Bestuursrapportage 2011- 1
Toonaangevend in belastingen “de eerste stappen …”
Opsteller Datum Versie
Bram van Bilsen 9-5-2011 v.05
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ 2 Voorwoord ............................................................................................................................................... 3 Leeswijzer................................................................................................................................................ 4 1 Organisatie ........................................................................................................................................... 5 1.1 Missie, visie en strategie ............................................................................................................... 5 1.2 Strategie en beleid......................................................................................................................... 5 1.3 Personeelsmanagement.............................................................................................................. 11 1.4 Procesmanagement .................................................................................................................... 12 1.5 Management van middelen ......................................................................................................... 16 1.5.1 Exploitatierekening 2011 .......................................................................................................... 16 2 Resultaat ............................................................................................................................................ 18 2.1 Medewerkers ............................................................................................................................... 18 2.2 Opdrachtgevers ........................................................................................................................... 19 2.2.1 Waterschap Groot Salland ....................................................................................................... 20 2.2.2 Waterschap Reest en Wieden.................................................................................................. 24 2.2.3 Waterschap Regge en Dinkel................................................................................................... 28 2.2.4 Waterschap Rijn en IJssel........................................................................................................ 32 2.2.5 Waterschap Vallei en Eem ....................................................................................................... 36 2.2.6 Waterschap Veluwe.................................................................................................................. 40 2.2.7 Waterschap Velt en Vecht........................................................................................................ 44 2.2.8 Waterschap Zuiderzeeland ...................................................................................................... 48 2.3 Maatschappij ............................................................................................................................... 52 2.4 Bestuur en financiers................................................................................................................... 53 3 Leren - verbeteren - vernieuwen ........................................................................................................ 55 Bijlage A................................................................................................................................................. 56 Lijst met gebruikte afkortingen .......................................................................................................... 56 Bijlage B................................................................................................................................................. 57 Aanvraag projectbudget gemeenten ................................................................................................. 57 Bijlage C ................................................................................................................................................ 58 Aanvraag projectbudget Vitens ......................................................................................................... 58
2
Voorwoord Voor u ligt de bestuursrapportage 2011-1 van het Gemeenschappelijk Belastingkantoor LococensusTricijn. Het is de eerste bestuursrapportage van de per 1 januari 2011 uit de fusie van Lococensus en Tricijn ontstane organisatie. De bestuursrapportage is een tussentijdse rapportage van het dagelijks bestuur aan het algemeen bestuur. De rapportage gaat over de realisatie van de plannen uit de begroting van de GBLTorganisatie en de realisatie op de heffing en inning van de belastingen ten behoeve van de opdrachtgevers. De bestuursrapportage wordt door het algemeen bestuur op 23 mei aanstaande vastgesteld, waarna deze informatie kan dienen om de deelnemers in de gemeenschappelijke regeling te informeren over de bedrijfsvoering binnen Lococensus-Tricijn en de ten behoeve van de deelnemers geleverde prestaties. De bestuursrapportage is zowel beleidsinhoudelijk als financieel van karakter en verslaat de eerste drie maanden van dit jaar. Het jaar 2011 belooft een turbulent jaar te worden dat onder meer in het teken zal staan van het gestalte geven aan en de positionering van het bedrijfsbureau. Daarbij zal een grote inspanning worden gevraagd van management en medewerkers. Niet alleen zullen de contouren van het bedrijfsbureau formeel moeten worden vastgelegd, maar ook de processen en procedures, die bij de twee fusieorganisaties op verschillende wijze en verspreid werden uitgevoerd, moeten verder worden gestroomlijnd. De activiteiten om dit te bereiken zijn vorig jaar reeds gestart en zijn in het eerste e kwartaal van dit jaar voortgezet. Hiermee wordt invulling gegeven aan de 1 fase van de organisatieontwikkeling van het GBLT. Tegelijkertijd is het management ook begonnen met de ideevorming met betrekking tot de 2e fase in de organisatieontwikkeling, namelijk die met betrekking tot het primair proces. In de loop van het jaar kunnen ook die contouren worden ingevuld en zal de besluitvorming zijn beslag krijgen. Verder zullen dit jaar de vervolgstappen worden gezet om tot een daadwerkelijke samenwerking te komen met de gemeenten Dronten, Nijkerk en Leusden, met als doel de aanslagen vanaf het belastingjaar 2013 voor die gemeenten te heffen en te innen en de uitvoering van de Wet WOZ ter hand te nemen. In het eerste kwartaal van dit jaar zijn in verband daarmee werkgroepen opgericht die zowel worden bemand vanuit onze organisatie, de drie betrokken gemeenten en Berenschot die het project begeleidt. Naast deze activiteiten staan onder andere de volgende belangrijke onderwerpen waarvoor, in het eerste kwartaal van dit jaar onderzoeken zijn gestart, nog op de bestuurlijke besluitvormingsrol: 1. Het al dan niet staken van de meeliftactiviteiten met waterbedrijf Vitens, dat nu nog de inning van een deel van de door ons opgelegde aanslagen zuiveringsheffing en watersysteemheffing ingezetenen verzorgt. 2. De wijze waarop de mogelijke samenwerking met de gemeente Zwolle gestalte moet krijgen. 3. De beslissing die op korte termijn moet worden genomen over de vervanging van het huidige belastingpakket (IBS).
Zwolle/Harderwijk, 12 mei 2011 Namens het dagelijks bestuur, De directeur,
De voorzitter,
B.S.C. Groeneveld
mw. J.P.M. Moons
3
Leeswijzer De bestuursrapportage is opgebouwd vanuit de elementen van het INK managementmodel dat hieronder schematisch is weergegeven. Richten Missie/visie
Inrichten Procesmanagement
Personeelsmanagement
Verrichten Prestatiemanagement do Medewerkers
plan
Leiderschap
Strategie en beleid
Procesmanagement
Ondernemingsresultaten
Klanten
(bestuur/financiers) check
Management van middelen
Maatschappij
Organisatie
Resultaat
Leren, verbeteren en vernieuwen berichten Informatiemanagement
act
Her(in)richten Verbetermanagement
Achtereenvolgens kent de rapportage de volgende hoofdstukken: 1. Organisatie In dit onderdeel komen de onderwerpen “Leiderschap” en “Strategie en beleid” aan de orde. Ook worden de in het INK managementmodel genoemde managementaspecten besproken. 2. Resultaat Onder deze noemer wordt verslag gedaan over prestaties van de organisatie ten behoeve van de medewerkers, de opdrachtgevers, de maatschappij en het bestuur. 3. Leren, verbeteren en vernieuwen In de diverse onderdelen die betrekking hebben op de interne bedrijfsvoering zal in voorkomende gevallen onderscheid worden gemaakt tussen: • organisatiebrede onderwerpen • de ontwikkeling van het bedrijfsbureau • de stand van zaken in de operationele afdelingen op de afzonderlijke locaties
4
1 Organisatie In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de wijze waarop de organisatie koers houdt en wordt geïnspireerd tot voortdurende verbetering. De bestaansredenen voor de organisatie (missie) zijn gedefinieerd en de visie daarop is ontwikkeld die de unieke kracht van de organisatie schetst. De strategie die daarbij met het oog op de toekomstige ontwikkelingen zal worden gevolgd wordt voortdurend met de deelnemers in de gemeenschappelijke regeling afgestemd. Directie en afdelingsmanagers stemmen de interne organisatie van hun afdelingen hierop af en zijn zichtbaar bij de missie, de visie en de strategie betrokken.
1.1 Missie, visie en strategie De missie, de visie en strategie zijn voor de organisatie als volgt vastgesteld. Missie
Wij heffen en innen belastingen en geven uitvoering aan de wet WOZ voor lokale overheden, tegen zo laag mogelijke kosten.
Visie
Lococensus-Tricijn: Toonaangevend in Belastingen. Toonaangevend betekent voor ons: • Richtinggevend, onderscheidend, origineel en wij tonen lef, trots en passie. • Wij hebben een goede prijs/kwaliteitverhouding in onze primaire taken, producten en diensten; • Wij zijn continu op zoek zijn naar inhoudelijke verbetering en vernieuwing van (werk-) processen; • Wij zijn klantgericht; • Wij optimaliseren de schaalvoordelen van de organisatie door samenwerking met andere overheden; • Wij zijn een lerende organisatie waarbij medewerkers kansen krijgen om zich te ontwikkelen in het kader van persoonlijke en organisatorische groei.
Strategie
Onze hoofddoelstellingen en strategie tot 2015 zijn: 1. Onze processen zijn zodanig ingericht dat wij maximaal heffen, optimaal innen en de wet WOZ uitvoeren tegen minimale kosten (Operational Excellence). 2. De contacten met de burgers zijn daarbij betrouwbaar en respectvol. 3. Wij hebben samenwerkingsovereenkomsten met minimaal 8 gemeenten en/of met andere overheden/samenwerkingsverbanden, waarvan één 100.000+ gemeente.
1.2 Strategie en beleid 1.2.1 Interne ontwikkelingen Missie en visie concretiseren Om de missie en visie, zoals deze zijn vastgesteld, te concretiseren worden dit jaar zogenaamde succes bepalende factoren (SBF) vastgesteld. SBF’s zijn factoren die bepalend zijn voor het succes van de organisatie. Daarnaast worden kritische prestatie-indicatoren (KPI) en prestatie-indicatoren (PI) ontwikkeld, waardoor de prestaties van de organisatie objectief meetbaar zullen worden. INK als sturingsinstrument Een belangrijk kenmerk van onze organisatie is dat het een platte en transparante organisatie is, waar de sturing op de processen plaatsvindt via korte (communicatie) lijnen. In dit gegeven schuilt ook de kracht van de organisatie. De organisatie is er één waar openheid, zeggen wat we doen en doen wat we zeggen belangrijke leidende beginselen zijn, in zowel de relatie met de opdrachtgevers, de belastingbetalers, als binnen de organisatie zelf.
5
Voor het GBLT is gekozen om de organisatie door middel van het INK managementmodel aan te sturen. Het INK managementmodel is een model dat breed wordt gebruikt en organisaties de mogelijkheid biedt zelfevaluaties over het functioneren uit te voeren. Het model maakt gebruik van tien aandachtsgebieden die bepalend zijn voor het succes van een organisatie. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de onderdelen “organisatie”, “resultaat” en het aandachtsgebied “leren, verbeteren en vernieuwen”. Door zelfevaluatie uit te voeren kan ervaren worden hoe de stand van zaken is met betrekking tot de ontwikkeling van de organisatie en op welke onderdelen de organisatie moet veranderen, verbeteren of vernieuwen. Veranderen, verbeteren en vernieuwen zijn een mengeling van rationele afwegingen, emotie en cultuur. Het een kan niet zonder het ander. De INK filosofie brengt beide bij elkaar en geeft daarmee richting aan de aard en tempo van de verbeteracties, die op basis van een positiebepaling uitgevoerd moeten worden. In 2010 zijn interne en bestuurlijke documenten, waaronder de P&C cyclus, volgens het INK managementmodel opgezet. In het eerste kwartaal van dit jaar zijn de eerste acties uitgevoerd om te komen tot een positiebepaling volgens het INK managementmodel. Op 11 mei aanstaande vindt de eerste INK positiebepaling voor het GBLT plaats. Strategische groei In de strategie van de organisatie ligt besloten dat tussen het ontstaan van het GBLT op 1 januari van dit jaar en 2015 de samenwerking op het gebied van belastingen wordt uitgebreid met 8 andere partners, waaronder één gemeente met meer dan 100.000 inwoners. In de jaren voor het ontstaan van de huidige organisatie zijn door de directie van zowel Lococensus als Tricijn vele gesprekken gevoerd met de gemeenten binnen beide beheersgebieden om de mogelijkheden en de wil tot samenwerking te onderzoeken. Dit heeft uiteindelijk geleid tot serieuze onderzoeken met een aantal gemeenten. De stand van zaken in deze onderzoeken is hierna op hoofdlijnen weergegeven. Gemeenten Dronten, Leusden en Nijkerk In oktober 2009 is het eindrapport van het haalbaarheidsonderzoek naar belastingsamenwerking tussen het GBLT (voorheen Tricijn belastingen) en de gemeenten Dronten, Leusden, Nijkerk, Renswoude, Scherpenzeel en Woudenberg opgeleverd. De deelnemende partijen hebben vervolgens de bestuurlijke besluitvorming gestart. De gemeenten Renswoude, Scherpenzeel en Woudenberg hebben begin 2010 om herindelingsredenen besloten uit het samenwerkingstraject te stappen. Op basis van nieuwe financiële berekeningen hebben vervolgens de gemeenteraden van Dronten, Leusden en Nijkerk en het algemeen bestuur van het GBLT in de loop van 2010 alsnog besloten om in principe in te stemmen met samenwerking. Door Berenschot is vervolgens een projectplan opgesteld waarin de activiteiten zijn beschreven die in de komende periode uitgevoerd zullen worden. In februari is de projectorganisatie ingericht. Deze bestaat uit een stuurgroep, die verantwoording aflegt aan de besturen van de betrokken organisaties, een projectgroep en een vijftal werkgroepen, te weten: 1. Taken en processen 2. Belastingapplicatie 3. ICT 4. Personeel en organisatie 5. Financiën Het thema “bestuur en sturing” wordt expertmatig uitgewerkt. Communicatie is van groot belang voor een succesvolle totstandkoming van de samenwerking en is in dit stadium primair gericht op de betrokken medewerkers, met als doel het verstrekken van informatie, het versterken van draagvlak en het stimuleren van betrokkenheid bij de vormgeving van de belastingorganisatie. Daarnaast zal over het toetreden van de gemeenten tot de Gemeenschappelijke Regeling extern worden gecommuniceerd door middel van bijvoorbeeld publicaties en persberichten.
6
Naarmate de toetreding van de gemeenten het GBLT vordert, zal de externe communicatie, met name gericht op de belastingbetalers en burgers, toenemen. Voor het project is een communicatieplan opgesteld, waarin is aangegeven wanneer door wie en over welke onderwerpen wordt gecommuniceerd. Aan het eind van iedere bijeenkomst van project- en stuurgroep wordt vastgesteld wat er gecommuniceerd wordt en door wie. Daarnaast wordt vanuit de projectorganisatie periodiek een nieuwsbrief gezonden aan alle betrokken medewerkers waarin de stand van zaken en ontwikkelingen worden aangegeven. Om de communicatie te versterken zijn communicatieadviseurs (van het GBLT en de gemeenten) toegevoegd aan de projectorganisatie. Zij dragen zorg voor het communicatieplan, dragen bij in de uitvoering daarvan en coördineren tussen de deelnemende partijen met het oog op eenduidige en gelijktijdige communicatie over het proces binnen de organisaties. Op donderdag 27 januari jl. vond de eerste kennismakingsbijeenkomst met de belastingmedewerkers van de drie gemeenten Nijkerk, Dronten en Leusden plaats. In totaal waren 50 mensen aanwezig van de drie gemeenten en de medewerkers van het GBLT van de locatie Harderwijk. Voor wat betreft de tijdplanning van het project is uitgegaan van een operationele start in medio 2012 en een formele start van de belastingorganisatie op uiterlijk 1 januari 2013 (of zoveel eerder als nodig wordt geacht). De kosten voor het project worden geraamd op € 360.000,--. Van deze kosten komt de helft ofwel € 180.000,-- voor rekening van het GBLT. De andere helft wordt door de betrokken gemeenten betaald. In bijlage B treft u de gespecificeerde aanvraag voor het toekennen van een projectbudget aan. Gemeente Zwolle Het GBLT (voorheen Lococensus) en de gemeente Zwolle hebben in 2009 een quick scan laten uitvoeren naar de mogelijkheden van samenwerking op het gebied van belastingheffing, belastinginning voor beide organisatie en het uitvoeren van taken in het kader van de Wet waardering onroerende zaken ten behoeve van de gemeente Zwolle. De algemene conclusie was dat er positieve indicaties zijn om samen te werken. De uitkomsten van de quick scan gaven aanleiding om de eerder uitgesproken intenties voor samenwerking verder gestalte te geven in de vorm van een haalbaarheidsonderzoek. Een onderzoek dat antwoord moest geven op de vraag of, met inachtneming van de strategie van beide organisaties, samenwerking op het terrein van belasting voordelen biedt. Deze haalbaarheidsstudie is in de tweede helft van 2010 uitgevoerd. Het resultaat van de haalbaarheidsstudie is in nauwe samenwerking met beide organisaties tot stand gekomen. Direct bij aanvang van het onderzoek zijn de betrokken medewerkers geïnformeerd over de context en inhoud van het onderzoek. Het onderzoek naar de mogelijkheden van samenwerking uit 2009 resulteerde in het advies om de samenwerking tot stand te brengen in de vorm van een openbaar lichaam. In de praktijk betekent dit toetreding tot de gemeenschappelijke regeling. Door de gemeente Zwolle is echter de vraag opgeworpen of gezien de schaalgrootte van het GBLT een constructie op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen strategisch gezien nog wel de meest interessante optie is. Immers het verzorgingsgebied van het GBLT is qua omvang significant afwijkend van dat van de gemeente Zwolle. De vraag die daarbij rees was, of toetreding nog wel recht zou doen aan het principe van samenwerken op basis van gelijkwaardigheid. De gemeente Zwolle gaat in geval van toetreding tot de gemeenschappelijke regeling bestuurlijke verantwoordelijkheid dragen voor (en financieel participeren in) activiteiten die buiten het terrein van werkzaamheden van de gemeente Zwolle vallen. Bovendien is het lastig om de zeggenschap en stemverdeling zodanig vorm te geven dat de gemeente Zwolle hierin nauwelijks zou “verliezen” ten opzichte van de huidige situatie, waarin men de sturing, controle en beïnvloedingslijn geheel in eigen hand heeft. Om toch de voordelen te kunnen incasseren die aan samenwerking zijn verbonden, zou het voor de gemeente Zwolle een optie kunnen zijn om de samenwerking te organiseren via een zogenaamde DVO-constructie, waarbij niet wordt samengewerkt in één nieuwe organisatie. In plaats daarvan wordt een contract gesloten tussen de gemeente Zwolle en het GBLT, waarin het GBLT zich verplicht taken uit te voeren tegen overeengekomen prijzen en kwaliteitseisen. Deze vorm van uitbesteden is een
7
activiteit die belast is met omzetbelasting, maar heeft vanwege het bestaan van het zogenaamde BTW-compensatiefonds geen nadelig effect voor de gemeente. De gemeente Zwolle heeft inmiddels verzocht de samenwerking op basis van de DVO-constructie te onderzoeken op de mogelijkheden en/of onmogelijkheden. Dit onderzoek is inmiddels in GBLT verband gestart. De uitkomsten zijn inmiddels bekend. Vanuit juridisch oogpunt wordt geadviseerd niet voor de DVO-constructie te kiezen. Er kleven met name bezwaren aan vanuit het aanbestedingsrecht en het bestuurlijk organisatierecht. Daarnaast kleven er mogelijk ook nog fiscale risico’s aan de DVO-variant. Werkgroep TIK (Toonaangevend In Klantcontact) Eind 2010 is de werkgroep “Toonaangevend In Klantcontact” opgericht. In eerste aanleg werd door middel van het instellen van deze werkgroep beoogd het servicelevel van de telefonie te verbeteren. Daarnaast wordt door de werkgroep onderzoek gedaan naar alle vormen van communicatie met de belastingbetaler en worden verbetervoorstellen aan het management van de organisatie gepresenteerd met als doel de communicatie nog duidelijker te laten verlopen. Ook in het eerste kwartaal van 2011 is de werkgroep actief geweest. Eén van de resultaten van de bijeenkomsten van deze werkgroep is het besluit de belastingbetaler, in zich daarvoor lenende gevallen, vaker (proactief) te bellen om zaken toe te lichten en vragen te beantwoorden, in plaats van uitsluitend een formeel schriftelijk antwoord te geven, hetgeen in sommige gevallen (met name bij negatieve beslissingen) op onbegrip aan de zijde van de belastingbetaler stuit. De eerste ervaringen hiermee zijn positief. In de maand mei zal de werkgroep een eindrapport aan het managementteam presenteren.
1.2.2 Externe ontwikkelingen TAX-i Het project TAX-i ligt momenteel stil. Een speciaal hiervoor opgerichte werkgroep vanuit het Waterschapshuis onderzoekt de te nemen stappen en de hieraan verbonden juridische en technische aspecten. Daarnaast is intern (GBLT) gezocht naar alternatieve oplossingen. Deze zoektocht heeft op 28 maart jl. geleid tot het besluit van het algemeen bestuur van het GBLT om zelfstandig een Europese aanbestedingsprocedure te starten ten behoeve van een geïntegreerde belastingapplicatie voor zowel gemeenten als waterschappen. Naar verwachting kan deze procedure in augustus a.s. worden afgerond. Meeliftaanslagen De aanslagen zuiveringsheffing voor woonruimten en watersysteemheffing ingezetenen die werden geproduceerd met het automatiseringssysteem van Vitens werden begin januari opgelegd. In december 2010 werd, voorafgaand aan deze aanslagoplegging door ons geconstateerd dat de jaarproductie met betrekking tot de aanslagen niet correct werd uitgevoerd. Er werd een veelheid aan verschillen geconstateerd die onverklaarbaar waren. In de weken daarna zijn veel herstel acties uitgevoerd om de imago-schade voor het GBLT te beperken. Er zijn veel analyses uitgevoerd om de impact voor de klant zo minimaal mogelijk te houden. Dit heeft geresulteerd in grote hoeveelheden brieven met uitleg aan de belastingplichtige en beschikkingen die vermindering van de foutieve aanslagen mogelijk maakten. De perikelen rondom de foutieve aanslagen hebben veel aandacht gekregen van de pers. Naar aanleiding van de deze ontwikkelingen en de negatieve ervaringen met fouten in de Vitens bestanden en de daarmee gepaard gaande extra werkzaamheden is onderzoek gedaan om eerder dan gepland te stoppen met de meeliftactiviteiten en wel met ingang van 1 januari 2012 in plaats van 1 januari 2013, zoals aanvankelijk het voornemen was. Dit voornemen past binnen de missie, de visie en de strategie, zoals die voor het GBLT is vastgesteld. Het algemeen bestuur van het GBLT heeft op 28 maart jl. het voornemen geuit om de waterschappen voor te stellen het contract met Vitens NV met ingang van 1 januari 2012 te beëindigen. De opzegging daartoe dient uiterlijk 1 mei as. bij Vitens kenbaar gemaakt te zijn. De te verwachten revenuen zijn (voor de 8 waterschappen gezamenlijk) structureel € 522.000,-- en voor de jaren 2012 en 2013 € 2.802.000,-- aan baten t.a.v. de invorderingskosten. In bijlage C is het benodigde budget voor het project opgenomen.
8
9
Kwijtschelding Op 29 maart heeft de Staatssecretaris van Financiën de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 gewijzigd. Op grond van deze wijziging kunnen lagere overheden, waaronder de waterschappen, met ingang van 1 april van dit jaar kwijtschelding verlenen aan kleine ondernemers. Kleine ondernemers zijn in dit verband, natuurlijke personen die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefenen. Om dit feitelijk mogelijk te maken zijn besluiten van de algemene besturen van de waterschappen daarover noodzakelijk. In het tweede kwartaal van dit jaar zullen de consequenties ten aanzien van de bedrijfsvoering binnen het GBLT, alsmede de financiële consequenties en risico voor de waterschappen in beeld worden gebracht, zodat tegen het einde van het derde kwartaal een gefundeerd advies kan worden gegeven aan zowel het bestuur van het GBLT als dat van de deelnemende waterschappen. Naast deze verruiming van de groep van belastingschuldigen die voor kwijtschelding in aanmerking kunnen komen bestaat het voornemen om de vermogensnorm die tot op heden geldt binnen het kwijtscheldingsbeleid te verruimen. Dit voornemen zal via een wijziging van artikel 144 van de Waterschapswet worden geëffectueerd. De wijziging maakt het voor lagere overheden mogelijk om bij het uitvoeren van de vermogenstoets maximaal uit te gaan van de vermogensnorm van de Wet werk en bijstand. De Tweede Kamer heeft op 29 maart jl. ingestemd met dit wetsvoorstel. Het laatste woord is nu aan de Eerste Kamer. Overigens gaat het hierbij, net als in het hiervoor geschetste geval, om een bevoegdheid die aan de lagere overheden wordt toegekend en niet om een verplichting. Vanuit het GBLT zal tijdig het initiatief worden genomen de waterschappen over de wetswijziging te adviseren. Kostenwet invordering rijksbelastingen Per 1 januari 2011 heeft een (marginale) verhoging plaatsgevonden van de tarieven uit de Kostenwet invordering rijksbelastingen. Het financiële effect op het GBLT van deze verhoging van de in rekening te brengen kosten, is te verwaarlozen. In de Kostenwet invordering rijksbelastingen was verder opgenomen, dat een bezwaarschrift of beroepschrift tegen de kosten niet kan zijn gegrond op de stelling dat het aanslagbiljet, de aanmaning of het dwangbevel niet is ontvangen. In 2011 is dit artikel versoepeld waardoor, gezien de ervaringen met de slechte postbezorging in 2010, een toename van het aantal gegronde bezwaren wordt verwacht. Wet elektronische bekendmaking Per 1 januari 2011 moeten de waterschappen de verordeningen op grond van de Wet elektronische bekendmaking in geconsolideerde vorm publiceren. Er van uitgaande dat deze bepaling ook van toepassing is op het GBLT, als belastingorganisatie van de waterschappen, worden door het GBLT de door het bestuur vastgestelde verordeningen in geconsolideerde vorm op de internetsite gepubliceerd.
10
1.3 Personeelsmanagement Hierna wordt de stand van zaken geschetst van de wijze waarop de organisatie vanuit de missie en visie ,de kennis, kwaliteiten en energie van de medewerkers maximaal benut en hen inspireert en in de gelegenheid stelt tot het maximaal ontwikkelen en benutten van hun competenties. In het eerste kwartaal is de in 2010 ingezette wijze van het “organisch fuseren” van het bedrijfsbureau doorgezet. Het (concept) inrichtingsplan van het bedrijfsbureau is inmiddels voor advies aan de ondernemingsraad gezonden en aan de medewerkers van het bedrijfsbureau ter kennisneming aangeboden. Na een (positief) advies door de ondernemingsraad kunnen de functies worden beschreven en gewaardeerd. Het streven is om het proces voor eind 2011 af te ronden. Diverse afdelingen zijn gestart met het opstellen van een kennismatrix. In deze matrix wordt de kennis van de medewerkers in beeld gebracht en aan de hand daarvan kan een persoonlijk dan wel collectief opleidingsplan gemaakt worden. Het opleidingsplan wordt in het 2e kwartaal opgesteld. Daarnaast wordt dit jaar aandacht besteedt aandacht aan interne kennisoverdracht. Als het kennisniveau van de medewerkers verder wordt ontwikkeld , kunnen zij op meerdere posities worden ingezet en kunnen piekwerkzaamheden beter worden opgevangen. Bovendien worden de medewerkers gestimuleerd om zichzelf verder te ontwikkelen. Op de locatie Zwolle is in maart is een training bezwaren georganiseerd in het afhandelen van bezwaarschriften. Deze training werd door alle medewerkers als zeer zinvol ervaren. Tijdens de training zijn ook een aantal praktijksituaties aan bod gekomen. In de loop van het jaar wordt bezien of een training kan worden georganiseerd die specifiek gericht is op de GBLT praktijk. Op het terrein van bezwaar en beroep zal dit jaar meer aandacht worden besteed aan het plannen en beheersen van de diverse processen die worden uitgevoerd. In het eerste kwartaal 2011 hebben diverse medewerk(st)ers van de bijscholingsdagen op het gebied van kwijtschelding bezocht. Bijscholing is jaarlijks noodzakelijk, met name om alle wetswijzigingen per 1 januari te herkennen en toe te passen in de dagelijkse praktijk.
11
1.4 Procesmanagement In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de wijze waarop het GBLT vanuit de strategie en het beleid de processen identificeert, ontwerpt, beheerst en -waar nodig- verbetert of vernieuwt. De effectiviteit van de primaire processen is voor interne en externe klanten is een belangrijke graadmeter voor het succes van de organisatie. Ook hier wordt per bedrijfsonderdeel de stand van zaken weergegeven. Er wordt hard gewerkt aan het vormgeven en uniformeren van de werkwijze binnen het bedrijfsbureau. Eén van de zaken die daarbij van belang is betreft het formuleren van KSF’s en KPI’s en PI’s. Met het formuleren hiervan is een start gemaakt in het eerste kwartaal. Wel van belang is, ook in het kader van het financiële rechtmatig handelen van de organisatie, de stand van zaken aan te geven met betrekking tot de (verbijzonderde) interne controle voor een aantal belangrijke bedrijfsprocessen. Ten aanzien van de personeelsregelingen is getoetst of de interne regelgeving in strijd is met de hogere wet- en regelgeving. Dat blijkt niet het geval te zijn. Dit komt deels voort uit het feit dat de regelingen met de fusie van Lococensus en Tricijn heel recentelijk nog opgesteld zijn. Het is van belang de regelingen rechtmatig te houden door in het proces op te nemen dat de regelingen geactualiseerd moeten worden wanneer de SAW gewijzigd wordt. Managementletter/accountantscontrole Eind januari, begin februari hebben bij de beide fusieorganisaties accountantscontroles plaatsgevonden. Deze controles hebben geresulteerd in goedkeurende controleverklaringen. Er waren evenwel een aantal niet al te zware aandachtspunten voor beide organisaties. Aan deze aandachtspunten wordt gewerkt. In de tweede bestuursrapportage zal op dit onderwerp dieper worden ingegaan. Primair proces Ten aanzien van het primaire proces stonden tot en met maart 2011 diverse interne controles op de planning. Door omstandigheden (interne controle 2010, sabbatical AO/IC-adviseur en ziekte van zijn vervanger) zijn nog niet alle interne controles die gepland stonden uitgevoerd. Dit wordt ingelopen voor de interim controle van de accountant die van 6-10 juni 2011 staat gepland. Bij de controles die wel (deels) zijn uitgevoerd, zijn de bevindingen als volgt: Door de afdeling bestandsbeheer op de locatie Zwolle is de interne controle op de tariefregistratie in het belastingsysteem uitgevoerd. Samengevat waren de bevindingen van de interne controle dat de tarieven juist, tijdig en volledig zijn ingevoerd. Er is een risico geconstateerd op foute invoer van tarieven bij waterbedrijf Vitens. De tarieven worden namelijk al begin december aan Vitens doorgegeven, terwijl de formele besluitvorming bij de waterschappen soms nog moet plaatsvinden. Als vanaf belastingjaar 2012 het meeliften bij Vitens wordt gestaakt verdwijnt dit risico. De afdeling bestandsbeheer op de locatie Zwolle heeft daarnaast getoetst of de interne regelgeving niet in strijd is met hogere wet- en regelgeving. De bevinding was dat dit niet het geval is. Hierover heeft nog geen verbijzonderde interne controle plaatsgevonden. Op de locatie Zwolle worden de WOZ mutaties op een andere wijze plaats dan in het verleden het geval was. De gegevens die de gemeenten aanleveren zijn nu leidend. Mogelijk heeft deze werkwijze consequenties voor de opbrengst watersysteemheffing gebouwd. Na de aanslagoplegging 2011 zal een evaluatie plaatsvinden. De komende maanden vindt een inhaalslag plaats als het gaat om de verbijzonderde controles. In de tweede bestuursrapportage kan na verwachting gerapporteerd worden dat de Interne Controle op schema ligt en welke bevindingen tot dan toe zijn gerealiseerd. De bestanden die benodigd zijn voor het opleggen van de belastingaanslagen vanuit de locatie Harderwijk waren tijdig gereed, zodat ongeveer 623.000 aanslagen 2011 voor de zuiveringsheffing/verontreinigingsheffing, voor woonruimten, de watersysteemheffing ingezetenen, de
12
forfaitaire aanslagen voor bedrijfsruimten en de voorlopige aanslagen voorbedrijfsruimten binnen de SLA genoemde termijnen zijn opgelegd. Inmiddels is ook een aanvang gemaakt met het opleggen van een deel van de aanslagen watersysteemheffing gebouwd en ongebouwd. In het eerste kwartaal werden in totaal ruim 718.000 aanslagen opgelegd. Ook op de locatie Zwolle heeft in het eerste kwartaal de focus gelegen op het opleggen van de aanslagen Zuiveringsheffing/verontreinigingsheffing en ingezetenenheffing in januari, bedrijven in februari en watersysteemheffing vanaf maart. De aanslagoplegging van januari bestond uit aanslagen vanuit het eigen belastingsysteem en aanslagen vanuit de Vitens (meelift)bestand. De aanslagoplegging vond plaats binnen de in de SLA daarover afgesproken termijnen. Dit jaar is het gelukt al in maart aanslagen watersysteemheffing op te leggen. Dit is weer eerder in het jaar dan voorheen. In het eerste kwartaal werden in totaal ruim 941.000 aanslagen opgelegd. De binnengekomen en verwerkte bezwaar- en verzoekschriften zijn binnen de wettelijke termijn afgedaan. Naar verwachting worden de nog te verwerken bezwaar- en verzoekschriften tijdig afgedaan. Natuur De afhandeling van de zogenaamde natuurbezwaren voor de locatie Harderwijk is medio februari 2011 gestart. Bij de grote terreinbeheerders is het verzoek neergelegd tot nadere motivering van het bezwaarschrift. Bij de particulieren blijkt ook dat vaak nadere informatie van belastingplichtige of het waterschap noodzakelijk is, dan wel controles van de situatie ter plekke moeten worden uitgevoerd. Vanuit de locatie Zwolle zijn in het eerste kwartaal enkele waterschappen bezocht om samen met vooral de juridische medewerkers uit de werkgroep Natuur tot een gezamenlijke visie, over de afwikkeling van de zogenaamde natuurbezwaren, te komen. Hierdoor zijn, ten aanzien van een aantal beroepszaken, de verweerschriften gezamenlijk opgesteld waarna het GBLT de waterschappen in rechte heeft vertegenwoordigd. Invordering In 2011 wordt verder gevolg gegeven aan de ontwikkeling van een nog efficiënter invorderingsmodel. Belangrijk kenmerk van dit model is een verdergaand onderscheid tussen de fase “massale invordering” en de fase waarin door middel van individuele klantbenadering de deurwaarder een meer nadrukkelijke rol gaat spelen. Inmiddels zijn de resultaten bekend van de speciale acties die in november 2010 t/m februari 2011 (locatie Harderwijk) zijn afgerond door een extern invorderingsbureau. Deze acties hadden als doel niet zozeer het financiële resultaat, maar werden voornamelijk georganiseerd om het GBLT te profileren als invorderingsorganisatie teneinde de betalingsmoraal van de burger te stimuleren. De acties vonden plaats in de late middaguren en ’s avonds werd doorgewerkt tot ca. 21.30 uur. Indien een belastingschuldige niet thuis werd aangetroffen, keerde men uiterlijk de volgende dag terug. Er werd (een selectie van) 161 dossiers aangeboden waarin 690 belastingvorderingen waren vervat. In totaal werden ruim 90% van de belastingschuldigen thuis aangetroffen. Uiteindelijk is er 14 keer met behulp van de politie binnengetreden en 7 maal is daadwerkelijk tot executoriale verkoop overgegaan. Deze speciale acties werden overigens nog beperkt tot de gemeentelijke gebieden Almere en Lelystad. In een volgend traject zal ook de gemeente Amersfoort in deze acties worden meegenomen, omdat in deze gemeente dan ook meer dan twee heffingsjaren kunnen openstaan. Kwijtschelding In 2011 is op de locatie Harderwijk een vervolg gegeven aan het geautomatiseerd toekennen van kwijtschelding, gebaseerd op gegevens die getoetst zijn door het Inlichtingenbureau. Het Inlichtingenbureau is een stichting die onder supervisie van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tracht een tweetal hoofddoelstellingen te realiseren: 1. administratieve lastenverlichting voor de burgers; 2. besparing op uitvoeringskosten van overheden.
13
Door gegevensuitwisseling met het UWV, de Rijksbelastingdienst en de Rijksdienst voor het wegverkeer heeft het Inlichtingenbureau beoordeeld of belastingschuldigen die in 2010 voor kwijtschelding in aanmerking kwamen, op basis van de resultaten van een massale inkomens- en vermogenstoets ook in 2011 recht hebben op kwijtschelding van de zuiveringsheffing en ingezetenenomslag. Het invullen en indienen van een aanvraagformulier (vergezeld met vaak vele bijlagen) kan dan achterwege blijven, hetgeen een aanzienlijke administratieve verlichting voor de burger is. Inmiddels is aan ongeveer 6.400 belastingschuldigen op deze wijze kwijtschelding verleend. Dit is ongeveer 55% van het aantal aangeboden verzoeken om toetsing. Daarnaast is ook aan 5.300 belastingschuldigen geautomatiseerd kwijtschelding verleend op basis van bestanden die door gemeenten aan het GBLT beschikbaar zijn gesteld omdat we deze niet zelf konden opvragen bij het Inlichtingenbureau (Vitens, 90% norm) of als gevolg van andere samenwerkingsafspraken met gemeenten. Op de locatie Zwolle wordt op verzoek van en voor het waterschap Regge en Dinkel een speciale actie uitgevoerd die gericht is op het verlenen van kwijtschelding over het jaar 2010. Op basis van de verleende kwijtscheldingen in het verleden zijn de belastingschuldigen aangeschreven die mogelijk voor kwijtschelding in aanmerking komen, maar daar nog niet om hebben verzocht. De kosten voor het aanschrijven en het genereren van het bestand komen voor rekening van Waterschap Regge en Dinkel. De overige kosten worden volgens afspraak in het algemeen bestuur van Lococensus bekostigd uit het resultaat van de (Lococensus) jaarrekening 2010 en komen derhalve nog ten laste van die waterschappen. Naar aanleiding van het verzoek zijn door de afdeling Invordering op basis van de verleende kwijtscheldingen in het verleden belastingschuldigen aangeschreven die mogelijk voor kwijtschelding in aanmerking komen, maar daar nog niet om hebben verzocht. Het beoordelen van de aanvragen kwijtschelding en de berekening is extern uitbesteed aan het gespecialiseerde bedrijf. De kosten voor het aanschrijven en het genereren van het bestand komen voor rekening van Waterschap Regge en Dinkel. De kosten voor het extern uitbesteden en het intern verwerken van de extra uitspraken kwijtschelding in de belastingpakketten IBS en Sap (Vitens) worden uit het resultaat van de jaarrekening 2010 van Lococensus bekostigd en worden ingeschat op een bedrag van om en nabij € 105.000,--. Klantcontacten De belastingplichtigen kunnen op een aantal manieren met het GBLT in contacttreden: 1. Kantoorbezoek 2. Schriftelijke communicatie via brief en/of fax 3. Elektronische communicatie via ons webadres 4. Telefonisch contact Het feitelijke klantbezoek komt zelden voor, denk hierbij aan enkele keren per maand. Het gaat dan vaak om oudere klanten of klanten die onze taal minder goed machtig zijn. Schriftelijke communicatie, in de vorm van ingediende bezwaarschriften tegen de aanslagen, komt erg veel voor. In het eerste kwartaal werden de volgende hoeveelheden bezwaarschriften verwerkt.
Groot Salland Reest en Wieden Regge en Dinkel Rijn en IJssel Vallei en Eem Veluwe Velt en Vecht Zuiderzeeland
ZHW WVOW WSH I 865 431 1.240 1.669 489 543 262 320 5.819
ZH B WVOB 48 18 73 115 85 70 27 83 519
WSH G/O/N
Totaal
31 15 29 60
5 9 149
14
944 464 1.342 1.844 574 613 294 412 6.487
Periodiek worden uit de ontvangen post willekeurige klantreacties gesorteerd die door het management worden bezien om te komen tot een nog betere/duidelijkere benadering van de belastingplichtigen. Het GBLT werd in de eerste drie maanden van dit jaar bijna 62.000 keer telefonisch benaderd. De websites van beide locaties werden in deze periode bijna 72.000 maal bezocht. In het eerste kwartaal werden 3 klachten ontvangen. Géén van deze klachten betrof een bejegeningsklacht.
15
1.5 Management van middelen 1.5.1 Exploitatierekening 2011 De stand van zaken met betrekking tot de uitputting van de begroting 2011 is tot en met 31 maart 2001 als volgt. Daarbij wordt ook een managementinschatting van de totale uitgaven en inkomsten op jaarbasis gegeven. Rekening 2010 (geconsolideerd) 1.426 8.911 14.457 0 0
1.631 8.931 13.415 0 480
408 1.948 7.594 0 0
percentage uitputting van de begroting 25% 22% 57% 0% 0%
Totaal
24.794 33 11 22.891 0 3.515 0
24.457 66 0 21.677 0 2.714 0
9.950 14 0 10.747 0 304 0
41% 22% 0% 50% 0% 11% 0%
24.457 66 0 21.677 0 2.714 0
Totaal
26.450
24.457
11.066
45%
24.457
1.656
0
1. Rente en afschrijving 2. Personeelslasten 3. Goederen en diensten 4. Bijdragen aan derden 5. Toevoeging en voorzieningen/onvoorzien
1. Financiële baten 2. Personeelsbaten 3. Goederen en diensten aan derden 4. Bijdragen van derden 5. Waterschapsbelastingen 6. Interne verrekeningen
Resultaat
Begroting 2011 (na wijziging)
realisatie 2011 t/m mrt 2011
prognose 2011 einde jaar 1.631 8.977 13.581 0 268
0
Hieronder worden belangrijke constateringen en/of afwijkingen weergegeven, Vooralsnog wordt, naar aanleiding van een aantal lichte afwijkingen, nog geen voorstel tot wijziging van de begroting gedaan. Deze afwijkingen zullen thans ten laste van de post onvoorzien worden gebracht. Een eventuele begrotingswijziging zal worden voorgesteld in de tweede bestuursrapportage. Kosten 1. rente en afschrijving De kosten van rente en afschrijving zijn in lijn met de begroting, zoals deze na wijziging werd vastgesteld. 2. Personeelslasten De personeelslasten blijven ogenschijnlijk binnen de verwachting die bij het opstellen van de begroting is uitgesproken. Echter, de personeelsbezetting over het eerste kwartaal is 1,77 fte hoger dan begroot. Dit is voor het merendeel (1,34 fte) veroorzaakt doordat, de nieuwe CAO aan deeltijders de mogelijkheid heeft geboden om hun oorspronkelijke werktijd te handhaven bij de overgang van een 37-urige naar een 36-urige werkweek. Op jaarbasis heeft dit tot gevolg dat de loonkosten de begroting 2011 met een bedrag van € 46.000,-overschrijden. Hiervan werkt een bedrag van € 35.000,-- structureel door in de begrotingen 2012 en verder. Voorgesteld wordt om de begroting 2011 in opwaartse zin met dit bedrag bij te stellen. Voor 0,43 fte is sprake van tijdelijke werktijduitbreiding voor het jaar 2011 op grond van het keuzesysteem. 3. Goederen en diensten De goederen en diensten lopen met een uitputting van 57% uit de pas. Dit in grote mate veroorzaakt doordat de declaratie van ruim € 4.500.000.-- van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, in verband met de bijdrage die moet worden geleverd voor de kosten van taxatie op grond van de wet waardering onroerende zaken, in het eerste kwartaal moest worden betaald.
16
Daarnaast is op basis van de reeds gedane uitgaven gebleken dat een de kosten van druk- en bindwerk op de locatie Zwolle voor een bedrag van € 106.000,-- te laag zijn ingeschat. Verder is geconstateerd dat de kosten die gemoeid zijn met het afnemen van gegevens uit (authentieke) registraties voor € 60.000,-- te laag in de geconsolideerde begroting zijn opgenomen. Beide laatst genoemde bedragen zijn structureel en werken dus ook door in de begrotingen van 2012 en verder. 4. Bijdrage aan derden De kostensoort omvat de betalingen van het GBLT waartegenover geen direct aanwijsbare prestatie staat. Dergelijke betalingen worden door het GBLT niet verricht. 5. Toevoeging aan voorzieningen/onvoorzien De lichte overschrijdingen (in totaal € 212.000,--) zullen vooralsnog ten laste van de post onvoorzien worden gebracht. Opbrengsten 1. Financiële baten De financiële baten (i.c. de renteopbrengsten) lopen nagenoeg in de pas met datgene dat is begroot. 2. Personeelsbaten Onder de personeelsbaten vallen onder andere baten in verband met salarissen en sociale lasten zoals, uitkeringen ingevolge de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet en de Ziektewet, uitkeringen bij ongevallen ingevolge de Verhaalswet ongevallen ambtenaren en werkgelegenheidssubsidies. Voorts heeft deze opbrengstsoort betrekking op de vergoeding die het GBLT ontvangt indien het personeel aan derden beschikbaar stelt. Er zien hiervoor noch opbrengsten geraamd, noch ontvangen. 3. Goederen en diensten aan derden Deze begrotingspost is als volgt opgebouwd. Begroting 2011 (na wijziging) bijdragen deelnemende waterschappen compensatie kadastraalrecht telecommunicatieopbrengsten Totaal
realisatie 2011 t/m mrt 2011
21.473.000 204.200 0
10.736.500 0 10.556
21.677.200
10.747.056
De betalingen van de deelnemers in de gemeenschappelijke regeling zijn per kwartaal bij vooruitbetaling verschuldigd. De betalingen over de eerste twee kalenderkwartalen (voor 2011 € 5.368.250,-- per kwartaal) zijn inmiddels verwerkt. De compensatie kadastraal recht is nog niet ontvangen. Inmiddels is wel ruim € 10.000,-- aan telecommunicatieopbrengsten ontvangen. 4. Bijdragen aan derden Deze opbrengstsoort is voor het GBLT niet van toepassing. 5. Waterschapbelastingen Onder deze opbrengstsoort worden de ontvangen in rekening gebrachte kosten ter zake van het verzenden van aanmaningen, dwangbevelen etc. geboekt. De opbrengst blijft op dit moment achter omdat de verzending van aanmaningen en dwangbevelen voor de bulkverzending van aanslagen nog moet plaatsvinden. 6. Interne verrekeningen Deze opbrengstsoort is voor het GBLT niet van toepassing.
17
2 Resultaat 2.1 Medewerkers GO Het Georganiseerd Overleg (GO) is een overleg tussen werkgever en werknemers. In 2010 zijn afspraken gemaakt over het Sociaal Plan fase 1 en over diverse arbeidsvoorwaardenregelingen van de medewerkers. Voor drie regelingen zijn de onderhandelingen in 2011 doorgegaan. Het GO heeft op 6 april een akkoord bereikt over de volgende drie regelingen: 1. Vakantie- en verlofregeling 2. Regeling vergoeding kosten woon-werkverkeer 3. Telewerkregeling De volgende stap is dat deze regelingen door het dagelijks bestuur worden bekrachtigd. Voor de verdere organisatieontwikkeling wordt in overleg met het GO voor de zomer een Sociaal Plan “fase 2” opgesteld.
RI&E De medewerkers van het team heffingtechnologie (Harderwijk) lopen tijdens het uitvoeren van hun werkzaamheden risico’s met betrekking tot veiligheid, gezondheid en welzijn. In de jaren 2008 t/m 2010 zijn, naar aanleiding van een in december 2007 uitgevoerde risico-inventarisatie en evaluatie, diverse maatregelen ondernomen om de risico’s zoveel mogelijk te beperken. Ook in 2011 wordt hier, door een actief arbo-beleid, (doorlopend) een vervolg aan gegeven. MTO Uit een onderzoek naar de medewerkertevredenheid (MTO) eind 2009 op de locatie Harderwijk bleek dat relatief veel medewerkers last hebben van hoge werkdruk en werkstress. Dat is als een verbeterpunt aangemerkt dat projectmatig wordt opgepakt. Via de arbodienst wordt een analyse-instrument ingezet dat de individuele medewerker een spiegel voorhoudt over hoe het staat met zijn fysieke en mentale vitaliteit, betrokkenheid en knelpunten en dat hem individuele adviezen geeft voor concrete verbeterpunten. De organisatie krijgt een rapportage en aanbevelingen voor verbeteringen op groepsniveau. Deze zullen, indien nodig, leiden tot gerichte vervolgacties. Stakeholder
Medewerkers
SBF
Goede en veilige werkomstandigheden
PI
NORM
Werkplekken aangepast aan de (nieuwe) medewerker
100%
Ingerichte en werkende BHV organisatie
Wettelijke norm
Aantal bedrijfsongevallen
0
RI&E en vervolgacties conform planning
100%
Aantal consulten bij vertrouwenspersoon
Nulmeting in 2011
Ziekteverzuimcijfer
< 5%
Verzuimfrequentie
< 1,5
Het ziekteverzuim en de meldfrequentie worden gemeten. Door de ingebruikname van het nieuwe HR-pakket van Raet loopt de rapportage daarover echter vertraging op.
18
2.2 Opdrachtgevers Door de waterschappen Vallei en Eem, Veluwe en Zuiderzeeland worden in 2011 toenemende mate discrepantieonderzoeken uitgevoerd. Bij de uitvoering van deze discrepantieonderzoeken worden ook medewerkers van de locatie Harderwijk (team Heffingstechnologie) betrokken. Door de toename van het aantal onderzoeken en de wijze waarop de onderzoeken worden uitgevoerd is het aantal door het GBLT te leveren uren voor die onderzoeken sterk toegenomen. Ook in 2011 zal het GBLT nauw worden betrokken bij de uitvoering van discrepantieonderzoeken. Aangezien in 2010 enige discussie is ontstaan over de verantwoordelijkheden ten aanzien van de discrepantieonderzoeken (en daardoor ook de positie van de medewerkers die zich bezighouden met heffingstechnologie) zullen met de betreffende waterschappen in 2011 hierover duidelijke afspraken worden gemaakt.
19
2.2.1 Waterschap Groot Salland Onderstaand de stand van zaken met betrekking tot de aanslagoplegging over het belastingjaar 2011. Het eerste overzicht geeft de heffingseenheden aan. Het tweede overzicht is de vertaling van de eenheden naar belastingopbrengsten in euro’s. De cijfers onder het kopje “jaarrekening 2010” geven de eenheden respectievelijk bedragen aan die per 31 december 2010 waren gerealiseerd inclusief de raming nog op te leggen over het belastingjaar 2010.
eenheden x 1.000 Omschrijving
Overzicht heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Groot Salland Jaarrekening Begroot Stand per 2010 2011 31-mrt-11
Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Watersysteemheffing eenheden ingezetenen WOZ waarde binnendijks gebouwd WOZ waarde buitendijks gebouwd ha ongebouwd binnendijks ha ongebouwd buitendijks ha natuurterreinen
euro's x 1.000 Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruim ten Subtotaal
Prognose 31-dec-11
365,5 129,0 494,5
372,0 122,7 494,7
361,9 124,4 486,3
369,4 125,4 494,8
1,4 0,0 1,4
1,5 0,0 1,5
1,6 0,0 1,6
1,6 0,0 1,6
153,7 155,5 45.530.325,8 45.618.000,0 471.812,7 ?? 82,0 82,2 5,1 5,3 13,2 12,8
Belastingopbrengsten waterschap Groot Salland Jaarrekening Begroot 2010 2011
154,5 155,5 0,0 45.618.000,0 0,0 ?? 0,0 82,2 0,0 5,3 0,0 12,8
Stand per 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
17.685,6 6.244,2 23.929,9
17.998,7 5.937,5 23.936,1
17.512,3 6.019,7 23.532,1
17.875,3 6.068,1 23.943,4
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruim ten Subtotaal
67,5 1,4 68,9
72,6 0,0 72,6
77,4 0,0 77,4
77,4 0,0 77,4
Watersysteemheffing ingezetenen binnendijks gebouwd buitendijks gebouwd ongebouwd binnendijks ongebouwd buitendijks natuurterreinen Subtotaal
8.568,8 18.212,1 47,2 4.864,0 74,9 33,9 31.800,9
9.191,6 19.342,0 ?? 5.155,5 82,3 34,0 33.805,5
9.132,5 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 9.132,5
9.191,6 19.342,0 47,2 5.155,5 82,3 34,0 33.852,7
Totaal heffingen Kwijtschelding Oninbaar Netto te innen
55.799,7 803,3 46,0 54.950,4
57.814,2 884,0 125,0 56.805,2
32.742,0 264,5 0,0 32.477,5
57.873,5 884,0 200,3 56.789,2
20
Zuiveringsheffing woonruimten Het verschil tussen het in de begroting opgenomen aantal heffingseenheden en het tot en met 31 maart 2011 gerealiseerde heffingseenheden is 10.100. Dit aantal staat garant voor een bedrag van ruim € 486.000,--. Door de foutieve jaarproductie aanslagen 2011 van Vitens moeten nog ongeveer 2.500 aanslagen voor 3 vervuilingseenheden (Ve) en bijna 30 aanslagen voor 1 Ve worden opgelegd. De verwachting is dat daardoor per 31 december 2011 in totaliteit ongeveer 369.400 Ve zal zijn gepresteerd. Het (negatieve) verschil komt daardoor op 0,7%. De verwachting is dat al deze nog op te leggen aanslagen in juni 2011 zijn geproduceerd. Daarnaast is bij waterbedrijf Vitens een verzoek neergelegd tot analyse van de verschillen die bestaan tussen de rapportages die zelfstandig door het GBLT worden gegenereerd en die van Vitens. Daarnaast is bij Vitens gereclameerd over de volledigheid van het bestand dat gebruikt wordt voor het opleggen van de aanslagen waterschapsbelastingen. Bij het GBLT bestaat de indruk dat niet alle belastingplichtigen die mogelijk konden worden aangeslagen ook daadwerkelijk een aanslag over het belastingjaar 2011 hebben ontvangen. De uitslagen van deze onderzoeken worden in het tweede kwartaal van dit jaar verwacht, waarna de waterschappen direct over de resultaten zullen worden ingelicht. Indien blijkt dat daadwerkelijk te weinig belastingplichtigen zijn aangeslagen, zullen herstelacties worden uitgevoerd. Zuiveringsheffing bedrijfsruimten Het verschil tussen het in de begroting opgenomen aantal heffingseenheden en de realisatie per 31 maart 2011 is 1.700 Ve, ofwel een bedrag van ongeveer € 82.000,-- in positieve zin. In het belastingsysteem staan nog bijna 95 voorlopige aanslagen 2011 klaar voor oplegging. Uitgaande van een gemiddelde voorlopige aanslag van 10 Ve, betekent dit dat nog voor een bedrag van ongeveer € 46.000,-- moet worden opgelegd. Waardoor het totaal aantal Ve voor bedrijfsruimten uit zal komen op 125.400 per ultimo 2011. Verontreinigingsheffing woonruimten en bedrijfsruimten Het verschil tussen begroting (1.500 Ve) en opgelegd (1.600 Ve) is verwaarloosbaar. Watersysteemheffing ingezetenen Om dezelfde redenen als vermeld bij de zuiveringsheffing voor woonruimten blijft het aantal heffingseenheden ten aanzien van de watersysteemheffing ingezetenen achter bij de begroting. De verwachting hier is echter dat per ultimo 2011 het verschil zal zijn genivelleerd. Verschil begroot/netto opgelegd is - € 58.182,35 (-0,63%). Net als voor de zuiveringsheffing woonruimten aan bij Vitens om opheldering verzocht over mogelijke fouten in de bestanden. Kwijtschelding 2011 Voor de zuiveringsheffing 2011 werd inmiddels voor 3.401 Ve (circa € 164.500,--) kwijtgescholden. Voor de watersysteemheffing ingezetenen ging het hierbij 1.691 eenheden (circa € 99.950,--). Het kwijtscheldingsproces is nog niet afgerond. Ingeschat wordt dat het totaal kwijt te schelden bedrag ongeveer uitkomt op het bedrag dat in de begroting werd ingeschat. Oninbaar 2011 Over het belastingjaar 2011 werden nog geen bedragen oninbaar geleden. In afwijking van de praktijk, zoals deze wordt uitgevoerd op de locatie Harderwijk, wordt niet (definitief) oninbaar geleden dan nadat het dagelijks bestuur daartoe vooraf expliciet heeft besloten. In de tweede bestuursrapportage zal op het onderdeel oninbaarheid dieper worden ingegaan. De prognose oninbaar aan het einde van het jaar is op dit moment, voorzichtigheidshalve, gesteld op de in de SLA opgenomen percentages.
21
Oude jaren Hierna wordt de stand van zaken aangegeven met betrekking tot de realisatie van de voorgaande belastingjaren, waarvan de raming bij de jaarrekening 2010 werd aangegeven.
belastingoverzicht oude jaren waterschap Groot Salland in euros Bijstelling Prognose oude jaren belastingjaar 2010
Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
Totale prognose oude jaren
Realisatie t/m 31-3-2011
0 35.000 35.000
0 75.900 75.900
0 110.900 110.900
111.144 -856.810 -745.666
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
0 0 0
0 0 0
0 0 0
19.369 15.570 34.939
Watersysteemheffing ingezetenen binnendijks gebouwd buitendijks gebouwd ongebouwd binnendijks ongebouwd buitendijks natuurterreinen totaal
0 0 0 0 0 0 0
0 15.800 0 13.300 300 0 29.400
0 15.800 0 13.300 300 0 29.400
4.379 -10.429 27 2.442 -1.966 299 -5.248
In totaliteit werd voor voorgaande belastingjaren in het eerste kwartaal van dit jaar nog een negatief bedrag van € 714.975,-- opgelegd. Opvallend zijn daarbij de hoge bedragen die bij de zuiveringsheffing voor zowel woonruimten als bedrijfsruimten daarbij naar voren komen. De opgelegde aanslagen zuiveringsheffing woonruimten komen deels op het conto van het herstel van fouten in de Vitens bestanden. Voor de bedrijfsruimten heeft dit onder meer te maken met de vernietiging van een belastingaanslag van ruim € 942.000,-- die aan een bedrijf werd opgelegd, in verband met een opgetreden calamiteit. Debiteurenpositie Onderstaande tabel geeft de debiteurenpositie weer van de belastingaanslagen die door middel van het eigen belastingsysteem worden geheven en geïnd.
laatste vervaldag < 6 maanden > 6 < 12 maanden > 12 < 24 maanden > 24 maanden
watersysteemheffing gebouwd/ongebouwd/natuur aantal bedrag
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing I.H. woonruimten aantal bedrag
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing bedrijfsruimten aantal bedrag
21.113 910
€ 5.284.322 € 88.069
659 6
€ 99.847 € 1.206
7.445 19
€ 4.462.809 € 1.853
22.023
€ 5.372.390
665
€ 101.052
7.464
€ 4.464.662
Invorderprocedure Algemeen niet naar bel.soort aantal bedrag 12
€ 1.159
470 375 857
€ 67.908 € 71.111 € 140.179
Het totale openstaande saldo per ultimo maart 2011 bedroeg € 10.078.283,--. Voor de meeste van deze aanslagen is de laatste vervaldag (voorlopige aanslagen bedrijfsruimten) nog niet gepasseerd, dan wel zijn inmiddels aanmaningen verzonden. Het openstaand saldo van aanslagen waarvan de laatste vervaldag meer dan 6 maanden geleden lag is ongeveer € 230.000,--. Er wordt gestreefd naar een zo snel mogelijke inning van de aanslagen. De in de SLA geven indicator is dat het openstaand bedrag 6 maanden na de laatste vervaldag van de aanslag slechts 0,5% van het opgelegd bedrag mag zijn.
22
Per einde van de rapportage was het openstaand bedrag (> 6 maanden na de laatste vervaldag) “slechts”0,19% van het opgelegd bedrag.
Stopcodes Stopcodes worden in het belastingsysteem ingegeven met als doel enerzijds indien noodzakelijk te invordering te blokkeren omdat bijvoorbeeld nog uitzoekacties moeten plaatsvinden, maar anderzijds om een bepaalde invorderingsprocedure te markeren, waarbij het ongewenst is geautomatiseerde invorderingsacties te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld tijdens de behandeling van een kwijtscheldingsverzoek). De stopcodes worden op basis van ouderdom (> 6 maanden) eenmaal per kwartaal gecontroleerd en in voorkomende gevallen vrijgegeven. In maart heeft de eerste controle plaatsgevonden. Het aantal actieve stopcodes (waarvoor de invordering daadwerkelijk stil ligt) is voor de W5 waterschappen in totaliteit 146 stuks voor een totaal openstaand bedrag van € 26.835,--
23
2.2.2 Waterschap Reest en Wieden Onderstaand de stand van zaken met betrekking tot de aanslagoplegging over het belastingjaar 2011. Het eerste overzicht geeft de heffingseenheden aan. Het tweede overzicht is de vertaling van de eenheden naar belastingopbrengsten in euro’s. De cijfers onder het kopje “jaarrekening 2010” geven de eenheden respectievelijk bedragen aan die per 31 december 2010 waren gerealiseerd inclusief de raming nog op te leggen over het belastingjaar 2010.
eenheden x 1.000 Omschrijving Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Watersysteemheffing eenheden ingezetenen WOZ waarde gebouwd ha ongebouwd ha natuurterreinen
euro's x 1000 Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
Overzicht heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Reest en Wieden Jaarrekening Begroot Stand per 2010 2011 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
220,9 113,0 333,9
240,0 95,0 335,0
221,0 108,0 329,0
222,0 108,1 330,1
0,1 0,0 0,1
0,0 0,0 0,0
0,0 0,0 0,0
0,0 0,0 0,0
88,8 90,4 25.628.796,5 25.190.000,0 85,7 84,9 35,0 39,4 Belastingopbrengsten waterschap Reest en Wieden Jaarrekening Begroot 2010 2011
89,1 89,3 0,0 25.190.000,0 0,0 84,9 0,0 39,4
Stand per 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
11.822,5 6.046,0 17.868,5
13.017,6 5.152,8 18.170,4
11.987,0 5.857,9 17.845,0
12.041,3 5.863,3 17.904,6
2,7 0,0 2,7
0,0 0,0 0,0
0,0 0,0 0,0
0,0 0,0 0,0
Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd ongebouwd natuurterreinen Subtotaal
7.399,1 9.815,8 3.594,9 57,4 20.867,3
7.925,4 10.126,4 3.900,2 64,6 22.016,5
7.811,4 0,0 0,0 0,0 7.811,4
7.828,9 10.126,4 3.900,2 64,6 21.920,1
Totaal heffingen Kwijtschelding Oninbaar Netto te innen
38.738,5 683,0 17,0 ?? 38.038,5
40.186,9 765,0
25.656,4 348,8 0,0 25.307,6
39.824,7 765,0 148,7 38.911,0
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
39.421,9
24
Zuiveringsheffing woonruimten Het verschil tussen het in de begroting opgenomen aantal heffingseenheden is 19.000 in negatieve zin. Dit aantal staat garant voor een bedrag van ruim € 1.030.000,--. Door de foutieve jaarproductie aanslagen 2011 van Vitens moeten nog ongeveer 285 aanslagen voor 3 vervuilingseenheden (Ve) en 4 aanslagen voor 1 Ve worden opgelegd. De verwachting is dat daardoor per 31 december 2011 in totaliteit ongeveer 222.000 Ve zal zijn gepresteerd. In de begrotingscijfers voor de woonruimten zijn ook nog de forfaitaire bedrijven opgenomen, die momenteel via het IBS systeem worden opgelegd en geïnd. In de tellingen worden deze forfaitaire bedrijven nu onder de bedrijfsruimten meegenomen. Bij waterbedrijf Vitens is een verzoek neergelegd tot analyse van de verschillen die bestaan tussen de rapportages die zelfstandig door het GBLT worden gegenereerd en die van Vitens. Daarnaast is bij Vitens gereclameerd over de volledigheid van het bestand dat gebruikt wordt voor het opleggen van de aanslagen waterschapsbelastingen. Bij het GBLT bestaat de indruk dat niet alle belastingplichtigen die mogelijk konden worden aangeslagen ook daadwerkelijk een aanslag over het belastingjaar 2011 hebben ontvangen. De uitslagen van deze onderzoeken worden in het tweede kwartaal van dit jaar verwacht, waarna de waterschappen direct over de resultaten zullen worden ingelicht. Indien blijkt dat daadwerkelijk te weinig belastingplichtigen zijn aangeslagen, zullen herstelacties worden uitgevoerd. Zuiveringsheffing bedrijfsruimten Het verschil tussen het in de begroting opgenomen aantal heffingseenheden en de realisatie per 31 maart 2011 is 13.000 Ve, ofwel een bedrag van ongeveer € 705.000,-- in positieve zin. In het belastingsysteem staan nog 14 voorlopige aanslagen 2011 klaar voor oplegging. Uitgaande van een gemiddelde voorlopige aanslag van 10 Ve, betekent dit dat nog voor een bedrag van ongeveer € 7.600,-- moet worden opgelegd. Waardoor het totaal aantal Ve voor bedrijfsruimten uit zal komen op 108.100 per ultimo 2011. Verontreinigingsheffing woonruimten en bedrijfsruimten Er is niets geraamd en ook niet opgelegd. Watersysteemheffing ingezetenen Om dezelfde redenen als vermeld bij de zuiveringsheffing voor woonruimten blijft het aantal heffingseenheden ten aanzien van de watersysteemheffing ingezetenen achter bij de begroting. De verwachting hier is echter dat per ultimo 2011 het verschil zal zijn genivelleerd. Net als voor de zuiveringsheffing woonruimten aan bij Vitens om opheldering verzocht over mogelijke fouten in de bestanden. Kwijtschelding 2011 Voor de zuiveringsheffing 2011 werd inmiddels voor 3.507 Ve (circa € 190.000,--) kwijtgescholden. Voor de watersysteemheffing ingezetenen ging het hierbij 1.809 eenheden (circa € 158.595,--). Het kwijtscheldingsproces is nog niet afgerond. Ingeschat wordt dat het totaal kwijt te schelden bedrag ongeveer uitkomt op het equivalent van het aantal eenheden dat in de begroting 2011 werd opgenomen. Oninbaar 2011 Over het belastingjaar 2011 werden nog geen bedragen oninbaar geleden. In afwijking van de praktijk, zoals deze wordt uitgevoerd op de locatie Harderwijk, wordt niet (definitief) oninbaar geleden dan nadat het dagelijks bestuur daartoe vooraf expliciet heeft besloten. In de tweede bestuursrapportage zal op het onderdeel oninbaarheid dieper worden ingegaan. Vooralsnog is bij de raming van het bedrag aan oninbaar, uitgegaan van de in de SLA genoemde (maximale) percentages.
25
Oude jaren Hieronder wordt de stand van zaken aangegeven met betrekking tot de realisatie van de voorgaande belastingjaren, waarvan de raming bij de jaarrekening 2010 werd aangegeven.
belastingoverzicht oude jaren waterschap Reest en Wieden in euro's Bijstelling Prognose oude jaren belastingjaar 2010
Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd ongebouwd natuurterreinen totaal
Totale prognose oude jaren
Realisatie t/m 31-3-2011
13.000 -186.300 -173.300
0 45.400 45.400
13.000 -140.900 -127.900
13.681 -130.887 -117.206
0 0 0
0 0 0
0 0 0
-745 236 -509
0 0 47.250 0 47.250
0 6.400 58.600 0 65.000
0 6.400 105.850 0 112.250
-8.416 -6.819 -6.992 1.708 -20.518
In totaliteit werd voor voorgaande belastingjaren in het eerste kwartaal van dit jaar nog een negatief bedrag van € 138.233,-- opgelegd. De zuiveringsheffing voor bedrijfsruimten ligt daarbij om en nabij de verwachting. Het negatieve bedrag aan watersysteemheffing ingezetenen is te verwaarlozen. Voor de aanslagen gebouwd/ongebouwd/natuur is de verwachting op basis van een onlangs uitgevoerde query dat nog voor ongeveer € 89.000,-- zal worden opgelegd over de jaren 2009 en 2010. Debiteurenpositie Onderstaande tabel geeft de debiteurenpositie weer van de belastingaanslagen die door middel van het eigen belastingsysteem worden geheven en geïnd. laatste vervaldag < 6 maanden > 6 < 12 maanden > 12 < 24 maanden > 24 maanden
zuiveringsheffing watersysteemheffing verontreinigingsheffing gebo uwd/ongebouwd/natuur I.H. woon ruimten aantal bedrag aantal bedrag
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing bedrijfsruimten aan tal bedrag
629
€ 76.9 45
37.813 736
€ 7.305.415 € 123.673
4.681 101
€ 4.353.766 € 24.688
629
€ 76.9 45
38.549
€ 7.429.088
4.782
€ 4.378.454
Invorderprocedure Algemeen niet naar b el.soort aantal b edrag 12 € 35.343 5 € 4.742 433 € 69.779 272 € 134.849 722 € 244.713
Het totale openstaande saldo per ultimo maart 2011 bedroeg € 12.129.200,--. Voor de meeste van deze aanslagen is de laatste vervaldag (voorlopige aanslagen bedrijfsruimten) nog niet gepasseerd, dan wel zijn inmiddels aanmaningen verzonden. Het openstaand saldo van aanslagen waarvan de laatste vervaldag meer dan 6 maanden geleden lag is ongeveer € 434.676,--. Er wordt gestreefd naar een zo snel mogelijke inning van de aanslagen. De in de SLA geven indicator is dat het openstaand bedrag 6 maanden na de laatste vervaldag van de aanslag slechts 0,5% van het opgelegd bedrag mag zijn. Per einde van de rapportageperiode was het openstaand bedrag (> 6 maanden na de laatste vervaldag) voor de W5 waterschappen “slechts” 0,19% van het opgelegd bedrag.
26
Stopcodes Stopcodes worden in het belastingsysteem ingegeven met als doel enerzijds indien noodzakelijk te invordering te blokkeren omdat bijvoorbeeld nog uitzoekacties moeten plaatsvinden, maar anderzijds om een bepaalde invorderingsprocedure te markeren, waarbij het ongewenst is geautomatiseerde invorderingsacties te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld tijdens de behandeling van een kwijtscheldingsverzoek). De stopcodes worden op basis van ouderdom (> 6 maanden) eenmaal per kwartaal gecontroleerd en in voorkomende gevallen vrijgegeven. In maart heeft de eerste controle plaatsgevonden. Het aantal actieve stopcodes (waarvoor de invordering daadwerkelijk stil ligt) is voor de W5 waterschappen in totaliteit 146 stuks voor een totaal openstaand bedrag van € 26.835,--.
27
2.2.3 Waterschap Regge en Dinkel Onderstaand de stand van zaken met betrekking tot de aanslagoplegging over het belastingjaar 2011. Het eerste overzicht geeft de heffingseenheden aan. Het tweede overzicht is de vertaling van de eenheden naar belastingopbrengsten in euro’s. De cijfers onder het kopje “jaarrekening 2010” geven de eenheden respectievelijk bedragen aan die per 31 december 2010 waren gerealiseerd inclusief de raming nog op te leggen over het belastingjaar 2010.
eenheden x 1.000 Omschrijving
Overzicht heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Regge en Dinkel Jaarrekening Begroot Stand per 2010 2011 31-mrt-11
Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e.
600,8 239,6 840,4
609,5 235,0 844,5
598,1 226,3 824,4
604,1 227,3 831,4
1,0 0,1 1,1
1,0 1,2 2,2
1,2 0,0 1,2
1,2 0,0 1,2
Watersysteemheffing eenheden ingezetenen 247,1 249,0 WOZ waarde gebouwd 67.558.948,5 64.000.000,0 ha ongebouwd 84,7 84,9 ha ongebouwd wegen 7,3 7,2 ha ongebouwd waterberging 0,4 0,5 ha ongebouwd wegen+waterberging 0,0 0,0 ha natuurterreinen 20,1 20,3
euro's x 1.000 Omschrijving
Belastingopbrengsten waterschap Regge en Dinkel Jaarrekening Begroot 2010 2011
Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
Prognose 31-dec-11
247,9 248,4 0,0 64.000.000,0 0,0 84,9 0,0 7,2 0,0 0,5 0,0 0,0 0,0 20,3
Stand per 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
27.431,7 10.939,5 38.371,2
27.829,8 10.730,1 38.559,9
27.309,2 10.332,9 37.642,1
27.583,7 10.379,9 37.963,6
0,0 46,1
0,0 45,7
0,0 54,8
0,0 54,8
46,1
45,7
54,8
54,8
Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd ongebouwd ha ongebouwd wegen ongebouwd waterberging ongebouwd wegen+waterberging natuurterreinen Subtotaal
10.916,5 21.416,2 3.698,4 634,6 4,8 0,1 44,3 36.714,9
11.411,7 21.696,0 3.884,2 658,8 5,7 0,0 48,3 37.704,7
11.359,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 11.359,1
11.382,7 21.696,0 3.884,2 658,8 5,7 0,0 48,3 37.675,7
Totaal heffingen Kwijtschelding Oninbaar Netto te innen
75.132,2 72,0 93,0 74.967,2
76.310,2 1.257,0 144,0 74.909,2
49.056,0 0,0 0,0 49.056,0
75.694,1 942,0 281,6 74.470,5
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
28
Zuiveringsheffing woonruimten Het verschil tussen het in de begroting opgenomen aantal heffingseenheden is 11.400 in negatieve zin. Dit aantal staat garant voor een bedrag van ruim € 520.600,--. Door de foutieve jaarproductie aanslagen 2011 van Vitens moeten nog ongeveer 1.875 aanslagen voor 3 vervuilingseenheden Ve) en 363 aanslagen voor 1 Ve worden opgelegd. De verwachting is dat daardoor per 31 december 2011 in totaliteit ongeveer 604.000 Ve zal zijn gepresteerd. Bij waterbedrijf Vitens is een verzoek neergelegd tot analyse van de verschillen die bestaan tussen de rapportages die zelfstandig door het GBLT worden gegenereerd en die van Vitens. Daarnaast is bij Vitens gereclameerd over de volledigheid van het bestand dat gebruikt wordt voor het opleggen van de aanslagen waterschapsbelastingen. Bij het GBLT bestaat de indruk dat niet alle belastingplichtigen die mogelijk konden worden aangeslagen ook daadwerkelijk een aanslag over het belastingjaar 2011 hebben ontvangen. De uitslagen van deze onderzoeken worden in het tweede kwartaal van dit jaar verwacht, waarna de waterschappen direct over de resultaten zullen worden ingelicht. Indien blijkt dat daadwerkelijk te weinig belastingplichtigen zijn aangeslagen, zullen herstelacties worden uitgevoerd. Indien blijkt dat daadwerkelijk te weinig belastingplichtigen zijn aangeslagen, zullen herstelacties worden uitgevoerd. Zuiveringsheffing bedrijfsruimten Het verschil tussen het in de begroting opgenomen aantal heffingseenheden en de realisatie per 31 maart 2011 is 8.700 Ve, ofwel een bedrag van ongeveer € 397.200,-- in negatieve zin. In het belastingsysteem staan nog 103 voorlopige aanslagen 2011 klaar voor oplegging. Uitgaande van een gemiddelde voorlopige aanslag van 10 Ve, betekent dit dat nog voor een bedrag van ongeveer € 47.000,-- moet worden opgelegd. Waardoor het totaal aantal Ve voor bedrijfsruimten uit zal komen op 227.300 per ultimo 2011. Verontreinigingsheffing woonruimten en bedrijfsruimten Het aantal directe lozers dat nu in de heffing wordt betrokken is te verwaarlozen. Watersysteemheffing ingezetenen Om dezelfde redenen als vermeld bij de zuiveringsheffing voor woonruimten blijft het aantal heffingseenheden ten aanzien van de watersysteemheffing ingezetenen iets achter bij de begroting. De verwachting hier is echter dat per ultimo 2011 het verschil zal zijn genivelleerd. Net als voor de zuiveringsheffing woonruimten aan bij Vitens om opheldering verzocht over mogelijke fouten in de bestanden. Kwijtschelding 2011 Voor de kwijtscheldingen voor het waterschap is dit jaar een apart traject gestart. Naar verwachting zal het begrootte kwijtscheldingsbedrag niet worden gehaald. Daarom wordt de realisatie per 31 december iets naar beneden bijgesteld. In de tweede bestuursrapportage zal hierover met meer zekerheid kunnen worden geraamd. Oninbaar 2011 Over het belastingjaar 2011 werden nog geen bedragen oninbaar geleden. In afwijking van de praktijk, zoals deze wordt uitgevoerd op de locatie Harderwijk, wordt niet (definitief) oninbaar geleden dan nadat het dagelijks bestuur daartoe vooraf expliciet heeft besloten. In de tweede bestuursrapportage zal op het onderdeel oninbaarheid dieper worden ingegaan. Vooralsnog is bij de raming van het bedrag aan oninbaar, uitgegaan van de in de SLA genoemde (maximale) percentages.
29
Oude jaren Hierna wordt de stand van zaken aangegeven met betrekking tot de realisatie van de voorgaande belastingjaren, waarvan de raming bij de jaarrekening 2010 werd aangegeven.
belastingoverzicht oude jaren waterschap Regge en Dinkel in euro's Bijstelling Prognose oude jaren belastingjaar 2010
Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
Totale prognose oude jaren
Realisatie t/m 31-3-2011
19.000 -35.000 -16.000
0 23.700 23.700
19.000 -11.300 7.700
193.396 -84.024 109.372
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
0 0 0
0 0 0
0 0 0
23.138 -5.420 17.718
Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd ongebouwd ongebouwd wegen ongebouwd waterberging ongebouwd wegen+waterberging natuurterreinen totaal
0 0 0 0 0 0 0 0
0 69.800 17.700 0 0 0 0 87.500
0 69.800 17.700 0 0 0 0 87.500
-1.633 16.066 236 1.880 0 0 282 18.464
In totaliteit werd voor voorgaande belastingjaren in het eerste kwartaal van dit jaar nog een bedrag van € 145.554,-- opgelegd. De opbrengst zuiveringsheffing voor woonruimten ligt extreem hoger dan verwacht. De oorzaak daarvan is gelegen in het herstel van een fout die in 2010 in het Vitens systeem is gemaakt. De zuiveringsheffing voor bedrijfsruimten ligt daarbij iets achter bij de verwachting. Dit wordt voornamelijk veroorzaak door verminderingen van aanslagen over het belastingjaar 2009. Het negatieve bedrag aan watersysteemheffing ingezetenen is te verwaarlozen. Voor de aanslagen gebouwd/ongebouwd/natuur is de verwachting op basis van een onlangs uitgevoerde query dat nog voor ongeveer € 10.500,-- zal worden opgelegd over de jaren 2009 en 2010. Het resultaat zal dus vermoedelijk zo’n € 60.000,-- lager uitvallen. Debiteurenpositie Onderstaande tabel geeft de debiteurenpositie weer van de belastingaanslagen die door middel van het eigen belastingsysteem worden geheven en geïnd.
laatste vervaldag < 6 maanden > 6 < 12 maanden > 12 < 24 maanden > 24 maanden
zuiveringsheffing watersysteemheffing verontreinigingsheffing gebouwd/ongebouwd/natuur I.H. woonruimten aantal bedrag aantal bedrag
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing bedrijfsruimten aantal bedrag
28.757 1.763
€ 4.086.525 € 141.232
586 5
€ 73.003 € 906
11.450 188
€ 8.305.721 € 27.321
30.520
€ 4.227.756
591
€ 73.909
11.638
€ 8.333.042
Het totale openstaande saldo per ultimo maart 2011 bedroeg € 12.775.832,--.
30
Invorderprocedure Algemeen niet naar bel.soort aantal bedrag 22 € 3.171 5 € 1.820 1079 € 71.516 998 € 64.618 2.104 € 141.125
Voor de meeste van deze aanslagen is de laatste vervaldag (voorlopige aanslagen bedrijfsruimten) nog niet gepasseerd, dan wel zijn inmiddels aanmaningen verzonden. Het openstaand saldo van aanslagen waarvan de laatste vervaldag meer dan 6 maanden geleden lag is ongeveer € 307.413,--. Er wordt gestreefd naar een zo snel mogelijke inning van de aanslagen. De in de SLA geven indicator is dat het openstaand bedrag 6 maanden na de laatste vervaldag van de aanslag slechts 0,5% van het opgelegd bedrag mag zijn. Per einde van de rapportageperiode was het openstaand bedrag (> 6 maanden na de laatste vervaldag) voor de W5 waterschappen “slechts” 0,19% van het opgelegd bedrag. Stopcodes Stopcodes worden in het belastingsysteem ingegeven met als doel enerzijds indien noodzakelijk te invordering te blokkeren omdat bijvoorbeeld nog uitzoekacties moeten plaatsvinden, maar anderzijds om een bepaalde invorderingsprocedure te markeren, waarbij het ongewenst is geautomatiseerde invorderingsacties te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld tijdens de behandeling van een kwijtscheldingsverzoek). De stopcodes worden op basis van ouderdom (> 6 maanden) eenmaal per kwartaal gecontroleerd en in voorkomende gevallen vrijgegeven. In maart heeft de eerste controle plaatsgevonden. Het aantal actieve stopcodes (waarvoor de invordering daadwerkelijk stil ligt) is voor de W5 waterschappen in totaliteit 146 stuks voor een totaal openstaand bedrag van € 26.835,--.
31
2.2.4 Waterschap Rijn en IJssel Onderstaand de stand van zaken met betrekking tot de aanslagoplegging over het belastingjaar 2011. Het eerste overzicht geeft de heffingseenheden aan. Het tweede overzicht is de vertaling van de eenheden naar belastingopbrengsten in euro’s. De cijfers onder het kopje “jaarrekening 2010” geven de eenheden respectievelijk bedragen aan die per 31 december 2010 waren gerealiseerd inclusief de raming nog op te leggen over het belastingjaar 2010.
eenheden x 1.000 Omschrijving
Overzicht heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Rijn en IJssel Jaarrekening Begroot Stand per 2010 2011 31-mrt-11
Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Watersysteemheffing eenheden ingezetenen WOZ waarde binnendijks gebouwd WOZ waarde buitendijks gebouwd ha ongebouwd binnendijks ha ongebouwd buitendijks ha natuurterreinen
euro's x 1.000 Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruim ten Subtotaal
Prognose 31-dec-11
626,3 264,2 890,5
633,0 279,2 912,2
614,7 266,6 881,3
620,9 268,1 889,0
0,0 0,0 0,0
1,5 0,0 1,5
0,3 0,0 0,3
0,3 0,0 0,3
257,1 259,6 257,6 258,5 78.574.475,8 76.695.218,6 16.897.148,5 76.695.218,6 214.355,6 218.600,0 63.905,1 218.600,0 128,4 129,5 42,5 129,5 3,2 2,7 1,5 2,7 35,3 26,9 7,1 26,9
Belastingopbrengsten waterschap Rijn en IJssel Jaarrekening Begroot 2010 2011
Stand per 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
25.515,3 10.763,6 36.278,9
25.788,4 11.374,6 37.163,0
25.041,0 10.861,9 35.902,9
25.295,4 10.922,6 36.218,0
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruim ten Subtotaal
0,8 0,0 0,8
61,1 0,0 61,1
12,2 0,0 12,2
12,2 0,0 12,2
Watersysteemheffing ingezetenen binnendijks gebouwd buitendijks gebouwd ongebouwd binnendijks ongebouwd buitendijks natuurterreinen Subtotaal
8.723,4 19.565,0 13,3 3.966,2 24,4 46,2 32.338,6
8.681,0 19.403,9 13,8 4.059,6 21,2 35,7 32.215,1
8.612,5 4.275,0 4,0 1.332,7 12,1 9,4 14.245,8
8.644,0 19.403,9 13,8 4.059,6 21,2 35,7 32.178,1
Totaal heffingen Kwijtschelding Oninbaar Netto te innen
68.618,3 101,0 31,0 68.486,3
69.439,3 450,0 250,0 68.739,3
50.160,9 0,7 0,0 50.160,2
68.408,3 100,0 259,3 68.049,0
32
Zuiveringsheffing woonruimten Het op te leggen bedrag aan zuiveringsheffing blijft met bijna € 750.000,-- fors achter bij de begroting. Mogelijk ligt de oorzaak in verschillen die optreden tussen de rapportages die door Vitens worden verstrekt en de eigen rapportages van het GBLT. Bij Vitens gereclameerd over de volledigheid van het bestand dat gebruikt wordt voor het opleggen van de aanslagen waterschapsbelastingen. Bij het GBLT bestaat de indruk dat niet alle belastingplichtigen die mogelijk konden worden aangeslagen ook daadwerkelijk een aanslag over het belastingjaar 2011 hebben ontvangen. De uitslagen van deze onderzoeken worden in het tweede kwartaal van dit jaar verwacht, waarna de waterschappen direct over de resultaten zullen worden ingelicht. Indien blijkt dat daadwerkelijk te weinig belastingplichtigen zijn aangeslagen, zullen herstelacties worden uitgevoerd. Zuiveringsheffing bedrijfsruimten Het verschil tussen het in de begroting opgenomen aantal heffingseenheden en de realisatie per 31 maart 2011 is 12.600 Ve, ofwel een bedrag van ongeveer € 512.700,-- in negatieve zin. In het belastingsysteem staan nog 149 voorlopige aanslagen 2011 klaar voor oplegging. Uitgaande van een gemiddelde voorlopige aanslag van 10 Ve, betekent dit dat nog voor een bedrag van ongeveer € 60.700,-- moet worden opgelegd. Waardoor het totaal aantal Ve voor bedrijfsruimten uit zal komen op 269.100 per ultimo 2011. Verontreinigingsheffing woonruimten en bedrijfsruimten Het aantal directe lozers dat nu in de heffing wordt betrokken is te verwaarlozen. Watersysteemheffing ingezetenen Om dezelfde redenen als vermeld bij de zuiveringsheffing voor woonruimten blijft het aantal heffingseenheden ten aanzien van de watersysteemheffing ingezetenen iets achter bij de begroting. De verwachting hier is echter dat per ultimo 2011 het verschil zal zijn genivelleerd. Net als voor de zuiveringsheffing woonruimten aan bij Vitens om opheldering verzocht over mogelijke fouten in de bestanden. Kwijtschelding 2011 De kwijtscheldingsverzoeken worden door het GBLT zelf behandeld. Kwijtscheldingsformulieren werden aan de belastingschuldigen toegezonden en nog niet allen (volledig) retour ontvangen. In de tweede bestuursrapportage kan over het verloop van de behandeling van de kwijtscheldingsverzoeken met meer zekerheid worden gerapporteerd. Vooralsnog wordt met betrekking tot de prognose aangesloten bij de realisatie 2010 (ongewijzigd beleid). Oninbaar 2011 Over het belastingjaar 2011 werden nog geen bedragen oninbaar geleden. In afwijking van de praktijk, zoals deze wordt uitgevoerd op de locatie Harderwijk, wordt niet (definitief) oninbaar geleden dan nadat het dagelijks bestuur daartoe vooraf expliciet heeft besloten. In de tweede bestuursrapportage zal op het onderdeel oninbaarheid dieper worden ingegaan. Vooralsnog is bij de raming van het bedrag aan oninbaar, uitgegaan van de in de SLA genoemde (maximale) percentages.
33
Oude jaren Hierna wordt de stand van zaken aangegeven met betrekking tot de realisatie van de voorgaande belastingjaren, waarvan de raming bij de jaarrekening 2010 werd aangegeven.
belastingoverzicht oude jaren waterschap Rijn en IJssel € x 1.000 Bijstelling Prognose oude jaren belastingjaar 2010
Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
Totale prognose oude jaren
Realisatie t/m 31-3-2011
56.000 -125.000 -69.000
40.000 155.000 195.000
96.000 30.000 126.000
58.759 14.322 73.081
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
0 0 0
0 0 0
0 0 0
21.185 -12.707 8.478
Watersysteemheffing ingezetenen binnendijks gebouwd buitendijks gebouwd ongebouwd binnendijks ongebouwd buitendijks natuurterreinen totaal
0 0 0 0 0 0 0
0 153.800 0 34.000 0 10.800 198.600
0 153.800 0 34.000 0 10.800 198.600
-7.638 148.660 9 33.973 331 206 175.541
De aanslagoplegging voor oude jaren verloopt financieel nagenoeg volgens planning. In de tweede bestuursrapportage kan daarover meer zekerheid worden gegeven. Debiteurenpositie Onderstaande tabel geeft de debiteurenpositie weer van de belastingaanslagen die door middel van het eigen belastingsysteem worden geheven en geïnd.
laatste vervaldag < 6 maanden > 6 < 12 maanden > 12 < 24 maanden > 24 maanden
zuiveringsheffing watersysteemheffing verontreinigingsheffing gebouwd/ongebouwd/natuur I.H. woonruimten aantal bedrag aantal bedrag
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing bedrijfsruimten aantal bedrag
39.492 1.654
€ 5.517.222 € 119.421
1.390
€ 143.786
12.030 176
€ 8.550.337 € 22.823
41.146
€ 5.636.643
1.390
€ 143.786
12.206
€ 8.573.160
Invorderprocedure Algemeen niet naar bel.soort aantal bedrag 32 € 3.850 10 € 1.066 1145 € 93.252 690 € 65.053 1.877 € 163.221
Het totale openstaande saldo per ultimo maart 2011 bedroeg € 14.516.810,--. Voor de meeste van deze aanslagen is de laatste vervaldag (voorlopige aanslagen bedrijfsruimten) nog niet gepasseerd, dan wel zijn inmiddels aanmaningen verzonden. Het openstaand saldo van aanslagen waarvan de laatste vervaldag meer dan 6 maanden geleden lag is ongeveer € 301.616,--. Er wordt gestreefd naar een zo snel mogelijke inning van de aanslagen. De in de SLA geven indicator is dat het openstaand bedrag 6 maanden na de laatste vervaldag van de aanslag slechts 0,5% van het opgelegd bedrag mag zijn. Per einde van de rapportageperiode was het openstaand bedrag (> 6 maanden na de laatste vervaldag) voor de W5 waterschappen “slechts” 0,19% van het opgelegd bedrag.
34
Stopcodes Stopcodes worden in het belastingsysteem ingegeven met als doel enerzijds indien noodzakelijk te invordering te blokkeren omdat bijvoorbeeld nog uitzoekacties moeten plaatsvinden, maar anderzijds om een bepaalde invorderingsprocedure te markeren, waarbij het ongewenst is geautomatiseerde invorderingsacties te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld tijdens de behandeling van een kwijtscheldingsverzoek). De stopcodes worden op basis van ouderdom (> 6 maanden) eenmaal per kwartaal gecontroleerd en in voorkomende gevallen vrijgegeven. In maart heeft de eerste controle plaatsgevonden. Het aantal actieve stopcodes (waarvoor de invordering daadwerkelijk stil ligt) is voor de W5 waterschappen in totaliteit 146 stuks voor een totaal openstaand bedrag van € 26.835,--.
35
2.2.5 Waterschap Vallei en Eem Onderstaand de stand van zaken met betrekking tot de aanslagoplegging over het belastingjaar 2011. Het eerste overzicht geeft de heffingseenheden aan. Het tweede overzicht is de vertaling van de eenheden naar belastingopbrengsten in euro’s. De cijfers onder het kopje “jaarrekening 2010” geven de eenheden respectievelijk bedragen aan die per 31 december 2010 waren gerealiseerd inclusief de raming nog op te leggen over het belastingjaar 2010.
eenheden x 1.000 Omschrijving
Overzicht heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Vallei en Eem Jaarrekening Begroting Stand per 2010 2011 31-mrt-11
Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Watersysteemheffing eenheden ingezetenen WOZ waarde gebouwd ha ongebouwd onbemalen ha ongebouwd bemalen ha natuurterreinen
euro's x 1.000 Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
Prognose 31-dec-11
606,3 204,5 810,8
606,0 203,0 809,0
610,5 190,5 801,0
609,0 203,0 812,0
0,0 0,3 0,3
0,0 0,0 0,0
0,0 0,4 0,4
0,0 0,4 0,4
246,7 249,0 250,0 249,0 91.318.263,0 87.500.000,0 34.968.154,0 87.500.000,0 41,2 49,0 6,7 42,0 10,9 11,0 4,6 11,0 29,8 35,0 2,3 30,5
Belastingopbrengsten waterschap Vallei en Eem Jaarrekening Begroting 2010 2011
Stand per 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
27.435,1 9.252,6 36.687,7
28.288,1 9.476,0 37.764,1
28.498,1 8.892,5 37.390,7
28.428,1 9.476,0 37.904,2
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
0,4 14,5 14,8
0,0 0,0 0,0
0,0 18,7 18,7
0,0 18,7 18,7
Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd ongebouwd onbemalen hongebouwd bemalen natuurterreinen Subtotaal
9.022,2 11.688,7 1.089,0 430,5 37,6 22.268,0
9.235,4 11.200,0 1.350,9 455,0 44,1 22.285,4
9.272,5 4.475,9 184,7 190,3 2,9 14.126,3
9.235,4 11.200,0 1.157,9 455,0 38,4 22.086,7
Totaal heffingen Kwijtschelding Oninbaar Netto te innen
58.970,4 929,0 149,0 57.892,4
60.049,5 1.020,0 235,0 58.794,5
51.535,6 569,0 0,0 50.966,6
60.009,6 1.020,0 240,0 58.749,6
36
Zuiveringsheffing woonruimten 2011 De realisatie tot en met 31 maart 2011 van het aantal vervuilingseenheden is hoger dan begroot en hoger dan de realisatie over het heffingsjaar 2010. Dit positieve verschil zal naar verwachting iets kleiner worden door de verminderingen die, naar aanleiding van ingediende bezwaarschriften en verzoekschriften, in de loop van het jaar nog zullen worden doorgevoerd. Watersysteemheffing ingezetenen 2011 De realisatie tot en met 31 maart 2011 van het aantal eenheden ingezetenen is hoger dan begroot en hoger dan de realisatie over het heffingsjaar 2010. Dit positieve verschil zal naar verwachting kleiner worden door de verminderingen die, naar aanleiding van ingediende bezwaarschriften en verzoekschriften, in de loop van het jaar nog zullen worden doorgevoerd. Zuiveringsheffing/verontreinigingsheffing bedrijven 2011 In de begroting is geen onderscheid gemaakt tussen verontreinigingsheffing en zuiveringsheffing. Derhalve dienen, om een vergelijking te kunnen maken met de begroting , het aantal ’s verontreinigingsheffing en zuiveringsheffing te worden samengevoegd. Het verschil tussen de begroting en de realisatie wordt veroorzaakt door het (bekende) feit, dat dit jaar alleen de forfaitaire aanslagen definitief zijn opgelegd. De aanslagen voor de machtigings- en aangiftebedrijven worden in het heffingsjaar 2012 (en de navolgende belastingjaren) definitief vastgesteld, waardoor er een verschuiving richting de begroting zal plaatsvinden. Watersysteemheffing 2011 De eerste jaarrun is gedraaid en wordt verstuurd met de dagtekening van 12 april 2011. Aangezien deze run in maart al is gedraaid, is deze verdisconteerd in deze 1e managementrapportage. De volgende aanslagruns staan gepland op 17 mei, 14 juni en als laatste 5 juli 2011. De verwachting is dat door de zogenaamde natuurbezwaren het aantal eenheden ongebouwd (nietnatuur) negatief zal worden beïnvloed. Kwijtschelding 2011 Voor de zuiveringsheffing 2011 werden inmiddels 8.885 vervuilingseenheden (circa € 415.000,--) kwijtgescholden. Voor de watersysteemheffing ingezetenen ging het hierbij 4.148 eenheden (circa € 154.000,--) Oninbaar 2011 Het oninbaar geleden bedrag over het belastingjaar 2011 is verwaarloosbaar. In de tweede bestuursrapportage zal op het onderdeel oninbaarheid dieper worden ingegaan. Vooralsnog is bij de raming van het bedrag aan oninbaar, uitgegaan van de in de SLA genoemde (maximale) percentages.
37
Oude jaren Hierna wordt de stand van zaken aangegeven met betrekking tot de realisatie van de voorgaande belastingjaren, waarvan de raming bij de jaarrekening 2010 werd aangegeven.
Omschrijving
belastingoverzicht oude jaren waterschap Vallei en Eem euro's x 1.000 Bijstelling Prognose oude jaren belastingjaar 2010
Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
Totale prognose oude jaren
Realisatie t/m 31-3-2011
0 308 308
0 405 405
0 713 713
-27 17 -10
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd ongebouwd onbemalen ongebouwd bemalen natuurterreinen totaal
0 0 0 0 0 0
0 100 0 0 0 100
0 100 0 0 0 100
-26 29 0 0 0 3
Zuiveringsheffing huishoudens (WVO-W) Het negatieve bedrag is ontstaan door het feit dat in het gerealiseerde bedrag per “31-03-2011” verminderingen op de belastingaanslagen zijn verwerkt. Zuiveringsheffing bedrijven (WVO-B) De aanslagen van het belastingjaar 2007 zijn volledig opgelegd. Voor 2008 zijn er nog 6 aanslagen voor meetbedrijven die definitief vastgesteld moeten worden, waarvan bij twee bedrijven mogelijk sprake is van frauduleus handelen. Momenteel wordt onderzocht in hoeverre het frauduleus handelen kan worden bewezen. Hiertoe is een extern bureau ingehuurd en vinden er gesprekken en (administratieve) controles plaats. Mocht het zo zijn dat aan de voornoemde bedrijven de definitieve aanslagen hoger worden vastgesteld dan de voorlopige aanslagen, dan zal dit mogelijk ook van invloed zijn op de opbrengsten van de navolgende belastingjaren (2009 en 2010). De aangiften over belastingjaar 2010 worden in de loop van het heffingsjaar 2011 (en navolgende belastingjaren) definitief vastgesteld waardoor nog een verschuiving richting de begroting kan plaatsvinden. Op grond van de huidige stand van zaken kan worden verwacht dat voor de belastingjaren 2009 (7.149 v.e.) en 2010 (8.950 v.e.) nog ongeveer € 697.000 wordt gerealiseerd. De netto opbrengst voor 2009 en 2010 zal hierdoor uitkomen op ongeveer 206.000 v.e. Naar verwachting zijn eind 2011 alle aanslagen 2009 en 98% van de bedrijfsaanslagen 2010 definitief vastgesteld dan zal blijken of de prognoses daadwerkelijk zijn gehaald. Tevens kan dan worden beoordeeld of toekomstige prognoses (mogelijk) dienen te worden bijgesteld. Watersysteemheffing (ingezetenen) Door de problemen met de jaarrun 2011 Vitens in december 2010, is er na een onderzoek geconstateerd, dat bij het draaien van de jaarrun 2011 ook aanslagen watersysteemheffing ingezetenen voor het jaar 2010, op afgesloten objecten zijn aangemaakt. Deze aanslagen, zijn in de rapportage van december 2010 verwerkt met een kanttekening van het ingesteld onderzoek. Aangezien deze aanslagen ten onrechte waren opgelegd zijn deze gecorrigeerd.
38
Watersysteemheffing Met de datum van 31 maart 2011 is er voor oude jaren € 29.000,-- gerealiseerd. De prognose is dat er nog € 53.000 zal worden gerealiseerd. (Deze prognose is gebaseerd op het aantal geblokkeerde objecten maal gemiddelde WOZ waarde van 200.000 maal het tarief.) Debiteurenpositie Onderstaande tabel geeft de debiteurenpositie weer van de belastingaanslagen die door middel van het eigen belastingsysteem worden geheven en geïnd.
laatste vervaldag < 6 maanden > 6 < 12 maanden > 12 < 24 maanden > 24 maanden
zuiveringsheffing/verontreinigingsheffing watersysteemheffing woonruimten en gebouwd/ongebouwd/natuur watersysteemheffing ingezetenen aantal bedrag aantal bedrag 72.440 571 247 99 73.357
4.912.271 28.826 17.716 3.204 4.962.016
99.146 2.209 773 0 102.128
11.736.202 232.982 75.631 0 12.044.815
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing bedrijfsruimten aantal bedrag 10.420 196 76 14 10.706
5.233.446 33.475 51.014 2.028 5.319.962
Het totale openstaande saldo per ultimo maart 2011 bedroeg € 22.326.794,--. Voor de meeste van deze aanslagen is de laatste vervaldag (voorlopige aanslagen bedrijfsruimten) nog niet gepasseerd, dan wel zijn inmiddels aanmaningen verzonden. Het openstaand saldo van aanslagen waarvan de laatste vervaldag meer dan 6 maanden geleden lag is ongeveer € 445.000,-- en is daarmee 0,42 % van het opgelegde bedrag Stopcodes Stopcodes worden in het belastingsysteem ingegeven met als doel enerzijds indien noodzakelijk te invordering te blokkeren omdat bijvoorbeeld nog uitzoekacties moeten plaatsvinden, maar anderzijds om een bepaalde invorderingsprocedure te markeren, waarbij het ongewenst is geautomatiseerde invorderingsacties te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld tijdens de behandeling van een kwijtscheldingsverzoek). De stopcodes worden op basis van ouderdom (> 6 maanden) eenmaal per kwartaal gecontroleerd en in voorkomende gevallen vrijgegeven. Het aantal actieve stopcodes (waarvoor de invordering daadwerkelijk stil ligt) is voor de W3 waterschappen in totaliteit 975 stuks voor een totaal openstaand bedrag van € 1.310.762,--. Voor deze aanslagen zijn bezwaarschriften in behandeling (444 stuks) en werd uitstel van betaling verleend tot op de ingediende bezwaarschriften is beslist. Daarnaast werden 531 aanslagen onbestelbaar retour ontvangen. Wanneer de juiste adressen zijn achterhaald, worden deze aanslagen opnieuw verzonden.
39
2.2.6 Waterschap Veluwe Onderstaand de stand van zaken met betrekking tot de aanslagoplegging over het belastingjaar 2011. Het eerste overzicht geeft de heffingseenheden aan. Het tweede overzicht is de vertaling van de eenheden naar belastingopbrengsten in euro’s. De cijfers onder het kopje “jaarrekening 2010” geven de eenheden respectievelijk bedragen aan die per 31 december 2010 waren gerealiseerd inclusief de raming nog op te leggen over het belastingjaar 2010.
eenheden x 1.000 Omschrijving
Overzicht heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Veluwe Jaarrekening Begroting Stand per 2010 2011 31-mrt-11
Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Watersysteemheffing eenheden ingezetenen WOZ waarde gebouwd onbemalen WOZ waarde gebouwd bemalen ha ongebouwd onbemalen ha ongebouwd bemalen ha natuurterreinen
euro's x 1.000 Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
Prognose 31-dec-11
434,2 230,6 664,8
435,2 232,9 668,1
434,0 227,3 661,3
435,2 232,9 668,1
0,0 0,1 0,1
0,0 0,0 0,0
0,0 0,2 0,2
0,0 0,2 0,2
174,7 173,5 42.180.938,8 40.751.000,0 18.798.985,4 18.039.000,0 26,6 19,8 29,1 31,2 50,1 58,4 Belastingopbrengsten waterschap Veluwe Jaarrekening Begroting 2010 2011
176,5 176,0 3.665.237,0 40.751.000,0 270.716,0 18.039.000,0 2,6 26,6 1,2 29,1 5,2 50,1
Stand per 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
18.548,9 9.850,9 28.399,8
19.147,3 10.247,3 29.394,6
19.096,0 10.001,2 29.097,2
19.148,8 10.247,6 29.396,4
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
0,1 4,3 4,3
0,0 0,0 0,0
0,0 8,8 8,8
0,0 8,8 8,8
Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd onbemalen gebouwd bemalen ongebouwd onbemalen ongebouwd bemalen natuurterreinen Subtotaal
7.291,2 7.040,0 6.275,1 798,7 1.742,0 78,7 23.225,6
7.424,1 6.968,4 6.169,3 612,8 1.926,9 94,7 23.196,2
7.552,4 626,8 92,6 80,3 74,1 8,4 8.434,6
7.531,0 6.968,4 6.169,3 821,4 1.797,2 81,2 23.368,6
Totaal heffingen Kwijtschelding Oninbaar Netto te innen
51.629,7 17,0 91,0 51.521,7
52.590,8
37.540,6 320,0 0,0 37.220,6
52.773,8 500,0 91,0 52.182,8
605,0 51.985,8
40
Zuiveringsheffing huishoudens 2011 Het verschil van tussen de opgelegde aanslagen en de verwachte opbrengsten zal na bestandscontrole naar verwachting nog worden opgelegd. Zuiveringsheffing/verontreinigingsheffing bedrijven 2011 In de begroting is geen onderscheid gemaakt tussen verontreinigingsheffing en zuiveringsheffing. Derhalve dienen, om een vergelijking te kunnen maken met de begroting , het aantal ’s verontreinigingsheffing en zuiveringsheffing te worden samengevoegd. Het verschil tussen de begroting en de realisatie wordt veroorzaakt door het (bekende) feit, dat dit jaar alleen de forfaitaire aanslagen definitief zijn opgelegd. De aanslagen voor de machtigings- en aangiftebedrijven worden in het heffingsjaar 2012 (en de navolgende belastingjaren) definitief vastgesteld, waardoor er een verschuiving richting de begroting zal plaatsvinden. Watersysteemheffing ingezetenen 2011 Het positieve verschil in het aantal eenheden tussen de begroting en de realisatie zal naar verwachting kleiner worden door de verminderingen die in de loop van het jaar nog zullen worden doorgevoerd. Watersysteemheffing 2011 De eerste jaarrun is gedraaid en wordt verstuurd met de dagtekening van 12 april 2011. Doordat deze run in maart al is gedraaid is hij daarom ook in de 1e bestuursrapportage opgenomen. De volgende runs staan gepland op 17 mei, 14 juni en als laatste 5 juli 2011. Ongebouwd natuurterreinen 2011 Met de afhandeling van de zogenaamde natuurbezwaren is medio februari 2011 gestart. Bij de grote terreinbeheerders is het verzoek neergelegd tot nadere motivering van het bezwaarschrift. Bij de particulieren blijkt ook dat vaak nadere informatie van belastingplichtige of het waterschap noodzakelijk is, dan wel controles op de situatie ter plekke moeten worden uitgevoerd. Het uiteindelijke resultaat van de afhandeling van deze bezwaren is op dit moment nog niet in te schatten. Oude jaren Hierna wordt de stand van zaken aangegeven met betrekking tot de realisatie van de voorgaande belastingjaren, waarvan de raming bij de jaarrekening 2010 werd aangegeven.
Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
belastingoverzicht oude jaren waterschap Veluwe € x 1.000 Bijstelling Prognose oude jaren belastingjaar 2.010
Totale prognose oude jaren
Realisatie t/m 31-3-2011
0 370 370
6 425 431
6 795 801
-5 -182 -187
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd onbemalen gebouwd bemalen ongebouwd onbemalen ongebouwd bemalen natuurterreinen totaal
0 0 0 0 0 0 0
0 85 43 0 0 0 128
0 85 43 0 0 0 128
-41 0 8 0 0 -33 -66
41
Zuiveringsheffing woonruimten (WVO-W) Het negatieve bedrag is ontstaan door het feit dat in het gerealiseerde bedrag “31-03-2011” verminderingen op de belastingaanslagen zijn verwerkt. Zuiveringsheffing bedrijven (WVO-B) De aanslagen van het belastingjaar 2007 en 2008 zijn volledig opgelegd. In het eerste kwartaal is een negatief bedrag van € 182.000 (4.260 Ve) over oude jaren gerealiseerd. Hierbij is een duidelijke trend waarneembaar dat er meer bedrijven zijn waarbij de heffingsomvang afneemt (t.g.v. een lager waterverbruik, minder vervuild water) dan dat er bedrijven zijn waarbij de omvang toeneemt. Derhalve ligt het voor de hand dat ook de begrote opbrengsten voor de navolgende belastingjaren naar verwachting niet volledig zullen worden gerealiseerd. De aangiften over belastingjaar 2010 worden in de loop van het heffingsjaar 2011 (en navolgende belastingjaren) definitief vastgesteld waardoor nog een verschuiving richting de begroting kan plaatsvinden. De prognose om voor het jaar 2009 nog ongeveer € 613.000 op te leggen is gezien de huidige stand van zaken onzeker. Door de duidelijke dalende trend heeft dit mogelijk ook een negatieve doorwerking op de opbrengsten m.b.t. het belastingjaar 2010. Naar verwachting zijn eind 2011 alle aanslagen 2009 en 98% van de bedrijfsaanslagen 2010 definitief vastgesteld dan zal blijken of de prognoses daadwerkelijk zijn gehaald. Tevens kan dan worden beoordeeld of toekomstige prognoses (mogelijk) dienen te worden bijgesteld. Watersysteemheffing (ingezetenen) Door de problemen met de jaarrun 2011 Vitens in december 2010, is er na een onderzoek geconstateerd, dat bij het draaien van de jaarrun 2011 ook aanslagen IO, voor het jaar 2010, op afgesloten objecten zijn aangemaakt. Deze opgelegde aanslagen, zijn in de rapportage van december 2010 verwerkt met een kanttekening van het ingesteld onderzoek. Gezien deze aanslagen ten onrechte waren opgelegd zijn deze gecorrigeerd. Watersysteemheffing Met de datum van 31 maart 2011 is er voor oude jaren € 8.000 gerealiseerd. De prognose is dat er nog € 107.000 zal worden gerealiseerd. Deze prognose is gebaseerd op het aantal geblokkeerde objecten maal gemiddelde woz waarde van 200.000 maal het tarief. Debiteurenpositie Onderstaande tabel geeft de debiteurenpositie weer van de belastingaanslagen die door middel van het eigen belastingsysteem worden geheven en geïnd.
laatste vervaldag < 6 maanden > 6 < 12 maanden > 12 < 24 maanden > 24 maanden
zuiveringsheffing/verontreinigingsheffing watersysteemheffing woonruimten en gebouwd/ongebouwd/natuur watersysteemheffing ingezetenen aantal aantal bedrag bedrag 9.720 479 179 113 10.491
941.753 50.218 21.745 11.648 1.025.363
4.819 161 43 40 5.063
477.815 13.639 3.598 2.947 497.998
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing bedrijfsruimten aantal bedrag 7.575 115 64 47 7.801
7.236.657 177.517 121.126 19.592 7.554.892
Het totale openstaande saldo per ultimo maart 2011 bedroeg € 9.078.253,--. Voor de meeste van deze aanslagen is de laatste vervaldag (voorlopige aanslagen bedrijfsruimten) nog niet gepasseerd, dan wel zijn inmiddels aanmaningen verzonden. Het openstaand saldo van aanslagen waarvan de laatste vervaldag meer dan 6 maanden geleden lag is ongeveer € 422.000,-- en is daarmee 0,57 % van het opgelegde bedrag Stopcodes Stopcodes worden in het belastingsysteem ingegeven met als doel enerzijds indien noodzakelijk te invordering te blokkeren omdat bijvoorbeeld nog uitzoekacties moeten plaatsvinden, maar anderzijds om een bepaalde invorderingsprocedure te markeren, waarbij het ongewenst is geautomatiseerde invorderingsacties te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld tijdens de behandeling van een kwijtscheldingsverzoek). De stopcodes worden op basis van ouderdom (> 6 maanden) eenmaal per kwartaal gecontroleerd en in voorkomende gevallen vrijgegeven.
42
Het aantal actieve stopcodes (waarvoor de invordering daadwerkelijk stil ligt) is voor de W3 waterschappen in totaliteit 975 stuks voor een totaal openstaand bedrag van € 1.310.762,--. Voor deze aanslagen zijn bezwaarschriften in behandeling (444 stuks) en werd uitstel van betaling verleend tot op de ingediende bezwaarschriften is beslist. Daarnaast werden 531 aanslagen onbestelbaar retour ontvangen. Wanneer de juiste adressen zijn achterhaald, worden deze aanslagen opnieuw verzonden.
43
2.2.7 Waterschap Velt en Vecht Onderstaand de stand van zaken met betrekking tot de aanslagoplegging over het belastingjaar 2011. Het eerste overzicht geeft de heffingseenheden aan. Het tweede overzicht is de vertaling van de eenheden naar belastingopbrengsten in euro’s. De cijfers onder het kopje “jaarrekening 2010” geven de eenheden respectievelijk bedragen aan die per 31 december 2010 waren gerealiseerd inclusief de raming nog op te leggen over het belastingjaar 2010.
Omschrijving
Overzicht heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Velt en Vecht Jaarrekening Begroot Stand per 2010 2011 31-mrt-11
Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Watersysteemheffing eenheden ingezetenen WOZ waarde binnendijks gebouwd WOZ waarde buitendijks gebouwd ha ongebouwd binnendijks ha ongebouwd buitendijks ha natuurterreinen
Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
Prognose 31-dec-11
197,7 85,7 283,3
222,7 65,2 287,9
196,9 82,3 279,2
197,6 83,4 281,0
0,0 0,0 0,0
0,0 1,8 1,8
0,1 0,0 0,1
0,1 0,0 0,1
80,5 83,8 21.033.294,8 20.645.500,0 24.559,2 24.150,0 64,4 63,9 1,2 1,2 13,4 13,5
Belastingopbrengsten waterschap Velt en Vecht Jaarrekening Begroot 2010 2011
80,7 80,8 0,0 20.645.500,0 0,0 24.150,0 0,0 63,9 0,0 1,2 0,0 13,5
Stand per 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
12.452,3 5.397,5 17.849,8
14.763,4 4.322,8 19.086,1
13.056,0 5.454,2 18.510,2
13.099,1 5.530,4 18.629,5
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
2,7 0,2 2,9
1,7 119,3 121,0
5,0 0,2 5,2
4,9 0,0 4,9
Watersysteemheffing ingezetenen binnendijks gebouwd buitendijks gebouwd ongebouwd binnendijks ongebouwd buitendijks natuurterreinen Subtotaal
4.196,1 7.971,6 2,3 3.129,4 14,0 14,0 15.327,5
4.479,9 8.175,6 2,4 3.297,2 15,5 150,0 16.120,7
4.316,6 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 4.316,6
4.321,2 8.175,6 2,4 3.297,2 15,5 150,0 15.961,9
Totaal heffingen Kwijtschelding Oninbaar Netto te innen
33.180,3 619,0 31,0 ?? 32.530,3
35.327,8 655,0
22.832,0 356,0 0,0 22.476,0
34.596,3 655,0 131,6 33.809,7
34.672,8
44
Zuiveringsheffing woonruimten Het op te leggen bedrag aan zuiveringsheffing blijft met ruim € 1.700.000,-- fors achter bij de begroting. In de begrotingscijfers voor de woonruimten zijn ook nog de forfaitaire bedrijven opgenomen, die momenteel via het IBS systeem worden opgelegd en geïnd. In de tellingen worden deze forfaitaire bedrijven onder de bedrijfsruimten meegenomen. In verband nieuw op te leggen aanslagen wordt een iets hogere prognose voor het eind van het jaar afgegeven. Mogelijk ligt de oorzaak ook in verschillen die optreden tussen de rapportages die door Vitens worden verstrekt en de eigen rapportages van het GBLT. Bij Vitens gereclameerd over de volledigheid van het bestand dat gebruikt wordt voor het opleggen van de aanslagen waterschapsbelastingen. Bij het GBLT bestaat de indruk dat niet alle belastingplichtigen die mogelijk konden worden aangeslagen ook daadwerkelijk een aanslag over het belastingjaar 2011 hebben ontvangen. De uitslagen van deze onderzoeken worden in het tweede kwartaal van dit jaar verwacht, waarna de waterschappen direct over de resultaten zullen worden ingelicht. Indien blijkt dat daadwerkelijk te weinig belastingplichtigen zijn aangeslagen, zullen herstelacties worden uitgevoerd. Zuiveringsheffing bedrijfsruimten Het verschil tussen het in de begroting opgenomen aantal heffingseenheden en de realisatie per 31 maart 2011 is 17.100 Ve, ofwel een bedrag van ongeveer € 1.150.000,-- in positieve zin. In het belastingsysteem moeten nog een aantal voorlopige aanslagen 2011 worden opgelegd. De prognose per 31 december 2011 is daarom iets hoger dan de realisatie tot op heden. Verontreinigingsheffing woonruimten en bedrijfsruimten Het aantal directe lozers dat nu in de heffing wordt betrokken is te verwaarlozen. Watersysteemheffing ingezetenen Het aantal heffingseenheden ten aanzien van de watersysteemheffing ingezetenen iets achter bij de begroting. Dit vindt zijn oorzaak in het niet meer meeliften met de WMD. Vanuit de WMD bestanden werden niet0belastingplichtigen ten onrechte wel aangeslagen. Overigens is net als voor de zuiveringsheffing woonruimten aan bij Vitens om opheldering verzocht over mogelijke fouten in de bestanden. Kwijtschelding 2011 In de tweede bestuursrapportage kan over het verloop van de behandeling van de kwijtscheldingsverzoeken met meer zekerheid worden gerapporteerd. Vooralsnog wordt met betrekking tot de prognose aangesloten bij de begroting 2011 (ongewijzigd beleid). Oninbaar 2011 Over het belastingjaar 2011 werden nog geen bedragen oninbaar geleden. In afwijking van de praktijk, zoals deze wordt uitgevoerd op de locatie Harderwijk, wordt niet (definitief) oninbaar geleden dan nadat het dagelijks bestuur daartoe vooraf expliciet heeft besloten. In de tweede bestuursrapportage zal op het onderdeel oninbaarheid dieper worden ingegaan. Vooralsnog is bij de raming van het bedrag aan oninbaar, uitgegaan van de in de SLA genoemde (maximale) percentages.
45
Oude jaren Hierna wordt de stand van zaken aangegeven met betrekking tot de realisatie van de voorgaande belastingjaren, waarvan de raming bij de jaarrekening 2010 werd aangegeven. Prognose heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Velt en Vecht € x 1.000 Bijstelling Prognose Totale Realisatie oude jaren belastingjaar prognose t/m Omschrijving 2010 oude jaren 31-3-2011
Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
0 0 0
0 38.000 38.000
0 38.000 38.000
18.786 -239.660 -220.874
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten totaal
0 0 0
0 0 0
0 0 0
2.766 -46.882 -44.116
Watersysteemheffing ingezetenen binnendijks gebouwd buitendijks gebouwd ongebouwd binnendijks ongebouwd buitendijks natuurterreinen totaal
0 0 0 0 0 0 0
0 15.000 0 20.000 0 0 35.000
0 15.000 0 20.000 0 0 35.000
-1.563 3.179 101 7.723 51 12 9.503
De aanslagen zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing voor bedrijfsruimten over voorgaande belastingjaren laten en opvallende negatieve realisatie zien. Deze afwijking zal in de komende periode worden geanalyseerd, waarna het waterschap op de hoogte zal worden gesteld van het hoe en waarom van deze afwijking. Debiteurenpositie Onderstaande tabel geeft de debiteurenpositie weer van de belastingaanslagen die door middel van het eigen belastingsysteem worden geheven en geïnd.
laatste vervaldag < 6 maanden > 6 < 12 maanden > 12 < 24 maanden > 24 maanden
zuiveringsheffing watersysteemheffing verontreinigingsheffing gebouwd/ongebouwd/natuur I.H. woonruimten aantal bedrag aantal bedrag
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing bedrijfsruimten aantal bedrag
3.048 659
€ 571.203 € 57.707
35.220 1.181
€ 6.344.282 € 183.152
4.114 85
€ 2.868.901 € 19.078
3.707
€ 628.909
36.401
€ 6.527.434
4.199
€ 2.887.979
Invorderprocedure Algemeen niet naar bel.soort aantal bedrag 6 6 489 353 854
€ 2.518 € 1.046 € 45.994 € 44.155 € 93.713
Het totale openstaande saldo per ultimo maart 2011 bedroeg € 10.138.037,--. Voor de meeste van deze aanslagen is de laatste vervaldag (voorlopige aanslagen bedrijfsruimten) nog niet gepasseerd, dan wel zijn inmiddels aanmaningen verzonden. Het openstaand saldo van aanslagen waarvan de laatste vervaldag meer dan 6 maanden geleden lag is ongeveer € 351.132,--. Er wordt gestreefd naar een zo snel mogelijke inning van de aanslagen. De in de SLA geven indicator is dat het openstaand bedrag 6 maanden na de laatste vervaldag van de aanslag slechts 0,5% van het opgelegd bedrag mag zijn. Per einde van de rapportageperiode was het openstaand bedrag (> 6 maanden na de laatste vervaldag) voor de W5 waterschappen “slechts” 0,19% van het opgelegd bedrag.
46
Stopcodes Stopcodes worden in het belastingsysteem ingegeven met als doel enerzijds indien noodzakelijk te invordering te blokkeren omdat bijvoorbeeld nog uitzoekacties moeten plaatsvinden, maar anderzijds om een bepaalde invorderingsprocedure te markeren, waarbij het ongewenst is geautomatiseerde invorderingsacties te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld tijdens de behandeling van een kwijtscheldingsverzoek). De stopcodes worden op basis van ouderdom (> 6 maanden) eenmaal per kwartaal gecontroleerd en in voorkomende gevallen vrijgegeven. In maart heeft de eerste controle plaatsgevonden. Het aantal actieve stopcodes (waarvoor de invordering daadwerkelijk stil ligt) is voor de W5 waterschappen in totaliteit 146 stuks voor een totaal openstaand bedrag van € 26.835,--.
47
2.2.8 Waterschap Zuiderzeeland Onderstaand de stand van zaken met betrekking tot de aanslagoplegging over het belastingjaar 2011. Het eerste overzicht geeft de heffingseenheden aan. Het tweede overzicht is de vertaling van de eenheden naar belastingopbrengsten in euro’s. De cijfers onder het kopje “jaarrekening 2010” geven de eenheden respectievelijk bedragen aan die per 31 december 2010 waren gerealiseerd inclusief de raming nog op te leggen over het belastingjaar 2010.
eenheden x 1.000 Omschrijving Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e. Watersysteemheffing eenheden ingezetenen WOZ waarde gebouwd ha ongebouwd ha natuurterreinen
euro's x 1.000 Omschrijving Zuiveringsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
Overzicht heffingseenheden 2011 Berap I waterschap Zuiderzeeland Jaarrekening Begroting Stand per 2010* 2011 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
364,6 117,0 481,6
362,0 117,0 479,0
370,4 114,4 484,8
362,0 119,0 481,0
6,1 8,1 14,1
6,0 5,0 11,0
5,9 7,3 13,2
6,0 7,0 13,0
148,5 149,8 40.597.946,3 39.500.000,0 104,8 106,0 27,4 27,0 B elastingopbrengsten waterschap Zuiderzeeland Jaarrekening Begroting 2010* 2011
151,9 149,5 5.191.639,0 39.500.000,0 41,2 106,0 2,8 27,0
Stand per 31-mrt-11
Prognose 31-dec-11
21.560,8 6.918,4 28.479,2
21.890,1 7.075,0 28.965,1
22.398,1 6.917,8 29.315,9
21.890,1 7.195,9 29.086,1
358,2 476,1 834,3
362,8 302,4 665,2
356,8 441,4 798,2
362,8 423,3 786,1
Watersysteemheffing ingezetenen gebouwd ongebouwd natuurterreinen Subtotaal
10.813,6 22.004,1 9.065,1 220,7 42.103,6
11.014,8 21.962,0 8.676,1 205,5 41.858,4
11.169,2 2.886,6 3.372,2 21,3 17.449,3
10.992,7 21.962,0 8.676,1 205,5 41.836,3
Totaal heffingen Kwijtschelding Oninbaar Netto te innen
71.417,0 1.403,0 388,0 69.626,0
71.488,7
47.563,3 995,5 0,0 46.567,8
71.708,5 1.500,0 248,0 69.960,5
Verontreinigingsheffing woonruimten bedrijfsruimten Subtotaal
2.186,0 69.302,7
48
Verontreinigingsheffing woon- en bedrijfsruimte 2011 In de begroting van waterschap Zuiderzeeland is 11.000 Ve begroot voor de verontreinigingsheffing. Hierbij is geen splitsing gemaakt tussen woningen en bedrijven. In het eerste kwartaal zijn alle, bij Tricijn bekende woon- en bedrijfsruimtes in de heffing betrokken. In totaal is er voor 13.000 v.e. opgelegd. Zuiveringsheffing huishoudens 2011 Het positieve verschil in het aantal v.e.’s tussen de begroting en de realisatie zal naar verwachting kleiner worden door de verminderingen die in de loop van het jaar nog zullen worden doorgevoerd. Zuiveringsheffing bedrijven 2011 Het verschil tussen de begroting en de realisatie wordt veroorzaakt door het (bekende) feit, dat dit jaar alleen de forfaitaire aanslagen definitief zijn opgelegd. De aanslagen voor de machtigings- en aangiftebedrijven worden in het heffingsjaar 2012 (en de navolgende belastingjaren) definitief vastgesteld, waardoor er een verschuiving richting de begroting zal plaatsvinden. Op grond van de huidige stand van zaken (zie oude jaren) kan wordt verwacht dat de opbrengsten voor zuiveringsheffing bedrijven op 119.000 v.e. zullen uitkomen. Watersysteemheffing ingezetenen Het positieve verschil in het aantal eenheden tussen de begroting en de realisatie zal naar verwachting kleiner worden door de verminderingen die in de loop van het jaar nog zullen worden doorgevoerd. De verwachting is dat er nog 500 eenheden worden verminderd, deze prognose is gebaseerd op het gemiddelde van het aantal verminderingen in 2009 en 2010. Watersysteemheffing 2011 De eerste jaarrun is gedraaid en wordt verstuurd met de dagtekening van 12 april 2011. Doordat deze run in maart al is gedraaid is hij daarom ook in de 1e estuursrapportage opgenomen. De volgende runs staan gepland op 17 mei, 14 juni en als laatste 5 juli 2011. Ongebouwd natuurterreinen 2011 Met de afhandeling van de zogenaamde natuurbezwaren is medio februari 2011 gestart. Bij de grote terreinbeheerders is het verzoek neergelegd tot nadere motivering van het bezwaarschrift. Bij de particulieren blijkt ook dat vaak nadere informatie van belastingplichtige of het waterschap noodzakelijk is, dan wel controles op de situatie ter plekke moeten worden uitgevoerd. Het uiteindelijke resultaat van de afhandeling van deze bezwaren is op dit moment nog niet in te schatten. Kwijtschelding 2011 Voor de zuiveringsheffing en watersysteemheffing ingezetene is inmiddels € 995.500,-kwijtgescholden. De prognose sluit aan bij het aantal eenheden dat in de begroting was opgenomen. Oninbaar 2011 Het oninbaar geleden bedrag over het belastingjaar 2011 is verwaarloosbaar. In de tweede bestuursrapportage zal op het onderdeel oninbaarheid dieper worden ingegaan. Vooralsnog is bij de raming van het bedrag aan oninbaar, uitgegaan van de in de SLA genoemde (maximale) percentages.
49
Oude jaren Hierna wordt de stand van zaken aangegeven met betrekking tot de realisatie van de voorgaande belastingjaren, waarvan de raming bij de jaarrekening 2010 werd aangegeven.
Omschrijving Zuiveringsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e.
belastingoverzicht oude jaren waterschap Zuiderzeeland Bijstelling Prognose oude jaren belastingjaar 2010
Totale prognose oude jaren
Realisatie t/m 31-3-2011
0 340 340
0 231 231
0 571 571
-34 250 216
Verontreinigingsheffing v.e. woonruimten v.e. bedrijfsruimten Totaal / v.e.
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 31 31
Watersysteemheffing eenheden ingezetenen WOZ waarde gebouwd ha ongebouwd natuurterreinen totaal
0 0 0 0 0
0 200 125 0 325
200 125 0 325
-27 0 22 0 -5
Zuiveringsheffing huishoudens (WVO-W) Het negatieve bedrag is ontstaan door het feit dat in het gerealiseerde bedrag “31-03-2011” verminderingen op de belastingaanslagen zijn verwerkt. Zuiveringsheffing bedrijven (WVO-B) De aanslagen van het belastingjaar 2007 en 2008 zijn volledig opgelegd. Naar verwachting zullen de opbrengsten voor de navolgende belastingjaren iets hoger uitkomen dan begroot is (in Zeewolde hebben zich enkele voedingsmiddelenindustrieën gevestigd op het nieuw ontwikkelde industrieterrein). Naar verwachting zijn eind 2011 alle aanslagen 2009 en 98% van de bedrijfsaanslagen 2010 definitief vastgesteld dan zal blijken of de prognoses daadwerkelijk zijn gehaald. Tevens kan dan worden beoordeeld of toekomstige prognoses (mogelijk) dienen te worden bijgesteld. Op grond van de huidige stand van zaken kan wordt verwacht dat voor de ‘oude’ jaren nog ongeveer € 280.000 kan worden gerealiseerd. Echter pas als alle voorlopige aanslagen definitief zijn vastgesteld zal blijken of de prognose daadwerkelijk is gehaald. Watersysteemheffing (ingezetenen) Door de problemen met de jaarrun 2011 Vitens in december 2010, is er na een onderzoek geconstateerd, dat bij het draaien van de jaarrun 2011 ook aanslagen IO, voor het jaar 2010, op afgesloten objecten zijn aangemaakt. Deze opgelegde aanslagen, zijn in de rapportage van december 2010 verwerkt met een kanttekening van het ingesteld onderzoek. Aangezien deze aanslagen ten onrechte waren opgelegd zijn deze gecorrigeerd. Watersysteemheffing Met de datum van 31 maart 2011 is er voor oude jaren € 22.000 gerealiseerd. De prognose is dat er nog € 210.000 zal worden gerealiseerd. Deze prognose is gebaseerd op het aantal geblokkeerde objecten maal gemiddelde woz waarde van € 200.000 maal het tarief.
50
Debiteurenpositie Onderstaande tabel geeft de debiteurenpositie weer van de belastingaanslagen die door middel van het eigen belastingsysteem worden geheven en geïnd.
laatste vervaldag < 6 maanden > 6 < 12 maanden > 12 < 24 maanden > 24 maanden
zuiveringsheffing/verontreinigingsheffing watersysteemheffing woonruimten en gebouwd/ongebouwd/natuur watersysteemheffing ingezetenen aantal bedrag aantal bedrag 15.085 1.061 415 312 16.873
6.523.043 1.002.832 258.315 19.699 7.803.889
102.852 3.652 1.403 1.554 109.461
17.917.965 555.950 197.725 215.994 18.887.633
zuiveringsheffing verontreinigingsheffing bedrijfsruimten aantal bedrag 7.029 207 109 89 7.434
4.607.047 133.287 34.778 48.538 4.823.650
Het totale openstaande saldo per ultimo maart 2011 bedroeg € 31.515.172,--. Voor de meeste van deze aanslagen is de laatste vervaldag (voorlopige aanslagen bedrijfsruimten) nog niet gepasseerd, dan wel zijn inmiddels aanmaningen verzonden. Het openstaand saldo van aanslagen waarvan de laatste vervaldag meer dan 6 maanden geleden lag is ongeveer € 2.467.118,-- en is daarmee 1,29 % van het opgelegde bedrag Stopcodes Stopcodes worden in het belastingsysteem ingegeven met als doel enerzijds indien noodzakelijk te invordering te blokkeren omdat bijvoorbeeld nog uitzoekacties moeten plaatsvinden, maar anderzijds om een bepaalde invorderingsprocedure te markeren, waarbij het ongewenst is geautomatiseerde invorderingsacties te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld tijdens de behandeling van een kwijtscheldingsverzoek). De stopcodes worden op basis van ouderdom (> 6 maanden) eenmaal per kwartaal gecontroleerd en in voorkomende gevallen vrijgegeven. Het aantal actieve stopcodes (waarvoor de invordering daadwerkelijk stil ligt) is voor de W3 waterschappen in totaliteit 975 stuks voor een totaal openstaand bedrag van € 1.310.762,--. Voor deze aanslagen zijn bezwaarschriften in behandeling (444 stuks) en werd uitstel van betaling verleend tot op de ingediende bezwaarschriften is beslist. Daarnaast werden 531 aanslagen onbestelbaar retour ontvangen. Wanneer de juiste adressen zijn achterhaald, worden deze aanslagen opnieuw verzonden.
51
2.3 Maatschappij Het inkoopbeleid is door het bestuur van het GBLT vastgesteld. Hierna is een overzicht opgenomen van de voor het onderdeel “maatschappij” in de begroting 2011 vastgestelde resultaatvelden, indicatoren en normen: De verantwoording is in de volgende kleuren vermeld. Haalbaar/gehaald Niet gehaald/ niet meer haalbaar Nog niet gestart/doorlopend/nog niet meetbaar Stakeholder
SBF Goede telefonische bereikbaarheid Goede informatievoorziening Correcte bejegening
Juiste en volledige aanslag Belasting betaler
PI
NORM < 20 seconden >= 80% beantwoord
Voor iedere bulkrun staat actuele info op de homepage
100%
Servicelevel telefoon
Aantal bejegeningsklachten
nulmeting
Percentage verzoekschriften (excl. kwijtschelding)
< 1,0%
Uitgevoerde controles op volledigheid en juistheid
Tijdige afhandeling
SBF
Transparante organisatie
100%
Verzending aanslagen conform productieplanning
Conform planning
Tijdige afhandeling aanvragen van 3 naar 1 VE
Wettelijke termijn
Tijdige afhandeling bezwaarschriften
Wettelijke termijn
Resultaten uitgevoerd KTO PI Beleidsregels, verordeningen en aankondigingen gepubliceerd Voor iedere bulkrun staat actuele info op de homepage Resultaten uitgevoerde KTO terugkoppelen via de website
Maatschappij Controle jaarrekening door accountant Betrouwbare organisatie
< 0,5%
Conform jaarplan
Tijdige afhandeling van de invordering
Stakeholder
< 0,2%
Percentage uitgevoerde afvalwateronderzoeken
Tijdige afhandeling van klachten
Vragen naar de tevredenheid
0
Percentage onbestelbaar retour Percentage gegronde bezwaar en beroepschriften (gegevens) Percentage gegronde bezwaar en beroepschriften (overig)
< 6 wk Openstaand bedrag 6 maanden na laatste vervaldag < 0,5% Nulmeting in 2011 NORM Wettelijke norm 100% binnen 2 maanden na uitvoering Goedkeurende verklaring inclusief verklaring rechtmatigheid
Uitgevoerde controles op volledigheid en juistheid
Conform interne controleplan
Aantal gemeenten waarmee een SWO of DVO is Aantal gegronde klachten via de Nationale Ombudsman
Conform strategie 0
Toelichting op de niet gehaalde/niet meer haalbaar geachte prestatie-indicatoren • Het servicelevel telefonie is op de locatie Harderwijk boven de gestelde norm (83%). De locatie Zwolle blijft met 73% achter op de norm.
52
2.4 Bestuur en financiers Het GBLT heeft als doelstelling zorg te dragen voor een efficiënte en effectieve heffing en invordering van belastingen,waarvan de deelnemers elk voor hun verzorgingsgebied, belastingverordeningen en de kwijtscheldingsregels hebben vastgesteld,. Het is de ambitie van het GBLT om de belastingopbrengsten te maximaliseren. Wekelijkse afdrachten en periodieke rapportages over de voortgang van de heffing en inning zorgen er voor dat bestuur en deelnemers adequaat geïnformeerd worden. Tussen de waterschappen als opdrachtgever en het GBLT als opdrachtnemer zijn in een Servicelevel Agreement (SLA) afspraken gemaakt over de wijze van dienstverlening. Daarnaast heeft het GBLT voor het jaar 2011 een aantal prestatie-indicatoren vastgesteld waarover periodiek (in de bestuursrapportages en de jaarrekening) zal worden gerapporteerd. Hierna is een overzicht opgenomen van de vastgestelde resultaatvelden, indicatoren en normen van het GBLT: De verantwoording is in kleur vermeld. Haalbaar/gehaald Niet (meer) haalbaar Nog niet gestart/doorlopend/nog niet meetbaar Stakeholder
SBF
Dienstverlenend
Bedrijfszeker
PI Uitgevoerde controles op volledigheid en juistheid van de bestanden
Conform planning
Verzending aanslagen conform productieplanning Tijdige rapportages (bestuursrapportage en PI rapportage) Beleidsregels, verordeningen en aankondigingen gepubliceerd Processen vastgelegd in en uitgevoerd conform procesbeschrijvingen
Conform planning
INK model wordt ingezet als sturingmodel
< 1,0%
Tijdige afhandeling verzoeken
Wettelijke termijn
Tijdige afhandeling bezwaarschriften
Wettelijke termijn
Tijdige afhandeling van klachten
< 6 weken Openstaand bedrag 6 maanden na laatste vervaldag < 0,5% Conform jaarplan 4,90 %
Uitgevoerde KTO
Nulmeting in 2011
Uitgevoerde MTO
Nulmeting in 2011
Aantal uitgevoerde PVB gesprekken per medewerker
Conform planning
Realisatie uitputting opleidingsbudget
> 90% en < 100%
Deelname aan verbetergroepen
Vragen naar de tevredenheid
Conform strategie < 0,2%
Aantal interne verplaatsingen / promoties
Mate van betrokkenheid en zeggenschap
100% Jaarlijkse positiebepaling & verbetering
< 0,5%
Deelname aan verbetergroepen Gemiddeld percentage perceptiekosten voor de deelnemers
Mogelijkheden tot (loopbaan) ontwikkeling
conform wettelijke norm
Percentage gegronde bezwaar en beroepschriften
Tijdige afhandeling van de invordering
Toekomstgericht
Conform P&C cyclus
Percentage onbestelbaar retour Percentage verzoekschriften (excl. kwijtschelding)
Efficiënt
100%
Aantal metingen en controles bij bedrijven
Aantal gemeenten waarmee een SWO of DVO is
Bestuur en financiers
NORM
Frequentie werkoverleg
nulmeting Conform jaarplan
Functionerende OR
Minimaal maandelijks min 6x per jaar overleg met directie
Functionerende OR
Wettelijke norm art. 24 overleg
Resultaten uitgevoerd MTO
53
Nulmeting in 2011
Toelichting op de niet (meer) haalbaar geachte prestatie-indicatoren Niet van toepassing.
54
3 Leren - verbeteren - vernieuwen In mei 2011 zal een “0” meting in het kader van het INK plaatsvinden. De leer-, verbeter- en vernieuwingsacties die daaruit voortvloeien zullen nog dit jaar worden gestart, c.q. in de tijd worden gepland.
55
Bijlage A Lijst met gebruikte afkortingen DVO HwH IBS INK-model PI KPI KSF MT SBF SLA TAX-i WSHG WSHI WSHN WSHO WVOB WVOW ZHB ZHW
dienstverleningsovereenkomst het waterschapshuis Integraal BelastingSysteem managementmodel ontwikkeld door het Instistuut Nederlandse Kwaliteit Prestatie-indicator Kritische prestatie-indicator Kritische succesfactor managementteam Succes bepalende facor Service level agreement nieuwe belastingaplicatie onder supervisie van het HwH watersysteemheffing gebouwd watersysteemheffing ingezetenen watersysteemheffing natuur watersysteemheffing ongebouwd verontreinigingsheffing bedrijfsruimten verontreinigingsheffing woonruimten zuiveringsheffing bedrijfsruimten zuiveringsheffing woonruimten
werkgroep TIK
Toonaangevend in klantcontact
56
Bijlage B Aanvraag projectbudget gemeenten Samenwerking GBLT en de gemeenten Dronten, Leusden en Nijkerk
totale projectkosten Personeel Ondersteuning P&O Functiewaardering Extra opleidingskosten nieuw personeel Totaal personeel Projectleiding Externe inhuur projectleider Externe inhuur projectcoordinator Vergaderkosten Totaal projectleiding Communicatie Nieuwsbrieven Medewerkersdagen/integratie/cultuuraspecten Ontwikkelen stijl voor format aanslagbiljet Totaal communicatie Overig Facilitaire aanloopkosten Juridisch fiscaal advies Onvoorzien Totaal overig
TOTALE PROJECTKOSTEN
57
voor rekening GBLT
50.000 17.000 12.000
25.000 8.500 6.000
79.000
39.500
75.000 75.000 5.000
37.500 37.500 2.500
155.000
77.500
5.000 31.000 10.000
2.500 15.500 5.000
46.000
23.000
10.000 10.000 60.000
5.000 5.000 30.000
80.000
40.000
360.000
180.000
Bijlage C Aanvraag projectbudget Vitens Afhaken meeliften
Projectbegroting
2011
Omschrijving
Bedrag
Projectleiding Kosten ICT Eenmalige communicatie Onvoorzien
€ 15.000 € 30.000 € 60.000 € 30.000 € 135.000
Totaal lasten 2011 GBLT
58