Rood voor Strafrechtstoepassing en
Jeugdbescherming
I
Parkstraat 83 Den Haag
.
\ 3 \./
nunrnrer:
I 1t255211-
betrr'ft: \\'.G. Níac
Correspondentie: Postbus 3or37 25oo 6c Den Haag
Telefoon (o7o) 361 93 oo Fax algemeen (o7o)361 93 ro Fax rechtspraak (o7o) 361 93 l5
A en I 412554T A intosclr
daturl;
6-f
anirat'i 20I5
De beroepscomnlissie als bedoeld in artikel 6J vatde Beginselen§.et verpleging ter beschikking gestelder (Bvt) heeft kennisgenomen van bij
in,eekomen beroepschrift en van
het secretariaat van de Raad
\Y.G. Mac Intosch, verder te noemen klager, g_ericht tegen uitspraken yan 25 juni 2014 vande beklagcommissie bij Fpc van der Hoeven Kliniek te Utrecht, verder te noemen de inrichtïg,
alsmede van de overige stukken, *'aaronder de uitspraken waarvan beroep, u,erke in afschrift aan deze uitspraak zijn gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 7 november 2ar4,gehouden in de penitentiaire inrichtinge, Amsterdam over-Amstet, ,i;n geíríord krug"., bijgestaan door zijn raadsman mr. B.H.J. van Rhijn, en namens het hoofd van voormerde tbs_ inrichting mr. c.M.A. Bakker, juridisci medeiverk"r. va, o" ,i;a" uun de i,richting
§'as E.J. ten Har.e als toehoordlrr aanwezig.
voor aanvang van de behandering r.an de ter zitting hebben krager en zijn raadsman verzocht om aanhouding.i.an delergepen behandeling uu, d"" b"roepen omdat klager twee weken geleden van raadsman is gervisserd en zijiez" b".o"p"n nog niet voldoende hebben kunnen bespreken omdat zijn vo.ige .uuarÀun pas deze rveek de dossiers aan klagers huidige ràadsman heeft dóen toefomen. «iug". en zijn raadsman hebben ingestemd met het voorstel van de voorzitter om de beroepen zoveelmogelijk
ter zitting te behandelen, klager en zijn raadsman in de getegennàia t" stellen om binnen een rveek na de zittin-s het beroep desge*'enst nog schriftelij-k nader toe te lichten, en vervolgens de inrichting in de gelegenheid te stelien binnen"een rveek sclliftelijk op die
nadere toelichting te reageren.
De nadere schriftelijke toelichting van klager ey zijnraadsman op het beroep is na onfvangst doorgezonden aan het hoofd urn d" inrichting. o" .c#iftelijke reàctie van het hoofd van de inrichting is doorgezonden aan klager uua.*u, met een reactietermijn "nziin een *'eek. Binnen die termijnl. g""n .eactie me". onwangen. 'an
op grond van de stuklien en haar onderzoek overrveegt en beslist de beroepscommissie
als volgt:
Het beklag betreft: a) de maatregel van l0januari 2ar4bthet houden van toezicht op post en telefoneren, b) het voortduren van deze maatregel op 27 febntari 2014 zonder dat een nieulve beslissing is genomen.
14/2552t'ï A en 14t2554t'f A De beklagcotnmissie heeft het beklag onder a) en b) orrgegrond yerklaarcl op gronden als in cle aangehechte uitspraLen \\.eergegeven.
cle
2. D" rtu,rdp,r,.,t"n
klug". .n I-,"1 lroofd ,.^,, ,1" i,.,ri.hting "u,, Door en nanlens.klager is itt beroep het tegenover de bekiagcommissie ingenomen standpttnt - zakelijk \!.eergegeven - als volg toegelicht. Helingeschreverr"staan op een datingsite is geen strafbaar feit. Iemand van buiten de inrichting belieerde klagers profiel op de datingsite en lreeft voor klager op de datingsià geklikt op cle "like". Er is daarorn geen sprake van contact zoeken ofbenadeÈn ,oI d.g"n" di" "geliked" wordt, zelfs niet ars geklikt w-ordt op profielen van mensen die in de inrichting rverken.en zich vrijri'illig hebben ingeschreven op de desbetreffende datingsite. wat vrije burgers in de maatschuppu doen heeft niets met de orde en veiligheid in de inrichting te maken en gaat àà inrichting ook niets aan. Klagers contacten buiten de inrichting hebben niets te maken rn"-t h"t door de inriching gestelde gevaar dat klager in de inrichting over internet zou beschikken. Degeie die klagers profiel op een datingsite beheerdà is niet iemand met rvie klager recítstreeks contact heeft. Er is derhalve geen sprake van gevaar dat toezicht op k'iagers contacten kan rechtvaardigen. Hierover dient de inrichting op een ni"rri-" zitting uitleg te geven, zodat klager daarop meteen kan ,eage.en." De rvebsite die klager volgens de inrichting vanuit d=e pompestichting zou hebben gemaakt, is door iemand van buiten de inrichting gemaakt. De inricÈing kan hem niet drvingen te vertellen rvie dat is. Klagers indàx-delict heeft niets te maken met vrouwen die via een website benaderd zouden zijn. Wat betreft de twee aangiften van belaging is klager éér maal vrijgesproker; ,to. r,vat betreft het feit aat íiin advocaat via een recherchebttreau contact heeft gezocht met een vrop\v ten behoeve van haar verklaring is klager vcorwaardelijk veÀordeeld en daartegen heeÍt klager
hoger beroep ingesteld. De maatregel heeft drie maanden geduurd, ondanks dat volgens de wet niet verlengd kan worden. Volgens de Bvt en Memorie van toelichting kan de maatregel maximial vier weken duren, waarna een nieurve, voor beklag vatblre beslissing mlet worde, genomen. Het voortduren van de maatregel na de èerste vier weken is daarom onrechtmatig. Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie inge_nomen standpr-rnt als volgt toegelicht. De maatrege*l is één maal veri-engd en heeft maximaal acht rveken geduurd. De Bw vereist iiet dat voortzetting vàn de maatregel schriftelijk rvordt meegedeeld, maar de inrichting kan zich vinden in de gedachte van de beklagcommissie dat in dit geval rvel een Jchriftelijke mededeling gegeven had moeten rvorden omdat de inrichting van de oplegging van de maatre§el onverplicht een schriftelijke mededeling aan klager treeft ultg"ereikt. Verder wordt verwezen naar hetgeen eerder door de inrichting in de bekla[procedure naar voren is gebracht.
3.
De beoordelins Klager heeft verzocht om het beroep opnieuw ter zitting te behandelen vanwege zijn wens om de reactie van de inrichting op zijn nadere scniiftetilke toelichting rin n""1 beroep mondeling aan te kunnen horen en daar dan direct opie kunnen realgeren. De beroepscommissie wijst dit verzoek af, nt zij zich op g.onirun het dossierl de behandeling van het beroep ter zitting van 7 novemueí zotq en de nadien nog ingebrachte stukken voldoende ingelicht acht om op het beroep te kunnen beslissen.
1425521rA en 14125541rA Her oplt,ggerr yurt de be,stredert toc:icrrrrttrtrtrege r Het opleggen van de ItiaaÍregel van toezicht op post en telefoneren teneinde zicht te kttntren hottden op klagers contacten is niet in sfrijcl rnet de q.et noch onredelijk ol. onbillijk Íe achtetr, gelet op de ornstandigheden dàt op 8 japLrari 2014 om 4.00 Lrur een activiteit van klager op een datingsite op internet i, ,iuuu.g",ro,nen, r.vaarbij het profiel van een meder.verkster van de inrichiing op die datinglite is aangeklikt. Klager heeft welisrvaar verklaard dat niet hij uraai iemancl v--an buiten de inrichting zijn profiel op de datingsite beheerde, maar heeft r'ervolgens geweigerd informatil te geven rvie dit voor_klager doet en op r,velke *'ijze. DeinricÉing heeft in redelijkheid openheid daarover kunnen verlangen in het licht van het door de strafrechter ber,vezenverklaarde - indexdelict, àlsmede het feit dat tijdens klagers verblijf in de Pompestichting tegen klager aangifte van stalking of belaging i-s gedaan. Dit zijn feitelijkheden waarmee de inrichting in het kaier van de orde en veiligheid op dat moment in redelijkheid rekening mag of zelfs moet houden. Klager rvordt hierop in alle redelijkheid gevraagd openheid vin zaken te geven, rvaar klager enkel op reageert door te stellen dat iemand van buiten zijn site bÀeert; van verdíe toelichting, ondanks verscheidene verzoeken vanuit de inrichting, onthoudt klager zich. De enkele omstandigheid dat klager dat anders ziet noch dè omstandigheià dat klager verdacht werd van tri ee feiten van belaging en inmiddels is vrijgespioken van één feit en nog niet onherroepelijk is veroordeéldioor een tweede felt, tan daaraan afdoen. Schrifteliike mededeling inzake het voortcluren van de bestretlen toezichtnruatregel? In artikel 35, derde lid Bvt is bepaald dat het hoofd van de inrichting bevoegd is telkens voor een periode van ten hoogste vier weken toezicht op postverkeer van een verpleegde te houden indien dat noodzakelijk is met het oog op de in dat artikellid
genoemde belangen.
Indien het hoofd van de inrichting voortzetting van de maatregel van toezicht op de post na de in de wet gegeven duur van ten hoogste vier weken"aangewezen acht, dient het hoofd van de_inrichting, geret op het rvoord,,telkens,, in artikel35, derde Iid, B\,1, daafioe te beslissen. Anders danklager meent, kan dat naar het oordeel van de beroepscommissie zorvel in de vorm van een nieurve beslissing als in de vorm van een verlengingsbeslissing; de wet noch de Memorie van toelichting schrijft een bepaalde vorïn voor. In de artikeren 53 en 54 Bvt is geen hoor- en schriftelijke mededelingsplicht van de oplegging noch van de voàrtzetting van de toezichtmaatregel neergelegd, hetgeen betekent dat de beslisling niet op schrift hoeft te worden gesteld. Ingevolge artikel3S, trveede lid, Bvt kan het hoofd van de inrichting bepalen dat op de door of met de verpleegde gevoerde telefoongesprekken toezicht wordt uitgeoefend. De rvet noch de Memorie van toelichting geeft aan welke duur deze maatregel kan hebben. In de artikeren 53 en 54 Bw is geen hoor_ en schriftelijke
mededelingsplicht van de oplegging noch van de vooàetting van de toezichtmaatregel neergelegd.
In het licht van het vorenstaande kan klager niet worden gevolgd in ztjnstelling dat de duur van de toezichtmaatreger na vier weken onrechtÀatig i", doo. reeds de enkele omstandigheid dat hem geen schriftelijke mededeling'van een nieuwe beslissing is uitgereikt. Het feit dat de beklagcommissie heeh geoordeeld dat klagers
beklag formeel gegrond is verklaard omdat van de inrichting Àocht worden verwacht een schriftelijke mededeling uit te reiken van de viortzetting van de
I 4125521T
A en I 4t2554tT A
nraatregel nLr de iriricliting dat ook bij cle ople_tging heeflt geclaan. kan claaraan op zich zelf niet afdoen. In houelel ij ke he oor.'de/ in g voorÍzetÍ in g
b
esrreclen toez ichtntacrtre gel
Vast staat dat aan klager op 10 januari2014 een schriftelijke màedeli,g van de beslissing van het hoofd van de inrichting tot het opleggeir van toezichtóp post en ' telefoneren voor de duur van vier weken ls uitgereikt.ïoortzetting van dè toeziclrtmaatregel in februari 2014 (tvaaroo kligers beklag ziet) is naar het oordeel van de beroepscommissie niet onredelijk of onbillijk te aíten, nu de gronden voor het toezicht op dat moment nog steeds aanwezigràr"n. Klager heeft immers vooftdurend geweigerd de door de inrichting veilangde infoimatie te verstrekken en geen zicht op zijn contacten gegeven. De beroepen zullen derhalve ongegrond worden verklaard.
4.
De uitspraak De beroepscommissie verklaart de beroepen ongegrond en bevestigt de uitspraken van de beklagcommissie met aanvulling van de gÀnden.
14t2552tTA en t4t2554t'f A AldLrs gegevett
door de beroepscotnntissie voornoerrc'I, bestaancle uit rrir. N. Jörg. l'oclrzitter. drs. W'A"Th' Bos ett rrtr. R.N'I. N'Íaanicns, Ieclen. in tesenr.roorcligheicl va, mr. E.W. Bel,aart. secretaris. op 6 januari 2015.
secretari
s
voorzitter
v-er$ls.€gd€ ver"t*'lij{i w*rdëíi §€r).{}fÈ:€*- §et tlt:eÍ* vr;: ri* inrio}itirg *f clrcns vËívàngèt rs rnrmers nrel altrlcl in de inriChtine aanwezrg. Deee maatregel kan cjnor tret hooÍd vaR ele atdeirng voor ten noogite 15 uran worden öpg+leorl Oeze tern:ijn is eo gesteld. dat rndien de maatregeJ v:*k i"là hst sinde v#r? *a{! r**rkdag vr
de vulgende oclrtend lret irooÍd van rJe inrichÍrng over sventuele voort ret!|Í^tg eerr beslrssrng n€e{ilt Het bepaalde in anikel §2, eersle lid, omïrenï hat vcroraf hnren van de verpteegde geldt :rlwfil voor hcÍ hoofrl van cle ir,rrchting öls voor hel hoofd van de alcleiing ln het voorgestelde aritk*l 7. vr*rde lrd is tJe treslissrrlg rot separatte. behoudens voormeldë uitaonderrrrg, vr:orhehqurjer' aan l'ret houÍd van de rnrie hling sf diens vervangeÍ Derc aai dus gadurecqle lret weekernde ahiid beieikbaar rïËet&ïl riin. I*ger;al *a **pcr*ti* lang*r den vilÍtie* rirÉfi drJsrÍ, àe{ h*t hocrírJ varr rJe ir'lrichtrrrg of zi;n vervanger zrsh naar de inrichtií)g moËton begeveo orn dè verpieegde te hören tgn érnde zich een oordeel te voríï]Ëír over de noodzaak van voortzeitirrg van de s€paratie. lrr het voorgestel
HOOFPSTUK VII
Contacï rnel de buhenwereld Ar"tikel 34 Krachtens h+i vaarge-sffie tweede íid kan hcrhssfd van-*erïnricfffing. rt*v*toËllsn Èf öíldere p$§tstukï(Én aÍk
v;l* de -Lrelr*ilken v*rpí*eg
tëel-+ɧ*'.ïË.s di*íltt r'*-rlrde*.,Ë*r.nkqws.l§*fieriég:
.
w8{}rsv€Ë de vsípleegdë zieh vrpedercrn ka* bek[ageni.
"&rye*da H*ry!§í,
r*rg*deriaelr 1S§3-ï§S4" 23 44S,
rrr" 3
4I