Bestemmingsplan D e S t r e e k , Partiële herziening Van der Walstraat NL.IMRO.0180.2102014003-VS01 Vastgesteld d.d. 7 april 2015
Inhoud:
Toelichting en bijlagen Regels Verbeelding
Initiatiefnemer: Datum: Opsteller:
H. Dunnink 7 april 2015 R.G. Zuidema
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
Inhoud 1. Inleiding ............................................................................................................................... 3 1.1 Aanleiding ........................................................................................................................ 3 1.2 Ligging plangebied ........................................................................................................... 3 1.3 Verantwoording ................................................................................................................ 4 1.4 Leeswijzer ........................................................................................................................ 4 2. Beschrijving van het plangebied ........................................................................................ 5 2.1 Huidige situatie ................................................................................................................ 5 2.2 Gewenste situatie ............................................................................................................ 5 2.3 Ruimtelijke kwaliteit .......................................................................................................... 6 3 Beleid .................................................................................................................................... 7 3.1 Rijksbeleid ....................................................................................................................... 8 3.2 Provinciaal beleid ............................................................................................................. 9 3.3 Waterschapsbeleid ........................................................................................................ 11 3.4 Gemeentelijk beleid ....................................................................................................... 12 4. Omgevingsaspecten ......................................................................................................... 16 4.1 Milieuzonering ................................................................................................................ 16 4.2 Geluid ............................................................................................................................ 17 4.3 Luchtkwaliteit ................................................................................................................. 17 4.4 Bodem ........................................................................................................................... 18 4.5 Externe veiligheid ........................................................................................................... 19 4.6 Cultuurhistorie (monumenten en archeologie) ................................................................ 21 4.7 Water ............................................................................................................................. 22 4.8 Ecologie ......................................................................................................................... 23 5 Planbeschrijving ................................................................................................................. 24 6 Juridische vormgeving ...................................................................................................... 25 7 Economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid ....................................................... 26 7.1 economische uitvoerbaarheid ........................................................................................ 26 7.2 maatschappelijke uitvoerbaarheid .................................................................................. 26
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 1 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
Bijlagen:
Vastgesteld 7 april 2015
I II III IV V VI
akoestisch onderzoek verkennend bodemonderzoek Externe veiligheid digitale watertoets reactienota ‘inspraak en vooroverleg’ reactienota ‘zienswijzen’
pagina 2 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
1. Inleiding 1.1 Aanleiding De heer H. Dunnink is voornemens een woning met bijgebouw te realiseren op een perceel aan de Burgemeester van der Walstraat te Staphorst. Het geldende bestemmingsplan is het bestemmingsplan De Streek (2013) en het plangebied heeft daarin de bestemming ‘Agrarisch met waarden’. De voorgenomen woning is binnen deze bestemming niet toegestaan. De gemeente wil medewerking verlenen aan dit initiatief. Dit plan voorziet een wijziging naar de bestemming Wonen.
1.2 Ligging plangebied Het plangebied is gelegen aan de Burgemeester van der Walstraat tussen nummer 21 en 25. Het perceel betreft een weide behorende tot Gemeenteweg 29 en is omsloten met hoofdzakelijk woonbebouwing. Het perceel Gemeenteweg 29 is kadastraal bekend gemeente Staphorst sectie AG nummer 2229. Dit perceel waar de woning is voorzien zal kadastraal afgesplitst worden. Op grond van de Basisregistraties Adressen en Gebouwen zal aan de woning het huisnummer 23 worden toegekend.
Afbeelding 1: luchtfoto met plangebied (bron: google)
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 3 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
1.3 Verantwoording Bij het opstellen van dit plan is gebruik gemaakt van websites, visiedocumenten, beleidsstukken en rapportages. Waar nodig zijn de teksten en/of afbeeldingen integraal overgenomen om de inhoud zoveel mogelijk te waarborgen. Voor het overige is de naam en/of vindplaats van de bronnen weergegeven.
1.4 Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt de huidige situatie in het plangebied beschreven. Vervolgens komt in hoofdstuk 3 het provinciale en gemeentelijk beleid aan de orde. In hoofdstuk 4 worden de omgevingsaspecten beschreven. Hoofdstuk 5 gaat in op de toekomstige situatie in het plangebied en het uiteindelijke planvoornemen. In hoofdstuk 6 is de juridische opzet van het bestemmingsplan toegelicht. In hoofdstuk 7 is de economische uitvoerbaarheid van het plan aangegeven en wordt ingegaan op de inspraak en het overleg over het bestemmingsplan.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 4 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
2. Beschrijving van het plangebied 2.1 Huidige situatie Het plangebied is gelegen aan de Burgemeester van der Walstraat. Ten zuiden grenst het plangebied aan het bebouwingslint langs de Gemeenteweg (De Streek) en ten noorden sluit het plangebied aan op een naoorlogse uitbreidingswijk van Staphorst. Aan de westzijde van de Burgemeester van der Walstraat is de rijksweg A28 gelegen. De bestaande woningen aan de Burgemeester van der Walstraat worden voor overlast, vanwege de A28, afgeschermd door een geluidswal en een groensingel met een breedte van 18 meter. Het plangebied maakt onderdeel uit van het beschermd dorpsgezicht en belvedère gebied ‘De Streek’. Zoals in de aanwijzing van dit beschermde gebied is aangegeven is, ter plaatse van het plangebied, de visuele relatie vanuit het bebouwingslint De Streek met het achtergelegen gebied door jongere woonwijken in beslag genomen en is in dit deel van het dorp vrijwel verdwenen. Het perceel is hobbymatig in gebruik als weide behorende wij de woonboerderij Gemeenteweg 29. Door de geringe oppervlakte, smalle ontsluiting langs woonerven en omliggende bebouwing is het perceel ongeschikt voor bedrijfsmatig agrarisch gebruik.
Afbeelding 2, huidige bebouwing (bron: Google streetview)
2.2 Gewenste situatie Dit plan voorziet in de bestemming Wonen met bijbehorende bouwmogelijkheden voor de bouw van een eengezinswoning en bijgebouwen. Het bouwvlak voor de woning is voorzien aan de noordwest zijde van het plangebied en is gesitueerd buiten de hindercontouren van de nabijheid gelegen bedrijven. Tevens zal worden voorzien in de bouw van een bijgebouw voor de stalling van auto’s en bergruimte. Binnen het plangebied is voorzien in voldoende parkeerruimte ten behoeve van een eengezinswoning. Het erf zal passend worden ingericht, waarbij de bestaande bomen, struiken en haag zo veel mogelijk zullen worden behouden. Op het erf is een fruit boomgaard voorzien. Vanwege aantasting door rot zullen twee eiken bomen worden gekapt. Hiervoor is reeds op 18 juni 2014 een omgevingsvergunning verleend met een herplantplicht.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 5 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
< Afbeelding 3: Inrichtingsschets (bron: Huls Architecten)
2.3 Ruimtelijke kwaliteit Het plangebied is gelegen in het gebied door de rijksdienst aangewezen als beschermd dorpsgezicht en belvedère gebied ‘De Streek’. Dit bebouwingslint, karakteriseert Staphorst. Het lint laat een grote ruimtelijke continuïteit zien: een dichte bebouwingsstructuur van monumentale boerderijen die een sterke architectonische verwantschap hebben. Het lint heeft voornamelijk een besloten karakter. De veelheid aan bebouwing, de erfbeplantingen, de smalle kavels en de bochten in het verloop van de weg (ook wel 'de diek' genoemd) verschaffen de wereld binnen de Streek een intimiteit die in contrast staat met het open achterliggende landschap. Met de schaalvergroting, modernisering en intensivering van de landbouw zijn de laatste decennia veel boerenbedrijven beëindigd. De bebouwing aan de Gemeenteweg in de dorpskern van Staphorst tussen het viaduct en de spoorlijn, waar ook het plangebied is gelegen, is enigszins afwijkend. De afwisseling in ouderdom en gebruik van panden en erven en de inrichting van de straatruimte heeft hier tot een verzwakking van het samenhangende beeld van het streekdorp geleid. Door de verdichting van de lintbebouwing is de visuele relatie met het achtergelegen gebied, dat grotendeels door jongere woonwijken in beslag wordt genomen, in dit deel van het dorp vrijwel verdwenen. Het plangebied sluit ten noorden aan op een naoorlogse uitbreidingswijk. Het plangebied is daarmee gelegen in een overgangsgebied tussen de karakteristieke lintbebouwing van De Streek en een naoorlogse uitbreidingswijk. De ruimtelijke structuur van De Streek en van de uitbreidingswijk zijn geheel verschillend en sluiten niet op elkaar aan. Daarentegen is tussen de twee gebieden een willekeurige lijn te herkennen. Het plangebied behoorde als weide tot de (woon)boerderij Gemeenteweg 29. Het is een perceel met een zogenaamd ‘dubbel land’. Vanaf de Gemeenteweg zijn er twee percelen naast elkaar (Gemeenteweg 23 en 25) en gaat over in een bebouwingslijn met één perceel, namelijk Gemeenteweg nr. 27 en vervolgens Gemeenteweg 29 en 29a. De nieuw te bouwen woning wordt gebouwd in het andere land dan waar nummer 29 en 29a zijn geplaatst.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 6 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat De invulling van het plangebied is geënt op de kenmerkende structuur van De Streek. Met de gekozen planopzet is gekozen om de structuur van het bouwen langs stegen te respecteren. Het plangebied is gelegen aan de steeg waaraan Gemeenteweg 25, 27, 29 en 29a zijn gelegen. Vanwege de afstand tot het agrarische bedrijf Gemeenteweg 35 kan de voorgenomen woning niet “langs” deze steeg worden gebouwd en is het bouwvlak verschoven in de lijn van Gemeenteweg 23. Hiermee is de woning gesitueerd in het andere land van Gemeenteweg 29, en voegt zich daarmee qua situering in de stedenbouwkundige structuur van het lint van De Streek en sluit tevens aan op de bebouwing langs de Burgemeester van der Walstraat. De ontsluiting van het plangebied is, gelijk aan de achter gelegen naoorlogse wijk, voorzien richting de Burgemeester van de Walstraat. De Burgemeester van der Walstraat loopt ter hoogte van het plangebied evenwijdig aan de rijksweg A28, welke een onderbreking is in de historische structuur van De Streek. De oriëntatie van de beide wegen houden geen verband met de aanwezige structuurlijnen. Deze onderbreking in de structuur is tevens van invloed op dit plan. De voorgenomen woning is direct zichtbaar vanaf de Burgemeester van de Walstraat. Daarom is betreffende de bebouwingstypologie en architectuur aangesloten bij de bebouwing aan de naast gelegen panden aan de Van der Walstraat (nummer 19/21 en 25). Het gekozen ontwerp is een goede invulling van het overgangsgebied tussen de karakteristieke bebouwing van De Steek en de naoorlogse wijk, in het al verdichte achter gelegen gebied. Ook betreft de materialisering zoekt het ontwerp aansluiting bij beide gebieden. In het ontwerp is gebruik gemaakt van gemetselde gevels van rode baksteen met in de topgevel zwarte houten delen. Voor de dakbedekking is gekozen voor natuur rode pannen. Met deze weloverwogen situering en ontwerp van de woning is er sprake van een zorgvuldige inpassing in het overgangsgebied tussen De Streek en de naoorlogse woonwijk. Dit plan doet daarmee geen afbreuk aan de karakteristieken van het beschermde dorpsgezicht en belvedère gebied. De situering en het ontwerp van de woning is tot stand gekomen in samenspraak met de stadsbouwmeester van de gemeente Staphorst.
Afbeelding 4, ontwerp woning (bron: Huls Architecten)
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 7 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
3 Beleid 3.1 Rijksbeleid 3.1.1 Rijkstructuurvisie Infrastructuur en Ruimte Op 13 maart 2012 is de Rijkstructuurvisie Infrastructuur en Ruimte (hierna SVIR) vastgesteld. Daarin is aangegeven dat het Rijk streeft naar “Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig”. Het Rijk kiest drie doelen om Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig te houden voor de middellange termijn (2028): - Het vergroten van de concurrentiekracht van Nederland door het versterken van de ruimtelijk economische structuur van Nederland; - Het verbeteren en ruimtelijk zekerstellen van de bereikbaarheid waarbij de gebruiker voorop staat; - Het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden behouden zijn. Het Rijk kiest daarbij voor een selectievere inzet van rijksbeleid op slechts 13 nationale belangen. Buiten deze 13 belangen hebben decentrale overheden beleidsvrijheid. Een aantal van deze nationale belangen wordt juridisch geborgd via het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro). De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) omvatten tevens de ladder voor duurzame verstedelijking. Het doel van de ladder voor duurzame verstedelijking is een goede ruimtelijke ordening door een optimale benutting van de ruimte in stedelijke gebieden. De ladder is als procesvereiste opgenomen in het Bro. Op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) dient ten aanzien van een nieuwe stedelijke ontwikkeling een afweging plaats te vinden in het kader van de ladder voor duurzame verstedelijking. Het betreft in dezen de toevoeging van een enkele woning op een relatief beperkte kavel van circa 1600 m². Daarmee kan gesteld worden dat er in dit geval geen sprake is van een nieuwe stedelijke ontwikkeling. Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat dit plan in overeenstemming met de ladder voor duurzame verstedelijking voorziet in een actuele regionale behoefte voor woningbouw. Tevens wordt gebouwd binnen bestaand stedelijk gebied. 3.1.2 Monumentenwet Het lintdorp Staphorst‐Rouveen geniet landelijke bekendheid door zijn unieke bebouwing en landschapsstructuur. Dit laatste komt onder andere tot uitdrukking in de aanwijzing van ‘De Streek’ tot beschermd dorpsgezicht en Belvedère gebied. Het bebouwingslint De Streek is op 18 oktober 1993 aangewezen als beschermd dorpsgezicht. Het doel van de aanwijzing van De Streek als beschermd dorpsgezicht is de karakteristieke met de historische ontwikkeling samenhangende structuur en ruimtelijke kwaliteit van het gebied te onderkennen als zwaarwegend belang bij de verdere ontwikkelingen binnen het gebied. De aanwijzing beoogt op die wijze een basis te geven voor een ruimtelijke ontwikkeling die inspeelt op aanwezige kwaliteiten, daarvan gebruik maakt en daarop verder voortbouwt.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 8 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Het aanwijzingsbesluit vermeldt o.a. het volgende: De bebouwing aan de Gemeenteweg bestaat in de dorpskern van Staphorst tussen het viaduct en de spoorlijn uit 20ste-eeuwse niet-agrarische bebouwing, afgewisseld door karakteristieke boerderijen. De laatste decennia heeft het winkelapparaat zich hier sterk uitgebreid. De afwisseling in ouderdom en gebruik van panden en erven en de inrichting van de straatruimte heeft hier tot een verzwakking van het samenhangende beeld van het streekdorp geleid. Belangrijk in dit gebied is de situering en schaal van de bebouwing, waardoor de nog herkenbare structurele samenhang met de overige delen van het streekdorp wordt gehandhaafd. Door de verdichting van de lintbebouwing is de visuele relatie met het achtergelegen gebied, dat grotendeels door jongere woonwijken in beslag wordt genomen, in dit deel van het dorp vrijwel verdwenen. Markante elementen in het bebouwingslint vanwege hun grote bouwvolume zijn de dorpskerk en de daar tegenover gelegen vroeg-20ste-eeuwse pastorie. Betreffende het beschermd dorpsgezicht wordt met name gekenmerkt door: - het verkavelingspatroon van de percelen, waaronder mede begrepen het water‐ en weefpatronen de groenstructuur in de vorm van singelbeplanting; - de stegen (erfontsluitingswegen) bestraat met klinkers; - de architectuur van gebouwen, zoals de forse Staphorster boerderij (type Hallehuis) en nieuwere bebouwing die qua schaal, situering en bouwstijl past in het historische bebouwingsbeeld; - de plaatsing van gebouwen op de percelen achter elkaar, op wisselende afstanden en bijna altijd met de nok in het verlengde van de aanliggende steeg; - de verspringingen in de rooilijn van de voorgevels van boerderijen die zijn gericht op de Gemeenteweg en de Oude Rijksweg; - de groenstructuur voor de rooilijn en de daartussen liggende open groengebieden, alsmede de beplanting op en rondom erven, die bijdragen aan het besloten karakter van het dorp en de afgrenzing naar het buitengebied. 3.1.3 Conclusie rijksbeleid Met dit plan is door de gekozen situering en ontwerp van de gebouwen rekening gehouden met de ligging in het beschermd dorpsgezicht en belvedère gebied. Daarbij treft het plan door de beperkte omvang verder geen belangen van nationaal niveau.
3.2 Provinciaal beleid Het provinciaal beleid is verwoord in tal van plannen. De belangrijkste betreffen de Omgevingsvisie Overijssel 2009 en de Omgevingsverordening Overijssel 2009. 3.2.1 Omgevingsvisie en omgevingsverordening Overijssel De Omgevingsvisie Overijssel 2009 betreft een integrale visie die het voorheen geldende Streekplan Overijssel 2000+, het Verkeer- en vervoerplan, het Waterhuishoudingsplan en het Milieubeleidsplan samen brengt in één document. De hoofdambitie van de Omgevingsvisie is 'een toekomst vaste groei van welvaart en welzijn met een verantwoord beslag op de beschikbare natuurlijke hulpbronnen en voorraden'. Leidend voor de beleidskeuzes die op dit gebied worden gemaakt, zijn de thema's duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit. Dorpen kunnen vanwege hun specifieke karakteristieken een bijdrage leveren aan de ambitie om een breed spectrum aan mixmilieus van wonen en werken te creëren. De eigenheid van dorpen kan worden versterkt door de karakteristieke opbouw trouw te blijven en de verbinding met het omliggende landschap of historische structuren expliciet te maken.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 9 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Woningbouw wordt geconcentreerd in stedelijke netwerken en streekcentra. Daarbuiten mag alleen voor de lokale behoefte en bijzondere doelgroepen worden gebouwd, tenzij sprake is van bovenlokale afspraken. Bij nieuwbouw gaat de provincie uit van de zogenaamde 'SER-ladder'. Deze methode gaat ervan uit dat eerst het gebruik van de ruimte wordt geoptimaliseerd, dan de mogelijkheid van meervoudig ruimtegebruik wordt onderzocht en dan pas de mogelijkheid om het ruimtegebruik uit te breiden wordt bekeken. Dit betekent dat de woningbouwopgave eerst door herstructurering, transformatie of inbreiding moet worden gerealiseerd. Pas als dit onvoldoende blijkt voor het aantal woningen en de kwaliteit van de woonomgeving kan uitbreiding van het stedelijk gebied plaatsvinden. De provincie beschouwt haar cultureel erfgoed als een belangrijke drager voor de identiteit van Overijssel. De uitdaging ligt in het behouden van cultuurhistorische waarden door ze te verbinden met actuele en toekomstige (ruimtelijke) ontwikkelingen. In steden en dorpen gaat het daarbij onder andere om archeologisch erfgoed en om gebouwde monumenten en in bijzondere gevallen om beschermde stads- en dorpsgezichten. Overijssel kent een relatief groot aantal cultuurhistorisch waardevolle kernen en buurtschappen, waaronder De Streek (Staphorst). Specifiek wordt in de omgevingsvisie aangegeven dat de karakteristiek van laagveenslagenlandschap (kleinschalige, fijnmazige landschapsstructuur en open doorzichten) van Staphorst en Rouveen dient te worden behouden. Daarbij merkt de provincie op dat de aanwijzing tot beschermd stads- of dorpsgezicht niet automatisch betekent dat een dynamische ontwikkeling onmogelijk is. De ruimtelijke kwaliteitsambities voor de provincie Overijssel zijn: • Brede waaier aan woon-, werk- en mixmilieus: elk buurtschap, dorp en stad zijn eigen kleur; • Voortbouwen aan de kenmerkende structuren van de agrarische cultuurlandschappen; • Natuur als ruggengraat; • Zichtbaar en beleefbaar mooi landschap; • Het contrast tussen dynamische en luwe gebieden versterken door het infrastructuur-netwerk; • Een continu en beleefbaar watersysteem als dragende structuur van Overijssel; • Sterke ruimtelijke identiteiten als merken voor Overijssel. De opgaven, kansen, beleidsambities en ruimtelijke kwaliteitsambities voor de provincie zijn in de Omgevingsvisie Overijssel 2009 geschetst in ontwikkelingsperspectieven voor de groene omgeving en stedelijke omgeving. De provincie wil ruimtelijke kwaliteit realiseren door in te zetten op het verbinden van bestaande kwaliteiten en nieuwe ontwikkelingen. Hierbij zijn de gebiedskenmerken van provinciaal belang het uitgangspunt. Ruimtelijke kwaliteit wil de provincie realiseren door naast bescherming vooral in te zetten op het verbinden van bestaande gebiedskwaliteiten en nieuwe ontwikkelingen waarbij bestaande kwaliteiten worden beschermd en versterkt en nieuwe kwaliteiten worden toegevoegd 3.2.2 afweging provinciaal beleid Het plangebied is aangeduid met het ontwikkelingsperspectief ‘dorpen en kernen als veelzijdige leefmilieus’. Specifiek is het plan aangeduid als ‘woonwijk’. Deze gebieden hebben een veelzijdige mix van woon- en werkmilieus elk met een eigen karakteristiek. De identiteit en eigenheid van de kernen is leidend bij opgaven zoals herstructurering, inbreiding en uitbreiding. Het plan voorziet in de bouw van een woning in het overgangsgebied tussen het karakteristieke bebouwingslint ‘De Steek’ en een naoorlogse woonwijk. Met dit plan is qua situering afgestemd op het karakteristieken van De Streek, waardoor de eigenheid van ‘De Steek, behouden blijft. In Paragraaf 2.3 is dit nader onderbouwd aangegeven
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 10 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Het plangebied is op de gebiedskenmerkenkaarten als volgt aangeduid - Natuurlijke laag aangeduid als laagveengebieden (in cultuur gebracht) Ontwikkelingen in dit gebied dienen bij te dragen aan een verhoging van het waterpeil, om bodemdaling en verdwijnen van het veenpakket tegen te gaan. Op basis van de watertoets is voorgeschreven dat regenwater wordt afgevoerd naar een oppervlakte water. Zie paragraaf 4.7. -
Laag van het agrarische cultuurlandschap aangeduid met veenontginningen Ontwikkelingen dienen bij te dragen aan behoud en versterking van het lint als karakteristieke bebouwingsstructuur. Ook moet het slotenpatroon en, waar aanwezig, de houtsingels als accentuering van de ruimtelijke structuur gerespecteerd en versterkt worden. Met dit plan is qua situering afgestemd op het karakteristieken van De Streek, waardoor de eigenheid van ‘De Steek, behouden blijft. In Paragraaf 2.3 is dit nader onderbouwd.
-
Stedelijk laag aangeduid met bebouwingsschil 1900 - 1955 De gemengde stadswijken van de bebouwingsschil 1850-1955 kenmerken zich door de individuele bebouwing met een eigen karakter en uitstraling, de maat, de schaal en het ritme waarin deze bebouwing zich als wijk manifesteert. Voor de bebouwingstypologie en architectuur van de voorgenomen woning is aangesloten bij de bebouwing aan de naast gelegen panden aan de Burgemeester van der Walstraat. In Paragraaf 2.3 is dit nader weer gegeven.
-
Lust- en Leisure laag aangeduid met donkerte In dit gebied dient het gebruik van kunstlicht tot een minimum beperkt te blijven. Bij de woningen wordt de reguliere woonverlichting toegepast. Uitgangspunt is dat er ’s nachts geen buitenverlichting brand. De toegang van het perceel is voorzien aan de doorgaande Burgemeester van der Walstraat, waardoor er voorzien kan worden in zeer beperkte buitenverlichting.
Dit plan voorziet in een ontwikkeling passend binnen het ontwikkelingsperspectief, waarbij de bestaande gebiedskwaliteiten worden gerespecteerd. De nieuwe ontwikkeling voorziet in een passende invulling van een open locatie in het overgangsgebied tussen het karakteristieke bebouwingslint ‘De Streek’ en de naoorlogse wijk en creëert een verbinding tussen de twee verschillende gebieden. 3.2.3 Conclusie provinciaal beleid Het plan voldoet aan het provinciaal beleid.
3.3 Waterschapsbeleid 3.3.1 Waterbeheerplan 2010 - 2015 Groot Salland De Waterwet (2009) verplicht de waterschappen om waterbeheerplannen op te stellen met een looptijd van zes jaar. Het waterbeheersplan 2010 – 2015 Groot Salland is opgesteld in samenhang met de waterschappen binnen het beheersgebied Rijn-Oost. Bij het opstellen van dit beheersplan waren de omgevingsplannen (Drenthe en Overijssel) en het waterhuishoudingsplan (provincie Gelderland) kader stellend. Het waterbeheerplan geeft de koers aan die het waterschap voor een bepaalde periode wil volgen. De hoofdthema’s in het waterbeheersplan zijn: het waarborgen van veiligheid, het watersysteembeheer en het ontwikkelen van de afvalwaterketen. Ook opgenomen zijn de maatregelen voor het uitvoeren van de Kaderrichtlijn Water (KRW), Waterbeheer 21e eeuw en een resultaatverplichting voor het uitvoeren van de KRW-maatregelen. Vastgesteld 7 april 2015
pagina 11 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Afweging Het betreft een inbreidingslocatie in het dorp Staphorst direct aansluitend op bestaande bebouwing. Momenteel is binnen het plangebied geen bebouwing aanwezig. Met de bouw van de voorziene woning vindt er een toename van het verhard oppervlak plaats. Gezien de ligging in een bestaand bebouwd gebied zal de toename van het verhard oppervlak geen significante invloed hebben op de waterafvoer. Tevens zal dit plan geen van de hoofdthema’s van het waterbeheersplan negatief beïnvloeden. De minimale invloed van dit plan op de waterbelangen wordt bevestigd in het resultaat van de digitale watertoets (zie bijlage IV) 3.3.2. Conclusie waterschapsbeleid Het plan betreft een geringe ruimtelijke ingreep welke geen invloed van betekenis heeft op de eisen vanuit het waterplan en op grond daarvan vormt dit plan geen beletsel voor de uitvoering.
3.4 Gemeentelijk beleid 3.4.1 Structuurvisie Kernen Staphorst, Rouveen en IJhorst 2030 Op 10 december 2013 heeft de gemeenteraad van Staphorst de Structuurvisie Kernen Staphorst, Rouveen en IJhorst 2030 vastgesteld. In de structuurvisie zijn de ambities van de gemeente Staphorst op het gebied van wonen, werken, verkeer, voorzieningen en ruimtelijke kwaliteit verwoord en verbeeld. De visie biedt hiermee één actueel ruimtelijk kader voor de verschillende beleidsterreinen. Het doel van deze structuurvisie is tweeledig: het aangeven van de kaders, waarbinnen toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen en projecten kunnen plaatsvinden, en het communiceren van de ambities van de gemeente Staphorst voor de drie kernen aan derden. In de visie is aangegeven dat voor de kernen Staphorst, Rouveen en IJhorst voldoende woningen kunnen worden gebouwd op de juiste plek en gericht op de doelgroep. Dat betekent dat er meer dan in het verleden wordt gestuurd op het bouwen van woningen waar daadwerkelijke behoefte aan is. Daarbij is tevens aangegeven dat er in De Streek mogelijkheden blijven voor inbreiding omdat vanwege de binding aan Staphorst en Rouveen het wonen in de Streek bijzonder geliefd is. Ten aanzien van de ruimtelijke kwaliteit is in de visie aangegeven dat De Streek een unieke ruimtelijke kwaliteit heeft en het de kunst is deze ruimtelijke kwaliteit te behouden, zonder het gebied op slot te zetten. Betreffende het invullen van openplekken geeft de visie het volgende aan: “Bij toekomstige invullingen van open plekken wordt de ruimtelijke kwaliteit op drie schaalniveaus als leidraad genomen: het landschap, de streek en het erf. Dat betekent dat groenstructuren uit het bestaande landschap worden doorgezet, de erfindeling rekenschap geeft van het oorspronkelijke ensemble, en de architectuur aansluit bij de Staphorster karakteristiek.” “Nieuwe open plekken ontstaan door bedrijven die verplaatsen en de bestaande bebouwing te saneren. Deze plekken zijn bij uitstek geschikt om te herontwikkelen met woningbouw op een manier die recht doet aan het unieke verkavelingspatroon waardoor de ruimtelijke kwaliteit van de plek verbetert. Het aantal woningen hangt dus af van de specifieke mogelijkheden op de betreffende locatie. Het gaat telkens om maatwerk.” De in het kader van dit plan voorgenomen woning en bijgebouw is qua situering afgestemd op het verkavelingspatroon van De Streek. In Paragraaf 2.3 is dit nader onderbouwd aangegeven.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 12 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat 3.4.2 Woonvisie 2011+ De gemeente Staphorst heeft een Kadernotitie Woonvisie opgesteld. In de notitie zijn de belangrijkste uitkomsten van het woningmarktonderzoek (2010) en de woonconferentie (16 juni 2010) beschreven. In de Kadernotitie zijn vijf thema's opgenomen welke voor de gemeente Staphorst belangrijk zijn: extra aandacht voor de huisvesting van starters en jonge huishoudens, goede afstemming van wonen-welzijn-zorg, de huursector inspelen op veranderende doelgroepen, nieuwbouw productie afstemmen op de behoefte en de gemeente als regisseur. Deze thema's zijn nader uitgewerkt in de Woonvisie, deze is vastgesteld op 23 september 2011. In de Woonvisie formuleert de gemeente haar beleid en stelt zij vast wat zij de komende jaren op het gebied van wonen wil bereiken. De Woonvisie is hiermee het kerninstrument voor het lokale woonbeleid: het geeft een kwantitatieve en kwalitatieve inkleuring aan de woningbouwontwikkeling voor de dorpen Staphorst, Rouveen en IJhorst. De gemeente spreekt vanuit haar rol als gebiedsautoriteit over de gewenste ontwikkeling van de dorpen. Ontwikkelaars en corporaties hebben vervolgens rekening te houden met deze democratisch bepaalde ontwikkelingsrichting. Met de nieuwe Woonvisie heeft de gemeente een instrument in handen om te sturen én, minstens zo belangrijk, om de koers vast te houden. Voor de kern Staphorst is de plancapaciteit als volgt
3.4.3 Ruimtelijke atlas en Welstandsnota De nieuwe welstandsnota is opgebouwd uit drie onderdelen, te weten: de ruimtelijke atlas, de Welstandsnota en de bijlagen. De ruimtelijke atlas is een analyse en verhaal in kaartbeelden van gemeente Staphorst. Een belangrijke onderlegger voor de atlas is de Belvederestudie ‘Staphorst, een eigen wereld’ uit juni 2004, waarin de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteit van Staphorst en Rouveen goed is beschreven. Vanuit de Atlas is de welstandsnota vorm gegeven door middel van verschillende welstandsregimes variërend van welstandsvrij tot een bijzonder regime. Het plangebied is op de welstandskaart aangeduid als “dorpskern”.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 13 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Voor de kernen blijft het bijzondere regiem beperkt tot de meeste karakteristieke delen van de bebouwde kom. Onder het bijzondere regiem vallen de bebouwingslinten van Staphorst en Rouveen. Onder het reguliere regime vallen o.a. de naoorlogse uitbreidingswijken van Staphorst. De situering en het ontwerp van de woning en het bijgebouw waar dit plan in voorzien zijn op 16 april 2014 besproken met de stadsbouwmeester. Daarbij is aangegeven dat het plan in principe akkoord is. 3.4.4 Beleidsnotitie Open plekken Staphorst (4e wijziging) De gemeente heeft de beleidsnotitie Open plekken Staphorst opgesteld als nadere uitwerking van de Nota Belvedère 'Staphorst een eigen wereld' ten aanzien van de open plekken. Hier wordt een eerste aanzet gegeven binnen welke strikte randvoorwaarden medewerking kan worden verleend aan invulling van bestaande open plekken, vrijkomende plekken en op locaties achter aan de stegen. Daarbij wordt expliciet benoemd dat er binnen het beschermd dorpsgezicht geen nieuwbouw appartementen mogen verrijzen. Binnen de Streek wordt, in beperkte mate, ruimte gezien voor het ontwikkelen van nieuwe woningen, het bouwen van nieuwe panden. Daarmee is niet iedere onbebouwde, “open” locatie automatisch een “bouwlocatie”. De nieuwbouw dient zich nadrukkelijk te voegen binnen het bestaande ensemble. Hierbij gelden de volgende spelregels: • Maat van de ruimte: Nieuwbouw is alleen mogelijk op een plek die voldoende maat heeft waardoor voldoende afstand tot bestaande woningen kan worden genomen. Hierdoor komt slechts een beperkt aantal plekken voor bebouwing in aanmerking. • Einde van de steeg: In bepaalde situaties is het denkbaar dat het lint wordt verbreed door achter het laatste pand in een steeg een nieuw pand te bouwen. Met name plekken waar de bebouwing wat extensiever is dan gemiddeld (zuidelijker deel) lenen zich hiervoor. Hiermee wordt als ware het proces van het bouwen achter de laatste boerderij, waardoor het huidige kenmerkende beeld is ontstaan, opnieuw (en met mate) geactiveerd. • Passend binnen het lint: De nieuwbouw dient qua positionering op de kavel, hoofdvorm (lengte-breedte, inhoud), nokrichting, goothoogte en gevelindeling aan te sluiten bij de Staphorster boerderij. Binnen deze contouren kan een gebouw worden ontwikkeld dat zich qua maat en schaal voegt naar de stedenbouwkundige structuur van het lint zonder dat er een exacte kopie van de Staphorster boerderij hoeft te worden gebouwd. Binnen de randvoorwaarden is er ruimte voor een eigentijdse vormgeving. Bij de architectonische vertaling van de randvoorwaarden is het van belang dat de nieuwe woning niet onnodig contrasteert met de historische omgeving. Dit betekent dat terughoudendheid geboden is ten aanzien van materialisering en vormgeving. • Geleidelijke groei: Staphorst en Rouveen zijn geleidelijk gegroeid. Af en toe werd er weer een boerderij aan de streek toegevoegd. Deze geleidelijke groei, waarbij iedere boerderij zijn eigenaardigheden kent, is bepalend voor het beeld van de streek. Dat betekent dat, als in of achter het lint wordt bijgebouwd, dit altijd als een geleidelijke en individuele ontwikkeling moet worden gezien. Afweging Tijdens de behandeling van de beleidsnotitie ‘Open plekken’ in de raad van maart 2014 is besloten om de Burgemeester van der Walstraat uit het beleid te halen. Daarmee is het beleid niet van toepassing op dit plan. Om echter een correcte ruimtelijke afweging te maken is het beleid en de daarin opgenomen voorwaarden als leidraad gebruikt. Daar waar niet voldaan wordt aan de voorwaarden van het beleid is op andere wijze voorzien in een goede ruimtelijke onderbouwing.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 14 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Het betreft een perceel van circa 40 bij 40 meter of te wel circa 1600 m² en daarmee een ruime kavel voor een eengezinswoning. Het plangebied is gesitueerd aan de verlengde steeg langs Gemeenteweg 25, 27, 29 en 29a, waarbij de woning circa 10 meter uit het verlengde van de steeg en op circa 5 meter uit de (noordelijke) zijdelings perceelgrens is gesitueerd. Het plan is daarmee in overeenstemming met de voorwaarden betreffend de maat van het perceel. Zoals aangegeven in paragraaf 2.3 is gekozen voor een ontsluiting van het plangebied via de Burgemeester van der Walstraat waarbij de woning is gesitueerd aan het verlengde van de steeg. De woning is gesitueerd in het andere land van Gemeenteweg 29 en voegt zich qua situering in de stedenbouwkundige structuur van het lint en sluit tevens aan op de bebouwing langs de Burgemeester van der Walstraat. De ruimtelijke structuur van de ‘De Steek’ wordt daarmee niet aangetast door dit plan. Vanwege de overgang met de achterliggende naoorlogse wijk en het bebouwingsbeeld vanaf de Burgemeester van der Walstraat is in overleg met de stadsbouwmeester er voor gekozen de woning qua hoofdvorm te voegen in de richting van het slagenlandschap. Voor wat betreft de uitstraling van het ontwerp wordt aansluiting gezocht bij de bebouwing aan de Burgemeester van der Walstraat. Ook geeft de benadering vanaf de Burgemeester van der Walstraat andere keuzes dan een toegang vanaf een steeg. Vanwege de keuze voor aansluiting bij de bebouwing aan de Van der Walstraat sluit het ontwerp niet aan bij het Staphorster boerderijtype. Deze keuze, om betreffende de uitstraling van het ontwerp aansluiting te zoeken bij de bebouwing aan de Burgemeester van der Walstraat, is gebaseerd op het gegeven dat de Burgemeester van der Walstraat en de A28 een onderbreking vormen is in de historische structuur van De Streek. Het handelen conform de Beleidsnotitie Open plekken Staphorst zou in dit geval leiden tot een aantasting van het bebouwingsbeeld en ruimtelijke kwaliteit vanaf de Burgemeester van der Walstraat. Er is sprake van een geleidelijke en individuele ontwikkeling en daarmee is er sprake van geleidelijke groei. 3.4.5 Industrielawaaibeleid De Streek De beleidsnota Industrielawaaibeleid De Streek heeft betrekking op het aspect industrielawaai volgens de Wet milieubeheer voor het gebied De Streek. Het beleid heeft betrekking op bedrijven binnen De Streek en bedrijven buiten De Streek, voor zover de te beoordelen woning en andere geluidsgevoelige bestemmingen binnen De Streek liggen. De begrenzing betreft de plangrens van het Bestemmingsplan De Streek. Ten aanzien van deze ruimtelijke ontwikkelingen geldt het volgende: - Er wordt geen akoestisch onderzoek naar industrielawaai verlangd als: 1. De afstand tussen de woning en het bedrijf groter is dan de helft van de afstand zoals genoemd in de VNG-publicatie “Bedrijven en milieuzonering” 2.Tussen het bedrijf en de woning al een bestaande woning van derden aanwezig is, die voor het bedrijf akoestisch maatgevend is. - Bij de beoordeling van het vorige punt wordt, voor zover van toepassing, tevens de aanwezigheid van afscherming als de ligging van bepalende geluidsbronnen betrokken; - In overige situaties wordt een akoestisch onderzoek verlangd. Krale Schietsport grenst direct aan het plangebied. Echter voor opslag van munitie is geen richtafstand voor geluid bepaald in de VNG‐publicatie “Bedrijven en milieuzonering. Betreffende andere bedrijven is ten opzichte van het plangebied een woning van derden geprojecteerd. 3.4.6 Conclusie gemeentelijk gebied Dit plan is conform de doelstellingen van het gemeentelijk beleid. Vastgesteld 7 april 2015
pagina 15 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
4. Omgevingsaspecten In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de relevante omgevingsaspecten. Op grond van artikel 3.1 Wro dient te worden bezien of het plan uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening verenigbaar is met de eisen die aan de omgeving worden gesteld. Ofwel kan een aanvaardbaar woon- en leefklimaat worden gegarandeerd
4.1 Milieuzonering Een goed woon- en leefklimaat wordt bereikt als er balans is tussen de milieubelastende en milieugevoelige activiteiten, er is als het ware een goede mix van wonen en werken. Dit plan maakt de vestiging een aanvullende woning mogelijk Afstemming van bestaande en nieuwe functies gebeurt door het aanhouden van zogenaamde richtafstanden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de publicatie 'Bedrijven en Milieuzonering' van de VNG (2009). Bij deze richtafstanden wordt rekening gehouden met milieuaspecten als geur-, stof en geluidhinder. De richtafstanden gelden ten opzichte van een rustige woonwijk. Uit jurisprudentie en de genoemde VNG-publicatie blijkt dat in het geval van een gemengd gebied verkleinde richtafstanden gelden. In een straal van 100 meter van het plangebied zijn de volgende bedrijven (inrichtingen wet milieubeheer) gevestigd: - Krale Schietsport, Burgemeester van der Walstraat 19; - Veijer transport- en verhuisbedrijf, Gemeenteweg 7 en 9; - Verhuisbedrijf Veijer, Gemeenteweg 13 en Burgemeester van der Walstraat 27; - J.Spijker (veehouderij), Gemeenteweg 35; - K. Talen (veehouderij), Gemeenteweg 47. De inrichtingen Veijer transport- en verhuisbedrijf, Verhuisbedrijf Veijer en K. Talen (veehouderij), vormen geen belemmering voor het realiseren dit plan. Betreffende J.Spijker (veehouderij) gevestigd Gemeenteweg 35 is een groot deel van de 50 meter contour, van de dichtbijgelegen dierenverblijf van het bedrijf, gelegen over het te ontwikkelen gebied. Dit betekent dat op dit gedeelte van het plangebied geen woning kan worden gerealiseerd. Het plan is op punt afgestemd door het bouwvlak van de woning buiten de aangegeven contour te situeren. Betreffende Krale Schietsport gevestigd Burgemeester van der Walstraat 19 is een klein deel van de 30 meter contour van de dichtbijgelegen inrichtingsgrens van het bedrijf over het te ontwikkelen gebied gelegen. Dit betekent dat op dit gedeelte van de locatie geen woning kan worden gerealiseerd. Het plan is op punt afgestemd door het bouwvlak van de woning buiten de aangegeven contour te situeren. Door de situering van het bouwvlak en daarmee bouw van de woning, buiten de contouren van J.Spijker (veehouderij) en Krale Schietsport zullen de beide bedrijven door dit plan niet in hun bedrijfsvoering worden belemmerd. Conclusie Vanuit het aspect milieuzonering zijn er geen belemmeringen betreffende dit plan.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 16 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
4.2 Geluid Het bestemmingsplan biedt de mogelijkheid tot het realiseren een woning. De woning is gelegen binnen de geluidszone van de Gemeenteweg, Burgemeester van der Walstraat en de rijksweg A28. In dat kader zal met een akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai moeten worden aangetoond dat deze geluidsgevoelige bestemmingen kunnen voldoen aan de grenswaarden van de Wet geluidhinder. Het onderzoek akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai is weergegeven in de rapportage van 23 juni 2014 (bijlage I). De conclusies zijn als volgt: De geluidsbelasting ten gevolge van de Gemeenteweg voldoet aan de voorkeurswaarde van 48dB. De geluidsbelasting ten gevolge van de Burgemeester van der Walstraat en A28 liggen hoger dan de voorkeurswaarde, maar niet hoger dan de grenswaarde. Aangezien de voorkeurswaarde ten gevolge van de Burgemeester van der Walstraat en A28 wordt overschreven zijn in het onderzoek bron- en overdrachtsmaatregelen overwogen. Daaruit blijkt dat de aanvullende maatregelen niet doeltreffende dan wel vanuit stedenbouwkundig oogpunt wenselijk zijn. In dezen zal voorzien worden door het vaststellen van een hogere grenswaarde. Tevens zal met de omgevingsvergunning bouwen aangetoond worden dat aan voorgeschreven binnen niveau voldaan wordt. Op basis van het gestelde in de inspraaknota aangaande het voorontwerpplan is van gemeentewege onderzocht in hoeverre er sprake is van toename van de geluidsbelasting op de percelen van appellanten vanwege dit plan (bijlage V). Daarbij is gebleken dat er sprake is van een geringe toename van de geluidsbelasting van maximaal 0.6 dB, welke niet hoorbaar zal zijn. Men concludeert daarbij dat dit plan niet zal leiden tot enige geluidshinder op de percelen van appelanten. Conclusie: Vanuit het aspect geluid zijn er geen belemmeringen betreffende dit plan.
4.3 Luchtkwaliteit Aangaande ruimtelijke besluiten dient de luchtkwaliteit te worden mee genomen in de besluitvorming. Uitgangspunt is dat een project niet leidt tot overschrijding van luchtkwaliteitsnormen. Als er wel sprake is van een overschrijding, dan mag een project de luchtkwaliteit niet in betekenende mate verslechteren. De normen voor luchtkwaliteit staan in de Wet milieubeheer, titel 5.2 luchtkwaliteitseisen. Luchtkwaliteitsnormen vormen onder de Wet milieubeheer geen belemmering voor ruimtelijke ontwikkeling als aannemelijk is dat aan één of een combinatie van de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. Er is geen sprake van een feitelijke of dreigende overschrijding van een grenswaarde. b. Een project leidt per saldo niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit. c. Een project draagt slechts in ‘niet in betekenende mate' (NIBM) bij aan de luchtverontreiniging. d. Een project is opgenomen of past binnen het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) of een regionaal programma van maatregelen.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 17 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Van een verslechtering van de luchtkwaliteit in betekenende mate als bedoeld onder c is sprake indien zich één van de volgende ontwikkelingen voordoet: - woningbouw: minimaal 1.500 woningen netto bij 1 ontsluitende weg of minimaal 3.000 woningen bij 2 ontsluitende wegen; - infrastructuur: 3% concentratiebijdrage (verkeerseffecten gecorrigeerd voor minder congestie); - kantoorlocaties: minimaal 100.000 m² brutovloeroppervlak bij 1 ontsluitende weg, minimaal 200.000 m² brutovloeroppervlak bij 2 ontsluitende wegen. Er is in dezen sprake van een project dat ‘niet in betekenende mate' (NIBM) bij draagt aan de luchtverontreiniging. Conclusie: Vanuit het aspect luchtkwaliteit zijn er geen belemmeringen betreffende dit plan.
4.4 Bodem In het kader van de te bouwen woning dient te worden bepaald of de milieuhygiënische gesteldheid van de bodem voldoende is om een woonfunctie in het plangebied te kunnen realiseren. Bij de aankoop van de gronden Gemeenteweg 29, waartoe het plangebied onderdeel uitmaakt, is door Ecoreest een verkennend milieukundig bodemonderzoek uitgevoerd. De resultaten van het onderzoek zijn weergegeven in het rapport verkennend bodemonderzoek van 3 december 2010 (bijlage II). In het rapport is geconcludeerd dat: Op basis van de onderzoeksresultaten kan worden geconcludeerd dat er in de bovengrond en het grondwater overschrijdingen van de achtergrondwaarden (grond) en streefwaarden (grondwater) uit de Wet bodembescherming zijn aangetoond. De tussenwaarden nader onderzoek zijn niet overschreden. De verhoging aan barium in het grondwater wordt beschouwd als zijnde een achtergrondconcentratie. De onderzoekshypothese, zijnde een onverdachte locatie, wordt gelet op het licht verhoogde gehalte aan PCB in de bovengrond verworpen. Gezien de aard en de concentraties van de aangetoonde parameters in relatie tot de woonbestemming van het terrein, kan worden gesteld dat verhoogde risico's voor de volksgezondheid en/of het milieu t.g.v. de aangetoonde milieu hygiënische bodemkwaliteit, niet te verwachten zijn. De resultaten van het onderzoek vormen dan ook geen aanleiding tot nader onderzoek en zijn geen milieuhygiënische belemmering in relatie tot de woonbestemming van het terrein. Het plangebied was ten tijde van het onderzoek in gebruik als weide en dat gebruik is sindsdien ongewijzigd voortgezet. Tevens zijn sindsdien op het plangebied geen activiteiten uitgevoerd welke de gesteldheid van de bodem dusdanig kunnen hebben beïnvloed dat de bovenstaande conclusie niet meer geldend kan zijn. Conclusie: Vanuit het aspect bodem zijn er geen belemmeringen betreffende dit plan zijn.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 18 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
4.5 Externe veiligheid Externe veiligheid beschrijft de risico's die ontstaan als gevolg van opslag of handelingen met gevaarlijke stoffen. Dit kan betrekking hebben op bedrijven, buisleidingen of transportroutes. Op deze categorieën is verschillende wet- en regelgeving van toepassing. Het huidige beleid voor inrichtingen (bedrijven) is afkomstig uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). Voor buisleidingen geldt het Besluit buisleidingen externe veiligheid (Bevb). Het externe veiligheidsbeleid voor transport van gevaarlijke stoffen staat in de Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen. In het kader van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) gelezen in samenhang met de regels omtrent externe veiligheid moet worden onderzocht of er sprake is van aanwezigheid van risicobronnen in de nabijheid van de locatie waarop het Wro besluit betrekking heeft en dienen plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR), en de eventuele toename hiervan, bepaald te worden. De gemeente heeft het eigen extern veiligheidsbeleid uitgewerkt in de Externe Veiligheidsvisie gemeente Staphorst. Daarin is uiteengezet op welke wijze met het aspect externe veiligheid dient te worden omgegaan in ruimtelijke plannen. Daarbij is aangegeven dat een situatie wordt nagestreefd waarbij ten miste aan de wettelijke normen voldaan wordt en waarbij een zo veilig mogelijke situatie die redelijkerwijs haalbaar is bereikt wordt. Dit plan voorziet in bouwmogelijkheden voor een eengezinswoning. Een woning is aan te merken als een kwetsbaar object. Plaatsgebonden Risico Het plaatsgebonden risico (PR) is de kans per jaar op overlijden van een onbeschermd individu op een bepaalde locatie naar aanleiding van een incident met gevaarlijke stoffen. Voor het PR zijn getalsnormen vastgesteld. Voor nieuwe situaties is de maximale toelaatbare overlijdenskans van een persoon 10-6 per jaar (1 op een miljoen). Dit betekent dat de grenswaarde wordt overschreden als de voorgenomen woning zich tussen de 10-6 risicocontour en de inrichting of transportroute bevinden. De risicokaart van het interprovinciaal Overleg is nagezien voor risicobronnen in de nabijheid van het plangebied. Een uitsnede van de kaart en rapporten zijn bijgevoegd als bijlage III. Schietsport Krale, Burgemeester van der Walstraat 19 In de nabijheid van het plangebied is het bedrijf Schietsport Krale met testschietbaan en opslag van munitie gevestigd op het perceel Burgemeester van der Walstraat 19. Het betreft een (groothandel) voor de schietsport (o.a. munitie). Er is in dezen geen sprake van een inrichting Besluit externe veiligheid inrichtingen. Gesteld kan worden dat een veilige opslag deugdelijk is geregeld en gehandhaafd conform de vergunningen en het Activiteitenbesluit milieubeheer. Op 3 november 1921 is een oprichtings-vergunning verleend voor de opslag van buiskruit. Op 24 april 1952 is een veranderings-vergunning verleend van het veranderen van de bedrijfsvoering c.q. opzet. Op 22 oktober 1970 is een oprichtingsvergunning verleend voor een wapenhandel, jachtpatronenmakerij en geweermakerij. Op 19 december 1978 is een veranderingsvergunning verleend vanwege het uitbreiden met een vuurwerkopslag. Op 3 juni 1986 is een veranderingsvergunning verleend. Het bedrijf valt nu van rechtswege onder het Activiteitenbesluit milieubeheer. Het ´groene boekje´ hanteert een afstand van 30 meter (geluid en gevaar) voor groothandel in munitie. De afstand tussen het bedrijf en het plangebied is circa 26 meter. Daarmee is een klein deel van plangebied gelegen binnen de 30 meter contour van de dichtbijgelegen inrichtingsgrens van het bedrijf Schietsport Krale. Dit betekend dat op dit gedeelte van het plangebied geen woning gerealiseerd kan worden. Vastgesteld 7 april 2015
pagina 19 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Het bouwvlak waarbinnen de voorgenomen woning binnen het plangebied is voorzien is buiten de 30 meter contour van de dichtbijgelegen inrichtingsgrens van het bedrijf Schietsport Krale gelegen. In de regels is specifiek bepaald dat de woning uitsluitend binnen het bouwvlak mag worden gebouwd. Hiermee is geborgd dat de voorgenomen woning binnen de 30 meter contour van de dichtbijgelegen inrichtingsgrens van het bedrijf Schietsport Krale kan worden gesitueerd. En is met dit plan geborgd dat het bedrijf Schietsport Krale geen onaanvaardbaar risico betreffende externe veiligheid vormt. Rijksweg A28 In de nabijheid van het plangebied is de rijksweg A28 gelegen op een afstand van circa 55 meter. De A28 is onderdeel van de hoofdtransportroute gevaarlijke stoffen A28 (Utrecht – Amersfoort – Zwolle – Assen – Groningen). Volgens de rapportage Risicokaart Nederland is voor deze transportroute de risicocontour PR 10-6 bepaald op 0 meter. Uit informatie van de expert externe veiligheid van de gemeente Staphorst bleek dat de risicocontour PR 10-6 nabij het plangebied op 18 meter is bepaald. Daarmee vormt de transportroute geen belemmering betreffende de voorgenomen woning Buisleidingen Tevens is in de directe omgeving van het plangebied twee (delen) buisleidingen voor gevaarlijke stoffen gelegen. Het betreffen twee delen van de aardgasleiding (NEN 3650) van de Gasunie onder de naam N-550-41. De buisleiding is gelegen op minimaal 345 meter van het plangebied en vormt geen belemmering in dezen. Groepsrisico Voor het groepsrisico geldt een verantwoordingsplicht voor te toevoeging van een kwetsbaar object binnen het invloedsgebied (200 meter) van een transport route. Daarbij dient te worden in gegaan op de mogelijkheden tot voorbereiding van bestrijding en beperking van de omvang van een ramp en de mogelijkheden van zelfredzaamheid. Tevens dient te worden ingegaan op de rekenkundige hoogte van het groepsrisico, de huidige en te verwachten personendichtheid in het plangebied, de mogelijkheden voor het treffen van maatregelen ter reductie van het groepsrisico en de mogelijkheden voor ruimtelijke alternatieven met een lager groepsrisico. Dit laatste kan achterwege blijven als het groepsrisico relatief laag is (kleiner dan 10% van de oriëntatiewaarde) of als de toename van het groepsrisico relatief klein is (kleiner dan 10%). Als het groepsrisico groter is dan de oriëntatiewaarde dient altijd te worden in gegaan op alle genoemde aspecten van het externe risico. Volgens het Externe veiligheidsbeleid van de gemeente Staphorst is een toename van het aantal personen binnen het invloedsgebied door toevoeging van een nieuw kwetsbaar object toegestaan indien invulling wordt gegeven aan de verantwoordingsplicht voor het groepsrisico. Daarbij is aangegeven dat het groepsrisico wordt verantwoord als binnen het invloedsgebied het groepsrisico wijzigt en de totale situatie voor het bestuur aanvaardbaar is. De wijziging van het groepsrisico door de voorgenomen woning van dit plan bedraagt te toename van een gezin of te wel 4 personen. In nabije omgeving van het plangebied is voor het pand Mulderweg 4/4a, ten behoeve van een herbestemming tot woning, een Externe veiligheid onderzoek uitgevoerd (zie bijlage III). Die locatie is tevens gelegen binnen de zone van de transportroute over de A28 en tevens gelegen in een woon/werk omgeving binnen de bebouwde kom van Staphorst. In overleg met deskundigen van de gemeente Staphorst worden de gegevens en uitkomsten van dit onderzoek betreffende dit plan representatief geacht.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 20 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Uit het genoemde onderzoek externe veiligheid Muldersweg 4/4a te Staphorst blijkt dat het groepsrisico ter plaatse beneden de oriëntatiewaarde is gelegen. Tevens blijkt uit het onderzoek dat het gebeid ten zuiden van de Gemeenteweg, waar ook het plangebied in dezen is gelegen, een verwachte personendichtheid heeft van overdag 42 personen en in de nacht 60 personen. Met de toevoeging van de met dit plan voorgenomen woning neemt de verwachte personendichtheid ten zuiden van de Gemeenteweg overdag met 3 personen en in de nacht met 5 personen toe. Daarmee zal het risico binnen dit deel van het invloedgebied toe nemen met overdag 7 % en in de nacht met 5 %. Dit betreft slechts een deel van het gehele invloedgebied. Waardoor de afname van het risico nog aanzienlijk lager is. Daarmee kan in dezen worden vastgesteld dat de toename van het groepsrisico aanzienlijk kleiner is dan 10% of te wel relatief klein is. Daarmee is een nadere afweging van het groepsrisico externe risico betreffende het transport gevaarlijke stoffen over de A28 met dit plan niet vereist. Op basis van de Externe Veiligheidsvisie gemeente Staphorst acht het college van burgemeester en wethouders dat met dit plan voldaan in aan de wettelijke normen en dat er een situatie za; ontstaan die zo veilig mogelijk is als redelijkerwijs haalbaar is. Hulpverlening Het plangebied is onderdeel van de veiligheidsregio IJsselland. Gezien de ligging van het plangebied aan een doorgaande weg binnen de bebouwde kom van Staphorst mag verwacht worden dat er sprake is van goede opkomsttijden voor de brandweer en dat er voldoende primair en secundair bluswater aanwezig is. Door de ligging aan de doorgaande weg is het plangebied goed bereikbaar voor voertuigen van hulpverleningsdiensten. Het plan voorziet in de huisvesting van een gezin waarbij kan worden aangenomen dat de bewoners zelfredzaamheid zijn. Conclusie Vanuit het aspect externe veiligheid zijn er geen belemmeringen betreffende dit plan.
4.6 Cultuurhistorie (monumenten en archeologie) Goede ruimtelijke ordening betekent dat er een integrale afweging dient plaats te vinden van alle belangen die effect hebben op de kwaliteit van de ruimte. Een van die belangen is de cultuurhistorie ofwel de aanwezigheid van monumenten of archeologisch waardevolle gebieden. Monumenten In het dorp Staphorst zijn vele rijkmonumenten, gemeentelijke monumenten en karakteristieke objecten aangewezen. Veel van deze rijksmonumenten zijn gelegen binnen het als beschermd dorpsgezicht aangewezen bebouwingslint De Streek. De provincie Overijssel heeft geen provinciale monumenten aangewezen. Het plangebied is gelegen binnen het beschermd dorpsgezicht ‘De Streek’. In de nabijheid van het plangebied zijn een zestal rijksmonumenten gelegen, namelijk Gemeenteweg 6, 15, 24, 35 en 41 en Kerklaan 5 allen boerderijen van het Staphorster type. Tevens zijn in de nabijheid van het plangebied een zevental gemeentelijke monumenten aangewezen, namelijk Gemeenteweg 8, 10, 23, 26 en 30 en Kerklaan 3 en 5, allen boerderijen van het Staphorster type, waarbij een enkele schuur is aangewezen. Vastgesteld 7 april 2015
pagina 21 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Daarnaast zijn door de gemeenteraad objecten aangemerkt als ‘karakteristiek pand’. Een groot deel van de monumentale en karakteristieke panden en erven in Staphorst geniet zelfs een dubbele status. Karakteristieke panden, zonder monumentale status, in de nabijheid van het plangebied zijn Gemeenteweg 12, 20, 22, 28 en 29 en Kerklaan 4. De monumentale en karakteristieke panden zijn op ruime afstand van het plangebied gesitueerd zodat de voorgenomen ontwikkeling niet van enige invloed is op deze beschermde gebouwen. De woning en bijgebouw waarin dit plan voorziet is qua situering afgestemd op het karakteristieken van De Streek. In Paragraaf 2.3 is dit nader onderbouwd aangegeven Archeologie Het plangebied is op de archeologische waardenkaart gemeente Staphorst aangeduid met een lage verwachting. In gebieden met een lage verwachting behoeft slechts archeologisch onderzoek plaats te vinden bij ingrepen dieper dan 40 cm en met een oppervlakte van minimaal 1,5 ha.
Het plangebied heeft een beperkte oppervlakte van ca. 1600 m² waarvoor in dezen geen nader archeologisch onderzoek vereist is. Conclusie Vanuit het aspect Cultuurhistorie zijn er geen belemmeringen betreffende dit plan.
4.7 Water In het kader van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) is het verplicht de Watertoets uit te voeren. De Watertoets is een waarborg voor water in ruimtelijke plannen en besluiten. Op basis van de uitgevoerde watertoets volgt dat de normale procedure van toepassing is. Er dient voldaan te worden aan de beleidsuitgangspunten zoals aangegeven in het resultaat van de watertoets (bijlage IV). In de inspraakreacties genummerd 2 en 3 wordt betoogd dat de gevolgen van ophoging van het plangebied ten behoeve van de woningbouw wateroverlast, op het perceel Burgemeester van der Walstraat 19/21 en Gemeenteweg 31, door het afvloeien van water tot gevolg zal hebben.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 22 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat Om waterlast te voorkomen zal tussen het perceel Burgemeester van der Walstraat 19/21 en het plangebied een voorziening, bijvoorbeeld een keerwand of beschoeiing, gerealiseerd worden om de afvloeiing van het oppervlakte water vanaf het plangebied te voorkomen. Tevens zal ter hoogte van het perceel Gemeenteweg 31 voorzien worden in een waterberging om het oppervlaktewater op te vangen en in de bodem te laten infiltreren. De waterberging kan bestaan uit een wadi, vijver of waterloop. Om het aanbrengen van deze voorzieningen respectievelijk waterberging te borgen is ervoor gekozen om een zgn. 'voorwaardelijke verplichting' toe te voegen aan de bouwregels van de bestemming Wonen-2. Hiermee kan de voorgenomen woning alleen gebouwd worden als aan de voorwaarde betreffende de keerwand is voldaan. Jurisprudentie heeft uitgewezen dat het opnemen van een dergelijke verplichting zeer passend is voor de borging van noodzakelijk geachte elementen. Conclusie Vanuit het aspect water zijn er geen belemmeringen betreffende dit plan.
4.8 Ecologie Bij ruimtelijke planvorming dient aandacht besteed te worden aan natuurwetgeving. Hierbij kan een tweedeling gemaakt worden in soortbescherming en gebiedsbescherming. Soortbescherming wordt geregeld in de Flora- en Faunawet. De gebiedsbescherming vindt plaats via Vogel- en Habitatrichtlijn ("Natura 2000-gebieden"). Soort bescherming Het plangebied is in gebruik als weide voor hobbymatig gebruik bij de woonboerderij Gemeenteweg 29 te Staphorst. Het perceel is normaal beheerd en begraasd door paarden. Het perceel is onbebouwd en aan de randen voorzien van bomen, struiken en een heg, welke in dit plan zijn ingepast. Het perceel is ingesloten door bestaande woon en werkbebouwing. Het gebied is daarmee aan te merken als een verstoord gebied. Het is daarmee aannemelijk dat het gebied geen bijzondere functie voor beschermde plant- of diersoorten heeft. Bij de voorbereiding en bouw van de voorgenomen woning zal de algemene zorgplicht zoals vermeld in de Flora- en Faunawet in acht genomen moeten worden. Gebiedbescherming Het plangebied is gelegen op 8 kilometer van het Oldematen en Veerslootlanden. Het plangebied is ruim buitende ecologische hoofdstructuur gelegen. Daarmee is te stellen dat er geen sprake kan zijn van enig effect op deze gebieden door de geplande ingreep. Conclusie Vanuit het aspect ecologie zijn er geen belemmeringen betreffende dit plan.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 23 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
5 Planbeschrijving Het plan voorziet in de bouw van een aanvullende woning. In het bestemmingsplan De Streek heeft het plangebied de bestemming agrarisch met waarden. Met dit plan wordt deze bestemming gewijzigd naar wonen 2 en wordt voorzien in een bouwvlak voor één woning. De verbeelding behorende bij dit plan voorziet in een bouwvlak. Het bouwvlak is afgestemd op de kenmerken van het bebouwingslint ‘De Streek’. Tevens is het bouwvlak buiten de contouren van de veehouderij gevestigd Gemeenteweg 35 en Krale Schietsport gevestigd Burgemeester van der Walstraat 19, gelegen. De opzet van de bestemmingsregels is gebaseerd op het bestemmingsplan De Streek. Waarbij de bestemmingsregels zijn overgenomen en daar waar nodig aangevuld. Vanwege de contouren voor de bedrijven J.Spijker (veehouderij) gevestigd Gemeenteweg 35 en Krale Schietsport gevestigd Burgemeester van der Walstraat 19 is enkel bed and breakfast binnen de woning toegestaan. Om wateroverlast zoals betoogd in de inspraakreacties te voorkomen zal tussen het perceel Burgemeester van der Walstraat 19/21 en het plangebied een voorziening en nabij de perceelgrens met Gemeenteweg 31 een waterberging worden gerealiseerd, om de afvloeiing van water vanaf het plangebied te voorkomen. Om het aanbrengen van de voorziening en waterberging te borgen is ervoor gekozen om een zgn. 'voorwaardelijke verplichting' toe te voegen aan de bouwregels van de bestemming Wonen-2. Hierbij kan de voorgenomen woning alleen gebouwd worden als aan deze verplichtingen is voldaan. De niet van toepassing zijnde begrippen en bepalingen, waaronder overgangsrechtelijke bepalingen zijn niet opgenomen in dit plan.
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 24 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
6 Juridische vormgeving Het beleid en de planuitgangspunten, zoals verwoord in de voorgaande hoofdstukken, hebben in de regels van dit plan hun juridische vertaling gekregen. Daarmee zijn de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden van de gronden in het plangebied vastgelegd. Het plan is opgesteld conform de landelijke Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2008 (SVBP 2012).
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 25 van 26
Bestemmingsplan De Streek,
NL.IMRO.0180.2102014003-VS01
partiële herziening Van der Walstraat
7 Economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid 7.1 economische uitvoerbaarheid Het gaat om een particulier initiatief waarbij de initiatiefnemers garant staan voor de economische uitvoerbaarheid van het plan. De initiatiefnemers en de gemeente hebben hiervoor een anterieure overeenkomst ondertekend. Eventuele planschadekosten en aan dit plan verwante kosten komen daarmee voor rekening van de initiatiefnemers. Ook de kosten die gepaard gaan met de uitvoering van dit bestemmingsplan zullen door de initiatiefnemers worden gedragen.
7.2 maatschappelijke uitvoerbaarheid Vooroverleg Rijk In het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) zijn de nationale belangen die juridische borging vereisen opgenomen. Het Barro is gericht op doorwerking van nationale belangen in gemeentelijke bestemmingsplannen. Geoordeeld wordt dat dit bestemmingsplan geen nationale belangen schaadt. Daarom is afgezien van het voeren van vooroverleg met het Rijk. Provincie Overijssel De provincie Overijssel heeft op 28 juli 2014 in het kader van het vooroverleg aangegeven dat dit bestemmingsplan past binnen het provinciaal ruimtelijk beleid (bijlage V). Waterschap Groot Salland In het kader van dit plan is de digitale watertoets doorlopen. Het resultaat van deze toets is een positief wateradvies van het Waterschap Groot Salland. Daarom is afgezien van het voeren van vooroverleg met het waterschap. Inspraak Het voorliggend bestemmingsplan is als voorontwerp ter visie gelegd gedurende de periode van 23 juli 2014 tot 3 september 2014. Tegen het voorontwerpplan zijn twee inspraakreacties ingediend. Voor de overweging van de ingebrachte reacties wordt verwezen naar de reactienota (bijlage V). Zienswijzen Het voorliggend bestemmingsplan is als ontwerp ter visie gelegd gedurende de periode van 3 december 2014 tot 14 januari 2015 Binnen deze termijn is een ieder in de gelegenheid gesteld een zienswijze op het plan in te dienen. Tegen het ontwerpplan zijn twee zienswijzen ingediend. Voor de overweging van de ingebrachte zienswijzen wordt verwezen naar de reactienota (bijlage VI).
Vastgesteld 7 april 2015
pagina 26 van 26