BEREKENING BEHEERSBAARHEID VAN BRAND

Behoort bij beschikking d.d.

17-06-2013

nr.(s)

ZK13000310

Omgevingsmanager

BEREKENING BEHEERSBAARHEID VAN BRAND HEENSEDIJK 16A, DE HEEN

BEM1302998

ge m e e n t e S t e e n b er g e n

Colofon Berekening beheersbaarheid van brand Projectnummer: 08.247 Versie: 1 Datum: 11 juni 2013

Opdrachtnemer Agrifirm Exlan Poort van Veghel 4949 5466 SB Veghel

Postbus 200 5460 BC Veghel

Locatie Heensedijk 16a, De Heen

Opdrachtgever Broedhof B.V. Heensedijk 16a 4655 SW De Heen T: TELEFOONNUMMER

Handtekening

…………………………………………….

Contactpersoon G. van Iersel T: 0413-382140 F: 0413-382102 E: [email protected]

Uitvoerder A. Ter Beek

Collegiale check GI

ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN. NIETS UIT DEZE UITGAVE MAG WORDEN VERVEELVOUDIGD DOOR MIDDEL VAN DRUK, FOTOKOPIE, MICROFILM, GELUIDSBAND, ELEKTRONISCH OF OP WELKE ANDERE WIJZE DAN OOK, EN EVENMIN IN EEN GEAUTOMATISEERD GEGEVENSBESTAND WORDEN OPGESLAGEN, ZONDER VOORAFGAANDE SCHRIFTELIJKE TOESTEMMING VAN AGRIFIRM EXLAN.

Berekening beheersbaarheid van brand – Heensedijk 16a, De Heen

2

Inhoudsopgave Berekening beheersbaarheid van brand INLEIDING

4

HOOFDSTUK 1 TOETSINGSKADER

5

HOOFDSTUK 2 BEDRIJFSSITUATIE

8

HOOFDSTUK 3 BEPALING VUURBELASTING

10

HOOFDSTUK 4 MAATREGELPAKKET

14

HOOFDSTUK 5 EISEN BRANDWERENDHEID GEVELS

FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.

HOOFDSTUK 6 BEOORDELING

16

LITERATUUR

17


3

Inleiding Berekening beheersbaarheid van brand In opdracht van Broedhof B.V. te De Heen is door Exlan een berekening beheersbaarheid van brand gemaakt voor het pluimveebedrijf gelegen aan de Heensedijk 16a te De Heen. Dit onderzoek maakt deel uit van de vergunningaanvraag in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Doel van de berekening is om in het te beschouwen brandcompartiment de aanwezige of te verwachten vuurbelasting in kaart te brengen volgens de methode Beheersbaarheid van Brand (BvB). De totale oppervlakte van het te compartimenteren bouwwerk bedraagt namelijk meer dan 2.500 m², welke als maximaal toelaatbaar gebruiksoppervlak per brandcompartiment in het bouwbesluit is bedoeld. Grotere brandcompartimenten zijn echter toegestaan, mits deze zodanig ingericht zijn dat zij een zelfde mate van brandveiligheid bieden. De berekeningen zijn uitgevoerd voor de locatie aan Heensedijk 16a, 4655 SW te De Heen. Kadastraal bekend bij gemeente Steenbergen, sectie C, nr. 766. De inrichting is gelegen in het buitengebied van de gemeente Steenbergen. De inrichting is in onderstaande afbeelding weergegeven.

·

Afbeelding 1 Luchtfoto inrichting aan de Heensedijk 16a te De Heen.

De Gegevens m.b.t. de aangevraagde bedrijfssituatie zijn bekend uit informatie van de initiatiefnemer.


4

Hoofdstuk 1

1

Toetsingskader en berekenmethode Binnen de Methode Beheersbaarheid van Brand moeten twee parallelle sporen worden gevolgd. Ten eerste moet worden vastgesteld wat de toegestane grootte van het brandcompartiment is, uitgaande van de gemiddelde vuurbelasting en de voorzieningen die worden getroffen. Vervolgens moet worden vastgesteld welke eisen gelden voor de brandwerendheid van de omhulling.

1.1

Maatregelpakketten De Methode BvB onderscheidt vier maatregelpakketten genummerd I tot en met IV. Deze pakketten stellen verschillende eisen/beperkingen aan het gebruik van het betrokken brandcompartiment. De pakketten worden hieronder kort besproken: 1. 2.

3. 4.

Het basispakket, waarin enkel door een gebruiksbeperking aan de maximale vuurlast en daarop afgestemde omhullingseisen, grotere brandcompartimenten mogelijk zijn dan het Bouwbesluit in de standaardprestatie-eisen aangeeft; Door aanvullende eisen aan het brandgedrag van de inventaris en het aanbrengen van automatische branddetectie plus een installatie voor rook- en warmteafvoer zijn hier grotere compartimenten mogelijk dan bij pakket I (in overigens vergelijkbare omstandigheden); Een pakket speciaal voor brandcompartimenten bestemd voor bulkopslag, uitgaande van een relatief trage brandsnelheid van een ontwikkelde brand, installatietechnische eisen en een hoge eis aan de WBDBO van de omhulling; Brandcompartimenten met gecertificeerde automatische blusinstallaties, eveneens met daarop afgestemde eisen aan de omhulling. Dit pakket heeft drie uitvoeringsvormen die afhankelijk van het gebruik in toenemende mate grote brandcompartimenten mogelijk maken.

De vier pakketten hebben elk een eigen toepassingsgebied in termen van gebruiksfuncties, de aard van betrokken brandcompartimenten en combinatiemogelijkheden, bijvoorbeeld bij gestapelde bouw. Enkel maatregelpakket I wordt verder toegelicht, aangezien deze doorgaans van toepassing is binnen de agrarische sector.

1.2

Toepassingsgebied De Methode BvB is primair voor nieuwbouwsituaties uitgewerkt. De methode is echter met een enkele aanpassing ook bruikbaar voor bestaande situaties. Deze aanpassing betreft niet de omvang van brandcompartimenten, maar de interpretatie van de (primair voor nieuwbouw geldende) eisen aan de omhulling. Het bevoegd gezag wordt gevraagd rekening te houden met de bestaande bouwkundige situatie en de risico’s van uitbreiding van brand af te wegen, mede in het licht van de eerder vergunde situatie en de nieuwe eisen uit het Bouwbesluit.

1.3

Gebruiksfuncties Een BvB-compartiment kan meer dan één gebruiksfunctie bevatten. Binnen één BvBcompartiment kunnen die functies tevens in onderling fysiek afgescheiden verblijfsruimten


5

voorkomen. Wanneer het daarbij gaat om celvormige structuren met een bijeenkomstfunctie, een gezondheidszorgfunctie (met uitzondering van gezondheidszorg voor bedgebonden patiënten), een kantoorfunctie, een onderwijsfunctie, een sportfunctie of een winkelfunctie, gelden bij maatregelpakket I de volgende eisen en beperkingen. Binnen een BvB-compartiment met deze celvormige functies gelden de volgende eisen: a. Genoemde gebruiksfunctie worden bij een gezamenlijke gebruiksoppervlakte van in totaal meer dan 500 m² met 30 minuten brandwerendheid afgescheiden van de rest van het BvB-compartiment. Binnen de bedoelde gebruiksoppervlakte wordt voldaan aan de standaard prestatie-eisen van het Bouwbesluit; b. Bij een gezamenlijke gebruiksoppervlakte van meer dan 1.000 m² worden voor deze celvormige gebruiksfuncties met 60 minuten brandwerendheid afgescheiden van de rest van het BvB-compartiment. Binnen de bedoelde celvormige gebruiksoppervlakte wordt voldaan aan de standaard prestatie-eisen van het Bouwbesluit. Dit laatste houdt onder andere in dat daarbinnen brandcompartimenten voorkomen van maximaal 1000 m²; c. Bij de bepaling van de omvang van het gehele BvB-compartiment en bijbehorende randvoorwaarden wordt de gebruiksoppervlakte en de vuurbelasting van de afgescheiden delen wel meegerekend (want deze maakt onderdeel uit van het BvB-compartiment; d. De WBDBO van het BvB-compartiment naar buurcompartimenten wordt gebaseerd op de maatgevende vuurbelasting. Aanwezige brandscheiding binnen het BvB-compartiment mogen overigens worden meegenomen binnen de relevante uitbreidingstrajecten. De onder punt a. respectievelijk onder punt b. gestelde eisen dienen om te voorkomen dat het doorzoeken van de afzonderlijke ruimten een ongewenste hoog beslag legt op de capaciteit van de brandweer.

1.4

Stapelen brandcompartiment Bij pakket I mag er binnen de hiervoor genoemde algemene voorwaarden maximaal twee BvB-bouwlagen op elkaar worden gebouwd en is de gezamenlijke inwendige hoogte beperkt tot 15 m. In dat geval mag er geen verder opbouw plaatsvinden, ook niet met andere/normale brandcompartimenten. Algemeen geldt dat een goede scheiding verzekerd moet zijn tussen de betrokken brandcompartimenten. Bij een WBDBO-eis tussen boven elkaar liggende compartimenten moet niet enkel rekening worden gehouden met branddoorslag (via de vloerconstructie) maar ook met brandoverslag (via de buitenlucht in verticale richting). Bij pakket I moet de WBDBO van de scheiding met de bovenbouw 60 minuten boven de te verwachten brandduur liggen (dus een WBDBO-toeslag van 60 minuten). Het gaat hierbij om de brandwerendheid met betrekking tot zowel bezwijken als het in stand blijven van de scheidende functie. Vanwege deze WBDBO-toeslag in de scheiding met de bovenbouw, en gezien het feit dat de maximale WBDBO-eis 240 minuten bedraagt, moet hier de verwachte brandduur tot 180 minuten worden beperkt. In deze gevallen mag daarom de maatgevende vuurbelasting in een BvB-compartiment met stapeling hoogstens 180 kg vurenhout per vierkante meter bedragen.

1.5

Verbindingen Verbindingen zijn afsluitbare doorgangen voor mensen en goederen naar aan- op opgebouwde naburige brandcompartimenten. Verbindingen moeten voldoen aan de brandwerendheidseis van de betrokken inwendige brandscheiding. De algemene eis is dat ze bij brand gesloten moeten zijn (bijv. zelfsluitend moeten zijn).


6

BvB telt overigens niet elke afzonderlijke doorgang als aparte verbinding. Doorgangen naar eenzelfde buurcompartiment, die vallen binnen een bepaalde contour, kunnen samen als één verbinding gelden. De criteria van deze contour zijn: · binnen 10 m afstand (gerekend van buiten het compartiment); · binnen 8 m hoogte; · samen maximaal 40 m². Bij maatregelpakket I is het aantal verbindingen beperkt tot twee per brandcompartiment, tenzij de verbinding dubbel wordt uitgevoerd als sluisconstructie.


7

Hoofdstuk 2

2 2.1

Bedrijfssituatie Bedrijfssituatie Binnen de inrichting zijn twee pluimveestallen en een loods aanwezig. Vanwege de omschakeling van kooihuisvesting naar scharrelhuisvesting worden de twee pluimveestallen verhoogd en wordt de bestaande loods wordt deels in gebruik genomen als pluimveestal. De drie nieuwe pluimveestallen worden als één compartiment meegenomen. Het nieuwe compartiment staat niet in verbinding met bestaande bebouwing. De bestaande bebouwing is gelegen op een afstand van 27,4 meter.

·

2.2

Afbeelding 2 Brandcompartiment

Indeling compartiment(en) Binnen de inrichting is reeds bestaande bebouwing aanwezig. Het nieuwe bouwwerk staat niet in verbinding met de bestaande bebouwing. Het nieuwe gebouw zal als één brandcompartiment worden beschouwd. ·

Tabel 1: oppervlakte compartiment Gebouw

Gebruiksoppervlakte (m²)

Grondoppervlakte (m²)

Pluimveestallen

4.271

4.271

Totaal

4.271

4.271

Het bouwplan bevat 1 compartiment met een grondoppervlak en gebruiksoppervlakte van 4.271 m².


8

2.3

Bouwwijze De bouwkundige constructieve opzet van de bebouwing is een staalconstructie met stalen spanten, kolommen en houten gordingen. Er wordt gebruik gemaakt van sandwichpanelen voor de gevels en het dak. Aan de achtergevel van de stal wordt een mestdroogtunnel geplaatst. De twee pluimveestallen welke uitgebreid worden met extra inhoud en leefoppervlakte worden voorzien van een warmtewisselaar. De mestopslag is gesitueerd in de loods, hier wordt gedroogde mest opgeslagen. Deze mest wordt elke week afgevoerd. De verdiepingsvloeren worden vervaardigd van betonplex. De stalinrichting bestaat uit metaal met kunststof rooster als beun en houten legnesten.


9

Hoofdstuk 3

3 3.1

Bepaling vuurbelasting Permanente vuurbelasting Het compartiment bestaat uit de onderstaande brandbare materialen die onder de permanente vuurbelasting vallen. Er worden stenen- en betonmuren en betonvloeren gebruikt. Deze worden nagenoeg onbrandbaar geacht en daarom in de berekeningen niet meegenomen. Ook de isolatie tussen twee gemetselde muren worden onbrandbaar geacht. Wel meegenomen in de permanente vuurlastberekening zijn: ·

Tabel 2: Permanente vuurbelasting Gebouw Houten gordingen Dakisolatie (80mm Sandwichpaneel) Gevelisolatie (80mm Sandwichpaneel) Droogtunnel (balklaag, 60 mm SWP) Verdiepingsvloer (houten balklaag met 12 mm betonplex) Deuren (hout) Schuifdeuren (hout) Raamkozijnen (kunststof) Overheaddeuren Inlaatventielen Afwerkhout en regelwerk Onvoorzien


10

3.2

Variabele vuurbelasting De variabele vuurlast omvat alle overige brandbaar materiaal dat volgens de regels van de Methode BvB kan deelnemen aan een brand in het betrokken brandcompartiment. De volgende onderdelen worden brandgevoelig geacht en gerekend onder de variabele vuurbelasting. ·

Tabel 3: Variabele vuurbelasting Gebouw Silo Mengvoer Rooster beun Legnesten Mestbanden stal + droogtunnel (Meet) ventilatoren Bekabeling en verlichting Warmtewisselaar Kippenmest Hygiënesluis Eieropslag Kantine Opslag verdieping Onvoorzien

3.3

Totale gemiddelde vuurbelasting In onderstaande tabel worden de totale vuurbelasting (permanente + variabele vuurbelasting) van het brandcompartiment berekend en de maximale grootte die het compartiment mag hebben.


11

·

Tabel 4 Berekening vuurbelasting Vuurbelasting compartiment

Gebruiksoppervlakte compartiment Permanente vuurbelasting Gordingen (hout) Balklaag droogtunnel Dakisolatie (80 mm SWP) Gevelisolatie (80 mm SWP) Dakbedekking cent. Gang (80 mm SWP) Dak droogtunnel (60 mm SWP) Verdiepingsvloer (12 mm betonplex) Balklaag verdiepingsvloer Deuren (hout) Schuifdeuren (hout) Raamkozijnen (kunststof) Overheaddeuren Inlaatventielen Aftimmerhout + regelwerk

Aantal eenheden

Soort eenheid

MJ/eenheid

m²

41,85 1,428 4304 2634 1100

m³ m³ m² m² m²

11020 11020 72 72 72

461187 15736,56 309888 189648 79200

169 1475,91

m² m²

54 150,96

9126 222803,3736

m³ stuks m² stuks stuks stuks m³

11020 900 450 745 576 193 11020

75597,2 9900 7650 9685 4032 46320 164732,47

11726 3979 521 403 510 212 2438 8670

1605505,60

84500,29

15000 92400 658020 367428 192642,45 29120 34960 81149 4500 50778,20724 6400 28800 10500 80300 427100 2079097,66 3684603,26

789 4863 34633 19338 10139 1533 1840 4271 237 2673 337 1516 553 4226 22479 109426,19 193926,49

Subtotaal :

2 5500 2991 402 2963,73 448 23 4.271 2 3.385 13 58 21 161 4.271

stuks kg m² stuks m² m² stuks m² stuks kg ds m² m² m² m² m²

3684603 193926 4.271,00

MJ kg m²

subtotaal : Totale vuurbelasting Berekening compartiment Totaal aantal MJ Aantal kg vurenhout equivalent Oppervlakte stal Gemiddelde vuurbelasting (q)

Kg vurenhout

4.271

6,86 11 17 13 7 240 15

Variabele vuurbelasting Silo's Mengvoer Rooster beun Legnesten Mestbanden Mestbanden droogtunnel (meet) Ventilatoren Bekabeling en verlichting Warmtewisselaar Kippenmest Hygiënesluis Eieropslag Kantine Opslag verdieping Onvoorzien

Totaal MJ

7500 16,8 220 914 65 65 1520 19 2250 15 500 500 500 500 100

24273 828 16310 9981 4168 480

45,41 kg vh/m²

Uit bovenstaande berekening blijkt dat het compartiment over een gemiddelde vuurbelasting (q) van 45,41 kg vh/m² beschikt. De gemiddelde vuurbelasting staat voor de hoogste vuurbelasting die in het compartiment kan voorkomen (gemiddeld over de gebruiksoppervlakte). De vuurlast bedraagt < 300 ton vurenhout, maatregelenpakket I is hierbij van toepassing.


12

3.4

Maatgevende vuurbelasting In maatregelpakket I is de vuurbelasting (qm) uitgangspunt voor de eis die aan de WBDBO van het brandcompartiment wordt gesteld. De maatgevende vuurbelasting wordt bepaald over de meest ongunstigste 1.000 m². De WBDBO moet minimaal gelijk zijn aan de totale vuurbelasting over 1.000 m² (grondoppervlakte). Deze maatgevende vuurbelasting komt in dit geval overeen met de gemiddelde vuurbelasting, namelijk 45,41 kg vh/m², aangezien de vuurlast verdeeld is over het compartiment.


13

Hoofdstuk 4

4

Maatregelpakket De totale vuurlast die de initiatiefnemer binnen één brandcompartiment wenst te herbergen, wijst in de richting van een bepaald maatregelpakket. Dierverblijven (industriefunctie) zijn gekoppeld aan maatregelpakket 1. Bij de brandcompartimentering van de pluimveestal aan de Heensedijk 16a te De Heen wordt uitgegaan van maatregelpakket 1. Maatregelpakket 1 heeft de volgende kenmerken: 1. Maximale vuurlast in het compartiment: 300 ton vurenhout (5.700 GJ); 2. Eisen aan de omhulling: een WBDBO-toeslag nodig als veiligheidsmarge; 3. Maximaal twee enkelvoudig uitgevoerde verbindingen naar andere brandcompartimenten.

4.1

Maximale grootte / vuurlast De grootte van het maximaal toelaatbare brandcompartiment volgt uit de formule: A * q ≤ 300.000 kg vh max

waarin: q : Gemiddelde vuurbelasting in kg vurenhout per vierkante meter gebruiksoppervlakte. A : Maximale grootte in vierkante meters gebruiksoppervlakte. max

De maximale grootte van de gebruiksoppervlakte van het compartiment bedraagt: Compartiment 300.000 kg vh / 45,41 (q) = 6.606,5 m² Het compartiment heeft een grootte 4.271 m² gebruiksoppervlakte. Hiermee voldoet het compartiment ruimschoots aan de eisen voor maximale toegestane grootte van de gebruiksoppervlakte.

4.2

WBDBO-eis aan de omhulling De te hanteren WBDBO-toeslag naar naburige brandcompartimenten (verticale scheidingen) wordt bepaald door onderstaande grafieken, behalve wanneer er op het betrokken perceel voor de betreffende gevel(s) een onbebouwde (vrije) ruimte aanwezig is van minimaal 5 m loodrecht op de gevel. In dat geval wordt de veiligheidsmarge geacht aanwezig te zijn en kan dus een waarde van ‘0’ worden ingevuld voor de toeslag.


14

·

Figuur 1 Grafiek bepaling van de te hanteren WBDBO-toeslag naar naburige compartimenten (niet van

toepassing bij ten minste 5 m vrije afstand op het perceel)

Uit bovenstaande grafiek kan de toeslag worden afgelezen die in scheidingen met naburige compartimenten moet worden gehanteerd. Daartoe zijn twee invoergegevens nodig: · De maatgevende vuurbelasting qm. De getalswaarde daarvan bepaalt welke grafieklijn moet worden gehanteerd; · De totale oppervlakte van de scheiding met het beschouwde buurcompartiment. Dit kan zijn een brandmuur of de oppervlakte van een gevel. De WBDBO-eis aan de omhulling van het brandcompartiment is als volgt: WBDBO = qm + toeslag minimaal: 60 min maximaal: 240 min Waarin: qm Toeslag

: De maatgevende vuurbelasting in kg vh/m², waardoor de getalswaarde een verwachting geeft voor de maatgevende brandduur in minuten. : Een extra eis in minuten die kan variëren tussen 0 en maximaal 60 minuten. De toeslag hangt af van de maatgevende vuurbelasting en de grootte van de betrokken gevel of brandmuur in m².

. Vanwege een afstand van meer dan 5 meter tot de bestaande bebouwing en de perceelsgrens wordt ruimschoots aan de eisen voor de brandwerendheid van gevels voldaan.

4.3

Verbindingen Een verbinding is een afsluitbare doorvoer voor personen of goederen. Maatregelpakket I beperkt het aantal enkelvoudig uitgevoerde verbindingen naar op- of aangebouwde andere brandcompartimenten tot maximaal twee. Als één verbinding worden geteld de doorgangen naar eenzelfde naburig aangebouwd brandcompartiment, die vallen binnen de volgende dimensies: · binnen 10 m breedte, · binnen 8 m hoogte, · maximaal 40 m² oppervlakte. Het brandcompartiment beschikt niet over een verbinding.


15

Hoofdstuk 6

6

Beoordeling en conclusie Op basis van de uitgevoerde berekeningen en bijbehorende resultaten kunnen onderstaande conclusies worden getrokken: Vuurbelasting Uit voorgaande berekening blijkt dat het compartiment over een gemiddelde vuurbelasting (permanente + variabele vuurbelasting) van 45,41 kg vh/m² beschikt. De gemiddelde vuurbelasting staat voor de hoogste vuurbelasting die in het compartiment kan voorkomen (gemiddeld over de gebruiksoppervlakte). De vuurlast bedraagt < 300 ton vurenhout, maatregelenpakket I is hierbij van toepassing. Ook voor de maatgevende vuurbelasting is 45,41 kg vh/m² gehanteerd. Constructie De maximale grootte van de gebruiksoppervlakte van het compartiment is berekend op 6.606,5 m². Het beoogde compartiment heeft een grootte van 4.271 m² gebruiksoppervlakte. Hiermee voldoet het compartiment aan de eisen voor maximale toegestane grootte. Het bouwwerk beschikt niet over een interne scheidingswand of verbinding. De naburige gebouwen liggen op grote afstand (27,4 meter)t.o.v. het nieuwe gebouw. Aandachtspunten De praktijk bij grote brandcompartimenten is uiteraard dat er bij brand, net als in gebouwen met standaardcompartimenten, een brandweerinzet nodig is. Er wordt van uitgegaan dat de brandweer volgens gebruikelijke inzetmethoden te werk gaat. In die zin is er bij alle pakketten sprake van een mogelijke brandweerinzet, net als bij compartimenten die voldoen aan de prestatie-eisen van het Bouwbesluit. De feitelijk bestrijdingsmogelijkheden kunnen pas ter plaatse bij de brand door de bevelvoerder worden beoordeeld. De bevelvoerder en de brandweer zijn dus niet vooraf gebonden aan een bepaald inzetscenario. Wanneer aan de gestelde eisen is voldaan, mag de aanvrager er binnen de beschreven maatregelpakketten vanuit gaan dat de benodigde brandweerinzet in het algemeen kan worden geleverd, zonder dat deze feitelijk in een specifieke situatie of binnen een bepaalde termijn door de overheidsbrandweer moet worden geleverd. Er is dus geen sprake van een garantie, enkel van een omstandigheid die doorgaans in een zodanige mate aanwezig is, dat daarmee bij het dimensioneren van brandcompartimenten rekening gehouden mag worden. Tenslotte is binnen vrijwel ieder BvB-compartiment een grote brand mogelijk. Dat geldt ook voor 'normale' brandcompartimenten. Een grote brandweerinzet kan daarbij noodzakelijk zijn. Voor de primaire bluswatervoorziening is de inzet conform de Handleiding Brandweerzorg bepalend. Kijkend naar de resultaten komend uit dit onderzoek, kan geconcludeerd worden dat, met in achtneming van bovenstaande afwegingen, aan de gelijkwaardigheideis van het bouwbesluit wordt voldaan.


16

Literatuur ·

SAVE (2007) Leidraad Beheersbaarheid van Brand Deel 0 t/m 3

·

Vuurbelastingen in industriegebouwen, bijlage verbrandingswaarden van producten en materialen.


17

BEREKENING BEHEERSBAARHEID VAN BRAND

Recommend Documents