LOKAAL BESTUUR
Jaargang 32 nummer 11
November 2008
Maandblad van het Centrum voor Lokaal Bestuur van de PvdA
Vergeet die marktkramen! Meer greep op ziekenhuis Zeeuwse PvdA op barricaden
Hoge kosten leerlingenvervoer € 50.000 voor één kind
WMO wordt een buurtwet Interview met Jet Bussemaker
Rumoer over Goudse wijk De visie van een raadslid
Den Haag toont sociale gezicht Jan-Jaap over linkse idealen
Foto Michael Jacobs / WFA
clmn
Tang en Hamer grijp je kans! Jan-Jaap van den Berg secretaris CLB De huidige financiële crisis kent veel verliezers, maar nu eens niet de PvdA. Sterker nog: terwijl de koersen dalen, stijgt de PvdA in de peilingen. Dit vooral vanwege het kordate optreden van Wouter Bos. De garanties die hij afgeeft, en de geruststellende woorden die hij spreekt, boezemen velen vertrouwen in. Dat is prettig natuurlijk, ook voor de PvdA. Het mocht wel weer eens. Maar laat onze partij zich niet, zoals een naïeve belegger, te snel rijk rekenen. Goed kabinetsbeleid alleen zal de PvdA er niet bovenop helpen, daarvoor is meer nodig. Zoals het formuleren van een nieuw aansprekend antwoord op de vraag wat anno 2008 nu eigenlijk nog het bestaansrecht is van de sociaal-democratie. Overigens ligt in de kredietcrisis wel weer een deel van een antwoord besloten. Want heeft die financiële crisis niet onomwonden het failliet van het huidige liberalistische monetaire systeem aangetoond, dat perverse systeem dat puur is gebaseerd op hebzucht en de verabsolutering van snel rendement? De wal keerde het schip, met alle ellende voor kleine spaarders en beleggers van dien, maar leverde wel het inzicht op dat ook dat veel geprezen economisch neo-liberalisme bepaald geen wondermiddel is. Het waren uiteindelijk regeringen die de markt redden. Bewees dat niet de noodzaak van structurele overheidsregulering? Het lijkt er allemaal wel op.
Momenteel staan de kranten vol linkse betogen van mensen die bepaald niet van een SP-lidmaatschap beschuldigd kunnen worden. Inderdaad: de Onno Rudingen van deze wereld hebben even het nakijken. Voor het sociaal-democratische verhaal is dezer dagen meer belangstelling. Maar laat de PvdA daar dan wel werk van maken. En snel, want het ijzer moet gesmeed worden wanneer het heet is. Kalma, Tang en Hamer grijp je kans! Dus wat mij betreft komt onze Kamerfractie binnenkort met een pakket plannen om serieus werk te maken van de ‘breideling van het kapitalisme’ (kent u die nog?). Zo zie ik met spanning uit naar het aankomende wetsvoorstel om de ‘exorbitante zelfverrijking’ (aldus Wim Kok) eens ècht aan te pakken. Met het bancaire wanbestuur van de laatste maanden is de vrijblijvende code-Tabaksblat inmiddels een gepasseerd station, niet dan? Daarnaast hoop ik op het PvdA-voorstel om het gehele banksysteem te nationaliseren. ABN Amro is al gekocht, en was de Postbank niet allang van de staat? Ik neem trouwens aan dat ook onze Kamerfractie van mening is dat voor de bankiers van de net verworven ABN Amro vanaf heden de Balkenende-norm gaat gelden? Van die dingen. Wat lang gold als ‘oud-links’, valt vandaag in vruchtbare aarde. PvdA, er is werk aan de winkel!
clfn LOKAAL BESTUUR
Leerlingenvervoer
omslagfoto Zeeuwse PvdA in de bres voor ziekenhuiszorg
Jaargang 32 nummer 11
November 2008
Maandblad van het Centrum voor Lokaal Bestuur van de PvdA
4
Vergeet die marktkramen! Meer greep op ziekenhuis Zeeuwse PvdA op barricaden
Hoge kosten leerlingenvervoer € 50.000 voor één kind
WMO wordt een buurtwet Interview met Jet Bussemaker
Rumoer over Goudse wijk De visie van een raadslid
Den Haag toont sociale gezicht Jan-Jaap over linkse idealen
Foto Nationale Beeldbank
6
LOKAAL BESTUUR
Raadslid Mohammed Mohandis blikt terug
Jet Bussemaker
32e jaargang no. 10
8
Overname van artikelen, delen daaruit of illustraties alleen na voorafgaande toestemming.
SECRETARIAAT Jessica Schipper Postbus 1310, 1000 BH Amsterdam Telefoon: 0900-9553 E-mail:
[email protected]
Ziekenhuiszorg
VORMGEVING Jos B. Koene, Amsterdam
PRODUCTIE EN DRUK Thieme Media Center, Rotterdam ABONNEMENTEN Gratis voor leden van het Centrum voor Lokaal Bestuur. Voor niet-leden € 20,- per jaargang. Losse nummers (€ 3,50 inclusief verzendkosten) zijn te bestellen bij de PvdA, telefoon 0900-9553. ADVERTENTIES Tarieven en opgave: Recent (Joop Slor), Postbus 17229, 1001 JE Amsterdam, tel. 020 3308998 INTERNET Lokaal Bestuur is ook te raadplegen op Internet: http://www.lokaalbestuur.nl KOPIJ Reacties en bijdragen naar:
[email protected]
PvdA komt op voor belangen van patienten
10
BASISLAY-OUT Stan Wagter, Amsterdam
MEDEWERKERS AAN DIT NUMMER Jan-Jaap van den Berg (column), Jan Chris de Boer, Gilles Borrie (Boekbespreking), Jan-Willem van de Kolk, Jos Kuijs (Lokale kwesties), Ton Langenhuyzen (2e Kamer), Mohammed Mohandis, Rob de Rooij (EU-lokaal), Jurjen Sietsema, Hans Spekman (Afgevaardigde), Kirsten Verdel, Lyda Westerink, Lobke Zandstra (Onderweg)
Je moet verantwoording afleggen over je actieverleden
7
UITGAVE Centrum voor Lokaal Bestuur van de Wiardi Beckman Stichting, Postbus 1310, 1000 BH-Amsterdam. ISSN: 0167-0980
EINDREDACTIE Jan de Roos
Gouda in het nieuws
Stelling van de Maand
Maandblad over gemeente- en provinciepolitiek van de PvdA. Verschijnt tien keer per jaar. Lokaal Bestuur is een voortzetting van De Gemeente, opgericht in 1907 door F.M. Wibaut en P.L. Tak.
REDACTIE Hans Alberse (voorzitter), Jan-Jaap van den Berg, Yasemin Cegerek, Pierre Heijnen, Iris Meerts, Nico Portegijs, Kim Putters, Richard Scalzo, Nicole Teeuwen, Lobke Zandstra. De redactie werkt op basis van een redactiestatuut.
De gemeente moet soms diep in de buidel tasten
16
Den Haag investeert in wijkaanpak
Sociale begroting
Achterkant
Partij van de Arbeid
24 2
12 13
JAn-JAap Kansen voor links 2DE KAMER Woonoverlast de afgevaardigde Hans Spekman LOKALE KWESTIES Familieleden in de politiek BOEKBESPREKING Rood aan de Zaan EU-LOKAAL Flevoland initiatief van de maand Vogelaarprijs in Dordrecht DILEMMA Bijstandsfraude X&X Martin & Gerdi Verbeet Onderweg Haagse meiden
18
13 18
12
19 23
22
‘Het gaat ons niet om de kosten, maar om de welzijn van het kind’
MET DE TAXI NAA 50.000 euro Jan Willem van de Kolk (Foto Henk Oosterhuis)
Is het normaal dat een autistisch kind of een kind met een psychiatrische stoornis elke schooldag zo’n vier uur in een taxi zit omdat de ouders beslist willen dat hun kind naar een reformatorische school voor speciaal onderwijs gaat? Nee, vinden de gemeenten Stadskanaal en Werkendam. Maar volgens de Wet gemeentelijke regelingen leerlingenvervoer kunnen ze niet anders dan die ouders hun zin (en hun financiële vergoeding) geven. ‘Elke keer als ik in de file sta in de flessenhals tussen Meppel en Zwolle denk ik: dit gebeurt dus dagelijks met dat jongetje.’
Jan Chris de Boer FREELANCE JOURNALIST
Leerlingenvervoer kost de gemeente soms kapitalen. Overigens is dit niet een van de kinderen uit de reportage.
Aanvragen voor een vergoeding voor leerlingenvervoer worden normaal gesproken ambtelijk afgedaan. Het is immers een simpele uitvoering van een wet. Maar toen in de zomer van 2007 ouders uit de gemeente Stadskanaal een verzoek tot vergoeding indienden voor hun toen 7-jarig autistische zoontje voor vervoer naar een reformatorische school voor speciaal onderwijs in Zwolle, gingen alarmbellen rinkelen. ‘Is dit wel normaal?’, was de vraag aan het college. Nee, besloten B&W (PvdA, CDA en VVD) van Stadskanaal. Het college besloot de zaak in de openbaarheid te brengen – natuurlijk zonder gegevens over de ouders en het kind naar buiten te brengen – om zo een maatschappelijke discussie op gang te brengen. En die discussie kwam er! Websites die de kwestie onder de aandacht brachten stroomden vol met reacties. ‘Met zulke ouders ben je dubbelgehandicapt’ was nog één van de nettere opmerkingen. Jan-Willem van de Kolk (PvdA) is wethouder in Stadskanaal en afgestudeerd in de orthopedagogiek. Wat was zijn reactie toen zijn ambtenaren hem attendeerden op de aanvraag? ‘Je reageert vanuit je eigen normen en waarden en vanuit je ideeën hoe je met kinderen moet omgaan. Dus was mijn reactie er één van verontwaardiging. Een gehandicapt, kwetsbaar, 7-jarig jongetje dat elke dag drie tot vier uur in de taxi moet zitten… Elke keer als ik in de file sta in de flessenhals
tussen Meppel en Zwolle denk ik: dit gebeurt dus dagelijks met dat jongetje. Het college wordt geacht dit te faciliteren. Dat is moeilijk te verkroppen.’ Welzijn in het geding Het Stadskanaalster college besloot de aanvraag aan te houden. ‘We vonden dat het welzijn van het kind in het geding was.’ Daarnaast speelde dat de ouders pas in de gemeente Stadskanaal woonden. Hun vorige woonplaats Smilde ligt een stuk dichter bij Zwolle. Een sociaaleconomische reden voor de verhuizing was er niet. De huizen in de gemeente Stadskanaal zijn een stuk goedkoper, zo gaf de vader in de pers de reden van de verhuizing weer. ‘Er was een algehele verontwaardiging’, zegt Van de Kolk toen deze gegevens bekend werden. ‘Bij de ambtenaren, bij mij en bij heel veel andere mensen. We hebben vervolgens eerst een juridische verkenning gedaan. De VNG en onze eigen juristen hebben zich daarmee beziggehouden. Al snel kwam naar voren dat we het verzoek moesten honoreren. Er was geen grond tot weigering.’ En dus ging het jongetje na de zomer dagelijks met de taxi naar Zwolle, op en neer 235 kilometer. Jaarlijkse kosten voor de gemeente: 30.000 euro. Eigenlijk kost het 50.000 tot 60.000 euro, de 30.000 euro die de gemeente betaalt is ‘een vriendenprijs, een gebaar uit loyaliteit’, aldus Van de Kolk. ‘Maar het ging ons niet om die kosten. Bij ons speelde het
welzijn van het kind en het feit dat de ouders zonder noodzaak een stuk verder van de school zijn gaan wonen.’ In een brief aan minister Plasterk van Onderwijs hebben B&W deze zaak aangekaart. Hem werd gevraagd grenzen te stellen in de wet en pedagogische belangen ook een rol te laten spelen. Het antwoord kwam van staatssecretaris Sharon Dijksma. In haar brief wijst zij op de vrijheid van schoolkeuze en geeft ze aan de wet niet te willen veranderen ‘in verband met één bijzondere zaak’. Tot slot meent ze dat alleen de ouders een oordeel kunnen geven over de pedagogische belangen. Van de Kolk was teleurgesteld over het antwoord. ‘Wij zijn beslist niet tegen de vrijheid van onderwijs. Maar dit is zó excessief. Ik weet dat onze verontwaardiging breed gedragen wordt in het noorden. Het maatschappelijk draagvlak hiervoor is zeer beperkt. Ik vind dat de politiek daar naar moet luisteren door grenzen te stellen aan dit soort onbeperkte regelingen. Dit kabinet propageert passend onderwijs. Dat is onderwijs in de buurt; men probeert het onderwijs naar het kind te brengen. In Stadskanaal staat een christelijke school voor speciaal onderwijs. We zien nu dus dat die voorziening door de ouders wordt genegeerd en dat ze kiezen voor een school die meer dan honderd kilometer verderop staat. Heel apart allemaal. De vraag is of je dit dat jongetje kunt aandoen. Ik zeg nee.’
AR SCHOOL: Foto Ronald van den Heerik/Hollandse Hoogte
Werkendam Dat het ‘geval-Stadskanaal’ niet ‘een bijzondere zaak’ is, zoals Dijksma schreef, bleek uit de reactie van de directeur van de reformatorische school in Zwolle. Hij vroeg zich af waar Stadskanaal zich druk om maakte, want op zijn school zitten kinderen die nog veel langer onderweg zijn. Bovendien merkte hij op dat als overheden geld uitgeven aan ‘allerlei parades in Amsterdam en voetbal op zondag’, ze dan niet moeilijk moesten doen over geld voor het leerlingenvervoer. Dat de zaak in Stadskanaal niet uitzonderlijk is, werd ook afgelopen zomer weer eens duidelijk.
Een vrijwel identiek geval speelt in de gemeente Werkendam. Daar willen ouders dat hun kind naar een reformatorische school voor kinderen met psychiatrische en gedragsstoornissen in Apeldoorn gaat. Reistijd: dagelijks viereneenhalf uur. Kosten voor de gemeente: 50.000 euro per jaar. Het college (CDA, PvdA en SGP) besloot het verzoek niet te honoreren. In augustus zei CDA-wethouder Marjolein Hak daarover in Trouw onder meer: ‘Wij hebben dit besluit genomen met het oog op het welzijn van het kind. Vierenhalf uur per dag in een taxi, vijf dagen per week – wij kunnen ons niet voorstellen dat je dat als ouder wil voor je kind.’
Momenteel spreekt Hak niet met de pers over dit onderwerp. Met de ouders wordt namelijk weer overlegd. Ondertussen gaat het kind op kosten van de gemeente ‘gewoon’ naar Apeldoorn naar school. Dagelijks. In de raad is hierover niet gesproken, maar PvdA-raadslid Corine Verweij is uiteraard op de hoogte van de kwestie. ‘In de fractie hebben we het hier natuurlijk wel over gehad. We vonden de argumentatie van het college ijzersterk. Dat de gezindte boven de pedagogische aspecten gaat, daar heb ik zeer veel moeite mee. Op deze manier isoleer je het kind nog meer! Voor mij onbegrijpelijk. En ik ben blij dat voor het college het welzijn
Staatssecretaris Dijksma: ‘Een lastig vraagstuk’ Staatssecretaris Sharon Dijksma van Onderwijs erkent dat het leerlingenvervoer voor gemeenten in speciale gevallen, zoals die zich in Stadskanaal en Werkendam voordoen, ‘een lastig vraagstuk is.’ Maar ze is niet bereid limieten te stellen, zoals beide gemeenten willen. Dijksma: ‘Het leerlingenvervoer is gebaseerd op de vrijheid van onderwijs omdat het ervoor zorgt dat ouders hun kinderen naar de gewenste school kunnen laten gaan. Als die gewenste school niet nabijgelegen is, kunnen kinderen dankzij deze regeling naar de meest dichtbij zijnde school van de gewenste denominatie. Zonder dat dit financiële gevolgen heeft voor de ouders. Door een limiet te stellen kan niet gegarandeerd worden dat alle kinderen naar de gewenste school kunnen gaan.’ De beide gemeenten voeren met name het welzijn van het kind aan, niet de grote uitgaven die met het vervoer gemoeid zijn. In hoeverre speelt dat welzijnsaspect voor u een rol? Die kinderen zitten dagelijks zo’n vier uur in een taxi! Dijksma: ‘Vanzelfsprekend speelt het welzijn van de kinderen mee. Dat is altijd zo. Ook bij het leerlingenvervoer. Daarom is ook een van de uitgangspunten van passend onderwijs dat het in de buurt moet zijn. Maar ik wijs wel op de rol van de ouders hierin. De overheid zorgt er voor dat ouders kunnen kiezen voor het onderwijs dat zij het beste vinden passen. Zij zijn ook verantwoordelijk voor het welzijn van het kind en moeten hierin hun verantwoordelijkheid nemen.’ Naast Stadskanaal en Werkendam hebben ook andere gemeenten te maken met kinderen die door hun ouders naar een school worden gestuurd die een heel eind verderop staat. Het gaat dus niet meer, zoals u in uw brief aan Stadskanaal schreef, om een uitzondering. Dijksma: ‘Enkele gemeenten hebben aangegeven te maken te hebben met een ‘verre vervoervraag’. Door de regionale spreiding van scholen voor speciaal onderwijs kunnen de kosten voor vervoer van een leerling zeer hoog zijn. Zeker wanneer het een leerling betreft waarvan de ouders kiezen voor een school van één van de kleinere richtingen. Daar staat tegenover dat men bij een andere samenstelling van de leerlingenpopulatie ook juist weer goedkoop kan uitkomen (gemeenten financieren het leerlingenvervoer vanuit de algemene uitkering, red). Neemt niet weg dat het voor de betreffende gemeenten een lastig vraagstuk is.’
van het kind voorop staat en niet de pegels.’ Ook Verweij vindt dat de overheid grenzen moet stellen aan het leerlingenvervoer, waarbij ze met name aan de bekostiging denkt omdat een bovengrens aan de vergoeding ouders kan bewegen om andere keuzes te maken. Tegelijk realiseert ze zich ook dat de zaak gevoelig ligt omdat principes een belangrijke rol spelen. ‘Ik heb me afgevraagd: stel, ik heb zelf een kind met een ‘gebruiksaanwijzing’. De dichtstbijzijnde school is een reformatorische en de school van mijn keuze is op twee uur rijden afstand. Wat doe ik dan? Moeilijk, moeilijk. Heel lastig. Op een reformatorische school moeten meisjes een jurkje dragen, is geen televisie en dergelijke. Maar in feite zijn dat randverschijnselen. Ik zou die randverschijnselen op de koop toenemen en dus mijn kind naar de school in de buurt sturen en dan thuis flink wat tegengewicht bieden. Want uren in een taxi…, vreselijk!’ Onwil Margot Kraneveldt, TweedeKamerlid voor de PvdA, kent de gevallen in Stadskanaal en Werkendam. Vorig jaar, tijdens de begrotingsvergadering onderwijs, kaartte ze de situatie in Stadskanaal aan. ‘Wij vonden dat de staatssecretaris (Sharon Dijksma, red.) de huidige regeling tegen het licht moest houden. Maar ze wil niets en er was zelfs onwil bij de staatssecretaris om er op in te gaan. We zoeken nu manieren om deze zaken, want Werkendam is er nu bij gekomen, opnieuw aan de orde te stellen. Zoals het nu lijkt zullen we dat in een algemeen overleg doen. Want in een begrotingsvergadering sneeuwt het onderwerp toch wat onder. We moeten hier zeker eens een
‘Er moet een limiet aan de gemeentelijke bijdrage komen’
Margot Kraneveldt
keer goed over praten met de staatssecretaris.’ Kraneveldt vindt het een goede zaak dat ambtenaren hun colleges van deze extremen op de hoogte hebben gebracht en niet klakkeloos de wet hebben uitgevoerd. ‘En het is ook goed dat er in die gemeenten nu over gesproken wordt.’ Ze weet niet hoeveel soortgelijke gevallen als in Stadskanaal en Werkendam er zijn in Nederland. Daarom is ze van plan om alle gemeenten in Nederland aan te schrijven over dit onderwerp om zo tot een goede inventarisatie te komen. ‘Ik sta op het standpunt dat er een limiet aan de bijdrage van de gemeenten moet komen. En een moreel appèl op de ouders is ook terecht. Want dit zijn toch wel zeer bijzondere gevallen. Iedereen die ik hierover spreek valt van zijn stoel van verbazing.’ Voor Kraneveldt speelt het welzijn van het kind vanzelfsprekend een belangrijke rol, ‘maar het vervelende is dat dit een subjectief begrip is. Daar staat tegenover dat iedereen die ik hierover spreek, zegt: kinderen moeten buitenspelen en niet uren in een taxi zitten. Dat vind ik uiteraard ook.’ Daarom moeten er volgens haar ‘op de een of andere manier’ criteria worden opgesteld. ‘We zeggen hoeveel uren kinderen op school moeten zitten en houden daarbij rekening met de uren die een kind buiten kan spelen. Dat is misschien een aanknopingspunt. Kijk, vrijheid van onderwijs is prachtig, maar soms zie je uitvloeisels waarvan je denkt: hier moeten we het maar eens over hebben. En dat geldt zeker ook hiervoor.’
‘Het is aan óns om het integratiedebat te domineren’
GOUDA EN DE MEDIA Foto Martin Droog
Mohammed Mohandis
De afgelopen weken was Gouda voortdurend in het nieuws. De Telegraaf ontketende een campagne tegen het ‘Marokkaanse straattuig’ nadat een buschauffeur was beroofd. In de Tweede Kamer werd op hoge toon over de problemen met Marokkanen in Gouda gedebatteerd, wat de plaatselijke politiechef en de PvdA-burgemeester in het verkeerde keelgat schoot. Lokaal Bestuur vroeg Mohammed Mohandis, 23 jaar en raadslid voor de PvdA in Gouda, hoe hij tegen de gebeurtenissen van de afgelopen weken aankijkt.
MOHAMMED MOHANDIS PVDA-RAADSLID IN GOUDA
Zondagochtend na het voorval met de bus in de wijk Goverwelle (die grenst aan Oosterwei, waar veel Marokkanen wonen) word ik wakker gebeld door het NOS Journaal met de vraag wat ik vind van de wantoestanden in de wijk Oosterwei. Ik denk even na. Het gaat niet meer over het busincident, maar over de vraag of Oosterwei een rotwijk is. Het journaal gaat in op een stuk dat die dag op de voorpagina van De Telegraaf staat. En zo ontstaat er een hype over de wijk Oosterwei, terwijl het voorval buiten de wijk plaatsvond. Chauffeurs geven aan dat ze een deel van de wijk mijden, omdat daar al eerder incidenten zijn geweest. Die waren echter niet allemaal bekend bij de politie en de gemeente. In de uitzending van het NOS Journaal van die avond zeg ik dat iedereen met zijn poten van onze buschauffeurs moet afblijven. Wanneer je chauffeurs of ambulancebroeders intimideert, dan moet duidelijk worden aangeven dat de grens is overschreden, het zijn tenslotte onze mensen. Verkeerd beeld Oosterwei kreeg de afgelopen weken veel aandacht van verschillende media en werd een voorbeeld van een MarokkaansNederlandse probleemwijk. Dit beeld doet echter geen recht aan de werkelijkheid. Veel instanties in Gouda hebben de laatste jaren juist de handen ineen geslagen om de wijk leefbaar te maken. Politie, jongerenwerk, leerplicht en de rest van de jeugdketen werken goed samen om de problemen van ontspoorde jongeren op te lossen. Met succes: van de ongeveer honderd probleemjongeren die in deze wijk in kaart zijn ge-
bracht, is ruim zestig tot zeventig procent weer uitgestroomd naar scholing of arbeid. De afgelopen jaren is er een daling van dertig procent van de geweldsincidenten in Oosterwei en burgers zijn zich veiliger gaan voelen. Die feiten bleven onvermeld in de media, en dat doet pijn. Gouda valt niet onder het grotestedenbeleid en we hebben geen Vogelaarwijk. We zijn een arme gemeente met een slappe bodem en toch zetten we ons in om onze wijk leefbaar te houden. Al heb je een effectieve aanpak, je zult altijd te maken hebben met een groepje (harde kern) dat ondanks het brede aanbod toch kiest voor de verkeerde weg. Voor deze groep komt er nu een effectieve aanpak. Het woongenot in een wijk mag niet verziekt worden door een paar van deze gestoorden. Je zult maar in de schoenen staan van iemand die doodsbang is om door zijn eigen buurt te fietsen, doordat hij of zij meerdere malen lastig is gevallen. Wat te doen? Je moet problemen benoemen waar dat nodig is en aan de andere kant laten zien dat er perspectief is voor jongeren die wél willen meedoen. Ook moet je duidelijk normen stellen, duidelijk maken wat je van mensen verwacht. En dat doen wij in Gouda, ook als PvdA. Wij steken de problemen niet onder stoelen of banken, maar doen er echt wat aan. Ik zou niet eerlijk zijn als ik zeg dat problemen de volgende maand zijn opgelost. Daarvoor is het probleem te complex. Je moet de handen ineenslaan; autochtoon en allochtoon bouwt aan de stad en daar ben ik trots op.
Ik merk als jonge PvdA’er dat de discussie over integratie binnen de PvdA eindelijk scherper wordt gevoerd en dat is hard nodig. We moeten erkennen dat veel mensen die overlast ondervinden, zich in de steek gelaten voelen door de overheid. Ze hebben het gevoel dat ze geen greep hebben op hun buurt. Daarnaast zijn ze onzeker over hun baan door de toenemende globalisering. Ik sta voor deze mensen. Als PvdA staan wij voor al diegenen die de handen ineenslaan om van hun wijk of buurt iets moois te maken. Dat zullen we veel meer moeten uitdragen. Integratieagenda Het is niet aan Wilders maar aan óns om de integratieagenda te domineren. Dat begint al bij het benoemen van het probleem! Niet te snel mensen het verwijt maken dat ze polariseren, dan kun je een discussie niet voeren. Laten we niet vergeten dat het overgrote deel van de Marokkaanse gemeenschap (voor zover je hiervan kunt spreken) de overlast ook beu is. Die willen ook een overheid die de rotte appels verwijdert, en dat zij niet alles over hen heen krijgen. Aan een spoeddebat in de Tweede Kamer dat alleen maar gaat over de inzet van het leger en vliegende brigades, heb je niks - het niveau van het debat in de gemeenteraad van Gouda vind ik hoger. Ik ga door, samen met al die gewone burgers, om van Gouda een prachtige stad te maken. www.mohandis.nl
DE STELLING VAN DE MAAND Foto Nationale Beeldbank
Elke maand legt Lokaal Bestuur een stelling aan u voor. Vorige keer was dat:
Ook lokale politici moeten zich verantwoorden over hun actieverleden. We kregen de volgende reacties: Peter van Heemst, fractievoorzitter in Rotterdam: Ik word helemaal beroerd van de discussie over de vraag: wat deed jij in de jaren tachtig? En nog beroerder van de mensen die in die tijd helemaal ongeïnteresseerd langs ‘de kant’ stonden toe te kijken. Kom op zeg...Lang leve de politici van nu die toen actie durfden voeren. Iedereen is mans genoeg om zelf te bepalen of hij dingen heeft gedaan, die wel of niet door de beugel konden. Dus: leer van eventuele fouten die toen zijn gemaakt. Maar geen nationaal debat waarin iedereen zich gaat verantwoorden. Maar wel over wat je anno 208 acties vindt die wel of niet door de beugel kunnen. Dat debat kan de PvdA altijd met overtuiging aangaan.
Bijeenkomsten nieuwe wet RO Op 1 juli jongstleden is de nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening (nWro) in werking getreden. De wet vervangt de WRO zoals die in 1965 werd ingevoerd en in 1985 werd herzien. Voor gemeenten en provincies is er veel veranderd, ook in de verhoudingen. Belangrijke vraag daarbij is hoe je daar als PvdA raads- en statenlid ook gebruik van kunt maken om je rode doelen te realiseren. Woordvoerder Roos Vermeij uit de Tweede Kamerfractie organiseert een aantal bijeenkomsten om met raads- en statenleden van gedachten te wisselen hoe de wet het beste ingezet kan worden, waar eventuele knelpunten zitten en wat de ervaringen tot nu toe zijn. De bijeenkomsten: op 29 oktober in de Eenhoorn in Amersfoort (t.o. NS station) van 19.30 - 22.00 uur op 17 november in Regardz Einhoven (naast het NS station) van 19.30 - 22.00 uur op 29 november in Meppel van 14.30 - 16.30 uur. Deze bijeenkomst is onderdeel van de PvdA@ Work/opleidingsbijeenkomst, waar u hieronder meer over kunt lezen en waarvoor u inmiddels een uitnodiging met het volledige programma hebt ontvangen.
Ben Trooster, raadslid in Vlaardingen: We moeten er voor waken dat er geen klopjacht ontstaat. Veel politici zullen juist vanuit een bepaald actieverleden in de politiek terecht zijn gekomen. Ouder en wijzer geworden komt vaak het besef dat praten en overleggen ook weleens kan helpen. Dit geldt voor allerlei bevolkingsgroepen uit alle geledingen van de samenleving. En natuurlijk weegt het zwaarder als je politicus bent of ambtenaar, maar mensen verdienen het ook om een tweede kans te krijgen en met een schone lei te beginnen. Peter den Oudsten, burgemeester van Enschede: Iedereen die in de politiek zit moet zich desgevraagd verant-
woorden over zijn of haar politiek verleden, inclusief het actiedeel (als dat er is). Een actieve verantwoordingsplicht is mijns inziens aan de orde als er een actieverleden is waarbij onwettige middelen zijn toegepast. Immers, onze politici horen nu eenmaal onkreukbare mensen te zijn die volledig vertrouwd kunnen worden. Daarom behoren politici zich actief te verantwoorden voor acties waarbij strafbare feiten zijn gepleegd. Dan zal in het algemeen een debat volgen en een politieke beoordeling. Dat hoeft overigens zeker niet altijd een veroordeling te zijn. Sommige acties die onwettig waren worden nu waarschijnlijk als heldendaad of klokkenluidersdaad gezien, zoals bijvoorbeeld het dichtlassen van buizen waardoor werd voorkomen dat radioactief afval in zee terechtkwam of het tegenhouden van dierenstransporten waardoor dierenmishandeling kon worden voorkomen. Petra van Kessel, raadslid in Eindhoven: Ik ben het eens met de stelling.
Je moet je er als politicus bewust van zijn dat je je moet verantwoorden over je actieverleden. Het kan niet zo zijn dat als je vroeger heel actief bent geweest in de actiewereld, je nu kunt zeggen: dat is geweest, ik weet hier niets meer van. Marianne Ruigrok-Verreyt, burgemeester van Oudewater: Actie ondernemen en -voeren valt alleen maar te prijzen, het geeft maatschappelijke betrokkenheid weer. Het is beslist niet iets om je voor te schamen en geheimzinnig over te doen. Als het om integriteit gaat van politici, dus ook van lokale politici, is het vanzelfspre-
kend dat hierover volledige openheid wordt betracht. Die openheid dient er naar mijn mening eveneens te zijn als bij dergelijke acties wetten zijn overtreden. Ik vind echter dat dit mensen, dus ook politici, die daarvoor in de regel reeds vervolgd zijn, niet moet worden nagedragen. Vaak zijn mensen ook in de loop der jaren tot andere inzichten gekomen. Maar ja, politici ontkomen in zo’n geval niet aan een heksenjacht van diegenen die er voordeel bij hebben dat gegeven dan weer te misbruiken.
De nieuwe stelling van de maand luidt:
Waterbeheer is bij uitstek een sociaal-democratisch thema Eens of oneens? Mail uw reactie (max 200 woorden) naar
[email protected].
nws
PvdA@Work/Opleidingen
CLB-bijeenkomsten
Het realiseren van PvdA-idealen, dat is waar de PvdA aan werkt, landelijk, provinciaal en lokaal. Zeker met een groot aantal verkiezingen voor de deur is het van belang dat de partij zich met overtuiging profileert, zichtbaar is, laat zien wat er is bereikt en waar aan gewerkt wordt, én aan de slag gaat om nieuwe gemotiveerde mensen te scouten die mee willen werken aan een (permanente) campagne of zich willen voorbereiden op het raadslidmaatschap in 2010. Dáár gaat het bij de PvdA@Work/opleidingsbijeenkomsten om, die CLB/PvdA-opleidingen, organiseert voor iedereen die zijn/haar steentje wil bijdragen: leden, lokale en provinciale politici en afdelings- en gewestbesturen. Komende maand vinden vier bijeenkomsten plaats van PvdA@ Work/opleidingen. Er is een programma opgesteld met praktische workshops en trainingen die inspelen op zaken die nú gedaan moeten worden om straks sterk voor de dag te komen. Wij nodigen u van harte uit u in te schrijven voor één van de bijeenkomsten;
Hieronder treft u een overzicht aan van de bijeenkomsten die het CLB de komende maanden houdt. Meer info op onze website www.lokaalbestuur.nl
PVDA@WORK/OPLEIDINGEN Datum: 22 november Tijdstip: 10.00 - 16.30 uur Locatie 1: Aristo Zalen, Brennerbaan 150, Utrecht Locatie 2: Kamerlingh Onnes gebouw, Universiteit Leiden, Steenschuur 25 Email:
[email protected] Tel.: 020 - 5512261 PVDA@WORK/OPLEIDINGEN Datum: 29 november Tijdstip: 10.00 - 16.30 uur Locatie 1: Meppel, Drenthe College, Werkhorst 30 Locatie 2: Den Bosch, Avans Hogeschool, Onderwijsboulevard 215 Email:
[email protected] Tel.: 020 - 5512261
BIJEENKOMST NIEUWE WET RO Datum: 5 november Tijdstip: 19.30 - 22.00 uur Locatie: Zalencentrum Regardz, Den Haag (bij station HS) Email:
[email protected] Tel.: 020 – 5512261
BIJEENKOMST NIEUWE WET RO Datum: 17 november Tijdstip: 19.30 - 22.00 uur Locatie: Zalencentrum Regardz in Eindhoven (naast station NS) Email:
[email protected] Tel.: 020 - 5512261
THEMABIJEENKOMST JEUGDZORG Datum: 14 november Tijdstip: 20.00 - 22.00 uur Locatie: Debatcentrum Tumult, Domplein 5 te Utrecht Email:
[email protected] Tel.: 030-2861121
GEDEPUTEERDENOVERLEG Datum: 24 november Tijdstip: 20.00 – 22.00 uur Locatie: Provinciehuis Utrecht Email:
[email protected] Tel.: 020-5512202 CLB-BESTUUR Datum: 28 november Tijdstip: 15.30 – 18.00 uur Locatie: Paushuize Utrecht Email:
[email protected] Tel.: 020 - 5512244
‘Niet in structuren denken maar in mensen’
Foto Arthur Vriend/Hollandse Hoogte
Jet Bussemaker
‘wmo moet echte buurtwet word Jet Bussemaker heeft als staatssecretaris Volksgezondheid, Welzijn en Sport veel in portefeuille waar PvdA-bestuurders op lokaal niveau óók mee bezig zijn. Dus ligt het voor de hand te bekijken hoe lokaal en landelijk elkaar kunnen versterken. Welke handreikingen doet zij aan gemeenten, en wat zijn haar ambities eigenlijk?
Lyda Westerink FREELANCE JOURNALISTE
Een belangrijk beleidsterrein van Jet Bussemaker is de WMO (Wet maatschappelijke ondersteuning). Zij vindt dat lokale bestuurders met deze wet júist een sociaal-democratische draai kunnen geven aan het welzijnsbeleid: ‘Laten we met elkaar de WMO tot een echte buurtwet maken.’ Wat bedoelt u daar precies mee? ‘De WMO wordt gezien als een zorgwet, maar ís eigenlijk een buurtwet, vind ik. Het gaat om leefbaarheid, het gaat erom initiatieven van onderop te stimuleren, het gaat om samenwerking tussen alle betrokken organisaties. De wet omvat heel veel van wat hiervoor onder de Welzijnswet viel: leefbaarheid, sociale samenhang, jeugd- en jongerenwerk, mantelzorg, vrijwilligersbeleid.’ ‘Welzijnswerk is verwaarloosd, vanwege bezuinigingen, maar ook doordat het erg aanbodgestuurd was, door professionals en gemeenten gestuurd van bovenaf. Ook als PvdA zijn we in het verleden veel te veel geneigd geweest om zorg te professionaliseren en te institutionaliseren. Je haalt mensen uit hun eigen omgeving, anderen bepalen wat goed voor ze is, de instelling bepaalt hoe laat mensen moeten eten en naar bed gaan.’
‘Zorg is een gezamenlijke verantwoordelijkheid: overheid (landelijk en lokaal) en professionele zorginstellingen dragen een gezamenlijke verantwoordelijkheid mét mantelzorgers en vrijwilligers, bijvoorbeeld. Het is immers dankzij mantelzorgers dat mensen langer in hun eigen omgeving kunnen blijven wonen. Het nieuwe welzijnswerk betekent dat je als overheid meer de spin in het web bent.’ De spin in het web? ‘Als gemeente moet je ervoor zorgen dat er verbindingen tussen verschillende organisaties ontstaan. Je gaat het dus niet zélf doen, maar je gaat werken vanuit het principe van wederkerigheid: je legt mensen niks op, maar je verleidt ze om iets te doen.’ Je gaat een netwerk creëren. ‘Precies, dát is ondersteuning in de buurt. Er zijn heel veel organisaties waartussen je dan verbindingen wilt leggen: zoals professionele zorginstellingen en huisartsen, maar denk bijvoorbeeld ook aan woningbouwcorporaties. En kerken. Dat zal in een gemeente als Putten meer zijn dan in sommige andere gemeenten, maar zo organiseer je dat netwerk naar de lokale behoefte, die mogelijkheden heb je allemaal
als lokale overheid! Ook verenigingen, denk aan sportverenigingen, zijn van groot belang: daar komen veel mensen en zo bereik je weer een hele andere groep.’ ‘Een goed voorbeeld vind ik het ‘Voorzieningenwarenhuis’ in Almere. Daar zijn voorzieningen ondergebracht die door de gemeente zijn geselecteerd, zo krijg je verbindingen in het sociale netwerk. Er liep bijvoorbeeld een project met langdurig werkloze vrouwen voor wie de stap naar de arbeidsmarkt nog net te groot is en aan wie de gemeente gevraagd heeft of ze in de wijk willen rondgaan met enquêteformulieren om er achter te komen wat bewoners belangrijk vinden. De gemeente krijgt een schat aan informatie waarmee ze wat kunnen en die vrouwen krijgen hun zelfrespect terug. Ze worden gezien, zíjn iemand, krijgen contacten.’ Mantelzorgers, vullen die niet gewoon een gat op dat de overheid heeft laten vallen? ‘Dat vind ik niet, ik vind het ook een ouderwetse gedachte. Mantelzorgers verrichten zorgtaken omdat ze van een ander houden, dat is heel anders dan de professionele zorg, die kan dat nooit op die manier. Juist op het gebied van mantelzorg moet heel veel gebeuren, vind ik. Gemeenten
Foto Nationale Beeldbank
Door goed georganiseerde mantelzorg kunnen mensen langer in hun eigen omgeving blijven.
echte den’
hebben hierin ook nu een wettelijke taak. Als je de mantelzorg goed organiseert, kunnen mensen langer in hun eigen omgeving blijven. In sommige gemeenten zijn op dat gebied al mooie initiatieven: in Rotterdam heb je bijvoorbeeld mantelzorgovereenkomsten, met aandacht voor ondermeer respijtzorg, dus dat de mantelzorger ook soms even vrij moet kunnen hebben. Ik streef ernaar dat wanneer in 2011 gemeenten hun nieuwe beleidsplannen moeten opstellen, 75% een beleidsplan mantelzorg heeft, met concrete, afrekenbare doelen. Mantelzorgers moeten zich serieus genomen weten, bijvoorbeeld met die respijtzorg.’ Komt u met een concrete handreiking hierin voor gemeenten? ‘Ja, maar die is niet al te strikt, want ik wil uiteraard helemaal niet op de stoel van lokale besturen gaan zitten. Het ‘hoe’, daar ga ik niet over. Maar deze taak mogen gemeenten niet verwaarlozen.’ Hoe weet u wat er in ‘het veld’ speelt, waar knelpunten zitten, waar de successen geoogst worden? ‘Ik ga veel op werkbezoek, spreek lokale bestuurders op partijcongressen of (wethouders)bijeenk omsten, gemeenten promoten
soms zelf hun successen en het Sociaal Cultureel Planbureau doet nu een inventarisatie naar de vorderingen in de WMO in 2007, als opmaat tot en groot onderzoek dat in 2009 afgerond wordt. Ik lees enorm veel natuurlijk. En ik laat zelf onderzoeken uitvoeren: hoe is dat gegaan met die huishoudelijke hulp, met die aanbestedingen, bijvoorbeeld.’ En, hoe ís dat gegaan? ‘Op partijcongressen spreken wethouders mij daar vaak over aan. Sommigen hebben moeite met die aanbestedingen voor huishoudelijke hulp, sommigen spreken van marktwerking, maar dat is het nu in feite maar in marginale zin. Waar het om gaat, is dat geméénten bepalen wie ondersteuning aanbiedt. Er is door veel gemeenten erg op prijs gelet, maar je kunt ook juist op kwaliteit selecteren. De gemeente kan alle eisen stellen die ze wil en daarmee een heel sociaal-democratisch beleid voeren. Die aanbestedingen moet je niet als technocratisch middel zien, maar als politiek middel.’
aan de haak’, zoals dat heet, naar de gemeenten gegaan. Maar er is een eerlijker verdeling van de middelen...’ Grofweg: minder zwakken, minder geld? ‘Ja. Maar hoe eerlijk ís het verdeelmodel? Het is zeer zorgvuldig tot stand gekomen en ook de VNG heeft het goedgekeurd. Maar ik wil er wel goed naar kijken en het waar nodig verder verbeteren.’
Hoe stuur je die aanbestedingen dan in sociaal democratische zin? ‘Je kunt als gemeente bepalen dat je alleen met organisaties in zee wilt die niet met alfahulpen werken, of die veel jongeren in dienst nemen, zodat deze ook kansen krijgen, of die werken met lange contracten, waardoor mensen hun eigen hulp kunnen houden, of die een minimum tarief voor hun medewerkers hanteren. Sociaal verantwoord aanbesteden, kortom. Het kán, gemeenten kunnen die eisen stellen!’
Laten we het nog even over sportbeleid hebben. In het voorgaande was de netwerkaanpak de rode draad. Geldt dat ook hier? ‘Ja, dat geldt ook hier. Ik ga met Sharon Dijksma (partijgenote en staatssecretaris onderwijs, red.) de nodige initiatieven ontplooien, want we moeten kinderen stimuleren om te bewegen. Dit doen we bijvoorbeeld met combinatiefuncties, waarbij iemand werkt bij de sportvereniging en op school. Op het gebied van sport gebeurt overigens al veel moois in gemeenten: in Utrecht en Nijmegen bijvoorbeeld worden verenigingen gestimuleerd om zich open te stellen voor kinderen uit gezinnen die het niet zo ruim hebben, voor allochtone groepen en voor mensen met een handicap. Ook komen er steeds meer kleine sportveldjes in (achterstands)wijken. In sommige gemeenten werken professionele voetbalclubs mee, FC Twente en NEC doen dat bijvoorbeeld. De voetballers bezoeken scholen, geven clinics en zijn betrokken bij activiteiten in de wijk. Kinderen willen hun helden zien en dat werkt wellicht stimulerend om te sporten.’
Sommige wethouders klagen dat gemeenten minder geld krijgen... ‘Ja, en dat is op macroniveau niet waar: het geld is zelfs ‘schoon
En sport gratis maken, zoals in een Rotterdamse deelgemeente? ‘Dat is een lokale invulling van sportbeleid. Sport moet betaal-
baar zijn, vind ik, daarom zijn jeugdsportfondsen van groot belang. Mijn collega Ahmed Aboutaleb (Sociale Zaken, red.) heeft onlangs extra geld uitgetrokken ter bestrijding van armoede wat onder meer ten goede komt aan sportdeelname. Hierdoor kunnen kinderen uit armere gezinnen toch sporten.’ Wat wilt u dat mensen na afloop van deze regeerperiode zeggen over staatssecretaris Bussemaker? ‘Dat ze van de WMO een echte buurtwet heeft gemaakt, dat er
is een eind gekomen is aan de verkokering en dat we niet meer in structuren denken, maar in mensen. Ik wil landelijke voorwaarden creëren om op lokaal niveau samen te werken, maar dat kan ik niet alleen. Wethouders, stel prioriteiten waarop je ook afgerekend kunt en wilt worden. Ik ben in mijn succes afhankelijk van de wethouders en de wethouders zijn afhankelijk van mij. We moeten dus samen optrekken.’
Good practices van PvdA-wethouders welzijn Mantelzorgovereenkomst in Rotterdam (wethouder Jantine Kriens) Mantelzorgers kunnen met hun deelgemeente een mantelzorgovereenkomst sluiten die hun recht geeft op ondersteuning, van parkeerpas tot cursus. De gemeente regelt vervanging als de mantelzorger even op adem wil komen. Het gaat zeker niet om een standaardpakket: de mantelzorger geeft aan wat nodig is. Activeringscentrum in Almere (wethouder Johanna Haanstra) Uitkeringsgerechtigden met grote afstand tot de arbeidsmarkt participeren maatschappelijk door deel te nemen aan De Cirkel (activeringscentrum). Deelnemers zijn actief in hun eigen wijk. Uiteindelijk doel: doorstromen naar stageplaatsen, vrijwilligerswerk, reguliere re-integratietrajecten of betaald werk. Deelname is daarom maximaal een jaar. Tweesnijdend zwaard: vergroting leefbaarheid en sociale cohesie in de wijk. Klussendienst in Breda (wethouder Marja Heerkens) Wijkbewoners kunnen diensten afnemen die door andere wijkbewoners worden uitgevoerd. Voordeel: lage kosten. De uitvoerenden zijn vaak langdurig werklozen die zo ervaring, scholing en begeleiding krijgen. Een uniek samenwerkingsverband van bewoners, organisaties, bedrijfsleven en overheid. Zie: www.pzc.nl/algemeen/economie/1853293/Banen-voor-langdurig-werklozen.ece) Stichting Het Geerdink in Hengelo (wethouder Bert Otten) Stichting Het Geerdink vervult met behulp van vrijwilligers een centrale rol in de wijk. Er zijn veel activiteiten op gebied van welzijn en arbeid: (gehandicapte) kinderen kunnen paardrijden, uitkeringsgerechtigden kunnen wennen aan het arbeidsritme, jongeren in de jeugdreclassering doen klusjes, jongeren uit de buurt houden voor een zakcentje de buurt schoon. Er is een scholenproject zodat kinderen leren wat zorg voor dieren inhoudt, een boodschappendienst voor oudere en minder mobiele mensen en buurtgerichte activiteiten zoals een sinterklaasfeest. Kortom, via de stichting wordt de participatie van wijkbewoners gestimuleerd. Zie: www.hetgeerdink.nl zie ook: www.invoeringwmo.nl, een website van de VNG en het ministerie van VWS.
‘Een ziekenhuis is geen wasmiddelenfabriek’
Het ziekenhuis Foto Ruden Riemens
Foto Nationale Beeldbank
Wouter van Zandbrink
De Zeeuwse PvdA springt in de bres voor de ziekenhuiszorg in een van de dunbevolkste gebieden van ons land. Door verregaande fusieplannen van ziekenhuizen en in achterkamertjes opererende Raden van Toezicht staan kwaliteit en bereikbaarheid onder druk. Statenlid Wouter van Zandbrink ging de barricaden op. Hij stelde samen met de PvdAafdelingen in Zeeland een visie op en schakelde daarbij PvdA-Tweede Kamerlid Eelke van der Veen in. Zelfs CDA-minister Ab Klink (VWS) reageerde positief. Ook de andere Zeeuwse fracties vinden inmiddels dat de provincie de regie moet hebben. ‘Het ziekenhuis is tenslotte van iedereen.’
Jurjen Sietsema Freelance journalist
10
De Zeeuwse ziekenhuizen moeten fuseren tot één hoog technologisch zorgcentrum. Althans, als het aan Hans Simons, directeur van het ziekenhuis in Goes, en de Raden van Toezicht van de ziekenhuizen ligt. Schaalvergroting als reddingsboei, want de ziekenhuizen in Vlissingen, en Goes kampen met financiële tekorten en bungelen aan de onderkant van de ziekenhuis top – 100. De belangrijkste oorzaak voor die positionering is dat de instellingen grote moeite hebben met het aantrekken van voldoende gekwalificeerd personeel, waardoor de kwaliteit van de zorg op de Zeeuwse eilanden onder druk staat. Het nieuwe ziekenhuis dat Simons voor ogen heeft, moet alle denkbare ziekenhuiszorg voor de gehele Zeeuwse regio ten noorden van de Westerschelde leveren. Om dat te kunnen, zou het bestaande ziekenhuis in Goes moeten worden uitgebreid en dat in Middelburg als nevenvestiging moeten dienen. Simons en de zijnen haalden zich met deze ambitie de woede en het onbegrip van vooral veel Walchenaren op de hals die daarmee de ziekenhuiszorg in hun directe omgeving zien verdwijnen. Het zou namelijk inhouden dat de gemiddelde Walchenaar steeds verder moet reizen voor bijvoorbeeld een operatie. Een onmogelijke opgave. Want voor acute zorg zou iemand uit bijvoorbeeld Westkapelle langer dan een half uur onderweg zijn om in Goes te komen en zelfs een ambulance zou die afstand nauwelijks binnen de wettelijk gestelde termijn kunnen afleggen. In het toeristenseizoen of als de brug open staat - een veel
voorkomend iets in Zeeland - al helemaal niet. Meer efficiency Dat bracht de Zeeuwse PvdA ertoe om bij monde van statenlid Wouter van Zandbrink het idee te lanceren om niet te kiezen voor sluiting van ziekenhuizen maar in plaats daarvan het zorgaanbod en de spreiding daarvan efficiënter in te richten. Het idee werd, in samenwerking met de Roosevelt Academy, verder uitgewerkt in het rapport ‘Nabijheid en Kwaliteit’ dat dit voorjaar verscheen. Het was CDA-minister Ab Klink die tijdens een mini-symposium op 11 augustus met als thema ‘Ziekenhuiszorg in dunbevolkte gebieden’ zei dat hij het rapport inspirerend vindt. ‘Het geeft geen blauwdruk maar reikt organisatorische handvatten aan voor de toekomstige inrichting van de ziekenhuiszorg in een dunbevolkte provincie als Zeeland.’ In het rapport pleit de PvdA voor een samenwerkingsverband tussen de Zeeuwse ziekenhuizen waarbij er drie zogenaamde basisziekenhuizen op Walcheren, Zuid-Beveland en in Zeeuws Vlaanderen moeten komen. Teams van specialisten zouden tussen deze centra heen en weer moeten reizen om diagnoses te kunnen stellen, waarna een operatie op een plek die daarvoor uitgerust is, kan plaatsvinden. Herstelverpleging vindt dan weer plaats in de regio, dicht bij huis. Dat zou de basisziekenhuiszorg in alle regio’s in de provincie garanderen en de mogelijkheid om de specialistischer zorg een kwaliteitsimpuls te geven, vergroten. Wouter van Zandbrink besprak dit rapport met alle partijafdelin-
gen in Zeeland die met instemming reageerden op de voorgestelde aanpak. In de Zeeuwse staten kreeg hij echter niet meteen de handen op elkaar. De andere partijen vonden het geen zaak van de provincie en wilden de vingers liever niet branden aan het ‘ziekenhuisdossier’ Volgens hen heeft de overheid hier geen wettelijke taak. Van Zandbrink: ‘Dat klopt, maar de politiek is er ook voor om de onrustgevoelens in de samenleving op te pakken en daar actie op te ondernemen.’ Er is echter ook nog een ander obstakel dat Van Zandbrink ziet als het gaat om het realiseren van de toekomstvisie op ziekenhuiszorg in dunbevolkte gebieden. De Raden van Toezicht. Formeel eindverantwoordelijk, maar volgens de PvdA teveel opererend vanuit hun ivoren torens. Een groot gevaar, volgens Van Zandbrink. Wat is uw probleem met de Raden van Toezicht? ‘De overheid heeft de ziekenhuizen op afstand van zichzelf geplaatst, en de Raden van Toezicht zijn vervolgens in staat geweest om de ziekenhuizen op afstand van de bevolking te plaatsen.’ Hoe? ‘Vooral door de manier waarop ziekenhuisbestuurders verantwoording afleggen over het door hen gevoerde beleid. Dat is nu een black box. Verantwoording en transparantie zijn ver te zoeken.’ Waarom maakt u zich daar druk over? Een ziekenhuis is toch gewoon een private onderneming? ‘De Raden van Toezicht van de ziekenhuizen moeten er op
‘Een ziekenhuis is nu eigenlijk van niemand’
is van iedereen Eelke van der Veen
toe zien dat de financiën en de kwaliteit goed zijn. Dat is erg belangrijk. Een ziekenhuis is geen wasmiddelenfabriek die winst nastreeft. Het hoort bij een goede kwaliteit van leven van mensen. Vandaar ook dat ingrijpende beslissingen over ziekenhuizen mensen zo raakt. Een ziekenhuis hoort die beslissingen goed te communiceren en wij vinden dat ziekenhuizen hierin te kort zijn geschoten. De Raden van Toezicht hebben hierop onvoldoende toegezien.’ Het kosten-batenplaatje in Zeeland is sterk negatief. Dan is een nuchtere keuze op basis van economische overwegingen, zoals Simons en de Raden van Toezicht die voorstaan, toch vooral heel logisch? ‘Wij willen vooral pleiten voor een zorg, waarin niet alleen de uren en euro’s, de managers en de juristen bepalen hoe de zorg van de toekomst wordt ingericht. Wij hechten eraan dat de menselijke maat nadrukkelijk onderdeel is van de besluitvorming. Dan gaat het om de nabijheid van acute zorg, bereikbaarheid van alle zorg, tijd en persoonlijke aandacht voor de patiënt en natuurlijk kwaliteit van zorg. De Partij van de Arbeid wil dat de stem van de patiënt en de burger gehoord wordt.’ Hoe gaat u dat doen? ‘Wij hebben een visie opgesteld en een aantal moties ingediend. Die hebben het niet allemaal gehaald, maar één wel. Een erg belangrijke. Daarin staat dat de provincie een regisseursrol moet vervullen en dat het beleid van de ziekenhuizen met de daaraan hangende kostenplaatjes goed
zichtbaar moet worden gemaakt. Daarnaast heb ik verschillende artikelen in de Provinciale Zeeuwse Courant geschreven en hebben we als PvdA op 11 augustus in Terneuzen een mini-symposium georganiseerd dat door iedereen die daar was, inclusief minister Klink, positief is ontvangen. Op dat symposium heeft Eelke van der Veen de vraag gesteld van wie het ziekenhuis nu eigenlijk is? Een eye-opener voor veel mensen.’
Wat bedoelt u daarmee? ‘Tot de jaren zestig, zeventig was het duidelijk van wie het ziekenhuis was. We kennen in Nederland geen staatsziekenhuizen. Alleen private. Vroeger waren die gekoppeld aan een zuil. Een katholiek ziekenhuis, een protestants ziekenhuis of een algemeen ziekenhuis. Mensen uit zo’n zuil (of zonder zuil) gingen naar zo’n ziekenhuis en het ziekenhuis was ook van de mensen. Die legitimatie is weggevallen.’
Hoe verloopt de samenwerking met Tweede Kamerlid Eelke van der Veen? ‘Wat we als PvdA voorstaan, korte lijnen en samenwerking op alle niveaus, werkt. We vullen elkaar geweldig aan en het onderwerp krijgt zo op alle niveaus de aandacht die het verdient. Ik heb veel contact met de lokale afdelingen en van daaruit met Eelke. Het blijkt dus dat je op deze manier, zoals we dat in de campagne hebben geroepen, echt het verschil kunt maken.’
Het ziekenhuis is van ons allemaal? ‘Een ziekenhuis is een belangrijk publiek goed. De ideale situatie zou dan ook zijn dat de bevolking inderdaad kan sturen op de zaken die op dit moment in Zeeland spelen. Dat is ook de reden waarom de Zeeuwen zo emotioneel reageren. Ze zijn door de houding van de ziekenhuizen vleugellam en zien dat ze feitelijk geen enkele invloed hebben op wat er met zoiets belangrijks als de ziekenhuiszorg in hun regio gebeurt. Ook in materiële zin is het niet duidelijk van wie een ziekenhuis is. Het wordt namelijk gefinancierd vanuit collectieve middelen en is in die zin dus van ons allemaal. Ook vanuit de regelgeving kan een ziekenhuis niet zomaar zijn eigen gang gaan. Het is voor mij dan ook nog maar de vraag of ziekenhuizen bijvoorbeeld aandelen uit mogen geven. Een aantal speelt met die gedachte. Ik vind dat je daar zeer voorzichtig mee moet zijn.’
Roerend eens Kamerlid Eelke van der Veen is het over de samenwerking roerend eens met Wouter van Zandbrink. Ook voor hem is die het schoolvoorbeeld van hoe het moet én kan. ‘Ik heb veel respect voor hoe hij het doet. De samenwerking landelijk, provinciaal en lokaal werpt zijn vruchten af.’ Op het mini-symposium op 11 augustus in Terneuzen stelde u de vraag van wie het ziekenhuis eigenlijk is. Heeft u daar inmiddels een antwoord op? ‘We zitten eigenlijk in een rare situatie op dit moment. Eigenlijk is het ziekenhuis van niemand.’
Hoe kan die houding van de ziekenhuizen worden doorbroken? ‘Bijvoorbeeld doordat de provincie Zeeland nu de regierol naar zich toetrekt en er hopelijk dui-
delijk gaat worden wie je op wat kunt afrekenen. Dat is tot nu toe niet helder. Ziekenhuisbestuurders beroepen zich nu nog op het principe van de marktwerking maar ik zit niet te wachten op een situatie waarin iedereen denkt dat ze ‘de markt’ zijn en waar, als het misgaat, de overheid kan bijspringen.’ Zou het plan van de Zeeuwse PvdA ook voor andere dunbevolkte gebieden kunnen werken? ‘In Lelystad speelt iets vergelijkbaars. Gelukkig hebben we daar ook goed overleg met de gedeputeerde John Bos en de lokale PvdA. De ziekenhuizen daar hebben ook te kampen met financiële en andere problemen. Gedwongen sluiting van operatiekamers en problemen met specialisten maken dat daar ook op een andere manier naar ziekenhuizen moet worden gekeken. Binnen Flevoland en in de omgeving zijn er andere ziekenhuizen (Almere, Zwolle en Harderwijk) waarvoor ‘Nabijheid en Kwaliteit’ een erg leerzaam stuk kan zijn.’
11
2de kmr KOP
De crisis op de financiële markten laat uiteraard ook de Tweede Kamer niet onberoerd. Maar beursdalingen of aangetast vertrouwen in banken ten spijt, veel andere zaken die daar niets mee te maken hebben, vergen ook aandacht van het parlement.
Foto Serge Ligtenberg
TON LANGENHUYZEN is beleids medewerker van de Tweede Kamerfractie van de PvdA. Heeft u een vraag aan hem of wilt u reageren? Stuur dan een e-mail naar
[email protected] of bel 070-3182792
JP-tv Na Prinsjesdag en de Algemene Beschouwingen begint de Kamer met het behandelen van de departementale begrotingen. De begroting van het departement van de minister-president - Algemene Zaken - kwam als eerste aan de beurt. Anja Timmer was namens de fractie daar de woordvoerder. De onderwerpen die zij en haar collega’s aan de orde stelden varieerden in aard en gewicht. Een onderwerp wat haar en anderen zorg baarde, betrof de doelstellingen van het kabinet. Uit een onderzoek van het intern Bureau Onderzoek en Rijksuitgaven van de Tweede Kamer bleek dat in veel gevallen het kabinet weliswaar doelen had gesteld, maar dat de meetbaarheid daarvan nogal tekort schoot. Het ene ministerie deed het beter dan het andere. Aangezien premier Balkenende bij uitstek de eenheid van het kabinetsbeleid dient te bewaren werd hij op dit punt ook door Timmer ondervraagd. Een
onderwerp van geheel andere aard betrof de rol van de premier als ‘woordvoerder’ namens het kabinet. Timmer plaatste vraagtekens bij het traditionele wekelijkse vraaggesprek met de minister-president op televisie. In zijn begroting stelde Balkenende dat de communicatie tussen overheid en burger moderner kon. Timmer sprak hem daar - onder het motto ‘verbeter de wereld, begin bij uzelf ’ - op aan. Zij suggereerde dat het wekelijkse gesprek met de minister-president beter kon worden vervangen door een interactievere manier van ondervraging, bijvoorbeeld door burgers de kans te geven zelf vragen tot de premier te richten: ‘JP-tv’! De premier reageerde voorzichtig enthousiast en zou er over gaan praten met de betrokken partijen. Woonoverlast Attje Kuiken en Staf Depla hebben onlangs vragen aan de ministers Ter Horst (BZK) en Vogelaar (WWI) gesteld over de mogelijkheden om overlast door woningeigenaren en huurders van woningen aan te pakken. Zij spitsten dit toe op vraag of artikel 174a van de Gemeentewet kan worden gebruikt om overlast door woningeigenaren aan te pakken door middel van een (tijdelijke) uithuisplaatsing. In antwoord hierop schreven de ministers dat de burgemeester op grond van dat artikel (ook wel de Wet Victoria genaamd) kan besluiten een woning te sluiten. Daarvoor moet dan wel sprake zijn van verstoring van de open-
bare orde rond de woning (denk aan drugshandel, wapenhandel, illegale prostitutie en dergelijke). De Wet Victoria richt zich op het herstel van de openbare orde en niet op het uithuisplaatsen op zich. Het kabinet is bezig met een onderzoek naar de effectiviteit van onder andere deze wet. In afwachting van de uitkomst van dat onderzoek (dat eind 2008 komt) gaven de ministers wel al vast aan dat ‘er een lacune lijkt te bestaan in de mogelijkheden die gemeenten nu hebben om overlast door huiseigenaren aan te pakken’. Het kabinet denkt er daarom over om de burgemeester de bevoegdheid te geven, om in het uiterste geval overlastgevende gezinnen uithuis te kunnen plaatsen. Dit middel zou dan komen naast andere mogelijke instrumenten zoals de mogelijkheid voor een gemeente om in geval van overlast die veroorzaakt wordt door overtredingen in de bouwregelgeving bestuursdwang en last onder dwangsom te kunnen opleggen, tot onteigening aan toe. Voor de aanpak van overlast veroorzaakt door onrechtmatige bewoning (bijvoorbeeld overbewoning, illegale doorverhuur, hennepteelt) krijgen gemeenten binnenkort waarschijnlijk binnen de Huisvestingswet de mogelijkheid om een bestuurlijke boete te kunnen opleggen.
moet aan passen. Steeds meer mensen in Nederland hebben de laatste jaren te maken gekregen met schuldenproblematiek en bovendien nam de gemiddelde hoogte van de schulden toe. Daarbij komt dat 80% van de mensen met een problematische schuld een uitkering heeft. Een nieuw wetsvoorstel moet in de Wet GBA de mogelijkheid scheppen om instellingen voor schulden- en kredietregistratie beter in de gelegenheid te stellen om gegevens uit het GBA te krijgen. Mede op basis van die gegevens moet de kredietwaardigheid van natuurlijke personen kunnen worden beoordeeld, waarbij hun totale financiële verplichtingen, ongeacht of deze zijn aangegaan binnen of buiten de uitoefening van beroep of bedrijf, in beschouwing worden genomen. Centraal element van het wetsvoorstel is de uitbreiding van de kring van derden, aan wie gegevens verstrekt kunnen worden, met kredietregistratie-instellingen. Daartoe wordt art. 99 van de Wet GBA aangepast. Pierre Heijnen toonde zich een voorstander van dit wetsvoorstel.
Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) De groeiende schuldenproblematiek van burgers in Nederland vormde de aanleiding voor een wetsontwerp dat de Wet GBA
afgvrdgd
EENSGEZINHEID MAAKT HET VERSCHIL Wat houdt de PvdA’ers in de Eerste en Tweede Kamer en in het Europees Parlement bezig? Zij komen hier beurtelings aan het woord. Dit keer Tweede Kamerlid Hans Spekman.
De vakantie zit er al weer een tijdje op. In de kamer zijn de algemene beschouwingen achter de rug. In gemeenten is de begrotingsbehandeling in volle gang. De kinderen zijn weer naar school. Het werk is weer begonnen. Ik heb er zin in. We zijn bevoorrecht dat we dag in, dag uit, de kans krijgen onze idealen in praktijk om te zetten. Er is veel te doen. Veel mensen vinden dat het met hen goed gaat, maar hebben zorgen over morgen. Ik hoor dat als ik rondloop en met mensen praat. Zorgen over het land waarin hun kinderen opgroeien en waar zij oud hopen te worden. De spanning tussen bevolkingsgroepen, de financiële crisis, smeltend ijs. Jullie horen dat vast en zeker ook. Naast de mensen die vinden dat het met hen goed gaat, zijn er mensen die nu in de hoek zitten waar de klappen vallen. Mensen die de pech hebben er naast te staan, afhankelijk te zijn van een uitkering. Mensen die wonen in een straat waar het samenleven onder druk staat. Mensen die zien dat hun kind geen kans krijgt, omdat hij Marokkaan, Somaliër of Noord-Fries is of omdat hij verstandelijk wat achterblijft. Onze opgaaf is er, die ligt op straat. Onze idealen zijn er, die zitten in de genen. Nu nog bij ons allemaal de overtuiging dat we juist nu het verschil moeten,want kunnen, maken. We doen overal mee, we zitten in de positie om
het voor mensen beter te maken. Dat verplicht ons meer dan ooit tot samenwerken, lokaal, provinciaal en landelijk. De motivatie voor mij om naar de kamer te gaan, was dat het vorige kabinet het mij als lokaal bestuurder onmogelijk maakte het goede te doen. Je kunt wel een prijs krijgen voor de meest sociale gemeente, maar wat heb je er aan als een alleenstaande moeder in de bijstand aan de kinderen moet vragen een baantje te nemen om de energierekening te betalen? Onder het mom van eigen verantwoordelijkheid werd bezuinigd op armoedebestrijding, inburgering en zorg. Dit kabinet maakt duidelijk andere keuzes. Een voorbeeld is de armoedebestrijding. Alles wat ik als wethouder wilde, kan nu. Er is gemeentelijk meer geld voor armoedebestrijding dan ooit te voren en meer ruimte om het naar bevind van zaken te verdelen, zonder billenblootbureaucratie voor de ontvangers. We doen in Den Haag echt niet alles goed. Soms is het gewoon lastig ploeteren, maar dat is niets om ons voor te schamen. Zo is het altijd geweest. Ik heb via overerving de logboeken van de afdeling Zevenhuizen, mijn geboorteplaats, vanaf de oprichting van de SDAP in 1913 tot het jaar 1975. Dat geeft een prachtige inkijk. 62 jaar geploeter, maar met resultaat. Het is er een mooi dorp van geworden. In Rotter-
dam had Zevenhuizen de bijnaam het Rooie Dorp. De letterlijke beginzinnen van het logboek zijn: ‘Veldman, vakarbeider organiseert u. Gij leden kent u plicht, werft leden, om met eensgezindheid te scharen achter het rode vaan. Organiseert u, hervormd u, hervormd de maatschappij. Wij gaan op voor hen, wier levenszon, ondergaat.’ De tijden zijn veranderd. Andere wereld, andere vraagstukken en andere antwoorden. Maar de basis blijft voor mij staan. In de kamer houd ik me vooral bezig met asiel, armoede en de onderkant van de arbeidsmarkt. Daarnaast heb ik, met steun van het partijbureau, het landelijke ombudswerk weer op poten gezet. Al 40 afdelingen draaien mee, ik hoop dat er nog veel zullen volgen. Ik kan en wil mijn werk alleen maar doen in contact met de mensen om wie het gaat, en in overleg met jullie. Door eensgezindheid maken we het verschil. En verschil maken moeten we. Voor de mensen die het vandaag moeilijk hebben en voor de zorgen van morgen.
[email protected]
lokale kwsts
KOP Intro
Tekst
JOS KUIJS is wetenschappelijk medewerker van het CLB. Heeft u een vraag die het lokale bestuur raakt of wilt u reageren? Stuur dan een e-mail naar
[email protected] of bel 020-5512264
Vliegen: ‘een mooie, frisse jonge kerel, met prachtig stemgeluid en een talent voor voordracht zoals maar zelden wordt gevonden.’ (Een dergelijke beschrijving valt tegenwoordig weinig gemeenteraadsleden ten deel!) Maar ook
een aantal figuren van het tweede plan wordt door Schuurman op een boeiende wijze beschreven.
bkbsprkng
rood aan de zaan gilles W.B. borrie historicus en oud-burgemeester
blabla
Bij de aanvang van de raadsperiode 2008/2009 mag ik de aandacht vragen voor een klein maar interessant boekje van de hand van Anton Schuurman, oud-wethouder van Wormerveer en Zaanstad en voormalig medewerker van het Centrum voor Lokaal Bestuur, getiteld 125 jaar sociaaldemocratie. 60 jaar Rode Zaan. Hij nam het initiatief tot het schrijven van deze schets naar aanleiding van het feit, dat het in 2006 honderdvijfentwintig jaar geleden was dat de eerste afdeling van de Sociaal Democratische Bond (SDB) in de Zaanstreek werd opgericht. In een vlotte stijl beschrijft Schuurman de twee belangrijkste stromingen: de SDB en de SDAP. Opvallend is dat de oude beweging veel minder radicaal naar voren komt dan haar reputatie altijd is geweest, maar dat er als ‘electorale gemeenschap’ ruim zestig jaar wel degelijk een ‘rode Zaan’ is geweest. Interessant is de vergelijking die de schrijver maakt met de rumoerige Amsterdamse situatie in die tijd, met de vele protestvergaderingen. Aangezien de oude anti-parlementaire socialistische beweging weinig succes heeft kunnen boeken, wijst Schuurman in het bijzonder op de betekenis van de socialistische gemeentepolitiek van de SDAP in de gemeenteraden in de Zaanstreek. In 1907 werd Jan Duijs gekozen in de gemeenteraad van Zaandam
en vanaf dat jaar zien wij een spectaculaire ontwikkeling in deze raad. Duijs was een bijzondere figuur. Wij moeten hem niet alleen beoordelen op zijn laatste levensjaren toen hij in de rechts-conservatieve hoek terecht was gekomen en zelfs in 1938 lid werd van de NSB. Duijs werd in 1907 tot wethouder van Zaandam gekozen en door zijn organisatorisch en oratorisch talent steeg het aantal zetels in de gemeenteraad in de daaropvolgende jaren van twee tot tien zetels! Duijs werd wethouder van Zaandam in 1912 - als eerste SDAP’er, zeer tot ongenoegen van Wibaut die van mening was dat de verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur van een gemeente alleen aanvaard kon worden, indien de SDAP in de raad over een meerderheid beschikte. Schuurman schetst ons de teruggang van de SDAP in de Zaanstreek na 1919 die wellicht te wijten was aan het weinig indrukwekkend lokale beleid. Hij formuleert met name het beleid inzake de ruimtelijke ordening als ‘broddelwerk’, in tegenstelling tot hun Amsterdamse collega’s-partijgenoten die uitblonken op dit terrein en bekend stonden om hun indrukwekkend woningbouwbeleid. Met betrekking tot de periode na de Tweede Wereldoorlog besteedt hij met name aandacht aan de rol van de CPN, zowel landelijk als lokaal. Marcus
Bakker was naast de SDB’er Van der Stad, de enige autochtoon die landelijk in de politieke arbeidersbeweging een vooraanstaande rol heeft gespeeld. In het laatste hoofdstuk, onder de titel De ontkleurde Zaan, worden de jaren van ‘het linkse programcollege’ aan de orde gesteld, die volgens de schrijver in zekere zin het hoogtepunt vormden in de geschiedenis van de rode Zaan. In het midden van de jaren zeventig vielen de samenwerkende partijen echter uiteen, wat volgens Schuurman werd veroorzaakt door ontwikkelingen op landelijk niveau. Voor wat de PvdA betreft was dit het uiteenvallen van de ‘rode familie’ (de vakbeweging, woningbouwverenigingen, een aantal verbruikscoöperaties, instituut voor arbeidersontwikkeling) maar uiteraard ook de veranderingen in het gedrag van de kiezers. Schuurman is een man van het vak en hoewel men over bepaalde aspecten van zijn analyses zeker van mening kan verschillen, weet hij wel waarover hij schrijft en dat is belangrijk. Wat voor mij het boekje bijzonder aantrekkelijk maakt zijn de biografische beschrijvingen van de politieke leiders. Zo bijvoorbeeld de eerste voorzitter van de afdeling Zaanstreek van de SDB, Peter van der Stad. Een avonturier en een lieveling van het vergaderpubliek, aldus schreef
13
Het heeft even geduurd, maar nu is ze er toch: de eerste vrouwelijke allochtone burgemeester in ons land. Ze is van PvdAhuize, 42 jaar oud en heet Joyce Sylvester. Op 1 oktober ging ze aan de slag als waarnemend burgemeester in het NoordHollandse Anna Paulowna (ruim 14.000 inwoners).
De benoeming van Joyce Sylvester viel samen met de bekendmaking dat minister Guusje ter Horst van BZK zes scouts heeft aangezocht, die onder allochtonen en vrouwen op zoek gaan naar nieuw burgemeesterstalent. Dat lijkt ook wel nodig, want het aantal vrouwelijke burgemeesters is nog altijd maar twintig procent (81 vrouwen tegenover 323 mannen). Van de 108 PvdA-burgemeesters zijn er 23 vrouw. En bij de 404 burgemeesters zitten op dit ogenblik maar twee allochtonen: behalve Sylvester is dat de D66’er Franc Weerwind in Niedorp. Ter Horst verwacht blijkbaar veel van D66, want drie van de zes scouts die ze aanzocht zijn uit deze partij afkomstig: Wilma Delissen-Van Tongerlo (Grave), Albertine van Vliet-Kuiper (Amersfoort) en Haijo Apotheker (Steenwijkerland). Daarnaast werden drie oud-burgemeesters van andere partijen aangetrokken: de VVD’er Geert Dales (Leeuwarden), de CDA’er Roy Ho Ten Soeng (Venhuizen) en de PvdA’er Chris Leeuwe (Lelystad). Enthousiast Joyce Sylvester is erg enthousiast over het plan van de minister om actiever te gaan speuren onder allochtonen. ‘Juist in bestuurdersfuncties is het van belang dat je een afspiegeling van de maatschappij krijgt. Dat bevordert de herkenbaarheid’, zei ze tegen de Wereldomroep. Allochtonen moeten zich zelf ook actiever opstellen: ‘Ze moeten zelf de handschoen oppakken. Maar ook moeten politieke partijen en commissarissen van de koningin oog hebben voor diversiteit.’ Ze heeft veel positieve reacties gekregen toen bekend werd dat ze in Anna Paulowna was benoemd. ‘Ik krijg
jan de roos EINDREDACTEUR LOKAAL BESTUUR
14
Joyce Sylvester Foto Hans Kouwenhoven
eerste vrouwelijke allochtone burgemeester ook van veel allochtone mensen felicitaties en de vraag om een gesprek over hoe dat gaat.’ Net als haar collega Franc Weerwind van Niedorp is de in Amsterdam geboren Joyce Sylvester van Surinaamse afkomst. Eerder waren er al twee ‘Surinaamse’ burgemeesters, maar die hebben hun ambt inmiddels neergelegd: Headley Binderhagel in het Limburgse Nuth en de hiervoor al genoemde scout Roy Ho Ten Soeng in Venhuizen. Verder is er
op het ogenblik nog een (PvdA)deelraadsvoorzitter in Rotterdam Noord die van Surinaamse afkomst is: Harlow Brammerloo. Ook zijn er vanaf de jaren tachtig enkele burgemeesters geweest met een Indische achtergrond. Eerste Kamerlid Joyce Sylvester is sinds 2003 Eerste Kamerlid voor de PvdA. Zij studeerde bestuurskunde en communicatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Tijdens haar studie werkte zij als
journalist bij het Parool en als programmamaker bij Migranten TV Amsterdam. Haar loopbaan begon ze als financieel beleidsmedewerker bij het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Ze was voorts werkzaam bij de staf van de gemeentesecretaris in Amsterdam. Vervolgens maakte zij de overstap naar het bedrijfsleven. Ze werd senior adviseur bij adviesbureau Twynstra Gudde en is nu directeur-eigenaar van organisa-
tieadviesbureau Spirit. In Anna Paulowna volgt ze de D66’er Jan Pennink op, die een bestuursfunctie in het onderwijs aannam. Afgelopen maandag 27 oktober zat Sylvester haar eerste gemeenteraadsvergadering voor.
op. Ga niet op een markt staan, want folders en flyers komen niet bij onze doelgroep. Ga naar de wijken waar potentiële PvdAstemmers wonen. Daar kunnen we onze boodschap kwijt. Daar is het vier op de tien keer raak. Niet meer op de markt? Veel kandidaten vinden dat een ongemakkelijke waarheid. We staan immers altijd op de markt, want daar komen veel mensen. Jacques beaamt dat. Maar die marktbezoekers, zegt hij, gaan echt niet allemaal op ons stemmen. Denk eraan: je hebt maar beperkte tijd, energie en menskracht. Om efficiënt en effectief campagne te voeren kun je beter je eigen achterban opzoeken en mobiliseren. Kiezers bereik je met een goede boodschap. Dat is een vast baken in de campagne. Hou het kort. Eén alinea bijvoorbeeld, waarin staat waarom ze op de PvdA moeten stemmen. Het moet bij voorkeur een sandwichboodschap zijn. Dus: dít wil ik, omdat ik iets anders niet wil en daarom wil ik dat. Hoe je die boodschap vorm geeft, hangt van jezelf af.
VERGEET DIE MARKTKRAAM! Foto Gerard Til/Hollandse Hoogte
Jacques Monasch
In de eerste week van oktober hield het CLB vier campagnetrainingen in het land. Bestemd voor kandidaten bij de komende waterschapsverkiezingen. Op één van die bijeenkomsten, in Leiden, gaf campagnedeskundige Jacques Monasch een inspirerende masterclass. Thea de Roos-van Rooden wethouder in Stadskanaal en voorzitter van de stuurgroep Spraak Makend
De PvdA heeft zich als belangengroep in veel waterschappen aangemeld met een kandidatenlijst. Dat is nieuw. Het oude personenstelsel is immers passé. De verkiezingen zijn schriftelijk. Stemmen kan per post van 13 tot en met 25 november. Natuurlijk doen we mee om te winnen en daarvoor is een uitgekiende campagne van groot belang. Maar campagnevoeren, hoe doe je dat? Monasch gaat als een wervelwind van start, hij kent alle campagnekneepjes. Hij weet hoe het is om te verliezen én om te winnen. Wie nog twijfelt, krijgt een opdracht mee: schrijf twee krantenberichten. Het eerste waarom je de verkiezingen gewonnen hebt. Het tweede waarom je de slag verloor. Dat dwingt je na te denken over je zwakke punten. Daar kun
je tijdens de campagne nog wat aan doen. Daarna niet meer. Drie dingen Campagne voeren we om te winnen, dus om kiezers te werven. In een campagne draait het om drie dingen: afspraken, doelgroepen en publiciteit Over de opkomst maakt niemand zich grote illusies. Ongeveer 20%. Oef, dat is weinig. Monasch adviseert geen energie te steken in de 80% die niet gaat stemmen. Jaag niet op de niet-stemmers, want die bereik je toch niet. Simpel samengevat: hoe minder boeren er gaan stemmen hoe beter dat voor de PvdA is. We richten ons op de mensen die wel gaan stemmen. Wie zijn die 20%, in welke districten en wijken zitten ze? Zoek ze daar
AIDA Deze afkorting staat voor vier fasen in de campagne. De eerste fase is die waarin je aandacht (A) vraagt. De kiezers gaan op je stemmen wanneer ze je kennen. Het gaat altijd om een gezicht, een naam en de partij PvdA. Hoe groter de bekendheid, hoe beter. In de tweede fase gaat het om interesse (I) te wekken. Wat heb je te vertellen? Welke publiciteit hoort daarbij? Ook hier geldt: beperk je boodschap en herhaal die eindeloos. Daarna bouw je de databestanden (D) op. Moeilijk is dat niet. De PvdA heeft bijna 60.000 leden en die moeten we aan het stemmen zien te krijgen. Stuur je boodschap naar tien partijleden met het verzoek deze verder te mailen binnen hun kennissenkring. Via deze cirkelmethode bereiken we dat de PvdA bekendheid opbouwt, aanspreekbaar wordt en dichtbij onze kiezers komt te staan. In de laatste fase gaat het concreet om actie (A). Via je databestand stuur je reminders. Zoals: heb je al gestemd? Ga stemmen, doe die brief op post! Het geplande halfuur is voorbij. Monasch heeft ons nuttige en praktische tips aan de hand gedaan. Campagnevoeren anno 2008 gaat anders en directer. Wie gaat voor de winst moet effectief en efficiënt zijn. Alleen die marktkraam blijft in ons hoofd hangen. Toch maar niet doen, dus. Voor meer info over de waterschapsverkiezingen, klik op de banner op onze website www. lokaalbestuur.nl. Daar vindt u de kandidatenlijst en het verkiezingsprogramma voor uw eigen regio en het PvdA-waterschapsmanifest. In het vorige nummer van Lokaal Bestuur, eveneens te downloaden via onze website, stonden interviews met enkele waterschappers en met medewerkers van het partijbureau over de komende verkiezingen.
15
HAAGSE BEGROTING VOL SOCIAAL BEL Foto’s Serge Ligtenberg
In de Haagse Transvaalbuurt is nog veel werk aan de winkel. Foto inzet: Wethouder Jetta Klijnsma en fractievoorzitter Marieke Bolle
De gemeenteraadsverkiezingen Jetta Klijnsma van 2006 leverden een enorme Wethouder Cultuur en Financiën Den Haag overwinning op voor de PvdA. Haag investeert veel geld Ruim twee jaar later is de grote vraag Den in sociaal beleid. Stonden veel van de zaken waar nu geld voor hoeveel er terecht is gekomen van geregeld is in het verkiezingsprogramma in 2006? de beloften die de PvdA in talloze ‘Over het geheel genomen heeft de begroting een groot gemeenten deed in de campagne PvdA-gehalte. Zo ben ik heel gelukkig met de investeringen voor die verkiezingen. De sociale in de krachtwijken, de ingezette herstructurering van wijken als agenda stond bovenaan het lijstje Den Haag Zuid-West, Transvaal en Scheveningen. We hebben ons van de meeste PvdA-afdelingen. Zo ook met succes ingezet voor de sociaal-economische agenda en ook in Den Haag. Onlangs kopten we investeren in de begroting ook veel in groen en duurzaamheid. de kranten dat deze gemeente 260 We hebben natuurlijk ook conmoeten doen aan andere miljoen euro investeert in het sociale cessies partijen, maar dat is logisch als je meer partijen in het college klimaat van de stad. Lokaal Bestuur met zit. Maar al met al is het zeker een die recht doet aan ons sprak met de Haagse wethouder Jetta begroting verkiezingsprogramma Een stad met samenhang.’ Klijnsma en met fractievoorzitter Je geeft een paar voorbeelden van Marieke Bolle. investeringen in de krachtwijken. Hoe ziet het totaalplaatje eruit?
KIRSTEN VERDEL FREELANCE JOURNALISTE
16
‘Het is een hele waslijst. Binnen de Krachtwijken is er geld voor ondergrondse afvalcontainers, het schoon houden van de stad, brede buurtscholen, topsportpark Zuiderpark, inburgering, parkeren, sport en cultuur, de re-integratie van mensen zonder werk, multi-probleemgezinnen en een imagocampagne. Daarnaast zetten we dus ook in op de sociaal-economische agenda, met geld voor gehandicapten, campagnes voor een wervend leefklimaat, de economie in winkelstraten en dienstverlening en citymarketing en kunsten.’
Het geld voor dit soort investeringen ligt uiteraard niet voor het oprapen. Waar hebben jullie het geld vandaan gehaald? ‘Het kwam niet uit één bron, maar uit meer. Er waren incidentele meevallers door meevallende kosten, we verkochten een onroerend goed-portefeuille, er waren hogere dividenden dan verwacht uit deelnemingen en een hogere uitkering uit het Gemeentefonds. Er was ook een beperkte verhoging van de afvalstoffenheffing voor nodig.’ Over de verhoging van die afvalstoffenheffing is wel wat rumoer geweest. Er komen ondergrondse vuilcontainers op een aantal specifieke plaatsen, terwijl de heffing voor heel Den Haag omhoog gaat. Sommige mensen vinden dat niet terecht. Hoe leg je dat uit? ‘Als ondergrondse vuilcontainers in de Krachtwijken een positieve bijdrage leveren aan de leefbaarheid, dan zal het college niet aarzelen om ook elders in de stad deze investeringen te doen. Dat we beginnen in de krachtwijken is een kwestie van solidariteit. Juist kwetsbare wijken moeten in onze optiek schoon en leefbaar zijn. Daar sta ik voor als sociaaldemocrate.’ Veel geld gaat naar de Krachtwijken, stimuleren van werkgelegenheid en de herplant van bomen. Waarom is er juist gekozen voor deze zaken, en is er veel strijd geweest over andere investeringen? ‘Dat er geld naar de krachtwijken gaat, lijkt me logisch. De vier wijken waarom het gaat, staan er op zich niet slecht voor als je ze vergelijkt met probleemwijken in het buitenland, maar het is wel duidelijk dat de wijken met achterstanden kampen: hogere
werkloosheid, meer schooluitval, lagere levensverwachting, meer criminaliteit. Het zou ons als PvdA-bestuurders een lief ding waard zijn als deze achterstanden over enkele jaren minder zijn geworden en de opgroeiende jeugd in deze wijk de kansen krijgt die zij verdient. Als PvdAbestuurder ben ik natuurlijk ook voor de bevordering van de werkgelegenheid. Het thema van ons collegeakkoord is Meedoen, wat inhoudt dat niemand aan de kant mag blijven staan. We willen zoveel mogelijk mensen actief laten participeren, hetzij door het hebben van een baan, hetzij door het verrichten van vrijwilligerswerk. Ten slotte willen we er ook voor zorgen dat Den Haag ook in de toekomst een fijne groene woonstad is. We investeren daarom in tal van maatregelen voor een schoner verkeer, maar ook de herplant van bomen past in dit beleid.’ De fractie zegt nog wel een aantal vraagtekens te hebben bij de begroting, zoals over ‘de enorme kostenstijging van het 50-meterbad en de extra negen miljoen voor citymarketing.’ Hoe staat het college in die discussie? Het 50-meterbad moet op een bijzonder lastige plek worden ingepast in het nieuwe stadsdeel Leidschenveen-Ypenburg. Juist dit nieuwe stadsdeel heeft grote behoefte aan nieuwe voorzieningen van een hoogwaardig niveau. Goede sportvoorzieningen zijn enorm belangrijk voor zowel de sociale samenhang en de gezondheid. Mensen sporten veelal in verenigingsverband waardoor sociale binding wordt bevorderd en goede voorzieningen zijn van belang om mensen aan het sporten te krijgen, vooral ook door de voorbeeldwerking van topspor-
nws om minder bureaucratie, en meer flexibiliteit en begrip vanuit de gemeente voor de leefsituatie van de mensen in de stad.’
ING LEID ters. De extra negen miljoen voor citymarketing betaalt zich in de ogen van het college zelf terug. Wij presenteren ons graag als internationale stad van recht en vrede en dat legt ons geen windeieren. Voor een goed imago mag je best een paar centen over hebben.’
Marieke Bolle Fractievoorzitter Den Haag De Haagse begroting zit vol met sociaal beleid. Wat was de rol van de PvdA in de totstandkoming van de begroting? ‘De PvdA heeft hier een grote rol in gespeeld. Nog voor de zomer, tijdens de behandeling van de voorjaarsnota, hebben we flink gehamerd op de besteding van het grote eenmalige overschot dat Den Haag kende. We wilden dat dat geld niet alleen in stenen, maar vooral in sociale zaken werd gestoken. De aanpak van de Krachtwijken is een combinatie van die twee, en wordt echt gedragen door de PvdA. Ons uitgangspunt was dat we echt wat wilden doen aan de kansloze positie van veel mensen in de stad. Daarom ga ik bijvoorbeeld bij de algemene beschouwingen stevig inzetten op het vereenvoudigen van het armoedebeleid.’ Vereenvoudigen van het armoedebeleid? ‘Het is echt een dagtaak om arm te zijn in dit land. Je moest eens weten aan hoeveel voorwaarden je moet voldoen voordat je je bijzondere bijstand kan ontvangen en langs hoeveel instanties je wel niet moet gaan om de eindjes aan elkaar te knopen. Dat gaat dus niet om meer geld maar gewoon
Er gaat veel geld naar de Krachtwijken. In heel Nederland zijn er tientallen van dat soort wijken geïdentificeerd die extra hulp nodig hebben om tot bloei te kunnen komen. Wat zijn de problemen in de wijken in Den Haag? ‘De cijfers liegen er niet om: de schooluitval, werkloosheid, gezondheidsproblemen en criminaliteit liggen in de vier Haagse krachtwijken twee keer zo hoog als in de rest van de stad. Dat verschil willen we de komende tien jaar wegwerken. Daar is geld voor nodig en daar steken we nu dus ook tientallen miljoenen euro’s in. Maar daarnaast moet er ook werk worden gemaakt van de achterstand die de gemeente Den Haag heeft opgelopen met bijvoorbeeld de herplant van bomen in de stad. Mensen kunnen sinds een aantal maanden via onze website plekken doorgeven waar bomen herplant kunnen worden. Deze Hier past een boom-actie (zie Lokaal Bestuur juli-augustus, p. 10, red.) is een groot succes, we gaan het college binnenkort een lijst overhandigen met bijna duizend plaatsen waar een boom geplant kan worden.’ Jetta stelt dat er veel uit het verkiezingsprogramma van de PvdA terug te vinden is in de begroting. Is de fractie ook tevreden met de begroting? ‘Het is een echte PvdA-begroting. Met veel geld voor de krachtwijken en aandacht voor werkgelegenheid en duurzaamheid. Toch ga ik het college tijdens de algemene beschouwingen echt aansporen verder te kijken dan alleen de begroting. Veel problemen gaan niet om geld maar puur over hoe de gemeente werkt. Ik had het over de armoede in de stad, maar een ander voorbeeld is het jeugdbeleid. Daar moet echt het mes in. Geef ons in de steden nou veel meer ruimte om de problemen aan te pakken, het jeugdbeleid is nu één groot labyrint. Vergeet ook niet, er is veel wantrouwen en onvrede in de richting van de politiek. Ook wij als lokale overheid moeten ons dat aantrekken en zorgen dat onze dienstverlening heel goed is maar ook dat we de inspraak goed organiseren. Tegelijkertijd moeten we eerlijk zijn en geen hoge verwachtingen scheppen. Politiek blijft keuzes maken.’ Hoe was en is de samenwerking met de PvdA-wethouder in het college? Collegiaal, of toch wel scherp? ‘De samenwerking is goed. Dat weerhoudt ons er niet van dat wij als fractie een eigen koers varen. Wij zijn nog niet overtuigd dat de kostenoverschrijdingen van het 50-meter bad en de extra miljoenen voor citymarketing echt nodig zijn. Daar willen we dus nog een stevig debat over voeren in de gemeenteraad.’ Hoe hebben de media in Den Haag gereageerd op de begroting? ‘Over het algemeen positief. Er is ruime aandacht besteed aan het grote bedrag dat wordt gestoken in de stad, bijvoorbeeld in de Krachtwijken. Ook het grote bedrag dat we steken in werkgelegenheid is flink uitgemeten. Allebei echt onze onderwerpen. Het wordt daarom ook echt als een PvdA-begroting gezien. Met de belangrijkste journalisten van de lokale media hebben we een goed contact. We slagen er goed in om ons verhaal in de krant en op de lokale televisie te krijgen.’
Persoonlijk
Reacties welkom
In de PvdA-Tweede Kamerfractie is Pierre Heijnen de contactpersoon voor burgemeestersbenoemingen. Belangstellenden voor het burgemeestersambt kunnen contact opnemen met hem. Dat geldt ook voor fractievoorzitters in gemeenten waar op korte termijn een burgemeestersvacature is te verwachten. Pierre Heijnen is te bereiken via Coby Knijnenburg, tel. 070-3182790.
Bent u het niet eens met wat u in Lokaal Bestuur leest? Wilt u een aanvulling of correctie doorgeven? Of heeft u vanuit uw gemeente of provincie iets te melden dat ook voor andere PvdA’ers interessant is? Laat het ons weten. Zorg ervoor dat uw mailtje uiterlijk maandag 10 november in ons bezit is, dan kunnen wij het plaatsen in het gecombineerde december-januarinummer. Alle andere kopij voor dat nummer moet op maandag 3 november in ons bezit zijn. U kunt uw bijdrage sturen naar eindredacteur Jan de Roos, e-mail:
[email protected] De sluitingsdatum voor het februarinummer is maandag 5 januari.
> Leen Verbeek is door Provinciale Staten van Flevoland voorgedragen als de nieuwe commissaris van de koningin in die provincie. De huidige burgemeester van Purmerend wordt de opvolger van Michel Jager (D66), die sinds 1996 het ambt bekleedt. > In het Gelderse Arnhem is Roeland Kreeft tot wethouder beëdigd als opvolger van Sander van Bodegraven. Die trad af na een rapport over de kostenoverschrijding voor het Museum voor Moderne Kunst. Kreeft komt van adviesbureau Gerrichhauzen en Partners. Daarvoor was hij secretaris van het Centrum voor Lokaal Bestuur. > Egidius Sprokkel is sinds medio oktober burgemeester van het Limburgse Voerendaal. Hij was directeur van de faculteit psychologie aan de Universiteit van Maastricht en voordien wethouder in Valkenburg aan de Geul. > In het Noord-Hollandse Anna Paulowna is Joyce Sylvester benoemd tot waarnemend burgemeester. Zij is de eerste allochtone vrouw op een burgemeesterspost. Meer hierover elders in dit nummer. > Bouwe Olij is de nieuwe voorzitter van het dagelijks bestuur van het Amsterdamse stadsdeel Oud West. Hij volgde Hans Weevers op, die in juni zijn functie neerlegde.
Raads- en Statenfracties beschikken over een arsenaal aan ervaringen, opvattingen en kennis. Met elkaar, en voorzien van alle kennis en vaardigheden, proberen ze zoveel mogelijk van hun PvdA-doelen te realiseren. Om er voor te zorgen dat dat ook in een goede sfeer kan gebeuren, zal gewerkt moeten worden aan het vormen van een team en zullen afspraken gemaakt moeten worden over het verdelen van alle taken die gedaan moeten worden. En dat doe je niet één keer in de vier jaar, dat vergt voortdurend onderhoud. Het CLB beschikt over een pool van ervaren trainers. De ze leveren trainingen op maat voor fracties, zoals teambuildtrainingen en het opstellen en evalueren van een fractiewerkplan. Voor deze trainingen heeft het CLB een subsidiepot beschikbaar, waaruit de voorbereidingstijd die een trainer nodig heeft voor het opstellen van een op maat gesneden programma betaald wordt. Naast het werken in een team aan fractiedoelen is het natuurlijk ook belangrijk dat de fractieleden beschikken over voldoende vaardigheden als debatteren, presenteren en omgaan met de media. Het CLB ondersteunt het organiseren van vaardigheidstrainingen in regionaal verband, zowel voor fractieleden als fractievoorzitters. Het CLB neemt, onder bepaalde voorwaarden, de totale kosten van de vaardigheidstrainer op zich. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Margriet Visser,
[email protected] of Vera Bos,
[email protected]
Trainingen voor fracties
Mijn PvdA Het Centrum voor Lokaal Bestuur stuurt geregeld uitnodigingen of vragen naar haar leden in het hele land. Graag willen wij u gericht benaderen zodat u niet wordt overstelpt met e-mail. Wij vragen daarom uw gegevens op mijnpvda zoals emailadres en portefeuille zelf bij te houden. Hoe log ik in op Mijn PvdA? > Ga naar www.pvda.nl > Klik links boven aan op ‘inloggen’ > Vul je inlognaam en je wachtwoord in en klik op ‘login’ > Klik in het linkerframe op ‘Mijn gegevens’ > Klik op ‘Algemeen’. Nu ziet u uw gegevens staan zoals ze in de ledenadministratie zijn opgenomen. > U kunt op deze pagina zelf uw e-mailadres wijzigen en een foto opslaan. > Onderaan kunt u wijzigingen versturen naar de leden administratie. > Onder Mijn Gegevens bij ‘Portefeuille’ kunt u uw portefeuille aanvinken. Vergeet niet rechts onderin te klikken op ‘opslaan’.
Wijzigingen in de fractie? Het CLB ontvangt graag bericht over wijzigingen in uw raads- of statenfractie. Wij kunnen die dan verwerken in onze administratie en er zonodig melding van maken in onze rubriek Persoonlijk. De volgende gegevens zijn van belang: naam- en adresgegevens, telefoon- en faxnummer en e-mailadres, zowel van het nieuwe als van het vertrekkende raads- of statenlid, plus de datum waarop de verandering is ingegaan. Ook als er een nieuwe PvdA-wethouder (al dan niet ‘van buiten’) of gedeputeerde aantreedt, horen we dat graag. Mail uw gegevens naar:
[email protected]. Als u vragen heeft kunt u bellen (0900-9553) of mailen.
Wilt u adverteren? U kunt tegen een aantrekkelijke korting gecombineerd adverteren in de bestuurdersbladen van PvdA, CDA en VVD. Uw advertentie komt dan onder ogen van 80% van alle gemeenteraadsleden, wethouders, burgemeesters, statenleden, gedeputeerden en de commissarissen van de koningin. Inlichtingen over tarieven en sluitingstijden zijn verkrijgbaar bij Bureau Recent, Joop Slor, postbus 17229, 1001 JE Amsterdam. Tel. 020-3308998.
Bezoek onze website! Het laatste nieuws over alle activiteiten van het Centrum voor Lokaal Bestuur vindt u op onze website www.lokaalbestuur.nl Onze site geeft u informatie over: Bijeenkomsten van het CLB, Adviezen, Publicaties, Dualisme, de organisatie van het CLB, artikelen uit Lokaal Bestuur en ProefLokaal. Ook zijn er links naar andere websites die voor u als lokale of provinciale bestuurder interessant zijn.
automatisch betalen Als u nog per acceptgiro betaalt, maar het CLB wilt machtigen middels een automatische incasso, stuur ons dan een e-mail (
[email protected]) of bel ons even: 0900-9553. Wij sturen u dan een machtigingsformulier toe.
17
eu-lkl
Europeanisering (5): flevoland
Is de provincie Flevoland vergelijkbaar met achterstands gebieden in Oost- of Zuid-Europa? Als PvdA-politicus met enig gevoel voor verhoudingen zult u dit waarschijnlijk ontkennen.
Foto Nationale Beeldbank
dr. Rob de Rooij is politicoloog en Europadeskundige. Contact:
[email protected]
Toch ontving deze provincie in de periodes 1994-1999 en 2000-2006 veel geld uit het Europees potje dat voor de allerarmste gebieden was bedoeld; het zogenaamde ‘doelstelling-1-geld.’ Een resultaat dat door de Nederlandse regering in 1993 werd bereikt in onderhandelingen met de andere Europese lidstaten. Door slim te stellen dat er weinig inkomen werd verdiend in Flevoland zelf (mensen die er woonden, werkten meestal buiten de provincie en de inkomens werden dus buiten de provincie verdiend), bewerkstelligde het kabinet dat Flevoland de zogenaamde ‘doelstelling-1 status’ kreeg. Flevoland is de enige provincie in Nederland die deze status ooit heeft bereikt. Het leverde de pro-
vincie veel Europees geld op en als gevolg daarvan kreeg Europa veel aandacht onder Flevolandse politici en ambtenaren. 1) EU-regelgeving en EU-geld Vanwege zijn doelstelling-1 status ontving Flevoland in de periode 1994-1999 maar liefst 145 miljoen Euro vanuit Brussel. Als daar de medefinanciering vanuit Den Haag bij wordt opgeteld, was de totale investering in die periode 0,8 miljard euro. In de periode 2000-2006 was de provincie officieel geen doelstelling-1 achterstandsgebied meer, maar financieel maakte dit weinig uit. Als verzachting voor een te abrupte overgang kreeg het namelijk alsnog 126 miljoen euro toegezegd vanuit Brussel. Ook dit was te danken aan een onderhandelingsresultaat van de Nederlandse regering, bereikt tijdens de Top van Berlijn in 1999. Naast deze zeer grote bedragen ontving de provincie in genoemde periodes enkele miljoenen aan Europees geld voor grensoverschrijdende samenwerking, innovatieve plattelandsontwikkeling en voor groepen mensen die met discriminatie op de arbeidsmarkt te maken hadden. 2) Beïnvloeding van EU-beleid en belangenbehartiging in de EU Doordat het kabinet eerder in de
onderhandelingen met andere lidstaten geld voor Flevoland had weten binnen te slepen, heeft de provincie er zelf niks voor hoeven doen. Ook voor het geld uit de kleinere potjes (zoals grensoverschrijdende samenwerking) is er nauwelijks lobbywerk verricht, omdat de provincie er volgens de geldende Europese criteria sowieso al voor in aanmerking kwam. In meer recente jaren moest ook Flevoland steeds meer gaan vechten om te profiteren van de Europese subsidiepotjes. Daarom heeft het samen met de provincies Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht een gezamenlijk lobbykantoor in Brussel opgericht. Daarnaast werd een ambtenaar van de provincie aangesteld als lobbyist. Deze werkte een aantal dagen per week in Brussel en de andere dagen in Lelystad.
(verschillende) Europese aangelegenheden belast. Daar elk project moest worden medegefinancierd vanuit de provincie, stond ‘Europa’ vaak op de agenda van het college van Gedeputeerde Staten. In de hoogtijdagen ging het daarbij om drie tot vier projecten per week. Het zal niet verbazen dat de ‘speciale’ status van Flevoland (en daarmee veel Europees geld) tot relatief veel aandacht voor Europa in zijn provinciale politiek heeft geleid. Flevoland is daarom in sterke mate geëuropeaniseerd geraakt. Een vraag is daarbij interessant: is de politiek aldaar in staat de aandacht voor Europa in de toekomst vast te houden, ook als Flevoland veel minder Europees geld gaat krijgen? Een mooie doelstelling voor de PvdA-politici in deze jongste Nederlandse provincie.
3) Lokale organisatorische aanpassingen aan de EU Na de verkrijging van de doelstelling-1 status heeft de provincie in zijn organisatie het ‘Programmamanagement Europa’ opgericht, dat zo’n 22 functionarissen telde. Deze zelfstandige afdeling hield zich bezig met de voorbereiding en uitvoering van programma’s die met Europese subsidie werden gefinancierd. Daarnaast werden twee gedeputeerden met
INITIATIEF VAN DE MAAND Vogelaarprijs in Dordrecht De PvdA in Dordrecht heeft een Vogelaarprijs ingesteld. Die gaat naar iemand die zich belangeloos inzet voor een buurt. Het idee is afkomstig van PvdA-fractielid
Arie van Zanten. Hij vond dat de ‘stille krachten’ in de buurten maar eens in het zonnetje moeten worden gezet. Iedereen kan kandidaten aandragen voor de
Vogelaarprijs. De eerste onderscheiding werd onlangs uitgedeeld aan Yildiz Bulut, de ‘supermoeder’ van het speelcomité Verzetsbuurt/Staart. Minister Ella
Vogelaar kwam de prijs persoonlijk uitreiken. De dolgelukkige Yildiz was gekozen uit elf genomineerde ‘stille krachten’. Samen met Henk van der Net van
Trefcentrum De Nieuwe Stoof in Crabbehof en Coby en Ben Anderson, het buurtechtpaar van de Lijnbaan, ontving Yildiz ook de PvdA-oorkonde Vogelaarprijs 2008. Gevraagd naar het geheim van haar succes, zei Yildiz: ‘Ik weet het niet. Misschien mijn wens om met mensen in de buurt samen te werken. Ik doe het voor de kinderen en die zijn mij dankbaar voor wat ik voor hen doe. Eigenlijk ben ik gewoon mezelf en hoef ik niets extra’s daarvoor te doen.’ Misschien een idee voor u als PvdA om ook in uw gemeente een jaarlijkse Vogelaarprijs uit te reiken aan een ‘stille kracht’ in een van de buurten?
Heeft u als PvdA-fractie in de gemeente of de provincie een leuk voorstel gerealiseerd waar iedereen eigenlijk jaloers op is? Meld het ons, zodat wij het kunnen doorgeven in onze rubriek Het initiatief van de maand. Op die manier kunnen wellicht ook andere PvdA’ers in het land er hun voordeel mee doen. Dus kom in actie en geef uw initiatief aan ons door! Wij zetten u graag in het zonnetje. Reacties naar:
[email protected]
18
HET DILEMMA VAN DE MAAND Foto: Ivonne Wierink/Nationale Beeldbank
Iedere bestuurder en volksvertegenwoordiger wordt ermee geconfronteerd: lastige kwesties die vragen om een antwoord. Lokaal Bestuur legt u elke maand zo’n dilemma voor. Vorige maand was dat: Cees Rootjes, fractievoorzitter in Heiloo: Ik zou mijn buurman aangeven vanwege bijstandsfraude. In Nederland kennen we gelukkig het systeem van de bijstandsuitkering zodat degenen die er noodzakelijkerwijs een beroep op moeten doen, dit ook kunnen doen. Misbruik dient bestreden te worden. Als uiterste vangnet is de bijstandsuitkering van wezenlijk belang. Het extra belasten van dit vangnet door fraude dient keihard bestreden te worden. Als je bijstand nodig hebt, dien je het te krijgen, maar niet op die manier. Trees van der Paard, raadslid in Den Helder: Ik ben zeer open en vriendelijk. Daarom zou ik mijn buurman ‘toevallig’ tegen komen, aanspreken en vragen of het wel waar is dat hij veel geld heeft gewonnen. Mocht dat zo zijn, dan zou ik hem zeggen rekening te houden met de scherpe controles op fraude die onze gemeente uitvoert en de enorme boetes die daarvoor worden opgelegd. Mocht hij te onverschillig reageren, zou ik hem ook zeggen rekening te houden met de mensen die jaloers zijn, die hem ook kunnen aangeven! Ik hoop hem hiermee toch over te halen. Hiermee speel je niet voor eigen rechter maar geeft hem zelf de kans stappen te ondernemen. Kees Lakerveld, fractievoorzitter in Leek: Als iemand onterecht een uitkering ontvangt moet je hem daarover aanspreken. Als hij het dan niet zelf doorgeeft, moet het aan de betreffende wethouder worden gemeld. De buurman dient door de gemeente te worden aangesproken en zal dan een korting krijgen op zijn uitkering. Oneigenlijk gebruik maken van onze sociale wetgeving moet aangepakt worden.
Jouw buurman is al jaren aangewezen op een bijstandsuitkering. Je weet dat hij laatst een behoorlijke prijs heeft gewonnen in een loterij. Als raadslid ontdek je dat zijn uitkering gewoon doorloopt. Wat doe je? Ook al is hij al jaren aangewezen op de uitkering, de wet geldt voor iedereen. Dat de uitkeringen aangepast dienen te worden is een ander verhaal. Nihan Iskenderkaptanoglu, raadslid in Tilburg: Toevallig heb ik erg goed contact met mijn buurman. Mocht ik weten dat mijn buurman een uitkering heeft en een geldprijs heeft gewonnen, dan zal ik hem zeker informeren dat hij dit moet doorgeven aan een afdeling Werk en Inkomen in zijn gemeente. Niet alleen omdat ik het oneerlijk vind wanneer iemand onterecht geld ontvangt terwijl hij dat geld op dat moment niet nodig heeft, maar ook omdat wanneer dit gecontroleerd wordt, hij problemen kan krijgen. Soms weten mensen niet wat de precieze regels zijn en het is altijd goed om hen daarop te wijzen. Arnout Goeree, raadslid in Nunspeet: Het winnen van een loterij is geluk hebben. Mensen met een geregeld inkomen hebben net zoveel recht op iets extra’s als men-
sen die zijn aangewezen op een uitkering. Iemand met een vast inkomen wordt ook niet gekort op zijn salaris als hij een prijs heeft gewonnen. Waarom moet iemand die een uitkering heeft dan wel zijn ‘inkomen’ inleveren als hij een prijs heeft gewonnen? Alleen omdat zijn ‘inkomen’ uit een ander potje komt? Het ligt er natuurlijk wel aan hoe hoog het geldbedrag is dat mijn buurman heeft gewonnen, als dat in de tientallen miljoenen loopt dan zou ik hem toch adviseren zijn uitkering stop te zetten, net zoals iemand die een vaste baan heeft zal zeggen : ‘ik hoef nooit meer te werken’. Wanneer het gaat om een bedrag dat binnen afzienbare tijd weer is verdwenen aan allerlei kosten, mag hij wat mij betreft zijn uitkering behouden. Ik zal zelf geen stappen ondernemen om zijn uitkering te stoppen maar wel een beroep doen op zijn verantwoordelijkheid. Als het gaat om een enorm bedrag mag ik er vanuit gaan dat mijn buurman beseft dat hij een onnodig beroep doet op zijn uitkering, als het gaat om een kleiner bedrag
mag hij zijn uitkering behouden met als uitgangspunt : gelijke kansen en behandeling voor iedereen! Anneke Wegh, raadslid in Elburg: Mijn buurman zou ik zeker adviseren het bij de gemeente op te geven, omdat hij verplicht is elke wijziging in zijn vermogenspositie door te geven. Dit zou ik adviseren als raadslid, maar ook als gewone burger. De buurman kan namelijk ontzettend in de problemen komen, wanneer hij achteraf zijn ten onrechte ontvangen WWB-uitkering moet terug betalen en zijn gewonnen prijs misschien al op is. Jo van de Braak van Hooft, fractievoorzitter in Maasdriel: Mijn buurman heeft dus ook een keer geluk in zijn leven. Dit na alle tegenslag zodat een bijstandsuitkering rest. Wat te doen, nu hij een behoorlijke prijs in een loterij heeft gewonnen? Ik zal er hem op wijzen dat hij het winnen van de prijs dient op te geven aan de gemeente die de uitkering regelt. En wanneer hij dat niet
Wilt u zelf in uw fractie ook het dilemmaspel spelen? Vraag het dan aan bij het CLBsecretariaat, 020-5512205. Meer weten over integriteit? Raadpleeg dan de PvdA-website. Zoekwoorden: ‘gedragscode’ en ‘integriteit’.
doet dat hij ernstige problemen – stopzetting uitkering en straf - kan verwachten. Vervolgens vind ik dat de gemeente coulant zou moeten omgaan met deze zaak. Niet de bijstand stoppen maar bij voorbeeld de rente over het gewonnen bedrag in mindering brengen op zijn uitkering. Andere behoeven ook niet eerst hun eigen huis op te eten. Wij legden bovenstaande reacties voor aan Jan Blom, PvdA-wethouder in Millingen aan de Rijn. Samen met zijn collega Martin Honders van Cromstrijen ontwikkelde hij speciaal voor de PvdA een dilemmaspel, dat wordt gebruikt tijdens Op Maat-trainingen (voor fracties) van het CLB.
Commentaar Jan Blom: Het is mijn buurman van harte gegund dat hij een stevige prijs wint. Langdurig aangewezen zijn op een bijstandsuitkering leidt vaak tot de armoedeval. Toch is de wet duidelijk. In dit soort gevallen moet er (zeker als het veel geld betreft) iets met de uitkering gebeuren. De meeste inzenders kiezen ervoor een moreel appel op de buurman te doen. Lijkt mij uitstekend. Maar dat betekent volgens mij wel dat als hij er niets mee doet je zelf actie zult moeten ondernemen. Wie A zegt moet ook B zeggen. Het zou een slechte zaak zijn als een lid van het hoogste bestuursorgaan van de gemeente van iets dergelijks weet en daar niets mee doet. Het lijkt mij wel goed om voor dat je iets gaat doen je de buurman daarvan op de hoogte stelt. Misschien motiveert dat hem er alsnog iets mee te doen.
Het nieuwe dilemma:
Je bent werkzaam als gedeputeerde. In een vertrouwelijk gesprek bekent een collega- gedeputeerde jou een zeer ernstig strafbaar feit te hebben gepleegd. Jij vindt het feit onverenigbaar met zijn functie. Wat doe je? Wij zijn benieuwd. Mail ons (desnoods anoniem) wat u ervan vindt. U mag ook zelf een kort en bondig geformuleerd dilemma insturen. Reacties en suggesties graag naar
[email protected]
19
Sociaal Netwerk voor nazorg bestuurders Foto Nationale Beeldbank
Kennis en ervaring beschikbaar houden voor de partij, verzuring voorkomen. Om dat te bereiken onderhoudt het CLB een netwerk van sociale contactpersonen voor vertrekkende wethouders, gedeputeerden en burgemeesters. Regelmatig stappen PvdA-bestuurders op, hetzij vrijwillig, hetzij gedwongen. Na een soms lange politieke loopbaan vallen zij vaak in een zwart gat. Hun plek wordt door een ander ingenomen, de politiek en de partij gaat over tot de orde van de dag. Voor de vertrokken bestuurder breekt een periode aan van afkicken van een vaak verslavende politieke loopbaan. Contacten met de partij zijn dan een belangrijke voorwaarde om isolement en daardoor verbittering te voorkomen. Het CLB maakt werk van deze nazorg. Vanuit sociaal oogpunt maar ook om te voorkomen dat aanwezige kennis en ervaring verloren gaan voor de partij. Zo’n 18 partijgenoten - veelal zelf bestuurder of oud-bestuurder - maken deel uit van het Sociaal Netwerk. Zij fungeren als contactpersoon vanuit hun regio voor vertrekkende bestuurders. Bedoeld als eerste opvang, het bieden van een luisterend oor en om eventuele wensen, kennis, kunde en problemen op het spoor te komen. Allen zijn
20
sociaal vaardige personen, die ervaren zijn in het lokaal bestuur en zelf een netwerk hebben in de partij waarmee ze eventueel nog iets kunnen betekenen voor de opgestapte bestuurder. Het CLB heeft inmiddels een database opgezet waarin bestuurders staan geregistreerd die hebben aangegeven dat zij in de toekomst actief betrokken willen worden bij partijactiviteiten die aansluiten bij hun wensen en kennis. Dit kan bijvoorbeeld zijn een bijeenkomst voorzitten, een training geven, inhoudelijke kennis overdragen of een nieuwe wethouder, burgemeester of volksvertegenwoordiger coachen. Ook kunnen ze laten weten of ze in de toekomst hun rentree in de politiek willen maken. Op deze manier blijven ze behouden voor de partij. Naast het Sociaal Netwerk bieden het CLB en het partijbureau jaarlijks ondersteuning bij de oriëntatie op een verdere arbeidstoekomst. Daartoe hebben het CLB en het partijbureau het project Oriëntatie Arbeidstoekomst (ORAT) opgezet, dat bestaat uit
twee dagdelen. Onder begeleiding van een deskundige trainer wordt gekeken waar de bestuurders tegenaan zijn gelopen, waar hun talenten liggen en hoe er
verder kan worden gewerkt aan een loopbaantraject. Het Sociaal Netwerk van het CLB wordt gecoördineerd door Monique Josemans. Zij is medewerker
bestuurlijke netwerken van het CLB. Het netwerk bestaat uit de volgende contactpersonen:
Noord-Holland Leen Verbeek, burgemeester van Purmerend en bestuurslid van het gewest Noord-Holland Eelco Taams, wethouder in Oostzaan en bestuurslid van het gewest Noord-Holland
Overijssel Jan Kristen, interim burgemeester van Dinkelland en voormalig gedeputeerde James van Lidth de Jeude, voormalig burgemeester van Deventer en lid Congrespresidium
Zuid-Holland Edit Hallensleben, statenlid en voormalig wethouder in Rotterdam en gedeputeerde. Gea Gravesteijn, wethouder in Moordrecht
Drenthe Truus Pot-Eland, wethouder in Coevorden
Zeeland Albert de Vries, wethouder in Middelburg Noord-Brabant Lambert Verheijen, dijkgraaf waterschap en voormalig gedeputeerde Frits Pijnenburg, voormalig wethouder in Bladel Limburg Paul Mengde, burgemeester van Sevenum en bestuurslid CLB Frans Beckers, voormalig burgemeester van Schinnen Gelderland Truus van Schie, voormalig statenlid en voormalig wethouder in Westervoort Piet Bijl, raadslid Apeldoorn en lid van het Partijbestuur en vandaar uit in het CLB-bestuur
Friesland Ella Schadd-de Boer, burgemeester van Boarnsterhim Groningen Jan-Willem van de Kolk, wethouder in Stadskanaal en lid van het CLB-bestuur Yvonne van Mastrigt, burgemeester van Hoogezand-Sappemeer Flevoland Chris Leeuwe, voormalig burgemeester van Lelystad Utrecht Marianne Ruigrok, burgemeester van Oudewater en voormalig Tweede Kamerlid
Wie meer wil weten over het Sociaal Netwerk van het CLB neemt contact op met Monique Josemans, 020-5512202, e-mail:
[email protected]
Taaloffensief begint al op consultatiebureau Foto Nationale Beeldbank
Het kabinet wil het komend regeringsjaar resultaten boeken. Veel aandacht gaat uit naar het vergroten van ontwikkelingskansen van kinderen. Opvoeders krijgen extra ondersteuning in de voorschoolse periode. In Oost-Groningen wordt ruim vijf miljoen euro geïnvesteerd om de taalontwikkeling bij baby’s en peuters te stimuleren. Een bedrag dat opgebracht wordt door het rijk, de provincie en gemeenten. Het project met de naam Spraak Makend wordt omarmd door wethouder PvdAJan-Willem van de Kolk. Taalontwikkeling begint vanaf de geboorte. De eerste levensjaren zijn cruciaal voor zowel de lichamelijke als sociale en cognitieve ontwikkeling. Kinderen, die met taalachterstand naar de basisschool gaan, halen die achterstand niet meer in. Dat besef is de
afgelopen jaren ook in Nederland doorgedrongen. Meer dan ooit is de bereidheid aanwezig om te investeren in de voorschoolse periode, de leeftijdsfase van 0 tot 4 jaar. Wanneer kinderen zich goed van taal kunnen bedienen worden ze immers weerbaarder,
Jan-Willem van de Kolk wethouder in Stadskanaal en voorzitter van de stuurgroep Spraak Makend
sterker en gelukkiger. Dit omdat taal het instrument is om de wereld te begrijpen, te leren en te ontdekken. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat investeringen in de voorschoolse periode opwegen tegen de baten. Geschatte verhoudingen tussen kosten en baten lopen uiteen van 1:3 tot maar liefst 1:9. Daarmee loont investeren in kansen voor jonge kinderen meer dan financiering van wegen, spoorwegen of bedrijfsleven. De goede resultaten worden vooral gehaald bij risico-kinderen. Kinderen die opgroeien onder taalarme omstandigheden zijn zeer gebaat bij taalstimuleringsprogramma’s. De kosten gaan daarbij voor de baat uit. Duidelijk is dat goede zorg en educatie voor jonge kinderen zich op langere termijn vertalen in hoge opbrengsten voor de samenleving. Interventie Overheidsbemoeienis ten aanzien van de taalontwikkeling van het jonge kind was tot ver in de tweede helft van de vorige eeuw een taboe. Opvoeden van jonge kinderen was vooral een aangelegenheid van de moeders waarbij de overheid op een gepaste afstand toekeek. Anno 2008 wordt de eerste verantwoordelijkheid ook neergelegd bij de ouders. Echter met het verschil dat meer opvoedingsondersteuning wordt geboden. Vooral aan ouders, die het alleen niet redden. Andere westerse landen kennen wat dat betreft een voorsprong. Het huidige kabinet met een rood en christelijk signatuur kiest nu ook voor vroegtijdige interventies. De negen Oost-Groninger gemeenten en het provinciebestuur
ondersteunen die aanpak. Na een voorbereiding van een half jaar start in Oost-Groningen het project Spraak Makend. Binnen het project hebben de samenwerkende gemeenten één doel en één plan. Binnen drie jaren willen ze dat alle kinderen een goede start kunnen maken op de basisschool. Ouders en de professionals op de consultatiebureaus, peuterspeelzalen en kinderdagverblijven worden daarbij ingeschakeld. Oost-Groningen kent verhoudingsgewijs veel autochtone kinderen die in hun taalontwikkeling achterblijven. Dat kent verschillende oorzaken. Omdat er sprake is van een plattelandssituatie zijn er meer kleine voorzieningen, die minder goed zijn toegerust met de nieuwste snufjes en mogelijkheden. Het platteland is bovendien rustiger en kent minder taalprikkels. De spreiding heeft ook gevolgen voor de bereikbaarheid. Ouders moeten meer inspanningen leveren om gebruik te kunnen maken van voorzieningen. Onderzoek toont nog andere oorzaken aan. In veel gezinnen wordt weinig gelezen. Ouders communiceren minder met hun kinderen. Voor een deel is dat cultureel bepaald: in Groningen kan men met weinig woorden veel zeggen. Regierol Omdat kinderen hun taal leren van hun omgeving, starten de gemeenten hun taaloffensief al op het consultatiebureau. Om tijdig in te springen op taalachterstanden wordt het contact tussen de jeugdgezondheidszorg en de ouders geïntensiveerd. Ouders worden geholpen via huisbezoeken, opvoedingson-
dersteuning en voorlichting. Hen wordt geleerd hoe ze kinderen kunnen stimuleren bij het leren praten. Er is aandacht voor de taalverwerving, maar ook voor de opvoedingssituatie. Het gaat dan om het vergroten van zelfvertrouwen, prijzen, grenzen stellen en het bieden van veiligheid en duidelijkheid. De peuterspeelzalen worden extra opengesteld en de personele bezetting uitgebreid. Kinderen kunnen drie of vier dagdelen per week een taalstimuleringsprogramma volgen. Bij peuters wordt op een speelse manier de spraak- en taalontwikkeling gestimuleerd. Peuters, die afgelegen wonen, kunnen vaker met leeftijdsgenootjes spelen. Spelen, voorlezen, uitdagen en verwoorden leiden ertoe dat kinderen de eerste levensjaren een goed taalfundament leggen. Binnen die brede voorschoolse aanpak hebben de gemeenten de regierol. Om de resultaten na het vierde levensjaar niet verloren te laten gaan worden sluitende afspraken gemaakt met de schoolbesturen. Scholen kunnen voortbouwen op het aangebrachte fundament. De Oost-Groninger gemeenten pakken de hardnekkige problematiek rond de taalachterstanden graag aan, willen vicieuze cirkels doorbreken en kansen voor kinderen vergroten. Groningen wordt Spraak Makend!
21
x&x
Martin&Gerdi
Foto Mark van den Brink
Gerdi Verbeet, (57) zus van
In deze rubriek, een mengeling van politiek en human interest, komen PvdA’ers uit gemeente en provincie aan het woord die een speciale band hebben met iemand anders die eveneens politiek of maatschappelijk actief is. Wilt u zelf ook in X&X, of kent u PvdA’ers die in deze formule passen - het hoeft niet per se familie te zijn - mail dan naar:
[email protected]
. Voorzitter Tweede Kamer sinds december 2006. . Komt uit onderwijzersgezin. ‘Mijn moeder is een doorbraaksocialiste, mijn vader komt uit een rood nest. Grootmoeder is nog aanhanger van Domela Nieuwenhuis geweest. Voor mij is de rode draad in de sociaal-democratie de emancipatiegedachte.’ . ‘Mijn taak is te zorgen voor een goede besluitvorming door de Tweede Kamer. Ik vind het belangrijk dat Kamerleden in het debat duidelijk maken waarom ze tot een bepaalde opstelling komen.’ . ‘Een heel bijzondere ervaring was dat ik vorig jaar voor het eerst op de Dam in Amsterdam een krans mocht leggen bij de Dodenherdenking.’ . ‘De contacten die ik voorheen als ‘gewoon’ Kamerlid had met lokale bestuurders mis ik. Maar door werkbezoeken aan de provincies kom ik ook te weten wat er in de praktijk speelt. Verder probeer ik in mijn woonplaats Amsterdam een afdelingsactiviteit te bezoeken.’ . ‘Wat ik heel leuk vind, is het bezoek van nieuwe PvdA-leden aan de Tweede Kamer. Daar geniet ik van. Ik ben trots op de PvdA en op de Tweede Kamer.’ . ‘Ik bewonder in Martin diens grote betrokkenheid bij zijn stadsdeel. Hij is een heel toegankelijk bestuurder, die veel contacten met mensen heeft.’ . Inspirerende PvdA’ers? ‘Nebahat Albayrak. Schitterend hoe ze met haar portefeuille bezig is. In Amsterdam is Lodewijk Asscher een talentvolle wethouder.’ . Hoe halen we de PvdA uit het slop? ‘We moeten niet zo somberen. We hebben een goed programma en heldere beginselen. Zelfbewustzijn is belangrijk, laten zien dat het bestuur bij ons als PvdA in goede handen is.’ . ‘In mijn vrije tijd zit ik het liefst met mijn familie aan tafel, gezellig eten en plezier hebben. En ik maak graag lange wandelingen met mijn partner Wim Meijer.’ . Laatste culturele uitstapje: een fototentoonstelling over de Amstel van Eddy Posthuma de Boer. ‘En met de kleinkinderen zijn we naar Mamma Mia geweest.’
Martin Verbeet, (58) broer van
. Voorzitter stadsdeel Amsterdam Oost/Watergraafsmeer sinds januari 2004. . Moleculair bioloog, gepromoveerd. Sinds 1997 actief in de PvdA en in de gemeentepolitiek. ‘In mijn middelbare schooltijd ben ik, net als Gerdi, een tijdje lid geweest van de Socialistiese Jeugd. Voor mij telt als sociaal-democraat erg dat alle mensen erbij horen, waar ze ook vandaan komen.’ . ‘Ons stadsdeel telt 60.000 inwoners. Alles wat er in Amsterdam gebeurt, zie je bij ons op kleinere schaal terug. Oost/Watergraafsmeer ontwikkelt zich sterk de laatste jaren. De Dappermarkt is de beste van Nederland. We werken hard aan stedelijke vernieuwing. Goede nieuwbouw, ook voor de minima, is belangrijk, naast behoud van het negentiende-eeuwse karakter in de wijken.’ . ‘Wat me wel eens stoort, is dat het zoveel tijd kost eer je plannen kunt uitvoeren. Nieuwbouw in de stad stuit makkelijk op verzet. Je raakt dan het gevoel van mensen die hun oude plek willen behouden.’ . ‘Veiligheid is iets wat mij als stadsdeelbestuurder na aan het hart ligt. Die moet je kost wat kost kunnen garanderen. Ik ben voorstander van ‘ogen en oren’ op straat, waarbij er wordt opgetreden als het mis gaat.’ . ‘Gerdi en ik wonen dicht bij elkaar. We hebben veel contact. Ik ben trots op wat ze doet. Het Kamervoorzitterschap is haar op het lijf geschreven. Ze heeft overwicht en humor.’ . ‘Een inspirerend PvdA-politicus vind ik Ronald Plasterk. Ik ken hem al heel lang, heb aan de universiteit samen met hem nog gepipetteerd. Geweldig dat zo’n man zijn talent voor de PvdA beschikbaar maakt.’ . ‘In mijn vrije tijd doe ik aan chinees boksen of tai chi. En ik zit graag op de racefiets.’ . Wat de PvdA nodig heeft is zelfvertrouwen en nog eens zelfvertrouwen. De afgelopen tijd zijn we door een zigzagkoers in de problemen geraakt. De PvdA moet zich sterk maken voor de progressieve middenklasse en de nieuwkomers.’ . Laatste culturele uitstapje? ‘Die Frau ohne Schatten, een prachtige opera van Richard Strauss met een vrouw als Faust.’
Advertentie
P&O Services Groep
dé mobiliteitspartner voor bestuurders en ambtenaren. Op het gebied van mobiliteit, te weten in-, door- en uitstroom, zijn wij de adviseurs van het eerste uur. Wij bieden oplossingen die leiden ‘van werk naar werk’ en de bijbehorende competentieontwikkeling. P&O Services is een Investor in People gecertificeerde organisatie en vertaald dit in haar dienstverlening. Wij hebben vele directieteams en bestuurders ondersteund in mobiliteitsvraagstukken. Ons uitgangspunt is het bieden van creatieve oplossingen voor mobiliteitsvraagstukken voor ambtenaren en bestuurders met
behoud van ambtelijke zekerheden en een ABP- danwel APPA-pensioen. Wij streven in alle gevallen naar een win-win-situatie; zowel voor huidige als de toekomstige werkgever en voor de mobiliteitskandidaat zelf. Voor vrijblijvende informatie of vragen zijn we u graag van dienst. Neem daarvoor kontakt op met Jan Louvenberg: 06 - 53427239 of Arie Viskil: 06 - 53352649
Den Haag Maastricht Meppel Tilburg Wageningen Hedel Correspondentieadres
| Postbus 94, 5320 AB Hedel
Telefoon
| (073) 503 93 20
Internet
| www.posg.nl
Foto Nationale Beeldbank
Deze Ramadan-maaltijd is niet in Den Haag maar in Groningen
HAAGSE MEIDEN
ondrwg
LOBKE ZANDSTRA Raadslid in Den Haag en lid redactie Lokaal Bestuur
De zomer met haar lange avonden is voorbij. Het wordt elke avond weer eerder donker. Vandaag ging de zon om exact 20.14 onder. De meiden om me heen wisten dat precies. Ze keken er al de hele dag naar uit. Het was namelijk Ramadan. In het kader van onze ‘Week van de Jeugd’ deelden wij de maaltijd met twintig Haagse meiden. Ze waren speciaal voor deze ontmoeting bij elkaar gebracht door de jongerenorganisatie Jongeren4You(th). De ruimte was gevuld met lekker eten, vrolijk gelach en drukke gesprekken. Er was meer dan genoeg om te bespreken: opleiding, werk, familie, religie, tradities en natuurlijk politiek. Alles ging over tafel. Zo zag ik Tweede Kamerlid Mei Li Vos tegenover me in discussie gaan met haar buurvrouw over religie en hoofddoekjes. ‘Waarom draag jij nu eigenlijk een hoofddoek?’, vroeg zij haar buurvrouw. Die beantwoordde deze en al onze andere – soms vast heel erg domme – vragen met flair, zonder haar buurvrouw – die geen hoofddoek droeg, maar wel meedeed aan de Ramadan – een slechte moslim te noemen. Onze fractievoorzitter Marieke Bolle gebruikte haar ervaringen bij Bureau Leerplicht van eerder die dag voor een gesprek over het belang van school en het leren van de Nederlandse taal voor kinderen en hun ouders. Haar gesprekpartners hoefde ze daar niet van te overtuigen. Met elkaar deelden ze wel de zorgen voor kinderen met een taalachterstand. Mijn collega Hedwig Vos zat aan de andere kant van de tafel, buiten mijn gehoor. Maar zij zal het vast en zeker over ge-
zondheid hebben gehad. En onze fractiemedewerker Rozemarijn van de Kerk sprak uitgebreid met de meiden om haar heen over opleiding en schooladvies. Bijna allemaal bleken ze – ondanks hun VMBO-advies – nu een HBO-opleiding te volgen. Het waren stuk voor stuk interessante gesprekken met Haagse meiden. Haagse meiden met wie het goed gaat. Ze staan positief in het leven, hebben ambitie en genieten net als wij van deze gezamenlijke maaltijd. Over deze meiden maken de moeders die later op de avond aanschuiven zich dan ook geen zorgen. Deze meiden hebben het goed voor elkaar. Ze staan stevig in hun schoenen en laten zich niet van hun wijs brengen als ze op straat uit het niets worden nagescholden omdat ze een hoofddoek dragen. Maar het doet ze natuurlijk wel pijn, dat zinloze woordengeweld. Zij ervaren dagelijks dat het klimaat in de stad verhardt. Gelukkig laten ze zich er niet uit het veld slaan. Een aantal van deze meiden zet zich juist in voor andere vrouwen in de buurt. Bijvoorbeeld door het organiseren van Nederlandse les voor vrouwen die hun huis nauwelijks uitkomen. En hoe gaat het met hun broers en zonen? Dat is helaas te vaak een ander verhaal. Daarover maken de moeders zich vaak wel zorgen. Zij hangen veel op straat en doen nauwelijks hun best op school. Vanavond ging het echter niet over hen. Maar over Haagse meiden met wie het hartstikke goed gaat. Deze meiden zijn onderweg naar een mooie toekomst en gelukkig thuis in onze stad.
23
achtrknt Foto Nationale Beeldbank
24
PARTIJ VAN DE ARBEID Mensen bezig met hun alledaagse werk, is het fotothema van deze achterpagina.