Bestuursmemoriaal Provincie Vlaams-Brabant Nummer 8
20 september 2006
12de jaargang
Inhoud
Reglementen en verordeningen van de provincieraad
Nr. 45
Nr. 46
Nr. 47
Nr. 48
Maandelijks (behalve in juli)
Toepassing van de artikelen 244 en 245 van het provinciedecreet Overzichtslijst van de raadsbesluiten van de vergadering van 12 september 2006
blz. 191
Reglementen voor het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte voor herbouwen en aankopen, respectievelijk renoveren van een woning - aanpassingen Besluit van de provincieraad van 12 september 2006
blz. 193
CVO De Nobel - verhoging van de inschrijvingsgelden Besluit van de provincieraad van 12 september 2006
blz. 211
Provinciale comptabiliteit: definitieve vaststelling van de jaarrekeningen van de provincie voor het dienstjaar 2004 Besluit van de provincieraad van 12 september 2006
blz. 213
Afgiftekantoor Leuven X
Nr. 49
Goedkeuring geïntegreerd subsidiereglement ter ondersteuning bibliotheekbeleid in de Vlaams-Brabantse bibliotheken Besluit van de provincieraad van 12 september 2006
blz. 246
Wettelijke bekendmakingen
Nr. 50
Diplomatiek en consulair korps - Consulaten generaal
blz. 255
Een jaarabonnement op het ” Bestuursmemoriaal ” ontvangt u door storting van 62 euro op de rekening nr. 091-0106177-88 van de provincie Vlaams-Brabant, Provincieplein 1 te 3010 Leuven met vermelding op de strook van “ BM art. 823 ”. Een los exemplaar kan verkregen worden tegen de prijs van 6,20 euro. Een elektronische versie van het bestuursmemoriaal wordt verspreid via de website van de provincie, www.vlaamsbrabant.be/bestuursmemoriaal. Verantwoordelijke uitgever: Marc COLLIER, provinciegriffier, Provincieplein 1, 3010 Leuven Bestuursmemoriaal nr. 8 - 20 september 2006
Nr. 45
Toepassing van de artikelen 244 en 245 van het provinciedecreet (Dienst algemeen secretariaat) Overzichtslijst van de raadsbesluiten van 12 september 2006
Voorstel nr.
VOORWERP EN GENOMEN BESLUITEN
1.
99
De levering en bedrijfsklare installatie van de nodige componenten voor de uitbouw van de provinciale GIS-omgeving: − goedkeuring bestek en vaststelling van de wijze van gunnen; − uitgave geraamd op 150.000 euro (inclusief btw); − kosten onderhoud geraamd op 30.000 euro.
2.
100
Levering van een specifiek pakket voor het in kaart brengen van de bedrijfsprocessen: − goedkeuring onderhandelingsprocedure; − kostprijs geraamd op 3.000 euro (inclusief btw) − kostprijs jaarlijks onderhoud geraamd op 1.500 euro (inclusief btw).
3.
101
De levering van bedrijfsklare servers en netwerkapparatuur voor het provinciebestuur Vlaams-Brabant: − raamovereenkomst voor 3 jaar; − goedkeuring bestek en vaststelling van de wijze van gunnen; − totale kosten voor de leveringen geraamd op 1.300.000 euro (inclusief btw); − jaarlijkse kosten voor het onderhoudscontract geraamd op 15% van de aankoopprijs.
4.
102
VERA: jaarverslag, controleverslag van de bedrijfsrevisor, verslag van de commissarissen, jaarrekening 2005: begroting en ondernemingsplan 2006: voorlopige goedkeuring en kennisneming.
5.
103
Reglementen voor het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte voor herbouwen en aankopen, respectievelijk renoveren van een woning - aanpassingen: goedkeuring.
6.
104
Aanstelling van de provinciale vertegenwoordigers in de bekkenbesturen: goedkeuring.
7.
105
Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'televisie- en radiozendmast' te Sint-Pieters-Leeuw - openbaar onderzoek: goedkeuring.
191
8.
106
CVO De Nobel - verhoging van de inschrijvingsgelden: goedkeuring.
9.
107
Goedkeuring van de bestelling van zeven inrichtingen voor de plaatsing van onbemande camera's en van de locatie van de camera's: goedkeuring.
10.
108
Overgangsmaatregelen in het kader van het fietsfonds 2006 - extra inkomsten voor de provincie: goedkeuring.
11.
109
Het sluiten verkoopovereenkomst met betrekking tot PPS Anemonenlaan: − aanpassing van raamovereenkomst inzake het realiseren van een bijzonder plan van aanleg en PPS-samenwerking; − goedkeuring.
12.
110
Integratie en aankoop van een kunstwerk op het provincieplein: goedkeuring.
13.
111
Provinciale comptabiliteit: definitieve vaststelling van de jaarrekeningen van de provincie voor het dienstjaar 2004: goedkeuring.
14.
112
Goedkeuring geïntegreerd subsidiereglement ter ondersteuning van het streekgericht bibliotheekbeleid in de Vlaams-Brabantse bibliotheken: goedkeuring.
15.
113
Het ophalen, vervoer en de verwerking van afval ten behoeve van het provinciehuis Vlaams-Brabant: − goedkeuring van het bestek en vaststelling van de wijze van gunnen; − totale uitgaven geraamd op 2.900 euro voor 2006, 34.000 euro voor 2007, 36.000 euro voor 2008 en 37.000 euro voor 2009 (inclusief btw).
Deze overzichtslijst van de raadsbesluiten wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 18 september 2006
192
Nr. 46
Reglementen voor het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte voor het bouwen en aankopen, respectievelijk renoveren van een woning - aanpassingen Besluiten van de provincieraad van 12 september 2006 (Directie welzijn en huisvesting)
BESLUIT I DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT, Gelet op de artikelen 65 en 85 van de provinciewet; Gelet op de besluiten van de provincieraad van 29 juni 1995, 19 maart 1996, 17 november 1998, 15 februari 2000 en 2 december 2003 tot vaststelling van het reglement voor het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte voor het bouwen en aankopen van een woning; Overwegende dat er aanleiding toe bestaat het voormelde reglement te wijzigen ingevolge de gestegen vastgoedprijzen in Vlaams-Brabant; Dat zo o.a. een aanpassing van de venale waarde in het reglement noodzakelijk is; Gelet op het verslag van de vergadering van de raadscommissie "Huisvesting en Grondbeleid";
Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1. Het provinciaal reglement betreffende het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte voor het bouwen en aankopen van een woning als bijlage vervangt het reglement van de provincieraad van 29 juni 1995, zoals het werd gewijzigd. Art. 2. Dit besluit treedt onmiddellijk in werking. Leuven, 12 september 2006 Van raadswege, De provinciegriffier, (g)Marc COLLIER
De voorzitter, (g)Vic LAUREYS
Dezet besluiten van de provincieraad worden, samen met het reglement, opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 18 september 2006
193
LENINGEN BOUWEN EN AANKOPEN Reglement voor het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte voor het bouwen en aankopen van een woning. Artikel 1. Binnen de perken van de goedgekeurde begrotingskredieten kan een bijkomende lening toegekend worden aan personen die een hoofdlening aangaan bij een kredietinstelling met het oog op het bouwen of aankopen van een woning, volledig bestemd voor de huisvesting van de aanvragers. De woning dient gezond of verbeterbaar te zijn, alsook aangepast aan de noden van het gezin. De begunstigden die reeds een bijkomende provincielening bekwamen voor het aankopen, bouwen of vernieuwen van een ander onroerend goed komen niet in aanmerking voor een nieuwe lening. Art. 2. Voorwaarden te vervullen door de aanvragers • •
•
Niet over de volledige eigendom of het volledige vruchtgebruik beschikken van andere onroerende goederen, waarvan het totaal kadastraal inkomen hoger ligt dan 125 euro. Bij het kredietorganisme de maximumlening verkrijgen die hen kan worden toegekend in het kader van zijn reglementering. Deze lening moet daarenboven ten minste 60 % bedragen van de venale waarde in gedwongen verkoop van het goed (grond inbegrepen). Het bedrag van het gezamenlijk belastbaar inkomen van de aanvragers van het derde jaar dat de aanvraag voorafgaat mag niet hoger liggen dan de maxima waarvan sprake in bijlage 1.
Indien het voordeliger is voor de aanvragers kan rekening gehouden worden met het gezamenlijk belastbaar inkomen van het laatste jaar dat de aanvraag voorafgaat. Indien de aanvragers nog niet over het aanslagbiljet van het vereiste dienstjaar beschikken kan de deputatie de lening principieel toekennen. De leningsakte zal niet ondertekend worden voordat het aanslagbiljet van het referentiejaar is voorgelegd aan het provinciebestuur en hieruit blijkt dat het gezamenlijk belastbaar inkomen niet hoger ligt dan het maximum dat vastgesteld is door het reglement. •
De aanvragers moeten na aftrek van de te betalen maandelijkse aflossingen voor de verschillende leningen minstens beschikken over volgend inkomen: - 590 euro voor 1 persoon - 740 euro voor 2 personen - 870 euro voor 3 personen - 1.000 euro voor 4 personen - 1.130 euro voor 5 personen - + 130 euro per bijkomend kind ten laste. Voormelde bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen en worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het indexcijfer van de maand december, voorafgaand aan de
194
aanpassing en afgerond naar het dichtstbijzijnde eurotiental (inkomen x nieuw indexcijfer/oud indexcijfer). •
Indien de aanvragers niet over voldoende inkomsten beschikken kan de lening toegekend worden op voorwaarde dat een derde persoon zich borg stelt voor de terugbetaling van de lening. De borg dient aan volgende voorwaarden te voldoen: -
Belg zijn of minstens 5 jaar in België woonachtig zijn; bekwaam zijn om een overeenkomst te sluiten; de pensioengerechtigde leeftijd niet hebben bereikt voor de aangevraagde lening is terugbetaald; beschikken over voldoende inkomsten, andere dan inkomsten voortkomend uit een zelfstandige bedrijvigheid.
De borg zal een overeenkomst van afstand van loon ten opzichte van de provincie Vlaams-Brabant ondertekenen. •
Van goed zedelijk gedrag zijn.
•
De financiële middelen verzamelen die nodig zijn voor het verwezenlijken van de geplande aankoop of bouw.
•
De aanvragers mogen niet reeds van een eerdere provinciale lening voor aankoop of nieuwbouw genoten hebben.
Art. 3. Voorwaarden waaraan de woning moet voldoen •
De totale venale waarde in gedwongen verkoop van het goed (grond inbegrepen) zal na de werken volgende bedragen niet mogen overschrijden: - 230.000 euro indien het goed gelegen is in de Vlaamse rand (dit zijn de volgende gemeenten: Asse, Beersel, Dilbeek, Drogenbos, Grimbergen, Hoeilaart, Kortenberg, Kraainem, Linkebeek, Machelen, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Sint-Genesius-Rode, Sint-Pieters-Leeuw, Steenokkerzeel, Tervuren, Vilvoorde, Wemmel, Wezembeek-Oppem, Zaventem en Zemst); - 185.000 euro indien het goed gelegen is in een andere gemeente van de provincie VlaamsBrabant.
Wat de totale venale waarde in gedwongen verkoop van het onroerend goed betreft die dient in aanmerking genomen te worden, zal de deputatie zich kunnen steunen op de expertise van de organisatie die de hoofdlening toestond. Indien de financieringsmaatschappij de penale waarde van het goed niet heeft vastgesteld zal deze als volgt bepaald worden: de venale waarde in gedwongen verkoop is gelijk aan 85 % van de geschatte waarde bij onderhandse verkoop of 90 % van de venale waarde bij vrijwillige openbare verkoop. Voor gezinnen met minstens 3 kinderen ten laste en gezinnen met een motorisch gehandicapte van minstens 66% wordt de maximum venale waarde met 12.400 euro verhoogd. • -
Komen niet in aanmerking: onbewoonbare woningen
195
-
gebouwen van de horecasector gebouwen waarvan meer dan 30 m2 bestemd is voor de uitoefening van een beroep of voor handel drijven.
•
De woning moet gelegen zijn op het grondgebied van de provincie Vlaams-Brabant.
Art. 4. Modaliteiten van de lening •
De leningsaanvraag moet op het daartoe bestemde formulier, vergezeld van de vereiste documenten, ingediend worden per aangetekende brief binnen een termijn van 3 maanden na de ondertekening van de akte der hoofdlening voor de aankoop van een woning en binnen een termijn van 18 maanden na de ondertekening der akte van hoofdlening indien het bouwen betreft. De poststempel zal als bewijs gelden. Het voornoemd formulier kan bij gewone aanvraag verkregen worden bij het provinciebestuur.
•
Het maximumbedrag van de lening bedraagt 15.000 euro.
De lening wordt als volgt berekend: het verschil tussen de venale waarde in gedwongen verkoop van het goed (grond inbegrepen) en het bedrag van de aangegane leningen. Indien echter, in geval van aankoop van een onroerend goed, de aankoopprijs vermeerderd met de aankoopkosten lager is dan de venale waarde in gedwongen verkoop wordt het maximumbedrag van de lening als volgt berekend: het verschil tussen de aankoopprijs vermeerderd met de aankoopkosten en het nettobedrag der aangegane leningen. De som van de toegekende leningen (provincielening inbegrepen) mag niet meer bedragen dan 100 % van de aankoopkosten (aankoopprijs + kosten akte van aankoop) of 100 % van de totale bouwkosten. Voor gezinnen met minstens 3 kinderen ten laste en gezinnen met een motorisch gehandicapte van minstens 66 %, wordt het maximumbedrag van de lening op 17.500 euro gebracht. •
Het totaal van de toegekende provinciale tegemoetkomingen inzake huisvesting (lening aankoop of nieuwbouw + lening voor werken) zal voor eenzelfde persoon echter het bedrag van 22.500 euro niet mogen overschrijden (25.000 euro voor gezinnen met 3 kinderen ten laste of met een motorisch gehandicapte van minstens 66 %).
•
Het toe te kennen leningsbedrag mag niet lager liggen dan 2.500 euro.
•
De leningen worden toegekend tegen een intrestvoet van 2,5 % voor de laagste inkomensgrens waarvan sprake in bijlage 1. Voor de hoogste inkomensgrens, zoals bepaald in bijlage 1, wordt de basisrentevoet met 1 % verhoogd.
Indien de aanvrager een woning koopt of bouwt in een project dat tot stand gekomen is in het kader van het provinciaal reglement inzake tegemoetkomingen voor huisvestingsinitiatieven in de Vlaamse rand of andere reglementering inzake huisvesting van toepassing in de Vlaamse rand,
196
wordt de lening toegekend tegen een intrestvoet van 2,5 % voor de hoogste inkomensgrens zoals bepaald in bijlage 1.bijlage 1." De vastgestelde intrestvoet voor elk individueel leningscontract blijft ongewijzigd gedurende de hele leningsduur. De intrestvoet die door de provincie Vlaams-Brabant wordt aangerekend voor nieuw af te sluiten leningscontracten wordt ieder jaar op 1 januari vastgesteld volgens de volgende indexeringsformule: g = gemiddelde van de referte-indexen E (lineaire obligaties 5 jaar) van de voorbije zes maanden, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad door de Controledienst van de Verzekeringen krachtens artikel 9 § 1 van de wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet v = van kracht zijnde intrestvoet r = van kracht zijnde referte-index i = nieuw berekende intrestvoet formule : i = v x g r De effectief door de provincie aan te rekenen intrestvoet wordt slechts aangepast indien het verschil tussen v (van kracht zijnde intrestvoet) en i (nieuw berekende intrestvoet) minstens 0,50 % bedraagt.” •
De duur van de lening zal naar keuze van de lener vastgesteld worden zonder dat evenwel de duur van 20 jaar mag worden overschreden en op dergelijke wijze dat de lening volledig afbetaald is op het ogenblik dat de lener de leeftijd van 60 jaar bereikt.
•
Alle vervroegde terugbetalingen zullen toegelaten worden en zullen naar goeddunken van de lener kunnen gebeuren. Zij zullen aanzien worden als gedaan zijnde op het einde van het jaar en zullen aanleiding geven tot een vermindering van de duur van het contract, terwijl de maandelijkse afbetalingen zoals tevoren vastgesteld blijven.
•
De leningen zullen aan de provincie terugbetaald worden door middel van vaste annuïteiten welke de intrest en de progressieve afbetalingen van het kapitaal zullen omvatten en betaalbaar zijn bij middel van gelijke twaalfden tussen de vijfde en de tiende van elke maand. De eerste maandelijkse storting zal verschuldigd zijn op, en het geleende kapitaal zal intrest voortbrengen vanaf de eerste van de maand volgend op een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de datum van de ondertekening van de leningakte. De provincie zal op naam van de leners een rekening openen die zal gedebiteerd worden met het geleend kapitaal en gecrediteerd worden met de gedane terugbetalingen. Op 31 december van elk jaar zal het debet verhoogd worden met de voor het verlopen jaar verschuldigde intresten, de rekening zal worden vastgesteld en afgesloten en het saldo opnieuw worden overgedragen.
Voor het berekenen van de intresten zullen de terugbetalingen beschouwd worden als gedaan zijnde op het einde van het jaar.
197
•
De ondertekening van de leningsakte moet plaatshebben binnen 365 dagen lopend vanaf de datum van de beslissing van de deputatie waarop de lening werd toegekend. Op een gerechtvaardigd verzoek van de belanghebbenden kan de deputatie deze termijn verlengen.
•
De akte tot toekenning van de bijkomende lening zal ondertekend worden wanneer de hoofdlening, toegekend door de financieringsmaatschappij, naar rata van tenminste 75 % zal uitbetaald zijn. Het bedrag van de lening zal in principe aan de leners uitbetaald worden na het volbrengen van de administratieve vereffeningsformaliteiten, namelijk ongeveer 4 tot 6 weken na de ondertekening van de leningsakte.
Art. 5. Waarborgen •
De terugbetaling van het saldo van de provincielening zal gedekt worden door een levensverzekering met enige premie. Zij zal afgesloten worden bij de verzekeringsmaatschappij die aangesteld wordt door de deputatie, op het hoofd van de lener die op het ogenblik van de aanvraag het hoogste inkomen heeft. Indien deze lener geen levensverzekering kan aangaan dient deze op het hoofd van de andere lener genomen. In geval deze maatschappij zou weigeren de voornoemden op het leven te verzekeren, maar er andere Belgische of in België gevestigde maatschappij bereid zou zijn dit wel te doen, dan is de belanghebbende gehouden deze verzekering af te sluiten. De vrijstelling van de verplichting een levensverzekering aan te gaan zal gebeurlijk slechts om hoogst dwingende redenen door de deputatie verleend worden. De provincie Vlaams-Brabant stort zelf aan de verzekeringsmaatschappij het bedrag van de enige premie bij voorafneming op het bedrag van de toegekende lening.
•
Van het leningsbedrag wordt tevens een percentage, dat bepaald wordt door de deputatie, afgehouden en dat in het waarborgfonds gestort wordt. Dit waarborgfonds is bestemd om de risico’s voortvloeiend uit de toepassing van onderhavig reglement te dekken.
•
Als bijkomende waarborg van de aangegane verbintenissen, voor geval de leners in gebreke zouden blijven op de vastgestelde vervaldagen, de betalingen te doen, hen opgelegd krachtens de leningsakte en na aangemaand te zijn geweest bij eenvoudig aangetekende brief waaraan geen gevolg werd gegeven gedurende de 15 dagen daaropvolgend, verbinden de leners zich ten gunste van de provincie Vlaams-Brabant en zoals bepaald in de leningsakte, het voor afstand vatbare gedeelte van hun wedde, salaris en van alle gelden die hen, te welken titel ook, zouden toekomen, af te staan.
Art. 6. Opvorderbaarheid van de schuldvordering De schuldvordering van de provincie, kapitaal en intresten zal onmiddellijk kunnen ingevorderd worden in volgende gevallen: 1. indien het goed aangeslagen of geheel of gedeeltelijk verkocht wordt; 2. indien het beschadigd, slecht onderhouden is of indien men er de aard zelf van verandert; 3. indien in het gebouw een bedrijvigheid uit de horecasector wordt uitgeoefend;
198
4. indien men het bestemt als handelshuis of voor de uitoefening van een beroep behalve wanneer de oppervlakte van de lokalen, onafscheidelijk verbonden met de handel of het beroep, geen 30 m2 bedraagt; 5. indien het niet verzekerd is tegen brand, bliksem of ontploffingen voor zijn algehele bouwwaarde of zijn werkelijke waarde bij een Belgische of een in België gevestigde maatschappij en indien de premies voor deze verzekering niet regelmatig gekweten worden; 6. indien het niet volledig bewoond wordt door de aanvragers van de provinciale lening; 7. indien de leners weigeren de bezoeken toe te staan of de bewijzen te leveren bepaald bij het hierna volgende artikel 8; 8. indien de maandelijkse afbetalingen niet meer geschieden sedert 2 maanden onder voorbehoud der uitstellen die bij wijze van uitzondering door de deputatie toegestaan worden op grond van een gerechtvaardigd verzoek van de belanghebbenden; 9. indien de leners om het even welke bepaling van dit reglement of van de leningsakte overtreden; 10. indien de hoofdlening, toegestaan door het lenend organisme, opvorderbaar wordt; 11. indien het goed geheel of gedeeltelijk in huur gegeven wordt door de aanvragers van een provinciale lening. In geval van verhuur of indien de aanvrager het goed niet langer bewoont kan de deputatie toestaan dat de vervroegde terugbetaling gebeurt door verhoogde maandelijkse betalingen. De verhoogde maandelijkse betalingen worden in dat geval als volgt vastgesteld: het verschil tussen de door de leners ontvangen huur en de door hen betaalde huur, afgerond op het hoger eurohonderdtal. De verhoogde maandelijkse betalingen moeten minstens het dubbele bedragen van de oorspronkelijke betalingen, en het maximumbedrag dat zal opgelegd worden bedraagt 400 euro. Door het storten van de verhoogde maandelijkse betalingen zal de duurtijd van de lening verminderen. Art. 7. Wanneer de schuldvordering met toepassing van artikel 6 terugvorderbaar wordt, zijn de leners ertoe gehouden de kosten van ten uitvoering te betalen.
199
Art. 8. Gedurende de volledige leningsduur zal de deputatie het recht hebben de woning door de hiervoor aangestelde ambtenaren te laten bezoeken en zij zal van de leners kunnen eisen dat zij het bewijs voorleggen van de regelmatige betaling der verzekeringspremie bepaald bij artikel 6 punt 5. Art. 9. De deputatie zal naar billijkheid beslissen over al de gevallen die niet bepaald zijn in dit reglement. Art. 10. Indiening van de aanvraag De aanvragen om het verkrijgen van een lening dienen, per aangetekende brief, gericht te worden aan: De deputatie van de provincie Vlaams-Brabant Dienst Huisvesting en Grondbeleid Provincieplein 1 3010 Leuven
200
Bijlage 1
MAXIMUM GEZAMENLIJK BELASTBAAR INKOMEN VOOR HET VERKRIJGEN VAN EEN LENING VOOR HET BOUWEN EN AANKOPEN VAN EEN WONING.
Cijfers vastgesteld op 1 januari 2006 Zie aanslagbiljet voor de personenbelasting (dienstjaar 2004 - inkomsten van 2003)
Voor een alleenstaande • •
Maximuminkomen om een lening tegen 2,5 % te verkrijgen: 27.980 euro Maximuminkomen om een lening tegen verhoogde intrest (+ 1%) te verkrijgen: 33.050 euro
Voor een gezin van minimum twee personen • •
Maximuminkomen om een lening tegen 2,5 % te verkrijgen: 41.970 euro Maximuminkomen om een lening tegen verhoogde intrest (+ 1%) te verkrijgen: 46.830 euro
Deze maximumbedragen worden verhoogd met 2.810 euro per persoon ten laste.
a) Wordt aanzien als kind ten laste, het kind waarvoor kinderbijslag of wezentoelage wordt uitgekeerd aan de aanvragers. b) Een kind voor 66% gehandicapt wordt aangerekend als twee kinderen ten laste. Een in dezelfde graad gehandicapte volwassene, die deel uitmaakt van het gezin, wordt als één kind ten laste geteld. c) Voormelde bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen en worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het indexcijfer van de maand december, voorafgaand aan de aanpassing en afgerond naar het dichtstbijzijnde eurotiental (inkomen x nieuw indexcijfer/oud indexcijfer).
201
BESLUIT II DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT, Gelet op de artikelen 65 en 85 van de provinciewet; Gelet op de besluiten van de provincieraad van 29 juni 1995, 19 maart 1996, 17 november 1998, 15 februari 2000 en 2 december 2003 tot vaststelling van het reglement voor het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte met het oog op het renoveren van woningen; Overwegende dat er aanleiding toe bestaat het voormelde reglement te wijzigen ingevolge de gestegen vastgoedprijzen in Vlaams-Brabant; Dat zo o.a. een aanpassing van de venale waarde in het reglement noodzakelijk is; Gelet op het verslag van de vergadering van de raadscommissie "Huisvesting en Grondbeleid"; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1. Het provinciaal reglement betreffende het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte met het oog op het renoveren van woningen als bijlage vervangt het reglement van de provincieraad van 29 juni 1995, zoals het werd gewijzigd. Art. 2. Dit besluit treedt onmiddellijk in werking. Leuven, Van raadswege, De provinciegriffier (g)Marc COLLIER
De voorzitter (g)Vic LAUREYS
202
RENOVATIELENINGEN
Reglement voor het toekennen van bijkomende leningen bij onderhandse akte met het oog op het renoveren van woningen. Artikel 1. Binnen de perken van de goedgekeurde begrotingskredieten kan een provinciale renovatielening worden toegestaan voor het uitvoeren van: - verbeteringswerken; - saneringswerken; - vergrotingswerken; - werken die de woning aanpassen aan de fysieke toestand van een gezinslid of een ascendant. Volgende werken komen niet in aanmerking voor een provinciale lening: - werken die niet noodzakelijk zijn om het leefcomfort te verbeteren; - gewone onderhoudswerken; - omgevingswerken (tuinaanleg, paden, oprit, .....) Art. 2. Voorwaarden te vervullen door de aanvragers •
Volledige eigenaar of huurder zijn van de te renoveren woning.
•
Indien de aanvrager de woning huurt dient de eigenaar een overeenkomst te ondertekenen waarin het volgende vermeld staat:
1. zijn akkoord met de uitvoering van de geplande werken; 2. een verbintenis om de huurprijs niet te verhogen als gevolg van de uitvoering van de werken; 3. een verbintenis om een nieuw huurcontract af te sluiten van minstens 9 jaar, onder voorbehoud van toekenning van de provinciale lening; 4. indien na 9 jaar geen nieuw huurcontract wordt afgesloten verbindt de eigenaar er zich toe een bedrag gelijk aan 10% van het geleende kapitaal van de provincielening te storten aan de huurder, als vergoeding voor de meerwaarde die de woning verkregen heeft door het uitvoeren van de werken. Deze vergoeding kan vervangen worden door een overeenkomst tussen huurder en eigenaar, waarbij deze laatste zich ertoe verbindt een gedeelte van de maandelijkse terugbetalingen van de provinciale lening ten laste te nemen.
203
Indien de aanvrager eigenaar is van de woning moet hij voor de aankoop of de bouw van de woning een hypothecaire lening hebben afgesloten, waarvan het saldo op het ogenblik van de aanvraag van de provinciale lening nog minstens 10 % van de venale waarde van de woning na het uitvoeren van de werken bedraagt. •
Niet over de volledige eigendom of het volledige vruchtgebruik beschikken van andere onroerende goederen, waarvan het totaal kadastraal inkomen hoger ligt dan 125 euro.
•
Het bedrag van het gezamenlijk belastbaar inkomen van de aanvragers van het derde jaar dat de aanvraag voorafgaat mag niet hoger liggen dan de maxima waarvan sprake in bijlage 1.
Indien de aanvrager de woning huurt zal de lening slechts toegekend worden indien het gezamenlijk belastbaar inkomen lager ligt dan de maxima vastgesteld voor het laagste rentetarief. Indien het voordeliger is voor de aanvragers kan rekening gehouden worden met het gezamenlijk belastbaar inkomen van het laatste jaar dat de aanvraag voorafgaat. Indien de aanvragers nog niet over het aanslagbiljet van het vereiste dienstjaar beschikken kan de deputatie de lening principieel toekennen. De leningsakte zal niet ondertekend worden voordat het aanslagbiljet van het referentiejaar is voorgelegd aan het provinciebestuur en hieruit blijkt dat het gezamenlijk belastbaar inkomen niet hoger ligt dan het maximum dat vastgesteld is door het reglement. •
De aanvragers moeten na aftrek van de te betalen maandelijkse aflossingen voor de verschillende leningen minstens beschikken over volgend inkomen:
-
590 euro voor 1 persoon 740 euro voor 2 personen 870 euro voor 3 personen 1.000 euro voor 4 personen 1.130 euro voor 5 personen + 130 euro per bijkomend kind ten laste
Voormelde bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen en worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het indexcijfer van de maand december, voorafgaand aan de aanpassing en afgerond naar het dichtstbijzijnde eurotiental (inkomen x nieuw indexcijfer/oud indexcijfer). •
Indien de aanvragers niet over voldoende inkomsten beschikken kan de lening toegekend worden op voorwaarde dat een derde persoon zich borg stelt voor de terugbetaling van de lening. De borg dient aan volgende voorwaarden te voldoen:
-
Belg zijn of minstens 5 jaar in België woonachtig zijn; bekwaam zijn om een overeenkomst te sluiten; de pensioengerechtigde leeftijd niet hebben bereikt voor de aangevraagde lening is terugbetaald; beschikken over voldoende inkomsten, andere dan inkomsten voortkomend uit een zelfstandige bedrijvigheid.
-
204
De borg zal een overeenkomst van afstand van loon ten opzichte van de provincie Vlaams-Brabant ondertekenen. • Indien de aanvrager eigenaar is van de woning, moet hij voor de aankoop of de bouw van de woning een hypothecaire lening hebben afgesloten ten bedrage van minstens 60% van de geschatte venale waarde in gedwongen verkoop op het ogenblik van de aankoop of de bouw. •
De aanvragers moeten van goed zedelijk gedrag zijn.
•
De aanvragers mogen niet reeds van een eerdere provinciale renovatielening hebben genoten.
Art. 3. Voorwaarden waaraan de woning moet voldoen •
De totale venale waarde in gedwongen verkoop van het goed (grond inbegrepen) zal na de werken volgende bedragen niet mogen overschrijden: - 230.000 euro indien het goed gelegen is in de Vlaamse rand (dit zijn de volgende gemeenten: Asse, Beersel, Dilbeek, Drogenbos, Grimbergen, Hoeilaart, Kortenberg, Kraainem, Linkebeek, Machelen, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Sint-Genesius-Rode, Sint-Pieters-Leeuw, Steenokkerzeel, Tervuren, Vilvoorde, Wemmel, Wezembeek-Oppem, Zaventem en Zemst); - 185.000 euro indien het goed gelegen is in een andere gemeente van de provincie VlaamsBrabant.
Wat de totale venale waarde in gedwongen verkoop van het onroerend goed betreft die dient in aanmerking genomen te worden, zal de deputatie zich kunnen steunen op de expertise van de organisatie die de hoofdlening toestond. Indien de financieringsmaatschappij de venale waarde van het goed niet heeft vastgesteld zal deze als volgt bepaald worden: de venale waarde in gedwongen verkoop is gelijk aan 85 % van de geschatte waarde bij onderhandse verkoop of 90 % van de venale waarde bij vrijwillige openbare verkoop. Voor gezinnen met minstens 3 kinderen ten laste en gezinnen met een motorisch gehandicapte van minstens 66% wordt de maximum venale waarde met 12.400 euro verhoogd. • -
Komen niet in aanmerking: onbewoonbare woningen; gebouwen van de horecasector; gebouwen waarvan meer dan 30m2 bestemd is voor de uitoefening van een beroep of voor het handel drijven.
•
De woning moet gelegen zijn op het grondgebied van de provincie Vlaams-Brabant.
Art. 4. Modaliteiten van de lening •
De leningsaanvraag moet ingediend worden voor de aanvang van de werken en deze mogen niet starten voor een provinciaal ambtenaar zich ter plaatse heeft begeven.
•
De termijn voor de uitvoering van de werken beloopt 18 maanden te rekenen vanaf de datum van ondertekening van de akte der provincielening. Indien op deze datum de werken niet zijn beëindigd, zal, tenzij bij overmacht, het saldo van de lening niet meer worden uitbetaald en de maandelijkse stortingen zullen herberekend worden.
205
•
Het maximumbedrag van een renovatielening bedraagt 15.000 euro. Voor elke aanvraag zal het maximum toe te kennen bedrag als volgt berekend worden: het verschil tussen de venale waarde in gedwongen verkoop van het goed (grond inbegrepen) na het uitvoeren van de werken en het saldo van de door de aanvrager aangegane lening(en) voor aankoop en/of voor werken bekomen bij een kredietinstelling.
Voor gezinnen met minstens 3 kinderen ten laste en gezinnen met een motorisch gehandicapte van minstens 66%, wordt het maximumbedrag van de lening op 17.500 euro gebracht. •
Het totaal van de toegekende provinciale tegemoetkomingen inzake huisvesting (lening aankoop of nieuwbouw + lening voor werken) zal voor eenzelfde persoon echter het bedrag van 22.500 euro niet mogen overschrijden (25.000 euro) voor gezinnen met 3 kinderen ten laste of met een motorisch gehandicapte van minstens 66%).
•
Het toe te kennen leningsbedrag mag niet lager liggen dan 2.500 euro.
•
De leningen worden toegekend tegen een intrestvoet van 2,5 % voor de laagste inkomensgrens waarvan sprake in bijlage 1. Voor de hoogste inkomensgrens, zoals bepaald in bijlage 1, wordt de basisrentevoet met 1 % verhoogd.
De vastgestelde intrestvoet voor elk individueel leningscontract blijft ongewijzigd gedurende de hele leningsduur. De intrestvoet die door de provincie Vlaams-Brabant wordt aangerekend voor nieuw af te sluiten leningscontracten wordt ieder jaar op 1 januari vastgesteld volgens de volgende indexeringsformule: g = gemiddelde van de referte-indexen E (lineaire obligaties 5 jaar) van de voorbije zes maanden, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad door de Controledienst van de Verzekeringen krachtens artikel 9 § 1 van de wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet v = van kracht zijnde intrestvoet r = van kracht zijnde referte-index i = nieuw berekende intrestvoet formule : i = v x g r De effectief door de provincie aan te rekenen intrestvoet wordt slechts aangepast indien het verschil tussen v (van kracht zijnde intrestvoet) en i (nieuw berekende intrestvoet) minstens 0,50 % bedraagt.”
206
•
De duur van de lening zal naar keuze van de lener vastgesteld worden zonder dat evenwel de duur van 20 jaar mag worden overschreden en op dergelijke wijze dat de lening volledig afbetaald is op het ogenblik dat de lener de leeftijd van 60 jaar bereikt. In het geval de aanvrager de woning huurt wordt de maximumlening beperkt tot 9 jaar.
•
De uitbetaling van de lening zal als volgt gebeuren: na het ondertekenen van de leningsakte en het vervullen van de vereffeningsmodaliteiten zal een maximumbedrag van 5.000 euro gestort worden en het saldo zal uitbetaald worden in schijven van minimaal 1.250 euro aan de hand van ingediende facturen. Voor de uitbetaling van de laatste schijf zal een provinciale afgevaardigde nagaan of de werken uitgevoerd werden overeenkomstig het bestek.
•
Alle vervroegde terugbetalingen zullen toegelaten worden en zullen naar goeddunken van de lener kunnen gebeuren. Zij zullen aanzien worden als gedaan zijnde op het einde van het jaar en zullen aanleiding geven tot een vermindering van de duur van het contract, terwijl de maandelijkse afbetalingen zoals tevoren vastgesteld blijven.
•
De leningen zullen aan de provincie terugbetaald worden bij middel van vaste annuïteiten welke de intrest en de progressieve afbetalingen van het kapitaal zullen omvatten en betaalbaar zijn bij middel van gelijke twaalfden tussen de vijfde en de tiende van elke maand. De eerste maandelijkse storting zal verschuldigd zijn op, en het geleende kapitaal zal intrest voortbrengen vanaf de eerste van de maand volgend op een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de datum van de ondertekening van de leningsakte. De provincie zal op naam van de leners een rekening openen die zal gedebiteerd worden met het geleend kapitaal en gecrediteerd worden met de gedane terugbetalingen. Op 31 december van elk jaar zal het debet verhoogd worden met de voor het verlopen jaar verschuldigde intresten, de rekening zal worden vastgesteld en afgesloten en het saldo opnieuw worden overgedragen. Voor het berekenen van de intresten zullen de terugbetalingen beschouwd worden als gedaan zijnde op het einde van het jaar.
•
De ondertekening van de leningsakte moet plaatshebben binnen 365 dagen lopend vanaf de datum van de beslissing van de deputatie waarop de lening werd toegekend. Op een gerechtvaardigd verzoek van de belanghebbenden kan de deputatie deze termijn verlengen.
Art. 5. Waarborgen •
De terugbetaling van het saldo van de provincielening zal gedekt worden door een levensverzekering met enige premie. Zij zal afgesloten worden bij de verzekeringsmaatschappij die aangesteld wordt door de deputatie, op het hoofd van de lener die op het ogenblik van de aanvraag het hoogste inkomen heeft. Indien deze lener geen levensverzekering kan aangaan dient deze op het hoofd van de andere lener genomen.
In geval deze maatschappij zou weigeren de voornoemden op het leven te verzekeren, maar er een andere Belgische of in België gevestigde maatschappij bereid zou zijn dit wel te doen is de belanghebbende verplicht deze verzekering af te sluiten. De vrijstelling van de verplichting een levensverzekering aan te gaan zal gebeurlijk slechts om hoogst dwingende redenen door de deputatie verleend worden.
207
De provincie Vlaams-Brabant stort zelf aan de verzekeringsmaatschappij het bedrag van de enige premie bij voorafneming op het bedrag van de toegekende lening. •
Van het leningsbedrag wordt tevens een percentage, dat bepaald wordt door de deputatie, afgehouden en dat in het waarborgfonds gestort wordt. Dit waarborgfonds is bestemd om de risico’s, voortvloeiend uit de toepassing van onderhavig reglement, te dekken.
•
Als bijkomende waarborg der aangegane verbintenissen, voor geval de leners in gebreke zouden blijven op de vastgestelde vervaldagen, de betalingen te doen, hen opgelegd krachtens de leningsakte en na aangemaand te zijn geweest bij eenvoudig aangetekende brief waaraan geen gevolg werd gegeven gedurende de 15 dagen daaropvolgend, verbinden de leners zich ten gunste van de provincie Vlaams-Brabant en zoals bepaald in de leningsakte, het voor afstand vatbare gedeelte van hun wedde, salaris en van alle gelden die hen, te welken titel ook, zouden toekomen, af te staan.
Art. 6. Opvorderbaarheid van de schuldvordering De schuldvordering van de provincie, kapitaal en intresten zal onmiddellijk kunnen ingevorderd worden in volgende gevallen: 1. 2. 3. 4.
indien het goed aangeslagen of geheel of gedeeltelijk verkocht wordt; indien het beschadigd, slecht onderhouden is of indien men er de aard zelf van verandert; indien in het gebouw een bedrijvigheid uit de horecasector wordt uitgeoefend; indien men het bestemt als handelshuis of voor de uitoefening van een beroep behalve wanneer de oppervlakte van de lokalen, onafscheidelijk verbonden met de handel of het beroep, geen 30m2 bedraagt; 5. indien het niet verzekerd is tegen brand, bliksem of ontploffingen voor zijn algehele bouwwaarde of zijn werkelijke waarde bij een Belgische of een in België gevestigde maatschappij en indien de premies voor deze verzekering niet regelmatig gekweten worden; 6. indien het niet volledig bewoond wordt door de aanvragers van de provinciale lening; 7. indien de leners weigeren de bezoeken toe te staan of de bewijzen te leveren bepaald bij het hierna volgende artikel 8; 8. indien de maandelijkse afbetalingen niet meer geschieden sedert 2 maanden onder voorbehoud der uitstellen die bij wijze van uitzondering door de deputatie toegestaan worden op grond van een gerechtvaardigd verzoek van de betrokkenen; 9. indien de leners om het even welke bepaling van dit reglement of van de leningsakte overtreden; 10. indien de hoofdlening toegestaan door het lenend organisme opvorderbaar wordt; 11. indien de werken niet volledig uitgevoerd worden overeenkomstig de ingediende bestekken; 12. indien het goed geheel of gedeeltelijk in huur gegeven wordt door de aanvragers van een provinciale lening. In geval van verhuur door de aanvrager-eigenaar of indien de aanvrager-huurder het goed niet langer bewoont kan de deputatie toestaan dat de vervroegde terugbetaling gebeurt door verhoogde maandelijkse betalingen. De verhoogde maandelijkse betalingen worden in dat geval als volgt vastgesteld: het verschil tussen de door de ontleners ontvangen huur en de door hen betaalde huur, afgerond op het hoger eurohonderdtal.
208
De verhoogde maandelijkse betalingen moeten minstens het dubbele bedragen van de oorspronkelijke betalingen, en het maximumbedrag dat zal opgelegd worden bedraagt 400 euro. Door het storten van de verhoogde maandelijkse betalingen zal de duurtijd van de lening verminderen. Art. 7. Wanneer de schuldvordering met toepassing van artikel 6 terugvorderbaar wordt, zijn de leners ertoe gehouden de kosten van tenuitvoering te betalen. Art. 8. Gedurende de volledige leningsduur zal de deputatie het recht hebben de woning door de hiervoor aangestelde ambtenaren te laten bezoeken en zij zal van de leners kunnen eisen dat zij het bewijs voorleggen van de regelmatige betaling der verzekeringspremie bepaald bij artikel 6 punt 5. Art. 9. De deputatie zal naar billijkheid beslissen over al de gevallen die niet bepaald zijn in het reglement. Art. 10. Indiening van de aanvraag De aanvragen tot het verkrijgen van een lening dienen, per aangetekende brief, gericht te worden aan: De deputatie van de provincie Vlaams-Brabant Dienst Huisvesting en Grondbeleid Provincieplein 1 3010 Leuven
209
Bijlage 1
MAXIMUM GEZAMENLIJK BELASTBAAR INKOMEN VOOR HET VERKRIJGEN VAN EEN LENING VOOR HET RENOVEREN VAN EEN WONING. Cijfers vastgesteld op 1 januari 2006 Zie aanslagbiljet voor de personenbelasting (dienstjaar 2004 - inkomsten van 2003)
Aanvrager is alleenstaande en huurder •
Maximuminkomen om een lening tegen 2,5 % te verkrijgen: 27.980 euro
Aanvrager is alleenstaande en eigenaar • •
Maximuminkomen om een lening tegen 2,5 % te verkrijgen: 27.980 euro Maximuminkomen om een lening tegen een verhoogde intrest (+ 1%) te verkrijgen: 33.050 euro
Aanvrager is huurder en een gezin van minimum twee personen •
Maximuminkomen om een lening tegen 2,5 % te verkrijgen: 41.970 euro
Aanvrager is eigenaar en een gezin van minimum twee personen • •
Maximuminkomen om een lening tegen 2,5 % te verkrijgen: 41.970 euro Maximuminkomen om een lening tegen een verhoogde intrest (+ 1%) te verkrijgen: 46.830 euro
Deze maximumbedragen worden verhoogd met 2.810 euro per persoon ten laste.
a) Wordt aanzien als kind ten laste, het kind waarvoor kinderbijslag of wezentoelage wordt uitgekeerd aan de aanvragers. b) Een kind voor 66% gehandicapt wordt aangerekend als twee kinderen ten laste. Een in dezelfde graad gehandicapte volwassene, die deel uitmaakt van het gezin, wordt als één kind ten laste geteld. c) Voormelde bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen en worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het indexcijfer van de maand december, voorafgaand aan de aanpassing en afgerond naar het dichtstbijzijnde eurotiental (inkomen x nieuw indexcijfer/oud indexcijfer)
210
Nr. 47
CVO De Nobel - verhoging van de inschrijvingsgelden Besluit van de provincieraad van 12 september 2006 (Directie cultuur en onderwijs)
DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT,
Gelet op de artikelen 65 en 85 van de provinciewet;
Gelet op het decreet van 2 maart 1999 tot regeling van een aantal aangelegenheden in het volwassenenonderwijs;
Overwegende dat het noodzakelijk is het inschrijvingsgeld voor de cursisten van de opleidingen Modules koken, Talen Richtgraad 1 (Duits, Frans, Engels, Italiaans, Spaans), Talen Richtgraad 2 (Frans, Engels, Spaans), Automechanica, Lassen, Modules Medisch Secretariaat, Modules Boekhouden-Informatica en Modules Informatica-Toepassingssoftware, Modules Initiatie tot de BDI-kunde, Modules Graduaat Openbare Besturen en Modules Graduaat Bibliotheekwezen aan te passen;
Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1. De inschrijvingsgelden voor de opleidingen Modules koken, Talen Richtgraad 1 (Duits, Frans, Engels, Italiaans, Spaans), Talen Richtgraad 2 (Frans, Engels, Spaans), Automechanica, Lassen, Modules Medisch Secretariaat, Modules Boekhouden-Informatica en Modules InformaticaToepassingssoftware, Modules Initiatie tot de BDI-kunde, Modules Graduaat Openbare Besturen en Modules Graduaat Bibliotheekwezen in het CVO De Nobel Tienen-Leuven worden als volgt vastgesteld: - 0,75 euro per lestijd voor de Modules koken (dit komt neer op 60,00 euro inschrijvingsgeld); - 0,42 euro per lestijd voor de Talen Richtinggraad 1 (dit komt neer op 50,00 euro inschrijvingsgeld); - 0,44 euro per lestijd voor de Talen Richtinggraad 2 (dit komt neer op 70,00 euro inschrijvingsgeld); - 0,75 euro per lestijd voor de Module Medisch Secretariaat (dit komt neer op 30,00 euro voor een module met 40 lestijden en 45,00 euro en 60,00 euro voor modules met respectievelijk 60 en 80 lestijden); - -0,42 euro per lestijd voor Automechanica (dit komt neer op 135,00 euro inschrijvingsgeld); - 0,42 euro per lestijd voor Lassen (dit komt neer op 125,00 euro inschrijvingsgeld); - 0,42 euro per lestijd voor Initiatie tot de BDI-kunde Module A (dit komt neer op 50,00 euro inschrijvingsgeld);
211
- 0,44 euro per lestijd voor Initiatie tot de BDI-kunde Module B (dit komt neer op 35,00 euro inschrijvingsgeld); - 0,50 euro per lestijd per Module Graduaat Openbare Besturen (dit komt neer op 20,00 euro inschrijvingsgeld); - 0,50 euro per lestijd per Module Graduaat Bibliotheekwezen (dit komt neer op 20,00 euro inschrijvingsgeld).
Art. 2. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2006. Leuven, 12 september 2006 Van raadswege: De provinciegriffier (g)Marc COLLIER
De voorzitter (g)Vic LAUREYS
Dit besluit van de provincieraad wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 18 september 2006
212
Nr. 48
Provinciale comptabiliteit: definitieve vaststelling van de jaarrekeningen van de provincie voor het dienstjaar 2004 Besluit van de provincieraad van 12 september 2006 (Directie financiën)
DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT, Gelet op het artikel 66 § 2 en § 4 van de provinciewet; Gelet op het koninklijk besluit van 2 juni 1999 betreffende de algemene regeling van de provinciale boekhouding; Overwegende dat de beheersrekening, de begrotingsrekening, de balans, de resultatenrekening, de toelichting en de bijlagen door de provincieontvanger werden opgemaakt overeenkomstig de bepalingen van het KB van 2 juni 1999 betreffende de algemene regeling van de provinciale boekhouding en dat deze rekeningen door de deputatie in vergadering van 19 januari 2006 werden goedgekeurd; Gelet op de brief van het Rekenhof van 9 augustus 2006 met referentie N 09-3.221.322 B1 met als bijlage het rapport betreffende de rekeningen over het jaar 2004; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1. De jaarrekeningen 2004: de begrotingsrekening, de balans, de resultatenrekening en de toelichting voor het dienstjaar 2004 worden vastgesteld volgens de modellen als bijlage toegevoegd. Art. 2. De bedoelde rekeningen worden samengevat opgenomen in het bestuursmemoriaal.
Leuven, Van raadswege: De provinciegriffier, (g)Marc COLLIER
De voorzitter, (g)Vic LAUREYS
Dit besluit van de provincieraad wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 18 september 2006
213
De begrotingsrekening (samengevat) geeft aanleiding tot volgende vaststellingen :
A. De gewone begroting. 1. De ramingen van inkomsten en uitgaven (met inbegrip van de begrotingswijzigingen). • De ontvangsten werden geraamd op : • De uitgaven werden begroot op : • Het geraamde boni bedroeg derhalve :
€126.248.270,00 €126.244.370,00 €3.900,00
2. De inkomsten. • • • • •
De vastgestelde rechten bedragen: Deze dienen verminderd met het bedrag aan oninbare vorderingen : Waaruit het bedrag van de verbeterde vastgestelde rechten: Hierop werd een bedrag ontvangen van : Blijft te ontvangen aan vastgestelde rechten :
€131.209.586,08 €-179.664,49 €131.029.921,59 €122.529.375,49 €8.500.546,10
3. De uitgaven. a) Jaar 2004 - Huidig begrotingsjaar. • De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : • De betalingen op kredietopeningen bedroegen : Totaal van het gebruikt krediet :
€57.177.667,54 €40.907.395,84 €98.085.063,38
b) Jaar 2004 - Kredieten overgedragen van het vorig begrotingsjaar 2003. • • • •
Overgedragen begrotingskrediet op 31 december 2003 : De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : De betalingen op kredietopeningen bedroegen : Totaal van het gebruikt krediet :
€20.477.327,53 €12.223.927,01 €2.857.142,64 €15.081.069,65
B. De buitengewone begroting. 1. De ramingen van inkomsten en uitgaven (met inbegrip van de begrotingswijzigingen). • De ontvangsten werden geraamd op : €24.446.542,00 • De uitgaven werden begroot op : €24.446.542,00 De begroting is bijgevolg sluitend.
214
2. De inkomsten. • • • • •
De vastgestelde rechten bedragen : Deze dienen verminderd met het bedrag aan oninbare vorderingen : Waaruit het bedrag van de verbeterde vastgestelde rechten : Hierop werd een bedrag ontvangen van : Blijft te ontvangen aan vastgestelde rechten :
€22.303.185,45 €0,00 €22.303.185,45 €22.303.185,45 €0,00
3. De uitgaven. a) Jaar 2004 - Huidig begrotingsjaar. • De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : • De betalingen op kredietopeningen bedroegen : • Totaal van het gebruikt krediet :
€10.514.035,14 €1.666.665,88 €12.180.701,02
b) Jaar 2004 - Kredieten overgedragen van het vorig begrotingsjaar 2003. • • • •
Overgedragen begrotingskrediet op 31 december 2003 : De geordonnanceerde schuldvorderingen beliepen : De betalingen op kredietopeningen bedroegen : Totaal van het gebruikt krediet:
€6.478.177,04 €4.249.999,84 €357.142,90 4.607.142.74
C. De rekening beheer der fondsen en verrichtingen voor rekening van derden.
1.De inkomsten. • De ontvangsten tijdens het jaar 2004 bedroegen :
€19.654.857,46
2.De uitgaven. • Totaal van het gebruikt krediet :
€23.286.453,28
215
Algemene boekhouding Jaarrekening 2004
216
BALANS PER 31/12/2004
Provincie Vlaams-Brabant
Actief
Passief
217
Bijlage Codes
31/12/2004
31/12/2003
ACTIVA VASTE ACTIVA
20/29
167.105.888
170.508.326
I.
Oprichtingskosten
20
-
-
II.
Immateriële vaste activa
21
622.801
746.023
III.
Materiële vaste activa
22/27
141.893.205
143.907.593
22
130.105.467
132.343.570
1. Installaties, machines, uitrusting en informaticahardware
23
2. Meubilair, rollend materieel en roerend kunstpatrimonium
24
5.922.171 5.865.567
5.792.084 5.760.388
A. Onroerend patrimonium Terreinen, gebouwen en bossen B. Roerend patrimonium
IV.
V.
C. Vaste activa in leasing en soortgelijke rechten
25
-
-
D. Materiële vaste activa in aanbouw
27
-
-
E. Overige materiële vaste activa
261
-
-
F. Niet bedrijfsmatige vaste activa
262
0
11.550
Financiële vaste activa
28
4.345.467
4.155.358
A. Deelnemingen en aandelen
280
4.345.467
4.155.358
B. Vorderingen
281
-
-
C. Borgtochten betaald in contanten
288
-
-
Vorderingen op méér dan 1 jaar
29
20.244.416
21.699.352
A. Vorderingen voor prestaties
290
20.244.416
21.699.352
B. Vorderingen wegens subsidies
291
-
-
C. Overige vorderingen
292
-
-
VLOTTENDE ACTIVA
VI.
Voorraden en bestellingen in uitvoering
VII.
Vorderingen op ten hoogste 1 jaar
30/58 30 40/41
44.198.994
58.888.921
182.200
182.200
11.908.149
37.847.303
A. Vorderingen voor belastingen en exploitatie
40
8.500.546
34.050.286
B. Overige vorderingen
41
3.407.603
3.797.018
VIII. Geldbeleggingen
51/53
IX.
Liquide middelen
54/58
X.
Overlopende rekeningen
49
TOTAAL DER ACTIVA
218
20/58
-
-
32.108.645
20.859.417
6.386.564
661.472
217.691.446
230.058.719
Bijlage Codes
31/12/2004
31/12/2003
PASSIVA EIGEN VERMOGEN
10/15
65.706.569
66.048.359
I.
Kapitaal
10
-31.388
-31.388
II.
Permanent vermogen door giften
11
0
0
III.
Herwaarderingsmeerwaarden
12
0
0
IV.
Reservefondsen A. Gewoon reservefonds, overboeking uit GD B. Buitengewoon reservefonds, overboeking uit BD C. Buitengewoon reservefonds, overboeking uit GD D. Andere reservefondsen
13
16.520.245 14.833.673 907.351
20.867.293 20.086.453 1.619
133
779.221
779.221
Overgedragen resultaten
14
48.400.515
44.686.092
Investeringssubsidies
15
817.197
526.361
16
813.842
815.046
160/166
813.842
815.046
130 131 132
V. VI.
VOORZIENINGEN VOOR RISICO'S EN KOSTEN
VII. Voorzieningen voor risico's en kosten A. Voorzieningen voor pensioenen en soorgelijke verplichtingen
160
-
-
B. Voorzieningen voor grote onderhoudswerken
161
-
-
C. Voorzieningen voor achterstallige bezoldigingen
162
-
-
813.842
815.046
17/49
151.171.035
163.195.314
17
125.657.796
139.773.291
170/4
125.657.796 125.221.951 435.845 -
139.773.291 139.216.826 556.465 -
42/48
22.956.346
20.850.015
A. Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen B. Financiële schulden C. Werkingsschulden D. Schulden met betrekkingen tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten E. Ontvangen vooruitbetalingen F. Schulden i.v.m. beheer van derdengelden, G. Diverse schulden
42
17.355.961
15.414.532
43
3.122.623 1.987.570
3.804.001 1.426.605
48
490.192
204.878
Overlopende rekeningen
49
2.556.892
2.572.007
217.691.446
230.058.719
D. Voorzieningen voor overige risico's en kosten
163/166
SCHULDEN
VIII. Schulden op meer dan één jaar A. Financiële schulden 1. Leningen en schulden ten laste van de provincie
170
2. Leningen en schulden ten laste van overige overheden
171
3. Leningen en schulden ten laste van derden
172
B. Overige schulden C. Borgtochten ontvangen in contanten
175 178
IX. Schulden op ten hoogste één jaar
44 45 46 47
X.
TOTAAL DER PASSIVA
219
10/49
Bijlage Codes
31/12/2004
31/12/2003
2. RESULTATENREKENING OPBRENGSTEN
I.
70/74
96.345.487
101.975.140
70
76.447.755
83.969.397
1. Belastingen
701
71.823.689
79.068.373
2. Andere opbrengsten uit werking
702
4.624.066
4.901.024
B. Wijzigingen in voorraden
71
0
0
C. Interne werken aan vaste activa
72
0
0
D. Andere werkingsopbrengsten
74
19.897.733
18.005.743
Werkingsopbrengsten
A. Opbrengsten uit werking
III.
Werkingstekort (I-II)
IV.
Financiële opbrengsten
75
2.157.740
2.145.352
A. Opbrengsten uit financiële vaste activa
750
233.300
212.880
B. Opbrengsten uit vlottende activa
751
1.857.603
1.776.429
C. Andere financiële opbrengsten
752
0
91.417
D. Verrekenen van ontvangen investeringssubsidie
753
64.911
61.631
E. Rentesubsidies
754
1.926
2.995
-6.012.205
-6.404.309
76
1.095.523
692.392
A. Meerwaarde bij de realisatie van vaste activa
760
1.025.481
537.486
B. Andere uitzonderlijke opbrengsten
761
61.672
154.906
C. Terugnemingen van afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen
762
8.371
0
-3.818.369
-1.002.331
VI.
Negatief financieel resultaat (IV-V)
VII.
Courant tekort (III + VI)
VIII. Uitzonderlijke opbrengsten
X.
Uitzonderlijk tekort (VIII-IX)
XI.
Tekort van het dienstjaar (VII + X)
-632.625
XIII. Onttrekkingen aan de reservefondsen
78
XIV. Over te dragen tekort van het boekjaar
79
70/79
220
7.496.800
7.374.932
107.095.551
112.187.816
Bijlage Codes
31/12/2004
31/12/2003
2. RESULTATENREKENING KOSTEN
II.
Werkingskosten
87.147.539
92.249.406
60
808.690
884.921
600/8
808.690
884.921
60/64
A. Goederen beheerd als voorraad 1. Inkopen 2. Voorraadwijzigingen
609
-
-
B. Exploitatiediensten en -goederen
61
18.450.333
16.744.247
C. Wedden en vergoedingen
62
38.422.303
38.099.146
D. Afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen voor risico's en kosten
63
8.972.958
17.538.799
E. Andere werkingskosten
64
20.493.255
18.982.293
9.197.948
9.725.734
III.
Werkingsoverschot (I-II)
V.
Financiële kosten
65
8.169.945
8.549.662
A. Kosten van schulden
650
8.168.612
8.547.398
B. Waardeverminderingen vlottende activa andere dan bedoeld onder II.D
651
0
0
C. Minderwaarde bij de realisatie van vlottende activa
652
0
0
D. Andere financiële kosten
653
1.332
2.264
3.185.744
3.321.425
VI.
Positief financieel resultaat (IV-V)
VII. Courant overschot (III + VI) IX.
Uitzonderlijke kosten
66
4.913.892
1.694.723
A. Minderwaarde bij realisatie van vaste activa
660
4.780.659
1.345.137
B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa
661
0
0
C. Andere uitzonderlijke kosten
662
133.233
349.586
X.
Uitzonderlijk overschot (VIII-IX)
XI.
Overschot van het boekjaar (VII +X)
2.319.094
XIII. Overboekingen naar de reservefondsen
68
3.149.752
2.861.394
XIV. Over te dragen overschot van het boekjaar
69
3.714.423
6.832.632
107.095.551
112.187.816
60/69
221
Niet in de balans op te nemen rechten en verplichtingen GrBkRek
Saldo op 31/12/2004 Debet (€) Credit (€)
Omschrijving
0100000 Derden waarvoor de provincie zich borg heeft gesteld 0100001 Begunstigde van de toegestane waarborg - Haviland (Dexia+Fortis) - Kerkfabriek Sint-Michiel Kathedraal Brussel (Dexia) - Domus Flandria (Dexia) -Gewestelijke maatschappij voor volkshuisvesting CV (Dexia) - Ovam (ING) - Interleuven (ING) 0500000 Verplichtingen tot aankoop 0500001 Crediteuren wegens verplichtingen
31.101.644 37.184 3.040.024 66.960 966.785 12.342.000 0 0
0800000 Trekkingsrechten op investeringssubsidies 0800001 Debiteuren wegens trekkingsrechten 0900000 0900001 0900010 0900011 0900020 0900021
47.554.597
2.690.629 2.690.629
Pensioenfondsen Pensioenverplichtingen Waarborgfonds Waarborgverplichtingen Decretale subsidies : monumenten & kerken Verplichting tot betalen decretale subsidie
126.320.642 126.320.642 680.706 680.706 4.652.211 4.652.211 Totaal:
222
181.898.786
181.898.786
Toelichting bij de balans en resultatenrekening per 31/12/2004 van de provincie Vlaams-Brabant De provinciewet vermeldt in artikel 66 § 1 dat de provincie een dubbele boekhouding dient te voeren, volgens de voorschriften, bepaald door de Koning. Datzelfde artikel bepaalt in § 4 dat de bestendige deputatie de rekeningen (bestaande uit een begrotingsrekening, een balans en een resultatenrekening) voorlegt aan de provincieraad die de rekeningen van de provincie vaststelt. Op 2 juni 1999 verscheen het Koninklijk Besluit, houdende de algemene regeling van de provinciale boekhouding. Op 15 februari 2001 werden de Ministerieel Besluiten goedgekeurd tot uitvoering van respectievelijk de artikelen 18 en 21, § 1 en van artikel 41 van het KB van 2 juni 1999. In dit document worden de balansposten en resultatenrekening toegelicht. De gehanteerde waarderingsregels zijn nog steeds dezelfde waarderingsregels als deze in de beginbalans, goedgekeurd in de zitting van de provincieraad van 27 oktober 2004. Omwille van de leesbaarheid werden alle cijfers in deze toelichting afgerond op duizendtallen of eenheden, in functie van de materialiteit. De boekhouding en de balans houden echter steeds rekening met 2 cijfers na de komma.
223
Overzicht van de gebruikte afkortingen: Doorheen deze toelichting wordt verwezen naar diverse diensten en instellingen. Om te voorkomen dat al te veelvuldig herhalingen in de tekst verschijnen, werden soms afkortingen gebruikt, soms werd een instelling aangeduid met de locatie waar ze zich bevindt of een onderdeel uit de volledige benaming. Volgend overzicht geeft aan op welke provinciale instellingen de balans van de provincie VlaamsBrabant betrekking heeft (naast het hoofdbestuur): Gebruikte benaming BALJUWHUIS DIEST of HALVE MAAN HANENBOS HAVEN 21 HUIZINGEN KESSEL-LO NOBEL P.I.V.O. PAC of HERENT PEC PISO PPK of PAMEL PRIC STERRETJES of PSBO TECHNICON VERA WIJNPERS ZOUTLEEUW of VINNE
Volledige benaming en locatie Provinciaal trefcentrum “Baljuwhuis” te Galmaarden Provinciedomein "Halve Maan" te Diest Provinciaal vormingscentrum "Hanenbos" te Dworp Provinciaal centrum voor Crisisopvang "Haven 21" te Halle Provinciedomein te Huizingen Provinciedomein te Kessel-Lo Centrum voor VolwassenenOnderwijs (CVO) "De Nobel" te Tienen en Leuven Provinciaal Instituut voor Vorming en Opleiding te Asse Provinciaal Agrarisch Centrum "Blauwe Stap" te Herent Provinciaal Educatief Centrum te Leuven (provinciehuis) Provinciaal Instituut voor Secundair Onderwijs te Tienen Provinciaal Proefcentrum voor Kleinfruit "Pamel" te Roosdaal PRovinciaal IntegratieCentrum Vlaams-Brabant te Leuven (provinciehuis) maar met lokale steunpunten te Diest, Vilvoorde, Asse, Halle en Zaventem Provinciale School voor Buitengewoon lager Onderwijs “De Sterretjes" te Tienen Provinciale uitleendiensten (Leuven en Asse) Vlaams-Brabantse ExtRAnet, autonoom provinciebedrijf Provinciaal onderwijs "De Wijnpers" te Leuven Provinciedomein "Het Vinne" te Zoutleeuw
224
ACTIVA ................................................................................................................................226 VASTE ACTIVA....................................................................................................................226 II. Immateriële vaste activa
Code A.R. 21 .....................................................................226
III. Materiële vaste activa
Code A.R.22/27 ...................................................................226
IV. Financiële vaste activa
Code A.R. 28 ......................................................................230
V. Vorderingen op méér dan 1 jaar
Code A.R. 29 ........................................................232
VLOTTENDE ACTIVA..........................................................................................................232 VI. Voorraden en bestellingen in uitvoering VII. Vorderingen op ten hoogste 1 jaar IX. Liquide middelen
Code A.R. 30 ...........................................232
Code A.R. 40/41 .............................................232
Code A.R. 54/58...........................................................................234
X. Overlopende rekeningen
Code A.R. 49 ....................................................................234
PASSIVA ..............................................................................................................................235 EIGEN VERMOGEN ............................................................................................................235 I. Kapitaal
Code A.R. 10 ................................................................................................235
IV. Reservefondsen
Code A.R. 13.................................................................................235
V. Overgedragen resultaten VI. Investeringssubsidies
Code A.R. 14 ....................................................................235
Code A.R. 15 ........................................................................236
VOORZIENINGEN VOOR RISICO’S EN KOSTEN .............................................................236 VII. Voorzieningen voor risico’s en kosten
Code A.R. 16 ..............................................236
SCHULDEN..........................................................................................................................237 VIII. Schulden op meer dan één jaar
Code A.R. 17.......................................................237
IX. Schulden op ten hoogste één jaar
Code A.R. 42/48 ................................................237
X. Overlopende rekeningen
Code A.R. 49 ....................................................................238
ORDEREKENINGEN ...........................................................................................................239 Gekantonneerde reserves van de pensioenfondsen ........................................................240 RESULTATENREKENING ..................................................................................................242 TOELICHTING BIJ HET RESULTAAT VAN DE ALGEMENE BOEKHOUDING .................243 BELANGRIJKSTE AFWIJKINGEN TEN OPZICHTE VAN 2003..........................................243 Werkingskosten
Code A.R. 60-64 .................................................................................243
Werkingsopbrengsten
Code A.R. 70-74 ........................................................................244
Financiële resultaten
Code A.R. 65 en 75 .....................................................................244
Uitzonderlijke resultaten
Code A.R. 66 en 76................................................................245
BIJLAGEN ...................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Afschrijvingstabel......................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Desinvesteringen ......................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
225
ACTIVA VASTE ACTIVA
De belangrijkste onderdelen en nieuwe aanwinsten worden per activapost besproken. Nieuwe aanwinsten worden vermeld tegen aanschafwaarde (vóór afschrijving). In bijlage werd een afschrijvingstabel toegevoegd.
II. Immateriële vaste activa
Code A.R. 21
Studies en plannen
Ook in 2004 werd verder gewerkt aan het operationaliseren van het ruimtelijke structuurplan en het ontwikkelen van een communicatiestrategie (fase 2: 64.000 euro) hieromtrent. Softwaretoepassingen De investeringen in nieuwe software bedroegen ongeveer 523.000 euro. De belangrijkste projecten zijn de tweede fase van de automatisering van de buurtatlas (135.000 euro), de migratie van de databanksoftware naar Oracle (101.000 euro), verder uitbouwen van de databank voor orthofoto’s van Vlaams-Brabant en Brussel (76.000 euro), de uitbreiding van de informaticatoepassing voor personeelsbeheer (67.000 euro), het operationaliseren van GIS op het internet (66.000 euro) en de uitbouw van een e-loket op de provinciale website (59.000 euro).
III. Materiële vaste activa
Code A.R.22/27
A. Onroerend patrimonium: Terreinen, gebouwen en bossen Terreinen en gronden
Voor de inrichting van terreinen werd 55.000 euro geactiveerd in 2004, met als belangrijkste werken het aanleggen van nutsleidingen voor de verkaveling van de site “Van Humbeeck-Piron” (24.000 euro) en de renovatie van een tennisterrein te Kessel-Lo (21.000 euro). Eind 2004 zijn er voor 57.000 euro werken in uitvoering, waarvan het belangrijkste werk de aanleg is van de rotonde aan de inkom van het provinciedomein te Diest (47.000 euro). Gebouwen Nieuwe aanwinsten en desinvesteringen In 2004 realiseerde de provincie diverse aangekondigde verkopen van enkele instellingen: Op 19 januari 2004 werd het Baljuwhuis te Galmaarden samen met het resterende deel van de tuin, de bouwgronden aan de Brusselstraat, het gebouw aan de Kammeersweg nr 20 en het stukje weiland verkocht aan de gemeente Galmaarden en op 2 maart 2004 werd de tweede akte verleden
226
voor de verkoop van de woningen op de Kammeersweg 8 en 10. De totale opbrengst bedroeg ongeveer 1,5 miljoen euro. De boekhoudkundige waarde op dat moment was 3,3 miljoen euro. Het boekhoudkundige verlies vindt men terug op de resultatenrekening onder de post “minderwaarden bij realisatie van vaste activa”. De voormalige provinciale zwembaden te Aarschot (boekhoudkundige waarde 2, 2 miljoen euro) en te Liedekerke (boekhoudkundige waarde 0,5 miljoen euro) werden verkocht aan de respectievelijke gemeentebesturen voor een symbolische euro. Het boekhoudkundige verlies voor de verkoop werd samen met de uitzonderlijke afschrijving voor de buitengewone onderhoudswerken op beide gebouwen (samen goed voor een boekwaarde van 0,3 miljoen euro) geregistreerd in de post uitzonderlijke kosten van de resultatenrekening. Het oude internaat aan de Sliksteenvest te Tienen (boekwaarde 0,6 miljoen euro) werd openbaar verkocht voor een waarde van 1, 2 miljoen euro. De meerwaarde bij realisatie van dit actief is terug te vinden bij de post uitzonderlijke opbrengsten van de resultatenrekening. Er werd in 2004 ook bijkomend geïnvesteerd in het provinciehuis voor 0,7 miljoen euro. Het betreft hier de werken die de provincie in eigen beheer liet uitvoeren (omgevingsaanleg) en die nog in uitvoering zijn. Het totale bedrag aan werken in uitvoering voor “nieuwbouw” bedraagt momenteel bijna 4 miljoen euro. Buitengewoon onderhoud Het buitengewoon onderhoud aan gebouwen in 2004 is verdeeld over alle provinciale instellingen en domeinen. Het grootste aandeel ging naar investeringen in: energie (hoogspanningscabines Huizingen en Kessel-Lo), renovatieprojecten (dak van loods 105 PIVO-site, de vergaderzaal in PPK Pamel, de aanpassingswerken als gevolg van de splitsing in het gebouw “De Ring”, ecohuis en inkomzone in Diest), instandhouding van het patrimonium (diverse onderhoudswerken in Huizingen, Wijnpers, PISO, Haven 21, Hanenbos), veiligheidswerken (Huizingen), specifieke projecten (koppeling van de koelgroepen voor de ventilatie van het serverlokaal in het provinciehuis, algemene asbestinventaris voor de provincie, inrichting van een uitleenpost te Asse voor Technicon). Het buitengewoon onderhoud in uitvoering heeft een boekhoudkundige waarde van 5,2 miljoen euro (er werden in 2004 voor 0,5 miljoen euro aan buitengewone onderhoudswerken voorlopig opgeleverd). De belangrijkste werken in uitvoering zijn: de verbouwingen van het centrum Hanenbos te Dworp, de renovatie van gebouw 69 van het PIVO en de eerste fase van de grondsanering, de splitsing van de technische installaties en de herinrichting van de tweede verdieping in het gebouw "De Ring" te Leuven, waarvan een deel opgeleverd, de renovatie van het ploeterbad te Kessel-Lo. De renovatie van de inkomzone te Diest werd opgeleverd, maar eind 2004 zijn daar de werken aan de windmolen en aan de Lindemolen aan de gang. Om de hoogspanningscabines in orde te brengen met de nieuwe reglementering, zijn gespreid over de provincie diverse werken in uitvoering. Buitengewoon onderhoud provinciale wegen Enkel het gedeeltelijk vernieuwen van de bitumineuze verharding (affrezen en vernieuwen van de toplaag) op de provincieweg Vilvoorde-Aalst tussen de Steenweg op Vilvoorde (grondgebied van de gemeente Opwijk) werd in 2004 opgeleverd. In Opwijk en Londerzeel werden aan de provincieweg Vilvoorde-Aalst enkele woningen gesloopt. Er werd gestart met de uitvoering van de werken aan de doortocht te Wilsele aan de provincieweg Leuven-Aarschot. Aan de provincieweg Dormaal-Zoutleeuw werden de platanen gesnoeid en in Ternat (provincieweg AsseEdingen) werd een rotonde aangelegd.
227
Geïntegreerde kunst De totale waarde aan geïntegreerde kunst in de balans 2004 bedraagt 280.800 euro. In 2004 werden alle kunstwerken voorlopig opgeleverd. Buitengewoon onderhoud provinciale waterlopen
Voor de verschillende bekkens werden in provinciaal beheer topografische metingen, studies en modelleringen uitgevoerd, waarvan een belangrijk aandeel in 2004 werd opgeleverd (300.000 euro). Op de Ossebeek en de Wolfseikloop startten de werken voor wachtbekkens en een zandvang. In Grimbergen verwierf de provincie gronden ter voorbereiding van de werken aan het wachtbekken. Weilanden, vijvers, bossen
In 2004 bedroegen de aankopen in het kader van het natuurontwikkelings- en bebossingsproject in de Grote Gete vallei te Linter 44.500 euro, zodat het totale patrimonium aan bossen en natuurgebieden nu 645.300 euro bedraagt.
B. Roerend patrimonium In 2004 werd er voor 3 miljoen euro geïnvesteerd in roerend patrimonium. De buitengebruikstelling bedraagt 128.000 euro. Een belangrijk aandeel betreft het roerende patrimonium van de zwembaden in Aarschot (30.000 euro) en Liedekerke (24.000 euro), het internaat te Tienen voor zover dit materieel niet kon gebruikt worden door De Sterretjes (15.000 euro) en dat van het Baljuwhuis te Galmaarden (16.500 euro, verkocht voor 12.748 euro). De andere uitschrijvingen zijn voornamelijk informaticamateriaal, meubilair en technisch materieel dat aan vervanging toe was. Nieuwe aanwinsten 2004 Installaties, machines en uitrusting Installaties, machines en uitrusting – nieuwe werken in uitvoering Opleveringen in 2004: 478.000 euro Informaticamaterieel en kantooruitrusting Meubilair Rollend materieel Kunstpatrimonium Roerende investeringen
1.113.000 131.000 398.000 453.000 148.000 132.000 612.000
Een greep uit de belangrijkste investeringen in machines en uitrusting in 2004 (met het bedrag indien relevant ten opzichte van het totaal): -
de nieuwe speeltuin te Huizingen (728.000 euro)
-
investeringen met energiebesparend karakter zoals de meetboxen in de Wijnpers
-
didactische uitrusting zoals de tafelfreesmachine en de professionele vaatwasinstallatie in het PISO en de volgende fase van de beveiliging van de houtbewerkingsmachines (118.000 euro)
-
veiligheidsinvesteringen zoals een branddetectiesysteem in de loods in Diest
-
technische uitrusting zoals de telescopische tribune in de polyvalente zaal en een elektronische ad valvas in het PIVO (128.000 euro), een berekeningsinstallatie en een weerstation bij PPK Pamel, een digitale telefooncentrale bij de Sterretjes en een zandfilter en buffertank in het provinciehuis
228
-
de opgeleverde projecten zijn de hydrofoorgroep aan de buffertank (92.000 euro) en de nieuwe verwarmingsinstallatie voor het wachterslokaal (42.000 euro) te Huizingen. Ook de speeltuin + klimwoud te Diest werden opgeleverd (344.000 euro)
-
de belangrijkste werken in uitvoering zijn de renovatie van de speeltuinen in functie van de gewijzigde wetgeving (68.000 euro) en de omschakeling van de verwarmingsinstallatie naar gas in Diest (62.000 euro). Na de grondige renovatie van de informaticahardware in 2003, konden de investeringen in informaticamaterieel voor het hoofdbestuur beperkt blijven in functie van nieuwe projecten of upgrades. Voor de buitendiensten werden de normale vervangingsinvesteringen gedaan. De aankoop van servers en netwerkcomponenten bedroeg 165.000 euro met onder andere de nieuwe SAP-server en een SAP-testserver (98.000 euro). Er werden voor 233.000 euro aan PC’s, printers en diverse kantoormachines aangekocht tegenover 48.000 euro aan buitengebruikstellingen. Eén derde van de aankopen in meubilair betreffen aanvullingen in het hoofdbestuur. Nu iedereen zijn stek gevonden heeft in het nieuwe provinciehuis, blijkt pas goed welke indelingen men vooraf correct had geschat en waar eventuele aanpassingen nodig zijn. Ook de scholen, domeinen en instellingen investeren permanent in tuin-, school- en ander meubilair. In Zoutleeuw kocht men 8 damesfietsen, een kinderfiets (verhuur) en een 4x4 pick-up met laadbak (30.000 euro). Diest investeerde in een kleine tuintractor (18.000 euro). Voor Kessel-Lo stond er een elektro-voertuig voor verplaatsingen en klein transport binnen het domein en een zitmaaier op het programma (samen 63.000 euro). Huizingen (20.000 voor het vervoer van de spiegeltent) en PISO kochten een aanhangwagen. Pamel investeerde in onkruidbranders. Het roerende kunstpatrimonium werd uitgebreid met 11 werken. De geïntegreerde kunst werd opgeleverd. De roerende investeringen kunnen ingedeeld worden in -
kleine speeltuigen en sport- en didactisch materieel (45.000 euro),
-
technische uitrusting (64.000 euro) zoals ladders, rolwagens, podium- en standenbouwelementen waaronder een stapelaar voor de jeugddienst en een kadertent voor de festiviteiten in Kessel-Lo,
-
werktuigen voor enerzijds het dagelijks onderhoud en de uitbating van alle provinciale diensten, scholen, domeinen en instellingen, anderzijds als oefenmaterieel voor leerlingen in de scholen (156.000 euro),
-
diverse roerende investeringen zoals uitleenmaterieel, didactisch materieel, keukenapparatuur, graveermachine, materieel voor substraatteelten, tijdsregistratiesysteem, … (116.000 euro)
-
buitengewone aanplanting in Huizingen en Kessel-Lo (18.000 euro)
-
audio- en visueel materieel waaronder LCD projecten, camera's, communicatiematerieel, uitleenmaterieel, etc. zowel voor de ondersteuning van de eigen werking als voor de uitrusting van leslokalen, de logistieke uitbating van sommige instellingen enz. (212.000 euro). F. Niet bedrijfsmatige vaste activa
Het gaat hier om de “decretaal verplichte investeringssubsidies” (verplichte bijdrage geklasseerde gebouwen) die door de provincie Vlaams-Brabant geactiveerd worden.
229
De geactiveerde bedragen zijn werkelijk door de provincie uitbetaald, de verplichtingen die nog niet voldaan werden (saldi van de gegunde dossiers), zijn opgenomen in de orderekeningen (zie verder). Vanaf 2004 worden deze investeringssubsidies jaarlijks volledig afgeschreven, zodat ze ten laste komen van de resultatenrekening.
IV. Financiële vaste activa
Code A.R. 28
A. Deelnemingen en aandelen Wijzigingen tijdens het boekjaar: -
L'Abri: medio 2003 vroeg de provincie aan de Raad van Bestuur van de NV L’Abri om uit te kijken naar een koper voor haar 824 aandelen omdat een verdere participatie geen meerwaarde meer bood in de ondersteuning van het sociale huisvestingsbeleid. In 2004 ontving de provincie een bod om de 824 aandelen van de NV L’Abri te verkopen aan 18,60 euro per stuk of 15.326,40 euro. De aandelen stonden in de balans van de provincie gewaardeerd aan de nominale waarde van 12,40 euro per aandeel. De verkoop leverde dus een meerwaarde van 5.108,80 euro.
-
Dexia Certificaten: in 2003 werd een waardevermindering op deze certificaten genoteerd van 200.326,50 euro omdat de noteringen significant gedaald waren. Ondertussen heeft de markt zich hersteld en kon de waardevermindering teruggenomen worden. Geboekte waardeverminderingen
In de tabel hierna werd de waarde van de volstorte aandelen opgenomen. Voor een aantal aandelen werden echter waardeverminderingen in de balans opgenomen, waardoor de waardering van het totale aandelenpakket van de provincie Vlaams-Brabant in de balans afgerond 4.345.467 euro bedraagt: Waarde volstorte aandelen:
6.392.360
Waardevermindering Vlabraver balans 2003
- 1.580.071
Waardevermindering Ecowerf balans 2003
- 466.821
Netto waarde van de volstorte deelnemingen
4.345.467
Niet volstorte aandelen De totale waarde van de onderschreven deelnemingen bedraagt 9.192.312 euro nominaal, of 7.145.918 euro, rekening houdend met de geboekte waardeverminderingen in 2003. Daarvan werd 6.392.360 euro volstort (inclusief de waardeverminderingen) en bijgevolg blijft nog 2.799.952 euro te volstorten.
230
Deelnemingen in kapitaalvorming van de gewestelijke huisvestingsmaatschappijen en kredietmaatschappijen
Totaal aandelen
P.B.E. Vlaamse Huisvestings Maatschappij Vlaamse Land Maatschappij CV Huisvesting Tienen CV Inter-Vilvoorde CV Zennevallei-Halle Samenw. Bouwm. Aarschot CV Diest Uitbreiding CV De Goede Haard CV Elk Zijn Huis Gew. Mij. Huisv. St. PietersLeeuw Dijledal SM Providentia SV Volkswoningbouw CV Sociale Woningen Landen Brabantse Huisvestingsmaatschappij Sociale bouw- en kredietmaatschappij NV Familia gefusioneerd met Zonnige Woonst Joseph Wauters NV NV l'Abri Vlabraver
Aandelen prov. VL-B
Gewicht
Volstort per PLUS 31/12/03
MIN
Volstort per Volstort in 31/12/04 %
46%
7.714
7.714
25%
13.131
464
3,5%
2.301
2.301
100%
2.900 2.500 7.640 8.298 9.232 17.098 7.657 13.760
100 200 1.420 1.386 1.222 600 1.050 520
3,5% 8% 19% 17% 13% 3,5% 14% 3,8%
2.500 620 35.500 4.295 783 676 890 1.789
2.500 620 35.500 4.295 783 676 890 1.789
100% 25% 86% 25% 26% 46% 34% 28%
13.600
1.508
11%
6.330
6.330
34%
38.862 2.594 2.257
3.980 247 200
10% 9,5% 8,9%
15.492 1.586 1.250
15.492 1.586 1.250
63% 26% 25%
11.805
1.200
10%
892
892
30%
1.860
80
4,3%
248
248
26%
1.084
28
2,6%
195
195
29%
35.720 (A) 6.220 (A) 110.850 (B) 14.160 (B) 19.860 400 12.641 824 volstort basiskapitaal kapitaalsverhoging
17% 13% 2,0% 6,5% 24,4% (26%)
20.451
20.451
30%
2.600 0 1.580.073
100% 100% 100% 32%
2.600 10.218 818.048 762.024
10.218
Dexia Gemeentelijke Holding
349.958
1.045
0,3% 1.110.208
1.110.208
100%
Dexia Certificaten Intercommunale Haviland Ecowerf Intercommunale Interleuven GOM Vlaams-Brabant Havicrem
41.721 160.516 225.575 5 557.063
94.050 13.901 32.103 75.168 5 98.029
1.457.775 33% 86.031 20% 814.821 33% 1.064.379 100% 123.947 17,6% 0
1.457.775 86.031 814.821 1.064.379 123.947 49.015
25% 100% 100% 100% 50%
6.402.578
0 10.218 6.392.360
231
V. Vorderingen op méér dan 1 jaar
Code A.R. 29
A. Vorderingen voor prestaties De vorderingen op meer dan één jaar omvatten enerzijds de openstaande vorderingen van de verschillende huisvestingsleningen en anderzijds de leningen die terugbetaald worden door de hogere overheid. De door de hogere overheid terug te betalen leningen worden, voor hetzelfde bedrag, zowel geboekt op de rekening “vorderingen op meer dan één jaar” als op de rekening “schulden op meer dan één jaar”. Het kapitaal dat binnen het jaar vervalt wordt in de beginbalans opgenomen onder de rubriek Vlottende Activa, Vorderingen op ten hoogste één jaar.
Aard van de lening Aankoopleningen particulieren Vernieuwingsleningen bescheiden woningen Renteloze leningen sociale verhuurkantoren Leningen hogere overheid TOTAAL:
Saldo lening 11.687.000 7.812.000 309.000 436.000 20.244.000
VLOTTENDE ACTIVA
VI. Voorraden en bestellingen in uitvoering
Code A.R. 30
De provincie Vlaams-Brabant kiest er voor om de voorraden te waarderen. In afwachting van een overkoepelend voorraadbeheersysteem, wordt in de beginbalans een ijzeren voorraad opgenomen. Deze voorraden vertegenwoordigen een waarde van 182.200 euro.
VII. Vorderingen op ten hoogste 1 jaar
Code A.R. 40/41
A. Vorderingen voor belastingen en exploitatie De lijst met openstaande vorderingen werd grondig geanalyseerd en een aantal vorderingen werden als dubieus geboekt. Indien vaststaat dat deze vorderingen niet meer zullen kunnen geïnd worden, zullen de nodige stappen gezet worden om deze vorderingen oninbaar te laten verklaren.
232
Debiteuren belastingen Overige debiteuren
226.309 8.274.237
Waarvan opgenomen als "dubieuze debiteuren" 47.169 1.140.081
TOTAAL:
8.500.546
1.187.250
Boekwaarde
Debiteuren belastingen
Van de openstaande dubieuze debiteuren voor de belastingen uit 2003 werden een 40-tal dossiers opgelost (betaald na dwangbevel, oninbaar verklaard, of ambtshalve ontheven). Een aantal nieuwe dossiers in verband met het aanslagjaar 2004 werden aan de lijst toegevoegd wegens o.a. faillissement. In afwachting van een definitieve uitspraak, werden deze schulden als dubieus opgenomen in de balans. Per 31/12/2004 zijn er opnieuw een 140-tal openstaande debiteuren die als dubieus aanzien kunnen worden, met een gemiddelde waarde van 332 euro elk. Overige debiteuren
Naast de vorderingen uit exploitatie (2,8 miljoen euro) bevat deze post de nog te innen opcentiemen (4,3 miljoen euro). In 2003 bevatte deze post eveneens een lening die al gegund maar nog niet opgenomen was. In 2004 werden de gegunde leningen wel opgenomen, vandaar een sterke toename van de post liquide middelen. Bij de overige debiteuren gaat het leeuwenaandeel van de dubieuze debiteuren naar openstaande rechten voor opcentiemen met betrekking tot de jaren 1998 (620.000 euro), 1999 (65.000 euro) en 2002 (300.000 euro). In 2005 wordt het nodige gedaan om de annulatie van deze bedragen te laten goedkeuren. De opcentiemen vormen ook een tweede verklaring voor de sterke afname van de openstaande vorderingen sinds 2003. Vanaf 2004 worden de rechten vastgesteld op basis van de door de Vlaamse Gemeenschap toegekende voorschotten. Jaar Vóór 1998 1999 2000 2001 2002 2003
Openstaande rechten opcentiemen 31/12/2003 1.346.643 498.625 0 0 3.073.559 7.461.970
Openstaande rechten opcentiemen 31/12/2004 1.321.126 357.995 0 0 927.727 1.721.732
Opcentiemen dubieus per 31/12/2004 696.385 75.622 0 0 300.009 0
12.380.796
4.328.581
1.072.016
TOTAAL
C. Overige vorderingen Onder overige vorderingen worden de aflossingen opgenomen van leningen, toegestaan aan derden en terugbetalingen van hogere overheden.
233
Openstaand bedrag Aflossingen van leningen hogere overheden 120.620 Aflossingen ten laste van derde: aankoopleningen 2.286.000 Aflossingen ten laste van derde: vernieuwingsleningen 972.000 Aflossingen van renteloze leningen (derden) 28.983 TOTAAL
3.407.603
IX. Liquide middelen
Code A.R. 54/58
Gewaardeerd aan nominale waarde (cf. MB van 15 februari 2001)
Soort rekening Zichtrekening bank Kasgelden
Openstaand bedrag 32.107.859 786
TOTAAL
32.108.645
X. Overlopende rekeningen
Code A.R. 49
Volgende verkregen opbrengsten of over te dragen kosten werden nog niet opgenomen in de resultatenrekening: -
over te dragen kosten voor o.a. abonnementen die budgettair aangerekend worden in het jaar waarin de uitnodiging tot betaling komt voor een bedrag van 9.300 euro,
-
in 2003 werd de parking onder het provinciehuis opgeleverd. In 2003, noch in 2004 werd de uitgave correct geactiveerd, dit kan pas in 2005 rechtgezet worden, vandaar een overlopende rekening van 3,5 miljoen euro op het actief,
-
verkregen opbrengsten die betrekking hebben op 2004 maar pas in 2005 zullen ontvangen worden voor 2.849.000 euro, waarvan een belangrijk aandeel subsidies hogere overheden (2,5 miljoen euro) en 250.000 euro aan creditintresten.
234
PASSIVA EIGEN VERMOGEN Het eigen vermogen van de provincie kende op 31/12/2004 een lichte daling van 386.000 euro ten opzichte van het vorige boekjaar.
I. Kapitaal
Code A.R. 10
Het kapitaal werd bij de beginbalans éénmalig bepaald als restwaarde van de openingsbalans (verschil tussen de activazijde en de passivazijde).
IV. Reservefondsen
Code A.R. 13 Boekwaarde
Gewoon reservefonds
14.833.673
Buitengewoon reservefonds
907.351
Fonds Leefmilieu
25.303
Fonds Sociale Woningen
103.288
Fonds Vernieuwingsleningen
228.666
Fonds Huisvuilverwerking
131.929
Fonds Kansarmen
290.035
TOTAAL:
16.520.245
In de loop van 2004 werd beslist om een netto bedrag van 5,3 miljoen euro van het gewone reservefonds te gebruiken om de gewone begroting van de provincie sluitend te maken. Een groot deel van de opbrengst van de verkoop van het oude internaat aan de Sliksteenvest te Tienen (0,9 miljoen euro) werd weggeschreven naar het buitengewoon reservefonds, met de bedoeling om het later deze legislatuur te gebruiken voor buitengewone projecten die zich nog kunnen aandienen. Het saldo van de verkoop (0,3 miljoen euro) werd aangewend om de kleine investeringen te financieren.
V. Overgedragen resultaten
Code A.R. 14
Het overgedragen resultaat stijgt met 3,7 miljoen euro. Dit betekent ongeveer een halvering van het resultaat per 31/12/2003. Zonder de afname van het gewone reservefonds zou 2004 afgesloten hebben met een verlies. Voor een analyse van dit boekhoudkundig resultaat, wordt verwezen naar het hoofdstuk "Resultatenrekening".
235
VI. Investeringssubsidies
Code A.R. 15
De nieuwe investeringssubsidies die in 2004 aangerekend werden op het passief, hebben betrekking op ontvangen subsidies van het ministerie van onderwijs voor diverse renovatieprojecten aan schoolgebouwen (356.000 euro). Het saldo aan investeringssubsidies betreft het saldo van de trekkingsrechten voor de verbeteringswerken aan provinciewegen die in vorige jaren reeds werden ontvangen. De investeringssubsidies worden jaarlijks verrekend in de resultatenrekening a rato van het afschrijvingspercentage van het actief waarop de subsidie betrekking heeft.
VOORZIENINGEN VOOR RISICO’S EN KOSTEN VII. Voorzieningen voor risico’s en kosten
Code A.R. 16
Voor de volgende juridische geschillen tussen provincie en derden werd een voorziening ingeschreven:
Promedia: belastingreglement Brouns: eis achterstallige vergoedingen premies Lease Plan Fleet Management NV: boekwaardeverlies + betaling van de kosten NV Ibens/Provincie: schadevergoeding wegens termijnverlenging STABO/Provincie: eis betaling facturen TOTAAL
Voorziening per 31/12/2003 619.734
Voorziening per 31/12/2004 619.734
1.519
1.519
48.925
56.225
136.365
136.365
8.505
0
815.046
813.842
Promedia: vraag tot vernietiging van het provinciale belastingreglement op de verspreiding van commerciële telefoongidsen - procedure in hoger beroep. Brouns: over de hoofdsom werd al uitspraak gedaan in het nadeel van de provincie, het openstaande saldo betreft intresten. Lease Plan Fleet Management NV: na het tussenvonnis voor de betaling van de hoofdsom voor achterstallige huur en vrijgave van de borgtocht, blijft er nog een betwist saldo voor boekwaardeverlies en betaling van de kosten dat werd opgenomen in de voorzieningen. De voorzieningen werden verhoogd met de raming voor de intresten die vermoedelijk eveneens zullen moeten betaald worden. NV Ibens: tussenvonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Leuven van 24 april 2003 waarbij de rechtbank o.m. stelt dat de NV IBENS gerechtigd is op "hetzij herberekening, hetzij schadevergoeding wegens onvoorzienbare meerwerken”. Er werd op 19/07/2004 door de provincie hoger beroep aangetekend tegen dit vonnis. STABO: naar aanleiding van een vonnis heeft de provincie het saldo betaald aan STABO.
236
SCHULDEN VIII. Schulden op meer dan één jaar
Code A.R. 17
A. Financiële schulden Waardering aan nominale waarde Leningen en schulden ten laste van de provincie en ten laste van hogere overheden:
Lening Dexia tlv de provincie Lening Ethias Lening ING Lening promotieovereenkomst provinciehuis Lening promotieovereenkomst parking provinciehuis Lening Dexia tlv hogere overheden
Boekwaarde 12.061.102 56.420.883 34.433.240 19.366.787 2.939.939 435.845
TOTAAL:
125.657.796
Er werden in 2004 geen nieuwe leningen gegund. De liquide middelen waren voldoende groot om de investeringen te prefinancieren.
IX. Schulden op ten hoogste één jaar
Code A.R. 42/48
A. Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen De openstaande provinciale schuld wordt opgenomen in de rubriek 17, schulden op meer dan één jaar. Het gedeelte van de schuld dat binnen het jaar vervalt (jaarlijkse aflossingschuld annuïteitleningen) wordt in de rubriek 42 opgenomen.
Aflossingen Dexia Aflossingen ING Aflossingen Ethias Aflossingen promotieovereenkomst provinciehuis Aflossingen promotieovereenkomst parking provinciehuis Aflossingen Dexia tlv hogere overheden
237
Boekwaarde 2.653.193 5.931.979 7.502.893 846.749 300.527 120.620 17.355.961
C. Werkingsschulden De openstaande werkingsschuld kan als volgt verdeeld worden: -
leveranciers
1.472.261 euro
-
te ontvangen facturen
1.650.361 euro
D. Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten Deze post bedraagt 2 miljoen euro en omvat de nog door te storten bedragen aan bedrijfsvoorheffing, RSZ, pensioenbijdragen en de voorziening voor vakantiegeld.
G. Diverse schulden
Fonds van het bestuursmemoriaal Fonds van de verkiezingen Gemeen fonds van de veldwachters Fonds der niet-uitgevoerde betaalorders TOTAAL:
Boekwaarde 9.947 341.365 1.916 136.964 490.192
De wijziging ten opzicht van vorig boekjaar zijn het gevolg van 2 rechtzettingen in de aansluiting tussen de budgettaire en algemene boekhouding, die respectievelijk werden verwerkt als uitzonderlijke kost (code A.R. 66) en uitzonderlijke opbrengst (code A.R. 76).
X. Overlopende rekeningen
Code A.R. 49
De lonen van december 2004 die pas in januari 2005 betaald zijn, werden opgenomen in toe te rekenen kosten.
Lonen december 2004 Lonen mbt 2004 verrekend in 2005 Over te dragen opbrengsten (voorschot subsidie 2005) Te identificeren inningen en ten onrechte ontvangen sommen TOTAAL:
Boekwaarde 2.340.069 198.286 3.347 15.191 2.556.892
238
ORDEREKENINGEN Rekening Omschrijving 0100000 Derden waarvoor de provincie zich borg heeft gesteld 0100001 Begunstigde van de toegestane waarborg - Haviland (Dexia + Fortis) - Kerkfabriek Sint-Michiel, Sint-Goedele kathedraal - Domus Flandria - Gewestelijke maatschappij voor volkshuisvesting - Ovam (ING) - Interleuven (ING) 0800000 Trekkingsrechten op investeringssubsidies 0800001 Debiteuren wegens trekkingsrechten 0900000 Pensioenfondsen 0900001 Pensioenverplichtingen 0900010 Waarborgfonds 0900011 Waarborgverplichtingen 0900020 Decretale subsidie: monumenten & kerken 0900021 Verplichting tot betalen decretale subsidie TOTAAL:
Debet
Credit 47.554.597
31.101.644 37.184 3.040.024 66.960 966.785 12.342.000 2.690.629 2.690.629 126.320.642 126.320.642 680.706 680.706 4.652.211 4.652.211 181.898.786 181.898.786
Korte toelichting: 40100000: deze rekening geeft de op 31 december 2004 uitstaande schulden van derden waarvoor de provincie een waarborg heeft gegeven. In 2004 gaf de provincie een bankwaarborg voor een uitstaande schuld bij OVAM (tot 2006) én een borgstelling voor op te nemen leningen voor Interleuven (tot 2026). 40500000: er zijn dit jaar geen aankoopbeloftes (aankoop gronden in het kader van leefmilieu), waarvan de aktes nog niet verleden zijn 40800000: deze rekening geeft de trekkingsrechten weer die de provincie nog niet opnam, maar waar ze wel recht op heeft. De verhoging ten opzichte van de beginbalans betreft een saldo van een toegekend recht dat niet helemaal werd uitgeput. 40900000: zie toelichting “gekantonneerde reserves van pensioenfondsen” 40900010: het waarborgfonds voor de sociale leningen per 31 december 2004. 40900020: bedrag van het provinciaal aandeel in de toegekende subsidies voor restauratiewerken aan de erkende monumenten en kerken die nog niet uitbetaald werden.
239
Gekantonneerde reserves van de pensioenfondsen Het globale bedrag pensioenfondsen en pensioenverplichtingen is de optelling van: -
het aandeel (35%) van Vlaams-Brabant in het pensioenfonds ex-Brabant gezien de splitsing van de voormalige provincie Brabant vanaf 01/01/1995
-
het pensioenfonds Vlaams-Brabant voor alle statutaire ambtenaren die sinds het ontstaan van de provincie Vlaams-Brabant met pensioen gingen
ex-Brabant Vlaams-Brabant Orderekening 0900000
31/12/2004 67.359.871 58.960.771 126.320.642
31/12/2003 70.599.335 52.763.323 123.362.658
31/12/2002 73.647.399 47.295.563 120.942.962
Flow 2004 - 3.239.464 6.197.448 2.957.984
Bovenstaande tabel vestigt de aandacht op de tegengestelde evoluties van de twee pensioenfondsen: -
het pensioenfonds ex-Brabant krimpt
-
het pensioenfonds Vlaams-Brabant groeit.
Het aandeel (35%) van Vlaams-Brabant in het pensioenfonds ex-Brabant
Sinds 1 januari 1995 is dit een gesloten fonds aangezien er geen instroom meer is van nieuwe gepensioneerden. Het fonds krimpt omdat enerzijds de gemiddelde leeftijd van de gepensioneerden sneller stijgt dan hun actuariële levensverwachting en anderzijds door overlijden. Per 1 januari 1995 werd er een éénmalige premie gestort zodat het pensioenfonds in principe voor de rest van zijn bestaan financieel zelfbedruipend zou zijn en blijven. Deze doelstelling wordt 9 jaar later nog steeds gehaald: -
structureel boni per 31/12/2004 na verrekening van alle inkomsten en uitgaven: 8,9 miljoen euro
-
voorspelling van dit boni per 31/12/2007 conform de raming van de actuarissen van Ethias de dato mei 2005: 4,25 miljoen euro.
Het pensioenfonds Vlaams-Brabant
Het beheer van dit pensioenfonds was in 1998 het voorwerp van een overheidsopdracht en werd na een beroep op de mededinging toegewezen aan de tandem Ethias- Dexia Asset Management. Dit beheer wordt gekaderd in een actuariële studie met een tijdshorizon van 30 jaar (komt grosso modo overeen met de lengte van een statutaire loopbaan). De voornaamste parameters van het actuariële plan voor de periode 2005 tot en met 2034 zijn: -
toekomstige loonsevolutie: 1% anciënniteitsverhoging / variant 0,75%
-
statutair personeelskader: -
scenario 1: constant (vervanger 25 jaar aan 80% wedde)
-
scenario 2: afnemend met 10%
240
-
scenario 3: afnemend met 25%
-
technische rentevoet levensverzekering: 3,75% verbintenissen
-
rendementshypothese: 6% invloed 1% meer en 1% minder beleggingsrendement
-
jaarlijkse indexatie 1,75%
De tabel geeft een beknopt overzicht van deze actuariële denkoefening.
statutaire actieven aantal pensioenen wiskundige reserves lopende verbintenissen totale verbintenissen
2001
2003
2004
576 143 34.603.065 33.035.977 110.831.908
542 195 47.295.563 48.330.851 131.762.687
521 213 52.763.323 53.134.634 136.605.472
61 jaar 104,70% 31,20%
60 jaar 97,90% 35,90%
60 jaar 99,30% 38,60%
actuariële pensioenleeftijd dekkingsgraad tov de lopende pensioenen dekkingsgraad tov de totale verbintenissen
Ieder jaar wordt er over de evolutie van het fonds gerapporteerd in de pensioencommissie. Deze commissie is samengesteld uit: -
een delegatie van de bestendige deputatie
-
enkele ambtenaren uit de provinciale administratie
-
vertegenwoordigers van de erkende vakbonden; de vakbondsafgevaardigden wonen de vergadering bij als waarnemer.
Tijdens de pensioencommissie van 29 april 2005 over het verslagjaar 2004 verduidelijkt Ethias dat het aantal gepensioneerden jaarlijks sterk toeneemt en dat dit, rekening houdend met het relatief oud personeelsbestand, ook in de komende jaren zo zal zijn. Ethias wijst er op dat de gemiddelde leeftijd van de actieve statutaire ambtenaren bij de provincie Vlaams-Brabant hoog is, nl. 48,76 jaar, terwijl de gemiddelde leeftijd voor de gehele openbare sector tussen 40 en 45 jaar ligt. Drie kwart van het statutaire personeel van de provincie VlaamsBrabant is ouder dan 45 jaar. Na analyse van de jaren 2002-2004 blijkt dat enerzijds 77 statutaire medewerkers gepensioneerd werden en dat anderzijds slechts in 44 van de 77 gevallen voorzien werd in een statutaire vervanging. Dit betekent een reële vervangingsgraad van 57 %. De commissie kwam in 2005 tot de slotsom dat de financiering van de pensioenverzekering nauwlettend in het oog moet worden gehouden en dat de parameters in de actuariële studie indien nodig moeten aangepast worden aan de realiteit van de provincie Vlaams-Brabant. Uit de tabel hierboven blijkt dat er al meermaals maatregelen werden genomen om dit doel te bereiken. Vanaf de actuariële studie aangaande 2002 werd de actuariële pensioenleeftijd verlaagd van 61 tot 60 jaar. Tevens werd vanaf de begroting 2002 de patronale bijdrage aan het pensioenfonds opgetrokken van 34,25% tot 39,25% van de statutaire weddemassa.
241
RESULTATENREKENING Het KB van 2 juni 1999 legt de provincies een dubbel registratiesysteem op voor de financiële verrichtingen: -
een budgettaire boekhouding, die vertrekt van een goedgekeurde begroting en resulteert in een begrotingsrekening. De begrotingsrekening 2004 geeft aan welke ontvangsten en uitgaven aangerekend werden op de kredieten die voor de begroting 2004 werden goedgekeurd. Deze rekening rapporteert eveneens over de uitgaven die in 2003 overgedragen werden naar 2004.
-
een algemene boekhouding, die 4 documenten genereert: -
de balans die een momentopname is van de stand van de activa en passiva van de provincie per 31/12/2004
-
de resultatenrekening die weergeeft welke opbrengsten en kosten gerealiseerd werden in de periode van 01/01/2004 tot en met 31/12/2004
-
de orderekeningen die de rechten en verplichtingen weergeeft die niet in de balans zijn opgenomen op datum van 31/12/2004
-
de toelichting bij de balans en resultatenrekening die de cijfers van balans en resultatenrekening detailleert en kadert In essentie geeft de budgettaire boekhouding een overzicht van de uitgaven en ontvangsten die gerealiseerd werden in een bepaald begrotingsjaar in verhouding tot de geraamde kredieten. Of nog welke middelen er aangewend werden om de beleidsdoelstellingen te bereiken die voor dat jaar door de provincieraad voorop werden gesteld. De algemene boekhouding geeft aan wat de provincie op een specifiek tijdstip (31/12) aan middelen ter beschikking heeft (activa) en hoe die gefinancierd werden (passiva). De resultatenrekening geeft een overzicht van hoe het eigen vermogen (via het overgedragen resultaat) van de provincie het afgelopen jaar geëvolueerd is als gevolg van de normale werking. Let wel! Hoewel het systeem van dubbel boekhouden veel gelijkenissen vertoont met de boekhouding van commerciële vennootschappen, is het niet relevant om dit resultaat meteen te catalogiseren als “winst” in de betekenis die men daar in de private sector zou aan geven. Het resultaat van de provinciale rekeningen wordt immers ook sterk beïnvloed door de financiële en uitzonderlijke resultaten, die ook in 2004 een belangrijk aandeel hadden in de einduitslag.
Duizenden
De resultaten in de resultatenrekening 10.000 8.000 6.000 4.000 2.000 0 -2.000 -4.000 -6.000 -8.000
OVER TE DRAGEN Financieel resultaat
Uitzonderlijk resultaat
RESULTAAT Aandeel reservefondsen
Resultaat werking
242
TOELICHTING BIJ HET RESULTAAT VAN DE ALGEMENE BOEKHOUDING "De resultatenrekening geeft weer welke opbrengsten en kosten gerealiseerd werden in de periode van 01/01/2004 tot en met 31/12/2004". Het resultaat bedraagt 3.714.423 euro en wordt toegevoegd aan het eigen vermogen van de provincie. Dit resultaat wordt onder meer beïnvloed door afnamen van de reservefondsen, die een boeking vertegenwoordigen die in de resultatenrekening terecht komt als een "opbrengst". De reservefondsen vormen het vermogen dat de vorige jaren werd opgebouwd, de netto afname bedroeg dit jaar 4,3 miljoen euro. Het is onder andere deze werkwijze die verklaart waarom ondanks het gunstige resultaat, het eigen vermogen van de provincie toch kan afnemen. Het resultaat is bovendien sterk vertekend door de geboekte minderwaarden op verkoop van vaste activa (zie hoger). Dit werd deels gecompenseerd door geboekte meerwaarden, maar netto valt toch het uitzonderlijke verlies van 3,7 miljoen euro op.
BELANGRIJKSTE AFWIJKINGEN TEN OPZICHTE VAN 2003 Werkingskosten
Code A.R. 60-64 Verdeling w erkingskosten
Werkingsmiddelen Personeel Afschrijvingen Subsidies
De ingezette werkingsmiddelen stijgen met 10%. Na de afbouw van een aantal instellingen, kan de aandacht toegespitst worden op de nieuwe initiatieven en de concrete beleidsuitvoering. De personeelsuitgaven stegen met minder dan 1 %. Rekening houdend met één indexaanpassing en de normale anciënniteitsverhoging lijkt dit een zeer beperkte stijging. Het sluiten van een aantal instellingen en de eerste fasen uit het stappenplan van de scholen is de verklaring voor dit fenomeen van wat op het eerste zicht een (relatieve) afbouw lijkt. De beleidsondersteunende uitgekeerde subsidies (64) kennen een toename van 8% en zijn in de resultatenrekening 2004 goed voor 23% van de ingezette werkingsmiddelen De vergelijking van het afschrijvingspercentage met de vorige jaren heeft weinig zin, omdat er in 2003 een aantal versnelde afschrijvingen plaats vonden (zie toelichting bij de balans 2003). De waarde die de post afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen voor risico’s en kosten in deze rekening bereikt, staat in verhouding tot het patrimonium.
243
Werkingsopbrengsten
Code A.R. 70-74 Verdeling werkingsopbrengsten
Belastingen Werkingsopbrengsten Subsidies hogere overheden
In de jaren 2002 en 2003 werden de cijfers voor belastingontvangsten sterk beïnvloed door de inhaaloperatie bij het inkohieren van een aantal provinciale belastingen. In 2004 werden deze belastingen op een normaal ritme geïnd (701). De werkingsontvangsten daalden lichtjes, te verklaren door enerzijds het weerafhankelijk karakter van sommige ontvangsten, anderzijds het feit dat de nieuwe initiatieven nog niet helemaal op volle toeren draaien en de gesloten instellingen definitief uit de rekeningcijfers verdwijnen. De subsidie van hogere overheden namen opnieuw toe met 10% (74), wat er op wijst dat de beleidsuitvoering op volle toeren draait.
Financiële resultaten
Code A.R. 65 en 75
Financiële kosten De schuldenlast en de financiële kosten die daarmee gepaard gaan, blijft een permanent aandachtspunt (65). Pas in 2010 zullen de financiële kosten substantieel dalen.
Financiële opbrengsten De opbrengsten uit vlottende activa worden vooral bepaald door de ontvangen intresten op zichten termijnrekeningen, beleggingen en door de ontvangen intresten op toegestane sociale huisvestingsleningen. Hoewel beide posten sterk marktgebonden zijn en daardoor kunnen schommelen, valt 2004 vooral op door een stabiliteit van de financiële opbrengsten.
244
Uitzonderlijke resultaten
Code A.R. 66 en 76
Het uitzonderlijke karakter van deze posten uit de resultatenrekening maakt dat een vergelijking met vorige jaren niet relevant is.
Uitzonderlijke kosten Volgende uitzonderlijke kosten werden in de rekening opgenomen in 2004: -
minderwaarde bij de realisatie van de vaste activa (zie lijst desinvesteringen): de belangrijkste minderwaarden werden gerealiseerd bij de verkoop van gebouwen, terreinen, infrastructuur en inboedel van het zwembad te Aarschot (2,3 miljoen euro), het Baljuwhuis te Galmaarden (1,95 miljoen euro) en het zwembad te Liedekerke (0,5 miljoen euro).
-
andere uitzonderlijke kosten: het betreft een dading in het kader van een project binnen de sector waterlopen waarbij een schadevergoeding werd uitbetaald wegens het niet volledig uitvoeren als gevolg van wateroverlast van de bouw van twee zandvangen te Diest, gegund in 1997
-
bij aansluiting tussen de budgettaire en algemene boekhouding bleek in het fonds der niet uitgevoerde orders (code A.R. 48) een verschil van 111.913,29 euro. Om het vreemd vermogen te corrigeren, wordt deze rechtzetting aangerekend als een uitzonderlijke kost.
Uitzonderlijke opbrengsten Volgende uitzonderlijke opbrengsten werden in de rekening opgenomen in 2004: -
meerwaarden bij de realisatie van vaste activa (zie lijst desinvesteringen): op de verkoop van het oude internaat te Tienen aan de Slicksteenvest werd een meerwaarde gerealiseerd van 670.000 euro. De verkopen van gronden te Landen brachten ongeveer 136.000 euro aan meerwaarde op. De uitzonderlijke opbrengsten bevatten eveneens het aandeel van de woning en het magazijn in de Tollembeekstraat die voordien deel uitmaakten van het Baljuwhuis, maar niet mee verkocht werden (197.000 euro)
-
bij aansluiting tussen de budgettaire en algemene boekhouding bleek in het verkiezingsfonds (code A.R. 48) een verschil van 44.115,45 euro. Om het vreemd vermogen te corrigeren, wordt deze rechtzetting aangerekend als een uitzonderlijke opbrengst.
245
Nr. 49 Goedkeuring geïntegreerd susidiereglement ter ondersteuning van het streekgericht bibliotheekbeleid in de Vlaams-Brabantse bibliotheken Besluit van de provincieraad van 12 september 2006 (Directie cultuur en onderwijs)
DE PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT, Gelet op de artikelen 65 en 85 van de provinciewet; Gelet op het decreet van 13 juli 2001 betreffende het stimuleren van een kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 11 januari 2002 tot uitvoering van bovenvermeld decreet; Gelet op het convenant tussen de Vlaamse Gemeenschap en de provincie Vlaams-Brabant m.b.t. de organisatie van het streekgericht bibliotheekbeleid, goedgekeurd op de provincieraad van 4 juni 2002; Gelet op het besluit van de provincieraad van Vlaams-Brabant van 5 november 2002 betreffende de beleidsnota 2003-2007 streekgericht bibliotheekbeleid; Gelet op het bestek voor de levering van een bibliotheeksysteem voor het provinciebestuur Vlaams-Brabant, goedgekeurd door de provincieraad op 17 februari 2004; Gelet op de gunning van het provinciaal bibliotheeksysteem(PBS) aan de Katholieke Universiteit Leuven/Libis-Bibliotheekinformatica, goedgekeurd door de deputatie op 4 mei 2004; Gelet op het aanvullende convenant van 14 mei 2004 tussen de Vlaamse Gemeenschap en de provincie m.b.t. het streekgericht bibliotheekbeleid; Gelet op het besluit van de provincieraad van Vlaams-Brabant van 18 februari 1997 betreffende de subsidiëring en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers; Gelet op het besluit van de provincieraad van Vlaams-Brabant van 20 april 2004 betreffende het reglement voor projectsubsidies streekgericht bibliotheekbeleid; Gelet op het besluit van de provincieraad van Vlaams-Brabant van 14 april 2005 betreffende het subsidiereglement ter ondersteuning van het interbibliothecair leenverkeer (IBL); Gelet op de nota 'Voorwaarden gemeenten bij aansluiting op het provinciaal bibliotheeksysteem (PBS) - Oproep aan gemeenten om zich kandidaat te stellen om in 2006 toe te treden tot het PBS', goedgekeurd op 25 augustus 2005 door de deputatie; Overwegende dat de provincie Vlaams-Brabant een eigentijdse ICT-infrastructuur ter beschikking stelt, die toelaat de lokale bibliotheekautomatisering te beheren op provinciaal niveau en dat een kwaliteitsvolle breedbandverbinding tussen de gemeentelijke openbare bibliotheek en de PBSserver hiertoe noodzakelijk is;
246
Overwegende dat deze kwaliteitsvolle breedbandverbinding noodzakelijk, maar tevens kostelijk is, wil de provincie dit ondersteunen door middel van een subsidie; Gelet op de inschrijving op artikel 767/0300/6402 van de provinciebegroting van 2006 (van een bedrag van 75.000 euro) voor projectsubsidies streekgericht bibliotheekbeleid; Gelet op de inschrijving op artikel 767/0310/6402 van de provinciebegroting van 2006 (van een bedrag van 30.000 euro) voor subsidies ter ondersteuning van het interbibliothecair leenverkeer (IBL); Gelet op het advies van de provinciale cultuurraad; Gelet op het advies van de raadscommissie jeugd en cultuur; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel Het geïntegreerd subsidiereglement ter ondersteuning van het streekgericht bibliotheekbeleid in de Vlaams-Brabantse bibliotheken zoals gevoegd bij dit besluit, wordt goedgekeurd.
Leuven, 12 september 2006
Van raadswege: De provinciegriffier, (g)Marc COLLIER
De voorzitter; (g)Vic LAUREYS
Dit besluit van de provincieraad wordt, samen met het reglement, opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie. Leuven, 18 september 2006
247
SUBSIDIEREGLEMENT TER ONDERSTEUNING VAN HET STREEKGERICHT BIBLIOTHEEKBELEID IN DE VLAAMS-BRABANTSE OPENBARE BIBLIOTHEKEN Titel 1: bepalingen inzake projectsubsidies Artikel 1.1 Binnen de perken van de daartoe op de begroting van de provincie Vlaams-Brabant goedgekeurde kredieten en overeenkomstig de bepalingen van dit reglement kan de deputatie, na advies van een deskundige externe beoordelingscommissie, aangesteld door de deputatie, subsidies verlenen voor streekgerichte bibliotheekprojecten in Vlaams-Brabant. Artikel 1.2 Voor subsidiëring op basis van dit reglement komen streekgerichte bibliotheekprojecten in aanmerking, die op het grondgebied van de provincie Vlaams-Brabant ontwikkeld en gerealiseerd worden en die een regionale uitstraling beogen. In uitbreiding kunnen ook projecten, ontwikkeld in andere Vlaamse provincies of in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, die in Vlaams-Brabant gerealiseerd worden, in aanmerking komen. De projecten worden ontwikkeld en gerealiseerd tussen of in samenwerking met één of meerdere openbare bibliotheken in Vlaams-Brabant. Artikel 1.3 De subsidie kan toegekend worden aan organisaties met rechtspersoonlijkheid, lokale besturen, feitelijke verenigingen en natuurlijke personen die verantwoordelijk zijn voor en de kosten dragen van het project. De aanvra(a)g(st)er dient gevestigd te zijn in de provincie of zijn/haar initiatief te ontwikkelen in of voor de provincie. Artikel 1.4 Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: • Streekgerichte projecten en/of bibliotheekwerkingen: projecten die passen binnen het streekgericht bibliotheekbeleid zoals vermeld in het decreet van 13 juli 2001 betreffende het stimuleren van een kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid. • Openbare bibliotheek: verplichte gemeentelijke culturele infrastructuur zoals omschreven in het decreet van 13 juli 2001 betreffende het stimuleren van een kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid. • Projectsubsidies: financiële steun voor bijzondere (dus niet-reguliere), in de tijd beperkte initiatieven.
248
Artikel 1.5 Wie voor subsidiëring in aanmerking wenst te komen kan tweemaal per jaar, op de daartoe bestemde formulieren, een aanvraag indienen bij de provincie Vlaams-Brabant, Provincieplein 1, 3010 Leuven en dit, op straffe van verval, uiterlijk op 1 juni of op 1 december voor eenjarige projecten en ten minste 3 maanden voor de aanvang van het project. De aanvraag wordt toegezonden (de poststempel geldt als bewijs), of afgegeven tegen ontvangstbewijs. Artikel 1.6 Het projectdossier bevat de volgende gegevens: Identificatie van de initiatiefne(e)m(st)er: • er kan slechts één aanvra(a)g(st)er zijn. De samenwerkingspartners dienen wel vermeld te worden (incl. hun aandeel in het project). Om voor subsidiëring in aanmerking te komen, moet de subsidieaanvrager het door de provincie ter beschikking gestelde aanvraagformulier invullen; • indien de initiatiefne(e)m(st)er een natuurlijk persoon is, vermeldt hij/zij de adresgegevens en het rekeningnummer waarop de eventuele subsidie kan worden gestort; • indien de initiatiefnemer een rechtspersoon, vereniging, organisatie is worden naam, adres en rekeningnummer vermeld waarop de subsidie kan worden gestort. Eventuele statuten en statutenwijzigingen worden voorgelegd, inclusief de stukken waaruit blijkt welke perso(o)n(en) bevoegd is/ zijn om voor de organisatie, vereniging of rechtspersoon op te treden; • op verzoek van de initiatiefne(e)m(st)er kan de subsidie pro rato worden toegekend aan de projectpartners afzonderlijk. De projectpartners dienen zich op een identieke wijze te identificeren als de initiatiefne(e)m(st)er (incl. naam, adres en het rekeningnummer). Project • nauwkeurige beschrijving van het project: o doelstelling o doelpubliek o planning en tijdsschema o motivatie van het bovenlokale belang en de meerwaarde van het project o samenwerking met andere actoren/bibliothe(e)k(en) o begroting: gedetailleerde begroting van inkomsten en uitgaven (met inbegrip van het gevraagde bedrag en de eigen inbreng) per projectpartner. Bij meerjarige projecten is een meerjarige begroting vereist. • Een beschrijving van de mogelijke return voor de provincie Vlaams-Brabant (logovermelding ...).
249
Artikel 1.7 • •
Een project kan gelden voor een periode van ten hoogste drie jaar. Aan de projecten die voor een periode van meer dan één jaar worden gesubsidieerd kan het subsidiebedrag jaarlijks, na advies van een ter zake deskundige beoordelingscommissie, door de deputatie worden toegekend. Hiertoe dient de aanvrager jaarlijks, voor 1 juni, een kort inhoudelijk en financieel verslag in bij de provincie Vlaams-Brabant, dienst cultuur, Provincieplein 1, 3010 Leuven.
Artikel 1.8 •
Alle aanvragen worden, in volgorde van ontvangst, onderzocht in de ter zake bevoegde externe beoordelingscommissie. De voorzitter en de leden van de beoordelingscommissie worden aangewezen door de deputatie. De secretaris is een provincieambtenaar. De secretaris is niet-stemgerechtigd. De deputatie beslist op basis van dit advies.
•
Deze beoordelingscommissie adviseert op basis van volgende criteria: o doelstellingen o aandacht voor samenwerking met andere actoren o aandacht voor bovenlokaal belang o mate van inspelen op behoeften van een doelgroep o innoverend karakter o financiële haalbaarheid. Er is geen wegingcoëfficiënt verbonden aan de bovenstaande criteria. Het initiatief moet niet noodzakelijk aan alle criteria voldoen.
•
Indien de beoordelingscommissie het nodig acht voor de beoordeling van het project, wordt een bespreking met de aanvra(a)g(st)er of een plaatsbezoek georganiseerd.
•
Indien het project, waarvoor subsidie werd aangevraagd, niet kan plaatsvinden of wijzigingen zijn opgetreden in de bij de subsidieaanvraag verstrekte gegevens wordt dit onverwijld meegedeeld aan de provincie Vlaams-Brabant, dienst cultuur, Provincieplein 1, 3010 Leuven. Artikel 1.9 In afwijking van artikel 4.2 én 4.3 moeten de bewijsstukken bij de provincie ingediend worden uiterlijk op 1 juni van het jaar volgend op het werkjaar waarvoor de subsidie werd toegekend. Titel 2: bepalingen inzake interbibliothecair leenverkeer (IBL) Artikel 2.1 Binnen de perken van de daartoe op de begroting van de provincie Vlaams-Brabant goedgekeurde kredieten en overeenkomstig de bepalingen van dit reglement kan de deputatie een subsidie toekennen aan openbare bibliotheken in de provincie Vlaams-Brabant die beantwoorden aan de toekenningsvoorwaarden.
250
Deze subsidie voor openbare bibliotheken vormt een bijdrage in de kosten die verbonden zijn aan hun participatie in het interbibliothecair leenverkeer tijdens het afgelopen werkjaar. Artikel 2.2 Bij de vaststelling van het subsidiebedrag waarop een openbare bibliotheek aanspraak kan maken worden enkel die IBL-verrichtingen in rekening gebracht die geregistreerd werden binnen het IMPALA documentenbestel- en leverantiesysteem. Bovendien komen enkel het aantal geslaagde IBL-aanvragen en leveringen hiervoor in aanmerking. De IMPALA cijfers worden jaarlijks door de Universiteit Antwerpen gepubliceerd. De omvang van deze subsidie wordt als volgt vastgesteld: •
Voor iedere geslaagde levering die zij het voorgaande werkjaar heeft uitgevoerd ontvangt de openbare bibliotheek die de aanvraag tot subsidie heeft ingediend, 5 euro.
•
Voor iedere beantwoorde aanvraag die zij het voorgaande werkjaar heeft uitgevoerd ontvangt de openbare bibliotheek die de aanvraag tot subsidie heeft ingediend, 2,5 euro.
Aanvragen van minder dan 50 euro worden niet toegekend. Artikel 2.3 Komen voor deze subsidie in aanmerking: alle op 1 januari van het voorgaande jaar erkende openbare bibliotheken in de provincie Vlaams-Brabant, die in het voorbije werkjaar geparticipeerd hebben in het interbibliothecair leenverkeer, als aanvrager en/of als leverancier. Artikel 2.4 Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: •
Openbare bibliotheek: verplichte gemeentelijke culturele infrastructuur zoals omschreven in het decreet van 13 juli 2001 betreffende het stimuleren van een kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid.
•
Interbibliothecair leenverkeer of IBL: elke transactie waarmee een bibliotheek een document (een boek of een fotokopie) uit haar collectie leent aan een andere bibliotheek.
•
de aanvragende openbare bibliotheek: de openbare bibliotheek die, op aanvraag van één van haar gebruikers, bij een andere bibliotheek een aanvraag voor IBL plaatst.
•
De leverende openbare bibliotheek: de openbare bibliotheek die het aangevraagde werk levert aan de openbare bibliotheek die de aanvraag voor IBL heeft ingediend.
•
IMPALA (Instant mailing procedure for automated lending activities): een uniek documentbestel- en leverantiesysteem ontworpen door de Universiteit Antwerpen. Dit systeem zorgt voor het elektronisch verzenden en het beheren van aanvragen voor interbibliothecair leenverkeer.
•
Werkjaar: het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar van de subsidieaanvraag.
Artikel 2.5 Wie voor subsidiëring in aanmerking wenst te komen kan eenmaal per jaar, op de daartoe bestemde formulieren, een aanvraag indienen bij het provinciebestuur van Vlaams-Brabant, Provincieplein 1, 3010 Leuven en dit op straffe van verval, uiterlijk op 1 april van het begrotingsjaar waarop de subsidie betrekking heeft. De aanvraag wordt toegezonden (de poststempel geldt als bewijs), of afgegeven tegen ontvangstbewijs.
251
Artikel 2.6 In afwijking van artikel 4.2 moeten er geen bewijsstukken bij de provincie worden ingediend. Titel 3: bepalingen inzake ondersteuning PBS-breedbandverbinding Artikel 3.1 De subsidie ter ondersteuning van een kwaliteitsvolle breedbandverbinding tussen de openbare bibliotheek en de PBS-server vormt een bijdrage in de kosten die verbonden zijn aan de participatie in het Vlaams-Brabants provinciaal bibliotheeksysteem (PBS). Artikel 3.2 Komen voor deze PBS-subsidie in aanmerking: alle erkende openbare bibliotheken in de provincie Vlaams-Brabant die in het voorbije werkjaar een breedbandverbinding hadden met de PBS-server. Artikel 3.3 De omvang van deze PBS-subsidie is 250 euro per volledig kwartaal. Artikel 3.4 Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: •
Vlaams-Brabantse PBS: Vlaams-Brabants Provinciaal Bibliotheeksysteem.
•
Breedbandverbinding: een door de provincie voldoende veilig geachte kwaliteitsvolle netwerkverbinding tussen de openbare bibliotheek en de PBS-dienstenleverancier.
•
Openbare bibliotheek: verplichte gemeentelijke culturele infrastructuur zoals omschreven in het decreet van 13 juli 2001 betreffende het stimuleren van een kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid.
•
Werkjaar: het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar van de subsidieaanvraag.
252
Artikel 3.5 Wie voor subsidiëring in aanmerking wenst te komen kan eenmaal per jaar, op de daartoe bestemde formulieren, een aanvraag indienen bij het provinciebestuur van Vlaams-Brabant, Provincieplein 1, 3010 Leuven en dit op straffe van verval, uiterlijk op 1 april van het begrotingsjaar waarop de subsidie betrekking heeft. De aanvraag wordt vóór deze datum toegezonden (de poststempel geldt als bewijs), of afgegeven tegen ontvangstbewijs. Artikel 3.6 In afwijking van artikel 4.2 geldt als bewijsstuk de meest recente factuur voor de breedbandverbinding van het voorbije werkjaar. Titel 4: Algemene bepalingen Artikel 4.1 Binnen de perken van de daartoe op de begroting van de provincie Vlaams-Brabant goedgekeurde kredieten kan de deputatie subsidies verlenen ter ondersteuning van het streekgericht bibliotheekbeleid in Vlaams-Brabant, meer bepaald voor bovenvermelde bijzondere subsidiebepalingen en conform onderstaande algemene subsidiebepalingen. Artikel 4.2 Voor subsidies die het bedrag van vierentwintigduizend zevenhonderdnegentig euro niet overschrijden is de begunstigde, met toepassing van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen, ertoe gehouden om: • de subsidie aan te wenden voor het doel waarvoor ze werd toegekend; • na afloop een inhoudelijk verslag en een gedetailleerde afrekening betreffende het gebruik van de subsidie aan het provinciebestuur van Vlaams-Brabant te sturen. Deze bewijsstukken moeten bij de provincie ingediend worden uiterlijk op 31 augustus van het jaar volgend op het werkjaar waarvoor de subsidie werd toegekend. De begunstigde wordt vrijgesteld van de in artikel 5 § 1 en 2 van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen vermelde verplichtingen tot het indienen van een verslag inzake beheer en financiële toestand, balans en rekeningen bij de aanvraag van de subsidie en na afloop van het werkjaar. Artikel 4.3 Voor subsidies van meer dan vierentwintigduizend zevenhonderdnegentig euro, is de begunstigde, met toepassing van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen, gehouden om: •
de subsidie aan te wenden voor het doel waarvoor ze werd toegekend;
•
elke daartoe gemachtigde afgevaardigde van de provincie Vlaams-Brabant toestemming te verlenen om eventueel ter plaatse de aanwending van de toegekende subsidies te controleren;
•
een verslag inzake beheer en financiële toestand, balans en rekeningen bij de aanvraag van de subsidie en na afloop van het werkjaar in te dienen. Deze bewijsstukken moeten bij de
253
provincie ingediend worden uiterlijk op 31 augustus van het jaar volgend op het werkjaar waarvoor de subsidie werd toegekend. Artikel 4.4 De deputatie toetst elke aanvraag aan de toepassingsvoorwaarden van het reglement. Artikel 4.5 De subsidies worden slechts voorwaardelijk toegekend. In de volgende gevallen: •
één of meer bepalingen van dit reglement werden niet nageleefd;
•
onjuiste of onvolledige gegevens werden aan de provinciale administratie meegedeeld;
•
de voorgeschreven termijnen voor het indienen van de bewijsstukken werden niet gerespecteerd;
kan de deputatie één of meerdere van volgende sancties opleggen: •
de subsidie wordt geheel of gedeeltelijk teruggevorderd;
•
de uitbetaling van reeds toegekende, maar nog niet of slechts gedeeltelijk uitbetaalde subsidies wordt stopgezet;
•
de subsidieaanvrager wordt uitgesloten van verdere subsidiëring gedurende een bepaalde periode;
Artikel 4.6 Het provinciaal reglement betreffende projectsubsidies streekgericht bibliotheekbeleid van 20 april 2004 en provinciaal subsidiereglement ter ondersteuning van het interbibliothecair leenverkeer (IBL) van 14 april 2005 worden opgeheven vanaf 1 januari 2007. Artikel 4.7 Dit reglement treedt in werking vanaf 1 januari 2007.
254
Nr. 50
DIPLOMATIEK EN CONSULAIR KORPS – Consulaten-generaal (Algemeen secretariaat )
OFFICIEEL BERICHT
De heer minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking brengt mij de hierna volgende inlichtingen/wijzigingen ter kennis aangaande de consulaire korpsen.
LAND
REPUBLIEK FILIPPIJNEN
REPUBLIEK SEYCHELLEN
NAMEN
ONDERWERP
Mevrouw Maria Angelina M. STA CATALINA
Werd benoemd tot Consul-generaal van de Republiek Filippijnen te Brussel met als consulair ressort gans België.
De heer Philippe de BAETS
Werd benoemd tot Ereconsul-generaal van de Republiek Seychellen met als consulair ressort gans België.
PLAATS BRUSSEL
BRUSSEL
Dit bericht wordt opgenomen in het bestuursmemoriaal van de provincie.
Leuven, 18 september 2006
255