhoogte deur 210 cm
Breedte 140cm.
Diepte 110 cm. Diepte op leuninghoogte 102 cm
Hoogte 220cm
Transportlift laad en los perron H & I toren
Hefvermogen 2500 kg
Deurbreedte deur 140 cm
Deurhoogte deur 210 cm
Breedte 175 cm
Diepte 266 cm
Hoogte 220 cm
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Transportlift H-toren (H1 t/m H27)
Hefvermogen 1800 kg
Deurbreedte deur 140 cm
Deurhoogte deur 210 cm
Breedte 218 cm
Diepte 127 cm
Hoogte 243 cm (dicht verhuisplafond)
Hoogte 283 cm (open verhuisplafond – 40 cm breed)
Aan bovenstaande afmetingen kunnen geen rechten worden ontleend.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Aanmeldingsformulier Verhuizing en Transport Aan
: WTC Servicepoint
Email
:
[email protected]
Aangevraagd door (huurder) Bedrijfsnaam:
Faxnummer:
Contactpersoon:
Handtekening:
Telefoonnummer:
Datum:
Ik ga akkoord met de algemene verhuis- en transportvoorwaarden van World Trade Center Amsterdam Transportgegevens
Aard en locatie van het transport
Naam verhuizer / transporteur:
Locatie:
Contactpersoon:
Aard:
o o o
Telefoonnummer: Transportdatum:
Inhuizing Uithuizing Eenmalig transport
Transporttijdstip: vanaf………………….. t/m …………………. uur
Bijzonderheden
In te vullen door verhuurder Voor akkoord
Naam:
Huishoudelijk reglement
Handtekening:
Datum:
Versie 5.4
Bijlage 6: Bedrijfshulpverleningsplan World Trade Center Amsterdam
(Dit BHV plan is uitsluitend van toepassing op de interne WTC Organisatie. Huurders in WTC Amsterdam dienen te beschikken over een eigen BHV plan)
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
INHOUDSOPGAVE Afkortingenlijst Inleiding 1.
Organisatie
2.
Operationele voorzieningen
3.
Technische installaties
4
Brandbestrijding- en reddingsmiddelen
5.
Brand
6.
Bommelding
7.
Ernstige ongevallen
8.
Ongelukken met gevaarlijke stoffen
9.
Ontruiming
10.
Belangrijke telefoon & faxnummers
11.
Formulier bedrijfshulpverlening
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
AFKORTINGENLIJST AI
Arbeidsinspectie
BHV
Bedrijfshulpverlening
BHV’er
Bedrijfshulpverlener
BMC
Brandmeldcentrale
EHBO
Eerste hulp bij ongelukken
WTC
World Trade Center
INLEIDING Dit bedrijfshulpverleningsplan (BHV-plan) beschrijft de procedures die worden gevolgd na het ontstaan van een calamiteit. Onder een calamiteit wordt verstaan: een brand, een bommelding of een ernstig ongeval alsmede een ongeluk met gevaarlijke stoffen. In alle genoemde gevallen is een effectieve bestrijding van de calamiteit en het beperkt houden van de gevolgen noodzakelijk. Daarnaast kan ontruiming van een gebouwdeel gewenst zijn. Voor elke genoemde calamiteit is de alarmeringsprocedure, de wijze van bestrijding en de taken van de personen die erbij betrokken zijn beschreven. Het bedrijfshulpverleningsplan is bedoeld voor een calamiteit in de gebouwdelen van het WTC Amsterdam. Achtereenvolgens worden behandeld:
de bedrijfshulpverleningsorganisatie
operationele voorzieningen
technische installaties
brandbestrijding- en reddingsmiddelen
de calamiteiten:
brand
bommelding
ernstige ongevallen
ongelukken met gevaarlijke stoffen
ontruiming
De doelgroep voor dit BHV-plan zijn alle personen die deel uitmaken van de (interne) WTC bedrijfshulpverleningsorganisatie. Iedere huurder in het WTC Amsterdam dient conform de Arbowet te beschikken over een eigen BHV plan.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
1
DE ORGANISTATIE
1.1
Waarom bedrijfshulpverlening? Het doel van een BHV-organisatie is om bij calamiteiten of situaties die tot een calamiteit kunnen leiden snel in te kunnen grijpen in afwachting van hulp van buitenaf waarbij:
door ontruiming zoveel mogelijk wordt voorkomen dat er persoonlijk letsel ontstaat;
eventuele slachtoffers worden gered en voorzien van een eerste medische behandeling;
de brand en/of andere calamiteit wordt bestreden teneinde schade aan gebouw, installaties en inventaris, alsmede negatieve milieueffecten te beperken.
Dit vroegtijdig ingrijpen is in het belang van de continuïteit van de WTC-activiteiten en beperkt de schade aan mens, materiaal en milieu. 1.2
De relatie met de risico-inventarisatie Er bestaat een samenhang tussen de risico’s die in een gebouw aanwezig zijn en de bouwkundige en technische brandbeveiligingsmaatregelen en voorzieningen die zijn getroffen om die risico’s te reduceren. Voor het omgaan met de overgebleven rest risico’s is de BHV-organisatie opgezet. De omvang van deze bedrijfshulpverlening hangt dus af van de bouwkundige en technische brandpreventieve en - preparatieve maatregelen die in een gebouw zijn getroffen en het aantal personen aanwezig in het gebouw. Voor het World Trade Center Amsterdam betekent dit dat de BHV-organisatie vormgegeven dient te worden op basis van de huidige en toekomstige kantoorsituatie en de huidige en de toekomstige activiteiten die in het gebouw plaatsvinden.
1.3
De organisatie van de bedrijfshulpverlening Elke werkgever is conform de ARBO wet verantwoordelijk voor de veiligheid van haar personeel. In een bedrijfsverzamelgebouw als het World Trade Center Amsterdam betekent dit dat elke huurder (=werkgever) verantwoordelijk is voor de veiligheid van haar personeel en bezoekers. Het management van het World Trade Center Amsterdam is vervolgens verantwoordelijk voor de in standhouding van alle algemene veiligheidsinstallaties en de algemene ruimten. De taak van hoofd BHV en daarmee de organisatorische leiding van de BHV-organisatie is ondergebracht bij de facility manager. Bij het opzetten van de BHV-organisatie zijn de volgende uitgangspunten gebruikt:
De BHV-organisatie is zo georganiseerd dat hulp kan worden verleend bij alle calamiteiten die op kunnen treden als gevolg van de dagelijkse activiteiten in het gebouw.
Van elke huurder wordt verwacht dat er een eigen adequate BHV-organisatie is opgezet voor haar personeel en bezoekers;
Voor het goed functioneren van de BHV-organisatie is het essentieel dat huurders hun eigen BHV organisatie aangemeld hebben bij het Hoofd BHV, en samen regelmatig geoefend wordt.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
1.4
Samenstelling van de BHV-organisatie Voor het goed laten functioneren van de bedrijfshulpverlening zijn de volgende functies in de BHVorganisatie opgenomen:
Hoofd BHV
Groepsleider BHV
BHV’ers
Beveiligingsmedewerker meldkamer & surveillance
Coördinator technische dienst
Crisisteam
1.5
Taken
1.5.1
Hoofd bedrijfshulpverlening Het hoofd BHV is verantwoordelijk voor de BHV-organisatie. De taken van het hoofd BHV zijn:
Het organiseren van de bedrijfshulpverlening. Dit betekent o.a.: o
Het maken en bijhouden van het BHV-plan;
o
Het werven, selecteren, aanstellen en ontslaan van medewerkers van de BHV-organisatie;
o
Het zorgen voor opleidingen, trainingen en oefeningen;
o
Het opstellen van een jaarbegroting van de BHV-organisatie;
Leiding geven aan BHV’ers;
Woordvoerder van de BHV-organisatie wanneer crisisteam niet is ingeschakeld;
Het (laten) verzorgen van de nazorg voor de BHV’ers bij een calamiteit;
Lijst aanleggen en actueel houden van huurders met hun eigen BHV’ers
Het rapporteren van BHV activiteiten en calamiteiten aan het management.
Bereikbaarheid Het hoofd BHV wordt bij een calamiteit direct geïnformeerd;
Tijdens kantooruren via pager of telefoon;
Buiten kantooruren via telefoon (mobiel of privé).
Herkenbaarheid
Het hoofd BHV draagt tijdens een calamiteit een oranje hesje met tekst ‘Hoofd BHV’.
Opleidingen
Opleiding tot hoofd BHV;
Basiscursus bedrijfshulpverlener;
Jaarlijkse ontruimingsinstructies.
Bij afwezigheid, ziekte of vakantie zal plaatsvervanging geregeld moeten worden.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
1.5.2
Ploegleider BHV en BHV’ers BHV’ers (bedrijfshulpverleners) zijn opgeleid om bij ongevallen of brand directe hulp te verlenen, een beginnende brand te blussen, personen in veiligheid te brengen en assistentie te verlenen bij de ontruiming van een gebouw. De taken van BHV’ers zijn:
Aansturen BHV’ers (ploegleider BHV)
Verlenen van eerste hulp bij ongevallen (EHBO);
Brandbestrijding;
Coördinatie en begeleiding bij een ontruiming;
Verlenen van assistentie aan hulpverleningsdiensten;
Rapportage van incidenten aan het hoofd BHV;
Zorgdragen dat niemand het gebouw betreedt tijdens en na een ontruiming;
Bereikbaarheid
De BHV’ers zijn alleen aanwezig tijdens kantooruren en dragen een pager van de PZI;
Herkenbaarheid
BHV’er dragen een geel hesje met tekst ‘BHV’
BHV’ers EHBO dragen een oranje hesje en een EHBO koffer.
Opleiding
1.5.3
Basiscursus bedrijfshulpverlener;
Jaarlijkse ontruimingsinstructies;
EHBO (alleen voor BHV’er EHBO);
Beveiligingsmedewerker meldkamer De meldkamer is het communicatie centrum tijdens een calamiteit. In de meldkamer is te allen tijde bekend hoeveel en welke BHV’ers er aanwezig zijn.
1.5.4
Coördinator technische dienst Bij een melding van een calamiteit binnen of buiten kantooruren kan het mogelijk zijn dat de beveiliging de hulp inroept van de coördinator technische dienst.
1.5.4
Crisisteam Het crisisteam draagt de volledige verantwoordelijkheid voor de correcte oplossing en afhandeling van crisissituaties. Het crisisteam bestaat uit de volgende personen:
Directeur WTC
Manager Marketing & Communicatie
Facility Manager
Technisch Vastgoed Manager
Office Manager
Voor een uitgebreide beschrijving zie het ‘crisis communicatieplan World Trade Center Amsterdam’.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
2
OPERATIONELE VOORZIENIGEN
2.1
Algemeen World Trade Center Amsterdam bestaat uit de volgende gebouwdelen:
Torens A t/m G, inclusief podiumkantoren en centrale hal;
Torens H & I, inclusief centrale hal;
Entreegebouwen F en G;
Parkeergarage.
In- en uitgangen:
Via de Strawinskylaan (voetgangers en taxi’s);
Via het Zuidplein (voetgangers);
Via de Beethovenstraat (voetgangers);
Via het M. Vermeulenpad (uitsluitend laden en lossen);
Via de E. van Beinumstraat (voetgangers, laden en lossen & taxi’s);
Via de parkeergarage (personenauto’s en motoren).
Constructie van het gebouw:
Het gebouw is geheel opgetrokken uit beton, staal, hout en glas.
Hoogte van het gebouw:
Torens A en D tellen ieder 12 verdiepingen;
Torens B, C en E tellen ieder 17 verdiepingen;
Entreegebouwen F, G & I tellen ieder 7 verdiepingen;
Toren H telt 27 verdiepingen
Noodtrappenhuizen:
Vanuit ieder kantoor zijn twee noodtrappenhuizen bereikbaar, en deze komen allemaal buiten uit. Uitzondering is het noodtrappenhuis van de A-toren aan de Strawinskylaan zijde, deze komt uit in de centrale hal op niveau 2.
Parkeergarage:
De parkeergarage is onder het gebouw en bestaat uit twee parkeerlagen (P1 & P2). De parkeergarage heeft een capaciteit voor 1200 auto’s.
Beveiliging:
Het gebouw kent geen aanwezigheidsregistratiesysteem.
Beveiligingsmedewerkers (meldkamer en surveillant) zijn 24 uur per dag, 7 dagen in de week aanwezig. Vanaf maandag t/m vrijdag is er overdag een extra beveiligingsmedewerker t.b.v het laden en lossen perron.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
2.2
Communicatie Een goede communicatie tussen de verschillende onderdelen van de BHV-organisatie, de externe hulporganisaties en de gebruikers van het World Trade Center Amsterdam is essentieel. De meldkamer beheert dag en nacht het alarmnummer en vormt het knooppunt van de portofooncommunicatie en voert de pager groepsoproepen uit. Bij een calamiteit in een van de gebouwdelen zijn een aantal communicatiemiddelen beschikbaar zoals:
2.2.1
Telefoon;
Portofoon;
Megafoon;
Pager;
Gebouwomroepinstallatie (‘slow whoop’ en gesproken tekst in het Nederlands en Engels)
Communicatie centrum De meldkamer is continue bemand en is als communicatie centrum ingericht. Vanuit de meldkamer is een telefoonverbinding gekoppeld met de alarm centrale van de gemeentebrandweer Amsterdam. Deze treedt alleen in werking wanneer een automatische melder of een handmelder is geactiveerd. Tevens komt het alarmnummer van het World Trade Center Amsterdam binnen in de meldkamer. Het alarm- en algemene nummer zijn gekoppeld aan de telefooncentrale van het World Trade Center Amsterdam. Mocht deze telefooncentrale buiten werking zijn is de meldkamer ook bereikbaar op een directe buitenlijn (KPN). De meldkamer is te bereiken op de volgende telefoonnummers:
2.2.2
Type
Nummer
Opmerking
Alarmnummer
020-575 3333
Uitsluitend bij calamiteiten
Algemeen nummer
020-575 2002
Voor algemene vragen en/of opmerkingen
Reserve nummer
020-671 0707
Uitsluitend als bovengenoemde lijnen buiten werking zijn
Portofoon Voor een draadloze communicatie tussen het hoofd BHV, de BHV’ers en de beveiliging wordt de portofoon gebruikt. Het knooppunt wordt gevormd door de meldkamer. Er kan gekozen worden tussen twee aparte kanalen, een voor de beveiliging en een voor de BHV.
2.2.3
Megafoon Deze kan gebruikt worden in de centrale hal of op de opvangplaats om grote groepen personen te informeren.
2.2.4
Pagers Leden van de BHV-organisatie zijn uitgerust met een pagers. Bij een calamiteit kan vanuit de meldkamer de totale ploeg worden opgeroepen. De pager installatie is geïnstalleerd in de meldkamer. Iedere BHV’er is verplicht om bij aanvang van zijn/haar werkzaamheden een pager op te halen. Bij afsluiten van zijn/haar werkzaamheden moet de pager weer ingeleverd worden in de meldkamer. Op deze manier is te allen tijde bekend hoeveel BHV’ers er aanwezig zijn.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
2.2.5
Gebouwomroepinstallatie Het gehele complex is uitgevoerd met een omroepinstallatie. Met deze installatie is het mogelijk om per gebouwdeel, vanuit de meldkamer een mededeling uit te spreken die betrekking heeft op een calamiteit. De mededeling wordt voorafgegaan door een ‘slow whoop’ signaal. Bij horen van dit signaal dient iedereen naar de dichtstbijzijnde luidspreker in de gang zones te gaan om de mededeling aan te horen, en er vervolgens naar te handelen. Dit alarmsignaal kan in werking worden gesteld:
Op last van het hoofd BHV;
Op last van de brandweer / politie;
Op last van de directie / crisisteam
De omroepinstallatie wordt gebruikt bij:
Calamiteiten;
Oefeningen;
Testen van het omroepsysteem.
Alle mededelingen worden in het Nederlands en het Engels uitgesproken.
2.3
Commandoposities
2.3.1
Inzetpost BHV Bij een calamiteit gaat het hoofd BHV direct naar de meldkamer. De groepsleider gaat direct naar de receptie in de centrale hal (torens A t/m D) om vanaf die plaats de taken te verdelen onder de BHV’ers. Indien dit door omstandigheden niet mogelijk is zal de groepsleider een andere veilige plek kiezen. De gekozen plaats wordt direct doorgegeven aan de meldkamer.
2.3.2
Opstelplaatsen voor de externe hulpverlening Externe hulpverlenende instanties zijn:
Brandweer;
Ambulancedienst;
Politie.
Indien er bij de oproep voor een externe hulpverlener geen specifieke opstelplaats wordt vermeld is de standaard opstelplaats het laden en lossen perron aan het M. Vermeulenpad. Vanaf deze plaats worden de hulpverleners door de beveiligingmedewerkers naar de calamiteit gebracht. 2.3.3
Commandopost Crisisteam Bij een grote calamiteit installeert het Crisisteam zich in de commandopost. Zie ‘crisis communicatie plan World Trade Center Amsterdam’.
2.4
Verzamelplaats tijdens een ontruiming Iedere huurder in World Trade Center Amsterdam dient zelf te bepalen of, en zo ja waar er een verzamelplaats wordt ingericht.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
2.5
Salvage/bereddering In geval van een brand of een calamiteit van enige omvang dient het hoofd BHV hulp in te roepen van een salvage/beredderingsbedrijf. De technical manager en/of facility manager begeleiden de salvage coördinator.
3
TECHNISCHE INSTALLATIES
3.1
Bediening technische installaties Het bedienen van afsluiters en schakelaars is alleen voorbehouden aan geautoriseerd personeel. Dit valt buiten de werkzaamheden van de BHV organisatie.
3.2
Liften De liften zijn als volgt opgedeeld:
Torens A en D hebben 3 liften;
Torens B, C en E hebben 4 liften;
Entreegebouw G heeft 3 liften;
Toren H heeft 8 liften (incl. de transportlift);
Toren I heeft 4 liften.
Brandweerlift Alle gebouwdelen zijn uitgerust met een brandweerlift (uitgezonderd entreegebouw G). Nadat de meldkamer de liften heeft vrijgegeven kan, indien nodig, de brandweer d.m.v. een speciale sleutel gebruik maken van de brandweerlift. Parkeerstand Bij een brandalarm worden de liften van de torens geparkeerd op het niveau van de centrale hal. Waarschuwing Bij brand in een gebouwdeel altijd de noodtrap gebruiken. Gebruik nooit de lift!
4 4.1
BRANDBESTRIJDINGS- EN REDDINGSMIDDELEN Brandmeldcentrale Het gebouw beschikt over diverse brandmeldcentrales die vanuit de meldkamer bediend kunnen worden. De brandmeldcentrale heeft de volgende functies:
Detectie rookmelders;
Detectie handmelders;
Detectie sprinklers;
Spanningsloos maken deurmagneten;
Activeren omroepsysteem;
Aansturing liften;
Aansturen rookafvoer ventilatoren;
Ontgrendelen nooduitgangen.
De brandmeldcentrale heeft een eigen accu die bij stroomuitval de stroomvoorziening verzorgt.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
4.2
Overige brandbestrijdingsmiddelen Brandbestrijdingsmiddelen
Locatie
Sprinklerinstallatie
Torens A t/m G (excl. E): Entreegebouwen, podiumkantoren, centrale hal, horeca en conference Torens H & I: Volledig
4.3
Slanghaspels
In het gehele pand
Kleine blusmiddelen
In de technische ruimten
Brandkraan
Rondom het pand
Droge stijgleiding toren A + B
Hellingbaan Strawinskylaan
Droge stijgleiding toren C
Zijde Ring A10
Droge stijgleiding toren D + E
Ingang E-toren
Droge stijgleiding toren F + G
Naast het entreegebouw aan NS station zijde
Droge stijgleiding toren H
Zijde E. van Beinumstraat
Droge stijgleiding toren I
Hoek E. van Beinumstraat - Strawinskylaan
Reddingsmiddelen Reddingsmiddelen
Locatie
EHBO middelen
Meldkamer en recepties
Brancard en blusdeken
Meldkamer
Vluchtwegaanduiding
In het gehele pand
AED’s
Meldkamer en op niveau 1 en 2
Noodverlichting
In het gehele pand
5
BRAND
5.1
Inleiding Alle gebouwdelen zijn verdeeld in brandcompartimenten met een brandwerendheid tussen de 30 en 60 minuten. Dit betekent dat een brand minimaal 30 minuten binnen een compartiment gehouden kan worden. Deze tijd wordt gebruikt voor het ontruimen van het getroffen compartiment, het bestrijden van de brand en zonodig voor het ontruimen van de naast-, boven- en onderliggende gebouwdelen.
5.2
Alarmprocedure Een brandmelding kan zowel telefonisch via 020-575 3333 als via de brandmeldcentrale (BMC) bij de meldkamer binnenkomen. Een brandmelding op de BMC kan afkomstig zijn van de automatische detectoren of van de handbrandmelders. Een brandmelding wordt automatisch doorgeschakeld naar de brandweer. Bij de doorschakeling naar de brandweer is sprake van een ingestelde vertraging. Dit om te voorkomen dat bij loos alarm de brandweer uitrukt met groot materieel. Met de brandweer is de afspraak gemaakt dat de beveiliging van het World Trade Center Amsterdam
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
allereerst een onderzoek instelt naar de oorzaak van het alarm. Het resultaat van het onderzoek wordt direct doorgegeven aan de brandweer, zodat:
In geval van loos alarm de brandweer niet hoeft uit te rukken;
In geval van alarm, de brandweer direct van alle bijzonderheden op de hoogte kan worden gesteld.
Zodra er sprake is van brand wordt direct het Hoofd BHV geïnformeerd. Alle beveiligingsbeambte’s zijn bekend met het bedienen van de brandmeldcentrale. Bij de centrale is een instructiekaart geplaatst. Het uitschakelen van het ontruimingssignaal (‘slow whoop’) mag slechts na toestemming van het hoofd BHV, diens plaatsvervanger of de brandweer. 5.3
Ontruiming De ontruimingsprocedure is beschreven in hoofdstuk 9.
5.4
Afronding Er is geen gevaar (meer) voor mens en materieel:
Bij loos alarm;
Na het vrijgeven van het gebouw door de brandweer.
Na het vrijgeven van het gebouw door de brandweer mogen de liften weer geactiveerd worden en kan de BHV-organisatie wachtende personen informeren, indien het veilig is, om naar de kantoren terug te keren. 5.5
Taken
5.5.1
Aanwezige huurders en bezoekers van het World Trade Center Amsterdam
Melden de brand door het indrukken van een handmelder of;
Melden de brand aan de beveiliging via 020-575 3333 (intern 3333 ) en vermelden: o
naam,
o
toestelnummer,
o
Omvang en locatie van de brand,
o
Mogelijke slachtoffers;
Lichten de aanwezigen in de directe omgeving in;
Brengen in direct gevaar verkerende personen in veiligheid;
Volgen instructies van de BHV’ers en/of brandweer op;
Voorkomen indien mogelijk uitbreiding van de brand door deuren en ramen te sluiten en/of te blussen.
5.5.2
Let op! Vlucht nooit via de lift maar ga altijd via het noodtrappenhuis.
Meldkamer (beveiliging)
Schakelt het interne akoestische alarm van de BMC af;
Stuurt surveillant ter plaatse;
Ontvangt informatie van surveillant over aard, omvang en exacte locatie brand;
Waarschuwt brandweer, ambulance en politie;
Waarschuwt Hoofd BHV;
Waarschuwt BHV-team op instructie van het Hoofd BHV;
Waarschuwt het crisisteam op instructie van het Hoofd BHV.
Voert nodige taken uit m.b.t. het ontruimingsplan;
Legt brandweerbox met sleutels, plattegronden etc. klaar voor de brandweer;
Reset BMC na toestemming van de brandweer;
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
5.5.3
Maakt van alle gesprekken notities en noteert de tijden.
Surveillant (beveiliging)
Ontvangt brandmelding via portofoon;
Gaat direct ter plaatse de situatie bekijken;
Informeert meldkamer over omvang en locatie brand;
Licht de aanwezigen in de directe omgeving in;
Breng in direct gevaar verkerende personen in veiligheid;
Voorkomt indien mogelijk uitbreiding van de brand door deuren en ramen te sluiten en/of te blussen;
5.5.4
5.5.5
5.5.6
5.5.7
Begeleidt de brandweer naar de plaats van de calamiteit.
Hoofd BHV
Gaat direct naar de meldkamer;
Neemt BHV-uitrusting mee;
Waarschuwt directie en management World Trade Center Amsterdam
Instrueert ploegleider BHV en geeft ontruimingsbevel indien nodig;
Informeert brandweer, ambulance en politie;
Verzorgt opvang en begeleiding hulpverleningsdiensten van de overheid;
Laat indien nodig het crisisteam oproepen;
Informeert arbeidsinspectie;
Maakt rapport op van de calamiteit.
Ploegleider BHV
Gaat direct naar de inzetpost BHV (receptie);
Neemt BHV-uitrusting mee;
Instrueert in overleg met Hoofd BHV het BHV team;
Verzorgt opvang en begeleiding hulpverleningsdiensten van de overheid;
BHV’ers
Gaat naar de receptie en ontvangt instructie van ploegleider BHV;
Neemt BHV-uitrusting mee;
Gaat bij ontruimingsbevel naar toegewezen locatie;
Voorkomt indien mogelijk beginnende brand ;
Assisteert waar nodig de hulpverleningsdiensten;
Meldt af bij ploegleider BHV.
Crisisteam
Installeert zich in het commandocentrum;
Laat zich informeren door het hoofd BHV;
Treedt handelend op m.b.t.:
o
Ondersteuning van het hoofd BHV
o
Ondersteuning bedrijfsvoering
o
Contacten met de media
Adviseert het hoofd BHV m.b.t. acties in het calamiteitengebied en de directe omgeving.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
5.5.8
Coördinator technische dienst
Sluit indien nodig hoofdkranen en schakelaars af;
Houdt zich beschikbaar voor hoofd BHV.
6
BOMMELDING
6.1
Inleiding Een bommelding kan op verschillende manieren binnenkomen, bijvoorbeeld:
Telefonisch;
Mondeling;
Schriftelijk;
E-mail.
Het formulier waarop aanwijzingen zijn aangegeven en waarop bijzonderheden genoteerd kunnen worden behoort aanwezig te zijn in de meldkamer, de recepties en de telefooncentrale. Zie hoofdstuk 6.7. Tracht zo veel mogelijk informatie te vergaren over de melding, waarbij de beantwoording van de vraag, “waar en hoe laat springt de bom” grote prioriteit verdient. Na een melding wordt direct het hoofd BHV, of bij diens afwezigheid de directie gewaarschuwd. 6.2
Alarmeringsprocedure Na ontvangst van een bommelding wordt direct het hoofd BHV gewaarschuwd. Het hoofd BHV waarschuwt de directie, de beveiliging en de politie (112). Bij afwezigheid of op instructie van het Hoofd BHV informeert de meldkamer de politie via 112.
6.3
Bestrijding (opsporing van de bom) Na overleg tussen het hoofd BHV, de directie en de politie wordt via de meldkamer het BHV-team en de coördinator technische dienst opgeroepen. Een belangrijk aspect in de afhandeling is het opsporen van de bom. Onder leiding van de politie, en geassisteerd door het hoofd BHV worden veiligheidsmaatregelen getroffen en wordt de zoekactie uitgevoerd. I.v.m. ontstekingsgevaar mogen er geen portofoons en mobiele telefoons worden gebruikt. Verdachte voorwerpen worden alleen door een bomdeskundige van de politie geanalyseerd. De politie beslist over maatregelen om de bom te laten verwijderen of te laten ontploffen. Bij groot alarm wordt het crisisteam opgeroepen.
6.4
Ontruiming De ontruimingsprocedure is beschreven in hoofdstuk 9.
6.5
Afronding Er is geen gevaar meer voor mens en materieel als:
De bom gevonden en niet meer gevaarlijk is;
Bij loos alarm.
De politie geeft het sein “situatie meester” en het hoofd BHV geeft dit door aan de directie en de meldkamer.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
6.6
Taken
6.6.1
Meldkamer
Probeert zoveel mogelijk gegevens te verzamelen en vast te leggen op formulier (zie hoofdstuk 6.7);
6.6.2
6.6.3
Waarschuwt op verzoek van het hoofd BHV de politie, brandweer en/of ambulance;
Waarschuwt op verzoek van het hoofd BHV het crisisteam;
Waarschuwt op verzoek van het hoofd BHV het BHV-team en de coördinator technische dienst.
Legt brandweerbox klaar voor de nooddiensten
Telefooncentrale en receptie
Probeert zoveel mogelijk gegevens te verzamelen en vast te leggen op formulier bommelding
Waarschuwt telefonisch het hoofd BHV.
Hoofd BHV
Blijft in contact met de meldkamer om het BHV-team, de coördinator technische dienst en/of het crisisteam op te roepen;
Indien het BHV-team op geroepen wordt gaat het hoofd BHV naar de meldkamer;
Voert overleg met de politie en met de leden van het crisisteam over de te nemen maatregelen, waarbij het oordeel van de politie doorslaggevend is.
Geeft (in overleg met de politie) aanwijzingen voor het opsporen van de bom. Onderzoekt, onder begeleiding van de politie, het betreffende gebouwdeel;
6.6.4
6.6.5
6.6.5
6.6.6
Informeert de meldkamer zodra situatie veilig is;
Rapporteert door invulling van het rapportage formulier.
Ploegleider BHV
Gaat direct naar de inzetpost BHV (receptie);
Neemt BHV-uitrusting mee;
Instrueert in overleg met Hoofd BHV het BHV team;
Verzorgt opvang en begeleiding hulpverleningsdiensten van de overheid;
Surveillant (beveiliging)
Zorgt voor opvang van de politie;
Opent op verzoek van politie en hoofd BHV ruimtes;
Zorgt bij verdachte pakketjes voor afzettingen.
BHV’er
Gaat naar de inzetpost BHV en neemt BHV-uitrusting mee;
Voert in opdracht van de ploegleider BHV zoekacties uit.
Coördinator technische dienst
Meldt zich voor overleg bij de inzetpost BHV.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
6.6.7
Crisisteam
Installeert zich in het commandocentrum;
Laat zich informeren door het hoofd BHV;
Treedt handelend op m.b.t.:
o
Ondersteuning van het hoofd BHV
o
Ondersteuning bedrijfsvoering
o
Contacten met de media
Adviseert het hoofd BHV m.b.t. acties in het calamiteitengebied en de directe omgeving.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
6.7
Formulier (telefonische) bommelding Algemeen
Wees vriendelijk;
Tracht de melder aan de praat te houden. Vraag veel, zoals:
Wanneer springt de bom?
Waar ligt de bom (verstopt, duidelijk zichtbaar)?
Wat voor bom (explosief, brandbom)?
Hoe ziet de bom eruit?
Wat is de reden?
Waar vandaan belt u?
Wie bent u?
Van wie en hoe hebt u dit gehoord? (indien bericht).
Noteer zoveel mogelijk letterlijk wat gezegd wordt Tekst:
Identificeer berichtgever Identificatie
Opties (omcirkel wat van toepassing is)
Stem
Man, vrouw, kind
Spraak
Langzaam, normaal, snel, afgebeten
Opmerking
Ernstig, lachend, monotoon, hakkelend Lispelend, hees, schor, dronken, verdraaid Nederlands, Engels, Frans, Duits, Andere taal, Dialect Stem eerder gehoord?
Achtergrond-
Lachend, praten, kinderen
Geluiden
Cafe, muziek, toetsenbord, telefooncel Tram, bus, verkeer, vliegtuig Trein, machines, andere geluiden
Ontvangen door
:
Bericht doorgegeven aan : Datum
:
Telefoon
:
Tijdstip
:
Tijd van ontvangst
:
Alarmeer het Hoofd BHV of diens plaatsvervanger via 06-21837000. Spreek verder met niemand anders over de melding!
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
7
ERNSTIGE ONGEVALLEN
7.1
Inleiding Deze regels hebben betrekking op iedereen die in het World Trade Center Amsterdam aanwezig is (huurders, bezoekers, personeel etc.). Het gebied dat EHBO bestrijkt is breed: van een splinter in de vinger of een verzwikte enkel tot een hartstilstand. Daarom wordt onderscheid gemaakt tussen niet ernstige en ernstige gevallen. Bij ongevallen van niet ernstige aard wordt er vanuit gegaan dat er geen sprake is van een calamiteit. De hulpverlening komt dan tot stand via de EHBO-posten of individueel gewaarschuwde EHBO-ers. Ongevallen van ernstige aard worden gezien als een calamiteit en zijn om die reden in dit BHV-plan beschreven. Een ongeval is ernstig als het slachtoffer niet meer zelfstandig een EHBO-er kan bereiken. Er is altijd sprake van een calamiteit als er meerdere slachtoffers zijn, er gevaar is voor anderen en er een kans is dat er paniek uitbreekt. Bij een calamiteit/ongevalsituatie waarbij lichamelijk letstel is opgetreden, krijgt de hulpverlening aan het slachtoffer de hoogste prioriteit. Meldingsmogelijkheden
De hulpvrager of omstanders alarmeren de meldkamer door het ongeval te melden via telefoonnummer 020-575 3333 (intern 3333);
De hulpvrager of omstanders alarmeren de receptie in de centrale hal;
Van belang is een korte maar juiste omschrijving van de omvang en plaats van het ongeval, zoals:
7.2
De ernst van het ongeval en het aantal slachtoffers;
Het betreffende gebouwdeel met verdiepingnummer (locatie);
Het bedrijf en/of kamernummer.
Alarmeringsprocedure Na ontvangst van een melding wordt direct de meldkamer gewaarschuwd. De meldkamer waarschuwt de dienstdoende EHBO-er en/of de surveillant. Deze personen gaan ter plaatse de situatie opnemen en melden dit terug aan de meldkamer. Indien er sprake is van een calamiteit waarschuwt de meldkamer het hoofd BHV.
7.3
Behandeling De EHBO-er/surveillant verleent eerste hulp. Afhankelijk van de ernst van de situatie kunnen de volgende acties volgen:
Slachtoffer wordt naar de afdeling spoedeisende hulp van het ziekenhuis gebracht;
Via de meldkamer wordt een ambulance opgeroepen.
Bij ziekenhuisopname van een huurder stelt het hoofd BHV zich in verbinding met het bedrijf waar de huurder werkzaam is. Bij ziekenhuisopname van een bezoeker stelt het hoofd BHV zich in verbinding met naaste familieleden (indien bekend). Indien er sprake is van een ongeval met dodelijke afloop, ziekenhuisopname of een schadebedrag van vijftigduizend Euro of meer dan moet het hoofd BHV de arbeidsinspectie laten waarschuwen. In het belang van het onderzoek zorgt het hoofd BHV er voor dat de ongevalsituatie niet wordt gewijzigd. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de arbeidsinspectie de Dienst van Veiligheid en Milieu.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
7.4
Afronding Bij ernstige ongevallen rapporteert het hoofd BHV door invulling van het formulier bedrijfshulpverlening.
7.5
Taken
7.5.1
Huurders en bezoekers
Waarschuwen meldkamer via 020-575 3333 en melden: o
Naam en toestelnummer
o
Locatie en aard van het letsel;
Verlenen eerste hulp indien mogelijk;
Laten het slachtoffer niet alleen;
Geven het slachtoffer geen drinken;
Verplaatsen het slachtoffer niet, tenzij dit dringend noodzakelijk is in verband met de veiligheid (brand, rookontwikkeling, gevaar voor ontploffing etc.);
7.5.2
Assisteren zo nodig de BHV’ers die ter plaatse komen.
Meldkamer (beveiliging)
Neemt de ongevalmelding in ontvangst en verzamelt de benodigde gegevens over plaats, aard en omvang;
Waarschuwt de surveillant (beveiliging) en een BHV’er EHBO;
Geeft de locatie door aan de EHBO’er via het pager systeem;
Waarschuwt de ambulance, brandweer en/of politie;
Waarschuwt het Hoofd BHV;
Waarschuwt op verzoek van het hoofd BHV het BHV-team, de technische dienst en/of het crisisteam.
7.5.3
7.5.4
7.5.5
Zorgt voor begeleiding van de nooddiensten naar de locatie van het ongeval.
Legt sleutels en BHV-plan klaar voor de nooddiensten.
Surveillant (beveiliging)
Begeeft zich naar de locatie waar het ongeval heeft plaatsgevonden;
Verleent eerst hulp conform zijn/haar opleiding;
Houdt zonodig nieuwsgierigen op een afstand door het plaatsen van een afzetting.
Hoofd BHV
Gaat naar de locatie waar het ongeval heeft plaatsgevonden;
Zorgt voor opvang externe hulpverlening;
Laat een BHV’er het slachtoffer naar het ziekenhuis begeleiden;
Indien nodig laat crisisteam bijeen roepen;
Indien nodig waarschuwt de arbeidsinspectie;
Rapporteert door invulling formulier bedrijfshulpverlening;
Ploegleider BHV
Gaat direct naar de inzetpost BHV (receptie);
Neemt BHV-uitrusting mee;
Instrueert in overleg met Hoofd BHV het BHV team;
Verzorgt opvang en begeleiding hulpverleningsdiensten van de overheid;
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
7.5.6
7.5.7
7.5.8
BHV’er (EHBO)
Gaat naar de locatie waar het ongeval heeft plaatsgevonden en neemt BHV-uitrusting mee;
Verleent hulp volgens zijn/haar opleiding;
Informeert de ploegleider BHV over nadere bijzonderheden;
In ernstige gevallen wordt de meldkamer verzocht om een ambulance op te roepen;
Begeleidt slachtoffer naar het ziekenhuis;
Maakt rapport op voor het hoofd BHV.
BHV’ers
Gaan naar de inzetpost BHV en neemt BHV-uitrusting mee;
Voeren instructies uit van de ploegleider BHV.
Coördinator technische dient
7.5.9
Neemt zonodig technische maatregelen.
Crisisteam
Installeert zich in het commandocentrum;
Laat zich informeren door het hoofd BHV;
Treedt handelend op m.b.t.:
o
Ondersteuning van het hoofd BHV
o
Ondersteuning bedrijfsvoering
o
Contacten met de media
Adviseert het hoofd BHV m.b.t. acties in het calamiteitengebied en de directe omgeving.
8
ONGELUKKEN MET GEVAARLIJKE STOFFEN
8.1
Inleiding Onder gevaarlijke stoffen worden die stoffen verstaan die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid en/of brand kunnen veroorzaken. Voorbeelden van ongelukken met gevaarlijke stoffen binnen het gebouw zijn:
8.2
morsongelukken met chemische stoffen;
CO (koolmonoxide) detectie in de parkeergarage
NH3 (ammoniak) detectie in de warmtepomp ruimte
Alarmeringsprocedure Een ongeluk met een gevaarlijke stof kan telefonisch gemeld worden op het alarmnummer van de meldkamer 020- 575 3333 (intern 3333).
8.3
Bestrijding
8.3.1
Morsongeluk met chemische stoffen Ongelukken met gevaarlijke stoffen kunnen overal maar vooral in de technische ruimten voorkomen. De ernst van de situatie is zeer sterk afhankelijk van de aard en de stof die vrijkomt. Om het gevaar van de stof te weten is het contact van het hoofd BHV met de coördinator technische dienst van groot belang. Het hoofd BHV laat via de omroepinstallatie bekendmaken dat alle personen in de nabijheid van de calamiteit zich moeten verwijderen. Vervolgens laat hij door de beveiliging de gangen die toegang geven tot de calamiteit afzetten met rood/wit lint.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
De gemorste vloeistof wordt door de coördinator technische dienst afgedekt met absorptiemateriaal. Het verzadigde absorptiemiddel wordt als chemisch afval afgevoerd. 8.3.2
CO-detectie in de parkeergarage De parkeergarage is uitgerust met een CO-detectiesysteem (koolmonoxide). Activering van een COmelder geeft automatisch alarm in de meldkamer. Op hetzelfde moment worden de blauwe zwaailichten in de parkeergarage geactiveerd en gaat de ventilatie meer toeren draaien. Het systeem reset zichzelf zodra het CO gehalte in de lucht onder een van te voren vastgestelde waarde daalt.
8.3.3
NH3 detectie in de warmtepompruimte Het World Trade Center Amsterdam beschikt over een warmtepomp. Deze installatie staat in de dakopbouw van de C-toren en maakt o.a. gebruik van ammoniak. De warmtepompruimte is alleen toegankelijk voor bevoegd personeel, en voorzien van rook- en ammoniak detectieapparatuur. De bestrijding van een ammoniakalarm valt buiten de werkzaamheden van de BHV organisatie.
8.4
Situatie meester Na de hulpverlening en het ontstaan van een veilige situatie geeft het hoofd BHV dit door aan de meldkamer.
8.5
Rapportage De coördinator technische dienst rapporteert aan het hoofd BHV door invulling van het BHV formulier.
8.6
Taken (uitgezonderd afhandeling ammoniak lekkage)
8.6.1
Huurders en bezoekers
Waarschuwen anderen in de directe omgeving en verlaat zo snel mogelijk de locatie;
Waarschuwen de meldkamer (020-575 3333 of intern 3333) en melden: o
Naam van de melder;
o
Plaats van het ongeval;
o
Aard van het ongeval (indien mogelijk);
o 8.6.2
Aantal gewonden en de toestand waarin zij verkeren; e
Verlenen 1 hulp indien mogelijk.
Meldkamer (beveiliging)
Neemt de melding in ontvangst en verzamelt de gegevens over de plaats, aard en de omvang van het ongeluk;
8.6.3
Waarschuwt het Hoofd BHV en de coördinator technische dienst;
Waarschuwt op instructie van het hoofd BHV de politie, brandweer en/of ambulance;
Waarschuwt op instructie van het hoofd BHV het crisisteam;
Waarschuwt op instructie van het hoofd BHV het BHV-team;
Legt sleutels en BHV-plan klaar voor de nooddiensten.
Coördinator technische dienst
Verkent de situatie en geeft zijn waarneming door aan de meldkamer;
Overlegt met het hoofd BHV en beveiliging over de te nemen maatregelen;
Verwijdert gevaarlijke stof.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
8.6.4
Surveillant (beveiliging)
Gaat naar de opgegeven locatie en overlegt met de coördinator technische dienst en hoofd BHV over de te nemen maatregelen;
8.6.5
Zorgt voor het op afstand houden van nieuwsgierigen.
Hoofd BHV
Gaat direct naar de meldkamer;
Tracht zoveel mogelijk informatie te verzamelen over de aard en omvang van het vrijkomen van de gevaarlijke stof;
Raadpleegt het informatieblad van de betreffende gevaarlijke stof en bepaalt samen met de coördinator technische dienst of:
8.6.6
8.6.7
8.6.8
9.1
De bestrijding van de calamiteit door een BHV’er kan worden verricht;
o
De hulp van de brandweer noodzakelijk is;
Indien nodig laat crisisteam bijeen roepen.
Ploegleider BHV
Gaat direct naar de inzetpost BHV (receptie);
Neemt BHV-uitrusting mee;
Instrueert in overleg met Hoofd BHV het BHV team;
Verzorgt opvang en begeleiding hulpverleningsdiensten van de overheid;
BHV’er
Gaat direct naar de inzetpost BHV en neemt BHV uitrusting mee;
Laat zich door de ploegleider BHV informeren over de aard en omvang van de calamiteit;
Begeeft zich naar de plaats van de calamiteit;
Bestrijdt de calamiteit op de wijze zoals aangegeven door het hoofd BHV.
Crisisteam
Installeert zich in het commandocentrum;
Laat zich informeren door het hoofd BHV;
Treedt handelend op m.b.t.:
9
o
o
Ondersteuning van het hoofd BHV
o
Ondersteuning bedrijfsvoering
o
Contacten met de media
Adviseert het hoofd BHV m.b.t. acties in het calamiteitengebied en de directe omgeving.
ONTRUIMING Inleiding Tot ontruiming van een gebouw of een gebouwdeel ten gevolge van een calamiteit zal worden besloten wanneer er acuut gevaar dreigt voor de veiligheid en/of gezondheid van de gebruikers. De calamiteiten waarbij dit kan voorkomen zijn o.a.:
Brand;
Bommelding;
Ongelukken met gevaarlijke stoffen;
Grote technische storingen.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
De opdracht het gebouw te ontruimen kan gegeven worden door het hoofd BHV, de directie, de brandweer of de politie. Buiten kantoortijd zal deze beslissing genomen worden door de meldkamerbeambte. Voor controle van ruimtes op aanwezigheid van personen en voor afzetting van het bedreigde gebied wordt onder leiding van het hoofd BHV de beveiliging en het BHV-team ingeschakeld. 9.2
Ontruiming Om de ontruiming zo efficiënt mogelijk te laten plaats vinden is het gebouw verdeeld in sectoren. Een sector is weer onderverdeeld in een of meerdere brandcompartimenten, waardoor bij een kleine brand het niet direct noodzakelijk hoeft te zijn om de gehele sector te ontruimen. Het hoofd BHV kan in overleg met de beveiliging besluiten slechts een deel van de sector op enige systematische wijze te ontruimen. Het is de bedoeling dat de ontruimingsleiders van de algehele WTC ontruimingsorganisatie zich afmelden bij de opvangplaats. Hierbij dient aangegeven te worden of zijn/haar verdieping volledig is ontruimd is.
9.3
Verzamelplaats Bij ontruiming van het gebouw of gebouwdeel dienen alle personen zich via de nooduitgangen te begeven naar de eigen verzamelplaats. In verband met de omvang van World Trade Center Amsterdam is er geen algemene verzamelplaats, maar dient iedere huurder dit afzonderlijk te bepalen.
9.4
Na de ontruiming Tijdens en na de ontruiming wordt de bestrijding van de calamiteit ter hand genomen onder leiding van de brandweer en/of politie. Het hoofd BHV informeert de brandweer en/of politie over eventuele vermiste personen.
9.5
Taken
9.5.1
Huurders
9.5.2
Bij brand: sluit alle ramen en deuren;
Bij bommelding neem alle persoonlijke bezittingen mee en laat (kast)deuren open
Verlaten het gebouw rustig en gaan naar opvangplaats;
Gaan nooit terug naar werkplek;
Volgen instructies op van de BHV’ers, beveiliging en brandweer stipt op;
Gaan pas terug naar werkplek indien dit wordt aangegeven door een BHV’er.
Meldkamer (beveiliging)
9.5.3
Stelt ontruimingsinstallatie in werking in opdracht van een van onderstaande partijen: o
Hoofd BHV
o
Directie
o
Crisisteam
o
Politie en/of brandweer;
Blijft op zijn plaats en noteert zoveel mogelijk verrichte handelingen en de tijdstippen;
Waarschuwt brandweer, ambulance en/of politie op instructie van Hoofd BHV;
Waarschuwt het crisisteam op verzoek van het hoofd BHV;
Legt sleutels en het BHV-plan klaar voor de nooddiensten.
Hoofd BHV
Gaat direct naar de meldkamer;
Indien nodig geeft bevel tot ontruiming;
Geeft instructie aan ploegleider BHV;
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
9.5.4
9.5.5
9.5.6
Verzorgt opvang en begeleiding nooddiensten;
Informeert nooddiensten;
Verzorgt opvang op de opvangplaats;
Indien nodig laat crisisteam bijeen roepen;
Maakt rapport op van de calamiteit.
Ploegleider BHV
Gaat direct naar de inzetpost BHV (receptie);
Neemt BHV-uitrusting mee;
Instrueert in overleg met Hoofd BHV het BHV team;
Verzorgt opvang en begeleiding hulpverleningsdiensten van de overheid;
BHV’ers
Gaan direct naar de inzetpost BHV en nemen BHV-uitrusting mee;
Voeren instructies uit van ploegleider BHV. Dit kan zijn:
o
begeleiding van de ontruiming op niveau 1 en 2;
o
ervoor zorgen dat niemand het gebouw betreedt;
o
opvang en begeleiding van de nooddiensten;
o
bijhouden van lijsten voor afmelden van huurders;
Zorgen ervoor dat ook mindervalide mensen worden meegenomen naar de opvangplaats;
Gaan na de ontruiming naar de inzetpost en houdt zich beschikbaar;
BHV’er huurder Controleert of eigen organisatie compleet is en meldt zich af bij BHV’er op de opvangplaats.
Coördinator technische dienst
9.5.8
controle ruimten op achterblijvers;
9.5.7
o
Meld zich voor overleg bij de inzetpost BHV.
Crisisteam
Installeert zich in de commandopost;
Laat zich informeren door het hoofd BHV;
Treedt handelend op m.b.t.:
o
Ondersteuning van het hoofd BHV
o
Ondersteuning bedrijfsvoering
o
Contacten met de media
Adviseert het hoofd BHV m.b.t. acties in het calamiteitengebied en de onder-, boven- en naastliggende gebouwdelen.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
10
BELANGRIJKE NUMMERS Telefoon Naam
Nummer
Algemeen alarmnummer (brandweer, politie, ambulance)
112
Meldkamer WTC A’dam – calamiteitennummer (via telefooncentrale)
020-575 33 33
Meldkamer WTC A’dam – calamiteitennummer (bij uitval telefooncentrale)
020-671 07 07
Meldkamer WTC A’dam – algemeen (via telefooncentrale)
020-575 20 02
Receptie Central Hall
020-575 20 10
Receptie Lobby H/I
020-575 20 13
Receptie beheermaatschappij WTC A’dam
020-575 91 11
WTC Servicepoint WTC Amsterdam
020-575 20 00
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
11
FORMULIER BEDRIJFSHULPVERLENING
Op dit formulier kunnen alle bedrijfshulpverlening activiteiten genoteerd worden. Datum
:……………………
Tijdstip :……………………
Naam BHV’er Plaats calamiteit Soort calamiteit Hoeveel gewonden? Welke omvang? Mensen in gevaar? Bijzonderheden
Handtekening:
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Bijlage 7 Beveiliging World Trade Center Amsterdam
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
BEVEILIGINGSFILOSOFIE Het World Trade Center Amsterdam heeft gedurende de openingstijden een grote mate van toegankelijkheid waarin medewerkers, huurders en bezoekers zonder organisatorische of technische belemmeringen een vrije toegang hebben tot aan de ‘voordeur’ van de verhuurde ruimten. In deze vrijheid heeft de bewaking door hun aanwezigheid en ondersteund door technische middelen een toezichthoudende, en zonodig corrigerende taak. Achter de ‘voordeur’ van de huurder draagt de huurder de verantwoordelijkheid voor mens en materieel. Buiten de openingstijden is het World Trade Center Amsterdam alleen gecontroleerd toegankelijk waarbij in uitgaande richting geen belemmering aanwezig is. Omdat er naast kantoren en winkels ook horecagelegenheden in het World Trade Center Amsterdam aanwezig zijn, is het complex opgedeeld in twee verschillende zones, elk met zijn eigen openingstijd. De zgn. ‘kantoortijd’ en ‘horecatijd’.
BEVEILIGINGSPERSONEEL & MELDKAMER In het World Trade Center Amsterdam zijn 24 uur per dag, 7 dagen per week beveiligingsbeambten aanwezig. Het hart van de beveiliging vormt de meldkamer met het ‘Security Management System’ . Hierin zijn de volgend installaties geïntegreerd:
inbraak installatie;
toegangscontrole installatie;
intercominstallatie;
overvalalarminstallatie;
videocamera’s;
brandmeldinstallatie.
ENTREES Gebouwdelen A t/m G: De gebouwdelen A t/m G zijn voorzien van 4 voetgangersentrees op straatniveau:
Ingang Strawinskylaan (uitsluitend voor taxi’s en auto’s met chauffeur);
Ingang Zuidplein (naast het NS station WTC/Zuid);
Ingang Beethovenstraat;
Ingang Beethovenstraat (uitsluitend Kempen & Co).
Vanuit de parkeergarage is het complex op twee plaatsen toegankelijk:
via de roltrappen aan de Zuidplein-zijde;
via een trap of (mindervalide) lift aan de Beethovenstraat-zijde.
Het laad-en los perron is bereikbaar via het M. Vermeulenpad.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Entrees gebouwdelen H & I: De gebouwdelen H & I zijn voorzien van 3 voetgangersentrees op straatniveau:
Ingang Zuidplein (naast het NS station WTC);
Ingang E. van Beinumstraat;
Ingang Strawinskylaan (uitsluitend Nauta Dutilh).
Vanuit de parkeergarage zijn deze gebouwdelen toegankelijk:
via de roltrappen en de (mindervalide) lift aan de Zuidplein-zijde.
Het laad-en los perron van toren H is bereikbaar via de E. van Beinumstraat.
TOEGANG TOT WORLD TRADE CENTER AMSTERDAM Toegang binnen openingstijd Kantoortijd: op werkdagen tussen 07.00 en 20.00 uur is er vrije toegang tot aan de kantoren, een deel van de winkels en de parkeergarage. Horecatijd: op werkdagen tussen 07.00 en 01.00 uur (volgende ochtend) is er vrije toegang tot de diverse horecagelegenheden en een deel van de winkels in het Entreegebouw. Op weekends en feestdagen is er geen vrije toegang tot het complex. Toegang buiten openingstijden Buiten de openingstijden is het World Trade Center Amsterdam alleen gecontroleerd toegankelijk. Dit betekent dat alleen personen (huurder, bezoeker en/of personeel) die van tevoren zijn aangemeld door zijn/haar bedrijf toegang kunnen krijgen tot het complex. Een uitzondering hierop zijn personen die een voertuig komen ophalen uit de parkeergarage. In dit geval is van te voren aanmelden niet noodzakelijk. De beveiliging houdt vanaf de ingang van het complex tot aan de parkeergarage toezicht op deze personen met behulp van camera’s en surveillanten. Hoe verlaat ik het World Trade Center buiten openingstijd Bij alle voetgangersuitgangen, behalve bij de entree E. van Beinumstraat, is een drukknop geplaatst. Hiermee ontgrendelt de desbetreffende deur en kan men zonder tussenkomst van de bewaking het gebouw verlaten. Parkeren buiten openingstijd Buiten kantoortijd (zie 4.1) is de parkeergarage afgesloten door middel van een rolhek. Abonnementhouders krijgen te allen tijde zonder tussenkomst van de bewaking toegang tot de parkeergarage. Bij het presenteren van de parkeerkaart opent het rolhek automatisch. Bezoekers dienen zich eerst te melden bij de beveiliging door middel van een intercom. Ophalen van een voertuig buiten openingstijd Ophalen van een voertuig is alleen mogelijk via het bestaande complex (zie 4.2). Naast bijna alle toegangsdeuren naar de parkeergarage is een kaartlezer geplaatst. Indien de parkeerkaart waarmee is ingereden door deze kaartlezer wordt gehaald, ontgrendelt de toegangsdeur en kan de garage betreden worden. Het rolhek bij de uitgang van de parkeergarage opent automatisch bij uitrijden. Let op! Neem altijd uw parkeerkaart mee uit uw voertuig.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4
Aanmelden van personen voor toegang buiten openingstijd Verzoek voor toegang buiten openingstijden kan ingediend worden bij het WTC Servicepoint. Vast personeel kan eenmalig aangemeld worden, bezoekers dienen per keer aangemeld te worden. Op het verzoek dienen minimaal de volgende zaken vermeld te staan:
Naam persoon;
Personeel of bezoeker;
Indien bezoeker, datum voor toegang;
Naam te bezoeken huurder;
Naam contactpersoon bij huurder;
Telefoonnummer contactpersoon bij huurder.
Huurder is zelf verantwoordelijk voor het up-to-date houden van bovenstaande gegevens. Het WTC Servicepoint is bereikbaar per E-mail:
[email protected] Indien een persoon niet is aangemeld maar toch toegang wil krijgen Indien een persoon zich na sluitingstijd meldt bij de beveiliging maar niet van tevoren is aangemeld, wordt geen toegang verleend tot het World Trade Center Amsterdam. In dit geval zal de beveiliging controleren of er voor desbetreffende huurder contactpersonen zijn geregistreerd die na kantoortijd gebeld mogen worden. Indien deze aanwezig zijn wordt in overleg besloten of er toegang verleend kan worden. Belangrijk! In geval van calamiteiten (lekkage, inbraak etc.) en om irritaties buiten openingstijden te voorkomen, adviseren wij u om een actuele contactpersonenlijst achter te laten bij het WTC Servicepoint. Huurders zijn zelf verantwoordelijk voor het ‘up-to-date’ houden van deze contactpersonenlijst.
EXTRA BEVEILIGINGSDIENSTEN Indien nodig kan de beveiliging van het World Trade Center Amsterdam zorgdragen voor extra beveiligingsdiensten ten behoeve van huurders in het World Trade Center Amsterdam. Voor uitgebreide informatie kan contact opgenomen worden met het WTC Servicepoint.
Huishoudelijk reglement
Versie 5.4