Bestuursmemoriaal Provincie Vlaams-Brabant Nummer 3
20 maart 2004
10de jaargang
Inhoud Reglementen en verordeningen van de provincieraad
Nr. 8
Nr. 9
Nr. 10
Nr. 11
Maandelijks (behalve in juli)
Toepassing van artikel 19 van het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van het administratief toezicht op de provincies in het Vlaamse gewest. Overzichtslijst van de raadsbesluiten van 17 februari 2004 en 2 maart 2004.
blz. 24
Wijziging statuten Autonoom Provinciebedrijf Patrimonium: goedkeuring. Besluit van de provincieraad van 17 februari 2004.
blz. 27
Wijziging van het provinciaal reglement betreffende het ter beschikking stellen van de eenvormige verpakking van de provincie voor de promotie van Vlaams-Brabantse streekproducten: goedkeuring. Besluit van de provincieraad van 17 februari 2004.
blz. 28
Begroting 2004: eerste reeks begrotingswijzigingen: - gewone en buitengewone ontvangsten - gewone en buitengewone uitgaven - Eerste besluit - kredietwijzigingen. Besluit van de provincieraad van 17 februari 2004.
blz. 33
Afgiftekantoor Leuven X
Nr. 12
Nr. 13
Nr. 14
Jaarlijkse provinciale wedstrijd verkeersveiligheid: goedkeuring van het wedstrijdreglement. Besluit van de provincieraad van 2 maart 2004.
blz. 41
Goedkeuring van een provinciaal reglement betreffende de subsidiëring van noodhulp: goedkeuring. Besluit van de provincieraad van 2 maart 2004.
blz. 45
Provinciale comptabiliteit: definitieve vaststelling van de begrotingsrekening van de provincie voor het dienstjaar 2001: goedkeuring. Besluit van de provincieraad van 2 maart 2004.
blz. 49
Omzendbrieven van federale en regionale overheden Nr. 15
Vlaamse regering. Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Amtenarenzaken. Omzendbrief BA-2004/01 van 13 februari 2004 tot aanvulling van omzendbrief BA-1998/01 van 17 maart 1998 betreffende het statuut van de lokale en provinciale mandataris - Financiële ondersteuning van de werking van de politieke fracties.
blz. 53
Wettelijke bekendmakingen Nr. 16
Diplomatiek en consulair korps. Consulaten-generaal.
blz. 56
Een jaarabonnement op het ” Bestuursmemoriaal ” ontvangt u door storting van 62 euro op de rekening nr. 091-0106177-88 van de provincie Vlaams-Brabant, Provincieplein 1 te 3010 Leuven met vermelding op de strook van “ BM art. 823 ”. Een los exemplaar kan verkregen worden tegen de prijs van 6,20 euro. Een elektronische versie van het bestuursmemoriaal wordt verspreid via de website van de provincie, nl. www.vlaamsbrabant.be/bestuursmemoriaal. Verantwoordelijke uitgever: Marc COLLIER, provinciegriffier, Provincieplein 1, 3010 Leuven Bestuursmemoriaal nr. 3 - 20 maart 2004
Nr. 8
Toepassing van artikel 19 van het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van het administratief toezicht op de provincies in het Vlaamse gewest. (Algemeen secretariaatnr. GR/3.075.1.077) PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT Overzichtslijst van de raadsbesluiten van 17 februari 2004 Voorstel nr.
VOORWERP EN GENOMEN BESLUITEN
1.
11
Provinciepersoneel : wijziging van de evaluatiedatum: goedkeuring.
2.
12
Wijziging statuten Autonoom Provinciebedrijf Patrimonium: goedkeuring.
3.
13
Toetreding door het provinciebestuur Vlaams-Brabant tot de vzw Pajottenland+, Plaatselijke Groep voor het Europees Communautair initiatief voor plattelandsontwikkeling 'Leader+' in de provincie VlaamsBrabant en de feitelijke vereniging 'Koepel Pajottenland+': goedkeuring.
4.
14
De verkoop van twee woningen te Galmaarden (voorheen Galmaarden), Kammeersweg 8 en 10, gekadastreerd sectie C, perceelnummers 375/W en 375/X, groot 10 are 92 centiare voor de prijs van 275.000,-euro aan de gemeente Galmaarden: goedkeuring.
5.
15
Advies over het voorontwerp van decreet met betrekking tot de Provinciale ontwikkelingsmaatschappij en over het voorontwerp van decreet in verband met het Vlaams Agentschap Ondernemen: goedkeuring.
6.
16
Het opstarten van een aanbestedingsprocedure voor het leveren van een bibliotheeksysteem voor het provinciebestuur Vlaams-Brabant: goedkeuring bestek en vaststelling van de wijze van gunnen.
7.
17
"Streekproducten Vlaams-Brabant vzw" - deelname van de provincie: goedkeuring.
8.
18
Wijziging van het provinciaal reglement betreffende het ter beschikking stellen van de eenvormige verpakking van de provincie voor de promotie van Vlaams-Brabantse streekproducten: goedkeuring.
9.
20
Begroting 2004: eerste reeks begrotingswijzigingen: 24
gewone en buitengewone ontvangsten gewone en buitengewone uitgaven besluiten: • eerste besluit - kredietwijzigingen • tweede t.e.m. zeventiende besluit - leningen
goedkeuring.
Deze overzichtslijst van raadsbesluiten wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven 8 maart 2004
25
PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT Overzichtslijst van de raadsbesluiten van 2 maart 2004 Voorstel nr.
VOORWERP EN GENOMEN BESLUITEN
1.
19
Toetreding en vertegenwoordiging van de provincie Vlaams-Brabant in de intergemeentelijke vereniging "IGO Leuven": goedkeuring.
2.
21
Jaarlijkse provinciale wedstrijd verkeersveiligheid: goedkeuring van het wedstrijdreglement.
3.
22
Afsluiten van een driejarencontract met Mediargus ten behoeve van het digitale persoverzicht: goedkeuring.
4.
23
Goedkeuring van een provinciaal reglement betreffende de subsidiëring van noodhulp: goedkeuring.
5.
24
Provinciale comptabiliteit: definitieve vaststelling van de begrotingsrekening van de provincie voor het dienstjaar 2001: goedkeuring.
Deze overzichtslijst van raadsbesluiten wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 15 maart 2004
26
Nr. 9
Wijziging statuten Autonoom Provinciebedrijf Patrimonium. Besluit van de provincieraad van 17 februari 2004. (Dienst administratie en tekenkamer) DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT,
Gelet op titel VII ter van de Provinciewet; Gelet op artikel 18septies van het decreet van 22 februari1995 tot regeling van het administratief toezicht op de provincies in het Vlaamse Gewest. Overwegende dat de raad van bestuur op 16 december 2003 besliste tot een wijziging van artikel 15, alinea 1 in fine van de statuten, Overwegende dat deze wijziging enkel de vervanging van het woord 'vier' door het woord 'drie' omhelst, namelijk het verplicht minimumaantal vergaderingen van de raad van bestuur van het autonoom provinciebedrijf per jaar, Overwegende dat deze vermindering gemotiveerd wordt door de relatief geringe activiteit van het provinciebedrijf op dit ogenblik; Overwegende dat de werkingsmogelijkheden van het provinciebedrijf hierdoor geenszins veranderen; Op voorstel van de bestendige deputatie, BESLUIT: Enig artikel: de provincieraad van Vlaams-Brabant verleent positief advies aan de Vlaamse regering inzake de statutenwijziging van het Autonoom Provinciebedrijf Patrimonium, zoals goedgekeurd door de raad van bestuur in vergadering van 16 december 2003. Leuven, 17 februari 2004 Van raadswege, De provinciegriffier , (g)Marc COLLIER
De voorzitter, (g)Vic LAUREYS
Dit besluit van de provincieraad wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 1 maart 2004
27
Nr. 10
Wijziging van het provinciaal reglement betreffende het ter beschikking stellen van de eenvormige verpakking van de provincie voor de promotie van Vlaams-Brabantse streekproducten: goedkeuring. Besluit van de provincieraad van 17 februari 2004. (Directie economie)
DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT, Gelet op artikel 530/0200/6131130 van de provinciebegroting waarop kredieten zijn ingeschreven voor de economische propaganda; Overwegende dat de behoefte bestaat om de streekproducten niet alleen in eigen streek te promoten maar ook over heel de provincie, Vlaanderen en daarbuiten; Overwegende dat deze streekproducten nu niet voldoende worden geassocieerd met de provincie Vlaams-Brabant als specialiteiten- en kwaliteitsregio; Overwegende dat door het uitbouwen van de Hagelandse hoekjes en de geplande uitbreiding van het promotieapparaat over heel de provincie, de producent, de handelaar en de horeca nauwer en op een gecontroleerde wijze kunnen worden betrokken bij de promotie van de verschillende streekproducten. Gelet op het provinciaal reglement betreffende het ter beschikking stellen van de eenvormige verpakking van de provincie voor de promotie van de Vlaams-Brabantse streekproducten, zoals gewijzigd door de provincieraad in vergadering van 17 december 2002; Gelet op het feit dat een aantal beoogde actoren volgens de huidige reglementering niet kunnen beschikken over de eenvormige verpakking; Gelet op de artikelen 65 en 85 van de provinciewet; Op voorstel van de bestendige deputatie, BESLUIT: Artikel 1. Art.2 § 1, 2 en 3 wordt als volgt gewijzigd : § 1. Deze verpakking kan ter beschikking worden gesteld van instellingen die zich bezig-houden met de promotie van deze producten, o.a. steden, gemeenten, toeristische diensten, VVV's, overkoepelende middenstands- en producentenorganisaties. Ook producenten, handelaars en horecazaken die een speciale inspanning leveren voor de promotie van de streekproducten en die zich inschakelen in de acties die door de “Stichting Streekproducten Vlaams-Brabant” worden opgezet voor de promotie van streekproducten kunnen over deze dozen beschikken.
28
§ 2. De bestendige deputatie zal individueel onderzoeken of de aanvragende instelling, organisatie, producent, handelaar of horecazaak in aanmerking komt voor het ter beschikking stellen van de eenvormige verpakking. § 3. De aanvraag om te kunnen beschikken over de eenvormige verpakking dient te worden gericht aan de bestendige deputatie. Voor de producenten, handelaars en horecazaken die een aanvraag doen voor erkenning zal het advies van de "Stichting Streekproducten Vlaams-Brabant" worden gevraagd. Art. 2. Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd: De verpakking mag niet verkocht of ter beschikking worden gesteld van privé-personen die geen handel drijven, noch van niet door de bestendige deputatie erkende producenten, handelaars of distributeurs. Art. 3. Art. 5 § 1 wordt als volgt gewijzigd : § 1. De verantwoordelijke personen van de instellingen, van de erkende overkoepelende organisaties, en van de horecazaken, evenals de producenten en handelaars dienen een verklaring op erewoord af te leggen dat zij dit reglement strikt zullen toepassen en dat zij de dozen uitsluitend zullen gebruiken voor het samenstellen van pakketten met streekproducten van verschillende producenten voorkomend op de inventaris van de “Stichting Streekproducten Vlaams-Brabant” en volgens de voorgeschreven procedure. Art. 4. Art 6 § 1 en 2 wordt als volgt gewijzigd : § 1. De verpakking wordt door de bestendige deputatie ter beschikking gesteld van de bedoelde instellingen, organisaties en personen tegen een vergoeding van 60 % van de werkelijke kostprijs. § 2. De aanvraag voor het leveren van de dozen moet worden ingediend bij de provincie VlaamsBrabant - dienst economie en middenstand- Provincieplein 1 te 3010 Leuven. Deze aanvraag moet worden ingediend minstens 14 dagen voor de gewenste leveringsdatum. Bij de aanvraag moet de gewenste hoeveelheid worden vermeld, een uitleg over de beoogde actie en een verklaring over het gebruik van de dozen zoals bedoeld in hierboven vermeld artikel 5. Leuven, 17 februari 2004 Van raadswege : De provinciegriffier, (g)Marc COLLIER
De voorzitter, (g)Vic LAUREYS
Dit besluit van de provincieraad wordt, samen met het reglement, opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 1 maart 2004
29
PROVINCIAAL REGLEMENT BETREFFENDE HET TER BESCHIKKING STELLEN VAN DE EENVORMIGE VERPAKKING VAN DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT VOOR DE PROMOTIE VAN VLAAMS-BRABANTSE STREEKPRODUCTEN.
Artikel 1. De provincie Vlaams-Brabant beschikt over drie modellen van eenvormige verpakking: een doos bestemd voor de verpakking van twee of drie flessen en/of andere streekproducten, een middelgrote doos en een grotere doos. Deze zijn uitsluitend bedoeld voor de promotie van Vlaams-Brabantse streekproducten die voorkomen op de inventarislijst die wordt samengesteld door de “Stichting Streekproducten Vlaams-Brabant”. Andere producten mogen niet in deze dozen worden verpakt. Art. 2. § 1. Deze verpakking kan ter beschikking worden gesteld van instellingen die zich bezighouden met de promotie van deze producten, o.a. steden, gemeenten, toeristische diensten, V.V.V.’s, overkoepelende middenstands- en producentenorganisaties. Ook producenten, handelaars en horecazaken die een speciale inspanning leveren voor de promotie van de streekproducten en die zich inschakelen in de acties die door de “Stichting Streekproducten Vlaams-Brabant” worden opgezet voor de promotie van streekproducten kunnen over deze dozen beschikken. § 2. De bestendige deputatie zal individueel onderzoeken of de aanvragende instelling, organisatie, producent, handelaar of horecazaak in aanmerking komt voor het ter beschikking stellen van de eenvormige verpakking. § 3. De aanvraag om te kunnen beschikken over de eenvormige verpakking dient te worden gericht aan de bestendige deputatie. Voor de producenten, handelaars en horecazaken die een aanvraag doen voor erkenning zal het advies van de “Stichting Streekproducten Vlaams-Brabant” worden gevraagd. Art. 3. De verpakking mag niet verkocht worden of ter beschikking worden gesteld van privé-personen die geen handel drijven, noch van niet door de bestendige deputatie erkende producenten, handelaars of distributeurs. Art. 4. § 1. De eigenheid van de dozen moet worden behouden, in die zin dat de verpakking geen andere bestemming mag krijgen dan de promotie van Vlaams-Brabantse producten en dat er geen andere vermeldingen of versieringen mogen worden op aangebracht, behalve deze die door de bestendige deputatie worden toegelaten.
30
§ 2. In de dozen mogen alleen voorverpakte en goed afgesloten producten worden verpakt (zodat er geen rechtstreeks contact mogelijk is tussen het product, de doos en het eventuele vullingsmateriaal) en producten die niet onmiddellijk aan bederf onderhevig zijn. § 3. Het pakket moet worden samengesteld uit een verscheidenheid van producten, die niet door één enkele, maar door meerdere producenten (voor de kleinste doos minimaal twee, voor de twee andere dozen: minimaal drie) worden geleverd. Alleen algemene inlichtingen over de streek of de streekproducten mogen (gratis) worden bijgevoegd in de verpakking. Publiciteit over de producten of de producenten mag niet worden bijgevoegd. Art. 5. § 1. De verantwoordelijke personen van de instellingen, van de erkende overkoepelende organisaties en van de horecazaken, evenals de producenten en handelaars dienen een verklaring op erewoord af te leggen dat zij dit reglement strikt zullen toepassen en dat zij de dozen uitsluitend zullen gebruiken voor het samenstellen van pakketten met streekproducten van verschillende producenten voorkomend op de inventaris van de “Stichting Streekproducten Vlaams-Brabant” en volgens de voorgeschreven procedure. § 2. Zij dienen eveneens te verklaren dat de provincie niet aansprakelijk kan worden gesteld voor eventuele ongevallen die kunnen worden toegeschreven aan het gebruik van de dozen. Art. 6. § 1. De verpakking wordt door de bestendige deputatie ter beschikking gesteld van de bedoelde instellingen, organisaties en personen, tegen een vergoeding van 60 % van de werkelijke kostprijs. § 2. De aanvraag voor het leveren van de dozen moet worden ingediend bij de provincie VlaamsBrabant - dienst economie en middenstand- Provincieplein 1 te 3010 Leuven. Deze aanvraag moet worden ingediend minstens 14 dagen voor de gewenste leveringsdatum. Bij de aanvraag moet de gewenste hoeveelheid worden vermeld, een uitleg over de beoogde actie en een verklaring over het gebruik van de dozen zoals bedoeld in hierboven vermeld artikel 5. § 3. De bestendige deputatie behoudt zich het recht voor om bij de aanvrager alle inlichtingen die zij nodig acht in te winnen over de beoogde actie om een beslissing te kunnen nemen. De bestendige deputatie behoudt zich eveneens het recht voor om, in functie van de voorgestelde actie, zelf een beslissing te nemen over het aantal dozen dat kan worden ter beschikking gesteld. § 4. De bestelde dozen kunnen na goedkeuring door de bestendige deputatie, door de geïnteresseerde instellingen, overkoepelende vereniging of persoon worden afgehaald bij het provinciebestuur op vertoon van het betalingsbewijs. De dozen worden niet-gevouwen ter beschikking gesteld. De betrokkenen staan zelf in voor het vouwen van de doos en voor de samenstelling van de pakketten.
31
Art. 7. Het staat de samensteller van de pakketten vrij om vullingsmateriaal aan te brengen in de dozen. Het moet evenwel gaan om milieuvriendelijk materiaal (bv. stro, houtwol, zijdepapier …) dat niet vervuild is en geen schade of bederf kan aanbrengen aan de in de doos verpakte producten. Art. 8. De kostprijs van het aangeboden pakket mag niet meer bedragen dan de som van de winkelwaarde van elk individueel product, vermeerderd met de werkelijke kostprijs van de verpakking. Art. 9. De verantwoordelijkheid voor de samenstelling, de volledige inhoud, de distributie en de verkoop van de aangeboden pakketten ligt geheel bij de instellingen, overkoepelende verenigingen of personen die de promotie van de producten beogen. Art. 10. Bij misbruik of niet-naleving van de voorwaarden vermeld in dit reglement, kan de bestendige deputatie eisen dat alle dozen geleverd aan de desbetreffende instelling, overkoepelende vereniging of personen uit de handel worden genomen en (zonder vergoeding) worden terugbezorgd aan de provincie. Tevens zal voor al de reeds geleverde dozen de volledige kostprijs worden aangerekend en zal de instelling, vereniging of persoon evenals de eventueel door hem geproduceerde producten worden uitgesloten voor alle verdere acties die door de provincie of in samenwerking met andere instellingen, worden georganiseerd voor de promotie van de streekproducten. Art. 11. Dit reglement heft het vorige reglement op goedgekeurd door de provincieraad op 15 april 1997.
32
Nr. 11
Begroting 2004: eerste reeks begrotingswijzigingen: - gewone en buitengewone ontvangsten - gewone en buitengewone uitgaven Eerste besluit - kredietwijzigingen Besluit van de provincieraad van 17 februari 2004. (Directie financiën) EERSTE BESLUIT - KREDIETWIJZIGINGEN DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT,
Gelet op de begroting van de provincie Vlaams-Brabant voor het jaar 2004 aangenomen door de provincieraad in vergadering van 22 oktober 2003; Gelet op de artikelen 65, 66 en 67 van de provinciewet; Op voorstel van de bestendige deputatie, BESLUIT: Artikel 1. De volgende kredietwijzigingen worden aangebracht in de begroting van de provincie VlaamsBrabant voor 2004. BEGROTING DER GEWONE ONTVANGSTEN - Het krediet van artikel 060/010/7801 wordt vermeerderd met 1.963.320 euro en van 3.295.000 euro op 5.258.320 euro gebracht. - Het krediet van artikel 790/0100/7511 wordt verminderd met 33.300 euro en van 33.300 euro op 0 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 790/0100/7512 wordt verminderd met 19.600 euro en van 19.600 euro op 0 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 735/0120/7511 wordt verminderd met 2.500 euro en van 2.500 euro op 0 euro teruggebracht. - Een krediet van 2.500 euro wordt bepaald op artikel 735/0120/7540 (nieuw) met als opgave "Waarborgfonds scholen - rentesubsidies". - Het krediet van artikel 843/0100/7403 wordt verminderd met 2.100 euro en van 10.400 euro op 8.300 euro teruggebracht. - Een krediet van 51.650 euro wordt bepaald op artikel 530/0460/7403 (nieuw) met als opgave "Europese subsidies - SOS II project coördinatie".
33
BEGROTING DER GEWONE UITGAVEN - Het krediet van artikel 060/0210/6810 wordt vermeerderd met 37.350 euro en van 467.900 euro op 505.250 euro gebracht. - Het krediet van artikel 421/0591/6501 wordt verminderd met 168.300 euro en van 168.300 euro op 0 euro teruggebracht. - Een krediet van 168.300 euro wordt bepaald op artikel 421/0591/6502 (nieuw) met als opgave "Aflossingen van leningen t.l.v. de hogere overheid". - Een krediet van 20.200 euro wordt bepaald op artikel 790/0591/6501 (nieuw) met als opgave "Aflossingen van leingen t.l.v. de provincie". - Het krediet van artikel 790/0591/6502 wordt verminderd met 20.200 euro en van 20.200 euro op 0 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 104/1110/6402 wordt verminderd met 150.000 euro en van 1.435.300 euro op 1.285.300 euro teruggebracht. - Een krediet van 112.500 euro wordt bepaald op artikel 767/0400/6402 (nieuw) met als opgave "Werkingssubsidies aan overheden - VERA". - Een krediet van 80 euro wordt bepaald op artikel 104/0100/6110/02 (nieuw) met als opgave "Reis- en verblijfskosten vorige jaren". - Een krediet van 25.890 euro wordt bepaald op atikel 132/0200/6131/02 (nieuw) met als opgave "Telefoonkosten vorige jaren". - Een krediet van 2.250 euro wordt bepaald op artikel 101/0200/6270/02 (nieuw) met als opgave "Verzekering personeel vorige jaren". - Het krediet van artikel 104/0100/6200 wordt verminderd met 29.600 euro en van 6.252.500 euro op 6.222.900 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 104/0100/6210 wordt vermeerderd met 11.100 euro en van 324.800 euro op 335.900 euro gebracht. - Het krediet van artikel 104/0100/6230 wordt verminderd met 4.900 euro en van 1.131.000 euro op 1.126.100 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 761/0101/6200 wordt verminderd met 42.000 euro en van 209.100 euro op 167.100 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 761/0101/6210 wordt verminderd met 1.000 euro en van 13.100 euro op 12.100 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 761/0101/6230 wordt verminderd met 14.000 euro en van 46.300 euro op 32.300 euro teruggebracht.
34
- Het krediet van artikel 801/0100/6200 wordt vermeerderd met 7.600 euro en van 723.600 euro op 731.200 euro gebracht. - Het krediet van artikel 801/0100/6210 wordt vermeerderd met 600 euro en van 36.900 euro op 37.500 euro gebracht. - Het krediet van artikel 801/0100/6230 wordt vermeerderd met 2.000 euro en van 162.900 euro op 164.900 euro gebracht. - Het krediet van artikel 930/0100/6200 wordt vermeerderd met 24.100 euro en van 948.700 euro op 972.800 euro gebracht. - Het krediet van artikel 930/0100/6210 wordt vermeerderd met 1.500 euro en van 48.800 euro op 50.300 euro gebracht. - Het krediet van artikel 930/0100/6230 wordt vermeerderd met 6.800 euro en van 200.000 euro op 206.800 euro gebracht. - Een krediet van 11.600 euro wordt bepaald op artikel 104/1100/6131/02 (nieuw) met als opgave "Administratieve kosten - uitbating, huur vorige jaren". - Het krediet van artikel 482/0290/6136/02 wordt vermeerderd met 365.000 euro en van 120.000 euro op 485.000 euro gebracht. - Een krediet van 26.000 euro wordt bepaald op artikel 482/0350/6136/02 (nieuw) met als opgave "Wettelijke tussenkomst wateringen vorige jaren". - Een krediet van 53.000 euro wordt bepaald op artikel 630/0600/6405/02 (nieuw) met als opgave "Bijdrage ruilverkavelingscomités vorige jaren". - Een krediet van 200 euro wordt bepaald op artikel 104/0100/6113/02 (nieuw) met als opgave "Terugbetaling onkosten vorige jaren". - Het krediet van artikel 421/0700/6406 wordt vermeerderd met 100.000 euro en van 910.000 euro op 1.010.000 euro gebracht. - Een krediet van 481.480 euro wordt bepaald op artikel 421/0700/6406/02 (nieuw) met als opgave "Aanleg fietspaden in het kader van netwerken vorige jaren". - Een krediet van 53.820 euro wordt bepaald op artikel 421/0720/6406/02 (nieuw) met als opgave "Realisatie pilootprojecten vorige jaren". - Een krediet van 8.480 euro wordt bepaald op artikel 423/0220/6132/02 (nieuw) met als opgave "Coördinatie mobiliteitsplannen vorige jaren". - Een krediet van 6.000 euro wordt bepaald op artikel 526/0800/6401 (nieuw) met als opgave "Werkingssubsidie TWP Vlaams-Brabant vzw". - Een krediet van 235.000 euro wordt bepaald op artikel 530/0200/6122 (nieuw) met als opgave "Werking economische propaganda". 35
- Het krediet van artikel 526/0120/6400 wordt verminderd met 100.000 euro en van 180.000 euro op 80.000 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 526/4000/6403 wordt verminderd met 141.000 euro en van 400.000 euro op 259.000 euro teruggebracht. - Een krediet van 51.650 euro wordt bepaald op artikel 530/0460/6401 (nieuw) met als opgave "Subsidie SOS II project". - Een krediet van 1.560 euro wordt bepaald op artikel 760/0100/6133/02 (nieuw) met als opgave "Werkingskosten voor gebouwen vorige jaren". - Het krediet van artikel 761/0200/6132 wordt verminderd met 3.500 euro en van 37.500 euro op 34.000 euro teruggebracht. - Een krediet van 3.500 euro wordt bepaald op artikel 761/0200/6134 (nieuw) met als opgave "Werkingskosten rollend materieel". - Het krediet van artikel 761/0101/6120 wordt vermeerderd met 50.000 euro en van 1.000 euro op 51.000 euro gebracht. - Het krediet van artikel 764/0310/6132 wordt vermeerderd met 467.700 euro en van 125.000 euro op 592.700 euro gebracht. - Een krediet van 195.700 euro wordt bepaald op artikel 773/0101/6132 (nieuw) met als opgave "Sociaal passief Baljuwhuis Galmaarden". - Een krediet van 13.630 euro wordt bepaald op artikel 879/0270/6132/02 (nieuw) met als opgave "Natuur- en milieuvoorlichting en educatie lokale besturen - vorige jaren". - Het krediet van artikel 879/0270/6132 wordt verminderd met 108.000 euro en van 146.500 euro op 38.500 euro teruggebracht. - Het krediet van artikel 879/0270/6401 wordt vermeerderd met 108.000 euro en van 37.200 euro op 145.200 euro gebracht. - Een krediet van 2.290 euro wordt bepaald op artikel 801/0230/6132/02 (nieuw) met als opgave "Eigen activiteiten preventie druggebruik - vorige jaren". - Een krediet van 3.080 euro wordt bepaald op artikel 801/0240/6132/02 (nieuw) met als opgave "Werking uitbouw regionale samenspraak". - Een krediet van 33.350 euro wordt bepaald op artikel 801/0300/6401/02 (nieuw) met als opgave "Vernieuwende projecten in de welzijnssector". - Een krediet van 12.400 euro wordt bepaald op artikel 833/0370/6401/02 (nieuw) met als opgave "Toegankelijkheidsbeleid". - Een krediet van 11.130 euro wordt bepaald op artikel 840/0400/6401/02 (nieuw) met als opgave "Subsidie opleiding ervaringsdeskundige armoede".
- Een krediet van 28.580 euro wordt bepaald op artikel 900/0310/6402/02 (nieuw) met als opgave "Werkingssubsidies aan overheden - Bovenwinkelwonen - vorige jaren". 36
BEGROTING DER BUITENGEWONE ONTVANGSTEN - Het krediet van artikel 060/0610/7810 wordt vermeerderd met 37.350 euro en van 467.900 euro op 505.250 euro gebracht. - Een krediet van 335.960 euro wordt bepaald op artikel 104/0600/1701/02 (nieuw) met als opgave "Op te nemen leningen - vorige jaren). - Het krediet van artikel 104/0600/1701 wordt vermeerderd met 1.041.700 euro en van 1.224.500 euro op 2.266.200 euro gebracht. - Een krediet van 28.890 euro wordt bepaald op artikel 421/0600/1701/02 (nieuw) met als opgave "Op te nemen leningen - vorige jaren". - Het krediet van artikel 482/0600/1701/02 wordt verhoogd met 31.560 euro en van 70.000 euro op 101.560 euro gebracht. - Het krediet van artikel 482/0600/1701 wordt vermeerderd met 41.000 euro en van 3.618.500 euro op 3.659.500 euro gebracht. - Het krediet van artikel 610/0200/1701 wordt vermeerderd met 95.500 euro en van 117.200 euro op 212.700 euro gebracht. - Het krediet van artikel 610/0300/1701 wordt vermeerderd met 55.000 euro en van 242.300 euro op 297.300 euro gebracht. - Een krediet van 174.500 euro wordt bepaald op artikel 731/0100/1701/02 (nieuw) met als opgave "Op te nemen leningen - vorige jaren". - Een krediet van 37.000 euro wordt bepaald op artikel 731/0200/1701/02 (nieuw) met als opgave "Op te nemen leningen - vorige jaren". - Het krediet van artikel 732/0100/1701 wordt vermeerderd met 83.000 euro en van 559.000 euro op 642.000 euro gebracht. - Het krediet van artikel 735/0100/1701 wordt vermeerderd met 303.000 euro en van 427.500 euro op 730.500 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0100/1701 wordt vermeerderd met 55.000 euro en van 884.000 euro op 939.000 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0200/1701 wordt vermeerderd met 317.500 euro en van 1.228.500 euro op 1.546.000 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0300/1701 wordt vermeerderd met 665.500 euro en van 1.349.400 euro op 2.014.900 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0400/1701 wordt vermeerderd met 368.500 euro en van 754.700 euro op 1.123.200 euro gebracht. - Een krediet van 62.000 euro wordt bepaald op artikel 773/0100/1701 (nieuw) met als opgave "Op te nemen leningen". 37
- Een krediet van 1 euro wordt bepaald op artikel 764/0200/2210BO (nieuw) met als opgave "Verkoop gebouwen". - Een krediet van 1 euro wordt bepaald op artikel 764/0300/2210BO (nieuw) met als opgave "Verkoop gebouwen". - Een krediet van 1.257.106 euro wordt bepaald op artikel 773/0100/2210BO (nieuw) met als opgave "Verkoop gebouwen". - Een krediet van 20.000 euro wordt bepaald op artikel 773/0100/2440BO (nieuw) met als opgave "Verkoop roerende patrimonium". BEGROTING DER BUITENGEWONE UITGAVEN - Een krediet van 1.277.108 euro wordt bepaald op artikel 060/0600/6802 (nieuw) met als opgave "Overboeking naar buitengewoon reservefonds". - Een krediet van 265.230 euro wordt bepaald op artikel 104/0800/2113/02 (nieuw) met als opgave "Software - Speciale projecten informatica - vorige jaren". - Een krediet van 70.730 euro wordt bepaald op artikel 104/1111/2310/02 (nieuw) met als opgave "Informaticamaterieel - Vervangingsproject - vorige jaren". - Het krediet van artikel 104/0800/2113 wordt vermeerderd met 75.000 euro en van 755.000 euro op 830.000 euro gebracht. - Een krediet van 8.000 euro wordt bepaald op artikel 104/0100/2400/02 (nieuw) met als opgave "Meubilair en kantooruitrusting - vorige jaren". - Het krediet van artikel 104/0100/2400 wordt vermeerderd met 192.000 euro en van 25.000 euro op 217.000 euro gebracht. - Een krediet van 466.700 euro wordt bepaald op artikel 104/0712/2210 (nieuw) met als opgave "Bouw provinciehuis". - Het krediet van artikel 104/0720/2211 wordt vermeerderd met 283.000 euro en van 30.000 euro op 313.000 euro gebracht. - Een krediet van 21.700 euro wordt bepaald op artikel 124/0200/2200 (nieuw) met als opgave "Inrichting terreinen en gronden: privaat patrimonium". - Het krediet van artikel 482/0750/2260 wordt vermeerderd met 41.000 euro en van 626.500 euro op 667.500 euro gebracht. - Een krediet van 11.000 euro wordt bepaald op artikel 421/0760/2240/02 (nieuw) met als opgave "Aanleg, herstelling en onderhoud provinciewegen - vorige jaren".
38
- Een krediet van 28.890 euro wordt bepaald op artikel 421/0760/2245/02 (nieuw) met als opgave "Provincieweg Leuven-Aarschot - vorige jaren". - Het krediet van artikel 482/0760/2260/02 wordt verhoogd met 31.560 euro en van 70.000 euro op 101.500 euro gebracht. - Een krediet van 95.500 euro wordt bepaald op artikel 610/0200/2200 (nieuw) met als opgave "Terreinen en gronden". - Een krediet van 5.000 euro wordt bepaald op artikel 610/0200/2300 (nieuw) met als opgave "Installaties, machines, uitrusting". - Het krediet van artikel 610/0300/2211 wordt vermeerderd met 55.000 euro en van 193.000 euro op 248.000 euro gebracht. - Een krediet van 174.500 euro wordt bepaald op artikel 731/0100/2211/02 (nieuw) met als opgave "Gebouwen: inrichting en groot onderhoud - vorige jaren". - Een krediet van 37.000 euro wordt bepaald op artikel 731/0200/2300/02 (nieuw) met als opgave "Installaties, machines, uitrusting - vorige jaren". - Het krediet van artikel 732/0100/2211 wordt vermeerderd met 83.000 euro en van 559.000 euro op 642.000 euro gebracht. - Het krediet van artikel 735/0100/2211 wordt vermeerderd met 303.000 euro en van 216.500 euro op 519.500 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0100/2300 wordt vermeerder met 55.000 euro en van 50.000 euro op 105.000 euro gebracht. - Een krediet van 40 euro wordt bepaald op artikel 760/0200/2200/02 (nieuw) met als opgave "Terreinen en gronden - vorige jaren". - Het krediet van artikel 760/0200/2200 wordt vermeerderd met 137.000 euro en van 101.500 euro op 238.500 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0200/2211 wordt vermeerderd met 120.500 euro en van 135.000 euro op 255.500 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0200/2300 wordt vermeerderd met 60.000 euro en van 902.700 euro op 962.700 euro gebracht. - Een krediet van 1.490 euro wordt bepaald op artikel 760/0300/2211/02 (nieuw) met als opgave "Gebouwen: inrichting en groot onderhoud - vorige jaren". - Het krediet van artikel 760/0300/2200 wordt vermeerderd met 188.000 euro en van 810.000 euro op 998.000 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0300/2211 wordt vermeerderd met 195.500 euro en van 391.900 euro op 587.400 euro gebracht.
39
- Het krediet van artikel 760/0300/2300 wordt vermeerderd met 282.000 euro en van 112.500 euro op 394.500 euro gebracht. - Het krediet van artikel 760/0400/2211 wordt vermeerderd met 368.500 euro en van 550.500 euro op 919.000 euro gebracht. - Het krediet van artikel 761/0101/2400 wordt vermeerderd met 11.100 euro en van 7.000 euro op 18.100 euro gebracht. - Een krediet van 3.990 euro wordt bepaald op artikel 773/0100/2211/02 (nieuw) met als opgave "Renovatie stookplaats - erelonen - vorige jaren". - Een krediet van 62.000 euro wordt bepaald op artikel 773/0100/2211 (nieuw) met als opgave "Gebouwen: inrichting en groot onderhoud". - Een krediet van 30 euro wordt bepaald op artikel 773/0100/2211/02 (nieuw) met als opgave "Gebouwen: inrichting en groot onderhoud - vorige jaren". Art. 2. De gewone begroting 2004 wordt in ontvangsten verhoogd met 1.959.970 euro en van 120.163.000 euro op 122.122.970 euro gebracht en in uitgaven vermeerderd met 1.960.920 euro en van 120.162.050 euro op 122.122.970 euro gebracht.. De buitengewone begroting 2004 wordt in ontvangsten en uitgaven vermeerderd met 5.010.068 euro en van 24.299.900 euro. op 29.309.968 euro gebracht. Leuven, 17 februari 2004 Van raadswege: De provinciegriffier, (g)Marc COLLIER
De voorzitter, (g)Vic LAUREYS
Leuven, 1 maart 2004
40
Nr. 12
Jaarlijkse provinciale wedstrijd verkeersveiligheid: goedkeuring van het wedstrijdreglement. Besluit van de provincieraad van 2 maart 2004. (Afdeling federale overheid) DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT,
Gelet op de artikelen 65 en 85 van de provinciewet; Gelet op het verslag van de vergadering van de raadscommissie XII "veiligheid en externe relaties" d.d. 25 februari 2004; Overwegende dat er sinds 1999 door de provincie Vlaams-Brabant een jaarlijkse provinciale wedstrijd verkeersveiligheid georganiseerd wordt voor leerlingen van het zesde leerjaar basisonderwijs van alle onderwijsnetten op het grondgebied van de provincie Vlaams-Brabant; Overwegende dat het stramien van de wedstrijd jaar na jaar werd en wordt bijgestuurd om de motivering tot deelname bij de deelnemers en de scholen te vergroten; Overwegende dat de deelnemende scholen een cruciale rol spelen bij de selectie van de deelnemers; Overwegende dat er voor deze scholen een extra stimulans nodig is om jaar na jaar de inspanningen te leveren om de leerlingen in ploegen aan deze wedstrijd te laten deelnemen; Overwegende dat deze stimulans kan gegeven worden in de vorm van geldprijzen die, aan de hand van de ploegenrangschikking, aan de deelnemende scholen wordt toegekend; Op voorstel van de bestendige deputatie, BESLUIT: Enig artikel. Het reglement, als bijlage bij dit besluit, betreffende de jaarlijkse provinciale wedstrijd verkeersveiligheid voor leerlingen van het zesde leerjaar basisonderwijs, wordt goedgekeurd. Leuven, 2 maart 2004 Van raadswege, De provinciegriffier, (g)Marc COLLIER
De voorzitter, (g)Vic LAUREYS
Dit besluit van de provincieraad wordt, samen met het reglement, opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 8 maart 2004
41
REGLEMENT BETREFFENDE DE JAARLIJKSE PROVINCIALE WEDSTRIJD VERKEERSVEILIGHEID
Artikel 1. Toepassingsgebied Jaarlijks organiseert de provincie Vlaams-Brabant een wedstrijd verkeersveiligheid voor leerlingen van het zesde leerjaar basisonderwijs van alle onderwijsnetten op het grondgebied van de provincie Vlaams-Brabant. Art. 2. Doel De wedstrijd beoogt het bevorderen van de verkeersveiligheid. Art. 3. Organisatie De datum van de wedstrijddag, de afsluiting van de inschrijvingslijsten en de prijsuitreiking worden jaarlijks bepaald door de bestendige deputatie. Art. 4. Deelname De inschrijvingen dienen via de school te gebeuren. Iedere ingeschreven school mag maximaal 3 leerlingen afvaardigen. Art. 5. Proeven De deelnemers worden tijdens de proeven door groepsleiders begeleid van en naar de plaatsen waar de verschillende proeven zullen plaatshebben. Vanaf hun aanmelding op het secretariaat tot na het indienen van hun rugnummer, staan de deelnemers uitsluitend onder de verantwoordelijkheid van deze begeleiders en mogen ze hun groep onder geen enkel voorwendsel verlaten. De deelnemers zullen volgende proeven afleggen : − 2 theoretische proeven: - een vragenlijst; - een proef op basis van powerpointpresentatie; −
2 praktische proeven:
- een proef op de verkeerspiste; - een behendigheidsproef per fiets.
Hiervoor moeten de kandidaten voldoende met de fiets kunnen rijden. De fietsen voor de praktische proeven worden door de organisatoren ter beschikking gesteld. Het is toegestaan dat de deelnemers met hun eigen fiets deelnemen, voorzover deze voldoet aan alle wettelijke bepalingen. Voor het afleggen van de proeven, worden de deelnemers in verschillende groepen ingedeeld.
42
Art. 6. Puntenverdeling − Theorie : vragenlijst : powerpointpresentatie − Praktijk :
40 punten 40 punten
verkeerspiste behendigheidsproef
60 punten 60 punten
− Totaal :
200 punten
Art. 7. Ex aequo Om eventuele ex aequo’s uit te schakelen wordt aan alle kandidaten een bijkomende vraag gesteld. In geval van ex aequo’s zal deze bijkomende vraag de doorslag geven. Indien er nog ex-aequo’s zijn na de bijkomende vraag primeren de punten die de kandidaten bij de praktische proeven hebben behaald. Voor eventueel resterende ex-aequo’s, worden de kandidaten verder gerangschikt door loting. Art. 8. Prijzen voor de beste gerangschikte scholen De best gerangschikte scholen ontvangen een geldprijs: Op voorstel van de dienst wordt jaarlijks door de bestendige deputatie het aantal best gerangschikte scholen bepaald en de daaraan verbonden geldprijzen. Deze rangschikking wordt opgesteld op basis van het totaal van de punten behaald door de 3 leerlingen die door eenzelfde school werden ingeschreven. In geval van ex aequo’s primeren de punten behaald bij de praktische proeven. Geven deze punten aanleiding tot ex aequo’s, dan wordt overgegaan tot loting tussen de betrokken scholen. Art. 9. Prijzen voor de deelnemers Aan de wedstrijd verkeersveiligheid is een officiële prijsuitreiking verbonden. De individuele winnaars en de winnende scholen worden persoonlijk uitgenodigd om aanwezig te zijn op de prijsuitreiking. Afhankelijk van de sponsoring ontvangt elke deelnemer aan de wedstrijd een geschenkenpakket. Daarenboven wordt in een prijzenpakket voorzien voor de dertig individuele winnaars, samengesteld uit verkregen sponsoring en zaken aangebracht door het provinciebestuur. Prijzen die door de winnaars niet binnen een termijn van één maand na de prijsuitreiking afgehaald worden bij de provincie Vlaams-Brabant, Afdeling Federale Overheid, dienst Politie en Openbare Orde, blijven eigendom van de provincie. Art. 10. Sancties Deelnemers die zich niet behoorlijk of volgens de reglementaire bepalingen gedragen, kunnen worden uitgesloten van de wedstrijd door de wedstrijdjury.
43
Art. 11. Ongevallen De kandidaten begeven zich op eigen verantwoordelijkheid naar en van de plaats van de wedstrijd. Eventuele ongevallen tijdens de wedstrijd worden gedekt door de verzekering van de organisatoren. Er zal een hulppost van een hulpdienst aanwezig zijn tijdens de wedstrijd. Art. 12. Betwistingen Eventuele betwistingen worden beslecht door een jury samengesteld uit vertegenwoordigers van de provincie Vlaams-Brabant, de politie, de Koninklijke Federatie van Belgische Politieofficieren en van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid. Art. 13. Beroep De deelname aan de wedstrijd impliceert dat men zich akkoord verklaart met het reglement. Alle niet-voorziene gevallen zullen soeverein door de jury beslecht worden. Art. 14. Inwerkingtreding Dit reglement heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2004.
44
Nr. 13
Goedkeuring van een provinciaal reglement betreffende de subsidiëring van noodhulp: goedkeuring. Besluit van de provincieraad van 2 maart 2004. (Directie welzijn en huisvesting) DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT,
Gelet op de artikelen 65 en 85 van de provinciewet; Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen; Gelet op het besluit van de provincieraad van 18 februari 1997 betreffende het reglement op de subsidiëring en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers; Overwegende dat de provincie subsidies verleent aan acties die voorzien in de levensbehoeften van bevolkingsgroepen die worden geconfronteerd met niet te voorziene rampen van natuurlijke of menselijke oorsprong; Overwegende dat sinds 1995 een bedrag van 49.600 euro in de begroting is ingeschreven voor het verlenen van subsidies humanitaire hulp; Overwegende dat het Rekenhof in 2003 opmerkte dat subsidies voortaan alleen kunnen toegekend worden op basis van een reglement; Op voorstel van de bestendige deputatie, BESLUIT: Artikel 1. Het provinciaal reglement betreffende de subsidiëring van noodhulp, als bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd. Art. 2. Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2004. Leuven, 2 maart 2004 Van raadswege, De provinciegriffier, (g)Marc COLLIER
De voorzitter, (g)Vic LAUREYS
Dit besluit van de provincieraad wordt, samen met het reglement, opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 8 maart 2004
45
PROVINCIAAL REGLEMENT BETREFFENDE DE SUBSIDIERING VAN NOODHULP
Artikel 1. Binnen de perken van de daartoe op de begroting van de provincie Vlaams-Brabant goedgekeurde kredieten en overeenkomstig de bepalingen van dit reglement kan de bestendige deputatie een subsidie toekennen voor het verlenen van noodhulp aan kwetsbare bevolkingsgroepen, die zich bevinden in een ontwikkelingsland. Art. 2. Onder noodhulp wordt verstaan in de zin van dit reglement: noodhulp is beperkt in tijd, ruimte en omvang. Zij heeft als doel te voldoen aan de vitale behoeften van bevolkingen die worden geconfronteerd met niet te voorziene rampen van natuurlijke of menselijke oorsprong of met de verergering van structurele problemen verbonden aan oorlogen, hongersnood, bevolkingsverplaatsingen, vluchtelingenstromen of epidemieën. De bestendige deputatie verleent subsidies aan een erkende N.G.O. (niet-gouvernementele organisatie) voor noodhulpacties. Art. 3. Om in het kader van dit reglement te worden erkend, dient een N.G.O. voldoende deskundigheid en terreinervaring te hebben op het gebied van noodhulpverlening. De bestendige deputatie stelt, op voordracht van DGOS (Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking), een beperkte lijst op van erkende NGO's die voldoende ervaring hebben opgedaan en goede resultaten hebben geboekt. De betrokken N.G.O.'s worden hiervan op de hoogte gebracht. Art. 4. Om in aanmerking te komen voor een subsidie, moet de voorgestelde actie aan de volgende criteria voldoen: -
op korte termijn wordt getracht de meest levensnoodzakelijke behoeften van de slachtoffers van een ramp te lenigen; noodhulp wordt verleend aan slachtoffers zonder onderscheid van ras, godsdienst, geslacht, leeftijd, nationaliteit of politieke overtuiging; beslissingen tot het verlenen van noodhulp dienen onpartijdig te zijn en uitsluitend in functie van de behoeften en het belang van de slachtoffers.
46
Art. 5. De erkende N.G.O. die voor subsidiëring van noodhulp in aanmerking wenst te komen, moet een aanvraag indienen bij het provinciebestuur van Vlaams-Brabant, Provincieplein 1, 3010 Leuven. Het dossier dient volgende gegevens te bevatten: - identificatie van de subsidieaanvrager; - omschrijving van de gebeurtenis die de noodhulpactie rechtvaardigt; - omschrijving en doelstelling van de actie; - de begroting van de voorgestelde actie. Art. 6. Voor subsidies die het bedrag van vierentwintigduizend zevenhonderd vijftig euro niet overschrijden is de begunstigde, met toepassing van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen, ertoe gehouden om: - de subsidie aan te wenden voor het doel waarvoor ze werd toegekend; - na afloop een kort verslag en een gedetailleerde afrekening betreffende het gebruik van de subsidie aan het provinciebestuur van Vlaams-Brabant te sturen; - deze bewijsstukken moeten bij de provincie ingediend worden uiterlijk op 31 augustus van het jaar volgend op het werkjaar waarvoor de subsidie werd toegekend . Art. 7. De begunstigde wordt vrijgesteld van de in artikel 5 § 1 en 2 van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen vermelde verplichtingen tot het indienen van een verslag betreffende beheer en financiële toestand, balans en rekeningen bij de aanvraag van de subsidie en na afloop van het werkjaar. Art. 8. Voor subsidies van meer dan vierentwintigduizend zevenhonderd vijftig euro, is de begunstigde, met toepassing van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen, ertoe gehouden om: - de subsidie aan te wenden voor het doel waarvoor ze werd toegekend; - elke daartoe gemachtigde afgevaardigde van de provincie Vlaams-Brabant toestemming te verlenen om eventueel ter plaatse de aanwending van de toegekende subsidies te controleren; - een verslag betreffende beheer en financiële toestand, balans en rekeningen bij de aanvraag van de subsidie en na afloop van het werkjaar in te dienen. Deze bewijsstukken moeten bij de provincie ingediend worden uiterlijk op 31 augustus van het jaar volgend op het werkjaar waarvoor de subsidie werd toegekend.
47
Art. 9. De bestendige deputatie toetst elke aanvraag aan de toepassingsvoorwaarden van het reglement. Art. 10. De subsidies worden slechts voorwaardelijk toegekend. In de volgende gevallen: - één of meer bepalingen van dit reglement werden niet nageleefd; - onjuiste of onvolledige gegevens werden aan de provinciale administratie meegedeeld; - de voorgeschreven termijnen voor het indienen van de bewijsstukken werden niet gerespecteerd; kan de bestendige deputatie één of meerdere van volgende sancties opleggen: - de subsidie wordt geheel of gedeeltelijk teruggevorderd; - de uitbetaling van reeds toegekende, maar nog niet of slechts gedeeltelijk uitbetaalde subsidies wordt stopgezet; - de subsidieaanvrager wordt uitgesloten van verdere subsidiëring gedurende een bepaalde periode.
48
Nr. 14
Provinciale comptabiliteit: definitieve vaststelling van de begrotingsrekening van de provincie voor het dienstjaar 2001. Besluit van de provincieraad van 2 maart 2004. (Directie financiën) DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT,
Gelet op het koninklijk besluit van 2 juni 1999 betreffende de algemene regeling van de provinciale boekhouding; Gelet op het artikel 66 § 2 van de provinciewet; Gelet op de definitieve begrotingsrekening voor het dienstjaar 2001; Gelet op het verslag van het Rekenhof d.d.30 december 2003 met als referte N 14-2.186.658 B1; Op voorstel van de bestendige deputatie, BESLUIT: Enig artikel. De begrotingsrekening van de provincie Vlaams-Brabant voor 2001, wordt als volgt definitief vastgesteld:
De begrotingsrekening omvattend : 1. Wat de algemene provinciale gelden betreft : - de eindrekening over het jaar 2001 gespecificeerd per begrotingsartikel van de ontvangsten en uitgaven; - de eindrekening van de uitgavenkredieten overgedragen van de begroting van het vorige jaar 2000 gespecificeerd per begrotingsartikel van de uitgaven. 2. De rekeningen over het beheer der fondsen en de verrichtingen voor rekening van derden per kalenderjaar beheerd. Deze rekeningen omvatten voor elk van die gelden de verrichtingen in ontvangsten en uitgaven. 3. De algemene samenvatting der ontvangsten en uitgaven van de verschillende rekeningen met het oog op de naar het jaar 2001 over te brengen saldi.
49
A. De gewone begroting 1. De ramingen van inkomsten en uitgaven.(met inbegrip van de begrotingswijzigingen) • De ontvangsten werden geraamd op : • De uitgaven werden begroot op : • Het geraamde boni bedroeg derhalve :
4.946.124.000,-fr. 4.917.513.000,-fr. 28.611.000,-fr.
2. De inkomsten • • • • •
De vastgestelde rechten voor het jaar 2001 bedragen: Deze dienen verminderd met het bedrag aan oninbare vorderingen : Waaruit het bedrag van de verbeterde vastgestelde rechten: Hierop werd een bedrag ontvangen van : (a) Blijft te ontvangen aan vastgestelde rechten :
5.371.292.731,-fr. -3.727.241,-fr. 5.367.565.490,-fr. 5.019.684.779,-fr. 347.880.711,-fr.
3. De uitgaven a) Jaar 2001 - Huidig begrotingsjaar • De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : • De betalingen op kredietopeningen bedroegen : Totaal van het gebruikt krediet : (b) • Blijft aan beschikbaar krediet, dat kan overgedragen worden naar volgende rekening :
2.184.557.660,-fr. 1.509.280.370,-fr. 3.693.838.030,-fr. 1.223.674.970,-fr.
b) Jaar 2001 - Kredieten overgedragen van het vorig begrotingsjaar 2000 • • • • •
Overgedragen kredieten: De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : De betalingen op kredietopeningen bedroegen : Totaal van het gebruikt krediet : (c) Te annuleren ongebruikt krediet :
939.590.930,-fr. 443.349.982,-fr. 96.991.939,-fr. 540.341.921,-fr. 399.249.009,-fr.
4. Het resultaat • De gewone begroting jaar 2001 huidig begrotingsjaar en jaar 2001kredieten overgedragen van het vorig begrotingsjaar 2000 tezamen, sluit met een over te dragen boni van (d) = (a)-( b + c ) 785.504.828,-fr. • Hierbij wordt het overgedragen boni van het jaar 2000 gevoegd 350.161.619,-fr. • Het gecumuleerde resultaat - een boni -op 31 december 2001 voor de jaren 1995 tot 2001 tesamen bedraagt: 1.135.666.447,-fr.
50
B. De buitengewone begroting 1. De ramingen van inkomsten en uitgaven.(met inbegrip van de begrotingswijzigingen) • De ontvangsten werden geraamd op : 1.480.192.000,-fr. • De uitgaven werden begroot op : (x) 1.480.192.000,-fr. De begroting is bijgevolg sluitend. (x) Ramingen van de uitgaven jaar 2001: Overdracht gesplitste kredieten jaar 2000 : Totaal bedrag ramingen rekening jaar 2001 :
1.480.192.000,-fr. 602.053.702,-fr. 2.082.245.702,-fr.
2. De inkomsten • • • • •
De vastgestelde rechten voor het jaar 2001 bedragen : Deze dienen verminderd met het bedrag aan oninbare vorderingen : Waaruit het bedrag van de verbeterde vastgestelde rechten : Hierop werd een bedrag ontvangen van : (a) Blijft te ontvangen aan vastgestelde rechten :
1.125.189.419,-fr. 504.095,-fr. 1.124.685.324,-fr. 166.754.557,-fr. 957.930.767,-fr.
3. De uitgaven a) Jaar 2001 - Huidig begrotingsjaar • De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : • De betalingen op kredietopeningen bedroegen : • Totaal van het gebruikt krediet : (b)
337.146.334,-fr. 24.839.573,-fr. 361.985.907,-fr.
b) Jaar 2001 - Kredieten overgedragen van het vorig begrotingsjaar 2000 • • • • • • •
Saldi gesplitste kredieten overgedragen naar de rekening jaar 2001 : Te annuleren kredietoverschot van de gesplitste kredieten : Overgedragen kredieten: De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : De betalingen op kredietopeningen bedroegen : Totaal van het gebruikt krediet : (c) Te annuleren ongebruikt krediet:
602.053.702,-fr. 0,-fr. 344.059.021,-fr. 223.190.911,-fr. 11.603.971,-fr. 234.794.882,-fr. 109.264.319,-fr.
4. Het resultaat • De buitengewone begroting jaar 2000 huidig begrotingsjaar en jaar 2001kredieten overgedragen van het vorig begrotingsjaar 2000 tezamen, sluit met een over te dragen mali van : (d) = (a) - ( b + c) -430.026.232,-fr. Hierbij wordt het overgedragen mali van het jaar 2000 gevoegd : -1.481.242.195,-fr. • Het gecumuleerde resultaat - een mali -op 31 december 2001 voor de jaren 1995 tot 2001 tezamen bedraagt : -1.911.268.427,-fr.
51
C. De begroting beheer der fondsen en verrichtingen voor rekening van derden. 1. De ramingen van inkomsten en uitgaven (met inbegrip van de begrotingswijzigingen) • De ontvangsten werden geraamd op : • De uitgaven werden begroot op : Het geraamde boni bedroeg derhalve:
1.132.486.000,-fr. 1.019.373.000,-fr. 113.113.000,-fr.
2. De inkomsten • Het beschikbaar overgedragen krediet op 31 december 2000 bedroeg : 1.967.563.028,-fr. • De ontvangsten tijdens het jaar 2001 bedroegen : (a) 867.781.907,-fr. • Totaal beschikbaar krediet op 31 december 2001: 2.835.344.935,fr 3. De uitgaven • • • •
De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : De betalingen op kredietopeningen bedroegen : Totaal van het gebruikt krediet : (b) Blijft aan beschikbaar krediet, dat werd overgedragen naar volgende rekening :
324.547.505,-fr. 598.330.159,-fr. 729.887.223,-fr. 2.123.019.961,-fr.
4. Het resultaat • De begroting voor order - jaar 2001 sluit met een boni van : (c) = (a - b) 137.894.684,-fr. • Hierbij wordt het overgedragen boni van het jaar 2000 gevoegd : 1.967.563.028,-fr. • Het gecumuleerde resultaat - een boni -op 31 december 2001 voor de jaren 1995 tot 2000 tezamen bedraagt : 2.105.457.712,-fr. Het algemeen resultaat • Het beschikbaar saldo (boni) van de algemene provinciale fondsen , het Beheer der fondsen en verrichtingen voor rekening van derden tezamen bedraagt : 1.329.855.732,-fr. Leuven, 2 maart 2004 Van raadswege: De provinciegriffier, (g)Marc COLLIER
De voorzitter, (g)Vic LAUREYS
Dit besluit van de provincieraad wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 8 maart 2004
52
Nr. 15
Vlaamse regering. Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken. Omzendbrief BA-2004/01 van 13 februari 2004 tot aanvulling van de omzendbrief BA-1998/01 van 17 maart 1998 betreffende het statuut van de lokale en provinciale mandataris - Financiële ondersteuning van de werking van de politieke fracties.
Aan de provinciegouverneurs Ter kennisgeving aan : - de leden van de provincieraden - de leden van de bestendige deputaties - de colleges van burgemeester en schepenen - de voorzitters van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn Betreft: Omzendbrief tot aanvulling van de omzendbrief BA-1998/01 van 17 maart 1998 betreffende het statuut van de lokale en provinciale mandataris - Financiële ondersteuning van de werking van de politieke fracties - Omzendbrief BA-2004/01 van 13 februari 2004 I. Inleiding In de omzendbrief van 17 maart 1998 betreffende het statuut van de lokale en provinciale mandataris werd de gemeenten en OCMW’s aanbevolen om via een reglement een aantal maatregelen in te voeren die zouden kunnen bijdragen tot de verbetering van hun lokale bestuurskwaliteit. Een van deze aanbevelingen had betrekking op het ondersteunen van de werking van de provincieraads-, gemeenteraads- en OCMW-fracties door, waar mogelijk, infrastructurele faciliteiten (lokaal, telefoon, fax, kopieerapparatuur enzovoort) ter beschikking te stellen van de fracties of hen eventueel een toelage toe te kennen voor rekening van de lokale begroting. De bedoeling van deze laatste aanbeveling leek mij duidelijk namelijk, de raadsleden van de verschillende fracties extra faciliteiten bieden opdat ze hun lokaal politiek mandaat nog professioneler en kwaliteitsvoller kunnen uitoefenen en daardoor ook hun democratische opdracht en controletaak nog efficiënter kunnen waarnemen. Concreet houdt dit in dat, als voor een financiële ondersteuning wordt gekozen, de fractietoelage aangewend wordt voor bijvoorbeeld de vorming van de fractieraadsleden, de uitbouw van een secretariaat, enzovoort. Het blijkt dat er bij sommige besturen onduidelijkheid bestaat over een correcte toepassing van deze omzendbrief. Ik verwijs hierbij naar gevallen waar fractietoelagen bijvoorbeeld opgespaard worden om verkiezingen, het partijblad, het bal van de burgemeester, enzovoort mee te financieren of uitgekeerd worden aan individuele raadsleden, bijvoorbeeld om een presentiegeld dat eerst om fiscale redenen verlaagd werd, te compenseren. Vanzelfsprekend zijn dergelijke praktijken een oneigenlijk gebruik van de richtlijn, die de bedoeling heeft de kwaliteit van de fractiewerking in de raden van gemeente, provincie of OCMW te verbeteren en zo bij te dragen tot een meer kwaliteitsvol bestuur. Dat betekent dat de ondersteuning met
53
gemeenschapsmiddelen in geen geval gebruikt kan worden voor de ondersteuning van de lokale partijwerking, in welke vorm dan ook. Ik wens hier dus de concretere voorwaarden voor de toekenning en besteding van de fractietoelagen duidelijker aan te geven en vraag de besturen zich daar in de toekomst ook strikt aan te houden. II. De toekenning en aanwending van fractietoelagen De richtlijnen in deze omzendbrief doen geen afbreuk aan de vrijheid van de lokale besturen om zelf de vorm van ondersteuning van de fractiewerking te bepalen die ze wensen toe te passen. Dat betekent dat ze, ieder binnen hun eigen bestuursgegevenheid, verder autonoom kunnen beslissen deze ondersteuning aan te bieden via infrastructurele faciliteiten dan wel via een toelage, of via een combinatie van beide. De wijze waarop de ondersteuning wordt toegekend kan in de reglementering worden bepaald. 1. Bedrag van de fractietoelage Het blijkt dat besturen vaak zeer uiteenlopende bedragen vaststellen als fractietoelage. Door bepaalde besturen werden soms bijzonder hoge toelagen toegekend zonder dat duidelijk was welke redenen daaraan ten grondslag lagen. Omdat de fractietoelagen ten laste komen van de eigen begroting, zal ik willekeurig toegekende toelagen in de toekomst niet meer aanvaarden. Het is duidelijk dat de besturen ook bij het treffen van deze maatregel vooraf, en gelet op de belangrijkheid van hun bestuur en de eigen mogelijkheden, de nodige afwegingen zullen moeten maken. Gezien de autonomie van de besturen, wens ik hier geen maximumbedragen vast te stellen. Toch verzoek ik de besturen wel om voortaan de bedragen die ze voorstellen te motiveren en dus aan te geven om welke redenen en op grond van welke afwegingen ze tot het voorgestelde bedrag zijn gekomen. 2. Fractietoelage: exclusief aan te wenden voor de fractiewerking De toelagetrekkers mogen toelagen die toegekend worden uit de begroting uitsluitend aanwenden voor het doel waarvoor ze toegekend worden namelijk voor de ondersteuning van de fractie. Dat is een algemeen principe dat ook opgenomen is in artikel 3 van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen. Hierboven werden al enkele voorbeelden gegeven van een correct gebruik. In de toekomst zullen bijgevolg geen afwijkende praktijken meer geduld worden. De fractietoelagen mogen bijvoorbeeld niet opgespaard worden voor het bekostigen van de komende verkiezingen of, meer algemeen, voor eigen partijpolitieke doeleinden. Ze moeten duidelijk verbonden zijn aan de fracties in relatie tot de werking van de raden waar zij deel van uitmaken. Daarnaast zijn fractietoelagen bedoeld voor gebruik door de fracties. Uitkeringen van fractietoelagen of gedeelten ervan aan individuele raadsleden, om welke reden dan ook, zullen dus voortaan ook uitgesloten zijn. Ik verzoek de besturen om, indien nodig, hun reglementen aan deze richtlijnen aan te passen. Ik verzoek hen tevens om hun reglementering aan te vullen met modaliteiten tot terugvordering ingeval fracties de toegekende toelagen op een onrechtmatige wijze hebben aangewend.
54
3. Controle op de correcte besteding Een correct gebruik van fractietoelagen vereist ook de nodige controle van de raden zelf. Ook op dit stuk blijven de besturen nogal eens in gebreke. Vaak eisen ze van de toelagetrekkers weinig of geen verantwoording voor het gebruik van de toelage en is er nauwelijks enige controle. Ik verzoek de besturen dan ook dringend in hun reglementen de nodige eisen tot verantwoording vast te stellen en ook effectief de opgegeven verantwoording te controleren. Een minimumvereiste hierbij lijkt me dat de besturen zouden beschikken over een gedetailleerd verslag over de besteding van de middelen door de diverse toelagetrekkers. Dat verslag moet ook openbaar zijn en elk jaar aan de raden ter kennis worden gegeven. Een minimumvereiste hierbij lijkt me dat de besturen zouden beschikken over een gedetailleerd verslag over de besteding van de middelen door de diverse toelagetrekkers. Dat verslag moet ook openbaar zijn. III. Besluit Ik verzoek de lokale besturen om binnen de kortst mogelijke termijn hun reglementen inzake de toekenning van fractietoelagen aan deze richtlijnen aan te passen. Ik verzoek de gouverneurs strikt toe te zien op de toepassing van deze richtlijn door de gemeenteen OCMW-besturen. Wat de provinciale overheden zal dat gebeuren door mijn administratie Binnenlandse Aangelegenheden. Ik verzoek ook deze omzendbrief op te nemen in het volgende nummer van het Bestuursmemoriaal. Ik bezorg deze omzendbrief ook rechtstreeks aan alle gemeente- en OCMW-besturen.
(g)Paul Van Grembergen Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken Deze omzendbrief wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 11 maart 2004
55
Nr. 16
DIPLOMATIEK EN CONSULAIR KORPS – Consulaten-generaal. (Algemeen secretariaat nr. GR/1.855.210)
OFFICIEEL BERICHT
De heer minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Internationale Samenwerking brengt mij de hierna volgende inlichtingen/wijzigingen ter kennis aangaande de consulaire korpsen.
LAND
NAMEN
ONDERWERP
MONGOLIE
De heer Alexander ZANZER
Werd benoemd tot ereconsul-generaal van Mongolië te Antwerpen, met als consulair ressort het Vlaamse Gewest.
REPUBLIEK COLOMBIA
Mevrouw Luz Stella JARA PORTILLA
Werd benoemd tot consul-generaal van Republiek Colombia te Brussel, met als consulair ressort gans België.
PLAATS ANTWERPEN
BRUSSEL
Dit bericht wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 1 maart 2004
56