1
Rede Opening Academisch Jaar 2013 – 2014 Bas Kortmann
Beste Radboudianen, vrienden van onze academische gemeenschap, dames en heren,
Graag heet ik u welkom bij deze opening van het academisch jaar. In het bijzonder verwelkom ik onze gastspreker van vandaag Dimitri Verhulst, burgemeester Bruls en wethouder Jeene van de gemeente Nijmegen, mevrouw Traag Gedeputeerde van de provincie Gelderland, de leden van het Stichtingsbestuur en de Raad van bestuur van het UMC St. Radboud, de heer de Graaf, voorzitter van de Vereniging Hogescholen, onze superalumnus de heer van Agt en zijn echtgenote en de rectoren en leerlingen van middelbare scholen uit de omgeving van Nijmegen. En last but not least: we waarderen het zeer dat ze hier is, afgelopen woensdag maakten we bekend dat zij lid wordt van ons college van bestuur, ik maak graag van de gelegenheid gebruik haar deze bloemen aan te bieden want ze is ook nog jarig vandaag, dames en heren: Wilma de Koning.
We kunnen terugkijken op een lustrum waarop wij trots mogen zijn: van Radboud Kids tot Radboud Rocks, van Radboud Sports tot TEDxRadboudU en van Radboud City tot de eredoctoraten van onder meer Angela Merkel en Robbert Dijkgraaf, de negentigste verjaardag van de universiteit was een prachtig feest, een feest van saamhorigheid. Zo’n succes komt niet als manna uit de lucht vallen, maar is te danken aan de grote inzet van velen. Eén naam wil ik hier noemen, die van Willem Hooglugt. Willem, het is een goed idee geweest om jou na je pensionering als woordvoerder van onze universiteit te
2
vragen de lustrumactiviteiten te coördineren. Je hebt deze spilfunctie met verve vervuld en ik dank je hiervoor graag coram publico. Genoeg over het lustrum. Het lustrumjaar is achter de rug, al is de officiële Dies pas op 17 oktober a.s. Ik stel bij deze opening graag een ander onderwerp kort aan de orde: de docent in het vwo.
Als ik u vraag terug te denken aan de periode die u op de middelbare school doorbracht, en in het bijzonder aan de docenten van wie u les heeft gehad, dan zullen velen van u zich één of meer bijzondere docenten herinneren. Een docent die prikkelde en boeide, die inspireerde en die uw visie op het leven en de maatschappij mede heeft bepaald. Een docent die wijze lessen gaf waaraan u met plezier, en wellicht soms ook wel met schrik, terugdenkt en waarvan u nog vaak de vruchten plukt.
Goede docenten zijn van grote waarde voor de ontwikkeling van leerlingen, voor de universiteit en voor de samenleving. Systemen, protocollen etcetera leggen veel minder gewicht in de onderwijsschaal dan een goede leraar. De onderwijskwaliteit wordt in sterke mate bepaald door de kwaliteit van de persoon voor de klas. Het kabinet beschouwt lerarenbeleid als prioriteit en investeert 75 miljoen in de versterking van de kwaliteit van leraren en schoolleiders. De nood is hoog. Binnen het vwo blijken universitair opgeleide docenten sterk in de minderheid te zijn. Het dreigt er niet beter op te worden. De komende jaren gaan veel van deze docenten met pensioen en de instroom van academische docenten is onvoldoende om de teruggang te compenseren. Dat geldt in het bijzonder voor talen, beta- en techniekvakken. Het is verontrustend dat in de gemiddelde vwo-school de universitair geschoolde docent straks een witte raaf is. Kan dergelijk onderwijs worden gegeven als de
3
docenten zelf niet universitair zijn gevormd? Academici kunnen vanuit eigen ervaring en met academische vaardigheden de vwo scholier voorbereiden op wat een universiteit is. Vwo staat voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. Een vwo-school zonder voldoende universitair opgeleide docenten is een school met een valse noemer.
Wellicht kunnen we van anderen leren. De prestaties in het basis- en middelbaar onderwijs van bijvoorbeeld Finland zijn significant beter dan die van ons, zo blijkt uit de PISA 1 scores voor rekenen en taal, terwijl Finland dertig jaar geleden nog een onderwijssysteem had van middelmatig niveau. 2 Hoe is Finland erin geslaagd het huidige succesvolle onderwijssysteem te ontwikkelen? Volgens de vooraanstaande Finse hoogleraar educatie, Hannele Niemi, is de belangrijkste beleidswijziging in haar lange carrière als lerarenopleider de eis dat alle leraren, ook die in het basisonderwijs, een universitaire master-titel hebben. In de afgelopen decennia heeft Finland gekozen voor een “Research based Teacher Education”, waarbij onderwijs en onderzoek zijn verweven. Daaraan liggen volgens Niemi drie “key-principles” ten grondslag: [dia “Finish Lessons”, op drie sheets deze principles overnemen, zie p. 84] -
Leraren moeten een gedegen kennis hebben van de meest recente ontwikkelingen in het onderzoek betreffende de onderwerpen die zij doceren.
- Ten tweede moeten leraren een onderzoeksgerichte houding aannemen ten aanzien van hun werk. Dit betekent een analytische en open-minded benadering. 1
2
PISA is een afkorting van Programm for International Student Assessment.
Zie over Finland onder meer Finish Lessons, what can the World learn from educational change in Finland, Pasi Sahlberg, 2011 Teachers College Press, Columbia University.
4
- Het derde principle houdt in dat de lerarenopleiding als zodanig ook een object van studie en onderzoek moet zijn. En op de vraag waarom Finse scholieren zo goed presteren en waarom veel Finse jongeren kiezen voor het vak van leraar antwoordt Prof. Niemi (ik vat het samen in eigen woorden): - Wij hebben geen standaard examens, geen schoolinspectie, geen evaluatie van de leraar en geen ranking van scholen; - Een hoogwaardige academische opleiding tot leraar maakt iemand geschikt om te werken in tal van andere sectoren van de arbeidsmarkt. - Het belangrijkste: in Finland genieten scholen en leraren een groot publiek vertrouwen. En Niemi sluit af met de opmerking dat voor dit alles Research based Teacher Education essentieel is. Bij ons ontbreken de door Niemi genoemde succesfactoren in belangrijke mate. Dit geldt ook voor de belangrijkste factor; het publieke vertrouwen in scholen en leraren is in Nederland niet groot en lijkt eerder af dan toe te nemen.
Dames en heren, de tijd lijkt rijp voor verandering. De opleiding van leraren zou in beginsel een universitaire moeten zijn. Dit zou in ieder geval moeten gelden voor docenten in het vwo. Het moet een opleiding zijn waarin onderwijs en onderzoek nauw zijn verweven. Een opleiding waarin studenten een analytische, kritische en onbevooroordeelde houding wordt bijgebracht. Kortom een opleiding die leidt tot een universitaire mastergraad. En het zou geen zeldzaamheid moeten zijn dat een docent in het vwo gepromoveerd is.
De bepleite verandering kan niet van de ene op de andere dag worden gerealiseerd. Ik geloof niet dat het “opscholen” van de huidige niet-academisch
5
opgeleide docenten de oplossing is. Pogingen dat te doen, zijn tot nu toe niet erg succesvol geweest. Wel is het mogelijk de eis dat vwo-docenten een universitair masterdiploma hebben, geleidelijk in te voeren. Te denken is aan een periode van maximaal tien jaar. De overheid zal hiervoor via regelgeving moeten zorgen. Diezelfde overheid doet er ook goed aan de rol van de inspectie nog eens tegen het licht te houden. De idee dat steeds meer en intensiever toezicht tot een hogere kwaliteit leidt, is mijns inziens een misvatting. Voorts geef ik de overheid in overweging beurzen ter beschikking te stellen voor excellente studenten die in aansluiting op of naast hun disciplinaire masterstudie een lerarenopleiding volgen.
Onder de vlag van VSNU stellen de Nederlandse universiteiten op dit moment gezamenlijk een Lerarenagenda op met als doel om meer en betere universitair geschoolde docenten voor de klas te krijgen. In die agenda wordt ook gepleit voor meer onderzoek ten behoeve van het onderwijs. Dit onderzoek is nodig om “evidence based education” in het primaire en voortgezette onderwijs te bewerkstelligen.
Onze universiteit heeft in het afgelopen jaar hard gewerkt aan de vernieuwing van de lerarenopleiding. Ik noem vier belangrijke elementen van onze vernieuwde opleiding:
- 1. Het masterprogramma is research-based, onderwijs en onderzoek zijn verweven. De student ontwikkelt vaardigheden die ook buiten het onderwijs waardevol zijn, zodat hij na een aantal jaren docentschap ook andere functies binnen en buiten het onderwijs kan vervullen.
6
- 2. De lerarenopleiders moeten zijn gepromoveerd, een onderzoekende houding is hen eigen. Bovendien is ervaring in het vwo meer dan gewenst. Ik ben mij ervan bewust dat deze wijziging niet in een handomdraai kan worden gerealiseerd. - 3. De organisatorische en inhoudelijke samenwerking met opleidingsscholen in de regio wordt versterkt. De begeleiding vanuit de universiteit van in het vwo startende docenten zal worden geïntensiveerd. - 4. Structurele postacademische scholing voor docenten vormt een belangrijk onderdeel van de nieuwe opleiding. De vwo-docent moet immers op de hoogte zijn van recente onderzoeksontwikkelingen op zijn vakgebied. Het programma van de postacademische scholing wordt in nauwe samenwerking met de opleidingsscholen opgesteld en uitgevoerd.
De vernieuwde lerarenopleiding staat nu en bij zo’n opleiding hoort ook een nieuwe naam. Onze lerarenopleiding maakt deze op speelse wijze aan u bekend. [ kort filmpje].
Het college van bestuur feliciteert de Radboud Docenten Academie van harte met deze nieuwe start onder een nieuw vaandel. De Radboud Docenten Academie voert het motto: ‘sterk in ontwikkeling’. Het is een motto dat ons zeer aanspreekt. Wij spreken de hoop en de verwachting uit dat de Radboud Docenten Academie samen met middelbare scholen, andere universitaire lerarenopleidingen en de overheid er voor zal zorgen dat de universitair geschoolde docent in het middelbaar onderwijs geen zeldzaamheid wordt maar weer een vanzelfsprekendheid zal zijn. En wij feliciteren ook professor Paulien
7
Meijer die per 1 september, gisteren dus, is benoemd tot hoogleraar en wetenschappelijk directeur van de Radboud Docenten Academie. Samen met algemeen directeur Pauline Jagtman zal zij leiding geven aan onze vernieuwde lerarenopleiding. Wij hebben hoge verwachtingen van de beide Paulienen.
Dames en heren, last but not least wens ik u of beter nog ons allen een bevlogen en inspirerend academisch jaar.