l
Beroepsopdracht 3: Zorg voor de veiligheid en voorlichting geven
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 1 van16
Werkprocessen en competenties gericht op het verpleegplan 1.1
Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op.
A: Beslissen en activiteiten initiëren D: Aandacht en begrip tonen H: Overtuigen en beïnvloeden J: Formuleren en rapporteren K: Vakdeskundigheid toepassen
1.2 Biedt persoonlijke verzorging observeert en monitort gezondheid en welbevinden E: Samenwerken en overleggen F:Ethisch en integer handelen J: Formuleren en rapporteren K: Vakdeskundigheid toepassen R: Op de behoefte en verwachting van de klant richten V: met druk en tegenslag omgaan
1.4 Begeleidt een zorgvrager C: Begeleiden D: Aandacht en begrip tonen R: Op de behoefte en verwachting van de klant richten
1.5 Begeleidt een groep zorgvragers C: Begeleiden D: Aandacht en begrip tonen
1.6Geeft voorlichting, advies en instructie I: presenteren L: materialen en middelen inzetten Q: plannen en organiseren
1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties E: Samenwerken en overleggen T: instructies en procedures opvolgen V: met druk en tegenslag omgaan
1.8 Coördineert de zorgverlening B: Aansturen E: Samenwerken en overleggen Q: Plannen en organiseren
1.9 Evalueert de zorgverlening D: Aandacht en begrip tonen J: Formuleren en rapporteren M: Analyseren
2.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep Q: Plannen en organiseren
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 2 van16
Inhoudsopgave
Overzicht werkprocessen en competenties
2
Inleiding beroepsopdracht 5
4
Resultatenoverzicht
5
Oriëntatieopdracht
6
Taakopdracht 1
8
Taakopdracht 2
9
Taakopdracht 3
10
Taakopdracht 4a Taakopdracht 4b Taakopdracht 4c
11 13 15
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 3 van16
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid en voorlichting geven Inleiding Deze opdracht gaat over Voorlichting geven en veiligheid. Twee onderwerpen die veel met elkaar te maken hebben. Als verpleegkundige neemt het voorlichting geven een steeds belangrijkere plek in. Zorgvragers willen deskundig geïnformeerd worden en verwachten professionele informatie. Veiligheid staat op de politieke agenda zoals veiligheid op straat, op school, thuis, agressie naar hulpverleners en de consequenties ervan. Als verpleegkundige krijg je regelmatig te maken met onveilige situaties: Agressie, besmettingsgevaar, maar ook de werkomstandigheden waarbinnen jij je werk moet doen zijn niet altijd optimaal. In deze opdracht draait het daarom allemaal om veiligheid. Het is niet voor niets dat 93 ziekenhuizen meedoen met het VMS Veiligheidsprogramma. Veiligheid van de zorgvrager en jezelf en je collega’s. Daar ben je de afgelopen tijd vast al mee bezig geweest. Maar als hulpverlener zul je continu alert moeten blijven. Vaak hebben onveilige situaties en fouten namelijk te maken met gebrekkige of geen communicatie. Bepaal nu voor jezelf waar voor jou de verdieping nog ligt. Hiervoor doorloop je de oriëntatie. Bij voorlichting en veiligheid gaat het vooral om preventief werken. Dit kun je niet altijd in je handelen tonen op afgesproken momenten. Het gaat er dat je zaken bespreekbaar kunt maken en in staat bent aan te geven, hoe je zult handelen in bepaalde situaties die kunnen voorkomen op de afdeling. Het gaat om vooruit kunnen kijken en vooraf bedenken wat belangrijk is wanneer je moet handelen. Bepaal aan de hand van de oriëntatie wat voor jou op de afdeling belangrijk is om te weten. Je bespreekt de gekozen onderwerpen met je praktijkopleider/werkbegeleider.
In deze beroepsopdracht staat de Casus van Mevrouw Teunissen centraal. Dat betekent dat binnen de verschillende vakgebieden de casus de uitgangspositie vormt. (www.zorgcontext.nl, naar casuïstiek zorggericht niveau 4 generiek Casus Mevrouw Teunissen)
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 4 van16
Resultaatoverzicht Beroepsopdracht 3
veveveeveiveiveiligheidrgsituaties, het verpleegplan
Naam: Groep:
Datum afgerond: Taakopdrachten Taakopdracht 1 a Veilig werken Volgen van een BHV training en agressietraining of bespreken hoe te handelen aan de hand van de procedures/ protocollen in de praktijk Taakopdracht 2 Werken met protocollen gericht op veiligheid Toepassen protocollen (middelen en maatregelen)
Handtekening Praktijk
Taakopdracht 3 VIM/ MIP/ MIC protocol protocol toepassen en informeren betrokkenen (wanneer niet haalbaar bespreken) Taakopdracht 4 a Voorlichting geven aan een zorgvrager
Praktijk
BPV
Taakopdracht 4b Instructie geven aan een zorgvrager
Praktijk
BPV
Taakopdracht 4c Educatie geven aan een zorgvrager (of aan een groep zorgvragers)
Praktijk
Praktijk BPV
BPV
BPV
BPV
Toelichting op resultaat
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 5 van16
Praktijk
Praktijk
Oriënteren
Oriëntatie op de beroepsopdracht
Wat weet ik van de beroepsopdracht? Vul daarom onderstaande lijst in om een idee te krijgen wat allemaal met deze beroepsopdracht te maken heeft. Welke competenties ga ik laten zien bij deze beroepsopdracht? Welk gedrag dien ik te laten zien bij het uitvoeren van de beroepsopdracht? (neem hiervoor de beoordelingscriteria nog eens door) Welke resultaten moet ik aantonen om de beroepsopdracht af te sluiten? In welke beroepscontext ga ik de beroepsopdracht uitvoeren? Wat voor werkafspraken moet ik met mijn begeleiders maken? Wanneer leg ik mijn planning (PAP) aan de begeleiders voor en wanneer plannen we het gesprek? Wat verwacht ik van de begeleiders bij deze beroepsopdracht? Welke samenwerkingsafspraken maak ik?
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 6 van16
Bepalen van de beginsituatie (oriëntatie) Veiligheid
Ik ben op de hoogte van bestaande calamiteitenplannen binnen de instelling en weet hier naar te handelen Ik ben op de hoogte of er binnen mijn instelling BHV dagen georganiseerd worden en of ik hier naartoe kan gaan Ik weet te handelen bij crisissituaties of acute situaties die zich kunnen voordoen op de afdeling en kan benoemen welke acute situaties veel voorkomen Ik weet aandachtspunten, verbeterpunten te benoemen op de afdeling ter verbetering van de veiligheid van de zorgvrager en of verpleegkundige Ik weet hoe te handelen bij agressie op de afdeling Ik ben op de hoogte van NIVEL en het onderzoek wat ze verrichten Ik ben op de hoogte van het onderzoek patiëntveiligheid Ik weet hoe ik moet handelen bij bijvoorbeeld een prikaccident Ik weet hoe ik in het verpleegproces met aandacht voor de veiligheid van de patiënt om moet gaan met vrijheidsbeperkende maatregelen Ik ben op de hoogte of er binnen de instelling een ARBO verpleegkundige werkzaam is en wat de werkzaamheden zijn van deze verpleegkundige Ik weet hoe je moet werken volgens de ARBO, ben op de hoogte van het Arbobeleid binnen de instelling en landelijke ontwikkelingen van de ARBO (actualiteit) Ik weet voor welke incidenten een melding gemaakt dient te worden volgens welk protocol MIP/MIC/VIM Ik weet volgens regels overleg te voeren met collega’s Ik ben in staat literatuur te verzamelen rondom dit onderwerp en uit te wisselen binnen de groep en op de afdeling Ik kan preventie toepassen bij het verplegen van een zorgvrager Ik kan advies en instructie geven bij het verplegen van een zorgvrager Ik kan voorlichting geven bij het verplegen van een zorgvrager Ik kan een verpleegkundige diagnose formuleren rondom preventie Ik kan een verpleegkundige diagnose formuleren rondom advies en instructie Ik kan een verpleegkundige diagnose formuleren rondom voorlichten
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 7 van16
Kan ik
Moet ik meer over leren
Taakopdracht 1
Veilig werken
Veilig werken is een vereiste in je vakgebied. Je eigen veiligheid staat altijd voorop. Bij dit onderdeel ga je gericht kijken in je eigen werkveld wat je moet weten en kunnen op de werkplek om veilig te werken voor jezelf en anderen. Dit betekent dat je moet weten wat je moet doen bij calamiteiten. Wanneer dit niet mogelijk is bespreek je met je begeleider hoe je moet handelen bij calamiteiten. Het komt steeds vaker voor dat je in je werk te maken krijgt met agressie. Indien mogelijk, volg dan een agressietraining in de instelling.
Veilig werken BPV
Beoordelingscriteria
BPV
Volgt een BHV training of verwoord aan begeleider hoe te handelen bij calamiteiten Benoemt waar het protocol of de procedure te vinden is, neemt deze door met de begeleider Volgt een agressietraining in de praktijk of verwoord aan begeleider hoe te handelen bij agressie Benoemt waar het protocol of de procedure te vinden is gericht op preventie, neemt deze door met de begeleider
1
Is aandachtspunt
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 8 van16
V
O
1
A
Taakopdracht 2
Werken met protocollen gericht op veiligheid
Werken met protocollen op de afdeling wat betekent dat eigenlijk? Op school ga je het hier met elkaar over hebben. Op de afdeling ga je op zoek naar protocollen die gehanteerd worden. Bespreek deze protocollen met je begeleider. Vervolgens pas je in de uitvoering van je werk de protocollen toe.
Werken met protocollen gericht op veiligheid BPV
Beoordelingscriteria
BPV
Past protocollen toe in situaties die zich voordoen in de praktijk Indien van toepassing worden middelen en maatregelen toegepast volgens protocol, (anders verwoorden wat het protocol is binnen de instelling rondom middelen en maatregelen) Informeert de zorgvrager over het handelen conform het protocol Evalueert het handelen met collega’s Geeft concreet instructie en aanwijzingen over hoe te handelen in bepaalde situaties als het protocol niet gehanteerd wordt door collega’s, stagiaires Geeft collega’s feedback over hoe te handelen volgens protocollen wanneer de situatie zich voordoet
2
Is aandachtspunt
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 9 van16
V
O
2
A
Taakopdracht 3
Veilig incidenten Melden volgens protocol
De zorgvrager wordt beschermd in de instelling. Mocht er toch sprake zijn van een fout of ongeval dan moet er altijd melding van gemaakt worden. Bij dit onderdeel ga je onderzoeken welke procedure je dan moet volgen. Het is hierbij van belang dat je leert een VIM/ MIP/ MIC in te vullen, afhankelijk van wat binnen jouw afdeling gehanteerd wordt. Wanneer de situatie niet voorkomt wordt het proces mondeling besproken en vult de student fictief een VIM/ MIP/MIC formulier in. Uitgangspunt is dat de student benoemt wat de procedure is, begrijpt wat het belang hiervan is en in staat is een VIM /MIC in te vullen.
Veilig Incidenten Melden BPV
Beoordelingscriteria
BPV
Maakt incidenten bespreekbaar volgens het protocol van de instelling Maakt verslag op daarvoor bestemde formulieren Bespreekt het ingevulde formulier volgens protocol op de afdeling Informeert betrokkenen zoals de mantelzorger, naasten of wettelijke vertegenwoordigers na een melding incident zorgvragers zorg. Gaat respectvol om met alle betrokkenen Handelt resultaatgericht volgens het protocol Evalueert het proces met de begeleider van de afdeling
3
Is aandachtspunt
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 10 van16
V
O
A3
Taakopdracht 4 Voorlichting geven
Voorlichting geven omvat een groot deel van je werkgebied. Er is veel verschil in de verschillende vormen van voorlichting geven. In de theorie wordt hier aandacht aan besteed. In de praktijk ga je in 3 verschillende situaties voorlichting geven. Het gaat bij dit onderdeel om: A. instructie/ uitleg geven B. informatie geven C. educatie geven A) Voorlichting geven: Instructie/ uitleg geven Beoordelingscriteria
BPV
BPV
Maakt een voorlichtingsplan en laat deze goedkeuren door werkbegeleiders. Maakt gebruik van het goedgekeurde voorlichtingsplan De voorlichting voldoet aan de kenmerken van informatie geven: - Het overdragen van nieuwe kennis - Het is gericht op het begrijpen en omgaan met het gezondheidsprobleem Opening: Geeft het doel van het gesprek aan Gaat na of de zorgvrager (of mantelzorger) geïnteresseerd is in de voorlichting Ga na wat de zorgvrager (en of mantelzorger) al weet Tijdens: Heeft een positief stimulerende, geïnteresseerde houding Heeft oogcontact met de zorgvrager (en of mantelzorger) Speelt in op de persoonlijke situatie van de zorgvrager (en of mantelzorger) Speelt in op vragen van de zorgvrager (en of mantelzorger) Geeft voorlichting met aandacht voor: - de methodiek bij het geven van voorlichting - het gebruik maken van hulpmiddelen - het verwijzen naar andere organisaties Gaat na of de geboden informatie wordt begrepen door de zorgvrager (en of mantelzorger) Straalt rust en deskundigheid uit Vermijd moeilijke woorden (vakjargon) Is geduldig, sluit aan bij niveau zorgvrager Neemt de tijd en vat regelmatig samen Evaluatie: Vraagt aan de zorgvrager (en of mantelzorger) hoe hij/zij het gesprek ervaren heeft
4
Is aandachtspunt
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 11 van16
V
O
A4
Sluit het gesprek af Inzet middelen Gebruikt de juiste voorlichtingsmaterialen die aansluiten bij het onderwerp Zet materiaal begrijpelijk en duidelijk in Voert afspraken n.a.v. de voorlichting uit Stimuleert en motiveert de zorgvrager om zelf initiatieven te nemen, let op het mentale welzijn Toont tijdens begeleiding die gericht is op zelfredzaamheid: - respect en geduld - verdraagzaamheid en welwillendheid - bezorgdheid
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 12 van16
B) Voorlichting geven: informatie geven Beoordelingscriteria
BPV
BPV
Maakt een voorlichtingsplan en laat deze goedkeuren door werkbegeleiders. Maakt gebruik van het goedgekeurde voorlichtingsplan De voorlichting voldoet aan de kenmerken van instructie geven: Het geven van richtlijnen en leefregels die de zorgvrager moet opvolgen Opening: Geeft het doel van het gesprek aan Gaat na of de zorgvrager (en of mantelzorger) geïnteresseerd is in de voorlichting Gaat na wat de zorgvrager (en of mantelzorger) al weet Tijdens: Heeft een positief stimulerende, geïnteresseerde houding Heeft oogcontact met de zorgvrager (en of mantelzorger) Speelt in op de persoonlijke situatie van de zorgvrager (en of mantelzorger) Speelt in op vragen van de zorgvrager (en of mantelzorger) Geeft instructie door: -te bepalen met de zorgvrager wat hij of zij wil leren -bespreekt de stappen die nodig zijn om het te leren -neemt de stappen mondeling door of doet voor -voert samen de stappen uit met de zorgvrager -geeft aanwijzingen wanneer de zorgvrager handelingen uitvoert -observeert de zorgvrager bij de uitvoering -evalueert met de zorgvrager de handeling Straalt rust en deskundigheid uit Vermijd moeilijke woorden (vakjargon) Is geduldig, sluit aan bij niveau zorgvrager Neemt de tijd en vat regelmatig samen Controleert of informatie begrepen wordt door zorgvrager Evaluatie: Vraagt aan de zorgvrager (en of mantelzorger) hoe hij/zij het gesprek ervaren heeft Sluit het gesprek af Inzet middelen Gebruikt de juiste voorlichtingsmaterialen die aansluiten bij het onderwerp Zet materiaal begrijpelijk en duidelijk in
5
Is aandachtspunt
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 13 van16
V
O
A5
Voert afspraken n.a.v. de voorlichting uit Stimuleert en motiveert zorgvrager om zelf initiatieven te nemen, let op mentale welzijn Toont tijdens begeleiding die gericht is op zelfredzaamheid: - respect en geduld - verdraagzaamheid en welwillendheid - bezorgdheid
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 14 van16
C) Voorlichting geven: Educatie geven
BPV
BPV
Beoordelingscriteria
V
Maakt een analyse van de situatie door te bepalen wat de barrières zijn:: - motivatie - sociale omgeving - effectiviteit in verleden Stelt op basis van analyse een voorlichtingsplan op Maakt gebruik van een door de werkbegeleider goedgekeurd voorlichtingsplan De educatie voldoet aan de kenmerken: - overdragen van nieuwe kennis gericht op het begrijpen en omgaan met het gezondheidsprobleem - het geven van leefregels en richtlijnen die de zorgvrager moet opvolgen - gericht op vergroten van autonomie - gericht op acceptatie van het gezondheidsprobleemOpening: Geeft het doel van het gesprek aan Gaat na of de zorgvrager (of mantelzorger) geïnteresseerd is in de voorlichting Ga na wat de zorgvrager (of mantelzorger) al weet Tijdens: Het gesprek heeft een positief stimulerende, geïnteresseerde houding Heeft oogcontact met de zorgvrager (of mantelzorger) Speelt in op de persoonlijke situatie van de zorgvrager (of mantelzorger) Speelt in op vragen van de zorgvrager (of mantelzorger) Heeft bij het educatie proces aandacht voor:: - mogelijkheden van de zorgvrager - barrières bij de zorgvrager - de motivatie van de zorgvrager - betrekken van gezinsleden/ mantelzorgers - afstemmen op de aandoening - het verwijzen naar andere disciplines en organisaties Straalt rust en deskundigheid uit Vermijd moeilijke woorden (vakjargon) Is geduldig, sluit aan bij niveau zorgvrager Neemt de tijd en vat regelmatig samen Controleert of informatie begrepen wordt door zorgvrager Evaluatie:
6
Is aandachtspunt
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 15 van16
O
A6
Vraagt aan de zorgvrager (of mantelzorger) hoe hij/zij het gesprek ervaren heeft Sluit het gesprek af Inzet middelen Gebruikt de juiste voorlichtingsmaterialen die aansluiten bij het onderwerp Zet materiaal begrijpelijk en duidelijk in Voert afspraken n.a.v. de voorlichting uit Stimuleert en motiveert zorgvrager om zelf initiatieven te nemen, let op mentale welzijn Toont tijdens begeleiding die gericht is op zelfredzaamheid: - respect en geduld - verdraagzaamheid en welwillendheid - bezorgdheid
Beroepsopdracht 3 Zorg voor de veiligheid juli 2014 Pagina 16 van16